GEWESTELIJK RUIMTELIJK ONTWIKKELINGSPLAN GROP. G o e d g e k e u r d d o o r d e W a a l s e R e g e r i n g, o p 2 7 m e i

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GEWESTELIJK RUIMTELIJK ONTWIKKELINGSPLAN GROP. G o e d g e k e u r d d o o r d e W a a l s e R e g e r i n g, o p 2 7 m e i 1 9 9 9"

Transcriptie

1 GEWESTELIJK RUIMTELIJK ONTWIKKELINGSPLAN GROP G o e d g e k e u r d d o o r d e W a a l s e R e g e r i n g, o p 2 7 m e i

2 INHOUD Inleiding Definitie van het G.R.O.P Functies van het G.R.O.P Inhoud van het G.R.O.P Filosofie... 8 Algemene kenmerken van Wallonië DEEL EEN: ANALYSE VAN DE SITUATIE EN TRENDS VOOR DE TOEKOMST Inleiding Evoluties en trends op sociaal-economisch en ecologisch vlak 1.1. Sociaal-economische trends Ecologische trends Gebruik en mutaties van de gewestruimte en evolutie van de activiteiten 2.1. Evolutie van de urbanisatie Kenmerken van het woonmilieu Het woonmilieu De huisvesting Handelszaken en privédiensten Voorzieningen en openbare diensten Waterwinning en bodemontginning Waterwinning Bodemontginning Fysieke beperkingen en belangrijkste risico's Land- en bosbouw Landbouw Bosbouw Industriële activiteiten en tertiaire sector Toerisme en recreatie GROP Inhoudstafel - 1

3 3. Transportsysteem en technische voorzieningen 3.1. Transportsysteem Het transport van goederen en personen Het informatietransport Technische voorzieningen en netwerken De energienetwerken De afvalverwerking Natuurlijk en bouwkundig patrimonium Landschappen 4.1. Natuurlijk patrimonium Bouwkundig patrimonium Landschappen Wallonië op supraregionaal niveau Conclusie van de analyse DEEL TWEE: ONTWERP VOOR RUIMTELIJKE ONTWIKKELING 1. Doelstellingen en opties I. De Waalse ruimte structureren II. De supraregionale dimensie invoegen in de ruimtelijke ontwikkeling van Wallonië III. Transversale samenwerking opzetten IV. Beantwoorden aan de primordiale behoeften V. Bijdragen tot meer werk en meer welvaart VI. De toegankelijkheid tot het Waalse grondgebied verbeteren en de mobiliteit beheersen 125 VII. Het patrimonium opwaarderen en de hulpbronnen beschermen VIII.Alle actoren sensibiliseren en responsabiliseren Ontwerp van ruimtelijke structuur voor Wallonië 2.1. Ruimtelijke structuur op supraregionaal niveau Ontwerp van ruimtelijke structuur voor Wallonië DEEL DRIE : UITVOERING VAN HET PLAN I. Structureren van de Waalse ruimte 1. Ruimtelijke ordering door structurering Definiëren en uitvoeren van het ontwerp van ruimtelijke structuur voor Wallonië Concretiserenvan de doelstelling van het GROP dankzij de middelen voor ruimtelijke ordening, met name de herzieningen van het gewestplan Structureren van steden en dorpen Dagelijks beheer van het grondgebied teneinde dit te structureren Aanbrengen van oplossingen voor verloederde situaties II. Integreren van de supraregionale dimensie in de ruimtelijke ontwikkeling van Wallonie 1. Het verbeteren van openheid van Wallonië over zijn ruimtelijke context Inhoudstafel - GROP

4 2. Het erkennen van Wallonië als partner Het verzekeren van een actieve en efficiënte bijdrage aan de supraregionale dynamiek van ruimtelijke ontwikkeling III. Opstellen van transversale samenwerkingsverbanden 1. Aan ruimtelijke ordering de taak moeten toekennen om de ruimtelijke aspecten van de sectorgerichte beleidslijnen over te brengen en te integreren De nieuwe samenwerkingspraktijken moeten versterken om projecten te realiseren IV. Beantwoorden aan de primordiale behoeften 1. Verzekeren van een stralend leefklimaat Beantwoorden aan de behoeften inzake huisvesting Beantwoorden aan de behoeften aan winkels, voorzieningen en diensten Verzekeren van een kwaliteitsvoeding en beantwoorden aan de behoeften inzake drinkbaar Beschermen van de bevolking tegen de natuurlijke en technologische risico's V. Bijdragen tot het creeren van werkgelegenheid en rijkdommen 1. Ontwikkelen van de specifieke troeven van Wallonië met betrekking tot de supraregionale context Anticiperen op de behoeften van de economische ontwikkeling en het verzekeren van de condities voor het ontwikkelen van ondernemingen Gokken op onderzoek en innovatie Versterken en ontwikkelen van ketens van economische activiteit VI. Verbeteren van de toegankelijkheid van het Waalse grondgebied en beheren van de mobiliteit 1. Integreren van het gewest in de transeuropese netwerken Bijdragen tot de versterviging van de *ruimtelijke structuur van Beheersen van de mobiliteit met het oog op het bereiken van een evenwicht tussen het voldoen aan de vraag naar vervoer en het behoud van het leefklimaat Beheren van de mobiliteit in de stedelijke en landelijke gebieden VII. Opwaarderen van het patrimonium en beschermen van de rijkdommen 1. Opwaarderen en verrijken van het gebouwenpatrimonium Beschermen en ontwikkelen van het natuurpatrimonium in de optiek van *duurzame ontwikkeling van het Waalse Gewest Verbeteren van de integratie van de landschappelijke dimensie in de ordeningspraktijken Duurzaam beschermen en beheren van de rijkdommen VIII. Sensibiliseren en verantwoordelijk maken van alle betrokkenen 1. Bewustmaken van de burger van de uitdagingen die gekoppeld zijn aan het gebruik van de ruimte Organiseren van informatie en aangepaste opleidingen Ontwikkelen van informatieve acties Verantwoordelijk maken van de betrokkenen door adviesverlening en overleg Bijlage 1 Kaarten: gedetailleerde inhoud en bronnen... A.1 Bijlage 2 Lijst van woorden gebruikt in het GROP... A.5 Bijlage 3 Bibliografie...A.32 GROP Inhoudstafel - 3

5 INLEIDING Onmiddellijk na de regionalisatie, in 1980, legde het Waals Gewest de eerste grondslagen voor het "Gewestplan" dat er volgens de wetgeving op de ruimtelijke ordening zou moeten komen. Het onderhavige Gewestelijk Ruimtelijk Ontwikkelingsplan is bijgevolg het eindpunt van een langdurig rijpingsproces en talloze overlegrondes, en geeft de evolutie weer van de Waalse visie inzake territoriale ontwikkeling. zo goed mogelijk het aanwezige potentieel, ongeacht de aard daarvan (overheid of privé, collectief of individueel). Instemming en bewuste betrokkenheid zijn bijgevolg onmisbare voorwaarden voor het welslagen van een dergelijk proces. Een ontwikkelingsproces moet evolutief zijn. Het moet rekening houden met het opduiken van nieuwe behoeften en nieuwe mogelijkheden, wat impliceert dat het op gezette tijden geëvalueerd en zo nodig bijgestuurd wordt. De ontwikkeling moet bovendien "duurzaam" zijn. Het moet met andere woorden gericht zijn op de lange termijn, zodat het vermogen van toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien niet in het gedrang komt. DEFINITIE VAN HET GROP Volgens de eerste paragraaf van artikel 13 van het Waals Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium (WWROSP) formuleert het Gewestelijk Ruimtelijk Ontwikkelingsplan (GROP) "de opties inzake ordening en ontwikkeling voor het hele grondgebied van het Waals Gewest ". Enige toelichting bij de verschillende elementen van deze definitie is wellicht aangewezen. Een instrument voor ordening en ontwikkeling Ontwikkeling kan worden gedefinieerd als een toename van de levenskwaliteit, met andere woorden niet alleen een groei in economische zin, maar ook een groter sociaal en cultureel welzijn en een betere leefwereld. Ontwikkeling is bijgevolg van nature een transversaal en geïntegreerd gebeuren. Het overkoepelt, omvat en verenigt allerlei sectorspecifieke kwaliteiten en uiteenlopende actoren. In het kader van een ontwikkelingsproces hebben de vereisten inherent aan de ruimtelijke ordening voornamelijk te maken met de optimale lokalisatie voor de vooropgezette doelstellingen; anderzijds groepeert de ruimtelijke ordening de acties van de verschillende betrokken partijen. Elke ontwikkeling berust hoofdzakelijk op de middelen en de kennis van de bewoners van het grondgebied in kwestie. Ze exploiteert en valoriseert Een instrument voor strategische planning Zoals de naam al aangeeft is het GROP een "plan", met andere woorden een instrument dat om invulling vraagt. In tegenstelling tot andere plannen, die de ruimtelijke ordening in een keurslijf dwingen om beslissingen mogelijk te maken betreffende het bodemgebruik, wil het GROP een oriëntatiedocument zijn. Het moet een concept voor territoriale ontwikkeling belichamen en een strategie formuleren om dat concept te verwezenlijken. Het concept is geïnspireerd op de filosofie en de waarden van artikel 1 van het WWROSP. Hierin wordt het grondgebied van het Waals Gewest gedefinieerd als het gemeenschappelijk patrimonium van de inwoners, waarbij algemene principes voorop staan zoals duurzame ontwikkeling en sociale en economische samenhang. Vervolgens heeft dit artikel 1 het over meer specifieke principes voor ruimtelijke ordening, die de ruimtelijke vertaling zijn van de algemene principes: een kwalitatief beheer van de leefwereld, het spaarzaam beheer van de bodem en de bodemrijkdommen, de instandhouding en ontwikkeling van het cultureel, natuurlijk en landschappelijk patrimonium. Bezield door deze filosofische principes neemt het concept voor territoriale ontwikkeling dat wordt geformuleerd door het GROP de vorm aan van een aantal bij elkaar aansluitende doelstellingen en opties. Deze vertegenwoordigen de fundamentele keuzen van het Waals Gewest, de doelstellingen die moeten worden bereikt op het vlak van ontwikkeling en ordening. Om deze doelstellingen te realiseren heeft het Waals Gewest de beschikking over een aantal instrumenten. Sommige daarvan vallen onder de normatieve ordening, andere onder de operationele; sommige 4 - Inhoudstafel - GROP

6 zijn van toepassing op het hele grondgebied, andere op meer beperkte ruimten; sommige betreffen uitsluitend de overheid, andere richten zich tot meerdere actoren. De implementatie van deze instrumenten zal de richting uitgaan die wordt vastgelegd door de opties. Een instrument voor transversaliteit Bij de doelstellingen van het GROP zijn diverse sectoren van het ontwikkelingsproces betrokken. Sommige houden vanwege hun voor de hand liggende ruimtelijke implicaties rechtstreeks verband met de ruimtelijke ordening. We denken daarbij aan stedenbouw, huisvesting, transport, beheer van de rijkdommen, landbouw, toerisme, economische activiteiten. Andere, zoals het sociaal-culturele gebeuren, het onderwijs, de gezondheid of het wetenschappelijk en technologisch onderzoek, hebben minder te maken met het beheer van de ruimte maar zijn niettemin belangrijke aspecten van de kwaliteit van het leven. Naast het GROP is ook het *Milieuplan voor duurzame ontwikkeling( 1 ) een transversaal instrument dat de implicaties van verschillende beleidslijnen integreert. Het GROP verwijst ernaar. - Het Milieuplan voor duurzame ontwikkeling (MPDO) werd op 9 maart 1995 door de Waalse Regering goedgekeurd na raadpleging van de bevolking. Het somt een reeks doelstellingen op die worden gezien als de krachtlijnen en het referentiekader op weg naar het uiteindelijke doel; het plan preciseert voorts dat de reglementaire maatregelen die tijdens de uitvoeringsfase moeten worden getroffen, zullen worden opgenomen in de verschillende specifieke wetgevingen die van toepassing zijn in het Waals Gewest. Het Milieuplan voor duurzame ontwikkeling werd achteraf nader toegelicht door het Waals Afvalplan "Horizon 2010" - door de Waalse Regering goedgekeurd op 15 januari en door allerlei beheersplannen waaraan nog wordt gewerkt op het vlak van water, lucht, bodem en natuur. De Regering keurde inmiddels ook een programma goed voor de uitvoering van de Europese richtlijnen betreffende de behandeling van stedelijk afvalwater. Het GROP integreert ook de doelstellingen van de plannen of programma's die sommige sectoren hebben opgesteld. - Het *Mobiliteits- en vervoersplan voor Wallonië, goedgekeurd op 6 april 1995, "moet het toekomstige vervoersbeleid van het Waals Gewest in goede banen leiden. Het definieert de basisopties van dit nieuwe beleid en de acties die moeten worden ondernomen. Het bestaat uit ( 1 ) Om de leesbaarheid van het document te bevorderen, worden de termen met een asterisk gedefinieerd in de woordenlijst in bjilage 2. een geïntegreerd en coherent geheel van doelstellingen en maatregelen die betrekking hebben op alle aspecten van onze samenleving." - Het beheerscontract tussen het Gewest en de Société wallonne du logement (SRWL) werd ondertekend op 18 september Het definieert de basisopties voor de ontwikkeling van de sociale huisvesting in Wallonië, en heeft tot doel tegen nieuwe sociale woningen te bouwen. Deze documenten bevatten een aantal bepalingen of maatregelen die specifiek betrekking hebben op de ruimtelijke ordening. De belangrijkste hiervan werden opgenomen in de opties van het GROP. Het GROP houdt bovendien rekening met de ruimtelijke implicaties van meer specifieke beleidslijnen waarvan de link met de ruimtelijke ordening niet uitdrukkelijk geformuleerd wordt in de Plannen. Voor de economische ontwikkeling bestaat er momenteel geen planning door het Waals Gewest. Hoewel het GROP economische doelstellingen die verband houden met het ruimtelijk beheer in aanmerking neemt, mag het niet worden beschouwd als een alternatief voor een dergelijke planning. Een instrument van territoriale organisatie Het grondgebied waarop een ontwikkelingsconcept betrekking heeft, moet een leefruimte zijn, een doorleefd territorium. Het moet aansluiten bij de gevoelens en de sociale praktijken, met andere woorden bij de collectieve culturele identiteiten en de dagelijkse leefgewoonten. Verschillende grondgebieden kunnen onderlinge raakpunten hebben en het voorwerp uitmaken van complementaire ontwikkelingsconcepten. Het GROP, dat betrekking heeft op "het hele grondgebied van het Waals Gewest " (art. 13), is bijgevolg tegelijk een ontwikkelingsplan voor het Waals Gewest en een middel om Wallonië op zijn beurt een deel te laten zijn van meer uitgestrekte grondgebieden. Intern heeft het Waals Gewest een aantal hulpmiddelen gecreëerd voor de territoriale ontwikkeling van ruimten met uiteenlopende schaalgrootte. Zo is de wijk bijvoorbeeld de schaal waarop de operaties voor stadsvernieuwing plaatsvinden. Voor de gemeente is het structuurschema een document voor oriëntatie, beheer en programmatie van de ontwikkeling van het hele grondgebied. Landelijke gemeenten kunnen op hun beurt aan plattelandsontwikkeling doen. Op supracommunale schaal moeten de *natuurparken ervoor zorgen dat de economische en sociale ontwikkeling hand in hand gaat met het belang van het natuurlijk milieu. Ook uit allerlei initiatieven op het vlak van agglomeratieschema's en stedelijke gemeenschappen blijkt de belangstelling terzake van de bevolking en GROP Inleiding - 5

7 de plaatselijke verantwoordelijken. Allerlei adviezen opgetekend ter gelegenheid van de publieke voorlichting en de overlegrondes met betrekking tot het GROP getuigen eveneens van deze belangstelling. Het GROP moet nu de introductie van nieuwe hulpmiddelen aanmoedigen. Een instrument voor integratie in de supraregionale ruimte Ook Wallonië zelf maakt deel uit van meer uitgestrekte grondgebieden waarvan sommige reeds kaderen in ontwikkelingsconcepten. Het eerste supraregionale niveau waartoe Wallonië behoort is uiteraard de Belgische Staat, maar voor het grondgebied daarvan is geen ruimtelijke planning als dusdanig voorhanden. De drie Gewesten zijn immers volledig zelf bevoegd voor ruimtelijke ordening en er bestaat vooralsnog geen officieel orgaan of mechanisme voor coördinatie en overleg. In het kader van een aantal samenwerkingsplannen zullen zij weldra evenwel rond de tafel moeten gaan zitten. Voor de Benelux hadden de vijf bevoegde ministers in 1986 een - vrijblijvende - globale Structuurschets voor ruimtelijke ordening goedgekeurd. In 1994 werd besloten een Tweede Structuurschets uit te werken, waarvan het ontwerp - tot stand gekomen na raadpleging en overleg - momenteel ter goedkeuring voorligt bij de ministers van ruimtelijke ordening van de Benelux. Ook deze Tweede Structuurschets zal vrijblijvend zijn, maar gaat gepaard met een actieprogramma. Op het niveau van de Europese Unie werd op 9 en 10 juni 1997 het "eerste officiële ontwerp" van *Europees Ruimtelijk Ontwikkelingsperspectief (EROP) goedgekeurd door de informele Conferentie van Ministers belast met Ruimtelijke Ordening. De definitieve goedkeuring vond plaats op 10 mei 1999 in Potsdam. Hoewel de Verdragen de Europese Unie geen enkele bevoegdheid toekennen op het vlak van ruimtelijke ordening en het EROP niet bindend is voor de Lidstaten, zetten de conclusies van de bijeenkomst in Potsdam de Staten er toch toe aan om hun eigen instrumenten te actualiseren en ze af te stemmen op het EROP. Tot slot dient nog vermeld dat Wallonië deelneemt aan verschillende grensoverschrijdende of interregionale samenwerkingsverbanden, waarvoor planningen worden uitgewerkt. Hoewel de voormelde documenten niet bindend zijn, houdt het GROP zoveel mogelijk rekening met hun ruimtelijke opties. Het wil daarnaast ook Wallonië in staat stellen zich beter te profileren en bevestiging te vinden binnen al deze samenwerkingsverbanden. FUNCTIES VAN HET GROP Het GROP is het eerste en enige document dat zich toelegt op het hele grondgebied van Wallonië. Het vormt dus de top van de piramide van Waalse plannen en schema's voor ruimtelijke ordening, waarvan de onderbouw bestaat uit respectievelijk de gewestplannen, de gemeentelijke structuurplannen en de gemeentelijke bestemmingsplannen. Referentiedocument Zoals artikel 2 van het WWROSP het formuleert, is het GROP een document dat een concept aanreikt voor ruimtelijke ordening en regionale ontwikkeling in Wallonië. Als dusdanig is het niet bindend en heeft het geen reglementaire kracht. Dat neemt niet weg dat de handelingen van een Regering samenhangend moeten zijn. Het spreekt immers vanzelf dat een autoriteit zich houdt aan het document dat ze heeft goedgekeurd en dat ze geen beslissingen neemt die daar tegen indruisen( 2 ). Als gevolg van de vrijblijvende aard van het document kan de overheid er echter wél van afwijken, op voorwaarde dat ze haar beslissing motiveert. Dat het GROP zich werkelijk bovenaan de piramide van de documenten voor ruimtelijke ordening bevindt, mag blijken uit artikel 22 van het WWROSP, dat bepaalt dat "het gewestplan berust op de indicaties en oriëntaties van het gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan". Dit is misschien wel de meest opvallende functie van het GROP, maar daar blijft het niet bij. Het is namelijk ook een referentiedocument voor het beleid inzake ordening en territoriale ontwikkeling van het Waals Gewest, evenals voor de sectorgerichte beleidslijnen. Het plan zal ook een van de parameters zijn voor de oriëntatie en harmonisatie van de budgetkeuzes in de materies met een ruimtelijke implicatie, terwijl het tevens een identificatie van de prioriteiten mogelijk maakt. Deze indicaties zullen op hun beurt niet alleen nuttig zijn voor de gewestoverheid, maar ook voor de lokale overheden, de semi-openbare instellingen en de privé-investeerders. Op supraregionaal niveau zal het GROP de dialoog tussen het Gewest en de naburige regio's en de integratie van het Gewest in de Europese ruimtelijke context ten goede komen. Ten slotte zal het GROP, alleen al door zijn aanwezigheid en zijn inhoud, bij de Walen een gevoel helpen opwekken van grotere verbondenheid met en verantwoordelijkheid tegenover hun grondgebied. Want zoals artikel 1 van het WWROSP het formuleert: het grondgebied van het ( 2 ) Raad van State, arrest Tasse, nr , 14 november Raad van State, arrest Darras, nr , 21 november Inleiding - GROP

8 Waals Gewest is "een gemeenschappelijk patrimonium van de inwoners". Een evolutief kader Omdat het doelstellingen vastlegt en geen normatieve maatregelen opdringt, is het GROP van nature een evolutief document. De geregelde actualisering ervan is dan ook noodzakelijk en wenselijk. De bestaande tekst moet trouwens worden beschouwd als een basistekst die naderhand zal worden aangevuld, verfijnd en gewijzigd overeenkomstig nieuwe informatie-elementen en eventuele nieuwe beslissingen, al dan niet sectorgericht. Bijgevolg wordt besloten tot een permanente opvolging van de implementatie van het GROP, en zal een evaluatie plaatsvinden. Ook hier wordt gekozen voor een transversale aanpak, afgestemd op de nieuwe behoeften, de logica's die zich aandienen op het grondgebied, de dynamiek van de betrokken partijen en de plaatselijke actoren. op de nieuwe praktijken die vooruitwijzen naar andere manieren om het grondgebied in te vullen en aan te wenden. Op basis van deze analyse worden een aantal uitdagingen geïdentificeerd: problemen of vaststellingen waarvoor in het tweede en derde deel van het document een oplossing wordt gezocht. Het tweede deel, met als titel "Ontwerp voor ruimtelijke ontwikkeling", gaat dieper in op de keuzes van het Waals Gewest op het vlak van de ontwikkeling: dit zijn de "Doelstellingen" die de kern van het GROP uitmaken. Ze vormen een gecoördineerd geheel van beslissingen betreffende de oriëntaties van de verschillende beleidslijnen die de kwaliteit van de leefwereld beogen; voor al deze doelstellingen worden "opties" gedefinieerd. Een tweede hoofdstuk gaat dieper in op het Ontwerp van ruimtelijke structuur voor Wallonië, met andere woorden de ruimtespecifieke aspecten van het ontwerp van ruimtelijke ontwikkeling. Hoewel artikel 13 van het WWROSP slechts facultatief de presentatie van bruikbare instrumenten vooropstelt, gaat het derde deel nader in op een aantal instrumenten die concreet vorm willen geven aan de opties gedefinieerd in het voorafgaande deel. INHOUD VAN HET GROP In het hoofdstuk dat volgt op deze inleiding wordt de filosofie uiteengezet die voorop stond bij de uitwerking van het GROP, aan de hand van artikel 1 van het WWROSP. De aandacht gaat vooral uit naar de betekenis van de begrippen gemeenschappelijk patrimonium, duurzame ontwikkeling en sociale en economische samenhang, meer bepaald wat betreft het beheer van de ruimte. Vervolgens worden beknopt de algemene kenmerken van Wallonië toegelicht, ten einde het Gewest te profileren ten behoeve van de lezer die er minder vertrouwd mee is. Daarna volgt dan de uiteenzetting van het Gewestelijk Ruimtelijk Ontwikkelingsplan, in drie delen die aansluiten bij de verschillende fasen van de totstandkoming en bij de inhoud zoals voorgeschreven door artikel 13 van het WWROSP. Een eerste deel geeft onder de titel "Analyse van de situatie en trends voor de toekomst" een gedetailleerd overzicht van de kenmerken van Wallonië volgens een sectorgerichte benadering. Daarmee sluit het aan bij de inhoud die werd gedefinieerd in 2, 1 van artikel 13 van het WWROSP: "de evaluatie van de sociale en economische behoeften en de behoeften op het vlak van patrimonium en milieu, evenals de analyse van de beperkingen en mogelijkheden van het grondgebied van het Waals Gewest". Deze evaluatie houdt rekening met de geografische en historische beperkingen en de risico's die blijken uit de trendprognoses, maar legt toch bewust de nadruk op de mogelijkheden van het Gewest, op de troeven waarop het kan bogen en die het moet uitspelen, en GROP Inleiding - 7

9 FILOSOFIE De doelstellingen van het ontwerp van ontwikkeling en ordening zoals geformuleerd door het GROP werden gekozen aan de hand van filosofische principes die door onze samenleving worden beschouwd als essentieel. Deze principes worden verwoord in artikel 1 van het Waals Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium (WWROSP): "Het grondgebied van het Waals Gewest is het gemeenschappelijk patrimonium van zijn inwoners. Het Gewest en de andere overheden, elk in het kader van haar bevoegdheden en in coördinatie met het Gewest, zijn de beheerders die borg staan voor de ruimtelijke ordening. Ze komen op duurzame wijze tegemoet aan de sociale en economische behoeften van de collectiviteit en aan haar behoeften op het vlak van patrimonium en milieu, door een kwalitatief beheer van de leefwereld, door het spaarzaam gebruik van de bodem en de bodemrijkdommen, en door de instandhouding en de ontwikkeling van het cultureel, natuurlijk en landschappelijk patrimonium." Een gemeenschappelijk patrimonium Wie stelt dat het grondgebied van Wallonië "een gemeenschappelijk patrimonium van zijn inwoners" is, geeft elke inwoner de verantwoordelijkheid om dat grondgebied te beheren "als een goede huisvader". Dit erfgoed, waarvan de natuurlijke, culturele en landschappelijke eigenheid een onvervangbare rijkdom is, moet niet alleen in stand worden gehouden maar ook ontwikkeld. Wallonië moet met andere woorden niet worden beheerd vanuit het verleden, maar integendeel vanuit een toekomstgerichte instelling. Het Waals ontwikkelingsconcept van het GROP moet vooruit kijken, open staan voor verandering en zich daaraan aanpassen, zonder dat de positieve specificiteit van het Gewest in het gedrang komen. Het "kwalitatieve beheer van de leefwereld" valt onder hetzelfde principe. Het impliceert dat de kwaliteit voorrang krijgt op alle niveaus en bij alle maatregelen en operaties op het vlak van ordening en ontwikkeling. Het delen van een gemeenschappelijk grondgebied is bovendien een belangrijk element voor de totstandkoming van een collectieve identiteit. Een territoriumgebonden identiteit wordt niet (noodzakelijk) ervaren als een groepsgevoel. Ze mag in geen geval een voorwendsel zijn voor uitsluiting en afwijzing, maar moet integendeel het referentiekader zijn van waaruit een collectiviteit zich open stelt voor de buitenwereld. Een dergelijke collectieve identiteit kan alleen een positieve uitstraling krijgen indien zij wordt gemobiliseerd rond een project. Dat project moet de steun genieten van de volledige collectiviteit, die het moet beschouwen als de realisatie van haar materiële én symbolische verlangens. De verwijzing naar de toekomst in het kader van dit project stelt de collectiviteiten ook in staat elkaar te leren kennen en een onderlinge dialoog aan te gaan. Via de vergelijking, de confrontatie en de toenadering tussen hun eigen projecten kunnen zij nieuwe, grotere gemeenschappen opbouwen, waarbinnen elk zijn eigenheid en autonomie behoudt zonder het gemeenschappelijk streven uit het oog te verliezen. Dit alles geldt zowel voor de verschillende collectiviteiten die samen Wallonië vormen als voor Wallonië zelf in zijn relaties met de naburige regio's en in het kader van het Europa in wording. De identiteit van een grondgebied gaat gepaard met een tweevoudig imago: het zelfbeeld van de collectiviteit die dat grondgebied bewoont en het beeld dat de buitenwereld krijgt van die collectiviteit. Het gaat hierbij niet om een gegeven waarop men geen vat heeft. Integendeel, een imago kan het resultaat zijn van een bewuste en zelfs voluntaristische aanpak. Het zal evenwel alleen erkend en gedeeld worden wanneer het overeenstemt met de werkelijkheid. De ruimtelijke ordening kan een belangrijke rol spelen in de totstandkoming van zo'n positief imago van Wallonië. De aantrekkingskracht van Wallonië moet worden uitgebouwd en moet een van de krachtlijnen zijn voor de komende jaren, waarbij de nadruk moet liggen op de *renovatie van verlaten industrieterreinen en de herwaardering van bepaalde woonwijken. De duurzame ontwikkeling Volgens de meest gehanteerde definitie (die van het Rapport-Bruntland, waarnaar artikel 13 van het WWROSP onrechtstreeks verwijst) wil een duurzame ontwikkeling "tegemoet komen aan de huidige behoeften zonder het vermogen van de toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in het gedrang te brengen". De materie die inherent is aan de ruimtelijke ordening, met name het gebruik van de ruimte, 8 - Algemene kenmerken van Wallonië - GROP

10 houdt hiermee rechtstreeks verband. Ze impliceert namelijk dat rekening wordt gehouden met de gevolgen op lange termijn van de diverse bestemmingen, dat verlaten ruimten opnieuw in gebruik worden genomen en dat aangetaste ruimten worden gerenoveerd voordat nieuwe worden gebruikt. Ook het principe van het spaarzaam beheer van de bodem - dat een milieuvriendelijk bodembeheer veronderstelt en waarnaar verschillende artikelen van het WWROSP verwijzen - kadert in dit perspectief. Met het oog op de behoeften van de toekomstige generaties moet ruimtelijke ordening nog andere doelstellingen hebben, zoals het spaarzaam gebruik van natuurlijke rijkdommen die zich niet of slechts traag vernieuwen en het behoud van een gezond en gediversifieerd milieu. Ook de esthetische en landschappelijke kwaliteiten van de leefwereld moeten zodanig worden gevrijwaard en ontwikkeld dat we de toekomstige generaties een rijk en gevarieerd natuurlijk en cultureel erfgoed kunnen nalaten. Duurzame ontwikkeling is niet alleen een zaak van politieke verantwoordelijken en gespecialiseerde actoren: ieders gedrag speelt er een rol in. Iedereen moet beseffen dat het belangrijk is de vrije ruimten, de niet of traag vernieuwende rijkdommen en de kwaliteit van het milieu te vrijwaren. Dat betekent ook dat economische groei niet langer alleenzaligmakend mag zijn, maar moet worden afgewogen tegen de andere componenten die nu en straks de kwaliteit van het leven bepalen. De sociale en economische samenhang Volgens artikel 1 van het WWROSP moet de ruimtelijke ordening "op duurzame wijze tegemoet komen aan de sociale en economische behoeften van de collectiviteit en aan haar behoeften op het vlak van patrimonium en milieu". Deze doelstelling impliceert een sociale en economische samenhang die is gebaseerd op een doordachte solidariteit tussen grondgebieden én personen. Als fundamenteel principe van elke samenleving veronderstelt solidariteit tussen personen in de eerste plaats dat aandacht wordt geschonken aan de basisbehoeften waaraan niet is voldaan, met name die van gehandicapten of mensen met beperkte mobiliteit. Het antwoord op deze behoeften is een essentiële doelstelling van zowel de territoriale ontwikkeling als elk ander beleid. De territoriale samenhang veronderstelt dan weer een samenwerkingsstrategie. Hij kan aanleiding zijn tot aanzienlijke besparingen en grote vooruitgang. De grondgebieden vertonen verschillen, en deze diversiteit moet worden gevrijwaard en ontwikkeld. Maar anderzijds moet de samenhang zodanig worden georganiseerd dat optimaal gebruik wordt gemaakt van de troeven en mogelijkheden, ten voordele van iedereen. Het streven naar een betere sociale en economische samenhang impliceert dat de grondgebieden die meer rijkdommen hebben - van welke aard ook - ermee instemmen een deel daarvan ter beschikking te stellen van de grondgebieden die er minder hebben. Er moeten bijgevolg nieuwe modaliteiten komen voor de herverdeling van de overheidsmiddelen (met name die van het Gemeentefonds) en nieuwe structuren voor de realisatie van deze solidariteit. Bovendien kan ook de organisatie van het bodemgebruik - de belangrijkste materie van de ruimtelijke ordening - een element zijn in de strijd tegen de ongelijkheid. Het streven naar samenhang veronderstelt bijgevolg dat we de "andere" niet langer beschouwen als een vreemdeling of een rivaal, maar als een partner. Autonomie krijgt pas haar volle betekenis in een samenwerking die is gebaseerd op bewuste verhoudingen tussen gelijken. Daartoe is vaak een mentaliteitsverandering vereist. De samenwerking tussen de grondgebieden biedt voordelen op alle niveaus. Met het oog op de gemeentelijke verankering van de verschillende beleidslijnen moeten binnen een gemeente de diverse buurten of deelgemeenten elkaar gaan zien als complementair en solidair. De gemeenten zelf hebben er alle belang bij zich te organiseren in gemeenschappelijke projecten die rijkdom en welzijn ten goede komen. De subregio's waaruit Wallonië bestaat, worden nog al te vaak gezien in de negatieve context van concurrentie, terwijl zij net zouden moeten samenwerken en een dialoog aangaan. Ten slotte moet Wallonië als geheel resoluut Europees gaan denken, meer bepaald in het kader van de supraregionale samenwerkingen. Anderzijds maakt de samenwerking tussen grondgebieden met gelijkaardige of aanvullende specificiteiten het mogelijk om ervaringen uit te wisselen en gemeenschappelijke projecten te definiëren; hiervoor moeten diverse samenwerkingsformules worden bedacht. De verhoudingen tussen "stad" en "platteland" zijn vaak onduidelijk en liggen soms moeilijk, temeer daar het onderscheid tussen de stad en het omringende landelijke milieu meer en meer vervaagt en het hele platteland één grote voorstad dreigt te worden. Een samenhang die iedereen ten goede komt, is pas mogelijk wanneer de respectieve behoeften van de agglomeraties, de gebieden met gespreide urbanisatie, de dorpen en het eigenlijke platteland duidelijk gedefinieerd worden. De verschillende vormen van ruimtegebruik vertonen een onderlinge wisselwerking. De nabijheid van of de afstand tot de verschillende activiteiten kan, afhankelijk van het geval, voor- of nadelen hebben. Dat heeft vooral - maar niet uitsluitend - te maken met het vervoer. De gevolgen van bodembestemmingen en lokalisaties moeten zorgvuldig bestudeerd worden, zodat kan worden gekozen voor de beste oplossing. Anderzijds moeten GROP Filosofie - 9

11 de zogenaamde zwakke functies (die louter economisch minder interessant zijn) bescherming genieten, opdat de samenhang van het grondgebied als geheel gevrijwaard of hersteld wordt. Een van de doelstellingen bij de organisatie van een grondgebied moet erin bestaan de overheidsuitgaven te beperken, zowel op gemeentelijk als op gewestelijk niveau. Alle projecten voor territoriale ontwikkeling moeten verspilling, overlapping en inefficiëntie helpen Meer in het algemeen is het spaarzaam beheer van de bodem een principe dat erop gericht is de individuele en collectieve lasten te beperken, en dan in het bijzonder de vervoersgebonden milieukosten. Territoriale samenhang is pas mogelijk wanneer alle betrokken actoren overtuigd zijn van het belang ervan en bereid zijn samen naar die samenhang te streven. De overheden en administraties die bevoegd zijn voor de diverse materies moeten een dialoog aangaan en samenwerken. Verschillende soorten actoren (overheid, privé, bedrijfsleven, verenigingsleven, etc.) kunnen rond de tafel gaan zitten om projecten voor territoriale ontwikkeling uit te werken en te implementeren. De partnerships tussen privé en overheid (evenals die tussen de openbare instellingen, die moeten worden uitgebouwd) maken een synergie mogelijk waarbij uiteindelijk de hele collectiviteit gebaat is. De netwerken van gespecialiseerde actoren zijn een medium voor het delen en uitbreiden van informatie en knowhow. En interdisciplinaire samenwerkingen zorgen voor de complementariteit van kennis en actiemethoden. Ook de inwoners zelf kunnen actief deelnemen aan de uitwerking en verwezenlijking van een project voor territoriale ontwikkeling. Op die manier zullen de verschillende bevolkingsgroepen zich wederzijds bewust worden van hun bestaan en hun uiteenlopende behoeften, wat een basisvoorwaarde is voor de totstandkoming van een echte samenhang Algemene kenmerken van Wallonië - GROP

12 Kaart 1: Wallonië en aanpalende regio s: bodembezetting GROP Filosofie - 11

13 ALGEMENE KENMERKEN VAN WALLONIË Het Waals Gewest (Wallonië), relatief centraal gelegen in West-Europa, nabij Brussel, is het zuidelijke landsgedeelte van België. Het Gewest heeft een oppervlakte van km_, goed voor meer dan de helft van het land; 31,7 % van het grondgebied wordt ingenomen door weiland, 26,3 % door teelten, 31,4 % door bossen en 11,2 % is bebouwd (gebouwen en verkeerswegen). Institutionele context Op institutioneel vlak zijn er in België drie machtsniveaus: de Federale Staat, de Gewesten en de Gemeenschappen. Het grondgebied van het Waals Gewest stemt overeen met dat van de Franse Gemeenschap - met uitzondering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - en de Duitse Gemeenschap in het oosten. Als gewesthoofdstad werd geopteerd voor Namen. Wallonië telt vijf provincies (Waals- Brabant, Henegouwen, Luik, Namen en Luxemburg) en 262 gemeenten. De meeste materies die rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met de ordening en het beheer van Wallonië vallen onder gewestelijke bevoegdheid: ruimtelijke ordening en stedenbouw, milieu en natuurbehoud, natuurlijke rijkdommen, water en energie, openbare werken, transport, huisvesting, gewestelijke economie, gewestelijke tewerkstelling, gewestelijke landbouw, lokale overheden, gebouwen en school- en sportinfrastructuur, toerisme Bepaalde bevoegdheden van de Federale Staat hebben evenwel ruimtelijke implicaties. Denken we bijvoorbeeld aan de voorschriften voor de grootdistributie, de militaire domeinen, het beheer van en de controle op de kwaliteit van de landbouwproducten, de reglementeringen betreffende het *Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, het transport, de kernenergie en het kernafval, de vertegenwoordiging van België op het niveau van de Europese Unie. Anderzijds kunnen ook bepaalde bevoegdheden van instellingen zoals de NMBS of de Post en bepaalde beslissingen op het vlak van energie- en waterbevoorrading directe gevolgen hebben voor de ruimtelijke ordening. De eigenlijke ruimtelijke ordening wordt beheerst door het Waals Wetboek voor Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium. Dit WWROSP legt het Gewest en de Gemeenten specifieke taken op. Artikel 1 bepaalt dat de ruimtelijke ordening wordt ingevuld aan de hand van schema's, met name het gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan en het gemeentelijk structuurplan, twee documenten van strategisch belang. Ruimtelijke ordening en stedenbouw worden vervolgens in goede banen geleid door plannen en reglementen: - de gewestplannen en de gemeentelijke bestemmingsplannen, - de gewestelijke en gemeentelijke stedenbouwkundige voorschriften, normatieve documenten die voornamelijk tot doel hebben als referentiekader te dienen voor verkavelings- en andere stedenbouwkundige vergunningen. Het WWROSP bepaalt voorts dat concrete operaties kunnen worden opgezet in het kader van bepalingen betreffende de operationele ruimtelijke ordening en de operationele stedenbouw: het gaat daarbij om sanering en renovatie van verlaten industrieterreinen, *stadsstimulering, *stadsvernieuwing en *zones met bevoorrechte initiatieven. Fysieke context Wallonië heeft een zeer ongelijk reliëf. De hoogte bedraagt in het noorden van het Gewest minder dan 25 meter en loopt geleidelijk op van 50 tot 200 meter op de plateaus van Midden-België. Het zuiden en het oosten liggen het verst boven het zeeniveau, met als hoogste punt het Signal de Botrange (694 meter, plateau van de Hoge Venen). In het uiterste zuiden van het Gewest, voorbij het Ardens plateau, neemt de hoogte weer af in Belgisch Lotharingen, de noordgrens van het Parijse bekken. De diversiteit van het reliëf en de landschapsvariëteit die daaruit voortvloeit, hebben alles te maken met de grote verscheidenheid van de Waalse ondergrond. De verschillende afzettingsgesteenten waren in de loop der tijden onderhevig aan tektonische en schiervlaktevormende spanningen, wat resulteerde in een voornamelijk west/oost-georiënteerde structuur. De aldus gevormde reliëfs ondergingen vervolgens een zware erosie. Ten zuiden van de valleien van Samber en Maas is de aanwezigheid van deze structuren, met hun wisselende erosie naargelang van 12 - Algemene kenmerken van Wallonië - GROP

14 de weerstand van het gesteente, zeer opvallend: de uitstulpingen van zandsteen en de kalksteendepressies van de Condroz, de schistdepressie van de Famenne met kalksteenrand, de cuestastructuur van Belgisch Lotharingen, tegen het Ardens massief aan. Ten noorden van deze valleien werden aloude geologische vlakten bedekt door recentere afzettingen (zand, klei, krijt ). Het is ook voornamelijk in dit gebied dat we een min of meer dikke laag vruchtbaar eolisch slib aantreffen, afgezet tijdens het Quartair. Het gesteente kreeg vorm door de inwerking van de waterlopen, die in sommige gevallen - zoals in het gebied van de Boven-Maas - grotendeels epigenetisch zijn. De diversiteit van ondergrond en bodem is doorslaggevend gebleken voor het gebruik van de ruimte, met name wat betreft de vestiging van de industrie (steenkoolbekkens, mijnbouw ). Naast de rijkdommen van de gesteenten bevat de ondergrond ook aanzienlijke hoeveelheden grondwater: de winning van leidingwater gebeurt hoofdzakelijk in het noorden van de Waalse plooi (grootschalige waterwinning in de karst) en in de Condroz, terwijl het mineraalwater onder andere afkomstig is uit het plateau van de Hoge Venen en uit Belgisch Lotharingen. De samenstelling van de ondergrond is anderzijds niet zonder invloed geweest op de pedologische geschiktheid van het grondgebied voor land- en bosbouw. De diversiteit in de structuur van de ondergrond en de verscheidenheid qua erosie en bodembezetting liggen aan de oorsprong van de landschappelijke rijkdom van het Gewest, die meteen ook een van zijn grote troeven is. Wallonië kent een gematigd zeeklimaat. Er is een overvloedige bewolking, met een veelvuldige neerslag van gemiddeld ongeveer 800 mm/jaar (meer dan mm op de Ardense plateaus). Dit kenmerk kan een handicap zijn bij het uitspelen van de Waalse troeven, met name op het vlak van toerisme en recreatie. Bevolking en woonmilieu Op 1 januari 1997 telde Wallonië inwoners, goed voor een dichtheid van 196 inw./km_. Deze bevolkingsdichtheid ligt hoger dan het Europese gemiddelde, maar een stuk lager dan in de naburige gewesten (in het bijzonder Vlaanderen en Nederland). Het Gewest kent een relatieve demografische stabiliteit. Door een stijgende levensverwachting en een dalende nataliteit doet zich een vergrijzing van de bevolking voor, maar meer recent lijkt een trend naar verjonging ingezet. In de loop der tijden liet Wallonië talloze immigratiegolven van buitenlandse populaties optekenen, maar sedert de jaren '70 is die immigratie sterk afgenomen. Sommige arrondissementen kennen een aanzienlijke interne migratie, als gevolg van de stadsvlucht vanuit Brussel en de verschuivingen binnen Wallonië zelf. De bevolking is vrij ongelijk gespreid over het grondgebied. De menselijke aanwezigheid is voornamelijk geconcentreerd langs de Hene-Samber- Maas-Vesder en ten noorden daarvan (driehoek Brussel-Bergen-Namen). In het zuiden van het Gewest is het woonmilieu veel meer versnipperd; hier bevinden zich slechts enkele kleine verstedelijkte polen. Historisch vestigde de mens zich vooral in gebieden met industrie en mogelijkheden op het vlak van uitwisseling en transport. Behalve Luik en Charleroi (met telkens ongeveer inwoners) zijn er nauwelijks grote steden in Wallonië. Sommige gebieden liggen in de invloedssfeer van metropolen en buitenlandse steden, zoals Brussel, Rijsel en Luxemburg. De landelijke gebieden worden gevormd door middelgrote steden en kleine dorpen. Na een periode van plattelandsvlucht werden de voorbije decennia gekenmerkt door een algemene trend van *ontstedelijking en spreiding van het woonmilieu. Meest opvallend is daarbij de spectaculaire vlucht vanuit Brussel naar de gemeenten van Waals-Brabant, een fenomeen dat zich ook voordoet in de rand van grote agglomeraties zoals Charleroi en Luik. Meer in het algemeen komt deze trend ook tot uiting in de inplanting van nieuwe gebouwen in en rond de dorpen. Het Waalse woningpark is vrij oud, aangezien de helft van de woningen dateert van vóór de Tweede Wereldoorlog. De overgrote meerderheid zijn eengezinswoningen (77%), waarvan 35% open bebouwingen. De Waal mag zich meestal eigenaar noemen: 66% woont in een eigen huis, en deze verhouding neemt toe. Het aantal sociale woningen is vrij groot en vertegenwoordigt bijna 8% van het totale woningpark (één kwart van de huurwoningen). Economische activiteiten Sedert begin deze eeuw wordt de werkgelegenheid gekenmerkt door een geleidelijke terugval van de primaire sector en een toename van de tertiaire activiteiten, met sedert de Tweede Wereldoorlog een daling van de secundaire sector, zeer opvallend in de periode van 1980 tot 1985 (sluitingen en ingrijpende herstructureringen in de zware industrie). Tegenwoordig lijkt het banenverlies in deze sector zich min of meer te stabiliseren. De bedrijven vestigden zich vooral op die plaatsen waar grondstoffen te vinden waren en waterwegen ter beschikking stonden, voornamelijk langs de Waalse plooi. De sectoren met de grootste aanwezigheid zijn de niet-metaalhoudende mineralen (cement in Doornik en Bergen, cement en kalk op de Boven- Maas), de grote ijzer- en staalbedrijven die zijn overgebleven, de cokesfabrieken, de chemische GROP Algemene kenmerken van Wallonië - 13

15 basisnijverheid, de glasindustrie en de thermische centrales (langs Hene, Samber en Maas). Er zijn ook concentraties per sector: textiel, papier, chemie, etc. In het recente verleden deden nieuwe sectoren hun intrede: farmaceutische bedrijven, luchtvaart, telecommunicatie. De groei van deze hoogtechnologische activiteiten met grote toegevoegde waarde heeft meer en meer te maken met de aanwezigheid van universitaire vakcentra die gedurende lange tijd kennis hebben vergaard met mogelijkheid tot valorisatie in de industrie. We willen hier ook wijzen op het toenemende belang van de milieugebonden sectoren (afvalverwerking, waterbeheer, zuiveringstechnieken). De hoge vlucht van de transportmiddelen en de aanleg van grote verkeersaders heeft ertoe geleid dat de werkgelegenheid inmiddels ook gesitueerd is op plaatsen die daarvoor niet verstedelijkt waren. De KMO's bekleden een zeer belangrijke plaats binnen de Waalse economie: ze vertegenwoordigen 99,5% van de bedrijven (met minder dan 250 werknemers) en bijna 70% van de loonarbeid (bedrijven met minder dan 200 werknemers). Wallonië blijft de gevolgen dragen van de terugval van de traditionele zware industrie. Sommige bedrijven hebben hun deuren gesloten, andere zijn geheel of gedeeltelijk overgebracht naar andere landen of gewoon weggetrokken uit de vertrouwde steden en industrieterreinen, waarbij de bedrijfsruimten leeg kwamen te staan en een slepend proces van fysiek en vervolgens sociaal-economisch verval op gang kwam. In het licht van deze structurele problemen werden allerlei operaties opgestart om de veelsoortige verloedering tegen te gaan: renovatie van verlaten bedrijfsruimten, stadsvernieuwing en stimulering van de stedelijke centra. Nadat het in bepaalde situaties van kwaad tot erger was gegaan en de zeer negatieve gevolgen niet waren uitgebleven, heeft de Waalse regering de acties op dit vlak de jongste jaren geïntensiveerd. De inspanningen werden opgevoerd, nieuwe initiatieven kwamen tot stand in de meest getroffen buurten en specifieke maatregelen werden ingevoerd voor de sanering en renovatie van verlaten terreinen van regionaal belang. Activiteiten in land- en bosbouw Het landbouwareaal in gebruik beslaat 45% van het Waalse grondgebied, terwijl de bossen iets meer dan 30% bedekken. Zoals gezegd zorgt de diversiteit van de Waalse bodem voor een grote verscheidenheid van subregio's en bodembezetting. Ten noorden van Samber en Maas liggen de zeer vruchtbare gronden van de slibplateaus van Hesbaye, Brabant en Henegouwen, traditioneel gebruikt voor de akkerbouw, vooral in Hesbaye: suikerbieten en granen, met een zekere neiging tot diversificatie (groenteteelt, tuinbouw ). Tegelijk kunnen de bijproducten van deze activiteiten worden gevaloriseerd in de intensieve vetmesterij. Ten zuiden van Samber en Maas is de grond iets minder vruchtbaar. In de Condroz, met zijn gemengde bedrijven, zijn nog stukken goede grond te vinden. Rundvlees is de belangrijkste bron van inkomsten op de Ardense plateaus, zuivelproductie bekleedt de eerste plaats in het Land van Herve en de Haute-Ardenne. Hoewel de omvang van de bedrijven toeneemt, is de werkgelegenheid in de landbouw sterk gedaald. Het landelijke grondgebied heeft een andere aanblik gekregen als gevolg van een steeds verder doorgedreven mechanisatie en een wijziging van de economische context. Door de ruilverkaveling, waarmee men een rationalisatie op het oog had, is er een zekere vervlakking van de landschappen gekomen. Anderzijds wordt meer en meer rekening gehouden met het milieu. Voor sommige landbouwers is het een aanleiding om te gaan diversifiëren en zich te specialiseren in kwaliteitsproducten met grotere toegevoegde waarde. Wallonië is sterk bebost en heeft dan ook het imago van een groene regio. Uitgestrekte bossen zijn vooral te vinden ten zuiden van Samber en Maas, op de minder vruchtbare, heuvelachtige bodem van de Ardennen en de naburige regio's. Ten tijde van de Romeinen was het Waalse grondgebied grotendeels bebost, maar later kende de streek een massale kaalslag tot halfweg de 19 de eeuw. Sedertdien is het bosareaal opnieuw toegenomen, onder meer dankzij de aanplanting van sparren waarmee vorige eeuw begonnen werd. De grootschalige herbebossing is tegenwoordig min of meer gestabiliseerd. Los van hun economische rol vervullen de Waalse bossen ook een belangrijke ecologische functie. Daarnaast is het bos ook de ideale omgeving voor recreatie en ontspanning, en bekleedt het een vooraanstaande plaats in het landschappelijk erfgoed. Ook voor de jacht is dit milieu belangrijk. Toerisme Dankzij de verscheidenheid van zijn landschappen, zijn groene en beboste grondgebied en zijn historische erfgoed kan Wallonië bogen op belangrijke troeven en een aanzienlijk potentieel op het vlak van toerisme en recreatie. Mensen bezoeken Wallonië om zijn natuurschatten, zijn landschappen, zijn valleien en rivieren, zijn culturele en historische patrimonium, zijn steden, etc. Het Gewest trekt niet alleen Belgen aan maar ook buitenlanders, en dan vooral Nederlanders. Het klassieke, zogenaamde "massatoerisme" vindt traditioneel plaats in de valleien, wat voor allerlei problemen zorgt, met name waar campings gevestigd zijn in gebieden die makkelijk overstromen of gevoelig liggen op landschappelijk vlak. Gebieden met grote toeristische druk hebben bovendien af te rekenen met een verstoord evenwicht ten aanzien van de plaatselijke bevolking en een gebrekkige integratie van de infrastructuren, met daar bovenop 14 - Algemene kenmerken van Wallonië - GROP

16 nog de grote belasting van het natuurlijk milieu. Het toerisme is gebaseerd op een netwerk van kleine steden met een interessant maar vaak nauwelijks gevaloriseerd patrimonium of alleen maar een ondersteunend dienstenaanbod. Momenteel heerst er een trend waarbij het Waalse toerisme een nieuwe stimulans krijgt in de vorm van daguitstappen of korte verblijven. Er komen nieuwe vormen van een gespreid toerisme dat zich beter integreert, met name in het landelijke milieu. En ook de openluchtactiviteiten kennen een groot succes. Verscheidenheid en rijkdom van het patrimonium Een van de kenmerken van Wallonië is de verscheidenheid aan landschappen op een beperkte oppervlakte, wat zoals gezegd een van de belangrijkste aantrekkingspunten is op toeristisch vlak, maar ook op het vlak van het patrimonium. Wat het bouwkundig patrimonium betreft, zijn er uiteraard de beschermde monumenten en landschappen en de elementen van het prestigieuze patrimonium, maar daarnaast willen we ook wijzen op de architecturale waarde van het woningpark en van dorpen of stadswijken die bepaalde stedenbouwkundige of architecturale kenmerken hebben behouden. Wallonië, overgangsgebied tussen de Atlantische Oceaan en Midden-Europa, wordt gekenmerkt door de verscheidenheid van zijn natuurlijke milieus. Sommige daarvan worden in stand gehouden door middel van een beschermend statuut of gevaloriseerd via de dynamiek van de natuurparken. Maar over het algemeen stellen we vast dat dit patrimonium voortdurend afgeroomd wordt, als gevolg van de manier waarop de bodem wordt gebruikt en het verlies aan nuttige oppervlakte voor fauna en flora. Verkeersnet en transport Het Gewest heeft de beschikking over een vrij dicht verkeersnet. Het wegennet bestaat voornamelijk uit een grofmazig netwerk van snel- en autowegen (waarvan de eerste 30% van het verkeer verwerken) en een netwerk van verbindingswegen tussen de steden, dat vooral de toegankelijkheid moet waarborgen (het doorgaand verkeer is ondergeschikt). Deze hoofdwegen worden aangevuld met de plaatselijke netwerken van gemeentewegen. Het snelwegnet bestaat hoofdzakelijk uit een as Brussel- Aarlen (autoroute des Ardennes) en voorts de RN4, het stuk van de autoroute de Wallonie langs de Waalse plooi, en de verbindingen Brussel-Doornik, Brussel-Charleroi, Brussel-Luik, Luik-Bastenaken naar de autoroute des Ardennes en Luik-Verviers- Duitsland. 73% van het goederenverkeer gaat over de weg, terwijl het spoor 21% en de waterwegen 6% voor hun rekening nemen. De binnenscheepvaart wordt vooral ingeschakeld vanuit Luik, waar de autonome haven de jongste jaren zijn transitvolume ziet toenemen. Er is sprake van pogingen om een deel van het wegtransport om te schakelen naar het spoor en het water, met name via de nieuwe *multimodale platformen. Wallonië heeft voorts ook twee regionale luchthavens, respectievelijk in Gosselies (Brussels South Charleroi Airport - BSCA) en Bierset (Liège- Airport), waar het vrachtvervoer sterk toeneemt. Voor het openbaar vervoer zorgen enerzijds de treinen van de NMBS (federale bevoegdheid), waarvan het ooit zo sterk uitgebouwde spoorwegnet door rationalisaties teruggeschroefd wordt, en anderzijds de bussen van de regionale maatschappij TEC. Het reizigersvervoer via het spoor is vooral belangrijk voor de pendelaars naar Brussel en langs de Waalse wig, maar de individuele auto blijft dominant. Er wordt een lichte toename van het vervoer per bus genoteerd. De spreiding van de urbanisatie en de activiteiten heeft geleid tot een toename van het vervoer, veelal per auto, aangezien het moeilijk is om in dergelijke omstandigheden een efficiënt openbaar vervoer te organiseren. Situering in de Belgische en Europese context Het Waalse grondgebied wordt gekenmerkt door zijn openheid tegenover de naburige regio's en de buurlanden: er zijn geen echte fysieke barrières en de geografische kenmerken blijven ook voorbij de landsgrenzen in alle richtingen dezelfde. De contacten met invloeden van buitenaf dragen reeds eeuwen bij tot de modellering van de Waalse cultuur. Meer recent hebben diverse immigratiestromen geleid tot een hoog percentage (10,4%) van inwoners van buitenlandse oorsprong. Het eerste supraregionale niveau waarin Wallonië een plaats moet krijgen, is dat van de Federale Staat. De relaties met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waarmee Wallonië verbonden is binnen de Franse Gemeenschap, en met het Vlaams Gewest zijn een grote uitdaging, met name wat betreft territoriale structuur. Binnen West-Europa kan Wallonië bogen op een "peri-centrale" ligging, in het midden van de sterk verstedelijkte driehoek gevormd door Londen, Parijs en het Ruhrgebied. Deze ligging biedt heel wat mogelijkheden, maar zorgt anderzijds voor verscheurdheid tussen de hang naar de Noordzee en de hang naar continentaal Europa. Ruimtelijke ordening mag dan al niet tot de bevoegdheden van de Europese Unie behoren, toch is de ruimtelijke dimensie een facet van het regionaal beleid van de Europese Commissie, met name wat betreft de *Structuurfondsen. Deze situatie werkt de GROP Algemene kenmerken van Wallonië - 15

17 jongste jaren samenwerkingsinitiatieven in de hand op het vlak van ruimtelijke ontwikkeling. De grensoverschrijdende relaties tussen Wallonië en de buurlanden - Frankrijk, Groothertogdom Luxemburg, Duitsland en Nederland - zijn relatief uitgebreid. De lokale en thematische grensoverschrijdende benaderingen moeten evenwel op coherente en complementaire wijze worden opgenomen in het veel ruimere kader van de supranationale samenwerking, wat impliceert dat rekening wordt gehouden met de beleidslijnen voor ruimtelijke ontwikkeling van de buurlanden en de naburige regio's. De Belgische institutionele organisatie legt de bevoegdheden inzake ruimtelijke ordening bij de Gewesten, zonder onderlinge coördinatiestructuur. De ruimtelijke coördinatie met de buurlanden is dus in de eerste plaats een zaak van de Gewesten. Zij zijn de gesprekspartners in het kader van de samenwerking binnen de Benelux en de Gewestcommissies. Er komt ook een tussenniveau voor samenwerking tot stand, in het kader waarvan de Gewesten - of hun tegenhangers in de andere landen - eveneens een plaats krijgen. We denken daarbij in het bijzonder aan de samenwerkingsprogramma's die onlangs werden opgestart in het kader van het communautaire initiatief *INTERREG II C en die van invloed zijn op de reeds bestaande samenwerkingen op dit niveau, zoals de *Euregio (bestaande uit de drie Belgische gewesten, Nord-Pas-de-Calais en Kent). Deze programma's leggen zich toe op de verwezenlijking van projecten, wat meteen nieuwe eisen meebrengt voor de Gewesten, met name wat betreft de strategische en multisectorale benadering, maar ook op financieel vlak. Hetzelfde geldt voor de grensoverschrijdende programma's, zowel met Nord- Pas-de-Calais en de Franse Ardennen als in het kader van de Grote Regio Saar-Lor-Lux of de Euregio Maas-Rijn. De totstandkoming van de Eenheidsmarkt heeft een aantal (beschermende) barrières gesloopt, en algemeen wordt verwacht dat de eenheidsmunt de concentratietrend nog zal aanscherpen, ten voordele van de machtigste polen. In een dergelijke context is samenwerking meer dan ooit onontbeerlijk. Wallonië moet zich dus profileren wil het partnerships kunnen aangaan. Het Gewest moet zijn troeven op een doordachte manier uitspelen en daarmee tegelijk ook zijn identiteit bekrachtigen. Hier en daar een relatief grote bevolkingsdichtheid, maar vaak chaotische uitbreidingen van de verstedelijkte gebieden; een rijk patrimonium dat moet worden ontwikkeld en beschermd; de behoefte aan een economische herstructurering van de gebieden in verval en een versterking van de bestaande economische en technologische polen: dat is de context waarin een coherente en strategische organisatie en een dito beheer van het grondgebied tot stand moeten komen, meteen een uitdaging van formaat voor de toekomst van Wallonië Algemene kenmerken van Wallonië - GROP

18 Deel Een: Analyse van de situatie en trends voor de toekomst

19 INLEIDING In dit eerste deel analyseren we vanuit verschillende invalshoeken de huidige situatie en de trends die zich aftekenen voor de toekomst van Wallonië. Om te beginnen buigen we ons over de sociaaleconomische aspecten, waarvan de evolutie sterk bepalend is voor het gebruik van de ruimte, en identificeren we enkele krachtlijnen op het vlak van het milieu. Vervolgens gaan we dieper in op het gebruik en de mutaties van de Waalse ruimte, evenals op de evolutie van de verschillende activiteiten wat hun ruimtelijke implicaties betreft. Komen achtereenvolgens aan bod: de ontwikkeling van de urbanisatie en de kenmerken van het woonmilieu in zijn diverse componenten (huisvesting, handelszaken, voorzieningen en diensten), de natuurlijke rijkdommen en de beperkingen van het fysieke milieu, en ten slotte de belangrijkste economische activiteiten (land- en bosbouw, industrie en diensten, toerisme en recreatie). Het derde hoofdstuk is gewijd aan het transportsysteem en de technische voorzieningen. In hoofdstuk 4 bestuderen we het natuurlijk, bouwkundig en landschappelijk patrimonium van Wallonië, ten einde een stand van zaken op te maken en na te gaan welke uitdagingen ermee gepaard gaan. samenwerkingsverbanden waarbij het Waalse grondgebied geheel of gedeeltelijk betrokken is. De behandelde thema's worden telkens afgesloten met een formulering van de belangrijkste uitdagingen, met andere woorden de belangrijkste problemen of vaststellingen waarvoor in het derde deel van het rapport een oplossing moet worden gevonden. Tot besluit worden de conclusies van al deze analyses in een "TZMG"-tabel gegoten (troeven, zwakke punten, mogelijkheden, gevaren). Dit overzicht legt meteen de grote uitdagingen voor de toekomst bloot. In het tweede deel worden de elementen die in deze analyses naar voren gebracht werden transversaal hernomen en geconfronteerd met de filosofische principes die de ruimtelijke ordening in Wallonië in goede banen moeten leiden en die eerder uiteengezet werden. Deze benadering laat ons toe de doelstellingen te identificeren en de opties te definiëren van het Waals concept voor territoriale ontwikkeling zoals aangereikt door het GROP. Hoofdstuk 5 analyseert de situatie van Wallonië in de supraregionale ruimtelijke context (Federale Staat, Benelux, Europese Unie) en de grensoverschrijdende 20 - Deel Een: analyse van de situatie en trends voor de toekomst - GROP

20 1. EVOLUTIES EN TRENDS OP SOCIAAL-ECONOMISCH EN ECOLOGISCH VLAK Dit hoofdstuk maakt eerst en vooral een analyse van de trends in de evolutie van de bevolking en in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, waarna uit deze analyse de uitdagingen voor de toekomst worden afgeleid. Vervolgens beschrijft het de behoeften op ecologisch vlak. 1.1.SOCIAAL-ECONOMISCHE TRENDS decennium zullen deze trends zich nog sterker doorzetten. De kenmerken van de Waalse bevolking en van de werkgelegenheid evolueren snel. De evolutie van de bevolking en van de vraag naar werk De toename van de totale bevolking en de belangrijkste oorzaken Wallonië, dat inwoners telde in 1997 (zie tabel 1), ziet zijn bevolking gestaag toenemen sedert 1988, niet alleen door het geboorteoverschot maar ook en vooral door de aantrekkingskracht die het Gewest uitoefent op de andere Belgische gewesten en ophet buitenland. Deze globale aangroei lijkt evenwel mettertijd geleidelijk af te nemen. Volgens de prognoses zou Wallonië inwoners tellen in 2010( 1 ), wat neerkomt op een stijging met inwoners de komende tien jaar. De evolutie van de actieve bevolking en de werkende actieve bevolking Net als elders willen ook in Wallonië alsmaar meer vrouwen de arbeidsmarkt op en studeren jongeren alsmaar langer, twee ontwikkelingen met een tegengesteld effect op de vraag naar werk. Anderzijds heeft de introductie van het brugpensioen de vraag naar werk bij de oudere actieve bevolking doen afnemen. Als gevolg van al deze ontwikkelingen is de bruto-activiteitsgraad( 2 ) van de totale bevolking in de loop der jaren toegenomen, van 36% in 1971 naar meer dan 40% in De evolutie van de leeftijdspiramide De Waalse bevolking vergrijst, net als de bevolking van alle industrielanden. De levensverwachting bij de geboorte blijft toenemen, en ondanks een recente opleving van de vruchtbaarheid evolueert de leeftijdspiramide naar een groter aandeel van volwassenen en bejaarden. In de loop van het ( 1 ) Volgens de jongste cijfers van het NIS en het Planbureau. ( 2 ) De bruto-activiteitsgraad is het percentsgewijze aandeel van de beroepsbevolking in de totale bevolking. GROP Deel Een: analyse van de situatie en trends voor de toekomst - 21

Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 september 2002;

Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 september 2002; 60046 BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST [C 2018/31584] 21 DECEMBER 2017. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeente Molenbeek om het bijzonder

Nadere informatie

ADVIES. Ontwerp van richtplan van aanleg. «Voormalige kazernes van Elsene» 21 februari 2019

ADVIES. Ontwerp van richtplan van aanleg. «Voormalige kazernes van Elsene» 21 februari 2019 ADVIES Ontwerp van richtplan van aanleg «Voormalige kazernes van Elsene» 21 februari 2019 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel : 02

Nadere informatie

Gemeenschappelijke Raadszitting van donderdag 2 mei 2002 ----------------------------------------------------------------------------------

Gemeenschappelijke Raadszitting van donderdag 2 mei 2002 ---------------------------------------------------------------------------------- CENTRALE RAAD VOOR HET BEDRIJFSLEVEN NATIONALE ARBEIDSRAAD ADVIES Nr. 1.402 Gemeenschappelijke Raadszitting van donderdag 2 mei 2002 ----------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte Deel I: visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling informatief gedeelte richtinggevend gedeelte I II III IV V bindend gedeelte deel I. visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling

Nadere informatie

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking Brussel, 5 juli 2006 050706_Advies_kaderdecreet_Vlaamse_ontwikkelingssamenwerking Advies over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking 1. Inleiding Op 24 mei 2006 heeft Vlaams minister

Nadere informatie

Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet;

Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet; 1/5 SAMENWERKINGSAKKOORD TUSSEN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP, HET VLAAMSE GEWEST EN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP BETREFFENDE DE BEVORDERING VAN DE ALGEMENE SAMENWERKING Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet; Gelet

Nadere informatie

Natuurnetwerk in Wallonië

Natuurnetwerk in Wallonië Natuurnetwerk in Wallonië Catherine Hauregard, Waalse Overheidsdienst Afdeling Natuur en Bos «Networking event over de Nationale biodiversiteitsstrategie» 19 mei 2014, KBIN Biodiversiteit in Wallonië Ecologische

Nadere informatie

Richtinggevend gedeelte

Richtinggevend gedeelte 116/183 43-03/26000512 DEEL 3 Richtinggevend gedeelte Leeswijzer In het voorgaande informatief gedeelte werd een analyse van de bestaande ruimtelijke structuur gemaakt door vanuit een globale en sectorale

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever : Philippe Pivin, Belgische Onafhankelijkheidslaan 72-1081 Koekelberg. «Historisch Koekelberg»

Verantwoordelijke uitgever : Philippe Pivin, Belgische Onafhankelijkheidslaan 72-1081 Koekelberg. «Historisch Koekelberg» Verantwoordelijke uitgever : Philippe Pivin, Belgische Onafhankelijkheidslaan 72-1081 Koekelberg. «Historisch Koekelberg» «Historisch Koekelberg» in enkele cijfers Gewestelijke toelage : 11.000.000 Federale

Nadere informatie

HOUDENDE ORGANISATIE VAN DE STEDELIJKE HERWAARDERING.

HOUDENDE ORGANISATIE VAN DE STEDELIJKE HERWAARDERING. ADVIES VAN DE ADVIESRAAD VOOR HUISVESTING EN VOOR STADSVERNIEUWING VAN 21 OKTOBER 2016 MET BETREKKING TOT: - HET VOORONTWERP VAN BESLUIT BETREFFENDE HET STADSBELEID TOT UITVOERING VAN DE ORDONNANTIE HOUDENDE

Nadere informatie

Grensoverschrijdende territoriale samenwerking: België Duitsland Ierland Frankrijk Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Zwitserland

Grensoverschrijdende territoriale samenwerking: België Duitsland Ierland Frankrijk Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Zwitserland MEMO/08/76 Brussel, 7 februari 2008 Grensoverschrijdende territoriale samenwerking: België Duitsland Ierland Frankrijk Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Zwitserland 1. Operationeel programma voor

Nadere informatie

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Brussel, 10 september 2003 091003_AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen Advies Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding...3 2. Krachtlijnen van het advies... 3 3. Advies...4 3.1.

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 05.03.2018 MONITEUR BELGE 18623 WAALSE OVERHEIDSDIENST [2018/201069] 24 JANUARI 2018. Ministerieel besluit tot bepaling van de bedoeld in artikel 4 van het besluit van de Waalse Regering

Nadere informatie

Eén ambitie, 4 federaties. Het Waalse agroalimentaire systeem laten evolueren naar meer duurzaamheid om het een welvarende toekomst te verzekeren

Eén ambitie, 4 federaties. Het Waalse agroalimentaire systeem laten evolueren naar meer duurzaamheid om het een welvarende toekomst te verzekeren Eén ambitie, 4 federaties Het Waalse agroalimentaire systeem laten evolueren naar meer duurzaamheid om het een welvarende toekomst te verzekeren Het Waalse agroalimentaire systeem Het Waalse agroalimentaire

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ZITTING SEPTEMBER 1996 ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ZITTING SEPTEMBER 1996 ONTWERP VAN DECREET Stuk 406 (1995-1996) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT ZITTING 1995-1996 19 SEPTEMBER 1996 ONTWERP VAN DECREET houdende goedkeuring van het Samenwerkingsverdrag tussen de Vlaamse regering en de regering van de Republiek

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de regelgeving

Nadere informatie

VR DOC.0432/1

VR DOC.0432/1 VR 2018 0405 DOC.0432/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring en machtiging tot ondertekening

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000

Nadere informatie

Internationale Samenwerkhgsovereenkomst tussen de deelstaat Noordrijn- Westfalen en de Vlaamse Gemeenschap

Internationale Samenwerkhgsovereenkomst tussen de deelstaat Noordrijn- Westfalen en de Vlaamse Gemeenschap Internationale Samenwerkhgsovereenkomst tussen de deelstaat Noordrijn- Westfalen en de Vlaamse Gemeenschap Het is de taak van de landen en gewesten in Europa om door middel van interregionale samenwerking

Nadere informatie

Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Werkgroep Gebiedsontwikkeling in regio s

Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Werkgroep Gebiedsontwikkeling in regio s Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Werkgroep Gebiedsontwikkeling in regio s Partnerforum Gent 18 oktober 2016 Ruimtelijke staat van Vlaanderen Demografische evoluties (groei, krimp, vergrijzing, gezinsverdunning,

Nadere informatie

Tabel competentiereferentiesysteem

Tabel competentiereferentiesysteem Bijlage 3 bij het ministerieel besluit van tot wijziging van het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling

Nadere informatie

MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST

MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST 6 MEI 1999. - Decreet houdende wijziging van het decreet van 27 november 1997 tot wijziging van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium gewijzigd

Nadere informatie

R A P P O R T Nr

R A P P O R T Nr R A P P O R T Nr. 95 ------------------------------- IAO Rapport uitgebracht ter aanvulling van de rapporten uitgebracht door de Belgische regering overeenkomstig de bepalingen van artikel 19 van het Statuut

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei

Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel

Nadere informatie

Provincie Vlaams Brabant

Provincie Vlaams Brabant 156 Provincie Vlaams Brabant OPEN RUIMTE Open ruimte is de zuurstof van onze ruimte. Het is dus een kostbaar goed, dat we moeten beschermen. Voor de Visienota Ruimte betekent dit dat we de verdere inname

Nadere informatie

Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen

Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen Luc Van den Brande Laten we samen aan Europa bouwen Inhoud Mijn overtuigingen 2 Mijn prioriteiten 3 Bakens voor morgen 8 Laten we samen aan Europa bouwen 1 Mijn overtuigingen Mijn overtuigingen Een Europa,

Nadere informatie

I. Context (1) I. Context (2) Het Akkoord van Brussel van 16 september 2002: Een juridisch kader voor grensoverschrijdende intercommunales

I. Context (1) I. Context (2) Het Akkoord van Brussel van 16 september 2002: Een juridisch kader voor grensoverschrijdende intercommunales Het Akkoord van Brussel van 16 september 2002: Een juridisch kader voor grensoverschrijdende intercommunales Prof. dr. Jan Wouters Maarten Vidal Instituut voor Internationaal Recht K.U. Leuven www.internationaalrecht.be

Nadere informatie

Functiefamilie ET Thematische experten

Functiefamilie ET Thematische experten Functiefamilie ET Thematische experten DOEL Expertise in een materie* en verstrekken aan de administratieve en politieke instanties teneinde hen te ondersteunen bij de besluitvorming en de uitvoering van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren

Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Spoorweginfrastructuur

Nadere informatie

VR DOC.0430/1

VR DOC.0430/1 VR 2018 0405 DOC.0430/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp van decreet houdende instemming met

Nadere informatie

COHESIEBELEID 2014-2020

COHESIEBELEID 2014-2020 GEÏNTEGREERDE TERRITORIALE INVESTERING COHESIEBELEID 2014-2020 De nieuwe wet- en regelgeving voor de volgende investeringsronde van het EU-cohesiebeleid voor 2014-2020 is in december 2013 formeel goedgekeurd

Nadere informatie

EINDELIJK EEN PUBLIEKRECHTELIJK KADER VOOR GEDECENTRALISEERDE VLAAMS-FRANSE SAMENWERKING

EINDELIJK EEN PUBLIEKRECHTELIJK KADER VOOR GEDECENTRALISEERDE VLAAMS-FRANSE SAMENWERKING EINDELIJK EEN PUBLIEKRECHTELIJK KADER VOOR GEDECENTRALISEERDE VLAAMS-FRANSE SAMENWERKING Prof. dr. Jan Wouters en Maarten Vidal * Hoewel in de praktijk lokale, gedecentraliseerde overheden (gemeenten,

Nadere informatie

Praktische handleiding FSMA_2018_07 van 22/05/2018

Praktische handleiding FSMA_2018_07 van 22/05/2018 Praktische handleiding FSMA_2018_07 van 22/05/2018 - De verzekeringsmakelaars die hun beroepsactiviteiten uitoefenen in één of meerdere levensverzekeringstakken. - De andere verzekeringstussenpersonen

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ZITTING SEPTEMBER 1996 ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ZITTING SEPTEMBER 1996 ONTWERP VAN DECREET Stuk 404 (1995-1996) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT ZITTING 1995-1996 19 SEPTEMBER 1996 ONTWERP VAN DECREET houdende goedkeuring van het Samenwerkingsverdrag tussen de Vlaamse regering en de regering van de Republiek

Nadere informatie

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU Commissie politieke zaken 5.3.2009 AP/100.506/AM1-24 AMENDEMENTEN 1-24 Ontwerpverslag (AP/100.460) Co-rapporteurs: Ruth Magau (Zuid-Afrika) en Filip Kaczmarek

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 april 2002 (02.05) (OR. en) 8318/02 LIMITE PROCIV 16 FSTR 3

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 april 2002 (02.05) (OR. en) 8318/02 LIMITE PROCIV 16 FSTR 3 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 april 2002 (02.05) (OR. en) 8318/02 LIMITE PROCIV 16 FSTR 3 RESULTAAT BESPREKINGEN van: Groep civiele bescherming d.d.: 16 april 2002 nr. vorig doc.: 7573/02 prociv

Nadere informatie

ADVIES. Ontwerp van gewestelijk natuurplan voor Brussel. 11 april 2014

ADVIES. Ontwerp van gewestelijk natuurplan voor Brussel. 11 april 2014 ADVIES Ontwerp van gewestelijk natuurplan voor Brussel 11 april 2014 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel : 02 205 68 68 Fax : 02 502

Nadere informatie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie Die publieke opinie in de Europese Unie Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie. Dit werd opgesteld voor de Vertegenwoordiging van de Europese

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE OVEREENKOMST BETREFFENDE EEN SAMENWERKINGSKADER TUSSEN. het secretariaat van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart

ADMINISTRATIEVE OVEREENKOMST BETREFFENDE EEN SAMENWERKINGSKADER TUSSEN. het secretariaat van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart ADMINISTRATIEVE OVEREENKOMST BETREFFENDE EEN SAMENWERKINGSKADER TUSSEN het secretariaat van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart en het Directoraat-generaal Mobiliteit en Vervoer van de Europese Commissie

Nadere informatie

BAROMETER 2018 SMART CITIES IN BELGIË

BAROMETER 2018 SMART CITIES IN BELGIË BAROMETER 2018 SMART CITIES IN BELGIË 01 METHODOLOGIE 21% antwoordpercentage, ofwel123 deelnemende gemeenten REPRESENTATIVITEIT Deze studie is representatief op niveau van de: Regio s Provincies Karakter

Nadere informatie

12071/18 mak/nes/cg 1 ECOMP.3.C.

12071/18 mak/nes/cg 1 ECOMP.3.C. Raad van de Europese Unie Brussel, 14 september 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2018/0224(COD) 12071/18 NOTA van: aan: het voorzitterschap Nr. Comdoc.: 9865/18 + ADD 1 Betreft: RECH 372 COMPET

Nadere informatie

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Algemene vorming op het einde van de derde graad secundair onderwijs Voor de sociale

Nadere informatie

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant'

'Maak werk van Vrije tijd in Brabant' 'Maak werk van Vrije tijd in Brabant' OPROEP VANUIT DE VRIJETIJDSSECTOR Opgesteld door: Vrijetijdshuis Brabant, TOP Brabant, Erfgoed Brabant, Leisure Boulevard, NHTV, MKB, BKKC, Stichting Samenwerkende

Nadere informatie

STUDIE. Faillissementen januari 2017

STUDIE. Faillissementen januari 2017 STUDIE Faillissementen januari 2017 01/02/2017 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De gegevens zijn

Nadere informatie

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Schelde-Dender gebieden van het geactualiseerd Sigmaplan Polder van Vlassenbroek, Grote

Nadere informatie

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 MAART 2011.

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 MAART 2011. ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 MAART 2011 inzake de criteria aan te nemen voor de definitie van de begrippen

Nadere informatie

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen Vergrijzing Impact en uitdagingen voor de lokale besturen Robert Petit Het departement Research van Dexia heeft een bijzonder interessante studie gepubliceerd voor de gemeentelijke beleidsvoerders die

Nadere informatie

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN BOUWWERVEN IN CIRCULAIRE ECONOMIE HERFST 2017 Gewestelijk Programma voor Circulaire Economie Bouwsector Isabelle SOBOTKA 2 DOELSTELLINGEN VAN DE PRESENTATIE N N Presentatie

Nadere informatie

Hoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid

Hoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid Hoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid Peter Cabus Duurzaam Ruimtegebruik Antwerpen, 23 maart 2018 Leiegardens 2014, Your Estate Solution Inhoud 1. Context 2. Witboek Beleidsplan

Nadere informatie

ADVIES. Ontwerp van Schema voor Handelsontwikkeling september 2018

ADVIES. Ontwerp van Schema voor Handelsontwikkeling september 2018 ADVIES Ontwerp van Schema voor Handelsontwikkeling 2018 20 september 2018 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel : 02 205 68 68 Fax :

Nadere informatie

VR DOC.0098/1

VR DOC.0098/1 VR 2019 0102 DOC.0098/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp van decreet houdende instemming

Nadere informatie

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1]

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1] Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1] Ten gevolge van de goedkeuring van de bisconceptnota betreffende de organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen,

Nadere informatie

Beleidsvisie Sociaal Werk

Beleidsvisie Sociaal Werk Beleidsvisie Sociaal Werk Jo Vandeurzen Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Het momentum Groot enthousiasme voor deelname aan werkgroepen Sociaal werkers uit verschillende sectoren en

Nadere informatie

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)

Nadere informatie

Ieper - Poperinge. 1. Reservegebieden voor beperkte industriële uitbreiding (KB 14/08/79)

Ieper - Poperinge. 1. Reservegebieden voor beperkte industriële uitbreiding (KB 14/08/79) Ieper - Poperinge 1. Reservegebieden voor beperkte industriële uitbreiding (KB 14/08/79) 1082 De gebieden die als reservegebieden voor beperkte industriële uitbreiding zijn aangeduid, kunnen worden bestemd

Nadere informatie

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND WERK ALS ÉÉN OVERHEID De fysieke en sociale leefomgeving van Nederland gaan de komende decennia ingrijpend veranderen. Transities in de energievoorziening, de landbouw,

Nadere informatie

Roeselare - Tielt. 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79)

Roeselare - Tielt. 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79) Roeselare - Tielt 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79) 0180 De gebieden die als "reservegebied voor woonwijken" zijn aangeduid, kunnen op initiatief van de gemeente of de vereniging van gemeenten

Nadere informatie

Kaderconventie van de Raad van Europa over de bijdrage van cultureel erfgoed aan de samenleving, opgemaakt in Faro op 27 oktober 2005

Kaderconventie van de Raad van Europa over de bijdrage van cultureel erfgoed aan de samenleving, opgemaakt in Faro op 27 oktober 2005 Sectorraad Kunsten en Erfgoed Kaderconventie van de Raad van Europa over de bijdrage van cultureel erfgoed aan de samenleving, opgemaakt in Faro op 27 oktober 2005 Advies 2010/2 (SARiV) Advies 243-05 (SARC)

Nadere informatie

DUURZAAM WIJKCONTRACT MAALBEEK

DUURZAAM WIJKCONTRACT MAALBEEK Gemeente Elsene Brussels Hoofdstedelijk Gewest DUURZAAM WIJKCONTRACT MAALBEEK Projectoproep ambachtslieden, ontwerpers en creatieve beroepen uit de Maalbeekwijk Publicatie : Januari 2016 Uiterste datum

Nadere informatie

BRUSSELS PROGRAMMA VOOR HET ONDERWIJS EN ACTIEPLAN VAN DE DIENST SCHOOLFACILITATOR VOOR 2016

BRUSSELS PROGRAMMA VOOR HET ONDERWIJS EN ACTIEPLAN VAN DE DIENST SCHOOLFACILITATOR VOOR 2016 BRUSSELS PROGRAMMA VOOR HET ONDERWIJS EN ACTIEPLAN VAN DE DIENST SCHOOLFACILITATOR VOOR 2016 Strategie 2025 Bepaalt de sociaaleconomische prioriteiten voor Brussel tegen 2025. Is ondertekend door de bevoegde

Nadere informatie

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C Raad van de Europese Unie Brussel, 4 mei 2018 (OR. en) 8301/18 NOTA van: aan: JEUN 48 MIGR 51 SOC 213 EDUC 134 het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel) Raad nr. vorig doc.: 7831/1/18 JEUN

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

Vrij vertrouwd. Redelijk vertrouwd

Vrij vertrouwd. Redelijk vertrouwd Deel 1 Algemene vragen 1. Hoe belangrijk is natuurbescherming voor u? Niet belangrijk Niet erg belangrijk Belangrijk Heel belangrijk Er is een duidelijke maatschappelijke vraag is naar natuurbescherming.

Nadere informatie

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht Cel Externe Communicatie Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T. 02-2773408 GSM 0473-916424 Persbericht Datum: 26 november 2007 Betreft: Bijna 200 indicatoren geven

Nadere informatie

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool Metropolitan Voka Metropolitan bouwt aan de Brusselse metropool Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, bundelt zijn werking in de Brusselse

Nadere informatie

VOORSTEL VAN INHOUD VOOR HET MILIEUEFFECTENRAPPORT VAN HET GEWESTELIJK PLAN VOOR OVERSTROMINGSBESTRIJDING ('REGENPLAN')

VOORSTEL VAN INHOUD VOOR HET MILIEUEFFECTENRAPPORT VAN HET GEWESTELIJK PLAN VOOR OVERSTROMINGSBESTRIJDING ('REGENPLAN') VOORSTEL VAN INHOUD VOOR HET MILIEUEFFECTENRAPPORT VAN HET GEWESTELIJK PLAN VOOR OVERSTROMINGSBESTRIJDING ('REGENPLAN') voor advies van de Raad voor het Leefmilieu, de Economische en sociale raad voor

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 31.05.2001 COM(2001) 289 definitief MEDEDELING AAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN AAN DE RAAD Strategie ter voorbereiding van de kandidaat-lidstaten

Nadere informatie

Speerpunt 2018 Ruimtelijke Ordening. Ruimtelijke - Ordening

Speerpunt 2018 Ruimtelijke Ordening. Ruimtelijke - Ordening Ruimtelijke - Ordening 1 2 Woord vooraf Een gemeente die zijn Ruimtelijke Ordening serieus neemt, streeft ernaar dat dit gedragen wordt door de meerderheid van zijn inwoners. Om draagkracht te verkrijgen

Nadere informatie

Algemene beschrijving

Algemene beschrijving Algemene beschrijving Lokalisatie De wijk Vogelenzang ligt ten zuidwesten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op het grondgebied van de gemeente Anderlecht. Het gebied van het zwarte punt heeft betrekking

Nadere informatie

STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober

STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober 1 september 2016 2 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter

Nadere informatie

Naar een kwalitatief hoogstaande Baukultur voor Europa

Naar een kwalitatief hoogstaande Baukultur voor Europa Verklaring van Davos 2018 Conferentie van ministers voor Cultuur 20-22 januari 2018, Davos, Zwitserland Naar een kwalitatief hoogstaande Baukultur voor Europa Wij, ministers voor Cultuur en delegatiehoofden

Nadere informatie

Brusselse fiscale hervorming : Strategische oriëntaties

Brusselse fiscale hervorming : Strategische oriëntaties Brusselse fiscale hervorming : Strategische oriëntaties Voorstellen van de sociale partners 25 november 2015 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000

Nadere informatie

Densifiëren om beter te delen

Densifiëren om beter te delen Seminarie Duurzame Gebouwen Densifiëren om beter te delen 9 november 2018 Dichtheid als element van een duurzaam, modern en inclusief stadsproject Charlotte Demulder perspective.brussels DOELSTELLINGEN

Nadere informatie

ADVIES. 24 april 2019

ADVIES. 24 april 2019 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie betreffende de invoering van een impactanalyse van het gewestelijke beleid op kleine, middelgrote en micro-ondernemingen («KMO-test») 24 april 2019 Economische en Sociale

Nadere informatie

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD STUK 459 (2011-2012) Nr. 1 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZIT TING 2011-2012 17 NOVEMBER 2011 VOORSTEL VAN RESOLUTIE van mevrouw Elke ROEX betreffende het waarborgen van het recht op kinderopvang

Nadere informatie

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 20 SEPTEMBER 2001

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 20 SEPTEMBER 2001 ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 20 SEPTEMBER 2001 inzake het voorontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie

Nadere informatie

STAD BRUSSEL ONTWERP VAN BIJZONDER BESTEMMINGSPLAN 60/41 BELLIARD/ETTERBEEK. (afwijking van het GBP)

STAD BRUSSEL ONTWERP VAN BIJZONDER BESTEMMINGSPLAN 60/41 BELLIARD/ETTERBEEK. (afwijking van het GBP) BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST DE GEWESTELIJKE ONTWIKKELINGSCOMMISSIE Doc 15075-1935AD REGION DE BRUXELLES-CAPITALE LA COMMISSION REGIONALE DE DEVELOPPEMENT - STAD BRUSSEL ONTWERP VAN BIJZONDER BESTEMMINGSPLAN

Nadere informatie

TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT

TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT Aanbeveling... 2 Advies... 2 Algemeen commentaar... 2 Beleidsdocument... 3 Besluit... 3 Decreet... 3 Europees besluit... 3 Grondwet... 3 Koninklijk besluit... 3 Mededeling...

Nadere informatie

plan.be Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Bevolkingsvooruitzichten

plan.be Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Bevolkingsvooruitzichten Communiqué 8 mei 2008 plan.be Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie Bevolkingsvooruitzichten 2007-2060 Kenmerken van de Bevolkingsvooruitzichten

Nadere informatie

VR DOC.0099/1

VR DOC.0099/1 VR 2019 0102 DOC.0099/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp van decreet houdende instemming met

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen. 21 september 2017

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen. 21 september 2017 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen 21 september 2017 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/043 1 BERAADSLAGING NR. 07/015 VAN 27 MAART 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS BETREFFENDE GEDETACHEERDE WERKNEMERS, ZELFSTANDIGEN EN STAGIAIRS AAN DE RIJKSDIENST VOOR SOCIALE

Nadere informatie

RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent

RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent Het Gentse stadsbestuur maakt een thematisch ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op, het RUP Stedelijk Wonen. Daarmee wil de Stad stedenbouwkundige problemen

Nadere informatie

Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016

Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016 Beleidsplan Ruimte Vlaanderen BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016 Inhoud Ruimte in een veranderende wereld We nemen veel ruimte in, een hypotheek op de toekomst Resultaat van de structuur en gewestplanning

Nadere informatie

Gemeentelijk charter voor de integratie van gehandicapten

Gemeentelijk charter voor de integratie van gehandicapten Gemeentelijk charter voor de integratie van gehandicapten AANSLUITING VAN DE GEMEENTE JETTE Gemeentelijk charter voor de integratie van gehandicapten AANSLUITING VAN DE GEMEENTE JETTE Gemeentelijk charter

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid SCSZG/18/193 BERAADSLAGING NR. 18/103 VAN 4 SEPTEMBER 2018 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE

Nadere informatie

Openbare raadpleging in het kader van de "fitness check" van de EU-natuurwetgeving (vogel- en habitatrichtlijn)

Openbare raadpleging in het kader van de fitness check van de EU-natuurwetgeving (vogel- en habitatrichtlijn) Openbare raadpleging in het kader van de "fitness check" van de EU-natuurwetgeving (vogel- en habitatrichtlijn) Over u Uw naam of de naam van uw organisatie: Geen censuur op natuur! Mogen wij uw bijdrage

Nadere informatie

Les 14 Bevolkingsspreiding in Europa

Les 14 Bevolkingsspreiding in Europa 5. Stedelijke landschappen 1 2e jaar aardrijkskunde Les 14 Bevolkingsspreiding in Europa Hoe onderzoek ik de bevolkingsspreiding? (gebaseerd op Geogenie2) Positieve factoren Verklaart de hoge bevolkingsdichtheid

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk ------ Advies nr. 17 van 16 oktober 1998 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit en een

Nadere informatie

STUDIE Faillissementen 1 december Maand november sluit af met stijging van 3,69% In Brussel een stijging van 25,17%.

STUDIE Faillissementen 1 december Maand november sluit af met stijging van 3,69% In Brussel een stijging van 25,17%. STUDIE Faillissementen 1 december 2016 Maand november sluit af met stijging van 3,69% In Brussel een stijging van 25,17%. 1 september 2016 2 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding

Nadere informatie

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma 1. Uittreksel uit het 2 Zeeën Operationeel Programma, Prioriteit 4 : Gemeenschappelijke Prioriteit met het

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 18 november 2003

Nadere informatie

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum

Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze datum Bouwen aan de democratische veiligheid in Europa Ontwerptoespraak van de secretaris-generaal Brussel, woensdag 12 november 2014 Embargo tot de datum waarop deze toespraak wordt gehouden / toetsen aan deze

Nadere informatie

Preview. De vragenlijst kan uitsluitend online worden ingevuld.

Preview. De vragenlijst kan uitsluitend online worden ingevuld. Preview. De vragenlijst kan uitsluitend online worden ingevuld. Vragenlijst "Een tussentijdse herziening van Europa 2020 - het standpunt van de EU-regio's en -steden" Achtergrond De tussentijdse herziening

Nadere informatie

Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling

Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling Naar een gezamenlijke visie: lokale overheden als actoren voor ontwikkeling Consultatieproces Dit document bevat de ontwerpvisie die resulteerde uit de conferentie Winning through twinning, die van 17

Nadere informatie

WORDT UW STAD DE EERSTE EUROPESE HOOFDSTAD VAN SLIM TOERISME?

WORDT UW STAD DE EERSTE EUROPESE HOOFDSTAD VAN SLIM TOERISME? WORDT UW STAD DE EERSTE EUROPESE HOOFDSTAD VAN SLIM TOERISME? FACTSHEET 1. WORDT UW STAD DE EERSTE EUROPESE HOOFDSTAD VAN SLIM TOERISME? In lijn met een door het Europees Parlement voorgestelde voorbereidende

Nadere informatie

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B Raad van de Europese Unie Brussel, 27 juni 2016 (OR. en) 10667/16 RESULTAAT BESPREKINGEN van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties FSTR 35 FC 29 REGIO 42 SOC 434 AGRISTR 36 PECHE 243

Nadere informatie

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM

EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM Napels, 2 december 2003 AANBEVELING VAN HET EURO-MEDITERRAAN PARLEMENTAIR FORUM AAN DE VIde EURO-MEDITERRANE MINISTERSCONFERENTIE betreffende de oprichting van een Euro-Mediterrane

Nadere informatie