Milieurapport Vlaanderen MIRA. Themabeschrijving. Lichthinder

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Milieurapport Vlaanderen MIRA. Themabeschrijving. Lichthinder"

Transcriptie

1 Milieurapport Vlaanderen MIRA Themabeschrijving Lichthinder

2

3 Milieurapport Vlaanderen MIRA Themabeschrijving Lichthinder mei

4 Auteur Myriam Bossuyt, MIRA, VMM Laatst bijgewerkt: mei mei 2013

5 Woord vooraf De doelstellingen van MIRA (Milieurapport Vlaanderen) zijn drieledig: (1) de wetenschappelijke basis verschaffen voor het Vlaamse milieubeleid, (2) het maatschappelijk draagvlak versterken door het verhogen van het milieu-inzicht en (3) de Vlaamse kennisbasis afstemmen op internationale standaarden. Het document Themabeschrijving wil bijdragen aan deze doelstellingen door het ter beschikking stellen van een kernachtige en toegankelijke beschrijving van de milieuthema s die door MIRA behandeld worden. Deze informatie moet de gebruiker de nodige achtergrondinformatie verschaffen bij de raadpleging van de milieuindicatoren. De beschrijving is gestructureerd volgens de zogenaamde milieuverstoringsketen of DPSI-R keten die de oorzaak en de gevolgen van de milieuverstoringen in beeld brengt. DPSI-R staat voor Driving Forces (maatschappelijke activiteiten), Pressure (druk), State (toestand), Impact (gevolgen) en Respons (beleidsrespons). Het document bevat zoveel mogelijk de laatste stand van zaken van de wetenschappelijke kennis. Bronvermelding bij overname informatie Overname van informatie uit dit document wordt aangemoedigd mits bronvermelding. Hoe citeren? Kort: MIRA Themabeschrijving Lichthinder ( Volledig: MIRA (2013) Milieurapport Vlaanderen, Themabeschrijving Lichthinder. Bossuyt M., Vlaamse Milieumaatschappij, mei

6 Inhoudsopgave Lijst figuren... 5 Lijst tabellen Wat is licht? Wat is lichthinder? Hemelgloed (sky glow) Strooilicht (spill light, stray light) Verblinding (glare) Ecologische lichtvervuiling Slagschaduw Situering van lichthinder Lichtvervuiling in de omgeving Helderheid van de sterrenhemel waargenomen met het oog Licht waargenomen vanuit de ruimte Kunstmatige hemelluminantie op basis van satelietmetingen Hemelluminantie op basis van grondmetingen Gevolgen van lichthinder Gevolgen voor economie Gevolgen voor mens Invloed op het bioritme en borst- en darmkanker Verkeersveiligheid en criminaliteit Kleurwaarneming bij lage luminantie Gevolgen voor natuur Dieren Planten Lichthinder beperken Donkertegebieden Lichtplannen REG-actie Sensibilisatie Referenties Lijst met relevante websites Begrippen Afkortingen Eenheden mei 2013

7 Lijst figuren Figuur 1: Elektromagnetische spectrum...7 Figuur 2: Voorstelling lichtstroom...8 Figuur 3: Voorstelling verlichtingsterkte...8 Figuur 4: Voorstelling lichtsterkte...8 Figuur 5: Voorstelling luminantie...9 Figuur 6: Hemelgloed veroorzaakt door buitenverlichting Figuur 7: Illustratie van strooilicht en verblinding Figuur 8: Illustratie van verblinding Figuur 9: Slagschaduw door windturbines Figuur 10: Lichtvervuiling waargenomen vanuit de ruimte (Vlaanderen, ; 2012) Figuur 11: Kunstmatige hemelluminantie als percentage van de natuurlijke hemelluminantie (Europa, 1998) Figuur 12: Kunstmatige hemelluminantie voor middernacht (België, ) Figuur 13: Lichtverspreidingstest (Diest, 2007) Figuur 14: Verzamelde meetgegevens afgeleid uit bestaande hemelluminantiekaarten van Cinzano en Falchi Figuur 15: Hemelluminantie berekend op basis van satellietbeelden (België, 1998, 2007) Figuur 16: Eindbeeld lichtplan stad Antwerpen mei

8 Lijst tabellen Tabel 1: Verband tussen de magnitude van de zwakste nog zichtbare sterren en de helderheid van de nachthemel, gemeten m.b.v. de luminantie Tabel 2: Metingwaarden tijdens de Nacht van de Duisternis (5 locaties in Vlaanderen, 3-4 maart 2007) Tabel 3: correcties voor fotopische luminantie met gekleurde lampen Tabel 4: Aanbevelingen voor opwaartse lichtstroomverhouding (ULR) in de verschillende omgevingszones voor het beperken van hemelgloed Tabel 5: Kostenbesparing en investeringskosten REG-actieplan Stad Gent mei 2013

9 1 Wat is licht? Licht is elektromagnetische straling, opgebouwd uit een voortdurende stroom van energiepakketjes, die men fotonen noemt. De verdeling van de energie van deze fotonen, noemt men het spectrum van de straling. Deze energie komt overeen met een bepaalde golflengte (eenheid: nanometer, 1 nm = 10-9 m of Ångström, 1 Å = m). Niet alle straling is even ongevaarlijk. UV-licht bijvoorbeeld heeft een directe impact op de menselijke huid (zie Aantasting van de ozonlaag). Ook werkt niet alle straling op dezelfde wijze op levende wezens in, wat bijvoorbeeld onschadelijk is voor de mens, kan wel schadelijk zijn voor bepaalde diersoorten. Licht staat in de omgangstaal voor dat deel van het elektromagnetische spectrum (Figuur 1) waarvoor het menselijke oog gevoelig is (zichtbaar licht). Rood licht bestaat uit fotonen met lagere energie en heeft een grotere golflengte. Blauw licht daarentegen vertegenwoordigt fotonen met meer energie en heeft een kleinere golflengte. Wit licht is opgebouwd uit een vrij brede gamma van verschillende golflengtes. Er worden vaak twee types spectra onderscheiden: continu spectrum: hierin zijn zeer veel verschillende golflengtes in meer of mindere mate vertegenwoordigd; lijnenspectrum of discreet spectrum: een dergelijk spectrum is slechts opgebouwd uit een telbaar aantal precies bepaalde golflengtes, terwijl de overige golflengtes quasi niet voorkomen. Het fysische fenomeen licht kan niet louter door een getal gekarakteriseerd worden, maar door de spectrums. Figuur 1: Elektromagnetisch spectrum Bron: Vakgroep Informatietechnologie, UGent (2005) mei

10 Voor de kwantificatie van licht maakt men gebruik van verschillende fysische grootheden. Hier volgen enkele definities. De lichtstroom (Figuur 2) van een lichtbron is de totale hoeveelheid uitgezonden lichtenergie (lichtwatt) per seconde. Het is het gedeelte van de door de bron uitgestraalde energie die als zichtbaar licht wordt waargenomen. De fotometrische eenheid van de lichtstroom is lumen (lm). Het aantal uitgezonden lumen is een evenredige eenheid voor alle uitgezonden stralingen (1 lm op 555 nm ~ 1 lm op 660 nm ~ 1 lm op 450 nm). Figuur 2: Voorstelling lichtstroom Bron: VITO De verhouding tussen de lichtstroom en het gebruikt (elektrisch) vermogen wordt het lichtrendement van een bron genoemd en wordt uitgedrukt in lumen per Watt (lm/w). De verlichtingssterkte (Figuur 3) van een bepaalde oppervlakte komt overeen met het aantal lumen dat erop invalt per m² (1 lux [lx]). Figuur 3: Voorstelling verlichtingsterkte Bron: VITO De ruimtehoek geeft voor een punt in de ruimte aan hoeveel het dit punt omvat en is dus een equivalent van een hoek maar dan in de driedimensionele ruimte (1 steradiaal sr). De grootte van een ruimtehoek wordt uitgedrukt in de SI-eenheid steradiaal. De eenheidsbol vormt daarbij een ruimtehoek van 4π steradiaal en is dus de grootste ruimtehoek. De lichtsterkte (Figuur 4) van een lichtbron is de lichtstroom die per eenheid van ruimtehoek in een bepaalde richting wordt uitgezonden (1 Candela [Cd]). Figuur 4: Voorstelling lichtsterkte Bron: VITO 8 mei 2013

11 De luminantie (Figuur 5) van een lichtbron of van een bestraalde oppervlakte is de lichtsterkte per m² schijnbaar oppervlak. Het is een maat voor de helderheid, bij eenzelfde verlichtingssterkte hebben donkere oppervlakken een kleinere luminantie dan heldere oppervlakken. Figuur 5: Voorstelling luminantie Bron: VITO 2 Wat is lichthinder? Lichthinder is de overlast veroorzaakt door kunstlicht bij mens en dier. Lichthinder treedt bij de mens voornamelijk op als regelrechte verblinding, als verstorende factor bij het verrichten van avondlijke of nachtelijke activiteiten of als bron van onbehagen. Ook dieren ondervinden lichthinder door versnippering en beïnvloeding van hun leefgebied en verstoring van hun bioritme. Vooral bij vogels, insecten en amfibieën is waargenomen dat buitenverlichting het gedrag beïnvloedt door desoriëntatie, afstoting en aantrekking. Er zijn geen aanwijzingen voor grootschalige nadelige gevolgen van buitenverlichting voor planten. Lichtvervuiling kan in het algemeen omschreven worden als als het overmatige en verspillende gebruik van kunstlicht. Een vorm van lichtvervuiling is de kunstmatige hemelgloed. Enkele vormen van lichtvervuiling gedefinieerd volgens CIE (Comité International de l' Eclairage) wordt hierna toegelicht: hemelgloed; strooilicht en verblinding. Daarnaast wordt ook kort ingegaan op ecologische lichtvervuiling en slagschaduw. 2.1 Hemelgloed (sky glow) Hemelgloed of lichtsluier is het gevolg van weerkaatsing van zichtbare en niet-zichtbare straling op gasmoleculen, waterdamp en stofdeeltjes in de lucht. Er bestaan twee soorten hemelgloed. Enerzijds is er de natuurlijke hemelgloed die veroorzaakt wordt door natuurlijke lichtbronnen en de luminantie van de atmosfeer, anderzijds is er de kunstmatige hemelgloed, veroorzaakt door de directe en weerkaatste straling van verlichtingstoestellen, lampen en verlichte oppervlakten. Vooral astronomen ondervinden lichthinder van hemelgloed. Hemelgloed (Figuur 6) is het gevolg van licht dat in de atmosfeer verstrooid wordt en daardoor de helderheid van de hemel verhoogt boven het natuurlijk achtergrondniveau. Om de hemelgloed te meten worden directe metingen van de nachthemel uitgevoerd. De kunstmatige hemelgloed is het gevolg van kunstlicht dat naar de hemel is gericht hetzij rechtstreeks, hetzij na reflectie op verlichte oppervlakken. mei

12 Figuur 6: Hemelgloed veroorzaakt door buitenverlichting Bron: Vito De hemelgloed vermindert de waarneming van sterren. Daarom spreekt men van astronomische lichtvervuiling (Catherine Rich et al., 2005). De astronomen hebben eigen grootheden gedefinieerd, die hierna worden toegelicht. Als een maat voor luminantie wordt de specifieke intensiteit gebruikt, uitgedrukt in 'schijnbare magnitudes' per vierkante boogseconde. Deze maat kan dus ook gebruikt worden om de hemelluminantie uit te drukken. Als een maat voor verlichtingsterkte wordt de schijnbare magnitudes gebruikt. Schijnbare magnitudes van sterren variëren van -26,8 (de zon) tot +24 (de zwakste ster waarneembaar van op de aarde). Het is een logaritmische, negatieve schaal. Indien de schijnbare magnitude van een object met één eenheid daalt, dan wordt dit voorwerp 2,5 maal helderder. Onder ideale omstandigheden (zonder lichtvervuiling) kan men s nachts met het blote oog net sterren van de zesde schijnbare magnitude zien. De vierkante boogseconde (boogsec²) is een ruimtehoek die overeenstemt met een vierkant met openingshoek in boogseconde. De onvervuilde nachthemel heeft een specifieke intensiteit van 22 schijnbare magnitudes per vierkante boogseconde in de zogenaamde V-filter 1. In de sterrenkunde meet men vaak het licht dat door een object uitgestraald wordt in een bepaald deelgebied van het elektromagnetische spectrum. Hierbij gebruikt men filters die enkel een bepaalde golflengte doorlaten. Bij wijze van vuistregel komen 22 schijnbare magnitudes overeen met een luminantie van ongeveer 2,2 x 10-4 cd/m². Praktisch kan ook gebruik gemaakt worden van de limietmagnitude. De limietmagnitude of grensmagnitude is de schijnbare magnitude waarboven sterren niet meer zichtbaar zijn voor het blote oog tengevolge van lichtvervuiling. Een heldere nachthemel kan immers tot gevolg hebben dat sterren, die normaal voor het blote oog zichtbaar zouden moeten zijn, overstraald worden door kunstlicht. Omdat het menselijke oog gevoelig genoeg is om s nachts met het blote oog sterren van schijnbare magnitude 6 waar te nemen, duidt een limietmagnitude van 6 op een onvervuilde nachthemel. Die maat is echter niet werkbaar voor sterren zwakker dan 1 In de astronomie worden verschillende kleurfilters gebruikt: Het meest voorkomende systeem is het UBV-fotometrie systeem met drie breedband kleurfilters (Narisada et al., 2004). De filters komen overeen met een ultraviolette, blauwe of zichtbare (visible) spectrale band, respectievelijk de U- de B- en de V-band. De V-band wordt bekomen bij gebruik van een breedbandfilter met een nominale waarde van 550 nm en is dus relevant voor zichtbaar licht. Astronomen zijn soms meer geïnteresseerd in de B-band. In de fotometrie daarentegen wordt meestal met één enkele kleurfilter gemeten, de V(λ) filter. Deze filter stemt overeen met de ooggevoeligheidscurve bij 'fotopisch zicht', de CIE V(λ) kurve. 10 mei 2013

13 een schijnbare magnitude 5 tot 6. Tabel 1 toont het verband tussen deze limietmagnitude en de hemelluminantie. Tabel 1: Verband tussen de magnitude van de zwakste nog zichtbare sterren en de helderheid van de nachthemel, gemeten m.b.v. de luminantie limietmagnitude hemelluminantie mag / cd / m² (boogsec)² 1 8, , ,7 4 15,6 0, ,3 0,002 De limietmagnitudes zijn theoretische magnitudes, zoals ze zich zouden voordoen buiten de atmosfeer. In de praktijk moeten ze met 1/4 tot 1 magnitude verminderd worden, afhankelijk van de transparantie van de lucht, de hoogte van de ster, en eventuele verblinding. Bron: Garstang (1986) 2.2 Strooilicht (spill light, stray light) Strooilicht wordt omschreven als pandoverschrijdende verlichting, niet te verwarren met lichtverstrooiing. Concreet gaat het over licht dat objecten verlicht waarvan het niet de bedoeling was ze te verlichten, bv. het verlichten van voortuinen door de straatverlichting. We gebruiken de term hier voor licht dat relatief dicht bij de lichtbron wordt waargenomen (Figuur 7). Meestal is de lichtbron zelf ook zichtbaar. Omwille van de richtingafhankelijkheid is de luminantie hier een minder handige maat. Daarom stellen we de verlichtingsterkte als maat voor. Het is de totale hoeveelheid licht dat, per oppervlakte-eenheid, invalt op een bepaald oppervlak, en is dus een maat voor de verlichting van dat oppervlak (bv. een wegdek). In de verlichtingsleer is de eenheid van verlichtingssterkte de Lux (1 lx = 1 cd x steradiaal / m² = 1 lm / m²). Het is in essentie een vermogen per eenheid van oppervlak. 2.3 Verblinding (glare) Verblinding kan optreden wanneer bij een bepaalde installatie de verlichtingsbron rechtstreeks zichtbaar is en veel feller is dan de verlichte omgeving (Figuur 7). Dit wordt geïllustreerd in figuur 6 waarbij te zien is dat aan de loskade er een goede verlichting is maar aan de andere zijde verblinding wordt veroorzaakt. Verblinding maakt dat het moeilijk wordt om te zien en kan het doel van de verlichting teniet doen. Zowel de gebruikers van de installatie (bv. verkeersdeelnemers, recreanten ) als anderen (bv. buurtbewoners ) kunnen verblind worden door slechte verlichtingsinstallaties of door verlichtingsinstallaties die slecht afgesteld zijn bij openbare verlichting, reclameverlichting, klemtoonverlichting, terreinverlichting. Verblinding of glare is een ruim begrip dat in de literatuur verder opgedeeld wordt in drie types (Narisada et al., 2004): 'Blinding glare' of 'Absolute glare' is vrij te vertalen als volledige verblinding, waarbij de lichtsterkte zo hoog is dat een normale waarneming niet mogelijk is. Dit treedt vooral op bij daglichtsituaties (bv. wanneer men uit een tunnel rijdt). 'Disability glare' of 'physiological glare' is vrij te vertalen als storende verblinding of fysiologische verblinding, waarbij een lichtbron door zijn storend licht de waarneming vermindert (bv. te weinig contrast voor een goede waarneming door achtergrondlicht van een storende lichtbron). Discomfort glare' is vrij te vertalen als psychologische verblinding, waarbij er geen verminderde waarneming is maar wel een oncomfortabele psychologische beïnvloeding door het licht. mei

14 Figuur 7: Illustratie van strooilicht en verblinding Bron: AMINAL (2003) Figuur 8: Illustratie van verblinding Bron: VITO 2.4 Ecologische lichtvervuiling Het begrip ecologische lichtvervuiling wordt gedefinieerd als de negatieve ecologische effecten van kunstmatige buitenverlichting op dier- en plantsoorten (Catherine Rich et al., 2005). De duisternis van de nacht is hierbij gedefinieerd als een van de elementaire natuurkwaliteiten die men - vooral in natuurgebieden - zo min mogelijk dient te verstoren. De duisternis is een bron van informatie voor dieren. Hoe verder van de evenaar, hoe groter de seizoensgebonden lichtverschillen, en hoe meer de natuur zich richt op het licht als informatiebron. 12 mei 2013

15 2.5 Slagschaduw Een vorm van hinder die zich wat ietwat buiten de normale definitie van lichthinder situeert is slagschaduw. Deze hinder ontstaat door weerkaatsing van licht en/of werpen van schaduw van de ronddraaiende bladen van windturbines (Figuur 9). Hierdoor wordt een min of meer ritmische afwisseling van licht en schaduw gecreëerd die door personen als hinderlijk kan ervaren worden. Het grote verschil met de bovenstaande definities van lichthinder is dat deze vorm niet gebaseerd is op kunstmatige verlichting, maar op natuurlijk licht. De combinatie van uitbreiding van hernieuwbare energiebronnen en de hoge bevolkingsdichtheid en disperse ruimtelijke ordening zorgt ervoor dat slagschaduw regelmatig aangehaald word bij bezwaarschriften van omwonenden tegen de installaties van windmolens. Dit argument wordt vaak gebruikt in combinatie met geluidshinder en waardedaling van de woning. Mogelijke maatregelen zijn het tijdelijk stilleggen van de turbine op basis van berekeningen voor alle zonnestanden, wat uiteraard gevolgen heeft voor het economisch rendement van de windturbine, en het vastleggen van bufferzones rond de locatie van windturbines. Figuur 9: Slagschaduw door windturbines Bron: Shutterstock 3 Situering van lichthinder In dit deel wordt lichthinder gesitueerd in tijd, bespreken we kort de bronnen en worden de relatie met andere milieuthema s toegelicht. Voor de sterrenkundige waarnemingen gebruikt de Koninklijke Sterrenwacht van België fotografische platen. Dit zijn grote glazen platen waarop een emulsie is aangebracht die zeer lichtgevoelig is. Op die manier kan het licht dat van veraf gelegen sterren komt opgevangen worden en zichtbaar gemaakt. In was de hemelachtergrond, afkomstig van verlichting op de aarde, nog niet merkbaar op de fotografische platen, zelfs niet na belichtingstijden van een uur met een telescoopopening van 40 cm. In 1996 echter kon men met een opening van 40 cm niet langer dan 10 minuten belichten (Pauwels 1996). Daarna begint de hemelachtergrond de zwakste sterren te overstralen. Als men de waarnemingen vergelijkt met hetzelfde instrument en met dezelfde methodes, is de limietmagnitude er met ongeveer 2 magnitudes of een factor 6 op achteruitgegaan in een tijdsspanne van 50 jaar ten mei

16 gevolge van de lichtverontreiniging. Vermits de magnitudeschaal logaritmisch is, komt een verschil in magnitude 2 overeen met een factor (2,5 x 2,5 =) 6 in helderheid. Dit voorbeeld geeft een goed idee van de toename van de (buiten)verlichting de voorbije decennia. Er zijn een hele reeks activiteiten waar (buiten)verlichting gebruikt wordt. Hieronder volgt een niet-limitatieve lijst van mogelijke bronnen van lichthinder: Huishoudens: buitenverlichting van tuinen, zwembaden en toegangswegen, binnenhuisverlichting die naar buitentreedt door vensters; Industrie: verlichting van industrieterreinen en parkeerterreinen; Energie: verlichting van industrieterreinen en parkeerterreinen, verlichting van koeltoren; Landbouw (glastuinbouw): assimilatieverlichting; Transport: gemeentelijke/provinciale/gewestelijke overheden: openbare verlichting, bestaande uit straatverlichting en verlichting van openbare ruimten (parkeerterreinen...) koplampen van wagens en vrachtwagens; Handel & diensten: verlichte reclamepanelen, lichtreclame, verlichting van parkeerterreinen, verlichte uitstalramen, binnenverlichting van kantoorgebouwen die naar buitentreedt door vensters; Toerisme & recreatie: verlichting van sport- en recreatieterreinen en skytracers (omhoogstralende schijnwerpers bij bioscopen en dancings); verlichting van parken; klemtoonverlichting van monumenten, historische gebouwen, e.d. Deze lijst met activiteiten bevatten vooral zaken die na de 2 e wereldoorlog ontstonden of een grote groei kenden, wat de stijging van hemelachtergrondlicht verklaart. De laatste jaren is er een kentering in mentaliteit. De stijgende energiekosten, de economisch crisis en de link tussen klimaatverandering en energiegebruik zorgen voor een streven naar een lager energiegebruik en minder verspillende verlichting. Dit lager energiegebruik resulteert enerzijds door gebruik van nieuwe technologieën die evenveel of meer licht geven bij eenzelfde verbruik. Anderzijds is er ook een trend naar minder verlichten (cfr. doven van de lichten op de autosnelwegen sinds 15 juli 2011) en efficiënter verlichten. Deze laatste trends hebben ook effect op de lichthinder. Bij efficiëntere verlichting is er namelijk aandacht voor het beperken van licht dat opwaarts gestuurd wordt en maximaal de verlichting te sturen naar het te verlichten oppervlak door correcte installatie van aangepaste armaturen. Hemelgloed, een vorm van lichtvervuiling is afhankelijk van de luchtkwaliteit en meer bepaald met de aanwezigheid van (fijne) stofdeeltjes. Het opwaarts gericht licht botst tegen de stofdeeltjes in de lucht die het licht weerkaatsten met hemelgloed als resultaat. Op dagen met hoge stofconcentraties in de lucht zal er dus ook meer kunstmatige hemelgloed waarneembaar zijn. 4 Lichtvervuiling in de omgeving Licht verspreidt zich vrij homogeen doorheen de lucht en kan zo tot lichtvervuiling leiden. Verblinding en strooilicht zijn eerder lokale problemen. Hemelgloed is daarentegen in een ruimer gebied van toepassing en relevant voor bespreking voor de ruimtelijke context Vlaanderen. Hemelgloed is afhankelijk van de positie van de waarnemer. Er zijn daarom verschillende manieren om de hemelgloed te bepalen. Van op de begane grond geldt de helderheid van de sterrenhemel als maat voor de lichtvervuiling. Vanuit de ruimte nemen satellieten het rechtstreeks geëmitteerde en gereflecteerde kunstlicht waar. In dit hoofdstuk gaan we dieper in op de helderheid van de sterrenhemel, de lichtvervuiling waargenomen vanuit de ruimte en de hemelgloed op basis van satellietmetingen en grondmetingen. 14 mei 2013

17 4.1 Helderheid van de sterrenhemel waargenomen met het oog De helderheid van de sterrenhemel kan via waarnemingen met het blote oog (van een groep testpersonen) opgevolgd worden. Grensmagnitudewaarnemingen zijn sporadisch beschikbaar vanaf Zij worden op een onregelmatige basis genoteerd, vnl. bij waarnemingen van meteoren en kometen. Astronomen zoeken wel steeds donkere locaties, zodat de methode van de grensmagnitudes het probleem van de lichtvervuiling kan onderschatten. De methodiek is als volgt. De helderheid van de nachtelijke hemel wordt gemeten met de grensmagnitude, d.i. de magnitude of typische helderheid van de ster die nog net zichtbaar is met het blote oog. Enkel de observaties bij een belichte maanfractie kleiner dan 67 % worden weerhouden en worden vervolgens gegroepeerd per ruimtelijke eenheid. Per ruimtelijke eenheid (gemeenten en provincies) wordt het voortschrijdende gemiddelde van de waarnemingen over drie jaren berekend. De resultaten per gemeente kunnen geklasseerd worden in vijf intervallen: kleiner dan 4,0 magnitudes; tussen 4,0 en 4,7 magnitudes; tussen 4,8 en 5,5 magnitudes; tussen 5,6 en 6,3 magnitudes; groter dan 6,3 magnitudes. Deze methode is niet erg nauwkeurig en leidt tot fouten door: Het gebruik van verschillende waarnemingsplaatsen aangezien de variatie tussen de waarnemingspunten groter is dan de variatie binnen dezelfde waarnemingspunten. Het gebruik van verschillende waarnemers met elk een verschillende subjectieve beoordeling van de grensmagnitude. Het gebrek aan een fijnmazig waarnemingsnet, met vaste waarnemingspunten die volgens een geijkte procedure de grensmagnitude opmeten, waardoor een goede ruimtelijke weergave niet mogelijk is. Metingen kunnen dus enkel met zeer grootschalige waarnemingen met veel gebruikers. De meting is afhankelijk van zeer goed weer en wordt ook beïnvloed door de luchtkwaliteit. 4.2 Licht waargenomen vanuit de ruimte De satellieten van het Defense Meteorological Satellite Program (DMSP) van de US Air Force bevinden zich in een baan van 830 km hoogte rond de aarde. Ze zijn uitgerust m.b.v. het Operational Linescan System (OLS), dat zo gevoelig is dat het instrument ook in staat is om bij nieuwe maan stedelijke, industriële en andere antropogene lichtbronnen te detecteren. Door het Along-Scan Gain Control (ASGC) systeem wordt de belichting aangepast voor optimale meteorologische informatie. Hierdoor is het signaal in brongebieden (stedelijke gebieden) echter verzadigd, waardoor men voor deze gebieden enkel weet dat ze zich boven een bepaald lichtniveau bevinden (zie de witte vlekken op Figuur 10). Om de satellietbeelden om te zetten in een lichtvervuilingskaart, worden volgende stappen ondernomen: correctie van de geografische ligging van elke pixel (m.b.v. de vluchtgegevens van de satelliet); eliminatie van opnames van bewolkte gebieden; eliminatie van toevallige verlichting (bv. bliksem); aggregatie van alle metingen in een zelfde pixel (de ruimtelijke resolutie bedraagt 2,7 x 2,7 km). Een pixel die bij elke opname als verlicht werd waargenomen krijgt de waarde 100, een pixel die nooit verlicht werd waargenomen krijgt de waarde 0. De bovenste foto van Figuur 10 werd samengesteld aan de hand van 231 beelden uit de periode oktober 1994 tot maart 1995, afkomstig van de F-10 en F-12 satellieten met opnames om 21u30. Hier ziet men het percentage wolkenvrije observaties, waarbij een pixel als lichtemissiebron werd herkend. Zo worden de stabiele lichtbronnen geobserveerd en niet de mei

18 tijdelijke bronnen, zoals branden of bliksems. Pixels geven een gebied weer van 2,7 x 2,7 km. Hierdoor zijn lineaire lichtbronnen zoals wegen niet zichtbaar. De stedelijke agglomeraties zijn duidelijk zichtbaar, evenals industriecomplexen langs het Albertkanaal en het kanaal Gent-Terneuzen en de glastuinbouwstreek ten noorden van Mechelen. De informatie die uit deze beelden kan worden afgeleid, is relevant voor onder meer astronomen die een geschikte locatie voor een observatiepost zoeken. Figuur 10: Lichtvervuiling waargenomen vanuit de ruimte (Vlaanderen, ; 2012) Bovenste figuur situatie oktober oktober 1995; onderste foto: april 2012-oktober 2012; beide foto s hebben een andere schaal. Bron: VITO NOAA/NGDC 4.3 Kunstmatige hemelluminantie op basis van satelietmetingen De kunstmatige hemelluminantie wordt veroorzaakt door kunstlicht. De kunstmatige hemelluminantie kan berekend worden op basis van satellietmetingen van de opwaartse lichtstroom, het reliëf en een atmosfeermodel. Hierbij wordt ook een aanname gemaakt voor de natuurlijke hemelluminantie. 16 mei 2013

19 Figuur 11: Kunstmatige hemelluminantie als percentage van de natuurlijke hemelluminantie (Europa, 1998) Bron: Cinzano & Falchi (2000) Figuur 12: Kunstmatige hemelluminantie voor middernacht (België, ) Uitgedrukt in schijnbare magnitudes in de V-band. Legende: 21.5 = wit = groen = donkergroen = kaki = geel = donkergeel = roos = oranje = bruin <17.5 = donkerrood Bron: Cinzano & Falchi (2000) mei

20 De omstandigheden van de metingen waarop deze kaart gebaseerd zijn en de veronderstelling bij de berekening spelen een belangrijke rol bij de interpretatie van de resultaten. De natuurlijke hemelluminantie is afkomstig van de hemellichamen, weliswaar bij nieuwe maan in Figuur 11. Voor de V-band gebruikt men een breedbandfilter met een nominale waarde van 550 nm deze is dus relevant voor zichtbaar licht, astronomen zijn soms meer geïnteresseerd in de B-band. De berekening veronderstelt ook standaard atmosfeercondities (aërosolinhoud K=1), in werkelijkheid is er een variabele invloed van stof en regen. De metingen vinden ook steeds op hetzelfde tijdstip plaats, voor België ongeveer om 21u30. De situatie tijdens de stille uren (0 u 5 u) is dus gunstiger dan in Figuur 11 wordt voorgesteld. De natuurlijke achtergrondstraling van 1998 werd overgenomen. De natuurlijke achtergrondstraling wordt in belangrijk mate beïnvloed door de zonneactiviteit. In 1998 was de zonneactiviteit laag zodat werkelijke natuurlijke achtergrondstraling aanzienlijk hoger kan liggen. Bovendien werd door Cinzano aangenomen dat de hemelgloed jaarlijks met 10 % toenam om gegevens van verschillende jaren te harmoniseren, hetgeen onwaarschijnlijk veel is. Verificatie toonde aan dat er globaal 10 % onzekerheid is en tot 60 % per punt. Figuur 11 illustreert duidelijk het verband tussen bevolkingsdichtheid en lichtvervuiling in Europa. Vlaanderen, het grootste deel van Nederland en het Ruhrgebied bevinden zich op een vergelijkbaar niveau (> 300 %). Groene gebieden met een kunstmatige hemelluminantie kleiner dan de natuurlijke zijn vooral in afgelegen gebieden van Frankrijk en Spanje gelegen. De kuststroken illustreren duidelijk de sterke uitdeining van de hemelgloed. Een klein deel van de Westhoek kent een verhouding van 100 % %. Duidelijk herkenbaar in deze laatste categorie zijn de Vlaamse ruit (doorlopend naar het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en de regio Charleroi), het economische netwerk Albertkanaal en de grensoverschrijdende netwerken Kortrijk-Rijsel en Hasselt-Genk-Maastricht-Aken-Luik. Figuur 12 geeft meer detail omdat het een logaritmische kaart is waarbij er meer gegevens bekend zijn voor de zones >900 % in Figuur 11. Brussel en Antwerpen hebben de grootste hemelgloed. Brussel waarschijnlijk eerder vanwege de hoge bevolkingsdichtheid en Antwerpen mogelijk door het industriegebied in het havengebied. 4.4 Hemelluminantie op basis van grondmetingen Hemelluminantie gloed of hemelluminantie kan ook bepaald worden aan de hand van grondmetingen. Hierbij worden de meettoestellen s nachts bij nieuwe maan op de hemel gericht en wordt de luminantie van de hemel bepaald (m.a.w. hoeveel licht valt vanuit de hemel op de aarde). De totale hemelluminantie (natuurlijke en kunstmatige) kan uitgedrukt worden in schijnbare magnitudes (Figuur 14, Figuur 15). Het geeft een goed beeld van de totale lichtvervuiling en is relevant voor de hinder bij astronomische waarnemingen. De methodiek is als volgt. De totale hemelluminantie kan rechtstreeks vanop de grond gemeten worden (Van Tichelen et al., 2007b). met meettoestellen die vanop de grond vertikaal met een openingshoek van 60 de luminantie van de hemel meten. Om interferentie met maanlicht of het teruggekaatste licht op wolken te vermijden, wordt best gemeten bij nieuwe maan en een wolkenloze hemel. Op basis van grondmetingen werd de originele Cinzanokaart geactualiseerd (Van Tichelen et al., 2007b). Om de kaart te extrapoleren naar een tijdstip na middernacht kunnen metingen vóór als na de middernacht gebruikt worden. De specifieke intensiteit wordt hier als eenheid gebruikt omdat dit een logaritmische schaal is die de grote variaties met voldoende detail weergeeft. Figuur 13 en Figuur 14 tonen de resultaten van grondmetingen. Figuur 15 toont de geactualiseerde kaarten. Bemerk dat de meeste meettoestellen hun eigen spectrale gevoeligheid hebben en dat vergelijking van metingen hierdoor kunnen afwijken. De relatie tussen hemelluminantie in astronomische (V) en fotometrische (L) grootheden in de V(λ) band is (Narisada, 2004): L [cd/m²] = 1, e -0,92102.V waarbij V de 'specifieke intensiteit' is in schijnbare magnitudes per vierkante boogseconde. 18 mei 2013

21 Figuur 13: Lichtverspreidingstest (Diest, 2007) meting in Luminantie (mcd/m²) Bron: Van Tichelen et al. (2007) Figuur 14: Verzamelde meetgegevens afgeleid uit bestaande hemelluminantiekaarten van Cinzano en Falchi in luminantie (mcd/m²) met overeenkomstige onder- en bovengrens kaarten Cinzano en Falchi Bron: Van Tichelen et al. (2007) mei

22 Figuur 15: Hemelluminantie berekend op basis van satellietbeelden (België, 1998, 2007) Uitgedrukt in specifieke intensiteit. Bron: Van Tichelen et al. (2007) 20 mei 2013

23 Tabel 2: Metingwaarden tijdens de Nacht van de Duisternis (5 locaties in Vlaanderen, 3-4 maart 2007) datum tijd locatie GPS N GPS E luminantie (mcd/m²) 3/03/ :49:00 Geelsebaan 51, , ,0 3/03/ :18:00 Herentals/haven(Bewolkt) 51, , ,4 4/03/2007 0:30:00 Hasselt Kolonel Dussartplein 50,9166 5,3300 5,4 4/03/2007 0:30:00 Herentals/park 51, , ,6 4/03/2007 1:55:00 Kasterlee/reserv 51, , ,6 Tijdens deze nacht vond een maansverduistering plaats rond 0h30. Bron: Van Tichelen et al. (2007) Deze methode is een rechtstreekse methode en dus zijn de meetfouten in principe beperkt tot de meetfout van het toestel. Bij grondmetingen dient rekening worden gehouden met de variaties van fijn stof in de atmosfeer, sterke veranderingen in lokale lichtbronnen (vooral in brongebieden) en zijn voldoende wolkenvrije metingen nodig. Er kan gecorrigeerd worden voor fijn stof d.m.v. het in rekening brengen van een correlatie. De invloed van lokale lichtbronnen in de metingen kan men beperken door in donkere gebieden te meten. De meetwaarden in deze donkere gebieden bevatten de bijdrage van brongebieden die tot 30 km verwijderd zijn, hierdoor kunnen ze dus een goed beeld van de algemene toestand geven voor een groot gebied. 5 Gevolgen van lichthinder In dit deel worden de gevolgen voor economie, mens en natuur besproken. 5.1 Gevolgen voor economie Relighting of REG-actie is het proces waarbij bestaande binnen- en/of buitenverlichting in bedrijfsomgevingen of openbare plaatsen (wegen, parken ) wordt aangepast zodat deze zuiniger en efficiënter zijn, zonder aan comfort in te boeten. De extra investeringen in verlichtingsinfrastructuur voor de uitvoering van maatregelen om de efficiëntie van de verlichting te verbeteren kunnen geheel of gedeeltelijk terugverdiend worden door elektriciteitsbesparingen. Daarnaast is er vaak ook een daling van de onderhoudskosten bv. door lampen die langer meegaan en dus minder snel moeten vervangen worden (zie ook 6.3 REG-acties). 5.2 Gevolgen voor mens Buitenverlichting is bijna nooit een nevenverschijnsel maar is meestal het doel op zich, enig uitzondering hierop is de buitenverlichting die ontstaat door serres met assimilatiebelichting indien ze s nachts niet afgeschermd zijn. Buitenverlichting kan met verschillende doelstellingen geïnstalleerd worden: verhogen van verkeersveiligheid, verminderen van criminaliteit, verhoging van het veiligheidsgevoel, bevordering van voetgangersverkeer en sociaal contact, sfeer, stadsverfraaiing, signalisatie, oriëntatie, commerciële en recreatieve activiteiten s nachts... Hemelgloed veroorzaakt vooral hinder bij (amateur-)astronomen. De bevolking kan ook hinder ondervinden van verblinding en strooilicht. Strooilicht op het slaapkamervenster kan ook voor slaapstoornissen zorgen. Deze problemen zouden geval per geval opgelost kunnen worden door het afschermen of het gebruik van een beter gerichte verlichting. Voor deze problemen zou een nieuwe strikte reglementering een oplossing kunnen bieden Invloed op het bioritme en borst- en darmkanker Melatonine speelt in dit alles een belangrijke rol (Czeisler et al., 1986, Figueiro et al., 2006). Dit hormoon heeft een belangrijke invloed op de biologische klok en dus het dag- nachtritme. Melatonine wordt in de nachtcyclus van het lichaam aangemaakt en de productie stopt in de mei

24 dagcyclus. Er blijkt ook een zeker verband te zijn tussen licht in de dagcyclus en het onderdrukken van de melatonineproductie in de dagcyclus. Het is vooral blauw licht of UVlicht dat een invloed zou hebben. Dit licht zou via de huid inwerken en de reactietijd van het lichaam hierop is eerder traag (Figueiro et al., 2003b). Hieraan werden drie effecten van de verlichting op de gezondheid verbonden (Lewy, 1980), Czeisler et al., 1986, Figueiro et al., 2006, Figueiro et al., 2003a, IEA, 2006): winterdepressie ('Seasonal Affective Disorder' of SAD) door te weinig licht in de dagcyclus, slaapstoornissen door te weinig licht in de dagcyclus of een teveel in de nachtcyclus, en een mogelijke indirecte relatie tussen de ontwikkeling van borstkanker en teveel licht in de nachtcyclus. Het onderzoek gerelateerd met verlichting en slaapstoornissen of winterdepressie is uiteenlopend en het is zeker niet de enige mogelijke oorzaak van slaapstoornissen of depressie. Bemerk dat melatonine als medicijn voor slaapstoornissen (bv. jetlag) verkocht wordt en in de VS vrij verkrijgbaar is. Er is onderzoek dat suggereerde dat er dagelijks een korte periode van zeer hoge verlichtingssterkte nodig zou zijn om winterdepressie te onderdrukken, hiervoor werd bijvoorbeeld lux gedurende 2 uur gesuggereerd (Lewy, 1980) en afhankelijk van de verlichtingsterkte mag het ook korter of langer zijn. Er zijn ook modellen ontwikkeld om te zien hoeveel licht gedurende de nachtcyclus de melatonine productie betekenisvol zou kunnen onderdrukken. Als drempelwaarde werd hiervoor een onderdrukking met 15 % met een betrouwbaarheid van +/- 10 % voorgesteld. Modellen werden ontwikkeld om de experimentele waarden om te zetten in lichttechnische grootheden; dit resulteerde in een drempelwaarde van 30 lux wit licht gedurende 1 uur (Figueiro et al., 2006). Blauw licht kan meer invloed hebben dan het typische gele licht van de straatverlichting minder (Figueiro, 2003a). Bemerk dat er in straatverlichting tot 20 lux gemiddelde verlichtingsterkte geïnstalleerd wordt met een typische overdimensionering voor vervuiling en veroudering van factor 1,3 (Van Tichelen et al., 2007). De kans dat deze drempelwaarde in de periode van nachtrust op regelmatige basis overschreden wordt door straatverlichting is dus onwaarschijnlijk. In het kader van het voorzorgsprincipe kan men bv. aanbevelen om na te gaan of deze drempelwaarde van 30 lux lokaal niet overschreden wordt in buitenverlichting op plaatsen waar bewoners zich langdurig kunnen bevinden voor de nachtrust. In 1987 lanceerde Richard Stevens de 'Melatonin hypothese' die suggereert dat er een verband zou kunnen zijn tussen borstkanker en het gebruik van kunstlicht,.dit door het onderdrukken van de melatonineproductie gedurende de nachtcyclus terwijl melatonine de groei van borstkanker zou kunnen onderdrukken (Stevens et al.,1987). Dit heeft aanleiding gegeven tot verschillende onderzoeken over deze relatie maar eenduidige conclusies kunnen niet genomen worden (Figueiro et al., 2006). De verlichtingsniveaus bij straatverlichting zijn te laag zijn om melatonine significant te beïnvloeden waardoor een betekenisvolle relatie tussen straatverlichting en borstkanker weinig waarschijnlijk is. De meest voor de hand liggende bevolkingsgroep die aan veel licht gedurende de nachtcyclus wordt blootgesteld is zijn vrouwen die nachtarbeid verrichten; typische daglichtniveaus zijn lux en het risico op blootstelling gedurende de periode van de 'nachtrust' is groot. Een beperkte reeks statistische onderzoeken vond een lichte verhoging van het risico voor borstkanker bij vrouwen die nachtarbeid verrichten factor 1,35 tot 1,79, maar dit wil niet zeggen dat licht gedurende de nachtperiode de oorzaak was (Figueiro et al., 2006). Merkwaardig was ook dat in één studie vrouwen die 30 jaar nachtarbeid verrichten minder risico vertoonde verrichten dan vrouwen die 20 jaar nachtarbeid verrichten. Het is weinig waarschijnlijk dat alle vrouwen een verhoogd risico vertonen op borstkanker door de publieke straatverlichting. De verlichtingssterkte van straatverlichting is immers veel lager dan die uit de studies en de blootstelling aan straatverlichting is vermijdbaar vlak voor of gedurende de periode van de nachtrust Verkeersveiligheid en criminaliteit Een belangrijke doelstelling van verlichting is het verhogen van de veiligheid. Dit kan gaan over een verhoging van de verkeersveiligheid (bv. wegverlichting) of voor een vermindering 22 mei 2013

25 van de criminaliteit (bv. wegverlichting, buitenverlichting rond bedrijfsgebouwen, woningen ). Onderzoek hierover levert niet altijd eenduidige resultaten op, maar in grote lijnen kan toch het volgende besloten worden (Narisada & Schreuder, 2004, Ramsay, 1991): Buitenverlichting kan verkeersongevallen met slachtoffers tot typisch 30 % (afhankelijk van verkeersituatie en type ongeval) doen verminderen door een verbetering van de waarneming. Buitenverlichting verhoogt vooral het veiligheidsgevoel. Bewoners zouden hierdoor meer op straat komen en dit is dan weer bevorderlijk voor sociale contacten in dicht bevolkt gebied en dus de volksgezondheid. Buitenverlichting heeft geen aantoonbare invloed op de totale criminaliteit in een stad of grote zone. Buitenverlichting kan wel een verschuiving van de criminele activiteiten veroorzaken naar minder of niet verlichte gebieden omdat criminelen de lage verlichtingsterkte kunnen uitbuiten voor het verbergen van hun activiteiten. Het oog heeft voor lage verlichtingssterkte (scotopisch zicht zie Kleurwaarneming bij lage luminantie) enige aanpassingtijd (5 tot 10 minuten) nodig en sommige criminelen kunnen dit als tijdsvoordeel uitbuiten Kleurwaarneming bij lage luminantie Waarneming van licht gebeurt in het menselijke oog door het netvlies. Dit netvlies bestaat uit verschillen types lichtgevoelige cellen namelijk kegeltjes en staafjes. Kegeltjes zijn lichtgevoelige cellen die het mogelijk maken om kleur waar te nemen, er zijn drie soorten kegeltjes, voor elke basiskleur één. Waarneming waarbij vooral kegeltjes gebruikt worden, noemt fotopisch zicht. Daarnaast is er ook 1 type van staafjes. Dit type lichtgevoelige cellen kan licht en duisternis onderscheidden maar geen kleur. Wanneer bij het zien enkel deze staafjes gebruikt worden, spreekt men over scotopisch zicht. Fotopisch zicht is dominant bij hoge luminanties (> 3 Cd/m²). Scotopisch zicht treedt op bij lage luminanties (< 3 Cd/m²). Er is ook een overgangsgebied van 0,01 tot 3 Cd/m² waarbij beide fotopisch en scotopisch zicht mogelijk zijn, men spreekt dan ook van mesopisch zicht. De luminantieniveaus bij buitenverlichting zijn doorgaans laag(< 3 Cd/m²) en bijgevolg moet men eigenlijk rekening houden met scotopisch zicht en dus ook de bijhorende vermindering van de kleurwaarneming. Bij het ontwerp en controle van verlichtingsinstallaties (anno 2005) wordt hierbij nochtans geen rekening gehouden. De waardes voor luminantie en lamprendement worden nog steeds gemeten en weergegeven met de fotopische ooggevoeligheidscurve (V(λ) (CIE, 1924) en de normen met vereiste voor straatverlichting (EN ) zijn ook hierin gedefinieerd. Indien men wel rekening zou houden met scotopisch zicht moeten de luminantiewaardes bij lage niveaus (< 3 Cd/m²) relatief geïnterpreteerd worden en dus aangepast worden. Een voorbeeld voor correcties voor verschillende lampen(kleuren) is samengevat in Tabel 3. Tabel 3: Correcties voor fotopische luminantie met gekleurde lampen lamp type kleur lamp lampvermog % schijnbaar rendement (lm/w) (Cd/m²) en (Watt) ,5 0,1 0,01 0,001 lage druk natrium oranje hoge druk natrium goudgeel metaalhalide wit Bron: Narisada & Schreuder (2004) 5.3 Gevolgen voor natuur Dieren De belangrijkste en meest beschreven invloed is de aantrekking van insecten door kunstlicht. De invloed van kunstlicht op insecten wordt zeer uitvoerig beschreven in 'Zur Einwirkung von Aussenbeleuchtungsanlagen auf nachtaktive Insekten'. Hieruit kan men besluiten dat er voor deze aantrekking geen hoge luminanties nodig zijn en insecten (nachtvlinders, muggen...) mei

26 vooral door blauw licht of UV aangetrokken worden. Bijgevolg dient men bij buitenverlichting blauw licht en wit licht te beperken, ook dus wit licht want het bevat de blauwe lichtcomponent. Er zijn veel gesuggereerde risico s van verlichting voor dieren afname van de populatie door barrièrewerking, sterfte als gemakkelijke prooi, aanrijdingen met wegverkeer of aanvaringen met wegverlichting door aantrekking, desoriëntatie of onaangepast gedrag, aantasting of mislukking van de voortplanting door desynchronisatie of door conditievermindering; vroegtijdig uit winterslaap komen; verlate wegtrek (Catherine Rich et al., 2005, de Molenaar et al.1997, Steck, 1997). In de volgende punten wordt hierop ingegaan: Veldwaarnemingen zijn veeleer anekdotisch. Zo bestaat er enige kennis over de reactie van sommige vleermuissoorten op kunstverlichting. Straatverlichting trekt de Laatvliegervleermuis duidelijk aan want het verspreidingspatroon van deze soort correleert in Zeeuws-Vlaanderen sterk met de verspreiding van lantaarnpalen. Dit is niet verwonderlijk aangezien de prooi van de vleermuis bestaat uit insecten die door de verlichting aangetrokken worden. De verlichting op zich kan dan weer vleermuizen afstoten, omdat dit nachtdieren zijn, met als gevolg dat de zij hun prooi niet vinden. De Watervleermuis mijdt dan weer kunstlicht, zodat een verlichte kasteelvijver vaak pas s avonds wordt bevlogen nadat de verlichting is uitgezet. Glimwormen en vuurvliegen kwamen vroeger vrij algemeen voor in onze contreien maar het is onbekend hoe die soorten er nu voorstaan. Zij gebruiken deze bioluminicentie om elkaar op te sporen tijdens de voortplanting door lichtsignalen. De lichtniveaus zijn zo laag dat verblinding bij deze dieren al bij lage lichtniveaus kan optreden, kwantitatieve gegevens ontbreken. Ook van reptielen zoals salamanders wordt beweerd dat zij mogelijk hinder ondervinden van kunstlicht. Zij zijn gevoelig aan elke verstoring van hun leefomgeving en hun wereldpopulatie gaat sterk achteruit. Het zijn nachtdieren met mogelijk een meer uitgesproken reactie in vergelijking met de mens op nachtelijk kunstlicht voor de verstoring van hun bioritme. Ook kunnen nachtelijke zoogdieren zoals veldmuizen en ratten of meer algemeen knaagdieren ecologisch verstoord worden door de mogelijke relatie van nachtelijk kunstlicht met borstkanker (Figueiro et al. (2006)), vooral indien die dieren een meer uitgesproken reactie zouden vertonen. Van konijnen en bepaalde vissoorten is geweten door jagers en vissers dat licht gebruikt kan worden om ze aan te trekken bij nacht. Ook voor de ree kon besloten worden dat drukke wegen actief gemeden worden en de territoria actief begrenzen, er werd geen invloed op de reeënpopulatie vastgesteld (Holsbeek, 2001). Die dieren worden mogelijk gewoon afgeschrikt door lawaai en licht. Ook de invloed van wegverlichting op het broedgedrag en broedsucces van grutto s bestudeerd (de Molenaar, 2000). Dit beperkt onderzoek is uitgevoerd in het open weidegebied aan weerszijden van de A9 te Nederland tussen Limmen en Akersloot. De grutto is gekozen als gidssoort voor weidevogels in het algemeen. Hieruit viel te besluiten: Er was geen negatieve invloed van het wegverkeer(geluid) meetbaar. Blijkbaar kan deze invloed gecompenseerd worden door terreinfactoren die de habitatkwaliteit mee bepalen. De vogels die als eerste beginnen te nestelen bleken hun nestplaats significant verder van de lichtbron af te kiezen dan vogels die later gaan nestelen. Een invloed van verlichting op het gemiddelde eivolume per nest, als indicatie voor het broedsucces en de conditie van de oudervogels, is in het onderzoek niet aangetoond. Evenmin is een invloed van verlichting op de predatie van gruttolegsels aangetoond. De invloed van buitenverlichting kan vooral worden beperkt door het gebruik van relatief lage verlichtingsniveaus. Ter vergelijking, bij fel zonlicht is de verlichtingsterkte tot lux 24 mei 2013

27 terwijl dit bij openbare verlichting maximaal 40 lux is, bij volle maan heeft men overal een verlichtingsterkte van 0,25 lux Planten Groene planten hebben enerzijds licht nodig om te groeien door de fotosynthese. Daartoe beschikken ze over chlorofyl dat gevoelig is voor licht in het golflengtegebied tussen 400 nm en 700 nm (groeilicht). Hoe meer groeilicht er aanwezig is, hoe sneller de plant groeit. Planten meten anderzijds ook het licht, via het fotoperceptieproces. Daarbij zijn speciale moleculen, de fotoreceptoren, betrokken. Daarvan zijn er twee types, één voor licht tussen 300 nm en 500 nm, en één voor licht met golflengte groter dan 600 nm. Deze laatste is de fytochroom. Het beïnvloedt allerlei celactiviteiten, zoals kieming, celstrekking, ontvouwing van nieuwe bladeren, doorbreking van winterrust, vorming van plastiden en het transport van plantenhormonen. De invloed van buitenverlichting is hier waarschijnlijk beperkt door de relatief lage verlichtingsniveaus die bij buitenverlichting gebruikt worden in vergelijking met daglicht. Ter vergelijking, bij fel zonlicht is de verlichtingsterkte tot lux terwijl dit bij openbare verlichting maximaal 40 lux is, bij volle maan heeft men overal een verlichtingsterkte van 0,25 lux. Er zijn weinig gegevens bekend. Er werden wel groeistoornissen van planten waargenomen in de directe omgeving van serres met assimilatieverlichting. Dit is logisch omdat in deze serres met zeer hoge verlichtingsterktes gewerkt wordt (bv lux). 6 Lichthinder beperken De volgende basisprincipes kunnen gebruikt worden om lichthinder te beperken: Verlicht enkel datgene wat nodig is. Hiervoor kunnen best gerichte verlichtingstoestellen gebuikt worden met reflectoren. Het gebruik van signalisatie voor oriëntatie of gevaarlijke punten i.p.v. het verlichten van de hele weg is ook een techniek. Verlicht enkel wanneer het nodig is en doof selectief. Hiervoor kunnen automatische systemen gebruikt worden met kloksturing, telemanagementsystemen of aanwezigheidsdetectie. Verlicht zo gelijkmatig mogelijk en regel zo nauwkeurig mogelijk naar de minimaal vereiste waarde, eventueel kan voor gevaarlijke punten (bv. kruispunten) meer licht (bv. verdubbeling) gebruikt worden. Voor het regelen kunnen elektronische voorschakelapparaten (ballasten) gebruikt worden die eventueel dimbaar of instelbaar zijn. Elektronische voorschakelapparaten hebben het voordeel dat ze het lampvermogen regelen onafhankelijk van de netspanning en de lampspanning (varieert bij verouderen van de lamp). Voor een gelijkmatige verlichting is een kwalitatieve optiek van het verlichtingstoestel nodig. Het is ook beter de wegverlichting gelijkmatig te dimmen met eventueel de nadruk op gevaarlijke punten (bv. kruispunten). Bij sterk ongelijkmatig verlichte wegen dient men rekening te houden met een mogelijk sterk verminderde waarneming op de donkere plaatsen (het oog past niet snel genoeg aan) en met een mogelijk verschuivingeffect van criminaliteit (zie Verkeersveiligheid en criminaliteit). Gebruik de juiste kleur. Wit of blauw licht trekt meer insecten aan. Wit licht draagt ook meer bij tot hemelgloed die met het oog waarneembaar is (tabel 2). Bij de lage luminanties (bv. 1,5 Cd/m²) die bij buitenverlichting gebruikt worden is het kleurwaarnemingsvermogen beperkt. De hoge- of lagedruknatriumlampen met gekleurd geel of oranje licht veroorzaken dit niet. Kies een juiste plaatsing voor de verlichtingstoestellen en vermijdt verblinding en nutteloze opwaartse lichtstraling. De beste resultaten worden bekomen met hoge verlichtingspunten en neerwaarts gericht licht (bij verlichtingspalen is de tussenafstand hierdoor typisch 4 maal de paalhoogte). Het is hierbij ook belangrijk dat de verlichtingstoestellen in de voorziene positie (hoek, bv. horizontaal) gemonteerd worden. Denk aan het energieverbruik en kies voor energie-efficiënte lamptypes en armaturen. mei

Milieurapport Vlaanderen MIRA. Achtergronddocument. Thema hinder: lichthinder

Milieurapport Vlaanderen MIRA. Achtergronddocument. Thema hinder: lichthinder Milieurapport Vlaanderen MIRA Thema hinder: lichthinder LIchthinder Coördinerend auteur Paul Van Tichelen, Energietechnologie, Vito Auteur Koen Remans, Energietechnologie, VIto Myriam Bossuyt, MIRA-team,

Nadere informatie

Basic Creative Engineering Skills

Basic Creative Engineering Skills Fotometrie 1 Voor het beschrijven van eigenschappen en specificaties van licht en lichtbronnen bestaan gestandaardiseerde begrippen en eenheden. CIE Commission Internationale de l Eclairage 2 Vermogen

Nadere informatie

BELEIDSPLAN OPENBARE VERLICHTING 2013 2017 BIJLAGE 2 VERLICHTINGSTECHNIEK

BELEIDSPLAN OPENBARE VERLICHTING 2013 2017 BIJLAGE 2 VERLICHTINGSTECHNIEK BELEIDSPLAN OPENBARE VERLICHTING 2013 2017 BIJLAGE 2 VERLICHTINGSTECHNIEK INHOUDSOPGAVE 1 TECHNIEK VERLICHTING... 3 2 DAGLICHT EN KUNSTLICHT... 3 3 ENKELE TECHNISCHE BEGRIPPEN... 4 3.1 Lichtstroom... 4

Nadere informatie

Verlichting PREBES 04/12/2018. Enkele begrippen Wetgeving en normen Metingen Noodverlichting Blue Light Hazard

Verlichting PREBES 04/12/2018. Enkele begrippen Wetgeving en normen Metingen Noodverlichting Blue Light Hazard PREBES 04/12/2018 Enkele begrippen Wetgeving en normen Metingen Noodverlichting Blue Light Hazard PREBES 04/12/2018 - situering PREBES 04/12/2018 - begrippen Fotometrische grootheden PREBES 04/12/2018

Nadere informatie

VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT

VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT VIER JAAR HEMELHELDERHEID METINGEN IN UTRECHT Er staat sinds augustus 2009 een meter om de nachtelijke hoeveelheid licht te meten op het dak van een woonboot in Utrecht. het is een SQM_EL van de firma

Nadere informatie

Verlichtingskunde 2009 Verlichtingskunde 2009 7S630

Verlichtingskunde 2009 Verlichtingskunde 2009 7S630 7S630 Laurens Zonneveldt Mariëlle Aarts Doel van het college Gereedschap bieden om via een doordacht PvE tot het gewenste doel te komen Opzet Hoe kom je tot eisen, wat speelt een rol Zoeken naar oplossingen

Nadere informatie

Lichtvervuiling boven Amsterdam. Publieksrapport

Lichtvervuiling boven Amsterdam. Publieksrapport Lichtvervuiling boven Amsterdam Publieksrapport -2- AMSTERDAM DUURZAAM Amsterdam heeft duurzaamheid hoog in het vaandel staan en neemt daarom verschillende maatregelen om energie te besparen. Een van de

Nadere informatie

Lichtplan Herentals April

Lichtplan Herentals April DOELSTELL IINGEN PR IIOR IITE IITEN Lichtplan Herentals April 2003 30 Coheren tt iie me tt h e tt mob ii ll ii tte ii ttsp ll an Het voorgestelde lichtplan zal trachten deel te nemen aan de acties die

Nadere informatie

Methode voor bepalen van de hemelluminantie

Methode voor bepalen van de hemelluminantie Methode voor bepalen van de hemelluminantie Studie uitgevoerd in opdracht van MIRA, Milieurapport Vlaanderen Onderzoeksrapport MIRA/2007/06, december 2007 Algemene verspreiding (contractnr.: 061235) Ondersteunend

Nadere informatie

Fotometrische basisgrootheden

Fotometrische basisgrootheden Fotometrische basisgrootheden 24 oktober 2013 Guy Durinck Email: guy.durinck@kuleuven.be Fotometrie en radiometrie Licht: elektromagnetische golven elektromagnetische golven transporteren energie energiestroom

Nadere informatie

Kennisplatform OV Module 1 november 2011. Kennisplatform OV. Module 1 november 2011. Netbeheer - Techniek 1 Opleiding en Training

Kennisplatform OV Module 1 november 2011. Kennisplatform OV. Module 1 november 2011. Netbeheer - Techniek 1 Opleiding en Training Kennisplatform OV Module 1 november 2011 Netbeheer - Techniek 1 INHOUD 1. Inleiding... 3 1.1 Definitie van openbare verlichting... 3 1.2 De functies van openbare verlichting... 4 1.2.1 Bevorderen verkeersveiligheid...

Nadere informatie

LUX op energiezuinige stand

LUX op energiezuinige stand Seminaire Duurzame gebouwen LUX op energiezuinige stand 5 maart 2015 Leefmilieu Brussel De uitdagingen op verlichtingsvlak Ingrid VAN STEENBERGEN, Zaakvoerder Adviesbureau voor verlichting ODID Vervangen

Nadere informatie

energiecoach verlichting

energiecoach verlichting LAMPEN Puntverlichting Hebt u uw gloeilampen al vervangen door spaarlampen? Spaarlampen zijn vier tot vijf keer efficiënter dan gloeilampen en gaan 9 tot 13 keer langer mee. Bijgevolg is de winst dubbel:

Nadere informatie

Opleiding 2013 Duurzaam Gebouw

Opleiding 2013 Duurzaam Gebouw Opleiding 2013 Duurzaam Gebouw Gezondheid en comfort Leefmilieu Brussel ZORGEN VOOR VISUEEL COMFORT Magali BODART UCL Architecture & Climat 7 maart 2013 Opleiding tot stand gebracht door de Stadswinkel

Nadere informatie

5 Verlichtingsaspecten bij werkstations

5 Verlichtingsaspecten bij werkstations 5 Verlichtingsaspecten bij werkstations 5.1 Licht Licht is een vorm van energie bestaande uit elektromagnetische straling. Zichtbaar licht is de elektromagnetische straling die wordt uitgezonden in het

Nadere informatie

Welkom. Kennisplatform OV. 10 januari 2014

Welkom. Kennisplatform OV. 10 januari 2014 Welkom Kennisplatform OV 10 januari 2014 Overzicht Algemeen Wat is licht? Gedrag op voorwerpen Fotometrische grootheden Installatie 2 Basisprincipes OV - V4.1 Wat is openbare verlichting? Criteria Verlichtingsinstallatie

Nadere informatie

Verlichting. 1 Inleiding... 1. 2 Gewenste lichtsterkte... 2. 3 Verlichtingssystemen... 3

Verlichting. 1 Inleiding... 1. 2 Gewenste lichtsterkte... 2. 3 Verlichtingssystemen... 3 1 Inleiding... 1 2 Gewenste lichtsterkte... 2 3 Verlichtingssystemen... 3 3.1 Lichtbronnen... 3 3.2 Voorschakelapparaten (ballasten)... 4 3.3 Verlichtingsarmaturen... 4 4 Regelingen... 5 1 Inleiding i

Nadere informatie

HUMAN CENTRIC LIGHTING. LED EVENT 30 november 2017 Den Bosch Jan Van Riel

HUMAN CENTRIC LIGHTING. LED EVENT 30 november 2017 Den Bosch Jan Van Riel HUMAN CENTRIC LIGHTING LED EVENT 30 november 2017 Den Bosch Jan Van Riel Human Centric Lighting AGENDA De mens staat centraal Werking van het oog Niet visuele werking van het oog HCL en normen: Functionele

Nadere informatie

MONITORING OPSTELLING

MONITORING OPSTELLING MONITORING OPSTELLING De meters hangen aan de zijkant van een woonboot in Utrecht. Utrecht ligt in het midden van het land en is een stad van 300.000 inwoners. De locatie is aangegeven op een DSMP kaart

Nadere informatie

Kleurperceptie en kleur meten

Kleurperceptie en kleur meten Kleurperceptie en kleur meten het berekenen van kleurpunten in het CIELab systeem 1 Inleiding Dagelijks zien we om ons heen allerlei objecten die een kleur hebben. Kleurwaarneming is belangrijk voor ons

Nadere informatie

Opleiding. Energie in duurzame gebouwen. Leefmilieu Brussel AUDIT VAN VERLICHTINGSINSTALLATIES. Fiorenzo NAMECHE

Opleiding. Energie in duurzame gebouwen. Leefmilieu Brussel AUDIT VAN VERLICHTINGSINSTALLATIES. Fiorenzo NAMECHE Opleiding Energie in duurzame gebouwen Leefmilieu Brussel AUDIT VAN VERLICHTINGSINSTALLATIES Fiorenzo NAMECHE LIGHT TO LIGHT Lighting design & engineering LIGHT TO LIGHT Onafhankelijk studie en ontwerpsbureau

Nadere informatie

Lichtmeting aan LED verlichting

Lichtmeting aan LED verlichting Lichtmeting aan LED verlichting Tristimulus versus Spectrale Instrumenten Theo Duncker LED Lampen 1 Watt 2 Chromatische analyse Groen Oranje/ Geel Rood Blauw 3 Gekleurde LED s Relatieve Schaal 468 nm 515

Nadere informatie

Lichtconsult.nl Industrieweg 1A AP Culemborg

Lichtconsult.nl Industrieweg 1A AP Culemborg Lichtconsult.nl Industrieweg 1A-13 4104 AP Culemborg www.lichtconsult.nl Activiteiten Lichttechnisch advies & onderzoek Lichtlab metingen van lichtstroom tot spectrale verdeling Praktijklicht metingen

Nadere informatie

Blauw licht: the fake news en de nuttige toepassingen. Peter Bracke Cluster manager Groen Licht Vlaanderen Gent, 12 september 2017

Blauw licht: the fake news en de nuttige toepassingen. Peter Bracke Cluster manager Groen Licht Vlaanderen Gent, 12 september 2017 1 Blauw licht: the fake news en de nuttige toepassingen Peter Bracke Cluster manager Groen Licht Vlaanderen Gent, 12 september 2017 2 3 4 Wat is een te hoge blootstelling? Overdag: de mens is aangepast

Nadere informatie

NBN-EN : Werkplekverlichting binnen

NBN-EN : Werkplekverlichting binnen NBN-EN 12464-1: Werkplekverlichting binnen In 2011 is er een aanpassing gebeurd aan de Europese norm, NBN-EN 12464-1 Licht en verlichting - Werkplekverlichting - Deel 1: Werkplekken binnen. Het is een

Nadere informatie

Beoordeling van de Lichthinder Project: SC Valburg

Beoordeling van de Lichthinder Project: SC Valburg A. Hak Zuid B.V. Afdeling Verlichtingstechniek Postbus 101 5460 AC Veghel Lage Landstraat 6 5462 GJ Veghel T 0413-362 926 F 0413-362 929 I www.a-hak.nl K.v.K. nr. 16029034 ING Bank rek. nr. 67.72.94.948

Nadere informatie

ZX Ronde zondag 5 oktober 2014

ZX Ronde zondag 5 oktober 2014 ZX Ronde zondag 5 oktober 2014 Verhaaltje..Tussen Watt en Lumen Dit een verhaaltje gaat over de verschillen tussen de lichtopbrengst van lichtbronnen wat aansluit op het verhaalt over licht en lichtbronnen

Nadere informatie

Samenvatting Metingen Greenfox

Samenvatting Metingen Greenfox *Auteur: *Nazicht : *Goedkeuring : Van Heur Rob Deswert Jean-Michel Deswert Jean-Michel *Dit document werd volledig elektronisch ondertekend. : +31 43 367 52 11 Fax : +32 2 382 02 41 e-mail : rob.vanheur@laborelec.com

Nadere informatie

LED OP HET LICHT OP STRAAT. Openbare verlichting voor veiligheid maar houdt ook rekening met nachtdieren

LED OP HET LICHT OP STRAAT. Openbare verlichting voor veiligheid maar houdt ook rekening met nachtdieren LED OP HET LICHT OP STRAAT Openbare verlichting voor veiligheid maar houdt ook rekening met nachtdieren Met de diverse belangengroeperingen uit de gemeente Hardenberg is uitgebreid gediscussieerd over

Nadere informatie

Introductie VSL Meten aan verlichting. Dutch Metrology Institute Oktober 2017 Kees-Peter Geluk

Introductie VSL Meten aan verlichting. Dutch Metrology Institute Oktober 2017 Kees-Peter Geluk Introductie VSL Meten aan verlichting Dutch Metrology Institute Oktober 2017 Kees-Peter Geluk Inhoudsopgave VSL algemeen VSL optica Meten aan verlichting 2-11-2017 2 VSL Algemeen VSL is een privaat bedrijf

Nadere informatie

Wat is lichthinder. Friedel Pas, Preventie Lichthinder vzw

Wat is lichthinder. Friedel Pas, Preventie Lichthinder vzw Wat is lichthinder Friedel Pas, Preventie Lichthinder vzw De wereld s nachts Europa s nachts Vlaanderen s nachts Provincie West-Vlaanderen s nachts Definities Het verschil tussen lichthinder en lichtvervuiling

Nadere informatie

FLOOD BIFA. Kenmerken. Specifications. Toepassingen. Tel Controle Lichtbundel

FLOOD BIFA. Kenmerken. Specifications. Toepassingen.   Tel Controle Lichtbundel info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 FLOOD BIFA Kenmerken n Levensduur L70 %: > 50.000 uren n Energiebesparing tot 80% n Efficiente controle over lichtbundel n Geoptimaliseerde

Nadere informatie

Lichthinder rapport. Bestemmingsplan Permanent wonen Dousberg. Juni 2007

Lichthinder rapport. Bestemmingsplan Permanent wonen Dousberg. Juni 2007 Lichthinder rapport Bestemmingsplan Permanent wonen Dousberg Juni 2007 Lichthinder rapport Opdrachtverlener Arcadis Bouw en Vastgoed B.V. L.G.H.M. Cartigny Postbus 1632 6201 BP Maastricht Opdracht De opdracht

Nadere informatie

LED-pilootsite Bevingen-centrum

LED-pilootsite Bevingen-centrum LED-pilootsite Bevingen-centrum Dirk Van Kerckhoven Infrax dirk.vankerckhoven@infrax.be Oktober 2011 Inhoud 1. Voorstelling van de site 2. Keuze van de site en het concept 3. Onderzoeksmethodiek 4. Meetresultaten

Nadere informatie

Gemeenteraadsverkiezingen 2012 MEMORANDUM PREVENTIE LICHTHINDER

Gemeenteraadsverkiezingen 2012 MEMORANDUM PREVENTIE LICHTHINDER Gemeenteraadsverkiezingen 2012 MEMORANDUM PREVENTIE LICHTHINDER Inleiding Lichthinder en lichtvervuiling is een milieuproblematiek die momenteel nog erg miskent wordt. Daar verlichting vooral een bevoegdheid

Nadere informatie

Fiche 8 (Analyse): Eenheden

Fiche 8 (Analyse): Eenheden Fiche 8 (Analyse): Eenheden Zichtbaar licht is een elektromagnetische straling met een golflengte begrepen tussen 400 en 760 nanometer, tussen ultraviolet (< 400 nm) en infrarood (> 760 nm) in licht omvat

Nadere informatie

Lichtplan Gent gemeten en gewogen

Lichtplan Gent gemeten en gewogen Lichtplan Gent gemeten en gewogen Gent investeerde de voorbije jaren flink in een lichtplan voor het Gentse stadscentrum. Het ontwerp van Roland Jéol wordt geprezen en is een lust voor het oog, daar is

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN. Mettegeupel - Oost - Oss Bijlage 5: Lichthinderrapport

BESTEMMINGSPLAN. Mettegeupel - Oost - Oss Bijlage 5: Lichthinderrapport BESTEMMINGSPLAN Mettegeupel - Oost - Oss - 2016 Bijlage 5: Lichthinderrapport Gemeente Oss Raadhuislaan 2 5341 GM Oss T: 14 0412 F: 0412 642605 www.oss.nl A. Hak Zuid B.V. Postbus 101 5460AC Veghel Lage

Nadere informatie

Je weet dat hoe verder je van een lamp verwijderd bent hoe minder licht je ontvangt. Een

Je weet dat hoe verder je van een lamp verwijderd bent hoe minder licht je ontvangt. Een Inhoud Het heelal... 2 Sterren... 3 Herzsprung-Russel-diagram... 4 Het spectrum van sterren... 5 Opgave: Spectraallijnen van een ster... 5 Verschuiving van spectraallijnen... 6 Opgave: dopplerverschuiving...

Nadere informatie

Bijlagerapport Lichthinderonderzoek. Capaciteitsonderzoek Sportpark Zuidhorn

Bijlagerapport Lichthinderonderzoek. Capaciteitsonderzoek Sportpark Zuidhorn Bijlagerapport Lichthinderonderzoek definitief revisie 0.0 15 februari 2016 Revisie 0.0 15 februari 2016 Auteurs R.P. (Rob) Keur Opdrachtgever Postbus 3 9800 AA Zuidhorn datum vrijgave beschrijving revisie

Nadere informatie

LED s meten met een standaard Luxmeter? Theo Duncker

LED s meten met een standaard Luxmeter? Theo Duncker LED s meten met een standaard Luxmeter? Theo Duncker LED Verlichting Zelfde kleur? LED verlichting; correcte en consistente kleuren? Foto: Xicato LED Verlichting Hoe ga je dat goed meten? LED Lampen 1

Nadere informatie

ALL SKY FOTO'S PROCEDURE

ALL SKY FOTO'S PROCEDURE ALL SKY FOTO'S Naast het meten van de zenitluminantie via foto s is het ook mogelijk om van elke locatie de hele hemel te meten. Dit gebeurt via een all sky foto, waarbij de gehele hemel in een locatie

Nadere informatie

Luxerna Power TL deg 6000K

Luxerna Power TL deg 6000K Luxerna Power TL1200 120deg 6000K Pagina 1 van 17 Samenvatting meetgegevens parameter meting lamp opmerking Kleurtemperatuur 7156 K Felwit. Gemeten recht onder de lamp. Lichtsterkte I v 697 Cd Stralingshoek

Nadere informatie

Het visueel. waarnemen. van. faint fuzzies. Jan van Gastel 14 maart 2013

Het visueel. waarnemen. van. faint fuzzies. Jan van Gastel 14 maart 2013 Het visueel waarnemen van faint fuzzies Jan van Gastel 14 maart 2013 Wat bepaalt de zichtbaarheid van faint fuzzies? Kenmerken object (helderheid, grootte) Telescoop (aperture, vergroting) Contrast met

Nadere informatie

Relighting LED. Technologische verkenning voor een case study. Arnaud Deneyer. 22 oktober 2014

Relighting LED. Technologische verkenning voor een case study. Arnaud Deneyer. 22 oktober 2014 Relighting LED Technologische verkenning voor een case study Arnaud Deneyer 22 oktober 2014 Laboratorium Licht Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf Relighting LED : Technologische

Nadere informatie

Leds Light The World BV LED tube 120cm WW

Leds Light The World BV LED tube 120cm WW Leds Light The World LED tube 120cm WW Pagina 1 van 1 parameter Lampmeetrapport 1 juli 2009 voor Leds Light The World Samenvatting meetgegevens meting lamp opmerking Kleurtemperatuur 3315 K Warmwit (tegen

Nadere informatie

Opleiding. Energie in duurzame Gebouwen. Leefmilieu Brussel AUDIT VAN VERLICHTINGSINSTALLATIES. Ingrid VAN STEENBERGEN

Opleiding. Energie in duurzame Gebouwen. Leefmilieu Brussel AUDIT VAN VERLICHTINGSINSTALLATIES. Ingrid VAN STEENBERGEN Opleiding Energie in duurzame Gebouwen Leefmilieu Brussel AUDIT VAN VERLICHTINGSINSTALLATIES Ingrid VAN STEENBERGEN ODID - Onafhankelijk adviesbureau voor energiezuinige verlichting Adviesbureau Verlichtingsaudits

Nadere informatie

LED. begrippen kleur levensduur rendement besparing

LED. begrippen kleur levensduur rendement besparing LED begrippen kleur levensduur rendement besparing LED begrippen kleur levensduur rendement besparing De laatste jaren heeft led een enorme groei gemaakt, in zowel de techniek als op het gebied van verkoop.

Nadere informatie

Zonnestraling. Samenvatting. Elektromagnetisme

Zonnestraling. Samenvatting. Elektromagnetisme Zonnestraling Samenvatting De Zon zendt elektromagnetische straling uit. Hierbij verplaatst energie zich via elektromagnetische golven. De golflengte van de straling hangt samen met de energie-inhoud.

Nadere informatie

Creative Lighting Solutions Façade IP65 6xTF WW Medium Frosted

Creative Lighting Solutions Façade IP65 6xTF WW Medium Frosted Creative Lighting Solutions Façade IP65 6xTF WW Medium Frosted Pagina 1 van 16 Samenvatting meetgegevens parameter meting lamp opmerking Kleurtemperatuur 3117 K Warmwit. Lichtsterkte I v 1294 Cd Gemeten

Nadere informatie

Licht en duisternis. Eindhoven 18 februari 2015 1

Licht en duisternis. Eindhoven 18 februari 2015 1 Licht en duisternis Eindhoven 18 februari 2015 1 Aarde op 11 000 000 000 km Eindhoven 18 februari 2015 2 Aarde op 385 000 km Eindhoven 18 februari 2015 3 Eindhoven 18 februari 2015 4 Eindhoven 18 februari

Nadere informatie

Astronomische hulpmiddelen

Astronomische hulpmiddelen Inhoudsopgave Hulpmiddelen Magnitudes... blz. 2 Schijnbare magnitude... blz. 2 Absolute magnitude... blz. 3 Andere kleuren, andere magnitudes... blz. 3 Van B-V kleurindex tot temperatuur... blz. 4 De afstandsvergelijking...

Nadere informatie

Relighting. Brussel 17-06-2010. Elektriciteitsverbruik per sektor (%) (België)

Relighting. Brussel 17-06-2010. Elektriciteitsverbruik per sektor (%) (België) Relighting Brussel 17-06-2010 Ingrid Van Steenbergen Onafhankelijk lichtadviseur Energiebesparing in verlichting www.odid.be Elektriciteitsverbruik per sektor (%) (België) Verlichting Airconditionning

Nadere informatie

MEDISCH SPECTRUM TWENTE TE ENSCHEDE. Rapport LICHTHINDER STUDIE. Project: AT Datum:

MEDISCH SPECTRUM TWENTE TE ENSCHEDE. Rapport LICHTHINDER STUDIE. Project: AT Datum: MEDISCH SPECTRUM TWENTE TE ENSCHEDE Rapport LICHTHINDER STUDIE Project: 2008113AT Datum: 2009-05-06 - project : 2008113AT - MST Enschede blad : 2/7 onderwerp : Lichthinder studie datum : 2009-05-06 behandeld

Nadere informatie

Visueel waarnemen. De rol van achtergrondhelderheid, contrast, vergroting en aperture. Jan van Gastel. december, 2006

Visueel waarnemen. De rol van achtergrondhelderheid, contrast, vergroting en aperture. Jan van Gastel. december, 2006 Visueel waarnemen De rol van achtergrondhelderheid, contrast, vergroting en aperture Jan van Gastel december, 2006 Deepsky objecten Puntbronnen: sterren Uitgebreide objecten: galaxies, planetaire nevels

Nadere informatie

golflengte nm. Fig.1 De gevoeligheidskarakteristiek van het menselijk oog. (1nm = 1 x 10 9 m)

golflengte nm. Fig.1 De gevoeligheidskarakteristiek van het menselijk oog. (1nm = 1 x 10 9 m) Diagnose Technicus Deel: Veiligheid, toegang en comfort Licht-eigenschappen Watt, lumen en candela In de elektriciteitsleer wordt vermogen uitgedrukt in Watts. Ook bij verlichtingseenheden wordt dit gedaan.

Nadere informatie

AR111 Soraa. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied. Tel Gallium Nitride).

AR111 Soraa. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied.  Tel Gallium Nitride). info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 AR111 Soraa Kenmerken n Levensduur L70 %: > 35.000 uur. n GaN on GaN (Gallium Nitride on Gallium Nitride). n Eén lichtbundel waardoor

Nadere informatie

werkbrief contractwerk

werkbrief contractwerk werkbrief contractwerk opdracht mag moet samenwerken? 1. over mensen, dieren en planten 30' 1-2-3 2. windkracht ' 1-2-3 3. geluid ' 1-2-3 4. licht ' 1-2-3 5. bodem ' 1-2-3 biotoopstudie : bos contractwerk

Nadere informatie

Lichthinder in de wetgeving. Friedel Pas, Preventie Lichthinder vzw

Lichthinder in de wetgeving. Friedel Pas, Preventie Lichthinder vzw Lichthinder in de wetgeving Friedel Pas, Preventie Lichthinder vzw Agenda Decreet betreffende de openbare dienstverplichting opgelegd aan DNB s Lichthinder in VLAREM Soortenbesluit en lichthinder Verkeerscode

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. 2 Kassen (assimilatieverlichting) in relatie tot de omgeving

Notitie. 1 Inleiding. 2 Kassen (assimilatieverlichting) in relatie tot de omgeving Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-0084263 16 december 2013 PN 321679 Betreft Lichthinderonderzoek Glasparel+ 1 Inleiding Binnen het plangebied zijn bestaande woningen aanwezig en is ruimte gereserveerd

Nadere informatie

WEERBESTENDIGE ARMATUUR

WEERBESTENDIGE ARMATUUR info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 WEERBESTENDIGE ARMATUUR Kenmerken n Levensduur L80 %: > 50.000 uren n IP klasse : 68 n Extreem robuust : IK10 n Lichtopbrengst: 120

Nadere informatie

Gaan de sterren weer stralen dankzij energiebesparing op verlichting?

Gaan de sterren weer stralen dankzij energiebesparing op verlichting? Gaan de sterren weer stralen dankzij energiebesparing op verlichting? Een verzoek en aanbevelingen van Stichting Platform Lichthinder aan de Taskforce Verlichting Inleiding Wat is Platform Lichthinder?

Nadere informatie

Lichtplan Gent JENTE DE MUYTER

Lichtplan Gent JENTE DE MUYTER Lichtplan Gent JENTE DE MUYTER 1 Algemene informatie In 1998 voerde de stad Gent een nieuw integraal lichtplan in. Met dit nieuwe lichtplan worden monumenten, toegangspoorten, handelsstraten, verkeersassen,

Nadere informatie

MULTIFUNCTIONAL TM. Kenmerken. Specifications. Toepassingsgebied. Tel

MULTIFUNCTIONAL TM. Kenmerken. Specifications. Toepassingsgebied.  Tel info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 MULTIFUNCTIONAL TM Kenmerken n Levensduur L70 %: > 50.000 uren n Energiebesparing tot 65% n IP klasse :66 n Draadloze sturing mogelijk

Nadere informatie

BNR PRODUCTS LED GROEN BOEK. Een kostenvergelijking van led met traditionele gloeilampen, halogeen spots en CFL spaarlampen

BNR PRODUCTS LED GROEN BOEK. Een kostenvergelijking van led met traditionele gloeilampen, halogeen spots en CFL spaarlampen BNR PRODUCTS LED GROEN BOEK Een kostenvergelijking van led met traditionele gloeilampen, halogeen spots en CFL spaarlampen Voorwoord Led verlichting is duur! Het is een veel voorkomende opmerking. Terecht

Nadere informatie

Slimme openbare verlichting Tips voor Drentse provincie en gemeente

Slimme openbare verlichting Tips voor Drentse provincie en gemeente Slimme openbare verlichting Tips voor Drentse provincie en gemeente Colofon: Uitgave van: Natuur en Milieufederatie Drenthe Tekst: Natuur en Milieufederatie Drenthe Foto s: Sotto le Stelle, Wim Schmidt

Nadere informatie

SORAA GU10. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied. Tel Nitride).

SORAA GU10. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied.   Tel Nitride). info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 SORAA GU10 Kenmerken n Levensduur L70 %: > 25.000 uur. n GaN on GaN (Gallium Nitride on Gallium Nitride). n Eén lichtbundel waardoor

Nadere informatie

SUFA SF200 SF400 SF800

SUFA SF200 SF400 SF800 info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 PROJECTOR SUFA Kenmerken n Levensduur L70 %: > 50.000 uren n Energiebesparing tot 65% n IP klasse :66 n Ongeëvenaarde lichtopbrengst

Nadere informatie

Licht en planten (onder glas)

Licht en planten (onder glas) Licht en planten (onder glas) Tom Dueck, Wageningen UR Glastuinbouw Masterclass workshop, 17 april 2008 Inhoud Licht en straling Stuurlicht LEDs Diffuus Licht Zonlichtspectrum Straling Golflengte Opmerking

Nadere informatie

Komeetfotografie met eenvoudige apparatuur, een verkorte versie.

Komeetfotografie met eenvoudige apparatuur, een verkorte versie. Komeetfotografie met eenvoudige apparatuur, een verkorte versie. Peter Bus Inleiding Het oorspronkelijke artikel voor het eerst gepubliceerd in 1985 is nu in verkorte vorm aangepast aan de in de loop der

Nadere informatie

Inhoud cursus. De wereld s nachts. Les 1 - Inleiding. Vlaanderen s nachts. Europa s nachts. Cursus kadervorming lichthinder

Inhoud cursus. De wereld s nachts. Les 1 - Inleiding. Vlaanderen s nachts. Europa s nachts. Cursus kadervorming lichthinder Cursus kadervorming lichthinder Preventie Lichthinder vzw & Natuurpunt Educatie met de steun van Tandem en de Vlaamse overheid Les 1 Inhoud cursus Les 1 (Preventie Lichthinder vzw) Inleiding Probleemstelling

Nadere informatie

Elke dag verdient een Nacht van de Nacht! Bewonersinitiatief. Alleen licht op straat, niet in de lucht, in groengebieden en boven water.

Elke dag verdient een Nacht van de Nacht! Bewonersinitiatief. Alleen licht op straat, niet in de lucht, in groengebieden en boven water. Elke dag verdient een Nacht van de Nacht! Bewonersinitiatief. Alleen licht op straat, niet in de lucht, in groengebieden en boven water. 40 natuurbeschermingsorganisaties roepen in hun 10-puntenplan onder

Nadere informatie

WEL lichtschuw. NIET lichtschuw. lichtverstoring bij vleermuizen. Herman Limpens & Kamiel Spoelstra Amsterdam

WEL lichtschuw. NIET lichtschuw. lichtverstoring bij vleermuizen. Herman Limpens & Kamiel Spoelstra Amsterdam lichtverstoring bij vleermuizen Herman Limpens & Kamiel Spoelstra Amsterdam 27-11-2015 foerageren Shields & Bildstein 1979 Furlonger et al. 1987 Rydell 1991; 1992 Catto 1993 Blake et al. 1994 en veel ander

Nadere informatie

Doorlichting van monumentverlichting 2 cases in Blankenberge en Oostkamp

Doorlichting van monumentverlichting 2 cases in Blankenberge en Oostkamp Doorlichting van monumentverlichting 2 cases in Blankenberge en Oostkamp Kennisplatform Openbare Verlichting Brugge, 26 november 2013 Presentatie van en uitgevoerd door Stijn Vanderheiden Regelgeving Vlarem

Nadere informatie

Actie Groenlicht Luxerna Power TL600

Actie Groenlicht Luxerna Power TL600 Actie Groenlicht Luxerna Power TL600 Pagina 1 van 1 Samenvatting meetgegevens parameter meting lamp opmerking Kleurtemperatuur 6661 K Felwit. Lichtsterkte I v 365 Cd Stralingshoek 91 deg Vermogen P 9.9

Nadere informatie

Verlichting door de ogen van de gebruiker

Verlichting door de ogen van de gebruiker Kwaliteit van installaties in de utiliteitsbouw: Verlichting door de ogen van de gebruiker Dr. ir. H.IJ. (Hester) Hellinga Themabijeenkomst Kwaliteit van Installaties door DEKRA en UNETO-VNI 29 maart 2017

Nadere informatie

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN VERLICHTING : ONTWERP EN AFSTELLING HERFST 2017 Theoretische begrippen en meeteenheden van de verlichting Florence GREGOIRE 2 DOELSTELLINGEN VAN DE PRESENTATIE N De parameters

Nadere informatie

HIGH BAY EFL. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied. Tel

HIGH BAY EFL. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied.   Tel info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 HIGH BAY EFL Kenmerken n Levensduur L70 %: > 50.000 uren n Energiebesparing tot 65% n Rendement : 125~130 lm per watt n Excellente

Nadere informatie

NIVEAU 2: OBSERVATIE

NIVEAU 2: OBSERVATIE SOBANE methode: Verlichting NIVEAU 2: OBSERVATIE INLEIDING Expertise PREVENTION Doelstellingen Bestuderen van de situatie in het algemeen en op de werkvloer, voor wat betreft: de arbeidsomstandigheden

Nadere informatie

Artificial Light in the environment the royal commission on environmental pollution

Artificial Light in the environment the royal commission on environmental pollution Artificial Light in the environment the royal commission on environmental pollution Samenvatting Inleiding. Door overmaat van kunstmatige verlichting kunnen de meeste mensen geen sterren meer onderscheiden.

Nadere informatie

Beknopt verslag van de Zoneclips van 31 mei 2003 op Vlieland

Beknopt verslag van de Zoneclips van 31 mei 2003 op Vlieland Beknopt verslag van de Zoneclips van 31 mei 23 op Vlieland Zoneclips 31 mei 23 X134,198 ; Y59,266 (53 17'55"NB ; 5 4'31"OL) 2 25 18 16 2 Lichtsterkte m 14 12 8 6 4 2 4:37:46 4:42:46 4:47:47 4:52:47 4:57:47

Nadere informatie

Gezond licht met uniglas

Gezond licht met uniglas uniglas VITAL Wellnessglass Gezond licht met uniglas Licht is energie, maar ook informatie inhoud, vorm en structuur. Het vormt het potentieel voor alles. David Bohm, quantumfysicus en filosoof Het positieve

Nadere informatie

UVB-SENSOR 0389 GEBRUIKERSHANDLEIDING

UVB-SENSOR 0389 GEBRUIKERSHANDLEIDING UVB-SENSOR 0389 GEBRUIKERSHANDLEIDING CENTRUM VOOR MICROCOMPUTER APPLICATIES http://www.cma-science.nl Beschrijving De UVB-sensor is een lichtsensor die gevoelig is voor ultraviolet licht van het type

Nadere informatie

DE LICHTTECBNISCHE EIGENSCHAPPEN VAN LICHTGEKLEURDE WEGOPPERVLAKKEN AA

DE LICHTTECBNISCHE EIGENSCHAPPEN VAN LICHTGEKLEURDE WEGOPPERVLAKKEN AA DE LICHTTECBNISCHE EIGENSCHAPPEN VAN LICHTGEKLEURDE WEGOPPERVLAKKEN AA Artikel Wegen 56 (1982) 10: 803-324 t/m 803-325 R-82-39 Dr.ir. D.A. Schreuder Leidschendam, 1982 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek

Nadere informatie

Omgaan met lichtverstoring bij vleermuizen

Omgaan met lichtverstoring bij vleermuizen Omgaan met lichtverstoring bij vleermuizen Herman Limpens Eindhoven 21-03-2013 vleermuis vleermuis jaarcyclus Een netwerk van deelleefgebieden met verschillende functies verblijfplaatsen + vliegroutes

Nadere informatie

MULTIFUNCTIONAL WAPA. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied. Tel

MULTIFUNCTIONAL WAPA. Kenmerken. Specificaties. Toepassingsgebied.   Tel info@nextgenerationled.be www.nextgenerationled.be Tel + 32 53 71 09 42 MULTIFUNCTIONAL WAPA Kenmerken n Levensduur L70 %: > 50.000 uren n Energiebesparing tot 65% n Ongeëvenaarde lichtopbrengst : 125

Nadere informatie

Led verlichting en dimmen.

Led verlichting en dimmen. Led verlichting en dimmen. Inleiding. Waarom Led verlichting? Masterplan verlichting Knokke-Heist. Aantal lichtpunten in de gemeente. Waarom dimmen i.p.v. doven? Brengt dimmen met Led verlichting dan nog

Nadere informatie

Inleiding Astrofysica College 3 10 oktober Ignas Snellen

Inleiding Astrofysica College 3 10 oktober Ignas Snellen Inleiding Astrofysica College 3 10 oktober 2016 15.45 17.30 Ignas Snellen Straling, energie en flux Astrofysica: licht, atomen en energie Zwartlichaamstralers (black body) Stralingswetten Een object dat

Nadere informatie

UITBREIDING GLASCONCENTRATIEGEBIED TANGBROEK ONDERZOEK LICHTHINDER

UITBREIDING GLASCONCENTRATIEGEBIED TANGBROEK ONDERZOEK LICHTHINDER UITBREIDING GLASCONCENTRATIEGEBIED TANGBROEK ONDERZOEK LICHTHINDER TRITIUM ADVIES BV 4 januari 2013 076866700:A - Concept B02015.000079.0100 Inhoud 1 Inleiding...4 1.1 Aanleiding...4 1.2 Wettelijk kader...4

Nadere informatie

Verslag Lichthinderberekening VV Heer 2 wedstrijdvelden

Verslag Lichthinderberekening VV Heer 2 wedstrijdvelden Verslag Lichthinderberekening VV Heer 2 wedstrijdvelden Projectnaam: Lichthinderberekening VV Heer, Sportpark Laan in den Drink Gemeente: Maastricht Projectnummer: P16747 Datum verslag: 21-12-2016 Insta

Nadere informatie

Bescherming van je lichaam tegen UV licht

Bescherming van je lichaam tegen UV licht Bescherming van je lichaam tegen UV licht Document LC16002 Dr Jan H. Lichtenbelt Haren (GN) 2016. 1 Inleiding We hebben zonlicht nodig. Zonlicht voelt lekker warm en behaaglijk aan en het maakt ook nog

Nadere informatie

Toepassing van belichting in de tuinbouw

Toepassing van belichting in de tuinbouw Toepassing van belichting in de tuinbouw Liesbet Blindeman Destelbergen 18 januari 2012 Inhoud Wat is licht? Hoe kunnen we licht meten? Omrekeningsfactoren Toepassingen kunstlicht in de praktijk Licht:

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door M. 935 woorden 5 november 2014 7,9 5 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde Kwantitatieve waarneming: waarnemen zonder

Nadere informatie

Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP. onderzoeksprogramma

Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP. onderzoeksprogramma Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP onderzoeksprogramma Fijn stof in Nederland: stand van zaken en beleidsimplicaties na het tweede BOP onderzoeksprogramma

Nadere informatie

Lichthinder. Stijn Vanderheiden. Preventie Lichthinder vzw

Lichthinder. Stijn Vanderheiden. Preventie Lichthinder vzw Lichthinder Stijn Vanderheiden Preventie Lichthinder vzw Wat is lichthinder? Welke gevolgen? Is er wetgeving? Zijn er oplossingen? The World at Night Europe by Night definitie Lichthinder is de overlast

Nadere informatie

Ontwikkelen. Beleidsplan. Openbare verlichting. Gemeente Haren

Ontwikkelen. Beleidsplan. Openbare verlichting. Gemeente Haren Ontwikkelen Beleidsplan Openbare verlichting Gemeente Haren Programma 15/20 januari 2015: 19.30 uur: Welkomstwoord wethouder M. Sloot 19.35 uur: Presentatie Henk Ensing 20.05 uur: Pauze/invullen enquête

Nadere informatie

ONZE REFERENTIE

ONZE REFERENTIE ONDERWERP Lichthinder Windmolenpark Oosterhorn op Waddenzee ONZE REFERENTIE 079412028 0.1 DATUM 9-5-2017 VAN Henk Jan Schat AAN Millenergy VOF INLEIDING In deze memo wordt een onderbouwing middels een

Nadere informatie

Notitie. Project: Sporthal Alblasserdam Betreft: Rapportage lichthinderonderzoek. kenmerk b1440/1116

Notitie. Project: Sporthal Alblasserdam Betreft: Rapportage lichthinderonderzoek. kenmerk b1440/1116 Laarseweg 24-1, 8171 PR Vaassen (T) 0578-76 90 60 KvK 082 04 400 www.sainadvies.nl info@sainadvies.nl Notitie Project: Sporthal Alblasserdam Betreft: Rapportage lichthinderonderzoek Kenmerk: -0b1440/1116

Nadere informatie

1. Algemene meteorologische situatie

1. Algemene meteorologische situatie Koninklijk Meteorologisch Instituut Wetenschappelijke Dienst meteorologische en klimatologische Inlichtingen Ringlaan, 3 B-1180 Brussel Tél.: +32 (0)2 373 0520 Fax : +32 (0)2 373 0528 Vlaamse Overheid

Nadere informatie