Slavernijgeschiedenis Werkboek

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Slavernijgeschiedenis Werkboek"

Transcriptie

1 Slavernijgeschiedenis Werkboek Samenwerkingsverband Onderwijstijdverlenging van schoolbesturen PO en VO in Amsterdam Nieuw-West en Stadsdeel Nieuw-West Contactadres: Postbus 87591, 1080 JN Amsterdam T F E t.durenkamp@askoscholen.nl W

2 Colofon Ontwikkeld door: Historische inhoud lesteksten en lesbrief: drs. Patricia D. Gomes Onderwijskundige inhoud en idee: V.O.F. Beuker Onderwijs in samenwerking met mevrouw drs. S. van Gessel Vormgeving en opmaak: Floor Leemans, BeeldinZicht Samenwerkingsverband Onderwijstijdverlenging PO en VO Amsterdam Nieuw-West Amsterdamse Stichtingen voor Katholiek Onderwijs (ASKO) Postbus 87591, 1080 JN Amsterdam Kalfjeslaan 380, 1081 JA Amsterdam Ten behoeve van OnderwijsTijdVerlenging Amsterdam Mogelijk gemaakt door Project- en adviesbureau SPA Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, projectleiding Kees Viergever Het is niet toegestaan dit materiaal, of delen daarvan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs te kopiëren. Afbeeldingen komen van Wikimedia, uit de collectie van het Tropenmuseum of van Shutterstock.com. 2

3 Inhoudsopgave Opdrachtkaartjes 4 Les 1 Introductie 7 Les 2 De handel in de 17e eeuw en de opkomst van de slavernij 9 Les 3: Op het schip 16 Les 4 Op de plantage 21 Les 5 Verzet en afschaffing slavernij 26 Les 6 Bevolkingssamenstelling van Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen 32 Les 7 Herdenken; verleden, heden en toekomst 37 Les 8 Presentatie 42 Opdrachten die ik heb gedaan 43 3

4 Opdrachtkaartjes - Rap - Houd je van een goede beat en houd je ervan om woorden op muziek zetten? Bedenk dan een rap bij het onderwerp van de les. Luister bijvoorbeeld nog eens naar de rap die gezongen wordt aan het begin van het filmpje over slavernij. Bekijk het filmpje Slaven op de plantages op Curaçao op Schooltv.nl/beeldbank waarin Victor Bartoloméus voordoet hoe de slaven op de plantages zongen over wat ze meemaakten en voelden. Op internet kun je hulp en beats voor het maken van een rap vinden op de website Def Dada Rapmachine. (Google: Def Dada Rapmachine en klik op de site van de VPRO om bij de rapmachine te komen. - Verhaal - Wil jij mensen meeslepen in een andere wereld met een verhaal? Bedenk een verhaal bij het onderwerp van de les. Bedenk voordat je begint : - over wie het verhaal gaat - hoe je uitlegt wie hij of zij is - hoe zijn of haar leven eruit ziet - wat hij of zij meemaakt in je verhaal - hoe je dat spannend of boeiend opschrijft - hoe het verhaal afloopt - Quiz - - Dans - Houd je van dansen en om zelf een dans te bedenken? Bedenk wat je met je dans wil: Wil je iets uitbeelden in jullie dans? Wil je ook iets zingen, zeggen of rappen bij de dans? Bedenk welke muziek past bij jullie dans: - Kies een goede beat uit bij de Def Dada Rapmachine. Maak je ook een rap bij je dans? - Heb je zelf muziek die past bij de dans of het thema slavernij? Presenteer je eigen, zelfbedachte kennisquiz. Bedenk voordat je vragen maakt wie de deelnemers van jullie quiz worden Maak vragen bij het onderwerp van de les en maak antwoordmogelijkheden Bedenk welke rondes jullie quiz heeft en wanneer je winnaar bent van de quiz. Krijgt de winnaar een prijs? 4

5 - Interview - Ben je nieuwsgierig en wil je altijd alles weten? Word dan interviewer! Bedenk voordat jullie beginnen met je interview: - Ga je iemand echt interviewen of gaan we zelf de antwoorden bedenken? Je kunt dan bijvoorbeeld terug in de tijd gaan en slaven op de plantages interviewen. De antwoorden op de vragen kun je bedenken, omdat je in de lessen heel veel leert over slavernij. - Denk na over hoe je het interview gaat presenteren op de afsluiting. Ga je bijvoorbeeld navertellen of naspelen of heb je een ander idee? - Tekening - Houd je van tekenen? Maak een mooie tekening over de slavernij! Bedenk voordat jullie beginnen met de tekening: - Kiezen jullie ervoor één tekening of meerdere tekeningen te maken? - Welke materialen gebruik je en hoe groot wordt de tekening? - Gebruik je wel of geen woorden bij de tekening(en)? - Gedicht - Houd je van spelen met woorden? Maak een gedicht! Een gedicht van een paar regels kan meer zeggen dan 1000 woorden. Bedenk voordat jullie beginnen met het gedicht: - Of de zinnen rijmen of niet. - Wat de boodschap is van jullie gedicht. Probeer ook te bedenken hoe jullie gedicht het beste gepresenteerd kan worden. - Uitnodiging - Kun je mooi schrijven, ben je creatief of ben je handig op de computer? Maak een mooie uitnodiging! De laatste les sluiten jullie de lessen af met optredens zodat iedereen kan zien wat jullie hebben geleerd en wat jullie graag willen vertellen. Maak een mooie uitnodiging voor deze afsluiting zodat iedereen graag wil komen kijken! Bedenk voordat jullie beginnen met het maken van uitnodiging: - Welke informatie moet er op de uitnodiging staan? Als je nog tijd over hebt: - Heb je nog meer goede ideeën om er een superafsluiting van te maken? Bespreek ze met je juf of meester! 5

6 Placemat

7 Les 1 Introductie Lesdoelen: - je maakt kennis met het onderwerp slavernij - je maakt kennis met de werkwijze van de module Voorkennis activeren: Werkvorm: Placemat (op de pagina hiernaast) De leerkracht vormt groepjes van vier leerlingen en legt de placemats in het midden van de groepjes. Stappen: 1. De leerkracht geeft de opdracht: Schrijf in je eigen vak op wat je weet over de slavernij. 2. Schrijf in in het middelste vak alles op wat jullie samen weten over slavernij. 3. Vertel wat jullie hebben opgeschreven. Filmpje bekijken: Je gaat de eerste aflevering van de geschiedenisserie De Slavernij Junior van de NTR bekijken. Kijkvragen bij filmpje: 1. Waarom werd dat tijdperk de Gouden Eeuw genoemd? 2. Waar handelden de Nederlanders in? Noem 3 voorbeelden. 3. Waarvoor werd de jenever in het filmpje gebruikt? 4. Hoe werden de slaven behandeld op het schip? Vertel er eens iets over. 5. Wat gebeurde er op Fort Elmina? 6. Hoe zag de ideale slaaf eruit volgens de handelaren? En waarom zijn de vrouwen en kinderen goedkoper? 7. Aan het eind van het filmpje zegt één van de jongens: Slavernij is helemaal weg en het kan nooit meer gebeuren, dan zeg ik alles kan. Wat vind je van deze uitspraak? Videostill uit de serie De Slavernij-junior van de NTR 7

8 Antwoorden kijkvragen bij filmpje: Kringgesprek: Je gaat met elkaar in gesprek over wat je gezien hebt in de film. Uitleg lessen: De lessenserie bestaat uit 8 lessen. De leesteksten Iedere les lees je teksten over de slavernijgeschiedenis. Je leest de teksten met een stappenplan. Dit stappenplan helpt je de teksten goed te begrijpen. Als je de stappen van het stappenplan volgt, zul je merken dat je de tekst beter begrijpt. Je leert de stappen van het stappenplan steeds beter kennen en gebruiken. Je leert dus niet alleen veel over de geschiedenis van de slavernij, maar ook hoe je een tekst goed kunt begrijpen. Het gesprek Na het lezen van de teksten ga je met elkaar in gesprek over de tekst. Je praat met elkaar over wat je hebt gelezen over de slavernij. Je vertelt aan elkaar wat je geleerd hebt, wat je opvalt, wat je mening is over een onderwerp. Aan de slag Na het gesprek over het onderwerp ga je in een groepje aan de slag met het onderwerp van die les. Dat betekent dat je een opdracht gaat doen. Je kunt kiezen uit verschillende opdrachten, zoals het maken van een rap, dans of poster over het onderwerp. 8

9 De laatste les De laatste les is een bijzondere les. In deze les leer je niets nieuws, maar laat je zien wat je geleerd hebt. Je mag voor deze les mensen uitnodigen en er een hele bijzondere presentatie van maken. Je presenteert één of meer opdrachten die je hebt gedaan. Je laat dan bijvoorbeeld je rap horen of je hangt de posters op die jullie gemaakt hebben en vertelt erbij. Les 2 De handel in de 17e eeuw en de opkomst van de slavernij Lesdoelen: - je kunt een stappenplan begrijpend lezen toepassen - je kunt vertellen hoe de slavernij is ontstaan - je krijgt inzicht in de opkomst van de slavernij Terugblik: Je blikt terug op de vorige les waarin je het filmpje over de slavernij hebt gekeken. Woordenschatuitbreiding en VOOrkennis activeren: Woorden: - de handel - de kolonie - vaststellen - de slaafgemaakte, de slaaf Betekenissen: De handel: het kopen en verkopen De kolonie: een land dat door een ander land veroverd is en bestuurd wordt Vaststellen: zeggen hoe of wat het is, bepalen De slaaf De slaafgemaakte: iemand die het bezit is van een ander, hij mag geen eigen beslissingen hebben over zijn/haar leven. Een slaaf kun je beter een slaafgemaakte noemen, want iemand heeft van die persoon een slaaf gemaakt. Lesoverzicht en de lesdoelen: De leerkracht bespreekt het lesoverzicht en de lesdoelen. Uitleg: De leerkracht legt alle stappen van het stappenplan uit. Het stappenplan Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 9

10 Uitleg bij de stappen: Voor het lezen: Stap 1: Leesdoel bepalen Waarom zou ik deze tekst gaan lezen? Stel jezelf de vraag: waarom zou ik deze tekst gaan lezen, wat wil ik er mee bereiken? Het antwoord op deze vraag vind je door te kijken naar de structuur van de tekst, de lay-out van de tekst en bijvoorbeeld titels, kopjes en plaatjes. Voorbeelden van leesdoelen: - je wilt informatie over een onderwerp (informatieve tekst) - je wilt weten hoe iets in elkaar gezet moet worden (gebruiksaanwijzing) - je bent op zoek naar een mening of emoties over een onderwerp of bijvoorbeeld een film (recensie) - je wilt informatie opzoeken (korte informatie, bijvoorbeeld wat een woord betekent) - je wilt je ontspannen (verhalenboek) Stap 2: Voorspellen Waar zou de tekst over gaan? Voordat je de tekst leest, kijk je naar plaatjes en uiterlijke kenmerken van de tekst (kopjes, alinea s) om te voorspellen waar de tekst over zal gaan. Natuurlijk klopt je voorspelling niet altijd, maar dat is niet erg. Het gaat erom dat je nadenkt over de tekst. Je kunt een tekst beter begrijpen als je er van tevoren al over hebt nagedacht. Stap 3: Voorkennis activeren Wat weet ik er al van? Het gaat in deze stap om verbanden leggen tussen bekende en nieuwe informatie. Je stelt jezelf de vraag: wat weet ik al over het onderwerp? Je activeert dat deel in je hersenen waar informatie over het onderwerp ligt opgeslagen. Nieuwe informatie kun je daardoor beter begrijpen. Tijdens het lezen kun je deze stap herhalen. Je stelt jezelf de vraag: doet dat wat ik lees me denken aan iets uit mijn eigen leven of aan iets dat ik eerder heb gelezen of gezien? Tijdens het lezen: Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Begrijp ik het nog? Als je jezelf vragen stelt tijdens het lezen, blijf je gemotiveerd om verder te lezen en maak je je de tekst meer eigen. Als je een stukje tekst hebt gelezen, kun je jezelf afvragen: Wist ik dit al? Begrijp ik het nog? Als je een stukje van de tekst of een woord niet begrijpt, kun je het volgende doen: - de zin nog een paar keer rustig lezen - de tekst erboven nog een keer lezen - de tekst erna nog een keer lezen - de betekenis proberen te vinden door na te denken over andere informatie rondom het moeilijke stukje of woord Na het lezen: Stap 5: Voorstelling maken Wat zie ik voor me? Als je leest, probeer je beelden of foto s bij de tekst te zien. De beelden helpen je om de tekst beter te begrijpen. Je kunt de tekst ook in een schema zetten door bijvoorbeeld van iedere alinea een woord op te schrijven. 10

11 Stap 6: Samenvatten Wat is het onderwerp? Wat is de hoofdgedachte? Na het lezen bedenk je wat de belangrijkste informatie in de tekst is. Om het onderwerp te vinden, probeer je in één of een paar woorden te zeggen waar de tekst over gaat. Om de hoofdgedachte te vinden, probeer je te zeggen wat de schrijver over het onderwerp wil zeggen. Een samenvatting maak je door alle belangrijke informatie uit de tekst kort te vertellen. Details en voorbeelden maken een tekst vaak interessanter, maar horen niet in een samenvatting. Titels boven een tekst of een alinea zijn vaak belangrijke woorden. Stap 7: Vragen stellen na het lezen Ben ik te weten gekomen wat ik wilde weten? Wat vind ik van de tekst? Wat wil ik nog meer weten over het onderwerp? Denk terug aan je leesdoel. Is het doel behaald? Door je een mening te vormen over de tekst en te bedenken wat je na het lezen weet, maak je je de tekst eigen. Foto: collectie Tropenmuseum: koopvrouwen 11

12 Samen oefenen: Lees tekst 1 Van specerijenhandel tot slavenhandel en vul het stappenplan er bij in. Tekst 1 Van specerijenhandel naar slavenhandel De periode van 1600 tot 1700 noemen we De Gouden Eeuw. In deze periode ging het heel erg goed met Nederland. Nederland was namelijk een van de rijkste en machtigste landen. De grote steden werden steeds rijker en groeiden. Dat Nederland zo rijk werd, kwam vooral door de handel. Eerst dreven de Nederlandse handelaren alleen handel in Europa. Ze handelden in producten zoals graan. Later gingen ze naar verre landen die ze voor een deel veroverden. In deze landen gingen ze niet alleen handelen in producten, maar ook in Afrikaanse mensen. Ook lieten ze deze Afrikanen als slaaf voor hen werken in de veroverde landen. Handel De Nederlandse kooplieden handelden in hout, graan en wijn. Uit het Verre Oosten haalden ze bijzondere specerijen zoals kruidnagel, nootmuskaat en kaneel. Hiermee maakten ze het voedsel lekkerder en konden ze het langer bewaren. De producten uit verre landen moesten ergens worden opgeslagen. Hiervoor werden er in Amsterdam grote opslagplaatsen gebouwd. Uit heel Europa kwamen er handelaren naar Amsterdam om producten in te kopen. Amsterdam werd een echte wereldstad. De VOC ( ) Er gingen inmiddels heel veel handelaren naar Azië om specerijen in te kopen. Daar zaten al die handelaren elkaar alleen maar in de weg. Ze boden tegen elkaar op waardoor de inkoopprijzen steeds hoger werden. Wanneer ze de specerijen in Amsterdam wilden verkopen waren er zoveel verkopers dat de verkoopprijzen juist steeds lager werden. Zo maakten ze dus minder winst. De handelaren werden verplicht om samen te gaan werken en om samen één compagnie te vormen. Zo werd in 1602 de Verenigde Oostindische Compagnie opgericht. De VOC was een machtig en rijk bedrijf met honderden schepen en tienduizenden werknemers. Zij lieten de mensen in Azië heel hard en voor heel weinig loon voor hen werken. Soms gebruikten ze ook Afrikanen die ze als slaaf voor hen lieten werken. Zij kregen geen loon. De WIC ( ) In 1621 werd de West Indische Compagnie (WIC) opgericht om handel te drijven in slaven en om nieuwe gebieden te veroveren. De slaven werden uit Afrika gehaald en naar de veroverde gebieden gebracht. Slaven gingen dan naar bijvoorbeeld Brazilië, Suriname of de Antillen. Hier moesten zij op grote plantages werken en producten voor Europa verbouwen, zoals suikerriet en cacaobonen. Vanuit het hoofdkantoor van de West Indische Compagnie werden de slaventransporten en de handel georganiseerd. Het aantal schepen werd vastgesteld, de vertrekdata, het aantal slaven dat moest worden ingekocht en tegen welke prijs dat gebeurde. De MCC ( ) In 1720 werd er nog een compagnie opgericht omdat er veel geld te verdienen was met de handel in slaven en tropische producten. Dit was de Middelburgsche Commercie Compagnie. Zowel de VOC, de WIC als de MCC gaven aandelen uit om de schepen en de reizen te betalen. Dat betekent dat ze geld kregen van gewone mensen. Na afloop van de reis kregen deze mensen hun geld dan weer terug en een deel van de winst die was behaald met de handel in slaven en tropische producten. 12

13 Zelfstandig maken: Tekst 2 bron: (geraadpleegd op: ) Nabespreking: De leerkracht gaat met de leerlingen in gesprek over de gelezen teksten. Actieve verwerkingsopdracht: Kies met je groepje welke opdracht je gaat doen (bladzijde 4 en 5 in je werkboek). Vul in wat je kiest op bladzijde 43. Vooruitblik: In de volgende les zal het gaan over hoe Nederland aan de slaven kwamen en hoe het eraan toe ging op een schip. Foto: collectie Tropenmuseum: tentboot met roeiers op een rivier 13

14 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 1 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 14

15 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 2 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 15

16 Les 3 Op het schip Lesdoelen: - je kunt een stappenplan begrijpend lezen toepassen - je kunt vertellen hoe de slaven naar de plantages werden gebracht - je krijgt inzicht in hoe het leven op het schip voor de slaven was Terugblik: Je blikt terug op de vorige les. Woordenschatuitbreiding en VOOrkennis activeren: Woorden: - de plantage - verblijven - uitbreken Betekenissen: De plantage: een groot veld, meestal in tropische landen, waar cacao, koffie en suiker werden verbouwd Verblijven: het ergens zijn voor langere tijd Uitbreken: ineens tevoorschijn komen, ineens beginnen Lesoverzicht en de lesdoelen: De leerkracht bespreekt het lesoverzicht en de lesdoelen. Uitleg: De leerkracht neemt samen met de leerlingen nogmaals de stappen van het stappenplan door. Samen oefenen: Lees tekst 1 Slaafgemaakten en vul het stappenplan er bij in. Zelfstandig maken: Lees tekst 2 Op het schip en vul het stappenplan er bij in. Nabespreking: De leerkracht gaat met de leerlingen in gesprek over de gelezen teksten. Actieve verwerkingsopdracht: Kies met je groepje welke opdracht je gaat doen (bladzijde 4 en 5 in je werkboek). Vul in wat je kiest op bladzijde 43. Vooruitblik: De leerkracht vertelt dat de leerlingen de volgende keer teksten gaan lezen over hoe het leven van de slaven op de plantages was. Ook lezen de leerlingen een tekst geschreven door een slaaf. 16

17 Tekst 1 Slaafgemaakten Nederland had met de schepen van de West Indische Compagnie gebieden veroverd zoals Brazilië, Suriname en de Antillen. Op de plantages van deze veroverde gebieden moesten mensen gaan werken. De oorspronkelijke inwoners, de Indianen, konden dit werk niet aan. De blanken ook niet. Daarom werd besloten mensen uit Afrika het werk te laten doen. Zij waren sterk en konden het werk op de plantages wel aan. Deze Afrikanen werden door de Europeanen als slaaf gekocht en naar de plantages gebracht. Sommige Afrikanen waren al tot slaaf gemaakt toen zij werden gekocht. In Afrika bestond de slavernij namelijk al duizenden jaren. Deze mensen waren tot slaaf gemaakt, omdat ze bijvoorbeeld een moord hadden gepleegd of omdat ze iets gestolen hadden. Het kwam ook wel voor dat niet alleen zij, maar ook hun familieleden tot slaaf werden gemaakt. Anderen werden slaaf, omdat ze hun schulden niet konden betalen. Weer anderen waren in slavernij geboren, omdat hun ouders slaaf waren. Het was ook een gewoonte om gevangenen na een oorlog tot slaaf te maken. In al deze gevallen werden de slaven als mensen gezien en ook als mensen behandeld. Dit was niet het geval in de nieuwe wereld waar ze naar toe werden gebracht door de Nederlanders en andere West-Europese handelaren. Hier werden de slaven gezien als dingen of als dieren. Ze hadden geen rechten. Ze werden erg slecht behandeld. De schepen die naar Afrika voeren waren volgeladen met ruilgoederen zoals katoen, wapens en gereedschappen; spullen pullen waarmee de slaven gekocht konden worden van Afrikaanse handelaren. Zij brachten de slaven vanuit de binnenlanden naar de verzamelplaatsen aan de kust. Een van die verzamelplaatsen heette Fort Elmina in Ghana, dat toen de Goudkust of Slavenkust werd genoemd. Miljoenen slaven; mannen, vrouwen en kinderen, werden hier opgesloten in de donkere en muffe kelder van het fort. Hier moesten ze wachten totdat er een slavenschip kwam om hen mee te nemen. Wanneer het schip aankwam bij de kust werden de slaven nauwkeurig bekeken en onderzocht, zodat de handelaren geen miskoop deden. Voordat ze aan boord gingen van de Nederlandse schepen werden ze gebrandmerkt met een logo van de WIC. Zo konden ze herkend worden als ze zouden ontsnappen. De slaven gingen naakt of met een lendendoekje aan boord van het schip. Ze hadden geen bezittingen. Er werden wel 500 of meer Afrikaanse slaven meegenomen per schip. Hoe meer slaven, hoe meer winst. Soms duurde het wel maanden voordat de WIC genoeg slaven had verzameld. Wanneer een kapitein genoeg slaven aan boord had, kon de grote tocht over de Atlantische oceaan beginnen. foto: collectie Tropenmuseum: slavenarmband 17

18 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 1 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 18

19 Tekst 2 Op het schip De slaven werden gebrandmerkt en geboeid in het ruim van het schip gepropt. De kapitein wilde veel geld verdienen dus stopte hij ontzettend veel slaven in het schip. Het schip voer van Afrika naar Curaçao en was soms wel maanden onderweg. Al die maanden verbleven die honderden slaven op dat ene schip. Natuurlijk was het doel van de kapitein om alle slaven gezond in Curaçao te krijgen, want dat zou het meeste opbrengen. Maar dit lukte niet altijd. In de kleine ruimtes onder het dek waar de slaven verbleven was het erg warm en stonk het. Er was niet genoeg te eten en te drinken. De slaven sliepen en leefden dicht op elkaar en de grond was bedekt met slijm en bloed. Er braken vaak besmettelijke ziektes uit, zoals pokken, malaria en scheurbuik. Slaven die dood gingen werden overboord gegooid. De reis duurde erg lang en was erg gevaarlijk. Soms mochten de slaven op het dek. Er werden dan dansfeesten georganiseerd om de stemming erin te houden en om te werken aan de lichamelijke conditie. Aangekomen in Curaçao werden de slaven opgeknapt en kregen ze eindelijk goed te eten. Ze moesten er zo goed mogelijk uitzien, omdat ze veel geld moesten opleveren. De slaven werden in groepen verdeeld; de oude en zieke slaven werden gescheiden van de jonge en gezonde slaven. Hoe beter de lichamelijke conditie, hoe hoger de prijs. De meeste slaven bleven niet op Curaçao, maar werden doorverkocht aan Suriname en Amerika om daar te gaan werken op de plantages. Deze handel wordt vaak de Atlantische driehoeksvaart of driehoekshandel genoemd, vanwege de reis die de schepen maken over de Atlantische oceaan. Ze vertrokken met katoen en wapens vanuit West-Europa naar Afrika, en van Afrika naar Amerika met de Afrikaanse slaven. Vanuit Amerika ging de reis weer terug naar West- Europa met allerlei luxe producten. Nadat alle slaven waren verkocht, gebruikten de slavenhandelaren de opbrengst om allerlei luxe producten te kopen zoals suiker, cacao en tabak. Deze werden mee teruggenomen naar Nederland. De reis verliep niet altijd voorspoedig. Soms ging het helemaal mis, zoals op 1 januari Het slavenschip Leusden voer in de Marowijnerivier in Suriname, maar liep aan de grond en sloeg lek. De kapitein was bang dat de slaven zouden ontsnappen. Daarom gaf hij de bemanning opdracht om de slaven in het ruim op te sluiten, terwijl zij het gat in het schip probeerden te dichten. Maar het gat was te groot en het water kwam snel het schip binnen. De kapitein en zijn bemanning vluchtten in sloepen naar de kust. Ze namen zestien slaven mee en lieten er ongeveer 700 achter. De achtergebleven slaven verdronken allemaal. Foto: slavenschip 19

20 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 2 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 20

21 Les 4 Op de plantage Lesdoelen: - je kunt een stappenplan begrijpend lezen toepassen - je kunt vertellen over de verschillende werkzaamheden van de slaven op de plantages - je krijgt inzicht in het leven op de plantages - je leert onderscheid (verschil) te maken tussen de verschillende vormen van slavernij Terugblik: Je blikt terug op de vorige les. Woordenschatuitbreiding en VOOrkennis activeren: Woorden: - bevelen - buiten het bereik blijven - onder aan de ladder staan - onderdrukken Betekenissen: Bevelen: wat je moet doen van iemand Buiten het bereik blijven: er niet bij kunnen Onder aan de ladder staan: laag in de maatschappij staan Onderdrukken: niet verder laten gaan Lesoverzicht en de lesdoelen: De leerkracht bespreekt het lesoverzicht en de lesdoelen. Uitleg: De leerkracht neemt samen met de leerlingen nogmaals de stappen van het stappenplan door. Samen oefenen: Lees tekst 1 Op de plantage en vul het stappenplan er bij in. Zelfstandig maken: Lees tekst 2 zelfstandig en vul het stappenplan er bij in. Nabespreking: De leerkracht gaat met de leerlingen in gesprek over de gelezen teksten. Actieve verwerkingsopdracht: Kies met je groepje welke opdracht je gaat doen (bladzijde 4 en 5 in je werkboek). Vul in wat je kiest op bladzijde 43. Vooruitblik: De leerkracht vertelt de leerlingen dat zij de volgende keer gaan leren over het verzet tegen de slavernij en over de afschaffing van de slavernij. 21

22 Tekst 1 Op de plantage Na een lange en heftige reis kwamen de slaven aan in Curaçao, waar zij werden verkocht aan de handelaren. Hun reis ging daarna verder naar Suriname en Amerika om te gaan werken op de plantages. In Suriname moesten de slaven werken op de suikerrietplantages, houtplantages of koffieplantages. De meesters bepaalden alles voor de slaven: welk werk ze deden, welke kleding ze mochten dragen, wat ze aten en waar ze woonden. Slaven waren voor de wet geen mensen, maar goederen: spullen die bij een plantage horen. Verschillende soorten slaven Op iedere plantage werd één bepaald product verbouwd. Je had suikerplantages, koffieplantages, hout plantages. De slaven werden ingedeeld naar het soort werk dat ze deden op de verschillende soorten plantages. Je had dus houtslaven, suikerslaven en koffieslaven. Zij werden veldslaven genoemd. Maar je had ook huisslaven. Zij werkten in het huis van de meester en hadden de beste positie. Zij hoefden niet zulk zwaar werk te doen en zij konden stiekem de restjes van het eten van de meester eten. Toch hadden zij het ook zwaar want ze moesten dag en nacht klaar staan en de bevelen van de hele familie en hun gasten opvolgen. Op de tweede plaats stonden de ambachtslaven, die timmerden en metselden. Ze werden soms aan andere plantages verhuurd en kwamen zo nog eens ergens. De meeste slaven mochten namelijk nooit weg van de plantages. Soms verdienden deze ambachtslaven geld met extra klusjes. Ze kochten dan rookwaren en drank. Op de derde plaats had je de houtslaven. Die gingen in groepjes in het bos houtkappen. Ze konden wekenlang buiten het bereik van de meesters blijven en een beetje vissen of jagen. Ze moesten natuurlijk wel genoeg hout mee terug nemen. Van alle veldslaven hadden de suikerslaven het het zwaarst te verduren. Ze stonden helemaal onder aan de ladder. Niemand wilde met hen ruilen. Het kappen van het riet was zwaar en onveilig. Vaak raakten de slaven gewond. Ook het werken met de suikermolen waarin het riet geperst werd tot sap was erg gevaarlijk. Ze konden zelfs hun hand of hele arm kwijtraken door die molen. Het koken van het rietsap tot suiker was het allerergst, want ze moesten de hele tijd in gloeiendhete grote potten roeren terwijl de zon boven hun hoofd op de zinken daken hevig brandde. De vloeren waren heel glad van die zoete drap die werd gemorst. Ze konden hierdoor uitglijden en in het vuur vallen. Op de plantage Het werk op de plantages was erg zwaar, soms hadden de slaven werkdagen van wel 15 uur. De zondagen hadden ze meestal wel vrij, maar dan moesten ze hun huishouden doen en op hun kostgrondjes werken. Kinderen moesten ook werken. Alleen de allerkleinsten hoefden niets te doen. De slaven sliepen in hutjes. Twee keer per jaar kregen ze een lap stof voor kleding en lakens. Soms een pannetje en ander eenvoudig kookgerei. Ze mochten nooit schoenen dragen. Op de plantages waren zwarte opzichters, bastiaans, aanwezig. Zij waren uitgerust met zwepen om de veldslaven aan het werk te houden. Boven de bastiaans stonden de blanke opzichters en zij kregen hun opdrachten weer van de plantagehouders. Als slaven zich niet aan de regels hielden en ongehoorzaam waren dan volgde er een straf. Zweepslagen, verbrandingen en soms werd er zelfs een been afgezet, bijvoorbeeld als iemand had geprobeerd te ontsnappen. Het straffen gebeurde meestal op de plantages zelf, zodat iedereen het kon zien. In latere jaren mochten slaven soms een feest houden. Ze kregen dan drank en extra eten van de meester en mochten zingen, muziek maken en dansen. De meester ging er soms naar kijken. Afrikaanse cultuur De slaven hadden hun eigen taal, een combinatie van Afrikaans, Engels en Portugees. In die taal zongen ze liedjes. De blanken probeerden de zwarte cultuur te onderdrukken. Ze vonden de Afrikaanse dans en muziek meestal maar niks. Maar in het geheim gingen de slaven ermee door. Zo ging hun cultuur niet verloren en hadden ze toch nog iets van zichzelf. 22 Foto: collectie Tropenmuseum: slaven op de plantage

23 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 1 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 23

24 Tekst 2 Ik heet Kwame. Als kind ben ik samen met mijn vader ontvoerd door een paar enge mannen met wapens. We werden met houten ketens vastgemaakt aan een heleboel andere mensen. En zo trokken we in een lange stoet door het bos tot we bij een groot water kwamen. Daar stond een groot stenen huis en op het water lag ook een groot huis. We kwamen in handen van mannen die ik nog nooit had gezien. Ze waren zo wit als de buik van een vis en ze hadden gouden haren. Ze leken op geesten. Deze mannen hadden ook wapens. Maar onze meesters waren niet bang van ze. Ze spraken zelfs met elkaar. We hoorden dat we met dat huis op het water weg zouden gaan naar een heel ver land. We zouden daar moeten werken. Maar ik dacht dat die witte mannen ons zouden opeten. Ik was erg bang. Ik miste mijn moeder. Ik was bang dat ik haar nooit meer zou terugzien, ook mijn zusje niet en mijn vriendjes. Zouden die zich afvragen waar ik was? Gelukkig was mijn vader bij mij. Nadat we een tijdje in dat stenen huis gebleven waren, werden we naar dat schip gedreven. Zo heette dat huis op het water. We zaten met honderden andere mannen, vrouwen en kinderen bij elkaar gepropt in het ruim. Zonder licht en met weinig frisse lucht. Ik had de hele tijd honger, want ik kreeg niet genoeg te eten. Ik stonk ook, want ik kon me niet wassen en ik lag tussen de plas en poep van andere mannen en vrouwen. Ik was vaak verdrietig, dan lag ik heel stil te snikken en dan hoopte ik dat niemand me zou horen. Ik was blij als we naar het dek mochten. Daar zongen we liedjes en deden we dansjes om onze stijve spieren te strekken. Ik vond het zo fijn om dan met mijn neus heel hard alle buitenlucht op te snuiven. Een heerlijk gevoel. Tot we weer terug moesten naar de nauwe ruimte onderin het schip waar we bovenop elkaar lagen, waar het warm en verstikkend was. Toen we na een lange tijd eindelijk aan land kwamen werd ik al gauw verkocht om op een plantage te werken. Snikheet, benauwd en keihard werken, op blote voeten! Deed je niet wat er gevraagd werd dan kreeg je er van langs met de zweep. We moesten ook komen kijken als er iemand met de zweep kreeg. We werden de hele tijd in de gaten gehouden door de opzichters. Ik heb mijn vader nooit meer gezien. Soms hadden we ook plezier. Dan zongen we liederen met elkaar en we dansten. We zongen over die vreselijke mannen die ons in de gaten hielden. Ze konden toch niets van onze taal verstaan. Dan konden we met elkaar lachen. Even vergaten we alle pijn en verdriet. Op een dag werd mijn beste vriend opgesloten. Hij was brutaal geweest tegen de blanken. Toen kreeg ik het idee om te vluchten. Ik was mager en klein en ik kon hard rennen. Dat had ik thuis geleerd. Maar bang was ik ook, want wat zou er gebeuren als ik gepakt werd? Daar probeerde ik niet aan te denken. Ik kreeg mijn kans op een dag dat er minder opzichters aanwezig waren op de plantage. Toen er even niemand in de buurt was heb ik het op een lopen gezet. Ik rende, rende en rende nog harder dan ik kon. Diep het oerwoud in. Ik was bang, maar ik dacht er aan dat veel mannen en zelfs een paar vrouwen dit ook hadden gedaan. Dus moest het mij ook lukken. Ik kwam aan bij een dorpje, midden in het oerwoud en ik zakte door mijn benen. Ik kon het niet geloven. Ik was gevlucht en het was gelukt! Eindelijk kon ik proeven van het vrije leven en kon ik mijn eigen bestaan opbouwen. Iets waar ik jaren naar had verlangd. Ik ben in slavernij gebracht, maar ik zal sterven als een vrij mens. Foto: collectie Tropenmuseum: oogst van suikerriet 24

25 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 2 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 25

26 Les 5 Verzet en afschaffing slavernij Lesdoelen: - je kunt een stappenplan voor begrijpend lezen toepassen - je kunt vertellen op welke manieren slaven in verzet kwamen tegen de slavernij - je kunt vertellen hoe en wanneer de slavernij werd afgeschaft Terugblik: Je blikt terug op de vorige les. Woordenschatuitbreiding en VOOrkennis activeren: Woorden: - in opstand komen - je tegen iets verzetten - legaal - illegaal - afschaffen Betekenissen: In opstand komen: het tegen iets of iemand in verzet komen Je tegen iets verzetten: dat je zegt dat je iets niet wil Legaal: wat voor de wet is toegestaan Illegaal: wat voor de wet niet is toegestaan Afschaffen: ermee stoppen Lesoverzicht en de lesdoelen: De leerkracht bespreekt het lesoverzicht en de lesdoelen. Uitleg: De leerkracht neemt samen met de leerlingen nogmaals de stappen van het stappenplan door. Samen oefenen: Lees tekst 1 Verzet en vul het stappenplan er bij in. Zelfstandig maken: Lees tekst 2 Afschaffing zelfstandig en vul het stappenplan er bij in. 26

27 Nabespreking: De leerkracht gaat met de leerlingen in gesprek over de gelezen teksten. Actieve verwerkingsopdracht: Kies met je groepje welke opdracht je gaat doen (bladzijde 4 en 5 in je werkboek). Vul in wat je kiest op bladzijde 43. Vooruitblik: De leerkracht vertelt dat de leerlingen de volgende keer gaan leren over de bevolkingssamenstelling van Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen. Foto: collectie Tropenmuseum: Vrijlatingsbrief 27

28 Tekst 1 Verzet De slaven hadden het erg zwaar met het werk op de plantages. Ze hadden geen eigen bezittingen, werden niet gezien als mens en mochten zelf geen beslissingen nemen. De slaven kwamen dus vaak in opstand. Manieren van verzet Er zijn veel manieren van verzet waarmee de slaven wilden laten zien dat ze de slavernij niet accepteerden. De slaven gingen traag en slecht werken, ze voerden de opdrachten niet goed uit, ze verwaarloosden het vee en overtraden de regels. Ze bezochten dan andere plantages, ze hielden zang- en dansfeesten en ze zwierven rond in de avonden en nachten. Soms vergiftigden zij de meesters. Zij bereidden immers het voedsel. Om vergiftiging te voorkomen lieten de meesters het eten vaak voorproeven door een slaaf. De slaven veroorzaakten soms ook brandjes. Dit was heel ernstig, omdat de huizen in Suriname van hout waren gebouwd. Een klein vuurtje kon een hele wijk in rook laten opgaan. De slaven kwamen ook vaak in opstand. De grootste slavenleider was de slaaf Tula. Hij had in 1795 op Curaçao heel veel slaven bevrijd en was met hen naar de stad getrokken om een einde te maken aan de slavernij. Ze vochten heel hard, maar konden niet op tegen de geweren van de soldaten. Toen ze vluchtten, werden ze verraden en ter dood gebracht. Er was ook legaal verzet. De slaven gingen dan bij de hoge leiders in Paramaribo klagen over hun meesters wanneer ze niet goed werden behandeld. Vaak kregen de slaven een straf, omdat zij de klachten verzonnen zouden hebben. De meesters gingen gewoon vrijuit. Maar in latere jaren, tegen het einde van de slavernij werden de slaven wel vaak geloofd. Wrede meesters werden toen wel gestraft. Marrons Een andere manier van verzet bestond uit weglopen van de plantages. Soms werden de slaven door hun meesters naar het bos gestuurd om te werken, zoals het kappen van hout. Dan kwamen ze gewoon niet terug. Een andere keer was er te weinig controle en konden de slaven zelf weg komen. Weggelopen slaven werden Marrons genoemd, dit woord komt van het Spaanse woord cimaron wat betekent: ontsnapt vee. Vluchten was niet het probleem, eten en bescherming vinden wel. De plantages grensden aan het bos waardoor een weggelopen slaaf snel onvindbaar werd. Veel slaven hielden het echter niet uit doordat ze geen voedsel hadden en in slechte leefomstandigheden terechtkwamen. Ze misten hun familie en vrienden ook. Soms waren ze ook bang voor het onbekende en zware leven. Ook in het bos moesten ze namelijk vaak vluchten, omdat het gezag soldaten op hen af stuurden. En als ze gepakt werden, waren de straffen zeer zwaar en wreed. Velen kwamen na verloop van tijd dus toch weer terug naar de plantages. Als je het goed wilde doen, moest je verder weg trekken. Dan moest je wel erg stoer en vastbesloten zijn. Deze gevluchte slaven overleefden de tocht door het oerwoud of door de moerassen om samen te gaan werken en om kleine dorpen te stichten. De zogenoemde Marrondorpen. Marrondorpen In de Marrondorpen woonden vooral mannen. Ze hadden weinig voedsel, weinig wapens en weinig vrouwen en moesten hiervoor de plantages overvallen. Ze doodden de blanken die zich verzetten en staken de plantages in brand nadat ze alles hadden leeggeroofd. Soms sloten de slaven van die aangevallen plantages zich aan bij de Marrons, maar meestal kozen ze toch voor het veilige leven op de plantage. Vooral degenen die in slavernij waren geboren. Zij wisten niet meer wat vrijheid was. Ze kenden alleen de slavernij. Veel militairen hebben geprobeerd om de Marrondorpen te verwoesten. Ze wilden ook het aantal weggelopen slaven terugdringen, maar dit is nooit gelukt. De Marrons bouwden iedere keer nieuwe dorpen en ze bleven de plantages en de legers aanvallen. De blanken waren zo bang voor de Marrons dat de regering uiteindelijk vrede met hen sloot. Enkele grote leiders waren Boni, Baron en Joli Coeur. De Marrons zijn er trots op dat hun voorouders de slavernij nooit hebben geaccepteerd en dat zij in vrijheid zijn geboren. 28

29 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 1 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 29

30 Tekst 2 Afschaffing In Engeland kwamen de abolitionisten (dat is een moeilijk woord voor strijders voor afschaffing van slavenhandel en slavernij) aan het eind van de 18e eeuw in verzet tegen de slavenhandel en de slavernij. Zij zorgden ervoor dat de slavenhandel in 1807 verboden werd in de Engelse koloniën. Daarna voerde Engeland druk uit op andere landen om de slavenhandel ook af te schaffen. Zo werd de slavenhandel in 1814 ook verboden in de Nederlandse koloniën. De illegale slavenhandel ging wel gewoon door. Daar werd in 1826 een eind aan gemaakt toen er een nieuw systeem van slavenregistratie werd opgezet. Voortaan stond iedere slaaf geregistreerd, dat betekent opgeschreven op een lijst. Daardoor wist de regering meteen of er een nieuwe slaaf was gekomen. Door het verbod op de slavenhandel waren er te weinig werkkrachten. De slaven stierven namelijk snel door het harde werken en slechte leven. De Nederlandse regering voerde in 1828 een regel in waarin werktijd, voeding, behuizing (hoe ze woonden) en kleding was vastgelegd. Slaveneigenaren waren toen dus verplicht beter voor de slaven te zorgen. Maar de slaveneigenaren hadden hier niet zo n zin in. Hun houding veranderde pas toen in 1834 de slavernij werd afgeschaft in de Engelse koloniën en in 1848 in de Franse koloniën. Want nu grensden twee Nederlandse koloniën aan gebieden waar geen slavernij meer was. De ene Nederlandse kolonie was het eiland Sint Maarten, die grensde aan het Franse deel van het eiland. De andere was Suriname. Suriname lag zelfs ingeklemd tussen twee vrije gebieden, Brits Guyana en Frans Guyana. Iedereen was bang dat de slaven weg zouden lopen naar deze gebieden. De slaveneigenaren gingen toen wel akkoord met een betere behandeling. Maar de Nederlandse regering vond vanaf dat moment dat de slavernij maar helemaal moest worden afgeschaft. In Nederland waren geen abolitionisten zoals in Engeland. Daar waren duizenden mensen geweest die streden voor de afschaffing van de slavernij. Ze hadden meer dan veertig jaar van alles gedaan: de regering bestookt met verzoeken, ervoor gezorgd dat er geen suiker meer verkocht werd (boycot), rechtszaken gevoerd en veel meer. In Nederland waren maar een paar honderd mensen die streden voor de afschaffing. Zij gingen pas iets doen toen de regering al had verklaard dat ze de slavernij zou afschaffen. Deze mensen hoefden dus niet veel te doen. Ook waren hun meningen verdeeld. Ze werkten niet samen. Ze bestonden uit twee groepen politici, een groepje dames en heel klein groepje studenten. In 1842 deden zij apart van elkaar een verzoek tot afschaffing van de slavernij. Toen dit niet hielp zamelden ze geld in om slaven vrij te kopen. Ook bespraken zij in hun tijdschriften de toestand in de koloniën. En ze riepen de regering op om haast te maken met de afschaffing. De regering was niet blij met hun bemoeienis en was bang dat er onrust zou komen onder de slaveneigenaren. Dit kon ze er niet bij hebben, want de regering was al druk aan het zoeken naar een oplossing voor het geldprobleem. Want het was duidelijk dat de afschaffing veel geld zou kosten. Als er geen slaven meer waren, wie zou dan op de plantages moeten werken en het geld verdienen? De regering had ook geld nodig om de slavenhouders af te kopen, want die hadden gezegd dat de slaven hun eigendom waren. Als de regering hun eigendom afpakte, wilden ze daar geld voor krijgen. Uiteindelijk vond de regering een oplossing. Na jarenlang overleg werd er in 1862 een wetsvoorstel aangenomen waarin de slavernij in Suriname en de Nederlandse Antillen werd afgeschaft. Deze wet trad op 1 juli 1863 in werking. In deze afschaffingswet stond dat de slaven van de Nederlandse Antillen direct vrij werden. Maar de slaven van Suriname moesten nog tien jaar lang op plantages blijven werken. De voormalige slaven kregen loon. Zo had de regering nog tien jaar de tijd om naar nieuwe arbeiders te zoeken. Door deze wet werden de slaven van Suriname pas echt op 1 juli 1873 helemaal vrij. Die periode van tien jaar wordt in Suriname de periode van het Staatstoezicht genoemd. De (voormalige) slaveneigenaren kregen in Suriname 300 gulden per slaaf, in de Antillen iets minder. De afschaffing werd in Paramaribo met 21 kanonschoten aangekondigd. Regeringsgebouwen en kerken waren feestelijk versierd. De vrijgemaakten hadden zich ook feestelijk aangekleed. Ze droegen allemaal schoenen en waren daar trost op, want tijdens de slavernij was dit verboden geweest. Er werden kerkdiensten en dankzeggingen gehouden. Veel blanken waren ook blij en deden hieraan mee. Daarna hielden de vrijgemaakten optochten door de stad en feliciteerden elkaar. s Avonds vierden ze feest met lekker eten, zang, muziek en dans. 30

31 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 2 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 31

32 Les 6 Bevolkingssamenstelling van Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen Lesdoelen: - je kunt een stappenplan voor begrijpend lezen toepassen - je kunt vertellen waarom en hoe slaven uit Afrika werden gehaald - je kunt vertellen hoe het kan dat mensen uit Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen een ander uiterlijk (een andere huidskleur) hebben Terugblik: Je blikt terug op de vorige les. Woordenschatuitbreiding en VOOrkennis activeren: Woorden: - de samenstelling - vermengen - de nazaten Betekenissen: De samenstelling: de manier waarop er een geheel van gemaakt is Vermengen: samensmelten, gemengd worden De nazaten: afstammelingen/nakomelingen, diegenen die bij een bepaalde familie horen Lesoverzicht en de lesdoelen: De leerkracht bespreekt het lesoverzicht en de lesdoelen. Uitleg: De leerkracht neemt samen met de leerlingen nogmaals de stappen van het stappenplan door. Samen oefenen: Lees tekst 1 Slavenhalers en vul het stappenplan er bij in. Zelfstandig maken: Lees tekst 2 Bevolkingssamenstelling van Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen en vul het stappenplan er bij in. Nabespreking: De leerkracht gaat met de leerlingen in gesprek over de gelezen teksten. 32

33 Actieve verwerkingsopdracht: Kies met je groepje welke opdracht je gaat doen (bladzijde 4 en 5 in je werkboek). Vul in wat je kiest op bladzijde 43. Vooruitblik: De leerkracht vertelt dat de leerlingen de volgende keer gaan leren over het herdenken van de slavernijgeschiedenis. Tekst 1 Slavenhalers Nederland had sterke mensen nodig om op de plantages te werken. Ze moesten goed tegen de brandend hete zon kunnen en ze moesten in staat zijn zwaar werk te doen. Dit konden de witte mensen meestal niet. Ze bezweken in de hitte. Eerst probeerden de Nederlanders de Indianen voor hen te laten werken, maar die waren ook niet sterk genoeg. Daarom haalden ze de Afrikanen. Die wilden ook niet. Maar de Europese slavenhalers boden veel geld. Dus toen gingen de dorpshoofden hun eigen onderdanen verkopen. Eerst alleen de vervelende mensen die iets hadden misdaan. Toen dit niet genoeg was gingen ze onschuldige mensen van naburige dorpen roven en verkopen aan de mensenhandelaars. Niemand was meer veilig in Afrika. Als je op het land moest werken of een boodschap moest doen, kon je beter niet alleen zijn, want de slavenhalers loerden overal. Alleen als je heel erg klein was, of oud of ziek, kon je de dans ontspringen. Maar iedereen die jong en sterk was, liep gevaar. De zwarte slavenhalers vonden het helemaal niet erg om hun eigen mensen aan de blanken te verkopen. Ze kregen er veel geld, wapens en drank voor. Ze wisten de eerste tijd ook niet wat er met deze geroofde mensen ging gebeuren. Ze dachten dat deze mensen gewoon in een ver land moesten werken. Net zoals ze in hun eigen land ook moesten doen. De Afrikaanse slavenhandelaren zagen er dus geen kwaad in. Pas veel later hoorden ze dat deze geroofde mensen als dieren en dingen zouden worden behandeld en zouden moeten werken tot ze er dood bij neervielen. En pas heel veel later werd het duidelijk dat deze mensen hun familie en vrienden nooit meer terug zouden zien. Foto: collectie Tropenmuseum: beeld van een geketende slaaf 33

34 Voor het lezen Stap 1: Leesdoel bepalen - Stappenplan tekst 1 - uitleg bij de stappen op blz. 10/11 Stap 2: Voorspellen Stap 3: Voorkennis activeren Tijdens het lezen Stap 4: Vragen stellen tijdens het lezen Na het lezen Stap 5: Voorstelling maken Stap 6: Samenvatten Stap 7: Vragen stellen na het lezen 34

35 Tekst 2 Bevolkingssamenstelling van Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen Een deel van de geroofde mensen kwam als slaaf in Suriname en de Antillen terecht. Daarom heb je in deze gebieden veel zwarte mensen. Maar je hebt ook bruine mensen, omdat de witte mensen en de Indianen zich met de Afrikanen vermengden. Later, na de afschaffing van de slavernij, kwamen er ook bruine mensen uit Nederlands-Indië, Brits-Indië en China bij. Sommigen vermengden zich ook met de nazaten van de Afrikanen. Daarom zijn Surinamers en Antilliaanse mensen zo verschillend van uiterlijk. Je hebt mensen met een donkere huidskleur die op een Chinees, een Indiër of een Javaan lijken. En er zijn ook witte Surinamers. Zij zijn nakomelingen van Nederlandse boeren die in 1842 naar Suriname waren gegaan om een boerenbestaan op te bouwen. Zij mochten van de Nederlandse regering niet aan slavernij doen. Hun nakomelingen worden Boeroes genoemd. Op de Antillen verschilt het uiterlijk van de bewoners per eiland. Op sommige eilanden zoals Curaçao, zijn de bewoners donkerder van huidskleur, omdat zij vooral Afrikaanse voorouders hebben. Op andere eilanden lijken de bewoners veel op Indianen, omdat hun Afrikaanse voorouders zich vanaf de dag van aankomst met Indianen hebben vermengd. Op Aruba wonen voorallichtgekleurde en witte mensen, omdat hier weinig Afrikanen naartoe waren gebracht. Hier leefden eeuwenlang vooral Indianen en blanken. De gekleurde Surinamers en Antillianen worden creolen genoemd. Alleen de Marrons in Suriname hebben nog het oorspronkelijke Afrikaanse uiterlijk. De Surinaamse en Antilliaanse mensen hebben dus niet allemaal hetzelfde uiterlijk. Hun uiterlijk is een mengsel van alle volkeren die naar deze gebieden zijn gebracht. Een deel van deze nazaten is naar Nederland gekomen toen Suriname in 1975 onafhankelijk werd van Nederland. Zij wilden liever in Nederland wonen. Een deel van de Antillianen is ook naar Nederland gekomen, omdat zij vinden dat het leven in Nederland beter is dan op de Antillen. Eenmaal in Nederland merkten zij dat de Nederlanders erg weinig van de slavernij wisten en dat ze de afschaffing ervan niet vierden. Daar wilden deze zwarte Nederlanders verandering in brengen. Gelukkig waren veel witte Nederlanders het met hen eens. Daarom wordt er op de scholen nu ook lesgegeven over de slavernij. Want alleen als je weet hoe erg de slavernij was, kun je begrijpen hoe belangrijk de afschaffing ervan is geweest. En dan begrijp je ook waarom we deze afschaffing ieder jaar moeten herdenken. Op 1 juli. We zijn het gelukkig met elkaar eens dat er nooit meer slavernij mag komen. In geen enkele vorm. Foto: Bevolkingssamenstelling van Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen 35

Slavernijgeschiedenis Handleiding

Slavernijgeschiedenis Handleiding Slavernijgeschiedenis Handleiding Samenwerkingsverband Onderwijstijdverlenging van schoolbesturen PO en VO in Amsterdam Nieuw-West en Stadsdeel Nieuw-West Contactadres: Postbus 87591, 1080 JN Amsterdam

Nadere informatie

Geschiedenis groep 6 Junior Einstein

Geschiedenis groep 6 Junior Einstein De oude Grieken en Romeinen hadden ze al en later ook de Vikingen. Koloniën. Koopmannen voeren met hun schepen over zee om met andere landen handel te drijven. Langs de route richtten ze handelsposten

Nadere informatie

Geschiedenis van Suriname : de slavenhandel

Geschiedenis van Suriname : de slavenhandel Geschiedenis van Suriname 1502-1808: de slavenhandel 1502: het begin van de Europese slavenhandel Na de ontdekking van Amerika werden er door de Spanjaarden en Portugezen al snel plantages aangelegd. Op

Nadere informatie

De leerkracht zorgt ervoor dat alle leerlingen een gatentekst en een ontdekkaart hebben.

De leerkracht zorgt ervoor dat alle leerlingen een gatentekst en een ontdekkaart hebben. Thema/ onderwerp: Ontdekkaart 1.1 Slavenkralen Korte samenvatting van de leeractiviteit: De leerlingen vullen de woorden op de goede plek in in de gatentekst. De leerlingen bevragen de kralen en maken

Nadere informatie

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/61315

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/61315 Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 15 december 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/61315 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van

Nadere informatie

HANDEL LES 2. De Oostzeevaart of de Sontvaart. Aangenaam. De naam is Bicker, Jacob Bicker, directeur bij de Oostzeevaart.

HANDEL LES 2. De Oostzeevaart of de Sontvaart. Aangenaam. De naam is Bicker, Jacob Bicker, directeur bij de Oostzeevaart. Regenten en vorsten LES 2 HANDEL 1600 Aangenaam. De naam is Bicker, Jacob Bicker, directeur bij de Oostzeevaart. 1700 JE LEERT waarom de moederhandel zo belangrijk is; hoe de VOC werkt; hoe de WIC werkt.

Nadere informatie

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Driehoekshandel hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 22 July 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/61315 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

een zee van tijd een zee van tijd Werkblad 17 Ω Over Indië en Suriname Ω Les 1: Van Batavia tot Jakarta Naam:

een zee van tijd een zee van tijd Werkblad 17 Ω Over Indië en Suriname Ω Les 1: Van Batavia tot Jakarta Naam: Werkblad 7 Ω Over Indië en Suriname Ω Les : Van Batavia tot Jakarta VOC Schepen van de VOC varen naar Indië om specerijen te halen. Specerijen zijn bijvoorbeeld peper, kruidnagel en nootmuskaat. De reis

Nadere informatie

!"#$%&'&(%)*#+&,-#./##

!#$%&'&(%)*#+&,-#./## Brandaan samenvatting groep 6 Mijn Malmberg!"$%&'&(%)*+&,-./ :%$)-%330); (%)*+&0)&1$23.*%$!"$%&%'%"()%"$%%%*++%,$-%$%,./"$%%",)01%"2%./"3,)014/"$%.5./"$6785(%,$/8+/54%( 9%"(,*8'/"$%4/"$%.67.'/"/:;11%"1>>?.)%$%"*)($%4%.%+%,%.$"//,$%&%5(/$6

Nadere informatie

4.1 Leven van een slaaf

4.1 Leven van een slaaf Thema/ onderwerp: Verschillende soorten slaven 4.1 Leven van een slaaf Korte samenvatting van de leeractiviteit: De leerlingen maken kennis met de verschillende soorten slaven en kunnen een dag van één

Nadere informatie

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou! Hallo Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou Als je ouders uit elkaar zijn kan dat lastig en verdrietig zijn. Misschien ben je er boos over of denk je dat het jouw

Nadere informatie

Wat denken de jongens? Trek een lijn naar het denk-wolkje. Het is niet eerlijk, ik ben arm en hij is rijk. Ik wil graag vrienden blijven

Wat denken de jongens? Trek een lijn naar het denk-wolkje. Het is niet eerlijk, ik ben arm en hij is rijk. Ik wil graag vrienden blijven Lees het verhaal Een onmogelijke vriendschap. Zie jij de blanke jongen? Hij heet Olivier. Olivier komt uit Nederland. Olivier woont op Sumatra. Zijn vader is de baas van een plantage. Olivier en zijn familie

Nadere informatie

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon Op weg met Jezus eerste communieproject H. Theobaldusparochie, Overloon Hoofdstuk 5 Bidden Eerste communieproject "Op weg met Jezus" hoofdstuk 5 blz. 1 Joris is vader aan het helpen in de tuin. Ze zijn

Nadere informatie

Lees het verhaal over master Roelof en slaaf Tomboy (deel 1).

Lees het verhaal over master Roelof en slaaf Tomboy (deel 1). Lees het verhaal over master Roelof en slaaf Tomboy (deel 1). Kijk, een schip uit Amerika, Amerika is een nu een vrij land. Zie jij de blanke jongen? Hij heet Roelof. Roelof is de zoon van de gouverneur.

Nadere informatie

Verhaal: Jozef en Maria

Verhaal: Jozef en Maria Verhaal: Jozef en Maria Er was eens een vrouw, Maria. Maria was een heel gewone jonge vrouw, net zo gewoon als jij en ik. Toch had God haar uitgekozen om iets heel belangrijks te doen. Iets wat de hele

Nadere informatie

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur. Psalmen Psalm 78 1 Een lied van Asaf. De lessen van het verleden Luister allemaal naar mijn woorden. Luister goed, want ik wil jullie iets leren. 2 Wijze woorden wil ik spreken, wijze woorden over het

Nadere informatie

Wij slaven van Suriname

Wij slaven van Suriname Wij slaven van Suriname Anton de Kom in makkelijke taal Moeilijke woorden staan schuin en worden uitgelegd in de woordenlijst op pagina 91. Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen Inhoud Over dit boek...7

Nadere informatie

De tijd die ik nooit meer

De tijd die ik nooit meer De tijd die ik nooit meer vergeet Jan Smit uit eigen pen deel 3 De Stiep Educatief De tijd die ik nooit meer vergeet De schrijver die blij is dat hij iets kan lezen en schrijven, vertelt over zijn jeugd.

Nadere informatie

Samenvatting Gouden Eeuw ABC

Samenvatting Gouden Eeuw ABC Samenvatting Gouden Eeuw ABC Week 1ABC: Gouden Eeuw algemeen Info: De Gouden Eeuw (1600-1700) De 17 e eeuw wordt de Gouden Eeuw genoemd, omdat er in Nederland veel geld werd verdiend. Vooral door de handel.

Nadere informatie

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Toen God begon met zijn schepping, was het donker en leeg. Maar God zei: Laat er licht zijn! En opeens was er licht. Nu was het niet donker meer, maar nog

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

http://eksamensarkiv.net/

http://eksamensarkiv.net/ Opdracht 1 Lees de tekst in bijlage 1 en beantwoord de vragen in het Nederlands. a. Uit welke woorden of zinnen blijkt dat de omstandigheden voor de slaven in Suriname slecht waren? Noem er tenminste drie.

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau B, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Jezus vertelt, dat God onze Vader is Eerste Communieproject 26 Jezus vertelt, dat God onze Vader is Jezus als leraar In les 4 hebben we gezien dat Jezus wordt geboren. De engelen zeggen: Hij is de Redder van de wereld. Maar nu is Jezus groot.

Nadere informatie

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz.109-116

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz.109-116 LES 4 Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz.109-116 De boodschap God hoort en verhoort onze gebeden voor elkaar. Leertekst: Terwijl Petrus onder zware bewaking zat

Nadere informatie

E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7

E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7 E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7 1 Vera Kleuskens groep 7 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Inleiding... 4 1. Wat is E.H.B.O... 5 2. E.H.B.O. vereniging... 6 3. Cursus... 7+8+9 4. Reanimatie en A.E.D....

Nadere informatie

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school. Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan

Nadere informatie

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info Suriname Voorwoord Ik houd mijn werkstuk over het land Suriname. Ik heb het onderwerp gekozen omdat mijn oom uit Suriname komt en ik het daarom ook een heel interessant land vind waar ik graag meer over

Nadere informatie

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGE 1 A4 BLADEN THEMA S BIJLAGE 2 DOMINO EMOTIES BIJLAGE 3 MATCHING OEFENING GEVOELENS BIJLAGE 4 VRAGENLIJST FILM BIJLAGE 5 VRAGENSTROOKJES HOEKENWERK BIJLAGE 6 ANTWOORDENBLAD

Nadere informatie

Schooljaar: 2013/2014. Groep: 7a. Makers: Jesse m, Lucas, Nikki, Näara, Nancy en Sem

Schooljaar: 2013/2014. Groep: 7a. Makers: Jesse m, Lucas, Nikki, Näara, Nancy en Sem De slavernij Schooljaar: 2013/2014 Groep: 7a Makers: Jesse m, Lucas, Nikki, Näara, Nancy en Sem Inhoud Inleiding... Nederland en Slavenhandel... Zeeland en Slavenhandel... slaven handel in cijfers... Driehoeks

Nadere informatie

Kastelen in Nederland

Kastelen in Nederland Kastelen in Nederland J In ons land staan veel kastelen. Meer dan honderd. De meeste van die kastelen staan in het water. Bijvoorbeeld midden in een meer of een heel grote vijver. Als er geen water was,

Nadere informatie

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah Lesbrief Voetstappen Kader Abdolah Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan vragen,

Nadere informatie

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen. Wat is PDD-nos? 4 PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen. Eigenlijk vind ik stoornis een heel naar woord. Want zo lijkt het net of er iets niet goed aan me

Nadere informatie

1 Vinden de andere flamingo s mij een vreemde vogel? Dat moeten ze dan maar zelf weten. Misschien hebben ze wel gelijk. Het is ook raar, een flamingo die jaloers is op een mens. En ook nog op een paard.

Nadere informatie

Heilig Jaar van Barmhartigheid

Heilig Jaar van Barmhartigheid Heilig Jaar van Barmhartigheid van 8 december 2015 tot 20 november 2016 Paus Franciscus heeft alle mensen van de hele wereld uitgenodigd voor een heilig Jaar van Barmhartigheid. Dit hele jaar is er extra

Nadere informatie

LES6. De wegloper belonen. Sabbat. Zondag Lees Lees 'De wegloper. Teken Teken een gympie en. Leer Begin met het uit je hoofd

LES6. De wegloper belonen. Sabbat. Zondag Lees Lees 'De wegloper. Teken Teken een gympie en. Leer Begin met het uit je hoofd De wegloper belonen Sabbat Lees Lees Filemon 1 alvast door. Heb je er ooit over nagedacht van huis weg te lopen? Hoe zou dat zijn? Waar zou je naar toe gaan? Wat zou je kunnen doen? Onesimus bevond zich

Nadere informatie

Lesbrief bij de voorstelling Mijn vriend en ik van Soulshine Connection

Lesbrief bij de voorstelling Mijn vriend en ik van Soulshine Connection Lesbrief bij de voorstelling Mijn vriend en ik van Soulshine Connection 1 Beste docent, Binnenkort gaat u samen met uw klas naar de voorstelling Mijn vriend en ik van Soulshine Connection. Deze lesbrief

Nadere informatie

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep.

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep. DOE KAART 1 Bevolkingsgroepen Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep. Zoek 6 verschillende bevolkingsgroepen op. Kies 1 bevolkingsgroep uit waar je meer over wilt

Nadere informatie

De Romeinen. Wie waren de Romeinen?

De Romeinen. Wie waren de Romeinen? De Romeinen Wie waren de Romeinen? Lang voor de Romeinen naar ons land kwamen, woonden ze in een kleine staat rond de stad Rome. Vanaf 500 voor Christus begonnen de Romeinen met gebiedsuitbreiding. Als

Nadere informatie

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb hoofdstuk 8 Kernovertuigingen Kernovertuigingen zijn vaste gedachten en ideeën die we over onszelf hebben. Ze helpen ons te voorspellen wat er gaat gebeuren en te begrijpen hoe de wereld in elkaar zit.

Nadere informatie

SAMEN DELEN. een lesbrief in het kader van de schoenendoosactie

SAMEN DELEN. een lesbrief in het kader van de schoenendoosactie SAMEN DELEN een lesbrief in het kader van de schoenendoosactie INHOUD LESBRIEF 1. Introductie 2. De SAMEN DELEN Lesinhoud 3. De SAMEN DELEN Quizzz 4. Het SAMEN DELEN Diploma 5. De SAMEN DELEN Activiteiten

Nadere informatie

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005

rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005 rijm By fightgirl91 Submitted: October 17, 2005 Updated: October 17, 2005 Provided by Fanart Central. http://www.fanart-central.net/stories/user/fightgirl91/21803/rijm Chapter 1 - rijm 2 1 - rijm Gepaard

Nadere informatie

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over, 3F Wat is vriendschap? 1 Iedereen heeft vrienden, iedereen vindt het hebben van vrienden van groot belang. Maar als we proberen uit te leggen wat vriendschap precies is staan we al snel met de mond vol

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema. http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden van les 12, 13, 14 en 15. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag

Nadere informatie

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd. Voorwoord In dit boek staan interviews van nieuwkomers over hun leven in Nederland. Ik geef al twintig jaar les aan nieuwkomers. Al deze mensen hebben prachtige verhalen te vertellen. Dus wie moest ik

Nadere informatie

Suriname in de kijker

Suriname in de kijker 44 2012 Suriname in de kijker Dit boekje brengt jullie naar een land, ver hier vandaan. Een vliegtuig doet er ongeveer 9 uur over om van Schiphol (in Nederland) naar de hoofdstad Paramaribo te vliegen.

Nadere informatie

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal Verloren grond Murat Isik in makkelijke taal Moeilijke woorden zijn onderstreept en worden uitgelegd in de woordenlijst op pagina 84. Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen Mijn geboorte Mijn verhaal

Nadere informatie

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen GODS GEZIN Studielessen voor 4-7 jarigen 2003 Geschreven door Beryl Voorhoeve en Judith Maarsen Oorspronkelijk bedoeld voor studie in kleine groepen in de Levend Evangelie Gemeente Gebruikte Bijbelvertaling

Nadere informatie

Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4. Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2:

Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4. Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2: Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4 Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2: Leerlingen raken vertrouwd met het presenteren voor een groep Leerlingen raken vertrouwd

Nadere informatie

Waarom is deze avond

Waarom is deze avond Waarom is deze avond Het doel Kinderen, vanavond ga ik jullie een verhaal vertellen wat mij lang geleden eens overkomen is. Of het iets goeds was, dat mij was overkomen? Ja het was iets goeds. Hoewel,

Nadere informatie

Spreekbeurt Geschiedenis Slavernij

Spreekbeurt Geschiedenis Slavernij Spreekbeurt Geschiedenis Slavernij Spreekbeurt door een scholier 1863 woorden 10 februari 2003 6,3 385 keer beoordeeld Vak Geschiedenis Inleiding Mijn spreekbeurt gaat over de Slavernij van Afrika tot

Nadere informatie

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden zijn ouders hem, maar alle andere konijntjes noemden

Nadere informatie

100 jaar geleden. t Is Oorlog! Een lesmap voor het vierde, vijfde en zesde leerjaar, door juffrouw Anita en de papa van Anna.

100 jaar geleden. t Is Oorlog! Een lesmap voor het vierde, vijfde en zesde leerjaar, door juffrouw Anita en de papa van Anna. 100 jaar geleden t Is Oorlog! Een lesmap voor het vierde, vijfde en zesde leerjaar, door juffrouw Anita en de papa van Anna. t Is oorlog! Binderveld, Kozen, Nieuwerkerken en Wijer 100 jaar geleden is een

Nadere informatie

Er was eens een heel groot bos. Met bomen en bloemen. En heel veel verschillende dieren. Aan de rand van dat bos woonde, in een grot, een draakje. Dat draakje had de mooiste grot van iedereen. Lekker vochtig

Nadere informatie

Jezus kreeg de straf voor onze zonden, wij ontvangen vergeving en vrede. Jesaja 53:4-6 en 1 Petrus 2:24

Jezus kreeg de straf voor onze zonden, wij ontvangen vergeving en vrede. Jesaja 53:4-6 en 1 Petrus 2:24 Jezus kreeg de straf voor onze zonden, wij ontvangen vergeving en vrede. Jesaja 53:4-6 en 1 Petrus 2:24 Als je iets verkeerd doet, verdien je straf. Ja toch? Dat is eerlijk. Er is niemand die nooit iets

Nadere informatie

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor www.kinderenbiddenvoorkinderen.

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor www.kinderenbiddenvoorkinderen. Bidden Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor www.kinderenbiddenvoorkinderen.nl en kinderactiviteiten www.lambertuskerk-rotterdam.nl

Nadere informatie

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties Dit hoofdstuk gaat over opstand in Amerika, Frankrijk en Nederland. Deze opstanden noemen we revoluties. Opstand in Amerika (1775). De

Nadere informatie

7.1 Slavenhandel en abolitionisme.

7.1 Slavenhandel en abolitionisme. 7.1 Slavenhandel en abolitionisme. Hieronder treffen jullie een aantal bronnen aan die betrekking hebben op de kwestie van zwarte Piet. Lees en bekijk de bronnen goed en probeer een antwoord te geven op

Nadere informatie

Werkboek Het is mijn leven

Werkboek Het is mijn leven Werkboek Het is mijn leven Het is mijn leven Een werkboek voor jongeren die zelf willen kiezen in hun leven. Vul dit werkboek in met mensen die je vertrouwt, bespreek het met mensen die om je geven. Er

Nadere informatie

KIJK IN JE BREIN LESMODULE BASISSCHOOL LEERLING

KIJK IN JE BREIN LESMODULE BASISSCHOOL LEERLING LESMODULE BASISSCHOOL LEERLING 1. DE HERSENEN 1.1 HOE ZIEN HERSENEN ERUIT? VRAAG WIE KAN VERTELLEN WAT HERSENEN ZIJN? VRAAG HEBBEN KINDEREN KLEINERE HERSENEN DAN GROTE MENSEN? 1.2 WANNEER GEBRUIK JE ZE?

Nadere informatie

KINDEREN VAN HET LICHT

KINDEREN VAN HET LICHT KINDEREN VAN HET LICHT Verteller: Het gebeurde in een donkere nacht, heel lang geleden, dat er herders in het veld waren, die de wacht hielden over hun schapen. Zij stonden net wat met elkaar te praten,

Nadere informatie

Boekje over de kerk. voor kinderen van ca. 4 10 jaar gemaakt door de jongste catechisatiegroep

Boekje over de kerk. voor kinderen van ca. 4 10 jaar gemaakt door de jongste catechisatiegroep Boekje over de kerk voor kinderen van ca. 4 10 jaar gemaakt door de jongste catechisatiegroep Over dit boekje Wij hebben op catechisatie wat geleerd over de kerk. Daar willen we je wat over vertellen.

Nadere informatie

2 maart 1945. 2 maart 2016. Leerlingen groep 7 en 8 De Meeander Heelweg

2 maart 1945. 2 maart 2016. Leerlingen groep 7 en 8 De Meeander Heelweg 2 maart 1945 2 maart 2016 Leerlingen groep 7 en 8 De Meeander Heelweg Er kwamen 4 Duitsers bij de Bark. Ze slaan piketten, voor het plaatsen van batterijen veldartillerie. Maar op die dag gingen de verzetsgroepen

Nadere informatie

inhoud 1. Slavernij 2. Slavernij in de oudheid 3. Europa in de middeleeuwen 4. Afrikaanse slavenhandel 5. Nederland en slavernij

inhoud 1. Slavernij 2. Slavernij in de oudheid 3. Europa in de middeleeuwen 4. Afrikaanse slavenhandel 5. Nederland en slavernij Slavernij inhoud. Slavernij 3 2. Slavernij in de oudheid 4 3. Europa in de middeleeuwen 7 4. Afrikaanse slavenhandel 8 5. Nederland en slavernij 6. Moderne slavernij 3 7. Filmpjes 5 Pluskaarten 6 Bronnen

Nadere informatie

Inhoud. Aan jou de keuze 7. Niet alleen maar een boek 187. Auteurs 191. Dankwoord 197

Inhoud. Aan jou de keuze 7. Niet alleen maar een boek 187. Auteurs 191. Dankwoord 197 Inhoud Aan jou de keuze 7 D/2012/45/239 - isbn 978 94 014 0183 8 - nur 248 Tweede druk Vormgeving omslag en binnenwerk: Nanja Toebak, s-hertogenbosch Illustraties omslag en binnenwerk: Marcel Jurriëns,

Nadere informatie

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 Inhoud 1 > Uitgangspunten 9 2 > Kerndoelen 11 3 > Materialen 12 4 > Aan de slag 15 5 > Introductie van de manier van werken 22 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 7 > Waarom samenwerkend

Nadere informatie

Arigato. opdrachtenblad. Regie: Anielle Webster Scenario: Sandra Beerends Jaar: 2012 Duur: 10 minuten

Arigato. opdrachtenblad. Regie: Anielle Webster Scenario: Sandra Beerends Jaar: 2012 Duur: 10 minuten Arigato opdrachtenblad Regie: Anielle Webster Scenario: Sandra Beerends Jaar: 2012 Duur: 10 minuten Lesuurpakket Arigato Thema s: oorlogsverleden; mensenrechten; vergeven; herdenken. Verdiepingsopdrachten:

Nadere informatie

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel dingen

Nadere informatie

Drents Archief. Meisje met de hoepel. Groep 2 Speuren in het archief

Drents Archief. Meisje met de hoepel. Groep 2 Speuren in het archief Drents Archief Meisje met de hoepel Groep 2 Les 3 Speuren in het archief Les 3 Speuren in het archief Samenvatting van de les In het Drents Archief bevindt zich een kistje dat een dubbele bodem blijkt

Nadere informatie

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n HANDIG ALS EEN HOND DREIGT OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN HIER LEES JE HANDIGE INFORMATIE OVER HONDEN DIE DREIGEN. JE KUNT

Nadere informatie

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Uitleg boekverslag en boekbespreking Uitleg boekverslag en boekbespreking groep 7 schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave

Nadere informatie

Voorwoord. Rome en de Romeinen

Voorwoord. Rome en de Romeinen Voorwoord Rome en de Romeinen Dit verhaal speelt in Rome, ongeveer 2000 jaar geleden. Rome was toen een rijke stad, met prachtige gebouwen. Zoals paleizen voor de keizers, voor de Senaat en voor de grote

Nadere informatie

Lees het verhaal over Columbus de ontdekkingsreiziger (deel 1)

Lees het verhaal over Columbus de ontdekkingsreiziger (deel 1) Lees het verhaal over Columbus de ontdekkingsreiziger (deel 1) Dit is Columbus. Columbus ontdekte in 1492 Amerika. Hij was een ontdekkingsreiziger. Columbus was heel gemeen. Daar lees je straks meer over.

Nadere informatie

3 Hoogbegaafdheid op school

3 Hoogbegaafdheid op school 3 Hoogbegaafdheid op school Ik laat op school zien wat ik kan ja soms nee Ik vind de lessen op school interessant meestal soms nooit Veel hoogbegaafde kinderen laten niet altijd zien wat ze kunnen. Dit

Nadere informatie

in de klas Opzet lesbrief

in de klas Opzet lesbrief in de klas lesbrief Opzet lesbrief De lesbrief Alleen op de wereld sluit aan bij de voorstelling van Maas theater en dans en nummer #92 van het BoekieBoekietijdschrift. Alle lessen zijn ook geschikt voor

Nadere informatie

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen Dit is een brochure, gemaakt voor leerlingen met NLD. Naast deze brochure is er ook: - een brochure met informatie voor ouders van kinderen met NLD en - een brochure

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Welke wapens worden voor het eerst gebruikt in de Eerste Wereldoorlog? 1. Geweren en gifgas. 2. Machinegeweren en gifgas. 3. Gifgas en pistolen.

Welke wapens worden voor het eerst gebruikt in de Eerste Wereldoorlog? 1. Geweren en gifgas. 2. Machinegeweren en gifgas. 3. Gifgas en pistolen. Tussen welke twee landen is de Eerste Wereldoorlog begonnen? 1. Engeland en Frankrijk 2. Duitsland en Frankrijk 3. Duitsland en Engeland Nederland blijft neutraal. Wat betekent dat? 1. Nederland kiest

Nadere informatie

Niet in slaap vallen hoor!

Niet in slaap vallen hoor! Niet in slaap vallen hoor! Marcus 13: 33-37: Dierenversie Geïllustreerd door: 30 november 2014 Maria Koninginkerk Baarn 2 De oude leeuw heeft vakantieplannen. Dat vertelde hij vanmorgen aan alle dieren:

Nadere informatie

De vorm van het verhaal

De vorm van het verhaal Over dit boek Het verhaal van Reinaart de vos is een van de oudste verhalen in het Nederlands. Het is geschreven in de 13 de eeuw door Willem. Wie die Willem precies was, weten we niet. Willem heeft het

Nadere informatie

Waarom zijn er ongelukkige mensen?

Waarom zijn er ongelukkige mensen? Eerste Communieproject 8 Waarom zijn er ongelukkige mensen? De mensen doen niet wat God wil Je hebt gezien wat geluk is. Als mensen van jou houden, word je gelukkig. Niet iedereen is gelukkig. Als andere

Nadere informatie

Lesbrief. Bij ons in het dorp Jan Terlouw

Lesbrief. Bij ons in het dorp Jan Terlouw Lesbrief Bij ons in het dorp Jan Terlouw Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan

Nadere informatie

Naam: KASTELEN. Vraag 1a. Waarvoor moeten we onze huizen tegenwoordig beschermen? ... pagina 1 van 6

Naam: KASTELEN. Vraag 1a. Waarvoor moeten we onze huizen tegenwoordig beschermen? ... pagina 1 van 6 Naam: KASTELEN Heb jij je wel eens afgevraagd hoe je jouw huis zou verdedigen als anderen het probeerden te veroveren? Nou, vroeger dachten de mensen daarr dus echt wel over na. Ze bouwden hun huis zelfs

Nadere informatie

Om mee te beginnen: boekfragment en opdrachten

Om mee te beginnen: boekfragment en opdrachten Om mee te beginnen: boekfragment en opdrachten Bron: http://ninabrackman.blogspot.nl/p/de-alchemist-paulo-coelho.html Dit is een deel van een blog over De Alchemist van Paulo Coelho door Nina Brackman.

Nadere informatie

Strategieles Verbanden (Relaties en verwijswoorden) niveau A

Strategieles Verbanden (Relaties en verwijswoorden) niveau A Strategieles Verbanden (Relaties en verwijswoorden) niveau A Wat doe je in deze les? Bij Nieuwsbegrip lees je altijd een tekst met het stappenplan. Je gaat vaak op zoek naar verbanden in een tekst. Wat

Nadere informatie

sarie, mijn vriend kaspar en ik

sarie, mijn vriend kaspar en ik sarie, mijn vriend kaspar en ik Leen Verheyen sarie, mijn vriend kaspar en ik is een theatertekst voor kinderen vanaf 4 jaar en ging in première op 12 september 2009 bij HETPALEIS in Antwerpen 1 ik: het

Nadere informatie

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen!

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen! 1 Wil je wel leren? Opdracht 1a Wat heb jij vanzelf geleerd? 7 Opdracht 1b Van externe naar interne motivatie 7 Opdracht 1c Wat willen jullie graag leren? 8 2 Kun je wel leren? Opdracht 2a Op wie lijk

Nadere informatie

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden.

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden. VOORBEELD DE KLAS ALS TEAM (LEERLINGENBOEK) INHOUDSOPGAVE Instructie voor leerlingen.. 5 Gebruik van de lesbrieven. 6 Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7 Wat wil je zijn en worden. 11 Wat wil je zijn

Nadere informatie

Klein Kontakt. Jarigen. in april zijn:

Klein Kontakt. Jarigen. in april zijn: A Klein Kontakt Het is alweer eind maart wanneer dit Kontakt uitkomt, het voorjaar lijkt begonnen, veel kinderen hebben kweekbakjes met groentes in de vensterbank staan, die straks de tuin in gaan. Over

Nadere informatie

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen.

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen. Dino en het ei Bibliografie: Demyttenaere, B. (2004). Dino en het ei. Antwerpen: Standaard. Thema: niet alles is steeds wat het lijkt, illusies Korte inhoud: Elke nacht staat er een groot wit ei tussen

Nadere informatie

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij?

Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode. Kernles 1: Kunstenaar, wat vertel je mij? Tuin van Heden 3 en 4 Werken met kunst in de paasperiode Opmerking vooraf: Voor de uitwerking van deze lessen hebben we doelen gehaald uit verschillende thema s van de betreffende graad. Na elk doel verwijzen

Nadere informatie

rijks museum Voorbereidende les bij de rondleiding Proef de Gouden Eeuw (NT2) 1/5

rijks museum Voorbereidende les bij de rondleiding Proef de Gouden Eeuw (NT2) 1/5 1/5 Deze voorbereidende les hoort bij het programma Proef de Gouden Eeuw, speciaal ontwikkeld voor NT2 niveau A1 t/m B2. Ter voorbereiding op het museumbezoek kunt u met deze les de cursisten op een actieve

Nadere informatie

7.1 Slavenhandel en abolitionisme.

7.1 Slavenhandel en abolitionisme. 7.1 Slavenhandel en abolitionisme. Hieronder treffen jullie een aantal bronnen aan die betrekking hebben op de kwestie van zwarte Piet. Lees en bekijk de bronnen goed en probeer een antwoord te geven op

Nadere informatie

Les 1 Integratie Leestekst: Een bankrekening. Introductiefase

Les 1 Integratie Leestekst: Een bankrekening. Introductiefase Les 1 Integratie Leestekst: Een bankrekening "Welkom:... " Introductiefase 1. "In de afgelopen weken hebben we veel teksten gelezen. Deze teksten hebben we samengevat, we hebben vragen erbij gesteld, gekeken

Nadere informatie

Canonvensters Michiel de Ruyter

Canonvensters Michiel de Ruyter ARGUS CLOU GESCHIEDENIS LESSUGGESTIE GROEP 8 Canonvensters Michiel de Ruyter Michiel Adriaanszoon de Ruyter werd op 23 maart 1607 geboren in Vlissingen. Zijn ouders waren niet rijk. Michiel was een stout

Nadere informatie

Bijbellezing: Johannes 2 vers 1-12. Bruiloftsfeest

Bijbellezing: Johannes 2 vers 1-12. Bruiloftsfeest Bijbellezing: Johannes 2 vers 1-12 Bruiloftsfeest Sara en Johannes hebben een kaart gekregen In een hele mooie enveloppe Met de post kregen ze die kaart Weet je wat op die kaart stond? Nou? Wij gaan trouwen!

Nadere informatie

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken http://spreekbeurten.info De Chinese Muur 1. Voorwoord. 2. Wat is de Chinese Muur? 3. Waar ligt de Chinese Muur? 4. Waarom bouwden de Chinezen de Chinese Muur? 5. Hoe bouwden de Chinezen de Chinese Muur? 6. Hoe lang en hoe groot

Nadere informatie

Geschiedenis van Suriname. De creolen na de afschaffing van de slavernij

Geschiedenis van Suriname. De creolen na de afschaffing van de slavernij Geschiedenis van Suriname De creolen na de afschaffing van de slavernij 1863-1873: het staatstoezicht Na de afschaffing van de slavernij in 1863 werden de Surinaamse slaven vrije burgers. Vanaf nu werden

Nadere informatie

Geschiedenis van Suriname : Suriname van Engelse naar Nederlandse landbouwkolonie

Geschiedenis van Suriname : Suriname van Engelse naar Nederlandse landbouwkolonie Geschiedenis van Suriname 1667-1683: Suriname van Engelse naar Nederlandse landbouwkolonie 581-1795: De Republiek In de 17e en 18e eeuw spraken we nog niet van één Nederland maar, van de Republiek der

Nadere informatie