HUISHOUDELIJK REGLEMENT DER JOVD AFDELING AMSTERDAM EN OMSTREKEN

Transcriptie

1 HUISHOUDELIJK REGLEMENT DER JOVD AFDELING AMSTERDAM EN OMSTREKEN

2 HUISHOUDELIJK REGLEMENT DER JOVD AFDELING AMSTERDAM EN OMSTREKEN Inhoudsopgave Hoofdstuk I Algemeen... 4 Art. 1. Begripsbepaling... 4 Art. 2. Plaats van vestiging en gebied... 4 Hoofdstuk II Leden, donateurs en eretitels... 4 Art. 3. Aanmelding als lid... 4 Art. 4. Opzegging lidmaatschap... 4 Art. 5. Voorstel tot ontzetting... 4 Art. 6. Vaststelling donaties... 4 Hoofdstuk III Afdelingsvergadering... 4 Art. 7. Toegang tot de afdelingsvergadering... 4 Art. 8. De jaarlijkse afdelingsvergadering... 5 Art. 9. De voorbereidende afdelingsvergadering... 5 Art. 10. Orde van de afdelingsvergadering... 6 Art. 11. Notulen van de afdelingsvergadering... 6 Art. 12. Beschikbaarheid van stukken... 6 Hoofdstuk IV Relatie tot landelijk... 6 Art. 13. Afgevaardigden naar algemene vergadering... 6 Hoofdstuk V Het afdelingsbestuur... 7 Art. 14. Benoeming en ontslag afdelingsbestuur... 7 Art. 15. Kandidaatstelling... 7 Art. 16. Taakverdeling afdelingsbestuur... 8 Art. 17. Inzage gegevens bij afdelingsbestuur in beheer... 8 Art. 18. Vergaderingen van het afdelingsbestuur... 8 Art. 19. Financiële verplichtingen... 9 Art. 20. Incomptabiliteiten... 9 Hoofdstuk VI Beroep... 9 Art. 21. Beroep tegen afdelingsbestuur

3 Hoofdstuk VII Afdelingsblad Art. 23. De hoofdredacteur Art. 24. Inhoud van afdelingsblad Hoofdstuk VIII Commissies Art. 25. Instelling commissies Hoofdstuk IX College van raad en advies Art. 26. Definitie Art. 27. Instellen van het college van raad en advies Art. 28. Taak van het college van raad en advies Hoofdstuk X Reglementaire bepalingen Art. 29. Wijziging van afdelingsreglement

4 Hoofdstuk I Algemeen Art. 1. Begripsbepaling - 1. In dit afdelingsreglement wordt uitgegaan van de begripsbepalingen zoals bepaald in artikel 2 van de afdelingsstatuten Het afdelingsreglement mag geen bepalingen bevatten die afwijken van of in strijd zijn met bepalingen in de wet of de statuten, tenzij afwijking van de wet of de statuten wordt toegestaan. Art. 2. Plaats van vestiging en gebied - 1. De afdeling is gevestigd te Amsterdam Het gebied van de afdeling bestaat in ieder geval uit het gebied zoals bepaald in artikel 3 lid 2 van de afdelingsstatuten Het gebied van de afdeling kan naast het genoemde in artikel 3 lid 2 van de afdelingsstatuten ook bestaan uit het gebied van overige gemeenten in de provincie Noord-Holland, Flevoland en Utrecht. Hoofdstuk II Leden, donateurs en eretitels Art. 3. Aanmelding als lid - 1. Wanneer een persoon zich bij de afdeling aanmeldt als lid, stuurt de secretaris van het afdelingsbestuur de aanmelding onverwijld door aan de algemeen secretaris. Art. 4. Opzegging lidmaatschap - 1. Elk lid dat op de hoogte is van feiten die het afdelingsbestuur redenen kunnen geven het lidmaatschap van een lid op te zeggen, is verplicht hiervan zo snel mogelijk opgave te doen bij de secretaris Indien de feiten, na de opgave op haar juistheid gecontroleerd te hebben, aanleiding zijn het lidmaatschap van een lid op te zeggen, start het afdelingsbestuur onverwijld de procedure zoals omschreven in artikel 8 lid 4 en 5 van de afdelingsstatuten. Art. 5. Voorstel tot ontzetting - 1. Een voorstel tot ontzetting uit het lidmaatschap kan worden gedaan door het afdelingsbestuur, de afdelingsvergadering of een lid van het hoofdbestuur Het voorstel tot ontzetting wordt schriftelijk gedaan en bevat naast de redenen die tot ontzetting kunnen leiden, de naam, het adres en de woonplaats van de betrokkene, evenals de naam van de afdeling. Indien de vermelding van naam, adres, woonplaats en afdeling niet volledig juist is, is het voorstel om die reden niet geldig. Artikel 6 van het huishoudelijk reglement is van toepassing. Art. 6. Vaststelling donaties - 1. Er wordt geen minimumbedrag voor donaties vastgesteld Een donateur wiens donatie een jaarlijks door de afdelingsvergadering te bepalen basisbedrag te boven gaat wordt gedurende het afdelingsjaar op de hoogte gehouden van wat binnen de afdeling geschiedt door middel van toezending van het afdelingsblad of bij ontbreken daarvan een nieuwsbrief. Hoofdstuk III Afdelingsvergadering Art. 7. Toegang tot de afdelingsvergadering - 1. De afdelingsvergadering is openbaar. In uitzondering hierop kan de afdelingsvergadering besluiten tot behandeling van één of meer onderwerpen op de agenda in besloten vergadering Een voorstel tot besloten vergadering kan worden gedaan door elk aanwezig lid van de afdeling. De behandeling van het voorstel vindt in besloten vergadering plaats. 4

5 - 3. Tot een besloten vergadering hebben toegang: a. leden van de afdeling; b. personen met een eretitel van de afdeling; c. personen die door het afdelingsbestuur als voorzitter of secretaris van de afdelingsvergadering zijn aangewezen; d. personen die door het hoofdbestuur als voorzitter of secretaris van de afdelingsvergadering zijn aangewezen; e. erevoorzitters, ereleden en landelijke leden van verdienste; f. leden van het hoofdbestuur De afdelingsvergadering kan besluiten dat ook onder artikel 6 lid 3 sub c, d, e en f van het afdelingsreglement genoemde personen niet als zodanig toegang tot de besloten vergadering hebben Leden van het hoofdbestuur hebben te allen tijde toegang tot de afdelingsvergadering voor zover die onderwerpen behandelt die op verzoek van het hoofdbestuur op de agenda zijn geplaatst Over personen vindt een geheime en schriftelijke stemming plaats. Bij bespreking en stemmingen over personen mogen de betrokkenen niet aanwezig zijn, tenzij het een benoeming van afgevaardigden, als bedoeld in artikel 18 van de afdelingsstatuten, of van leden en plaatsvervangende leden van de kascommissie, als bedoeld in artikel 23 van de afdelingsstatuten, betreft Voorzitter van de afdelingsvergadering is de voorzitter van het afdelingsbestuur. Secretaris van de afdelingsvergadering is de secretaris van het afdelingsbestuur. Het afdelingsbestuur kan andere personen aanwijzen als voorzitter en secretaris die dan alleen ter vergadering als zodanig functioneren. Voor zover geen voorzitter of secretaris is aangewezen voorziet de afdelingsvergadering daarin zelf De voorzitter kan aanwezigen die de orde van de afdelingsvergadering verstoren, het spreekrecht of zelfs de toegang tot de vergadering onthouden totdat zij zich bereid verklaren om zich aan de orde van de afdelingsvergadering te onderwerpen Elk lid van de afdeling heeft toegang tot de afdelingsvergadering en kan hierin het woord voeren. Aan geen enkel lid van de afdeling kan één of meer van deze rechten ontzegd of ontnomen worden, behoudens wanneer het lid geschorst is gedurende beroepstermijn van een beroep tegen de beschikking tot ontzegging uit het lidmaatschap of de behandeling van een zodanig beroep. In dat geval zijn van het betrokken lid deze rechten ontnomen. Art. 8. De jaarlijkse afdelingsvergadering - 1. De agenda voor de jaarlijkse afdelingsvergadering vermeldt tenminste de volgende onderwerpen: a. jaarverslag van de secretaris; b. verslag van de kascommissie; c. jaarverslag van de penningmeester; d. beleid van het afdelingsbestuur in het afgelopen jaar; e. benoeming van de leden van de kascommissie en hun plaatsvervangers; f. benoeming van afgevaardigden naar algemene vergadering; g. benoeming hoofdredacteur van het afdelingsblad De afdelingsvergadering kan de behandeling van en de beslissing over deze onderwerpen niet verwijzen naar een ander orgaan en slechts uitstellen tot een volgende afdelingsvergadering indien bijeengeroepen binnen de vereiste periode voor de jaarlijkse afdelingsvergadering. Art. 9. De voorbereidende afdelingsvergadering - 1. De agenda voor de voorbereidende afdelingsvergadering vermeldt tenminste de volgende onderwerpen: a. vaststelling van het afdelingsdeel; b. vaststelling van het basisbedrag voor donaties; c. vaststelling van de begroting voor het volgende afdelingsjaar; d. vaststelling van het beleid in het volgende afdelingsjaar; en e. benoeming van afgevaardigden naar de algemene vergadering. f. benoeming van de leden van het afdelingsbestuur. 5

6 - 2. De afdelingsvergadering kan de behandeling van en beslissing over deze onderwerpen niet verwijzen naar een ander orgaan en slechts uitstellen tot een volgende afdelingsvergadering indien bijeengeroepen binnen de vereiste periode voor de voorbereidende afdelingsvergadering. Art. 10. Orde van de afdelingsvergadering - 1. De voorzitter beslist over de orde van de afdelingsvergadering met inachtneming van de afdelingsstatuten en de aangenomen ordevoorstellen Anderen dan de voorzitter voeren slechts het woord voor zover de voorzitter hen dit verleent. De voorzitter is verplicht elk aanwezig lid van de afdeling, lid van verdienste, erelid en erevoorzitter de gelegenheid te geven het woord te voeren. Hij kan ook andere aanwezigen de gelegenheid geven het woord te voeren Elk aanwezig lid kan een ordevoorstel indienen. Een ordevoorstel betreft de gang van zaken op de vergadering en mag niet strijdig zijn met de afdelingsstatuten en het afdelingsreglement. De indiener kan het voorstel kort toelichten, waarna de voorzitter het voorstel desgewenst met een kort commentaar, maar zonder discussie, terstond in stemming brengt Voor zover ter vergadering onenigheid ontstaat over de orde van de vergadering, regelt de voorzitter deze zoveel mogelijk in overeenstemming met het reglement van orde voor de algemene vergadering. Art. 11. Notulen van de afdelingsvergadering - 1. De secretaris van de afdelingsvergadering maakt notulen van het verhandelde in de afdelingsvergadering. Deze notulen omvatten tenminste: a. een opgave van de aanwezige leden; b. de agenda; c. het tijdstip van aanvang en sluiting; d. het tijdstip van aanvang en sluiting van eventuele schorsingen; e. de genomen besluiten; en f. de uitslag van hoofdelijke of schriftelijke stemmingen en de aantallen De genomen besluiten worden in de eerstvolgende uitgave van het afdelingsblad die na de afdelingsvergadering wordt uitgebracht gepubliceerd De notulen worden door de eerstvolgende afdelingsvergadering vastgesteld en door de voorzitter en de secretaris ondertekend. Art. 12. Beschikbaarheid van stukken - 1. De stukken die tijdens de afdelingsvergadering behandeld worden dienen uiterlijk twee weken voor de afdelingsvergadering door de leden te kunnen worden opgevraagd bij het afdelingsbestuur, behoudens het beleidsplan en de begroting Het beleidsplan en de begroting dienen uiterlijk vier weken voor de afdelingsvergadering waarop het in behandeling zal worden genomen opgevraagd te kunnen worden bij het afdelingsbestuur. Hoofdstuk IV Relatie tot landelijk Art. 13. Afgevaardigden naar algemene vergadering - 1. Tijdens de afdelingsvergadering kunnen afgevaardigden naar de algemene vergadering door de leden benoemd worden. Afgevaardigden kunnen alleen benoemd worden uit leden van de afdeling. Leden dienen zich hiervoor voorafgaand aan of tijdens de afdelingsvergadering op te geven bij de secretaris De afdelingsvergadering kan zoveel afgevaardigden benoemen als haar goeddunkt en plaatst hen in de volgorde waarin zij aan hen de voorkeur geeft Voor zover over de volgorde van de afgevaardigden geen eenstemmigheid bestaat, wordt over elke plaats waarvoor meerdere afgevaardigden zijn gekandideerd een afzonderlijke beslissing genomen waarbij eerst 6

7 wordt besloten over de plaatsen van de grootste voorkeur. Stemmen op personen die al als afgevaardigden zijn benoemd worden beschouwd als blanco stemmen De stemmen worden gelijkelijk over de afgevaardigden verdeeld. Voor zover hierna stemmen overschieten, wordt aan een gelijk aantal afgevaardigden in de volgorde waarin zij zijn geplaatst een extra stem toegekend De benoeming als afgevaardigde geldt tot de eerstvolgende voorbereidende afdelingsvergadering, tenzij een afgevaardigde op een eerder moment bij de secretaris te kennen geeft geen afgevaardigde meer te willen zijn of het lidmaatschap van de afdeling wordt beëindigd De secretaris draagt er zorg voor dat de benoemde afgevaardigden naar de algemene vergadering schriftelijk en ondertekend door de secretaris en de voorzitter worden doorgegeven aan het hoofdbestuur. Hoofdstuk V Het afdelingsbestuur Art. 14. Benoeming en ontslag afdelingsbestuur - 1. Het afdelingsbestuur wordt door de afdelingsvergadering benoemd uit leden van de afdeling De leden van het afdelingsbestuur worden op de voorbereidende afdelingsvergadering benoemd voor de tijd tot de volgende voorbereidende afdelingsvergadering. Tijdens de voorbereidende afdelingsvergadering treden alle zittende leden van het afdelingsbestuur af De leden van het afdelingsbestuur mogen maximaal drie achtereenvolgende termijnen in het afdelingsbestuur zitting hebben, gerekend vanaf de dag van aantreden Elk lid van het afdelingsbestuur kan te allen tijde door de afdelingsvergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing die niet binnen acht weken wordt gevolgd door een besluit tot ontslag eindigt door het verloop van die termijn Door beëindiging van het lidmaatschap van de afdeling eindt het lidmaatschap van het afdelingsbestuur terstond In een tussentijds ontstane vacature kan alleen worden voorzien door een daartoe bijeengeroepen afdelingsvergadering De leden van het afdelingsbestuur kunnen slechts bij meerderheid van stemmen benoemd worden, tenzij er sprake is van enkelvoudige kandidaatstelling. Art. 15. Kandidaatstelling - 1. Bevoegd tot kandidaatstelling voor zetels in het afdelingsbestuur zijn: a. het afdelingsbestuur; en b. één of meer leden van de afdeling; en c. het college van raad en advies Bij kandidaatstelling door het afdelingsbestuur wordt de naam van elke kandidaat vermeld in de agenda voor de afdelingsvergadering waarop de benoeming zal geschieden. Op straffe van nietigheid gaat het afdelingsbestuur hier niet toe over eer het van de kandidaat te stellen persoon een schriftelijke en ondertekende verklaring heeft ontvangen waarin hij of zij verklaart een eventuele benoeming in het afdelingsbestuur te aanvaarden en aangeeft de liberale beginselen zoals bepaald in artikel 5 van de afdelingsstatuten te onderschrijven Bij kandidaatstelling door één of meer leden kan geschieden tot uiterlijk achtenveertig uur voor de afdelingsvergadering waarop de benoeming zal geschieden. Zij geschiedt schriftelijk bij de secretaris. Op straffe van nietigheid van de kandidaatstelling gaat zij vergezeld van schriftelijke en ondertekende verklaring van de kandidaat te stellen persoon waar hij of zij verklaart een eventuele benoeming in het afdelingsbestuur te aanvaarden en aangeeft de liberale beginselen zoals bepaald in artikel 5 van de afdelingsstatuten te onderschrijven Bij kandidaatstelling door het college van raad en advies wordt de naam van elke kandidaat vermeld in de agenda voor de afdelingsvergadering waarop de benoeming zal geschieden en een rapport met daarin een verslag van het gesprek met de kandidaat. Op straffe van nietigheid gaat het afdelingsbestuur hier niet toe over eer het van de kandidaat te stellen persoon een schriftelijke en ondertekende verklaring heeft ontvangen waarin hij of zij verklaart een eventuele benoeming in het afdelingsbestuur te aanvaarden en aangeeft de liberale beginselen zoals bepaald in artikel 5 van de afdelingsstaturen te onderschrijven. 7

8 Art. 16. Taakverdeling afdelingsbestuur - 1. De voorzitter is in ieder geval belast met: a. het leiden van vergaderingen van het afdelingsbestuur; b. de afdelingsvergadering; c. de coördinatie binnen het bestuur; en d. de vertegenwoordiging van de afdeling binnen de JOVD De secretaris is in ieder geval belast met: a. het bijhouden van de databank van leden, geïnteresseerden en donateurs; b. het beheren van het archief van de afdeling; c. het notuleren van de vergadering van het afdelingsbestuur en de afdelingsvergadering; d. het behandelen van correspondentie; e. het verzenden van uitnodigingen voor de afdelingsvergaderingen; f. het op verzoek verstrekken van exemplaren van de afdelingsstatuten en het afdelingsreglement aan leden van de afdeling; g. het opstellen van een jaarverslag over de handelingen en de toestand van de afdeling in het afgelopen afdelingsjaar, ten behoeve van de jaarlijkse afdelingsvergadering De penningmeester is in ieder geval belast met: a. het beheer van de geldmiddelen van de afdeling; b. het opstellen van de begroting; c. het opstellen van een financieel jaarverslag van het afgelopen afdelingsjaar De verdere taakverdeling wordt door het afdelingsbestuur vastgesteld en aan de leden van de afdeling bekendgemaakt Voor zover een lid van het afdelingsbestuur de uitvoering van zijn taak aan anderen overdraagt, blijft hij hier niettemin zelf voor verantwoordelijk Bij verhindering van een lid van het afdelingsbestuur wordt zijn functie waargenomen door één van de andere leden van het afdelingsbestuur, die daartoe bij besluit van het afdelingsbestuur is aangewezen. Art. 17. Inzage gegevens bij afdelingsbestuur in beheer - 1. Het afdelingsbestuur verleent op gemotiveerd verzoek inzage in het archief van de afdeling. Het kan inzage onder opgaaf van redenen weigeren indien het belang van de afdeling de vertrouwelijkheid van de stukken dit vordert Het afdelingsbestuur verstrekt gegevens uit de databank van de genoemde in artikel 18 lid 2 sub a slechts aan het hoofdbestuur en aan hen die voor het functioneren van de afdeling noodzakelijkerwijs over die gegevens moeten beschikken Het afdelingsbestuur verstrekt gegevens uit het register van donateurs slechts aan diegenen die voor het functioneren van de afdeling noodzakelijkerwijs over die gegevens moeten beschikken. Art. 18. Vergaderingen van het afdelingsbestuur - 1. Het afdelingsbestuur vergadert wanneer de voorzitter dit nodig acht, of tenminste twee andere leden van het afdelingsbestuur hem dit verzoeken Besluiten van het afdelingsbestuur kunnen alleen worden genomen in vergaderingen waarin tenminste de meerderheid van de bestuursleden aanwezig zijn Besluiten van het afdelingsbestuur worden genomen bij meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken geeft de stem van de voorzitter de doorslag Besluiten van het afdelingsbestuur worden zo spoedig mogelijk bekend gemaakt bij de leden van de afdeling, behoudens besluiten van het afdelingsbestuur betreffende het vragen van personen voor functies in de afdeling. 8

9 Art. 19. Financiële verplichtingen - 1. Het afdelingsbestuur gaat geen verplichtingen aan die de waarde van vijfhonderd euro of de duur van één jaar te boven gaan zonder voorafgaande toestemming van de afdelingsvergadering. Art. 20. Incomptabiliteiten - 1. Het lidmaatschap van het afdelingsbestuur is onverenigbaar met: a. het hoofdredacteurschap van het afdelingsblad; b. het voorzitterschap van een afdelingscommissie; en c. het lidmaatschap van het hoofdbestuur Het lidmaatschap en het plaatsvervangend lidmaatschap van de kascommissie is onverenigbaar met: a. het hoofdredacteurschap van het afdelingsblad; b. het voorzitterschap van commissies met een eigen budget op de begroting; c. het penningmeesterschap in het afdelingsbestuur; d. het penningmeesterschap in het hoofdbestuur De functies van voorzitter, secretaris en penningmeester in het afdelingsbestuur zijn onderling onverenigbaar Een lid is bevoegd schijnbare belangverstrengeling door leden van het afdelingsbestuur, de hoofdredacteur van het afdelingsblad en commissievoorzitters aan de orde te stellen op de afdelingsvergadering. Hoofdstuk VI Beroep Art. 21. Beroep tegen afdelingsbestuur - 1. Tegen besluiten van het afdelingsbestuur staat beroep open bij de afdelingsvergadering voor: a. direct belanghebbenden; en b. ten minste drie leden Evenzo staat beroep open tegen de kennelijke weigering van het afdelingsbestuur om een besluit te nemen. Geen beroep staat open tegen besluiten die goedkeuring van de afdelingsvergadering of het hoofdbestuur behoeven De instelling van dit beroep geschiedt schriftelijk en met redenen omkleed bij de secretaris, uiterlijk twee weken nadat van het besluit kennis vernomen had kunnen worden Indien beroep wordt aangetekend tegen de kennelijke weigering om een besluit te nemen, geschiedt dit op dezelfde wijze uiterlijk twee weken nadat het afdelingsbestuur een besluit had moeten nemen of uiterlijk zes, maar ten minste vier weken nadat het afdelingsbestuur schriftelijk om een beslissing werd bezocht Het beroep wordt uiterlijk vier weken na ontvangst aan de afdelingsvergadering voorgelegd. Elke indiener van het beroep krijgen de gelegenheid dit ter vergadering toe te lichten. Art. 22. Beroep tegen afdelingsvergadering - 1. Tegen besluiten van de afdelingsvergadering staat beroep open bij de tweede kamer van de commissie van beroep voor: a. ieder lid van de afdeling; en b. het hoofdbestuur Evenzo staat beroep open tegen nalatigheid van de afdelingsvergadering om een besluit te nemen. Geen beroep staat open tegen besluiten die goedkeuring van het hoofdbestuur behoeven De instelling van het beroep geschiedt met redenen omkleed bij aangetekend schrijven gericht aan de algemeen secretaris in het hoofdbestuur uiterlijk twee weken nadat de afdelingsvergadering heeft plaatsgevonden. 9

10 Hoofdstuk VII Afdelingsblad Art. 23. De hoofdredacteur - 1. De hoofdredacteur wordt benoemd door het afdelingsbestuur op de afdelingsvergadering De hoofdredacteur wordt benoemd op de voorbereidende afdelingsvergadering voor de tijd tot de volgende voorbereidende afdelingsvergadering. Tijdens de voorbereidende afdelingsvergadering wordt de hoofdredacteur door het afdelingsbestuur ontslagen De hoofdredacteur mag maximaal drie achtereenvolgende termijnen aan het hoofd van de redactie van het afdelingsblad staan, gerekend vanaf de dag van aantreden De hoofdredacteur is verantwoordelijk voor de samenstelling van de redactie. De hoofdredacteur kiest de leden van de redactie uit leden van de afdeling De hoofdredacteur en de leden van de redactie dienen de liberale beginselen zoals geformuleerd in artikel 5 van de afdelingsstatuten te onderschrijven Het hoofdredacteurschap eindigt terstond door: a. beëindiging van het lidmaatschap van de afdeling; of b. aanvaarding van een benoeming in het afdelingsbestuur De hoofdredacteur is over zijn beleid verantwoording schuldig aan het afdelingsbestuur. Op de voorbereidende afdelingsvergadering is hij verplicht een redactieplan aan de afdelingsvergadering voor te leggen waarin het beleid van de hoofdredacteur in het komende afdelingsjaar is vastgelegd In het redactieplan zijn tenminste opgenomen: a. een schets van de inhoud van het afdelingsblad; en b. wie de leden van de redactie zijn. Art. 24. Inhoud van afdelingsblad - 1. Het afdelingsblad draagt de naam Liberale Schuimkraag - 2. De hoofdredacteur is vrij invulling te geven aan de inhoud van het afdelingsblad behoudens de verplichting om de activiteitenkalender voor de komende periode en mededelingen van het afdelingsbestuur te plaatsen De hoofdredacteur mag geen artikelen plaatsen die de vereniging onevenredig kunnen benadelen. Hoofdstuk VIII Commissies Art. 25. Instelling commissies - 1. Zowel het afdelingsbestuur als de afdelingsvergadering kunnen besluiten voor speciale onderwerpen commissies in het leven te roepen Bij elk besluit tot instelling van een commissie wordt tenminste bepaald: a. de naam van de commissie; en b. de taak van de commissie Voor zover het besluit tot instelling van de commissie niet anders bepaalt, worden de leden van een commissie benoemd en ontslagen door het orgaan dat de commissie heeft ingesteld en kunnen ook anderen dan leden van de afdeling in een commissie worden benoemd. Hoofdstuk IX College van raad en advies Art. 26. Definitie - 1. Het college van raad en advies is een zelfstandig orgaan van de vereniging. -2. Het college van raad en advies heeft als taak het afdelingsbestuur en de afdelingsvergadering zonder last en ruggespraak te voorzien van raad en advies. 10

11 Art. 27. Instellen van het college van raad en advies - 1. Het college van raad en advies telt vijf leden gekozen voor een periode van twee jaar door de afdelingsvergadering Leden van het college van raad en advies worden gekozen door de afdelingsvergadering op voordracht van het afdelingsbestuur of op voordracht van tenminste drie leden van de afdeling Tot het college van raad en advies kunnen alleen oud-afdelingsbestuurders toetreden Leden van het college van raad en advies kunnen alleen tussentijds worden ontslagen door de afdelingsvergadering met tweederde meerderheid van het aantal uitgebrachte stemmen op de vergadering. Art. 28. Taak van het college van raad en advies - 1. Het college van raad en advies doet een niet-bindende voordracht van kandidaat-afdelingsbestuurders aan de afdelingsvergadering. a. Kandidaat-bestuurders dienen vier weken voor aanvang van de vergadering schriftelijk een verzoek te richten aan de secretaris van de afdeling voor een beoordelingsgesprek met het college van raad en advies. b. het college van raad en advies zendt uiterlijk twee weken voor aanvang van de afdelingsvergadering een beoordelingsrapport over de kandidaat aan de secretaris van de afdeling Het college van raad en advies voorziet het afdelingsbestuur van raad en advies. Hoofdstuk X Reglementaire bepalingen Art. 29. Wijziging van afdelingsreglement - 1. In het afdelingsreglement kan geen wijziging worden aangebracht dan door een besluit van een afdelingsvergadering die daartoe ten minste veertien dagen eerder moet zijn bijeengeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van het afdelingsreglement zal worden voorgesteld Zij die de oproeping tot de afdelingsvergadering ter behandeling van een voorstel tot wijziging van het afdelingsreglement hebben gedaan dienen ten minste veertien dagen voor de afdelingsvergadering een afschrift van dit voorstel, waarin de voorgestelde wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage te leggen tot na afloop van de dag waarop de afdelingsvergadering wordt gehouden De wijziging van het afdelingsreglement mag geen bepalingen bevatten die afwijken van of in strijd zijn met bepalingen in de wet, de statuten, het huishoudelijk reglement en de afdelingsstatuten, tenzij afwijking hiervan is toegestaan Een besluit tot wijziging van het afdelingsreglement wordt met tweederde meerderheid van de uitgebrachte stemmen genomen. Aldus opgemaakt door de heren E. Huijsman en S. Mensink op donderdag 17 november 2011 te Amsterdam. 11