SCHEIDSRECHTERLIJK KORT GEDING VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SCHEIDSRECHTERLIJK KORT GEDING VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen"

Transcriptie

1 Nr SCHEIDSRECHTERLIJK KORT GEDING VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen A., hierna te noemen aanneemster, a p p e l l a n t, gemachtigde: aanvankelijk mr. J.W. de Vries, ter mondelinge behandeling diens kantoorgenoot mr. I.J. Woltman, beiden advocaat te Leeuwarden en 1. B., 2. C., hierna te noemen opdrachtgevers, g e ï n t i m e e r d e n, gemachtigde: mevrouw mr. R.L. Andriessen, werkzaam bij USG Legal Professionals te Utrecht. HET SCHEIDSGERECHT 1. Ondergetekenden, MR. J. VAN DER GROEN, lid-jurist van het College van Arbiters van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, ING. N.J. POOLEN en IR. R.P. MORITZ, beiden lid-deskundige van dit College, zijn door de voorzitter van deze Raad overeenkomstig de statuten van de Raad benoemd tot scheidslieden in dit geschil in hoger beroep. Appelarbiters hebben hun benoeming schriftelijk aanvaard. Bij brief van 21 januari 2015 is aan partijen mededeling gedaan daarvan en van het feit dat de voorzitter van de Raad verlof had verleend tot behandeling van dit hoger beroep in kort geding. Overeenkomstig de statuten van de Raad is aan het scheidsgerecht toegevoegd mr. C.M.H. Kroeks, secretaris van de Raad. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE 2. Bij memorie van grieven van 6 januari 2015, binnengekomen bij het secretariaat van de Raad op diezelfde dag per fax zonder producties en de dag daarna per gewone post met producties 36-40, is aanneemster in hoger beroep gekomen van het scheidsrechterlijk vonnis van 17 december 2014, nummer , gewezen door Ir. P.L.M. van Hulten, lid van het College van Arbiters van de Raad, in het geschil tussen opdrachtgevers en aanneemster. Aanneemster heeft het procesdossier van het geschil in eerste aanleg overgelegd.

2 2 3. Voor de loop van het geding wordt verder verwezen naar de volgende stukken: - de pleitnotities van mevrouw mr. Andriessen (tevens memorie van antwoord in appel) met producties 40-57; - de pleitnotities van mr. Woltman. 4. De mondelinge behandeling van het onderhavige geschil heeft plaatsgevonden op vrijdag 6 februari DE GRONDEN VAN DE BESLISSING de bevoegdheid en de ontvankelijkheid 5. De bevoegdheid van appelarbiters tot beslechting van het onderhavige geschil bij scheidsrechterlijk vonnis staat onbetwist tussen partijen vast. 6. De memorie van grieven is binnen een maand na datum van het beroepen vonnis binnengekomen bij het secretariaat van de Raad, zodat aanneemster in zoverre ontvankelijk is in haar appel. het geschil in eerste aanleg 7. Tegen de hierna onder b, j en k genoemde, in eerste aanleg als vaststaand aangemerkte feiten heeft aanneemster een grief gericht. Tegen de overige feiten niet, zodat deze appelarbiters tot uitgangspunt dienen: a. Op 14 november 2013 hebben opdrachtgevers en aanneemster een overeenkomst gesloten voor de bouw van een woning te X. b. Volgens de overeenkomst diende het werk op 30 april 2014 te worden opgeleverd. In overleg hebben partijen de opleverdatum later verschoven naar juni c. Er is tussen partijen een discussie ontstaan over de kwaliteit en de voortgang van het werk en de door opdrachtgevers betaalde termijnen in verhouding tot de staat van het werk. d. In de periode van 18 juli 2014 tot 24 september 2014 heeft aanneemster termijn- en meerwerkfacturen verzonden, waarvan opdrachtgevers een bedrag van ,82 (een meerwerkfactuur, de 8 e termijn en een deel van de 10 e termijn) onbetaald hebben gelaten. e. Bij verzoekschrift van 16 oktober 2014 hebben opdrachtgevers de Raad verzocht om de stand van het werk vast te leggen. Arbiter in eerste

3 3 aanleg heeft daartoe op 3 november 2014 een spoedplaatsopneming verricht en daarvan proces-verbaal opgemaakt onder nummer f. Op 28 oktober 2014 hebben opdrachtgevers de uitvoering van het werk op grond van artikel 11 van de AVA 1992 geschorst. g. Bij brief van 30 oktober 2014 hebben opdrachtgevers de overeenkomst per direct buitengerechtelijk ontbonden. Zij hebben aanneemster bij deze brief verboden het terrein te betreden en verzocht de hekken, de bouwkeet en het werkmateriaal op het bouwterrein binnen één week op te halen. h. Opdrachtgevers hebben op of omstreeks 30 oktober 2014 de bouwhekken van aanneemster verwijderd en zelf een hek rond het bouwwerk geplaatst. i. Aanneemster heeft bij brief van 31 oktober 2014 bericht dat het bouwwerk was afgesloten met hekken van aanneemster en dat opdrachtgevers alleen met toestemming van aanneemster het bouwterrein konden betreden. De ontbinding houdt niet in dat opdrachtgevers zich de feitelijke macht over het bouwwerk kunnen toeeigenen en het verwijderen van de bouwhekken is onrechtmatig, aldus aanneemster in deze brief, waarin zij opdrachtgevers voorts sommeerde haar hekken terug te plaatsen. j. Opdrachtgevers hebben geen gevolg gegeven aan de sommatie van aanneemster. k. Bij brief van 19 november 2014 heeft aanneemster aanspraak gemaakt op betaling van ,70 ter zake van openstaande termijnfacturen, meerwerk en schadevergoeding in verband met (onder meer) de schorsing. Zij stelde in die brief dat zij vanaf 17 november 2014 een retentierecht uitoefende op het perceel van opdrachtgevers en dat zij dit zou opheffen na betaling van genoemd totaalbedrag. l. Aanneemster heeft op 25 november 2014 aangifte gedaan van het onttrekken van het perceel grond en het bouwwerk aan het retentierecht door opdrachtgevers. 8. In eerste aanleg vorderden opdrachtgevers in conventie (cursieve tekst in dit vonnis is letterlijk overgenomen):

4 4 bij arbitraal kort geding vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad primair - voor recht te verklaren dat [opdrachtgevers] de feitelijke macht [hebben] over [hun perceel en huis in aanbouw]. - voor recht te verklaren dat [aanneemster] het retentierecht derhalve rechtens niet succesvol heeft kunnen inroepen. - [aanneemster] - althans de vennoten van [aanneemster] alsmede onderaannemers van [aanneemster] en anderen die aldaar in opdracht van [aanneemster] werkzaamheden hebben verricht - te veroordelen om zich per direct niet meer nabij noch op het perceel van [opdrachtgevers] te begeven, op straffe van een dwangsom van 1.000,- althans een door u arbiter te bepalen bedrag per keer, met een maximum van ,-. Voorwaardelijk subsidiair - Dat, indien en voor zover er sprake is van een rechtens geldend ingeroepen retentierecht, [aanneemster] veroordeeld wordt om dat retentierecht binnen 24 uur na het vonnis op te heffen, de hekken weg te halen op/nabij het bouwperceel en de registratie ongedaan te maken, onder verbeurte van een dwangsom van 1.000,00 althans een door arbiter te bepalen bedrag per keer, per dag dat [aanneemster] hier niet aan voldoet, met een maximum van ,-. zowel primair als subsidiair - een en ander met veroordeling van [aanneemster] in de kosten van dit kort geding, een tegemoetkoming in de kosten van processuele bijstand van [opdrachtgevers] daaronder begrepen. 9. Aanneemster stelde dat zij op 17 november 2014 de feitelijke macht over het werk en een opeisbare vordering op opdrachtgevers, en dus ook een retentierecht had. Zij concludeerde daarom tot afwijzing van de vorderingen in conventie. In reconventie vorderde zij voorwaardelijk, voor het geval de vorderingen van opdrachtgevers zouden worden afgewezen: 1. [opdrachtgevers] te veroordelen om binnen 24 uur na betekening van het in deze te wijzen vonnis aan [aanneemster] onvoorwaardelijk en volledig toegang te verlenen tot het bouwterrein en mee te werken aan het geheel en volledig in de macht brengen van [aanneemster] van de aldaar in aanbouw zijnde nieuwbouwwoning inclusief [het] omliggende perceel [kadastrale aanduiding], en te gedogen dat [aanneemster] de door haar

5 5 uitgeoefende retentierechten kan uitoefenen door voormelde woning af te sluiten en te voorzien van borden op een zodanige wijze dat het retentierecht zichtbaar wordt uitgeoefend, een en ander op straffe van een dwangsom van 2.500,00 per dag dat [opdrachtgevers] hiermee in gebreke blijven, met een maximum van ,00, dan wel een in goede justitie nader te bepalen dwangsom en maximum; 2. [Opdrachtgevers] te verbieden binnen 24 uur na betekening van het in deze te wijzen vonnis het perceel [adres en kadastrale aanduiding] te betreden zolang het retentierecht voortduurt, op straffe van een dwangsom van 2.500,00 per keer dat [opdrachtgevers] dit verbod overtreden, met een maximum van ,00 dan wel een in goede justitie nader te bepalen dwangsom en maximum; ook alles bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis en met veroordeling van opdrachtgevers in de proceskosten. 10. In eerste aanleg is - kort gezegd - op grond van de als productie 6 overgelegde fotoverslagen aannemelijk geacht dat opdrachtgevers het bouwterrein vrij konden betreden. Uit de omstandigheid dat opdrachtgevers de nog op het werk aanwezige gereedschappen van aanneemster op of omstreeks 31 oktober 2014 onder een dekzeil hebben gelegd (konden leggen, zo verstaan appelarbiters dit), werd afgeleid dat ontruiming niet nodig was om normaal gebruik van de onroerende zaak te maken. Op grond van deze omstandigheden werd in eerste aanleg geconcludeerd dat aanneemster al vóór 30 dan wel 31 oktober 2014 niet de feitelijke macht had over het perceel en het bouwwerk en dus ook geen retentierecht. 11. Omdat in kort geding geen declaratoire uitspraak kan worden gedaan, zijn de eerste twee vorderingen in conventie afgewezen en omdat aanneemster en derden niet door arbiter kan worden verboden de openbare weg te betreden, zijn de vorderingen van opdrachtgevers als volgt toegewezen: DE BESLISSING Arbiter, rechtdoende als goed man naar billijkheid:

6 6 in conventie en reconventie VEROORDEELT aanneemster, althans haar vennoten, om zich per direct niet meer op het perceel van opdrachtgevers te D. te X. te begeven, op straffe van een dwangsom van 1.000,00 (éénduizend euro) per keer dat aanneemster dan wel haar vennoten niet aan deze veroordeling voldoen, met een maximum van ,00 (twintigduizend euro) aan te verbeuren dwangsommen; VEROORDEELT aanneemster ter verrekening van de proceskosten aan opdrachtgevers te betalen 5.050,00 (vijfduizendvijftig euro); VERKLAART dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad; WIJST AF hetgeen meer of anders is gevorderd. 12. Omdat de voorwaarde van afwijzing van de vorderingen van opdrachtgevers in conventie niet werd vervuld, werd in eerste aanleg niet toegekomen aan de voorwaardelijke vorderingen in reconventie. de vordering in hoger beroep 13. Aanneemster formuleert 7 grieven tegen het vonnis in eerste aanleg. 14. De grieven I, II en III hebben betrekking op de in eerste aanleg tot uitgangspunt genomen feiten sub 8 onder b, j en k. 15. Grief IV richt zich - kort gezegd - tegen het oordeel in eerste aanleg dat aanneemster niet de feitelijke macht had over het perceel en de in aanbouw zijnde woning en dat ontruiming niet nodig was om opdrachtgevers in staat te stellen normaal gebruik daarvan te maken. 16. Grief V richt zich tegen het oordeel in eerste aanleg dat aanneemster geen retentierecht had. Volgens haar had zij de feitelijke macht en een opeisbare vordering op opdrachtgevers en heeft zij dus rechtsgeldig een retentierecht gevestigd op 17 november 2014, de datum dat zij hekken om die van opdrachtgevers plaatste. 17. Grief VI is een voortbouwende grief tegen het aan aanneemster opgelegde verbod het perceel van opdrachtgevers te betreden.

7 7 18. Onder grief VII stelt aanneemster dat haar voorwaardelijke vorderingen in reconventie ten onrechte niet zijn beoordeeld, althans dat deze in hoger beroep alsnog moeten worden beoordeeld, omdat zij een retentierecht had en opdrachtgevers zich dus onrechtmatig de toegang tot het perceel hebben verschaft. 19. Aanneemster concludeert in hoger beroep kort gezegd dat het vonnis in eerste aanleg moet worden vernietigd op de beroepen punten, dat de vorderingen van opdrachtgevers in conventie alsnog moeten worden afgewezen en dat haar vorderingen in reconventie alsnog moeten worden toegewezen, met veroordeling van opdrachtgevers in de proceskosten in beide instanties. het verweer in hoger beroep 20. Opdrachtgevers voeren het hierna te vermelden gemotiveerde verweer in hoger beroep en concluderen dat de grieven moeten worden afgewezen met veroordeling van aanneemster in de proceskosten in hoger beroep. de beoordeling van het geschil 21. Appelarbiters achten het opportuun eerst grief IV en V te bespreken. Grief IV en V 22. Onder grief IV stelt aanneemster dat zij de zaak als hoofdaannemer onder zich had voor bewerking en dat haar werkzaamheden op 30, dan wel 31 oktober 2014 nog in volle gang waren. Zij stelt voorts dat het perceel omheind was met hekken, waarop haar slot zat, dat er gereedschappen, bouwmaterialen en een bouwkeet lagen en/of stonden en dat zij de woning had afgesloten. 23. Volgens haar is normaal gebruik van het onroerend goed in zo n geval praktisch niet mogelijk. Het werk moest dus ontruimd worden, hetgeen betekent dat zij de feitelijke macht over het werk had, aldus aanneemster. Zij wijst er op dat opdrachtgevers bij brief van hun gemachtigde van 30 december 2014 nog heeft gesteld dat de bouwkeet, hekken en gereedschappen in de weg stonden en stelt dat opdrachtgevers daarmee erkennen dat ontruiming nodig was.

8 8 24. Voorts stelt zij dat opdrachtgevers slechts gedurende een korte periode toestemming hadden het perceel te betreden, om het turfdak van de berging dagelijks te bewateren. Volgens haar heeft zij nooit toestemming gegeven het perceel om een andere reden te betreden. 25. Een sleutel heeft zij opdrachtgevers nooit gegeven, aldus aanneemster. 26. Zij stelt dat zij opdrachtgevers de toegang tot het perceel op ieder moment kon ontzeggen. 27. Appelarbiters overwegen en oordelen hierover als volgt. 28. Een schuldeiser kan slechts retentierecht op een zaak hebben als hij de houder daarvan is, dat wil zeggen: als hij de feitelijke macht daarover heeft in die zin dat afgifte van de zaak nodig is om deze weer in de macht van de schuldenaar te brengen. In geval van onroerende goederen die door een aannemer bewerkt worden, wordt aangenomen dat afgifte geschiedt door ontruiming, zodanig dat de schuldenaar weer normaal gebruik kan maken van het onroerend goed (HR 15 februari 1991, NJ 1991, 628 Agema/WUH, HR 23 juni 1995, NJ 1996, 216 Deen/Van der Drift, HR 6 februari 1998, NJ 1999, 303 Winters/KvdT). De feitelijke macht moet zijn verkregen als normaal gevolg van de uitvoering van de aannemingsovereenkomst. Voorts moet er voldoende samenhang bestaan tussen de vordering van de aannemer en zijn verplichting om het onroerend goed weer in de macht van de opdrachtgever te brengen en moet die vordering opeisbaar zijn. 29. Is aan de genoemde vereisten voldaan, dan heeft de aannemer van rechtswege een retentierecht (artikel 3:290 BW). Anders dan aanneemster stelt, kan een retentierecht niet worden gevestigd. Wanneer de aannemer zich het onroerend goed (weer) toe-eigent met uitsluitend de bedoeling een retentierecht uit te oefenen, ontstaat er geen retentierecht, maar hooguit een vordering tot herstel van een eerder retentierecht, ongeacht de vraag of dat retentierecht op onrechtmatige wijze teniet is gegaan. 30. In het onderhavige geval hebben opdrachtgevers de overeenkomst op 30 oktober 2014 schriftelijk ontbonden en hebben zij op diezelfde dag (dan wel op 31 oktober 2014, dat is voor de beoordeling van dit geschil niet van

9 9 belang) hun eigen hekken om het perceel geplaatst. Zij hebben het materieel, materiaal en gereedschap van aanneemster dat op dat moment nog op de bouwplaats aanwezig was verzameld en hebben aanneemster verzocht dit op te komen halen. 31. Als aanneemster op 30 oktober 2014 een retentierecht had, dan hebben opdrachtgevers zich aldus ten onrechte de feitelijke macht verschaft en dient het retentierecht te worden hersteld, zoals gevorderd. 32. Als aanneemster op de genoemde datum geen retentierecht had, dan falen haar grieven IV en V en de daarop voortbouwende grieven. Alle pogingen die aanneemster nadien heeft gedaan om zich de feitelijke macht te verschaffen waren dan immers vergeefs, omdat die feitelijke macht dan niet werd verkregen als normaal gevolg van de uitvoering van de aannemingsovereenkomst en dus geen retentierecht kan hebben doen ontstaan (sub hiervoor). 33. Opdrachtgevers hebben, deels onderbouwd met foto s, gesteld en aanneemster heeft niet, althans onvoldoende onderbouwd weerlegd: 1. dat aanneemster weliswaar een hek aan de voorzijde van het perceel had geplaatst, maar dat het perceel via de zijkanten eenvoudig te betreden was; 2. dat zij tijdens de bouw regelmatig, al dan niet met vrienden en familie, hebben overnacht in hun caravan, die op het perceel stond; 3. dat opdrachtgevers zelf de bouwbegeleiding verzorgden en tijdens de bouw nevenaannemers zonder voorafgaande kennisgeving aan of overleg met aanneemster toegang tot het perceel en de in aanbouw zijnde woning verschaften om daaraan werkzaamheden te verrichten; 4. dat er een stroomaggregaat op het perceel stond, waarvan zij vrij gebruik konden maken wanneer zij daar verbleven of wanneer de nevenaannemers dit nodig hadden; 5. dat de woning op enig moment door aanneemster is afgesloten door een plaat underlayment met enkele schroeven in een kozijn te schroeven, maar dat aanneemster in de bouwkeet een accuboor had gelegd, zodat opdrachtgevers deze plaat eenvoudig konden verwijderen; 6. dat de sleutel van de bouwkeet in de holte van de betonnen tafel bij de

10 10 caravan lag, zodat die bouwkeet te allen tijde toegankelijk was voor opdrachtgevers; 7. dat de sleutel van de berging aan hen ter beschikking is gesteld zodra aanneemster daarop een slot had gemonteerd (opdrachtgevers toonden ter zitting het onbeschadigd verwijderde slot met sleutel, om aan te tonen dat het niet nodig was dit te doorbreken, zoals aanneemster stelde); 8. dat opdrachtgevers het op het perceel aanwezige materieel, materiaal en gereedschap van aanneemster eenvoudig aan de kant konden zetten om het te laten ophalen door aanneemster en dat de nevenaannemers en de opvolgend aannemer zonder problemen de bouw hebben kunnen voortzetten. 34. Op grond van deze omstandigheden zijn appelarbiters van oordeel dat opdrachtgevers vóór en op 30 oktober 2014 normaal gebruik van het perceel en de in aanbouw zijnde woning konden maken en dat ontruiming daarvan niet nodig was voor de afgifte daarvan. 35. Dat aanneemster de sleutel van het hek aan de voorzijde van het perceel, die altijd onder de betonnen voet van dat hek lag om de toegang tot het perceel voor opdrachtgever nog te vereenvoudigen, op enig, niet door haar gespecificeerd moment heeft verwijderd, maakt dat niet anders. 36. De feitelijke macht over het perceel berustte dus bij opdrachtgevers en niet bij aanneemster, zodat de grieven IV en V falen voor zover zij van het tegendeel uitgaan. 37. Gezien het voorgaande behoeft grief V voor het overige geen bespreking meer, omdat aanneemster zonder feitelijke macht geen retentierecht kan hebben (gehad), wat er ook zij van de opeisbaarheid van haar vordering. 38. Ten overvloede overwegen appelarbiters dat opdrachtgevers volgens hun onweersproken stelling ter zitting 81% van de aanneemsom hebben voldaan, terwijl uit het proces-verbaal van de door arbiter in eerste aanleg op 3 november 2014 verrichte spoedplaatsopneming blijkt dat - nog los van eventuele herstelwerkzaamheden in verband met de door opdrachtgevers gestelde gebreken - veel minder dan 81% van het werk was verricht. De facturering door aanneemster liep blijkens genoemd proces-verbaal zelfs

11 11 zodanig uit de pas met de voortgang van het werk, dat appelarbiters voorshands niet aannemelijk achten dat aanneemster op 30 oktober 2014 een opeisbare vordering op opdrachtgevers had, ondanks het feit dat wellicht voorzien is in gedeeltelijke vooruitbetaling van de aanneemsom, door de opeisbaarheid van termijnen afhankelijk te stellen van de aanvang van bepaalde werkzaamheden (opdrachtgevers stellen dat nadere afspraken over de opeisbaarheid van de termijnen zijn gemaakt en aanneemster betwist dit). Grief VI 39. Grief VI mist zelfstandige betekenis en deelt het lot van de grieven IV en V waarop hij voortbouwt. Grief VII 40. Nu aanneemster geen retentierecht had, faalt ook grief VII (sub 18 hiervoor). Grief I 41. Grief I richt zich tegen de vaststelling sub 5 onder b van het beroepen vonnis, dat partijen de opleverdatum hebben verschoven naar juni Aanneemster stelt dat dit een onvolledige weergave van de feiten is, omdat de oplevering daarna nog is verschoven naar week 45/46 van 2014 en verwijst ter zake daarvan naar de brief van opdrachtgevers van 7 oktober 2014 (productie 12 in eerste aanleg). 42. Opdrachtgevers betwistten ter zitting in appel dat zij hun rechten ter zake van de in de overeenkomst genoemde opleverdatum hebben prijsgegeven. 43. Wie gelijk heeft, kan in het midden blijven. Omdat het slagen van grief I geen verandering van het dictum in eerste aanleg tot gevolg kan hebben, faalt hij bij gebrek aan belang. Grief II 44. Onder grief II stelt aanneemster dat in eerste aanleg ten onrechte is overwogen dat opdrachtgevers geen gevolg hebben gegeven aan de sommatie van aanneemster bij brief van 31 oktober 2014 om haar hekken terug te plaatsen, althans dat daarmee een onvolledige weergave van de feiten is gegeven.

12 Ter zitting stond vast dat opdrachtgevers de hekken van aanneemster niet terug hebben geplaatst. De door aanneemster aangevoerde aanvullende feiten betreffen de periode na 30 oktober 2014 en zouden slechts van belang kunnen zijn indien aanneemster op enig moment een retentierecht zou hebben gehad. Nu dat niet het geval is geweest, faalt grief II. Grief III 46. Onder grief III stelt aanneemster dat zij op 17 november 2014 het retentierecht heeft gevestigd, dat zij opdrachtgevers daarvan reeds op die datum op de hoogte heeft gesteld en dat opdrachtgevers aan de vestiging van het retentierecht medewerking hebben verleend. 47. Zoals sub 29 hiervoor is overwogen, is vestiging van een retentierecht niet mogelijk, zodat grief III faalt. Resumé 48. Op grond van het voorgaande falen alle grieven en zal het vonnis in eerste aanleg worden bekrachtigd. de proceskosten in appel en overige vorderingen 49. De door de Raad gemaakte kosten in appel hebben tot en met het depot van dit vonnis ter griffie van de rechtbank te Amsterdam bij moderatie ,18 (waarvan 1.830,68 aan btw) bedragen en zijn verrekend met de door aanneemster gedane stortingen. 50. Omdat aanneemster in appel geheel in het ongelijk is gesteld, achten appelarbiters het billijk dat zij de proceskosten in appel draagt. 51. Appelarbiters bepalen de tegemoetkoming in de kosten van rechtsbijstand van opdrachtgevers in appel in billijkheid op 6.000, Ter zake van de proceskosten in appel dient derhalve door aanneemster aan opdrachtgevers te worden voldaan 6.000, Hetgeen in hoger beroep meer of anders is gevorderd dient te worden afgewezen.

13 13 DE BESLISSING Appelarbiters, rechtdoende in hoger beroep als goede mannen naar billijkheid: BEKRACHTIGEN het vonnis waarvan beroep; VEROORDELEN aanneemster ter verrekening van de proceskosten in appel aan opdrachtgevers te betalen 6.000,00 (zesduizend euro); WIJZEN AF hetgeen in hoger beroep meer of anders is gevorderd. Aldus gewezen te Amsterdam, 20 februari 2015 w.g. J. van der Groen w.g. N.J. Poolen w.g. R.P. Moritz hb71988 ea 35261

ter zake van een geschil tussen 1. A. P., 2. T. P., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s,

ter zake van een geschil tussen 1. A. P., 2. T. P., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, Nr. 30.858 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A. P., 2. T. P., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mr. A.J.B. van Walsem, advocaat te Amersfoort, en de

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen. 1. A., 2. MEVROUW B., hierna te noemen opdrachtgevers,

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen. 1. A., 2. MEVROUW B., hierna te noemen opdrachtgevers, Nr. 31.391 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A., 2. MEVROUW B., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mr. H.V. Wobben, jurist bij Stichting Univé Rechtshulp

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen Nr. 32.458 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A., 2. B. en C., 3. D. en E., 4. de erven van F. en G., zijnde a. H.; b. I.; c. J. en d. K., 5. L. en M., 6. N. en O., 7. P., 8.

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen M. B. hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s,

ter zake van een geschil tussen M. B. hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, Nr. 30.940 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen M. B. hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. D.H. de Wilde, advocaat en in dienst van SRK Rechtsbijstand

Nadere informatie

1. A., 2. B., hierna te noemen opdrachtgevers, C., hierna te noemen aanneemster,

1. A., 2. B., hierna te noemen opdrachtgevers, C., hierna te noemen aanneemster, Essentie: opdrachtgevers niet-ontvankelijk nu vervaltermijn van vijf jaar meer dan vijf jaar is verlopen. Geen beroep op redelijkheid en billijkheid omdat aanneemster na verloop van de vervaltermijn aansprakelijkheid

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap R. EN D. B.V., hierna te noemen aanneemster, M. V., hierna te noemen: opdrachtgeefster,

ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap R. EN D. B.V., hierna te noemen aanneemster, M. V., hierna te noemen: opdrachtgeefster, No. 29.632 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap R. EN D. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s gemachtigde: mr. P.J.A. Vis, werkzaam bij Actio

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen M.M., hierna te noemen: opdrachtgever, de besloten vennootschap D. B.V., hierna te noemen: aanneemster,

ter zake van een geschil tussen M.M., hierna te noemen: opdrachtgever, de besloten vennootschap D. B.V., hierna te noemen: aanneemster, No. 29.235 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen M.M., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: mr. R.S. Levenga, werkzaam bij de Stichting Univé Rechtshulp te Assen

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in kort geding tussen

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in kort geding tussen Nr. 33.884 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in kort geding tussen de besloten vennootschap A., hierna te noemen onderaanneemster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. C. Borstlap, advocaat

Nadere informatie

ter zake van een spoedgeschil tussen J.J., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r, L.H., H.O.D.N. BOUWBEDRIJF H., hierna te noemen: aannemer,

ter zake van een spoedgeschil tussen J.J., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r, L.H., H.O.D.N. BOUWBEDRIJF H., hierna te noemen: aannemer, No. 29.804 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een spoedgeschil tussen J.J., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: mr. J.M.S. Salomons, advocaat te Amsterdam, en L.H., H.O.D.N. BOUWBEDRIJF

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen. a p p e l l a n t e,

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen. a p p e l l a n t e, Nr. 71.914 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid A., hierna te noemen A., a p p e l l a n t e, gemachtigde: mr.

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS in een geschil tussen. de besloten vennootschap A., hierna te noemen leverancier,

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS in een geschil tussen. de besloten vennootschap A., hierna te noemen leverancier, Essentie: Twee sets algemene voorwaarden cumulatief van toepassing, één met en één zonder arbitraal beding. Voor geen van beide is een duidelijke voorrang. De wederpartij wil beslechting door de rechter.

Nadere informatie

A, hierna te noemen opdrachtgever, de besloten vennootschap B, hierna te noemen aanneemster, zonder gemachtigde.

A, hierna te noemen opdrachtgever, de besloten vennootschap B, hierna te noemen aanneemster, zonder gemachtigde. Nr. 31.775 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen A, hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: aanvankelijk mr. H. Elmas, advocaat te Wormerveer, thans zonder gemachtigde,

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL APPELVONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen. A, hierna te noemen aanneemster,

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL APPELVONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen. A, hierna te noemen aanneemster, Nr. 71.731 SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL APPELVONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen A, hierna te noemen aanneemster, a p p e l l a n t e in de hoofdzaak, e i s e r e s in het incident,

Nadere informatie

B., hierna te noemen onderneemster,

B., hierna te noemen onderneemster, Nr. 80497 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen A., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, gemachtigden: mevrouw mr. L.C.M.C. Gels, advocaat te Rijswijk, later vervangen

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen 1. W. Z., 2. L. R., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s,

ter zake van een geschil tussen 1. W. Z., 2. L. R., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, Nr. 29.954 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. W. Z., 2. L. R., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mr. H.R. Flipse, advocaat te Rotterdam, en de vennootschap

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen: B., hierna te noemen onderneemster,

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen: B., hierna te noemen onderneemster, Nr. 34.473 SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen: 1. A1., 2. A2., hierna te noemen A., e i s e r s in de hoofdzaak, v e r w e e r d e r s in

Nadere informatie

de besloten vennootschap C, hierna te noemen aanneemster,

de besloten vennootschap C, hierna te noemen aanneemster, Nr. 32.526 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A, 2. B, hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mevrouw mr. A.A.M. Janssen, advocaat te Amsterdam, en de besloten

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen. A., hierna te noemen de VvE, B., hierna te noemen B.,

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen. A., hierna te noemen de VvE, B., hierna te noemen B., Nr. 71.505 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen A., hierna te noemen de VvE, a p p e l l a n t e, gemachtigde: aanvankelijk mr. J.M.S. Salomons, thans mr. M.P. Middendorf,

Nadere informatie

terzake van een geschil tussen de besloten vennootschap B. B.V. hierna te noemen aanneemster,

terzake van een geschil tussen de besloten vennootschap B. B.V. hierna te noemen aanneemster, No. 28.429 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS terzake van een geschil tussen de besloten vennootschap B. B.V. hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s in conventie, v e r w e e r s t e r in reconventie, gemachtigde:

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen W.H., hierna te noemen: opdrachtgeefster, de besloten vennootschap BOUWBEDRIJF R. B.V., hierna te noemen aanneemster,

ter zake van een geschil tussen W.H., hierna te noemen: opdrachtgeefster, de besloten vennootschap BOUWBEDRIJF R. B.V., hierna te noemen aanneemster, No. 28.861 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen W.H., hierna te noemen: opdrachtgeefster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. P.J. Sandberg, advocaat te Amsterdam, en de besloten vennootschap

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen. de besloten vennootschap C. hierna te noemen aanneemster,

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen. de besloten vennootschap C. hierna te noemen aanneemster, Nr. 31.215 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A., 2. B., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mr. R.S. Levenga, jurist in dienst van de Stichting Univé Rechtshulp

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen 1. A. W. en 2. B. V., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s in conventie, v e r w e e r d e r s in reconventie,

ter zake van een geschil tussen 1. A. W. en 2. B. V., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s in conventie, v e r w e e r d e r s in reconventie, No. 28.508 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A. W. en 2. B. V., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s in conventie, v e r w e e r d e r s in reconventie, gemachtigde:

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen. de vereniging A., hierna te noemen de VVE,

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen. de vereniging A., hierna te noemen de VVE, Nr. 31.796 SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen de vereniging A., hierna te noemen de VVE, e i s e r e s in de hoofdzaak, v e r w e e r s t

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap B. B.V., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s,

ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap B. B.V., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, Nr. 30.253 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap B. B.V., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. W.A. Braams, advocaat te Eindhoven,

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap K. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s, S. S., hierna te noemen opdrachtgever,

ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap K. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s, S. S., hierna te noemen opdrachtgever, Nr. 29.848 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen de besloten vennootschap K. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s, gemachtigde: aanvankelijk mr. A. van Hemert, thans mr.

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen 1. W.D., 2. H.S., hierna te noemen: opdrachtgevers, e i s e r s,

ter zake van een geschil tussen 1. W.D., 2. H.S., hierna te noemen: opdrachtgevers, e i s e r s, No. 30.628 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. W.D., 2. H.S., hierna te noemen: opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mr. J.M.W.M. van Toor, werkzaam bij DAS Rechtsbijstand

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS in een (spoedbodem-) geschil tussen. A, hierna te noemen hoofdaanneemster, e i s e r e s,

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS in een (spoedbodem-) geschil tussen. A, hierna te noemen hoofdaanneemster, e i s e r e s, Nr. 35.339 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS in een (spoedbodem-) geschil tussen A, hierna te noemen hoofdaanneemster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. M.B.A. Alkema, advocaat te Breda en B, hierna te noemen onderaanneemster,

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen. A., hierna te noemen de adviseur,

SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen. A., hierna te noemen de adviseur, Nr. 33.933 SCHEIDSRECHTERLIJK INCIDENTEEL VONNIS ter zake van het bevoegdheidsincident in een geschil tussen A., hierna te noemen de adviseur, e i s e r e s in de hoofdzaak, v e r w e e r s t e r in het

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen 1. I W., 2. MEVROUW Y. M., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s,

ter zake van een geschil tussen 1. I W., 2. MEVROUW Y. M., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, Nr. 30.596 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. I W., 2. MEVROUW Y. M., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mr. Th.C.J. Kaandorp en mr. K. Meijer, advocaten

Nadere informatie

terzake van een geschil tussen J. P., hierna te noemen: opdrachtgever, de coöperatie C. UA, hierna te noemen aanneemster, v e r w e e r s t e r,

terzake van een geschil tussen J. P., hierna te noemen: opdrachtgever, de coöperatie C. UA, hierna te noemen aanneemster, v e r w e e r s t e r, No. 28.619 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS terzake van een geschil tussen J. P., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: mr. S.J. Schoonhoven, jurist bij ARAG Rechtsbijstand te Leusden en de

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen Nr. 71.926 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in hoger beroep tussen de besloten vennootschap A., hierna te noemen hoofdaanneemster, a p p e l l a n t e, gemachtigde: mr. C.P.B. Kroep,

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen VvE H., hierna te noemen de VvE, de besloten vennootschap H. B.V., voorheen I. B.V., hierna te noemen onderneemster,

ter zake van een geschil tussen VvE H., hierna te noemen de VvE, de besloten vennootschap H. B.V., voorheen I. B.V., hierna te noemen onderneemster, No. 27.704 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen VvE H., hierna te noemen de VvE, e i s e r e s, gemachtigde: mr. D.A.B. Cox, jurist bij DAS Rechtsbijstand te s-hertogenbosch, en de

Nadere informatie

(Kort geding) ter zake van een spoedgeschil tussen. J.H., hierna te noemen opdrachtgever,

(Kort geding) ter zake van een spoedgeschil tussen. J.H., hierna te noemen opdrachtgever, No. 29.686 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS (Kort geding) ter zake van een spoedgeschil tussen J.H., hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: mr. V.L. Spronk, jurist in dienst van DAS Rechtsbijstand,

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen 1. de stichting STICHTING W., 2. de stichting STICHTING BEHEER REGISTERGOEDEREN W., hierna te noemen: het ziekenhuis,

ter zake van een geschil tussen 1. de stichting STICHTING W., 2. de stichting STICHTING BEHEER REGISTERGOEDEREN W., hierna te noemen: het ziekenhuis, No. 28.597 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. de stichting STICHTING W., 2. de stichting STICHTING BEHEER REGISTERGOEDEREN W., hierna te noemen: het ziekenhuis, e i s e r e s

Nadere informatie

VvE., hierna te noemen opdrachtgeefster, A., hierna te noemen aanneemster,

VvE., hierna te noemen opdrachtgeefster, A., hierna te noemen aanneemster, No. 30.571 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen VvE., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, gemachtigde: mevrouw mr. I.E. Kleinmoedig, werkzaam bij DAS rechtsbijstand te

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen 1. R.L. en, 2. J.L., hierna (enkelvoudig) te noemen: opdrachtgever,

ter zake van een geschil tussen 1. R.L. en, 2. J.L., hierna (enkelvoudig) te noemen: opdrachtgever, No. 28.786 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. R.L. en, 2. J.L., hierna (enkelvoudig) te noemen: opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: mr. R.B. de Kleine, advocaat te Almelo,

Nadere informatie

de besloten vennootschap A., (hierna: aanneemster ) e i s e r e s de besloten vennootschap B., (hierna: opdrachtgeefster ) v e r w e e r s t e r

de besloten vennootschap A., (hierna: aanneemster ) e i s e r e s de besloten vennootschap B., (hierna: opdrachtgeefster ) v e r w e e r s t e r Nr. 34.287 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in kort geding tussen de besloten vennootschap A., (hierna: aanneemster ) e i s e r e s gemachtigde: mr. M.C.J. Freijters, advocaat te De Wijk,

Nadere informatie

Essentie: faalrisico ligt op grond van de overeenkomst bij de aannemer. Uitleg van nadere afspraken aan de hand van Haviltex-maatstaf.

Essentie: faalrisico ligt op grond van de overeenkomst bij de aannemer. Uitleg van nadere afspraken aan de hand van Haviltex-maatstaf. Essentie: faalrisico ligt op grond van de overeenkomst bij de aannemer. Uitleg van nadere afspraken aan de hand van Haviltex-maatstaf. Nr. 35.643 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS in een geschil tussen A, (hierna

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van de gevoegde (spoed)geschillen in hoger beroep tussen. de besloten vennootschap A. hierna te noemen A,

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van de gevoegde (spoed)geschillen in hoger beroep tussen. de besloten vennootschap A. hierna te noemen A, Nr. 71.501 Nr. 71.502 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van de gevoegde (spoed)geschillen in hoger beroep tussen de besloten vennootschap A. hierna te noemen A, appellante in geschil nummer 71.501, geïntimeerde

Nadere informatie

A., hierna te noemen aanneemster, 1. B., 2. C., 3. D.,

A., hierna te noemen aanneemster, 1. B., 2. C., 3. D., Essentie: aanneemster is boete verschuldigd aan de kopers wegens bouwtijdoverschrijding. Projectontwikkelaar is verantwoordelijk voor die bouwtijdoverschrijding en dus aansprakelijk voor de boeteschade.

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen A.Z., hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r,

ter zake van een geschil tussen A.Z., hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r, No. 30.376 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen A.Z., hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: aanvankelijk mr. C. Jol, later mw. mr. W. van Es, beiden werkzaam bij

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-01-2017 Datum publicatie 23-03-2017 Zaaknummer 200.189.286/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ter zake van een geschil in kort geding tussen A., hierna te noemen opdrachtgeefster, B., hierna te noemen aanneemster,

ter zake van een geschil in kort geding tussen A., hierna te noemen opdrachtgeefster, B., hierna te noemen aanneemster, No. 35.386 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in kort geding tussen A., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. D. Bercx, advocaat te Nijmegen, en B., hierna

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 25-06-2007 Zaaknummer 0600267 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ter zake van een spoedgeschil tussen de besloten vennootschap V. B.V., hierna te noemen aanneemster,

ter zake van een spoedgeschil tussen de besloten vennootschap V. B.V., hierna te noemen aanneemster, No. 29.943 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een spoedgeschil tussen de besloten vennootschap V. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. J.W.T.M. IJsseldijk, advocaat te

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen Nr. 32.269 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen HET SCHEIDSGERECHT 1. A., 2. B., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mevrouw mr. J.A. de Wolf, jurist in dienst

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:350

ECLI:NL:GHARL:2015:350 ECLI:NL:GHARL:2015:350 Instantie Datum uitspraak 20-01-2015 Datum publicatie 26-01-2015 Zaaknummer 200.145.738-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 27-11-2014 Zaaknummer 200.140.914/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 22-02-2017 Datum publicatie 23-02-2017 Zaaknummer 04 5561763 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk procesrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 30-07-2008 Datum publicatie 13-08-2008 Zaaknummer 60993/HA ZA 08-23 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2014:218 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2014:218 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2014:218 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 28-01-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer 200.091.734-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

B., hierna te noemen onderneemster, gemachtigde: mr. J.H. Meerburg, advocaat te Amsterdam.

B., hierna te noemen onderneemster, gemachtigde: mr. J.H. Meerburg, advocaat te Amsterdam. Nr. 71.985 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS in een geschil in hoger beroep tussen A., hierna te noemen opdrachtgeefster, a p p e l l a n t e in principaal appel, g e ï n t i m e e r d e in incidenteel appel,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 12-05-2009 Datum publicatie 12-06-2009 Zaaknummer 156351 - KG ZA 09-197 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

A, hierna te noemen aanneemster,

A, hierna te noemen aanneemster, Nr. 34.451 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen A, hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s, gemachtigden: mr. S.J.H. Rutten en mevrouw mr. M. Pasterkamp, advocaten te Amsterdam,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05 ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-08-2007 Datum publicatie 14-12-2007 Zaaknummer 1659/05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014

zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014 arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM afdeling civiel recht en belastingrecht, team II zaaknummer :200.140.465101 KG zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke

Nadere informatie

Bij de memorie van eis zijn producties gevoegd (genummerd 1 17).

Bij de memorie van eis zijn producties gevoegd (genummerd 1 17). SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG Arbitraal vonnis in kort geding van 28 november 2014 Kenmerk: SG KG 14/28 De fungerend voorzitter van het Scheidsgerecht, mr. R.J.B. Boonekamp, wonende te Arnhem, bijgestaan

Nadere informatie

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer 11 februari 2016 Mr. L.A. (Leonie) Dutmer Overzicht retentierecht van de aannemer Elementen retentierecht Feitelijke macht en kenbaarheid Retentierecht

Nadere informatie

1.2. Tijdens de zitting zijn partijen en hun advocaten verschenen. De advocaten hebben het woord gevoerd aan de hand van pleitnotities.

1.2. Tijdens de zitting zijn partijen en hun advocaten verschenen. De advocaten hebben het woord gevoerd aan de hand van pleitnotities. vonnis RECHTBANK NOORD-NEDERLAND Afdeling Privaatrecht Locatie Leeuwarden Kort-gedingnummer: [... ] vonnis van de voorzieningenrechter in het kort-geding d.d. 16 juli 2014 inzake [DE MAN], wonende te [Plaatsnaam

Nadere informatie

B., hierna te noemen: opdrachtgeefster,

B., hierna te noemen: opdrachtgeefster, No. 34.627 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen A., hierna te noemen aanneemster e i s e r e s, gemachtigde: mr. Ph.C.M. van der Ven, advocaat te s-hertogenbosch en B., hierna te noemen:

Nadere informatie

B., hierna te noemen aannemer,

B., hierna te noemen aannemer, No. 34.476 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A. en 2. B., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: aanvankelijk mevrouw mr. S. Gruden, werkzaam bij Achmea Rechtsbijstand

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ0395 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ0395 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ0395 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 29-01-2013 Datum publicatie 01-02-2013 Zaaknummer HD 200.054.815 KG Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen. 1. A., 2. B., hierna te noemen kopers,

SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen. 1. A., 2. B., hierna te noemen kopers, Nr. 100151 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A., 2. B., hierna te noemen kopers, e i s e r s in conventie, v e r w e e r s t e r s in reconventie, gemachtigde: mr. F. Dijkslag,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALM:2011:BU1896

ECLI:NL:RBALM:2011:BU1896 ECLI:NL:RBALM:2011:BU1896 Instantie Rechtbank Almelo Datum uitspraak 11-10-2011 Datum publicatie 26-10-2011 Zaaknummer 123234 / KG ZA 11-188 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

de besloten vennootschap T. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s in conventie, v e r w e e r s t e r in reconventie,

de besloten vennootschap T. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s in conventie, v e r w e e r s t e r in reconventie, No. 30.646 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil in kort geding tussen de besloten vennootschap T. B.V., hierna te noemen aanneemster, e i s e r e s in conventie, v e r w e e r s t e r in

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:2682

ECLI:NL:GHARL:2017:2682 ECLI:NL:GHARL:2017:2682 Instantie Datum uitspraak 28-03-2017 Datum publicatie 30-03-2017 Zaaknummer 200.189.034/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen R. S., hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r,

ter zake van een geschil tussen R. S., hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r, Nr. 30.465 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen R. S., hierna te noemen opdrachtgever, e i s e r, gemachtigde: mevrouw mr. M. van Dijk, advocaat te Zutphen, en de besloten vennootschap

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:171

ECLI:NL:GHSHE:2016:171 ECLI:NL:GHSHE:2016:171 Instantie Datum uitspraak 21-01-2016 Datum publicatie 26-01-2016 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 200.164.903/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen de VERENIGING VAN EIGENAARS H,, hierna te noemen de VvE, e i s e r e s,

ter zake van een geschil tussen de VERENIGING VAN EIGENAARS H,, hierna te noemen de VvE, e i s e r e s, Nr. 30.626 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen de VERENIGING VAN EIGENAARS H,, hierna te noemen de VvE, e i s e r e s, gemachtigde: mevrouw mr. R.D. van der Woude, jurist bij DAS

Nadere informatie

vonnis in kort geding ex artikel 254 lid 5 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,

vonnis in kort geding ex artikel 254 lid 5 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam, ECLI:NL:RBROT:2016:996 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 10-02-2016 Datum publicatie 10-02-2016 Zaaknummer 4645281 VV EXPL 15-591 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2017:1537

ECLI:NL:RBAMS:2017:1537 ECLI:NL:RBAMS:2017:1537 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 09-03-2017 Datum publicatie 13-03-2017 Zaaknummer KK EXPL 17-174 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:9831

ECLI:NL:GHARL:2015:9831 ECLI:NL:GHARL:2015:9831 Instantie Datum uitspraak 22-12-2015 Datum publicatie 31-12-2015 Zaaknummer 200.173.880 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2016:6222

ECLI:NL:RBMNE:2016:6222 ECLI:NL:RBMNE:2016:6222 Instantie Datum uitspraak 05102016 Datum publicatie 16122016 Rechtbank MiddenNederland Zaaknummer / HA ZA 5344803 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen en

Nadere informatie

arrest van de tweede civiele kamer van 21 april 2009 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

arrest van de tweede civiele kamer van 21 april 2009 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid arrest GERECHTSHOF ARNHEM Sector civiel recht zaaknummer gerechtshof 104.001.423 (zaaknummer rechtbank 91282 / HA ZA 03-1198) arrest van de tweede civiele kamer van 21 april 2009 inzake de besloten vennootschap

Nadere informatie

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG Arbitraal vonnis van 19 oktober 2009 Kenmerk: 09/03 Het Scheidsgerecht, samengesteld als volgt: mr. A. Hammerstein, wonende te Arnhem, voorzitter, mr. R.P.D. Kievit, wonende

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3066

ECLI:NL:GHDHA:2014:3066 ECLI:NL:GHDHA:2014:3066 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 09-09-2014 Datum publicatie 25-09-2014 Zaaknummer 200.133.088/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen

ter zake van een geschil tussen No. 29.123 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. P.H. en 2. P.H, hierna gezamenlijk en in enkelvoud te noemen: opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mw. mr. M.G.H. Vogels, advocaat

Nadere informatie

ter zake van een spoedgeschil tussen H.D., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r in conventie, v e r w e e r d e r in reconventie,

ter zake van een spoedgeschil tussen H.D., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r in conventie, v e r w e e r d e r in reconventie, No. 29.049 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een spoedgeschil tussen H.D., hierna te noemen: opdrachtgever, e i s e r in conventie, v e r w e e r d e r in reconventie, gemachtigde: mr. J.H.A.M. Hanssen,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD

ECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD ECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 29-04-2014 Datum publicatie 01-05-2014 Zaaknummer HD 200.136.561_01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-03-2010 Datum publicatie 05-01-2016 Zaaknummer 200.015.254-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0634

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0634 ECLI:NL:GHARL:2013:BZ0634 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 24-01-2013 Datum publicatie 05-02-2013 Zaaknummer 200.113.026 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598

ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598 ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 27-06-2007 Datum publicatie 13-08-2007 Zaaknummer 153406 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:3340

ECLI:NL:RBROT:2016:3340 ECLI:NL:RBROT:2016:3340 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 20042016 Datum publicatie 03052016 Zaaknummer 4878125 VV EXPL 1612 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Arbeidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:526 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2017:526 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2017:526 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 21-02-2017 Datum publicatie 19-05-2017 Zaaknummer 200.179.432/01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ARREST van 12 mei 1997 in de zaak A 96/ ARRET du 12 mai 1997 dans l affaire A 96/

ARREST van 12 mei 1997 in de zaak A 96/ ARRET du 12 mai 1997 dans l affaire A 96/ HET BENELUX-GERECHTSHOF LA COUR DE JUSTICE BENELUX A 96/1/7 ARREST van 12 mei 1997 in de zaak A 96/1 -------------------------- Inzake : BEVIER VASTGOED B.V. tegen GEBR. MARTENS BOUWMATERIALEN B.V Procestaal

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen H., hierna te noemen: koper, gemachtigde: mr. T. Segers, advocaat te s-hertogenbosch,

ter zake van een geschil tussen H., hierna te noemen: koper, gemachtigde: mr. T. Segers, advocaat te s-hertogenbosch, No. 28.684 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen H., hierna te noemen: koper, e i s e r e s, gemachtigde: mr. T. Segers, advocaat te s-hertogenbosch, en de besloten vennootschap H.

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2008:BG6664 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2008:BG6664 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2008:BG6664 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-06-2008 Datum publicatie 12-02-2009 Zaaknummer 104.003.290 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG Kenmerk: 12/32 KG De fungerend voorzitter van het Scheidsgerecht mr. R.J.B. Boonekamp, wonende te Arnhem, bijgestaan door mr. J.A.I. Wendt, griffier, heeft op 23 oktober

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBAMS:2014:6139 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 19-09-2014 Zaaknummer HA ZA 14-295 Rechtsgebieden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:647

ECLI:NL:GHDHA:2017:647 ECLI:NL:GHDHA:2017:647 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 07-02-2017 Datum publicatie 14-03-2017 Zaaknummer 200.207.571/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen

ter zake van een geschil tussen No. 28.727 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. de naamloze vennootschap N. N.V., hierna te noemen: N., 2. de besloten vennootschap H. B.V., hierna te noemen: H., hierna samen te

Nadere informatie

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden.

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden. beschikking RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Civiel recht kantonrechter zittinghoudende te Utrecht zaaknummer: 2534388 UE VERZ 13805 GD/4243 Beschikking van 13 december 2013 inzake X wonende te Arnhem,

Nadere informatie

ter zake van een geschil tussen de stichting WONINGSTICHTING V., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s,

ter zake van een geschil tussen de stichting WONINGSTICHTING V., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, Nr. 30.696 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen de stichting WONINGSTICHTING V., hierna te noemen opdrachtgeefster, e i s e r e s, gemachtigde: mr. G.H. Beusker, advocaat te Venlo,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2007:BA4351

ECLI:NL:RBUTR:2007:BA4351 ECLI:NL:RBUTR:2007:BA4351 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 03-05-2007 Datum publicatie 03-05-2007 Zaaknummer 515624 AV EXPL 07-35 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

de besloten vennootschap C., hierna te noemen aanneemster,

de besloten vennootschap C., hierna te noemen aanneemster, Nr. 31.423 SCHEIDSRECHTERLIJK VONNIS ter zake van een geschil tussen 1. A., 2. B., hierna te noemen opdrachtgevers, e i s e r s, gemachtigde: mr. H.V. Wobben, jurist werkzaam bij Stichting Univé Rechtshulp

Nadere informatie

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove...

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove... Rechtspraak.nl Print uitspraak 1 of 5 071215 09:02 Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBOVE:2013:1448 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecl Instantie Rechtbank Overijssel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3035

ECLI:NL:GHDHA:2014:3035 ECLI:NL:GHDHA:2014:3035 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 30-09-2014 Datum publicatie 21-10-2014 Zaaknummer 200.128.231-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG Kenmerk: 05/16 Bindend advies in de zaak van: A., wonende te Z., eiser, gemachtigde: mr. Th.F.M. Pothof tegen De Stichting B., gevestigd te IJ., verweerster, gemachtigde:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak 12-03-2014 Datum publicatie 20-03-2014 Zaaknummer C-17-129115- HA ZA 13-247 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie