Van het MT. Uitgave juni Door: Kernteam OiS Pim Mol (ASG & Lelystad) Martinette Strik (Prisma & SKO)

Transcriptie

1 Uitgave juni 2016 Kernteam OiS Pim Mol (ASG & Lelystad) Martinette Strik (Prisma & SKO) Ingrid Paalman Rudolphine Nortier (coördinatie nieuwsbrief) Van het MT In het onderwijs is één van onze uitdagingen dat we vasthouden aan de doelen die we hebben gesteld. Soms is het zo dat activiteiten ons tegenhouden en dat ze in de drukte van de dag het doel: leren, in de weg staan. Daarom doe ik hier een oproep om eigenwijs te zijn over doelen die we willen halen. Hou ze steeds voor ogen! De manier waarop we die doelen willen halen mag altijd onderdeel zijn van gesprek. Een mooi voorbeeld hiervan zag ik vandaag in het brede ICT overleg waarbij vol enthousiasme het gebruik (en het belang) van ICT voor het leren van onze kinderen werd uitgelegd. ICT gebruiken we om te leren concretiseren en elkaar feedback te geven op het leerproces. Lef, uithoudingsvermogen en flexibiliteit zijn woorden die regelmatig werden benoemd. De hoofdweg herinnert ons eraan dat we mogen afwijken van de weg maar óók dat we af en toe weer hulp nodig hebben om de hoofdweg terug te vinden. Ons hoofd gaat ook weg. Bert Meijer gaat per 1 augustus aan de slag als interim-directeur van het domein Bewegen en Educatie van Windesheim. De komende tijd zullen we jullie op de hoogte houden van wat dit betekent dit voor de organisatie van de lerarenopleiding in Almere. In het opleidingsjaar willen we met jullie in gesprek over het nieuw te ontwikkelen curriculum. Via de coördinatoren zullen we jullie hiervan op de hoogte houden. Het opleidingsjaar is ten einde maar het leren is dat gelukkig niet. Dewey beschreef het in zijn publicaties al heel duidelijk: leren is een sociaal proces. Leren is groei. Leren is het leven zelf. Leef! Namens het team, Ingrid Paalman

2 Dialoog tussen trainer en deelnemer Gevorderde mentorentraining ASG: dit was gezamenlijk leren! Hans Bruin (ASG) Martinette Strik, trainer van Pabo Windesheim Flevoland: Een training verzorgen voor mentoren die graag gevorderd willen zijn in het begeleiden van de pabostudenten; dat start natuurlijk met een intakebijeenkomst. Ik maakte een 'menukaart', waar kunnen we het met elkaar over hebben, de deelnemers gaven de onderwerpen aan die hun meeste interesse hadden. Verder spraken we af: we trekken samen op, worden samen verantwoordelijk voor dit trainingstraject, en dat betekent wat mij betreft: bij elkaar komen op jullie scholen, bindvisie en visie op leren aan elkaar laten zien, elkaars leerwensen kennen, interessante artikelen, literatuur en uitgangspunten met elkaar delen, aanbod van nieuwe theoretische inzichten en begeleidingsproblemen centraal stellen door intervisie of bespreken van handelings- en begeleidingsmogelijkheden. Wat ik zag gebeuren is een groot bewustzijn van de verantwoordelijkheid van toekomstig leerkrachten begeleiden, een enorm enthousiasme voor het vak van leerkracht, groot eigenaarschap als het gaat om de visie en werkwijze van de scholen en een optimistische manier van delen van best practises en expertise. Hoe heb jij de training, ik denk dat leerkring een beter woord is, voor gevorderde mentoren ervaren, Leander? Leander Rowan, De Kring, deelnemer training Gevorderde mentoren ASG: De gevorderde training voor mentoren verschilde in alle opzichten van de basistraining. Geen 'schoolbanken'-gevoel, maar open discussies over visies en theorieën. Een van de interessante aspecten van deze manier van organiseren vond ik dat we een kijkje in de keuken kregen van andere scholen. De aftrap was voor De Archipel; een grote school met twee locaties en meer dan 700 leerlingen. De collega's aldaar gaven een korte, bondige presentatie over hun school en onderwijsvisie. Vervolgens kwamen enkele interessante onderwerpen aan bod, waarmee we praktisch aan de slag konden. Sommige onderdelen van deze onderwerpen waren zelfs om te buigen naar de praktijk waarin we leerlingen begeleiden. Het geheel was een uitwisseling, zoals je zelf stelt, een leerkring. Wat maakt het dat je voor deze manier van organiseren hebt gekozen? Martinette: Mijn keuze voor deze manier van organiseren heeft juist niet met het organiseren te maken. Ik ben er vanuit gegaan dat er geen meerwetende mensen zijn in deze leerkring van mensen die graag willen leren; dat we allemaal onze

3 eigen expertise en leerpunten inbrengen. Het leren wilde ik focussen op begeleiden; de uiteindelijke doelstelling was het begeleiden van de studenten op een hoger niveau brengen. Omdat ik uit ben gegaan van jullie eigen leerwensen en verantwoordelijkheden in kennis delen hierbij, ontstond het oh zo ware cliché van = 3, er ontstond 'flow'. Ik geloof er in dat alle begeleiden van lerende anderen begint met zelf leren en delen. Iedereen is onderdeel van het leren. Open staan voor nieuwe ontwikkelingen in de wereld om je heen en in jezelf is belangrijk. Als je dat motortje voelt en ervaart en je kunt er met anderen bij stilstaan en op reflecteren, brengt het het leren in beweging. De richting kun je dan individueel en gezamenlijk bepalen. Zo creëer je wat je leert, hoe je verder komt, en zo ontstaat het dat je er heel concreet op je werkplek mee aan de slag kunt. Fijn dat je zegt dat dat 'zelfs' in verband met het leren van de kinderen was, want daar gaat het uiteindelijk om in het basisonderwijs: kinderen zo veel mogelijk ruimte en aanbod geven om ze zelf te ervaren wat hun talenten, passies en leerwensen zijn en weten hoe ze in kunnen zetten en op kunnen pakken. Hoe kan dat nu beter dan dat hun begeleiders diezelfde ervaringen kunnen hebben? Hogeschool Utrecht en Windesheim herschikken lesplaatsen Master SEN Bert Meijer Windesheim en Hogeschool Utrecht bieden vanaf komend studiejaar de Master Special Educational Needs (SEN) aan vanuit 11 leslocaties. De hogescholen zetten hiermee een belangrijke stap in hun samenwerking op het gebied van onderwijs en onderzoek binnen het educatieve domein. Het Ministerie van OCW heeft ingestemd met de herschikking van de lesplaatsen voor de Master SEN. Windesheim Flevoland in Almere is op termijn een nieuwe lesplaats. Belangrijkste drijfveer voor deze herschikking van lesplaatsen is het realiseren van een toekomstbestendig aanbod voor de Master SEN. De herschikking, waarbij het aanbod gelijk wordt getrokken en lesplaatsen worden uitgeruild, sluit aan bij de maatschappelijke opdracht van beide hogescholen. Het nieuwe aanbod sluit aan bij de wensen van de studenten. Voor hen verbetert de doorstroming van bachelor naar master, wordt de kwaliteit versterkt en wordt de levensvatbaarheid van kleine opleidingen vergroot. Samenwerking en versterking De beide hogescholen willen de samenwerking in het educatieve domein de komende jaren verder versterken. Met de instemming van de minister is deze nieuwe stap tot afstemming van het aanbod en organisatie van beide hogescholen voor de Master SEN nu definitief. De nieuwe lesplaats is Almere, waar vanuit Windesheim Flevoland de master SEN op termijn wordt aangeboden.

4 Nieuwe route nieuwkomersonderwijs Vanaf september bieden de hogescholen samen de nieuwe Master SEN-leerroute Expert in nieuwkomersonderwijs aan en spelen hiermee in op een groeiende vraag uit het werkveld. De opvang van nieuwkomers is een zeer actueel maatschappelijk thema, ook in het onderwijs. Docenten in het primair en voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs voelen zich niet altijd voldoende toegerust om deze leerlingen optimaal onderwijs te bieden. Erkenning voor Expertdocent Beroepsonderwijs Eerder ontwikkelden Hogeschool Utrecht en Windesheim al de master Expertdocent Beroepsonderwijs (MEB). Over de bekostiging van deze master heeft het Ministerie van OCW onlangs een positief besluit genomen. Hierdoor kunnen docenten tegen aanzienlijk lagere kosten een master volgen. Een zeer positieve ontwikkeling; het lagere collegegeld maakt de opleiding toegankelijker, wat de professionalisering van docenten van beroepsgerichte vakken en daarmee de kwaliteit van het beroepsonderwijs, ten goede komt. De samenwerking sluit goed aan bij de landelijke lerarenagenda van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Hierin staat dat hogescholen en universiteiten de maatschappelijke opdracht hebben om samen te werken zodat zij samen het complete pakket van hoogwaardig educatieve opleidingen en onderzoek aan het werkveld kunnen aanbieden met een landelijke spreiding. Hartelijke groet, Bert Meijer

5 Collegiale visitatierondes Prisma-scholen: inspirerend delen De Prisma-opleidingsscholen hebben al jaren aan het eind van het studiejaar (mei/juni) de zogenaamde collegiale visitaties, die in carrouselvorm gehouden worden zodat alle scholen een keer in de rol van gevisiteerde en van visiterende school komen. Schoolopleiders en directeuren delen successen en belemmeringen als het gaat om Opleiden in de School, met elkaar en de betrokken pabo s (Windesheim Flevoland en Marnix Academie). Martinette Strik Kwaliteitsverbetering door collegiaal kritisch evalueren In feite werken de scholen onder andere op deze manier aan een kwaliteitsverbetering door elk jaar een plan van aanpak te schrijven en tijdens deze visitatierondes dus dit met elkaar collegiaal kritisch te evalueren. Deze rondes leveren voor alle scholen mooie complimenten op en daarnaast natuurlijk actie-, bespreek- en verbeterpunten voor de Opleiden in de School-activiteiten, zowel als het gaat om de begeleiding van studenten als om werken aan het ontwikkelthema,comakers en onderzoek doen. De opzet voor de visitatie en de sturing van het geheel worden verzorgd door de coördinerend schoolopleider van Prisma Brede voorbereiding met ieders betrokkenheid Doordat in groter verband deze visitaties voorbereid en de activiteiten van het lopende studiejaar geëvalueerd worden, ontstaat een breder draagvlak en een gezamenlijke, gedeelde verantwoordelijkheid voor het opleiden in de scholen. Alle betrokkenen hebben inbreng: de coördinerend schoolopleider, de schoolopleiders (die hun mentoren en studenten van tevoren horen), de directies van de scholen en de coördinerend instituutsopleiders. Twee opleidingsinstituten Drie van de zeven opleidingsscholen binnen Prisma zijn behalve voor Windesheim Flevoland ook voor de Marnix Academie opleidingsscholen. Vanuit de beide pabo s is altijd de coördinerend instituutsopleider betrokken; zij beluisteren de collegiale visitaties en nemen leer- en ontwikkelpunten mee terug naar de pabo s. Al met al zijn deze visitatierondes inmiddels een vast en belangrijk onderdeel van de kwaliteitscyclus van Prisma, en een mooie manier om de kwaliteiten van de scholen over het voetlicht te brengen! Agenda Rudolphine Nortier 6 juni t/m 17 juni toets- en afrondingsweken 27 juni t/m 1 juli inhaalweek praktijk 29 juni, s middags ondertekening convenant Opleiden in de School (voorbehoud!) 4 juli t/m 8 juli herkansing periode 4 13 juli diploma-uitreiking pabo.

6