Het belang van de woonomgeving Zorgt de woonomgeving voor woontevredenheid?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het belang van de woonomgeving Zorgt de woonomgeving voor woontevredenheid?"

Transcriptie

1 Het belang van de woonomgeving Zorgt de woonomgeving voor woontevredenheid? Tim Koolstra Master Thesis MSRE Gebiedsontwikkeling Amsterdam School of Real I

2 Het belang van de woonomgeving Zorgt de woonomgeving voor woontevredenheid? Master Thesis MSRE Gebiedsontwikkeling Amsterdam School of Real Estate Auteur Begeleiders Tim Koolstra dr. G.J. Wallagh ir. drs. J.W.C. van Gurchom s-gravenzande, 15 april 2012 II

3 Voorwoord In september 2009 ben ik begonnen met de opleiding Master of Science in Real Estate aan de Amsterdam School of Real Estate. Na het afronden van de vakken gebiedsontwikkeling, marktanalyse en investeringsanalyse ben ik in februari 2011 gestart met mijn masterthesis. Deze masterthesis is geschreven als afsluiting van de opleiding. Door mijn functie als projectleider in de ruimtelijke ontwikkeling, is mijn interesse in het vak gebiedsontwikkeling altijd groot geweest. Mede daardoor is het onderwerp van mijn thesis de woonomgeving van Vinex-wijken geworden. De Vinex-wijken zijn dan ook de grootste gebiedsontwikkelingen in Nederland van de afgelopen jaren. Het onderwerp is, misschien niet geheel toevallig, ook actueel. Door de kredietcrisis, eurocrisis en mogelijke vastgoedcrisis, moet er wat gebeuren in de gebiedsontwikkeling. Indien er niks veranderd, zal de consument niet snel geneigd zijn om een woning te kopen en blijft de woningmarkt op slot zitten. Mogelijk dat de uitkomsten van deze masterthesis hieraan bij kunnen dragen. Alvorens te starten met de thesis viel mij tijdens het lezen van artikelen en discussiëren met vakgenoten op dat kennis over de woningmarkt veelal over de behoefte van de woonconsument naar woningen gaat. Je zou verwachten dat de kennis betreffende de woonomgeving groter zou zijn, omdat de consument de woonomgeving toch ook belangrijk zal vinden. Dit is namelijk de omgeving waarin de consument leeft. De uitkomsten van de thesis kunnen hopelijk in de toekomst gebruikt worden om beter in te spelen op de wensen van de woonconsument op het gebied van de woonomgeving. De publieke en private partijen moeten, mede door de veranderde woningmarkt, anders omgaan met het aanbod van woningen en die vraag beter in beeld hebben. Hopelijk kunnen de uitkomsten van de thesis hier een bijdrage aan leveren, zodat de woningmarkt beter gaat functioneren, doordat het aanbod op de woningmarkt beter aansluit bij de wensen van de consument. Uiteraard wil ik graag een aantal mensen bedanken, die mij bij het schrijven van deze thesis op verschillende manieren gesteund hebben. Allereerst wil ik Reza de Haan en Hans van Gurchom van mijn werkgever, Senze, bedanken dat zij mij de mogelijkheid hebben geboden om deze studie te volgen. Verder wil ik graag mijn begeleider, Guido Wallach, bedanken voor zijn ondersteuning, tijd en goede en bruikbare tips, waardoor ik op lastige momenten weer verder kon in het onderzoeksproces. Daarnaast wil ik mijn familie en vrienden bedanken die mij de afgelopen periode gesteund hebben. Tot slot wil ik in het bijzonder mijn vrouw, Jony Bruin, bedanken voor haar steun, aandacht en motiverende woorden. Zij heeft mij de ruimte gegeven om het onderzoek af te ronden, maar vooral ook gemotiveerd om door te gaan en de thesis af te ronden. Tim Koolstra s-gravenzande, april 2012 III

4 Samenvatting De afgelopen jaren zijn er veel Vinex-wijken gerealiseerd, waar door veel vastgoedprofessionals kritiek op was. Deze kritiek loopt uiteen van weinig groen en water in de wijk, slechte parkeervoorzieningen tot eenzijdige bebouwing en te hoge bebouwingsdichtheid. Of de bewoners deze mening ook hebben is nooit goed geanalyseerd. Toch is het belangrijk om dit te weten, omdat de kwaliteit van de wijk de bewonerstevredenheid kan beïnvloeden. Met name de beoordeling van de kwaliteit van de woonomgeving is bij de onderzoeken regelmatig overgeslagen. Dit onderzoek geeft dan ook antwoord op de volgende centrale vraag: In hoeverre is de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken bepalend voor de tevredenheid van de bewoners? Vinex-wijken zijn ontstaan door de beleidsnota Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra (Vinex) uit 1990 van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM). Speerpunten van dit beleid zijn milieu, mainports Schiphol en de Rotterdamse haven en compacte en vitale steden. Door deze nota moesten circa woningen met name gerealiseerd worden in en aan de bestaande steden. De uitleglocaties aan de bestaande steden zijn de zogenoemde Vinex-wijken. De markt was bijzonder kritisch over deze Vinex-wijken. Ze werden bestempeld als wijken met eenzijdig woningbouwprogramma en bevolkingssamenstelling, slechte parkeervoorzieningen, hoge woningdichtheid en beperkte voorzieningen. Naar verloop van tijd kwamen er wel steeds meer positieve geluiden, waarbij met name de kwaliteit, diversiteit en compactheid van de wijk geprezen werden. De bewoners zijn met name tevreden met de woning. Ook is men tevreden met de infrastructuur, behalve met de bereikbaarheid van het openbaar vervoer en de parkeervoorzieningen. Daarnaast is men ontevreden over de voorzieningen in de wijk. De woonomgeving kan in drie categorieën verdeeld worden, namelijk fysieke, sociale en functionele elementen. Fysieke elementen bestaan onder andere uit woningdichtheid, groen en water in de wijk. Functionele elementen bestaan onder andere uit infrastructuur, parkeren, openbaar vervoer en voorzieningen. Sociale elementen bestaan uit bevolkingssamenstelling, inkomen, opleidingsniveau en veiligheid. De elementen, die met name van belang zijn voor de kwaliteit van de woonomgeving zijn de bebouwing, groen, water, voorzieningen, parkeren, openbaar vervoer, veiligheid en de bevolkingssamenstelling. Een kenmerkend element van de woonomgeving van Vinex-wijken is de diversiteit aan woonmilieus en architectuur. De diversiteit aan woonmilieus bestaat onder andere uit groenstedelijk, wonen aan het water, landelijk wonen, en centrumwoningen. Naast dit IV

5 element zijn de elementen groen, water, parkeervoorzieningen, infrastructuur, openbaar vervoer en voorzieningen ook kenmerkend voor Vinex-wijken. Om dieper op de tevredenheid van de bewoners in te gaan, is het onderwerp leefstijl aan het onderzoek toegevoegd. Bij het onderwerp leefstijl is gebruik gemaakt van het dominant, invloed, stabiel en consciëntieus model (DISC model) van William Marston en het Brand Strategy Research model (BSR -model) van SmartAgent. Het DISC model verdeelt mensen op basis van gedrag in vier groepen, namelijk dominant (rood), invloed (geel), stabiel (groen) en consciëntieus (blauw). Deze verdeling sluit aan op het BSR -model dat bestaat uit vier werelden; vitaliteit (rood), harmonie (geel), bescherming (groen) en controle (blauw). Deze indeling is gebruikt in het praktijkonderzoek in de Vinex-wijk Ypenburg in Den Haag. De Vinex-wijk Ypenburg ligt op het grondgebied van de gemeenten Den Haag en Pijnacker- Nootdorp tussen de Rijkswegen A12, A13 en A4. Ypenburg bestaat uit bedrijven- en kantorenlocaties en circa woningen verdeeld over 5 plandelen met ruim inwoners. Elk plandeel heeft zijn eigen stedenbouwkundige opzet, welke aansluit bij de opzet van de totale wijk. De namen zijn van de plandelen zijn De Singels, Boswijk, Waterveld, De Bras en De Venen. Elk plandeel heeft zijn eigen kenmerken en karakter door de sfeer, ruimtelijke eigenschappen en contrasten. Belangrijke verschillen in de opzet van de plandelen zijn het ruimtegebruik, de bebouwingsdichtheid, het type woningen, de woonmilieus, de parkeervoorzieningen, de voorzieningen, zoals winkels en kinderdagverblijven, de infrastructuur en de aansluiting op het openbaar vervoer. Hierdoor is de woonomgeving van de plandelen verschillend en goed te vergelijken. De plandelen, die het meest van elkaar verschillen zijn geselecteerd om nader te onderzoeken. Dit zijn de plandelen De Singels, Waterveld en Boswijk. Van de plandelen De Singels en Waterveld is één deelplan geselecteerd om nader te onderzoeken. Voor plandeel De Singels is dit deelplan 5 en voor plandeel Waterveld is dit deelplan 10. Plandeel Boswijk bestaat maar uit één deelplan, namelijk deelplan 8. De keuze voor de deelplannen is gemaakt op basis van de ruimtelijke kenmerken. De ruimtelijke kenmerken van deze deelplannen is kenmerkend voor de plandelen. In het onderzoek zijn de elementen van de woonomgeving van de drie deelplannen nader in kaart gebracht. Dit zijn de elementen, die de verschillen tussen de deelplannen weergeven en gelijk zijn aan de verschillen tussen de plandelen die hierboven beschreven staan. Na dit onderdeel is een enquête gehouden onder de bewoners van de drie deelplannen naar de tevredenheid over de kwaliteit van de woonomgeving. V

6 De enquête bestaat uit de volgende onderdelen; persoonlijke vragen en vragen over de leefstijl, vragen over de woonsituatie, vragen over de wensen met betrekking tot de woning en buurt en stellingen over de tevredenheid met betrekking tot de woning en de buurt. Door de uitkomsten van de enquête zijn een aantal vragen beantwoord, die voortkomen uit een stroomschema. Het stroomschema is verdeeld in de volgende onderdelen; buurten, demografie, leefstijl, belangrijkheid, tevredenheid, zorgt de woonomgeving voor tevredenheid en welke elementen van de woonomgeving zorgen voor tevredenheid en ontevredenheid. Op basis van dit stroomschema zijn de volgende vragen beantwoord: - Verschilt de tevredenheid per leefstijl? - Verschillen de wensen per woonstijl met betrekking tot de woonomgeving? - Is de woonomgeving bepalend voor de woonomgeving? In totaal hebben 175 bewoners van de drie deelplannen de enquête ingevuld. Uit het onderzoek blijkt dat de leefstijl niet bepalend is voor de keuze voor een bepaalde woonomgeving. Mensen met dezelfde leefstijl kiezen voor één type woning. Mensen met de leefstijl geel kiezen meer voor een rijwoning, mensen met de leefstijl blauw kiezen meer voor een vrijstaande woning en mensen met de leefstijl groen kiezen meer voor een appartement. Mensen met de leefstijl rood kiezen heel wisselend voor een type woning, maar de verdeling naar soort woning sluit goed aan bij de diversiteit van Vinex-wijken. Tevredenheid over de woonomgeving van de consument kan dus niet gesegmenteerd worden op basis van leefstijl. De bewoners vinden de woning belangrijker dan de woonomgeving. Daarnaast zijn de bewoners ook meer tevreden met de woning dan met de woonomgeving. De conclusie van het onderzoek is dat de kwaliteit van de woonomgeving niet bepalend is voor de tevredenheid van de bewoners. De kwaliteit van de woning is bepalend voor de tevredenheid van de bewoners. Wel dragen een aantal elementen bij aan de tevredenheid van de bewoners. Welke elementen dit zijn, is afhankelijk van de voorkeuren van de bewoners. Na de keuze voor het type woning, wordt de keuze voor de woonomgeving gemaakt op basis van de meest opvallende elementen in de woonomgeving. In deelplan 5 zijn dit bijvoorbeeld de voorzieningen, in deelplan 8 het groen en in deelplan 10 het water. Met name fysieke en functionele elementen zorgen voor tevredenheid en de sociale en functionele elementen zorgen voor ontevredenheid. Met betrekking tot de ontevredenheid gaat het hierbij om de sociale elementen lawaai, overlast, vuil op straat en in de wijk en (verkeers)veiligheid. De functionele elementen, die voor onvrede zorgen, zijn het ontbreken van voldoende parkeervoorzieningen en voorzieningen voor jongeren. De fysieke elementen die de VI

7 bewoners belangrijk vinden en zorgen voor tevredenheid zijn groen, met name het privé groen (tuin), water, winkels, voorzieningen en de kwaliteit van de bebouwing. De functionele elementen die de bewoners belangrijk vinden en zorgen voor tevredenheid zijn bereikbaarheid, openbaar vervoer en autoluwte. De woonomgeving is dus wel degelijk van belang en de wensen van de consument met betrekking van de woonomgeving moeten daarom bij toekomstige ontwikkelingen meer in kaart worden gebracht en worden betrokken bij de planontwikkeling. VII

8 Inhoudsopgave Voorwoord...III Samenvatting... IV 1. Inleiding Aanleiding Onderzoeksopzet Relevantie Afbakening Onderzoeksmodel Leeswijzer Achtergrond Vinex Inleiding Vinex Ambities van de Vinex met betrekking tot de woonomgeving Kritiek en lof Vinex Beoordeling Vinex-wijken door bewoners Woonomgeving Inleiding De kenmerken van de woonomgeving De kwaliteiten van de woonomgeving De kenmerken en kwaliteiten van de woonomgeving van Vinex-wijken Conclusie Leefstijl Inleiding DISC model Leefstijlonderzoek in de woningmarkt De woonomgeving per leefstijl Conclusie Onderzoek Vinex-wijk Ypenburg en bewonerstevredenheid Inleiding Onderzoeksmethode Selectie Vinex-wijk

9 5.4 Vinex-wijk Ypenburg Beschrijving Vinex-wijk Ypenburg De stedenbouwkundige onderlegger van de gebiedsontwikkeling Ruimtelijke onderdelen van de plandelen Demografie van Ypenburg Demografie van de plandelen Woningbouwprogramma Openbare ruimte per plandeel Voorzieningen en verkeer Deelplannen Dataverzamelingsmethode / enquête Resultaten relatie tussen tevredenheid bewoners en kwaliteit woonomgeving Inleiding Analyse Demografische informatie over de huishoudens Woningen en buurt Leefstijl Wat vinden de bewoners belangrijk? Zijn de bewoners tevreden met de woonsituatie? Is de woonomgeving bepalend voor de tevredenheid? Welke elementen van de woonomgeving zorgen voor tevredenheid? Welke elementen van de woonomgeving zorgen voor minder tevredenheid? Conclusie Reflectie en aanbeveling Bijlagen... 1 Bijlage 1: Enquête bewonerstevredenheid...1 Bijlage 2: Enquête bewonerstevredenheid met relaties tussen de vragen...4 Bijlage 3 Woningbouwprogramma...7 Bijlage 4 Ruimtegebruik per plandeel Ypenburg...8 Bijlage 5 Openbare ruimte per plandeel Ypenburg Bijlage 6: Straatplan deelplannen Bijlage 7: Analyse enquête resultaten Bijlage 8: Deelplannen Ypenburg Pijnacker-Nootdorp

10 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Leefbaarheid Vinex-wijken beroerd (Volkskrant 2006). Vinex-wijk getto van de toekomst (AD, 2011). Dit zijn twee voorbeelden van koppen die de afgelopen jaren in de krant zijn verschenen. In deze artikelen wordt door diverse professionals kritiek geuit op de kwaliteit van Vinex-wijken. De kritiek is uiteenlopend van een tekort aan voorzieningen, overlast en onveiligheid tot een te hoge bebouwingsdichtheden. De vraag is of bewoners deze kritiek onderschrijven. Indien de bewoners deze kritiek delen, is het mogelijk dat de kwaliteit van de wijk invloed heeft op de bewonerstevredenheid. In 1993 werd door de rijksoverheid het plan vastgesteld om in de periode van 1995 tot 2005 circa nieuwe woningen te realiseren (Boeijenga & Mensink, 2008). De intentie was om van dit totale aantal circa woningen in en rondom de stadsgewesten te realiseren, in de zogenaamde Vinex-wijken (Lörzing, 2006). Deze wijken zijn beroemd en berucht geworden. Vinex staat voor Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra. Deze nota benoemde een aantal locaties in Nederland voor de bouw van deze wijken. Het doel van de bouw was de stedelijke vitaliteit te vergroten en het milieu te beschermen. In totaal zijn vanaf 1 januari 1995 tot 2005 circa Vinexwoningen gebouwd. Hiervan zijn ruim woningen in uitleggebieden gerealiseerd (Boeijenga & Mensink, 2008). Deze Vinex-wijken zijn gerealiseerd door overheden, woningcorporaties en marktpartijen, zoals projectontwikkelaars en bouwbedrijven. Zij willen de behoefte van de consument op de woningmarkt in kaart brengen, met als doel de juiste woningen in de markt te zetten. Naar deze marktbehoefte is dan ook veel onderzoek gedaan. Het driejaarlijks terugkerende WoonOnderzoek Nederland (WoOn) van de rijksoverheid is een voorbeeld van dergelijk onderzoek naar de woningbehoefte. Naar de behoefte van de bewoners aan de inrichting van de woonomgeving wordt bij nieuwbouw daarentegen beperkt onderzoek gedaan. Dit blijkt uit alle onderzoeken over de behoefte naar nieuwbouwwoningen. In deze onderzoeken wordt beperkt aandacht geschonken aan de woonomgeving. Dit is opmerkelijk vanwege het feit dat de woonomgeving mogelijk een essentieel onderdeel vormt van het besluit van de koop van een woning. De woonomgeving maakt namelijk een belangrijk onderdeel uit van de wijk waar de consument woont. De kwalitatieve elementen van de woonomgeving zijn in het onderzoek van Keers et al. (2004) wel al eens onderzocht. De relatie tussen tevredenheid van de bewoners en de elementen van de woonomgeving zijn in dit onderzoek niet geanalyseerd. De trend dat de kwaliteit van de woonomgeving steeds belangrijker wordt, is in 2006 al - 3 -

11 aangekaart (Van Dam & Visser, 2006). Van Dam en Visser hebben in hun onderzoek aangetoond dat bepaalde kwaliteiten van de woonomgeving tot uiting komen in de waarde en de transactieprijs van woningen. Doordat in 2006 nog gebouwd werd voor tekorten op de woningmarkt en de vraag het aanbod oversteeg, is het mogelijk dat de ruimtelijke kwaliteit en vormgeving van de woonomgeving minder prioriteit hebben gehad, dan de kwaliteit van de woningen. De woonomgeving bestaat onder andere uit groenvoorzieningen, infrastructuur, water en publieke voorzieningen. In de literatuur is over Vinex-wijken en de kwaliteit van deze wijken veel geschreven. Zowel lof als kritiek wordt geuit op de kwaliteit van Vinex-wijken. Hierbij gaat het niet alleen om de woningen, maar ook om de woonomgeving. Zaken die vaak benoemd worden als kritiekpunt zijn beperkte parkeermogelijkheden en te weinig groenvoorzieningen. Deze kritiek was vaak op persoonlijke titel en niet wetenschappelijk onderbouwd. Wel is er onderzoek gedaan naar de woonwensen van consumenten met betrekking tot de woning. Regelmatig worden in deze onderzoeken ofwel de woonwensen (Wassenberg et al., 1994) of de tevredenheid van bewoners (Van Iersel & Marsman, 1999) over de woningen in kaart gebracht. De Vinex-wijken komen in deze onderzoeken ook aan bod. De relatie tussen de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving en de tevredenheid van bewoners van Vinexwijken is nog niet onderzocht. Inzicht in de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving is in de toekomst van grote waarde bij de ontwikkeling van nieuwe woningen en het beheer en onderhoud van bestaande wijken. Mede door de huidige financiële crisis gaan consumenten wellicht kritischer te werk bij de aanschaf van een woning. De vraag is of de woonomgeving ook een rol zal spelen bij de aanschaf van een woning. Ook de verwachte krimp op korte termijn van het aantal inwoners in de regio s, Noordoost-Groningen, Zeeuws-Vlaanderen en Zuid- Limburg, zorgt voor een dalende vraag naar nieuwe woningen op de woningmarkt (Planbureau voor de Leefomgeving, 2010). Deze krimp geldt op de langere termijn ook voor de andere delen van Nederland (Van Duin & Garssen, 2010). De wensen van de woonconsument op het gebied van de woonomgeving zullen daardoor in belang toenemen, omdat de marktpartijen en overheden zich meer moeten onderscheiden in een woningmarkt met een dalende vraag

12 1.2 Onderzoeksopzet Het gebrek aan informatie over de gerealiseerde ruimtelijke kwaliteit, de wensen over de woonomgeving en de tevredenheid van bewoners van Vinex-wijken, de ontwikkelingen in de woningmarkt en de kritiek dat Vinex-wijken achterstandswijken dreigen te worden, zijn de redenen om deze thesis te schrijven over het volgende onderwerp: De invloed van de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken op de tevredenheid van de bewoners. De centrale vraag is: In hoeverre is de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken bepalend voor de tevredenheid van de bewoners? Het doel van deze thesis is om te onderzoeken in hoeverre er een verband is tussen de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken en de tevredenheid van bewoners. De conclusie van deze thesis kan gebruikt worden bij de ontwikkeling, beheer en onderhoud van de woonomgeving van (Vinex-)wijken. Om de centrale vraag te beantwoorden zijn de volgende subvragen geformuleerd: - Waar bestaat de woonomgeving uit? - Welke elementen van de woonomgeving zijn bepalend voor de ruimtelijke kwaliteit? - Wat is de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken? - In hoeverre is de leefstijl bepalend voor de waardering van de woonomgeving? - Hoe is de tevredenheid van de bewoners van Vinex-wijken? 1.3 Relevantie In de aanleiding van dit onderzoek is al aangegeven dat er veel onderzoek wordt gedaan naar woningbehoefte. Dit wordt zowel door marktpartijen, overheden, woningcorporaties als wetenschappers uitgevoerd. Er is nog geen onderzoek gedaan naar de relatie tussen de tevredenheid van bewoners van Vinex-wijken en de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving. Zeker gezien de huidige economische tijd en de huidige en toekomstige regionale bevolkingskrimp is het relevant om dit onderzoek uit te voeren. Met het inzicht in de ruimtelijke elementen van de woonomgeving in relatie tot de bewonerstevredenheid kan beter op de wensen van de consument ingespeeld worden

13 1.4 Afbakening Het onderzoek wordt afgebakend door alleen de ruimtelijke kwaliteiten van de woonomgeving te onderzoeken in de Vinex-wijken. Vinex-wijken zijn, ondanks dat de meesten al voltooid zijn, interessant om te onderzoeken voor het toekomstig beheer en de wijkontwikkeling. Daarnaast zijn de Vinex-wijken, door een overeenkomende visie op het gebied van ontwerp en ontwikkeling, goed met elkaar te vergelijken. De Vinex-wijk Ypenburg in Den Haag is geselecteerd als te onderzoeken wijk. De keuze voor de wijk Ypenburg wordt in paragraaf 5.3 toegelicht. 1.5 Onderzoeksmodel De hiervoor genoemde centrale vraag en subvragen worden beantwoord door middel van een onderzoeksopzet die bestaat uit de onderdelen T (theorie), P (praktijk) en A (analyse). T. Theorie Literatuuronderzoek naar: - Vinex, de kenmerken van Vinex-wijken en de negatieve en positieve bevindingen. - De kenmerken en kwaliteiten van de woonomgeving. - De kenmerken en kwaliteiten van de woonomgeving van Vinex-wijken. - De betekenis van tevredenheid bij bewoners in relatie tot leefstijl. P. Praktijk - Marktonderzoek naar de kwaliteiten van de woonomgeving van de Vinex-wijk Ypenburg. - Onderzoek door middel van een enquête naar de tevredenheid van bewoners en de kwaliteit van de woonomgeving van de Vinex-wijk Ypenburg. A. Analyse - Analyseren van het verband tussen de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van de Vinex-wijk Ypenburg en de tevredenheid van de bewoners. Om op een gedegen manier de centrale vraag en subvragen te beantwoorden, is bij het onderzoek gekozen voor het afnemen van een schriftelijke enquête. Deze manier van dataverzameling sluit goed aan bij de vragen die in dit onderzoek beantwoord moeten worden. Met het afnemen van een enquête is het mogelijk om een duidelijk beeld te krijgen van de mening en attitude van de geënquêteerden. Daarnaast is gekozen voor een schriftelijke enquête, omdat je hiermee in een korte periode veel mensen kan bereiken. Verder is deze manier van interviewen makkelijker en goedkoper te organiseren en zorgt het voor minder sociaal wenselijke antwoorden, doordat het invullen van een enquête anoniem - 6 -

14 kan worden gedaan. De nadelen van de schriftelijke enquête zijn de langere voorbereidingstijd en het hogere percentage non-respons. Het doel van het onderzoek is de relatie en invloed van de woonomgeving op de tevredenheid van de bewoners te bepalen. Daarnaast wordt ook de leefstijl gekoppeld aan de tevredenheid en de kenmerken van de woonomgeving. Door middel van deze uitkomsten kunnen per doelgroep/leefstijl kaders voor de woonomgeving worden gemaakt, zodat de kenmerken van de woonomgeving in de toekomst beter bij de doelgroep/leefstijl aansluiten. Tot slot geeft het onderzoek ook antwoord op de vraag of de tevredenheid zich ook uit in de betrokkenheid van de bewoners bij de wijk. 1.6 Leeswijzer Nadat in de inleiding de onderzoeksopzet, het onderzoeksmodel en de onderzoeksafbakening samen met de centrale vraag en subvragen zijn besproken, wordt in hoofdstuk 2 de achtergrond van de Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra (Vinex) behandeld. In dit hoofdstuk worden de ambities, kritiek en lof van de Vinex weergegeven. Vervolgens gaat hoofdstuk 3 over de theorie van de kenmerken en kwaliteiten van de woonomgeving en ook van de Vinex-wijken. Ook de theorie over het onderwerp leefstijl komt in dit onderzoek in hoofdstuk 4 aan bod. Na deze theorie wordt in hoofdstuk 5 de Vinex-wijk Ypenburg beschreven. Tot slot wordt in hoofdstuk 6 het onderzoek afgesloten met de analyse van de enquête en de conclusie, die antwoord geeft op de centrale vraag

15 2. Achtergrond Vinex 2.1 Inleiding Na de inleiding van dit onderzoek gaat dit hoofdstuk over de Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra (Vinex). Naast een inleiding over de Vinex zal dit hoofdstuk een beschrijving geven van de kenmerken van de woonomgeving, zoals die bedacht zijn in de Vinex. Tot slot zal een overzicht gegeven worden van de beoordeling van zowel bewoners als professionals over Vinex-wijken. Deze informatie is voor deze thesis als basis belangrijk, omdat hierdoor een duidelijk beeld ontstaat wat de ambities en ervaringen van Vinex met betrekking tot de woonomgeving zijn. 2.2 Vinex De Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra (Vinex) is een beleidsnota van het voormalige ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, oftewel VROM. De afkorting Vinex is een bekend begrip geworden. Veel mensen bedoelen met Vinex de Vinex-wijken, die door het gehele land in de uitleggebieden gerealiseerd zijn. Door middel van de Nota s over de Ruimtelijke Ordening geeft de overheid aan hoe Nederland de komende periode ingericht moet worden. De eerste nota s in de jaren 60 en 70 gaven richtlijnen over de spreiding van mensen en welvaart. Hierbij ging het in ruimtelijke zin over de locaties voor woningen en vestigingsplaatsen voor bedrijven. Een bekende term uit deze nota s is groeikern. Bekende groeikernen zijn onder andere Nieuwegein, Purmerend en Zoetermeer (Boeijenga & Mensink, 2008). In de Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening (1988) wordt het spreidingsbeleid los gelaten. Dit heeft ermee te maken dat de groeikernen meer slaapsteden geworden zijn, doordat er te weinig bedrijven gevestigd zijn. Dit leidt tot veel forensen en drukte op de wegen. In deze nota worden richtlijnen opgesteld om de bestaande steden een onderscheidend karakter te geven, waardoor de concurrentiepositie van de steden ten opzichte van Europa verbetert (Alders et al., 1991). De steden moesten stedelijke knooppunten worden, die goed bereikbaar zijn door middel van onder andere een goede infrastructuur voor het openbaar vervoer (VROM, 1991). Daarnaast werd veel aandacht besteed aan de mainports luchthaven Schiphol en de Rotterdamse haven. De Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra (Vinex) ontstond door de val en vorming van een kabinet. Deze nota is eind 1990 verschenen. Milieu was een belangrijk onderwerp dat gekoppeld werd aan de ruimtelijke ordening (VROM, 1991). Er werd gekozen om zoveel als mogelijk in en aan bestaande steden te bouwen. Dit zorgde voor beperkte overlast voor het milieu en meer vitaliteit voor de steden. Ruimtelijk betekende dit in de nota - 8 -

16 het aanwijzen van woningbouwlocaties, nieuw stadsgewestelijk railvervoer en investeringen in de mainports luchthaven Schiphol en de Rotterdamse haven (VROM, 1991). Met de 25 stadsgewesten zijn uiteindelijk convenanten gesloten, waardoor de locaties van de Vinexwijken vast kwamen te liggen (Boeijenga & Mensink, 2008). In deze convenanten stond onder andere welk deel van het nationale woningbouwprogramma per stadsgewest in de periode van 1995 tot 2006 gerealiseerd zou worden. Hierbij was het uitgangspunt dat 39% binnenstedelijk zou worden gerealiseerd en 61% op locaties dicht bij de stad op de zogenaamde uitleglocaties (Boeijenga & Mensink, 2008). In totaal zijn in de Vinex periode van 1995 tot 2006 circa woningen gerealiseerd, waarvan er circa woningen zijn gebouwd, die gesubsidieerd zijn op basis van de Vinex (Boeijenga & Mensink, 2008). De afspraken van de Vinex hadden de doelstelling om circa woningen te realiseren (Vrom, 1991). Het rijk gaf voor de realisatie van de woningbouwprogramma s een subsidie (Besluit Locatiegebonden Subsidie, BLS), van in totaal 890 miljoen euro. Daarnaast werd ook nog circa 172 miljoen euro voor bodemsanering uitgekeerd en ruim 3 miljard euro voor openbaar vervoerprojecten (Alders et al., 1991). Naast de afspraken over woningbouw werden in de convenanten afspraken gemaakt over kantoorlocaties, natuurontwikkeling, infrastructuur en verplaatsing van glastuinbouw. De stadsgewesten waren dus verantwoordelijk voor de verdere afspraken met de verschillende gemeenten. Na deze nota is de Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra Actualisering (Vinac) in 1997 opgesteld. De uitgangspunten bleven hetzelfde als in de Vinex. Er worden in deze nota aanvullende afspraken gemaakt over nieuwe woningbouwlocaties, infrastructuur en woningbouwprojecten die vertraging hadden opgelopen. Deze afspraken golden voor de periode van 2005 tot Ambities van de Vinex met betrekking tot de woonomgeving Het kenmerkende uit de Vinex is het streven naar compacte verstedelijking (Alders et al., 1991). Dit streven zorgt voor het inperken van schade aan het milieu en het terugdringen van het probleem met de automobiliteit (VROM, 1991). Daarnaast was het streven om de realisatie van de functies wonen, werken, recreatie, parkeren en groenvoorzieningen zo veel als mogelijk te combineren (VROM, 1991). De criteria voor de te selecteren locaties waren ligging nabij het centrum van de stad, ontsluiting door middel van het openbaar vervoer, samenhang tussen de verschillende functies en landelijke open ruimten vrij houden (VROM, 1991). Doordat compacte verstedelijking, direct tegen de stad, niet altijd mogelijk was, heeft dit geleid tot een grote verscheidenheid aan wijken, qua ligging en opzet

17 De omvang van de wijken is zeer divers. Van Ypenburg in Den Haag met woningen tot een paar honderd woningen van Rietlanden in Emmen. De omvang en het aantal woningen heeft er voor gezorgd dat er wijken met een hoge dichtheid zijn gerealiseerd zoals IJburg in Amsterdam en Leidsche Rijn in Utrecht, maar ook wijken met een lage dichtheid zoals Zuiderburen in Leeuwarden. De woningdichtheid is hierbij zeer variabel met bijvoorbeeld 8 woningen per hectare in Zuiderburen Leeuwarden tot 40 woningen per hectare in Roomburg Leiden. Gemiddeld is de woningdichtheid van alle Vinex-wijken tussen de 20 en 25 woningen per hectare (Boeijenga & Mensink, 2008). Naast de omvang en dichtheid is ook het soort bebouwing typerend voor Vinex. De bebouwing is heel wisselend en is sterk afhankelijk van de opzet van de wijk. Een groot deel van de wijken is in deelplannen van gemiddeld 200 tot 800 woningen verdeeld. Dit zorgt voor een goede fasering en diversiteit in plannen waardoor diverse woonmilieus met een eigen identiteit, woningbouwprogramma en karakter ontstaan. Hierbij werd ook rekening gehouden met de cultuurhistorische waarden in de gebieden, die ingepast werden in de plannen. Naast archeologie werd ook het bestaande landschap, zoals bestaande dorpslinten ingepast in de wijk. De bestaande dorpslinten werden bijvoorbeeld gebruikt als langzaamverkeerroute of groene plek in de wijk (Boeijenga & Mensink, 2008). Deze ontwerpen sluiten goed aan bij de gedachte van de Vinex, waarbij compactheid centraal staat. Met betrekking tot de infrastructuur was het beleid gericht op het stimuleren van het gebruik van het openbaar vervoer in plaats van de auto (VROM, 1991). Dit blijkt onder andere uit de grote investeringen, die in het openbaar vervoernetwerk zijn gedaan. Ook het gebruik van de fiets werd bevorderd door de voorzieningen voor fietsers te verbeteren. Tot slot moest een goede ontsluiting en aansluiting op de bestaande stad er voor zorgen dat de infrastructuur verbetert en minder knelpunten heeft. De ontsluiting is per wijk wisselend. Dit komt doordat de ene wijk direct aan de stad ligt en de andere wijk een fysieke barrière heeft zoals een snelweg of water (Boeijenga & Mensink, 2008). Dit vormt soms een knelpunt. De ontsluiting richting de omgeving is in Vinex-wijken vaak wel goed. 2.4 Kritiek en lof Vinex De discussie over de Vinex-wijken ging veelal over de uitleglocaties en niet over de binnenstedelijke ontwikkelingen (Boeijenga & Mensink, 2008). Over de binnenstedelijke wijken is minder geschreven dan over de wijken in de uitleggebieden. De binnenstedelijke wijken worden omschreven als wijken met een diversiteit aan woningen met voldoende voorzieningen in de omgeving. Blijkbaar werden de uitleglocaties door het grote publiek de Vinex-wijken genoemd

18 Vanaf 1994 is er al veel geschreven over de kwaliteit van Vinex-wijken. Volgens velen is onder andere duidelijk geworden dat de ambitie om een compact aantrekkelijk woonmilieu met groen, water en respect voor het milieu te realiseren geslaagd is. Vinex-wijken worden wel omschreven als eenzijdig in het woningbouwprogramma, bevolkingssamenstelling en functies (Vreeze, 1994). Daarnaast werd tijdens de realisatie van de Vinex-wijken snel duidelijk dat het streven naar beperking van de automobiliteit zou zorgen voor parkeerproblemen. Kritiek op de dichtheid was er ook. Dit was niet alleen kritiek op een te hoge dichtheid, maar ook op een te lage dichtheid (de Wildt et al., 1999). Naast de dichtheid werden veel Vinex-wijken saaie, eentonige en afzonderlijke buurten met beperkte architectonische en ruimtelijke kwaliteiten genoemd. Dit komt mede door de hoeveelheid eengezinswoningen. Veel Vinex-wijken hebben geen directe relatie met de bestaande stad, mede doordat er geen samenhang is tussen de stad en de nieuwe wijk. De wijk opereert hierdoor als zelfstandige wijk en wordt sneller als saai bestempeld, omdat het geen onderdeel vormt van de stad. De wijken liggen als geïsoleerde locaties naast de stad door fysieke barrières, zoals spoorwegen en snelwegen (Ponec, 1998). Daarbij was het openbaar vervoersnetwerk niet op tijd gereed om de bewoners naar de stad te verplaatsen, waardoor de wegenstructuur niet voldoende capaciteit had en de ontsluiting niet goed functioneerde. Tot slot was een belangrijke kritische noot dat bij de realisatie van de wijken te weinig rekening gehouden werd met de wensen van de woonconsument. Dit blijkt met name uit de te kleine kavels voor te hoge prijzen en te weinig voorzieningen (Van Staal, 2004). Naast veel negatieve kritieken waren er ook positieve geluiden. Volgens het onderzoek van De Wildt et al. uit 1999 blijkt dat Vinex-wijken, door deze te vergelijken met uitbreidingswijken uit de jaren 80, kwalitatief beter zijn en er een positief beeld naar voren komt. De kwaliteit van de Vinex-wijken is dan beduidend hoger. Positieve geluiden kwamen na verloop van tijd steeds meer naar voren. Steeds vaker werden de Vinex-wijken als goede compacte wijken bestempeld met een goed openbaar vervoersnet, maar wel met eenzijdige bebouwing (Boeijenga & Mensink, 2008). In het onderzoek van Lörzing uit 2006 komt ook duidelijk naar voren dat de eerste kritieken uiteindelijk niet allemaal terecht zijn. Er is namelijk wel degelijk een grote diversiteit aan Vinex-wijken door de verschillen in type woningen, dichtheden, woonmilieus, identiteiten, architectuur en de plek die de wijk inneemt in het bestaande stedelijke weefsel. Daarnaast is de groennorm niet hoog, maar is de kwaliteit van het groen goed. Ook de nieuwe centra hebben vaak een betere plek in de wijk, dan de bestaande centra in de bestaande wijken en

19 functioneert het openbaar vervoernetwerk, als het gerealiseerd is, over het algemeen net zo goed als in de rest van de stad. Deze positieve uitkomsten passen goed bij het feit dat het grootste gedeelte van de woningen voorspoedig verkocht is. Blijkbaar sluiten de dichtheid in de wijk en de kavelgrootte van de woningen aan bij de wensen van de consument. De negatieve kritiek had met name in het begin de overhand en is in de loop van de tijd verminderd, doordat ook de positieve punten van de Vinex-wijken gezien en benoemd werden. Het waren met name een aantal kwalitatief slechte Vinex-wijken, die voor het slechte imago zorgden. In deze wijken zijn met name te kleine kavels voor te hoge prijzen verkocht, waardoor het imago van de Vinex-wijk een slechte start had (Keers, 1998). 2.5 Beoordeling Vinex-wijken door bewoners Ondanks de kritiek werden de woningen in de Vinex-wijken zeer succesvol verkocht. Dit kan uiteraard met een gebrek aan aanbod te maken hebben, maar zal toch ook te maken hebben met de mening van de woonconsumenten over de Vinex-wijk. Naast de diverse marktpartijen hebben de bewoners uiteraard ook een mening over de Vinex-wijken. De mening van de bewoners over de kwaliteit van Vinex-wijken is sterk uiteenlopend. Toch valt een aantal zaken op. Over de woningen zijn de bewoners in de meeste onderzoeken tevreden. Daarbij moet aangegeven worden dat bewoners bij de keuze voor een woning bereid zijn meer in te leveren op de wensen betreffende de woonomgeving dan op de wensen van de woning (Van Iersel & Marsman, 1999). Belangrijke elementen, die een hoge score krijgen en gerealiseerd zijn in de Vinex-wijken, zijn ruime woningen, grote woonkamers en woningen met een goede kwalitatieve uitstraling. Een element, dat negatief beoordeeld wordt, is de grootte van de tuin (Helleman, 2000). Veel bewoners zijn over het algemeen positief over de Vinex-wijk. Dit komt doordat de woonwensen betreffende de woning ook gerealiseerd zijn (Wassenberg, 1994). Er was veel behoefte aan eengezinswoningen in de koopsector met de bovenstaande kenmerken. De bewoners zijn minder tevreden over de woonomgeving. Een slechte beoordeling in bijna alle onderzoeken is voor de parkeervoorzieningen. Ook het onderwerp slechte parkeervoorzieningen komt terug in de onderzoeken van Bijsterveld & Kraan (2004) en Boeijenga & Mensink (2008). Een lage parkeernorm was beleid van Het Rijk, wat door de consument niet is omarmd. Dit heeft geleid tot de huidige parkeerproblemen in meerdere Vinex-wijken. In het onderzoek van Van Iersel & Marsman uit 1999 blijkt dat, naast een lage beoordeling voor de parkeervoorzieningen, ook de beoordeling voor de bereikbaarheid per openbaar vervoer, de voorzieningen (winkels,

20 scholen en crèches) en de voorzieningen voor kinderen laag is. Bijsterveld & Kraan (2004) en Helleman (2000) geven naast de onderwerpen uit het onderzoek van Van Iersel & Marsman (1999) ook aan dat de groenvoorzieningen en bebouwingsdichtheid bij de bewoners een slechte beoordeling krijgen. Een goede beoordeling voor de woonomgeving wordt gegeven aan de wegenstructuur, bereikbaarheid met de auto en de structuur van de fiets- en wandelpaden (Wassenberg, 1994). Ondanks de kritiek op met name een aantal eigenschappen van de woonomgeving is de algemene score over Vinex-wijken van de bewoners hoog. Op basis van de kritiek van professionals zou de te verwachte score lager zijn. Professionals wijzen dan vaak op het feit dat bewoners hun woning en woonomgeving geen slechte score zullen geven, omdat ze er zelf voor gekozen hebben. Dit heet cognitieve dissonantie. Dit effect is middels meerdere onderzoeken, zoals Van Iersel & Marsman (1999), onderzocht en blijkt weinig invloed te hebben. De beoordeling van professionals blijkt te verschillen met de beoordeling van de bewoners. Het verschil van inzicht tussen de professionals en bewoners over de kwaliteit van Vinex-wijken is een belangrijk conclusie, die meegenomen wordt in het vervolg van dit onderzoek. De uiteindelijke gebruiker is toch in grote mate tevreden met de kwaliteit van Vinex-wijken. Blijkbaar sluiten de kenmerken van de woningen en de woonomgeving van de Vinex-wijken aan bij de wensen van de woonconsumenten. Figuur 1. Plandeel De Singels Figuur 2. Plandeel De Venen

21 Figuur 3. Plandeel Waterveld Figuur 4. Centrum Ypenburg Figuur 5. Plandeel Boswijk Figuur 6. Plandeel De Bras (Bron:

22 3. Woonomgeving 3.1 Inleiding Na een beschrijving van de Vinex in het vorige hoofdstuk zal dit hoofdstuk een analyse geven van de woonomgeving en in Vinex-wijken in het bijzonder. Aan de hand van dit hoofdstuk zullen de deelvragen Waar bestaat de woonomgeving uit?, Welke elementen van de woonomgeving zijn bepalend voor de ruimtelijke kwaliteit? en Wat is de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken? centraal staan. Als eerste zal een omschrijving worden gegeven van de kenmerken en kwaliteiten van de woonomgeving. Vervolgens zullen deze kenmerken en kwaliteiten van de woonomgeving van Vinex-wijken omschreven worden. 3.2 De kenmerken van de woonomgeving In het verleden zijn veel definities opgesteld om de woonomgeving te omschrijven. De meeste van deze definities grijpen terug op de definitie van Vitruvius, een architect uit het jaar 60 voor Christus (Daamen, 2005). Vitruvius gebruikte drie termen om de kwaliteit van een bouwwerk te omschrijven, namelijk venustas (schoonheid), utilitas (bruikbaarheid) en firmitas (degelijkheid) (Hendriks, 2009). Deze definitie is door het voormalige Ministerie van VROM vertaald in belevingswaarde, gebruikswaarde en toekomstwaarde. Deze definitie is in meerdere nota s ruimtelijke ordening gebruikt. De gebruikswaarde bestaat uit meerdere functies, die op een veilige manier gebruikt kunnen worden. Eigenschappen die hierbij aansluiten zijn bereikbaarheid, functionaliteit en diversiteit. De belevingswaarde staat gelijk aan de leefbaarheid. Onderdelen van de woonomgeving, die hieronder vallen zijn imago, veiligheid, schoon en de kwalitatieve uitstraling. Bij de toekomstwaarde horen de termen duurzaamheid, flexibiliteit en beheerbaarheid. Naast de definitie en omschrijving van de woonomgeving bestaat de woonomgeving uit een aantal elementen. Deze elementen zijn eveneens te verdelen in drie categorieën. Dit zijn fysieke elementen, sociale elementen en functionele elementen (Van Dam & Visser, 2006). De functionele elementen bestaan uit de infrastructuur voor langzaam- en autoverkeer, beschikbaarheid van het openbaar vervoer en de bereikbaarheid en aanwezigheid van voorzieningen, zoals winkels en scholen en werkgelegenheid. De sociale elementen zijn de bevolkingssamenstelling, bevolkingsdichtheid, het aandeel koop- en huurwoningen en de sociale status van de wijk, die bestaat uit het inkomen, opleidingsniveau en werkeloosheidspercentage. Tot slot bestaan de fysieke elementen uit de woningdichtheid, kwaliteit van de bebouwde omgeving en openbare ruimte, de hoeveelheid groen, water en bedrijventerreinen (Van Dam & Visser, 2006)

23 Fysieke elementen Functionele elementen Sociale elementen Woningdichtheid Infrastructuur voor langzaamverkeer Bevolkingssamenstelling Groen (privé en openbaar) Infrastructuur voor autoverkeer Bevolkingsdichtheid Water Parkeren Aandeel koop- en huurwoningen Bedrijventerrein Openbaar vervoer Gemiddeld inkomen Kwaliteit van de bebouwde omgeving Winkels en (zorg)voorzieningen Opleidingsniveau Kwaliteit van de openbare ruimte Scholen Werkeloosheidspercentage Kinderdagverblijven Veiligheid Speelvoorzieningen Werkgelegenheid Tabel 1. Onderdelen van de woonomgeving 3.3 De kwaliteiten van de woonomgeving Over welke elementen van de woonomgeving bepalend zijn voor de kwaliteit is veel geschreven. Het onderzoek van Florida (2002) beschrijft dat de drie factoren; wat is er, wie er is en wat gebeurt er steeds belangrijker worden bij de waardering van de ruimtelijke kwaliteit. Uit het onderzoek van Tilstra (2011) blijkt dat de beleving en het gebruik van de woonomgeving per type wijk sterk verschilt. Daarentegen zijn de wensen van de bewoners in elke wijk nauwelijks verschillend. Belangrijke kenmerken zijn groen, veiligheid en speelvoorzieningen. Uit het onderzoek van Visser & Van Dam (2006) blijkt dat van de drie elementen van de woonomgeving, de functionele en sociale elementen het meest bepalend zijn voor de woningprijs. De sociale elementen hebben alleen een prijsverlagend effect, indien deze eigenschappen negatief scoren. De fysieke elementen hebben het minst invloed op de woningprijs. Dit is opvallend, omdat uit een ander onderzoek (Wagteveld, 2007) blijkt, dat groen en water een prijsverhogend effect hebben. Daarbij moet wel aangegeven worden dat in het onderzoek van Visser & Van Dam (2006) naar de fysieke elementen als geheel is gekeken. Zo blijkt ook uit dit onderzoek dat de individuele elementen, zoals een bos en een waterplas, een verhogend effect op de woningprijs hebben. Consumenten selecteren hun woning, dus ook mede op basis van de woonomgeving. Hierbij moeten de sociale elementen passen bij de consument. Vervolgens wordt op basis van hun leefpatroon een keuze gemaakt voor de functionele elementen. Pas indien de sociale en functionele elementen van de woning en wijk voldoen aan de wensen van de consument, spelen de fysieke elementen

24 een rol (Visser & Van Dam, 2006). Uiteindelijk zorgen de fysieke elementen van de woonomgeving voor de waardering. In het onderzoek van Keers et al. (2004) worden de elementen aangegeven, die voor de bewoners belangrijk zijn voor de kwaliteit van de woonomgeving. Belangrijke elementen zijn bebouwingsdichtheid, geen overlast, veiligheid, winkels, groen (privé en publiek), parkeren, bebouwing in de buurt, bevolkingssamenstelling, openbaar vervoer, scholen, speelvoorzieningen en kinderdagverblijven (Keers et al., 2004). Ook het onderzoek van Marlet (2009) bevestigt dat groen, scholen, kinderdagverblijven en veiligheid bepalend zijn voor de kwaliteit van de woonomgeving. Differentiatie in de bebouwing zorgt voor kwaliteit in de woonomgeving. Naast de differentiatie is de bebouwingsdichtheid in samenhang met het openbaar groen bepalend voor de kwaliteit van de woonomgeving. Indien gekozen wordt voor een hoge bebouwingsdichtheid, zal dit gecompenseerd moeten worden met openbaar groen in de vorm van bijvoorbeeld een park. Op deze wijze wordt de kwaliteit hoog gehouden. Naast openbaar groen, is voor veel mensen privé groen, zoals een tuin, erg belangrijk en bepalend voor de kwaliteit. Samen met de aanwezigheid van water is groen sterk bepalend in de kwaliteit van de woonomgeving en dus ook in de prijs van de woning. De vorige elementen uit het onderzoek van Keers et al. (2004) waren vooral kwaliteit verhogend, maar indien er niet voldoende parkeergelegenheid is, zal dit de kwaliteit verlagen. In welke manier de parkeervoorzieningen gesitueerd worden, maakt niet veel uit als het maar veilig is. Naast veiligheid in de wijk, zorgt een schone wijk voor meer kwaliteit. Ook de infrastructuur voor wandelaars, fiets- en motorverkeer is van belang voor de kwaliteit van de woonomgeving. Daarnaast zorgen de voorzieningen, zoals winkels, scholen, kinderdagverblijven, (zorg)voorzieningen en speelgelegenheden voor meer kwaliteit in de woonomgeving. Ondanks dat de meeste consumenten goede parkeervoorzieningen, winkels, goede infrastructuur en beschikbaar openbaar vervoer belangrijk vinden, zijn de bebouwing in de omgeving, het groen (privé en publiek), het water en de voorzieningen voor kinderen meer bepalend voor de kwaliteit van de woonomgeving

25 3.4 De kenmerken en kwaliteiten van de woonomgeving van Vinex-wijken Een aantal fysieke kenmerken hebben veel Vinex-wijken gemeen. De wijken liggen met name aan de randen van de steden, waardoor een compacte stad ontstaat (Lörzing, 2008). De ligging van de wijken geven het karakter van een buitenwijk, maar er blijken toch grote verschillen te zijn. De verschillen ontstaan door de grootte, (geïsoleerde) ligging en voorzieningen. Hierdoor ontstaan stadsdelen, buitenwijken, nieuwe dorpen en nieuwe stedelijke eenheden (Lörzing, 2008). De woningdifferentiatie in de Vinex-wijken is bepaald op basis van de marktvraag. Hierdoor zijn er veel grondgebonden rijwoningen gebouwd. De differentiatie zit dus niet in het soort woning, maar wel in het woonmilieu. Er is door middel van woonmilieus, zoals groenstedelijk, wonen aan het water, landelijk wonen en centrumwoningen een grote diversiteit aan woningen in Vinex-wijken gemaakt. De meest voorkomende woonmilieus zijn groenstedelijke woonmilieus en stedelijke woonmilieus (Lörzing, 2008). Ook zijn er binnen dezelfde Vinex-wijken meerdere woonmilieus aanwezig. Daarnaast is in de verkaveling geëxperimenteerd met collectieve tuinen, waardoor hoge dichtheden gerealiseerd werden in een groene omgeving (Boeijenga & Mensink, 2008). Ook in de marktvraag naar particulier opdrachtgeverschap is in deze wijken ruim voorzien. Hierbij ging het tot nu toe veel om vrije kavels, waar vrijstaande woningen gerealiseerd konden worden. Dit is onder andere in Almere toegepast. De wijken zelf hebben geen typische structuur. In de verschillende wijken worden diverse structuren door elkaar heen gebruikt. Dit geeft een gevarieerd beeld aan stratenpatronen. Daarbij zijn de half gesloten bouwblokken typerend voor de Vinex-wijken (Lörzing, 2008). Deze ontstaan onder andere door de wooneilanden, woonpleinen en hoven. Doordat de consument steeds mondiger is geworden, bepaalt de architect steeds minder het uiterlijk van de woning. Ook in de woningmarkt is de klant steeds meer koning. Dit heeft ertoe geleid dat met name het beeldbepalende element van de woning, de gevel, de woningen van elkaar onderscheid. De woningindeling is vaak gelijk of vergelijkbaar. Men kiest voor een jaren dertig woning, een stolpboerderij of een Zaans huisje. Dit is ook sterk regiogebonden (Boeijenga & Mensink, 2008). Toch zijn er in de Vinex-wijken ook vernieuwende concepten ontworpen. De Vinex bood voor deze experimenten ruimte (Boeijenga & Mensink, 2008). In de Vinex-wijken komt veel en verschillend oppervlaktewater voor. Gemiddeld is 10% van de oppervlakte van de wijk gebruikt voor oppervlaktewater (Boeijenga & Mensink, 2008). Dit komt doordat voor de bouw van de wijk een goed afwateringssysteem gerealiseerd moest worden vanwege de vermeerdering van de verharding, zoals huizen,

26 wegen en voetpaden. Naast deze verplichting is water ook gewenst door de woonconsument. Op dit moment wil men graag aan het water wonen. Dit is mogelijk gemaakt door veel eilanden te realiseren, waardoor veel woningen aan het water gebouwd konden worden. Daarbij zijn er ook mogelijkheden gecreëerd om een boot aan te leggen bij de woning. Niet alleen werd er nieuw water aangelegd, maar ook het bestaande water werd vaak ingepast in het plan (Boeijenga & Mensink, 2008). Het groen in Vinex-wijken kan op twee schaalniveaus bekeken worden (Boeijenga & Mensink, 2008). De eerste schaal is het groen in de wijk. Dit groen zorgt voor samenhang in de wijk en tussen de deelplannen. Het ligt verspreid in de wijk en vormt vaak ook een onderdeel van de hoofdplanstructuur. Hierbij kan je denken aan een grootschalig park of bos. De mate van groen is ook afhankelijk van het bestaande groen. Indien dit aanwezig is, zal de beleving van een groene woonomgeving sterker zijn. De tweede schaal is het groen van de buurt. Dit zijn onder andere de parken, plantsoenen, speelweiden, hondenuitlaatzones en groenstrookjes. Daarnaast zijn de privétuinen hier ook een onderdeel van. Het groen op dit schaalniveau is niet kenmerkend voor Vinex-wijken, maar vergelijkbaar met andere woonwijken. Ook de functionele kenmerken zijn op een aantal vlakken vergelijkbaar. De parkeeroplossing in Vinex-wijken, die regelmatig gekozen is, is clustering van auto s in zogenaamde parkeerkoffers. In de meeste Vinex-wijken is een lage parkeernorm gehanteerd van niet meer dan 1,5 parkeerplaats per woning. Dit sluit aan bij de doelstelling van de Vinex om de automobiliteit te verminderen en het gebruik van het openbaar vervoer en langzaam verkeer te stimuleren. Parkeren zorgt nu dus in veel Vinex-wijken voor overlast en problemen. De meest toegepaste oplossing is groen op te offeren voor parkeerplekken, wat de kwaliteit van de wijk niet altijd ten goede komt (Boeijenga & Mensink, 2008). Het aantal auto s in het straatbeeld is nu dan ook groter dan men ontworpen had. Ook gebruiken bewoners steeds vaker hun voortuin als parkeerplek. Bij de inrichting van de infrastructuur was het uitgangspunt het verminderen van de problemen met de automobiliteit. Op basis van de Vinex is dus veel geïnvesteerd in het openbaar vervoer. Dit heeft onder andere geleid tot nieuwe tramlijnen in Rotterdam, Amsterdam en Den Haag. Daarnaast zijn veel Vinex-wijken aangelegd bij een spoorlijn en hebben de wijken goede busverbindingen (Boeijenga & Mensink, 2008). Om de knelpunten van de automobiliteit niet te vergroten zijn de meeste Vinex-wijken direct ontsloten op het rijkswegennet. Daarbij is de interne ontsluiting ontworpen door middel van een ringweg of een centrale hoofdontsluiting (Boeijenga & Mensink, 2008). Door deze afsluiting en de routering wordt het sluipverkeer in de wijken veelal voorkomen en ontmoedigd. Voor

27 voetgangers en fietsers zijn op basis van de Vinex veel routes aangelegd. Dit zijn zowel routes in de wijk als routes die de wijk ontsluiten met de rest van de stad (Boeijenga & Mensink, 2008). Elke Vinex-wijk heeft ook zijn eigen voorzieningen. Deze voorzieningen zijn zeer divers en per wijk verschillend. Een aantal voorzieningen die in wijken aanwezig zijn, zijn winkels, cultuurvoorzieningen, zorgvoorzieningen, horeca, scholen en kinderdagverblijven. Bijzondere voorzieningen zijn onder andere het voetbalstadion van ADO Den Haag in Ypenburg Den Haag en de tbs-kliniek in Almere Buiten-Oost (Boeijenga & Mensink, 2008). Naast deze voorzieningen zijn in de Vinex-wijken ook bedrijfsterreinen en kantoren gerealiseerd. De meeste van deze locaties liggen langs de snelweg op zichtlocaties. 3.5 Conclusie De elementen van de woonomgeving kunnen in drie categorieën worden verdeeld, namelijk fysieke elementen, sociale elementen en functionele elementen. Elk van deze drie categorieën bevat elementen die, op basis van de literatuur, de kwaliteit van de woonomgeving verhogen. De elementen die de kwaliteit van de woonomgeving bepalen zijn met name groen- en watervoorzieningen, voorzieningen zoals winkels en kinderdagverblijven, optimale bebouwingsdichtheid, voldoende parkeervoorzieningen, goede bereikbaarheid, veiligheid en een schone wijk. De kenmerken en dus ook de kwaliteiten van de Vinex-wijken komen op een aantal punten overeen met de elementen die, op basis van de literatuur, de kwaliteit van de woonomgeving verhogen. Deze elementen zijn kenmerkend voor Vinex-wijken. Dit zijn de optimale dichtheid die meestal aansluit bij de wensen van de consument, voldoende wateren groenvoorzieningen en de voorzieningen, die per wijk verschillend zijn en dus ook niet altijd voldoen. De voorzieningen in de wijk zorgen dus niet in elke wijk voor meer kwaliteit in de woonomgeving. Tot slot zijn de bereikbaarheid en parkeervoorzieningen elementen van de Vinex-wijken, die niet goed functioneren. Deze elementen zorgen dus door het niet functioneren voor minder kwaliteit in de woonomgeving

28 4. Leefstijl 4.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt het fenomeen leefstijl beschreven. Leefstijl is een fenomeen waar in het verleden al veel over geschreven is. Bekende namen op dit gebied zijn onder andere Max Weber, Louis Wirth, Herbert Gans, Pierre Bourdieu en Gerhard Schulze. De overeenkomst in de theorieën van deze wetenschappers ligt in het feit dat de beschikbaarheid en het gebruik van economisch en cultureel kapitaal zorgen voor een differentiatie van leefstijlen (Van der Wouden & Kullberg, 2002). Over leefstijl bestaan in de wetenschap twee opvattingen. In de ene opvatting vormt leefstijl een combinatie van gedrag en leefpatronen thuis, op het werk, in de buurt en op andere plekken. In de andere opvatting is leefstijl persoonlijk gebonden, die tot uiting komt in kleding, woning, vrije tijdsbesteding, auto en andere individuele voorkeuren (Van der Land & Machielse, 2002). Ook in de woningmarkt wordt dit onderwerp steeds meer toegepast (Pinkster & Van Kempen, 2004) en zal daarom ook in het onderzoek meegenomen worden. De aandacht in de woningmarkt voor leefstijl is groter geworden om het aanbod beter af te stemmen op de vraag (Heijs et al., 2010). Daarnaast ligt de nadruk in het volkshuisvestingsbeleid steeds meer op keuzevrijheid. Door de diversiteit aan leefstijlen moet een grotere verscheidenheid aan woningen worden aangeboden (Pinkster & Van Kempen, 2004) en wordt de keuzevrijheid voor de consument groter. Dit sluit ook goed aan bij de maatschappelijke ontwikkeling dat de vraag van de consument veel gevarieerder is geworden (Westra, 2006). Leefstijl past goed bij de maatschappelijke ontwikkeling dat de woningmarkt veranderd is van een aanbiedersmarkt naar een vragersmarkt. Daarnaast is de maatschappij complexer geworden door een grotere variatie aan huishoudens (Heijs et al., 2010), waardoor de typen woningen uitgebreid moeten worden. De definitie van leefstijl is door verschillende onderzoekers op papier gezet. Wat vaak naar voren komt is dat leefstijl wat zegt over de gedachten, voorkeuren, gedragingen, opvattingen en activiteiten van mensen, welke bepaald zijn door economische, culturele, demografische en sociale kenmerken van deze individu. In dit onderzoek wordt de definitie van Pinkster en Van Kempen gehanteerd. Leefstijl is een consistente set preferenties (attitudes) en gedrag op de leefgebieden werk, gezin, wonen, consumptie en vrije tijd

29 Het gaat niet meer alleen om het bepalen van de doelgroep op basis van de traditionele kenmerken leeftijd, huishoudensamenstelling, opleidingsniveau, arbeidssituatie en inkomen. Ook andere waarden spelen een belangrijke rol bij de bepaling van de doelgroep. Daarnaast worden de leefstijlen gebruikt voor het maken van verkoopbrochures, advertenties en programma van eisen (Westra, 2006). Door middel van leefstijl kunnen mensen in categorieën verdeeld worden. 4.2 DISC model De Amerikaanse psycholoog William Marston schreef in 1928 een boek over het zogenaamde dominant, invloed, stabiel en consciëntieus model (DISC model). DISC is een model dat inzicht geeft in hoe wij ons gedragen. Marston stelt dat mensen op vier verschillende manieren reageren, namelijk extravert, introvert, taakgericht en relatiegericht. Op basis van deze gedragingen heeft Marston vier type gedragsstijlen bepaald: dominant, invloed, stabiel en consciëntieus (DISC) ( Het type dominant is extravert en taakgericht. Kenmerken bij deze gedragsstijl zijn controlebehoefte, besluitvaardigheid, prestatiedrang en uitdagingen aannemen. Relatiegericht zijn en extravertheid passen bij het type invloedrijke persoon. Aanwezig zijn, optimisme en anderen motiveren zijn belangrijke eigenschappen van deze stijl. Het type stabiel is net als de invloedrijke persoon relatiegericht, maar introvert. Dit type zorgt voor goede relaties, stabiliteit en harmonie. Tot slot passen de eigenschappen introvert en taakgericht bij de consciëntieuze persoon. Nauwkeurigheid en het vermijden van moeilijkheden passen bij dit type mens ( & Door deze verdeling kan het gedrag vertaald worden in persoonlijke eigenschappen per persoon. Figuur 7. DISC model (Bron:

30 4.3 Leefstijlonderzoek in de woningmarkt Ook in de woningmarkt wordt het DISC model toegepast. Diverse partijen maken gebruik van dit model en hebben deze methode omgevormd tot hun eigen methode. Voorbeelden zijn Motivaction, NFO Trendbox, SmartAgent en NIPO. Het Brand Strategy Research model (BSR -model) van SmartAgent heeft veel raakvlakken met het DISC model en is ook goed te interpreteren. Het BSR -model wordt gebruikt als voorbeeld voor de onderzoeksopzet van dit onderzoek. De persoonlijke eigenschappen geven een duidelijk beeld van de voorkeuren van de verschillende type mensen. Hierdoor wordt sneller duidelijk wat mensen willen en waarom zij bepaalde keuzes maken en voorkeuren hebben. Dit model geeft inzicht in de achterliggende normen, waarden, behoeften en motieven van mensen weten. Overzicht hebben van de normen en waarden, zorgt voor inzicht in drijfveren (Nijhuis & Schoemaker, 2002). Het model maakt gebruik van twee assen, namelijk de sociologische en de psychologische dimensie. Deze twee assen zorgen voor vier typeringen. Men valt in één van deze kwadranten, waardoor het gedrag en ook de voorkeuren bepaald kunnen worden. De kenmerken van de vier werelden zijn in figuur 8 te zien. Figuur 8. Leefstijlen BSR Bron: Rode wereld: Vitaliteit Eigenzinnig, uitdaging zoeken, genieten en vrijheid zijn begrippen die in de rode wereld passen. Personen, die in deze wereld passen, hebben vaak een actief, avontuurlijk en druk leven. Ze zijn ruimdenkend, eigenwijs en zelfbewust. Ze doen de dingen op hun eigen manier en gaan graag hun eigen gang. "Carpe diem" is een belangrijk levensmotto. Personen in deze wereld zijn ondernemend bijvoorbeeld door naar concerten of het café te gaan

31 Gele wereld: Harmonie In de gele wereld passen de begrippen eerlijk, sociaal, gezellig en open. Personen in deze wereld hebben vaak een uitgebreide vrienden- en kennissenkring. Kenmerken zijn spontaniteit, vrolijkheid en gezelligheid. Deze personen verdelen hun aandacht zo goed mogelijk over hun werk, vrienden en gezin, waarbij het gezin op de eerste plaats komt. Een avondje uit of in de avond afspreken met vrienden wordt regelmatig gepland. Blauwe wereld: Controle Carrièregericht, status, exclusiviteit en controle zijn kernwoorden in de blauwe wereld. De blauwe wereld bestaat uit analytische, assertieve en intelligente mensen die streven naar een succesvolle carrière. Ze maken weloverwogen beslissingen en zijn bedachtzaam. Verder hebben ze graag overzicht en controle over de zaak. Men vindt status belangrijk en toont dit. Groene wereld: Bescherming De kernwoorden van de groene wereld zijn rust, zekerheid, traditioneel en veiligheid. Het karaker van personen in de groene wereld is te omschrijven als serieus, volgzaam, respectvol en fatsoenlijk. De personen leiden een rustig leven en vinden privacy een belangrijke waarde. Deze personen zijn vrij conservatief en traditioneel en zullen niet veel bekendheid hebben. Normen en waarden staan hoog in het vaandel en het zijn harde en loyale werkers. Liefde en warmte zijn belangrijke thema s die men vindt bij familie en hechte vrienden. Als men vrij is, zal deze tijd besteed worden in en rondom het huis door de tuin op te ruimen of tv te kijken ( 4.4 De woonomgeving per leefstijl Op de woningmarkt wordt leefstijl toegepast om de woonvoorkeuren in kaart te brengen. Dit is lastig omdat de relatie tussen leefstijl en woonvoorkeuren wederkerig is (Pinkster & Van Kempen, 2004). Daarnaast wonen mensen met verschillende leefstijlen toch in dezelfde omgeving. Een woonmilieu heeft altijd meerdere leefstijlen (Nio, 2002). Leefstijlen zijn dus geen woonstijlen (Weit. 2007). Dit komt doordat het woongedrag niet alleen bepaald wordt door leefstijl. De woonwensen op basis van de leefstijl van mensen zijn vaak niet gelijk aan het woongedrag in verband met de financiën (Pinkster & Van Kempen, 2004). Ontwikkelingen die woonvoorkeuren beïnvloeden: individualisering, de nieuwe ouderen die hoger opgeleid zijn met een minder belastend arbeidsverleden en een gezondere levenswijze en het aandeel allochtonen dat naar verwachting zal toenemen (Weit, 2007)

32 Ook de sociale, fysieke en functionele eigenschappen van de woning en woonomgeving zijn van belang. Met name de fysieke kwaliteiten, zoals woning, inrichting woonomgeving en onderhoud van de woningen zorgen voor waardering. De functionele kwaliteiten, zoals het aanbod van winkels, openbaar vervoer, sportgelegenheden en parkeermogelijkheden hebben geen directe invloed op de waardering van de wijk. Wel kan het aanbod van specifieke voorzieningen zorgen voor een aantrekkelijke woonwijk bij bepaalde doelgroepen (Van der Land & Machielse, 2002). De sociale kwaliteiten, zoals betrokkenheid van de bewoners, overlast en veiligheid hebben alleen invloed op de waardering als de sociale kwaliteiten niet goed zijn. Daarnaast houdt de waardering van de wijk sterk verband met de sociaal-economische status van de wijk (Booi & Dignum, 2007). De methodes, de traditionele en de leefstijlensegmentatie, kunnen elkaar versterken bij het in kaart brengen van de wensen van de doelgroepen. De traditionele variabelen hebben een belangrijke verklarende waarde voor de woonmilieuvoorkeuren van huishoudens. De leefstijlvariabelen leiden tot een hogere voorspellende waarde (Pinkster & Van Kempen, 2002). Door middel van leefstijlen kunnen de wensen met betrekking tot verschillende kenmerken van de woning en woonomgeving bepaald worden (Nijhuis & Schoemaker, 2002). Dit zijn onder andere het woningtype, hoeveelheid groen, aanwezigheid van voorzieningen, sfeer in de buurt en de behoefte aan contact met de buurtbewoners. Deze wensen en betekenis van de ruimte, bestaande uit de woning en de woonomgeving zijn omschreven in de onderzoeken van Hagen (2002) en Weits (2007). Deze wensen en betekenis zijn vertaald in het kwadrantenmodel. Rode wereld: Ongebonden Deze rode woonomgeving biedt een grote diversiteit aan mogelijkheden en staat synoniem voor de mogelijkheden in het leven. Er treedt veel functiemenging op in een sociale heterogene omgeving met veel culturele expressie. De omgeving kan omschreven worden als stedelijk met elementen als horeca, dakterrassen, levendigheid en drukte (Hagen, 2002). Daarnaast is men stedelijk georiënteerd, omdat men graag gebruikt maakt van de voorzieningen in het centrum (Weits, 2007). Gele wereld: Stille luxe en Verankerden De gele woonomgeving moet zorgen voor interactie en staat ten dienst van het gezin. De omgeving is functioneel, die zorgt voor sociale contacten, speelruimte en goed toezicht op elkaars kinderen. zorgt voor een dorps karakter met een eigen identiteit. Men kent elkaar en elkaars normen en waarden, die geaccepteerd worden (Hagen, 2002). Men zoekt eigenlijk een gewone woonwijk met een type woning warm, knus en traditioneel (Weits, 2007)

33 Blauwe wereld: Dynamische individualisten De blauwe woonomgeving geeft de bewoners een gevoel van status. Het is niet functioneel, maar een decor waardoor men het eigen succes kan tonen. De omgeving wordt gekenmerkt door veel ruimte, herkenbare elementen, sociale homogeniteit en een duidelijk identiteit (Hagen, 2002). De woonomgeving van deze wereld is verdeeld in rustige, ruim opgezette woonmilieus en stedelijke gebieden (Weits, 2007). Groene wereld: Samenlevers en Terugtreders Dit is een meer private omgeving ten opzichte van de overige drie werelden. De private omgeving is vaak in eigendom van een groep bewoners. Dit is vaak een homogene groep mensen met gelijke normen en waarden. Hierbij kan je bijvoorbeeld denken aan woonwagencentra, hofjes en volkstuinen (Hagen, 2002). Ook meer teruggetrokken mensen vallen in dit segment. Zijn wonen graag in een overzichtelijke, veilige omgeving met veel groen, waarbij niet te veel bijzondere architectuur aanwezig is (Weits, 2007). 4.5 Conclusie Een leefstijlonderzoek geeft een weergave van de voorkeuren van verschillende type mensen. Door inzage in de voorkeuren van mensen, is ook sneller duidelijk wat zij willen en waarom. Door middel van het BSR -model worden mensen in vier verschillende werelden geplaatst met elk hun eigen voorkeuren, normen en waarden, motieven en behoeften. De behoeften van de mensen met betrekking tot de woning en woonomgeving zijn in dit model ook in de vier werelden verdeeld. Dit theoretische kader over leefstijlen zal meegenomen worden in het verdere onderzoek. Het vormt een onderdeel van de enquête met als doel om te bepalen in hoeverre de leefstijl bepalend is voor de waardering van de woonomgeving

34 5. Onderzoek Vinex-wijk Ypenburg en bewonerstevredenheid 5.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt de methode van onderzoek beschreven. Verder wordt een toelichting gegeven op de keuze van de locatie, Vinex-wijk Ypenburg. Deze locatie zal beschreven worden aan de hand van de kwalitatieve ruimtelijke kenmerken van de woonomgeving. Tot slot wordt nader omschreven hoe de bewonerstevredenheid zal worden onderzocht. In dit onderzoek wordt de leefstijl van de consument meegenomen. In dit hoofdstuk komen de deelvragen Wat is de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken? en Hoe is de tevredenheid van de bewoners van Vinex-wijken? aan bod. 5.2 Onderzoeksmethode Om de centrale vraag te beantwoorden zal een toetsend onderzoek uitgevoerd worden. Door middel van het toetsende onderzoek kan een uitspraak worden gedaan over het verband tussen de bewonerstevredenheid en de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving. Voor dit onderzoek zal gebruik gemaakt worden van een casestudy. Als case is gekozen voor de Vinex-wijk Ypenburg. Door middel van deze casestudy worden de diverse ruimtelijke kenmerken van de wijk onderzocht. 5.3 Selectie Vinex-wijk In verband met tijd en bereikbaarheid is er voor gekozen om één Vinex-wijk met meerdere plandelen te onderzoeken. Wel moeten de plandelen zich duidelijk van elkaar onderscheiden, zodat de vergelijking per woonomgeving goed gemaakt kan worden. De Vinex-wijk Ypenburg in de gemeente Den Haag is geselecteerd als case, omdat deze wijk een omvang heeft van circa woningen, welke verdeeld zijn over 5 ruimtelijke plandelen met woningbouw. Door deze ruime omvang kunnen de plandelen goed met elkaar vergeleken worden, waardoor de hypothese op een verantwoorde wijze onderzocht kan worden. De plandelen zullen op basis van de verschillen met elkaar vergeleken worden. Daarnaast is over de Vinex-wijk Ypenburg ruime informatie voorhanden, wat de analyse ten goede komt

35 5.4 Vinex-wijk Ypenburg Beschrijving Vinex-wijk Ypenburg Buitenplaats Ypenburg is als ontwikkelingslocatie aangewezen in de Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra (Vinex). De locatie ligt in de oksel van de Rijkswegen A4, A12 en A13 en ten oosten van Delft. De gemeenten Den Haag, Pijnacker, Nootdorp en Rijswijk besluiten in 1993 om gezamenlijk het voormalige militaire vliegveld Ypenburg om te vormen tot een nieuwe woonlocatie. De locatie lag op het grondgebied van de gemeenten Nootdorp, Pijnacker en Rijswijk. De huidige wijk ligt op het grondgebied van de gemeenten Den Haag en Pijnacker-Nootdorp. De locatie is 600 hectare groot, waar naast woningen, 85 hectare bedrijven- en kantorenlocaties en 7000 m2 winkelcentrum gerealiseerd zijn (Venema, 2000). De wijk Ypenburg maakt onderdeel uit van het stadsdeel Leidschenveen-Ypenburg van de gemeente Den Haag. De wijk Ypenburg bestaat uit 7 buurten, namelijk Bosweide, Tedingerbroek, Singels, Morgenweide, De Venen, De Bras, Waterbuurt. Tedingerbroek heeft als enige buurt geen woningbouw De stedenbouwkundige onderlegger van de gebiedsontwikkeling Vanaf 1996 is gestart met de bouw van deze wijk. Inmiddels, eind 2011, zijn alle plandelen bijna voltooid. Ypenburg is ontwikkeld als transformatiegebied en niet als stadsuitbreiding. Dit komt door het karakter van het omringende landschap, dat bestaat uit verschillende functies zoals park, kassengebied, recreatiegebied en (voor)stad. Daarnaast zorgen de Rijkswegen A4, A12 en A13 voor een fysieke barrière, waardoor men niet kan spreken van een stadsuitbreiding. Ypenburg bestaat stedenbouwkundig uit een raamwerk en velden. Het raamwerk is opgebouwd uit lanen en linten. Met name de lanen herinneren aan het voormalige vliegveld door de geometrische ordening (Venema, 2000). Een goed voorbeeld is de Landingslaan, die dezelfde ligging heeft als de baan van het voormalig vliegveld. De velden hebben ieder hun eigen kenmerken en karakter door de sferen, contrasten en ruimtelijke eigenschappen (Venema, 2000). Deze eigenschappen worden in de volgende paragraaf toegelicht. De ruimtelijke eigenschappen zijn onder andere bepaald door het onderliggende landschap. Ypenburg is ontwikkeld in de velden Boswijk, De Singels, Waterveld, De Venen en De Bras. De naam Waterveld is door de gemeente Den Haag gewijzigd in Waterbuurt en De Singels is verdeeld in Singels en Morgenweide. Daarnaast ligt het grootste deel van De Venen op het grondgebied van de gemeente Pijnacker-Nootdorp

36 Figuur 9. Raamwerk Masterplan Figuur 10. De velden van Ypenburg Bron: Venema, 2000 Figuur 11. Deelplannen Ypenburg Bron: Van der Velde & Van der Vries, 2004 Bron: Van der Velde & Van der Vries, 2004 De velden/plandelen van Ypenburg zijn ontwikkeld door middel van deelplannen. In totaal zijn er 27 deelplannen ontwikkeld. Deze deelplannen zijn verdeeld in vier deelplannen langs de Rijksweg A12 als bedrijven- en kantorenlocaties (20, 24, 25, 26), twee bedrijvenlocaties (21, 22), twee gemengde plannen (11, 19), het centrumplan met een winkelcentrum (4) en 17 deelgebieden (0-3, 5-10, 12-18, 23) met voornamelijk woningbouw Ruimtelijke onderdelen van de plandelen De Singels (Singels & Morgenweide) De Singels ligt ten noorden van de Landingslaan en wordt omschreven als de tuinstedelijke wijk van Ypenburg (Abbing et al., 2005). Dit gebied is ook de grootste wijk in Ypenburg, die door de gemeente in twee buurten is gescheiden, namelijk Singels en Morgenweide. De naam van de wijk verwijst naar één van de fysieke elementen van de wijk, namelijk de groene singels die door de wijk lopen. Het fysieke element, de bebouwing, van dit stedelijke woongebied is gecreëerd door gesloten bouwblokken, die uitkomen op een grotere open ruimte zoals de Landingslaan en de Boslaan (Venema, 2000). De bouwblokken hebben verschillende kenmerken en onderscheiden zich van elkaar, waarbij de openbare ruimte de continue factor is. De bebouwingsdichtheid is in dit plandeel het hoogst. Binnen het woongebied is er één doorgaande groene laan, die alle plandelen met elkaar verbindt. De structuur van de wijk bestaat uit doorgaande lanen, rechte straten en ruime plantsoenen

37 Daarnaast heeft het woongebied een openbaar toegankelijk karakter. Het karakter wordt mede bepaald door de gebruikte materialen, zoals gebakken klinkers voor de straat- en parkeerverharding en veel baksteen in aardkleuren en bijzondere metselverbanden. De functionele elementen in de wijk bestaan onder andere uit het winkelcentrum van Ypenburg, een belangrijke doorgaande fiets- en wandelverbinding en diverse speelvoorzieningen. In het winkelcentrum bevinden zich voorzieningen zoals winkels, bibliotheek, kinderopvang, sporthal en horeca. Door het winkelcentrum heeft dit plandeel het meest stedelijke programma met een hoge woningdichtheid, veel openbare ruimte en goede ontsluiting met het openbaar vervoer. De bebouwing van deze wijk biedt diverse woontypen zoals herenhuizen, hofjeswoningen, Scandinavische en mediterrane woningen. Ook heeft dit plandeel het grootste aantal sociale woningen. Figuur 12. Foto s plandeel De Singels

38 Plandeel Boswijk ( Bosweide) Dit plan in het noorden van Ypenburg is als villapark ontworpen. De fysieke elementen bomen en water en het functionele element slingerende lanen bepalen de sfeer in deze wijk (Abbing et al., 2005). Deze slingerende lanen zijn een uitzondering op de rest van het stedenbouwkundige plan van Ypenburg dat als een raamwerk is ontworpen. Deze wijk is hierdoor sterk onderscheidend van de rest van Ypenburg. Bij deze slingerende laan werd een breed profiel gewenst en verplicht gesteld. Door de wijk loopt één centrale kronkelende laan. Daarnaast werd ook een orthogonaal verkavelingsstramien verplicht gesteld, wat contrastrijke situaties oplevert met de slingerende lanen. Er ontstaan hierdoor diverse soorten kavels met verschil in diepte en vorm. Doordat de openbare ruimte tot een minimum beperkt bleef, zijn de kavels zijn in dit plandeel ruim opgezet. Het fysieke element, de kwaliteit van de bebouwing, heeft duidelijke en eenvoudige maatafspraken, waarbij garages uit het zicht blijven en een ruime voortuin zorgt voor een groene woonomgeving. De gebruikte materialen zijn veelal oranjerood met af en toe een wit accent. Daarnaast hebben de natuurlijke materialen een onregelmatige textuur (Venema, 2000). De functionele elementen van dit plandeel worden in paragraaf omschreven. Figuur 13. Foto s plandeel Boswijk

39 Plandeel Waterveld (Waterbuurt) In het zuidwestelijke deel van Ypenburg ligt het waterrijke plandeel Waterveld, dat als buurt de naam Waterbuurt heeft. Deze wijk bestaat uit elf eilanden, waardoor er op verschillende manieren aan het water kan worden gewoond en geleefd. Elk eiland heeft een eigen verhouding tussen de fysieke elementen woningen, tuinen en openbaar gebied en de verdeling tussen privé en collectief gebruik. Wonen aan het water op een eigen eiland geeft een gevoel van vrijheid. Door de gekozen verkavelingsstructuur hebben de eilanden lange zichtlijnen die passen bij het bestaande landschap (Venema, 2000). Daarnaast hebben alle eilanden een eigen karakter dat wordt versterkt door het gebruik van materiaalgebruik en kleuren. Een aantal eilanden maakt bij het fysieke element kwaliteit van de bebouwing, specifiek gebruik van één type kleur in zowel de bebouwing als de openbare ruimte. Dit zijn bijvoorbeeld naturel hout, zwartblauw en okergeel, wat verwijst naar de Noord-Europese waterarchitectuur (Venema, 2000). Verder zijn in deze wijk de oeverprofielen van de openbare ruimte verplicht gesteld, omdat de wijk veel water bezit. De functionele elementen van dit plandeel worden eveneens in paragraaf omschreven. Figuur 14. Foto s plandeel Waterveld

40 Plandeel De Bras Plandeel De Bras ligt in het meest zuidelijke deel van Ypenburg tegen Delft. Het ligt enigszins gescheiden van de rest van Ypenburg door de Brasserskade. In de directe omgeving liggen volkstuinen, boerderijen en opgroeiend bos (Venema, 2000). Zowel de fysieke als functionele elementen bepalen de sfeer in dit plandeel. Met name het fysieke element water en de functionele elementen infrastructuur voor langzaam verkeer en autoverkeer zijn hier bepalend in. De sfeer in deze wijk is landelijk, die versterkt wordt door water aan de tuin, lange paden en voetpaden langs het huis (Abbing et al., 2005). Het water is in de openbare ruimte minder aanwezig dan in het plandeel Waterwijk. Dit komt doordat het water aan de achtertuinen ligt en dus meer bij het privé hoort. Verder is bij de fysieke elementen geen gebruik gemaakt van een rigide raamwerk met een gescheiden weg en voetpad. Hierdoor ontstaat er een dorpsachtig karakter. Dit blijkt ook uit het gebruik van open hekwerk, waardoor de weg en de voortuin één geheel zijn. Samen met een smal wegprofiel van drieënhalve meter, een verspringende rooilijn en verschillende gevelkleuren wordt het dorpsachtige karakter versterkt. Figuur 15. Foto s plandeel De Bras (Bron:

41 Plandeel De Venen Op de gemeentegrond van Pijnacker-Nootdorp en Den Haag is het plandeel De Venen gerealiseerd. Dit gebied is gerealiseerd binnen de bestaande omgeving, waardoor oude en nieuwe bebouwing in elkaar opgaan. In dit plandeel komen linten en hoven voor. De fysieke elementen, kwaliteiten van de bebouwing en openbare ruimte, in de linten zijn geïnspireerd door de boezemsloot en de oude boerderijen (Abbing et al., 2005). De woningen sluiten aan op de bestaande woningen, die bij de voormalige kassen hoorden. Deze woningen worden onderscheiden door de keuze van materiaal en kleur. Daarnaast worden de hoven omgeven door bomenrijen, waardoor deze in een groene omgeving komen te liggen. Het functionele element, infrastructuur, wordt gekenmerkt door intieme, smalle straten. De hoven hebben een gesloten karakter wat een mooi contrast oplevert met de lintbebouwing (Venema, 2000). De hoven zijn daarbij autoluw, wat mogelijk is door het functionele element, parkeren, onder de woningen in een garage te realiseren. Figuur 16. Foto s plandeel De Venen

42 5.4.4 Demografie van Ypenburg De sociale elementen van de woonomgeving worden in deze en de volgende paragraaf nader omschreven. Deze elementen gelden alleen voor Ypenburg, binnen de gemeentegrenzen van Den Haag. Een groot deel van het plandeel De Venen (1.792 woningen) valt binnen de gemeentegrenzen van Pijnacker-Nootdorp. Hier is in het verdere onderzoek geen rekening mee gehouden, omdat de uitkomsten dan niet meer zuiver zijn door het verschil in gemeenten. Op 1 januari 2011 woonden er inwoners in Ypenburg (Den Haag, 2011). Deze inwoners zijn als volgt over de wijken verdeeld: Plandeel Deelplannen Aantal inwoners Bosweide: deelplan inwoners Singels (& Morgenweide) deelplannen inwoners Waterveld: deelplannen 0, inwoners De Venen: deelplannen 16 18, 23, inwoners De Bras: deelplannen inwoners Tabel 2. Inwoners per plandeel Ypenburg inwoners Sociale gegevens van de inwoners 34,3% van de inwoners behoort tot de jongeren (in de leeftijd tot 20 jaar), 62,0% tot de leeftijdsgroep van 20 tot 64 jaar en de overige 3,7% tot de ouderen (in de leeftijd van 64 jaar en ouder). Deze verdeling zorgt voor een gemiddelde leeftijd van 31 jaar en dat is lager dan het gemiddelde in de gemeente Den Haag. Van de inwoners is 34,5% allochtoon en 65,5% autochtoon. Het percentage allochtone inwoners is aanzienlijk lager dan het percentage van 47,8% in Den Haag. De inwoners zijn verdeeld over huishoudens. Dit betekent gemiddeld 2,7 inwoners per huishouden. Deze huishoudens zijn verdeeld in de volgende samenstelling: 45,0% samenwonend met kinderen, 23,4% samenwonend zonder kinderen, 20,8% alleenstaand en 10,8% eenoudergezinnen. Van deze huishoudens heeft 55,6% de woning in eigendom, huurt 21,2% een woning van een particuliere verhuurder en 22,2% huurt van een woningcorporatie. 1% van de woningen is nog niet bepaald op eigendomssituatie. Verder zijn de woningen verdeeld in 79.1% eengezinswoningen, 20,4% appartementen en 0,5% overig (Den Haag, 2011)

43 In 2008 had 48% van de bewoners van 16 jaar en ouder van het stadsdeel Leidschenveen-Ypenburg een hoog opleidingsniveau (hbo of wo). Ook het percentage middelbaar opgeleiden is met 36% relatief hoog. Hierdoor is het percentage laag opgeleiden met 16% lager dan het gemiddelde in de gehele gemeente Den Haag. Naast een hoog percentage hoog opgeleiden in het stadsdeel is het besteedbare inkomen in de wijk Ypenburg hoger dan gemiddeld in de gemeente Den Haag. In 2008 was het gemiddelde inkomen per huishouden ,-. Het gemiddelde voor heel Den Haag is ,-. Van alle wijken heeft Ypenburg met 21,8% een beperkt percentage lage inkomens. Het percentage midden inkomen is 41,7%. Van de huishoudens heeft 36,5% in dit stadsdeel een hoog inkomen (Den Haag, 2011). Het aantal huishoudens dat moeilijk kan rondkomen is dan ook relatief laag: 12,7% (19% voor heel Den Haag). Beoordeling van de wijk door de inwoners Het gevoel van veiligheid in Ypenburg is hoger dan in Den Haag. In Den Haag gaven de bewoners in 2010 de veiligheid in hun buurt gemiddeld een 6,5 en in Ypenburg een 7,0. Met name de sociale overlast en dreiging is lager dan in Den Haag. Naast de veiligheid zijn de soort problemen in de wijk te vergelijken met Den Haag. Parkeeroverlast, te hard rijden, hondenpoep en rommel op straat zijn de meest voorkomende problemen. Opvallend is dat de parkeeroverlast in Ypenburg als enige wijk hoger is dan in Den Haag (Den Haag, 2011). Verder geven de bewoners de woonomgeving een 7,5 ten opzichte van een 7,1 in Den Haag. Tot slot geven de bewoners van Ypenburg de sociale kwaliteit van de wijk een 5,8 (Den Haag, 5,4) en de fysieke kwaliteit van de wijk een 6,3 (Den Haag, 5,7) Demografie van de plandelen Ook de plandelen Waterveld, Boswijk en De Singels zullen nader omschreven worden op basis van de demografische gegevens. De keuze voor deze drie plandelen wordt nader toegelicht in paragraaf De Singels Plandeel De Singels is door de gemeente Den Haag opgesplitst in twee buurten. Dit zijn zoals al eerder genoemd De Singels en Morgenweide. Op 1 januari 2011 was het aantal inwoners in De Singels en in Morgenweide inwoners. In totaal had dit plandeel inwoners, verdeeld over huishoudens. In de Singels zijn 25,4% van de huishoudens samenwonend zonder kinderen en 43,8% samenwonend met kinderen. Van de huishoudens bestaat 9,8% uit een eenoudergezin en 21,0% van de huishoudens bestaat uit alleenstaanden. In Morgenweide is het aantal alleenstaanden hoger met 25,1%, het aandeel samenwonen met kinderen (39,2%) of zonder kinderen (24,9%) lager en het aantal eenoudergezinnen hoger met 10,8%

44 De bevolkingsopbouw van zowel De Singels als Morgenweide is te vergelijken met die van de gemeente Den Haag. Van de bewoners van de Singels is 32,3% jongeren en van de bewoners van Morgenweide is 32,1% jongeren, 4,9% van De Singels en 3,6% van Morgenweide zijn ouderen en 62,8% van De Singels en 64,3% van Morgenweide behoort tot de groep 20 tot 64 jarigen. De gemiddelde leeftijd is in De Singels 32 jaar en in Morgenweide 31 jaar. De delen van de buurt zijn op dit vlak nagenoeg gelijk. Van de bewoners van De Singels is 66% van de bevolking autochtoon en 34% allochtoon. In Morgenweide is 61% autochtoon en 39% allochtoon. In De Singels is het aantal woningen in eigendom van de bewoners met 56% hoger dan in Morgenweide (46%). De sociale woningvoorraad in Morgenweide is 21% en in De Singels 28%. Tot slot is de particuliere woningvoorraad in De Singels 16% en in Morgenweide 33%. In De Singels staan 20,6% appartementen en in Morgenweide 37,9%. Het aandeel eengezinswoningen in Morgenweide is 62,1% en in De Singels 79,3%. Verder is 0,1% in De Singels overig type woning. Het besteedbaar inkomen in beide delen van de buurt ligt rond ,-. Het hogere inkomen is meer vertegenwoordigd in De Singels met 36% ten opzichte van 31% in Morgenweide. Het lage inkomen is in beide delen gelijk met 22%. Met 47% is het midden inkomen meer aanwezig in Morgenweide dan in De Singels met 42%. Boswijk De buurt Boswijk had op 1 januari inwoners. Van deze bewoners is 56,5% 20 tot 64 jaar. Het aandeel ouderen in deze buurt is laag met 3,7%. Het aandeel jongeren is redelijk hoog met 39,8%. In deze buurt is de gemiddelde leeftijd 31 jaar. Verder is de buurt te verdelen in 73% autochtoon en 27% allochtoon. Het aantal huishoudens is Boswijk is ,7% van de huishoudens bestaat uit samenwonenden met kinderen en 22,6% uit samenwonenden zonder kinderen. Naast de samenwonenden is 13,4% alleenstaand en 4,3% een eenoudergezin. In deze buurt is het aandeel woningen in eigendom van de bewoners met 95,7% hoog. 4,3% is onderdeel van de particuliere huurvoorraad en er is geen sociale huurvoorraad. De buurt Boswijk bestaat voor 7,3% uit appartementen en voor 92,7% uit eengezinswoningen. Het gemiddeld besteedbaar inkomen is in deze buurt ook hoog met ,-. Dit blijkt ook uit het percentage hoge inkomens in Boswijk van 76,4%. Het percentage midden inkomen is 12,5% en het percentage laag inkomen is 11,1%

45 Waterveld In de buurt Waterveld wonen op 1 januari inwoners, welke verdeeld zijn over huishoudens. Van deze huishoudens is 39,5% samenwonend met kinderen en 24,9% samenwonend zonder kinderen. Naast de samenwonenden is 23,3% alleenstaand en bestaat 12,3% van de huishoudens uit eenoudergezin. Van de inwoners behoort 3,7% tot de ouderen en 32,1% tot de jongeren. 64,2% van de inwoners is 20 tot 64 jaar. De gemiddelde leeftijd in deze buurt is 31 jaar. Van de inwoners is 39% allochtoon en 61% autochtoon. Van de woningen is 51,7% in eigendom van de bewoners. Verder behoort 22,3% van de woningen tot de sociale huurwoningen en 26,0% tot de particuliere huurvoorraad. Van de woningen is 11,7% appartementen, 86,1% van de woningen is een eengezinswoning en 2,2% overig. Het gemiddelde besteedbaar inkomen in Waterveld is ,-. Het percentage laag inkomen is 27,3%, midden inkomen 47,1% en het hoge inkomen is 25,6% Woningbouwprogramma Het fysieke element, de woningen, is over de plandelen als volgt verdeeld: Plandeel Deelplannen Programma Werkelijk (2011) Boswijk: deelplan woningen 774 woningen De Singels: deelplannen woningen woningen Waterveld: deelplannen 0, woningen woningen De Venen: deelplannen 16 18, 23, woningen woningen 1 De Bras: deelplannen woningen woningen Tabel 3. Inwoners per plandeel Ypenburg woningen woningen woningen staan in Den Haag en woningen in de gemeente Pijnacker-Nootdorp. Zie bijlage 8 voor de deelplannen in de gemeente Pijnacker-Nootdorp

46 Type woningen per plandeel Prijsklassen per plandeel 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Singels BoswijkWaterwijkDe BrasDe VenenYpenburg Appartementen Vrijstaande woningen 2-onder-1- kapwoningen Rijwoningen 100% 80% 60% 40% 20% 0% Singels Boswijk Waterwijk De Bras De Venen Ypenburg Duur Midden Sociaal Grafiek 1. Type woningen per plandeel Grafiek 2. Prijsklasse woning per plandeel In bijlage 3 staat het gehele woningbouwprogramma van Ypenburg per plandeel en deelpan weergegeven. In het plandeel Boswijk zijn alleen woningen in het dure segment gerealiseerd. Dit blijkt ook uit het kleine percentage rijwoningen en appartementen en het hoge percentage vrijstaande en twee-onder-één-kapwoningen. De Venen hebben een verdeling naar woningtypen, welke te vergelijken is met de hele woonwijk Ypenburg. 64% Grafiek 3. Oppervlakte per plandeel Oppervlak in ha Dichtheid won./ha rijwoningen, 5% twee-onder-éénkapwoningen, 9% vrijstaande woningen en 23% appartementen. In dit plandeel is het aantal rijwoningen en appartementen het grootst. Ook de verdeling naar prijsklasse is in dit plandeel vergelijkbaar met geheel Ypenburg. 30% sociaal, 26% prijsklasse midden en 44% dure woningen. Het hoogste percentage rijwoningen is gerealiseerd in het plandeel Waterwijk. In dit plandeel is ook het aandeel woningen in de prijsklasse midden groter dan in de andere plandelen. Zowel het plandeel Singels als De Bras hebben een vergelijkbare verdeling naar prijsklassen als Ypenburg. Wel heeft het plandeel Singels een beperkt aantal vrijstaande woningen en een groter percentage appartementen. Bij het plandeel De Bras is het aandeel appartementen kleiner en het aandeel twee-onder-één-kapwoningen groter

47 De gemiddelde woningdichtheid in Ypenburg is 35 woningen per hectare. De plandelen Singels en De Venen hebben een hogere woningdichtheid. In deze twee plandelen zijn ook de meeste woningen gerealiseerd. Waterwijk en De Bras hebben een woningdichtheid, die te vergelijken is met de woningdichtheid in heel Ypenburg. Boswijk heeft met 14 woningen per hectare een lage dichtheid. Dit komt ook overeen met de kavelgrootte per plandeel. De kavels in Boswijk zijn met het een gemiddelde kavelgrootte van 350 m 2 per woning het grootst. Kavelgrootte m2 Ruimtegebruik Ypenburg per plandeel , , ,0 Voorzieningen ,0 40,0 Water Groen Verharding 50 0 Singels Waterwijk Boswijk De Venen De Bras Ypenburg 20,0 0,0 Singels Waterwijk Boswijk De Venen De Bras Ypenburg Uitgeefbaar Grafiek 4. Kavelgrootte per plandeel Grafiek 5. Ruimtegebruik per plandeel Openbare ruimte per plandeel Alle plandelen, behalve Boswijk, bestaan uit meerdere deelplannen. Om de samenhang tussen de deelplannen te behouden, zijn voor de vijf plandelen richtlijnen opgesteld voor de inrichting van het openbaar gebied. Per plandeel bestonden de richtlijnen uit voorschriften voor de fysieke en functionele elementen van de openbare ruimte zoals de verharding, kunstwerken, meubilair en lichtmasten. Ook het woningbouwprogramma is per plandeel vastgesteld. Dit programma is op twee manieren bepalend voor de sfeer van het woonmilieu. Het soort woningen en het grondgebruik komen beiden voort uit het woningbouwprogramma en bepalen de sfeer van de wijk. Het grondgebruik beïnvloedt de sfeer in de wijk door de verdeling in tuinen en bebouwing (privé), openbaar groen, water en verharding (openbaar). Het ruimtegebruik van Ypenburg staat in bijlage 4 per plandeel en deelplan weergegeven. In het plandeel De Singels is veel grond bestemd voor de fysieke elementen, verharding en uitgeefbare grond (grond in privé eigendom), waardoor er een stedelijk karakter ontstaat. Daarnaast is in het plandeel Boswijk beperkte grond voor groen en verharding, waardoor de woningen een zo groot mogelijk kavel kunnen krijgen. De bosrijke wijk ontstaat door de ruim opgezette groene tuinen. In de plandelen De Bras en Waterwijk is

48 het water het bepalende element in de openbare ruimte. Tot slot is in De Venen het ruimtegebruik vergelijkbaar met het gemiddelde ruimtegebruik in Ypenburg. In dit plandeel zijn de woningtypen in de linten en hoven bepalend voor de sfeer in de wijk. De ruimteverdeling in de wijk is dus naast het woningbouwprogramma de bepalende factor voor het karakter van de wijk Voorzieningen en verkeer Het fysieke element voorzieningen is in de wijk zeer verspreid. Er zijn twee winkelcentra gerealiseerd, waarbij één winkelcentrum net buiten Ypenburg in Nootdorp ligt. Het winkelcentrum van Ypenburg ligt in het plandeel Singels. In dit winkelcentrum zijn naast winkels andere voorzieningen, zoals horeca, een kinderdagverblijf en een school aanwezig. Over de plandelen zijn voorzieningen zoals een multifunctioneel centrum, speelplekken, kinderdagverblijven en scholen gesitueerd. Met name in de plandelen Singels en De Bras zijn naast speelplekken in de wijk veel voorzieningen aanwezig (zie bijlage 5). De voorzieningen zijn door een netwerk van wegen voor alle plandelen goed te bereiken. Dit netwerk bestaat uit woonstraten (30 km per uur) en de hoofdwegen (50 km per uur). Daarnaast zijn door middel van doorgaande fietspaden de plandelen en de voorzieningen goed te bereiken. Het verminderen van autoverkeer en het bevorderen van fietsverkeer stond centraal bij het ontwerp van Ypenburg. Ook het openbaar vervoer, door middel van bussen en trams, zorgt voor vermindering van het autoverkeer in Ypenburg. De wegenstructuur en het openbaar vervoer worden weergegeven in bijlage 5. Door de parkeernorm in de wijk spelen er in Ypenburg problemen. Er wordt veel geparkeerd op plekken waar dit niet is toegestaan. De parkeernormen zijn erg laag (zie figuur 17). Woningtype Parkeernorm Voor Haagse begrippen zijn dit parkeernormen die Meergezinswoning 1,15 pp/won aan de lage kant zijn. De problemen in Ypenburg zijn Eengezinswoning 1,3 pp/won het grootst in het plandeel Singels, omdat dit Goedkoop 1,0 pp/won plandeel als eerste gerealiseerd is. De problemen Middelduur 1,25 pp/won met parkeren komen naar verwachting ook voor in de Duur 1,5 pp/won plandelen Waterwijk en De Bras. De plandelen, die Figuur 17. Parkeernorm Ypenburg later gerealiseerd zijn, delen van Boswijk en De Venen, hebben een hogere parkeernorm. Op basis van onderzoek Woonvoorkeuren in een veranderende maatschappij van Koos Weits uit 2007, kunnen de leefstijlen per plandeel bepaald worden. In dit onderzoek is het verband gelegd tussen de leefstijl en de woonvoorkeuren en vertaald naar woonmilieus. Aan de hand van dit onderzoek zijn de plandelen in te delen in de vier werelden, zoals in hoofdstuk 4 omschreven. De leefstijl per plandeel is als volgt:

49 Plandeel Woonmilieu Omschrijving Leefstijl De Singels Tuindorp Buiten-centrum & Gele wereld & groenstedelijk Rode wereld Boswijk Bosvilla s, vrije Landelijk wonen Groene wereld & kavels Blauwe wereld Waterveld Wonen aan water Landelijk wonen Gele wereld & Groenen wereld De Bras Privéwijk Landelijk wonen Blauwe wereld & Groene wereld De Venen Hofjeswoningen & Landelijk wonen & Blauwe wereld & gevarieerd wonen buiten-centrum Groene wereld Tabel 4. Leefstijl per plandeel Deelplannen De drie plandelen, die nader onderzocht worden zijn De Singels, Waterveld en Boswijk. Deze drie plandelen zijn gekozen, omdat deze drie plandelen het meest verschillend zijn en goed te vergelijken zijn. De keuze voor de deelplannen is gemaakt op basis van de kenmerken. Boswijk bestaat uit één deelplan, deelplan 8. In het plandeel Waterveld is deelplan 10 gekozen om verder te onderzoeken, omdat dit deelplan de eigenschappen van het plandeel Waterwijk goed weergeeft. Tot slot wordt in het plandeel Singels, het deelplan 5 verder beschreven en onderzocht. Deelplan 5 Dit deelplan ligt dicht tegen het centrum van Ypenburg aan en heeft veel voorzieningen in de buurt. Doordat het deelplan deel uitmaakt van een tuinstedelijke wijk, komen de volgende fysieke elementen voor. Door de ligging tegen het centrum, zijn er een aantal appartementencomplexen en een hoge woningdichtheid gerealiseerd. Verder zijn in het plan enkel drie woonstraten aan de doorgaande routes toegevoegd. De woonstraten zijn als groene laan uitgevoerd, waarbij de woningen van het plan zijn ontworpen door 6 architecten, waaronder Geurst en Schulze en Kühne & Co. Hierdoor ontstaat een grote variatie, zie tabel 5, aan (gesloten) woonblokken met grote open ruimten en ruime plantsoenen, wat representatief is voor het plandeel Singels. De bouwblokken zijn zo ontworpen dat er woonhofjes ontstaan (Venema, 2000). Ook het aantal sociale woningen en de dichtheid van dit deelplan passen goed bij het algemene beeld van het plandeel Singels. In bijlage 6 wordt het stratenplan van de drie deelplannen weergegeven

50 Figuur 18. Voorzieningen en Verkavelingsplan Deelplan 5 Bron: Van der Velde & De Vries, 2004 De functionele elementen bestaan onder andere uit een winkelcentrum met diverse winkels, een bibliotheek, een kinderdagverblijf en andere voorzieningen. In dit deelplan zijn er veel speelvoorzieningen voor kinderen en wordt er geparkeerd in de straat. Tot slot is dit deelplan goed bereikbaar met het openbaar vervoer. Rijwoning 2-onder-1-kap Vrijstaand Appartement Aantal woningen % 28 4% 5 1% % 769 Sociaal Midden Duur Aantal woningen % 89 12% % 769 Naam Groen Water Verharding Voorzieningen Uitgeefbaar Oppervlakte Vogelweide 1,3 8,2% 0,0 0,0% 4,5 27,9% 0,6 4,0% 9,7 59,9% 16,2 ha Tabel 5. Soorten woningen en grondverdeling deelplan

51 Deelplan 8 Deze wijk is ingedeeld in drie delen, bos, duin en tedingen (Van der Velde & De Vries, 2004). Binnen het fysieke element, kwaliteit van de bebouwing, is in deze drie delen dezelfde architectuur nagestreefd. Het referentiebeeld voor bos is de Utrechtse Heuvelrug, voor duin het duinlandschap in Zuid-Holland en voor tedingen de Haagse wijken Vogelwijk en Marlot (Venema, 2000). Figuur 19. Voorzieningen, Verkavelingsplan en typologie Deelplan 8 Bron: Van der Velde & De Vries, 2004 on: Van der Velde & De Vries, 2004 De meeste woningen zijn georiënteerd op de twee fiets- en wandelroutes, die van noord naar zuid lopen, dwars door de wijk. De rijwoningen zijn gerealiseerd als 4-onder-1- kapwoningen. Binnen het gebied is beperkte openbare ruimte en openbaar groen. De woningen hebben veel privé groen, waardoor een bosrijke omgeving ontstaat. Daarbij is de kwaliteit van de bebouwing hoog. De functionele elementen bestaan uit slingerende lanen met relatief een beperkt aantal voorzieningen. De voorzieningen, die aanwezig zijn, zijn speelplekken en een school. Parkeren wordt voornamelijk op eigen terrein opgelost en aan de rand van het deelplan is het openbaar vervoer gesitueerd

52 Rijwoning 2-onder-1-kap Vrijstaand Appartement Aantal woningen 72 11% % % 48 7% 671 Sociaal Midden Duur Aantal woningen 0 0% 0 0% % 671 Naam Groen Water Verharding Voorzieningen Uitgeefbaar Oppervlakte Boswijk 9,65 21,5% 5,21 11,6% 5,30 11,8% 0,00 0,0% 24,78 55,2% 44,90 Tabel 6. Soorten woningen en grondverdeling deelplan 8 Deelplan 10 Dit deelplan bestaat uit meerdere eilanden. Hierdoor is een hoog percentage water gerealiseerd, wat het kenmerkende fysieke element is voor dit plandeel. Er is veel water in de openbare ruimte. De eilandengroepen: Hageneiland, Rietveld, Patio-eiland en Waterhoeve I en II hebben elk hun eigen uitstraling en woningtypologie (Van der Velde & De Vries, 2004). Ook heeft elke eiland zijn eigen woningdichtheid en verhouding privé en openbaar groen. Daarbij wordt op elk eiland op een andere manier gebruik gemaakt van het water. Op het Patio-eiland en Hageneiland wordt het water gebruikt om een wooneiland te creëren, op het Rietveld eiland liggen woningen direct met een veranda of vlonder aan het water en op de Waterhoeven liggen de woningen in het water. De functionele elementen in dit deelplan bestaan uit een smalle infrastructuur, die eigenlijk alleen geschikt is voor bestemmingverkeer. Het openbaar vervoer gaat niet door, maar langs dit plandeel en het parkeren is opgelost in parkeerkoffers. Tot slot is het aantal voorzieningen beperkt tot een aantal speelplekken. Aan de rand van het deelplan zijn wel een basisschool, kinderdagverblijf en een groter speelplantsoen gerealiseerd. Rijwoning 2-onder-1-kap Vrijstaand Appartement Aantal woningen % 28 4% 1 0% 49 6% 784 Sociaal Midden Duur Aantal woningen % % % 784 Naam Groen Water Verharding Voorzieningen Uitgeefbaar Oppervlakte Deelplan 10 1,0 4,7% 5,6 25,4% 6,8 30,8% 0,1 0,4% 8,5 38,7% 22,0 ha Tabel 7. Soorten woningen en grondverdeling deelplan

53 Figuur 20. Voorzieningen, Verkavelingsplan en typologie Deelplan 8 Bron: Van der Velde & De Vries,

54 5.5 Dataverzamelingsmethode / enquête De enquête bestaat uit vier onderdelen. Deze onderdelen zijn persoonlijke vragen en vragen over de leefstijl, vragen over de woonsituatie, vragen over de wensen met betrekking tot de woning en buurt en stellingen over de tevredenheid met betrekking tot de woning en de buurt. De enquête is weergegeven in bijlage 1. De enquête werd per post verstuurd en kon ingevuld worden op papier of digitaal. De enquête is bezorgd aan de bewoners van de deelplannen 5, 8 en 10. De enquête is opgebouwd uit een aantal onderdelen, zodat deze onderwerpen met elkaar in verband kunnen worden gebracht. Om de verbanden tussen de vragen en de onderwerpen te maken, is een stroomschema opgesteld. Dit schema ziet er als volgt uit: Figuur 21. Stroomschema enquête

55 De enquête is opgebouwd op basis van het bovenstaande stroomschema. Door het stroomschema kunnen de subvragen en uiteindelijk de centrale vraag beantwoord worden. Door het stroomschema te volgen, worden de wijk en de bewoners steeds gedetailleerder onderzocht. Het stroomschema begint met de algemene gegevens van de wijk en de bewoners en vervolgens wordt ingezoomd op de leefstijl van de bewoners. Na deze analyse wordt onderzocht wat mensen belangrijk vinden en hoe de tevredenheid van de mensen is met betrekking tot de woonsituatie en de woonomgeving. Tot slot worden de elementen van de woonomgeving onderzocht, die bepalend zijn voor de tevredenheid en ontevredenheid van de bewoners. Door dit stroomschema te volgen, wordt onder andere antwoord gegeven op de volgende vragen: - Verschilt de tevredenheid per leefstijl? - Verschillen de wensen per woonstijl met betrekking tot de woonomgeving? - Is de woonomgeving bepalend voor de woonomgeving? Welke vragen in de enquête bij welk onderdeel van het stroomschema horen, wordt in bijlage 2 weergegeven. Om het aantal te versturen enquêtes (n) te bepalen is gebruik gemaakt van de volgende formule: N > % ja x % nee x (1,96) 2 x (1/toegestane foutmarge %) 2. Doordat er vooraf geen gegevens bekend zijn over hoeveel procent ja gaat antwoorden, wordt dit percentage op 50% gezet. De toegestane foutmarge is 5%. Op basis van deze formule wordt de fictieve steekproefgrootte bepaald van 328 enquêtes. Op basis van een geschatte respons van 20% zullen er 1640 enquêtes verstuurd moeten worden, wat neerkomt op een groot gedeelte van de gehele populatie (2.224 woningen) van de 3 deelplannen. De resultaten worden in de programma s Excel en SPSS geanalyseerd

56 6. Resultaten relatie tussen tevredenheid bewoners en kwaliteit woonomgeving 6.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de resultaten weergegeven van het onderzoek. Verder wordt de betekenis van de uitkomsten omschreven en zal een conclusie opgesteld worden over de relatie tussen de bewonerstevredenheid en de ruimtelijke kwaliteiten van de woonomgeving van Vinex-wijken. De antwoorden op de centrale vraag en subvragen worden in de conclusie beantwoord. 6.2 Analyse Op basis van alle voorgaande analyses hebben de drie deelplannen de volgende kenmerken en kwalitatief ruimtelijke eigenschappen: Eigenschappen Deelplan 5 Deelplan 8 Deelplan 10 Plandeel De Singels Boswijk Waterveld Fysieke elementen Aantal woningen 769 woningen 671 woningen 784 woningen Woningtype Rijwoningen (61%) Vrijstaande woningen (40%) Rijwoningen (90%) Appartementen (35%) 2-onder-1-kapwoningen (42%) Prijsklasse Sociaal: 36% Midden: 12% Duur: 52% Duur: 100% Sociaal: 31% Midden: 39% Duur: 30% Woningdichtheid 47 woningen / ha 15 woningen / ha 36 woningen / ha Hoge dichtheid Lage dichtheid Vinex dichtheid Veel appartementen Groen 8,2% 21,5% 4,7% Groene lanen Weinig openbaar groen en veel Weinig privé en privé groen openbaar groen Water 0% 11,6% 25,4% Geen water Grote recreatieplas Veel privé en openbaar water Bebouwing Functionele elementen Gesloten bouwblokken, diverse woningtypen Vrije kavels Diverse woningtypen Voorzieningen Veel voorzieningen Weinig voorzieningen Beperkte voorzieningen Winkels + - +/- Winkelcentrum Geen winkels Winkels in de omgeving Scholen Basisschool Voortgezet onderwijs Basisschool Speelvoorzieningen ++ +/- + Ruime plantsoenen Weinig speelplekken Voldoende speelplekken

57 Kinderdagverblijven /- Parkeren +/- + + In de straat Op eigen terrein Parkeerkoffers Openbaar vervoer ++ (2 bussen en 1 + (2 bussen en 1 tram) +/- (1 bus en 1 tram) tram) Door de wijk Aan de rand van de wijk Aan de rand van de wijk Sociale elementen Leefstijl Gele wereld Rode wereld Groene wereld Blauwe wereld Gele wereld Groene wereld Karakter Tuindorp Boswijk Waterwijk Tabel 8. Kenmerken en kwalitatief ruimtelijke eigenschappen per plandeel Demografische informatie over de huishoudens Op basis van de uitkomsten van de enquête zal tevredenheid van de bewoners getoetst worden. De uitkomsten van de analyse staan uitgewerkt in bijlage 7. In totaal hebben 175 mensen meegewerkt aan de enquête, 51% vrouwen en 49% mannen. Met deze steekproefgrootte en een betrouwbaarheidspercentage van 95% komt de steekproef foutmarge uit op 7,16%. Van deze steekproef woont 26% in deelplan 5 (De Singels/Morgenweide), 45% in deelplan 8 (Boswijk) en 29% in deelplan 10 (Waterveld). In alle drie de deelplannen is meer dan tweederde van de huishoudens samenwonend of gehuwd. In deelplan 8, Boswijk is dit percentage het hoogst (95%) en in deelplan 10 van Waterbuurt is dit het laagst (69%). Dat het percentage samenwonenden in Boswijk hoger is dan in de andere deelplannen kan te maken hebben met de duurdere woningen, waarvoor meer dan één inkomen nodig is. Het lagere percentage samenwonenden of gehuwden in deelplan 10 komt mede door een hoger percentage alleenstaanden met kinderen (14%). Dit percentages ligt in deelplan 10 niet alleen hoger ten opzichte van de andere deelplannen, maar ook ten opzichte van de gehele wijk. Dit verschil is significant met Chi 2 = 18,397; df = 6 en p < 0,05. Dit hogere percentages valt te verklaren door het hoge percentage rijwoningen in deelplan 10 (90%), waarvan ook een groot deel ten opzichte van de andere deelplannen in de prijsklasse midden valt (39%). Alleenstaande ouders met kinderen hebben de ruimte nodig van een eengezinswoning, vanwege de kinderen, maar kunnen met één salaris geen woning in de prijsklasse duur betalen

58 Naast het significant hogere percentage samenwonenden en gehuwden in deelplan 8 is ook het percentage huishoudens met een inkomen van meer dan ,- significant hoger. Dit blijkt uit een enkelvoudige variantieanalyse ((n= 175)(F(2,167) = 28,559; p < 0,05). Het percentage middeninkomen (52%) en lager inkomen (21%) is opvallend hoger in deelplan 10. Deze analyse sluit goed aan bij het hogere percentage alleenstaanden in dit deelplan. Één salaris zal over het algemeen minder zijn dan het salaris van tweeverdieners samen. Tot slot is ook het opleidingsniveau in deelplan 8 significant hoger dan in de andere deelplannen (Chi 2 = 24,242; df = 4 en p < 0,05). Het percentage mensen met een opleiding in het hoger beroepsonderwijs is in alle deelplannen met circa 40% overal nagenoeg gelijk. Het percentage lager opgeleiden met een opleiding in het voortgezet onderwijs zijn in de deelplannen 5 en 10 hoger dan gemiddeld. Deze uitkomsten zijn terug te lezen in de onderstaande grafieken 6 en 7. De andere grafieken, die horen bij de bovenstaande analyse zijn terug te vinden in bijlage 7. Opleidingsniveau per buurt De samenstelling van de huishoudens per buurt 28% 37% 35% 50% 40% 16% 45% 39% 34% 41% 25% Academisch onderwijs Hoger beroepsonderwijs Voortgezet onderwijs (vmbo, havo, vwo) 14% 7% 32% 48% 5% 29% 66% 18% 14% 24% 45% 11% 6% 28% 55% Alleenstaand Alleenstaand met kinderen Gehuwd/samenwonend zonder kinderen Gehuwd/samenwonend met kinderen Morgenweide - Deelplan 5 10% Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal Grafiek 6. Opleidingsniveau per deelplan Grafiek 7. Soort huishouden per deelplan

59 6.2.2 Woningen en buurt De verdeling van het soort woningen per deelplan van de steekproef komt goed overeen met de totale populatie van de deelplannen. Opvallende verschillen tussen de deelplannen zijn het grote aantal vrijstaande woningen (47%) en 2-onder-1-kapwoningen (44%) in deelplan 8 en het grote aantal rijwoningen in deelplan 5 (65%) en deelplan 10 (76%). De verschillen zijn significant met Chi 2 = 111,057; df = 6 en p < 0,05. De steekproef geeft dus een goede weergave van het totaal aantal woningen in de deelplannen. Zowel het cijfer voor de woning als de buurt zijn gemiddeld niet gelijk. Op basis van de variantieanalyse blijkt dat het gemiddelde cijfer voor de woning en de buurt per deelplan significant verschillen, F > 1 en p < 0,05 (zie bijlage 7). Het cijfer dat de bewoners van de deelplannen geven aan hun woning is 8,1 (deelplan 5), 8,4 (deelplan 8) en 7,5 (deelplan 10). Hierbij moet aangegeven worden dat alleen het gemiddelde woningcijfer van deelplan 10 en deelplan 8 significant van elkaar verschillen. Het cijfer dat door de bewoners aan de buurt wordt gegeven is 6,9 (deelplan 5), 8,2 (deelplan 8) en 6,5 (deelplan 10). Het gemiddelde cijfer voor de buurt tussen de deelplannen is significant, behalve tussen deelplan 5 en 10 (zie bijlage 7). Woningtype per buurt 2% 11% 22% 47% 8% 8% 8% 24% 25% Vrijstaande woning 2-onder-1- kapwoning 11% Appartement 65% 44% 76% Rijwoning 41% 6% 3% Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal Grafiek 8. Woningtype per deelplan

60 6.2.3 Leefstijl Uit de steekproef blijkt dat in de deelplannen veel mensen wonen, die binnen de leefstijlgroep geel (46,7%) en rood (26,7%) vallen. Groen (20,0%) en blauw (6,7%) komen significant minder voor (p = 7,16). Met name de beperkte aanwezigheid van de leefstijl blauw is opvallend. In deze wereld passen de kernwoorden carrièregericht, status, exclusiviteit en controle. De woonomgeving geeft de bewoners een gevoel van status. Deelplan 8 Boswijk sluit hier goed op aan, wat ook in paragraaf wordt weergegeven. Procentueel wonen er in deelplan 8 Boswijk ook meer mensen met een blauwe leefstijl, zie tabel 10. Toch is dit aandeel beperkt. Waarom blauwe mensen niet voor dit deelplan hebben gekozen, ondanks dat het wel aansluit op hun behoeften is onduidelijk. Mogelijk heeft dit meer met het imago van Ypenburg en de Vinex-wijk te maken, dan met het deelplan zelf. Welke leefstijl heeft u? Leefstijl per buurt 46,7% 50,0% 45,0% 40,0% 35,0% 26,7% 30,0% 25,0% 20,0% 20,0% 15,0% 6,7% 10,0% 5,0% 0,0% Rood Blauw Geel Groen Grafiek 9. Leefstijl in het onderzoek Rood Blauw Geel Groen 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 18,5% 16,7% 26,7% 40,7% 52,8% 50,0% 9,3% 5,6% 3,3% 31,5% 25,0% 20,0% Morgenweide Boswijk Waterbuurt Groen Geel Blauw Rood Grafiek 10. Leefstijl per deelplan De verdeling van leefstijlen per buurt verschillen niet significant. Dit blijkt uit de Pearson Chi-Square. Deze waarde is 3,810 wat leidt tot een significantie van p = 0,702. Uit deze uitkomst kan geconcludeerd worden dat leefstijlen niet verdeeld kunnen worden per deelplan. Naast de significantie is de verdeling van leefstijlen per deelplan procentueel ook redelijk gelijk. De combinatie leefstijl en deelplan kan niet gemaakt worden. De personen met een verschillende leefstijl kiezen niet voor een specifiek deelplan en/of woonomgeving. Het soort woningen per leefstijl verschilt niet significant (p = 0,405). Er zijn wel een aantal opvallende uitkomsten. Het percentage vrijstaande woningen is duidelijk hoger in de leefstijl blauw (38%). Dit sluit aan op de kernwoorden status en exclusiviteit. De woonomgeving, die hierbij past, wordt gekenmerkt door veel ruimte, herkenbare elementen, sociale homogeniteit en een duidelijke identiteit. Dit resulteert uiteindelijk in rustige, ruim opgezette woonmilieus

61 Het percentage rijwoningen is overduidelijk hoger in de leefstijl geel (52%). Kernwoorden in de gele wereld zijn eerlijkheid, sociaal, gezelligheid en openheid. De rijwoning sluit goed aan op deze wereld doordat de mensen behoefte hebben aan contact en een uitgebreide vrienden- en kennissenkring. De woonomgeving moet zorgen voor interactie, ruimte om te spelen en goed toezicht en staat ten dienst van het gezin. De rijwoning als type past goed in de gele wereld. Het percentage appartementen is opvallend hoger in de groene leefstijl. De groene leefstijl staat voor rust, zekerheid, traditie en veiligheid. De woonomgeving, die bij de groene leefstijl past, is een meer private omgeving ten opzichte van de overige drie werelden. De private omgeving is van een groep bewoners. Gezien de bovenstaande kernwaarden is het niet onlogisch dat mensen met een groene leefstijl meer kiezen voor een appartement. De rode wereld heeft geen duidelijke voorkeur voor een soort woning en sluit aan bij de verdeling van de woningen van het totale beeld. Uit dit feit kunnen we concluderen dat de rode wereld als leefstijl het beste aansluit bij de verdeling van de woningen in de Vinex-wijk Ypenburg. De kernwoorden die bij de rode leefstijl passen zijn eigenzinnig, uitdaging zoeken, genieten en vrijheid. Deze mensen zijn ruimdenkend, eigenwijs en zelfbewust. De woonomgeving van de rode leefstijl biedt een grote diversiteit aan mogelijkheden en staat synoniem voor de mogelijkheden in het leven. De rode wereld past dan ook het beste bij de waarden van een Vinex-wijk. Soort woning per leefstijl 100% 90% 80% 70% 25% 38% 20% 21% 23% 25% vrijstaande woning rijwoning 60% 50% 34% 25% 52% 40% 2-onder-1-kapwoning 40% 30% 20% 10% 0% 33% 31% 25% 27% 21% 21% 9% 13% 7% 11% Rood Blauw Geel Groen Totaal appartement Grafiek 11. Soort woning per leefstijl

62 Op basis van de analyse kan met enige voorzichtigheid geconcludeerd worden dat de vier leefstijlen elk een voorkeur hebben voor een soort woning. Dit komt doordat het type woningen elk apart beter aansluit bij de wensen, eisen en waarden van de betreffende leefstijl. Per leefstijl ziet de voorkeur voor het type woning er als volgt uit: - Gele wereld; rijwoningen - Blauwe wereld; vrijstaande woningen - Rode wereld; gelijkmatig verdeeld - Groene wereld; appartementen Mensen met dezelfde leefstijl kiezen dus niet voor de woonomgeving, maar voor het type woning. Hierdoor kunnen meerdere leefstijlen in dezelfde woonomgeving wonen. Dit is een signaal dat de woning belangrijker is, dan de woonomgeving. Groepen mensen met een soortgelijk karakter, waarden en interesses kiezen heel diffuus voor een bepaalde woonomgeving en specifieker voor een type woning. Op basis van deze uitkomst zal de verdere analyse worden toegespitst op de verschillen van de deelplannen. De leefstijl zal bij deze verschillenanalyse geen rol spelen, omdat deze variabele niet leidt tot andere inzichten, doordat de leefstijlen per deelplan niet uiteenlopen Wat vinden de bewoners belangrijk? Uit de enquête blijkt dat het type woning zowel in de wijk als in de deelplannen voor meer dan 50% van de mensen het meest belangrijk is (zie bijlage 7). Dit percentage ligt een stuk hoger dan voor de woonomgeving (tussen de 15% en 25%). In deelplan 5, waar de woningdichtheid hoog is, mede door het hogere percentage appartementen, is de woning zelfs voor meer dan 75% van de mensen het meest belangrijk. Welke fysieke elementen van de woonomgeving belangrijk zijn, is over het algemeen niet afhankelijk van de buurt. De buurten geven een redelijk gelijk beeld. Groen is het belangrijkste fysieke element van de woonomgeving. Uit meerdere vergelijkingen komt dit element als belangrijkste naar voren. Van het groen is de privé tuin het meest belangrijk (ruim 60%) ten opzichte van een groene omgeving, park en groen in de buurt. Het park als groen element is met circa 40% het minst belangrijk. Uiteraard zijn er een aantal uitzonderingen. In deelplan 10 is het groen minder belangrijk met een percentage 44,1%. In deelplan 5 zijn de voorzieningen (44,7%) belangrijker, waarbij het groen voor 39,5% van de mensen het belangrijkst is. Deelplan 5 ligt dan ook dicht bij het centrum van Ypenburg. Opvallend is dat het element groen ook belangrijker is dan parkeren. Dit geldt alleen niet voor deelplan 5. In dit deelplan is de dichtheid van het aantal woningen ook het hoogst. Dit zorgt voor een hogere parkeerdruk en verklaart waarom de bewoners dit belangrijker vinden. Opvallend is dat het fysieke element water in de wijk en de deelplannen het minst belangrijk (circa 40% - 50%) is. Dit is in vergelijking met elementen als groen, bebouwing, voorzieningen, parkeren en speelplantsoen. Dit geldt alleen niet voor deelplan 10. In dit

63 deelplan wordt het element water belangrijker gevonden. Dit is te verklaren, doordat deelplan 10 onderdeel uitmaakt van Waterwijk, waar 25% van de grondoppervlakte bestaat uit water. Van het element water, wordt water in de buurt als meeste gewaardeerd (35% - 40%) in vergelijking met wonen aan het water, een vijver of een recreatieplas. De bewoners vinden wonen aan het water het minst belangrijk (circa 45% - 50%). Alleen in deelplan 10 is wonen aan het water met 47,1% het meest belangrijk. De bewoners hebben bewust voor een buurt met veel water gekozen en vinden wonen aan het water belangrijker. Van de functionele elementen school, kinderdagverblijf, winkel en zorgcentrum vindt 45% - 50% van de bewoners de winkels het belangrijkst. Het kinderdagverblijf is met hetzelfde percentage het minst belangrijk. Van de infrastructuur, die bestaat uit openbaar vervoer, autowegen, fietspaden en wandelpaden, vindt ruim 30% van de bewoners de autowegen het belangrijkst en meer dan 30% van de inwoners vindt het openbaar vervoer het minst belangrijk. Alleen in deelplan 8 vindt meer dan 35% van de bewoners de wandelpaden minder belangrijk dan het openbaar vervoer. Tot slot wordt door circa 30% van de inwoners de functionele elementen speelplantsoen en plek voor jongeren minder belangrijk gevonden dan de fysieke elementen openbaar groen en parkeren. Van de sociale elementen hechten de bewoners de meeste waarde aan rust (30% - 35%) en privacy (30% - 40%) ten opzichte van contact met de buren en levendigheid. Verder hechten de bewoners de meeste waarde aan een veilige buurt ten opzichte van een schone buurt, groene buurt of goede buren. De bewoners vinden de woning belangrijker dan de woonomgeving. Toch blijken de elementen van de woonomgeving ook een rol te spelen. Uit de analyse komt duidelijk naar voren dat bewoners een aantal elementen van de woonomgeving belangrijk vinden. De leefstijl is hierbij niet de bepalende factor. Dit blijkt uit de analyse in paragraaf De selectiecriteria voor de keuze van de woonomgeving en woning is mede afhankelijk van de voorkeuren van de bewoners. De bewoners kiezen bewust voor een woonomgeving, die bestaat uit elementen, die zij belangrijk vinden. Hierbij moet worden aangegeven dat de meest opvallende elementen, zoals de voorzieningen in deelplan 5, het groen in deelplan 8 en het water in deelplan 10, bepalend zijn voor de keuze. De elementen, die de voorkeur bepalen en die men belangrijk vindt, zijn groen, water, parkeren, winkels, voorzieningen, rust en veiligheid

64 6.2.5 Zijn de bewoners tevreden met de woonsituatie? Om antwoord te geven op de vraag of de bewoners tevreden zijn met de woonsituatie zijn vragen gesteld over de woning, buurt en woontevredenheid. Op basis van deze vragen blijkt dat de bewoners over het algemeen in alle deelplannen tevreden zijn met de woonsituatie. Van de inwoners is 46% het helemaal eens met de stelling of men naar zijn zin woont. De tevredenheid verschilt wel significant (p=0,001) per deelplan. In deelplan 8 Boswijk geeft een grotere groep mensen (63%) aan dat zij het helemaal eens zin met de bovenstaande stelling ten opzichte van 46% van alle mensen, die de stelling met helemaal eens beantwoorden. Dit is opvallend hoger dan in de andere deelplannen (deelplan 5 Morgenweide; 35% en deelplan 10 Waterbuurt; 31%). Het percentage mensen dat het oneens is met de stelling is duidelijk hoger in deelplan 5 Morgenweide (11%). Uit deze analyse blijkt dat de woontevredenheid in deelplan 8 Boswijk hoger is, dan in de andere deelplannen. Buurtcijfer Woningcijfer 9,0 8,0 7,0 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 6,9 8,2 6,5 7,4 Buurtcijfer 8,4 8,2 8,0 7,8 7,6 7,4 7,2 7,0 8,1 8,4 7,5 8,0 Woningcijfer Grafiek 12. Buurtcijfer per deelplan Grafiek 13. Woningcijfer per deelplan De tevredenheid over de woning is groter dan de tevredenheid over de buurt. Het gemiddelde cijfer van de tevredenheid over de woning komt neer op een 8,0 ten opzichte van een 7,4 voor de buurt. De tevredenheid over de woning in vergelijking met de buurt blijkt ook uit het feit dat de bewoners het meer eens zijn met de stelling of men tevreden is met de woning (helemaal eens; 51%) dan met de stelling of men tevreden is met de kwaliteit van de buurt (helemaal eens; 31%). Ook de verschillen tussen de deelplannen zijn duidelijk en significant (p>0,05). Zowel de tevredenheid over de woning en buurt is groter in deelplan 8 Boswijk. Op de stelling over de tevredenheid van de woning geeft 64% van de mensen en bij de stelling over de kwaliteit van de buurt geeft 56% van de mensen aan het helemaal eens te zijn. In deelplan 5 Morgenweide en deelplan 10 Waterbuurt is dit lager. Met name de tevredenheid over de buurt is in deelplan 5 Morgenweide (helemaal mee eens; 15%) en deelplan 10 Waterbuurt (helemaal mee eens; 8%) laag. Een grote groep mensen is niet

65 tevreden (oneens & helemaal oneens) met de kwaliteit van de buurt in deelplan 5 Morgenweide en deelplan 10 Waterbuurt. In deelplan 5 Morgenweide is dit circa 17% en in deelplan 10 Waterbuurt circa 33%. Daarnaast zijn de bewoners in deelplan 10 Waterbuurt duidelijk minder tevreden met de woning. Uit de bovenstaande analyse blijkt dat de bewoners van deelplan 8 Boswijk het meest naar hun zin wonen en het meest tevreden zijn over de woning en de kwaliteit van de buurt Is de woonomgeving bepalend voor de tevredenheid? Uit de analyse in de voorafgaande paragrafen blijkt dat de bewoners van deelplan 8 waar de duurdere woningen staan de woning een hoger cijfer geven en meer tevreden zijn met de woning dan in de andere deelplannen. Hieruit kan worden opgemaakt dat tevredenheid afhankelijk is van de kwaliteit, aangezien woningen in het duurdere segment ook meer kwaliteit zullen bieden. Dit geldt ook voor de woonomgeving. Bij de vormgeving van de woonomgeving wordt namelijk de soort woning en prijsklasse betrokken. Een dure vrijstaande woning zal minder goed verkopen als de uitstraling van de woonomgeving niet de juiste kwaliteit heeft. De kwaliteit van de woonomgeving volgt de kwaliteit en prijsklasse van de woningen. Zowel voor de tevredenheid over de woning als voor de tevredenheid over de woonomgeving is prijs bepalend. Daarnaast is de waardering in alle deelplannen voor de woning hoger dan voor de woonomgeving. Het kleinste verschil in de waardering wordt in deelplan 8 gegeven. Zoals al eerder aangegeven is, staan in dit deelplan de duurdere huizen, waar de woonomgeving op aan sluit. Op basis van het tevredenheidcijfer uit de analyse blijkt dat de waardering voor woningen belangrijker is, dan de waardering voor de woonomgeving. Dit komt doordat de tevredenheid over de woningomgeving de tevredenheid van de woning volgt. Daarnaast sluit de hoogte van de gemiddelde tevredenheid van de woning goed aan op de algemene tevredenheid. De tevredenheid over de woonomgeving ligt lager en sluit daar niet volledig op aan. Of mensen tevreden zijn met de woonsituatie wordt dus meer bepaald door de woning dan door de woonomgeving

66 6.2.7 Welke elementen van de woonomgeving zorgen voor tevredenheid? Naast het feit dat het fysieke element groen het meest belangrijk gevonden wordt, zijn de bewoners over dit element ook het meest tevreden. Dit geldt voor alle buurten. De tevredenheid over het groen in de buurten is wel significant verschillend. In deelplan 8 wordt de groene opzet van de buurt erg gewaardeerd. Over het groen is men in deelplan 8 dan ook meer tevreden dan in deelplan 10. Van het element groen sluit het privé groen aan op de wensen van de bewoners ook al verschilt het privé groen per deelplan aanzienlijk. Dit blijkt uit het feit dat de tevredenheid in alle deelplannen hoog is. Verder is een opvallend verschil tussen de buurten dat de bewoners uit deelplan 8 meer tevreden zijn over de bebouwing. De bebouwing straalt in dit deelplan kwaliteit uit, wat minder geldt voor de bebouwing in deelplan 10. In deelplan 10 is men meer tevreden met het fysieke element water en het feit dat de buurt autoluw is. Dit verschil is alleen niet significant. Deze verschillen zijn te verklaren door de opzet van de buurten. Deelplan 10 wordt gekenmerkt door de grote hoeveelheid water en de smalle straten met eenrichtingsverkeer. Door het smalle profiel komt alleen bestemmingsverkeer in dit deelplan. Van de functionele elementen is men in deelplan 5 meer tevreden met de voorzieningen in de wijk. Dit kan verklaart worden, doordat in dit deelplan meer voorzieningen gesitueerd zijn dan in de andere deelplannen. Daarbij is wel opvallend dat alle deelplannen redelijk tevreden zijn met de winkelvoorzieningen en dat er geen significant verschil is tussen de deelplannen. De afstand van de deelplannen naar de winkels is blijkbaar geen bepalende factor voor de tevredenheid over de winkels. Opvallend is dat bewoners van alle deelplannen aan speelvoorzieningen, voorzieningen voor jongeren, scholen en kinderdagverblijven minder waarde hechten. Dit kan te maken hebben met de huishoudensamenstelling, maar die bestaat voor meer dan 50% uit gezinnen met kinderen. Blijkbaar zijn deze voorzieningen minder van belang voor de tevredenheid over de woonomgeving. Wel is de rest van de mensen tevreden met de kwaliteit van de scholen en de kinderdagverblijven in de wijk. De parkeervoorzieningen worden in de deelplannen 8 en 10 goed gewaardeerd. De parkeermogelijkheden worden in deelplan 10 het best gewaardeerd. Minder tevreden met de parkeermogelijkheden zijn de bewoners van deelplan 5, waarbij de verschillen significant zijn. Uit de analyse van het ruimtegebruik blijkt ook dat het aantal parkeerplaatsen in deelplan 5 relatief lager is dan in de andere twee deelplannen. Dit leidt direct tot lagere tevredenheid. Naast het parkeren worden de anderen infrastructurele elementen goed gewaardeerd. Men is zowel tevreden over de bereikbaarheid van de deelplannen als over de fiets- en voetpaden. Alleen over de voetpaden in deelplan 10 is men minder tevreden. Dit zorgt dan ook voor een significant verschil. Als laatste

67 functionele element is men zeer tevreden met het openbaar vervoer. Dit geldt voor alle deelplannen. Tot slot worden de sociale elementen in de deelplannen goed beoordeeld. Men is zeer tevreden met de veiligheid in alle buurten en heeft over het algemeen goed contact met de buren. Verder is de betrokkenheid bij het onderhoud en beheer van de buurt beperkt. De betrokkenheid is in deelplan 8 iets hoger. Daarbij is het opvallend dat de tevredenheid over het onderhoud hoger is in deelplan 8. Dit verschil is significant. Hieruit blijkt dat een actieve betrokkenheid van de bewoners bij het beheer en onderhoud van de buurt zorgt voor meer tevredenheid Welke elementen van de woonomgeving zorgen voor minder tevredenheid? Uit de enquête blijkt dat de bewoners nauwelijks ontevreden zijn met de fysieke elementen. De ontevredenheid komt meer naar voren bij de functionele en sociale elementen. Van de verschillende voorzieningen zijn de bewoners ontevreden met de voorzieningen voor jongeren. Dit is bekend fenomeen binnen Vinex-wijken. Doordat wijken jaren geleden zijn gerealiseerd voor de toenmalige doelgroep, jonge gezinnen, sluit het aanbod van speelvoorzieningen nu niet meer aan. De kinderen zijn ouder geworden en de jongeren hebben behoefte aan andere voorzieningen, die niet gerealiseerd zijn. Om dit in de toekomst te voorkomen, zullen plannen niet alleen voor het heden, maar ook voor de toekomst gemaakt moeten worden. Verder is men over de verkeersveiligheid minder tevreden in alle deelplannen. Met name in deelplan 5. Dit verschil is significant. Dit heeft te maken met de verkeersbelemmerende maatregelen in deelplan 10 en snelheidsverminderende maatregelen in deelplan 8. De bewoners zijn het minst tevreden met onvoldoende parkeervoorzieningen, lawaai en het vuil in de wijk. Alleen in deelplan 8 zijn de bewoners niet ontevreden over het vuil in de wijk. Dit komt mede door de actievere rol van de bewoners bij het beheer en het onderhoud van de buurt. In deelplan 10 zijn de bewoners niet ontevreden over de parkeermogelijkheden. In deelplan 5 is men vooral ontevreden over het aantal parkeerplaatsen en in deelplan 8 is men ontevreden over de situering van de parkeerplaatsen. Met betrekking tot het lawaai hebben de bewoners van deelplan 5 minder last van lawaai van de woonomgeving. Dit geldt voor namelijk in de deelplannen 8 en 10. De oorzaak in deelplan 8 is de Rijksweg A

68 6.3 Conclusie Dit onderzoek is gestart met het gegeven dat er veel onderzoek wordt gedaan naar de woningbehoefte van de consument. Bij deze onderzoeken wordt de woonomgeving vaak vergeten. De vraag is of deze beperkte aandacht voor de woonomgeving terecht is. In dit onderzoek is daarom de volgende vraag gesteld: In hoeverre is de ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving van Vinex-wijken bepalend voor de tevredenheid van de bewoners? Om hier antwoord op te geven zijn eerst de elementen van de woonomgeving onderzocht. Vervolgens zijn de kwaliteiten van de woonomgeving van Vinex-wijken onderzocht. Daarnaast is de relatie tussen leefstijl en de woning- en woonomgevingvoorkeuren geanalyseerd. Tot slot is getoetst in hoeverre de ruimtelijke kwaliteiten van drie deelplannen van de Vinex-wijk Ypenburg in Den Haag bepalend zijn voor de tevredenheid van de bewoners. Uit dit onderzoek blijkt dat niet de woonomgeving, maar de woning bepalend is voor de tevredenheid. Toch levert de woonomgeving ook zijn bijdrage aan de tevredenheid. Een aantal elementen van de woonomgeving zorgen voor een grotere tevredenheid. Hiermee is aangetoond dat de woonomgeving van belang is voor de (woon)tevredenheid van de consument. De beperkte aandacht voor de woonomgeving is dan ook niet terecht. Uit de analyse blijkt dat de bewoners van deelplan 8 van de Vinex-wijk Ypenburg het meest naar hun zin wonen en het meest tevreden zijn over de woning en de kwaliteit van de buurt. Over dit deelplan kan op basis van de kwalitatief ruimtelijke eigenschappen (paragraag 6.2) geconcludeerd worden dat dit deelplan niet de kwalitatief beste woonomgeving heeft. De andere twee deelplannen scoren op een aantal elementen duidelijk hoger. Toch is de tevredenheid in deelplan 8 het hoogst. In dit deelplan staan duurdere woningen dan in de andere deelplannen. De tevredenheid is dus mede afhankelijk van de prijs-/kwaliteitverhouding van de woningen. Daarbij wordt bij het ontwerp van de woonomgeving ook rekening gehouden met het type woningen en de prijs. De kwaliteit van de woonomgeving volgt de kwaliteit en prijsklasse van de woningen. Op basis van de analyse komt ook naar voren dat de waardering voor woningen belangrijker is, dan de waardering voor de woonomgeving. Het tevredenheidcijfer van de woning ligt namelijk hoger dan het cijfer van de woonomgeving. Daarnaast geven de bewoners ook aan dat ze de woning belangrijker vinden dan de woonomgeving. De woning bepaald dus meer dan de woonomgeving de tevredenheid van de bewoners over de woonsituatie

69 Een opvallende conclusie is dat de elementen van de woonomgeving desondanks een rol spelen in de tevredenheid. Na de keuze voor het type woning, wordt bewust een bepaald soort woonomgeving gekozen. De selectiecriteria voor de keuze van de woonomgeving en woning is mede afhankelijk van de voorkeuren van de bewoners. De bewoners kiezen bewust voor een woonomgeving, die bestaat uit elementen, die zij belangrijk vinden. Hierbij moet worden aangegeven dat de meest opvallende elementen, de (winkel)voorzieningen in deelplan 5, het groen in deelplan 8 en het water in deelplan 10, mede bepalend zijn voor de keuze. Voor bewoners zorgen een aantal elementen van de woonomgeving voor tevredenheid. Met name fysieke en functionele elementen zorgen voor tevredenheid en de sociale en functionele elementen zorgen voor ontevredenheid. Met betrekking tot de ontevredenheid gaat het hierbij om de sociale elementen lawaai, overlast, vuil op straat en in de wijk en (verkeers)veiligheid en de functionele elementen parkeren en voorzieningen voor jongeren. De fysieke elementen die de bewoners belangrijk vinden en zorgen voor tevredenheid zijn groen, met name het privé groen (tuin), water, winkels, voorzieningen en de kwaliteit van de bebouwing. De functionele elementen die de bewoners belangrijk vinden en zorgen voor tevredenheid zijn bereikbaarheid, openbaar vervoer en autoluwte. De leefstijl is bij de tevredenheid over de woonomgeving en voorkeuren over de woonomgeving geen bepalende factor. Dit blijkt uit de analyse in paragraaf Mensen met dezelfde leefstijl kiezen niet voor de woonomgeving, maar voor een type woning. Op basis van de analyse kan met enige voorzichtigheid geconcludeerd worden dat de vier leefstijlen elk een voorkeur hebben voor een soort woning. Dit komt doordat de verschillende soorten woningen elk apart beter aansluiten bij de wensen, eisen en waarden van de betreffende leefstijlen. Per leefstijl ziet de voorkeur voor het type woning er als volgt uit: - Gele wereld; rijwoningen - Blauwe wereld; vrijstaande woningen - Rode wereld; gelijkmatig verdeeld - Groene wereld; appartementen Meerdere leefstijlen kunnen dus in dezelfde woonomgeving wonen, omdat verschillende type woningen in dezelfde woonomgeving kunnen passen. Groepen mensen met een soortgelijk karakter, waarden en interesses kiezen heel diffuus voor een bepaalde woonomgeving en specifiek voor een type woning. Uit dit onderzoek blijkt dat het onterecht is dat er weinig onderzoek gedaan wordt naar de behoefte van de consument met betrekking tot de woonomgeving. In dit onderzoek komt naar voren dat de woning het belangrijkste element is voor de consument. Toch zijn een aantal elementen van de woonomgeving ook mede bepalend voor de tevredenheid van de bewoners. Dit geeft het belang aan van de woonomgeving. Het is dan ook aan te bevelen

70 om de wensen van de consument met betrekking tot de woonomgeving goed te onderzoeken en de wensen in kaart te brengen. 6.4 Reflectie en aanbeveling Door het onderzoek uit te voeren in drie deelplannen van dezelfde wijk, maar wel met een totaal andere opzet van de woonomgeving, kan een goede vergelijking worden gemaakt welke elementen van de woonomgeving belangrijk zijn en welke elementen tot tevredenheid en ontevredenheid stemmen. De uitkomsten van dit onderzoek zullen met name over de tevredenheid over de woonomgeving en woning een goede zeggingskracht hebben. Ook de zeggingskracht over de elementen van de woonomgeving, die de bewoners belangrijk vinden is goed. Waar aanvullend onderzoek naar gedaan moet worden is de afhankelijkheid van de leefstijlen voor de tevredenheid van de bewoners. Uit het onderzoek is niet duidelijk naar voren gekomen, wat de wensen van de leefstijlen zijn op het gebied van de woonomgeving. Met betrekking tot de voorkeuren van de leefstijlen voor type woningen kan, met enige voorzichtigheid, een segmentatie gemaakt worden. Ook de vraag of de tevredenheid over de woonomgeving per leefstijl verschillend is, is niet beantwoord. Om op deze vragen antwoord te kunnen geven, zal de relatie tussen de leefstijlen en de woonomgeving nader moeten worden onderzocht. Door middel van de uitkomsten van een vervolgonderzoek kunnen de wensen en behoefte op het gebied van de woonomgeving, van verschillende doelgroepen op basis van de leefstijlen, in kaart worden gebracht. Deze informatie kan in de ontwikkeling van nieuwe wijken gebruikt worden om het aanbod beter af te stemmen op de potentiële doelgroep. Verder blijkt uit de conclusie dat niet de woonomgeving bepalend is voor de tevredenheid van de bewoners, maar de woning. Toch hebben een aantal elementen van de woonomgeving een rol bij de tevredenheid van de bewoners. Het dient tot aanbeveling bij de ontwikkeling van nieuwe woonwijken dat deze elementen bij het ontwerp meegenomen worden. Het gaat dus niet alleen om het creëren van nieuwe woningen, ook de woonomgeving is voor de consument bepalend of men een bepaalde woning koopt. Dit zal bij het begin van het proces al meegenomen moeten worden, vanwege de beperkte financiële middelen in een later stadium, om een kwalitatief goede woonomgeving te creëren. De kwaliteit zal dan meer in de woning zitten dan in de woonomgeving. Desondanks zal een woning zonder een goede woonomgeving minder goed verkopen. Om met de wensen van de woonomgeving rekening te kunnen houden, moeten gemeenten en

71 projectontwikkelaars vooraf aan de ontwikkeling in kaart brengen wie de doelgroep is en wat hun wensen zijn met betrekking tot de woonomgeving. Dit sluit aan bij het advies om nader onderzoek te doen naar de relatie tussen de leefstijlen en de woonomgeving. Dit kan bijvoorbeeld door middel van het versturen van een woonenquête onder de geïnteresseerde potentiële kopers. Hierdoor kan op basis van de uitkomsten van de enquête door de gemeente en projectontwikkelaar bepaald worden wie de doelgroep is en welke elementen van de woonomgeving de nadruk zullen krijgen. Dit proces zal vooraf aan het ontwerpen van het stedenbouwkundig plan moeten plaatsvinden, zodat het ontwerp niet al is afgerond en er geen wijzigingen in de woonomgeving kunnen worden gedaan. Daarnaast zijn met name een aantal elementen van de woonomgeving, die onder beheer en onderhoud vallen, mede bepalend voor de ontevredenheid van bewoners. Dit zijn onder andere lawaai, vuil op straat en in de wijk en (verkeers)veiligheid. Dit betekent dat bij de ontwikkeling van nieuwe wijken niet alleen gekeken moet worden naar de huidige wensen, maar zeker ook naar de toekomstige wensen in relatie tot het functioneren van de woonomgeving. Ontwerp de woonomgeving zo dat in de toekomst aanpassingen kunnen worden gedaan, waardoor elementen van de woonomgeving, waar men ontevreden over is, gewijzigd kunnen worden. Hiervoor moet de afdeling beheer en onderhoud van de gemeente in een vroegtijdig stadium betrokken worden bij de planontwikkeling van een nieuwe wijk, omdat zij de specialisten zijn op het gebied van beheer en onderhoud. Daarnaast heeft dit wederom te maken met de financiële middelen, die voor het beheer en onderhoud zijn gereserveerd. Zeker in tijden van bezuinigingen moet deze reserveringen vooraf gemaakt worden

72 Literatuur Abbing, A., Haaster, J. van, Labordus, R., Mil, W. van. (2005). Ypenburg, veroverd op de zee Van vliegveld tot woonwijk. Nootdorp: Drukkerij Van de Sande. Alders, J.G.M., Noordanus, P.G.A., Oosten, J.A.P. van. (1991). Vinex: Knooppunt of knelpunt? Voorburg: NEPROM. Bijsterveld, K. & Kraan, R. (2004). Thema: Vinex; Wonen in een Vinex-wijk: is het echt zo erg?. Building Business, (5), Boeijenga, J., & Mensink, J. (2008). Vinex Atlas. Rotterdam. Booi, H., Dignum, K. (2007). Woonstijl in schaduw van kwaliteit woonmilieus. Tijdschrift voor de volkshuisvesting, (1), Daamen, T. (2005). De kost gaat voor de baat uit: markt, middelen en ruimtelijke kwaliteit bij stedelijke gebiedsontwikkeling. Den Haag: SUN Architecture. Dam, F. van, & Visser, P. (2006). De invloed van de woonomgeving op de woningprijs. Tijdschrift voor de volkshuisvesting, (3), Den Haag in cijfers (2011). Duin, C. van, & Garssen, J. (2010). Bevolkingsprognose : sterkere vergrijzing, langere levensduur. Voorburg: CBS. Florida, R. (2002). The Rise of the Creative Class. And how it s transforming work, leisure, community and every day life. New York: Basic Books. Hagen, G.J. (2002). Woonbeleving en leefconcepten. S&RO, (6), Heijs, W., Smeets, J., Leussink, M., Deursen, A. van (2010). Leefstijlen in het woondomein? Real estate magazine, (69),

73 Helleman, G. (2000). Woning deugt, woonomgeving niet: Zorgen voor de Vinex?. Tijdschrift voor de volkshuisvesting, (3), Hendriks, P. (2009). Dudok revisited: een onderzoek naar de beleving en waardering van de stijlkenmerken van W.M. Dudok. Amsterdam: ASRE. Iersel, J. van, & Marsman, G. (1999). Vinex-kwaliteit door de ogen van bewoners. Amsterdam: RIGO Research en Advies BV. Keers, drs. G.P. (1998). Vinex: Vinex-woningbouw in de problemen?. BOSS magazine, (7), Keers, G., Hogenes, A., Pouw, N., & Giebers, I. (2004). Het wie, wat en waar van de woonomgeving. Amsterdam: RIGO Research en Advies BV. Land, M. van der & Machielse, K. (2002). Faciliteren van leefstijlen. S&RO, (6), Lörzing, H. (2006). Axioma s doorgelicht: Geen goed woord over voor Vinex. City Journal, (4), Lörzing, H. (2008). De onverwachte kwaliteiten van de Vinex. Grondzaken in de praktijk, (8), 6-8. Marlet, G.A. (2009). De aantrekkelijke stad: moderne locatietheorieën en de aantrekkingskracht van Nederlandse steden. Nijmegen: VOC. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM). (1991). Samenvatting van de Vierde nota Extra over de ruimtelijke ordening : op weg naar 2015 : deel 1 : ontwerp-planologische kernbeslissing. Den Haag: SDU uitgeverij. Nijhuis, M. & Schoemaker, R. (2002). Normen en waarden en woonbelevingsgroepen. S&RO, (6),

74 Nio, I. (2002). Van levenswijze tot lifestyles : over de bruikbaarheid van leefstijlen voor de ruimtelijke ordening. S&RO, (6), 6-9. Pinkster, F., & Kempen, R. van (2002). Leefstijlen en Woonmilieuvoorkeuren. Utrecht: Nethur. Pinkster, F., & Kempen, R. van (2004). Vraagtekens bij leefstijlen: de waarde van leefstijlen als leidraad voor woningbouw. Agora, 20, (3), Planbureau voor de Leefomgeving (2010). Van bestrijden naar begeleiden: demografische krimp in Nederland. Ponec, ir. I.E. (1998). Vinex: Kwaliteit op Vinex-locaties. BOSS magazine, (7), Rengers, M., & Uffelen, X. van (2006). Leefbaarheid Vinex-wijken beroerd. Volkskrant, 1 juni Staal, C. van. (2004). Thema: Vinex; De menselijke betekenis van Vinex in twee woorden samen te vatten: kinderen en ruimte. Building Business, (5), Tilstra, T. (2011). De openbare ruimte in de wijk ontrafeld. Universiteit Utrecht. Velde, M. van der, & Vries, M. de. (2004). Atlas Ypenburg. Den Haag: Projectbureau Ypenburg. Venema, H. (2000). Buitenplaats Ypenburg, Een bevlogen bouwlocaties. Bussum: THOTH. Vinex-wijk (2011). Vinex-wijk getto van de toekomst. AD, 21 februari Visser, P. & Dam, F. van. (2006). De prijs van de plek: Woonomgeving en woningprijs. Rotterdam: NAI Uitgevers.

75 Vreeze, N. de. (1994). De periferie centraal. Inspiraties en ambities bij de ontwikkeling van perifere Vinex-locaties. Rotterdam: Stimuleringsfonds voor Architectuur. Wagteveld, T.W. (2007). De waarde van groen en water bij woningbouw: een onderzoek naar de financiële aspecten van groen en water bij de ontwikkeling van nieuwe woonmilieus. Amsterdam: ASRE. Wassenberg, drs. F.A.G., Kruythoff, dr. H.M., Leliveld, drs. T.A.L., & Heijde, drs. J.E.H. van der (1994). Wonen op niveau: De marktvraag voor VINEX-locaties in de Randstad gepeild. Delft: Onderzoeksinstituut OTB. Wassenberg, drs. F.A.G., Kruythoff, dr. H.M., Leliveld, drs. T.A.L., & Heijde, drs. J.E.H. van der (1994). Woonwensen en realisatie van VINEX-locaties in de Randstad. Delft: Onderzoeksinstituut OTB. Weits, K. (2007). Woonvoorkeuren in een veranderende maatschappij. Property research quarterly, (4), Westra, ir. H. (2006). Leefstijlen, woonplaatsvoorkeuren en meer Boss Magazine, (april), 4-9. Wildt, R. de, et al. (1999). De kwaliteit van Vinex-uitleglocaties. Den Haag: Rigo Research en Advies BV. Wouden, R. van der & Kullberg, J. (2002). Stijloefeningen: Leefstijlen in onderzoek en praktijk. S&RO, (6),

76 Websites 25 mei mei mei burgerparticipatie op basis van belevingswerelden mei 2011.

77 Bijlagen

78 Bijlage 1: Enquête bewonerstevredenheid Nogmaals hartelijk dank dat u de tijd neemt voor het invullen van deze enquête. Voor het onderzoek is de informatie, die uit deze enquête komt, van groot belang. Zonder deze informatie kan er geen goede conclusie gemaakt worden over de relatie tussen de ruimtelijke kwaliteit van de buurt en de bewonerstevredenheid. Het invullen van deze enquête zal ongeveer minuten in beslag nemen. Vragen over u en uw woonsituatie Deze enquête begint met een aantal vragen over uw woonsituatie en persoonlijke vragen. U kunt antwoord geven door het hokje aan te kruisen dat past bij uw antwoord. Persoonlijke vragen 1. Wat is uw geslacht? Man Vrouw 2. Wat is uw leeftijd? jonger dan 25 jaar jaar jaar jaar jaar ouder dan 65 jaar 3. Hoe is de samenstelling van uw huishouden? alleenstaand alleenstaand met kinderen gehuwd/samenwonend zonder kinderen gehuwd/samenwonend met kinderen 4. Wat is het bruto jaarinkomen van uw huishouden? Minder dan meer dan Wat is uw hoogst genoten opleidingsniveau? basisonderwijs voortgezet onderwijs (vmbo, havo, vwo) hoger beroepsonderwijs academisch onderwijs 6. Welke kenmerken passen het best bij uw karakter? assertief, zelfbewust, ambitieus, passie discipline, avontuurlijk, perfectie, controle gezellig, harmonieus, evenwichtig, spontaan warm, rustig, intimiteit, zekerheid 7. Welke typering over het huishouden of gezin past het beste bij u? ideaal gezin, warm gezin of gelukkig gezin statig gezin, stabiel huishouden of streng gezin rustig gezin, intiem gezin of geïsoleerd gezin dynamisch huishouden of ruimdenkend gezin 8. Welke hobby s, interesses en/of vrije tijdsbestedingen passen het beste bij u? tv kijken, thuis klussen, tuinieren, geloofszaken chique feestjes, beleggen, auto s/motoren, golf shoppen, kamperen, zwemmen, samen uitgaan squash, avontuurlijke vakanties, uit eten, skiën 9. Welke waarden passen het beste bij u? presteren, rationaliteit, status, onafhankelijk hartstocht, zelfontplooiing, uitdaging, expressie Woonsituatie 1. Wat voor type woning heeft u? appartement 2-onder-1-kapwoning 2. Heeft u een huur- of koopwoning? huur koop rijwoning vrijstaande woning 3. Wat is de waarde van uw woning? tot , ,- tot , ,- tot , ,- en duurder traditioneel, anonimiteit, conservatief, privacy respect, genieten, vriendschap, enthousiasme - 1 -

79 4. Hoe lang woont u in Ypenburg? 0 1 jaar 1 5 jaar 5 10 jaar 10 jaar of langer Instructies Bij de volgende vragen moeten de kenmerken gerangschikt worden op volgorde van belangrijkheid. Per vraag vult u het getal 1, 2, 3 en 4 één keer in. 1 is het minst belangrijk en 4 is het meest belangrijk. Woning en buurt Wat vind u belangrijk: 1. woning woonomgeving bebouwing buren 2. bebouwing groen water voorzieningen 3. groen water bebouwing parkeren 4. wonen aan vijvers recreatieplas water in de water buurt 5. groene privé tuin park groen in de omgeving buurt 6. openbaar autowegen wandelpaden fietspaden vervoer 7. school kinderdagverblijf winkels zorgcentrum 8. parkeren groen speelplantsoen water 9. speelplantsoen plek voor openbaar parkeren jongeren groen 10. rust contact met levendigheid privacy buren 11. veilige buurt goede buren schone buurt groene buurt Instructies Bij de volgende stellingen is het van belang dat u uw mening zo goed mogelijk weergeeft op de schaal die loopt van 1 tot en met 5. Deze schaalverdeling wordt hieronder uitgelegd. Per vraag omcirkelt u 1 getal. Helemaal mee oneens = 1 Oneens = 2 Neutraal = 3 Eens = 4 Helemaal mee eens = 5 1. Ik woon naar mijn zin in [Boswijk] Ik ben tevreden met mijn woning Ik ben tevreden met de kwaliteit van de buurt De woning geef ik het cijfer:. 5. De buurt geef ik het cijfer:. 6. Van de woonomgeving ben ik het meest tevreden met: 7. Van de woonomgeving ben ik het minst tevreden met: 8. De bebouwing in de buurt straalt kwaliteit uit Er is voldoende groen in de buurt De grootte van mijn privé groen (tuin, enz.) sluit aan bij mijn wensen Het water in de buurt zorgt voor een mooie omgeving De parkeergelegenheid in de buurt is goed Fietspaden liggen op logische plekken in de buurt De voetpaden zijn netjes en goed te gebruiken Mijn woning en andere plaatsen in de buurt zijn goed bereikbaar De verkeerssituatie in de buurt is veilig Je kan goed gebruik maken van het openbaar vervoer Er zijn voldoende winkelvoorzieningen De speelvoorzieningen zijn goed bereikbaar en leuk voor de kinderen Voorzieningen voor jongeren zijn voldoende aanwezig

80 21. De kwaliteit van de scholen in de buurt sluiten goed aan bij mijn wensen Er zijn voldoende kinderdagverblijven in de buurt Ik voel me veilig in de buurt Ik heb regelmatig contact met mijn buren Ik ben actief betrokken bij het onderhoud en beheer van mijn buurt De buurt wordt goed onderhouden Wat zou u aan de woonomgeving willen veranderen? Indien u opmerkingen heeft naar aanleiding van dit onderzoek, kunt u mij en via tkoolstra@senze-groep.nl. Indien u het op het prijs stelt om de uitkomsten van dit onderzoek te ontvangen of kans wilt maken op de Gamma cadeaupassen van 50,-, kunt u uw adres invullen. U ontvangt dan ter zijner tijd de onderzoeksresultaten of een als u een Gamma cadeaupas gewonnen heeft. Hartelijk dank! adres:

81 Bijlage 2: Enquête bewonerstevredenheid met relaties tussen de vragen Nogmaals hartelijk dank dat u de tijd neemt voor het invullen van deze enquête. Voor het onderzoek is de informatie, die uit deze enquête komt, van groot belang. Zonder deze informatie kan er geen goede conclusie gemaakt worden over de relatie tussen de ruimtelijke kwaliteit van de buurt en de bewonerstevredenheid. Het invullen van deze enquête zal ongeveer minuten in beslag nemen. Vragen over u en uw woonsituatie Deze enquête begint met een aantal vragen over uw woonsituatie en persoonlijke vragen. U kunt antwoord geven door het hokje aan te kruisen dat past bij uw antwoord. Persoonlijke vragen DEMOGRAFIE 10. Wat is uw geslacht? Man Vrouw 11. Wat is uw leeftijd? jonger dan 25 jaar jaar jaar jaar jaar ouder dan 65 jaar 12. Hoe is de samenstelling van uw huishouden? alleenstaand alleenstaand met kinderen gehuwd/samenwonend zonder kinderen gehuwd/samenwonend met kinderen 13. Wat is het bruto jaarinkomen van uw huishouden? Minder dan meer dan Wat is uw hoogst genoten opleidingsniveau? basisonderwijs voortgezet onderwijs (vmbo, havo, vwo) hoger beroepsonderwijs academisch onderwijs LEEFSTIJL 15. Welke kenmerken passen het best bij uw karakter? assertief, zelfbewust, ambitieus, passie discipline, avontuurlijk, perfectie, controle gezellig, harmonieus, evenwichtig, spontaan warm, rustig, intimiteit, zekerheid 16. Welke typering over het huishouden of gezin past het beste bij u? ideaal gezin, warm gezin of gelukkig gezin statig gezin, stabiel huishouden of streng gezin rustig gezin, intiem gezin of geïsoleerd gezin dynamisch huishouden of ruimdenkend gezin 17. Welke hobby s, interesses en/of vrije tijdsbestedingen passen het beste bij u? tv kijken, thuis klussen, tuinieren, geloofszaken chique feestjes, beleggen, auto s/motoren, golf shoppen, kamperen, zwemmen, samen uitgaan squash, avontuurlijke vakanties, uit eten, skiën 18. Welke waarden passen het beste bij u? presteren, rationaliteit, status, onafhankelijk hartstocht, zelfontplooiing, uitdaging, expressie DEMOGRAFIE Woonsituatie 5. Wat voor type woning heeft u? appartement 2-onder-1-kapwoning 6. Heeft u een huur- of koopwoning? huur koop rijwoning vrijstaande woning 7. Wat is de waarde van uw woning? tot , ,- tot ,- traditioneel, anonimiteit, conservatief, privacy respect, genieten, vriendschap, enthousiasme - 4 -

82 200.00,- tot ,- 8. Hoe lang woont u in Ypenburg? 0 1 jaar 1 5 jaar ,- en duurder 5 10 jaar 10 jaar of langer Instructies Bij de volgende vragen moeten de kenmerken gerangschikt worden op volgorde van belangrijkheid. Per vraag vult u het getal 1, 2, 3 en 4 één keer in. 1 is het minst belangrijk en 4 is het meest belangrijk. WAT VINDEN ZE BELANGRIJK? Woning en buurt Wat vind u belangrijk: 1. woning woonomgeving bebouwing buren 2. bebouwing groen water voorzieningen 3. groen water bebouwing parkeren 4. wonen aan vijvers recreatieplas water in de water buurt 5. groene privé tuin park groen in de omgeving buurt 6. openbaar autowegen wandelpaden fietspaden vervoer 7. school kinderdagverblijf winkels zorgcentrum 8. parkeren groen speelplantsoen water 9. speelplantsoen plek voor openbaar parkeren jongeren groen 10. rust contact met levendigheid privacy buren 11. veilige buurt goede buren schone buurt groene buurt Instructies Bij de volgende stellingen is het van belang dat u uw mening zo goed mogelijk weergeeft op de schaal die loopt van 1 tot en met 5. Deze schaalverdeling wordt hieronder uitgelegd. Per vraag omcirkelt u 1 getal. Helemaal mee oneens = 1 Oneens = 2 Neutraal = 3 Eens = 4 Helemaal mee eens = 5 ZIJN DE BEWONERS TEVREDEN MET DE WOONSITUATIE? IS DE WOONOMGEVING BEPALEND VOOR DE TEVREDENHEID? WELKE ELEMENTEN VAN DE WOONOMGEVING BEPALEN DE TEVREDENHEID? WELKE ELEMENTEN VAN DE WOONOMGEVING ZORGEN VOOR MINDER TEVREDENHEID? 28. Ik woon naar mijn zin in [Boswijk] Ik ben tevreden met mijn woning Ik ben tevreden met de kwaliteit van de buurt De woning geef ik het cijfer:. 32. De buurt geef ik het cijfer:. 33. Van de woonomgeving ben ik het meest tevreden met: 34. Van de woonomgeving ben ik het minst tevreden met: BEBOUWING 35. De bebouwing in de buurt straalt kwaliteit uit OPENBAAR GROEN 36. Er is voldoende groen in de buurt PRIVÉ GROEN 37. De grootte van mijn privé groen (tuin, enz.) sluit aan bij mijn wensen WATER - 5 -

83 38. Het water in de buurt zorgt voor een mooie omgeving PARKEERGELEGENHEID 39. De parkeergelegenheid in de buurt is goed FIETSPADEN 40. Fietspaden liggen op logische plekken in de buurt VOETPADEN 41. De voetpaden zijn netjes en goed te gebruiken BEREIKBAARHEID 42. Mijn woning en andere plaatsen in de buurt zijn goed bereikbaar VEILIGHEID 43. De verkeerssituatie in de buurt is veilig OPENBAAR VERVOER 44. Je kan goed gebruik maken van het openbaar vervoer WINKELS 45. Er zijn voldoende winkelvoorzieningen SPEELVOORZIENINGEN 46. De speelvoorzieningen zijn goed bereikbaar en leuk voor de kinderen VOORZIENINGEN VOOR JONGEREN 47. Voorzieningen voor jongeren zijn voldoende aanwezig SCHOLEN 48. De kwaliteit van de scholen in de buurt sluiten goed aan bij mijn wensen KINDERDAGVERBLIJVEN 49. Er zijn voldoende kinderdagverblijven in de buurt VEILIGHEID 50. Ik voel me veilig in de buurt CONTACT MET BUREN 51. Ik heb regelmatig contact met mijn buren ACTIEF IN DE BUURT 52. Ik ben actief betrokken bij het onderhoud en beheer van mijn buurt ONDERHOUD 53. De buurt wordt goed onderhouden WENSEN 54. Wat zou u aan de woonomgeving willen veranderen? Indien u opmerkingen heeft naar aanleiding van dit onderzoek, kunt u mij en via tkoolstra@senze-groep.nl. Indien u het op het prijs stelt om de uitkomsten van dit onderzoek te ontvangen of kans wilt maken op de Gamma cadeaupassen van 50,-, kunt u uw adres invullen. U ontvangt dan ter zijner tijd de onderzoeksresultaten of een als u een Gamma cadeaupas gewonnen heeft. Hartelijk dank! adres: - 6 -

84 Bijlage 3 Woningbouwprogramma Plandeel Deelplan Naam Type ontwikkeling Sociaal Midden Duur Aantal woningen Rijwoning 2-onder-1-kap Vrijstaand Appartement Aantal woningen Singels 1 Deelplan 1 woningbouw % % % % 43 4% 7 1% % 1044 Singels 2 Deelplan 2 woningbouw % % % % 20 3% 0 0% 35 5% 649 Singels 3 Deelplan 3 woningbouw % % 37 11% % 81 27% 0 0% % 305 Singels 4 Centrum centrum 41 8% % % % 0 0% 0 0% % 481 Singels 5 Vogelweide woningbouw % 89 12% % % 28 4% 5 1% % 769 Singels 6 De Binnensingel woningbouw % 87 14% % % 0 0% 0 0% % 727 Singels 7 Morgenweide woningbouw % % % % 85 12% 0 0% 97 13% 738 Singels % % % % 257 5% 12 0% % 4713 Boswijk 8 Boswijk woningbouw 0 0% 0 0% % % % % 48 7% 671 Waterwijk 0 Deelplan 0 woningbouw 0 0% 0 0% % % 0 0% % 0 0% 14 Waterwijk 9 Deelplan 9 woningbouw % % % % 30 4% 0 0% 93 11% 842 Waterwijk 10 Deelplan 10 woningbouw % % % % 28 4% 1 0% 49 6% 784 Waterwijk 11 Deelplan 11 gemengd 34 46% 0 0% 40 54% % 36 26% 49 35% 0 0% 141 Waterwijk % % % % 94 5% 64 4% 142 8% 1781 De Bras 12 Brasserhout woningbouw % % % % % 24 5% 38 8% 497 De Bras 13 De Brasacker woningbouw % % % % % 24 5% 42 8% 532 De Bras 14 Hout & Plantage woningbouw % 75 23% 86 26% % 42 13% 31 10% 80 25% 315 De Bras 15 Biesland woningbouw % % % % % 46 9% 16 3% 489 De Bras % % % % % 125 7% % 1833 De Venen 16 De Hollandsche Meesters woningbouw 51 18% 46 17% % % 40 13% 77 25% 39 13% 304 De Venen 17 Deelplan 17 woningbouw % % % % 28 5% 57 10% 90 15% 583 De Venen 18 Deelplan 18 woningbouw 80 20% 45 12% % % 6 2% 19 5% 76 20% gemengd X X 20 bedrijven & kantoren X X 21 bedrijven X X 22 bedrijven X X De Venen 23 Veenendael woningbouw % % % % 8 2% 0 0% % bedrijven & kantoren X X 25 bedrijven & kantoren X X 26 bedrijven & kantoren X X De Venen 28 woningbouw 0 0% 0 0% % 19 0 De Venen % % % % 82 5% 153 9% % 1788 Ypenburg % % % % % % % Bron: Atlas Ypenburg Bron: Vinex Atlas - 7 -

85 Bijlage 4 Ruimtegebruik per plandeel Ypenburg Plandeel Deelplan Naam Type ontwikkeling Groen Water Verharding Voorzieningen Uitgeefbaar Oppervlakte Singels 1 Deelplan 1 woningbouw 1,7 7,1% 0,0 0,0% 7,2 29,8% 0,2 0,7% 15,1 62,5% 24,2 ha Singels 2 Deelplan 2 woningbouw 0,8 5,4% 0,0 0,0% 3,8 26,2% 0,0 0,0% 10,0 68,4% 14,6 ha Singels 3 Deelplan 3 woningbouw 0,2 4,0% 0,0 0,0% 1,3 27,2% 0,4 7,1% 3,1 61,7% 5,0 ha Singels 4 Centrum centrum 1,0 13,6% 0,0 0,0% 3,4 47,8% 1,5 21,4% 1,2 17,1% 7,2 ha Singels 5 Vogelweide woningbouw 1,3 8,2% 0,0 0,0% 4,5 27,9% 0,6 4,0% 9,7 59,9% 16,2 ha Singels 6 De Binnensingel woningbouw 3,1 19,2% 0,3 2,1% 4,0 24,5% 0,3 1,6% 8,6 52,7% 16,3 ha Singels 7 Morgenweide woningbouw 1,5 8,2% 0,0 0,0% 5,7 31,7% 0,4 2,4% 10,4 57,7% 18,0 ha TOTAAL 9,61 9,4% 0,34 0,3% 30,02 30,7% 3,40 5,3% 58,06 54,3% 101,39 ha Boswijk 8 Boswijk woningbouw 9,65 21,5% 5,21 11,6% 5,30 11,8% 0,00 0,0% 24,78 55,2% 44,90 ha Waterwijk 0 Deelplan 0 woningbouw 0,1 10,0% 0,2 17,0% 0,3 20,1% 0,0 0,0% 0,7 53,0% 1,3 ha Waterwijk 9 Deelplan 9 woningbouw 4,0 19,3% 1,9 9,2% 5,7 27,6% 0,0 0,0% 9,0 43,8% 20,6 ha Waterwijk 10 Deelplan 10 woningbouw 1,0 4,7% 5,6 25,4% 6,8 30,8% 0,1 0,4% 8,5 38,7% 22,0 ha Waterwijk 11 Deelplan 11 gemengd 0,7 14,3% 0,0 0,0% 1,2 24,5% 0,0 0,0% 2,9 61,2% 4,7 ha TOTAAL 5,68 12,8% 7,47 11,5% 13,61 27,6% 0,09 0,1% 20,41 47,9% 47,28 ha De Bras 12 Brasserhout woningbouw 0,4 2,9% 1,9 13,6% 4,6 33,4% 0,0 0,0% 6,9 50,2% 13,7 ha De Bras 13 De Brasacker woningbouw 0,4 2,5% 2,3 12,6% 5,6 31,1% 0,0 0,0% 9,7 53,9% 17,9 ha De Bras 14 Hout & Plantage woningbouw 0,7 7,6% 1,3 13,1% 1,8 18,3% 0,0 0,0% 5,9 60,9% 9,8 ha De Bras 15 Biesland woningbouw 0,4 2,6% 2,0 11,7% 4,7 27,3% 0,0 0,0% 10,0 58,3% 17,2 ha TOTAAL 2,04 3,9% 7,42 12,8% 16,64 27,5% 0,00 0,0% 32,54 55,8% 58,63 ha De Venen 16 De Hollandsche Meesters woningbouw 0,7 5,0% 0,7 5,3% 3,1 22,3% 0,0 0,0% 9,4 67,4% 14,0 ha De Venen 17 Deelplan 17 woningbouw 2,8 17,8% 1,3 8,4% 5,1 32,2% 0,0 0,0% 6,5 41,5% 15,8 ha De Venen 18 Deelplan 18 woningbouw 1,2 9,1% 2,2 16,6% 1,0 7,4% 0,0 0,0% 8,8 66,9% 13,2 ha 19 gemengd ha 20 bedrijven & kantoren ha 21 bedrijven ha 22 bedrijven ha De Venen 23 Veenendael woningbouw 0,6 5,2% 0,5 3,9% 3,3 28,3% 0,0 0,0% 7,3 62,6% 11,6 ha 24 bedrijven & kantoren ha 25 bedrijven & kantoren ha 26 bedrijven & kantoren ha De Venen 28 woningbouw 0,1 3,7% 0,0 0,0% 0,1 6,3% 0,0 0,0% 1,3 90,0% 1,4 ha TOTAAL 5,36 8,2% 4,71 6,8% 12,54 19,3% 0,00 0,0% 33,32 65,7% 55,95 ha Bron: Atlas Ypenburg 32,34 11,1% 25,15 8,6% 78,11 23,4% 3,48 1,1% 169,11 55,8% 308,15 ha - 8 -

86 Ruimtegebruik per plandeel Singels Waterwijk Boswijk De Venen De Bras Ypenburg Uitgeefbaar 58,1 20,4 24,8 33,3 32,5 33,8 Verharding 30,0 13,6 5,3 12,5 16,6 15,6 Groen 9,6 5,7 9,7 5,4 2,0 6,5 Water 0,3 7,5 5,2 4,7 7,4 5,0 Voorzieningen 3,4 0,0 0,0 0,0 0,0 0,7 Oppervlak en dichtheid per plandeel Singels Waterwijk Boswijk De Venen De Bras Ypenburg Aantal woningen Oppervlak in ha Dichtheid won./ha Bron: Van der Velde & De Vries, 2004 Gemiddelde kavelgrootte Singels 125 m2 / woning Waterwijk 130 m2 / woning Boswijk 350 m2 / woning De Venen 145 m2 / woning De Bras 140 m2 / woning Ypenburg 150 m2 / woning Bron: Van der Velde & De Vries,

87 Bijlage 5 Openbare ruimte per plandeel Ypenburg Plandelen Bron: (Van der Velde & De Vries, 2004) Stedenbouwkundig raamwerk Bron: (Van der Velde & De Vries, 2004)

88 Deelplannen Bron: (Van der Velde & De Vries, 2004) Voorzieningen Bron: (Van der Velde & De Vries, 2004)

89 Water- en groenstructuur Bron: (Van der Velde & De Vries, 2004) Openbaar vervoer Bron: (Van der Velde & De Vries, 2004)

90 Wegenstructuur Bron: (Van der Velde & De Vries, 2004)

91 Bijlage 6: Straatplan deelplannen Deelplan 5 De Singels

92 Deelplan 8 Boswijk

93 Deelplan 10 Waterveld

94 Bijlage 7: Analyse enquête resultaten Verdeling steekproef per buurt In welke wijk woont u? Frequency Percent Valid Percent Cumulative Percent Morgenweide 46 26,3 26,3 26,3 Boswijk 78 44,6 44,6 70,9 Waterbuurt 51 29,1 29,1 100 Totaal In welke wijk woont u? 29% 26% 45% Morgenweide Boswijk Waterbuurt Geslacht steekproef per buurt Geslacht per buurt Man Vrouw Eindtotaal Morgenweide 17 37% 29 63% 46 Boswijk 47 60% 31 40% 78 Waterbuurt 22 43% 29 57% 51 Totaal 85 49% 89 51% % 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 63% 37% 40% 60% 57% 51% 43% 49% Vrouw Man

95 Soort huishouden per buurt De samenstelling van de huishoudens per buurt Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal Alleenstaand % 5% 18% 11% Alleenstaand met kinderen % 0% 14% 6% Gehuwd/samenwonend zonder kinderen % 29% 24% 28% Gehuwd/samenwonend met kinderen % 66% 45% 55% Totaal % 100% 100% 100% Chi-Square Tests Value df Asymp. Sig. (2-sided) Pearson Chi-Square 18,397 a 6 0,005 Likelihood Ratio 21, ,001 Linear-by-Linear Association 1, ,304 N of Valid Cases 172 a. 4 cells (33,3%) have expected count less than 5. The minimum expected count is 2,56. De samenstelling van de huishoudens per buurt 14% 7% 32% 5% 29% 18% 14% 24% 11% 6% 28% Alleenstaand Alleenstaand met kinderen 48% 66% 45% 55% Gehuwd/samenwonend zonder kinderen Gehuwd/samenwonend met kinderen Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal

96 Leeftijd per eigenaar Leeftijd per buurt Jonger dan 25 jaar jaar jaar jaar jaar ouder dan 65 jaar Eindtotaal Morgenweide Boswijk Waterbuurt Totaal Wat is uw leeftijd? Sum of Squares df Mean Square F Sig. Between 15, ,859 6,285 0,002 Groups Within Groups 215, ,25 Total 230, Post Hoc Tests Wat is uw leeftijd? Bonferroni (I) In welke buurt woont u? (J) In welke buurt woont u? Multiple Comparisons 95% Confidence Interval Morgenweide Boswijk Waterbuurt *. The mean difference is significant at the 0.05 level. Mean Difference (I-J) Std. Error Sig. Lower Bound Upper Bound Boswijk -,543 * 0,208 0,029-1,05-0,04 Waterbuurt 0,104 0, ,45 0,65 Morgenweide,543 * 0,208 0,029 0,04 1,05 Waterbuurt,647 * 0,201 0,005 0,16 1,13 Morgenweide -0,104 0, ,65 0,45 Boswijk -,647 * 0,201 0,005-1,13-0,16 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% ouder dan 65 jaar jaar jaar jaar jaar Jonger dan 25 jaar 20% 10% 0% Morgenweide Boswijk Waterbuurt Eindtotaal

97 Opleiding per buurt Opleidingsniveau per buurt Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal Voortgezet onderwijs (vmbo, havo, vwo) % 10% 39% 25% Hoger beroepsonderwijs % 40% 45% 41% Academisch onderwijs % 50% 16% 34% Totaal % 100% 100% 100% Chi-Square Tests Value df Asymp. Sig. (2- sided) Pearson Chi-Square 24,242 a 4 0 Likelihood Ratio 26, Linear-by-Linear Association 1, ,189 N of Valid Cases 172 a. 0 cells (,0%) have expected count less than 5. The minimum expected count is 10,75. Opleidingsniveau per buurt 28% 16% 34% 50% 37% 45% Academisch onderwijs 41% Hoger beroepsonderwijs 40% Voortgezet onderwijs (vmbo, havo, vwo) 35% 39% 25% 10% Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal Inkomen per buurt Bruto inkomen per buurt Minder dan Meer dan Eindtotaal Morgenweide Boswijk Waterbuurt Totaal

98 ANOVA Wat is het bruto jaarinkomen van uw huishouden? Sum of Squares df Mean Square F Sig. Between 25, ,791 28,559 0 Groups Within Groups 74, ,448 Total 100, Post Hoc Tests Multiple Comparisons Wat is het bruto jaarinkomen van uw huishouden Bonferroni (I) In welke buurt woont u? (J) In welke buurt woont u? Morgenweide Boswijk Waterbuurt *. The mean difference is significant at the 0.05 level. Mean Difference (I- J) Std. Error Sig. 95% Confidence Interval Lower Bound Upper Bound Boswijk -,532 * 0, ,84-0,23 Waterbuurt,375 * 0,14 0,024 0,04 0,71 Morgenweide,532 * 0, ,23 0,84 Waterbuurt,907 * 0, ,61 1,2 Morgenweide -,375 * 0,14 0,024-0,71-0,04 Boswijk -,907 * 0, ,2-0,61 Bruto inkomen per buurt 100% 90% 21% 80% 70% 43% 53% Meer dan % 50% 79% 52% Minder dan % 30% 43% 35% 20% 10% 0% 21% 9% 5% 19% 0% 1% 6% 9% 3% Morgenweide Boswijk Waterbuurt Totaal

99 Soort woning per buurt Woningtype per buurt Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal Appartement % 6% 8% 11% 2-onder-1-kapwoning % 44% 8% 25% Rijwoning % 3% 76% 41% Vrijstaande woning % 47% 8% 24% Totaal % 100% 100% 100% Chi-Square Tests Value df Asymp. Sig. (2-sided) Pearson Chi-Square 111,057 a 6 0 Likelihood Ratio 131, Linear-by-Linear 3, ,063 Association N of Valid Cases 175 a. 1 cells (8,3%) have expected count less than 5. The minimum expected count is 4,99. Woningtype per buurt 2% 11% 8% 8% 24% 22% 47% 8% 25% Vrijstaande woning 65% 44% 76% 11% 2-onder-1-kapwoning Appartement Rijwoning 41% 6% 3% Morgenweide - Deelplan 5 Boswijk - Deelplan 8 Waterbuurt - Deelplan 10 Totaal

100 Woningcijfer per buurt De woning geef ik het cijfer? In welke buurt woont u? Mean N Std. Deviation Morgenweide 8, ,355 Boswijk 8, ,150 Waterbuurt 7, ,401 Total 8, ,331 ANOVA De woning geef ik het cijfer? Sum of Squares df Mean Square F Sig. Between Groups 24, ,498 7,605 0,001 Within Groups 272, ,643 Total 297, Post Hoc Tests De woning geef ik het cijfer? Bonferroni (I) In welke buurt woont u? Morgenweide Boswijk Multiple Comparisons (J) In welke buurt woont u? Mean Difference (I-J) Std. Error Sig. 95% Confidence Interval Lower Bound Upper Bound Boswijk -0,32 0,242 0,562-0,9 0,26 Waterbuurt 0,597 0,265 0,076-0,04 1,24 Morgenweide 0,32 0,242 0,562-0,26 0,9 Waterbuurt,917 * 0, ,35 1,49 Waterbuurt Morgenweide -0,597 0,265 0,076-1,24 0,04 *. The mean difference is significant at the 0.05 level. Boswijk -,917 * 0, ,49-0,35 Woningcijfer 8,4 8,2 8,0 7,8 7,6 7,4 7,2 7,0 8,1 8,4 7,5 8,0 Woningcijfer

101 Wijkcijfer per buurt De buurt geef ik het cijfer? In welke buurt woont u? Mean N Std. Deviation Morgenweide 6, ,388 Boswijk 8, ,097 Waterbuurt 6, ,557 Total 7, ,526 ANOVA De buurt geef ik het cijfer? Sum of Squares df Mean Square F Sig. Between Groups 100, ,487 28,948 0 Within Groups 287, ,744 Total 388, Post Hoc Tests De buurt geef ik het cijfer? Bonferroni (I) In welke buurt woont u? Morgenweide Boswijk Multiple Comparisons (J) In welke buurt woont u? Mean Difference (I-J) Std. Error Sig. 95% Confidence Interval Lower Bound Upper Bound Boswijk -1,273 * 0, ,88-0,67 Waterbuurt 0,475 0,274 0,255-0,19 1,14 Morgenweide 1,273 * 0, ,67 1,88 Waterbuurt 1,748 * 0, ,16 2,34 Waterbuurt Morgenweide -0,475 0,274 0,255-1,14 0,19 *. The mean difference is significant at the 0.05 level. Buurtcijfer Boswijk -1,748 * 0, ,34-1,16 9,0 8,0 7,0 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0 6,9 8,2 6,5 7,4 Buurtcijfer

102 Leefstijl per buurt Welke leefstijl heeft u? Frequency Percent Valid Percent Cumulative Percent Valid Rood 32 18,3 26,7% 26,7 Blauw 8 4,6 6,7% 33,3 Geel 56 32,0 46,7% 80,0 Groen 24 13,7 20,0% 100,0 Total ,6 100,0% Missing System 55 31,4 Total ,0 Welke leefstijl heeft u? 50,0% 45,0% 40,0% 35,0% 30,0% 25,0% 20,0% 15,0% 10,0% 5,0% 0,0% 46,7% 26,7% 20,0% 6,7% Rood Blauw Geel Groen Rood Blauw Geel Groen Welke leefstijl heeft u? In welke buurt woont u? Total Welke leefstijl heeft u? Rood Blauw Geel Groen Morgenweide 6 20,0% 1 3,3% 15 50,0% 8 26,7% 30 Boswijk 17 31,5% 5 9,3% 22 40,7% 10 18,5% 54 Waterbuurt 9 25,0% 2 5,6% 19 52,8% 6 16,7% Total Chi-Square Tests Value df Asymp. Sig. (2- sided) Pearson Chi-Square 3,810 6,702 Likelihood Ratio 3,846 6,698 Linear-by-Linear,560 1,454 Association N of Valid Cases

103 Soort woning per leefstijl Case Processing Summary Cases Wat voor woningtype heeft u? * Welke leefstijl heeft u? Valid Missing Total N Percent N Percent N Percent 120,7 55, ,0 Value df Asymp. Sig. (2- sided) Pearson Chi- 9,359 9,405 Square Likelihood Ratio 8,979 9,439 Linear-by-Linear Association Chi-Square Tests,579 1,447 N of Valid Cases 120 Soort woning per leefstijl 100% 90% 80% 70% 25% 38% 20% 21% 23% 25% vrijstaande woning rijwoning 60% 50% 34% 25% 52% 40% 2-onder-1-kapwoning 40% 30% 20% 10% 0% 33% 31% 25% 27% 21% 21% 9% 13% 7% 11% Rood Blauw Geel Groen Totaal appartement

104 Leefstijl per buurt 100,0% 90,0% 80,0% 26,7% 18,5% 16,7% 70,0% 60,0% 50,0% 50,0% 40,7% 52,8% Groen Geel Blauw 40,0% 9,3% Rood 30,0% 20,0% 10,0% 3,3% 20,0% 31,5% 5,6% 25,0% 0,0% Morgenweide Boswijk Waterbuurt Leefstijl per buurt 100,0% 90,0% 80,0% 26,7% 18,5% 16,7% 70,0% 60,0% 50,0% 50,0% 40,7% 52,8% Groen Geel Blauw 40,0% 9,3% Rood 30,0% 20,0% 10,0% 3,3% 20,0% 31,5% 5,6% 25,0% 0,0% Morgenweide Boswijk Waterbuurt

105 Wat vindt men belangrijk? Wat vindt men belangrijk? (1) Alle wijken 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 7,9% 13,7% 20,9% 7,2% 27,3% 57,6% 23,7% 46,0% 43,2% 19,4% 55,4% 7,2% 25,9% 15,8% 21,6% 7,2% woning woonomgeving bebouwing buren ,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% Deelplan 5 Morgenweide 0,0% 13,2% 10,5% 2,6% 28,9% 21,1% 76,3% 60,5% 50,0% 65,8% 7,9% 2,6% 26,3% 13,2% 21,1% 0,0% woning woonomgeving bebouwing buren Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 5,9% 14,7% 26,5% 7,4% 27,9% 52,9% 27,9% 39,7% 41,2% 25,0% 22,1% 50,0% 8,8% 25,0% 13,2% 11,8% woning woonomgeving bebouwing buren

106 Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 18,2% 15,2% 21,2% 45,5% 12,1% 24,2% 18,2% 42,4% 21,2% 39,4% 9,1% 54,5% 33,3% 24,2% 15,2% 6,1% woning woonomgeving bebouwing buren Wat vindt men belangrijk? (2) Alle wijken 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 18,8% 13,0% 27,5% 40,6% 22,5% 26,8% 17,4% 18,1% 29,7% 33,3% 33,3% 46,4% 24,6% 18,8% 7,2% 21,7% bebouwing groen water voorzieningen Deelplan 5 - Morgenweide 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 7,9% 23,7% 36,8% 39,5% 42,1% 7,9% 15,8% 26,3% 44,7% 18,4% 31,6% 18,4% 50,0% 18,4% 18,4% 0,0% bebouwing groen water voorzieningen

107 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 24,2% 12,1% 15,2% 48,5% 18,2% 19,7% 33,3% 13,6% 28,8% 48,5% 27,3% 56,1% 10,6% 15,2% 12,1% 16,7% bebouwing groen water voorzieningen Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 20,6% 26,5% 20,6% 32,4% 17,6% 32,4% 38,2% 11,8% 26,5% 17,6% 20,6% 35,3% 35,3% 23,5% 35,3% 5,9% bebouwing groen water voorzieningen Wat vindt men belangrijk? (3) Alle wijken 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 43,2% 12,9% 15,1% 19,4% 23,7% 28,8% 30,2% 23,0% 36,0% 26,6% 25,2% 15,8% 44,6% 10,8% 25,2% 19,4% groen water bebouwing parkeren Deelplan 5 - Morgenweide 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 7,9% 10,5% 42,1% 15,8% 23,7% 39,5% 34,2% 31,6% 34,2% 26,3% 44,7% 18,4% 15,8% 31,6% 7,9% 15,8% groen water bebouwing parkeren

108 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 10,4% 17,9% 14,9% 47,8% 23,9% 19,4% 26,9% 31,3% 26,9% 55,2% 13,4% 40,3% 26,9% 11,9% 14,9% 17,9% groen water bebouwing parkeren Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 35,3% 14,7% 23,5% 17,6% 26,5% 32,4% 17,6% 32,4% 29,4% 29,4% 20,6% 20,6% 38,2% 23,5% 11,8% 26,5% groen water bebouwing parkeren Wat vindt men belangrijk? (4) Alle wijken 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 27,0% 12,4% 13,9% 46,7% 13,1% 24,8% 45,3% 23,4% 32,8% 22,6% 36,5% 29,9% 18,2% 16,8% 21,2% 15,3% wonen aan water vijvers recreatieplas water in de buurt Deelplan 5 - Morgenweide 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 5,4% 18,9% 8,1% 29,7% 32,4% 43,2% 21,6% 51,4% 48,6% 16,2% 27,0% 18,9% 21,6% 35,1% 10,8% 10,8% wonen aan water vijvers recreatieplas water in de buurt

109 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 21,2% 15,2% 22,7% 40,9% 19,7% 30,3% 27,3% 9,1% 22,7% 24,2% 50,0% 47,0% 25,8% 7,6% 19,7% 16,7% wonen aan water vijvers recreatieplas water in de buurt Deelplan 10 - Waterbuurt ,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 17,6% 14,7% 20,6% 47,1% 8,8% 50,0% 38,2% 2,9% 38,2% 14,7% 23,5% 23,5% 35,3% 35,3% 11,8% 17,6% wonen aan water vijvers recreatieplas water in de buurt Wat vindt men belangrijk? (5) Alle wijken 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 15,8% 12,2% 10,1% 18,7% 23,7% 61,9% 48,2% 28,1% 44,6% 9,4% 21,6% 5,8% 41,0% 14,4% 23,0% 21,6% groene omgeving privé tuin park groen in de buurt ,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% Deelplan 5 - Morgenweide 13,2% 5,3% 13,2% 26,3% 21,1% 50,0% 68,4% 31,6% 44,7% 15,8% 2,6% 7,9% 36,8% 21,1% 21,1% 21,1% groene omgeving privé tuin park groen in de buurt

110 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% Deelplan 8 - Boswijk 13,4% 11,9% 7,5% 14,9% 25,4% 50,7% 67,2% 25,4% 46,3% 26,9% 9,0% 1,5% 47,8% 9,0% 22,4% 20,9% groene omgeving privé tuin park groen in de buurt Deelplan 10 - Waterbuurt ,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 11,8% 23,5% 20,6% 44,1% 23,5% 17,6% 41,2% 17,6% 29,4% 41,2% 17,6% 11,8% 17,6% 26,5% 32,4% 23,5% groene omgeving privé tuin park groen in de buurt Wat vindt men belangrijk? (6) Alle wijken 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 26,4% 14,3% 33,6% 25,7% 23,6% 25,0% 20,0% 31,4% 19,3% 20,0% 34,3% 26,4% 30,7% 26,4% 26,4% 16,4% openbaar vervoer autowegen wandelpaden fietspaden Deelplan 5 - Morgenweide 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 10,5% 21,1% 31,6% 36,8% 28,9% 31,6% 18,4% 21,1% 21,1% 13,2% 42,1% 23,7% 28,9% 28,9% 18,4% 23,7% openbaar vervoer autowegen wandelpaden fietspaden

111 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 27,9% 32,4% 14,7% 25,0% 27,9% 23,5% 19,1% 29,4% 29,4% 17,6% 22,1% 30,9% 26,5% 22,1% 36,8% 14,7% openbaar vervoer autowegen wandelpaden fietspaden Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 17,6% 32,4% 17,6% 32,4% 20,6% 11,8% 32,4% 20,6% 23,5% 35,3% 35,3% 41,2% 32,4% 20,6% 14,7% 11,8% openbaar vervoer autowegen wandelpaden fietspaden Wat vindt men belangrijk? (7) Alle wijken 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 12,3% 9,4% 29,7% 15,9% 48,6% 36,2% 22,5% 26,8% 29,0% 25,4% 31,2% 44,9% 13,0% 18,8% 13,0% 23,2% school kinderdagverblijf winkels zorgcentrum ,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% Deelplan 5 - Morgenweide 13,2% 7,9% 23,7% 15,8% 18,4% 55,3% 44,7% 28,9% 42,1% 21,1% 13,2% 42,1% 15,8% 34,2% 15,8% 7,9% school kinderdagverblijf winkels zorgcentrum

112 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% Deelplan 8 - Boswijk 39,4% 24,2% 9,1% 15,2% 19,7% 43,9% 7,6% 28,8% 31,8% 47,0% 21,2% 56,1% 12,1% 15,2% 12,1% 16,7% school kinderdagverblijf winkels zorgcentrum ,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% Deelplan 10 - Waterbuurt 17,6% 17,6% 14,7% 23,5% 17,6% 50,0% 41,2% 29,4% 38,2% 17,6% 20,6% 11,8% 29,4% 26,5% 20,6% 23,5% school kinderdagverblijf winkels zorgcentrum Wat vindt men belangrijk? (8) Alle wijken 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 30,0% 39,3% 15,0% 15,7% 22,1% 16,4% 28,6% 25,0% 27,9% 32,9% 28,6% 18,6% 35,0% 42,9% 12,9% 9,3% parkeren groen speelplantsoen water Deelplan 5 - Morgenweide 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 5,3% 21,1% 31,6% 42,1% 15,8% 15,8% 31,6% 26,3% 42,1% 28,9% 18,4% 21,1% 34,2% 47,4% 13,2% 5,3% parkeren groen speelplantsoen water

113 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 26,5% 7,4% 16,2% 50,0% 30,9% 14,7% 29,4% 26,5% 30,9% 25,0% 30,9% 11,8% 30,9% 42,6% 13,2% 13,2% parkeren groen speelplantsoen water Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 23,5% 26,5% 23,5% 26,5% 29,4% 11,8% 38,2% 20,6% 20,6% 14,7% 35,3% 29,4% 44,1% 38,2% 11,8% 5,9% parkeren groen speelplantsoen water Wat vindt men belangrijk? (9) Alle wijken 100,0% 80,0% 12,3% 13,8% 23,2% 21,7% 39,9% 34,1% ,0% 40,0% 20,0% 0,0% 35,5% 34,1% 26,8% 15,9% 28,3% 14,5% 29,0% 30,4% 17,4% 23,2% speelplantsoen plek voor jongeren openbaar groen parkeren 2 1 Deelplan 5 - Morgenweide 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 13,2% 15,8% 26,3% 18,4% 18,4% 44,7% 34,2% 36,8% 36,8% 26,3% 23,7% 5,3% 34,2% 28,9% 13,2% 23,7% speelplantsoen plek voor jongeren openbaar groen parkeren

114 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 12,1% 12,1% 30,3% 24,2% 21,2% 45,5% 27,3% 34,8% 36,4% 27,3% 21,2% 7,6% 28,8% 30,3% 19,7% 21,2% speelplantsoen plek voor jongeren openbaar groen parkeren Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 11,8% 14,7% 29,4% 26,5% 26,5% 44,1% 32,4% 38,2% 26,5% 14,7% 23,5% 11,8% 23,5% 32,4% 17,6% 26,5% speelplantsoen plek voor jongeren openbaar groen parkeren Wat vindt men belangrijk? (10) Alle wijken 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 12,9% 19,4% 33,1% 34,5% 27,3% 16,5% 25,2% 17,3% 30,9% 17,3% 43,9% 46,8% 21,6% 24,5% 15,8% 12,9% rust contact met buren levendigheid privacy ,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% Deelplan 5 - Morgenweide 2,6% 21,1% 36,8% 36,8% 39,5% 13,2% 23,7% 18,4% 18,4% 36,8% 26,3% 21,1% 47,4% 23,7% 26,3% 7,9% rust contact met buren levendigheid privacy

115 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 34,3% 17,9% 19,4% 28,4% 23,9% 16,4% 25,4% 44,8% 16,4% 16,4% 34,3% 25,4% 11,9% 47,8% 22,4% 14,9% rust contact met buren levendigheid privacy Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 26,5% 14,7% 17,6% 20,6% 20,6% 41,2% 29,4% 17,6% 29,4% 50,0% 17,6% 44,1% 14,7% 26,5% 14,7% 14,7% rust contact met buren levendigheid privacy Wat vindt men belangrijk? (11) Alle wijken 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 10,7% 11,4% 17,9% 60,0% 31,4% 35,7% 21,4% 19,3% 11,4% 35,7% 37,1% 7,9% 41,4% 20,7% 22,1% 15,7% veilige buurt goede buren schone buurt groene buurt Deelplan 5 - Morgenweide 100,0% 80,0% 60,0% 40,0% 20,0% 0,0% 5,3% 18,4% 13,2% 23,7% 10,5% 63,2% 18,4% 47,4% 42,1% 18,4% 57,9% 7,9% 10,5% 28,9% 31,6% 2,6% veilige buurt goede buren schone buurt groene buurt

116 Deelplan 8 - Boswijk 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 10,3% 8,8% 17,6% 23,5% 63,2% 36,8% 27,9% 39,7% 19,1% 11,8% 33,8% 7,4% 17,6% 19,1% 27,9% 35,3% veilige buurt goede buren schone buurt groene buurt Deelplan 10 - Waterbuurt 100,0% 90,0% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 17,6% 8,8% 23,5% 50,0% 29,4% 47,1% 20,6% 2,9% 8,8% 32,4% 20,6% 38,2% 20,6% 38,2% 5,9% 35,3% veilige buurt goede buren schone buurt groene buurt

117 Zijn de bewoners tevreden met de woonsituatie? Woon naar mijn zin Valid In woon naar mijn zin in de buurt? Frequency Percent Valid Percent Cumulative Percent helemaal mee oneens 2 1,1 1,2 1,2 oneens 9 5,1 5,3 6,5 neutraal 18 10,3 10,7 17,2 eens 62 35,4 36,7 53,8 helemaal mee eens 78 44,6 46,2 100,0 Total ,6 100,0 Missing System 6 3,4 Total ,0 Case Processing Summary Ik woon naar mijn zin in de buurt? * In welke buurt woont u? Cases Valid Missing Total N Percent N Percent N Percent 169 1,0 6, ,0-40 -

118 In woon naar mijn zin in de buurt? Count Ik woon naar mijn zin in de buurt? Total Chi-Square Tests In welke buurt woont u? Morgenweide Boswijk Waterbuurt Total helemaal mee oneens oneens neutraal eens helemaal mee eens Value df Asymp. Sig. (2-sided) Pearson Chi-Square 27,243 8,001 Likelihood Ratio 26,920 8,001 Linear-by-Linear,074 1,786 Association N of Valid Cases 169 Woont u naar uw zin? 100% 90% 80% 70% 35% 63% 31% 46% helemaal mee eens eens 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 42% 46% 37% 28% 9% 23% 11% 11% 4% 3% 0% 3% 0% 4% 5% 1% Morgenweide Boswijk Waterbuurt Totaal neutraal oneens helemaal mee oneens

119 Tevreden met de woning Valid Ik ben tevreden met mijn woning? Frequency Percent Valid Percent Cumulativ e Percent helemaal mee 3 1,7 1,8 1,8 oneens oneens 4 2,3 2,4 4,1 neutraal 13 7,4 7,6 11,8 eens 64 36,6 37,6 49,4 helemaal mee 86 49,1 50,6 100,0 eens Total ,1 100,0 Missing System 5 2,9 Total ,0 Case Processing Summary Ik ben tevreden met mijn woning? * In welke buurt woont u? Cases Valid Missing Total N Percent N Percent N Percent 170 1,0 5, ,0-42 -

120 Ik ben tevreden met mijn woning? Count In welke buurt woont u? Ik ben tevreden met mijn woning? Total Morgenweide Boswijk Waterbuurt Total helemaal mee oneens oneens neutraal eens helemaal mee eens Chi-Square Tests Value df Asymp. Sig. (2-sided) Pearson Chi-Square 24,360 8,002 Likelihood Ratio 27,139 8,001 Linear-by-Linear 8,995 1,003 Association N of Valid Cases 170 Bent u tevreden met uw woning 100% 90% 80% 70% 52% 64% 29% 51% helemaal mee eens eens 60% neutraal 50% 45% oneens 40% 30% 37% 38% helemaal mee oneens 20% 33% 16% 10% 0% 9% 6% 8% 0% 2% 0% 1% 4% 2% 2% Morgenweide Boswijk Waterbuurt Totaal

121 Tevreden met de buurt Valid Ik ben tevreden met de kwaliteit van de buurt? Valid Frequency Percent Percent Cumulativ e Percent helemaal mee 6 3,4 3,6 3,6 oneens oneens 19 10,9 11,2 14,8 neutraal 28 16,0 16,6 31,4 eens 63 36,0 37,3 68,6 helemaal mee eens 53 30,3 31,4 100,0 Total ,6 100,0 Missing System 6 3,4 Total ,0 Case Processing Summary Ik ben tevreden met de kwaliteit van de buurt? * In welke buurt woont u? Cases Valid Missing Total N Percent N Percent N Percent 169 1,0 6, ,0-44 -

Marktonderzoek Waterrijk

Marktonderzoek Waterrijk Marktonderzoek Waterrijk Almelo Amersfoort, 30 juli 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 1.1 Aanleiding van het onderzoek 2 1.2 Onderzoeksvraag 2 1.3 Methode 2 2 Beoordeling plan Waterrijk 3 2.1 Waterrijk

Nadere informatie

Recreatieve woonmilieus in Almere. Erik van Marissing, Mei 2002

Recreatieve woonmilieus in Almere. Erik van Marissing, Mei 2002 Erik van Marissing, Mei 2002 Opbouw van de presentatie Doelstellingen en Probleemstelling Onderzoeksvragen en Afbakening van het onderzoeksgebied Definitie van een recreatief woonmilieu De meerwaarde van

Nadere informatie

DE STURING OP RUIMTELIJKE KWALITEIT IN DE ONTWIKKELING VAN NIEUWBOUWWIJKEN. 22 juni P5 - Roelof Achterveld

DE STURING OP RUIMTELIJKE KWALITEIT IN DE ONTWIKKELING VAN NIEUWBOUWWIJKEN. 22 juni P5 - Roelof Achterveld DE STURING OP RUIMTELIJKE KWALITEIT IN DE ONTWIKKELING VAN NIEUWBOUWWIJKEN 22 juni 2016 Inhoud 2 Aanleiding Probleemstelling Onderzoeksvragen Onderzoeksmethoden Beoogde resultaten Bevindingen Literatuurstudie

Nadere informatie

Aanleiding. Inleiding

Aanleiding. Inleiding Aanleiding De beweegreden van ons onderzoek is de huidige kritiek op de Vinex - wijk, geuit door verschillende betrokken organisaties binnen het bouwproces. Ons doel is hierbij het in kaart brengen van

Nadere informatie

Woonmilieus. Stedelijke woonmilieus

Woonmilieus. Stedelijke woonmilieus Woonmilieus Voor de indeling in woonmilieus wordt om praktische redenen aangesloten bij de bestaande indeling van ABF. Deze indeling kent een typering in vijf verschillende woonmilieus, met een verfijning

Nadere informatie

Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte

Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte Stap 1 van de Ladder voor Duurzame Verstedelijking schrijft voor dat een stedelijke ontwikkeling past binnen de regionale behoefte. Provincie

Nadere informatie

Figuren 8 Tabellen 9 Boxen 10 Foto s 11. Voorwoord 13

Figuren 8 Tabellen 9 Boxen 10 Foto s 11. Voorwoord 13 Inhoud Figuren 8 Tabellen 9 Boxen 10 Foto s 11 Voorwoord 13 1 Introductie 15 1.1 Inleiding 15 1.2 Het Vinex-beleid 17 1.3 De rol van private partijen 21 1.4 PPS een self-fulfilling prophecy? 24 1.5 Waarom

Nadere informatie

GEBIEDEN. 4 havo 3 Stedelijke gebieden 4-5

GEBIEDEN. 4 havo 3 Stedelijke gebieden 4-5 GEBIEDEN 4 havo 3 Stedelijke gebieden 4-5 Probleemwijken Groot aandeel sociale huurwoningen Slechte kwaliteit woonomgeving Afname aantal voorzieningen Toename asociaal gedrag Sociale en etnische spanningen

Nadere informatie

Wijkvisie. Dubbeldam. Dordrecht. december Inleiding. Dubbeldam

Wijkvisie. Dubbeldam. Dordrecht. december Inleiding. Dubbeldam Wijkvisie Dubbeldam Dordrecht december 2014 1 Inleiding Missie Trivire Trivire wil als woningcorporatie van betekenis zijn voor mensen. Dat is onze missie. We zorgen voor goed onderhouden woningen in schone,

Nadere informatie

Onderzoek Digipanel: Structuurvisie

Onderzoek Digipanel: Structuurvisie Versie definitief Datum juli 9 () Onderzoek Digipanel: Structuurvisie Auteur Tineke Brouwers Het elfde onderzoek Op mei 9 kregen alle panelleden van dat moment ( personen) een e-mail met de vraag of zij

Nadere informatie

Bijlage 1: Woningbouwprogramma Dommelkwartier en relatie Lage Heide. 2010-2020 Segment Nieuwbouw Sloop Verkoop Totaal

Bijlage 1: Woningbouwprogramma Dommelkwartier en relatie Lage Heide. 2010-2020 Segment Nieuwbouw Sloop Verkoop Totaal Bijlage 1: Woningbouwprogramma Dommelkwartier en relatie Lage Heide Volgens de laatste Provinciale Prognose (2011) bedraagt de woningbouw behoefte in Valkenswaard een netto toevoeging van 1.230 woningen

Nadere informatie

25 juni 2015 Dorpsraad Waarland Bouwend Waarland Waarland Bouwt Zelf

25 juni 2015 Dorpsraad Waarland Bouwend Waarland Waarland Bouwt Zelf Onderzoek woningbehoefte Waarland 2015 25 juni 2015 Dorpsraad Waarland Bouwend Waarland Waarland Bouwt Zelf 1 Inleiding 1.1 Inleiding De gemeente Schagen wil haar toekomstig woningbouwprogramma inrichten

Nadere informatie

Maastricht Belvédère. Nota Ruimte budget 10 miljoen euro

Maastricht Belvédère. Nota Ruimte budget 10 miljoen euro Maastricht Belvédère Nota Ruimte budget 10 miljoen euro Planoppervlak 56 hectare (als onderdeel van 280 hectare herstructurering oude bedrijventerreinen) Trekker Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT 4. Doetinchem, 30 mei 2007 ALDUS VASTGESTELD 7 JUNI 2007. Dynamische woningmarktscan

Aan de raad AGENDAPUNT 4. Doetinchem, 30 mei 2007 ALDUS VASTGESTELD 7 JUNI 2007. Dynamische woningmarktscan Aan de raad AGENDAPUNT 4 ALDUS VASTGESTELD 7 JUNI 2007 Dynamische woningmarktscan Voorstel: 1. De Dynamische woningmarktscan als beleidskader vaststellen. 2. De volgende uitgangspunten voor het woningbouwprogramma

Nadere informatie

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013 Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013 In de periode half mei/ begin juli 2013 heeft USP Marketing Consultancy in opdracht van Volkshuisvesting opnieuw een bewonersonderzoek gedaan naar de tevredenheid

Nadere informatie

WoonOnderzoek2012 & Grote WoonTest Haaglanden

WoonOnderzoek2012 & Grote WoonTest Haaglanden WoonOnderzoek2012 & Grote WoonTest Haaglanden Opvallend(st)e uitkomsten en gebruik Toelichting na AB Haaglanden 27-11-2013 WoON12 & GWT Haaglanden Opbouw bijeenkomst: Inleiding en samenvatting uitkomsten

Nadere informatie

WOONVISIE VELSEN 2040

WOONVISIE VELSEN 2040 WOONVISIE VELSEN 2040 28 Februari vond een bijeenkomst plaats met raadsleden en inwoners over de nieuwe Woonvisie. Het eerste deel bestond uit een informatiemarkt, waarbij uitleg en achtergronden gegeven

Nadere informatie

Stadsagenda Vlaardingen

Stadsagenda Vlaardingen Stadsagenda Vlaardingen In Vlaardingen is het prettig wonen Percentage dat het (zeer) eens is met de volgende stellingen: 51% stad voor jonge gezinnen Wat voor stad is Vlaardingen? groene stad 80% 60%

Nadere informatie

16 april 2007. Schetsdag Zwarte Hond Kristal project Loevesteinlaan II

16 april 2007. Schetsdag Zwarte Hond Kristal project Loevesteinlaan II 16 april 2007 Schetsdag Zwarte Hond Kristal project Loevesteinlaan II ? het stedenbouwkundig model dat integraal antwoord is op WONEN AAN HET ZUIDERPARK op basis van uitgangspunten van KRISTAL !? Ontwerp

Nadere informatie

Veluwse Poort in beeld. Een onderzoek naar de bekendheid en beeldvorming van Veluwse Poort

Veluwse Poort in beeld. Een onderzoek naar de bekendheid en beeldvorming van Veluwse Poort Veluwse Poort in beeld Een onderzoek naar de bekendheid en beeldvorming van Veluwse Poort INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1. Aanleiding... 2 1.2. Doel van het onderzoek... 2 1.3. Probleemstelling...

Nadere informatie

Aanleiding en vraagstelling Eigen tekst AM is bezig met de ontwikkeling van het gebied Hernesseroord in Middelharnis, Zeeland.

Aanleiding en vraagstelling Eigen tekst AM is bezig met de ontwikkeling van het gebied Hernesseroord in Middelharnis, Zeeland. 1 Doelgroepanalyse Middelharnis Hernesseroord Auteur: Marieke Ruijzing Datum: 3 april 2018 Aanleiding en vraagstelling Eigen tekst AM is bezig met de ontwikkeling van het gebied Hernesseroord in Middelharnis,

Nadere informatie

Resultaten peiling Enschedepanel Woonwensen en bouwkavels

Resultaten peiling Enschedepanel Woonwensen en bouwkavels Resultaten peiling Enschedepanel Woonwensen en bouwkavels Inleiding Onder de leden van het EnschedePanel is in maart/april 2017 een enquête gehouden. Deze vragenlijst is ook opengesteld voor niet-leden.

Nadere informatie

Samenvatting Regionaal Woningbehoefteonderzoek 2015 Gemeente Culemborg

Samenvatting Regionaal Woningbehoefteonderzoek 2015 Gemeente Culemborg Samenvatting Regionaal Woningbehoefteonderzoek 2015 Gemeente Culemborg Inleiding Op 12 mei 2015 is het regionale Woningbehoefteonderzoek (WBO) vrij gegeven. Dit WBO biedt input voor de lokale woonvisie.

Nadere informatie

1 Amsterdam, de opbouw van een stad

1 Amsterdam, de opbouw van een stad 1 Amsterdam, de opbouw van een stad 1 2 a Met de handel in specerijen in Oost-Indië. b Er waren nog geen moderne vervoermiddelen dus moesten de arbeiders naar de fabriek lopen. c Er kwamen regels voor

Nadere informatie

Retaining Rotterdam s Elites

Retaining Rotterdam s Elites Retaining Rotterdam s Elites P5 presentatie Arjan Koster, 18 januari 2011 Inhoud van de presentatie INTRODUCTIE METHODIEK LITERATUUR ONDERZOEK PRAKTISCH ONDERZOEK CONCLUSIES & DISCUSSIE Inhoud van de presentatie

Nadere informatie

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 In de Eemsdelta zijn verschillende ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de leefbaarheid.

Nadere informatie

SAMENVATTING SAMENVATTING

SAMENVATTING SAMENVATTING SAMENVATTING Hoe waardeert en beleeft de Nederlandse bevolking de ruimtelijke kwaliteit van haar leefomgeving? Deze nulmeting van de Belevingswaardenmonitor Nota Ruimte beschrijft hoe aantrekkelijk Nederlanders

Nadere informatie

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. 9. Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent.

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. 9. Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent. Raadsvoorstel Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent. AGENDAPUNT NO. 9. AAN DE RAAD Samenvatting Vanuit het ministerie van Infrastructuur en Milieu is met

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Woningvoorraad en woningbehoefte in Nederland

Woningvoorraad en woningbehoefte in Nederland Wonen in Hilversum Woningvoorraad en woningbehoefte in Nederland De Nederlandse woningmarkt staat momenteel in het middelpunt van de belangstelling. Deze aandacht heeft vooral betrekking op de ordening

Nadere informatie

Ommetje Hazenkamp, 4 oktober 2014

Ommetje Hazenkamp, 4 oktober 2014 Ommetje Hazenkamp, 4 oktober 2014 Ik sta hier in twee hoedanigheden, als een wijkbewoner die deze wijk al kent vanaf 1967 en als voorzitter van de Stichting Hart voor Hazenkamp die zich ten doel stelt

Nadere informatie

Voor de actualisering en modernisering van de Edese Welstandsnota wordt voorgesteld drie thema's nader te uit te werken:

Voor de actualisering en modernisering van de Edese Welstandsnota wordt voorgesteld drie thema's nader te uit te werken: Gemeente Ede Memo Aan : Raadcommissie Ruimtelijke Ontwikkeling Van : College van burgemeester en wethouders Datum : 30 oktober 2012 Registratienummer : 727161 Opgesteld door : Rob Luca Bijlage : Werkschema

Nadere informatie

Groningers zetten zich in voor leefbaarheid in dorp of wijk

Groningers zetten zich in voor leefbaarheid in dorp of wijk Groningers zetten zich in voor leefbaarheid in dorp of wijk De samenleving verandert. Bewoners pakken steeds meer zelf op en gemeenten geven meer ruimte aan lokale bewonersinitiatieven (CMO STAMM, 2015).

Nadere informatie

Hidde Dirks b1372564

Hidde Dirks b1372564 Hidde Dirks b1372564 Strategie Kwetsbare wijk Capaciteiten scoren onvoldoende Sociaal aspect is voldoende COS Strategie COS COS Strategie COS Middel Aantrekken en vasthouden van hoger opgeleiden/koopkrachtige

Nadere informatie

Verhuisplannen en woonvoorkeuren

Verhuisplannen en woonvoorkeuren Verhuisplannen en woonvoorkeuren Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 Bevolkingsdaling ontstaat niet alleen door demografische ontwikkelingen, zoals ontgroening en vergrijzing of

Nadere informatie

Soulife Opdrachtgeverschap

Soulife Opdrachtgeverschap Soulife Opdrachtgeverschap Uw vragen? Collectief Particulier Opdrachtgeverschap: 566.000 hits Consumentgericht Bouwen: 7.290 hits Mede Opdrachtgeverschap: 4.850 hits Meervoudig Opdrachtgeverschap: 365

Nadere informatie

Kwalitatieve onderbouwing bestemmingsplan Groendijck-Oost

Kwalitatieve onderbouwing bestemmingsplan Groendijck-Oost Kwalitatieve onderbouwing bestemmingsplan Groendijck-Oost In deze notitie wordt het woningbouwprogramma dat met het bestemmingsplan De Groendijck- Oost, Driebruggen kan worden gerealiseerd, onderbouwd.

Nadere informatie

Handleiding voor de aanwijzing van zaken en terreinen als gemeentelijk monument en gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht

Handleiding voor de aanwijzing van zaken en terreinen als gemeentelijk monument en gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht Handleiding voor de aanwijzing van zaken en terreinen als gemeentelijk monument en gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht Inhoud Inleiding 3 Bovengrondse monumenten en beschermde stads- of dorpsgezichten

Nadere informatie

Park van buijsen pijnacker-nootdorp. Een bijzonder groene en waterrijke uitbreiding

Park van buijsen pijnacker-nootdorp. Een bijzonder groene en waterrijke uitbreiding Park van buijsen pijnacker-nootdorp Een bijzonder groene en waterrijke uitbreiding Plan Landschappelijke drager hoofdontsluiting * De van Buijsen De Scheggen wadi Zuidweg De Scheggen Plas van Buijsen waterstraat

Nadere informatie

DEEL F FIETSBALANS IN DRENTHE

DEEL F FIETSBALANS IN DRENTHE DEEL F FIETSBALANS IN DRENTHE 54 21 Inleiding De Fietsbalans is een onderzoek naar het fietsklimaat in de verschillende gemeentes in Nederland. Vanaf 2000 is de Fietsbalans in 123 gemeenten uitgevoerd,

Nadere informatie

Feiten over Zoetermeer IN VERGELIJKING MET ANDERE STEDEN

Feiten over Zoetermeer IN VERGELIJKING MET ANDERE STEDEN Feiten over Zoetermeer IN VERGELIJKING MET ANDERE STEDEN voorwoord 3 INWoNERS 4 BEvoLKINGSDICHtHEID 6 HUISHoUDENSGRoottE 8 HUISHoUDENS 10 WoNINGEN 12 SoCIALE HUURWoNINGEN 14 GEMIDDELDE WoNINGWAARDE 16

Nadere informatie

Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013

Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013 Verstedelijking & Infrastructuur Ruimteconferentie 2013 1 PBL project Verstedelijking & Infrastructuur Analyseren van verwachte knelpunten en kansen bij afstemming verstedelijking en infrastructuur Samenhang

Nadere informatie

4.0 De resultaten van het Enquête onderzoek

4.0 De resultaten van het Enquête onderzoek 4.0 De resultaten van het Enquête onderzoek 4.1 Wie hebben meegedaan aan de enquête? Aan het enquête onderzoek voor de structuurvisie van Hoogland hebben in totaal 408 inwoners van Hoogland meegedaan.

Nadere informatie

Nieuwbouwplan De Koekoek

Nieuwbouwplan De Koekoek Sprang-Capelle Nieuwbouwplan De Koekoek S Daar waar gemoedelijkheid, tevredenheid, wonen en werken, inspanning en ontspanning hand in hand gaan. Dát is wonen in de gemeente Sprang-Capelle, met de vele

Nadere informatie

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.3 BUURTONTWIKKELING 5.6. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. dorps. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.3 BUURTONTWIKKELING 5.6. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. dorps. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners Samenvatting DASHBOARD LEEFSTIJL 11% 29% 26% 34% TEVREDENHEID gemiddelde score 7.3 BUURTONTWIKKELING gemiddelde 5.6 score afg. 4 jaar IMAGOSCORE 72 V IMAGOSCORE niet 60 V AANBEVELING OM TE WONEN 7.4 V

Nadere informatie

snel dan voorzien. In de komende jaren zal, afhankelijk van de (woning)marktontwikkeling/

snel dan voorzien. In de komende jaren zal, afhankelijk van de (woning)marktontwikkeling/ 2 Wonen De gemeente telt zo n 36.000 inwoners, waarvan het overgrote deel in de twee kernen Hellendoorn en Nijverdal woont. De woningvoorraad telde in 2013 zo n 14.000 woningen (exclusief recreatiewoningen).

Nadere informatie

Verdichting. binnen het bestaand bebouwd gebied. 19 april 2011 Kersten Nabielek

Verdichting. binnen het bestaand bebouwd gebied. 19 april 2011 Kersten Nabielek Verdichting binnen het bestaand bebouwd gebied 1 PBL studie verdichting Planning: afronding zomer 2011 Personen: Kersten Nabielek Maarten Piek Auke Vlonk Arjan Harbers Marnix Breedijk Sanne Boschman Hans

Nadere informatie

BELEIDSREGEL SOCIALE WONINGBOUW

BELEIDSREGEL SOCIALE WONINGBOUW BELEIDSREGEL SOCIALE WONINGBOUW Gemeente Zoeterwoude Vastgesteld door college: 28 maart 2017 Vastgesteld door gemeenteraad: Gemeente Zoeterwoude Beleidsregel sociale woningbouw 2 Aanleiding In 2010 heeft

Nadere informatie

2 Stedenbouwkundig kader

2 Stedenbouwkundig kader 2 Stedenbouwkundig kader Oude situatie Stedenbouwkundig plan Profielen Geluid Parkeren 5 Oude situatie DEELGEBIED WEST GEBIEDEN BESTAAND BOS BESTAAND BOS - WAARDEVOL DEELGEBIED OOST BESTAANDE BEBOUWING

Nadere informatie

DPN/Laddering-vragenlijst

DPN/Laddering-vragenlijst DPN/Laddering-vragenlijst Beginpagina In dit deel van de vragenlijst wordt uw ideale en uw minimale woonprofiel vastgesteld. Tevens vragen we waarom u een voorkeur heeft voor bepaalde kenmerken van de

Nadere informatie

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2016

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Rosmalen zuid Het stadsdeel Rosmalen ligt ten oosten van de rijksweg A2 en bestaat uit Rosmalen zuid en Rosmalen noord. Het oorspronkelijke zanddorp Rosmalen is vanaf eind jaren

Nadere informatie

Enquête Revitalisering Bedrijventerrein Overvecht. Rapportage. Uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht

Enquête Revitalisering Bedrijventerrein Overvecht. Rapportage. Uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht Enquête Revitalisering Bedrijventerrein Overvecht Rapportage Uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht Uitgevoerd door: ETIN Adviseurs s-hertogenbosch, mei 2009 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 1.1 Populatie

Nadere informatie

COLLIERS INTERNATIONAL OFFICE REVIEW 2014

COLLIERS INTERNATIONAL OFFICE REVIEW 2014 1 Kosten, bereikbaarheid, aantal parkeerplaatsen en het imago van het bedrijf zijn veelal de factoren die vastgoedbeslissers bij de keuze voor een kantoorpand meenemen en het zijn allemaal factoren die

Nadere informatie

Straten in Groningen

Straten in Groningen Straten in Groningen Laura de Jong Januari 2017 Marjolein Kolstein www.os-groningen.nl Inhoud Inhoud... 1 Samenvatting... 2 1. Inleiding... 3 2. Resultaten... 4 2.1 Verschillende groepen... 4 2.2 Tevredenheid

Nadere informatie

Nijmegen Waalfront Trekker Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Nijmegen Waalfront Trekker Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Nota Ruimte budget 25 miljoen euro Planoppervlak 33 hectare Nijmegen Waalfront Trekker Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Synergie tussen stad en water De directe ligging

Nadere informatie

Eindexamen aardrijkskunde havo 2001-I

Eindexamen aardrijkskunde havo 2001-I Bij elke vraag is aangegeven welke bron(nen) en atlaskaart(en) nodig zijn voor de beantwoording. Migratie en Vervoer De vragen 1 tot en met 4 gaan over migratie en ruimtelijke inrichting. bron 1 Migratie

Nadere informatie

Slecht Voldoende Goed Weet niet Wat vindt u van de gezondheid- en zorgvoorzieningen 4% 36% 56% 4% Wat vindt u van het aanbod aan gezondheid- en

Slecht Voldoende Goed Weet niet Wat vindt u van de gezondheid- en zorgvoorzieningen 4% 36% 56% 4% Wat vindt u van het aanbod aan gezondheid- en Enquête Schuytgraaf Bewoners van Schuytgraaf hebben de enquête ingevuld. In totaal waren er 144 respondenten. Hieronder vind je de belangrijkste conclusies en opmerkingen die uit de enquête naar voren

Nadere informatie

Woonvisie in t kort 10

Woonvisie in t kort 10 10 Woonvisie in t kort Utrecht is een aantrekkelijke stad om te wonen en te werken. Daarom is de druk op de woningmarkt groot. Deze druk zal de komende jaren blijven waardoor veel doelgroepen niet de woning

Nadere informatie

Woningbouwlocaties Oosterhout

Woningbouwlocaties Oosterhout Woningbouwlocaties Oosterhout Maak even een stap terug in de tijd en beredeneer zoals de provinciebestuurders/stadbestuurders toendertijd (1990) redeneerde op het feit dat er in 20 jaar tijd 4500 woningen

Nadere informatie

Monitor Leerdamse woningmarkt 2006

Monitor Leerdamse woningmarkt 2006 Monitor Leerdamse woningmarkt 2006 1. Inleiding Bij de vaststelling van de beleidsnota Volkshuisvesting 2005 2010 door de gemeenteraad op 14 april 2005 zijn een aantal conclusies getrokken die kenmerkend

Nadere informatie

3. Minder tevreden over het wonen

3. Minder tevreden over het wonen 3. Minder tevreden over het wonen zijn minder tevreden over hun woning en hun woonomgeving dan autochtonen. Zij wonen in kwalitatief minder goede woningen en moeten met meer mensen de beschikbare ruimte

Nadere informatie

TEVREDENHEID gemiddelde score 6.9 BUURTONTWIKKELING 5.9. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. ruimte. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners

TEVREDENHEID gemiddelde score 6.9 BUURTONTWIKKELING 5.9. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. ruimte. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners Samenvatting DASHBOARD LEEFSTIJL 14% 27% 26% 32% TEVREDENHEID gemiddelde score 6.9 BUURTONTWIKKELING gemiddelde 5.9 score afg. 4 jaar IMAGOSCORE 65 V IMAGOSCORE niet 59 V AANBEVELING OM TE WONEN 6.8 V

Nadere informatie

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.0 BUURTONTWIKKELING 5.9. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. veilig. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.0 BUURTONTWIKKELING 5.9. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. veilig. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners Samenvatting DASHBOARD LEEFSTIJL 16% 28% 2 34% TEVREDENHEID gemiddelde score 7.0 BUURTONTWIKKELING gemiddelde score afg. 4 jaar IMAGOSCORE 64 V IMAGOSCORE niet 61 V AANBEVELING OM TE WONEN 6.6 V VERHUIZEN

Nadere informatie

Veelgestelde vragen over nieuwbouwwijk Vijfakkers-Noord

Veelgestelde vragen over nieuwbouwwijk Vijfakkers-Noord Veelgestelde vragen over nieuwbouwwijk Vijfakkers-Noord 18 en 20 september 2012 Algemeen Wat wordt er ontwikkeld in de nieuwbouwwijk Vijfakkers-Noord? In de nieuwbouwwijk Vijfakkers-Noord worden circa

Nadere informatie

Verkoop Openbaar Groen

Verkoop Openbaar Groen Beleidsnotitie Verkoop Openbaar Groen [Concept - Versie] Datum: Januari 2014 Naam: Beleidsnotitie Verkoop Openbaar Groen, afdeling Omgeving Sectie: Openbaar Groen 1 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 3 1.1

Nadere informatie

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2016

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Rosmalen noord Het stadsdeel Rosmalen ligt ten oosten van de rijksweg A2 en bestaat uit Rosmalen zuid en Rosmalen noord. Het oorspronkelijke zanddorp Rosmalen is vanaf eind jaren

Nadere informatie

Leefbaarheid is mensenwerk. Leeuwarden, 21 maart 2013 Roosje van Leer, STAMM

Leefbaarheid is mensenwerk. Leeuwarden, 21 maart 2013 Roosje van Leer, STAMM Leefbaarheid is mensenwerk Leeuwarden, 21 maart 2013 Roosje van Leer, STAMM Programma Wat is leefbaarheid? Krimp en leefbaarheid Ontwikkelingen op het platteland Hoe meet je leefbaarheid? Wat is van invloed

Nadere informatie

Wijk- en buurtmonitor 2016 De Groote Wielen

Wijk- en buurtmonitor 2016 De Groote Wielen Wijk- en buurtmonitor 2016 De Groote Wielen In het oostelijk deel van s-hertogenbosch ligt, midden in de polder, een nieuwe woonwijk: de Groote Wielen. In totaal komen er ongeveer 4.350 woningen, daarvan

Nadere informatie

In totaal hebben 2.068 inwoners van de gemeente de enquête ingevuld. Een prachtig resultaat, waarvoor we iedereen hartelijk willen bedanken!

In totaal hebben 2.068 inwoners van de gemeente de enquête ingevuld. Een prachtig resultaat, waarvoor we iedereen hartelijk willen bedanken! Hoe vaak is de enquête ingevuld? In totaal hebben 2.068 inwoners van de gemeente de enquête ingevuld. Een prachtig resultaat, waarvoor we iedereen hartelijk willen bedanken! De enquête is vaak genoeg ingevuld

Nadere informatie

Enquête herinrichting Botenbuurt 2016

Enquête herinrichting Botenbuurt 2016 Enquête herinrichting Botenbuurt 2016 December 2016 Kenniscentrum MVS Gemeente Schiedam E n q u ê t e h e r i n r i c h t i n g B o t e n b u u r t P a g i n a 1 Inleiding De gemeente Schiedam voert in

Nadere informatie

Bijlage 8. Enquête. Analyse- en Oplossingsrichtingenfase MIRT-onderzoek Bereikbaarheid Rotterdam Den Haag

Bijlage 8. Enquête. Analyse- en Oplossingsrichtingenfase MIRT-onderzoek Bereikbaarheid Rotterdam Den Haag Bijlage 8 Enquête Analyse- en Oplossingsrichtingenfase MIRT-onderzoek Bereikbaarheid Rotterdam Den Haag documenttitel: BIJLAGE 8 ENQUÊTE ANALYSE- EN OPLOSSINGSRICHTINGENFASE MIRT-ONDERZOEK BEREIKBAARHEID

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Woningbouw Wilbertoord. Welkom. Woensdag 29 januari 2014 Gemeenschapshuis De Wilg

Informatiebijeenkomst Woningbouw Wilbertoord. Welkom. Woensdag 29 januari 2014 Gemeenschapshuis De Wilg Informatiebijeenkomst Woningbouw Wilbertoord Welkom Woensdag 29 januari 2014 Gemeenschapshuis De Wilg Visie Onderwerpen Woningbehoefte Locatie Moerboom III Stedenbouwkundig plan Beeldkwaliteit plan Duurzaamheid

Nadere informatie

Probleem- en doelstelling/oplossingen/effecten

Probleem- en doelstelling/oplossingen/effecten Aan de Gemeenteraad. Raadsvergadering : 25 maart 2010 Nummer :? Commissie : Commissie Grondgebied Portefeuillehouder : wethouder T. Kokke Afdeling : II-Bouwen en Wonen - Opsteller : M.Fopma Productiedatum

Nadere informatie

Openbare ruimte en groen

Openbare ruimte en groen Ruimtegebruik 259 Openbare ruimte en groen. Ruimtegebruik.2 Woonomgeving Amsterdam in cijfers 200 260 Openbare ruimte en groen Woningdichtheid per hectare bebouwd terrein, 200 veel meer dan gemiddeld (>

Nadere informatie

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting De begroting van de provincie Utrecht voor 2012 Een samenvatting Hoeveel gaat de provincie Utrecht in 2012 uitgeven? Waaraan en waarom? Dat leest u in deze samenvatting. U zult zien dat wij voor 2012 duidelijke

Nadere informatie

Voorstel ontwikkeling duurzaamheidsparagraaf Zoetermeer. 1. Inleiding

Voorstel ontwikkeling duurzaamheidsparagraaf Zoetermeer. 1. Inleiding Voorstel ontwikkeling duurzaamheidsparagraaf Zoetermeer 1. Inleiding Zoetermeer wil zich de komende jaren ontwikkelen tot een top tien gemeente qua duurzaam leefmilieu. In het programma duurzaam Zoetermeer

Nadere informatie

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.3 BUURTONTWIKKELING 6.2. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. gezellig. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.3 BUURTONTWIKKELING 6.2. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. gezellig. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners Samenvatting DASHBOARD LEEFSTIJL 29% 24% 30% TEVREDENHEID gemiddelde score 7.3 BUURTONTWIKKELING gemiddelde 6.2 score afg. 4 jaar IMAGOSCORE 71 V IMAGOSCORE niet 63 V AANBEVELING OM TE WONEN 7.2 V VERHUIZEN

Nadere informatie

Conferentie stedelijke herprogrammering woningbouw 23 juni 2011

Conferentie stedelijke herprogrammering woningbouw 23 juni 2011 Conferentie stedelijke herprogrammering woningbouw 23 juni 2011 De aanpak prof. mr. Friso de Zeeuw praktijkhoogleraar Gebiedsontwikkeling, TU Delft directeur Nieuwe Markten, Bouwfonds Ontwikkeling 1 Vermelding

Nadere informatie

Waarom dit onderzoek?

Waarom dit onderzoek? Waarom dit onderzoek? Een betere buurt in 2026! Woningstichting De Volmacht wil uw buurt vernieuwen en verbeteren en klaar maken voor de toekomst. Daarvoor is een allereerst goede analyse van uw buurt

Nadere informatie

Engelen. Wijk- en buurtmonitor 2016

Engelen. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Engelen De wijk Engelen ligt ten noordwesten van s-hertogenbosch. De wijk bestaat uit de dorpen Engelen en Bokhoven. Ook staat de wijk bekend om de kastelen. Engelen heeft zich

Nadere informatie

Stadjers over fietsen in Groningen. Een Stadspanelonderzoek

Stadjers over fietsen in Groningen. Een Stadspanelonderzoek B A S I S V O O R B E L E I D Stadjers over fietsen in Groningen Een Stadspanelonderzoek Onderzoek en Statistiek Groningen heeft als kernactiviteiten instrumentontwikkeling voor en uitvoering van beleidsgericht

Nadere informatie

Vragen/suggesties 2016 en antwoorden. Woningen

Vragen/suggesties 2016 en antwoorden. Woningen Locatie De Star Vragen/antwoorden nieuwbouw locatie De Star naar aanleiding van Inloopavond 23 februari 2017. De ontvangen reacties zijn in het overzicht van vraag en antwoord vooral feitelijk beantwoord.

Nadere informatie

Wonen. Basisinspanning. Ambities. Kansen. Voorkomen

Wonen. Basisinspanning. Ambities. Kansen. Voorkomen Basisinspanning Een evenwichtige bevolkingsopbouw, die in 2025 gegroeid is naar minimaal 25.000 inwoners. Voor iedere (toekomstige) inwoner moet een woning beschikbaar zijn die past in zijn/haar leefsituatie.

Nadere informatie

Waar winkelen de inwoners van de gemeente Ede? Een onderzoek op basis van 304 winkelmomenten

Waar winkelen de inwoners van de gemeente Ede? Een onderzoek op basis van 304 winkelmomenten Waar winkelen de inwoners van de gemeente? Een onderzoek op basis van 304 winkelmomenten In opdracht van de SGP Door Studentenpool Bestuurlijke Bedrijfskunde Academie Mens & Organisatie Christelijke Hogeschool

Nadere informatie

Zondag Ontwikkeling. Profiel. Over Zondag Ontwikkeling. ...gelooft in mogelijkheden, niet in beperkingen

Zondag Ontwikkeling. Profiel. Over Zondag Ontwikkeling. ...gelooft in mogelijkheden, niet in beperkingen Zondag Ontwikkeling...gelooft in mogelijkheden, niet in beperkingen Zondag Ontwikkeling is altijd op zoek naar betere oplossingen op het gebied van wonen en commercieel vastgoed. Ons streven is om snel

Nadere informatie

rhenen schets-museumkwartier deel 1

rhenen schets-museumkwartier deel 1 rhenen schets-museumkwartier deel 1 Opdrachtgever: Gemeente Rhenen Stedenbouwkundig ontwerp: Aad Trompert, Amersfoort Architectuur: Van Leeuwen Architecten, Veenendaal 2 mei 2011 rhenen museumkwartier

Nadere informatie

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.9 BUURTONTWIKKELING 6.0. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. mooi. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.9 BUURTONTWIKKELING 6.0. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. mooi. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners Samenvatting DASHBOARD LEEFSTIJL 16% 25% 26% 34% TEVREDENHEID gemiddelde score 7.9 BUURTONTWIKKELING gemiddelde 6.0 score afg. 4 jaar IMAGOSCORE 77 V IMAGOSCORE niet 61 V AANBEVELING OM TE WONEN 7.7 V

Nadere informatie

Openbare ruimte en groen

Openbare ruimte en groen Ruimtegebruik 245 Openbare ruimte en groen..2 Ruimtegebruik Woonomgeving Amsterdam in cijfers 203 246 Openbare ruimte en groen Stad wordt steeds drukker Amsterdam heeft een oppervlakte van 2.933 hectare.

Nadere informatie

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland)

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) De gemeente Berkelland vraagt voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied, Kieftendijk Haaksbergseweg

Nadere informatie

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.6 BUURTONTWIKKELING 6.3. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. dorps. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners

TEVREDENHEID gemiddelde score 7.6 BUURTONTWIKKELING 6.3. ASSOCIATIES top 3 bewoners. 1. rustig 2. natuur 3. dorps. ASSOCIATIES top 3 niet bewoners Samenvatting DASHBOARD LEEFSTIJL 8% 22% 32% 38% TEVREDENHEID gemiddelde score 7.6 BUURTONTWIKKELING gemiddelde 6.3 score afg. 4 jaar IMAGOSCORE 72 V IMAGOSCORE niet 59 V AANBEVELING OM TE WONEN 7.1 V VERHUIZEN

Nadere informatie

Reactienota concept geactualiseerd Woningbouwprogramma gemeente Harlingen

Reactienota concept geactualiseerd Woningbouwprogramma gemeente Harlingen Reactienota concept geactualiseerd Woningbouwprogramma 2016-2020 gemeente Harlingen In 2013 heeft de gemeenteraad de woonvisie voor de gemeente Harlingen voor de periode 2013 2020 vastgesteld. In de woonvisie

Nadere informatie

drenthe rapportage september 2016 leefbaarheid

drenthe rapportage september 2016 leefbaarheid kennis. onderzoek. advies drenthe rapportage september 2016 Hoe tevreden is het Drents panel over leven in Drenthe en hoe ervaren zij de gevolgen van bevolkingskrimp op de? vooraf Drenthe heeft te maken

Nadere informatie

PFM PFM Wonen 2016

PFM PFM Wonen 2016 PFM 2016 PFM Wonen 2016 Actualisering PFM Wonen Oss Verkenning, raadspodium Oss, maart 2017 PFM 2016 Wat is PFM? Ontwikkelingen 2010-2016 Woonwensonderzoek 2015 Eerste contouren Pfm 2016 PFM 2016 Wat is

Nadere informatie

Leefbaarheid en bevolkingskrimp: Groningers waarderen leefbaarheid positief, al zien ze wel achteruitgang

Leefbaarheid en bevolkingskrimp: Groningers waarderen leefbaarheid positief, al zien ze wel achteruitgang Leefbaarheid en bevolkingskrimp: Groningers waarderen leefbaarheid positief, al zien ze wel achteruitgang In de provincie Groningen bevinden zich drie krimpregio s: De Eemsdelta, De Marne en Oost- Groningen.

Nadere informatie

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Projectnummer: 10203 In opdracht van: Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer drs. Merijn Heijnen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

Opdracht Wijkanalyse/ Wijkdiagnose

Opdracht Wijkanalyse/ Wijkdiagnose Opdracht Wijkanalyse/ Wijkdiagnose 1. Maak een eerste oriëntatie van de wijk mbv. de Windshield survey (Bijlage 1) Ga eens wandelen door de wijk, kijk goed om je heen, spreek mensen aan. Luister goed naar

Nadere informatie

Vinex-uitleglocaties: op zoek naar differentiatie en particulier

Vinex-uitleglocaties: op zoek naar differentiatie en particulier Vinex-uitleglocaties: op zoek naar differentiatie en particulier opdrachtgeverschap Sandra Butter en Geurt Keers, RIGO Research en Advies Gepubliceerd in: Tijdschrift voor de Volkshuisvesting nr. 2, 2001

Nadere informatie

Fietsen in Groningen 2016

Fietsen in Groningen 2016 B A S I S V O O R B E L E I D Fietsen in Groningen 2016 Laura de Jong Onderzoek en Statistiek Groningen, april 2016 Fietsen in Groningen 2016 Inhoud 1. Inleiding 3 2. Fietsen in Groningen 2016 4 2.1 Respons

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag

Nadere informatie

De achterkant van de stad

De achterkant van de stad De achterkant van de stad 44 Terwijl de woningmarkt in de meeste steden van Nederland oververhit is, is dat meerendeels op het platteland niet het geval. Waar je voor de gemiddelde Nederlandse woningprijs

Nadere informatie