PROJECTHANDLEIDING. Het ontwikkelboek

Transcriptie

1 PROJECTHANDLEIDING Het ontwikkelboek HWEPMO4V PW 3 Kerntaak 1: opstellen van een activiteitenprogramma en een plan van aanpak Werkproces: 1.1 Inventariseert de situatie en wensen van het kind/de jongere 1.2 Stelt een activiteitenprogramma op 1.3 Maakt een plan van aanpak PW3 Kerntaak 2: Opvangen en begeleiden van de cliënt Werkproces: 2.1 Ondersteunt het kind/de jongere bij ontwikkeling en opvoeding 2.4 Biedt het kind/de jongere ontwikkelingsgerichte activiteiten aan PW3 Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie en professie gebonden taken 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.3 Stemt werkzaamheden af met betrokkenen 3.8 Evalueert de werkzaamheden Leerdoelen: Aan het eind van dit project heeft de student een passend plan van aanpak gemaakt gericht op de ontwikkelingsstimulering van kind. Aan het eind van dit project heeft de student een ontwikkelboek gemaakt waarin de ontwikkeling van dit kind op een creatieve en passende wijze in beeld wordt gebracht. Aan het eind van dit project heeft de student ouders en collega s op passende wijze geïnformeerd over de inhoud van dit ontwikkelboek. 1

2 Inhoudsopgave HWEPMO4V 1. Algemene informatie over het project Workshops Workshopopdrachten Eindopdracht 4 2. Inhoud van het project Inleiding op het project Workshop 1: Pedagogische Visies Workshop 2: Observeren en Rapporteren Workshop 3: VVE Activiteitenmethodiek 9 Bijlagen: 1. De uitwerkingen van de opdrachten van de verschillende workshops 11 A. Pedagogische visies 11 B. Observeren en rapporteren 12 C. VVE 13 D. Activiteitenmethodiek De uitwerking van de eindopdracht van dit project Feedbackformulieren Een aftekenlijst Een evaluatieformulier 21 2

3 1. Algemene informatie over het project HWEPMO4V Tijdens het vorige project ben je bezig geweest met de kampvoorbereiding en -uitvoering en heb je geleerd om vanuit theorie en visie keuzes te maken in de begeleiding van een kind bij de uitvoering van activiteiten. Tijdens dit project ga je deze kennis opnieuw inzetten en zal je je verder gaan verdiepen in de ontwikkeling en begeleiding van een specifiek kind. Daarnaast zal je leren om informatie over de ontwikkeling van een kind in beeld te brengen en hierover verslag uit te brengen aan ouders. Gebeurtenissen in het verleden beïnvloeden zijn of haar persoonlijke ontwikkeling. Dit heb je zelf kunnen ervaren toen je in het eerste jaar van deze opleiding je Levensboek maakte. Op je praktijkinstelling word je dagelijks geconfronteerd met ontwikkeling. Zowel cognitief, lichamelijk, emotioneel als sociaal, van kleine tot grote stappen, van kruipen naar lopen, van stoerdoenerij naar ik voel me zo alleen. Van krassen tot schrijven en van slaan op de piano, naar spelen op het drumstel. Als PM er ben je dagelijks bezig met die ontwikkeling, sterker nog: een van je hoofdtaken is het stimuleren van ontwikkeling van de kinderen op je groep. We dagen je in dit project uit om goed te kijken en luisteren. Zie jij wat je moet zien? Kun jij een ontwikkelingsachterstand signaleren? Doe jij vervolgens wat je moet doen om de ontwikkeling verder te stimuleren? Laat het ons zien. In beelden en verhalen met toppen en dalen. Observeer, signaleer, kijk en zoek. Leg het vast en het is geboren: Het ontwikkelboek! 1.1 Workshops Inmiddels weet je globaal waar je je tijdens dit project mee bezig gaat houden. Dit doe je aan de hand van het volgen van verschillende workshops. Binnen dit project zijn dit de volgende workshops: - Pedagogische visies 2 Tijdens deze workshop zullen verschillende leertheorieën besproken worden, zodat je een goed beeld krijgt van de wijze waarop kinderen leren. Daarnaast leer je over verschillende opvoedingsmiddelen en ga je deze toepassen in de praktijk. - Observeren/Rapporteren Tijdens deze workshop zal je verschillende observatietechnieken bespreken en leren toepassen. Ook leer je hoe je deze observaties kunt interpreteren en op de juiste manier verwerken in rapportages. - VVE Tijdens deze workshop zal je kennis maken met het begrip VVE en leer je over het bestaan en de toepassing van verschillende vormen van VVE. Daarnaast wordt er aandacht besteedt aan het beleid van ouderbetrokkenheid en zal je gaan oefenen met het voeren van oudergesprekken. - Beeldende vorming Je leert tijdens deze workshop bewust activiteiten inzetten die de ontwikkelingsgebieden van het kind stimuleren en zult daarnaast weer veel aan de slag gaan met de uitvoering en begeleiding van tal van activiteiten. 3

4 1.2 Workshopopdrachten HWEPMO4V Per workshop lever je een (aantal) opdracht(en) in. Hieronder vind je een overzicht. - Pedagogische visies 2 A. Een algemene beschrijving van de ontwikkelingsfasen (CLESSI) van een door jou gekozen kind (Let op! Deze opdracht kun je gebruiken voor de uitwerking van de eindopdracht van dit project) B. Een uitgewerkte casus C. Kennistoets Pedagogische Visies - Observeren/Rapporteren A. 6 observaties (minimaal 3 verschillende observatie-methodes) ;ondertekend door je stagebegeleid(st)er B. 6 analyses en interpretaties C. 6 conclusies bij de observaties, gekoppeld aan ontwikkelingsgebied - VVE A. Samenvatting VVE-stromingen B. Twee verslagen oudergesprek/overdracht + feedback + evaluatie C. Lesopdrachten - Activiteitenmethodiek A. Je hebt per ontwikkelingsgebied 2 activiteiten bedacht die passen bij je doelgroep. B. Je hebt 4 activiteiten (met hoofddoelen gericht op minimaal 4 verschillende ontwikkelingsgebieden) uitgevoerd op stage en uitgewerkt in het activiteitenschema. C. Je hebt een tekening van je kind/ jongere geanalyseerd en vergeleken met de algemene theorie. D. Je hebt een energizer of teambuildingsactiviteit uitgevoerd met de klas. E. Kennistoets 'Aanbieden van activiteiten in het pedagogisch werk' Let op! Voor een verdere uitwerking van deze opdrachten kun je kijken bij de uitwerking van de workshops in hoofdstuk 2. Zorg dat je van tevoren aan de betreffende docent vraagt wat de eisen zijn voor de opdracht(en) zodat je later niet voor verrassingen komt te staan! 1.3 Eindopdracht Voor dit project is het de bedoeling dat je een kind of jongere de aankomende periode volgt. Je gaat de kenmerken van zijn/haar ontwikkeling in kaart brengen door het maken van een Ontwikkelboek. Het Ontwikkelboek is een geschenk aan de ouders/verzorgers van het kind of aan de jongere waarvan je de ontwikkeling gevolgd hebt. Een prachtig boek, vol foto s, producten van activiteiten en met interessante informatie over de ontwikkelingsfase waarin het kind/ de jongere zich bevindt. Je presenteert het ontwikkelboek uiteindelijk aan ouders/verzorgers en/of aan de jongere. Het boek wat je deelt moet een warm & positief boek zijn. 4

5 2. Inhoud van het project 2.1 Inleiding Project Om een prestatie te kunnen leveren moet je weten wat je precies moet doen. De volgende vraag staat in deze workshop dan ook centraal: begrijp ik wat er in dit project van mij wordt verwacht? Je krijgt informatie over het project en de prestaties die je moet leveren. Inhoud: Inleiding door de projectleider. Doornemen van de projecthandleiding en gelegenheid tot het stellen van vragen. Maken van een plan van aanpak voor jezelf. Resultaat: Je hebt inzicht in het belang van het project voor je werk, je doelgroep en je opleiding Je bent op de hoogte van de prestatie-eisen van dit project en weet wat er van je verwacht wordt. Je bent op de hoogte van de inhoud van de workshops Je hebt een eerste planning gemaakt Literatuur: Projecthandleiding ontwikkelboek Duur: 1 x 1,5 uur 5

6 2.2 Workshop 1: Pedagogische Visies Of je nou met peuters of volwassenen werkt: het is noodzakelijk dat je kennis hebt van de verschillende fases in de ontwikkeling. In de levensfases van de mens staan verschillende ontwikkelingsaspecten centraal. Deze ontwikkelingsaspecten en de theorie vanuit de ontwikkelingspsychologie kun je toepassen op het kind/ de jongere van je ontwikkelboek. In deze workshop gaan we de theorie over de brede ontwikkeling verdiepen en leer je hoe je de ontwikkeling kan stimuleren m.b.v. verschillende opvoedmiddelen. Je leert bewust keuzes te maken in de begeleiding van een kind om uiteindelijk zijn/haar ontwikkeling optimaal te kunnen stimuleren. Inhoud: CLES(SI) Ontwikkelingsfasen zuigeling tot jongere Ontwikkelingsaspecten vertalen naar de ontwikkeling van het kind/ de jongere van het ontwikkelboek Opvoedmiddelen Opvoedstijlen Leertheorieën Brede ontwikkeling stimuleren en het optimaliseren van gedrag Literatuur: Boek: Opvoeden en begeleiden van kinderen: Thema 1: Kinderen opvoeden en begeleiden. Thema 2: Zonder opvoeding geen ontwikkeling Boek :Ontwikkeling en opvoeding Workshopopdrachten: Een algemene beschrijving van de ontwikkelingsfasen (CLESSI) van een door jou gekozen kind (Let op! Deze opdracht kun je gebruiken voor de uitwerking van de eindopdracht van dit project) Een uitgewerkte casus Kennistoets Pedagogische Visies Duur: 7 x 2 uur Inleveren: in week 24 volgens rooster 6

7 2.3 Workshop 2: Observeren en rapporteren Om een boek te kunnen maken, moet je gericht observeren en je bevindingen registreren. Als je dat zorgvuldig doet, kun je inspelen op ontwikkeling en passende activiteiten aanbieden. Als je ziet dat het kind de fijne motoriek nog niet beheerst en vooral uit de schouder werkt, moet je hem niet een potloodje en een klein stukje papier aanbieden. Het is veel beter voor het kind een dik stuk krijt in de hand te hebben en een groot vel waar het lekker op kan krabbelen. Tevens leer je om vanuit je observaties, gericht te kunnen rapporteren en passende activiteiten aan te bieden, die aansluiten bij de leefwereld en bij de mogelijkheden van het kind op dat moment. Rapportages die je n.a.v. je observaties hebt opgesteld, laat je lezen en ondertekenen door de praktijkbegeleider; hierna neem je ze mee naar school. Je hebt in deze workshop de mogelijkheid om dilemma s aan de docent voor te leggen. Wat kan ik wel en wat kan ik niet in het ontwikkelboek zetten? De docent bespreekt eventuele fouten, zodat je een ontwikkelboek kunt afleveren waarin sprake is van respectvol en zorgvuldig taalgebruik. Inhoud: Observeren als middel om te volgen Observatiemethoden en rapportagemethodes Het formuleren van doelen (SMART) Literatuur: Boek: Methodiek van begeleiden Thema 4: Observeren en rapporteren blz.115 Boek: Methodisch werken in kinderopvang en jeugdzorg Thema 3 blz. 107 t/m 146 Workshopopdrachten: Z e s observaties (minimaal 3 verschillende observatiemethoden) ;ondertekend door je stagebegeleid(st)er Zes analyses en interpretaties; 1 bij elke observatie Zes conclusies bij de observaties; gekoppeld aan een ontwikkelingsgebied Duur: 7 x 2 uur Inleveren: in week 24 volgens rooster 7

8 2.4 Workshop 3: VVE De laatste jaren is de kinderopvang in Nederland (en in de rest van de wereld) zich steeds meer gaan richten op het voorkomen van taal- en ontwikkelingsachterstanden aan de hand van speciaal ontwikkelde programma s (Voor en Vroegschoolse Opvang VVE). Een van de peilers van VVE is de ouderbetrokkenheid vergroten bij de opvang van hun kind(eren). Je gaat tijdens deze workshop kennis maken met de verschillende VVE-programma s die veel voorkomen en Nederland. Daarnaast ga je je richten op het voeren van oudergesprekken waarin je leert hoe je ouders op een positieve manier kunt betrekken bij de opvang (en ontwikkeling) van hun kind. Inhoud: VVE-programma s Ouderbetrokkenheid Oudergesprekken Literatuur: Boek: Methodisch werken in kinderopvang en jeugdzorg Thema 3 blz. 101 t/m 106 Website: NJI; Lesmateriaal Workhopopdrachten: Samenvatting VVE-methodieken Gespreksverslagen overdracht/oudergesprek + feedback + evaluatie Lesopdracht Duur: 7 x 2 uur Inleveren: in week 24 volgens rooster 8

9 2.5 Workshop 4: Activiteitenmethodiek Bij de vraag: Waarom doe jij activiteiten met de kinderen is het antwoord vaak: het is gewoon leuk, ze zijn dan lekker bezig, maar dat is niet het enige. Professioneel kun je activiteiten bewust inzetten kinderen en jongeren optimaal te helpen ontwikkelen of om het gedrag te sturen. Of het nou om leren lopen gaat of om beter om te kunnen gaan met verliefdheden. Om met je activiteiten goed aan te sluiten bij wat de jongere/ het kind of de groep nodig heeft is het heel belangrijk dat je goed kunt observeren en begrijpt welke activiteit geschikt is om een bepaalde ontwikkeling te stimuleren, en dat je werkt vanuit beschreven doelen. Inhoud: Ontwikkelingsgerichte activiteiten voor je baby, kind/jongere of cliënt op je praktijkinstelling. Hoofddoelen en subdoelen binnen de verschillende ontwikkelingsgebieden (CLES-SI) Methodische uitwerking van activiteiten Pedagogische visie toepassen in de activiteit Verschillende ontwikkelingsfases zichtbaar in een (kinder)tekening Energizers en teambuildingsactiviteiten Literatuur: Boek: Aanbieden van activiteiten in het pedagogisch werk Andere literatuur: -Verschillende boeken (ook internet) over doelgerichte activiteiten Workshopopdrachten: Je hebt per ontwikkelingsgebied 2 activiteiten bedacht die passen bij je doelgroep. Je hebt 4 activiteiten (met hoofddoelen gericht op minimaal 4 verschillende ontwikkelingsgebieden) uitgevoerd op stage en uitgewerkt in het activiteitenschema. Je hebt een tekening van je kind/ jongere geanalyseerd en vergeleken met de algemene theorie. Je hebt een energizer of teambuildingsactiviteit uitgevoerd met de klas. Kennistoets 'Aanbieden van activiteiten in het pedagogisch werk' Duur: 7 x 2 uur 9

10 BIJLAGEN: In de bijlagen vind je: 1. De uitwerkingen van de opdrachten van de verschillende workshops A. Pedagogische visies 11 B. Observeren en rapporteren 12 C. VVE 13 D. Activiteitenmethodiek De uitwerking van de eindopdracht van dit project Feedbackformulieren Een aftekenlijst Een evaluatieformulier 21 10

11 Bijlage 1: De uitwerkingen van de opdrachten van de verschillende workshops A. Pedagogische visies Een algemene beschrijving van de ontwikkelingsfasen (CLESSI) van een door jou gekozen kind (Let op! Deze opdracht kun je gebruiken voor de uitwerking van de eindopdracht van dit project) Een uitgewerkte casus Kennistoets Pedagogische Visies Wat doe je? Je kiest het kind uit dat je wilt gebruiken voor het Ontwikkelboek en verdiept je in de algemene ontwikkeling van een kind op de leeftijd van het kind dat je hebt uitgekozen. Je gebruikt hiervoor naast je boek minimaal 3 andere betrouwbare bronnen (dus geen wikipedia etc.). Je maakt een samenvatting van de informatie die je hebt opgezocht. Per letter van CLESSI zorg je voor betrouwbare, uitgebreide informatie. Je werkt een casus uit die je in de les hebt gekregen. Hierin verwerk je op correcte wijze de theorie die je tijdens deze workshop hebt gekregen/zult krijgen. Je zorgt voor een goede planning om de stof voor de kennistoets te leren en zorgt dat je je aan deze planning houdt (het is een belangrijke toets die je niet moet onderschatten!) Wat lever je in? Een mapje met de volgende onderdelen: De ontwikkelingsbeschrijving voor een kind van de leeftijd die behoort tot het door jou uitgekozen kind voor het Ontwikkelboek. Hierbij laat je alle letters van CLESSI terugkomen. Je zorgt dat je de bronnen op de juiste wijze noteert. De uitwerking van de casus die je in de les gekregen hebt. Hierin laat je zien dat je de theorie die tijdens de workshop behandeld is, correct kunt toepassen. Let op! In overleg met de docent kun je afspraken maken om eerdergenoemde onderdelen eerder in te leveren. 11

12 B. Observeren en rapporteren Uitgewerkte observaties per ontwikkelingsgebied; ondertekend door je stagebegeleid(st)er Wat doe je? Lees thema 4 Observeren en rapporteren uit het boek Methodiek van Begeleiden en uit Methodisch werken in kinderopvang en jeugdzorg het thema: Observeren in het pedagogisch werk. Bereid per hoofdstuk uit je ontwikkelboek (CLESSI) een observatie voor (stappenplan) volgens de instructie op blz. 115 uit je boek methodiek van begeleiden: Voeg achter elke hoofdstuk je observatieplan toe. -stap 1: beschrijf de aanleiding voor je observatie (bv. hoezo observeer je het onrustige gedrag van Jantje). -stap 2: beschrijf het observatiedoel en de vraagstelling. (bv kan Jantje zich concentreren tijdens de spelactiviteit? -stap 3: beschrijf het concrete gedrag (bv wiebelen op stoel, frunniken, samen spelen, luisteren naar de pedagogisch werker) -stap 4: maak observatiecategorieën. -stap 5: beschrijf welke observatiemethoden je gebruikt (in totaal gebruik je minimaal 3 verschillende soorten observatiemethoden!) -stap 6: noteer plaats en tijd -stap 7: n.v.t. voor het boek Nu ga je deze observaties uitvoeren door het kind te observeren; welk gedrag laat het kind de jongere of de cliënt zien? Komt dit gedrag overeen met de gedragskenmerken die je bij je observatiedoel hebt beschreven? Zoals je weet, moeten je observaties objectief zijn. Maak dan een objectief observatieverslag. Bijvoorbeeld: Anna huilt tijdens de spelactiviteit. De leidster loopt naar haar toe. Ze tilt Anna op. De leidster aait Anna over haar rug. Anna stopt niet met huilen. Etc. Als je klaar bent met je observaties (dat kan een beschrijvende observatie zijn, maar dus ook een observatieschema, codeersysteem of beoordelingsschaal zijn) ga je je observaties analyseren en interpreteren. Dit doe je dus per observatie. Wat denk jij dat er aan de hand zou kunnen zijn? Je schrijft dit als volgt op: Het kan zijn dat Anna verdrietig is omdat ze de nieuwe leidster nog niet kent en nog moet wennen. Het kan ook zijn dat ze haar moeder mist. etc. Nu ga je een conclusie(s) trekken per ontwikkelingsgebied. Je neemt daarbij de observaties en interpretaties mee. Beargumenteer je conclusies altijd!: Ik heb het idee dat Anna het lastig vindt om relaties met anderen aan te gaan met andere mensen. Ook vertoont ze het ene moment aanklampend gedrag, terwijl ze zich het andere moment opvallend terugtrekt uit de groep kinderen etc. Let op! Gebruik voor je ontwikkelboek minstens 3 verschillende observatiemethoden: beschrijvende observatie, observatieschema, codeersysteem, beoordelingsschaal (zie blz. 118 uit je boek methodiek van begeleiden). Je mag ook observatiemethoden gebruiken die op je stage worden gebruikt. Wat lever je in? Een mapje met de volgende onderdelen: Zes observaties uitgewerkt volgens het stappenplan. Je hebt hiervoor tenminste 3 verschillende observatiemethoden gebruikt. Laat je werk ondertekenen door je stagebegeleid(st)er (zonder handtekening geen beoordeling!) Zes interpretaties op basis de uitgewerkte observaties. Zes conclusies (gericht op CLES /si) op basis van alle uitgewerkte observaties en de interpretaties. 12

13 C. VVE Samenvatting VVE-methodieken Twee verslagen oudergesprek/overdracht + feedback + evaluatie Lesopdrachten Wat doe je? Je bespreekt de opdracht voor de oudergesprekken/overdrachten op je stage. Je plant vervolgens met je stage bij welke ouders je deze opdracht gaat toepassen en wanneer. Op basis van de lesstof, je boek en de uitgereikte literatuur/websites, maak je een samenvatting per VVEmethodiek. Hierin behandel je in elk geval de volgende punten: Naam van de methodiek Doel Doelgroep Aanpak Je zorgt ervoor dat je de lesopdrachten maakt (soms kan dit ook een stage-opdracht zijn). Je bereid de oudergesprekken voor (eventueel door middel van een agenda. Wat ga je zeggen? Welk materiaal gebruik je hiervoor?) Je voert de oudergesprekken/ overdrachtsgesprekken en zorgt dat je feedback krijgt van ouders en begeleid(st)er. Je schrijft een evaluatieverslag van de oudergesprekken Wat lever je in? Een mapje met de volgende onderdelen: De samenvatting van de VVE-methodieken die besproken zijn in de les (naam, doel, doelgroep, aanpak). Uitgewerkte lesopdrachten Een voorbereiding van de oudergesprekken (Evt. agenda, materiaal dat je gebruikt hebt, etc.). Feedback van ouder(s) en begeleid(st)er op de gesprekken die je gevoerd hebt (per gesprek feedback van ouder(s) en begeleid(st)er). Een evaluatieverslag waarin je bespreekt wat je precies gezegd/gedaan hebt tijdens de oudergesprekken, waar je trots op bent en waar je nog in zou kunnen groeien. 13

14 D. Activiteitenmethodiek Je hebt per ontwikkelingsgebied 2 activiteiten bedacht die passen bij je doelgroep. Je hebt 4 activiteiten uitgewerkt in een activiteitenschema (met hoofddoelen gericht op minimaal 4 verschillende ontwikkelingsgebieden) en voert deze uit op stage. Je verzameld feedback over de voorbereiding en uitvoering van de activiteit. Je hebt een tekening van je kind/ jongere geanalyseerd en vergeleken met de algemene theorie. Je hebt een energizer of teambuildingsactiviteit uitgevoerd met de klas. Wat doe je? Je bespreekt deze opdracht met je stage. Je geeft aan dat je uiteindelijk 6 activiteiten zult moeten uitvoeren op je stageplek. Op deze manier kan je begeleid(st)er met je meedenken over een eventueel thema en kunnen jullie samen een planning maken voor de uitvoering van de activiteiten. Aan de hand van de ontwikkeling van je doelgroep (je kunt hiervoor de opdracht van Pedagogische Visies heel goed gebruiken) bedenk je per ontwikkelingsgebied 3 activiteiten. (Je krijgt dus uiteindelijk 18 activiteiten). Van deze activiteiten kies je er 6 uit die je verder uitwerkt volgens activiteitenschema die je docent Beeldend tijdens de lessen gebruikt. (Zorg ervoor dat je hoofddoelen minimaal op 4 verschillende ontwikkelingsgebieden gericht zijn). Je voert de activiteiten uit en zorgt ervoor dat je per activiteit feedback krijgt van je begeleid(st)er. Doe dit meteen, zodat je bij een volgende activiteit de feedbackpunten van de vorige activiteit meteen mee kunt nemen. Je ontvangt/zorgt voor een kindertekening Aan de hand van de theorie die je tijdens de les hebt gekregen, analyseer je de kindertekening Je schrijft hiervan een kort verslag. Je bereid een energizer/teambuildingsactiviteit voor en voert deze uit met de klas. Je ontvangt feedback. Je zorgt voor een goede planning om de stof voor de kennistoets te leren en zorgt dat je je aan deze planning houdt. Wat lever je in? Twaalf bedachte activiteiten per ontwikkelingsgebied (CLESSI) 2 activiteiten. Vier - volgens het activiteitenschema - uitgewerkte activiteiten; gericht op vier verschillende ontwikkelingsgebieden Feedback van je begeleidster op de vier verschillende activiteiten (Kopie van de) Kindertekening met je interpretatie (verslag) Voorbereiding van je energizer/teambuilingsactiviteit 14

15 Bijlage 2: Uitwerking van de eindopdracht HWEPMO4V Zoals eerder beschreven is, is het voor dit project de bedoeling dat je een kind of jongere de aankomende periode volgt. Je gaat de kenmerken van zijn/haar ontwikkeling in kaart brengen door het maken van een Ontwikkelboek. Inhoud van het boek Je ontwikkelboek zal de volgende hoofdstukken bevatten: Inleiding Dit boek gaat over: Naam: Leeftijd: Woonplaats: Geboortedatum: Geboortestad en geboorteland: Broertje/zusje: Wat voor soort gezin: Zijn er specifieke kenmerken, zoals medicijngebruik, chronische ziekte, lichamelijke of verstandelijke beperkingen, opvallende kenmerken op psychisch of emotioneel gebied? Hoofdstuk 1: Cognitieve ontwikkeling Beschrijf de algemene cognitieve ontwikkeling van een kind/jongere in de ontwikkelingsfase die jij gekozen hebt. Minimaal 1A4 Voer één observatie uit (gericht op dit onwikkelingsgebied), volgens bijlage 2. Beschrijf aan de hand van bovenstaande je eigen kind/ jongere en beschrijf dit uitvoerig met veel concrete voorbeelden. Minimaal 2 A4 Beschrijf de taalontwikkeling van het kind/ de jongere: wat is zijn/haar woordenschat? Gebruikt hij/zij straattaal, schuttingstaal, internettaal, correcte taal etc. Bedenk 2 activiteiten die bedoeld zijn om het cognitieve ontwikkelingsgebied te stimuleren van je kind/ jongere en voer 1 daadwerkelijk uit volgens bijlage 3. Hoofdstuk 2: Lichamelijke ontwikkeling Beschrijf de algemene lichamelijke ontwikkeling van een kind/ de jongere in de ontwikkelingsfase die jij gekozen hebt. Minimaal 1A4. Voer één observatie uit (gericht op dit onwikkelingsgebied), volgens bijlage 2. Beschrijf aan de hand van bovenstaande je eigen kind/jongere en beschrijf dit uitvoerig met veel concrete voorbeelden. Minimaal 2 A4. Beschrijf het spel/sport gedrag van het kind/jongere. Bedenk 2 activiteiten die bedoeld zijn om de lichamelijke ontwikkeling te stimuleren van je kind/ jongere en voer 1 daadwerkelijk uit volgens bijlage 3. Hoofdstuk 3: Emotionele ontwikkeling Beschrijf de algemene emotionele ontwikkeling van een kind/jongere in de ontwikkelingsfase die jij gekozen hebt. Minimaal 1A4. Voer één observatie uit (gericht op dit onwikkelingsgebied), volgens bijlage 2. Beschrijf wat je allemaal ziet van je eigen kind/jongere op het gebied van de emotionele ontwikkeling Bedenk 2 activiteiten die bedoeld zijn om de emotionele ontwikkeling te stimuleren van je kind/ jongere en voer 1 daadwerkelijk uit volgens bijlage 3. Hoofdstuk 4: Sociale ontwikkeling Beschrijf de algemene sociale ontwikkeling van een kind/jongere in de ontwikkelingsfase die jij gekozen hebt. Minimaal 1A4. Voer één observatie uit (gericht op dit onwikkelingsgebied), volgens bijlage 2. Beschrijf wat je allemaal ziet van je eigen kind/jongere op het gebied van de sociale ontwikkeling. Kijk hiervoor naar relatie met ouders, relatie met begeleiders, (liefdes)relaties, vrienden(groep), onlinecontacten, etc. Bedenk 2 activiteiten die bedoeld zijn om de sociale ontwikkeling te stimuleren van je kind/ jongere en voer 1 daadwerkelijk uit volgens bijlage 3. Hoofdstuk 5: Seksuele ontwikkeling Beschrijf de algemene seksuele ontwikkeling van een kind/jongere in de ontwikkelingsfase die jij gekozen hebt. Minimaal 1A4. Project Ontwikkelboek jaar 2 PW MBO College Hilversum 15

16 HWEPMO4V Voer zo mogelijk- één observatie uit (gericht op dit onwikkelingsgebied), volgens bijlage 2. Beschrijf wat je allemaal ziet van de jongere op het gebied van seksuele ontwikkeling. Kijk hiervoor naar lichamelijke seksuele rijping, bewustwording van seksuele identiteit, liefdesrelatie etc. Bedenk 2 activiteiten die bedoeld zijn om de seksuele ontwikkeling in beeld te brengen voor deze ontwikkelingsfase en voer eventueel 1 van deze activiteiten daadwerkelijk uit volgens bijlage 3. Hoofdstuk 6: Identiteit/persoonlijkheidsontwikkeling Beschrijf de identiteit/persoonlijkheid van de gekozen jongere en beschrijf dit uitvoerig met veel concrete voorbeelden. Minimaal 1 A4. Voer zo mogelijk- één observatie uit (gericht op dit onwikkelingsgebied), volgens bijlage 2. Beschrijf wat je allemaal ziet van de jongere het gebied van de identiteit/persoonlijkheid denk aan het zelfbeeld, beleving van uiterlijk etc. Bedenk 2 activiteiten die bedoeld zijn om de eigen identiteit in beeld te brengen en te stimuleren van je kind/ jongere en voer eventueel 1 van deze activiteiten daadwerkelijk uit volgens bijlage 3. Slotwoord Schrijf een leuk slotwoord waarin je in het kort iets persoonlijks over jezelf schrijft, als je wilt met foto erbij. Ook schrijf je een aantal persoonlijke herinneringen op die je aan het kind/ jongere hebt. En helemaal tot slot beschrijf je hoe je het vond om dit boek voor het kind de jongere te maken. Maak het boek aantrekkelijk! Bij ieder hoofdstuk voeg je tekeningen, verhalen, anekdotes, gedichten, Facebook pagina afdruk etc. toe die te maken heeft met die ontwikkeling van het kind/ de jongere. Creatieve activiteiten kan je ook fotograferen en je maakt ook regelmatig foto s waarop duidelijk te zien is hoe het kind/jongere zich op de verschillende gebieden ontwikkelt. Zorg ervoor dat het boek er overzichtelijk en aantrekkelijk uit ziet. Dit boek is een geschenk aan de ouders en aan het kind of jongere zelf. Waarschijnlijk kijkt dit kind/jongere in de rest van zijn leven nog regelmatig in zijn ontwikkelboek, want het is natuurlijk een prachtig aandenken aan zijn of haar kindertijd/pubertijd. Daarom beschrijf je alleen de positieve dingen in het boek. Andere belangrijke zaken lever je apart in. Presentatie Als het ontwikkelboek af is, presenteer je het boek aan de ouder(s) van het kind en je begeleid(st)er. Je zorgt ervoor dat je feedback ontvangt van zowel de ouder(s) als je begeleid(st)er. Dit kun je doen met de feedbackformulieren uit bijlage 3. Daarnaast presenteer je het Ontwikkelboek aan je LBB er en je studiegenoten. Project Ontwikkelboek jaar 2 PW MBO College Hilversum 16

17 Bijlage 3: Feedbackformulieren HWEPMO4V Evaluatieformulier Ouder(s) Dit vond ik van het Ontwikkelboek : Dit vond ik van de wijze waarop het Ontwikkelboek is gepresenteerd aan mij: Dit wil ik de student nog meegeven: Handtekening ouder: Project Ontwikkelboek PW MBO College Hilversum 17

18 Evaluatieformulier begeleid(st)er De volgende prestatie-eisen moeten akkoord worden bevonden door de praktijkbegeleider voorafgaand aan de presentatie op school: De praktijkbegeleider en de ouder(s) zijn op tijd en op de juiste manier geïnformeerd. Akkoord: Ja/nee paraaf praktijkbegeleider: Je hebt het boek volgens de richtlijnen van je praktijkinstelling aan de ouders, of de jongere en aan collegae gepresenteerd. Akkoord: Ja/nee paraaf praktijkbegeleider: Hieronder is ruimte voor de praktijkbegeleider om je feedback te geven op het project ontwikkelboek. Handtekening student: Handtekening praktijkbegeleider: Project Ontwikkelboek PW MBO College Hilversum 18

19 Evaluatieformulier LBB er/studiegenoten Dit vond ik van het Ontwikkelboek : Dit vond ik van de wijze waarop het Ontwikkelboek is gepresenteerd aan mij: Dit wil ik de student nog meegeven: Handtekening LBB er Project Ontwikkelboek PW MBO College Hilversum 19

20 Bijlage 3: Aftekenlijst Naam: Klas: Loopbaanbegeleider: Project 2 jaar 2 Ontwikkelboek BOL PW Niveau 3 Controlelijst voor student Bij wie inleveren? Ok? Handtekening praktijkbegelei der? Workshop Pedagogische Visies 2 (mapje 1) Extra: toets Pedagogische visies Een algemene beschrijving van de ontwikkelingsfasen (CLESSI) Workshopdocent Uitgewerkte casus Pedagogische visies Workshop Observeren/ Rapporteren (mapje 2) Zes observatieplannen Workshopdocent Zes interpretaties Observeren/ Rapporteren Zes conclusies Workshop VVE (mapje 3) Samenvatting VVE- stromingen Workshopdocent VVE Twee verslagen oudergesprek/overdracht + feedback + evaluatie Lesopdrachten Workshop Activiteitenmethodiek (mapje 4) Extra: toets Aanbieden van activiteiten in het pedagogisch werk!! 12 bedachte activiteiten- per ontwikkelingsgebied 2 activiteiten Workshopdocent 4 -volgens het activiteitenschema- uitgewerkte activiteiten Activiteitenmethodiek Feedback van je begeleidster op de 4 uitgevoerde ontwikkelingsgerichte activiteiten Kopie van de kindertekening met je interpretatie Eindopdracht Project Ontwikkelboek Voorbereiding van je energizer/teambuildingsactiviteit Het Ontwikkelboek, bestaande uit de onderdelen zoals benoemd in bijlage 2 Feedback van ouders en begeleid(st)er op presentatie Feedback van tenminste 2 medestudenten en LBB er LBB Evaluatieformulier Project Ontwikkelboek PW MBO College Hilversum 20

21 Bijlage 5: Evaluatieformulier Beantwoord de volgende vragen en verwerk dit in een verslag van 1 A4 Arial 12. De prestatie: video presentatie van een gesprek. Hoe vond je het om aan deze prestatie te werken? Wat vond je leuk/makkelijk? Wat vond je minder leuk/moeilijk? Welke feedback heb je van je klasgenoten gekregen? Welke feedback kreeg je van je Loopbaanbegeleider? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waar ben je tevreden over? Jouw functioneren: Ben je op tijd begonnen met het maken van de opdrachten? Heb je genoeg tijd besteed / te veel tijd besteed aan de opdrachten? Was jouw inzet en betrokkenheid voldoende? Waar is dit uit gebleken? Heb je een positieve houding getoond of een negatieve? Wat ging goed, wat zou je de volgende keer anders doen? Project Ontwikkelboek PW MBO College Hilversum 21