Vademecum Zaalhockey Laren

Transcriptie

1 Vademecum Zaalhockey Laren versie november 2016

2 Zaalhockey seizoen Beste coaches, managers en scheidsrechters van de zaalhockeyteams, Bijgaand treffen jullie alle benodigde informatie aan voor het komende zaalhockeyseizoen (belangrijk om te lezen!): 1. Poule-indeling 2. Instructie 3. Arbitrage 4. Bijlagen: I. Bijlage Spelreglement Zaalhockey II. III. IV. Bijlage verschillen veld- en zaalhockey Bijlage Digitaal Wedstrijd Formulier (DWF) Zaalhockey Bijlage Instructies voor de scheidsrechter V. Bijlage Instructies voor de zaalleiding VI. VII. VIII. Bijlage Instructies voor de jeugdbegeleiding Bijlage Instructies voor jongste jeugd/e8-tallen Bijlage Instructies voor de aanvoerders van seniorenteams IX. Bijlage Uniform boete-overzicht zaalhockey KNHB X. Bijlage Afgelastingsformulier XI. Bijlage Briefing zaalwachten Hoofdklasse Indoor XII. XIII. XIV. Bijlage Adreslijst sporthallen Midden-Nederland Bijlage Speelgerechtigdheid Bijlage formulier Geconstateerde onregelmatigheden Veel plezier gedurende het komend zaalhockey seizoen Namens de Larensche MHC, Zaalhockeycommissie, TC en Jeugdtafel (contact: Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 2 van 41

3 1. Poule indeling: Indeling jeugd op basis van 2 jaar en 1 jaar geleden zaalcompetitie. Indien mogelijk (in breedtesport) op basis van geografische indeling Indeling senioren Standaard, Res. Top en Res. 1 e Klasse op basis van promotie/degradatie voorgaand zaalseizoen. Indeling senioren Res. 2 e t/m 4 e Klasse op basis van - indeling en stand in lopende veldcompetitie en - resultaten van team in voorgaand zaalseizoen. Indeling jongste jeugd op basis van - indeling en eindstand voorcompetitie veld - aanvraag en/of geografische ligging. 2. Instructies: A. Uitrusting en kleding In de zaal is het dragen van schone en voor de zaal geschikte schoenen verplicht voor spelers, begeleiders scheidsrechters (spelbegeleiders) en zaalwachten. Geen buitenschoenen en geen donkere zolen. Zaalhockeystick: Verplicht! Bitje: Verplicht! Zaalhandschoen: Verplicht! De keepersuitrusting mag GEEN metalen delen bevatten. Ook niet te zijn afgeplakt i.v.m. mogelijke schade aan de vloer Voorkeur voor zaalhockeyballen. Veldballen toegestaan, mits schoon. Het uit -team dient indien nodig (ter beoordeling van de scheidsrechters/zaalleiding) voor een afwijkend tenue te zorgen, in ieder geval shirt en sokken. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 3 van 41

4 B. Wedstrijdduur en bloktijd Reguliere wedstrijden: Bloktijd zaalleiding Wedstrijdduur : 2 uur : 1x 30 minuten (geldt ook voor JJ) Scheidsrechters : na ca. 15 minuten wisselen Voor TOP-poules: Wedstrijdduur Rust Scheidsrechters : wisselen niet : 2x 20 minuten. C. Aanvangstijd, wedstrijdduur en eindtijd : 5 minuten; wisseling speelhelft en bank De wedstrijdtijd gaat in op de vastgestelde aanvangstijd De tijd wordt tijdens de wedstrijd nooit stil gezet Zo nodig gelijkmatig inkorten van speeltijd, door zaalleiding. Hierover is geen discussie mogelijk! D. Afgelastingen Wedstrijden worden in beginsel niet ingehaald! Centrale afgelastingen op de website van de KNHB Centrale afgelasting HI (landelijke hoofdklasse) is géén centrale afgelasting district! Decentrale afgelasting in onderling overleg betrokken zaalcommissarissen. Zorg dus dat u bereikbaar bent! Decentrale afgelaste wedstrijden of gestaakte wedstrijden dienen gemeld te worden via het afgelastingsformulier. Zie hiervoor de bijlage. E. Begeleiding Begeleiding/coach is verantwoordelijk bij jeugdteams Bij een jeugdteam is een meerderjarige begeleider van gelijke sekse aanwezig. In de kleedkamer mag alleen een begeleider van gelijke sekse aanwezig zijn. Bij eventuele schade wordt resp. club, team, speler of coach aansprakelijk gesteld. F. Aangescherpt beleid inzake kleedkamers Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 4 van 41

5 Kleedkamers gaan voortaan op slot. Indien niet op slot, dient de zaalleiding na elke wissel in de kleedkamer, deze te controleren. Indien teams ervan gebruik willen maken kan je aan de beheerder de sleutel vragen, tegen inlevering van een borg (autosleutels). Na gebruik afmelden bij de beheerder die inspectie doet. Bij schade wordt er melding gedaan aan zaalcommissaris of zaalcie. G. Zaalleiding Twee personen (in & om zaal) Bewaken bloktijd (2 uur, m.u.v. toppoules) Ondersteunen bij invullen van het DWF Teams instrueren over neerleggen/opruimen balken Begeleiden opruimen afval en zo nodig melding maken Zaalleiding: instructie video Zaalleiding is echt iets wat bij zaalhockey voorkomt en wat we op het veld als zodanig niet kennen. Als zaalleiding ben je verantwoordelijk voor de speellocatie, het wedstrijdverloop en de wedstrijdformulieren. Met het kijken van deze video's ben je als zaalleider geheel voorbereid. Zaalleiding (de volledige film): Link H. Accommodaties (belangrijk) In de sporthal is het alleen toegestaan om binnensportschoenen te dragen. Schoenen waarmee buiten gelopen is zijn absoluut niet toegestaan op het veld in een accommodatie. Dit geldt voor zowel sporters, coaches/begeleiders, scheidsrechters als voor de zaalleiding. Het is absoluut verboden dat personen van het ene geslacht in de kleedkamers van het andere geslacht komen. Ook dit geldt voor zowel sporters, als coaches/begeleiders, als scheidsrechters als zaalleiding. Dus GEEN mannen/jongens in dames/meisjeskleedkamers en andersom. DUS OOK GEEN MANNELIJKE COACHES/BEGELEIDERS IN DE MEISJESKLEEDKAMER OM EEN TEAMBESPREKING TE HOUDEN (of vrouwelijke coaches/begeleiders in jongenskleedkamers). I. Algemene opmerkingen (belangrijk) De coaches en scheidsrechters hebben de mogelijkheid om op het wedstrijdformulier eventuele op- en aanmerkingen te plaatsen. Niet relevante opmerkingen zoveel mogelijk vermijden, dit geeft bij de KNHB onnodig oponthoud bij de verwerking van het Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 5 van 41

6 formulier. De zaalleiders en accommodatiebeheerders kunnen van het Digitaal Observatie Formulier (DOF-formulier) gebruik maken. Dit DOF is een vrij toegankelijk Google Formulier waar eenieder opmerkingen kan doorgeven. Denk hierbij aan opmerkingen m.b.t. de accommodatie, scheidsrechters, gedrag van publiek/spelers/coaches, meldingen van metalen gespen op keepersuitrusting. Het formulier is ook via de districtspagina op de KNHB-site te benaderen. 3. Arbitrage Algemeen Bondsarbitrage bij: Topklasse senioren Top A en (misschien) B-klasse jongens en meisjes Seniorenteams leveren ieder 1 scheidsrechter voor de eigen wedstrijd Bij Jeugdteams; De vereniging die zaalleiding heeft levert de scheidsrechters. Bij de Topklasse, indien geen Bondsarbitrage levert elke club 1 scheidsrechter voor de eigen wedstrijd Bij Jongste Jeugdteams; zowel thuis- als uitvereniging levert een spelleider. Digitaal Wedstrijd Formulier (DWF) voor alle wedstrijden Handel het DWF ZSM na de wedstrijd af!!! Uiterlijk indienen voor maandag 12 uur s middags. Let Op! Te laat afhandelen DWF kan tot een boete leiden Zie verder bijlage III Digitaal Wedstrijdformulier Zaalhockey Spelregelwijzigingen Zaalhockey seizoen gelden ook voor 16-17! In seizoen zijn in de zaal de volgende spelregelwijzigingen door de KNHB doorgevoerd: 1. Zaalhockey wordt weer 6 tegen 6, zowel bij de junioren als bij de senioren. 2. Mondbescherming (bitje) is net als bij veldhockey verplicht voor alle veldspelers. 3. Het aantal momenten waarop een keeper mag worden gewisseld is net als vorig seizoen gelimiteerd tot maximaal twee momenten. Alleen het wisselen van een volledig uitgeruste keeper met een andere volledig uitgeruste keeper telt niet langer mee als wisselmoment. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 6 van 41

7 4. Een speler die in balbezit is mag niet opgesloten worden in de hoek van het veld of aan de zijbalk door tegenstanders met hun stick plat op de grond. Tegenstanders moeten een opening laten waardoor de bal kan worden gespeeld. 5. Een groene kaart voor een speler betekent naast een waarschuwing ook een tijdstraf van 1 minuut. 6. Een vrije push dichtbij de cirkelrand wordt niet meer teruggelegd tot 3 meter buiten de cirkel maar genomen op de plaats van de overtreding. Voordat de bal echter de cirkel in gespeeld mag worden moet deze: - drie meter hebben gerold, of - geraakt zijn door een tegenstander, of - eerst de balk hebben geraakt. NIEUW in HET ZAALHOCKEY : de lange corner De grote aanpassing is de introductie van de lange corner in het zaalhockey. De uitvoering vindt plaats precies zoals op het veld: recht tegenover de plek waar de bal via de verdediging over de achterlijn ging. Daardoor is de gehele zaalregel van het verlaten van de bal van het speelveld via de achterlijn gelijk aan die op het veld. Oftewel: echt duidelijk opzettelijk over de eigen achterlijn spelen leidt tot een strafcorner, zonder duidelijke opzet is het een lange corner, en wordt de bal het laatst geraakt door een aanvaller, dan volgt uitslaan. Let wel, een keeper mag de bal nog steeds van zijn legguard laten afkaatsen richting de achterlijn; dit valt niet onder de opzet die tot een strafcorner leidt. NIEUW in HET ZAALHOCKEY : Shoot-outs in plaats van strafballen Een andere wijziging in het nieuwe spelreglement is dat shoot-outs in plaats van strafballen voortaan beslissing brengen in (halve) finales. Elk team neemt drie, in plaats van vijf zoals op het veld, shoot-outs. De nemers starten drie meter buiten de cirkel, midden voor het doel en hebben zes seconden om een doelpunt te maken. Alle andere bepalingen zijn te lezen in het spelreglement, in een apart segment over shoot-outs. De KNHB raadt het alle geïnteresseerden aan om naast deze regelwijzingen ook alle andere (on)gewijzigde regels goed te bestuderen door het spelreglement (link) goed te lezen. Zie bijlage II belangrijkste bepalingen verschillen veld- en zaalhockey Zie bijlage VII Zaalhockeyregels Jongste Jeugd (6- en 8-tallen) Zaalspelregels Jongste Jeugd Steeds meer Jongste Jeugdteams gaan ook in de winter de zaal in. Omdat de Jongste Jeugdgroep een aparte groep is binnen de hockeysport heeft de KNHB ook voor hun de spelregels voor het zaalhockeyen op jongste jeugd niveau op papier gezet. Aanvulling op deze regels voor district Midden Nederland: Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 7 van 41

8 De wedstrijdduur is 1x30 minuten. Na 15 minuten wisselen de spelleiders van helft tijdens een geschikt moment in de wedstrijd. De tijd wordt niet stilgezet. De spelregels zijn op de KNHB-website gepubliceerd, zie hiervoor de volgende link: Zaalhockeyregels Jongste Jeugd Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 8 van 41

9 4. Bijlagen: I. Bijlage Spelreglement Zaalhockey II. III. IV. Bijlage verschillen veld- en zaalhockey Bijlage Digitaal Wedstrijd Formulier (DWF) Zaalhockey Bijlage Instructies voor de scheidsrechter V. Bijlage Instructies voor de zaalleiding VI. VII. Bijlage Instructies voor de jeugdbegeleiding Bijlage Instructies voor jongste jeugd/e8-tallen Bijlage Zaalhockeyregels jongste jeugd (6- en 8-tallen) VIII. Bijlage Instructies voor de aanvoerders van seniorenteams IX. Bijlage Uniform boete-overzicht zaalhockey KNHB X. Bijlage Afgelastingsformulier XI. Bijlage Briefing zaalwachten Hoofdklasse Indoor XII. XIII. XIV. Bijlage Adreslijst sporthallen Midden-Nederland Bijlage Speelgerechtigdheid Bijlage Geconstateerde onregelmatigheden; DOF-formulier Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 9 van 41

10 I. Spelreglement Zaalhockey digitaal beschikbaar De nieuwste uitgave van de spelregels zaalhockey is digitaal beschikbaar op de website van de KNHB. Voor directe link naar document: Spelreglement Zaalhockey Hoe scheidsrechters verondersteld worden deze nieuwe én bepaalde bestaande regels toe te passen, lees je in de briefingsdocumenten. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 10 van 41

11 II. Belangrijkste bepalingen verschillen tussen veld- en zaalhockey Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 11 van 41

12 Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 12 van 41

13 Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 13 van 41

14 III. Digitaal Wedstrijdformulier Zaalhockey Ook dit jaar wordt in de zaal weer gebruik gemaakt van het Digitale Wedstrijd Formulier (DWF). De werkwijze is hetzelfde als op het veld. Bookmark daarom de url van het digitale wedstrijdformulier in je telefoon! Voor de wedstrijd: Coaches ontvangen per de gegevens van de wedstrijd en de verificatiecode Coaches loggen in met lidnummer en wachtwoord en bevestigen spelers en invallers Coaches mailen de verificatiecode aan de geplande scheidsrechters en wedstrijdleiding bij het eigen zaalblok Direct na de wedstrijd: (10 minuten pauze tot volgende wedstrijd!!!!): Scheidsrechters loggen in met kaart/lidnummer, wachtwoord en verificatiecode Scheidsrechters vullen uitslag en eventuele kaart(en) in, loggen uit Coaches loggen in en bevestigen in DWF de uitslag, loggen uit Speciale vermeldingen digitale wedstrijdformulier Te laat komen: Indien een team te laat komt vermeldt de coach op het digitale wedstrijdformulier welk team te laat kwam en hoeveel minuten na de vastgestelde aanvangstijd de wedstrijd is begonnen. Zet dit bij de opmerkingen onder B (Namen spelers) Niet op komen dagen: Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 14 van 41

15 Vul GEEN uitslag in en kruis op digitale wedstrijdformulier aan welk team niet op is komen dagen ( ontvangend team is team dat bij wedstrijd als eerste genoemd staat). Staken wedstrijd: Alleen als wedstrijd echt gestaakt is. Omschrijf in dat geval duidelijk de reden en vul de stakingsminuut in en de stand op dat moment. Gele en rode kaarten: Op het digitale wedstrijdformulier moet de naam, geboortedatum en adresgegevens genoteerd worden. Onder vermelding van de aard van de overtreding en exacte tijdstip. Wanneer een aanvoerder een gele kaart ontvangt voor wangedrag van zijn team, zal deze kaart niet op zijn/ haar conto komen, mits dit goed vermeld wordt door de scheidsrechter op het digitale wedstrijdformulier. IV. Instructies voor de scheidsrechters Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 15 van 41

16 De scheidsrechter laat de aanvang, duur en eindtijd van de wedstrijd bepalen door de zaalleiding. Dit geldt voor alle wedstrijden, ook bij wedstrijden met bondsscheidsrechters. 2. heeft een geldige scheidsrechters kaart. 3. meldt zich minimaal 15 minuten voor aanvang bij de zaalleiding en geeft daar zijn scheidsrechters kaart af. 4. fluit op zaalschoenen met zolen die geen kleur afgeven aan de zaalvloer. 5. in geval van een rust: ziet erop toe dat de teams in de rust van bank wisselen. Wedstrijden van 30 min: er is geen rust, de scheidsrechters wisselen halverwege de wedstrijd van helft, zonder dat het spel wordt stilgelegd. 6. ziet erop toe dat beide teams in clubtenue spelen. Indien verwarring kan ontstaan door bv hetzelfde kleur shirt, dient het als tweede genoemde team een afwijkend tenue aan te trekken. Constateert hij dat een of meerdere spelers/speelsters niet in hun clubtenue spelen, dan dient hij deze spelers / speelsters uit te sluiten van het spelen van de wedstrijd. 7. ziet erop toe dat de wisselspelers (max. 6) en begeleiders (max. 4) van beide teams zich op de bank bevinden. 8. stuurt de uit het veld gestuurde spelers altijd naar de zaalleiding of tijdwaarnemers en geeft duidelijk aan voor hoeveel minuten deze speler uit het veld is gestuurd. 9. treedt op tegen spelers en begeleiders die zich misdragen op en rond het veld. 10. blijft altijd bij het veld. Ballen die over de balk gaan, worden door de spelers zelf opgehaald. 11. laat altijd een strafhoekslag en een strafbal afmaken aan het einde van de 1ste helft en of aan het eind van de wedstrijd. 12. tekent na afloop het wedstrijdformulier en, indien van toepassing, noteert hij op wedstrijdformulier welke spelers uit het veld zijn gestuurd en waarom. 13. vult direct na afloop van de wedstrijd het Digitale Wedstrijdformulier in. De teambegeleiding of aanvoerders verstrekken daartoe de Verificatiecode. Ook de zaalleiding beschikt over deze code. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 16 van 41

17 V. Instructies voor de zaalleiding De zaalleiding is ouder dan 18 jaar en bestaat bij voorkeur uit 2 personen 2. is minimaal een half uur voor aanvang van hun eerste wedstrijd aanwezig 3. neemt contact op met de zaalbeheerder, zodat beiden weten bij wie ze moeten zijn in geval van moeilijkheden, krijgt informatie over evt. bijzondere regels die in de hal gelden en laat zich informeren over de werking van het eventueel aanwezige elektronische scorebord. De zaalleiding stelt vervolgens de teams op de hoogte van de regels. 4. vervult geen andere functie dan zaalleiding. Zij fluiten en/of coachen dus zelf niet. 5. controleert bij aanvang de speelvloer en alle beschikbare kleedkamers op eventuele reeds aanwezige schade. Bij constatering van schade moet dit onmiddellijk aan de zaalbeheerder gemeld worden. 6. is verantwoordelijk voor het in orde brengen van het speelveld (balken, doelen, spelers- en strafbank, aanwezigheid van verbandtrommel). De spelers zijn verplicht hierbij hun medewerking te verlenen. (zie instructies Aanvoerders en Jeugdbegeleiding) 7. is verantwoordelijk voor het op tijd beginnen en eindigen van de wedstrijden, dit om uitloop te voorkomen (de zaalleiding is hier dus voor verantwoordelijk en niet de scheidsrechters) 8. De aanvangstijd van de wedstrijd is dwingend: er dient op tijd te worden begonnen. De tijd wordt ook nooit gestopt. 9. Als je zaalleiding hebt dan is dit een blok van 3 wedstrijden. De 1e en 3e wedstrijd zijn eigen teams en de 2e wedstrijd zijn de tegenstanders die tegen elkaar spelen. Als thuisclub dien je al deze 3 wedstrijden te fluiten. Advies: zorg voor 3 scheidsrechters tijdens een zaalblok. Het is erg inspannend om 3 zaalwedstrijden achter elkaar te fluiten. 10. Scheidsrechters: - senioren: ieder team levert 1 scheidsrechter, tenzij er bondsscheidsrechters zijn - jeugd: topklasse ieder team levert 1 scheidsrechter, tenzij er bondsscheidsrechters zijn - jeugd: overige teams: vereniging die zaalleiding heeft levert 2 scheidsrechters, (teams Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 17 van 41

18 moet dit zelf regelen) - jongste jeugd: ieder team levert 1 spelleider Indien er geen of te weinig scheidsrechters zijn, dan moet dit vermeld worden op het wedstrijdformulier. 11. Indien een team te laat komt, vermeldt de zaalleiding op het wedstrijdformulier welk team te laat kwam en hoeveel minuten na het vastgestelde aanvangstijdstip de wedstrijd is begonnen. De zaalleiding bepaalt of daar ruimte voor is, anders geldt: te laat komen opdagen van het team. Na de wedstrijd vult men alleen nog de uitslag in. 12. bij het niet komen opdagen van een team wordt dit vermeld op het wedstrijdformulier. Er wordt geen uitslag voor de desbetreffende wedstrijd ingevuld. De uitslag van de wedstrijd wordt bepaald conform het bondsreglement. 13. is in het bezit van de laatste uitgave van het bondsreglement deel zaalhockey en het spelreglement. Alle geconstateerde onregelmatigheden ten opzichte van het bondsreglement moeten op het wedstrijdformulier worden vermeld. Is er wel een onregelmatigheid, maar deze kan niet vermeld worden op het wedstrijdformulier, gebruik dan het formulier `geconstateerde onregelmatigheden`. Onregelmatigheden zijn o.a. het niet spelen in het juiste club tenue, te laat komen, verkeerde uitrusting, etc. 14. moet jeugdteams de toegang tot de zaal weigeren die zonder volwassen begeleiding zijn. 15. levert de wedstrijdbal. 16. controleert voor aanvang van iedere wedstrijd de uitrusting van alle spelers inclusief de keeper. De keepers dienen een afwijkende kleur shirt te dragen. In alle zalen zijn zaallegguards met klittenband of plastic gespen verplicht. Afplakken van ijzeren gespen is niet toegestaan. Iedere speler dient te spelen in zijn of haar clubtenue en met een zaalhockeystick. 17. ziet erop toe dat op iedere bank maximaal 6 wisselspelers en max. 4 volwassen begeleiders zitten. Spelers die niet op het wedstrijdformulier staan, mogen niet op de bank plaatsnemen. Dit geldt ook voor kleine kinderen en mini s van de week. 18. houdt de straftijd bij van spelers die tijdelijk of definitief verwijderd zijn. De opgelegde Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 18 van 41

19 straftijd gaat pas in nadat de speler zich gemeld heeft. Hij geeft het teken wanneer de straftijd verstreken is. Verwijderde spelers zitten naast de zaalleiding op het 'strafbankje'. 19. Ziet erop toe dat na elke wedstrijd DWF wordt afgehandeld door de scheidsrechters, is hier medeverantwoordelijk voor. DWF moet uiterlijk afgerond zijn voor maandag uur 20. Schades: controleert regelmatig de kleedkamers. Eventuele ontdekte schades direct melden aan de zaalbeheerder. Er moet een schadeformulier ingevuld worden. Het schadeformulier moet ondertekend worden door de zaalbeheerder en gestuurd naar: KNHB/Commissie Zaalhockey Midden Nederland t.n.v. Eveline Staal Postbus 2654, 3430 GB Nieuwegein Het schadeformulier (link) is ook te downloaden via de KNHB-site. 21. Levert Geconstateerde Onregelmatigheden- en Schadeformulieren in bij de Zaalwedstrijdsecretaris of de Zaalhockeycommissaris van de vereniging 22. ziet erop toe dat er in de hal, buiten het speelveld niet geoefend wordt door de wachtende teams. 23. ziet erop toe dat er niet gegeten c.q. gerookt wordt op de speelvloer, de tribunes en in de kleedkamers. Overtreders kan men de zaal uitzetten of het verder meespelen ontzeggen. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 19 van 41

20 VI. Instructies voor de jeugdbegeleiding De begeleider moet minimaal 18 jaar zijn 2. Begeleiding/coach is verantwoordelijk bij jeugdteams. 3. Bij een jeugdteam is een meerderjarige begeleider van gelijke sekse aanwezig, vooral bij verblijf in de kleedkamer 4. meldt zich minimaal 20 minuten voor het begin van de wedstrijd bij de zaalleiding 5. is verantwoordelijk voor het volledig invullen van het wedstrijdformulier met de gegevens van zijn team en begeleiders. 6. is verantwoordelijk voor het gedrag van het team gedurende de gehele duur van het verblijf in de sporthal en ziet erop toe dat het team zich altijd en overal gedraagt; niet alleen in de zaal maar ook op de tribunes, in de kleedkamers enz. Scheidsrechters: Topklasse junioren (indien geen bondsarbitrage): ieder team levert 1 scheidsrechter Overige jeugdteams: vereniging die zaalleiding heeft levert 2 scheidsrechters 7. is dus steeds bij het team en kan niet optreden als scheidsrechter bij andere wedstrijden. 8. zorgt ervoor dat het team tijdens de wachttijden niet rond of op het speelveld gaat oefenen. 9. zorgt ervoor dat het team zich strikt houdt aan de aanwijzingen van de zaalleiding en/of zaalbeheerder. 10. Indien het de 1e of laatste wedstrijd van de dag is, dan zijn beide teams verplicht de balken en doelen op te ruimen, tenzij de zaalleiding anders beslist. 11. Begeleiders en/of teams die bij het in gebruik nemen van een kleedkamer opmerken dat er voor hun komst schade, vernielingen of andere onregelmatigheden hebben plaats gevonden, dienen dit onmiddellijk te melden aan de zaalleiding. Dit is in hun eigen belang, anders zal worden aangenomen dat zij daar de oorzaak van zijn en wordt de schade op hun team verhaald. 12. In alle zalen zijn zaallegguards met klittenband of plastic gespen verplicht. Afplakken van ijzeren gespen is niet toegestaan. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 20 van 41

21 13. is ervoor verantwoordelijk dat alle spelers in clubtenue spelen. Indien de twee teams in dezelfde kleuren etc. spelen, dient het als tweede genoemde team te spelen in een ander shirt en/of kousen. De keeper moet een afwijkend kleur shirt dragen. 14. Bij ieder team mogen er maximaal 6 wisselspelers en 4 volwassen begeleiders op de bank zitten. De zaalleiding en de scheidsrechters zien hierop toe. Spelers die niet op het DWF staan, mogen niet op de bank plaatsnemen. Dit geldt ook voor kleine kinderen en mini s van de week. 15. De zaalleiding zorgt ervoor dat het DWF onmiddellijk na de wedstrijd door scheidsrechters en begeleiders wordt ingevuld. Bij afwezigheid van zaalleiding zorgen de teambegeleiders hiervoor door de Verificatiecode aan de scheidsrechters ter beschikking te stellen. EEN TEAM ZONDER JEUGDBEGELEIDING WORDT ONHERROEPELIJK DE TOEGANG TOT DE ZAAL EN DE KLEEDKAMERS GEWEIGERD. In alle gevallen geldt natuurlijk: NIET IN ORDE... NIET SPELEN. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 21 van 41

22 VII. Zaalhockey voor de jongste jeugd/e8-tallen Uitslagen & standen Voor de jongste jeugd s.v.p. de digitale wedstrijdformulieren gebruiken incl. wedstrijdnummers. Volgens landelijke afspraken worden er voor de jongste jeugd geen uitslagen en standen gepubliceerd. Spelplezier staat voorop, het gaat niet om winnen. Om die reden worden er ook geen kampioenen bepaald. Speelveld Als speelveld gelden de belijningen van de sporthalvloer, dus incl. cirkel. Team Een team bestaat uit ten hoogste twaalf spelers. Per partij mogen nooit meer dan zes spelers tegelijk op het speelveld zijn. Elk team dient vergezeld te worden door een teambegeleider, van seniorenleeftijd, welke gedurende het verblijf van het team in de accommodatie de verantwoordelijkheid draagt voor het gedrag van de spelers. Uitrusting De doelverdediger is verplicht te spelen met legguards. Legguards dienen te voldoen aan de zaalhockeyvoorschriften. Het spelen met zaalhockeystick is in de meeste hallen verplicht. Spelregels De volgende regels zijn van toepassing: 1. Er wordt gebruik gemaakt van de cirkel. 2. Op het doel mag de bal omhoog echter, om het gevaar te beperken, tot plankhoogte' (ook als er geen plank is). 3. Er is een geldig doelpunt gemaakt als de bal binnen de cirkel door een aanvaller op doel is gepushed. 4. Binnen de cirkel mag de keeper de bal met de voeten spelen. 5. Wisselen mag gebeuren op elk gewenst moment. 6. Verder gelden de normale zaalhockeyregels; "shoot" en "afhouden" dienen soepel te worden gehanteerd. Let vooral op het, door de jongste jeugd gehanteerde en tot gevaarlijk spel leidende, direct retourneren van de lange pass. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 22 van 41

23 7. Strafcorner, bij een strafhoekslag stellen de spelers van de aanvallende partij zich op de cirkelrand. De spelers van de verdedigende partij stellen zich op naast de goal aan de andere zijde dan daar waar de bal gespeeld wordt. Spelvorm Door de E8 teams worden wedstrijden gespeeld in sporthallen in competitieverband net als de andere jeugdteams. De verantwoordelijkheid voor organisatie, berust bij de organiserende vereniging (Zaaldienst) in de sporthal. De spelbegeleiding wordt gedaan door de spelbegeleiders van elk team. Wedstrijdduur De E8 teams spelen wedstrijden van 2 x 15 minuten. Let op de tijden en laat de wedstrijden niet uitlopen, anders worden teams later op de dag daar de dupe van; indien nodig de wedstrijden inkorten. Wedstrijdleiding/Spelbegeleiding Elk team heeft een eigen spelbegeleider bij zich in de zaal, de begeleider fluit de eigen wedstrijd van het team samen met de begeleider van de tegenstander! Voor het leiden van wedstrijden is een scheidsrechter kaart niet verplicht. (veld)hockeyervaring strekt uiteraard tot aanbeveling. In analogie met het veldhockey zijn er bij E8 teams twee spelbegeleiders, leren hockeyen staat voorop (wees GEEN scheidsrechter, ieder team wordt geacht één spelbegeleider te leveren). Ook in de zaal geldende dezelfde spelplezier bevorderende maatregelen als tijdens de veldcompetitie. Maak hier in geval van groot verschil in speelsterkte ook gebruik van. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 23 van 41

24 Zaalhockeyregels Jongste Jeugd (6- en 8-tallen) I. Algemene bepalingen Competitie E6-, E8- en D8-tallen spelen wedstrijden in competitieverband. Deze vinden plaats in sporthallen. De verantwoordelijkheid voor een goede organisatie berust bij de organiserende vereniging in de sporthal. Wedstrijdduur De wedstrijdduur wordt bepaald door de zaalhockeycommissie van het district. Speelveld Als speelveld gelden de belijningen van de sporthalvloer. Hierbij verschilt het veld voor de Jongste Jeugd niet van dat van elftallen. Zowel bij 6- als bij 8-tallen wordt dan ook gebruik gemaakt van de cirkel. Teams In totaal bestaat een team uit ten hoogste 12 spelers. Per team mogen nooit meer dan 6 spelers tegelijk op het speelveld zijn, waarvan maximaal 5 veldspelers en 1 keeper. De wisselspelers mogen op elk moment worden gewisseld, behalve bij een strafcorner (8- tallen). Eerst komt de speler het veld uit, daarna gaat de wisselspeler er pas in. Elk team dient begeleid te worden door een teambegeleider, van seniorenleeftijd, welke gedurende het verblijf van het team in de accommodatie de verantwoordelijkheid draagt voor het gedrag van de spelers. Spelbegeleiding Alle wedstrijden van de Jongste Jeugd worden begeleid door twee spelbegeleiders. Vanwege de rol van de spelbegeleider adviseert de KNHB om ouders in te zetten als spelbegeleiders bij de Jongste Jeugd. De spelbegeleiders zijn afkomstig van zowel de uit- als de thuisvereniging (in lijn met de (spel)regels op het veld). Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 24 van 41

25 De voorkeur om ouders in te zetten als spelbegeleiders komt voort uit het natuurlijk overwicht dat ze hebben en het beter uitleg kunnen geven aan de kinderen. Wanneer alsnog jongeren ingezet worden als spelbegeleider kan dit onder de voorwaarden dat goede instructies gegeven worden over wat de rol van spelbegeleider inhoudt en goede begeleiding verzorgd wordt door volwassenen/ouders. Daarnaast hebben de 8- tallen hierbij de voorkeur boven (3- en) 6-tallen. Daarnaast is er vanuit pedagogisch oogpunt voor gekozen om één van de spelbegeleiders afkomstig te laten zijn van de thuisvereniging en één van de uitvereniging. Omdat deze spelbegeleider het team en de kinderen kent, zal hij/zij beter in staat zijn om dit team te begeleiden en waar nodig individuele en specifieke aandacht te geven. De spelbegeleiders hebben kennis van de spelregels in de zaal, maar hoeven niet verplicht een scheidsrechterkaart te hebben. De spelbegeleiders leiden het spel onder de spelvoorwaarden plezier, veilig en leerzaam. Dat wil zeggen dat de spelbegeleider: - zorgt voor spelplezier tijdens de wedstrijd voor beide teams. - zorgt voor een veilig verloop van de wedstrijd. Hij/zij onderbreekt het spel zo min mogelijk; alleen in verband met de veiligheid en hoofdregels. Gevaarlijk spel wordt direct afgefloten. - uitleg geeft aan beide partijen bij bepaalde spelsituaties. Klik hier voor een instructie filmpje voor spelbegeleiding Jongste Jeugd op youtube. Dit filmpje is voor het veld maar de meeste aanwijzingen zijn ook bruikbaar in de zaal. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 25 van 41

26 Uitslagen Na de wedstrijd vullen de teambegeleiders en spelbegeleiders het digital wedstrijdformulier (DWF) volledig in, waaronder de uitslag van de wedstrijd. Spelersuitrusting De spelers dragen het tenue van de vereniging. Als het tenue van beide teams op elkaar lijkt en er in het veld verwarring te verwachten is, moeten de spelers van het bezoekende team hun tenue aanpassen. Daarnaast is het ook in de zaal verplicht om een bitje* te dragen. Het spelen met zaalhockeysticks is niet verplicht. Voor de veiligheid kunnen spelers beter geen kettinkjes, oorbellen, ringen, horloges of armbanden om hebben. Het is verboden om schoenen met afgevende zolen te dragen, net als andere uitrusting die beschadigingen aan de vloer kan veroorzaken. Als er aanvullende voorschriften van de wedstrijdleiding en/of accommodatiebeheer zijn, is iedereen verplicht deze op te volgen. * KNHB: spelers kunnen uitsluitend om medische redenen ontheffing aanvragen bij de KNHB. Spelers dienen op verzoek van de spelbegeleiding de schriftelijke ontheffing van de KNHB te tonen. Keepersuitrusting Keepers zijn verplicht om te spelen met legguards, klompen en een helm. Om goed op te vallen draagt de keeper (over de body protector) een ander kleur shirt dan teamgenoten en de tegenpartij. Het is verboden om schoenen met afgevende zolen te dragen, net als andere uitrusting die beschadigingen aan de vloer kan veroorzaken (bijvoorbeeld metalen gespen). Zo moeten de legguards voldoen aan de zaalhockeyvoorschriften. Als er aanvullende voorschriften van de wedstrijdleiding en/of accommodatiebeheer zijn, is iedereen verplicht deze op te volgen. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 26 van 41

27 II. Spelregels Voor de Jongste Jeugd gelden de regels zoals deze staan beschreven in de link (spel)regels Jongste Jeugd zie bijlage zaalhockeyregels Jongste Jeugd met een aantal uitzonderingen. Hierbij een overzicht van de belangrijkste regels: Het spelen van de bal Spelers - Het spelen van de bal mag alleen met de platte kant van de stick. In de zaal is het alleen toegestaan om te pushen. Een (schuif)slag, flick en scoop zijn dus niet toegestaan. Een schuifslag ontstaat wanneer spelers de stickbeweging van meer dan 50 centimeter van de bal inzetten. - In de zaal mag de bal nooit hoog gespeeld worden. Ook de bal over de stick van de tegenstander liften mag niet. Als de bal (bijvoorbeeld bij het stoppen) iets omhoog stuit, is dat geen overtreding, maar de bal mag daarbij niet hoger komen dan balkhoogte. Als een speler in de vrije ruimte staat, mag de stuit maximaal 30 centimeter zijn. - De spelers mogen de bal niet liggend spelen. Keepers - In de cirkel mag de keeper de bal stoppen met het lichaam, met de voeten spelen en de bal met de hand over de grond wegslaan. Een bal in de lucht mag tegengehouden worden; naar de bal slaan mag niet. NB. Bij het tegenhouden van de bal is de keeper in beweging en kan zijn hand/arm dus nog bewegen. Dit is geen overtreding. Wanneer naar de bal geslagen wordt, is dat fout en moet dit worden afgefloten. - De keeper mag de bal liggend spelen in de cirkel, wanneer de keeper zelf én de bal geheel in de cirkel zijn. - De keeper mag de bal buiten zijn cirkel uitsluitend met zijn stick spelen Doelpunt - Een doelpunt wordt gescoord wanneer de bal over de doellijn wordt gespeeld. Het is alleen een doelpunt als de bal binnen de cirkel door een aanvaller is gespeeld en daarna niet meer buiten de cirkel is gekomen. Als een aanvaller vanbinnen de cirkel de bal richting doel speelt, maar de bal gaat via een voet of stick van een verdediger in het doel, is er ook een doelpunt gemaakt. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 27 van 41

28 - Bij een push op goal mag de bal wel omhoog. Omdat er geen plank is in de goals in de zaal, wordt als maximale hoogte kniehoogte aangehouden. In geen geval mag sprake zijn van gevaarlijk spel! Spelplezier bevorderende maatregelen Hockey draait bij de Jongste Jeugd om 3 kernwaarden; plezier, veiligheid en leerzaam. Als tijdens een wedstrijd blijkt dat het niveauverschil tussen de teams groot is, mogen spelplezier bevorderende maatregelen ingezet worden. Net als op het veld heb je maatregelen voor de sterkere en zwakkere partij, bijvoorbeeld strenger fluiten voor de sterkere partij en/of juist meer uitleg geven aan de zwakkere partij. Het is belangrijk dat spel- en teambegeleiders dit voorafgaand aan iedere wedstrijd met elkaar bespreken. Afstandsregel Bij een spelhervatting moet de tegenstander minimaal 3 meter afstand van de bal nemen. In het geval van een vrije push voor het aanvallende team op de speelhelft waar dat team aanvalt, moeten beide partijen minimaal 3 meter afstand van de bal nemen. Self-pass Een vrije push, uitpush en inpush mogen met een self-pass worden genomen. Vrije push Als een speler een overtreding maakt, krijgt het andere team een vrije push. Bij een vrije push gelden de volgende regels: Uitpush - De bal moet genomen worden op de plaats van de overtreding; - De bal moet stilliggen; - De bal mag niet omhoog worden gespeeld. Bij een vrije push voor het aanvallende team op de speelhelft waar dat team aanvalt, moet de bal voordat deze de cirkel in gespeeld mag worden: - 3 meter hebben gerold, of - geraakt zijn door een tegenstander, of - eerst de balk hebben geraakt. Het is een uitpush als de bal over de achterlijn gaat. De bal wordt door de verdedigende partij genomen, recht naar voren ten opzichte van het punt waar de bal over de achterlijn is gegaan en niet verder dan net voorbij de hoogte kop cirkel. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 28 van 41

29 Lange corner Er is één grote verandering dit jaar doorgevoerd. De introductie van de lange corner. Deze wordt genomen recht tegenover de plek waar de bal via de verdediging over de achterlijn ging. Daardoor is de gehele zaalregel van het verlaten van de bal van het speelveld via de achterlijn gelijk aan die op het veld. Oftewel: echt duidelijk opzettelijk over de eigen achterlijn spelen leidt tot een strafcorner, zonder duidelijke opzet is het een lange corner, en wordt de bal het laatst geraakt door een aanvaller, dan volgt uitslaan. Let wel, een keeper mag de bal nog steeds van zijn legguard laten afkaatsen richting de achterlijn; dit valt niet onder de opzet die tot een strafcorner leidt. Inpush Gaat de bal zonder overtreding over de zijbalk dan moet er een inpush worden genomen. Die vindt plaats binnen 1 meter van de zijbalk. Wanneer de bal dichtbij de cirkelrand moet worden genomen, mag de bal niet direct de cirkel in gespeeld worden. De bal moet eerst: - 3 meter hebben gerold, of - geraakt zijn door een tegenstander, of - eerst de balk hebben geraakt. Verschil tussen 6- en 8-tallen De strafcorner Bij E6-tallen wordt niet gespeeld met de strafcorner; bij E8- en D8-tallen is dit wel het geval. 6-tallen Bij een overtreding binnen de cirkel of bij het opzettelijk over de achterlijn spelen van de bal door een verdediger volgt een vrije push voor het aanvallende team buiten de cirkel. Daaruit kan niet rechtstreeks worden gescoord. 8-tallen Bij een overtreding binnen de cirkel of bij het opzettelijk over de achterlijn spelen van de bal door een verdediger volgt een strafcorner. Bij een strafcorner stellen de spelers van het aanvallende team zich op buiten de cirkel. De keeper moet in het doel, alle andere verdedigers staan met hun voeten en sticks achter de achterlijn aan de andere kant van het doel t.o.v. waar de strafcorner wordt aangegeven. De bal moet eerst buiten de cirkel worden gespeeld, voordat vanbinnen de cirkel een doelpunt kan worden gemaakt. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 29 van 41

30 VIII. Instructies voor de aanvoerders van seniorenteams De aanvoerder meldt het team minimaal 20 minuten voor het begin van de wedstrijd aan bij de zaalleiding. 2. Scheidsrechters: indien geen bondsarbitrage levert ieder team 1 scheidsrechter. 3. houdt toezicht op het naleven van het halreglement door het team. 4. zorgt ervoor dat het team ruim van tevoren omgekleed aanwezig is. 5. is ervoor verantwoordelijk dat alle spelers in clubtenue spelen. Indien de twee teams in dezelfde kleuren etc. spelen, dient het als tweede genoemde team te spelen in een ander shirt en/of kousen. 6. is verantwoordelijk voor het ordentelijke gedrag van het team in de kleedkamer. Na afloop van een gespeelde wedstrijd dient het team zich binnen 30 minuten om te kleden en de kleedkamer te hebben verlaten. 7. wijst een van zijn medespelers aan om toezicht te houden, bij afwezigheid. 8. geeft gevolg aan de instructies van zowel de zaalleiding als de zaalbeheerder. Indien het de 1e of laatste wedstrijd van de dag is, dan zijn beide teams verplicht de balken en doelen neer te leggen of op te ruimen, tenzij de zaalleiding anders beslist. 9. is verantwoordelijk voor het invullen en tekenen van het wedstrijdformulier voor zover het de gegevens betreft van zijn team. 10. is verantwoordelijk voor het invullen van het Digitale Wedstrijdformulier (DWF) met de gegevens van het team en begeleiders. De Verificatiecode is ontvangen via de eigen vereniging en/of beschikbaar via de zaalleiding. Verder: In alle zalen zijn zaallegguards met klittenband of plastic gespen verplicht. Afplakken van ijzeren gespen is niet toegestaan. Het spelen in CLUBTENUE en met ZAALHOCKEYSTICKS IS VERPLICHT. Het dragen van een bitje is verplicht. De keeper dient een afwijkende kleur shirt te dragen. En in alle gevallen geldt: NIET IN ORDE... NIET SPELEN Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 30 van 41

31 IX. Uniform boete-overzicht zaalhockey KNHB Link: KNHB Boetes veldhockeycompetitie Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 31 van 41

32 X. AFGELASTINGSFORMULIER AFGELASTINGSFORMULIER ZAALCOMPETITIE Midden Nederland Let op: dit formulier is uitsluitend bedoeld voor wedstrijden in de Zaalcompetitie Midden Nederland. Afgelastingsberichten voor wedstrijden in de districtscompetitie dient u te sturen aan het districtskantoor van uw district. zaal.planning@knhb-midden.nl Let op: Bij centrale afgelasting door de KNHB (melding via website en teletekst) is inzenden niet nodig! Vereniging: Wedstrijdsecretaris (naam): Wedstrijdsecretaris ( adres): Wedstrijdsecretaris (mobiel nr.): deelt mee dat de volgende Zaalcompetitiewedstrijd(en) niet is/zijn gespeeld: Wedstrijdnr. Thuisspelend team Uitspelend team Datum Duidelijke reden/omschrijving* * Zet uw cursor achter de laatst ingevulde reden/omschrijving en druk op de Tabtoets om een extra rij in te voegen, u kunt nu een extra afgelaste wedstrijd invullen op het formulier. NB: Bij gestaakte wedstrijden graag de minuut waarin de wedstrijd is gestaakt en de stand op het moment van staken invullen. Eventuele toelichting: Wij verzoeken u vriendelijk dit formulier direct na het afgelasten (op de wedstrijddag) of het niet spelen van de wedstrijd(en) te mailen (dus niet per post of fax) naar: zaal.planning@knhb-midden.nl Bondsreglement (2015) artikel B Berichtgeving over niet-gespeelde wedstrijden Indien een vastgestelde bondswedstrijd niet is gespeeld zijn de betreffende verenigingen verplicht daarvan op de dag waarop de wedstrijd was vastgesteld kennis te geven aan het bondsbestuur respectievelijk de betrokken districtsbestuurscommissie, met vermelding van de reden van het niet spelen. Deze kennisgeving dient te geschieden door middel van een (totaal)-opgave van de nietgespeelde wedstrijden op een afzonderlijk schrijven. Deze verplichting geldt niet ingeval de wedstrijd(en) niet is/zijn gespeeld in verband met afgelasting door het bondsbestuur of de districtsbestuurscommissie. Bij het niet of niet tijdig nakomen van deze verplichting kunnen administratiekosten van ten hoogste 75,00 in rekening worden gebracht. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 32 van 41

33 XI. Briefing zaalwachten Hoofdklasse Indoor De zaalwacht is een onmisbare schakel rondom de hoofdklassewedstrijden. Hij of zij is er ter ondersteuning van de arbitrage. Het is in voorgaande jaren helaas voorgekomen dat zaalwachten uit die rol vielen en actief blijk gaven een andere mening te hebben over spelsituaties dan de arbitrage. Laten we afspreken om dat met z n allen vanaf nu te voorkomen. Als zaalwacht ventileer je ook al word je of voel je je daartoe uitgenodigd door teams en/of begeleiders nooit een mening in woord of gebaar. Onthoud je van oordelen jegens scheidsrechters en spelers, blijf neutraal en vriendelijk, en verwijs teams en hun begeleiders door naar de arbitrage voor een eventuele uitleg na de wedstrijd. Taken en verantwoordelijkheden van de zaalwachten BIJ ieder veld zit(ten) één (of twee) zaalwacht(en) met de volgende taken: Aantal spelers in de wedstrijd controleren 1) Tijd bijhouden 2) Time-out bijhouden 3) Straftijden van spelers bijhouden (één, twee of vijf minuten, op te geven door de scheidsrechters) 4) Scores bijhouden 5) Aantal keeperwissels (met standaardkeeper) bijhouden 6) Eindsignaal geven d.m.v. de luchthoorn n.b. let op uitspeelcorners Floormanager Bij ieder veld is een (assistent-)floormanager aanwezig. Bij eventuele problemen hem of haar raadplegen. Beslissingen pas nemen na overleg met de organisatie. 1) Aantal spelers in de wedstrijd controleren Let op: op de spelerslijst staan maximaal achttien (18) namen vermeld. Een zaalhockeyteam mag echter per wedstrijd uit niet meer dan twaalf spelers bestaan. In genoemd geval dienen zes spelers op de tribune plaats te nemen. Daarnaast mogen er naast de zes reservespelers maximaal vier begeleiders op de bank plaatsnemen. Acties op basis van het voorgaande vo o r de wedstrijd uitvoeren, in samenwerking met de scheidsrechters, want zij kunnen het DWF inzien. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 33 van 41

34 2) Tijd bijhouden Speeltijd De scheidsrechter geeft de zaalwacht(en) een teken door middel van fluitsignaal en gebaar bij: Tijd áán (ook begintijd) tijd stil (bijv. Bij strafbal en officiële vermaning) Bij het ingaan van de laatste zestig seconden van een speelhelft maakt de zaalwacht, indien mogelijk, aan de arbitrage kenbaar dat er nog één minuut te spelen is. De zaalwacht geeft het eindsignaal met de toeter, tenzij de aflopende klok een signaal geeft. Let op: houdt bij uitspeelcorners (oog)contact met de arbitrage, om af te stemmen wanneer er getoeterd wordt. Voorkom zo samen dat de toeter gaat tijdens het nemen van de strafcorner. Dringend advies: maak voorafgaand aan de wedstrijd duidelijke afspraken met de scheidsrechters en spreek de tijdwaarneming met elkaar door; dit voorkomt onduidelijkheden en misverstanden. 3) Time-out bijhouden De time-out (lengte: één minuut) wordt geklokt door de scheidsrechters. Zij geven het startmoment aan; de zaalwacht zet de klok stil en zet de tijd na een teken van de arbitrage weer aan. Bepalingen time-outs Een time-out...: a. Mag worden aangevraagd direct nadat het spel stilligt voor het nemen van een vrije push, beginpush of bully of nadat de bal buiten het veld is gegaan. b. Mag niet worden aangevraagd tussen het toekennen en volledig uitvoeren van een strafcorner of strafbal. c. Kan maximaal één keer per speelhelft aan een team worden toegekend. Timeouts die in de eerste helft niet zijn gebruikt, kunnen niet worden opgenomen in de tweede helft. d. Duurt maximaal één minuut. De duur van de time-out wordt gecontroleerd door de arbitrage. Na precies één minuut moet de wedstrijd worden vervolgd. Geef de arbitrage tien seconden voor einde time-out een teken dat het spel verder moet. e. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 34 van 41

35 e. Het spel wordt hervat met de uitvoering van de vrije push, beginpush, bully, inpush of uitpush die vóór de time-out Het spel wordt hervat met de uitvoering was toegekend. 4) Straftijden spelers en teambegeleiders Spelers die met groen of geel uit het veld worden gestuurd dienen naast de zaalwacht plaats te nemen aan tafel (dus niet op de spelersbank) De scheidsrechter maken de zaalwacht indien nodig duidelijk hoeveel minuten de speler moet zitten (één, twee of vijf minuten) Als de straftijd verstreken is, geeft de zaalwacht dat door aan de speler d.m.v. de opmerking einde straftijd. Het is aan de teambegeleiding om te bepalen of de speler terug het veld in gaat of op de bank kan plaatsnemen. Een uitzondering daarop geldt bij strafcornersituaties. Indien iedereen klaar staat en de corner al (bijna) wordt genomen, moet een speler wachten met het betreden van het veld tot de strafcornersituatie voorbij is. Hetzelfde geldt voor het wisselen van de speler wiens straftijd erop zit; zijn vervanger mag er pas in ná het einde van de strafcorner. De zaalwacht noteert ter ondersteuning van de scheidsrechters op het aanwezige notitieblok het rugnummer en de naam van de speler en de naam van de vereniging. Gun de speler stoomafblaastijd door hem tijdens de straftijd met rust te laten. Laat hem zijn NAW-gegevens en geboortedatum opgeven als de wedstrijd is afgelopen. Indien de speler tijdens zijn straftijd zelf kenbaar maakt dat hij zijn gegevens wil verstrekken, maak dit dan mogelijk. De scheidsrechters vermelden de kaarten na afloop op het DWF! Let op: als personen op de bank zich ernstig en/of herhaaldelijk misdragen en dit de scheidsrechters ontgaat, dan is de bondsgedelegeerde (BG) de aangewezen persoon tegen de banken op te treden. Probeer hem of zijn assistent te waarschuwen en hem vervolgens te informeren. Houd je te allen tijde buiten discussies met teambegeleiders of wisselspelers. Spelers en begeleiders die rood krijgen mogen niet meer op de bank plaatsnemen en dienen de hal te verlaten. Een tijdelijk van de teambank verwijderde teambegeleider moet naar de tribune gaan. Het betreffende team speelt gedurende de tijdstraf van de teambegeleider met een speler minder in het veld. 6) Aantal keeperwissels (met standaardkeeper) bijhouden Het aantal momenten waarbij een team een volledig uitgeruste doelverdediger van het veld haalt en wisselt voor een vliegende keep is beperkt tot twee keer per team. Een volledig toegeruste doelverdediger wisselen voor een andere volledig toegeruste doelverdediger telt niet als wisselmoment. Resumé: aangeklede keeper wisselen voor aangeklede keeper kan onbeperkt. Vliegende keep wisselen voor vliegende keep kan Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 35 van 41

36 onbeperkt. Aangeklede keeper eruit halen en wisselen voor vliegende keep kan maximaal twee keer per wedstrijd. De primaire verantwoordelijkheid voor de keeperswissels ligt bij de beide scheidsrechters, maar de zaalwachten kunnen hierbij helpen door de aantallen en soorten wisselingen mee te schrijven. Uitsluitend als de zaalwacht ervan overtuigd is dat het maximaal aantal dreigt te worden overschreden, dan kan hij/zij de dichtstbijzijnde scheidsrechter hierop attenderen. Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 36 van 41

37 XII. Adreslijst sporthallen Midden-Nederland Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 37 van 41

38 Versie november 2016 Vademecum Zaalhockey Pagina 38 van 41