Bundel van de Commissie Welzijn van 30 november 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bundel van de Commissie Welzijn van 30 november 2015"

Transcriptie

1 Bundel van de Commissie Welzijn van 30 november Opening 2 Vaststellen agenda 3 Spreekrecht burger Brief ivm inspraak commissie Welzijn (sportpark) pdf Brief sportpark - Bijlage tekening parkeerplaatsen.pdf Brief sportpark - toelichting.pdf 4 Mededelingen 5 Presentatie Privacy en veilige gegevensuitwisseling in het sociaal domein VNG _ledenbrief_privacy-de-europese-algemene-verordening-gegevensbescherming-en-de-meldplichtdatalekken.pdf Rapport Bollenstreek Quick Scan I en P 2015.pdf Min Soc Zaken Veilig gebruik Suwinet.pdf 6 Subsidieverzoek SESO renovatie tennisbanen RV Subsidieverzoek SESO renovatie tennisbanen.pdf Tijdslijn TV Overbos.docx AvB TV Overbos.pdf Balans Begroting 2015 seso tennis.pdf Balans Begroting 2015 seso voetbal.pdf Financieringsvoorstel Rabobank TV Overbos.pdf 7 Visie op armoedebeleid RV Visie op armoedebeleid.pdf 8 Evaluatie sport- en cultuurregeling RV Evaluatie sport- en cultuurregeling.pdf Richtlijnen naar de verenigingen.pdf Concept-Persbericht regeling sport- en cultuur Teylingen.doc 9 Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek RV Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek.pdf Begrotingswijziging ISD 2016-I.pdf e halfjaarscijfers 2015 ISD Bollenstreek.pdf 10 Wijziging van de gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek RV Wijziging gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek.pdf N O T I T I E beschermingsbewind.pdf DIRECTIESTATUUT ISD pdf Wijzigingen Directiestatuut ISD pdf Gemeenten - aanbiedingsbrief GR 2016.pdf brief erratum GR 2016.pdf 11 Motie ipgb Motie ipgb ChristenUnie en PvdA 12 Ingekomen stukken Welzijn

2 13 Actielijst en langetermijnagenda LTA december 2015 definitief.pdf Actielijst commissies (versie ).xlsx 14 Regionale zaken 15 Rondvraag 16 Sluiting

3 3 Spreekrecht burger 1 Brief ivm inspraak commissie Welzijn (sportpark) pdf St. Exploitatie Sportpark de Roodemolen Gemeente Teylingen Postbus AA SASSENHEIM Telefoon: Aan het college van Burgemeester en Wethouders en de gemeenteraad Postbus ZJ VOORHOUT Betreft : Aanleg tennispark STV in Sportpark de Roodemolen c.c. : de griffier, Robert van Dijk Voorzitters STV, Hans Wingender en Rene Vos Geachte voorzitter en leden, De Stichting exploitatie Sportpark de Roodemolen, opgericht 23 februari 2012, exploiteert sinds 1 juli 2012 de voetbalvelden en kleedaccommodatie van de voetbalverenigingen R.K.V.V. Teylingen en V.V. Ter Leede. Destijds is in artikel 16 van de raamovereenkomst vastgelegd dat de Stichting in alle redelijkheid in overleg met de Gemeente zal treden over uitbreiding van de exploitatie en toelating van nieuwe gebruikers. Inmiddels is de Stichting sinds 13 januari jongstleden betrokken bij het overleg tussen de Gemeente enerzijds en de Sassenheimse Tennisvereniging (hierna te noemen STV) anderzijds. Op 26 februari 2015 heeft onze Stichting officieel het verzoek van de gemeente gekregen om ook het nog aan te leggen tennispark in het Sportpark de RoodeMolen voor STV te gaan exploiteren. Als belanghebbende voor het goed functioneren van de Stichting maar ook alle betrokken verenigingen willen wij graag een aantal overwegingen aan u voorleggen. Deze overwegingen zijn gebaseerd op het voortschrijdend inzicht dat wij als Stichting hebben sinds wij bij dit proces zijn betrokken (zie bovenstaande datum). De parkeerdruk De tekening zoals hij er nu ligt en ook is goedgekeurd door het raadsbesluit d.d. 18 december 2014, gaat naar het oordeel van de Stichting een groot probleem opleveren ten aanzien van de parkeercapaciteit. Met name in de weekenden is de parkeerdruk dusdanig hoog dat wij grote problemen gaan voorzien indien het tennispark is gerealiseerd conform de bestaande tekeningen.

4 De verwachting is dat de chaos die tijdens piekuren ontstaat nog groter wordt dan hij momenteel al is. De tekening laat weliswaar zien dat er parkeerplaatsen bij komen maar dit is zeer beperkt omdat de geprojecteerde parkeerplaatsen nu ook al (deels) in gebruik zijn als parkeerplaats in de weekenden (zie bijlage). Als ook de woningen in project Langeveld gerealiseerd gaan worden dan zal het probleem alleen nog maar groter worden. Als wij willen kiezen voor een oplossing op lange termijn dan zullen meer parkeerplaatsen gerealiseerd moeten gaan worden. Vertraging als gevolg van bestemmingswijziging Het nu geprojecteerde en goedgekeurde plan houdt in dat er een bestemmingswijzing moet gaan plaatsvinden van een stuk graslandpolder. Wij hebben begrepen dat de Provincie vooralsnog niet bereid is om medewerking aan de bestemmingswijziging van het natuurgebied te verlenen. Dit betekent dat er nog een lange tijd voorbij zal gaan alvorens alle goedkeuringen er zijn. Bij een eventueel bezwaar van omwonenden in hoger beroep zou deze termijn wel eens opgerekt kunnen gaan worden tot anderhalf jaar. Dit is een situatie die voor geen van de partijen wenselijk is. Ook de plannen die zijn opgenomen in het rapport Droomvisies voor de Roodemolenpolder zouden tot vertraging van het project kunnen leiden. In bovengenoemd rapport wordt namelijk voorstel neergelegd om een wandelpad rondom de Roodemolenpolder te realiseren en dit zou tot gevolg kunnen hebben dat ook vanuit deze hoek bezwaren komen tegen het tennispark. De voetbalverenigingen ondervinden nu al veel hinder van het feit dat veld tien waarop het tennispark zou moeten worden aangelegd, niet meer gebruikt en onderhouden wordt. Inmiddels gaat als gevolg van het feit dat er niet meer wordt gemaaid, het gras zaaien. Hierdoor moet op de kunstgrasvelden extra onderhoud plaatsvinden. Het zaad van het gras en het onkruid gaan zich namelijk spontaan nestelen tussen de kunstgras en dit moet worden verwijderd omdat het anders niet meer bespeelbaar is. Ervaring met het dempen en omleggen van sloten. Het geprojecteerde plan behelst ook de verlegging van de sloot. Dit betekent dat waar nu de sloot is grond gestort zal moeten worden. Eenzelfde actie heeft ook plaatsgevonden bij de voetbalverenigingen toen de velden 6 en 7 werden aangelegd bij de laatste renovatie van het sportpark dat werd uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de Stichting. Wij ervaren dat de demping van de sloot nog steeds tot een groot probleem leidt bij hevige regenval. Op de plek waar de sloot heeft gelegen loopt het water niet weg en blijft er een grote hoeveelheid water op het veld staan. De velden zijn hierdoor niet bespeelbaar. Met de aannemer zijn wij nog steeds in overleg om dit in orde te maken maar het probleem is tot op heden ( twee jaar na oplevering) nog steeds niet opgelost. Wij als Stichting en uitvoerder van het project aanleg tennispark zijn bang dat dergelijke problemen ook gaan optreden bij aanleg van het tennispark waardoor ook daar een jarenlange discussie gaat ontstaan met de aannemer. Kortom een plan waarin een sportveld geprojecteerd staat boven een voormalige sloot heeft wat ons betreft niet de voorkeur. Pagina 2

5 Conclusie en aanbeveling Wij hebben de afgelopen maanden bij het bestuderen van alle plannen en stukken kennis genomen van het feit dat er ook alternatieve projecties van het plan zijn geweest die een kleine verschuiving van het plan richting het voormalige land van Langeveld laten zien. Voordeel van dit plan is dat de parkeergelegenheid met een veertigtal parkeerplekken toeneemt en dat er bovendien geen sloot hoeft te worden verlegd binnen de contouren van het tennispark. Hiermee is ook het risico dat er niet bespeelbare velden komen te liggen gereduceerd. Als laatste voordeel zou kunnen worden genoemd dat het proces veel sneller kan verlopen omdat er geen grond hoeft te worden aangekocht en omdat er ook geen bestemmingswijziging hoeft plaats te vinden. Immers wij gaan niet het natuurgebied van de graslanden in maar richting de Hoofdstraat. Wij zouden het als Stichting op prijs stellen als de gemeenteraad op grond van bovenstaande argumenten zijn besluit heroverweegt. Wij achten dit in het belang van alle betrokken partijen. Wij willen deze brief graag nader toelichten en verzoeken u daarom om in te mogen spreken tijdens de vergadering van de commissie Welzijn om deze brief nog eens onder de aandacht te brengen. Met vriendelijke groet, St. Exploitatie Sportpark de Roodemolen T.J.C. van Velzen Pagina 3

6 2 Brief sportpark - Bijlage tekening parkeerplaatsen.pdf Bijlage tekening parkeerplaatsen Zowel in gebruik als parkeren ten behoeve van het voetbal als geprojecteerde parkeerplaats voor het tennispark In de weekenden in gebruik als parkeerplekken ten behoeve van het voetbal

7 3 Brief sportpark - toelichting.pdf Elly van der Geest-van der Lans Van: Onderwerp: Bijlagen: Gemeenteraad Teylingen FW: Aanleg tennispark STV in Sportpark de Roodemolen Brief ivm inspraak commissie Welzijn.pdf; Bijlage tekening parkeerplaatsen.pdf Van: Ted van Velzen [mailto:ted@vanvelzenaa.nl] Verzonden: dinsdag 27 oktober :39 Aan: Robert van Dijk <r.vandijk@raadteylingen.nl> CC: 'Hans.wingender@yum.com' <Hans.wingender@yum.com>; RVos@Horsman.nl; Bert van der Tholen <LWvanderTholen@ziggo.nl>; Jan Willem Hesselink <janwillem.hesselink@planet.nl>; Peter van der Vlugt <pjmvdvlugt@hetnet.nl>; Ted van Velzen <ted@vanvelzenaa.nl>; Thijs berg <annekethijsberg@kpnmail.nl> Onderwerp: Aanleg tennispark STV in Sportpark de Roodemolen Geachte heer van Dijk, Hierbij stuur ik u een afschrift van de brief die ik ook per gewone post heb verzonden. Graag willen wij als Stichting gebruik maken van ons recht om in te kunnen spreken tijdens een commissievergadering van de commissie Welzijn. Met vriendelijke groet, Ted van Velzen Voorzitter, Stichting Exploitaite Sportpark de Roodemolen [FX78QP8828AOW93JX4GT] 1

8 5 Presentatie Privacy en veilige gegevensuitwisseling in het sociaal domein 1 VNG _ledenbrief_privacy-de-europese-algemene-verordening-gegevensbescherming-en-de-meldplicht-datalekken.pdf Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) uw kenmerk bijlage(n) betreft Privacy: de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming & de Meldplicht Datalekken ons kenmerk ECIB/U Lbr. 15/079 datum 19 oktober 2015 Samenvatting De Europese Unie werkt op dit moment aan een nieuwe Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). De verordening kan een behoorlijke impact hebben op (gemeentelijke) organisaties die persoonsgegevens beheren en verwerken en leiden tot het opleggen van een bestuurlijke boete als de verordening niet wordt nageleefd. Vooruitlopend op de AVG wordt de Meldplicht Datalekken vanaf 1 januari 2016 actief beleid. In deze ledenbrief informeren we u over de laatste stand van zaken van de nieuwe wetgeving en geven we aan wat uw gemeente nu al kan doen zodat u bent voorbereid op de komende wijzigingen.

9 Aan de leden informatiecentrum tel. (070) uw kenmerk bijlage(n) betreft Privacy: de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming & de Meldplicht Datalekken ons kenmerk ECIB/U Lbr. 15/079 datum 19 oktober 2015 Geacht college en gemeenteraad, De Europese Unie werkt op dit moment aan een nieuwe Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). De verordening kan een behoorlijke impact hebben op (gemeentelijke) organisaties die persoonsgegevens beheren en verwerken en kan leiden tot het opleggen van een bestuurlijke boete als de verordening niet wordt nageleefd. Vooruitlopend op de AVG wordt de Meldplicht Datalekken vanaf 1 januari 2016 actief beleid. In deze ledenbrief informeren we u over de laatste stand van zaken van de nieuwe wetgeving en geven we aan wat uw gemeente nu al kan doen zodat u bent voorbereid op de komende wijzigingen. Stand van zaken AVG Eind 2015 zijn de onderhandelingen over de nieuwe Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) waarschijnlijk afgerond. Momenteel hebben het Europees Parlement en de Raad van Ministers amendementen gemaakt op de versie van de Europese Commissie. Hoewel men het met elkaar op hoofdlijnen eens is, zijn er grote verschillen tussen de drie versies. De drie instellingen proberen nu samen overeenstemming te bereiken en tot een versie van de Verordening te komen (triloog). Zoals in de concepten van de AVG is opgenomen, moet de verordening van toepassing worden op zowel het bedrijfsleven als de overheid. Een Europese verordening heeft directe werking en hoeft niet omgezet te worden in nationale wetgeving. Dat betekent dat het privacybeleid van gemeenten straks rechtstreeks aan deze verordening dient te voldoen. Wat betekent dit voor gemeenten De AVG zal een behoorlijke impact hebben op (gemeentelijke) organisaties die persoonsgegevens beheren en verwerken. Uit de conceptversies blijkt momenteel dat gegevensbeheerders en -verwerkers (zoals gemeenten) de rechten dienen te faciliteren van betrokkenen van wie de persoonsgegevens worden verwerkt. Hiervoor moet een gemeente transparant en accountable zijn. Als uw gemeente straks niet voldoet aan de regels uit deze verordening, dan kan dit mogelijk leiden tot maatregelen zoals het opleggen van een bestuurlijke boete door toezichthoudende organisaties (bijvoorbeeld het College Bescherming Persoonsgegevens). Deze boete wordt sowieso opgelegd als uw gemeente niet voldoet aan Privacy: de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming & de Meldplicht Datalekken 19 oktober /05

10 de Meldplicht Datalekken, de wetswijziging die per 1 januari 2016 al in werking treedt. Daarom is het belangrijk dat u nu al voorbereidingen treft om zo vooruit te lopen op de Europese ontwikkelingen en klaar te zijn voor de nieuwe wetgeving. Het belangrijkste is echter dat uw gemeente in ieder geval voldoet aan de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp), die in grote lijnen al voldoet aan de bepalingen in de concept-avg. Wat wil Europa veranderen? Een verordening heeft rechtstreekse werking, dat houdt in dat gegevensverwerkers zich direct aan de verordening dienen te houden en dat deze niet eerst in nationale wetgeving hoeft te worden geïmplementeerd. De belangrijkste verandering wordt waarschijnlijk dat de nieuwe Europese wetgeving tot het opleggen van een of meer bestuurlijke boete(s) kan leiden, die zal worden opgelegd door het CBP, als de verordening niet wordt nagevolgd. De Raad heeft voorgesteld om het aan de lidstaten over te laten om te bepalen of overheden ook een boete kunnen krijgen. Nederland heeft nu al een verhoogde boete ingevoerd via de Wet Meldplicht datalekken, dus die zal dan waarschijnlijk in stand blijven. De boetes zouden kunnen oplopen tot een miljoen euro. Het grootste deel van het gegevensbeschermingsrecht uit de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) blijft inhoudelijk ongewijzigd. De nieuwe verordening scherpt de Wbp aan en vult de Wbp aan. De Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming Het doel van de verordening is de versterking van de privacy van Europese burgers en het tegengaan van verschillen in privacyregelgeving binnen de EU. Verder is de verordening een antwoord op de nieuwe mogelijkheden en uitdagingen die ontwikkelingen in ICT met zich meebrengen, bijvoorbeeld met het recht om te worden vergeten en de omgang met DNA en profilering van burgers door grote datadiensten. De insteek van de verordening verlegt de focus van een externe meldplicht vooraf (die in de huidige wetgeving zit), naar een eigen verantwoordelijkheid van organisaties om intern risicobeperkende maatregelen te nemen (zoals Privacy Impact Assessments, het hanteren van privacy by design en het mogelijk benoemen van Functionarissen voor de Gegevensbescherming). Afhankelijk van het besluit van de EU wordt het benoemen van een Functionaris voor de Gegevensbescherming verplicht. De Raad van Ministers streeft naar een bepaling waarin staat dat het niet verplicht is, tenzij het in de nationale wetgeving wordt opgenomen. Momenteel is dit in ons land voor gemeenten niet het geval. Wellicht zal de belangrijkste verandering de versterking van de naleving van de verordening zijn, inclusief grotere boetebevoegdheid voor de toezichthouder. Dit is echter nog onderwerp van onderhandeling. Wat kunt u als gemeente nu al doen? De verordening heeft gevolgen voor alle gemeentelijke beleidsterreinen waar persoonsgegevens worden verwerkt, zoals het sociaal domein. De VNG roept gemeenten op zorg te dragen dat de volgende acties zijn ondernomen: Breng in kaart of uw gemeente op dit moment voldoet aan de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) in de hieronder genoemde domeinen, en wat er noodzakelijk moet gebeuren om per 1 januari 2016 te voldoen. Hiertoe kunt u de volgende stappen nemen: Privacy: de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming & de Meldplicht Datalekken 19 oktober /05

11 Breng de hoofdclusters waarvoor persoonsgegevens verwerkt worden in kaart. Bijvoorbeeld: Burgerzaken (identiteit en BRP), Sociaal Domein (Wmo, Jeugdwet, Participatiewet en aanpalende gebieden), Vergunningen, Intern beheer en personeel. Zorg dat per cluster op gestructureerde wijze inzichtelijk is: Welke taken daar worden uitgevoerd en onder wiens verantwoordelijkheid Welke (categorieën van persoons)gegevens er verwerkt worden Wat het doel is van de verwerking Hoe in de werkprocessen geborgd is dat uitsluitend noodzakelijke gegevens verwerkt worden Welke verwerkingsgrondslag er is Hoe lang de (persoons)gegevens bewaard worden (waar mogelijk) Met wie de gegevens worden gedeeld Wie de verantwoordelijke is voor (het beschermen van) de gegevens Welke bewerkersovereenkomsten gesloten zijn met andere betrokken partijen Tref organisatorische en budgettaire maatregelen: Maak een (voorlopig) tijdspad om bovenstaande te realiseren Bedenk welke processen intern moeten worden ingericht om bovenstaande te realiseren Wij adviseren u om tijdig voldoende budget en capaciteit vrij te maken voor interne en externe expertise (bv functionaris gegevensbescherming/privacy-officer). Welke inzet levert de VNG? De VNG zet zich in voor de belangenbehartiging van gemeenten richting de Europese Commissie, het ministerie van Veiligheid en Justitie en de Europese Instituties. De VNG wil zo min mogelijk administratieve lasten voor gemeenten. Dit alles gebeurt in nauw overleg met het ministerie van BZK en V&J. Ondersteuningsmateriaal Via uw Informatiebeveiligingsdienst (IBD) en het programma Informatievoorziening Sociaal Domein is ondersteuningsmateriaal beschikbaar dat u kunt raadplegen om u voor te bereiden op de nieuwe wetgeving, zoals de privacyscan (PIA en SD) en de Baseline informatieveiligheid gemeenten (BIG). Voor vragen over de informatiebeveiligingscomponenten van de Meldplicht Datalekken kunt u terecht bij de IBD: info@ibdgemeenten.nl Helpdesk: Privacy: de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming & de Meldplicht Datalekken 19 oktober /05

12 Opleiding Om gemeenten te ondersteunen bij de invoering van de wijzigende wetgeving rond privacy biedt de VNG een passend opleidingsaanbod in de vorm van verschillende workshops. Hierbij streeft de VNG naar een aanbod gericht op diverse doelgroepen binnen gemeenten. Hoogachtend, J. Kriens Voorzitter Directieraad VNG Deze ledenbrief staat ook op onder brieven. Privacy: de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming & de Meldplicht Datalekken 19 oktober /05

13 2 Rapport Bollenstreek Quick Scan I en P 2015.pdf Quick Scan Informatieveiligheid en Privacy sociaal domein Bollenstreek De Bollenstreek Managementsamenvatting Quick Scan Informatieveiligheid en Privacy voor: Gemeente Hillegom Gemeente Lisse Gemeente Noordwijk Gemeente Noordwijkerhout Gemeente Teylingen ISD Bollenstreek Maregroep JGT (alleen Privacy) BMC Groep 1 mei 2015 E. (Erik) Versterre MBA MIM Drs. W. (Willem) de Vries A. (Annet) Hendriks Y.I. (Ineke) Spinder 1

14 Managementsamenvatting In de afgelopen maanden heeft het bureau BMC op verzoek van de vijf gemeenten in de Bollenstreek de processen rondom de decentralisaties in het sociaal domein getoetst aan de richtlijnen en wetgeving van informatieveiligheid en privacy. Dit is gebeurt aan de hand van een Quick Scan bij de gemeenten Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen en de uitvoeringsorganisaties: De Maregroep, de ISD Bollenstreek en (deels) de Jeugd- en Gezinsteams. De Quick Scan Informatieveiligheid en Privacy in het sociaal domein biedt inzicht in de huidige situatie van de gemeenten en de uitvoeringsorganisaties wanneer het gaat om de veiligheid van de persoonsgegevens na de drie decentralisaties. De quick scan vormt een herkenbare foto van de werkelijkheid. Het algemeen beeld is dat de Bollenstreek in organisatorisch/juridisch opzicht op weg is naar een adequaat uitvoeringsniveau van de nieuwe processen in het sociaal domein voor wat betreft informatieveiligheid en privacy, maar dat er ook nog werk ligt om dat niveau te bereiken. Deze managementsamenvatting vormt een globale weergave van de resultaten van de Quick Scan. Specifiekere aanbevelingen en conclusies zijn nader uitgewerkt in deelrapportages voor de afzonderlijke organen binnen het sociaal domein van de Bollenstreek. Decentralisaties Vanaf 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor jeugdzorg, werk en inkomen en zorg aan langdurig zieken en ouderen. Dit betekent dat enkele huidige taken van de gemeente uitgebreid worden en dat er nieuwe taken bij zijn gekomen. Deze drie decentralisaties naar de gemeenten zorgen voor nieuwe uitdagingen voor de gemeenten op het gebied van informatieveiligheid en privacy. Deze nieuwe taken zijn in het sociaal domein van de Bollenstreek als volgt ingedeeld: Binnen deze nieuwe taakgebieden van de gemeenten worden veel gevoelige en bijzondere gegevens van burgers verwerkt. Dit maakt de gemeente een interessante partij voor externe invloeden om 2

15 informatie te vergaren en daarnaast hebben de gevolgen van een informatieveiligheidsincident (denk bijvoorbeeld aan een datalek door onzorgvuldige medewerkers of hackers met kwade bedoelingen) een steeds grotere impact op een steeds grotere groep burgers. Resultaten Aan de hand van vier werksessies met de verantwoordelijken, uitvoerders en toezichthouders binnen het sociaal domein in de Bollenstreek resulteert de Quick Scan in de volgende uitslagen: Informatieveiligheid in % Privacy in % Gemeenten: Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Uitvoeringsorganisaties: De Maregroep ISD Bollenstreek Jeugd- en Gezinsteams n.v.t. 57 Deze uitslagen bieden slechts een relatieve weergave van de werkelijkheid. Omdat er op een bepaald gebied laag gescoord wordt, betekent dit niet direct dat ook hier de urgentie ligt. De percentages geven enkel een weergave van de progressie die nog gemaakt moet worden om volledig te voldoen aan alle voorschreven normen en kaders rondom informatieveiligheid en privacy in het sociaal domein. Globaal kan gezegd worden dat er binnen de Bollenstreek nog veel onduidelijk is over hoe het sociaal domein precies vorm gaat krijgen en wie er verantwoordelijk is voor welke processen. Het sociaal domein is nog volop in ontwikkeling en er heerst nog veel onzekerheid over de uiteindelijke inrichting van deze nieuwe taakvelden. Door deze onzekerheid hebben informatieveiligheid en privacy nog niet de aandacht gekregen die ze verdienen. Gemeenten De huidige foto van de informatieveiligheid- en privacysituatie bij de gemeenten biedt een kritisch beeld. Er is een bepaalde basis aanwezig, maar er bestaat nog een onvoldoende uitvoeringsniveau. Dit wordt verklaart doordat de gemeenten haar processen in het sociaal domein veelal heeft uitbesteed aan de uitvoeringsorganisaties. Hierdoor is de aandacht voor het beveiligen van deze processen mogelijk ook afgenomen. Wanneer deze processen gedelegeerd zijn ligt de verantwoordelijkheid ook bij de uitvoeringsorganisaties maar in het geval van mandaat ligt dit nog bij de gemeente. Praktisch betekent dit voor de Bollenstreek dat voor wat betreft Jeugdzorg (hier is niet naar boven gekomen of er sprake is van mandaat of delegatie) de gemeente verantwoordelijk is en blijft voor de informatieveiligheid en privacy van deze processen. De gemeenten voldoen nu niet aan de eisen voor de uitvoering van deze processen. Uitvoeringsorganisaties De foto van de uitvoeringsorganisaties is sterk wisselend per organisatie. De ISD Bollenstreek is goed op weg naar een veilige omgeving van persoonsgegevens en is serieus bezig met het juist inrichten van de processen. Desalniettemin blijft er ook voor de ISD Bollenstreek genoeg ruimte over voor verbetering (voornamelijk bij informatieveiligheid). Bij de Maregroep heerst er bewustzijn over 3

16 de gevoeligheid van de gegevens die ze bezitten, maar moet er nog veel gebeuren op het gebied van informatieveiligheid en privacy. De Jeugd- en Gezinsteams zijn een nieuw orgaan binnen de organisatie. Het is voor de organisatie nog onduidelijk hoe dit team precies plaatst neemt in het geheel en hoe dit is ingeregeld. Dit maakt het zoeken naar een verantwoordelijke voor de informatieveiligheid en privacy rondom deze teams lastig. Er is bij het opzetten van de Jeugdteams wel veel aandacht besteed aan met name privacy, de juridische inbedding is echter nog niet zichtbaar. Prioritering In de volgende figuur is te zien welke maatregelen de prioriteit hebben, gekeken naar de aanbevelingen van de Informatie Beveiligingsdienst (IBD) en de risico s die de grootste consequenties met zich mee brengen: Prioriteit Beschrijving Individueel of gezamenlijk Prioriteit 1 Verplichte aansluitnormen CORV (digitaal Individueel knooppunt jeugdzorg) Prioriteit 2 Taken en verantwoordelijkheden derde partijen Gezamenlijk Prioriteit 3 Taken en verantwoordelijkheden en bewustwording Individueel medewerkers Prioriteit 4 Privacy Werkprocessen & triages Register persoonsgegevens en meldingen CBP Governance Gezamenlijk Prioriteit 5 Logging Gezamenlijk Patchmanagement, wijzigingsbeheer en ontwikkel- en testprocedures Bewerkersovereenkomsten Back-up, restore-procedures en uitwijk Fysieke toegang Logische toegang Informatiebeveiligingsbeleid en governance Beheer informatiebeveiligingsincidenten Prioriteit 6 Overige maatregelen uit advies IBD Individueel (Informatiebeveiligingsdienst) voor sociaal domein Prioriteit 7 Overige BIG (Baseline Informatiebeveiliging Gezamenlijk (in een Nederlandse Gemeenten) maatregelen sessie) Prioriteit 8 Maatregelen uit de aanvullende RI&E (risico- Individueel inventarisatie en evaluatie) Binnen een prioriteit vallen verschillende maatregelen. In de tabel is aangegeven of het grootste deel van de maatregelen binnen de betreffende prioriteit in samenwerking met andere gemeenten en organisaties opgepakt kunnen worden. Dit betekent echter niet dat alle maatregelen binnen een prioriteit gezamenlijk opgepakt kunnen worden. Dit verschilt per maatregel. Door gezamenlijk maatregelen op te pakken kan er een groot efficiencyvoordeel behaald worden. De gemeenten en uitvoeringsorganisaties beschikken in het sociaal domein over veel van dezelfde (soort) processen, waardoor een gezamenlijke aanpak minder druk legt op de organisatie, kennis en expertise gebundeld kan worden met als uitgangspunt om maar één keer het proces in te richten. 4

17 Richting een plan van aanpak Aan de hand van de prioritering, de uitgewerkte deelrapporten en de resultaten van de compacte GAP-analyse en Privacy Scan kan de Bollenstreek werken aan een gericht plan van aanpak om op een acceptabel uitvoeringsniveau te komen binnen het sociaal domein. Sociaal domein of gemeentebreed? Dit is ook het moment om niet alleen het sociaal domein op een adequaat uitvoeringsniveau te brengen, maar om het gemeentebreed op orde te krijgen. Veel processen die ingericht moeten worden voor het sociaal domein moeten ook gemeentebreed geregeld worden. Ook op een gemeentebreed niveau moet alles in orde zijn wat betreft privacy en informatieveiligheid en de maatregelen die de gemeente nu moet aanpakken in het sociaal domein overlappen zeer sterk met de gemeentebreed maatregels. Compact en doelgericht De huidige foto die gemaakt is door BMC aan de hand van de Quick Scan is door BMC geprioriteerd op basis van het advies van de IBD en verder verfijnd met haar eigen ervaring bij andere gemeenten. Deze prioritering is dus generiek en niet specifiek toegespitst op de Bollenstreek. Het is mogelijk voor de Bollenstreek van belang gezamenlijk te kijken wat voor de Bollenstreek prioriteit heeft en wat niet. Vervolgens is het van belang om een lijst te maken van de maatregelen die in de komende periode (een jaar) worden aangepakt, dit moet aansluiten bij de capaciteit en de ambitie van de organisatie. Daarnaast moet goed afgewogen worden welke van deze maatregelen gezamenlijk opgepakt worden en welke individueel en hoe dit wordt ingericht. Mogelijk is het verstandig om een werkgroep op Bollenstreek - niveau in te richten die gezamenlijk deze afweging maakt en vervolgens ook de gezamenlijke maatregelen oppakt. Vanuit de organisatie moet commitment aanwezig zijn om deze maatregelen ook daadwerkelijk op te pakken. Dit geldt voor zowel de uitvoerders als de verantwoordelijken, dit betekent dan ook dat er geld en tijd beschikbaar gemaakt zal moeten worden. Na het eerste termijn zal gekeken moeten worden welke maatregelen wel en niet naar behoren zijn uitgevoerd aan de hand van een nieuwe GAP-analyse en Privacy Scan. Hierdoor zal weer zichtbaar worden wat voor progressie er in dit eerste termijn is behaald en wat er gedaan moet worden. Vervolgens kan aan de hand van een nieuwe RI&E (risico- inventarisatie en evaluatie) bekeken worden welke maatregelen in het volgende termijn prioriteit hebben en hoe dit moet worden aangepakt. Hierdoor ontstaat een plan-do-check-act cyclus zoals hieronder is weergegeven. 5

18 Juist doordat het sociaal domein bij de Bollenstreek nog volop in ontwikkeling is, is het van belang jaarlijks deze cirkel te doorlopen. Zo zorgt men dat men informatieveiligheid en privacy niet uit het oog verliest. 6

19 Min Soc Zaken Veilig gebruik Suwinet.pdf ONTVANGEN 2 0 w-i2015 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus LV Den Haag Aan het College van Burgemeester en Wethouders Postbus LV Den Haag Parnassusplein 5 T F Contactpersoon mw. mr. A. van Splunter T AvSpluntergiminszw.nl Datum 19 november 2015 Betreft Veilig gebruik van SUWInet Onze referentie In deze brief vraag ik uw aandacht voor het gebruik van gegevens via SUWInet. Over de privacy van burgers moet goed worden gewaakt. Zeker door overheden die toegang hebben tot veel gevoelige persoonsinformatie. Daarom vind ik het van groot belang dat u zorgvuldig omgaat met de informatie van burgers die u tot uw beschikking heeft. Wat betreft het gebruik van SUWInet kan dat nog verbeterd worden, mede omdat met de eerder in gang gezette verbeteracties nog onvoldoende resultaat is bereikt. De bescherming van persoonsgegevens is een grondrecht en het is niet acceptabel dat de overheid hierin tekortschiet. U dient er voor te zorgen dat burgers in uw gemeente erop kunnen vertrouwen dat u zorgvuldig met gegevens om gaat en dat de beveiliging op orde is. De Inspectie SZW heeft in 2014 bij 78 gemeenten een vervolgonderzoek uitgevoerd naar de beveiliging van het gebruik van gegevens via SUWInet. Uit het onderzoek volgt dat er 13 gemeenten (17%) zijn die voldoen aan de 7 door de Inspectie SZW onderzochte normen voor de beveiliging van SUWInet. Er zijn 7 gemeenten (9%) die aan geen enkele onderzochte norm voldoen. Daarnaast heeft de Inspectie SZW 43 gemeenten onderzocht die ook bij het vorige onderzoek in 2013 in de steekproef zaten. Daar waar in 2013 er 2 gemeenten aan alle 7 normen voldeden, voldoen nu 6 gemeenten aan de 7 normen. De gemiddelde score van deze groep steeg van 2,4 naar 4,7 normen. Deze verbetering is groter dan de resultaten vanuit het landelijke beeld. In de bijlage bij deze brief vindt u een overzicht van de resultaten per gemeente. Naar aanleiding van de resultaten van het onderzoek van de Inspectie SZW heb ik het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) geïnformeerd. Het CBP heeft aangegeven direct een onderzoek te starten bij de gemeenten die aan geen enkele norm voldoen 1. Het CBP kan handhavend optreden en een last onder dwangsom opleggen. 1 Met uitzondering van één gemeente waar de Inspectie SZW een herhalingsonderzoek gaat uitvoeren. Pagina 1 van 3

20 De Inspectie SZW is bij alle gemeenten met een onderzoek naar de beveiliging van SUWInet gestart. De Inspectie SZW gaat in dit onderzoek wederom uit van zeven essentiële normen voor het waarborgen van vertrouwelijkheid, opgenomen in het Normenkader Gezamenlijke elektronische Voorzieningen SUWI (GeVS) 2. Indien uit het onderzoek volgt dat uw gemeente niet voldoet aan 7 essentiële normen dan treedt het escalatieprotocol 'afsluiten SUWInet' in werking en loopt u, met als ultimum remedium, het risico te worden afgesloten van het gebruik van SUWInet. Het escalatieprotocol is als bijlage toegevoegd aan deze brief. Datum Onze referentie Wanneer alle stappen van het escalatieprotocol zijn doorlopen en geen enkele financiële prikkel heeft bijgedragen aan structurele verbetering van de informatiebeveiliging, resteert geen andere mogelijkheid dan afsluiten. Met afsluiten zijn ook kosten gemoeid: er moeten alternatieve wijze van gegevenswisseling worden opgezet, de dienstverlening wordt hierdoor arbeidsintensiever en trager en het risico op beroeps- en bezwaarprocedures van cliënten neemt hierdoor toe. Tegelijk moet worden gewerkt aan verbetering om weer aangesloten te kunnen worden. In het algemeen overleg met de Tweede Kamer op 24 juni jl. is veel aandacht besteed aan de beveiliging van SUWInet. In de reactie op het aanvalplan beveiliging SUWInet van D66 heb ik onder meer aangegeven 3 : 1. Gemeente afsluiten van SUWInet die hun zaken niet op orde hebben Het onderzoek van de Inspectie SZW zal uitwijzen in hoeverre iedere gemeente aan de 7 essentiële beveiligingsnormen voldoet. Een gemeente die nalaat om de beveiliging op orde te brengen, zal in een aantal stappen, als ultimum remedium, worden afgesloten van het gebruik van SUWInet. 2. Aanpassen systeem SUWInet zodat medewerkers alleen toegang hebben tot gegevens van eigen cliënten en conform de motie Ulenbelt-Van Weyenberg niet breder dan op burgerservicenummer kunnen zoeken In 2015 wordt de toegang van medewerkers tot de gegevens van personen die cliënt zijn van de betreffende organisatie beperkt. Om het aantal de gegevens dat een medewerker van een persoon kan raadplegen te beperken, wordt in 2015 een aantal aanvullende inkijk-pagina's ontwikkeld. In 2015 volgt het beperken van de toegang van medewerkers tot de gegevens van cliënten die medewerkers zelf behandelen. 3. Meer bekendheid geven aan de mogelijkheid in bepaalde gevallen gegevens binnen SUWInet af te schermen, in het bijzonder adressen van personen in een blijf-van-mijn-lijf huis Ik vind het van groot belang dat de gegevens van personen die verblijven in een blijf-van-mijn-lijf-huis geheim blijven. Gemeenten moeten speciale aandacht besteden aan het beschermen van gegevens van kwetsbare groepen. In overleg met de Federatie Opvang, het UWV en de VNG wordt bekeken in hoeverre er aanvullende maatregelen nodig zijn voor het afschermen van gegevens. 2 3 Het Normenkader GeVS maakt deel uit van de Verantwoordingsrichtlijn GeVS. Het normenkader bevat in totaal 115 normen. Kamerstukken II, , 26448, nr Pagina 2 van 3

21 In de verzamelbrieven van juni en november 2015 heb ik uw aandacht gevraagd voor de verplichte jaarlijkse verantwoording over het gebruik van SUWInet. In de wet- en regelgeving SUWI is geregeld dat iedere organisatie die van SUWInet gebruik maakt, moet aantonen dat het stelsel van de door zijn organisatie genomen maatregelen voldoet aan het SUWI-normenkader. In het jaarverslag geeft het college van burgemeester en wethouders aan op welke wijze zij sturing heeft gegeven aan de beveiliging van SUWInet en, indien nodig, welke maatregelen er zijn getroffen indien er sprake is van tekortkomingen. Het verdient aanbeveling om de sturing op de beveiliging van SUWInet te plaatsen binnen de bredere sturing op de informatieveiligheid. Naast voldoende bestuurlijke aandacht wil ik u in overweging geven om de gemeentesecretaris te belasten met de dagelijkse sturing op de informatieveiligheid. Datum Onze referentie Alle gemeenten krijgen lograpportages van de beheerder van Suwinet BKWI. Uit eerder onderzoek van de Inspectie SZW is gebleken dat gemeenten moeite hebben met het naleven van deze norm. Daarom vraag ik extra uw aandacht voor naleving van deze norm. Lograpportages geven inzicht in het gebruik van gegevens via SUWInet door medewerkers en vormen een belangrijk instrument om oneigenlijk gebruik van SUWInet te signaleren. Tot slot wil ik uw aandacht vragen voor het leveren van gegevens via SUWInet aan incassobureaus of andere derden. Op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens is het toegestaan om een derde partij als bewerker gegevens te laten verwerken, waarbij het college van B&W verantwoordelijke blijft. Hiervoor dient een bewerkersovereenkomst te worden gesloten. In het geval een gemeente een incassobureau inschakelt mogen alleen die gegevens worden verstrekt aan het incassobureau die nodig zijn voor het incassobureau om de vorderingen te kunnen innen. Daarbij is het niet toegestaan dat incassobureaus toegang krijgen tot meer gegevens dan noodzakelijk voor de uitoefening van hun taak. Op grond hiervan is toegang tot SUWInet, waar veel meer gegevens van (alle) burgers zijn in te zien, niet toegestaan. In de notitie 'uitbesteden en toegang tot SUWInet' die de VNG heeft opgesteld, kunt u hierover meer informatie vinden. Het escalatieprotocol is tot stand gekomen in samenwerking met VNG, SVB en UWV. De bescherming van de persoonsgegevens is een grondrecht en het is niet acceptabel dat de overheid hierin tekort schiet. Dit betekent dat gemeenten, ondersteund door de VNG, met hoge urgentie door moeten pakken en de beveiliging van SUWInet op orde moeten brengen. Paralel aan deze brief informeer ik de gemeenteraden over het veilig gebruiken van SUWInet. De Staatssecret^r-fs Van Sociale Zaken en Werkcjftlet^nheid, Pagina 3 van 3

22 Overzicht bevindingen gemeenten (78) Gemeente Norm 1.3 Norm 1.4 Norm 1.5 Norm 2.2 Norm 2.3 Norm 13.1 Norm 13.5 Aantal normen Voldoende Aaiten X X X X X 5 Alblasserdam X X X X X X 6 Albrandswaard X X X X X 5 Alkmaar 0 Assen X X X X X X X 7 Baarle-Nassau 0 Barendrecht X X X X X 5 Binnenmaas X X X X X X X 7 Blaricum X X X X X 5 Boekei X X X X X X X 7 Boxmeer X X X X 4 Breda X X X X X X X 7 Brielle 0 Brummen 0 Bunnik X 1 Buren X X X X 4 Cranendonck X X X X 4 Dantumadiel X X X X X 5 Den Haag X X X X 4 Deurne X X X X 4 Deventer X X X X 4 Dinkelland X X X X 4 Ede X X X 3 Geldrop-Mierlo X X X X 4 Giessenlanden X X X X X X 6 Groesbeek X X X X 4 Heemskerk X X 2 Heemstede X X X X X X X 7 Heerenveen 0 Helmond X X X X 4 Hendrik-ldo-Ambacht X X X X X X 6 Het Bildt X X X X X X 6 Heumen X X 2 Hof van Twente X 1 Houten X X X X X X X 7

23 Gemeente Norm 1.3 Norm 1.4 Norm 1.5 Norm 2.2 Norm 2.3 Norm 13.1 Norm 13.5 Aantal normen Voldoende Kampen X X X X X 5 Krimpen aan den IJssel X 1 Laren X X X X X 5 Leek X X X X X X X 7 Lelystad X X X X X X 6 Leusden X X X X X X 6 Lingewaard X 1 Meerssen X 1 Molenwaard X X X X X X 6 Nieuwkoop X X X X X X 6 Noordwijkerhout X X X X 4 Oisterwijk X X 2 Oldebroek X X X X X X 6 Ommen X X 2 Papendrecht X X X X X X 6 Reusel-De Mierden X X X X X X X 7 Rheden X X X X X 5 Rhenen X 1 Roerdalen X X X X 4 Scherpenzeel X X 2 Schijndel X X X X X X X 7 Schinnen X 1 Schoonhoven X X X X X X 6 Sluis X X 2 Südwest Fryslan X X 2 Texel X X X X X 5 Twenterand X X X X X 5 Tynaarlo X X X X X X X 7 Urk X X X X X X 6 Veldhoven X 1 Venray X 1 Vlaardlngen X X X X X X X 7 Vught X X X 3 Waalre X X X X X X 6 Wassenaar X X X 3 Weert X X X X 4 Werkendam 0

24 Gemeente Norm 1.3 Norm 1.4 Norm 1.5 Norm 2.2 Norm 2.3 Norm 13.1 Norm 13.5 Aantal normen Voldoende West Maas en Waal X X X 3 Weststellingwerf X X X X X X X 7 Wierden X X X 3 Wormerland X X X X X 5 Woudenberg 0 Zevenaar X X X X X X X 7 Totaal onderzoek % 31% 21% 30% 24% 38% 20% Gem. 2.4 Totaal onderzoek % 63% 53% 72% 44% 53% 37% Gem, 3.9 Gemeenten in kleur zaten ook in het vorige onderzoek van de Inspectie SZW.

25 Escalatieprotocol afsluiten SUWInet In dit protocol wordt beschreven uit welke stappen het "escalatieprotocol afsluiten SUWInet" bestaat. Iedere stap in het protocol is erop gericht om te bewerkstelligen dat tekortkomingen in de beveiliging van SUWInet worden weggenomen. Als ultimum remedium is het mogelijk om een gemeente af te sluiten van het gebruik van SUWInet. Afsluiting van het gebruik van SUWInet heeft vergaande consequenties voor de burger. Hij moet zijn gegevens opnieuw aanleveren en wordt daarmee onevenredig belast. S77\P 1 Zelfevaluatie (vriiwihia) Gemeenten kunnen via een zelftest van de VNG onderzoeken of wordt voldaan aan de normen uit het SUWI-normenkader. De zelftest is een analyse die aangeeft op welke onderdelen uit het SUWInormenkader aanpassingen of verbeteringen aangebracht moeten worden. De zelftest is daarmee een instrument van en voor gemeenten zelf om invulling te geven aan de verantwoordelijkheid voor de beveiliging van de gegevens die via SUWInet worden ontvangen. Het verdient aanbeveling om de uitkomsten van de zelftest in het College van B&W te agenderen en het (eventuele) verbeterplan dat daaruit volgt door het College van B&W te laten vaststellen en hierover de gemeenteraad te informeren. Maatregelen kunnen ook worden opgenomen in het jaarlijks verplicht op te stellen beveiligingsplan en/of het verslag over de verantwoording. STAP 2 Jaarverslag (bestaande wettelijke verdlichtina) Op grond van de SUWI wet-en regelgeving 1 is geregeld dat iedere gebruiker van Suwinet, dat wil zeggen het UWV, de SVB en de colleges van B&W voor de SUWI-taken aantoont dat het stelsel van de door zijn organisatie genomen maatregelen voldoet aan het SUWI-normenkader. Het jaarlijkse verslag over het gebruik van SUWInet moet ieder jaar worden vastgesteld. Het aantonen gebeurt door in te gaan op opzet, bestaan, werking en controleerbaarheid van het stelsel van maatregelen en procedures gericht op de gegevenshuishouding in relatie tot SUWInet. De rapportage dient te worden bevestigd met een oordeel (van getrouwheid) van een tot de Nederlandse Orde van Register EDP-Auditor toegelaten persoon. De verantwoording over de informatiebeveiliging biedt het college van B&W en de gemeenteraad een handvat om hun verantwoordelijkheid voor informatiebeveiliging en bescherming van persoonsgegevens in te vullen. Daarnaast kunnen burgers er vertrouwen aan ontlenen dat gemeenten de aan hen toevertrouwde gegevens zorgvuldig verwerken. STAP 3 Onderzoek van de Inspectie SZW De Inspectie SZW houdt toezicht op de wijze waarop het UWV, de SVB, en de colleges van burgemeester en wethouders bij de uitvoering van de aan hen opgedragen taken samenwerken. Het toezicht van de inspectie is onafhankelijk en signalerend. De aard en intensiteit van het toezicht hangen af van de kwaliteit van de uitvoering en de risico's die zich in de uitvoering voordoen. De risico's betreffende de informatiebeveiliging van SUWInet bij gemeenten wordt betrokken bij het opstellen van het jaarplan van de Inspectie. De mate waarin gemeenten hebben aangetoond dat de beveiliging van SUWInet op orde is, zal leidend zijn voor de intensiteit van onderzoek door de inspectie. Onderzoeken van de Inspectie SZW naar de beveiliging van SUWInet richten zich op de 7 normen uit het SUWI-normenkader. Uit het onderzoek van de Inspectie SZW volgt welke gemeenten niet aan alle 7 (essentiële) normen voldoen. Voor gemeenten die niet voldoen aan de 7 essentiële normen treedt stap 4 in werking. Het College Bescherming Persoonsgegevens zal worden geïnformeerd over de resultaten van het onderzoek van de Inspectie SZW. STAP 4 Aankondiging tot een aanwijzing De gemeente die niet aan alle 7 essentiële normen voldoet ontvangt een aankondiging tot een aanwijzing. De gemeente ontvangt dan een brief waarin het voornemen tot een aanwijzing wordt aangekondigd. De gemeente krijgt in deze fase een laatste mogelijkheid om de beveiliging van 1 Artikel 5.22 besluit SUWI en artikel 5.22 en 6.4 van de Regeling SUWI.

26 SUWInet op orde te brengen. In deze aankondiging zal een termijn worden genoemd, die afhankelijk is van de specifieke situatie in de betreffende gemeente. Na de genoemde termijn zal de gemeente moeten aangeven of de onrechtmatige situatie is hersteld en wordt voldaan aan alle 7 essentiële normen. Afhankelijk van de situatie kan het voorkomen dat een gemeente nog niet aan 1 norm kan voldoen. Met deze gemeente worden nadere afspraken gemaakt over de termijn waarbinnen alsnog aan deze norm wordt voldaan. STAP 5 Aanwijzing tot het op orde brengen van de beveiliaina van SUWInet Een gemeente die geen verantwoordelijkheid neemt voor de beveiliging van SUWInet en ook na de aankondiging van de aanwijzing geen orde op zaken heeft gesteld, zal een aanwijzing ontvangen. Een mogelijke aanwijzing kan zijn dat een gemeente wordt verplicht om, na een daartoe door SZW gestelde termijn, door middel van een audit aan te tonen dat de beveiliging van SUWInet op orde is. Dit is een relatieve milde aanwijzing. Dit kan aan de orde zijn als de gemeente verbeteringen heeft doorgevoerd, maar nog een aantal punten niet heeft opgelost. Ook kan een aanwijzing worden gegeven waarin de gemeente wordt opgedragen om een externe deskundige in te huren om de beveiliging van SUWInet op orde te brengen. De Minister van SZW bepaalt aan welke voorwaarden de externe deskundige dient te voldoen en welk resultaat bereikt dient te worden, voordat de gemeente weer zelfstandig de uitvoering ter hand kan nemen. De kosten voor het uitvoeren van een audit of het inhuren van één of meerdere externe deskundigen zijn volledig voor rekening van de gemeente. Dit zal aan de orde zijn als de gemeente er blijk van heeft gegeven het herstellen van de onrechtmatigheden niet zelfstandig uit te kunnen voeren. STAP 6 Treffen van noodzakelijke voorziening tot het afsluiten van SUWInet Indien een gemeente zelfs de aanwijzing niet opvolgt, zal de Minister van SZW zelf in de zaak voorzien. Zo kan de Minister zelf een externe deskundige aanstellen en bij een gemeente installeren, uiteraard op kosten van die gemeente. 2 In situaties waarin er een acuut en reëel risico is op grove schendingen van de privacy van burgers, kan het geboden zijn een gemeente (tijdelijk) van SUWInet af te sluiten. De minister van SZW zal op dat moment aan de beheerder vragen om de verleende autorisaties voor SUWInet in te trekken. Dit betekent dat er geen mogelijkheid meer is voor gemeenten om gegevens in te zien. Gemeenten zullen wel gegevens kunnen blijven leveren. Het afsluiten van SUWInet heeft tot gevolg dat gemeenten zelf informatie van hun burgers zullen moeten vragen, of via individuele overeenkomsten met andere partners in de keten moeten betrekken. Voor zover die partners op grond van staande wetgeving niet zijn gehouden deze gegevens kosteloos te verstrekken, kunnen ook hiervoor kosten in rekening worden gebracht. Toezicht College Bescherming Persoonsgegevens De minister kan op ieder moment in het proces of wanneer daartoe aanleiding is het College Bescherming Persoonsgegevens informeren en vragen om handhavend op te treden. Het College Bescherming Persoonsgegevens maakt vervolgens een zelfstandige afweging of het overgaat tot het verrichten van een onderzoek. Het CBP kan een last onder dwangsom opleggen indien uit onderzoek van het CBP blijkt dat gemeenten niet voldoen aan de Wet bescherming persoonsgegevens. Een andere mogelijkheid is het opleggen van een boete. De wet die regelt dat het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) de bevoegdheid heeft om aan verantwoordelijken en bewerkers bestuurlijke boetes op te leggen voor overtredingen van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en andere specifieke dataprotectieregels is door de Eerste Kamer aanvaard en zal vermoedelijk op 1 januari 2016 in werking treden. De boete kan maximaal bedragen. 2 Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld inhuur vanuit ABD-topconsult.

27 6 Subsidieverzoek SESO renovatie tennisbanen RV Subsidieverzoek SESO renovatie tennisbanen.pdf VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van december 2015 Besluit nummer: 2015_Raad_00093 Onderwerp: Subsidieverzoek SESO renovatie tennisbanen - Besluitvormend Beknopte samenvatting: Op 14 april 2015 heeft het college besloten om het subsidieverzoek van SESO voor de renovatie van tennisbanen af te wijzen. Daar is door SESO op 8 mei 2015 een bezwaarschrift tegen ingediend. Op 28 juli 2015 is door het college een nieuw voorstel aangehouden, met het verzoek om meer informatie. Deze aanvullende informatie is aan voorliggend voorstel toegevoegd. Het college stelt aan de raad voor alsnog subsidie te verstrekken ten bedrage van ,-- en dit bedrag te dekken uit de Algemene reserve. Daarnaast wordt voorgesteld om voor een bedrag van ,-- borg te staan voor een lening bij de Rabobank. Bestemd voor: Commissie Welzijn DE GEMEENTERAAD AANHEF Bijgevoegde bijlage(n): Begrotingswijziging renovatie tennisbanen Overbos Tijdslijn renovatie tennisbanen TV Overbos (informatief) Acte van Borgtocht TC Overbosch Balans 2014 en Begroting 2015 seso tennis (informatief) Balans 2014 en Begroting 2015 seso voetbal (informatief) Financieringsvoorstel aan TV Overbosch (informatief) MOTIVERING Aanleiding en context: In 2012, net na de vaststelling van de Sportaccommodatienota , heeft TV Overbos zes tennisbanen gerenoveerd en omgezet naar all weatherbanen. Hiervoor heeft TV Overbos een hypothecaire lening van ,-- afgesloten. Er was door SESO geen subsidie aangevraagd, omdat men vanuit gewoonte een praktijk uit het verleden voortzette: ook in het verleden waren er leningen afgesloten. In 2015 heeft SESO een beroep gedaan op het huidige beleid en verzocht om alsnog met p 1 van 10

28 terugwerkende kracht voor subsidie in aanmerking te komen. Het college heeft hier in april negatief op beschikt. Hiertegen heeft SESO bezwaar ingediend, deze bezwaarschriftenprocedure loopt nog. Het is dan gebruikelijk dat de ambtelijke organisatie de mogelijkheden van een mogelijke oplossing onderzoekt. De meest geëigende oplossing is om subsidie ter beschikking te stellen. In dat licht kan het voorliggend voorstel worden bezien, waarin als bijlage een tijdslijn is opgenomen. Beoogd resultaat: Een correctie toepassing van het beleid zoals vastgelegd in de Sportaccommodatienota Argumentatie: 1.1 SWS wil niet langer borg staan. In 2012 heeft TV Overbos voor de renovatie van de tennisvelden een hypothecaire lening van ,-- afgesloten, waarvoor de gemeente en Stichting Waarborgfonds Sport ieder voor 50% garant staan. Met de oprichting van de Stichting Exploitatie Sportpark Overbos (SESO) waar ook TV Overbos onder ressorteert, zijn de tennisbanen in eigendom gekomen van SESO, die dus ook op de lening gaat aflossen. SWS heeft hier problemen mee, omdat de afspraken zijn gemaakt met TV Overbos. De lening van SWS op naam zetten van SESO betekent dat de voetbal er mede verantwoordelijk voor wordt en de investeringen door de voetbal vooraf goedkeuring van SWS behoeven. De lening van SWS overschrijven naar de vereniging geeft risico s dat SESO niet meer voldoet aan het Sportbesluit (richtlijnen belastingdienst voor sportstichtingen). Voortzetting van de huidige situatie vindt SWS juridisch gezien dan ook een oneigenlijke constructie, zodat zij de borgstelling wil beëindigen. 1.2 Het subsidieverzoek past binnen het huidige beleid van de Sportaccommodatienota In de Sportaccommodatienota worden kaders gegeven voor de renovatie van tennisbanen en de daaraan gekoppelde bedragen. Op het moment van de renovatie van de tennisbanen was de Sportaccommodatienota vastgesteld, waardoor TV Overbos in aanmerking had kunnen komen voor subsidiëring van de renovatie. De vereniging zou dan recht hebben gehad op een bedrag van ,-- per tennisbaan; voor zes tennisbanen betekent dit een bedrag van ,--. Omdat TV Overbos all weather banen wilde aanleggen, zouden de meerkosten voor eigen rekening zijn gekomen. 1.3 Een volgende renovatie is niet eerder voorzien dan in De tennisbanen zijn in 2012 aangelegd en hebben een levensduur van 10 jaar. Dat betekent dat de eerstvolgende renovatie pas in 2022 plaats zal vinden. Bij een negatief besluit zou SESO dus niet eerder dan in 2022 een beroep kunnen doen op financiële middelen, zijnde een financiële bijdrage van de gemeente. 1.4 Voorgesteld besluit leidt tot intrekking van het bezwaarschrift. De ambtelijke organisatie kan op dit moment niet inschatten welk risico de gemeente loopt indien de bezwaarschriftenprocedure (wel) wordt voortgezet. Als de bezwaarschriftencommissie zich gaat richten op inhoudelijke argumenten, met als basis de Sportaccommodatienota, kunnen er problemen ontstaan. Dat komt omdat de renovatie van de toplaag van de tennisbanen in principe binnen de kaders van de Sportaccommodatienota past, ook al wilde TV Overbos all weatherbanen. Had TV Overbos een subsidieverzoek ingediend, dan had deze gehonoreerd moeten worden. p 2 van 10

29 1.5 Er is sprake van macht der gewoonte Uit de tijdslijn en de achterhaalde mailcorrespondentie tussen TV Overbos en gemeente blijkt dat TV Overbos uitging van de bestaande praktijk, namelijk in dit soort gevallen een (hypothecaire) lening afsluiten of oversluiten. TV Overbos had namelijk al een lening lopen bij de bank en wilde deze oversluiten om de renovatie van de banen te bekostigen. TV Overbos heeft hierover tijdig de gemeente in 2011 geïnformeerd. Uit de mailcorrespondentie blijkt dat de gemeente TV Overbos blijkbaar telefonisch heeft gewezen op de mogelijkheid van mogelijk krediet in het kader van de nog vast te stellen Sportaccommodatienota, echter onder het volgende voorbehoud: voor 2012 werd tennis niet beschouwd als een basissport. Voor het nieuwe beleid, ingaande in 2012, wilde de ambtelijke organisatie voorstellen om de tennis gelijk te stellen aan andere sporten wat betreft investeringen door de gemeente. Op het moment van de mailcorrespondentie was dit echter nog geen zekerheid. TV Overbos heeft er vervolgens voor gekozen om de renovatie toch in 2012 ter hand te nemen. 1.6 Er is geen sprake van precedentwerking De ambtelijke organisatie acht de kans op precedentwerking richting andere verenigingen in het kader van de huidige Sportaccommodatienota minimaal. In het verleden heeft de gemeente alle subsidieaanvragen alijd gehonoreerd. Verder is het gemeentelijk argument van overcapaciteit (met andere woorden: de vereniging heeft voldoende banen en hoeft niet uit te breiden) alleen van toepassing op de aanleg van nieuwe banen. Het is dus niet van toepassing op de renovatie van banen, omdat bij renovatie geen sprake is van uitbreiding cq. aanleg met nieuwe banen. 2.1 Programma 3 biedt geen financiële mogelijkheden voor dekking van dit bedrag waardoor aanspraak op de Algemene reserve noodzakelijk is. 3.1 De gemeente staat al borg. In 2012 heeft TV Overbos voor de renovatie van de tennisbanen een hypothecaire lening van ,-- afgesloten, waarvoor SWS en gemeente ieder voor de helft borg staan. Inmiddels is hierop ,-- afgelost, zodat er een restschuld blijft van ,--. Dat betekent dat in de huidige constructie de gemeente nog borg staat voor een bedrag van ,--. Bij een positief besluit van college en gemeenteraad, wil SESO de subsidie van ,-- in zijn geheel gebruiken om op deze restschuld af te lossen. Dan zou er een uiteindelijke lening van ,-- blijven staan, waarvoor de gemeente borg kan staan. Hierdoor wordt het risico voor de gemeente lager dan bij handhaving van de huidige situatie omdat de nieuwe borgstelling de oude borgstelling vervangt. 3.2 De gemeente loopt weinig risico. Na onderzoek van de jaarrekening 2014 en begroting 2015 komt de ambtelijke organisatie tot de conclusie dat de gemeente met een borgstelling weinig risico loopt. SESO is niet afhankelijk van onzekere variabele inkomsten zoals kantine en sponsoring. Evenmin heeft men te maken met weglopende leden. Dit wordt bevestigd door de financiële rapportage van SWS: SESO voldoet keurig aan de leningsverplichtingen en daardoor komt de borgstelling, naar het zich laat aanzien, niet in een positie waar het risico op aanspraak groot zal zijn. Alternatieven: Er zijn verschillende alternatieven overwogen: a. Lening van SWS op naam zetten van SESO: dit betekent dat de voetbalvereniging mede verantwoordelijk wordt en dat investeringen door de voetbal vooraf goedkeuring van SWS behoeven. p 3 van 10

30 b. Lening van SWS op naam laten van TV Overbos: SESO voldoet dan niet meer aan het Sportbesluit (richtlijnen Belastingdienst). c. Handhaving huidige situatie: dit levert problemen op met het eigenaarschap omdat SESO eigenaar is van de banen maar de lening is afgesloten door TV Overbos. Bovendien heeft SWS problemen met deze constructie en wenst zij de borgstelling te beëindigen. Hierdoor zou de gemeente borg moeten gaan staan voor de restschuld van ,--. Kanttekening: 1. De onderzochte alternatieven zijn oneigenlijk. De verschillende overwogen alternatieven leiden tot juridisch oneigenlijke situaties. Aanpak / uitvoering: Na besluitvorming wordt SESO middels een brief op de hoogte gesteld van het besluit. Indien de subsidie wordt toegekend, heeft SESO toegezegd het bezwaarschrift in te trekken. Tot de datum dat het besluit bekend is, is met SESO afgesproken om de bezwaarschriftenprocedure op te schorten. Participatie niveau: Initiatiefnemer, Beleidseigenaar Participatie: De kaders worden door de gemeente aangegeven in de Sportaccommodatienota Duurzaamheid: Niet van toepassing. Op voorstel van het college van burgemeester en wethouders Beslist het volgende: VOORSTEL Besluitpunt 1: Aan SESO een subsidie van ,-- ter beschikking te stellen voor de renovatie van de tennisbanen in Besluitpunt 2: Het bedrag van ,-- te dekken vanuit de Algemene reserve, conform bijgevoegde begrotingswijziging. Besluitpunt 3: De borgstelling bij TV Overbos van ,- in te trekken en borg te staan voor een hypothecaire lening van ,- van SESO. BIJKOMENDE INFO BIJ HET BESLUIT Maatschappelijke Ontwikkeling Welzijn & Onderwijs p 4 van 10

31 Financiële consequenties: Van de oorspronkelijk afgesloten hypothecaire lening van ,-- is inmiddels ,-- afgelost. De lening bedraagt nu nog ,--. Volgens de Sportaccommodatienota heeft SESO recht op een bedrag van ,-- per baan; voor zes banen komt dit neer op een bedrag van ,--. Het bedrag van ,-- kan gedekt worden vanuit de Algemene reserve. SESO zal het bedrag van ,-- in zijn geheel gebruiken om de huidige resterende lening van ,-- af te lossen. Hierdoor blijft een restschuld van ,-- staan. De gemeente wordt verzocht om voor dit bedrag alsnog borg te staan. STEMMING Ontwerpbesluit door de gemeenteraad in vergadering van 17 december 2015 BIJLAGEN DIE INTEGRAAL DEEL UITMAKEN VAN HET BESLUIT Begrotingswijziging renovatie tennisbanen Overbos p 5 van 10

32 Begrotingswijziging renovatie tennisbanen Overbos Gemeente Raming van Provincie Begrotingsjaar 2015 Teylingen baten en lasten Zuid-Holland nummer 12 Subsidie SESO renovatie tennisbanen De raad van de gemeente Teylingen besluit: de raming van baten en lasten voor het dienstjaar 2015 als volgt te wijzigen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 17 december 2015, de burgemeester, de griffier p 6 van 10

33 Produkt- Nieuwe of verlaging nummer verhoging raming Lasten raming Raming van baten en lasten Programma Exploitatie sportpark Warmond Subsidie Totaal exploitatie Investerings- en financieringsstaat Algemene reserve vrij Onttrekking/toevoeging reserve Totaal investeringen Kostenverdeelstaat Totaal kostenplaatsen p 7 van 10

34 Produkt- Omschrijving Nieuwe of verlaging nummer verhoging raming Baten raming Raming van baten en lasten Programma Mutaties reserve programma Algemene Reserve Totaal exploitatie Investerings- en financieringsstaat Overboekingsrekening kapitaaldienst Dekkingsrekening Totaal investeringen Kostenverdeelstaat Totaal kostenplaatsen p 8 van 10

35 Tijdslijn TV Overbos.docx Tijdslijn TV Overbos/SESO inzake subsidieaanvraag renovatie tennisbanen - Nov 2011 o Aanvraag TV Overbos garantstelling lening - 22 mrt 2012 o Raadsvoorstel, garantstelling geldlening TV Overbos, goedgekeurd In het treasury statuut van 2009 staat opgenomen dat de gemeente garanties uit hoofde van de "publieke taak" mag verstrekken. 1.3 Aanvraag past binnen het beleid van de Sportnota In de Sportnota staat opgenomen dat de gemeente geen leningen meer verstrekt, maar wel in combinatie met Stichting Waarborgfonds Sport garantstellingen wil verstrekken. De vereniging heeft ongeveer 470 leden. Bij een normgemiddelde van 90 leden per baan, is er sprake van overcapaciteit. De gemeente zal daarom niet zelf zorgdragen voor de financiering en de aanleg van de banen. Wij stellen wel voor de vereniging te ondersteunen in dit initiatief, zodat zij dit met eigen middelen kunnen bewerkstelligen mrt 2012 o Raadsvoorstel, sportaccomodatienota, goedgekeurd De nota geldt voor de periode 2012 tot en met De verenigingen zijn in februari geïnformeerd over de Sportaccommodatienota Mei/juni 2012 o Lening Rabobank met TV Overbos Gemeente staat voor de helft ( ,-) van de lening garant. SWS staat voor de andere ,- garant. - 1 juli 2012 o Renovatie 6 banen; all weather - 7 sept 2012 o oprichtingsakte SESO gepasseerd bij notaris SESO heeft vanaf oprichting tennisbaan in eigendom. Sportterrein is van gemeente. De stichting is verantwoordelijk voor het exploiteren van tennisvereniging Overbos. In het kader hiervan wil de gemeente per direct het recht van opstal op naam van de stichting laten zetten - 27 mrt 2013 o Gebruikersovereenkomst SESO en TV Overbos - 16 juni 2014 o Overeenkomst van bruikleen tussen gemeente en SESO, ingangsdatum 1 jan jan 2015 o SESO subsidieaanvraag van , april 2015 o Besluit, college B&W, subsidie afgekeurd (van ,-)

36 (Obv zelfde argumenten als in 2012) 1.1 Bij het vaststellen van de garantstelling voor de lening door de raad in 2012, kwam TV Overbos ook niet in aanmerking voor (volwaardige) subsidie. De raad heeft ingestemd met een garantstelling van 50% van de totale lening. In 2012 zijn de volgende redenen in het raadsvoorstel aangemerkt om niet in te stemmen met het toekennen van subsidie: "In de nog vast te stellen Sportnota staat opgenomen dat de gemeente geen leningen meer verstrekt, maar wel in combinatie met Stichting Waarborgfonds Sport garantstellingen wil verstrekken. De gemeente wil het voor verenigingen mogelijk blijven maken om een lening bij de bank aan te gaan voor investeringen in de eigen clubaccommodatie. De vereniging heeft ongeveer 470 leden. Bij een normgemiddelde van 90 leden per baan, is er sprake van overcapaciteit. De gemeente zal daarom niet zelf zorgdragen voor de financiering en de aanleg van de banen. Wij stellen wel voor de vereniging /stichting te ondersteunen in dit initiatief, zodat zij dit met eigen middelen kunnen bewerkstelligen. Daarnaast beschikt de vereniging momenteel over een eigen vermogen van ,- en kan zij zelf een lening financieren." - 8 mei 2015 o Bezwaar beschikking subsidieaanvraag SESO SESO verwijst naar sportnota en gelijkheidsbeginsel. Geven aan dat TV Overbos niet op hoogte was van subsidiebeleid en ook niet door de gemeente op de hoogte is gebracht. Ter info: - Sportaccomodatienota : renovatie toplaag per tennisbaan ,- excl BTW. Totaal voor 6 banen , excl BTW. - Tennisvereniging betaalt aflossing in gebruikersvergoeding aan SESO. Waarde lening bedroeg bij aanvang NB lening hoger dan kosten offerte aanleg banen. - In 2014 heeft TV Overbos pas kennis genomen van subsidiebeleid, door aansluiting andere verenigingen SESO - Offerte voor 6 banen, totaal bedrag Inclusief BTW: ,33 - SESO heeft vanaf oprichting tennisbaan in eigendom. Sportterrein is van gemeente. - Levensduur tennisveld is 10 jaar. - Sportnota : o De nota kan in de praktijk direct worden toegepast: Herinrichting Sportpark Roodemolen Toekomstige inrichting sport- en recreatiepark Elsgeest Renovatie tennisvereniging Overbos was er de afgelopen jaren geen eenduidig sportbeleid op papier. Er is wel een aanzet daartoe gedaan door het vaststellen van de keuzenota sport in Deze nota maakt een onderscheid in welke sporten de gemeente wel of niet ondersteunt en hoe zij omgaat met bijvoorbeeld sportstimulering. De keuzenota vormt het vertrekpunt om te komen tot een sportbeleid, zoals omschreven in dit hoofdstuk. Vorig beleid: De gemeente bekostigt volledig de aanleg en renovaties van sportvelden (met uitzondering van tennisvelden).

37 Vorig beleid: Alle genoemde acties zijn in de afgelopen jaren historisch gegroeid. Zoals al eerder werd geschetst, is er geen specifiek sportbeleid. Kortom, er is niet vastgelegd hoe onze inbreng (financieel of inhoudelijk) formeel eruit ziet. Bijvoorbeeld: een vereniging vraagt een investeringssubsidie aan voor een verbouwing. Wanneer komt deze vereniging in aanmerking voor subsidie en hoe hoog is dan de financiële bijdrage van de gemeente? Nog een voorbeeld: er is een capaciteitstekort bij een sportvereniging geconstateerd. Legt de gemeente het veld te allen tijde aan? En bekostigt de gemeente dan ook alle aanlegkosten? - Keuzenota sport 2009: outdoortennis is een basissport - Raadsvoorstel 22 mrt 2012: De faciliterende en de regisserende rol van de gemeente is nader gespecificeerd in de nieuwe sportaccommodatienota. Dit betreft een vervolg nota na de startnotitie en de keuzenota in Door het belang van de uitkomst van de raadsverkiezingen in 2010 en de subsidienota in 2011, wordt de beleidsnota sportaccommodaties nu pas aan u aangeboden. De raad heeft op 5 november 2009 ingestemd met de keuzenota Sport en heeft strategie 1 'voorzien in sportbehoefte, realiseren van accommodaties' als speerpunt aangewezen. Met het vaststellen van de subsidienota Back to Basics op 8 september 2011 is de rol van de gemeente veranderd. De faciliterende en regissende rol van de gemeente staat centraal hierin, nu de financieel ondersteunde rol aan sportorganisaties is komen te vervallen. - Aanleg 7 e tennisbaan, kunstgras, 12 mei 2014 toegekend subsidie

38 AvB TV Overbos.pdf Rabobank Bollenstreek Bedrijven Advies gemeente Tc-/!i i -. 3ereq. d.c 15 Jim 2012 i Keg.nr. ^M- Rabobank Postadres Postbus 24,2180 AA Hillegom Gemeente Teylingen T.a.v. de heer J. Reijnaerts Postbus ZJ VOORHOUT Bezoekadres Wilhelminalaan 3,2182 CA Hillegom Telefoon Fax Bedrijven@Bollenstreek.rabobank.nl Bankrekening Onze referentie JB Doorkiesnummer (0252) Datum 22 juni 2012 Bijlage(n) getekende borgstelling Onderwerp borgstelling t.b.v. Tennisvereniging Overbos Geachte heer Reijnaerts, Bijgaand zend ik u de getekende borgstelling. Indien er nog vragen zijn, dan hoor ik het graag. Met vriendeliil Rabobank drijven Coöperatieve Rabobank Bollenstreek U.A., gevestigd te Lisse Ingeschreven bij de K.v.K. te Leiden onder nr

39 Akte van borgtocht (gemeente/openbaar lichaam) Ondergetekende Naam Vestigingsplaats Gemeente Teylingen Voorhout hierna te noemen: borg, krachtens het bepaalde in artikel 171 van de Gemeentewet, wordt in deze akte rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester Voorletter(s) en naam de heer drs. S.W.J.G. Schelberg handelende ter uitvoering van Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Teylingen d.d en het besluit van de gemeenteraad van de gemeente Teylingen d.d in aanmerking nemende dat: de Coöperatieve Rabobank Bollenstreek U.A. gevestigd te Lisse hierna te noemen: bank, blijkens het financieringsvoorstel d.d aan Tennisvereniging Overbos, KVK , Herenweg 96, 2361 EV WARMOND Vertegenwoordigd door: De heer W.R. Torken De heer A.C.H. Sikking Mevrouw N. Ellerbroek hierna (zowel samen als ieder afzonderlijk) te noemen: debiteur, een eerste geldlening heeft verstrekt of zal verstrekken (respectievelijk) groot ,00 zegge: eenhonderduizend euro een tweede geldlening heeft verstrekt of zal verstrekken (respectievelijk) groot ,00 zegge: eenhonderduizend euro hiema zowel samen als ieder afzonderlijk te noemen: de financiering;

40 verklaart: zich jegens de bank te verbinden als borg voor de debiteur tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de debiteur aan de bank verschuldigd is of zal worden uit hoofde van de hiervoor vermelde financiering. De gemeente Teylingen verbindt zich gedurende maximaal 10 jaar jegens de kredietverstrekker te verbinden als borg voor de aanvrager, zulks tot betaling van verschuldigde rente en aflossing van genoemde leningen, echter met dien verstande dat voor niet meer dan 50% (vijftig procent) van het totale door de aanvrager bij kredietverstrekker te lenen bedrag, dat wil zeggen voor maximaal ,00 kan worden aangesproken en dat dit bedrag maandelijks, na ontvangst door de bank van de overeengekomen aflossing en rentebetalingen over de verstreken periode van 1 maand, voor het eerst op , zoals genoemd in het financieringsvoorstel d.d van de verstrekkende kredietverstrekker. Deze borgtocht is aangegaan onder de volgende bedingen: 1. Door de borg is uitdrukkelijk afstand gedaan van: a. het recht om de borgtocht op te zeggen b. het recht om verweermiddelen, die de debiteur jegens de bank heeft in te roepen. 2. De borg is niet bevoegd om de nakoming van zijn verbintenis op te schorten. 3. De administratie van de bank strekt ook jegens de borg tot volledig bewijs -behoudens tegenbewijs- van het door de debiteur aan de bank verschuldigde. 4. De bank neemt voormelde borgtocht, bevoegdheden, verklaringen en (hoofdelijke) verbintenissen aan. Ondertekening borg Gemeente Teylingen te Voorhout In deze akte vertegenwoordigd door drs. S.W.J.G. Schelberg Plaats ondertekening Voorhout Datum ondertekening Handtekening J \ Ondertekening bank Plaats ondertekening Datum ondertekening Rabobank Bollenstreek Rabobank

41 Balans Begroting 2015 seso tennis.pdf SESO tennis BALANS PER 31 DECEMBER 2014 Activa Passiva Accommodatie Alg.reserve Expl.saldo Omzetbelasting Vorderingen Hypotheek Bank Crediteuren Nog te betalen Rek. crt. Warmunda Rek.crt Overbos TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 Specificatie van de accomodatie Omschrijving Jaar Aanschaf- Afschrij- Afschrij- Boek- Afschr. van Aan prijs ving t/m ving 2014 waarde perschaf 2013 centage Banen 6 Probounch tennis % Hekwerk % Hekwerk a.baan % Hekwerk v Rooyen % Afdak % Aanleg baan % Verlichting Lichtinstallatie % Kappen %

42 Inventaris Traktor % All gates cameras % Vaatwasmachine % Koelkast % Terrasverwarming % STAAT VAN BATEN EN LASTEN Begroting Begroting BATEN Gebruikersvergoeding Variabel deel gebruikersve Rente ontvangen LASTEN Afschrijvingen Energiekosten Kleine aanschaffingen Verzekeringen Onderhoud banen Onderhoud licht Overige algemen kosten Hypotheek rente Resultaat

43 Balans Begroting 2015 seso voetbal.pdf SESO voetbal BALANS PER 31 DECEMBER 2014 Activa Passiva Voetbalvelden Alg.reserve 0 Expl.saldo Omzetbelasting Vorderingen Subsidie Bank Crediteuren Rek. crt seso tennis Nog te betalen 21 Rek. crt. Warmunda STAAT VAN BATEN EN LASTEN Begroting BATEN Gebruikersvergoeding 1e kwartaal e kwartaal e kwartaal 1) e kwartaal Vaste bijdrage nieuwe kleedkam 3) p.m. nog te ontvangen Rente ontvangen

44 LASTEN 2) Energiekosten Kleine aanschaffingen Onderhoud voetbalvelden Onderhoud licht Overige algemene kosten Resultaat ) Met ingang van tweede helft 2015 worden de nieuwe kleedkamers in gebruik genomen en stijgt de variable gebruikersvergoeding op jaarbasis met ) Enkele kostenposten 2014 hebben betrekking op een kortere periode. In 2015 zijn alle kosten op jaarbasis genomen. 3) Aanvullende gebruikersvergoeding nieuwe kleedkamers is op ,- per jaar gesteld. Deze worden voor 15 jaar vooruit betaald.

45 Financieringsvoorstel Rabobank TV Overbos.pdf

46

47

48

49

50

51

52

53

54 7 Visie op armoedebeleid RV Visie op armoedebeleid.pdf VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van december 2015 Besluit nummer: 2015_Raad_00099 Onderwerp: Visie op armoedebeleid - Besluitvormend Beknopte samenvatting: Op verzoek van de commissie Welzijn is een notitie met een visie op armoedebeleid opgesteld. In het visiedocument wordt ingezet op aandacht voor kinderen, eigen kracht, laagdrempelige toegang en betrekken van maatschappelijke organisaties. Dit wil de gemeente bereiken via vier sporen: preventie en vroegsignalering aandacht voor schulden materiële ondersteuning en maatschappelijke activering stimuleren maatschappelijke initiatieven In de visie worden maatregelen genoemd, die er al binnen de gemeente worden uitgevoerd op het terrein van de vier sporen. De visie sluit af met een overzicht, welke bedragen de gemeente in 2015 op de begroting heeft opgevoerd. Het college stelt aan de raad voor om met de visie in te stemmen en te onderzoeken of er, in samenspraak met maatschappelijke organisaties, een Armoedepact kan worden afgesloten. Bestemd voor: Commissie Welzijn DE GEMEENTERAAD AANHEF Bijgevoegde bijlage(n): Visie armoedeaanpak Teylingen MOTIVERING Aanleiding en context: De commissie Welzijn heeft het college verzocht om een visie op armoedebeleid op te stellen. p 1 van 20

55 Reden hiervoor was dat het CDA een eigen visie op het armoedebeleid had opgesteld en hierover een motie had ingediend die door de commissie werd ondersteund. De visie vindt u bijgevoegd, aangevuld met huidige maatregelen en een voorstel voor de instelling van een Armoedepact. Beoogd resultaat: Een duidelijke visie op voorkomen en bestrijden van armoede waarop maatregelen in de toekomst kunnen worden afgestemd. Argumentatie: 1.1 De visie is integraal Armoede is meer dan een financieel probleem en heeft vaak te maken met verschillende factoren in meerdere leefgebieden. De complexiteit van het probleem hangt onder meer samen met economische zelfstandigheid, opleidingsniveau en gezondheid. Armoedebestrijding vergt daarom een multidisciplinaire aanpak. 2.1 Er is committment nodig van maatschappelijke organisaties De gemeente kan armoede niet in haar eentje bestrijden, maar heeft hier de samenleving voor nodig. Tijdens de bijeenkomst op 28 juli over het Noodfonds Teylingen werd door sommige partijen de wens uitgesproken om de krachten te bundelen. Vandaar dat de focus gericht gaat worden op netwerkontwikkeling. Dit zou kunnen leiden tot het opstellen van een Armoedepact. Alternatieven: Niet van toepassing. Kanttekening: Niet van toepassing. Aanpak / uitvoering: Na besluitvorming worden maatschappelijke organisaties gevraagd zich uitdrukkelijk aan het voorkomen van armoede te committeren. Participatie: De gemeente is regievoerder op het armoedebeleid en wil partijen aan zich te verbinden in de aanpak van armoede. Duurzaamheid: Niet van toepassing. Op voorstel van het college van burgemeester en wethouders Beslist het volgende: VOORSTEL Besluitpunt 1: In te stemmen met de visie op armoedebeleid, zoals weergegeven in de bijgaande notitie. p 2 van 20

56 Besluitpunt 2: Te onderzoeken, in samenwerking met maatschappelijke organisaties, of een Armoedepact kan worden ingevoerd. BIJKOMENDE INFO BIJ HET BESLUIT Maatschappelijke Ontwikkeling Welzijn & Onderwijs Financiële consequenties: In de begroting van 2015 zijn middelen opgenomen voor het bestrijden van armoede. In totaal gaat het in 2015 om een bedrag van ,--. Hierin zijn de bedragen voor de kwijtschelding gemeentelijke belastingen en voor de ISD (uitvoering Wwb en re-integratie) nog niet meegenomen. Aan kwijtschelding van gemeentelijke belastingen was de gemeente in ,-- kwijt. De ISD staat in 2015 voor een bedrag van 4,1 mln in de begroting. Het gaat in het armoedebeleid om veel structureel beleid. De enige uitzondering betreffen enkele projecten die gefinancierd worden met extra armoedegelden van het Rijk. STEMMING Ontwerpbesluit door de gemeenteraad in vergadering van 17 december 2015 BIJLAGE DIE INTEGRAAL DEEL UITMAAKT VAN HET BESLUIT Visie armoedeaanpak Teylingen p 3 van 20

57 Visie armoedeaanpak Teylingen Visie Armoedeaanpak gemeente Teylingen Inhoudsopgave: 1. Inleiding Blz Analyse Blz Wat is armoede? Blz Wie zijn er arm? Blz Teylingse armoedeaanpak Blz Visie en uitgangspunten Blz Multidisciplinaire aanpak Blz Maatregelen Blz Preventie en vroegsignalering Blz Aandacht voor schulden Blz Materiële ondersteuning en maatschappelijke activering Blz Stimuleren maatschappelijke initiatieven Blz Financiële gevolgen Blz. 8 Bijlage Blz. 9 1 p 4 van 20

58 1. Inleiding Voor u ligt de notitie armoedeaanpak Teylingen. Directe aanleiding is de gedeelde wens met de CDA-fractie 1 op een integrale beleidsvisie op en samenhang in de maatregelen en voorzieningen die de gemeente Teylingen voorstaat. Het fundament hiervoor hebben we gelegd in het coalitieakkoord Zorgzaam regisseren, dichtbij mensen. Regisseren doen we niet alleen, maar samen met de inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties in Teylingen. Juist bij het armoedevraagstuk kunnen we door samen te werken het verschil maken. We zoeken daarom heel bewust de samenwerking met organisaties die zich inzetten voor de meest kwetsbare inwoners. Armoede staat meestal niet op zichzelf, maar ontstaat door een samenloop van omstandigheden die weer (kunnen) leiden tot nieuwe problemen zoals schulden, gezondheidsproblemen en sociale uitsluiting. Armoede vraagt dus om een brede benadering van het vraagstuk. Door verbinding te zoeken tussen de verschillende beleidsdomeinen van de gemeente en met onze partners in de stad, kan de gemeente meer doen voor inwoners van Teylingen die moeite hebben met rondkomen. We spreken daarom niet langer van armoedebeleid maar van armoedeaanpak, waarin gemeentelijk beleid en nieuwe samenwerkingsverbanden tussen gemeente en maatschappelijke partners, en maatschappelijke partners onderling, samen komen. In deze notitie benaderen we de bestaande maatregelen langs vier sporen die elkaar versterken. Alleen door in te zetten op de volle breedte van het probleem kunnen we armoede zoveel mogelijk voorkomen en op een effectieve wijze bestrijden: Spoor 1: Preventie en vroegsignalering Spoor 2: Aandacht voor schulden Spoor 3: Materiële ondersteuning en maatschappelijke activering Spoor 4: Stimuleren maatschappelijke initiatieven 2. Analyse 2.1 Wat is armoede? Verschillende instanties, waaronder SCP, CBS en NIBUD hanteren verschillende definities van armoede. Op deze verschillen wordt hier verder niet ingegaan, maar wordt de algemene beschrijving van het SCP gevolgd: iemand is arm als hij over een langere periode niet de middelen heeft voor een minimaal bestaan naar hedendaagse normen, ongeacht of dat bij anderen ook het geval is. 2 Armoede heeft in deze definitie niet alleen een financiële, maar ook een sociale dimensie. Het is een situatie waarin de middelen zo beperkt zijn dat mensen uitgesloten zijn van deelname aan een minimaal aanvaardbaar levenspatroon. Er is sprake van sociale uitsluiting: het niet kunnen meedoen aan de samenleving. Alleen de beschikking over een inkomen rond het sociaal minimum is niet voldoende voor bijvoorbeeld schoolreisjes van de kinderen en ook sporten of een cursus volgen zit er doorgaans niet in. 2.2 Wie zijn er arm? Landelijk is in 2013 het aandeel huishoudens en personen onder de armoedegrens toegenomen. Van de ruim 7 miljoen huishoudens in Nederland is 10,3% arm. Ook de langdurige armoede liep in 2013 op. De armoede is het hoogst bij eenoudergezinnen (34%), alleenstaanden tot 65 jaar (22%), niet-westerse huishoudens (32%), bijstandsontvangers en kinderen (12% van alle 0- tot 17-jarigen). Bij al deze groepen was sprake van een verdere verslechtering van de inkomenspositie ten opzichte van Ramingen wijzen op een lichte daling van de armoede in huishoudens in 2014 en 2015, namelijk 10,2% en 10,1%. Sinds het begin van de economische crisis in 2008 is het aantal arme kinderen gegroeid met In 2013 waren er arme kinderen. Driekwart van de kinderen is jonger dan 12 jaar ( ). Twee derde van de arme kinderen heeft werkende ouders, met een verhoogd risico als die als zelfstandige werken (14%). 1 Initiatiefnotitie CDA Teylingen; Armoede tegengaan en voorkomen april 2015 (bijlage) 2 SCP/CBS Den Haag, Armoedesignalement p 5 van 20

59 Volgens het CBS waren er in de gemeente Teylingen in huishoudens die leefden van een inkomen tot 110% sociaal minimum. Deze 300 huishoudens omvatten 500 personen, waarvan 100 minderjarige kinderen. Het gaat hier om de meest recente cijfers van het CBS. 3. De Teylingse armoedeaanpak In deze paragraaf gaan we in op de visie en de uitgangspunten. Wat we gaan doen, dus de maatregelen, komt aan bod in paragraaf Visie en uitganspunten Onze doelstelling is te voorkomen dat inwoners uit Teylingen (financieel) belemmerd worden om deel te nemen aan het maatschappelijk leven. De volgende uitgangspunten vormen hiervoor de basis: Brede focus De afgelopen decennia hebben veel gemeenten, waaronder Teylingen, zich in de armoedeaanpak gericht op specifieke groepen. Deze zijn vaak samengesteld op basis van indicatoren als leeftijd, geslacht, gezinssamenstelling en/of herkomst. Dat zijn factoren waar we geen invloed op hebben of gericht op kunnen sturen. We kiezen dan ook niet voor een aparte doelgroepbenadering, maar richten ons op factoren waar we wel invloed op hebben, zoals scholing, taal, sociale activering en gezondheid. De meeste regelingen zijn daarom, indien nodig, voor een brede groep toegankelijk. De ondersteuningsbehoefte van inwoner staat daarin centraal. Speciale aandacht voor kinderen Uitzondering op de brede focus betreft kinderen. Volgens het CBS zijn er in Teylingen in minderjarige kinderen die opgroeien in een bijstandsgezin. Onze ambitie is dat alle kinderen hun talenten kunnen ontwikkelen en volwaardig kunnen meedoen aan de samenleving. Opgroeien in een arm gezin mag geen beperking zijn om mee te kunnen doen aan school, sport en cultuur. Eigen kracht centraal, zelfredzaamheid stimuleren In onze aanpak staan stimuleren en versterken van de zelfredzaamheid van inwoners centraal. We gaan uit van de eigen kracht van de inwoner en zijn of haar sociale netwerk. Toch weten we ook dat niet iedereen op eigen kracht kan deelnemen aan de samenleving. We willen het liefst dat mensen met een duwtje in de rug weer de weg naar financiële zelfstandigheid kunnen vinden. Voor kwetsbare inwoners zorgen wij dat ondersteuning beschikbaar is. Laagdrempelige toegang Zoals in het vorige uitgangspunt beschreven gaan we uit van eigen kracht en zelfredzaamheid. Wanneer inwoners ondersteuning nodig hebben, vinden zij gemakkelijk hun weg daarnaartoe en is de ondersteuning passend. Door de regelingen eenvoudig te houden, zijn ze voor inwoners makkelijker te begrijpen en aan te vragen. Waar mensen zelf niet weten waar ze met welke ondersteuningsvraag moeten zijn, willen we een laagdrempelige toegang organiseren, dichtbij de inwoner en vanuit een integrale benadering van de verschillende problemen die samenhangen met de armoedeproblematiek. Deze toegang willen we positioneren in de toegang tot het sociaal domein: het zorgloket. Wederkerigheid We vragen een inspanning van mensen die een uitkering ontvangen als wederkerigheid. Dat is geen verplichte tegenprestatie, maar vaak juist een manier om actief te blijven en mee te blijven doen aan de samenleving. Aansluiting leefwereld We willen dat onze armoedeaanpak aansluit bij de leefwereld van de mensen die het betreft. Door aan te sluiten bij de persoonlijke omstandigheden en rekening te houden met gedragsaspecten en life-events sluit de systeemwereld (professionals) beter aan op de leefwereld (cliënten). 3 p 6 van 20

60 Maatschappelijke initiatieven en allianties stimuleren We bundelen daarom de krachten van inwoners, maatschappelijke organisaties en initiatieven in de gemeente zodat waar nodig er aanvullende ondersteuning is om mee te kunnen doen in de samenleving. Onze ambitie is om klantgericht, laagdrempelig en vlot te werken, zodat geen wachtlijsten (blijven) bestaan. Maar armoede is voor iedereen anders. 3.2 Multidisciplinaire aanpak Armoede is meer dan een financieel probleem en heeft vaak te maken met verschillende factoren in meerdere leefgebieden. De complexiteit van het probleem hangt onder meer samen met economische zelfstandigheid, opleidingsniveau en gezondheid. Zoals in de analyse beschreven, gaat het om het niet op een volwaardige wijze kunnen deelnemen aan de samenleving of ongelijke toegang hebben tot belangrijke voorzieningen. Armoedebestrijding vergt daarom een multidisciplinaire aanpak. Voorop staat het voorkomen en verminderen van armoede en het vergroten van zelfredzaamheid. Werk is nog altijd een van de belangrijkste uitwegen om armoede te voorkomen en uit armoede te komen. Toegang tot goed onderwijs en het bieden van goede (gezondheids)zorg verkleinen de kans op armoede. Er zijn dan ook verschillende beleidsdomeinen bij betrokken, met name: Werk & Inkomen Schulddienstverlening (Minimabeleid en schulddienstverlening ISD) Onderwijs Welzijn Volksgezondheid Verenigingen Volkshuisvesting Jeugdzorg Veiligheid 4. Maatregelen Mensen in een situatie van armoede en financiële problemen komen vaak in een vicieuze cirkel terecht: problemen verergeren en het wordt steeds moeilijker om deze cirkel te doorbreken. Dit hoofdstuk beschrijft de lokale armoederegelingen die bijdragen aan de doelstelling: voorkomen dat inwoners (financieel) belemmerd worden om deel te nemen aan het maatschappelijk leven. We nemen maatregelen langs vier sporen die elkaar versterken en door elkaar heen lopen: Spoor 1: Preventie en vroegsignalering Spoor 2: Aandacht voor schulden Spoor 3: Materiële ondersteuning en maatschappelijke activering Spoor 4: Stimuleren maatschappelijke initiatieven 4.1 Spoor 1 - Preventie en vroegsignalering Uit diverse onderzoeken 3 blijkt dat investeren in preventie en vroegsignalering effectief is. Voorkomen is beter dan genezen. Voorkomen lukt beter als we het taboe kunnen doorbreken en het bespreekbaar kunnen maken in de samenleving. Hierdoor kan ook de cirkel van stille armoede en overerving van armoede worden doorbroken. Voor de inzet op preventie en vroegsignalering is samenwerking tussen verschillende beleidsdomeinen in de gemeente, maar ook maatschappelijke partners essentieel Vinden en benutten van vindplaatsen Waardevolle vindplaatsen zijn onder meer de woningbouwverenigingen, banken, energiemaatschappijen, telecomproviders, zorgverzekeraars, laagdrempelige voorzieningen als de inloophuizen, onderwijs, CJG en JGT enzovoorts. Zo blijkt dat mensen bij financiële problemen als eerste de ziektekostenpremie niet meer betalen, gevolgd door telefoonabonnement en huur. Het is dan ook van belang om met landelijk of regionaal opererende organisaties afspraken te maken over het doorgeven van zorgwekkende signalen. De vraag is of deze organisaties dat op lokaal niveau willen. De toegang via het zorgloket kan benut worden bij de vroegsignalering. 3 Voorbeelden: onderzoek van de Hogeschool van Amsterdam /Hogeschool van Utrecht Preventie: voorkomen is beter dan genezen in 2012, verschillende onderzoeken van Panteia naar vroegsignnalering. 4 p 7 van 20

61 4.1.2 Team Alert: Veel doen met weinig poen Team Alert is een project van het jongerenwerk van Welzijnskwartier in Teylingen, gefinancierd door de gemeente Teylingen. Doel van het project is jongeren in kwetsbare posities middels preventieve activiteiten te versterken. Het team, bestaande uit jongeren in de leeftijd 14 t/m 20 jaar, richt zich op de thema s duurzaamheid en bewustwording. De activiteiten worden ingezet om een stukje bewustwording bij jongeren te realiseren. De kracht van dit project berust op de inzet van peers om andere jongeren te bereiken en te ondersteunen Project Taalhuis Het vermogen om te kunnen lezen en schrijven is van belang om werk en inkomen te bemachtigen. Laaggeletterdheid kan een oorzaak zijn dat men niet uit een armoedesituatie komt. In de gemeente Teylingen wordt een project Taalhuis gestart, waarbij de mogelijkheid tot lezen en schrijven laagdrempelig wordt aangeboden. Om laaggeletterdheid in de regio te bestrijden gaan alle bibliotheken in Holland Rijnland een Taalhuis ontwikkelen. Een Taalhuis is een herkenbare, centrale en fysieke plek in de gemeente, waar informatie over basisvaardigheden is verzameld en waar iedereen terecht kan die aan de slag wil met basisvaardigheden als lezen, schrijven, spreken, rekenen en digitale vaardigheden. Ook iedereen die als taalvrijwilliger aan de slag wil kan er terecht. Een Taalhuis geeft advies over een passende cursus, een overzicht van aanbod in de buurt. Men kan daar ook terecht voor intakes, cursussen, oefenmateriaal en het is ook een helpdesk voor vrijwilligers. Een Taalhuis dient ook als katalysator van de lokale samenwerking rondom taal. Uit ervaring elders in het land blijkt dat het een ideaal instrument kan zijn om met verschillende organisaties de mogelijkheden van taalscholing op elkaar af te stemmen en de cursisten en vrijwilligers zo goed mogelijk van dienst te zijn Beweegprogramma voor minima Lekker in je lijf Armoede kan het dagelijks leven van mensen en gezinnen ernstig beïnvloeden. Uit onderzoeken blijkt dat kansarme mensen vaker een slechte gezondheid hebben. Het ombuigen van een ongezond leefgedrag van ouders naar een gezonde leefstijl werkt kostenbesparend, participatiebevorderend en heeft een positief effect op kinderen. Het beweegprogramma Lekker in je lijf is met name bestemd voor mensen met overgewicht. Het is een samenwerkingsverband tussen GGD HM, fysiotherapeuten, diëtisten en zorgverzekeraar Voor- en vroegschoolse educatie VVE Het is van belang dat kinderen een goede basis hebben, waaronder het beheersen van de Nederlandse taal. Kinderen die die basis niet hebben beginnen met een achterstand, hetgeen later kan leiden tot minder kansen op de arbeidsmarkt. Vandaar dat wij financiële ondersteuning bieden aan instellingen voor peuterspeelzaalwerk en kinderopvang voor VVE. Op deze manier worden vroegtijdig achterstanden aangepakt Intensieve communicatie Het is en blijft een grote uitdaging om de bekendheid van de mogelijkheden tot inkomensondersteuning en daarmee ook het gebruik, te vergroten. Het investeren in het voorkomen van niet-gebruik is namelijk een goede preventieve maatregel. Immers als mensen beter kunnen rondkomen, is het risico op het uit de hand lopen van problemen (niet/onvoldoende verzekeren tegen ziektekosten, schulden, huurachterstand) kleiner. M.a.w.: het investeren in goede informatie kan op termijn leiden tot minder uitgaven op andere terreinen. 4.2 Spoor 2 - Aandacht voor schulden Als mensen eenmaal schulden hebben, komen ze in een vicieuze cirkel terecht waardoor het moeilijker wordt om uit deze situatie te komen. In het kader van het sociaal domein gaan we ons richten op het versterken van het probleemoplossend vermogen van hulpvragers en leren we onze klanten om zelf de regie op het financiële vlak te herpakken en te behouden. De vorm van ondersteuning wordt dus laagdrempelig, dicht bij inwoners aangeboden, met behulp van vrijwilligers Inzet van Noodfondsen Noodfondsen worden ingezet om acute incidentele problemen aan te pakken, waarin geen bestaande voorziening voorziet. Binnen onze gemeente hebben meerdere partijen een 5 p 8 van 20

62 Noodfonds: kerkelijke (caritatieve) instellingen, JGT (voor acute problemen bij jeugdigen en hun gezinnen) en de gemeente (idem) Noodfonds volkshuisvesting ISD Bollenstreek/Noodfonds ontruimingen De ISD Bollenstreek wil een Noodfonds inrichten, dat kan worden ingezet bij dreigende uithuiszettingen. Op het moment dat er sprake is van een dreigende uithuiszetting, kan de financiële situatie van betrokkenen onder de loep worden genomen om zo erger te voorkomen. Hierover dient nog besluitvorming plaats te vinden Thuisadministratie/hulp bij schulden Het project thuisadministratie/hulp bij schulden wordt uitgevoerd door Welzijn Teylingen in samenwerking met Kwadraad. Voor deze activiteit worden vrijwilligers getraind en bijgeschoold. De vrijwilliger kan bijvoorbeeld: helpen met het op een rijtje zetten van de administratie; tips geven waarop misschien bezuinigd kan worden; samen overzicht brengen in de rekeningen kijken voor welke regelingen iemand in aanmerking komt; ondersteuning bieden bij het aanvragen van een uitkering; of helpen bij het invullen van formulieren voor het aanvragen van schulddienstverlening of kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. De vrijwilliger kan dit niet alleen. Verwacht wordt dat de inwoner zelf er alles aan doet om de oorzaak van zijn/haar problemen op te lossen. De dingen die iemand zelf kan doen blijft die persoon ook zelf doen. Deze ondersteuning duurt maximaal een jaar. Het doel is dat de cliënten na de begeleiding weer zelf verder kunnen of dat ze worden toegeleid naar de schulddienstverlening of beschermingsbewind. Dit project draagt bij aan het vergroten van de zelfredzaamheid, omdat met een gezonde financiële basis mensen veelal ook op andere levensterreinen weer verder kunnen. Welzijn Teylingen zorgt er voor dat de vrijwilligers opgeleid zijn en van onbesproken gedrag zijn Training Armoede onder de loep Mensen met schulden of in armoede schamen zich vaak voor hun situatie en het feit dat ze niet bij machte zijn om op eigen kracht uit de situatie te komen. Dan is het van belang om begeleid te worden door professionals en vrijwilligers die hen niet veroordelen. Via een training leren vrijwilligers zich inleven in de denkwereld van mensen met schulden. Zij leren dat armoede een negatieve invloed heeft op de bandbreedte in het denken van mensen, hetgeen verklaart waarom arme mensen soms minder weloverwogen beslissingen nemen. Door de context van schaarste handelen mensen anders bij een gevoel van gebrek: hun bandbreedte neemt af Schulphulpverlening ISD Bollenstreek De ISD Bollenstreek biedt daarnaast schulddienstverlening aan. Als inwoners gebruik maken van schulddienstverlening is er sprake van (aanzienlijke) schulden, maar het voorkomt wel dat de inwoners verder in de schulden of in de armoede raken. 4.3 Spoor 3 Materiële ondersteuning en maatschappelijke activering De gemeente voert al een aantal jaren inkomensondersteuning en maatschappelijke activering uit. Voor de inkomensondersteuning is de beleidsvrijheid beperkt: de gemeente mag niet aan inkomenspolitiek doen. Lokaal vinden er al verschillende maatschappelijke initiatieven plaats, om sociale uitsluiting te voorkomen Sport- en cultuurregeling Door de inzet van de sport- en cultuurregeling zijn inwoners in staat om mee te doen aan maatschappelijke activiteiten, zoals lidmaatschap van een sportvereniging of van de bibliotheek. De regeling omvat een declaratiefonds bij de gemeente, waarbij verenigingen namens hun leden een bedrag aan kunnen vragen om in een deel van de kosten van de contributie te voorzien Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Wanneer inwoners niet in staat zijn de gemeentelijke belastingen te betalen, is, afhankelijk van de financiële situatie, volledige of gedeeltelijke kwijtschelding mogelijk. Het gaat hierbij 6 p 9 van 20

63 om de volgende belastingen: onroerende zaakbelasting, roerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing (niet voor een extra container) en rioolheffing (niet het aanslagbedrag voor waterverbruik boven de 300 m³) Voedsel- en Kledingbank In Teylingen zijn een Voedsel- en Kledingbank actief. Twee zelfstandige stichtingen runnen de Voedsel- en de Kledingbank. De gemeente Teylingen ondersteunt de Voedsel- en Kledingbank in hun activiteiten. Deze ondersteuning bestaat uit twee onderdelen: De Voedsel- en Kledingbank zijn gehuisvest aan de Parklaan 176 in Sassenheim. De ruimtes die de Voedsel- en Kledingbank hier gebruiken zijn eigendom van de gemeente en gebruiken zij om niet van de gemeente. Wel worden de kosten van de verwarming en verlichting in rekening gebracht bij de stichtingen. In overleg met de Voedselbank en de gemeente Teylingen is besloten om een extra, gespecialiseerde, maatschappelijk werkster van Kwadraad in te zetten bij de Voedselbank. De acties van deze Kwadraad-medewerker zijn er op gericht om bezoekers van de Voedselbank te ondersteunen en hen zo snel mogelijk weer onafhankelijk te maken van de Voedselbank. De gemeente financiert deze medewerker Ondersteunend minimabeleid De ISD Bollenstreek voert voor de gemeente Teylingen het financieel ondersteunend minimabeleid uit. Het uitgangspunt van het beleid is dat mensen die kunnen werken gaan werken en dat mensen die financiële ondersteuning nodig hebben deze krijgen. Sinds 1 januari 2015 bestaat dit minimabeleid uit de volgende voorzieningen: a. Algemene voorziening. Voor de ISD is dit de collectieve aanvullende zorgverzekering. Voor inwoners met een laag inkomen en weinig vermogen heeft de ISD Bollenstreek met Zorg en Zekerheid een collectieve (aanvullende) zorgverzekering afgesloten. Dit houdt in dat inwoners korting krijgen op de verplichte basisverzekering en dat tegen een voordelig tarief een aanvullende zorgverzekering afgesloten kan worden. b. Het Persoons Ondersteunend Budget (POB). Het POB is een jaarlijkse bijdrage voor uitkeringsgerechtigden die ontheven zijn van de arbeidsverplichting of met een volledige arbeidsongeschiktheidsuitkering of zij die naar vermogen werken. Het POB is een vast bedrag dat inwoners kunnen besteden voor noodzakelijke kosten van het bestaan. Inwoners kunnen het bedrag gebruiken voor bijvoorbeeld de aanschaf/vervanging van huishoudelijke apparaten of andere noodzakelijke kosten. c. De inspanningspremie. Deze premie is bedoeld voor inwoners met een bijstandsuitkering die wel uitzicht hebben op inkomensverbetering en voldoen aan de arbeidsverplichtingen. De inspanningspremie is een premie die inwoners kunnen ontvangen als zij voldoende inspanningen verrichten om uit te stromen naar werk. Inwoners kunnen het bedrag gebruiken voor bijvoorbeeld de aanschaf/vervanging van huishoudelijke apparaten of andere noodzakelijke kosten. d. En tenslotte als sluitstuk de individuele bijzondere bijstand. Dit is een maatwerkvoorziening. Inwoners kunnen, als zij een inkomen hebben dat niet hoger is dan 110% van de bijstandsnorm, een beroep doen op bijzondere bijstand. Als de kosten noodzakelijk zijn en voortkomen uit bijzondere omstandigheden, dan kan een beroep worden gedaan op bijzondere bijstand (andere voorzieningen moeten in dit geval niet voorliggend zijn). 4.4 Spoor 4 - Stimuleren maatschappelijke initiatieven Armoede- en schuldenproblematiek werkt door in de gehele samenleving en om een zo groot mogelijk effect te bereiken is het van belang om zowel maatschappelijke organisaties als het bedrijfsleven en burgers en ervaringsdeskundigen zoveel mogelijk te betrekken bij de aanpak van de armoede- en schuldenproblematiek Meer samenwerking bij Noodfondsen Wij willen met de kerken en het JGT in gesprek over innigere samenwerking tussen verschillende Noodfondsen, waarbij toch iedere partner eigen zeggenschap houdt. In de praktijk zouden de partijen zitting kunnen nemen in een platform, waarin de gezamenlijke inzet wordt besproken en aanvragen gezamenlijk worden beoordeeld. Wellicht is het mogelijk om op termijn te bezien welke voordelen een eventuele samenvoeging van de Noodfondsen oplevert. 7 p 10 van 20

64 4.4.2 Breed betrekken van de samenleving De gemeente staat open voor initiatieven van burgers en het bedrijfsleven. Wij zullen in gesprek gaan met ondernemerskring en andere partijen om hen te faciliteren bij zulke initiatieven. Ook maken we gebruik van de expertise van ervaringsdeskundigen, mensen die ooit zelf in een armoedesituatie hebben verkeerd en die zich aan die situatie hebben ontworsteld. Zij kunnen een inspiratiebron zijn voor mensen die iets willen veranderen aan hun armoedesituatie. Bovendien kunnen zij als geen ander deze mensen ondersteunen. Het zit namelijk niet altijd in voorzieningen maar in een cultuuromslag in de samenleving. Binnen de huidige tijd past ook de inzet van social media, waarmee weer andere doelgroepen worden bereikt Netwerkstructuur resulterend in een Armoedepact Het is van belang dat maatschappelijke organisaties en de gemeente zich gezamenlijk inzetten om armoede te verminderen en sociale uitsluiting te voorkomen. Het intensiveren van een netwerk met alle belangrijke partners heeft meerwaarde: partijen leren elkaar kennen en weten elkaar (in de toekomst) sneller te vinden. Hiermee kunnen partijen elkaar versterken. Deze gezamenlijke inzet zou tot uiting kunnen komen in een armoedepact, analoog aan het lokale zorgpact. Het armoedepact verbindt verschillende organisaties die zich bezighouden met het bestrijden van armoede. Bij het armoedepact wordt er een convenant afgesloten tussen gemeente en andere partijen, zoals woningcorporaties, RDOG HM/GGD, ISD Bollenstreek, WT, Humanitas, Welzijnskwartier, caritatieve kerkelijke instellingen, CJG/JGT, schoolbesturen, etc. In het convenant wordt afgesproken om zich via een gezamenlijk actieprogramma in te zetten voor voorkoming en bestrijding van armoede. Doel van het armoedepact is om sneller en dichterbij mensen activiteiten aan te bieden om op deze manier te zorgen dat armoede wordt voorkomen en dat mensen in een armoedesituatie worden ondersteund. Het college stelt dan ook voor om te onderzoeken of er een Armoedepact kan komen, in overleg met maatschappelijke instellingen. 5. Financiële gevolgen In deze paragraaf wordt duidelijk welke middelen de gemeente Teylingen in 2015 beschikbaar heeft gesteld om aan deze maatregelen uitvoering te kunnen (laten) geven. Maatregelen spoor 1 Bedrag Vinden en benutten van vindplaatsen 0,-- Team Alert: Met veel poen weinig doen ,-- Project Taalhuis ,-- Beweegprogramma voor minima Lekker in je lijf POB Voor- en vroegschoolse educatie VVE ,-- Intensieve communicatie pm* Maatregelen spoor 2 Bedrag Noodfonds Teylingen ,-- Noodfondsen kerken?? JGT-gelden ,-- (eenmalig) Noodfonds volkshuisvesting ISD Speelt pas in 2016 Thuisadministratie/hulp bij schulden ,-- Training Armoede onder de loep 5.750,-- Schuldhulpverlening ISD pm* Maatregelen spoor 3 Bedrag Sport- en cultuurregeling ,-- Kwijtschelding gemeentelijke belastingen ,-- (2014)** Voedsel- en Kledingbank ,-- Ondersteunend minimabeleid ,--*** Maatregelen spoor 4 Bedrag Meer samenwerking bij Noodfondsen 0,--**** Breed betrekken van de samenleving 0,--**** Netwerkstructuur en Armoedepact 0,--**** *Verschillende posten zijn als pm opgevoerd, omdat zij op de begroting van verschillende organisaties niet uitsplitsbaar zijn in aparte subposten. ** (2014) betekent uitgegeven in *** Deze gegevens stammen uit de Notitie armoedebeleid Teylingen Een gedeelte van dit bedrag, namelijk ,-- euro, is bestemd voor de bijzondere bijstand. **** Spoor 4 omvat maatregelen die ten laste komen van de begrotingen van de verschillende instellingen omdat het hier meer gaat om netwerkontwikkeling. 8 p 11 van 20

65 Bijlage Wens CDA Beleid Teylingen Extra kosten Kinderen Volwassenen Speciaal beleid kinderen in armoede Afspraken over hoogte ouderbijdragen + reisjes Samenvatten alle regelingen in een Kindpakket Verbinding onderwijs en St. Leergeld Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering van 110% naar 120% Subsidie Voedsel- en kledingbank voortzetten Zorgen voor betaalbare woningen Gemeente sluit contracten met coöperaties om uitzettingen te voorkomen Bij betalingsachterstanden energierekening etc. direct contact. Voorlichting in budgetbeheer. Geen wachtlijsten schulddienstverlening. Schuldhulpmaatjes Goede communicatie internet over bewindvoerders. - Team Alert: Veel doen met weinig poen - Noodfondsen - Sport- en cultuurregeling - VVE Individuele bijzondere bijstand Doen we nog niet. Hebben we bij de inzet van WTcg en Cer gelden niet voor gekozen. Doen we al. - Gebruik panden om niet exploitatiekosten voor eigen rekening - Extra maatschappelijk werker Voedselbank Doen we al. Noodfonds volkshuisvesting (ISD) Idem. Thuisadministratie/hulp bij schulden WT Extra formatie ISD Thuisadministratie/hulp bij schulden WT Website ISD. Persoons ondersteunend Budget (POB) Inspanningspremie Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Vinden en benutten van vindplaatsen Training Armoede onder de loep Project Taalhuis Beweegprogramma voor minima Lekker in je lijf Intensieve communicatie Breed betrekken van de samenleving Meer samenwerking bij Noodfondsen Stichting Leergeld: zelf te bepalen (minimale inzet euro ivm verplichte kosten Opgenomen in begroting Voorstel aan raad; begroting ISD. 9 p 12 van 20

66 8 Evaluatie sport- en cultuurregeling RV Evaluatie sport- en cultuurregeling.pdf VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van december 2015 Besluit nummer: 2015_Raad_00095 Onderwerp: Evaluatie sport- en cultuurregeling - Besluitvormend Beknopte samenvatting: Op 1 januari 2014 is besloten dat de uitvoering van de sport- en cultuurregeling niet meer door de ISD Bollenstreek maar door Teylingen zelf wordt gedaan. Met het in werking treden van de (aangepaste) regeling is direct een evaluatiemoment opgenomen voor eind Voor u ligt de uitkomst van de enquete en het bijbehorend advies. Het advies is om de huidige regeling te continueren. DE GEMEENTERAAD AANHEF Bijgevoegde bijlage(n): richtlijnen (informatief) Evaluatie sport - en cultuurregeling MOTIVERING Aanleiding en context: In december 2011 heeft de gemeenteraad de sport- en cultuurregeling vastgesteld. De regeling heeft als doel sport en cultuur voor inwoners uit Teylingen met een laag inkomen bereikbaar te houden. In eerste instantie lag de uitvoering van de regeling bij de ISD Bollenstreek. Het aantal aanmeldingen voor de regeling via de ISD lag lager dan gedacht. In aanloop naar het voorstel om de regeling aan te passen, zijn de verenigingen bevraagd of zij bereid zijn zelf een aanvraag in te dienen namens hun leden. De verenigingen gaven in meerderheid aan daartoe bereid te zijn. Om dat te kunnen doen gaven ze suggesties mee zoals, een eenvoudig systeem, digitaal aanvragen via site van de gemeente, en standaard formulieren. Met deze opmerkingen is de gemeente aan de slag gegaan en is vanaf januari 2014 de regeling ondergebracht bij de gemeente. Ook is de wijze van aanvragen veranderd. Bij de invoering van de aangepaste regeling is direct een evaluatiemoment opgenomen, namelijk eind Beoogd resultaat: Continueren van de huidige sport- en cultuurregeling zoals vastgesteld in januari 2014 met het in acht nemen van de genoemde verbeterpunten. p 1 van 26

67 Argumentatie: 1.1 Uit de evaluatie komt naar voor dat het aantal gebruikers van de regeling is gestegen. Het aantal deelnemers dat gebruik maakt van de regeling is sterk gestegen in 2014 en 2015 ten opzichte van 2012 en Hieruit kan geconcludeerd worden dat de overheveling van de uitvoering van de regeling van de ISD naar de gemeente zelf succesvol is verlopen. 1.2 De regeling blijft op deze wijze laagdrempelig voor de gebruiker. Het bestuur van een vereniging kan op een relatief eenvoudige manier de kosten voor het lidmaatschap van de vereniging declareren. Doordat de gemeente dit kan organiseren op basis van de Gemeentewet, kan zij zelf een inkomensgrens vaststellen. De gemeente is dan ook niet gebonden aan de 110% wettelijke inkomensgrens van de bijstandsnorm. Zo kan iemand die bijvoorbeeld in de schuldsanering zit en een zeer laag inkomen heeft, in aanmerking komen voor de sport- en cultuurregeling. De ISD is gebonden aan de 110% wettelijke inkomensgrens van de bijstandsnorm en kan daarom bij de verbrede regeling niet meer als uitvoerder optreden. De vereniging hoeft niet allerlei documenten op te vragen bij de aanvrager voor de verantwoording. Door de richtlijnen te volgen heeft een vereniging de volledige vrijheid om zelf een inschatting te maken of de aanvraag juist is. De richtlijnen die de verenigingen gebruiken zijn ruimhartiger dan als het traject loopt via de ISD. Dat komt omdat de ISD aan officiële toetsing moet voldoen. De wijze van aanvragen vraagt inspanning van de vereniging maar daar staat tegenover dat zij een lid kunnen behouden of nieuw binnen krijgen. 1.3 De regeling heeft tijd nodig om bekendheid te genereren. Herhaling is de kracht van de boodschap. Het duurt een tijd voor een regeling echt bekend is bij een groot publiek. Wij merken dat een communicatiecampagne direct weer voor nieuwe aanmeldingen zorgt. De campagne zorgt ook voor vragen en biedt de gemeente de mogelijkheid zaken (verder) te verduidelijken. 1.4 De snelheid van betalen is prettig voor de verenigingen. Zodra de gemeente de aanvraag binnenkrijgt, wordt bekeken of de aanvraag in behandeling genomen kan worden. Als de aanvraag in behandeling genomen kan worden, vindt de betaling snel plaats. Alternatieven: 1. De huidige regeling laten zoals het nu is maar weghalen bij de verenigingen en onderbrengen bij de gemeentelijke organisatie. De aanvrager is dan verplicht om alle documenten aan te leveren waaruit blijkt dat hij/zij aanspraak mag maken op de regeling. Deze optie betekent meer druk bij de gemeente om alle documenten op te vragen en te beoordelen. Het kan voor de aanvrager laagdrempeliger zijn om bij een instantie een aanvraag in te dienen in plaats van bij een penningmeester van een vereniging. 2. De ISD de regeling weer laten uitvoeren. Het verleden laat zien dat het aantal aanvragen bij uitvoering door de ISD lager ligt. De ISD is verplicht alle bewijslast op te vragen om te kunnen beoordelen of de aanvraag correct is. 3. Stoppen met de regeling. In theorie is dat mogelijk maar dit strookt niet met de wensen van het college en de raad. p 2 van 26

68 Kanttekening: 1. Het continueren van de regeling komt niet tegemoet aan alle opmerkingen die zijn gemaakt. Er is geen regeling waar iedereen zich volledig in kan vinden. Toch wordt voorgesteld de regeling te continueren omdat het aantal gebruikers van de regeling is verdubbeld. Aanpak / uitvoering: Indien de raad overeenkomstig dit voorstel besluit, gaat een persbericht gaat uit over het continueren van de regeling in zijn huidige vorm. Participatie: Sport- en cultuurverenigingen zijn benaderd via een enquete. Daarnaast zijn gedurende de afgelopen anderhalf jaar veel opmerkingen binnengekomen en zijn gesprekken/opmerkingen genoteerd en meegenomen in deze evaluatie. Duurzaamheid: Niet van toepassing. Op voorstel van het college van burgemeester en wethouders Beslist het volgende: VOORSTEL Besluitpunt 1: In te stemmen met de bijgevoegde notitie "Evaluatie sport- en cultuurregeling" en daarmee met het continueren van de regeling in zijn huidige vorm, met het in acht nemen van de genoemde verbeterpunten. BIJKOMENDE INFO BIJ HET BESLUIT Maatschappelijke Ontwikkeling Welzijn & Onderwijs Financiële consequenties: Geen. STEMMING Ontwerpbesluit door de gemeenteraad in vergadering van 17 december 2015 BIJLAGEN DIE INTEGRAAL DEEL UITMAKEN VAN HET BESLUIT Evaluatie sport - en cultuurregeling p 3 van 26

69 Evaluatie sport - en cultuurregeling Evaluatie sport- en cultuurregeling Oorsprong In december 2011 heeft de gemeenteraad de sport- en cultuurregeling vastgesteld. De regeling heeft als doel sport en cultuur voor inwoners uit Teylingen met een laag inkomen bereikbaar te houden. In eerste instantie lag de uitvoering van de regeling bij de ISD. Het aantal aanmeldingen voor de regeling via de ISD lag lager dan gedacht. In aanloop naar het voorstel om de regeling aan te passen, zijn de verenigingen bevraagd of zij bereid zijn zelf een aanvraag in te dienen namens hun leden. De verenigingen gaven in meerderheid aan daartoe bereid te zijn. Om dat te kunnen doen gaven ze suggesties mee zoals, een eenvoudig systeem, digitaal aanvragen via site van de gemeente, en standaard formulieren. Met deze opmerkingen is de gemeente aan de slag gegaan en is vanaf januari 2014 de regeling ondergebracht bij Teylingen en is de wijze van aanvragen veranderd. Bij de invoering van de regeling bij de gemeente is direct een evaluatie moment opgenomen, namelijk eind Werkafspraken declaratiefonds De wijze van aanvragen loopt vanaf 1 januari 2014 via verenigingen. Bijvoorbeeld de penningmeester van de voetbalclub vult het aanvraagformulier (zie bijlage 2) in op de website van de gemeente (e-dienst). Vervolgens neemt de gemeente de aanvraag in behandeling en verwerkt de aanvraag. Bij akkoord stort de gemeente het betreffende bedrag op de rekening van de voetbalclub. Vervolgens kan de voetbalclub het gestorte bedrag in mindering brengen op de contributie van het lid. Overzicht Organisatie Jaartal Aantal toegekende aanvragen ISD ISD Gemeente Teylingen Gemeente Teylingen (datum: 26 oktober 2015) Evaluatiemethodiek In de voorbereiding op een besluit over het voortzetten van de sport- en cultuurregeling in de huidige vorm is gekozen om een digitale enquête te versturen naar alle sport- en culturele verenigingen in Teylingen. Daarnaast zijn telefonische opmerkingen of opmerkingen via de mail vanaf 1 januari 2014 verzameld en weergegeven. Respons op en uitkomsten van de enquête ( gehele enquête zie bijlage 1) De enquête is verstuurd naar 80 adressen, van de 80 hebben: 31.3% (25) gereageerd 1.3 % (1) afgezien van deelname 5 % (4) geweigerd 62 % (50) niet gereageerd Opvallende uitkomsten zijn dat de verenigingen het gevoel hebben de taak van de gemeente over te nemen. Daarnaast zijn de instructies over de wijze van aanmelding helder maar de regeling blijft wat onbekend. Tips voor verbeteringen worden benoemd. p 4 van 26

70 Ervaringen vanuit de vereniging en vanuit de aanvrager De ervaringen en opmerkingen zijn verkregen in de loop van de tijd. Sommige contacten zijn via e- mail verlopen andere telefonisch. Aanvrager: Waarom moet de vereniging dit toch allemaal invullen? Het is veel werk. Aanvrager: Voor de familie XXX, broer en zus en hun moeder, was het een drempel om aan te geven dat zij financieel slecht zaten. Pas na aanraden van mijn kant (penningmeester) zijn zij akkoord gegaan met de aanvraag Sport- en Cultuurkorting. In combinatie met de korting en daarnaast nog een bestuurlijke afboeking van een deel van de verschuldigde contributie konden wij familie XXX aanhouden als spelend lid van de vereniging. Vanuit mijn rol als penningmeester kan ik melden dat de aanvraag bijzonder soepel verloopt. Er worden geen lastige vragen gesteld en de termijn van afhandeling is tot nog toe prima. Ik denk alleen dat met name de drempel om de penningmeester te vragen een aanvraag in te dienen voor veel mensen een (te) hoge drempel is. Aanvrager: Ik heb ontzettend goede ervaringen met deze regeling. Ik hoop dat het nog lang mag bestaan. En de verenigingen werken prima mee. Het formulier invullen vraagt wat werk maar ja, dat mag toch ook wel gezien wat je ervoor terug krijgt? Kortom; ik ben zeer positief. Opmerkingen binnen gekomen bij de gemeente 1. Waarom is het niet mogelijk om een strippenkaart bij het zwembad te kopen met korting? Reactie gemeente; het is mogelijk lid te worden van een zwemvereniging op die wijze is het mogelijk in aanmerking te komen voor de korting en te kunnen zwemmen. 2. Waarom mag ik niet met korting sporten bij een sportschool? Reactie gemeente; de regeling is alleen bedoeld voor verenigingen, stichtingen of bijvoorbeeld het jeugd- en jongerenwerk, niet voor commerciële organisaties. 3. Waarom mag ik niet met korting dansen bij dansstudio Sonja!? Reactie gemeente; de regeling is alleen bedoeld voor verenigingen, stichtingen of bijvoorbeeld het jeugd- en jongerenwerk, niet voor commerciële organisaties. 4. Ik wil graag trainen onder leiding van een fysiotherapeut in een vaste groep, waarom kom ik niet in aanmerking voor de korting? Reactie gemeente; de regeling is alleen bedoeld voor verenigingen, stichtingen of bijvoorbeeld het jeugd- en jongerenwerk, niet voor commerciële of paramedische organisaties. Vergoeding is in sommige gevallen mogelijk via een uitgebreide zorgverzekering. 5. Mijn dochter krijgt pianoles bij een docent thuis, kom ik in aanmerking voor de korting? Reactie gemeente; de regeling is alleen bedoeld voor verenigingen, stichtingen of bijvoorbeeld het jeugd- en jongerenwerk, niet voor commerciële organisaties of particuliere ondernemers. Aanmelding bij een muziekschool is wel mogelijk. p 5 van 26

71 Scenario s 1. Huidige regeling laten zoals het nu is. Voordeel: Weer een andere werkwijze kan verwarring opleveren. Een regeling heeft tijd nodig om bekendheid te krijgen. We hebben veel tijd en geld gestoken in een campagne om de regeling onder de aandacht te brengen. Het aantal aanmeldingen voor de regeling is omhoog gegaan t.o.v. de jaren ervoor. Snelheid van betaling. Er wordt geen bewijslast gevraagd. Een ruimere regeling is alleen mogelijk als het via de vereniging loopt, de vereniging is niet verplicht een inkomenstoets te doen of hun leden te vragen inzage te geven in de inkomensgegevens. De gemeente gaat uit van goed vertrouwen, een vereniging kent zijn leden en kan beoordelen of de aanvraag terecht is of niet. Leden die gebruik maken van de schuldsanering of Voedselbank komen nu ook in aanmerking voor de regeling. Nadeel: Een aantal verenigingen ervaren het aanvragen van de korting als een belasting. Vindbaarheid op de website. Helderheid omtrent de regels. Nog niet iedereen is bekend met de regeling 2. Huidige regeling laten zoals het nu is maar weghalen bij de verenigingen en onderbrengen bij de gemeentelijke organisatie. Voordeel: Voor de aanvrager kan het laagdrempeliger zijn de aanvraag bij de gemeente in te dienen i.p.v. via de vereniging. Nadeel: Meer uren nodig bij de gemeente organisatie om de aanvragen te beoordelen. De aanvrager moet bewijslast aanleveren om aan te tonen dat zij recht hebben op de korting. De gemeente kan niet handelen in goedvertrouwen zoals een vereniging maar heeft bewijslast nodig om te kunnen oordelen of de aanvrager in aanmerking komt voor de regeling. 3.De ISD de regeling weer laten uitvoeren. Voordeel: De ISD is een uitvoeringsinstantie van de gemeente, daar ligt de kennis op dit gebied. Mogelijk hebben zij al de financiële zaken inzichtelijk van de aanvrager. Nadeel: Het verleden laat zien dat weinig mensen weten van de korting en de gang naar de ISD als belastend ervaren. ISD vraagt alle bewijslast op. De uitvoering van de regeling is bij de ISD gekoppeld aan het minimabeleid, de ISD blijft gebonden aan de wettelijke inkomensnorm van 110% van de bijstandsnorm voorheen was p 6 van 26

72 dat de WWB en nu de participatiewet. Daarnaast kan niet goed gecontroleerd worden of het geld ook daadwerkelijk aan het lidmaatschap wordt besteed.. De gemeentelijke organisatie kan wel afwijken op basis van de Gemeentewet, zij kan zelf een inkomensgrens vaststellen. De vereniging is niet verplicht een inkomenstoets te doen of hun leden te vragen inzage te geven in de inkomensgegevens. 4. Stoppen met de regeling In theorie is dit een mogelijkheid maar strookt niet met de wensen na de invoering van de nota Back to Basic. Advies aan de gemeenteraad: Huidige regeling voor sport- en cultuur handhaven. Sinds de regeling is ondergebracht bij de gemeentelijke organisatie en de aanvraag via verenigingen verloopt is het aantal gebruikers van de regeling toegenomen. Wij vragen een dienst van de verenigingen maar daar staat tegenover dat zij hun leden binnenboord kunnen houden. De aanvrager wordt minder belast, hij/zij hoeft niet allerlei documenten aan te leveren voor verantwoording. Het lastige blijft dat de drempel tot aanvraag niet of nagenoeg niet kan worden weggenomen. Het blijft heel persoonlijk, de ene aanvrager moet echt aangezet worden tot de stap naar de penningmeester en de ander doet dit makkelijker. Punten van aanbeveling: 1. Richtlijnen van de regeling vereenvoudigen waar mogelijk; 2. Vindbaarheid op de website verbeteren; 3. Ieder jaar aandacht voor de regeling vragen, via social media en de gemeenteberichten; 4. Breder draagvlak bij de verenigingen creëren. Om meer inwoners van dienst te zijn zou je kunnen kiezen de regeling te verbreden en toegankelijk te maken voor bijvoorbeeld medisch fitness, sportscholen, banenzwemmen etc. Op die wijze stimuleer je inwoners tot sporten en culturele activiteiten. Wij stellen voor om dat niet te doen, omdat dit niet strookt met de uitgangspunten van de nota Back to Basic. Alle subsidies aan verenigingen zijn afgebouwd met het aannemen van die nota. Om verenigingen tegemoet te komen is de sport- en cultuurregeling aangenomen. De verenigingen kunnen op die wijze hun leden behouden die moeite hebben met het betalen van de contributie of nieuwe leden werven met een kleine beurs. Ook zijn verenigingen over het algemeen meer op de hoogte van de thuissituatie van hun leden dan een commerciële sportschool. Daarnaast springt de markt in op het aanbieden van goedkope abonnementen bij sportscholen, in de regio is een groot aanbod van sportscholen. Medisch fitness kan vaak vergoed worden uit het aanvullende pakket van de zorgverzekering. p 7 van 26

73 Bijlage 1 Enquête Vraag 1. Bent u bestuurslid van een sportvereniging, cultuurvereniging of het jeugd - en jongerenwerk? 60% sportvereniging 28 % cultuurvereniging 12 % jeugd en jongerenwerk Vraag 2. Is het bij u bekend of er leden om financiële reden hun lidmaatschap hebben beëindigd. Ja zegt 29,17 % Nee zegt 66,67 % Reactie: o Een respondent geeft aan dat een vermoeden bestaat. Vraag 3. Zijn de instructies voldoende duidelijk voor u om de sport- en cultuurkorting voor uw leden aan te vragen? Ja zegt 76 % Nee zegt 24 % Reacties: o o o o o o Ik mis info. Duidelijkheid over wanneer wel/ geen korting. Nog nooit gebruikt. Folders met info voor de leden. Een aanvraagformulier op de site is niet te vinden. De regeling is onvoldoende bekend. Vraag 4. Is het aanmeldingsformulier op de website van de gemeente gebruiksvriendelijk? Ja zegt 64% Nee zegt 36% Reacties: o o o Nog niet bekend. Niet mee gewerkt. Nog nooit gebruikt. p 8 van 26

74 o o o o o o Geen ervaring mee. Niet aan de orde geweest, weet het dus niet. Geen ervaring mee. Is niet te vinden. Geen idee, nog nimmer gebruik van gemaakt. Binnen onze club is er nog nooit gebruik van gemaakt. Vraag 5. Werkt de aanmeldingsmethode van de sport- en cultuurkorting in de praktijk? Ja zegt 28 % Nee zegt 72% Reacties: o o o o o o o o o o o o o o o o o o Nog geen gebruik van gemaakt. Nog geen beroep op gedaan. Nog niet gebruikt. Het lijkt omslachtig. Nog nooit gebruikt. Nee. Verkeerd uitgevoerd. Deze is bij ons nog niet toegepast. Geen ervaring mee. Onvoldoende bekend. Bij TOP wordt hier geen gebruik van gemaakt. Weet niet. Komt bij ons nooit voor. Onze leden maken er geen gebruik van. Wij weten niet wie ervoor in aanmerking komen, mensen lopen er niet mee te koop. Wij voeren een taak uit die de gemeente moet doen. Geen idee, nooit gebruikt. Binnen onze club is er nooit gebruik van gemaakt. Vraag 6. Loopt u tegen zaken aan die de aanvraag voor uw leden bemoeilijkt? Ja zegt 60,87 % Nee zegt 39,13% Reacties: o o o o o o o o o Geen ervaring mee. Privacy. Sociale rem, aanvragen van de pas stuit op emoties en gene. De contributie van onze vereniging kent verschillende tarieven en incassomomenten, terwijl de gemeente praat over een jaarlijks ondersteuning die begrensd is door een maximaal bedrag. Dit vereist dus dat we helder naar elkaar zijn over een jaarcontributie terwijl er wij intern op een andere manier georganiseerd zijn wat betreft contributie. Nog geen ervaring opgedaan met de aanvraag. De schaamt om je bekend te maken, zelfs bij de penningmeester. Weet niet. Mensen melden zich niet, formulier onvindbaar. Er is onvoldoende bekendheid voor deze regeling. p 9 van 26

75 Vraag 7. Is de sport- en cultuurkorting opgenomen in uw communicatie naar de leden? Website/ folder/facebook/ aanmeldingsformulier? Ja zegt 33,33 % Nee zegt 8,33 % Reacties: o o o o o o o o o o o o o o Wij hebben geen leden waarvoor dit geldt. Niet aan gedacht. Zullen hier meer bekendheid aangeven. Vrijwel geen aanvragen gehad. We persoonlijk in gesprek gaan met een minder draagkrachtig aspirant lid de korting bespreken. Wij zien geenmogelijkheden om steeds te verifiëren of iemand die zich aanmeldt voor de korting dit ook rechtmatig doet. Wij zijn niet getriggerd door concrete gevallen. Onvoldoende bekend. Top lost dit intern op. Niet aan gedacht. Onze contributie is dermate laag dat een aanvraag niet noodzakelijk is. Omdat de korting maar een fractie is van jaarlijkse bijdrage wat ze moeten betalen. Men die in aanmerking komen voor de regeling kunnen het niet betalen om bij ons lid te worden. Wij hebben dit niet gecommuniceerd. Geen noodzaak. Wij hebben een keer folders over de regeling gehad van de Combibrug. Dit is echter niet opgepakt door de vrijwilligers. Vraag 8. Zijn uw vrijwilligers (medewerkers) voldoende op de hoogte van de sport- en cultuurkorting? Ja zegt 65,22 % Nee zegt 34,78 % Reacties: o o o o o o o o Niet geïnformeerd. Niet veel ervaring mee. Wij zijn nog niet getriggerd door concrete gevallen. Nog te weinig gecommuniceerd door overgang naar nieuw bestuur. Onvoldoende bekend. Het is nog niet nodig N.v.t. Zijn onvoldoende op de hoogte van de korting. p 10 van 26

76 Vraag 9. Suggesties? Wij staan open voor verbeteringen die de aanvraag voor u en uw leden kunnen vergemakkelijken. Ja zegt 65,22% Nee zegt 34,78 % Reacties: o o o o o o o o Leg dit niet neer bij verenigingen, maar houd inkomensafhankelijke subsidies bij de gemeente. Meer heldere richtlijnen over wiens verantwoordelijkheid het is om de inkomenscriteria te verifiëren. Duidelijk en rechtstreeks contactnummer of adres bij vragen. Over het algemeen zullen mensen met weinig inkomen geen lid worden van een vereniging (tenzij zij de regeling kennen) die zien wij niet. Lokale krant mensen informeren. Nee. Het is geen taak voor verenigingen om dit te doen. Het is ook niet mogelijk om te weten wie er voor in aanmerking zouden kunnen komen. Die gegevens heeft de ISD voor een groot deel wel. Ik zou graag meer promotie- materiaal ontvangen, zoals digitale folders die wij op onze website kunnen plaatsten en naar onze leden kunnen mailen. Verder ontvang ik graag tastbare folders en posters om mee te geven aan evt. nieuwe leden en om op te hangen op onze locatie De Spelewey in Voorhout. Graag zou ik ook alle informatie onder de aandacht brengen bij Stichting Jeugd- en Jongerenwerk dat opereert vanuit dezelfde locatie. p 11 van 26

77 Bijlage 2 p 12 van 26

78 Pagina 2: p 13 van 26

79 Pagina 3: p 14 van 26

80 Pagina 4: Pagina 5: Samenvatting Pagina 6: Aanvraag verzonden Deze wordt verzonden naar Bedankt voor de Sport- en cultuurregeling aanvraag. U aanvraag wordt in behandeling genomen. Mocht u geen tegenbericht ontvangen, dan is uw aanvraag gehonoreerd. De afdeling boekhouding maakt het bedrag aan de vereniging over. Dit geldt voor één kalenderjaar. Met vriendelijke groet, Gemeente Teylingen. p 15 van 26

81 Richtlijnen naar de verenigingen.pdf Richtlijnen verenigingen voor aanvraag sport- en cultuurregeling De regeling gaat in per 1 januari 2014 en loopt tot minimaal 1 januari Eind 2015 wordt de regeling geëvalueerd. Een jaar loopt van 1 januari tot 31 december. In die periode kan een lid eenmalig en voor één vereniging een bijdrage aanvragen. Indien iemand lid is van meerdere verenigingen, moet een keuze gemaakt worden voor welke vereniging een bijdrage wordt aangevraagd. Een bijdrage kan alleen door een vereniging worden aangevraagd. Met een lid wordt bedoeld een inwoner van Teylingen die voldoet aan de inkomenscriteria of wiens ouders (bij kinderen <18 jaar) hier aan voldoen en er sprake is van lidmaatschap van een vereniging. De regeling is bedoeld om inwoners die te maken hebben met structureel beperkte financiële mogelijkheden, in staat te stellen lid te zijn of te worden van een sport-, cultuur of jongerenvereniging in Teylingen Verenigingen ontvangen per lid een bedrag van maximaal 70,- voor kosten lidmaatschap. Verenigingen waarvan de contributie lager is 80,-, kan voor maximaal 50% van de contributie subsidie worden aangevraagd. Voor jongeren tot 23 jaar die bij hun ouder(s) wonen wordt het inkomen van de ouders aan de inkomenscriteria getoetst. Het is voor verenigingen niet verplicht een inkomenstoets te doen of hun leden inzage te vragen in de inkomensgegevens. Wel vraagt de gemeente het bestuur kritisch te overwegen of iemand voor de regeling in aanmerking komt. Als richtlijn kunnen onderstaande maximale inkomensgrenzen (netto inkomen inclusief vakantiegeld) worden gehanteerd. Daarnaast komen ook leden die gebruik maken van de schuldsanering of de Voedselbank, voor de regeling in aanmerking. Maximale hoogte maandelijks netto inkomen voor deelname sport- en cultuurregeling 130% van de bijstandsnorm Leeftijd: jaar Alleenstaande 1.205,- Alleenstaande ouder 1.550,- Echtpaar/gezin 1.720,- Leeftijd: vanaf 65 jaar Alleenstaande 1.320,- Alleenstaande ouder Echtpaar/gezin Verenigingen kunnen via een formulier op de website van de gemeente een verzamelformulier invullen. Om de administratie voor partijen overzichtelijk te houden, wordt geadviseerd jaarlijks eenmaal het formulier in te vullen. De vereniging en het lid kunnen ervoor kiezen een formulier in te vullen om vast te leggen dat de vereniging de bijdrage heeft aangevraagd. De gemeente kan bij twijfel de rechtmatigheid van de aanvraag toetsen door alsnog om de inkomensgegevens van een persoon te vragen. Indien blijkt dat de subsidie onterecht is verstrekt, moet het betreffende lid de ontvangen tegemoetkoming terug betalen aan de vereniging. Deze betaalt het dan weer terug aan de gemeente. De regeling wordt in zijn huidige opzet voor het eerst ingevoerd. Als er zich zaken voordoen, waar in het bovenstaande geen rekening mee is gehouden, kan de vereniging waar mogelijk en nodig maatwerk toepassen. De vereniging brengt de gemeente hiervan voor het indienen van de aanvraag op de hoogte.

82 Concept-Persbericht regeling sport- en cultuur Teylingen.doc PERSBERICHT datum December 2015 onderwerp persbericht Regeling sport en cultuur Teylingen Ook in de toekomst sport - en cultuurkorting mogelijk! De raad besluit na de evaluatie door te gaan met de sport- en cultuurkorting. In 2014 is de herziende sport- en cultuurregeling in werking getreden. Deze regeling heeft als doel ervoor te zorgen dat alle inwoners van de gemeente Teylingen kunnen deelnemen aan sport en cultuur binnen en buiten Teylingen. Wie niet mee kan doen, moet worden geholpen. Voor wie? De korting is er voor inwoners van de gemeente Teylingen die het financieel wat minder hebben en lid zijn of willen worden van een vereniging. Wat kun je met de korting? Inwoners die voor de korting in aanmerking komen, kunnen bij de vereniging waar zij lid van zijn of wil worden een aanvraag indienen. Verenigingen kunnen per lid een bedrag van maximaal 70,- ontvangen voor kosten van het lidmaatschap. Verenigingen waarvan de contributie lager is dan 80,-, kan er voor maximaal 50% van de contributie, subsidie worden aangevraagd. Per gezinslid kan deze regeling worden aangevraagd voor maximaal één lidmaatschap en één keer per kalenderjaar. Wie voert de regeling uit? Wanneer u tot de doelgroep behoort kunt u contact opnemen met de betreffende vereniging. Daar kunt u een formulier invullen om de regeling aan te vragen. Postbus ZJ Voorhout gemeente@teylingen.nl T F Bestuurscentrum Raadhuisplein 1 Voorhout Gemeentekantoor Wilhelminalaan 25 Sassenheim Wanneer komt u hiervoor in aanmerking? Met een lid wordt bedoeld een inwoner van Teylingen. De inwoner verdient netto per maand niet meer dan een bepaald bedrag. De inwoner is of wil lid zijn van een vereniging. De korting geldt voor zowel jongeren tot 18 jaar als volwassenen. Voor jongeren tot 23 jaar die bij hun ouder(s) wonen wordt het inkomen van de ouders aan de inkomenscriteria getoetst. Op is meer informatie te vinden over de inkomenscriteria en over wie in aanmerking komt voor de regeling. Meer informatie Heeft vragen over de sport- en cultuurkorting? Neemt u dan contact op met de gemeente Teylingen via het telefoonnummer of bekijk de website < einde bericht

83 9 Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek RV Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek.pdf VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van december 2015 Besluit nummer: 2015_Raad_00086 Onderwerp: Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek - Besluitvormend Beknopte samenvatting: De Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek (ISD Bollenstreek) presenteert de eerste wijziging op de begroting voor De wijzigingen zijn gebaseerd op de resultaten over het eerste half jaar van 2015 en het verwachte resultaat over geheel Met ingang van 2016 kent de begroting van de ISD Bollenstreek twee programma's, te weten het programma Participatie (inkomensverstrekkingen en re-integratie-activiteiten) en het programma Zorg (Wmo-voorzieningen, bijzondere bijstand en Jeugd). Daarnaast worden de exploitatiekosten begroot. De cijfers over de eerste helft van 2015 geven aanleiding de geraamde kosten voor het programma Participatie naar boven bij te stellen. Voor het programma Zorg is sprake van een neerwaartse bijstelling. Per saldo is voor Teylingen sprake van een positief effect ter hoogte van ,-. Bestemd voor: Commissie Welzijn DE GEMEENTERAAD AANHEF Ingewonnen advies/adviezen: Bdr team Fin Bijgevoegde bijlage(n): Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek Brief zienswijze raad begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek Halfjaarcijfers ISD 2015 (informatief) MOTIVERING Aanleiding en context: De Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek (ISD Bollenstreek) presenteert de eerste wijziging op de begroting voor De wijzigingen zijn gebaseerd op de resultaten over het eerste half jaar van 2015 en het verwachte resultaat over geheel p 1 van 5

84 Conform artikel 45 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen heeft het Dagelijks Bestuur van de ISD Bollenstreek de raad de begrotingswijziging 2016-I toegezonden. De gemeenteraad wordt verzocht haar zienswijze kenbaar te maken op deze begrotingswijziging. De raad kan haar zienswijze kenbaar maken voordat het Algemeen Bestuur de begrotingswijziging vaststelt in zijn vergadering van 7 december a.s. Beoogd resultaat: Het uitbrengen van een afgewogen zienswijze op de begrotingswijziging 2016-I van de ISD Bollenstreek. Argumentatie: 1.1 Het vaststellen van de begrotingswijziging is een bevoegdheid van het Algemeen Bestuur. De raad heeft hierin een controlerende taak. Daarom wordt de raad gevraagd een zienswijze uit te brengen op de begrotingswijziging die nu voorligt. 1.2 De zienswijze geeft weer welke opmerkingen te plaatsen zijn. Op basis van de resultaten van de eeste helft van 2015 is een beter gefundeerde begroting voor 2016 opgesteld. De begrotingswijziging heeft betrekking op de programma's Participatie en Zorg. Participatie De cijfers over het eerste half jaar van 2015 laten een grotere stijging van het aantal bijstandscliënten zien dan verwacht. Hoewel de economie aantrekt, zijn de effecten van het economisch herstel nog niet direct merkbaar in de werkgelegenheid. Daarnaast is sprake van een instroom van nieuwe doelgroepen (voormalig Wajong en Wsw) en een extra instroom als gevolg van de verhoging van de taakstelling voor de huisvesting van statushouders. Hier tegenover staan het effect van de kostendelersnorm en de uitwerking van de extra activiteiten op het gebied van terugvordering en verhaal. Ten opzichte van de bedragen zoals opgenomen in de gemeentelijke begroting 2016, is per saldo sprake van een kostenstijging ter hoogte van ,-. Zorg Het programma Zorg is eveneens bijgesteld aan de hand van de resultaten over de eerste helft van Op basis van deze ervaringscijfers zijn de kosten van een aantal onderdelen van dit programma naar beneden bijgesteld. Ten opzichte van de bedragen zoals opgenomen in de gemeentelijke begroting 2016, is per saldo sprake van een kostendaling ter hoogte van ,-. De voorgestelde wijziging op de begroting 2016 van de ISD Bollenstreek geeft geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. De raad wordt dan ook voorgesteld een positieve zienswijze uit te brengen. Alternatieven: De raad heeft de gelegenheid en de bevoegdheid om een zienswijze te geven, maar is hier niet toe verplicht. Het alternatief is dan ook om geen zienswijze te geven. Gelet op de controlerende taak van de raad wordt voorgesteld om wel een zienswijze uit te brengen. Kanttekening: 1. Budgetten zijn nog niet bekend. p 2 van 5

85 Ten tijden van het opstellen van deze begrotingswijziging zijn de (definitieve) budgetten voor 2016 nog niet bekend. Het BUIG-budget wordt in de regel omstreeks september of oktober van het voorafgaande jaar bekend gemaakt. Hierin schuilt een onzekerheidsfactor. Aanpak / uitvoering: De ISD Bollenstreek wordt middels bijgevoegde brief op de hoogte gesteld van de door de raad uitgebrachte zienswijze. Participatie niveau: Initiatiefnemer, Beleidseigenaar Duurzaamheid: Niet van toepassing. Deze beslissing wordt genomen rekening houdend met volgende adviezen: Bdr team Fin Het advies is gunstig. Op voorstel van het college van burgemeester en wethouders Beslist het volgende: VOORSTEL Besluitpunt 1: De zienswijze van de raad kenbaar te maken aan het Dagelijks Bestuur van de ISD Bollenstreek. BIJKOMENDE INFO BIJ HET BESLUIT Maatschappelijke Ontwikkeling Welzijn & Onderwijs Financiële consequenties: Participatie De uitgaven ten laste van het BUIG-budget worden door de ISD hoger begroot dan in de gemeent Daartegen over staat een hogere (geschatte) rijksbijdrage (BUIG-budget) dan waar in de gemeen Gemeentelijke begroting 2016 Begroting 2016 incl. wijziging 2016-I Mutatie Uitgaven bijstand Rijksbijdrage (BUIG) Totaal progr. Participatie p 3 van 5

86 Zorg Gemeentelijke begroting 2016 Begroting 2016 incl. wijziging 2016-I Mutatie Hulp bij de huishouding Begeleiding Rolstoelen Vervoersvoorziening Woonvoorziening totaal Wmo Bijzondere bijstand Totaal progr. Zorg De kosten voor het programma Zorg kunnen zodoende naar beneden bijgesteld worden met een b Ook deze bijstelling is reeds in de gemeentelijke begroting 2016 verwerkt. Per saldo heeft deze begrotingswijziging voor Teylingen een positief effect van ,- ( 440 STEMMING Ontwerpbesluit door de gemeenteraad in vergadering van 17 december 2015 BIJLAGEN DIE INTEGRAAL DEEL UITMAKEN VAN HET BESLUIT Brief zienswijze raad begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek p 4 van 5

87 Brief zienswijze raad begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek ISD Bollenstreek t.a.v. het Dagelijks Bestuur Postbus AG LISSE Verzenddatum zaaknummer afdeling CONCEPT Onderwerp uw kenmerk behandeld door Zienswijze begrotingswijziging 2016-I bijlage Maatschappelijke Ontwikkeling Albert Lay telefoon Postbus ZJ Voorhout T F Bestuurscentrum Raadhuisplein 1 Voorhout Geacht bestuur, Wij hebben de begrotingswijziging 2016-I van u mogen ontvangen. Graag geven wij u de zienswijze van de gemeenteraad van Teylingen op deze voorgestelde wijziging. Gemeentekantoor Wilhelminalaan 25 Sassenheim De begrotingswijziging laat een duidelijker beeld zien van de uitgaven op de verschillende programma s voor het komende jaar. Het toepassen van de halfjaarcijfers over 2015 is zonder meer zinvol en nuttig. Wij beseffen dat er voor het programma Participatie nog wel wijzigingen kunnen optreden wanneer de budgetten voor 2016 bekend zijn. Daarnaast zal het uiteindelijke resultaat nog zeer afhankelijk zijn van de economische en maatschappelijke ontwikkelingen in deze regio. Resumerend laten wij u weten dat wij een positieve zienswijze afgeven met betrekking tot de voorgenomen wijziging op de begroting Wij hopen u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben. Mocht u nog vragen of opmerkingen hebben, dan kunt u contact opnemen met Albert Lay via telefoonnummer of via de a.lay@teylingen.nl. Met vriendelijke groet. Namens de gemeenteraad van Teylingen, R. van Dijk C.G.J. Breuer griffier burgemeester p 5 van 5

88 Begrotingswijziging ISD 2016-I.pdf Bijlage nr. 7 Begrotingswijziging 2016-I

89 Inhoudsopgave Voorwoord Begroting Baten en lasten Inleiding Begroting per programma Participatie Zorg... 6 Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek 2

90 Voorwoord Voor u ligt de begrotingswijziging 2016-I van Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek. Bij het opstellen van de begrotingswijzigingen 2015-I en II hebben we geen rekening gehouden met de gevolgen voor Na de halfjaarcijfers 2015 resulterend in begrotingswijziging 2015-III, is meer duidelijk en komen we met de eerste begrotingswijziging We hebben geen rekening gehouden met het verdwijnen van de re-integratietaak, die mogelijk overgaat naar Servicepunt Werk. De reden hiervoor is dat nog geen besluitvorming hierover heeft plaatsgevonden. In deze begrotingswijziging hebben we met het volgende rekening gehouden: De WWB, Ioaw en Ioaz zijn opgegaan in de Participatiewet (PW); Nieuwe instroom in de PW van nieuwe doelgroepen (voormalige Wajong en WSW); Nader voorlopige BUIG budget 2015 geldt als uitgangspunt voor 2016; Taakstelling vluchtelingen en de gevolgen voor de Participatiewet, uitkeringen en bijzondere bijstand. De Wet maatschappelijke ondersteuning kent nu ook het onderdeel Begeleiding Dat is vanuit de AWBZ overgekomen naar de gemeenten/isd Bollenstreek. Daarnaast vallen de PGB s onder het trekkingsrecht via de SVB. Voor Jeugdzorg verzorgt de ISD de administratieve verwerking van de PGB s. Ook deze PGB s vallen onder het trekkingsrecht. Lisse, augustus 2015 Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek 3

91 1 Begroting 1.1 Baten en lasten Overzicht van baten en lasten x Lasten begroting 2016 incl. addendum aangepaste begroting 2016 begrotingswijziging 2016-I Salariskosten ISD Personeelsvergoedingen ISD Overige personeelskosten Huur front- en backoffice Automatisering Reclame- en promotiekosten Vakliteratuur Huisvestingskosten Kantoorkosten Accountantskosten Advieskosten Inhuur en uitzendkrachten Uitbestedingen Teylingen Uitvoeringskosten Algemene kosten Bankkosten en Rente Afschrijving kantoormeubilair Incidentele baten en lasten Subtotaal Doorbelaste exploitatiekosten Participatie totaal exploitatiekosten Uitkeringen Participatie Zorg Totaal uitkeringen Totaal uitgaven Bijdragen gemeenten Resultaat ISD Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek 4

92 2 Inleiding De ISD Bollenstreek kent vanaf het begrotingsjaar 2016 nog maar twee programma s: Participatie Zorg Verdeelsleutel De kosten van de ISD worden verdeeld over de deelnemende gemeenten op de wijze zoals in de Gemeenschappelijke Regeling (GR) is aangegeven. Voor de duidelijkheid volgt hieronder een samenvatting van die verdeelsleutels. Exploitatiekosten De exploitatiekosten blijven naar verwachting gelijk. De exploitatiekosten worden over de twee programma s verdeeld in de verhouding van het aantal fte s, dat direct bij dat programma betrokken is. Voor 2016 geldt dat Participatie en Zorg beiden 50% van de exploitatiekosten krijgen toebedeeld. Participatie De kosten van het programma participatie worden verdeeld in de verhouding van de participatiebudgetten. Tekorten of overschotten worden verdeeld op basis van 50% naar inwonertal en 50% naar inwoners met een laag inkomen, conform de regels van de GR. Zorg De kosten van de voorzieningen worden verdeeld naar woonplaats van de ontvanger van de voorziening. De kosten komen dus voor rekening van de gemeente waar de ontvanger van de voorziening woont. Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek 5

93 3 Begroting per programma Vanaf het begrotingsjaar 2016 kennen we slechts twee programma s: Participatie en Zorg Participatie Voor de verwachting 2016 hebben we ons gebaseerd op de halfjaarcijfers 2015 en het verwachte resultaat over De belangrijkste onderdelen van deze inschatting zijn de hoogte van de BUIG-budgetten, de doorbelasting van kosten aan het re-integratiedeel van het participatiebudget en de ontwikkeling van het klantenaantal. Bij het laatste onderdeel hebben we rekening gehouden met de economie die aantrekt, de invoering van de kostendelersnorm, een positief effect van de extra activiteiten bij terugvordering en verhaal en de taakstelling van gemeenten voor het opnemen van asielzoekers. We hebben de verwachting aangepast aan het uitgavenniveau van Zorg Ook bij dit programma houden we rekening met de laatste ontwikkelingen, zoals die bij de halfjaarcijfers 2015 zijn gebleken. De inschattingen voor 2016 stellen we in deze begrotingswijziging naar beneden bij. Dit leidt in totaal tot de volgende begrotingswijziging per gemeente: x 1 Exploitatie Participatie Zorg Totaal Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek 6

94 Verdeling kosten per onderdeel per gemeente Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal Totaal participatie Inkomen I deel exploitatiekosten Totaal inkomen Totaal programma Participatie Zorg Wmo - hulp bij het huishouden Wmo - begeleiding Wmo - rolstoelen Wmo - vervoersvoorzieningen collectief vervoer overige Wmo - woonvoorzieningen Wmo - onderzoekskosten Wmo - eigen bijdrage Totaal programma WMO Uitvoeringskosten WMO Totaal WMO Inkomensondersteunde voorzieningen Bijzondere bijstand Uitvoeringskn. Ink. Onderst. Vz Totaal inkomensonderst. voorz Jeugd PGB Jeugd Uitvoeringskn. Jeugd Totaal Jegud Totaal Programma Zorg Waarvan exploitatielasten Totaal bijdrage Gemeenten

95 e halfjaarscijfers 2015 ISD Bollenstreek.pdf Bijlage nr. 5 Halfjaarcijfers 2015 Halfjaarcijfers 2015 Augustus

96 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Voorwoord...3 Exploitatieoverzicht...4 Toelichting...5 Exploitatiekosten...5 Participatie...5 Inkomen...6 Zorg...7 Jeugd Verdeling exploitatiekosten Lijst van afkortingen Halfjaarcijfers 2015 Augustus

97 Voorwoord Voor u liggen de halfjaarcijfers 2015 van de Gemeenschappelijke Regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek, Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen. In dit overzicht rapporteren wij over de verwachte resultaten over 2015, op basis van de realisaties over het eerste halfjaar. Naast de gebruikelijke marap s over de eerste vier en eerste acht maanden van het jaar, is de behoefte aan deze cijfers ontstaan door de onzekerheid over de financiële resultaten voor de nieuwe taken. De belangrijkste oorzaken zijn: Problemen met het opstarten van het trekkingsrecht (PGB s) via de SVB; Problemen bij de zorgleveranciers om op de juiste manier via het berichtenverkeer te factureren (iwmo); Onduidelijkheid over welke klanten voor Wmo begeleiding naar de ISD zijn gekomen. In deze rapportage hebben we de processen rond de nieuwe taken geanalyseerd en daarbij vastgesteld welke gegevens we hebben, welke gegevens ontbreken, welke gegevens compleet en betrouwbaar zijn en waar de risico s zitten. Bovendien hebben we de begrote cijfers, zoals we die eind 2014 hebben berekend, nogmaals bekeken met de kennis van vandaag. Inmiddels hebben we meer recente en dus betere gegevens tot onze beschikking. Tenslotte hebben we ook uit de ons bekende indicatiegegevens berekend wat de maximale schadelast is. Aan de hand van de vergelijking van de uitkomsten van deze berekeningen hebben we een prognose opgesteld voor de kosten over Daarbij geven we aan welke onzekerheden en risico s een rol kunnen spelen. Nog belangrijker dan de financiële resultaten is de zorg voor onze klanten. In de media zijn verhalen verschenen over problemen met PGB s waarbij klanten in de problemen zijn gekomen. Dat heeft zich bij ons, voor zover wij weten, niet voorgedaan. Voor de meeste klanten is dat geautomatiseerd geregeld en voor een enkele klant hebben we handmatig een alternatieve oplossing gevonden. We hebben veel klanten persoonlijk gesproken om te informeren of de hulp op de juiste manier is voortgezet. We kennen geen gevallen waarbij een klant van ons bij de PGB s tussen wal en schip is terechtgekomen. Nog lang niet alle (landelijke) problemen zijn opgelost, maar we zijn op de goede weg. De kosten voor Inkomen blijven gelijk; de gemeenten kunnen zelfs een bescheiden uitbreiding van het Rijksbudget tegemoet zien. De overige zorguitgaven blijven op onderdelen achter bij de begroting. Bij het opstellen van de begroting 2015 zijn we uitgegaan van toename van het gebruik en stijging van de kosten. Door beleidsmaatregelen -mede als gevolg van bezuinigingen van het Rijk- hebben we de kosten kunnen terugdringen. De resultaten zijn verwerkt in deze cijfers. Per saldo kunnen we de begroting naar beneden bijstellen. Daarbij geven we inzicht in de risico s, die aan deze inschattingen vastzitten. Wij stellen dan ook voor om de bijgevoegde concept-begrotingswijziging 2015-III vast te stellen. Tevens stellen we voor op basis van de halfjaarcijfers 2015 de begroting 2016 te wijzigen. Lisse, augustus 2015 Dagelijks Bestuur Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek Halfjaarcijfers 2015 Augustus

98 Exploitatieoverzicht Tabel 1 Overzicht van verwachte baten en lasten 2015 Begroting Verwachting X Verschil Lasten Salariskosten ISD Personeelsvergoedingen ISD Overige personeelskosten Huur werkcentrum Automatisering Reclame- en promotiekosten Vakliteratuur Huisvestingskosten Kantoorkosten Accountantskosten Advieskosten Inhuur en uitzendkrachten Uitbestedingen Teylingen Uitvoeringskosten Algemene kosten Bankkosten en Rente Afschrijving kantoormeubilair Incidentele baten en lasten Exploitatiekosten Doorbelasting re-integratiebudget Totaal exploitatiekosten Uitkeringen Participatie Inkomen Zorg Jeugd Totaal Uitkeringen Totaal lasten ISD Bijdrage gemeente Resultaat Halfjaarcijfers 2015 Augustus

99 Toelichting Exploitatiekosten Bij de exploitatiekosten verwachten we geen verschillen van betekenis op de kostensoorten. Onvoldoende om tot een begrotingswijziging te komen. De doorbelasting aan het re-integratiebudget is daar een uitzondering op. In 2015 kunnen we minder geld aan het re-integratiebudget onttrekken dan begroot. Enerzijds zijn de budgetten lager en aan de andere kant proberen we zoveel mogelijk activiteiten te ontwikkelen, die onze klanten op weg helpen naar werk. Het houdt in dat de gemeenten meer moeten bijdragen aan de exploitatie. In de tweede helft van het jaar verwachten we uitgaven te doen voor uitbreiding in het bestaande pand en inrichting van extra werkplekken. Onze telefooncentrale zit aan het einde van de levensduur en ook de computers willen we nog dit jaar vervangen. Ook op het gebied van automatisering moeten we rekening houden met kosten voor uitbreiding en vervanging. Deze kosten passen binnen de begroting. Participatie De kosten van dit programma bestaan uit externe trajecten en de kosten van de re-integratie activiteiten van de ISD zelf. Bij de overweging over het in te zetten traject volgen we het vastgestelde beleid. Voor het uitgavenniveau blijft het beschikbare budget het plafond. Met andere woorden: we passen onze uitgaven aan, aan het gezamenlijke re-integratiebudget. Het Rijk heeft het budget voor de bekostiging van onder andere re-integratievoorzieningen per 2015 samengevoegd met de budgetten voor de Wmo 2015 en jeugdhulp tot een integratie-uitkering sociaal domein, dat onderdeel uitmaakt van het gemeentefonds. Tabel 2 Uitgaven participatie 2015 Uitgaven ISD Programmakosten Totaal Tabel 3 Uitgaven participatie 2015 Uitgaven 2015 (x 1.000) Begroting Participatie Verwachte realisatie verschil Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal Op het moment van het opstellen van de halfjaarcijfers 2015 is nog geen besluit genomen door de colleges en raden van de gemeenten Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout, Teylingen en Katwijk met betrekking tot het Servicepunt Werk. Daarom hebben we geen rekening gehouden met het eventueel overhevelen van een gedeelte van de re-integratietaken en budgetten naar het Servicepunt Werk. Nieuwe klanten gaan naar Work First óf krijgen een medische keuring. Dit geldt voor alle klanten. We hebben meer gebruik gemaakt van het instrument opstapsubsidie. Voorheen noemde we dit loonkostensubsidie, maar vanaf 2015 heet het alleen loonkostensubsidie als de deelnemer staat ingeschreven in het doelgroepenregister van het UWV. In 2015 hebben we rekeningen ontvangen voor inburgeringstrajecten die in 2013 zijn opgestart. Hierdoor zijn de uitgaven voor externe trajecten hoger dan verwacht, waardoor minder geld overblijft ter dekking van de exploitatiekosten. Halfjaarcijfers 2015 Augustus

100 Inkomen Het aantal klanten is in het eerste halfjaar licht gestegen (0,7%). De belangrijkste oorzaken zijn de toestroom door de huisvestingstaakstelling statushouders en de instroom van nieuwe doelgroepen (WSW en Wajong). Daar staat de uitstroom naar werk tegenover. Deze twee bewegingen heffen elkaar grotendeels op. In tabel 4 geven we de klantenaantallen per gemeente weer. Het aantal klanten per gemeente staat los van de verdeling van de kosten. Die verdeling is gebaseerd op de hoogte van het budget en de afspraken in de GR. Tabel 4 Verdeling aantal klanten Inkomen Gemeente Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal De gemeenten ontvangen een gebundelde uitkering voor de financiering van de uitkeringen op grond van de Participatiewet (BUIG-deel). Het nadere voorlopig budget is nu bekend gemaakt. Het ministerie SZW publiceert de definitieve budgetten uiterlijk 1 oktober. In tabel 5 ziet u de gevolgen per gemeente tussen het nader voorlopig budget en het door ons in de begroting opgenomen budget. Tabel 5 Buig-Budget 2015 Budget 2015 Begroot BUIG-budget Nader voorlopig BUIG-budget Verschil voorlopigbegroot budget (x 1.000) (a) (b) (b-a) Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal We hebben bij het opstellen van de begroting rekening gehouden met het effect van de toestroom door huisvestingstaakstelling vergunninghouders en nieuwe doelgroepen. Door het invoeren van de kostendelersnorm zal de hoogte van de gemiddelde uitkering omlaag gaan. In totaal verwachten we op het door ons begrote bedrag uit te komen. Per gemeente zien we een verschuiving van de kosten. De reden hiervoor is een wijziging in het nader voorlopig budget. Op grond van de afspraken in de GR moeten gemeenten die meer budget ontvangen meer bijdragen in de kosten. Het gevolg van deze verdeelsystematiek hebben we weergegeven in tabel 6. Tabel 6 Uitgaven programma Inkomen 2015 Uitgaven 2015 Inkomen (x 1.000) Begroting (a) Verwachte realisatie (b) Verschil in uitkeringskosten (b-a) Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal * Inmiddels heeft er een kleine correctie ( 3.000) op dit budget plaatsgevonden. Halfjaarcijfers 2015 Augustus

101 In tabel 7 geven we per saldo het financiële gevolg weer van bovengenoemde wijzigingen voor de deelnemende gemeenten. Tabel 7 Uitleg Financiële gevolgen voor gemeenten (x 1.000) Meer Verschil in Per saldo Budget Uitkeringskosten tbv gemeente (a) (b) (a-b) Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal Zorg Wmo: In 2015 zijn een aantal belangrijke zaken gewijzigd. De 3 D s hebben ervoor gezorgd dat nieuwe taken naar de ISD zijn gekomen. De voortdurende druk op budgetten noodzaakt de gemeenten om hun beleid strakker in te richten. Uiteindelijk moeten we de kosten uit de beschikbare budgetten betalen. Zo is het minimabeleid aangepast en is de algemene voorziening op een aantal onderdelen ingezet ter vervanging van de individuele voorziening. Hulp bij Huishouden: In 2015 is bij drie van de vijf gemeenten de Algemene Voorziening Hulp bij het Huishouden geïntroduceerd, die in plaats is gekomen van de maatwerkvoorziening HbH categorie 1. Dit houdt in dat in de gemeenten Lisse en Noordwijkerhout en vanaf 1 april 2015 ook de gemeente Hillegom, klanten die een aanvraag indienen voor HbH in deze categorie worden doorverwezen naar een door de ISD gecontracteerde aanbieder waar zij zelf hun hulp kunnen inkopen. De gemeenten Noordwijk en Teylingen kennen (nog) geen Algemene Voorziening HbH. De overheid heeft een regeling voor financiële compensatie in het leven geroepen voor klanten die niet in staat zijn de kosten van huishoudelijke hulp te dragen. Daarnaast kunnen alle klanten die van de Algemene Voorziening gebruik maken en wel zelf de huishoudelijk hulp kunnen betalen gedurende twee jaar in aanmerking komen voor een Huishoudelijke Hulp Toelage (HHT). Dit is een vouchersysteem, waarbij de ISD tot maximaal 10,50 per uur meebetaalt aan de HbH. Hillegom heeft het budget Huishoudelijke Hulp Toelage (HHT) ontvangen voor de vijf Bollengemeenten. De ISD geeft dat bedrag uit en verrekent de bedragen achteraf met de vijf gemeenten. Op korte termijn, mede op grond van de verwachte uitspraak van de Centrale Raad van Beroep, komen wij met een voorstel over hoe om te gaan met de Algemene Voorziening Hbh versus nieuwe maatwerkvoorziening Hbh. Pgb Hbh en begeleiding: In het verleden ontvingen klanten het budget zelf en had de overheid onvoldoende zicht op de besteding van het budget. In 2015 is de taak van betaling van de PGB s door het Rijk toegewezen aan de SVB. De SVB betaalt vanaf 2015 rechtstreeks aan zorgverleners als er een goedgekeurde zorgovereenkomst is. De SVB registreert alle zorgovereenkomsten van de budgethouders en ontvangt het bedrag van de PGB van de ISD. Als een budgethouder een nota ontvangt, dient de klant deze in bij de SVB. Na controle gaat de SVB over tot uitbetaling aan de zorgleverancier. Het zal niemand zijn ontgaan dat de problemen rond de PGB s nog niet zijn opgelost. De ISD heeft onvoldoende zicht op de besteding van de PGB s bij de SVB. De informatie van de SVB kunnen we nog niet verwerken in onze systemen. Halfjaarcijfers 2015 Augustus

102 Inkomensondersteunende voorzieningen: Vanaf 2015 is het beleid voor inkomensondersteuning voor mensen met een laag inkomen gewijzigd. 1. Collectieve aanvullende zorgverzekering Net als in voorgaande jaren kunnen klanten van de ISD in aanmerking komen voor een aanvullende collectieve ziektekostenverzekering tegen een aangepaste prijs. 2. Het PersoonsOndersteunend Budget (POB) of de inspanningspremie Vanaf 1 januari 2015 is de wet veranderd en is een aantal minimaregelingen niet meer toegestaan. De volgende regelingen zijn vervallen: De langdurigheidstoeslag Regeling chronisch zieken, ouderen en gehandicapten Regeling sportieve en sociaal culturele activiteiten De witgoedregeling en vergoeding inrichtingskosten Computer voor kinderen In plaats daarvan kunnen klanten een POB of een inspanningspremie aanvragen. Het POB en de inspanningspremie zijn vaste bedragen die klanten kunnen besteden voor noodzakelijke kosten van het bestaan. 3. De individuele studietoeslag Deze studieregeling stimuleert studenten met een arbeidsbeperking om naar school te gaan. De ISD heeft in 2015 in een verordening vastgelegd onder welke voorwaarden studenten in aanmerking komen voor een individuele studietoeslag. 4. Bijzondere bijstand Bij de bijzondere bijstand is altijd sprake van maatwerk. Halfjaarcijfers 2015 Augustus

103 Tabel 8 Verwachte zorg 2015 per gemeente Hillegom Lisse (x 1.000) realisatie begroting verwacht verschil realisatie begroting verwacht verschil Zorg Wmo-Hbh ZIN Wmo-Hbh PGB Wmo - hulp bij het huishouden totaal Wmo - begeleiding Wmo - rolstoelen Wmo - vervoersvoorzieningen Collectief vervoer Overige Wmo vervoersvoorzieningen Wmo - woonvoorzieningen Wmo - onderzoekskosten Wmo- Eigen bijdrage Subtotaal Wmo Inkomensondersteunende voorzieningen Bijzondere bijstand Koopkrachttegemoetkoming Subtotaal inkomensondersteunende voorzieningen Programma Zorg Noordwijk Noordwijkerhout (x 1.000) realisatie begroting verwacht verschil realisatie begroting verwacht verschil Zorg Wmo-Hbh ZIN Wmo-Hbh PGB Wmo - hulp bij het huishouden totaal Wmo - begeleiding Wmo - rolstoelen Wmo - vervoersvoorzieningen Collectief vervoer Overige Wmo vervoersvoorzieningen Wmo - woonvoorzieningen Wmo - onderzoekskosten Wmo - Eigen bijdrage Subtotaal Wmo Inkomensondersteunende voorzieningen Bijzondere bijstand Koopkrachttegemoetkoming Subtotaal inkomensondersteunende voorzieningen Programma Zorg Halfjaarcijfers 2015 Augustus

104 Teylingen Totaal (x 1.000) realisatie begroting verwacht verschil realisatie begroting verwacht verschil Zorg Wmo-Hbh ZIN Wmo-Hbh PGB Wmo - hulp bij het huishouden totaal Wmo - begeleiding Wmo - rolstoelen Wmo - vervoersvoorzieningen Collectief vervoer Overige Wmo vervoersvoorzieningen Wmo - woonvoorzieningen Wmo - onderzoekskosten Wmo- Eigen bijdrage Subtotaal Wmo Inkomensondersteunende voorzieningen Bijzondere bijstand Koopkrachttegemoetkoming Subtotaal inkomensondersteunende voorzieningen Programma Zorg NB. WMO- begeleiding voeren we vanaf 2015 uit. Algemeen Het programma Zorg laat ten opzichte van de begroting 2015 een overschot zien. De verschillen met de realisaties van 2014 zijn veel kleiner. In 2014 hebben we wijzigingen in de begroting doorgevoerd, maar hebben we de gevolgen niet in de begroting 2015 opgenomen. Dat gaan we nu herstellen. Hulp bij het Huishouden (incl. HHT) We zien bij alle gemeenten een soortgelijk beeld bij hulp bij het huishouden: de verwachting voor 2015 is veel lager dan de begroting en het uitgavenniveau ten opzichte van 2014 is gelijk of kent een lichte stijging. We zien nog geen effecten van het inzetten van HHT en de Algemene Voorziening HbH. Begeleiding Bij begeleiding kennen we twee producten: Zorg in Natura (ZIN) en PGB. Om inzicht te krijgen in de minimale en maximale kosten voor begeleiding over 2015 hebben we deze producten apart bekeken. ZIN De ZIN heeft een moeizame start gehad, omdat van Rijkswege is opgelegd dat gemeenten en leveranciers via een speciaal informatiesysteem (iwmo) met elkaar communiceren. De noodzakelijke programmatuur hiervoor kon begin dit jaar niet of nauwelijks worden gebruikt door alle partijen. Inmiddels hebben we de eerste facturen van leveranciers ontvangen. Op basis van deze informatie hebben we berekend wat de kosten voor 2015 zijn. Deze berekening laat zien dat we aan kosten verwachten. We hebben ook berekend wat dit bedrag zou zijn aan de hand van de indicaties die in ons systeem staan. Daarbij zijn we ervan uitgegaan dat indicaties die gedurende 2015 verlopen, verlengd zullen worden tot minimaal Uit deze berekening komt een bedrag van als maximale schadelast. We weten dat niet iedereen de maximale zorg zal afnemen en dat een aantal klanten op een wachtlijst staat om zorg af te nemen. Halfjaarcijfers 2015 Augustus

105 We denken inmiddels vrijwel alle klanten in beeld te hebben. Waarom we van een aantal klanten nog geen rekening hebben ontvangen weten we niet. Die rekeningen kunnen nog komen. We hebben alle gecontracteerde leveranciers aangeschreven en gevraagd om ons alle facturen te sturen. Op basis van beide berekeningen schatten we in dat de kosten voor ZIN Begeleiding in 2015 zullen uitkomen op Bij dit bedrag geldt een maximaal risico van Tussen de begrotingen en de realisaties binnen gemeenten valt op dat Lisse een grote overschrijding heeft bij begeleiding. Bij nader onderzoek blijkt dat we op basis van te lage overdrachtsgegevens een inschatting hebben gemaakt van de uitgaven begeleiding voor Lisse. Dit passen we aan in de begrotingswijziging. PGB De gegevens die het SVB momenteel aanlevert over deze besteding hebben wij omgezet in een schatting voor Hieruit blijkt dat we destijds bij de begroting (op basis van de toen door Vektis aangeleverde informatie over PGB s) een te hoog bedrag voor PGB begeleiding hebben opgenomen. We verwachten in uit te geven aan PGB s. Rolstoelen: Ten opzichte van 2014 zijn de uitgaven nagenoeg gelijk gebleven. Collectief vervoer (CVV) In 2015 zien we een verdere afname van de kosten van CVV ten opzichte van Onderzoek heeft uitgewezen dat zowel het aantal klanten als het aantal ritten in 2015 is afgenomen. Begin 2014 was de verwachting dat dit juist zou stijgen. Overige vervoersvoorzieningen: Dit betreft o.a. scootmobielen, fietsen e.d. Ook hier zien we een daling van de kosten. Woonvoorzieningen: De kosten voor woonvoorzieningen bestaan voor het grootste deel uit trapliften en een enkele verbouwing. Eigen bijdrage: De eigen bijdrage in 2015 is lager dan De oorzaak hiervan is een stelselwijziging in 2014, waardoor in 2014 twee extra maanden eigen bijdrage zijn verwerkt. De meldingen van de leveranciers aan het CAK zijn nog niet allemaal gedaan. Bovendien duurt het dan nog een tijd voordat het CAK de eigen bijdrage in rekening brengt en daarna duurt het nog even voordat de eigen bijdrage door de klanten is betaald. Dit betekent dat we hier nog niet volledig zicht op hebben en daarom zijn we uitgegaan van het begrote bedrag. Bijzondere bijstand: Het bijzondere bijstandsbeleid is in 2015 gewijzigd. Hierdoor zijn de uitgaven gedaald. Halfjaarcijfers 2015 Augustus

106 Jeugd Bij de Jeugd kunnen klanten gebruik maken van Zorg In Natura en PGB s. De ISD voert alleen de PGB s uit. Bij de verwachte realisatie zijn we uitgegaan van de toekenningsbeschikkingen. Tabel 9 Uitgaven Jeugd Uitgaven 2015 (x 1.000) Begroting Jeugd Verwachte realisatie verschil Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal De verwachting in totaal is gelijk aan de begroting. De verschillen tussen de gemeenten nemen we op in de begrotingswijziging. Verdeling exploitatiekosten In de begroting van 2015 is een berekening opgenomen voor de verdeling van de exploitatiekosten. Vanwege de uitbreiding van het aantal fte s voor zowel de nieuwe taken als de bestaande taken hebben we opnieuw de verdeling van de exploitatiekosten per programma gemaakt. We hebben de kosten verdeeld op basis van de aanwijsbare fte s per programma. Voor de verdeling van de kosten per onderdeel per gemeente zie tabel 10. Halfjaarcijfers 2015 Augustus

107 Tabel 10 Verdeling kosten per onderdeel per gemeente Hillegom Lisse Noordwijk Noordwijkerhout Teylingen Totaal Participatie Totaal Participatie Inkomen I deel Exploitatiekosten Totaal inkomen Zorg Wmo - hulp bij het huishouden Wmo - begeleiding Wmo rolstoelen Wmo - vervoersvoorzieningen collectief vervoer overige Wmo - woonvoorzieningen Wmo - onderzoekskosten Wmo eigen bijdrage Totaal programma WMO Uitvoeringskosten WMO Subtotaal WMO Inkomensondersteunende voorz Uitvoeringskosten Ink. onderst. vz Totaal inkomensonderst. voorz Totaal Programma Zorg Waarvan exploitatielasten Jeugd Pgb Exploitatiekosten Totaal Jeugd Totaal bijdrage Gemeenten Halfjaarcijfers 2015 Augustus

108 Lijst van afkortingen AB Algemeen Bestuur ABP Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds AO Administratieve Organisatie AOW Algemene OuderdomsWet Arbo Arbeidsomstandigheden AWBZ Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten BB Bijzondere Bijstand BBV Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten Bbz Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 BUIG Bundeling van Uitkeringen Inkomensvoorziening aan Gemeenten CAK Centraal Administratie Kantoor CVV Collectief Vraagafhankelijk Vervoer DB Dagelijks Bestuur EB Eigen Bijdrage Fido Financiering decentrale overheden fte full-time equivalent GR Gemeenschappelijke Regeling HbH Hulp bij het huishouden HHT Huishoudelijke Hulp Toelage IAU Incidentele aanvullende uitkering IC Interne Controle I-deel Inkomens-deel Ioaw Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers Ioaz Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze zelfstandigen ISD Intergemeentelijke Sociale Dienst KCC Klant Contact Centrum KTO KlantTevredenheidsOnderzoek MT Management Team MTO MedewerkersTevredenheidsOnderzoek NVVK Nederlandse Vereniging voor VolksKrediet OR OndernemingsRaad P&O Personeel en Organisatie PC Product Centrum P-deel Participatie-deel PGB PersoonsGebonden Budget Pob Persoons Ondersteunend Budget PW ParticipatieWet RI&E Risico Inventarisatie en Evaluatie ROA Regeling opvang asielzoekers Sdv Schulddienstverlening Sisa Single information single audit SSCA Sportieve en Sociaal Culturele Activiteiten SVB Sociale VerzekeringsBank SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid UWV Uitvoeringsinstituut WerknemersVerzekeringen WI Wet Inburgering WIA Wet Inkomen naar Arbeidsvermogen WIJ Wet Investeren in Jongeren Wmo Wet maatschappelijke ondersteuning Wgsp Werkgeversservicepunt WSNP Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen ZIN Zorg In Natura Halfjaarcijfers 2015 Augustus

109 10 Wijziging van de gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek RV Wijziging gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek.pdf VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van december 2015 Besluit nummer: 2015_Raad_00098 Onderwerp: Wijziging van de gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek - Besluitvormend Beknopte samenvatting: De Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek wordt inhoudelijk aangepast in verband met wijzigingen in de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr). De Gemeenschappelijke Regeling wordt daarnaast aangepast op wijzigingen in overige wet- en regelgeving. Deze wijzigingen hebben grotendeels betrekking op de decentralisaties en zijn technisch van aard. Tenslotte is vanwege de decentralisaties, de omschrijving van het takenpakket aangepast. Uw raad wordt gevraagd toestemming aan het college te verlenen om de voorgestelde wijzigingen vast te stellen. Bestemd voor: Commissie Welzijn DE GEMEENTERAAD AANHEF Ingewonnen advies/adviezen: Bdr team JZ Bijgevoegde bijlage(n): Gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek 2016 Toelichting wijzigingen GR Toelichting beschermingsbewind (informatief) Directiestatuut ISD (informatief) Toelichting wijzigingen directiestatuut (informatief) aanbiedingsbrief GR 2016 (informatief) Brief erratum GR 2016 MOTIVERING Aanleiding en context: p 1 van 80

110 Door wijzigingen in de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) per 1 januari 2015 is het noodzakelijk geworden om de gemeenschappelijke regeling (GR) voor de ISD Bollenstreek inhoudelijk aan te passen. In de bijlage worden de wijzigingen artikelsgewijs toegelicht. Daarnaast maken wijzigingen in overige wet- en regelgeving, zoals de Participatiewet en de Jeugdwet, enkele technische wijzigingen noodzakelijk. Aangezien de ISD ook de schulddienstverlening uitvoert, is ook de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening in de regeling opgenomen. Vanwege deze wijzigingen is ook het takenpakket van de ISD Bollenstreek aangepast. Na aanbieding van de geconsolideerde regeling is een juridisch manco naar voren gekomen. Het betreft de bepaling inzake de archivering (artikel 51 van de regeling). Hierop is de wijziging van deze bepaling ingetrokken, en wordt voorgesteld op dit punt de bestaande bepaling te handhaven. De wijziging van de GR wordt tenslotte benut om tevens het directiestatuut aan te passen. Deze aanpassing is een bevoegdheid van het Dagelijks Bestuur. De wijziging van het directiestatuut wordt ter kennisneming als bijlage bijgevoegd. De aanpassing betreft een verruiming van de bevoegdheid van de directeur in personele kwesties. Het college is voornemens om de gewijzigde regeling vast te stellen. Bijgevoegd vindt u het ontwerp-besluit hiertoe. Uw raad wordt gevraagd hier toestemming voor te verlenen. Beoogd wordt om de gewijzigde regeling per 1 januari 2016 in te laten gaan. Beoogd resultaat: De GR ISD Bollenstreek is per 1 januari 2016 in overeenstemming met de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) en de overige wet- en regelgeving. Het takenpakket is geactualiseerd. Argumentatie: 1.1. De raad dient het college toestemming te verlenen. In artikel 1 lid 2 en lid 3 van de Wgr is bepaald, dat het college niet overgaat tot het treffen dan wel wijzigen van een regeling dan na verkregen toestemming van de gemeenteraad Er is geen sprake van strijd met het recht of het algemeen belang. De raad kan, ingevolge artikel 1 lid 2 van de Wgr, de toestemming enkel onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Daar is met deze wijzigingen geen sprake van De wijzigingen in de regeling volgen de wijzigingen in de Wgr. De regeling dient in overeenstemming te zijn met de Wgr. Hierdoor zijn er inhoudelijke aanpassingen aangebracht in de regeling.deze aanpassingen gaan ook niet verder dan het volgen van de Wgr De regeling is aangepast aan wijzigingen in diverse wet- en regelgeving. Het betreffen hier geen inhoudelijke wijzigingen, maar in hoofdzaak technische aanpassingen in de verwijzingen naar de wet- en regelgeving die ten grondslag liggen aan de taken die de ISD Bollenstreek uitvoert. Zo is de "Wet werk en bijstand" vervangen door de "Participatiewet", en zijn de Jeugdwet en de Wet gemeentelijke schulddienstverlening opgenomen. De wijziging betreffende het indienen van verzoeken tot beschermingsbewind door de ISD is in een afzonderlijke notitie nader toegelicht. p 2 van 80

111 Alternatieven: nvt Kanttekening: Geen. Aanpak / uitvoering: Besluitvorming vindt in twee fases plaats. In eerste instantie wordt de raad gevraagd om toestemming te verlenen om de regeling te wijzigingen. Na verkregen toestemming van de raad zal het college besluiten tot wijziging van de regeling. De ISD Bollenstreek zal de verdere afwikkeling op zich nemen. Participatie niveau: Initiatiefnemer, Beleidseigenaar Duurzaamheid: N.v.t. Deze beslissing wordt genomen rekening houdend met volgende adviezen: Bdr team JZ Het advies is gunstig. accoord, wel afgesproken dat met ISD overleg wordt geopend om voor volgende maal beschikking te krijgen over een ontwerp-besluit tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Op voorstel van het college van burgemeester en wethouders Beslist het volgende: VOORSTEL Besluitpunt 1: Het college toestemming te verlenen tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek overeenkomstig de in dit voorstel genoemde punten. BIJKOMENDE INFO BIJ HET BESLUIT Maatschappelijke Ontwikkeling Welzijn & Onderwijs Financiële consequenties: N.v.t. STEMMING Ontwerpbesluit door de gemeenteraad in vergadering van 17 december 2015 p 3 van 80

112 BIJLAGEN DIE INTEGRAAL DEEL UITMAKEN VAN HET BESLUIT Gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek 2016 Toelichting wijzigingen GR p 4 van 80

113 Gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek 2016 Bijlage 1 bij: Brief Wijziging Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek Gemeenschappelijke Regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst (ISD) Bollenstreek 2016 p 5 van 80

114 Preambule Het algemeen bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst van de gemeenten Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen, Overwegende dat, Zij het noodzakelijk acht de vigerende gemeenschappelijke regeling inhoudelijk en tekstueel te wijzigen in verband met de inwerkingtreding van de gewijzigde Wet gemeenschappelijke regelingen per 1 januari 2015 een memorie van toelichting aan de regeling is toegevoegd, het dagelijks bestuur een daartoe strekkend voorstel d.d. 24 september 2015 heeft gedaan; gelet op de gewijzigde Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht; a. Besluit de gemeenteraden van Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen voor te stellen om: het college toestemming te verlenen om de vigerende Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek per 1 januari 2016 te wijzigen; b. Besluit de colleges van Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen voor te stellen om per 1 januari 2016: de vigerende Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek te wijzigen, waardoor de: Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek als volgt komt te luiden: GR ISD Bollenstreek 2 van 34 September 2015 p 6 van 80

115 Inhoudsopgave: HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN... 5 ARTIKEL 1: BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 5 ARTIKEL 2: OPENBAAR LICHAAM... 5 ARTIKEL 3: DUUR VAN DE REGELING... 5 HOOFDSTUK 2: BELANG, TAKEN EN BEVOEGDHEDEN... 6 ARTIKEL 4: BELANG... 6 ARTIKEL 5: TAAK EN OPDRACHT... 6 ARTIKEL 6: BEVOEGDHEDEN... 7 ARTIKEL 7: DIENSTVERLENING... 7 HOOFDSTUK 3: INRICHTING... 8 ARTIKEL 10: BESTUURSORGANEN... 8 HOOFDSTUK 4: HET ALGEMEEN BESTUUR... 8 ARTIKEL 11: SAMENSTELLING, PLAATSVERVANGING EN ZITTINGSDUUR... 8 ARTIKEL 12: EINDE LIDMAATSCHAP... 8 ARTIKEL 13: BEVOEGDHEDEN ALGEMEEN BESTUUR... 9 ARTIKEL 14: WERKWIJZE... 9 ARTIKEL 15: QUORUM ARTIKEL 16: ONSCHENDBAARHEID ARTIKEL 17: VERGADERORDE ARTIKEL 18: BELANGENVERSTRENGELING ARTIKEL 19: STEMMING ARTIKEL 20: BESLUITVORMING ARTIKEL 21: STEMMEN OVER PERSONEN ARTIKEL 22: OVERIGE STEMMINGEN ARTIKEL 23: AMBTELIJKE BIJSTAND ARTIKEL 24: BESLOTEN VERGADERING ARTIKEL 25: INLICHTINGENPLICHT LID ALGEMEEN BESTUUR ARTIKEL 26: INLICHTINGENPLICHT ALGEMEEN BESTUUR ARTIKEL 27: VERANTWOORDING HOOFDSTUK 5: HET DAGELIJKS BESTUUR ARTIKEL 28: SAMENSTELLING ARTIKEL 29: EINDE LIDMAATSCHAP ARTIKEL 30: BEVOEGDHEDEN DAGELIJKS BESTUUR ARTIKEL 31: WERKWIJZE ARTIKEL 32: INLICHTINGENPLICHT AAN ALGEMEEN BESTUUR ARTIKEL 33: INLICHTINGENPLICHT AAN BESTUURSORGANEN GEMEENTEN ARTIKEL 34: VERANTWOORDING HOOFDSTUK 6: DE VOORZITTER ARTIKEL 35: AANWIJZING EN ONTSLAG ARTIKEL 36: TAKEN EN BEVOEGDHEDEN ARTIKEL 37: INFORMATIEPLICHT EN VERANTWOORDING HOOFDSTUK 7: DE DIRECTEUR ARTIKEL 38: DIRECTEUR ARTIKEL 39: TAKEN EN BEVOEGDHEDEN ARTIKEL 40: MANDAAT GR ISD Bollenstreek 3 van 34 September 2015 p 7 van 80

116 HOOFDSTUK 8: HET PERSONEEL ARTIKEL 41: PERSONEEL HOOFDSTUK 9: OPDRACHTFORMULERING ARTIKEL 42: OPDRACHTFORMULERING EN UITVOERINGSPLAN BESTUURSOPDRACHT ARTIKEL 43: BESTUURSRAPPORTAGE HOOFDSTUK 10: FINANCIËLE BEPALINGEN ARTIKEL 44: FINANCIËLE ADMINISTRATIE ARTIKEL 45: BEGROTINGSPROCEDURE ARTIKEL 46: BIJDRAGEN VAN DE GEMEENTEN ARTIKEL 47: PROGRAMMAKOSTEN ARTIKEL 48: EXPLOITATIEKOSTEN ARTIKEL 49: VERREKENING, RESERVES EN VOORZIENINGEN ARTIKEL 50: JAARREKENING HOOFDSTUK 11: HET ARCHIEF ARTIKEL 51: ARCHIEF HOOFDSTUK 12: TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING, GESCHILLEN, OPHEFFING EN KLACHTRECHT ARTIKEL 52: TOETREDING ARTIKEL 53: UITTREDING ARTIKEL 54: WIJZIGING ARTIKEL 55: LIQUIDATIE ARTIKEL 56: GESCHILLEN ARTIKEL 57: KLACHTRECHT HOOFDSTUK 13: SLOTBEPALINGEN ARTIKEL 58: INWERKINGTREDING ARTIKEL 59: TITEL ARTIKEL 60: SLOTBEPALING MEMORIE VAN TOELICHTING: DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ISD BOLLENSTREEK (HIERNA GR) DUALISERING DE TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN DE ISD BOLLENSTREEK HET BESTUUR VAN HET OPENBAAR LICHAAM OPDRACHTFORMULERING FINANCIËN TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING INWERKINGTREDING VAN DE GR GR ISD Bollenstreek 4 van 34 September 2015 p 8 van 80

117 Hoofdstuk 1: Algemene Bepalingen Artikel 1: Begripsomschrijvingen 1. Deze regeling verstaat onder: a. Samenwerkingsverband: het openbaar lichaam als bedoeld in artikel 2; b. Deelnemers: de aan deze regeling deelnemende gemeenten: Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen; c. Colleges: de colleges van burgemeester en wethouders; d. Gedeputeerde Staten: Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland; e. Algemeen bestuur: het algemeen bestuur van het samenwerkingsverband; f. Dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband; g. Voorzitter: de voorzitter van het samenwerkingsverband; h. Directeur: de door het algemeen bestuur van het samenwerkingsverband benoemde secretaris, die tevens de bestuurder in de zin van Wet op de ondernemingsraden is; i. Regeling: deze gemeenschappelijke regeling (GR); j. Wet: Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr); k. Gemeentewet: verwezen wordt naar de Gemeentewet zoals die op dit moment geldt; l. Uitvoeringsplan bestuursopdracht: de door het algemeen en dagelijks bestuur uitgewerkte jaarlijkse opdrachten van de deelnemers, inclusief de bedrijfseconomische en operationele vertaling van de door de gemeenten vastgestelde beleidsplannen en beleidskaders. 2. Waar in deze regeling artikelen van de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet, de in artikel 5 genoemde wetten en regelingen of enige andere wet of regeling van overeenkomstige toepassing worden verklaard, dienen in die artikelen in plaats van "de gemeente" en "het college van burgemeester en wethouders" onderscheidenlijk te worden gelezen "het samenwerkingsverband" en "het dagelijks bestuur". Artikel 2: Openbaar lichaam 1. Er is een openbaar lichaam als bedoeld in artikel 8 lid 1 van de Wet, genaamd "Intergemeentelijke Sociale Dienst (ISD) Bollenstreek", gevestigd en kantoor houdend te Lisse. 2. Het werkgebied van het samenwerkingsverband omvat het grondgebied van de deelnemers. Artikel 3: Duur van de regeling De regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd. GR ISD Bollenstreek 5 van 34 September 2015 p 9 van 80

118 Hoofdstuk 2: Belang, taken en bevoegdheden Artikel 4: Belang 1. De belangen die de deelnemers nastreven door deel te nemen in deze regeling zijn: - Verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening op het terrein van werk en inkomen; - Vermindering van de kwetsbaarheid van de afzonderlijke deelnemers; - Efficiëntere uitvoering van de aan het samenwerkingsverband opgedragen taken. 2. Het samenwerkingsverband behartigt de gemeenschappelijke belangen van de deelnemers ten aanzien van een klantgerichte uitvoering van de wetten waarvan de uitvoering is overgedragen aan het samenwerkingsverband. Dit geschiedt door middel van een rechtmatige, doelmatige en doeltreffende uitvoering, waarbij de belangen van de klant en diens zelfstandige bestaansvoorziening centraal staan. Artikel 5: Taak en opdracht 1. Door de colleges van de deelnemers is aan het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband de uitvoering en het vaststellen van de beleidsregels/nadere regels, overgedragen van: a. de Participatiewet; b. het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz); c. de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw); d. de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz); e. de Wet inburgering (Wi) zoals deze luidde op 31 december 2012 en de Wet van 13 september 2012 tot wijziging van de Wet inburgering en enkele andere wetten in verband met de versterking van de eigen verantwoordelijkheid van de inburgeringsplichtige (Stb. 2012, 430)de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen (Wko), voor zover het de individuele verstrekkingen betreft; f. de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) waar het betreft de maatwerkvoorziening; g. de Regeling gehandicapten parkeerkaart (GPK); h. de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening alsmede de afgifte van verklaringen op grond van de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp) en de indiening van verzoekschriften tot instelling van een bewind wegens verkwisting of het hebben van problematische schulden als bedoeld in artikel 432 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek; i. De uitbetaling en administratieve afhandeling van het persoonsgebonden budget (PGB) als bedoeld in de Jeugdwet; j. Algemene maatregelen van bestuur en uitvoeringsregelingen van de genoemde wet- en regelgeving; k. Wet- en regelgeving die in plaats treedt of voorheen van toepassing was van de onder a. tot en met i. genoemde wet- en regelgeving, alsmede het ter zake geldende overgangsrecht. 2. Het samenwerkingsverband adviseert (het bestuur van) de deelnemers en doet beleidsvoorstellen over de te voeren beleidskaders op het terrein van werk & inkomen en sociale zekerheid en de lokale / regionale arbeidsmarkt, de maatschappelijke ondersteuning en gemeentelijke schulddienstverlening. Het samenwerkingsverband vertegenwoordigt binnen haar bevoegdheden de deelnemers in alle met bovengenoemde taken samenhangende overlegstructuren. 3. Het samenwerkingsverband biedt personele ondersteuning bij de oefening voor, respectievelijk de uitvoering van, de van toepassing zijnde rampenplannen van de deelnemers. GR ISD Bollenstreek 6 van 34 September 2015 p 10 van 80

119 Artikel 6: Bevoegdheden Om de belangen genoemd in artikel 4 te kunnen verwezenlijken zijn door de colleges van de deelnemers de bevoegdheden en verantwoordelijkheden overgedragen aan het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband ten aanzien van de uitvoering van de in artikel 5 nader genoemde wetten en regelingen, alsmede de bijbehorende algemene maatregelen van bestuur, algemeen verbindende voorschriften en uitvoeringsregelingen. Artikel 7: Dienstverlening 1. Het samenwerkingsverband kan niet zelf besluiten tot uitbreiding van de overgedragen taken/bevoegdheden van de deelnemers aan het samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband kan, indien het algemeen bestuur hiertoe besluit (met toepassing van artikel 54), aan (een van) de deelnemers voorstellen om ook andere taken uit te voeren voor, respectievelijk diensten leveren aan (een of meerdere van) de deelnemers. 2. Het samenwerkingsverband verleent incidenteel diensten, op verzoek van gemeenten buiten het in artikel 2 lid 2 genoemde gebied, indien het algemeen bestuur hiermee instemt. De diensten worden verricht tegen een overeengekomen prijs. De beschrijving van de te leveren diensten, de wijze van kostenverrekening en de overige voorwaarden waaronder de diensten worden geleverd, worden vastgelegd in een overeenkomst tussen het college van de betreffende gemeente(n) en het algemeen bestuur. Artikel 8: Visie Het samenwerkingsverband is van en voor de gemeenten; Het samenwerkingsverband staat voor maximale zelfstandigheid van de burgers op het gebied van arbeid, inkomen en zorg; Het samenwerkingsverband is klantgericht, resultaatgericht en levert, in samenwerking met partners, maatwerk; Het samenwerkingsverband voert de opgedragen taken uit met betrokken, professioneel en kwalitatief goed personeel; Het samenwerkingsverband heeft ambitie. Artikel 9: Missie De ISD Bollenstreek maakt haar cliënten meer zelfstandig. GR ISD Bollenstreek 7 van 34 September 2015 p 11 van 80

120 Hoofdstuk 3: Inrichting Artikel 10: Bestuursorganen Het bestuur van het samenwerkingsverband bestaat uit: a. het algemeen bestuur, b. het dagelijks bestuur, c. de voorzitter. Hoofdstuk 4: Het algemeen bestuur Artikel 11: Samenstelling, plaatsvervanging en zittingsduur 1. Het algemeen bestuur bestaat uit tien leden die door de colleges van de deelnemers als volgt worden aangewezen: twee leden en twee plaatsvervangende leden uit het college van elke deelnemende gemeente. 2. De leden en de plaatsvervangende leden worden benoemd voor een periode, gelijk aan die van de zittingsduur van het college dat hen heeft aangewezen. 3. De leden van het algemeen bestuur blijven na het verstrijken van de in het tweede lid genoemde periode hun functie waarnemen tot het tijdstip dat de nieuwe leden zijn aangewezen. 4. De aanwijzing van de leden van het algemeen bestuur vindt zo mogelijk plaats in de eerste vergadering van de colleges in de nieuwe samenstelling, doch uiterlijk binnen zes weken na deze eerste vergadering. 5. Aftredende leden en plaatsvervangende leden kunnen opnieuw worden aangewezen. 6. De leden kunnen te allen tijde schriftelijk ontslag nemen. 7. Het betrokken college voorziet zo spoedig mogelijk in de tussentijdse vacatures doch uiterlijk binnen acht weken na het ontstaan daarvan. 8. Elke aanwijzing tot lid of plaatsvervangend lid wordt door het college binnen acht dagen schriftelijk medegedeeld aan de voorzitter. 9. Hij die ontslag neemt als lid van het algemeen bestuur blijft zijn functie waarnemen, tot zijn opvolger deze functie heeft aanvaard. 10. Het lidmaatschap en plaatsvervangend lidmaatschap van het algemeen bestuur is, onverlet het bepaalde in artikel 20 van de Wet, onverenigbaar met: a. Een dienstverband met een van de deelnemers of daaraan ondergeschikt; b. een dienstverband met het samenwerkingsverband, waaronder tevens begrepen de vormen van gesubsidieerde arbeid; c. een cliëntrelatie met het samenwerkingsverband. 11. De bepalingen voor de leden van het algemeen bestuur zijn van overeenkomstige toepassing op de plaatsvervanger(s). Artikel 12: Einde lidmaatschap 1. Het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt: a. doordat een lid zijn ontslag indient; b. door ontslag door het college dat hem heeft aangewezen in geval dit lid niet langer het vertrouwen van het college heeft, waarbij van het besluit onmiddellijk mededeling wordt gedaan aan de voorzitter; c. van rechtswege doordat het lid geen deel meer uitmaakt van het college dat hem heeft aangewezen; d. met ingang van de datum waarop onverenigbaarheid met het (plaatsvervangend) lidmaatschap ontstaat, zoals bedoeld artikel 11 lid 10; e. op de dag waarop de zittingsperiode van het college is beëindigd. GR ISD Bollenstreek 8 van 34 September 2015 p 12 van 80

121 2. Het lid dat ter vervulling van een tussentijdse vacature als lid van het algemeen bestuur wordt benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats dit lid is benoemd, zou hebben moeten aftreden. 3. De leden van het algemeen bestuur die tussentijds ontslag nemen, stellen de voorzitter van het algemeen bestuur alsmede het college dat hen heeft aangewezen hiervan op de hoogte. Het ontslag is onherroepelijk. Artikel 13: Bevoegdheden algemeen bestuur 1. Aan het algemeen bestuur komen in het kader van deze regeling alle bevoegdheden toe, die niet aan een ander bestuursorgaan zijn opgedragen. 2. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid oefent het algemeen bestuur in elk geval de volgende bevoegdheden uit: a. het aanwijzen van de voorzitter, alsmede de overige leden van het dagelijks bestuur; b. het vaststellen van een reglement van orde voor de vergaderingen van het algemeen bestuur; c. het vaststellen van de begroting, respectievelijk begrotingswijzingen en de jaarrekening; d. het vaststellen van een regeling voor het financieel en administratief beheer; e. het instellen van een vaste commissie van advies, waaronder een adviescommissie als bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht; f. het doen van voorstellen tot wijziging, toetreding, uittreding en opheffing van deze gemeenschappelijke regeling; g. het besluiten een lid van het dagelijks bestuur ontslag te verlenen, indien dit lid het vertrouwen van het algemeen bestuur niet meer bezit. h. het vaststellen van het inkoop- en aanbestedingsbeleid, alsmede de algemene voorwaarden van het samenwerkingsverband, op basis van het ter zake vigerende beleid van de deelnemers. 3. Het algemeen bestuur kan zijn bevoegdheden aan het dagelijks bestuur overdragen, met uitzondering van de bevoegdheden als genoemd in het vorige lid onder a tot en met g. Artikel 14: Werkwijze 1. Het algemeen bestuur stelt een reglement van orde voor zijn vergaderingen vast. 2. Besluiten worden genomen met volstrekte meerderheid van stemmen. Als de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. 3. In de vergadering heeft elk lid van het algemeen bestuur dat niet tevens lid is van het dagelijks bestuur twee stemmen. 4. Het algemeen bestuur vergadert zo vaak als hij daartoe heeft besloten, maar minimaal twee keer per jaar en verder zo dikwijls als de voorzitter of het dagelijks bestuur dit nodig acht of ten minste twee leden van het algemeen bestuur dit verzoeken (onder schriftelijke opgave van de te behandelen onderwerpen). In het laatste geval vindt de vergadering binnen twee weken na het gedane verzoek plaats. 5. De voorzitter roept de leden schriftelijk tot de vergadering op. 6. Tegelijkertijd met de oproep brengt de voorzitter dag, tijdstip en plaats van de vergadering ter openbare kennis. De agenda en de daarbij behorende voorstellen - met uitzondering van de in artikel 23 van de Wet bedoelde stukken worden tegelijkertijd met de oproep en op een bij de openbare kennisgeving aan te geven wijze ter inzage gelegd. 7. De vergaderingen van het algemeen bestuur zijn openbaar. 8. De deuren worden gesloten wanneer tenminste twee van de aanwezige leden daarom verzoeken of de voorzitter het nodig oordeelt. 9. Het algemeen bestuur beslist vervolgens of met gesloten deuren wordt vergaderd. GR ISD Bollenstreek 9 van 34 September 2015 p 13 van 80

122 Artikel 15: Quorum 1. De vergadering van het algemeen bestuur wordt niet geopend voordat blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is. 2. Indien ingevolge het eerste lid de vergadering niet kan worden geopend, belegt de voorzitter, onder verwijzing naar dit artikel, opnieuw een vergadering tegen een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de oproeping is gelegen. 3. Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. Het algemeen bestuur kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, indien blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is. Artikel 16: Onschendbaarheid De leden van het bestuur van het openbaar lichaam en andere personen die deelnemen aan de beraadslaging kunnen niet in rechte worden vervolgd of aangesproken voor dan wel worden verplicht getuigenis af te leggen als bedoeld in artikel 165 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering over hetgeen zij in de vergadering van het algemeen bestuur hebben gezegd of aan het algemeen bestuur schriftelijk hebben overgelegd. Artikel 17: Vergaderorde 1. De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering en is bevoegd, wanneer die orde op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken. 2. Hij is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen. 3. Hij kan het algemeen bestuur voorstellen aan een lid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd. Artikel 18: Belangenverstrengeling 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 2:4 van de Algemene wet bestuursrecht neemt een lid van het algemeen bestuur niet deel aan een stemming over: a. een aangelegenheid die hem rechtstreeks of middellijk persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken; b. de vaststelling of goedkeuring der rekening van een lichaam waaraan hij rekenplichtig is of tot welks bestuur hij behoort. 2. Bij een schriftelijke stemming wordt onder het deelnemen aan de stemming verstaan het inleveren van een stembriefje. 3. Een benoeming gaat iemand persoonlijk aan, wanneer hij behoort tot de personen tot wie de keuze door een voordracht of bij een herstemming is beperkt. GR ISD Bollenstreek 10 van 34 September 2015 p 14 van 80

123 Artikel 19: Stemming 1. Een stemming is alleen geldig, indien meer dan de helft van het aantal leden dat zitting heeft en zich niet van deelneming aan de stemming moet onthouden, daaraan heeft deelgenomen. 2. Het eerste lid is niet van toepassing: a. Ingeval opnieuw wordt gestemd over een voorstel of over een benoeming, voordracht of aanbeveling van een of meer personen ten aanzien van wie in een vorige vergadering een stemming op grond van dat lid niet geldig was; b. in een vergadering als bedoeld in artikel 15 lid 2 voor zover het betreft onderwerpen die in de daaraan voorafgaande, ingevolge artikel 15 lid 1 niet geopende vergadering aan de orde waren gesteld. Artikel 20: Besluitvorming 1. Voor het tot stand komen van een besluit bij stemming wordt de volstrekte meerderheid vereist van hen die een stem hebben uitgebracht. 2. Conform artikel 14 lid 3 hebben de leden van het algemeen bestuur die niet tevens lid zijn van het dagelijks bestuur twee stemmen. Leden van het algemeen bestuur die tevens lid zijn van het dagelijks bestuur hebben één stem. 3. Bij een schriftelijke stemming wordt onder het uitbrengen van een stem verstaan het inleveren van een behoorlijk ingevuld stembriefje. Artikel 21: Stemmen over personen 1. De stemming over personen voor het doen van benoemingen, voordrachten of aanbevelingen geschiedt bij gesloten en ongetekende stembriefjes. 2. Indien de stemmen staken over personen tot wie de keuze door een voordracht of bij een herstemming is beperkt, wordt in dezelfde vergadering een herstemming gehouden. 3. Staken bij deze stemming de stemmen opnieuw, dan beslist terstond het lot. Artikel 22: Overige stemmingen 1. De overige stemmingen geschieden bij hoofdelijke oproeping, indien de voorzitter of een van de leden dat verlangt. In dat geval geschieden zij mondeling. 2. Bij hoofdelijke oproeping is ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet van deelneming aan de stemming moet onthouden verplicht zijn stem voor of tegen uit te brengen. 3. Indien over een voorstel geen stemming wordt gevraagd, is het aangenomen. 4. Tenzij de vergadering voltallig is, wordt bij staking van stemmen het nemen van een besluit uitgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend. 5. Indien de stemmen staken in een voltallige vergadering of in een ingevolge het vierde lid opnieuw belegde vergadering, is het voorstel niet aangenomen. 6. Onder een voltallige vergadering wordt verstaan een vergadering waarin alle leden waaruit het algemeen bestuur bestaat, voor zover zij zich niet van deelneming aan de stemming moesten onthouden, een stem hebben uitgebracht. Artikel 23: Ambtelijke bijstand Het algemeen bestuur regelt op welke wijze ambtelijke bijstand wordt verleend aan de leden van het algemeen bestuur. GR ISD Bollenstreek 11 van 34 September 2015 p 15 van 80

124 Artikel 24: Besloten vergadering 1. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur over de geheimhouding van de inhoud van stukken is het bepaalde in artikel 23 van de Wet van toepassing. 2. In een besloten vergadering van het algemeen bestuur worden geen besluiten genomen over het programmaplan, de begroting, begrotingswijzigingen, de rekening, het liquidatieplan, toetreding en uittreding, wijziging van de regeling en ontslag en benoeming van de voorzitter en leden van het dagelijks bestuur. Artikel 25: Inlichtingenplicht lid algemeen bestuur 1. Een lid van het algemeen bestuur is gehouden aan het college dat dit lid heeft aangewezen, alle informatie te verstrekken die voor een juiste beoordeling van het door het lid van het algemeen bestuur gevoerde en te voeren beleid noodzakelijk is. 2. Een lid van het algemeen bestuur verstrekt aan het college dat dit lid heeft aangewezen de door één of meer leden gevraagde inlichtingen, zonodig onder geheimhouding zoals bepaald in artikel 16 en 23 van de Wet. 3. Het verzoek om inlichtingen wordt schriftelijk ter kennis gebracht van het door dit college aangewezen lid van het algemeen bestuur. 4. De gevraagde inlichtingen worden zo spoedig mogelijk schriftelijk verstrekt, zo mogelijk binnen vier weken. 5. Indien bij het lid van het algemeen bestuur overwegende bezwaren bestaan tegen het verstrekken van de gevraagde inlichtingen, wordt daarvan met redenen omkleed mededeling gedaan overeenkomstig het bepaalde in lid Dit artikel is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de gemeenteraad respectievelijk een of meer leden van die raad. Artikel 26: Inlichtingenplicht algemeen bestuur 1. Het algemeen bestuur verstrekt aan de gemeenteraad van een deelnemende gemeente de door één of meer leden van die raad gevraagde inlichtingen, zonodig onder geheimhouding zoals bepaald in artikel 16 en 23 van de Wet. 2. Een verzoek tot het verstrekken van inlichtingen wordt gericht aan het algemeen bestuur en ingediend bij de voorzitter. 3. De gevraagde inlichtingen worden zo spoedig mogelijk verstrekt, doch uiterlijk binnen één maand na ontvangst van het verzoek. Artikel 27: Verantwoording 1. Een lid of plaatsvervangend lid van het algemeen bestuur kan door het college dat het lid heeft aangewezen ter verantwoording worden geroepen voor het door hem in dat bestuur gevoerde beleid. Het afleggen van verantwoording geschiedt volgens het Reglement van Orde van het betreffende bestuursorgaan. 2. Het college van een deelnemende gemeente kan een door hem aangewezen lid van het algemeen bestuur ontslag verlenen indien dit lid niet meer het vertrouwen van het college geniet. Op het ontslagbesluit is artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing. 3. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de gemeenteraad. GR ISD Bollenstreek 12 van 34 September 2015 p 16 van 80

125 Hoofdstuk 5: Het dagelijks bestuur Artikel 28: Samenstelling 1. Het dagelijks bestuur bestaat uit de voorzitter en vier andere leden, aangewezen door en uit het algemeen bestuur. 2. Iedere deelnemer is vertegenwoordigd in het dagelijks bestuur. 3. De aanwijzing van leden van het dagelijks bestuur ter vervulling van plaatsen die openvallen vindt zo spoedig mogelijk plaats, doch uiterlijk binnen twee maanden na de melding van de opengevallen plaats. Artikel 29: Einde lidmaatschap 1. Het lidmaatschap van het dagelijks bestuur eindigt indien het lid ophoudt lid te zijn van het algemeen bestuur. 2. Een lid van het dagelijks bestuur kan te allen tijde ontslag nemen. 3. De leden van het dagelijks bestuur treden af op de dag waarop de zittingsperiode van de leden van het algemeen bestuur eindigt. Zij zijn na aftreden terstond herkiesbaar. Zij blijven hun functie waarnemen tot het moment dat het algemeen bestuur in nieuwe samenstelling nieuwe leden voor het dagelijks bestuur heeft aangewezen. 4. Een lid van het dagelijks bestuur kan door het algemeen bestuur worden ontslagen, als dit lid niet langer het vertrouwen van het algemeen bestuur bezit. Op het ontslagbesluit is artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing. Artikel 30: Bevoegdheden dagelijks bestuur 1. Het dagelijks bestuur is in ieder geval bevoegd: a. het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam te voeren, voor zover niet bij of krachtens de Wet of de regeling het algemeen bestuur hiermee is belast; b. beslissingen van het algemeen bestuur voor te bereiden en uit te voeren; c. regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie van het samenwerkingsverband; d. ambtenaren te benoemen, te schorsen en te ontslaan; e. tot privaatrechtelijke rechtshandelingen van het samenwerkingsverband te besluiten, met uitzondering van privaatrechtelijke rechtshandelingen als bedoeld in artikel 31a van de Wet; f. te besluiten namens het samenwerkingsverband, het dagelijks bestuur of het algemeen bestuur rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten, tenzij het algemeen bestuur, voor zover het het algemeen bestuur aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist. 2. Het dagelijks bestuur neemt, ook alvorens is besloten tot het voeren van een rechtsgeding, alle conservatoire maatregelen en doet wat nodig is ter voorkoming van verjaring of verlies van recht of bezit. 3. Het dagelijks bestuur is in het licht van het eerste en tweede lid in ieder geval belast met: a. het uitvoeren van de opdracht zoals bedoeld in artikel 5; b. het beheer van de eigendommen en geldmiddelen van het samenwerkingsverband; c. het houden van een voortdurend toezicht op het beheer en de exploitatie van het samenwerkingsverband, alsmede op al wat het samenwerkingsverband aangaat, waaronder de zorg voor de archiefbescheiden; GR ISD Bollenstreek 13 van 34 September 2015 p 17 van 80

126 d. het behartigen van de belangen van het samenwerkingsverband bij andere overheidslichamen en instellingen, diensten of personen, waarmee contact voor het samenwerkingsverband van belang is; e. het beslissen op bezwaarschriften gericht tegen besluiten op het terrein van de opdracht van het samenwerkingsverband genoemd in artikel 5; f. het nemen van een besluit of het doen van een uitvoeringshandeling naar aanleiding van een uitspraak van een administratieve of civiele rechter. 4. Het dagelijks bestuur kan een of meer leden van het dagelijks bestuur machtigen tot uitoefening van een of meer van zijn bevoegdheden, tenzij de regeling waarop de bevoegdheid steunt zich daartegen verzet. 5. Het dagelijks bestuur kan tevens mandaat verlenen aan de directeur of andere ambtenaren van de dienst, voor zover de aard van de bevoegdheid zich niet tegen mandatering verzet. Het dagelijks bestuur kan de directeur toestaan ondermandaat te verlenen. Artikel 31: Werkwijze 1. Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter of een ander lid van het dagelijks bestuur dit nodig acht, zulks onder opgave van de te behandelen onderwerpen. De vergadering vindt plaats binnen twee weken nadat het verzoek is ingekomen. Artikel 53 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing. 2. In het dagelijks bestuur kan alleen worden beraadslaagd of besloten, indien ten minste de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is. Artikel 56 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing. 3. Besluiten worden genomen met volstrekte meerderheid van stemmen. Als de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. 4. Ten aanzien van de verplichting tot geheimhouding is artikel 55 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. 5. De vergaderingen van het dagelijks bestuur worden met gesloten deuren gehouden, voor zover het dagelijks bestuur niet anders heeft bepaald. Artikel 54 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing. 6. Het dagelijks bestuur stelt een reglement van orde voor zijn vergaderingen en andere werkzaamheden vast, dat aan het algemeen bestuur wordt toegezonden. 7. De artikelen 16, 18, 19 en 20 van de regeling zijn van overeenkomstige toepassing. Artikel 32: Inlichtingenplicht aan algemeen bestuur 1. Het dagelijks bestuur geeft het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk alle inlichtingen die het algemeen bestuur voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft, zo nodig onder geheimhouding zoals bepaald in artikel 23 van de Wet. 2. Indien het algemeen bestuur dan wel een of meer leden van het algemeen bestuur hierom verzoeken, verstrekken de leden van het dagelijks bestuur, tezamen en ieder afzonderlijk, mondeling of schriftelijk alle gevraagde inlichtingen, zo nodig onder geheimhouding zoals bepaald in artikel 23 van de Wet 3. De inlichtingen bedoeld in het tweede lid worden schriftelijk of mondeling gevraagd aan de voorzitter. 4. De inlichtingen bedoeld in het tweede lid, worden zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen één maand, toegezonden aan de verzoeker. Een afschrift van de inlichtingen wordt gezonden aan de overige leden van het algemeen bestuur. GR ISD Bollenstreek 14 van 34 September 2015 p 18 van 80

127 Artikel 33: Inlichtingenplicht aan bestuursorganen gemeenten 1. Het dagelijks bestuur verstrekt aan de gemeenteraden van de deelnemers de door één of meer leden van die raden gevraagde inlichtingen, zo nodig onder geheimhouding overeenkomstig artikel 25, tweede lid, van de Gemeentewet en artikel 23, tweede lid, van de Wet. 2. De inlichtingen worden schriftelijk gevraagd en ingediend bij de voorzitter van het dagelijks bestuur. 3. De inlichtingen worden zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen één maand na ontvangst van het verzoek, verstrekt aan de verzoeker, alsmede aan de betreffende bestuursorganen van de overige deelnemers. Artikel 34: Verantwoording De leden van het dagelijks bestuur zijn, tezamen en ieder afzonderlijk, verantwoording verschuldigd aan het algemeen bestuur voor het door hen gevoerde bestuur. GR ISD Bollenstreek 15 van 34 September 2015 p 19 van 80

128 Hoofdstuk 6: De voorzitter Artikel 35: Aanwijzing en ontslag 1. De voorzitter van het bestuur wordt in de eerste vergadering van elke zittingsperiode door het algemeen bestuur uit zijn midden aangewezen, voor de duur van de zittingsperiode. 2. Het algemeen bestuur kan de voorzitter ontslag verlenen, indien deze het vertrouwen van het algemeen bestuur niet meer bezit. 3. Het algemeen bestuur wijst uit de andere leden van het dagelijks bestuur een plaatsvervangend voorzitter aan. Artikel 36: Taken en bevoegdheden 1. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur. 2. Bij verhindering of ontstentenis van de voorzitter wordt deze vervangen door zijn plaatsvervanger. 3. De voorzitter tekent de stukken die van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur uitgaan. De voorzitter kan de ondertekening van de stukken van het dagelijks bestuur opdragen aan een door hem aan te wijzen gemachtigde, zoals een ander lid van het dagelijks bestuur, de directeur of een of meer andere ambtenaren van het samenwerkingsverband. 4. De voorzitter vertegenwoordigt het samenwerkingsverband in en buiten rechte. De voorzitter kan de vertegenwoordiging opdragen aan een door hem aan te wijzen gemachtigde. Indien de voorzitter behoort tot het bestuur van een gemeente, die partij is in een geding waarbij het samenwerkingsverband is betrokken, wordt het samenwerkingsverband door een ander, door het dagelijks bestuur aan te wijzen, lid vertegenwoordigd. 5. De voorzitter is belast met het toezicht op de uitvoering van de besluiten van het algemeen en dagelijks bestuur en draagt zorg voor een spoedige afdoening van zaken. Artikel 37: Informatieplicht en verantwoording 1. Ten aanzien van de informatieplicht is het bepaalde in artikel 25 en 26 voor (leden van) het algemeen bestuur en het bepaalde in artikel 32 en 33 voor (leden van) het dagelijks bestuur van overeenkomstige toepassing. 2. Ten aanzien van het afleggen van verantwoording is het bepaalde in artikel 27 voor leden van het algemeen bestuur en het bepaalde in artikel 34 voor leden van het dagelijks bestuur van overeenkomstige toepassing. GR ISD Bollenstreek 16 van 34 September 2015 p 20 van 80

129 Hoofdstuk 7: De directeur Artikel 38: Directeur 1. Het samenwerkingsverband heeft een ambtelijke organisatie, waarvan de directeur aan het hoofd staat. 2. De directeur van het samenwerkingsverband is tevens de secretaris van het samenwerkingsverband. 3. De directeur wordt benoemd door het het dagelijks bestuur. Voorafgaand aan de benoeming maakt het dagelijks bestuur een aanbeveling van twee personen op voor het algemeen bestuur, waarna het algemeen bestuur zijn zienswijze kenbaar kan maken aan het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur kan de directeur schorsen en ontslaan. Voorafgaand aan de schorsing of het ontslag stelt het dagelijks bestuur het algemeen bestuur in de gelegenheid zijn zienswijze kenbaar te maken. 4. Het dagelijks bestuur kan in spoedeisende gevallen tot onmiddellijke schorsing van de directeur overgaan. Het dagelijks bestuur doet daarvan terstond mededeling aan het algemeen bestuur en stelt het algemeen bestuur in de gelegenheid zijn zienswijze te geven. Op basis van de zienswijze van het algemeen bestuur kan het dagelijks bestuur besluiten de schorsing te laten vervallen. 5. Het dagelijks bestuur regelt de vervanging van de directeur. Artikel 39: Taken en bevoegdheden 1. De bestuursorganen van het samenwerkingsverband worden bijgestaan door de directeur, aan wie in het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur een adviserende stem toekomt. De directeur is in de vergadering van het algemeen bestuur en van het dagelijks bestuur aanwezig. 2. De directeur is belast met de dagelijkse leiding van het samenwerkingsverband. 3. De directeur ondertekent mede alle stukken die van het algemeen en dagelijks bestuur uitgaan. 4. Het vorige lid is niet van toepassing indien de ondertekening van stukken die van het dagelijks bestuur uitgaan ingevolge artikel 36 lid 3 aan een ander is opgedragen. 5. De taken en bevoegdheden van de directeur worden vastgelegd in een directiestatuut, onverminderd het bepaalde in de artikelen 30 en 40. Het statuut wordt vastgesteld door het dagelijks bestuur en vervolgens ter kennis gebracht van het algemeen bestuur. 6. De directeur is bestuurder in de zin van de Wet op de ondernemingsraden. 7. Voorafgaand aan elk begrotingsjaar wordt in overleg tussen de voorzitter en de directeur een managementcontract opgesteld, waarin de taakstellende opdracht van de directeur voor het komende jaar wordt vastgelegd. 8. De directeur is verantwoording schuldig aan het dagelijks bestuur. Artikel 40: Mandaat 1. Ten aanzien van de bedrijfsvoering in de organisatie draagt het dagelijks bestuur zijn bevoegdheden in mandaat op aan de directeur, voor zover de aard van de bevoegdheid zich niet tegen mandatering verzet. Het dagelijks bestuur kan de directeur toestaan ondermandaat te verlenen. 2. Het dagelijks bestuur stelt, uit een oogpunt van doelmatig en doeltreffend bestuur en de uitoefening van bevoegdheden binnen de organisatie een algemeen mandaat- en volmachtbesluit vast. GR ISD Bollenstreek 17 van 34 September 2015 p 21 van 80

130 Hoofdstuk 8: Het personeel Artikel 41: Personeel 1. Het dagelijks bestuur kan ten behoeve van het samenwerkingsverband personeel in dienst nemen: a. als ambtenaar; b. op basis van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht; c. op basis van enig ander verbindend voorschrift, waaronder regelingen in het kader van gesubsidieerde arbeid. 2. Op het personeel, aangesteld als ambtenaar, zijn van toepassing de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor het gemeentepersoneel. 3. Het algemeen bestuur beslist over de toepassing van arbeidsvoorwaarden die buiten de kaders van de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling vallen, alsmede over de (secundaire) arbeidsvoorwaarden in geval van een dienstverband naar burgerlijk recht dan wel over de toepassing van (secundaire) arbeidsvoorwaarden in geval van een dienstverband op basis van enige andere bindende regeling, voor zover deze niet in de regeling zijn bepaald. 4. De directeur kan namens het dagelijks bestuur worden belast met de benoeming, schorsing en het ontslag van het personeel, alsmede het opleggen van disciplinaire maatregelen. 5. Het dagelijks bestuur stelt de functieomschrijvingen vast. 6. Het dagelijks bestuur stelt regels vast omtrent de ambtelijke organisatie van het samenwerkingsverband. GR ISD Bollenstreek 18 van 34 September 2015 p 22 van 80

131 Hoofdstuk 9: Opdrachtformulering Artikel 42: Opdrachtformulering en uitvoeringsplan bestuursopdracht 1. Op basis van het door de raad vastgestelde beleid (kaderstelling) formuleren de afzonderlijke colleges voor 1 juli voorafgaande op het eerstvolgende begrotingsjaar de opdracht aan het samenwerkingsverband voor het betreffende begrotingsjaar. 2. Het dagelijks bestuur stelt, vóór 15 april voorafgaand aan het begrotingsjaar waarop het betrekking heeft, het programmaplan op, dat onderdeel uitmaakt van de ontwerpbegroting, waarin opgenomen de concreet te realiseren taakstellingen, in totaal en per afzonderlijke deelnemer. 3. Het dagelijks bestuur biedt dit programmaplan, gelijktijdig met de meerjarenbegroting en de ontwerpbegroting zoals bedoeld in artikel 45 vervolgens aan de colleges en raden van de deelnemers aan. 4. Het algemeen bestuur stelt het programmaplan, de meerjarenbegroting en de begroting vast vóór 1 juli, met inachtneming van de reactie van de colleges en de raden van de deelnemers. 5. Het algemeen bestuur stelt uiterlijk op 15 oktober voorafgaand aan het begrotingsjaar, op basis van het voorstel van het dagelijks bestuur, het uitvoeringsplan bestuursopdracht vast. 6. Wanneer het uitvoeringsplan bestuursopdracht niet binnen de vastgestelde begroting uitgevoerd kan worden, leidt dit tot een begrotingsprocedure zoals bedoeld in artikel Het dagelijks bestuur levert aan de colleges en raden van de deelnemers een evaluatie van het beleid en de begroting in het lopende jaar na de eerste zes maanden ten behoeve van de behandeling van de gemeentebegrotingen van de deelnemers, een en ander zoals bedoeld in artikel 43. Artikel 43: Bestuursrapportage 1. Het algemeen bestuur verstrekt aan de colleges en raden van de deelnemers een bestuursrapportage waarin opgenomen: a. de voortgang van de uitvoering van het programmaplan; b. de financiële verantwoording van de uitvoering over de betreffende periode; c. de ontwikkelingen ten aanzien van lopend en voorgenomen beleid. Deze gegevens hebben betrekking op de eerste zes maanden en worden aangeleverd voor 1 september en omvatten de informatie zoals bedoeld in artikel 42 lid Desgewenst vindt overleg plaats tussen de raden van de deelnemers en (een vertegenwoordiging van) het algemeen bestuur waarin toelichting wordt gegeven op de betreffende bestuursrapportage, de stand van zaken en de verwachte ontwikkelingen. GR ISD Bollenstreek 19 van 34 September 2015 p 23 van 80

132 Hoofdstuk 10: Financiële bepalingen Artikel 44: Financiële administratie 1. Het algemeen bestuur stelt bij verordening vast: a. de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en de inrichting van de financiële organisatie van het samenwerkingsverband, een en ander conform artikel 212 Gemeentewet. De verordening waarborgt, dat aan de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle wordt voldaan; b. regels voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van het samenwerkingsverband, een en ander conform artikel 213 Gemeentewet. De verordening waarborgt onder meer dat de rechtmatigheid van het financiële beheer en van de inrichting van de financiële organisatie worden getoetst. c. Regels met betrekking tot de uitvoering van periodiek onderzoek, een en ander conform artikel 213a Gemeentewet. 2. De verordeningen als bedoeld in het eerste lid worden door het dagelijks bestuur, binnen twee weken na vaststelling door het algemeen bestuur, toegezonden aan de raden van de deelnemers en Gedeputeerde Staten. 3. De voor de uitvoering van de taken benodigde middelen worden op basis van de vastgestelde begroting door de gemeenten aan het samenwerkingsverband beschikbaar gesteld. Artikel 45: Begrotingsprocedure 1. Het dagelijks bestuur stelt jaarlijks een ontwerpbegroting met toelichting en een meerjarenbegroting met toelichting voor tenminste drie op het begrotingsjaar volgende jaren op. 2. Het dagelijks bestuur zendt jaarlijks vóór 15 april deze ontwerpbegroting en meerjarenbegroting van het samenwerkingsverband voor het komende begrotingsjaar, vergezeld van een toelichting, toe aan de raden van de deelnemers. 3. De ontwerpbegroting en de meerjarenbegroting, alsmede de eventuele nota van wijzigingen, worden voor een ieder ter inzage gelegd en tegen betaling van de kosten algemeen verkrijgbaar gesteld. Het bepaalde in artikel 35 lid 2 van de Wet is van overeenkomstige toepassing. 4. De raden van de deelnemers kunnen binnen acht weken na toezending van de ontwerpbegroting het dagelijks bestuur van hun zienswijze aangeven. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren waarin de zienswijze van de raden zijn vervat, bij de ontwerpbegroting, zoals deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden. 5. De zienswijze van de raden alsmede de eventuele nota van wijzigingen worden uiterlijk twee weken voor de vaststelling toegezonden aan het algemeen bestuur. 6. Het algemeen bestuur stelt de begroting vast vóór 1 juli van het jaar voorafgaande aan het jaar, waarvoor de begroting moet dienen. 7. Terstond na de vaststelling zendt het algemeen bestuur de begroting en de meerjarenbegroting aan de raden van de deelnemers. 8. Het dagelijks bestuur zendt de begroting en de meerjarenbegroting binnen twee weken na vaststelling, doch uiterlijk vóór 1 augustus voor het jaar waarop zij betrekking hebben, aan Gedeputeerde Staten. 9. Met betrekking tot begrotingswijzigingen is het bepaalde in de voorgaande leden van dit artikel van overeenkomstige toepassing, met uitzondering van de wijzigingen die geen invloed hebben op de bijdragen van de deelnemers en de genoemde data. GR ISD Bollenstreek 20 van 34 September 2015 p 24 van 80

133 Artikel 46: Bijdragen van de gemeenten 1. In de begroting staat welke bijdrage elke gemeente verschuldigd is voor alle kosten van het samenwerkingsverband. 2. De deelnemers betalen bij wijze van voorschot op de eerste dag van de maand een twaalfde van de in het eerste lid bedoelde bijdrage. 3. De kosten die het samenwerkingsverband aan de deelnemers toerekent, bestaan uit programma en exploitatiekosten. 4. De deelnemers zullen er steeds voor zorg dragen dat het samenwerkingsverband over voldoende middelen beschikt om aan al zijn verplichtingen te kunnen voldoen. 5. De deelnemende gemeenten staan garant voor de betaling van de rente en aflossingen van de door het samenwerkingsverband te sluiten of afgesloten geldleningen voor zover ter zake door andere overheden geen garanties worden of zijn verstrekt. 6. Indien aan het algemeen bestuur blijkt dat een deelnemer weigert deze uitgaven op te nemen in zijn begroting, doet het algemeen bestuur onverwijld aan Gedeputeerde Staten het verzoek over te gaan tot toepassing van de artikelen 194 en 195 van de Gemeentewet. Artikel 47: Programmakosten 1. Tot de programmakosten behoren: a. alle met de uitvoering van het beleid samenhangende kosten conform de vastgestelde programmabegroting; b. de programmakosten worden opgenomen in de programmabegroting. 2. De uitkeringslasten van de deelnemers in het kader van de Bundeling van Uitkeringen Inkomensvoorziening aan Gemeenten (BUIG) worden getotaliseerd. Hierop wordt de bijdrage van het rijk in mindering gebracht. Het resterende saldo wordt toegerekend aan, respectievelijk verdeeld over de deelnemers op basis van de verdeelsleutel zoals bedoeld in artikel 48 lid De lasten voortvloeiend uit de re-integratieactiviteiten van de deelnemers worden, voor dat deel dat aan het samenwerkingsverband is overgedragen, getotaliseerd. Hierop wordt de bijdrage van het rijk in mindering gebracht. Het resterende saldo wordt toegerekend aan, respectievelijk verdeeld over de deelnemers op basis van de verdeelsleutel zoals bedoeld in artikel 48 lid De overige programmakosten worden rechtstreeks toegerekend aan de gemeente waarvoor de kosten zijn gemaakt. Artikel 48: Exploitatiekosten 1. Tot de exploitatiekosten behoren alle kosten van het samenwerkingsverband die niet behoren tot de programmakosten, zoals (niet limitatief): a. De personeelskosten van het samenwerkingsverband; b. De kosten van huisvesting, de werkplekinrichting en de overige inrichtingskosten; c. De kosten van automatisering; d. De kosten voor inhuur van derden; e. Advieskosten; f. Accountantskosten; g. Overige uitvoeringskosten, waaronder vergoedingen voor leden van commissies, representatiekosten, kosten Cliëntenraad. 2. Deze kosten worden aan elke deelnemer toegerekend op basis van de verdeelsleutel, die als volgt is opgebouwd: 50% op basis van het inwoneraantal van de individuele deelnemers en 50% op basis van het aantal lage inkomens binnen de individuele deelnemers. GR ISD Bollenstreek 21 van 34 September 2015 p 25 van 80

134 Artikel 49: Verrekening, reserves en voorzieningen 1. Het samenwerkingsverband brengt de kosten, zoals bedoeld in artikel 47 en 48, bij de deelnemers in rekening. 2. Reserves en voorzieningen worden gevormd overeenkomstig uitgevaardigde richtlijnen conform de financiële regeling van het algemeen bestuur. Deze moeten voldoen aan het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. 3. De richtlijnen zijn opgenomen in de door het algemeen bestuur vast te stellen nota reserves en voorzieningen. Artikel 50: Jaarrekening 1. Het dagelijks bestuur zendt jaarlijks voor 15 april de voorlopige jaarrekening van het samenwerkingsverband betreffende het daaraan voorafgaande jaar toe aan de raden van de deelnemers. 2. Het dagelijks bestuur legt jaarlijks voor 1 juli aan het algemeen bestuur verantwoording af over het afgelopen begrotingsjaar, onder overlegging van de opgestelde jaarrekening, het jaarverslag met de daarbij behorende bescheiden, en een berekening van de door de deelnemers te betalen bijdragen, alsmede het rapport van de met de controles belaste accountant. 3. Het algemeen bestuur onderzoekt de jaarrekening en stelt haar vast uiterlijk op 1 juli, volgende op het jaar waarop deze betrekking heeft, inclusief de bijdragen die de afzonderlijke deelnemers betalen in het exploitatietekort. 4. De stukken zoals bedoeld in lid 2 worden, na vaststelling door het algemeen bestuur, ter kennisname aan de raden van de deelnemers toegezonden. 5. Het dagelijks bestuur zendt de jaarrekening en alle bijbehorende stukken binnen twee weken na vaststelling, doch in ieder geval vóór 15 juli van het jaar volgende op het jaar waarop de jaarrekening betrekking heeft, aan de raden van de deelnemers en Gedeputeerde Staten. 6. Vaststelling van de jaarrekening strekt het dagelijks bestuur tot decharge behoudens later in rechte gebleken valsheid in geschrifte of andere onregelmatigheden. GR ISD Bollenstreek 22 van 34 September 2015 p 26 van 80

135 Hoofdstuk 11: Het archief Artikel 51: Archief 1. Het algemeen bestuur stelt de archiefverordening voor het samenwerkingsverband vast, met inachtneming van artikel 41 lid 2 Archiefwet De verordening wordt ter kennisneming aan Gedeputeerde Staten gezonden. 2. Het dagelijks bestuur is belast met de zorg voor de archiefbescheiden van het samenwerkingsverband en zijn bestuursorganen overeenkomstig de door het algemeen bestuur vastgestelde regels, zoals bedoeld in lid De directeur van het samenwerkingsverband is belast met het beheer van de archiefbescheiden, doch kan dit in mandaat overdragen aan een andere ambtenaar. 4. Het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband oefent het toezicht uit op het in lid 3 bedoelde beheer. 5. Voor de bewaring van de op grond van artikel 12 lid 1 en artikel 13 lid 1 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden van de organen van het samenwerkingsverband is de archiefbewaarplaats van het samenwerkingsverband aangewezen. 6. De in lid 5 bedoelde archiefbescheiden worden beheerd door de directeur van het samenwerkingsverband, die dit in mandaat kan overdragen aan een andere ambtenaar. 7. Na opheffing van de gemeenschappelijke regeling worden de in lid 3 en 5 bedoelde archiefbescheiden overgebracht naar de archiefbewaarplaats van de gemeente Teylingen. GR ISD Bollenstreek 23 van 34 September 2015 p 27 van 80

136 Hoofdstuk 12: Toetreding, uittreding, wijziging, geschillen, opheffing en klachtrecht Artikel 52: Toetreding 1. Het college van de gemeente dat wenst toe te treden tot de regeling, richt het verzoek daartoe aan het algemeen bestuur, en overlegt daarbij het besluit tot toestemming van de gemeenteraad. 2. Het algemeen bestuur zendt het verzoek als bedoeld in lid 1 binnen drie maanden door aan de colleges en raden van de deelnemers onder overlegging van zijn advies omtrent de toetreding en de daaraan te verbinden voorwaarden, inclusief de eventuele toetredingskosten. 3. Toetreding vindt plaats indien tenminste drievierde van de colleges der deelnemers, na verkregen toestemming van hun raden, daarmee instemmen. 4. De colleges van de deelnemers besluiten over de toetreding, inclusief de voorwaarden en gevolgen, binnen drie maanden na de toezending door het algemeen bestuur zoals bedoeld in het tweede lid. 5. De toetreding gaat in op 1 januari volgend op het jaar waarin het verzoek om toetreding is ontvangen, tenzij het besluit een latere datum noodzaakt. 6. Het college van de gemeente Lisse draagt overeenkomstig artikel 26 van de Wet zorg voor: a. de kennisgeving van het besluit tot toetreding aan Gedeputeerde Staten; b. de tijdige bekendmaking in alle deelnemende gemeenten door kennisgeving van de inhoud van het besluit tot toetreding in de Staatscourant. 7. Terstond na de toetreding worden door het college van de toetredende gemeente diens leden van het algemeen bestuur aangewezen. Artikel 53: Uittreding 1. Het college van een deelnemer dat wenst uit te treden richt het verzoek daartoe aan het algemeen bestuur. 2. Aan de uittreding kunnen door het algemeen bestuur voorwaarden en gevolgen worden verbonden. 3. Uittreding binnen drie jaar na toetreding is niet mogelijk. 4. Het algemeen bestuur zendt het in het eerste lid bedoelde verzoek binnen drie maanden na ontvangst aan de colleges en de raden van de deelnemers voor het nemen van een besluit over de aan de uittreding te verbinden voorwaarden en gevolgen zoals bedoeld in het tweede lid onder overlegging van zijn advies. 5. Alle colleges besluiten over de voorwaarden en gevolgen van uittreding binnen een termijn van drie maanden na de toezending door het algemeen bestuur als bedoeld in het vierde lid. 6. De uittreding vindt niet eerder plaats dan op 31 december van het jaar volgend op het jaar waarin het algemeen bestuur van het besluit genoemd in lid 1 in kennis is gesteld. 7. Het college van de gemeente Lisse draagt overeenkomstig artikel 26 van de Wet zorg voor: a. de kennisgeving van het besluit tot uittreding aan Gedeputeerde Staten; b. de tijdige bekendmaking in alle deelnemende gemeenten door kennisgeving van de inhoud van het besluit tot uittreding in de Staatscourant. 8. De nadelige financiële gevolgen voor het samenwerkingsverband, die veroorzaakt worden door de uittreding, inclusief de hierdoor ontstane (wachtgeld)verplichtingen, worden bij de uittredende deelnemer in rekening gebracht. 9. Voor de vaststelling van de financiële gevolgen als bedoeld in lid 7 wordt door het algemeen bestuur en de uittredende deelnemer gezamenlijk advies gevraagd aan een onafhankelijke externe deskundige. Het advies van deze deskundige is voor partijen bindend. 10. De uittredende deelnemer is gehouden om binnen zes maanden na uittreding aan de vastgestelde financiële verplichtingen te voldoen. GR ISD Bollenstreek 24 van 34 September 2015 p 28 van 80

137 Artikel 54: Wijziging 1. Het dagelijks bestuur, alsmede de colleges en raden van de deelnemers kunnen aan het algemeen bestuur voorstellen doen tot wijziging van de regeling. 2. Indien het algemeen bestuur wijziging van de regeling wenselijk acht, doet het dagelijks bestuur het door het algemeen bestuur vastgestelde voorstel ter besluitvorming toekomen aan de colleges van de deelnemers. 3. De regeling wordt gewijzigd zodra door drievierde meerderheid van de colleges van de deelnemers, na verkregen toestemming van hun raden, tot de wijziging heeft besloten. 4. Het college van de gemeente Lisse draagt overeenkomstig artikel 26 van de Wet zorg voor: a. de kennisgeving van het besluit tot wijziging aan Gedeputeerde Staten; b. de tijdige bekendmaking in alle deelnemende gemeenten door kennisgeving van de inhoud van het besluit tot wijziging in de Staatscourant Artikel 55: Liquidatie 1. De regeling wordt opgeheven wanneer drievierde meerderheid van de colleges van de deelnemers, na toestemming te hebben verkregen van de gemeenteraden, daartoe besluit. 2. Ingeval van opheffing van de gemeenschappelijke regeling besluit het algemeen bestuur tot liquidatie en stelt daarvoor de noodzakelijke regels op. 3. Het liquidatieplan wordt door het algemeen bestuur, de colleges van de deelnemers gehoord, vastgesteld. 4. Het liquidatieplan voorziet in de verplichtingen van de deelnemers tot deelneming in de financiële gevolgen van de opheffing. 5. Het liquidatieplan voorziet in de gevolgen die de opheffing heeft voor het personeel. 6. Het dagelijks bestuur is belast met de uitvoering van de liquidatie. 7. De organen van het samenwerkingsverband blijven ook na het tijdstip van opheffing in functie, totdat de liquidatie is voltooid. 8. Het college van de gemeente Lisse draagt overeenkomstig artikel 26 van de Wet zorg voor: a. de kennisgeving van het besluit tot opheffing aan Gedeputeerde Staten; b. de tijdige bekendmaking in alle deelnemende gemeenten door kennisgeving van de inhoud van het besluit tot opheffing in de Staatscourant. 9. Artikel 56: Geschillen 1. Voordat over een geschil als bedoeld in artikel 28 van de Wet de beslissing van Gedeputeerde Staten wordt ingeroepen, legt het algemeen bestuur het geschil voor aan een geschillencommissie. 2. De geschillencommissie bestaat uit drie leden. Een lid wordt aangewezen door het algemeen bestuur en een lid wordt aangewezen door de betrokken deelnemer(s). Deze twee leden wijzen gezamenlijk een derde lid aan dat tevens als voorzitter van de commissie optreedt. 3. De geschillencommissie hoort de bij het geschil betrokken besturen. 4. De geschillencommissie brengt advies uit over de mogelijkheden partijen tot overeenstemming te brengen. Artikel 57: Klachtrecht Conform artikel 1 lid 1 onder b van de Wet Nationale ombudsman is de Nationale ombudsman als bedoeld in artikel 2 van de Wet Nationale ombudsman bevoegd tot het behandelen van verzoekschriften als bedoeld in artikel 9:18 van de Algemene wet bestuursrecht. GR ISD Bollenstreek 25 van 34 September 2015 p 29 van 80

138 Hoofdstuk 13: Slotbepalingen Artikel 58: Inwerkingtreding 1. De gewijzigde regeling treedt in werking op 1 januari 2016, nadat bekendmaking als bedoeld in artikel 26 lid 2 van de Wet door het college van de gemeente Lisse en opneming in de registers zoals bedoeld in artikel 27 van de Wet heeft plaatsgevonden. 2. Het college van de gemeente Lisse zendt de regeling aan Gedeputeerde Staten. Artikel 59: Titel De regeling kan worden aangehaald als Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek. Artikel 60: Slotbepaling In alle gevallen waarin de regeling niet voorziet beslist het algemeen bestuur. Aldus vastgesteld dd..., door: GR ISD Bollenstreek 26 van 34 September 2015 p 30 van 80

139 Memorie van Toelichting: Aan de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek is de navolgende Memorie van Toelichting toegevoegd. 1. De gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek (hierna GR) In aanhef van de regeling is aangegeven, dat de deelnemers in de GR het wenselijk en noodzakelijk achten de regeling te wijzigen. De overwegingen daarbij zijn: Het algemeen bestuur van de ISD Bollenstreek acht het noodzakelijk de vigerende gemeenschappelijke regeling inhoudelijk en tekstueel te wijzigen in verband met: a. het aanpassen van geconstateerde onvolkomenheden en b. het verduidelijken van de relaties tussen de gemeentebesturen en de bestuursorganen van de gemeenschappelijke regeling. c. De nieuwe Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) die per 1 januari 2015 inwerking is getreden. De GR is getroffen door de colleges van burgemeester en wethouders van de vijf deelnemende gemeenten. Dat de GR getroffen is door de colleges van de deelnemers brengt tot uitdrukking dat de ISD Bollenstreek een uitvoeringsorganisatie is. Er zijn geen bevoegdheden van de raden, zoals het vaststellen van algemeen verbindende voorschriften, overgedragen aan het bestuur van de regeling. De kaderstellende (en controlerende) bevoegdheden blijven ongewijzigd bij de afzonderlijke gemeenteraden. De beleidskaders, die door de ISD Bollenstreek worden uitgevoerd, worden door de raden van de deelnemende gemeenten vastgesteld. De ISD Bollenstreek heeft wel een adviserende en beleidsvoorbereidende rol ten aanzien van het te voeren beleid. Het is wel de bevoegdheid van het dagelijks bestuur om nadere (beleids)regels vast te stellen, uiteraard binnen de door de raden gestelde kaders. Wanneer geen sprake zou zijn geweest van een GR is het college het bevoegde orgaan om dit te doen. Nu de colleges hun bevoegdheden aan het bestuur van de GR hebben overgedragen, treedt het dagelijks bestuur in de plaats van de colleges. De juridische structuur van de samenwerking tussen de vijf gemeenten is ongewijzigd. Bij de GR is een openbaar lichaam ingesteld, conform artikel 8 lid 1 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (verder: Wgr). Dit openbaar lichaam bezit rechtspersoonlijkheid, wat inhoudt dat het een juridische entiteit is, die zelfstandig aan het rechtsverkeer kan deelnemen. De rechtspersoonlijkheid zorgt ervoor dat het bestuur van de regeling privaatrechtelijke rechtshandelingen kan verrichten (art. 2:5 BW jo. art. 3:32 BW) en ambtenaren in dienst kan hebben (art. 1 Ambtenarenwet). De deelnemende colleges dragen hun bevoegdheden over aan het samenwerkingsverband voor zover betrekking hebbend op de taakvelden (uitvoering van wet- en regelgeving) zoals aangegeven in artikel 5 GR. Voor het aangaan van de GR door de colleges is overigens toestemming vereist van de raden (art. 1 lid 2 Wgr). 2. Dualisering Bij de invoering van de Wet dualisering gemeentebestuur in 2002 werd door de regering besloten dat de dualisering niet van toepassing was op intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. In de GR bleef het monistisch systeem gehandhaafd 1 (verlengd lokaal bestuur). Dit was van belang voor de verdeling van de bevoegdheden over de bestuursorganen, het algemeen bestuur het dagelijks bestuur en de voorzitter. De (oude) Wgr verwees naar artikelen uit de Gemeentewet die voor de GR van toepassing waren. Hierbij werd dan verwezen naar de Gemeentewet zoals die van toepassing was voorafgaand aan de dualisering. In die situatie kwamen alle bevoegdheden in beginsel toe aan de raad. Het college was bevoegd tot het dagelijks bestuur en de voorbereiding en uitvoering van raadsbesluiten. In lijn hiermee kwamen in beginsel alle bevoegdheden toe aan het algemeen bestuur. Het dagelijks bestuur had als taken het voeren van het dagelijks bestuur en het voorbereiden en uitvoeren van besluiten van het algemeen bestuur. 1 Zie art. VIIIa Wet dualisering gemeentebestuur GR ISD Bollenstreek 27 van 34 September 2015 p 31 van 80

140 Bij medebewindstaken lag de situatie echter anders. Bij de Wet dualisering gemeentelijke medebewindbevoegdheden en het Besluit dualisering gemeentelijke en provinciale medebewindbevoegdheden werden de bevoegdheden in medebewind gedualiseerd. Deze dualisering werkte wel door in de GR. Bij overdracht van medebewindstaken kwamen de bevoegdheden die oorspronkelijk toekwamen aan het college dus toe aan het dagelijks bestuur en de taken die oorspronkelijk toekomen aan de raad kwamen in de GR toe aan het algemeen bestuur. Als er in de medebewindswet geen verdeling was aangegeven, kwam de bevoegdheid toe aan het algemeen bestuur. Van belang in dit verband was ook artikel LXXIV van de Wet dualisering gemeentelijke medebewindbevoegdheden. Hierin was bepaald dat gemeenschappelijke regelingen die oorspronkelijk door de raden waren aangegaan nu geacht werden te zijn aangegaan door de colleges, wanneer de bevoegdheden bij de Wet dualisering gemeentelijke medebewindbevoegdheden waren overgeheveld van de raad naar het college. In de praktijk bleek de bevoegdheidsverdeling tot de nodige problemen te leiden. Er zijn verschillende rechterlijke uitspraken 2 gedaan over gebreken in verdeling van de bevoegdheden tussen algemeen en dagelijks bestuur. Zonder in de details van de juridische kwesties te treden zijn twee aspecten in elk geval van belang: - De bevoegdheden die overgedragen worden door de partijen moeten duidelijk zijn (ook i.v.m. rechtszekerheid van burgers en derden); - De bevoegdheden moeten door het juiste bestuursorgaan worden uitgeoefend (bijv. het algemeen bestuur kan geen besluiten nemen over zaken waar het dagelijks bestuur bevoegd is). Uiteindelijk heeft dit geleid tot de nieuwe Wet gemeenschappelijke regelingen die per 1 januari 2015 inwerking is getreden. Deze Wet voorziet in een uitgebreide en zelfstandige regeling van bijvoorbeeld de bevoegdhedenverdeling en delegatie (er is dus geen sprake meer van onduidelijke verwijzingen naar tekst van de Gemeentewet zoals die luidde vóór de dualisering tot het verleden). Daarnaast is in de nieuwe Wet de controlerende positie van de gemeenteraden en het algemeen bestuur versterkt om de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen te waarborgen. 3. De taken en bevoegdheden van de ISD Bollenstreek 3.1 Overdracht bevoegdheden Van belang is dat duidelijk omschreven wordt welke bevoegdheden door de deelnemers worden overgedragen (opgenomen in art. 5 GR). Door de deelnemende partijen is de vraag opgeroepen of ook toekomstige, nieuwe wet- en regelgeving al zou kunnen worden opgenomen. Dit om te voorkomen dat in een dergelijk geval de regeling gewijzigd zou moeten worden volgens de daarvoor geldende procedure (art. 54 GR). Gelet op het feit dat nog niet bekend is welke wet- en regelgeving dit betreft, is er geen duidelijkheid te geven over welke bevoegdheden hierbij overgedragen zouden moeten worden. Voor de overdracht van bevoegdheden in geval van nieuwe wetgeving dient de regeling te worden gewijzigd. Dit blijkt ook uit artikel 10 lid 2 van de nieuwe Wet gemeenschappelijke regelingen. Daarin is nu expliciet de mogelijkheid uitgesloten dat het algemeen (of dagelijks) bestuur kan besluiten tot overdragen van bevoegdheden van de deelnemers aan het bestuur van het openbaar lichaam. De ISD Bollenstreek voert voor de gezamenlijke deelnemers taken uit op het terrein van sociale zaken. Gelet op de samenwerking is het niet aan te bevelen dat individuele partijen in geval van nieuwe wetgeving separaat bevoegdheden delegeren aan de ISD Bollenstreek, terwijl andere deelnemers dat niet doen of andere bevoegdheden overdragen. Dit zou zowel voor de organisatie als voor de burgers tot onduidelijke, en dus onwenselijke situaties leiden. 3.2 Verdeling van de bevoegdheden In artikel 5 lid 1 is de wet- en regelgeving genoemd waarvoor door de deelnemers opdracht (taakvelden) is gegeven aan de GR. Ook is aangegeven dat eventuele algemene maatregelen van bestuur en 2 Zie o.a. CRvB 18 september 2007 Regionale Sociale Dienst Pentasz en CRvB 13 november 2007 ISD Veluwerand 2007 en CRvB 7 en 13 augustus 2007 ISD Kompas GR ISD Bollenstreek 28 van 34 September 2015 p 32 van 80

141 uitvoeringsregelingen van genoemde wet- en regelgeving aan de GR zijn opgedragen. Hetzelfde geldt voor wet- en regelgeving die in de plaats treedt van de genoemde wet- en regelgeving. In lid 2 is opgenomen dat de GR de deelnemers adviseert over het ter zake te voeren beleid. Ten aanzien van de taakvelden dragen de colleges van de deelnemers de bevoegdheden die zij hebben op grond van deze wet- en regelgeving, over aan het bestuur van de GR. Deze bevoegdheden komen toe aan het dagelijks bestuur van de GR. 4. Het bestuur van het openbaar lichaam Het bestuur van een gemeenschappelijk openbaar lichaam bestaat verplicht uit een algemeen bestuur, een dagelijks bestuur en een voorzitter (art. 12 lid 1 Wgr). Naast deze organen kunnen adviescommissies worden ingesteld (art. 24 Wgr). Vaste adviescommissies kunnen worden ingesteld door het algemeen bestuur (art. 24 lid 1 Wgr) op voorstel van het dagelijks bestuur of de voorzitter. De adviescommissies kunnen advies geven aan zowel het algemeen bestuur als het dagelijks bestuur of de voorzitter. Tijdelijke commissies van advies kunnen het dagelijks bestuur en de voorzitter zelfstandig instellen (art. 24 lid 3 Wgr). De mogelijkheid tot het instellen van bestuurscommissies (art. 25 Wgr) is niet in de gemeenschappelijke regeling opgenomen. 4.1 Het algemeen bestuur De Wet gemeenschappelijke regelingen geeft een aantal kaders voor de samenstelling van het algemeen bestuur, voor het overige moet dit in de GR zelf worden geregeld (art. 10 lid 3 Wgr). De samenstelling is afhankelijk van de deelnemers aan de GR. In dit geval zijn dat de colleges van de deelnemende gemeenten. De GR is daarmee een zogenoemde collegeregeling. In het algemeen bestuur heeft iedere deelnemer twee leden. Deze leden worden aangewezen door de deelnemende colleges. De colleges kunnen daarbij kiezen uit de leden van het college (dus zowel de burgemeester als de wethouders). Gemeenteraadsleden kunnen niet worden aangewezen. Dit volgt uit artikel 13 lid 6 Wgr en is overgenomen in artikel 11 lid 1 van de GR. Wanneer men ophoudt lid van het college te zijn waaruit men is aangewezen, dan houdt men tevens op lid te zijn van het algemeen bestuur van het gemeenschappelijk openbaar lichaam (art. 13 lid 6 en lid 2 Wgr). Een lid van het algemeen bestuur kan daarnaast door zijn eigen college worden ontslagen wegens gebrek aan vertrouwen (art. 18 jo. art. 16 lid 4 Wgr; art. 12 GR). Dit geldt tevens voor een plaatsvervangend lid. Tegen dit besluit kan rechtstreeks beroep worden ingesteld bij de bestuursrechter. Hiervoor hoeft geen bezwaarschriftprocedure te worden gevolgd. De rechter zal hierbij toetsen aan de wettelijke ontslagprocedure en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Een inhoudelijke toetsing zou afbreuk doen aan het politieke karakter van het ontslagrecht. 3 Het algemeen bestuur moet minimaal tweemaal per jaar vergaderen (art. 22 lid 1 Wgr en art. 14 lid 4 GR). Voorts is bepaald dat de voorzitter, het dagelijks bestuur en tenminste twee leden van het algemeen bestuur kunnen bepalen dat het algemeen bestuur bijeen moet komen (art. 14 GR). De vergaderingen van het algemeen bestuur zijn openbaar, tenzij tenminste twee van de aanwezige leden verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt de deuren te sluiten. Het algemeen bestuur besluit vervolgens of de deuren daadwerkelijk gesloten worden. Bij de overige ordebepalingen is aansluiting gezocht bij de Gemeentewet nu artikel 22 Wgr dit voorschrijft. Samenstelling algemeen bestuur In het bovenstaande is uiteengezet dat aan de GR enkel collegebevoegdheden worden overgedragen. Op grond daarvan wordt de regeling getroffen door de colleges en kiezen de colleges uit hun midden de leden van het algemeen bestuur. Uit de toepassing van art. 13 lid 6 Wgr volgt dat alleen collegeleden kunnen worden aangewezen. 3 ABRvS 25 juli 2001, LJN AB9072; JB 2001/233. GR ISD Bollenstreek 29 van 34 September 2015 p 33 van 80

142 Bevoegdheden algemeen bestuur Het algemeen bestuur staat aan het hoofd van het samenwerkingsverband (art. 12 lid 2 Wgr). Hieronder vallen de kaderstellende en controlerende bevoegdheden van het algemeen bestuur. Daarnaast is het algemeen bestuur bevoegd tot het aanwijzen en ontslaan van de voorzitter en de leden van het dagelijks bestuur (art. 13 lid 9 en art. 14 lid 1 Wgr. Verder is het algemeen bestuur bevoegd tot het vaststellen van de begroting (alsmede wijzigingen) en de jaarrekening. 4.2 Het dagelijks bestuur Ook voor het dagelijks bestuur geeft de Wet gemeenschappelijke regelingen enkele kaders. Zo bestaat het dagelijks bestuur uit de voorzitter en minimaal twee andere bestuurders die door en uit het algemeen bestuur moeten worden aangewezen, en die niet allen afkomstig mogen zijn van dezelfde gemeente (art. 14 lid 1 Wgr). Door de deelnemers is eerder besloten dat alle deelnemers vertegenwoordigd dienen te zijn in het dagelijks bestuur. Dit bestaat uit de voorzitter en vier andere door en uit het algemeen bestuur aan te wijzen leden (art. 28 lid 1 GR). Voor het dagelijks bestuur worden geen plaatsvervangende leden aangewezen Bij vervanging met een incidenteel of tijdelijk karakter kan worden volstaan met een interne vervangingsregeling binnen het dagelijks bestuur. Het lidmaatschap van het dagelijks bestuur is gekoppeld aan dat van het algemeen bestuur. Wanneer iemand ophoudt lid te zijn van het algemeen bestuur houdt hij van rechtswege op lid te zijn van het dagelijks bestuur (art. 29 lid 1 GR). Een lid van het dagelijks bestuur kan door het algemeen bestuur worden ontslagen wanneer hij het vertrouwen van het algemeen bestuur niet langer bezit (art. 19a lid 3 Wgr en art. 29 lid 4 GR). Tegen dit besluit kan rechtstreeks beroep worden ingesteld bij de bestuursrechter. Hiervoor hoeft geen bezwaarschriftprocedure te worden gevolgd. De rechter zal hierbij toetsen aan de wettelijke ontslagprocedure en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Een inhoudelijke toetsing zou afbreuk doen aan het politieke karakter van het ontslagrecht. 4 Het dagelijks bestuur is belast met de dagelijkse aangelegenheden en de voorbereiding en uitvoering van de besluiten van het algemeen bestuur. Daarnaast heeft het dagelijks bestuur in ieder geval de taken en bevoegdheden als omschreven in artikel 33b Wgr en artikel 30 GR. Het gaat dan om bijvoorbeeld de bevoegdheid om regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie van de regeling en de bevoegdheid om ambtenaren te benoemen, te schorsen en te ontslaan. 4.3 Verhouding algemeen bestuur dagelijks bestuur Door de deelnemers is de vraag gesteld wat de toegevoegde waarde is van het algemeen bestuur in de voorliggende regeling. Zoals aangegeven zijn de drie bestuursorganen vastgelegd in de Wgr. De (nieuwe) Wgr verzet zich tegen een gelijke samenstelling van het algemeen en dagelijks bestuur. In artikel 14 lid 3 Wgr staat nu dat de leden van het dagelijks bestuur nimmer de meerderheid van het algemeen bestuur mogen uitmaken. In de voorliggende regeling is uitgegaan van de huidige samenstelling van het algemeen bestuur, bestaande uit tien leden, en het dagelijks bestuur bestaande uit vijf leden. Om meer invulling te kunnen geven aan de wens van het algemeen bestuur om een controlerende taak richting het dagelijks bestuur uit te kunnen oefenen, is besloten leden van het algemeen bestuur die niet tevens lid van het dagelijks bestuur zijn twee stemmen te geven. Leden van het algemeen bestuur die tevens lid van het dagelijks bestuur zijn, hebben één stem. Besluitvorming bij volstrekte meerderheid betekent dat er 8 stemmen voor een voorstel moeten zijn. Om een voorstel te accorderen moeten dus ook meerdere leden van het algemeen bestuur voor het voorstel zijn. 4.4 De voorzitter De voorzitter van het samenwerkingsverband wordt door en uit het algemeen bestuur aangewezen (art. 13 lid 9 Wgr en art. 35 lid 1 GR). Hij is zowel lid van het algemeen bestuur als van het dagelijks 4 ABRvS 25 juli 2001, LJN AB9072; JB 2001/233. GR ISD Bollenstreek 30 van 34 September 2015 p 34 van 80

143 bestuur (art. 12 lid 3 Wgr). Uit de overige leden van het dagelijks bestuur wordt een plaatsvervangend voorzitter aangewezen (art. 35 lid 3 GR). De voorzitter kan door het algemeen bestuur worden ontslagen wanneer hij niet langer het vertrouwen van het algemeen bestuur bezit (art. 35 lid 2 GR). Ten aanzien van het ontslag zijn dezelfde bepalingen van toepassing als voor de overige leden van het dagelijks bestuur. 4.5 Stemverhoudingen Binnen het algemeen bestuur heeft iedere deelnemer twee leden. Leden van het algemeen bestuur die niet tevens lid van het dagelijks bestuur zijn hebben twee stemmen. Leden van het algemeen bestuur die tevens lid van het dagelijks bestuur zijn hebben één stem (art. 14 lid 3 GR en art. 20 lid 2 GR). Besloten wordt bij volstrekte meerderheid 5 (art. 14 lid 2 en art. 20 lid 1 GR), waarmee de gelijkwaardigheid van de deelnemers tot uitdrukking is gebracht. Ook het dagelijks bestuur neemt besluiten met volstrekte meerderheid (art. 31 lid 3 GR). Voor enkele besluiten wordt in de regeling een gekwalificeerde meerderheid gevraagd: - art. 52: toetreding is besluit van de deelnemers met drievierde meerderheid van de deelnemende colleges; - art. 53: uittreding is besluit van de uittredende partij; onder de voorwaarden die daaraan worden verbonden door het algemeen bestuur; - art. 54: wijziging van de regeling met drievierde meerderheid van de deelnemende colleges; - art. 55: opheffing van de regeling met drievierde meerderheid van de deelnemende colleges; 4.6 Directeur Bij het bestuur van het samenwerkingsverband wordt tevens een directeur (secretaris) benoemd. De directeur wordt door het dagelijks bestuur benoemd, geschorst en ontslagen (deze bevoegdheid van het dagelijks bestuur volgt uit art. 33b lid 1 Wgr; art. 38 lid 3 GR). Het dagelijks bestuur maakt voor benoeming van de directeur een voordracht van twee personen op voor het algemeen bestuur. Het algemeen bestuur wordt vervolgens in staat gesteld om zijn zienswijze kenbaar te maken aan dagelijks bestuur. Ook in geval van schorsing of ontslag wordt het algemeen bestuur in staat gesteld om vooraf zijn zienswijze kenbaar te maken. In spoedeisende gevallen kan de secretaris door het dagelijks bestuur worden geschorst (art. 33b Wgr; art. 38 lid 4 GR). In dat geval wordt het algemeen bestuur daarna onmiddellijk op de hoogte gesteld en krijgt het algemeen bestuur gelegenheid om zijn zienswijze te geven. Op basis van de zienswijze van het algemeen bestuur kan het dagelijks bestuur besluiten om de schorsing te laten vervallen. De directeur (secretaris) heeft een ondersteunende functie voor het bestuur van het samenwerkingsverband en is tevens hoofd van de ambtelijke organisatie (art. 38 GR). De directeur (secretaris) is zelf geen bestuursorgaan in de zin van artikel 1:1 Algemene wet bestuursrecht Opdrachtformulering In artikel 42 is de opdrachtformulering van de gemeenteraden aan het samenwerkingsverband (via de colleges) opgenomen. De vijf gemeenteraden stellen de (beleid)kaders vast en op basis van deze kaders formuleren de vijf afzonderlijke colleges een opdracht aan de ISD Bollenstreek. Op basis van deze opdrachten stelt het dagelijks bestuur een uitvoeringsplan bestuursopdracht op. Indien de opdrachten binnen de door het algemeen bestuur vastgestelde begroting uitgevoerd kunnen worden, wordt het uitvoeringsplan bestuursopdracht ter kennisname aan de colleges gestuurd. Indien er een begrotingswijziging noodzakelijk is, wordt de procedure zoals benoemd in artikel 45 doorlopen. Daarnaast wordt er eenmaal per jaar een beleid- en begrotingevaluatie aan de colleges en raden aangeboden (Marap/Berap) over een periode van 6 maanden. Eerder werd deze twee maal per jaar aangeboden; de eerste over een periode van 4 maanden en de tweede over een periode van 8 maanden. Een periode van 4 maanden is in de regel echter te kort om al een goede evaluatie van beleid en begroting in het lopende jaar te geven. Terwijl de evaluatie na 8 maanden eigenlijk weer te laat is om mogelijke begrotingswijzigingen (die verband houden met de evaluatie) af te ronden. 5 Meerderheid is absolute meerderheid, dus de helft plus één. 6 ABRvS 16 februari 1999, AB 1999, 196. GR ISD Bollenstreek 31 van 34 September 2015 p 35 van 80

144 Daarom is gekozen voor één evaluatie die halverwege het jaar valt. Bijkomend voordeel is dat dit uitvoeringskosten bespaart. Gemeenten hebben hun eigen autonomie en mogen afwijken van het door het samenwerkingsverband en/of colleges voorgestelde beleid. In het belang van de klanten van de deelnemers kan slechts in positieve zin afgeweken worden van het voorgestelde beleid. Indien een afwijking van het beleid leidt tot extra uitvoeringskosten, zullen deze apart bij deze deelnemer(s) in rekening worden gebracht. 6. Financiën 6.1 Algemeen In de begroting wordt opgenomen welke bijdrage de deelnemende gemeenten verschuldigd zijn (art. 46 lid 1 GR). Op de begroting, jaarrekening, administratie en controle zijn de artikelen 186 t/m 213 van de Gemeentewet, alsmede het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten van overeenkomstige toepassing, voor zover daar niet van is afgeweken (art. 35 lid 6 Wgr). 6.2 Begroting De Wet gemeenschappelijke regelingen geeft een aantal kaders voor de vaststelling van de begroting. Deze zijn overgenomen in de GR. Zo moet het dagelijks bestuur de ontwerpbegroting vóór 15 april, voordat deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden, aan de gemeenteraden zenden (art. 34b Wgr en art. 35 lid 1 Wgr en art. 45 lid 2 GR). De gemeenten moeten de ontwerpbegroting voor een ieder ter inzage leggen en tegen betaling van de kosten algemeen verkrijgbaar stellen (art. 35 lid 2 Wgr; art. 45 lid 3 GR). Hiervan moet openbare kennisgeving geschieden (art. 35 lid 6 Wgr jo art. 190 lid 2 Gemeentewet). De raden kunnen bij het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband hun zienswijzen bekend maken. Het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband voegt deze zienswijzen bij de ontwerpbegroting zoals die wordt aangeboden aan het algemeen bestuur van het samenwerkingsverband (art. 35 lid 3 Wgr en art. 45 lid 4 GR). Deze zogenoemde voorhangprocedure geldt eveneens voor begrotingswijzigingen, behoudens voor die wijzigingen die geen verandering brengen in de bijdragen van de deelnemers (art. 35 lid 5 Wgr; 45 lid 9 GR). Het algemeen bestuur van het samenwerkingsverband stelt de begroting vast (art. 34 lid 1 Wgr en art. 45 lid 6 GR). Er is voor gekozen hierbij een volstrekte meerderheid te hanteren (helft + 1). Het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband zendt de begroting binnen twee weken na vaststelling, maar uiterlijk voor 1 augustus aan Gedeputeerde Staten (art. 34 lid 2 Wgr en art. 45 lid 8 GR). Het algemeen bestuur zendt de begroting aan de raden van de deelnemers, die bij Gedeputeerde Staten hun zienswijzen bekend kunnen maken (art. 35 lid 4 Wgr; art. 45 lid 7 GR. De deelnemers van het samenwerkingsverband dienen elk afzonderlijk jaarlijks bij te dragen in de kosten van de bedrijfsvoering van het samenwerkingsverband. Om enig misverstand te voorkomen: daar waar in de regeling wordt gesproken over bijdrage betreft het dus een financiële bijdrage. De bijdrage wordt vastgesteld door het algemeen bestuur van het samenwerkingsverband. Dit vindt als regel plaats bij de vaststelling van de begroting en de jaarrekening. De twee volgende kengetallen bepalen de wijze waarop de verdeelsleutel tot stand is gekomen. Voor 50% worden de kosten aan de individuele gemeenten toegerekend op basis van het inwoneraantal van de individuele gemeenten op peildatum 1 januari van het jaar voorafgaande aan het begrotingsjaar (dus t-1). Voor 50% worden de kosten toegerekend op basis van het aantal lage inkomens binnen de individuele gemeenten. Hierbij wordt aansluiting gezocht bij de verdelingsystematiek van het Gemeentefonds door het Ministerie van Binnenlandse zaken. 6.3 Jaarrekening Het algemeen bestuur van het samenwerkingsverband stelt de jaarrekening vast (art. 34 lid 3 Wgr en art. 50 lid 2 GR). Het dagelijks bestuur van het samenwerkingsverband zendt de GR ISD Bollenstreek 32 van 34 September 2015 p 36 van 80

145 jaarrekening binnen twee weken na vaststelling, maar uiterlijk voor 15 juli aan Gedeputeerde Staten (art. 34 lid 4 Wgr en art. 50 lid 4 GR). Na onderzoek en vaststelling door het algemeen bestuur, stuurt deze de vastgestelde jaarrekening ter kennisname toe aan de gemeenteraden, ook voor 15 juli van het betreffende jaar. Uiteraard worden de (financieel) ambtenaren van de gemeenten in zo n vroeg mogelijk stadium van de cijfers over de jaarrekening op de hoogte gebracht, zodat zij deze informatie in hun eigen begroting en jaarrekening kunnen verwerken. Dit geldt ook voor de informatie in de twee managementrapportages over de eerste vier respectievelijk acht maanden van het lopende jaar. 6.4 Reserves en Voorzieningen In de regeling is de mogelijkheid opgenomen om reserves bij de GR mogelijk te maken. Als reserves worden toegestaan, moeten zij voldoen aan de richtlijnen van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (Bbv) en aan de door het algemeen bestuur vastgestelde nota reserves en voorzieningen. 6.5 Verliezen Volgens de Circulaire aansprakelijkheid voor schulden van openbare lichamen op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen 7 zijn de deelnemers aan een gemeenschappelijke regeling verplicht een daarbij opgericht openbaar lichaam van middelen te voorzien waardoor het de taken waartoe het is opgericht naar behoren kan vervullen. Daartoe behoren ook de financiële verplichtingen die het openbaar lichaam ter uitvoering van die taken is aangegaan. Daarnaast behoren tot de verplichte uitgaven van een openbaar lichaam evenals voor gemeenten de aflossing van schulden en renten en andere opeisbare schulden. Artikel 46 lid 5 GR berust op deze circulaire (en op art. 35 lid 6 Wgr jo art. 194 en art. 195 Gemeentewet). 7. Toetreding, uittreding, wijziging en opheffing Volgens het bepaalde in artikel 1 lid 3 Wgr wordt onder het treffen van een regeling mede verstaan toetreden tot, uittreden uit en wijzigen van een regeling. Dit betekent dat evenals voor het aangaan van de regeling ook voor toetreding, uittreding en wijziging van de regeling de medewerking van de deelnemers en de toestemming daarvoor van hun raden respectievelijk algemeen bestuur is vereist. Daarbij zijn verschillende situaties aan de orde. De toetreding, uittreding, wijziging en opheffing zijn uitvoerig geregeld in Hoofdstuk 12 van de GR. Naast het besluit van een nieuwe deelnemer om aan de regeling deel te willen nemen moeten ook de al bestaande deelnemers aan de regeling daartoe besluiten. Zowel de besluiten tot toetreding van een nieuwe deelnemer, als die tot instemming met een toetreding door de bestaande deelnemers behoeven de toestemming van de vertegenwoordigende organen van de deelnemers. Voor toetreding van een nieuwe deelnemer is instemming vereist van drievierde van de bestaande deelnemers aan de regeling (art. 52 lid 3 GR). De toetreding gaat in beginsel in op de eerste dag van het jaar volgende op dat waarin de toestemming tot toetreding is verleend. De tussenliggende periode is opgenomen om de organisatie van het samenwerkingsverband in de gelegenheid te stellen om de toetreding van een nieuwe deelnemer goed voor te bereiden. Het algemeen bestuur kan voor toetreding algemene regels stellen waaraan voldaan moet worden door de nieuwe deelnemer (art. 52 lid 2 GR). Indien het noodzakelijk is, kan het algemeen bestuur ook specifieke regels stellen voor één deelnemer. Na toetreding moeten (mogelijk) de artikelen omtrent de taken, en de zeggenschapsverhouding in het algemeen bestuur worden gewijzigd. Deze wijziging van de regeling geschiedt bij drievierde meerderheid van de deelnemende colleges (art. 54 lid 3 GR). Uitgangspunt bij de regeling van de uittreding is dat een deelnemer uit de regeling moet kunnen treden, maar dat de uittreding gepaard moet gaan met een regeling van de financiële gevolgen die 7 Circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 8 juli 1999, kenmerk FO99/U5911. GR ISD Bollenstreek 33 van 34 September 2015 p 37 van 80

146 recht doet aan de financiële belangen van de achterblijvende deelnemers. Uittreding door een deelnemer uit de regeling kan voor de regeling en de overige deelnemers namelijk ingrijpende gevolgen hebben. Om de gevolgen van uittreding goed te regelen, is in artikel 53 GR een aantal bepalingen daarvoor opgenomen. Voor het bepalen van de financiële gevolgen voor de uittredende partij wordt een onafhankelijk advies gevraagd. Dit advies is bindend voor de GR en de uittredende partij (art. 53 lid 8 GR). Gedurende de eerste drie jaren na toetreding is het niet mogelijk om weer uit de regeling te treden; artikel 53 lid 3 GR. De uittredende deelnemer is gehouden om binnen zes maanden na uittreding aan de vastgestelde financiële verplichtingen te voldoen; artikel 53 lid 9 GR. Op het wijzigen van de GR en de opheffing van de GR is dezelfde procedure van toepassing (zie artikel 54 en 55 GR). Belangrijk element hierin is, dat een dergelijk besluit genomen moet worden met een meerderheid van ten minste drievierde van het aantal deelnemende colleges aan de regeling. Na het besluit tot opheffing vindt de liquidatie van het openbaar lichaam plaats. Hiermee is het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam belast (art. 55 lid 6 GR). De liquidatie vindt plaats op basis van een door het algemeen bestuur, de colleges van de deelnemers gehoord, vastgesteld liquidatieplan (art. 55 lid 3 GR). 8. Inwerkingtreding van de GR Op grond van artikel 58 van de GR treedt de gewijzigde regeling in werking op 1 januari Voorwaarde is wel dat de regeling door één van de deelnemende gemeentebesturen tijdig in alle gemeenten bekend wordt gemaakt door kennisgeving van de inhoud van de regeling in de Staatscourant. In deze regeling is het college van Lisse (zijnde het bestuur van de gemeente van de plaats van vestiging van de regeling) aangewezen als het bestuur dat het besluit bekendmaakt. Deze bekendmaking geschiedt op de wijze zoals ook normale besluiten bekend worden gemaakt (art. 26 lid 2 Wgr). GR ISD Bollenstreek 34 van 34 September 2015 p 38 van 80

147 Toelichting wijzigingen GR Bijlage 2 bij: Brief Wijziging Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek Algemene toelichting en artikelsgewijze toelichting op belangrijkste wijzigingen in de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (2016) Algemene toelichting; belangrijkste wijzigingen in de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) De belangrijkste aanpassingen in de nieuwe Wgr zijn: 1. Verheldering bevoegdhedenverdeling algemeen bestuur (AB) en dagelijks bestuur (DB) 2. Versterking invloed gemeenteraden (door verlenging zienswijzentermijn). Ad 1. Verheldering bevoegdhedenverdeling AB en DB In de Wgr die tot 1 januari 2015 gold, werd onder andere wat betreft de bevoegdheden van het AB en DB verwezen naar de Gemeentewet zoals die gold direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wet dualisering gemeentebestuur (in 2002) 1. Die verwijzing naar de oude wettekst zorgde in de praktijk voor onduidelijkheid. In de nieuwe Wgr zelf zijn nu verschillende voorzieningen opgenomen met betrekking tot de bevoegdheidstoedeling aan AB en DB. De verwijzingen naar de tekst van de oude Gemeentewet, zoals die gold voorafgaand aan de dualisering, zijn uit de Wgr verdwenen. En er is verduidelijkt dat het AB van een gemeenschappelijke regeling getroffen door colleges uitsluitend uit collegeleden mag bestaan 2. Volgens de nieuwe Wgr berusten de overgedragen bevoegdheden in beginsel bij het algemeen bestuur. Maar hiervan kan worden afgeweken bij wet of in de gemeenschappelijke regeling zelf. Het algemeen bestuur kan bevoegdheden ook aan het dagelijks bestuur overdragen/delegeren 3. De Wgr bepaalt echter expliciet dat het AB een aantal bevoegdheden niet kan overgedragen aan het DB. Het gaat dan om de bevoegdheid om de begroting en jaarrekening vast te stellen. De bevoegdheid om eventuele rechten/belastingen te heffen (rechten als bedoeld in artikel 30 lid 1 sub a Wgr) en de bevoegdheid om verordeningen vast te stellen die door strafbepaling of bestuursdwang moeten worden gehandhaafd 4. In de nieuwe Wgr zelf zijn enkele bevoegdheden toegedeeld 5 aan het dagelijks bestuur. Zo is nu in de Wgr bepaald dat het DB in ieder geval bevoegd is om: - het dagelijks bestuur te voeren (voor zover niet bij of krachtens de wet of regeling het AB hiermee is belast) - beslissingen van het AB voor te bereiden en uit te voeren - regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie - ambtenaren te benoemen, te schorsen en te ontslaan - te besluiten rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren 6 - tot privaatrechtelijke rechtshandelingen te besluiten 7. 1 In 2002 heeft nl. de dualisering van het gemeentebestuur plaatsgevonden. Dat betekende dat wethouders géén deel uitmaken van de gemeenteraad en de verantwoordelijkheden van de gemeenteraad en het college van b&w uiteen zijn gelegd (om een onafhankelijke positie en eigen verantwoordelijkheden te creëren). De gemeente wordt bestuurd door het college, dat ook het beleid uitvoert. De gemeenteraad heeft een kaderstellende taak en controleert het college. De wetgever koos (en kiest) er voor om deze dualisering niet door te trekken in gemeenschappelijke regelingen. Volgens de wetgever is een gemeenschappelijke regeling een vorm van verlengd lokaal bestuur. Om die reden werd verwezen naar de tekst van de Gemeentewet zoals die luidde vóór de dualisering. 2 Art. 13 lid 6 Wgr. 3 Art. 33 en 33a lid 1 Wgr. 4 Art. 33a lid 2 Wgr. 5 Attributie is de rechtstreekse toekenning van een bevoegdheid aan een bestuursorgaan. 6 Art. 33b Wgr. 7 Eén uitzondering hierop staat in art. 31a Wgr. 1 p 39 van 80

148 Verder is in de nieuwe Wgr bepaald dat: - DB / DB-leden aan het AB verantwoording schuldig zijn over het door het DB gevoerde bestuur; - DB een actieve inlichtingenplicht heeft richting AB: het DB moet het AB alle inlichtingen geven die het AB voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft; - het AB een lid van het DB kan ontslaan, wanneer het AB geen vertrouwen meer heeft in dat DB-lid 8. Ad 2. Versterking invloed gemeenteraden (door verlenging zienswijzentermijn) In de Wgr is de controlerende positie van de gemeenteraden en het AB versterkt om de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen te waarborgen. De wetgever heeft de mogelijkheden van de gemeenteraden om invloed uit te oefenen op de begroting en de jaarrekening van de gemeenschappelijke regeling verbeterd. Het DB heeft nu de plicht om twee weken eerder, namelijk vóór 15 april van elk jaar, de algemene financiële en beleidsmatige kaders en de voorlopige jaarrekeningen toe te zenden aan de gemeenteraden 9. Daarnaast is de termijn die gemeenteraden hebben om hun zienswijze te geven op de ontwerpbegroting verlengd (van 6) naar 8 weken 10. Raden hebben hierdoor meer tijd om hun zienswijze voor te bereiden en onderling overleg te voeren. Verder is in het kader van het versterken van de verantwoording aan de gemeente de (al bestaande) externe informatie- en verantwoordingsplicht van AB-leden nader uitgewerkt in de nieuwe Wgr 11 : - leden van het AB hebben een informatie- en verantwoordingsplicht jegens het college dat hen heeft benoemd. - leden van het AB hebben die informatie- en verantwoordingsplicht ook jegens de (leden van de) gemeenteraad. Ook is nu in de Wgr opgenomen dat de leden van het DB nooit de meerderheid mogen uitmaken van het AB 12. Dit is ook logisch in het licht van de verantwoording die het DB aan het AB moet afleggen. Gemeenschappelijke regelingen hebben een overgangstermijn van 1 jaar gekregen om de samenstelling van het AB in overeenstemming te brengen met de nieuwe Wgr. Een belangrijke wetswijziging is dat in de Wgr expliciet de mogelijkheid is uitgesloten dat het AB kan besluiten tot het overdragen van bevoegdheden van gemeenten aan het bestuur van de gemeenschappelijke regeling. In de gemeenschappelijke regeling moet nauwkeurig zijn omschreven welke bevoegdheden naar het openbaar lichaam overgaan. Een wijziging in door gemeenten overgedragen bevoegdheden kan in beginsel slechts bij wijziging van de gemeenschappelijke regeling 13. Artikelsgewijze toelichting op belangrijkste wijzigingen in de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (2016) Hieronder de belangrijkste wijzigingen die in de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek zijn aangebracht. Met GR wordt hierna bedoeld de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (met de huidige GR is bedoeld de GR ISD Bollenstreek van 2011 en met de concept GR is bedoeld het voorstel met de per 1 januari 2016 te wijzigen GR ISD Bollenstreek). Artikel 5: Taak en opdracht Aantal technische wijzigingen: zoals bijvoorbeeld -het opnemen van de Participatiewet (die in de plaats is gekomen van de Wet werk en bijstand), -de vermelding dat het bij de nieuwe WMO gaat om de maatwerkvoorziening. -de vermelding van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. 8 Art. 19a Wgr. 9 Art. 34b Wgr. 10 Art. 35 Wgr. 11 Art. 16 jo art. 18 Wgr (AB-lid -> college) resp. art. 19 lid 1 Wgr (AB-lid -> gemeenteraad/leden gemeenteraad). 12 Art. 14 lid 3 Wgr. 13 Art. 10 lid 2 Wgr. 2 p 40 van 80

149 Toevoeging van een nieuwe taak -In het verlengde van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening is ook als taak/opdracht opgenomen: de indiening van verzoekschriften tot instelling van een bewind wegens verkwisting of het hebben van problematische schulden als bedoeld in artikel 432 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (verwezen wordt naar de notitie over dit onderwerp in bijlage 3). -Daarnaast is een nieuwe taak/opdracht: de uitbetaling en administratieve afhandeling van het persoonsgebonden budget (PGB) als bedoeld in de Jeugdwet. Artikel 7: Dienstverlening Op grond van de nieuwe Wgr moet de concept GR aangeven welke bevoegdheden door de deelnemende gemeenten aan het openbaar lichaam (de ISD Bollenstreek) worden overgedragen. Expliciet staat in de nieuwe wet dat in een GR niet kan worden bepaald dat het bestuur van het openbaar lichaam kan besluiten tot uitbreiding van overgedragen taken. Alleen de deelnemende gemeenten zelf kunnen bevoegdheden overdragen aan de GR. Voor de duidelijkheid is dit ook opgenomen in de GR. Daarbij is vermeld dat het AB kan besluiten om aan de deelnemers voor te stellen om ook andere taken uit te voeren voor of diensten te leveren aan (een of meerdere) gemeenten. Dat gebeurt dan door middel van een wijziging van de GR. Artikel 13: Bevoegdheden algemeen bestuur Overeenkomstig het nieuwe artikel 19a lid 3 van de Wgr is in de GR toegevoegd dat het algemeen bestuur een lid van het dagelijks bestuur ontslag kan verlenen indien dit lid niet meer het vertrouwen bezit van het algemeen bestuur. In de huidige GR staat nu nog dat het college van een gemeente zijn lid van het dagelijks bestuur kan ontslaan. Maar dit is niet in overeenstemming met de bevoegdhedenverdeling in de Wgr. Volgens de Memorie van Toelichting bij de Wgr hebben de leden van het dagelijks bestuur geen enkele verantwoordingsrelatie met de gemeentebesturen (de colleges) die hen hebben aangewezen. De leden van het dagelijks bestuur hebben alleen een verantwoordingsrelatie ten opzichte van het algemeen bestuur. Omdat de leden van het dagelijks bestuur tevens lid zijn van het algemeen bestuur zijn ze uiteraard in die hoedanigheid wel in alle opzichten verantwoording schuldig aan het eigen college en de raad. In de huidige GR staat dat het algemeen bestuur bevoegd is om een regeling omtrent de ambtelijke organisatie van het samenwerkingsverband (de GR) vast te stellen. In de nieuwe Wgr (art. 33b lid 1 sub c Wgr) staat echter dat dit in ieder geval een bevoegdheid is van het dagelijks bestuur. Dit mag daarom niet langer als een bevoegdheid van het algemeen bestuur worden opgenomen in de concept GR en is als bevoegdheid van het dagelijks bestuur toegevoegd. Artikel 29: Einde lidmaatschap (dagelijks bestuur) Aansluitend op voorgaande is in dit artikel opgenomen dat een lid van het dagelijks bestuur kan worden ontslagen door het algemeen bestuur. Artikel 30: Bevoegdheden dagelijks bestuur In artikel 33b van de nieuwe Wgr staan nu een aantal bevoegdheden die de wetgever expliciet toedeelt aan het dagelijks bestuur. Deze bevoegdheden zijn voor de duidelijkheid in het eerste lid van de GR opgenomen. Het gaat om bijvoorbeeld de bevoegdheid om regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie (wat in de huidige GR nog een bevoegdheid was van het algemeen bestuur) en de bevoegdheid om ambtenaren te benoemen, te schorsen en te ontslaan. Artikel 32: Inlichtingenplicht aan algemeen bestuur In de huidige GR staat nog dat (leden van) het dagelijks bestuur deze inlichtingen op verzoek van het algemeen bestuur verstrekt (de passieve inlichtingenplicht). Maar op grond van het nieuwe artikel 19a Wgr heeft het dagelijks bestuur nu een actieve inlichtingenplicht jegens het algemeen bestuur. Dat betekent dat het dagelijks bestuur ook ongevraagd inlichtingen geeft die het algemeen bestuur nodig heeft. Deze actieve inlichtingenplicht is toegevoegd aan de concept GR. Overigens was en is er in de huidige praktijk al sprake van een actieve inlichtingenverstrekking van dagelijks bestuur richting het algemeen bestuur; deze praktijk is nu geformaliseerd in de concept GR. 3 p 41 van 80

150 Artikel 33: Inlichtingenplicht aan bestuursorganen gemeenten In dit artikel is (conform artikel 17 Wgr) geregeld dat het dagelijks bestuur aan de gemeenteraden de gevraagde inlichtingen verstrekt (zo nodig onder geheimhouding). Een inlichtingenplicht van het dagelijks bestuur jegens de colleges is niet in de Wgr/concept GR opgenomen. Dat is ook niet nodig omdat de leden van het algemeen bestuur al een actieve inlichtingen- en verantwoordingsplicht hebben jegens hun colleges en de raden (art. 19 lid 1 Wgr en artikel 25 t/m 27 van de GR). Artikel 38: Directeur In de huidige GR staat nog dat de directeur wordt benoemd, geschorst en ontslagen door het algemeen bestuur. In artikel 33b lid 1 sub d Wgr is de bevoegdheid om ambtenaren te benoemen, te schorsen en te ontslaan echter toegedeeld aan het dagelijks bestuur. Dit is daarom overgenomen in de concept GR met de toevoeging dat het algemeen bestuur voorafgaand aan de benoeming, schorsing of ontslag in staat wordt gesteld zijn zienswijze te geven. Artikel 39: Taken en bevoegdheden In dit artikel was en is opgenomen dat de taken en bevoegdheden van de directeur worden vastgelegd in een directiestatuut. Volgens de huidige GR is de vaststelling van dit statuut een bevoegdheid van het algemeen bestuur. In de nieuwe Wgr is echter de bevoegdheid om regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie toebedeeld aan het dagelijks bestuur. Daar komt bij dat het Directiestatuut feitelijk een mandaatbesluit is. In dit mandaatbesluit dragen het dagelijks bestuur en de voorzitter bepaalde (eigen) bevoegdheden op aan de directeur. In het statuut worden geen bevoegdheden van het algemeen bestuur aan de directeur gemandateerd. Een bestuursorgaan kan alleen eigen bevoegdheden mandateren aan een ander bestuursorgaan. Het algemeen bestuur kan dus niet de bevoegdheden van het dagelijks bestuur aan de directeur mandateren. Het is daarom ook niet logisch dat het algemeen bestuur het directiestatuut vaststelt. Vaststelling van het directiestatuut is, gelet op voorgaande, in de nieuwe GR een bevoegdheid van het dagelijks bestuur. Het statuut wordt na vaststelling door het dagelijks bestuur ter kennis gebracht van het algemeen bestuur. Artikel 42: Opdrachtformulering en uitvoeringsplan bestuursopdracht en Artikel 45: Begrotingsprocedure Artikel 50: Jaarrekening In de nieuwe Wgr zijn de mogelijkheden van de gemeenteraden om invloed uit te oefenen op de begroting en de jaarrekening van de gemeenschappelijke regeling verbeterd. Het dagelijks bestuur heeft nu de plicht om 2 weken eerder, namelijk voor 15 april van elk jaar, de algemene financiële en beleidsmatige kaders, de ontwerpbegroting en meerjarenbegroting en de voorlopige jaarrekening toe te zenden aan de raden. De termijn die de raden vervolgens hebben om hun zienswijze te geven op de ontwerpbegroting en meerjarenbegroting is daarnaast verlengd (van 6) naar 8 weken. Deze wetswijziging is vertaald in genoemde artikelen van de concept GR. Daarnaast is nu in artikel 42 lid 7 van de concept GR gewijzigd dat het dagelijks bestuur één maal per jaar een beleids- en begrotingsevaluatie over de periode van 6 maanden van het lopende jaar aanbiedt aan het algemeen bestuur. Eerder werd deze zogenaamde marap/berap twee maal per jaar aangeboden. De eerste over een periode van 4 maanden en de tweede over een periode van 8 maanden. Een periode van 4 maanden is in de regel echter te kort om al een goede evaluatie van beleid en begroting in het lopende jaar te geven. Terwijl de evaluatie na 8 maanden eigenlijk weer te laat is om mogelijke begrotingswijzigingen (die verband houden met de evaluatie) af te ronden in het lopende jaar. Daarom is nu het voorstel om te kiezen voor één evaluatie die halverwege het jaar valt. Bijkomend voordeel is dat dit uitvoeringskosten bespaart. Artikel 51: Archief In de huidige GR staat dat de archivaris van de gemeente Lisse toezicht uitoefent op het beheer van de archiefbescheiden door de directeur (of diens gemandateerde). Ook wijst de huidige GR de archiefbewaarplaats van de gemeente Lisse aan als bewaarplaats van over te brengen archiefbescheiden (die niet vernietigd moeten worden en -in de regel- ouder zijn dan 20 jaar). De archiefbewaarplaats van Lisse ook de bewaarplaats van archiefbescheiden na opheffing van de GR. 4 p 42 van 80

151 De gemeente Lisse heeft echter te kennen gegeven dat zij voor omschreven functies niet langer kunnen uitoefenen voor de GR. De gemeente Lisse draagt namelijk de eigen archieftaken over aan een andere instantie. Om die reden is in de concept GR opgenomen dat het dagelijks bestuur van de ISD toezicht uitoefent op het beheer van de archiefbescheiden. De ISD organiseert zelf de archiefbewaarplaats. Bij opheffing van de ISD zullen de archiefbescheiden worden overgebracht naar de archiefbewaarplaats van de gemeente Teylingen. Artikel 52: Toetreding Artikel 53: Uittreding Artikel 54: Wijziging Artikel 55: Liquidatie Artikel 58: Inwerkingtreding Kennisgeving aan Gedeputeerde Staten Volgens de huidige GR draagt het dagelijks bestuur zorg voor kennisgeving van een besluit tot toetreding, uittreding, wijziging of opheffing van de GR aan Gedeputeerde Staten. In artikel 26 Wgr staat echter dat het in de regeling aangewezen gemeentebestuur of het gemeentebestuur van de plaats van vestiging van de GR zorgdraagt voor kennisgeving aan Gedeputeerde Staten. In de concept GR is daarom opgenomen dat het gemeentebestuur van Lisse zorgdraagt voor kennisgeving aan Gedeputeerde Staten. Bekendmaking in de Staatscourant Voorgaande geldt ook voor de bekendmaking van een besluit tot toetreding, uittreding, wijziging of opheffing van de GR aan Gedeputeerde Staten. In de concept GR is opgenomen dat het college van de gemeente Lisse zorgdraagt voor de tijdige bekendmaking van de inhoud van de GR in alle deelnemende gemeenten door kennisgeving in de Staatscourant. Voorstel is om de concept GR per 1 januari 2016 in werking te laten treden. Omdat een GR volgens artikel 26 Wgr niet in werking kan treden voordat zij is bekendgemaakt, moet de besluitvorming en de bekendmaking in beginsel plaatsvinden vóór 1 januari p 43 van 80

152 N O T I T I E beschermingsbewind.pdf Bijlage 3 bij: Brief Wijziging Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek N O T I T I E Aan Dagelijks bestuur Van Dick Witteman Onderwerp Beschermingsbewind Datum 8 september 2015 Ter Besluitvorming Aanleiding Aanleiding tot deze notitie is de vraag van de gemeente Teylingen over hoe om te gaan met een verzoek van het GGZ om als college beschermingsbewind aan te vragen voor een inwoner van de gemeente Teylingen. Tevens is ook aanleiding de mogelijke aanpassingen van onze GR als gevolg van de wijzigingen van de Wet gemeenschappelijk regelingen (Wgr) per 1 januari 2015 (die een overgangstermijn kent van maximaal 12 maanden). Gevraagde beslissing Besluiten dat de bevoegdheid om via de kantonrechter beschermingsbewind aan te vragen wordt neergelegd bij het DB van de ISD Bollenstreek. Dit besluit(voorstel) zal worden neergelegd in een binnenkort te verschijnen notitie inzake wijziging van de huidige GR. (waarvan de procedure is voorgeschreven: de colleges besluiten, via algemeen bestuur van de ISD bollenstreek en gemeenteraden). Ter toelichting het volgende. Wet wijziging curatele, beschermingsbewind en mentorschap (33054) Als gevolg van de inwerkingtreding per 1 januari 2014 van wetsontwerp is in boek 1 van het BW een aantal artikelen gewijzigd. Voor ons onderwerp is van belang dat het per genoemde datum mogelijk is dat ook een college van een gemeente een verzoek kan indienen bij de kantonrechter tot het instellen ven beschermingsbewind (zij het alleen op gronden verkwisting of het hebben van problematische schulden, en met redengeving waarom bepaalde andere personen/instellingen niet tot indiening van het verzoek zijn overgegaan). Een ander is geregeld in art 1: 432 BW. GR ISD Bollenstreek In de (huidige) GR ISD Bollenstreek zijn de huidige taken opgesomd. Voor zover hier van belang bepaalt art. 5 het volgende: 1. (.). k. Het samenwerkingsverband is belast met de uitvoering van de schuldhulpverlening en de afgifte van verklaringen op grond van de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp); l. Algemene maatregelen van bestuur en uitvoeringsregelingen van de genoemde wet- en regelgeving; m. Wet- en regelgeving die in plaats treedt of voorheen van toepassing was van de onder a tot en met l genoemde wet- en regelgeving, alsmede het ter zake geldende overgangsrecht. (.) GR ISD Bollenstreek en beschermingsbewind Het aanvragen van beschermingsbewind is niet als zodanig geregeld in de huidige GR anders dan door een heel ruime interpretatie ervan. Dat laatste is niet wenselijk en ook in strijd met de nieuwe Wgr die wil dat taken en bevoegdheden die overgedragen worden nauwgezet worden omschreven. H:\Gemeenten\Gemeenteraden\Stukken\2015\N O T I T I E db beschermingsbewind gr.doc (bijlage 3).doc, dick wittemanpagina

153 Vervolgvraag is dan of bedoelde bevoegdheid van het college (dus het in rechte aanvragen van beschermingsbewind) al of niet eerder thuishoort bij het DB dan bij de colleges van de ISD gemeenten? Memorie van toelichting op wetsontwerp Voor het antwoord op die vraag is raadpleging van de MVT op wetsontwerp handig. Hieruit is het volgende ontleend. (.) Teneinde mensen met problematische schulden beter te kunnen helpen en de schuldhulpverlening, schuldsanering en schuldenbewindvoering beter op elkaar te laten aansluiten wordt tevens voorgesteld dat het college van burgemeesters en wethouders van de gemeente waar de persoon in kwestie woont een verzoek tot instelling van een beschermingsbewind wegens verkwisting of het hebben van problematische schulden kan instellen. Dit betekent dat de gemeente ten behoeve van diegene die zich aanmeldt voor schuldhulpverlening, naast het bieden van deze hulp, ook bij de kantonrechter om instelling van een beschermingsbewind kan verzoeken. Een vergelijkbare bevoegdheid heeft het college van burgemeester en wethouders op grond van artikel 284, vierde lid, van de Faillissementswet, inzake de toepassing van de schuldsaneringsregeling. Juist vanwege de verantwoordelijkheid voor de minnelijke schuldhulpverlening en de afgifte van de Wsnp verklaring acht ik het nuttig dat het college van burgemeester en wethouders in staat wordt gesteld om een verzoek tot onderbewindstelling in te dienen. Daarmee wordt ook een betere afstemming tussen schuldhulpverlening en beschermingsbewind mogelijk gemaakt. (.) Met de mogelijkheid tot verzoek om onderbewindstelling wordt gemeenten een extra instrument geboden om bij te dragen aan de oplossing van de schuldenproblematiek van deze personen. ( ) Conclusie Duidelijk is dat de wetgever de bedoeling heeft gehad om de uitvoering van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en de uitvoering van het BW voor zover het betreft het aanvragen van beschermingsbewind om redenen hierboven genoemd, te laten plaatsvinden door hetzelfde bestuursorgaan. Het ligt daarom voor de hand nu het DB de schuldhulpverlening uitvoert aan het DB ook de uitvoering van meergenoemde bevoegdheid toe te kennen. H:\Gemeenten\Gemeenteraden\Stukken\2015\N O T I T I E db beschermingsbewind gr.doc (bijlage 3).doc, dick wittemanpagina

154 DIRECTIESTATUUT ISD pdf Bijlage 2 bij: Notitie Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek 2016 Directiestatuut ISD Bollenstreek 2016 September van 13

155 DIRECTIESTATUUT ISD BOLLENSTREEK 2016 Het dagelijks bestuur, de voorzitter en de directeur van de Gemeenschappelijke Regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen (GR ISD Bollenstreek), ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft op grond van de gemeenschappelijke regeling ISD Bollenstreek en de op grond daarvan door de betreffende bestuursorganen overgedragen bevoegdheden; Overwegende dat - het, uit het oogpunt van doelmatig en doeltreffend bestuur, en voor het efficiënt functioneren van de ISD Bollenstreek wenselijk is een mandaatregeling vast te stellen; - de taken en bevoegdheden van de directeur ingevolge artikel 39 van de GR ISD Bollenstreek dienen te worden vastgelegd in een directiestatuut; Gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht, de regelgeving gemeentelijke sociale zekerheid en de Gemeenschappelijke Regeling van de ISD Bollenstreek, BESLUIT: I Het krachtens mandaat nemen van besluiten, het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en handelingen die noch een besluit noch een rechtshandeling zijn en die zijn vermeld op de bij deze regeling behorende mandatenlijst, op te dragen aan het daarbij genoemde bestuursorgaan of de genoemde functionarissen en II Ten aanzien van de uitoefening van deze mandaten/volmachten/machtigingen de navolgende regeling vast te stellen, te weten: het Directiestatuut ISD Bollenstreek van 13

156 Het Directiestatuut ISD Bollenstreek 2016 Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen; b. volmacht: de bevoegdheid om namens een bestuursorgaan privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten; c. machtiging: de bevoegdheid om namens een bestuursorgaan handelingen te verrichten, geen besluiten en/of privaatrechtelijke rechtshandelingen zijnde; d. mandaatgever: het bestuursorgaan dat aan een bij functie in de mandatenlijsten genoemde functionaris de bevoegdheid geeft om in naam van het bestuursorgaan besluiten te nemen; e. gemandateerde: het bestuursorgaan en/of de functionaris, die van de mandaatgever de bevoegdheid heeft gekregen om in naam van de mandaatgever besluiten te nemen; f. mandatenlijst: een overzicht van door de mandaatgever aan gemandateerde opgedragen bevoegdheden; g. GR: gemeenschappelijke regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen (ISD Bollenstreek). h. directeur: de directeur van de GR of diens plaatsvervanger. Artikel 2 Mandaat, plaatsvervanging 1. Het dagelijks bestuur, dan wel de voorzitter van de GR verleent mandaat aan het bestuursorgaan en/of de functionarissen zoals vermeld op de bij dit directiestatuut behorende mandatenlijst, en bij hun afwezigheid, aan hun plaatsvervanger. 2. De directeur van de GR of diens plaatsvervanger is tevens bevoegd tot het uitoefenen van de bevoegdheden die worden genoemd in het mandatenbesluit zoals vastgesteld door het dagelijks bestuur van de GR. Artikel 3 Algemene regels, uitzonderingen 1. Het mandaat omvat naast het nemen en ondertekenen van besluiten, ook het verrichten van alle voorbereidings- en uitvoeringshandelingen die bij de uitoefening van de bevoegdheid behoren, zoals: a. het verstrekken van mondelinge en/of schriftelijke informatie en gegevens van feitelijke en objectieve aard; b. het verzenden van ontvangstbewijzen; c. het voeren van overige correspondentie; d. het vragen van adviezen en inwinnen van inlichtingen; e. het verzorgen van publicaties. 2. De gemandateerde is bevoegd tot het nemen van besluiten als vermeld in de bijgevoegde mandatenlijst en het mandatenbesluit zoals vastgesteld door het dagelijks bestuur/voorzitter van de GR. 3. Geen mandaat wordt gegeven voor besluiten, indien: a. mogelijke strijdigheid met de door mandaatgever vastgestelde beleidskaders/-regels en voorschriften aanwezig wordt geacht; b. daaruit belangrijke juridische, organisatorische, politieke of publicitaire consequenties (kunnen) voortvloeien, of; c. daaruit financiële consequenties voortvloeien die niet zijn opgenomen in de gespecificeerde ramingen van de begroting, dan wel wanneer de gespecificeerde ramingen van de begroting van de ISD Bollenstreek worden overschreden, tenzij de uitgaven volgens de directeur van de ISD Bollenstreek onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar zijn. In dat laatste geval meldt de directeur van de ISD Bollenstreek deze uitgaven zo spoedig mogelijk aan de voorzitter van de GR. Artikel 4 Uitoefening mandaat De gemandateerde neemt bij de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid de op die bevoegdheid van toepassing zijnde wetten, verordeningen, circulaires, beleidsregels of richtlijnen in acht. Artikel 5 Verantwoording; verslaglegging en informatieverstrekking 1. De gemandateerde draagt zorg voor een deugdelijke verslaglegging van de door hem namens mandaat genomen besluiten. 2. De directeur van de GR informeert de mandaatgever eens per zes maanden over de krachtens mandaat genomen besluiten en over de wijze waarop elk mandaat wordt uitgeoefend. 3 van 13

157 Artikel 6 Ondertekeningswijze bij mandaat Bij de uitoefening van een mandaat, verleend door het dagelijks bestuur dan wel de voorzitter van de GR, worden uitgaande stukken als volgt ondertekend: Het dagelijks bestuur / de voorzitter van de ISD Bollenstreek, namens deze, gevolgd door de naam van de gemandateerde, diens functieaanduiding en handtekening. Artikel 7 Schakelbepaling volmachten en machtigingen Deze mandaatregeling is van overeenkomstige toepassing indien de mandaatgever aan een functionaris, werkzaam onder zijn verantwoordelijkheid, volmacht verleent tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, of machtiging verleent tot het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn. Artikel 8 Inwerkingtreding 1. Dit besluit treedt in werking op 1 januari Bij het in werking treden van dit besluit vervalt het Directiestatuut ISD Bollenstreek Artikel 9 Citeerwijze Dit besluit wordt aangehaald als Directiestatuut ISD Bollenstreek Vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van de ISD Bollenstreek van.... Het Dagelijks Bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek, De heer R.J. t Jong, secretaris/directeur De heer A.D. de Roon, voorzitter De voorzitter van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek De heer A.D. de Roon Voorzitter De directeur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek De heer R.J. t Jong Directeur 4 van 13

158 Toelichting op het Directiestatuut ISD Bollenstreek 2016 Algemeen Bij mandaatverlening worden bevoegdheden die een bestuursorgaan op grond van diverse wet- en regelgeving bezit, opgedragen aan functionarissen die werkzaam zijn in de ambtelijke organisatie. Mandaatverlening is de rechtsfiguur om besluiten met een uitvoerend karakter op te dragen aan de uitvoerende organisatie. In tegenstelling tot delegatie vindt bij mandaat geen verschuiving van de bevoegdheid plaats. Bij mandaat blijft het bevoegde bestuursorgaan zelf verantwoordelijk voor het in mandaat genomen besluit. Mandaat dient om het bestuursorgaan te ontlasten en om een snellere afdoening van zaken te bevorderen. Daarnaast kan mandaat ook de inzichtelijkheid en efficiency van de organisatie verbeteren. Door mandatering van bevoegdheden kunnen beslissingen namelijk worden genomen door de functionarissen die de situatie feitelijk beoordelen. De doorlooptijd van aanvragen/besluiten kan daarmee worden verkort en de administratieve lastendruk worden verminderd. Vanwege het grote aantal beslissingen is mandaat voor de bestuurspraktijk een onmisbaar instrument geworden. Voorop staat dat mandatering een kwestie van vertrouwen is. De mandaatgever moet erop kunnen vertrouwen dat de gemandateerde een juist besluit namens hem doet uitgaan. De gemandateerde neemt eenzelfde besluit als de mandaatgever zou nemen en dient terug te koppelen naar de mandaatgever als er met een zaak iets aan de hand is dat voor de mandaatgever van betekenis is of kan worden. Een dergelijke houding past bij mandatering, omdat de mandaatgever eindverantwoordelijk is en blijft voor de genomen beslissing. Opzet van het algemene deel van het Directiestatuut Algemene wet bestuursrecht: hoofdstuk 10 De wettelijke regels over het gebruik van mandaat zijn te vinden in hoofdstuk 10 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Overkoepelend besluit met randvoorwaarden Dit Directiestatuut bevat de meer algemene bevoegdheden als bijvoorbeeld personeelsaangelegenheden en het beheer van de GR. Ook bevat het algemene bevoegdheden van het dagelijks bestuur/voorzitter en de directeur van de GR. In het Mandatenbesluit, vastgesteld door het dagelijks bestuur, de voorzitter en directeur is het mandaat van de meer concrete bevoegdheden geregeld (meestal resulterend in een besluit bedoeld voor een individu) die voortvloeien uit de opdracht als bedoeld in artikel 5 van de GR en die vooral voor de dagelijkse uitvoeringspraktijk van belang zijn. Het Directiestatuut verwijst voor wat betreft de concrete taken/bevoegdheden van de (plaatsvervangend) directeur naar dit mandatenbesluit. In het algemene, overkoepelend deel van het Directiestatuut zijn aanvullende spelregels en randvoorwaarden opgenomen voor mandaatverlening in de ISD Bollenstreek. Artikelsgewijs zijn in dit overkoepelend besluit de randvoorwaarden genoemd waaraan de gemandateerden zich moeten houden bij de uitvoering van de aan hen opgedragen taken. Deze spelregels bieden duidelijkheid en uniformiteit bij de uitoefening van gemandateerde bevoegdheden. Een juiste naleving ervan vormt de waarborg dat de ISD Bollenstreek ook bij mandaatverlening bevoegd besluiten neemt. In de mandatenlijst staan vervolgens de specifieke bevoegdheden vermeld. Daar staat de mandaatgever vermeld en de gemandateerde, alsmede eventuele bijzonderheden bij dat specifieke mandaat. Artikelgewijze toelichting op het Directiestatuut ISD Bollenstreek 2016 Artikel 1 Begripsbepalingen onderscheid mandaat, volmacht, machtiging De gemeente kan verschillende handelingen verrichten: bestuursrechtelijke rechtshandelingen, privaatrechtelijke rechtshandelingen en feitelijke handelingen. Afhankelijk van de soort (rechts)handeling kan deze worden opgedragen aan de uitvoerende organisatie. Juridisch spreken we dan over mandaat, volmacht en machtiging. In de Awb zijn volmacht en machtiging door middel van een schakelbepaling onder de werking van de bepalingen over mandaat gebracht (artikel 10:12 Awb). Wat geldt voor de mandaten, geldt ook voor de volmachten en de machtigingen. Ook in dit Mandatenbesluit van de ISD Bollenstreek zijn volmachten en machtigingen onder de werking ervan gebracht (zie de schakelbepaling in artikel 7). Mandaat De gemeentelijke bestuursorganen voeren bestuursrechtelijke rechtshandelingen uit. Voorbeeld: het dagelijks bestuur besluit om een bijstandsuitkering toe te kennen. Deze bevoegdheden steunen op een bestuursrechtelijke wet, waarin die bevoegdheid zijn grondslag kent. 5 van 13

159 Als een bestuursorgaan een bestuursbevoegdheid opdraagt aan een derde noemen we dat mandaat. Die derde oefent die bevoegdheid uit namens het bestuursorgaan. Verschil met delegatie is dat het bestuursorgaan bij mandaat de bevoegdheid niet verliest. Het bestuursorgaan is en blijft verantwoordelijk voor de uitoefening van de bevoegdheid. Het bestuursorgaan mag op elk moment de bevoegdheid zelf uitoefenen en instructies geven aan de derde over de uitoefening van de bevoegdheid. Voorwaarde voor de juridische binding is dat het besluit is genomen binnen de grenzen van de gemandateerde bevoegdheid. Dit spreekt voor zichzelf, omdat buiten de grenzen van hetgeen is gemandateerd geen bevoegdheid bestaat. Wordt een besluit genomen over een onderwerp dat buiten de bevoegdheid ligt, dan is sprake van een onbevoegd genomen besluit. Het gevolg van een onbevoegd genomen besluit kan zijn dat dit door de rechter wordt vernietigd. De bestuursrechter moet een bevoegdheidsgebrek constateren, ook als dit door partijen niet wordt ingebracht in de procedure. Volmacht De gemeente kan ook als gewone rechtspersoon deelnemen aan het rechtsverkeer en voert in die hoedanigheid privaatrechtelijke rechtshandelingen uit. Voorbeelden: het sluiten van een overeenkomst of het verlenen van een opdracht tot onderzoek. De vertegenwoordiging bij privaatrechtelijke rechtshandelingen wordt volmacht genoemd. Voorbeeld: het dagelijks bestuur kan zijn bevoegdheid om een overeenkomst aan te gaan opdragen aan een ISD functionaris. Machtiging Naast bestuursrechtelijke en privaatrechtelijke rechtshandelingen verricht de gemeente ook feitelijke handelingen. Dit zijn de gewone, dagelijkse handelingen die geen rechtsgevolgen hebben. Voorbeelden daarvan zijn: het verstrekken van informatie aan burgers of het voeren van verweer bij de rechtbank. Een machtiging wordt verleend in het geval dat er geen sprake is van een besluit of een privaatrechtelijke rechtshandeling. Artikel 2 Mandaat, plaatsvervanging Lid 1 Mandaat is in de regel een opdracht aan een hiërarchisch ondergeschikte. Het dagelijks bestuur mandateert bijvoorbeeld de consulent PC van de ISD Bollenstreek om namens het dagelijks bestuur een bijstandsuitkering toe te kennen. Er van uitgaande dat bevoegdheden zo laag mogelijk in de uitvoerende organisatie worden neergelegd, zijn de mandaten in de ISD Bollenstreek zoveel mogelijk opgedragen aan consulenten/medewerkers die het feitelijke werk doen. Wanneer een gemandateerde afwezig is, is diens vervanger bevoegd om het mandaat uit te oefenen. Mochten zowel gemandateerde als diens vervanger afwezig zijn, dan is de mandatering geregeld doordat de direct leidinggevende van de gemandateerde (lees: het afdelingshoofd) of de (plaatsvervangend) directeur het mandaat krijgt toebedeeld. Lid 2 Veel bevoegdheden die de directeur van de GR in mandaat uitoefent, zijn neergelegd in het mandatenbesluit dat door het dagelijks bestuur en voorzitter wordt vastgesteld. Dat mandatenbesluit bevat bevoegdheden die het dagelijks bestuur / voorzitter / directeur mandateert aan functionarissen van de ISD Bollenstreek. Het betreft de concrete bevoegdheden die voortvloeien uit de opdracht als bedoeld in artikel 5 van de GR en die vooral voor de dagelijkse uitvoeringspraktijk van belang zijn. In dat mandatenbesluit zijn dus ook bevoegdheden van het dagelijks bestuur of de voorzitter aan de (plaatsvervangend) directeur van de ISD gemandateerd. In artikel 39 lid 5 van de GR is echter opgenomen dat de taken en bevoegdheid van de directeur worden vastgelegd in een directiestatuut dat wordt vastgesteld door het dagelijks bestuur. Om te voorkomen dat (de mandatenlijst bij) het directiestatuut en genoemd mandatenbesluit grote overlappingen vertonen, is dit tweede lid toegevoegd. De directeur of plaatsvervangend directeur van de GR is dus ook gemandateerd om de bevoegdheden uit te oefenen die worden genoemd in (de mandatenlijst van) het mandatenbesluit. Artikel 3 Algemene regels en uitzonderingen Lid 1 Mandaat is de bevoegdheid om namens een bestuursorgaan besluiten te nemen. Dit omvat ook het ondertekenen van die besluiten. In het verleden is vaak een onderscheid gemaakt tussen het beslismandaat en het ondertekeningsmandaat. In het licht van artikel 10:1 Awb is het echter niet juist om van mandaat te spreken wanneer uitsluitend ondertekeningsbevoegdheid namens het bestuursorgaan bestaat. Vertrekpunt is dat degene die een besluit neemt dit besluit ook ondertekent. Een bevoegdheid in mandaat uitoefenen houdt zowel beslissingsbevoegdheid als ondertekeningsbevoegdheid in. 6 van 13

160 N.B. Soms wil het bestuursorgaan de besluitvorming aan zichzelf houden. Maar om te voorkomen dat het bestuursorgaan veel brieven moet ondertekenen, kan het bestuursorgaan dan een machtiging tot ondertekenen geven aan bepaalde medewerkers (conform artikel 10:11 Awb). In dit geval is er dus geen mandaat in de zin van artikel 10:1 Awb, maar alleen een ondertekeningsbevoegdheid. Een gemandateerde bevoegdheid omvat ook de daarbij behorende voorbereiding en uitvoering, zoals het inwinnen van de nodige inlichtingen, het doen van mededelingen over bestaand beleid, correspondentie over de uitvoering van besluitvorming enz. Lid 2 In de mandatenlijst bij het Directiestatuut staan besluiten opgesomd. Daarbij wordt vermeld wie gemandateerd is om het betreffende besluit te nemen. Volledigheidshalve is hier nogmaals een verwijzing naar het door het dagelijks bestuur vast te stellen mandatenbesluit opgenomen, voor zover dat besluit bevoegdheden bevat die (door het dagelijks bestuur) zijn gemandateerd aan de (plaatsvervangend) directeur. Verwezen wordt naar artikel 2 lid 2 (en de toelichting daarop). Lid 3 In het directiestatuut worden grenzen gesteld aan de omvang van de mandaatverlening, in die zin dat er situaties zijn waarin het mandaat niet geldt en het besluit door het oorspronkelijk bevoegd bestuursorgaan wordt genomen. Een besluit, privaatrechtelijke rechtshandeling of feitelijke handeling waarvoor geen of onvoldoende financiële dekking aanwezig is in (de gespecificeerde ramingen van) de begroting van de ISD Bollenstreek, kan niet via mandaat/volmacht/ machtiging worden afgedaan. Voor bijvoorbeeld besluiten die leiden tot uitgaven die niet zijn opgenomen in de door het algemeen bestuur vastgestelde begroting geldt in beginsel geen mandaat. In dat geval is dus het bestuursorgaan zelf bevoegd. Het algemeen bestuur neemt het besluit in dat geval. De situatie kan zich echter voordoen dat de uitgaven onvoorzien, onvermijdbaar en niet te uit te stellen zijn. Wanneer de directeur van de ISD Bollenstreek van mening is dat van zo n situatie sprake is, heeft de gemandateerde toch mandaat/ volmacht/machtiging. In zo n geval meldt de directeur deze uitgaven zo snel mogelijk aan de voorzitter van de GR. Een (voorgenomen) besluit wordt eveneens aan het bevoegde bestuursorgaan voorgelegd als het mogelijk in strijd is met het door dat bestuursorgaan vastgestelde beleid(skader) of voorschriften. Of wanneer de gemandateerde denkt dat het te nemen besluit belangrijke gevolgen kan hebben. Wanneer uit het voorgenomen besluit belangrijke juridische, organisatorische, politieke of publicitaire consequenties kunnen voortvloeien, dan legt de gemandateerde het voorgenomen besluit voor aan het bevoegde bestuursorgaan. Overigens blijft de mandaatgever altijd bevoegd om de gemandateerde bevoegdheid zelf uit te oefenen. Wanneer de mandaatgever (eventueel na overleg met de gemandateerde) tijdig kenbaar maakt dat hij in een bepaald geval zelf het besluit wil nemen, dan is de gemandateerde uiteraard niet langer bevoegd om het besluit te nemen. Dit vloeit rechtstreeks voort uit de Awb (artikel 10:7 Awb). Artikel 4 Uitoefening mandaat Het spreekt voor zich dat de gemandateerde een juist besluit neemt namens het bevoegde bestuursorgaan. Dat wil zeggen dat de gemandateerde bij het nemen van het besluit (en/ of bij het verrichten van de rechts- of feitelijke handeling) rekening moet houden met de wetten, verordeningen, circulaires, beleidsregels of richtlijnen die van toepassing zijn op de uitgeoefende bevoegdheid. Artikel 5 Verantwoording; verslaglegging en informatieverstrekking Verslaglegging over de uitoefening van gemandateerde bevoegdheden houdt in een deugdelijke dossiervorming door de gemandateerde. De directeur verstrekt aan het bevoegde bestuursorgaan (de mandaatgever) in ieder geval eens in de zes maanden informatie over de in mandaat uitgeoefende bevoegdheden. De halfjaarlijkse verantwoording over de in mandaat genomen besluiten wordt afgelegd door middel van de marap. Daarin zal in ieder geval worden benoemd: het aantal besluiten en de aard van die besluiten die in mandaat in het voorafgaande half jaar zijn genomen, alsmede eventuele bijzonderheden. Overigens vloeit uit artikel 10:6 lid 2 Awb voort dat de mandaatgever ook tussentijds verzoeken om informatie over de gemandateerde bevoegdheden kan doen. Artikel 6 Ondertekeningswijze van mandaten De burger die met een besluit wordt geconfronteerd dat in mandaat is genomen, moet hierover worden geïnformeerd. Dat staat in artikel 10:10 van de Awb. Deze informatieplicht vloeit voort uit het meer omvattende beginsel van de rechtszekerheid. Het krachtens mandaat genomen besluit moet dan ook vermelden namens welk bestuursorgaan het is genomen. Artikel 6 beschrijft hoe besluiten die in mandaat zijn genomen, moeten worden ondertekend. 7 van 13

161 Artikel 7 Schakelbepaling volmachten en machtigingen Volgens artikel 10:12 van de Awb zijn alle bepalingen in de Awb die betrekking hebben op mandaat (artikel 10:1 tot en met 10:11) van overeenkomstige toepassing indien een bestuursorgaan volmacht verleent tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen of machtiging verleent tot het verrichten van feitelijke handelingen. Bij het toepassingsbereik van het mandatenbesluit is hierbij aangesloten. Het zou immers ongewenst zijn wanneer de regeling van mandaat, volmacht en machtiging binnen de ISD Bollenstreek verschillend zou zijn. Artikel 8 Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking tegelijk met de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek. Artikel 9 Citeerwijze Deze bepaling behoeft geen nadere toelichting. 8 van 13

162 Mandatenlijst behorend bij het Directiestatuut ISD Bollenstreek 2016 Omschrijving bevoegdheid Bevoegd heid van Gemandateerd aan Bijzonderheden 1. Algemeen 1. De ondertekening van stukken die uitgaan van het dagelijks bestuur voorzitter directeur Zaken waar het besluit is genomen door het dagelijks bestuur (geen mandaat, maar ondertekeningsbevoegdheid) 2. Het uitvoeren van besluiten van het algemeen bestuur DB managementassistente KCC PC BO medewerkers kwaliteit b&b beleid afdelingshoofden directeur Voor zover passend binnen de functieomschrijving 3. Het behartigen van de belangen van het samenwerkingsverband bij andere overheidslichamen en instellingen, diensten of personen waarmee contact voor de GR van belang is. DB managementassistente KCC PC BO medewerkers kwaliteit b&b beleid afdelingshoofden directeur Voor zover passend binnen de functieomschrijving 4. Het uitvoeren van de opdracht als bedoeld in artikel 5 van de GR DB Conform bepalingen van het mandatenbesluit zoals vastgesteld door het dagelijks bestuur / voorzitter van de GR Voor zover passend binnen de functieomschrijving *) waar staat directeur wordt daaronder ook verstaan de plaatsvervangend directeur (conform artikel 1 sub h). 9 van 13

163 Omschrijving bevoegdheid Bevoegd heid van Gemandateerd aan Bijzonderheden of ondermandaat 2. Personeelsaangelegenheden 1. De benoeming, schorsing en ontslag van (al dan niet tijdelijke) personeelsleden t/m schaal 11, inclusief verzoeken om werktijduitbreiding of werktijdvermindering DB directeur afdelingshoofden o.b.v. artikel 41 GR 2. Het aangaan van arbeidsovereenkomsten DB directeur 3. Het aantrekken van uitzendkrachten DB consulent P&O afdelingshoofden directeur 4. De opdracht tot het waarnemen van een andere functie en eventuele toekenning van een vervangingstoelage DB consulent P&O afdelingshoofden directeur Het betreft de opdracht aan personeel niet zijnde de directeur 5. Het toekennen van (buitengewoon) verlof aan personeelsleden DB consulent P&O afdelingshoofden directeur Het betreft verlof aan personeel, niet zijnde de directeur. Conform bepalingen CAR-UWO 6. Besluiten (al dan niet op verzoek) tot het verrichten van overwerk DB consulent P&O afdelingshoofden directeur 7. Het vaststellen van werkroosters DB coördinatoren afdelingshoofden directeur 8. Het vaststellen van beoordelingen van personeelsleden DB afdelingshoofden directeur Het betreft beoordelingen van personeel niet zijnde de directeur 9. Het toekennen van gratificaties bij ambtsjubilea DB afdelingshoofden directeur Het betreft gratificaties aan personeel niet zijnde de directeur Conform CAR-UWO en bezoldigingsverordening 10. Het toekennen van gratificaties aan personeelsleden (niet zijnde gratificaties bij ambtsjubilea) DB directeur Het betreft gratificaties aan personeel niet zijnde de directeur tot max. 500 netto per persoon. Ter kennisname aan het DB 10 van 13

164 11. Het toekennen van (brom) fiets- en autovergoedingen DB afdelingshoofden directeur Conform de reis- en verblijfskostenregeling dienstreizen 12. Het toekennen van reis- en verblijfkostenvergoedingen voor dienstreizen DB afdelingshoofden directeur Conform de reis- en verblijfskostenregeling dienstreizen. 13. De vergoeding van schade aan kleding en uitrusting van personeel, ontstaan in en door de dienst DB directeur Het betreft schadevergoeding aan personeel niet zijnde de directeur 14. Het toekennen van studiefaciliteiten: a. maximaal b. meer dan DB a: afdelingshoofden b: directeur Het betreft studiefaciliteiten toegekend aan personeel niet zijnde de directeur 15. Het afsluiten van contracten in het kader van de salarisadministratie, het arbodienstverleningsplan of re-integratie activiteiten. DB afdelingshoofden directeur Met inachtneming van de Aanbestedingsregels ISD Bollenstreek 16. Het vaststellen van re-integratie plannen in het kader van ontslag procedures. DB afdelingshoofden directeur 17. Het indienen van verweerschriften bij bezwaar- en beroepsprocedures inzake personele aangelegenheden. DB directeur 18. Het verrichten van representatie activiteiten van de GR die ten laste komen van de algemene dienst. DB directeur 19. Het aanvragen van, en het verstrekken van opdrachten tot, het uitbrengen van adviezen ten behoeve van de besluitvorming inzake personele aangelegenheden. DB directeur afdelingshoofden 20. Het aanvragen van pensioenkeuringen conform het advies van de bedrijfsarts. DB directeur afdelingshoofden *) waar staat directeur wordt daaronder ook verstaan de plaatsvervangend directeur (conform artikel 1 sub h). 11 van 13

165 Omschrijving bevoegdheid Bevoegd heid van Gemandateerd aan Bijzonderheden of ondermandaat 3. Beheer van de GR 1. Gunning van werken, leveringen en diensten binnen de begroting en tot een bedrag van DB directeur Met inachtneming van de Aanbestedingsregels ISD Bollenstreek 2. Het afsluiten/wijzigen/beëindigen van een overeenkomst met een natuurlijke persoon of rechtspersoon in het kader van de uitvoering van de taken van de GR zoals genoemd in artikel 5, eerste lid, van de GR betreffende werken, leveringen of diensten tot een bedrag van DB directeur Met inachtneming van de Aanbestedingsregels ISD Bollenstreek 3. Het afsluiten en beheren van contracten t.b.v. de algemene centrale inkoop en de levering en het onderhoud van goederen ten behoeve van de GR. DB/ voorzitter directeur afdelingshoofden Voor zover vallend binnen de begroting 4. Het beheer van eigendommen en geldmiddelen van de GR. DB directeur 5. Het nemen van alle conservatoire maatregelen, zowel in als buiten rechte, en het doen van alles wat nodig is ter voorkoming van verjaring en verlies van recht of bezit. DB directeur afdelingshoofden 6. Het houden van voortdurend toezicht op het beheer en exploitatie van de GR en op alles wat de GR aangaat. DB directeur 7. Het verkopen van afgeschreven zaken. DB directeur Ter kennisname aan het DB 8. Behandeling van WA-schadegevallen van derden vallende binnen het eigen risico. DB directeur 9. Het besteden van bedragen, vastgelegd in de vastgestelde begroting van de GR. DB directeur Ter kennisname aan het dagelijks bestuur *) waar staat directeur wordt daaronder ook verstaan de plaatsvervangend directeur (conform artikel 1 sub h). 12 van 13

166 4. Lijst met afkortingen AB Afdelingshoofden Archiefmedewerker Awb b&b Beleid BO Consulent P&O DB Directeur GR KCC Managementassistente Medewerkers b&b Medewerkers kwaliteit PC Voorzitter Algemeen Bestuur van de GR - Afdelingshoofd van de afdeling kwaliteit, het Klant Contact Centrum (KCC) en het Product Centrum (PC); - Afdelingshoofd van de afdeling Bedrijfsondersteuning (planning & control, boekhouding, automatisering, facilitaire zaken, post & archief en interne controle) Archiefmedewerker van de GR Algemene wet bestuursrecht Administratief medewerkers en medewerkers bezwaar en beroep van de afdeling bezwaar en beroep Medewerkers van de afdeling beleid Medewerkers van de afdeling Bedrijfsondersteuning Consulent van de afdeling personeel en organisatie Dagelijks Bestuur van de GR Directeur van de GR of diens plaatsvervanger Gemeenschappelijke regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen (ISD Bollenstreek). Medewerkers en consulenten van het Klant Contact Centrum Managementassistente/communicatieadviseur van de GR Medewerkers bezwaar en beroep van de afdeling bezwaar en beroep Medewerkers van de afdeling kwaliteit Medewerkers en consulenten van het Product Centrum Voorzitter van de GR 13 van 13

167 Wijzigingen Directiestatuut ISD pdf Bijlage 4 bij: Notitie Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek 2016 Artikelsgewijze toelichting op belangrijkste wijzigingen in het Directiestatuut ISD Bollenstreek 2016 Hierbij de belangrijkste wijzigingen die wij in het Directiestatuut ISD Bollenstreek 2016 hebben aangebracht: Bevoegdheid tot vaststelling van het Directiestatuut Volgens de GR ISD Bollenstreek zijn de taken en bevoegdheden van de directeur vastgelegd in een directiestatuut. Vaststelling van het Directiestatuut is volgens de huidige GR ISD Bollenstreek een bevoegdheid van het algemeen bestuur. Volgens de nieuwe Wgr is de bevoegdheid om regels vast te stellen over de ambtelijke organisatie van het openbaar lichaam echter een bevoegdheid die de wet toedeelt aan het dagelijks bestuur en is het algemeen bestuur daartoe dus niet meer bevoegd. Daar komt bij dat het Directiestatuut feitelijk een mandaatbesluit is. In dit mandaatbesluit dragen het dagelijks bestuur en de voorzitter bepaalde bevoegdheden op aan de directeur. Er worden géén bevoegdheden van (en door) het algemeen bestuur overgedragen aan de directeur. Ook om die reden is het niet logisch dat het algemeen bestuur het directiestatuut vaststelt (een bestuursorgaan kan alleen eigen bevoegdheden mandateren aan een ander bestuursorgaan en niet de bevoegdheden van een ander bestuursorgaan). Daarom is in de GR ISD Bollenstreek de bevoegdheid tot vaststelling van het Directiestatuut per 1 januari 2016 neergelegd bij het dagelijks bestuur (en niet langer bij het algemeen bestuur). Inhoudelijk: Mandatenlijst behorend bij het Directiestatuut 2016 onder 2.1 (personeelsaangelegenheden) Volgens het huidige Directiestatuut is de benoeming, schorsing en ontslag van (al dan niet tijdelijke) personeelsleden t/m schaal tien 1 een bevoegdheid die het dagelijks bestuur mandateert aan de directeur (en de afdelingshoofden). Dit is gewijzigd in: personeelsleden t/m schaal 11. Dit betekent in de praktijk dat directeur/afdelingshoofden ook beleidsmedewerkers kunnen benoemen. Het dagelijks bestuur wordt op deze manier alleen nog belast met de personeelsaangelegenheden betreffende het management van de organisatie en niet met die van de overige personeelsleden. 1 Inclusief verzoeken om werktijduitbreiding of werktijdvermindering 1

168 Gemeenten - aanbiedingsbrief GR 2016.pdf Aan de colleges van de ISD gemeenten Hobahostraat 92 Postbus AG Lisse Telefoon algemeen : (0800) Fax : (0252) Website : info@isdbollenstreek.nl Bankrelatie : BNG Uw brief/kenmerk : Lisse, 29 september 2015 Ons kenmerk : Verzonden: 29 september 2015 Bijlagen : 3 Inlichtingen : R.J. t Jong Onderwerp : Wijziging Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek Geachte leden van de colleges, Met ingang van 1 januari 2015 is de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) gewijzigd. Vanwege deze wetswijziging moet ook de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek worden gewijzigd. De gevolgen van de invoering van de nieuwe Wgr voor de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek zijn overigens betrekkelijk beperkt. Bij het opstellen van de huidige Gemeenschappelijke Regeling in 2010/2011 is namelijk al rekening gehouden met het toenmalige wetsvoorstel van de nieuwe Wgr. Op 24 september 2015 heeft het dagelijks bestuur van de ISD Bollenstreek ingestemd met het voorstel om de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (2011) per 1 januari 2016 te wijzigen overeenkomstig het concept voorstel betreffende de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (2016). Daarom verzoekt het dagelijks bestuur aan uw college: 1. om voor 1 januari 2016 toestemming te vragen aan uw gemeenteraad voor de wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek per 1 januari 2016; 2. indien toestemming is verkregen van uw gemeenteraad voor 1 januari 2016 te besluiten tot wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek per 1 januari In artikel 1, tweede en derde lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen staat dat de gemeenteraad slechts toestemming kan onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang. Bij deze brief treft u de volgende stukken aan: 1. het voorstel voor de (gewijzigde) Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (2016) 2. een overzicht met een algemene toelichting en artikelsgewijs de belangrijkste wijzigingen in de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (2016) 3. de door het dagelijks bestuur vastgestelde notitie beschermingsbewind d.d. 8 september Hieronder volgt een korte algemene toelichting op de belangrijkste wijzigingen in de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) en de voorgestelde wijzigingen in de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek. In bijlage 2 kunt u een uitgebreidere toelichting vinden. 1

169 Belangrijkste wijzigingen in de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) De belangrijkste aanpassingen in de nieuwe Wgr zijn: 1. Verheldering bevoegdhedenverdeling algemeen bestuur (AB) en dagelijks bestuur (DB) 2. Versterking invloed gemeenteraden (door verlenging zienswijzentermijn). Ad 1. Verheldering bevoegdhedenverdeling AB en DB In de Wgr die tot 1 januari 2015 gold, werd onder andere wat betreft de bevoegdheden van het AB en DB verwezen naar de Gemeentewet zoals die gold direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wet dualisering gemeentebestuur (in 2002). Die verwijzing naar de oude wettekst zorgde in de praktijk voor onduidelijkheid. In de nieuwe Wgr zelf zijn nu verschillende voorzieningen opgenomen met betrekking tot de bevoegdheidstoedeling aan AB en DB. De verwijzingen naar de tekst van de oude Gemeentewet, zoals die gold voorafgaand aan de dualisering, zijn uit de Wgr verdwenen. En er is verduidelijkt dat het AB van een gemeenschappelijke regeling getroffen door colleges uitsluitend uit collegeleden mag bestaan. Ad 2. Versterking invloed gemeenteraden (door verlenging zienswijzentermijn) In de Wgr is de controlerende positie van de gemeenteraden en het AB versterkt om de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen te waarborgen. De wetgever heeft de mogelijkheden van de gemeenteraden om invloed uit te oefenen op de begroting en de jaarrekening van de gemeenschappelijke regeling verbeterd. Verder is in het kader van het versterken van de verantwoording aan de gemeente de (al bestaande) externe informatie- en verantwoordingsplicht van AB-leden nader uitgewerkt in de nieuwe Wgr: leden van het AB hebben een informatie- en verantwoordingsplicht jegens het college dat hen heeft benoemd en jegens de (leden van de) gemeenteraad. Ook is nu in de Wgr opgenomen dat de leden van het DB nooit de meerderheid mogen uitmaken van het AB. Dit is ook logisch in het licht van de verantwoording die het DB aan het AB moet afleggen. Een belangrijke wetswijziging is dat in de Wgr expliciet de mogelijkheid is uitgesloten dat het AB kan besluiten tot het overdragen van bevoegdheden van gemeenten aan het bestuur van de gemeenschappelijke regeling. In de gemeenschappelijke regeling moet nauwkeurig zijn omschreven welke bevoegdheden naar het openbaar lichaam overgaan. Een wijziging in door gemeenten overgedragen bevoegdheden kan in beginsel slechts bij wijziging van de gemeenschappelijke regeling. Gevolgen voor de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (GR ISD Bollenstreek) Zoals al vermeld zijn de gevolgen van de invoering van de nieuwe Wgr zijn relatief beperkt voor de GR ISD Bollenstreek. Bij het opstellen van de huidige gemeenschappelijke regeling in 2010/2011 werd namelijk al rekening gehouden met het toenmalige wetsvoorstel van de nieuwe Wgr en met gerechtelijke uitspraken. Desalniettemin zijn er wel enkele belangrijke wijzigingsvoorstellen: 1. Taak/bevoegdheden van de GR ISD Bollenstreek Wat betreft taak en opdracht van de GR ISD zijn de door de ISD uit te voeren wetten geactualiseerd. Toegevoegd is dat de uitbetaling en administratieve afhandeling van het persoonsgebonden budget (PGB) als bedoeld in de Jeugdwet is overgedragen aan de ISD. Verder is de bevoegdheid om een beschermingsbewind (wegens verkwisting en problematische schulden) te vragen, toegevoegd (zie ook bijlage 3). Daarnaast is (net als in de wet) ook in de GR ISD Bollenstreek opgenomen dat de GR (het AB) niet zelf kan besluiten tot uitbreiding van de overgedragen taken/bevoegdheden van de gemeenten aan de GR ISD Bollenstreek. 2. Bevoegdheden AB / DB Toegevoegd is dat het AB een DB-lid kan ontslaan als dit lid niet meer het vertrouwen van het AB bezit. Volgens de Memorie van Toelichting bij de nieuwe Wgr hebben de leden van het DB geen enkele verantwoordingsrelatie met de gemeentebesturen (colleges) die hen hebben aangewezen. DBleden hebben alleen een verantwoordingsrelatie ten opzichte van het AB. Omdat DB-leden tevens lid zijn van het AB zijn ze uiteraard in de hoedanigheid van AB-lid wel in alle opzichten verantwoording schuldig aan het college dat hen heeft aangewezen en aan de raden. Wat betreft de bevoegdheden van het DB zijn de nu in de nieuwe Wgr opgenomen bevoegdheden voor de duidelijkheid ook in de GR ISD Bollenstreek opgenomen. 2

170 Daarnaast is de actieve informatieplicht van het DB en DB-leden richting het AB opgenomen. Dat betekent dat DB(leden) (ongevraagd) alle inlichtingen geven die het AB voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. 3. Begroting/jaarrekening en marap Verder is nu in de GR ISD Bollenstreek opgenomen dat het DB vóór 15 april van elk jaar de algemene financiële en beleidsmatige kaders en de voorlopige jaarrekeningen toezendt aan de gemeenteraden. En is de termijn die gemeenteraden hebben om hun zienswijze te geven op de ontwerpbegroting verlengd (van 6) naar 8 weken. Dit is op grond van de nieuwe Wgr verplicht. Daarnaast is in de gewijzigde GR ISD Bollenstreek opgenomen dat het DB voortaan één maal per jaar een beleids- en begrotingsevaluatie (marap/berap) aan het AB aanbiedt over de periode van 6 maanden van het lopende jaar. 4. Archief In de huidige GR staat dat de archivaris van de gemeente Lisse toezicht uitoefent op het beheer van de archiefbescheiden door de directeur (of diens gemandateerde). Ook wijst de huidige GR de archiefbewaarplaats van de gemeente Lisse aan als bewaarplaats van over te brengen archiefbescheiden en van archiefbescheiden na opheffing van de GR. De gemeente Lisse heeft echter te kennen gegeven dat zij voor omschreven functies niet langer kan uitoefenen voor de GR. De gemeente Lisse draagt namelijk de eigen archieftaken over aan een andere instantie. Om die reden is in de gewijzigde GR opgenomen dat het dagelijks bestuur van de ISD toezicht uit oefent op het beheer van de archiefbescheiden door de directeur (of diens gemandateerde). De ISD organiseert zelf de archiefbewaarplaats. Bij opheffing van de ISD zullen de archiefbescheiden worden overgebracht naar de archiefbewaarplaats van de gemeente Teylingen. Vragen Voor vragen over deze brief en de bijlagen kunt u contact opnemen met mevrouw Jetty Houtsma (beleidsmedewerker van de ISD). Zij is bereikbaar via het adres: j.houtsma@isdbollenstreek.nl en telefonisch op (0252) Met vriendelijke groet, Het dagelijks bestuur van de ISD Bollenstreek, namens deze, R.J. t Jong directeur 3

171 brief erratum GR 2016.pdf Bollenstreek lntergemêêntel jke Soc ato D enst hillegom lisse noordwijk aærdwi jkuhour teylingm College van burgemeester en wethouders van de gemeente Teylingen Postbus ZJ VOORHOUT Hobahostraat 92 Postbus AG Lisse Telefoon algemeen : (0800) Fax : ( Website E.mail Bankrelatie : : info@isdbollenstreek.nl : BNG Uw brief/kenmerk Ons kenmerk Bijlagen lnlichtingen Onderwerp Lisse, 26 oktober 2015 Verzonden: 26 oktober R.J. 't Jong Erratum - Wijziging Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek Geachte leden van de colleges, Bij brief van 29 september 2015 hebben wij u het voorstel voor de (gewijzigde) Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek toegestuurd. Wij hebben u verzocht om toestemming te vragen aan uw gemeenteraad voor de wijziging van de'gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek' per 1 januari En indien toestemming is verkregen van uw gemeenteraad te besluiten tot wijziging van de 'Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek' per 1 januari Het betreffende voorstel bevat verschillende wijzigingsvoorstellen. Eén van die wijzigingsvoorstellen trekken wij hierbij in. Het betreft het voorstel tot wijziging van het archiefhoofdstuk (zoals beschreven in hoofdstuk 11, artikel 51 Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek'). Het archiefhoofdstuk blijft dus luiden zoals verwoord in de huidige (geldende) Gemeenschappelijke Regeling (zie bijlage 1). Dít betekent dat de archivaris van de gemeente Lisse voorlopíg het toezicht blijft uitoefenen op het beheer van de archiefbescheiden. Ook voor de bewaring van bepaalde archiefbescheiden blijft de archiefbewaarplaats van de gemeente Lisse voorlopig nog aangewezen. Reden is dat door de op handen zijnde fusie van de ambtelijke organisaties van Hillegom, Lisse en Teylingen een wijziging van het archiefhoofdstuk op dit moment geen zin heeft. Daarnaast is het nodig om een aantal zaken die te maken hebben met dígitalisering van en toezicht op informatie- en archiefbeheer, te regelen. De werkzaamheden hiervoor zijn samen met de gemeente Lisse af opgepakt.vervolgens zal de Gemeenschappelijke Regeling kunnen worden aangepast. Vragen Voor vragen over deze brief en de bijlagen kunt u contact opnemen met mevrouw Jetty Houtsma (beleidsmedewerker van de ISD). Zij is bereikbaar via het adres: i.houtsma@isdbollenstreek.nl en telefonisch op (0252) Met vriendelijke groet, Het d na ijks bestuur van de ISD Bollenstreek, eze 1

172 Biilaqe I bij brief: 'Erratum - Wijziging Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek' lntrekken voorgestelde wijziging betreffende artikel 51 Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek (2016) De betreffende bepaling blijft dan als volgt in de Gemeenschappelijke Regeling ISD Bollenstreek gehandhaafd: Hoofdstuk 11: Het archief Artikel 5l: Archief 1. Het algemeen bestuur stelt de archiefverordening voor het samenwerkingsverband vast, met inachtneming van artikel 41 lid 2 Archiefwet De verordening wordt ter kennisneming aan Gedeputeerde Staten gezonden. 2. Het dagelijks bestuur is belast met de zorg voor de archiefbescheiden van het samenwerkingsverband en zijn bestuursorganen overeenkomstig de door het algemeen bestuur vastgestelde regels, zoals bedoeld in lid De directeur van het samenwerkingsverband is belast met het beheer van de archiefbescheiden, doch kan dit in mandaat overdragen aan een andere ambtenaar. 4. De archivaris van de gemeente Lisse oefent het toezicht uit op het in lid 3 bedoelde beheer. 5. De archivaris wordt door het dagelijks bestuur benoemd, geschorst en ontslagen. 6. Voor de bewaring van de op grond van artikel 12lid 1 en artikel 13 lid 1 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden van de organen van het samenwerkingsverband is 7. De in lid 6 bedoelde archiefbescheiden worden beheerd door de archivaris van de gemeente Lisse. 8. Na opheffing van de gemeenschappelijke regeling worden de in lid 3 bedoelde archiefbescheiden overgebracht naar de archiefbewaarplaats van de gemeente Lisse. 2

173 11 Motie ipgb Motie ipgb ChristenUnie en PvdA MOTIE (artikel 33 RvO) (Ieder lid kan ter vergadering een motie indienen) V a n ( n a a m r a a d s l i d o f f r a c t ie ) A a n ChristenUnie en PvdA De voorzitter O n d e r w e r p : D a t u m r a a d i n o p e n b a r e v e r g a d e r i n g b i j e e n : ipgb 17 december 2015 De fracties van ChristenUnie en PvdA, Stellen de raad voor de volgende motie aan te nemen: Van mening dat: de Transformatie van het Sociaal Domein kan leiden tot hogere kwaliteit van zorg en van dienstverlening door zorgaanbieders en de gemeente; de gemeenteraad met de transformatie streeft naar een hogere kwaliteit van dienstverlening die minder bureaucratie oplevert voor de inwoners. Ter illustratie verwijzen wij naar het voorbeeld van de PvdA in de Raadscommissie waarin een ouder met een blind kind elk jaar weer dezelfde formulieren dient in te vullen om aan te tonen dat het kind nog steeds blind is; een hogere kwaliteit van zorg en dienstverlening een benadering vraagt waarbij de hulpvraag kan gaan over Jeugdhulp, WMO & respijtzorg voor 1 of meerdere gezinsleden. De vraag wordt dan zorginhoudelijk vanuit het gezin als 1 geheel bekeken. Dit impliceert ook eenzelfde benadering van het met de zorg samenhangend budget ; een integrale werkwijze een vorm is van ontschotten die de eigen regie van de burger bevordert. De burger voert regie over de combinatie van- zorg en draagt mede budgetverantwoordelijkheid; het nadenken over ontschotten landelijk speelt en de Staatssecretaris de pilot integraal PGB (ipgb) inzet om de eigen regie te bevorderen en zorg efficiënter te organiseren. Roept het College op: In het 1 e kwartaal van 2016 de gemeenteraad ter besluitvorming voor te leggen hoe Teylingen met evt. uitnodiging aan Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout- vorm kan geven aan integrale zorgverlening gekoppeld aan een integraal PGB; En hierbij invulling te geven aan de op 13 oktober 2015 in de Tweede Kamer aangenomen motie om de eigen regie die het PGB biedt niet te beperken door pgbaanvragen af te wijzen op grond van de beschikbaarheid van zorgaanbod in natura. en gaat over tot de orde van de dag. B e s l u i t r a a d : stemmen voor stemmen tegen

174 Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de griffier, de burgemeester, R. van Dijk Carla G.J. Breuer

175 MOTIE Inleiding Het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad van de gemeente Teylingen (hierna: RvO) bevat in artikel 1 de volgende definitie: een motie is een korte en gemotiveerde verklaring over een onderwerp waardoor een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken Een motie is dus gericht op het doen van een uitspraak. Het kan o.a. gaan om het uitspreken van een wens (van inhoudelijke, politieke of procedurele aard), of het uitspreken van instemming dan wel afkeuring over bepaalde ontwikkelingen. Een motie betreft dus niet een concreet besluit dat op rechtsgevolg is gericht; zij heeft geen juridische, maar politieke betekenis. Burgemeester en wethouders zijn formeel niet gebonden aan een motie of tot uitvoering ervan verplicht. Wel kan het naast zich neerleggen van een motie door het college leiden tot een vertrouwensbreuk tussen raad en college, waaruit het college en/of de raad consequenties kunnen trekken. De raad kan bijvoorbeeld het college verzoeken een uitspraak te doen omtrent het al dan niet uitvoeren van de motie. Vereisten voor de indiening en behandeling; besluitvormingsprocedure (ontleend aan art. 34 RvO) - een motie kan ter vergadering door ieder raadslid worden ingediend; - de indiening geschiedt schriftelijk bij de voorzitter; - over een motie wordt een apart besluit genomen; - de behandeling van een motie over een aanhangig onderwerp vindt niet plaats in afzonderlijke termijnen, maar tegelijk met de beraadslaging over dat onderwerp; - de behandeling van een motie over een niet geagendeerd onderwerp vindt aan het einde van de vergadering plaats (dergelijke moties benaderen de in artikel 36 geregelde initiatiefvoorstellen). Afhandeling moties: Ingediende moties die een raadsmeerderheid hebben worden op de actielijst van de raad geplaatst. Deze moties blijven op de actielijst staan totdat de raad besluit dat deze kunnen worden afgevoerd. Het instemmen van de raad met een motie is ook een raadsbesluit zodat naderhand ondertekening van de motie door de griffier en de voorzitter zal plaatsvinden.

176 13 Actielijst en langetermijnagenda 1 LTA december 2015 definitief.pdf Datum laatste wijziging: Lange termijn agenda voor de gemeenteraad Nr Onderwerp Procesfase Participatie Planning Commissie Lokaal/ Regionaal Opmerkingen 1 Stedenbouwkundige visie Besluit Reguliere inspraak Ruimte Lokaal Vaststelling in de raadsvergadering warmond West van maart Bestemmingsplan Teylingerhof Besluit Reguliere inspraak Ruimte Lokaal Vaststelling in de raadsvergadering van maart Bestemmingsplan Rijnsburgerweg 8 (8 woningen) 4 Ontwerp Intergemeentelijke Structuurvisie Greenport 5 Ontwerp verklaring van geen bedenkingen 150 Kv Trace Carolus Clusiuslaan Besluit Reguliere inspraak Ruimte Lokaal Vaststelling in raadsvergadering van december Besluit Reguliere inspraak Ruimte Lokaal en Regionaal In de raad wordt besloten het Ontwerp ter inzage te leggen. Besluit Reguliere Inspraak Ruimte Lokaal Ontwerp verklaring van geen bedenkingen in de raadsvergadering december van Ontwerp verklaring van geen bedenkingen 150 Kv Trace Jacoba van beierenweg besluit Reguliere inspraak Ruimte Lokaal Ontwerp verklaring van geen bedenkingen in de raadsvergadering december van Vaststellen Woonvisie Besluit Werkbijeenkomst met stakeholders Ruimte Lokaal Woonvisie wordt afgestemd met Bollen3 en gelijktijdig vastgesteld. Planning wordt hierop afgestemd. 8 Opstellen beleid integraal beheer 9 Bestemmingsplan Noordelijke Randweg Voorhout Besluit Besluit Beperkt, delen van resultaat (informatief) Reguliere inspraak en bijeenkomst met bewoners en eigenaren 1e kwartaal 2016 Ruimte Lokaal Ruimte Lokaal en Regionaal Vaststelling in raadsvergadering van april 2016 afhankelijk of er een hoorzitting door de raadscommissie wordt gedaan. 10 Hoogwaardig Openbaar Vervoer corridor, maatregelen Besluit Conform participatieplan Ruimte Lokaal en Regionaal In december worden de maatregelen aan de Raad ter besluitvorming voorgelegd. Na verdere uitwerking en na ontvangst van de subsidiebeschikking wordt in 2016 het krediet op basis van het uitgewerkte ontwerp aan de raad voorgelegd. 11 Opstellen groenbeleidsplan Besluit Diverse bijeenkomsten 1e kwartaal Opstellen beleid duurzaamheid openbare ruimte Besluit Brede participatie 1e kwartaal 2016 Ruimte Ruimte Lokaal Lokaal 13 Bestemmingsplan STV (Roodemolenpolder) Besluit Reguliere inspraak en bijeenkomst omwonenden Ruimte Lokaal Vaststelling in raadsvergadering van oktober 2016 afhankelijk of er een hoorzitting door de raadscommissie wordt gedaan. 14 Herinrichting Hoofdstraat Noord Kaderstellend Uitgebreide inspraak 2016 Ruimte Lokaal In overleg uitgesteld naar Duurzaamheidsagenda Besluit In overleg met stakeholders Ruimte Lokaal De Duurzaamheidsagenda wordt in december 2015 aan de Raad gestuurd. 16 Economische Agenda Besluit In overleg met regiogemeenten en stakeholders BFT Regionaal Afhankelijk van regionale afstemming. 17 Ondernemersfonds, belastingverordening Besluit Door en voor ondernemers BFT Lokaal 18 Herpositionering samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Besluit 2015 BFT Regionaal De inhoudelijke agenda komt in de PHO's van 11 november 2015 opnieuw aan de orde. Daarna vindt besluitvorming plaats in het AB van december Bedrijfsplan ambtelijke samenvoeging HLT Tussenbesluit Geen, alleen informerend BFT Regionaal 20 Tweede voortgangsrapportage Actualisatie visie en uitvoeringsprogramma Recreatie en Toerisme Besluit Reguliere inspraak BFT Lokaal Besluit Nader uit te werken BFT Lokaal en Regionaal 22 Opstellen afvalbeleidsplan Besluit Reguliere inspraak, nog nader uit te werken BFT Lokaal Start-/keuzenotitie in oktober in de commissie Ruimte besproken. Nav de gevoerde discussie wordt dit onderwerp opnieuw geagendeerd voor december. 23 Verbeteren klimaat Bestuurscentrum en duurzaamheidsmaatregelen Besluit Geen, alleen informerend BFT Lokaal 24 Garantstelling lening Overbos/SESO Besluit Reguliere inspraak Welzijn Lokaal 25 Kleedkamers Roodemolen Besluit Reguliere inspraak 1e kwartaal 2016 Welzijn Lokaal De exploitatiestichting Roodemolen heeft nog geen aanvraag hiervoor ingediend.

177 Datum laatste wijziging: Lange termijn agenda voor de gemeenteraad Nr Onderwerp Procesfase Participatie Planning Commissie Lokaal/ Regionaal Opmerkingen 26 Kunst in de buitenruimte Besluit Reguliere inspraak Welzijn Lokaal 27 VSO ZMOK bij KTS Besluit Reguliere inspraak Welzijn Lokaal en Regionaal De KTS heeft lange tijd nodig gehad om duidelijk te maken hoeveel lokalen precies nodig zijn. Dit bevindt zich nu in een afrondende fase, waardoor besluitvorming in januari 2016 haalbaar lijkt. 28 Begrotingswijziging 2016-I ISD Bollenstreek 29 Initiatiefvoorstel armoedebeleid Zienswijze Geen Welzijn Lokaal en Regionaal Besluit In overleg met betrokken organisaties Welzijn Lokaal 30 Regionale visie bibliotheek Besluit Reguliere inspraak Welzijn Lokaal en Regionaal Bibliotheek Bollenstreek legt de laatste hand aan de definitieve versie. Deze is dus nog niet beschikbaar, waardoor besluitvorming in 2016 plaats moet vinden. 31 Invulling dementievriendelijke gemeente 32 Evaluatie sport- en cultuurregeling Besluit Reguliere inspraak Welzijn Lokaal Maakt deel uit van breder voorstel rond evaluatie van het Zorgpact. Besluit Reguliere inspraak Welzijn Lokaal 33 Nieuwe subsidieverordening Besluit Moet nog uitgewerkt worden 2016 Welzijn Lokaal Dit wordt uitgesteld tot Visie onderwijshuisvesting Besluit Moet nog uitgewerkt worden 2016 Welzijn Lokaal Dit wordt uitgesteld tot Wijziging GR ISD BollenstreeBesluit Geen Welzijn Regionaal 36 Programmabegroting 2016 Besluit Reguliere inspraak Gemeenteraad Lokaal PLANNING BESTUURLIJKE STUKKEN 3 DECENTRALISATIES 37 Contourennota Servicepunt werk Besluit Bijeenkomst met betrokken organisaties Welzijn Lokaal en Regionaal Ter kennisname. Besluitvorming in gemeenteraad is voorzien in 1e kwartaal Voorstel hulp bij het huishouden algemeen gebruikelijk maken Besluit Reguliere inspraak Welzijn Lokaal en Regionaal Dit onderwerp wordt uitgesteld totdat juridische zekerheid is verkregen is mbt tot de mogelijkheden in deze. Het wachten is op een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. 39 Positionering beschut werk (inclusief verordening) Besluit In overleg met betrokken samenwerkingspartners 1e kwartaal 2016 Welzijn Lokaal en Regionaal Opstellen van een verordening is niet noodzakelijk. Bestaande verordening voorziet al in de mogelijkheid tot inrichten beschut werk. In Bollen 5 verband + Katwijk wordt momenteel onderzoek verricht naar de mogelijkheden tot beschut werken (tevens in relatie tot (arbeidsmatige) dagbesteding). De verwachting is dat in het 1e kwartaal van 2016 voorstellen kunnen worden gedaan over de wijze waarop vorm gegeven kan worden aan beschut werken. 40 Visie sociale wijkteams Besluit In overleg met betrokken samenwerkingspartners Welzijn Lokaal 41 Notitie herstructurering Maregroep Besluit In overleg met betrokken samenwerkingspartners Welzijn Lokaal en Regionaal Afhankelijk van de uitkomsten van de wijze waarop het Servicepunt Werk vorm en inhoud gegeven gaat worden zal opnieuw moeten worden gekeken naar de positie van de Maregroep (rol en taken). 42 Takendiscussie ISD Meningsvorm end Welzijn Lokaal en Regionaal

178 Onderstaande onderwerpen zijn opgenomen in het collegeprogramma annex kadernota Programma 1: Ruimte, Wonen, Mobiliteit en Duurzaamheid Nr Besluitvorming Duurzaamheidsagenda en evaluatie X Evaluatie/ herijking ISG X X Besluitvorming Greenportlocaties 1.4 Regionale Woonvisie X X Voortgang projecten/ bestemmingsplannen/ infrastructurele projecten Prestatieafspraken woningbouwcorporaties X X X X X X X X X 1.7 Evaluatie Grondbeleid X X Verkoop gemeentelijk vastgoed X Ontwikkeling rondom station Sassenheim 1.10 Financiering woningmarkt X 1.11 Visie op vrijkomende agrarische gronden X X X X Programma 2: Toerisme en Economie 2.1 Besluitvorming Actualisatie visie en uitvoeringsprogramma Recreatie en Toerisme X 2.2 Regionale Economische Visie x 2.3 Uitvoeringsprogramma detailhandel 2.4 Bedrijventerreinenstrategie X X X Programma 3: Sociaal Domein Evaluatie Besluitvorming Evaluatie sport- en cultuurregeling Evaluatie en herijking combinatiefuncties subsidiebeleid Back to Basics X X X Voorzieningennota Evaluatie sportaccommodatienota X X Programma 4: Leefomgeving Besluitvorming Vervangen VRI Paddoxlaan X 4.2 Herinrichten en duurzaam veilig maken Antoniuslaan eo X 4.3 Nieuw asfalt Zijldijk X 4.4 Vervangen brug Warmond X 4.5 Herinrichting Floris Schoutenstraat X Programma 6: Bestuur, Veiligheid en Financiën Besluitvorming P&H Notitie Drank en Horecawet Evaluatie Handhavingsuitvoeringsprogra mma Handhavings uitvoerings programma Evaluatie Integraal Veiligheidsjaarplan 2014 Integraal Veiligheidsjaarplan 2015 afgerond afgerond afgerond afgerond afgerond

179 Actielijst commissies (versie ).xlsx Raadsvergadering 17 december 2015 Actielijst/lijst van toezeggingen raad en commissie, schriftelijke vragen en openstaande moties (actiepunten worden opgenomen en afgevoerd indien als zodanig geconcludeerd door de raad c.q. commissie). Commissie Welzijn Datum ontvangst Actie/toezegging College Afgesproken afhandeldatum W okt-14 Tweejaarlijks evalueren Verordening WMO (ipv eenmaal per 4 jaar) van Kempen 1-jan-17 W okt-14 Startnotitie takendiscussie ISD. Alleen uitvoering (dan volstaat ISD als collegeregeling) of ook beleid (is het dan nodig om de ISD om te vormen naar een raadsregeling?) Update 9 maart 2015: Belangrijk is eerst de discussie af te ronden over de werkorganisatie voor de decentralisaties (3D GO) van Kempen 30-nov-15 W nov-14 van Kempen 2e helft 2015, invoering 2016 Contourennota en Servicepunt Werk eerste kwartaal 2015 bij raad W jan-15 Veilige gegevensuitwisseling bespreken (n.a.v. ingekomen stuk W.04 raad 5- feb-2015) van Kempen 30-nov-15 W apr-15 Onwikkelen overkoepelende visie armoedebeleid (voorstellen CDA) van Kempen 4e kwartaal W.24 9-mrt-15 Input leveren ontwikkelagenda RDOG 2020 van Kempen jan/feb 2016 W aug-15 Voorstel over al dan niet instellen sociale wijkteams van Kempen 30-nov-15 W okt-15 Communicatie naar inwoners over HBH1 van Kempen 30-nov-15 W okt-15 In gesprek met mevrouw Wiering (n.a.v. ingekomen stuk W07) van Velzen 30-nov-15 W okt-15 Stand van zaken van het beschermingsbewind in Teylingen, met daarin aandacht voor de oorzaken van toename, knelpunten en oplossingsrichtingen. (n.a.v. ingekomen stuk W10 bijlage 3) van Kempen 30-nov-15 W okt-15 Terugkoppeling over langdurige contracten met SEBO en verenigingen voor eind november. van Velzen 30-nov-15 W okt-15 Notitie over taakstelling WMO tevens bespreking in cwelzijn 30 november van Kempen 30-nov-15 Commissie Ruimte R.11 R.16 Datum ontvangst 14-apr-15 9-jun-15 Actie/toezegging College Afgesproken afhandeldatum Terugkoppeling over telecom bereikbaarheid in Warmond (andere providers dan KPN) Toelichting herstructurering en revitalisering bestaande bedrijventerreinen bij toelichting motie leegstaande panden. Gaat om daadwerkelijke cijfers van leegstaande bedrijven en wat is het precieze beleid omtrent herstructurering en revitaliserende bestaande bedrijventerreinen. Raadsmededeling naar Raad gestuurd op 13 oktober. 1 december bespreken of dit voldoende was. Brekelmans Brekelmans 1-dec-15 1-dec-15 R.20 1-sep-15 Terugkoppeling over fusie Warmunda zodra officieel verzoek is ontvangen Brekelmans 1-dec-15 R.21 1-sep-15 Suggestie voor onderzoek en de kosten naar geluidshinder A44 Brekelmans 19-jan-16 R.24 1-sep-15 Welstandscommissie uitnodigen bij cruimte 1-dec-15 R okt-15 Terugkoppeling over Bollenschuur Colijn Brekelmans R okt-15 Verzoek van inspreker heer Van der Valk over drainages uitzoeken Brekelmans R okt-15 Bij aanleggen nieuw asfalt bij Lindenlaan/Parklaan is geen zebrapad aangelegd, op zondag hebben inwoners hier last van, omdat stoplichten dan niet werken. Graag update. van Velzen Commissie BF&T Datum ontvangst Actie/toezegging College Afgesproken afhandeldatum Bft okt-13 Stand van zaken burgerparticipatie van Velzen Vast actiepunt Bft feb-14 Stand van zaken alsnog realiseren glasvezel van Velzen Start uitvoering 2 e helft 2015 Bft21 30-apr-15 Toezegging voor het einde van het jaar 2015 nieuwe recreatievisie aan te leveren van Velzen Bft 22 2-sep-15 Actualisering standplaatsenbeleid (nav aanvraag koffieverkooppunt station Sassenheim) Brekelmans bft 23 2-sep-15 memo/kaart en/of lijstje van al dan niet aangelegde fietspaden/projecten Boterhuispolder van Velzen bft 24 2-sep-15 Vindbaarheid speelplaatsen (bijv kaartje op website) van Velzen 31-dec jun-16

Quick Scan Informatieveiligheid en Privacy sociaal domein Bollenstreek

Quick Scan Informatieveiligheid en Privacy sociaal domein Bollenstreek Quick Scan Informatieveiligheid en Privacy sociaal domein Bollenstreek De Bollenstreek Managementsamenvatting Quick Scan Informatieveiligheid en Privacy voor: Gemeente Hillegom Gemeente Lisse Gemeente

Nadere informatie

ECIB/U201501573 Lbr. 15/079

ECIB/U201501573 Lbr. 15/079 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 uw kenmerk bijlage(n) betreft Privacy: de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming & de Meldplicht Datalekken

Nadere informatie

2 0 NOV. 2015. lier». Ambt.: Streefdat.: Afschr.: B.V.O.: 5.024349. Regislratiedatum: Behandelend afdeling Afgehandeld door/op:

2 0 NOV. 2015. lier». Ambt.: Streefdat.: Afschr.: B.V.O.: 5.024349. Regislratiedatum: Behandelend afdeling Afgehandeld door/op: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag 2 0 NOV. 2015 Aan de Gemeenteraad lier». Ambt.: Streefdat.: Afschr.: B.V.O.: 5.024349 Postbus 90801 2509 LV

Nadere informatie

ui ui nu ui ii umi

ui ui nu ui ii umi 20/11/2015 ui ui nu ui ii umi 15.0015098 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag Aan het College van Burgemeester en Wethouders Postbus 90801 2509 LV

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 98 9 LV Den Haag Aan de Gemeenteraad Postbus 98 9 LV Den Haag Parnassusplein T 333 F 333 www.rijksoverheid.nl Contactpersoon mw. mr.

Nadere informatie

.Nr /Z'~1~8095

.Nr /Z'~1~8095 .Nr. -80249/Z'~1~8095..(., I&A ~" Inkomende post Z0555022183 20 november 2015 11111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111 J "- ~. _. ~_~_~_~... ~ -_. r.. - ~.. > Retouradres Postbus

Nadere informatie

VOORSTEL OPSCHRIFT AANHEF MOTIVERING. Vergadering van 3 november 2015 bestemd voor de gemeenteraad

VOORSTEL OPSCHRIFT AANHEF MOTIVERING. Vergadering van 3 november 2015 bestemd voor de gemeenteraad VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van 3 november 2015 bestemd voor de gemeenteraad Besluit nummer: 2015_BW_00823 Onderwerp: Subsidieverzoek SESO renovatie tennisbanen - Besluitvormend Beknopte samenvatting:

Nadere informatie

illinium i ui 10.1313624 24/12/2013

illinium i ui 10.1313624 24/12/2013 illinium i ui 10.1313624 24/12/2013 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente, l i,i l, l i

Nadere informatie

INGEKOMEN INGEKOMEN. reg. nr. \ 0 JAN. 20K

INGEKOMEN INGEKOMEN. reg. nr. \ 0 JAN. 20K Datum Verseon Leesmap ^^flteekberich^t RIS griffieoverle Steller 2014/ Prullenbak Archief Beraad&advies Ontmoeting&D Raad Agendacie Presidium Termijnagenda bekomen stuit^ /OHdUn v. col'. Ministerie van

Nadere informatie

Datum 1 oktober 2015 Betreft Kamervraag/vragen van het lid Schut-Welkzijn en Van Wijngaarden (VVD)

Datum 1 oktober 2015 Betreft Kamervraag/vragen van het lid Schut-Welkzijn en Van Wijngaarden (VVD) > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

il'-'ih'li-l'li'-ihih

il'-'ih'li-l'li'-ihih Gemeente Oude IJsselstreek Ontvangen: 24/12/2013 13ink20252 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De leden van de gemeenteraad van (gemeente) T.a.v.

Nadere informatie

Datum 30 juni 2015 Betreft Aanvalsplan beveiliging Suwinet en beoordeling doelgroep banenafspraak

Datum 30 juni 2015 Betreft Aanvalsplan beveiliging Suwinet en beoordeling doelgroep banenafspraak > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

ff ij. Ministerievan SocialeZakenen X. Werkgelegenheid

ff ij. Ministerievan SocialeZakenen X. Werkgelegenheid f i 1 «~. i i 1 i - ~«--««- - M»,i L \ i er s ;:*i- L; rr ff ij. Ministerievan SocialeZakenen X. Werkgelegenheid I B, = P+ Snn< ll. i "*'^ vr j ~ «~--«~ ~»Ã~~,,,, >-.«~._. M > Retouradres Postbus 90801

Nadere informatie

2 3 MEI 28H. uw kenmerk. ons kenmerk. Lbr. 14/042

2 3 MEI 28H. uw kenmerk. ons kenmerk. Lbr. 14/042 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad 2 3 MEI 28H Vereniging van Nederlandse Gemeenten informatiecentrum tel. (070) 373 8393 uw kenmerk bījlage(n) betreft Voortgang Informatieveiligheid ons

Nadere informatie

N LZwi3a^ Pumc/èn&ti, Ct^Q^rVvj

N LZwi3a^ Pumc/èn&ti, Ct^Q^rVvj Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag S^)t\Gc(^(P&i f' De leden van de gemeenteraad van (gemeente) T.a.v. de griffier ' (adresgegevens)! B&w 2 4DEC.

Nadere informatie

Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 'BI t# ". Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad van Ede Postbus 9022 6710 HK EDE GLD. Programma B Postbus90801 2509

Nadere informatie

ECIB/U Lbr. 17/010

ECIB/U Lbr. 17/010 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Informatieveiligheid en privacy uw kenmerk ons kenmerk ECIB/U201700133 Lbr. 17/010 bijlage(n) - datum 20 februari

Nadere informatie

Privacy en Informatieveiligheid. Koen Wortmann

Privacy en Informatieveiligheid. Koen Wortmann Privacy en Informatieveiligheid Koen Wortmann Agenda 1. Theorie: privacy en informatieveiligheid 2. De Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming 3. Wat te doen? WRR: ioverheid Waarom privacy? 1.

Nadere informatie

Raadsbesluit. Onderwerp: Nota Privacybeleid haarlem BBV nr: 2016/ Inleiding

Raadsbesluit. Onderwerp: Nota Privacybeleid haarlem BBV nr: 2016/ Inleiding Raadsbesluit Onderwerp: Nota Privacybeleid haarlem BBV nr: 2016/574466 1. Inleiding Aanleiding Privacy is een onderwerp dat de laatste jaren veel in de belangstelling staat. Data zijn hot en worden het

Nadere informatie

r'h'hil-lli'h'i'-i'l-ll-ll-ll

r'h'hil-lli'h'i'-i'l-ll-ll-ll Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad van Albrandswaard Postbus 1000 3160 GA RHOON r'h'hil-lli'h'i'-i'l-ll-ll-ll reg.

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Brummen

Rekenkamercommissie Brummen Rekenkamercommissie Brummen REKENKAMERBRIEF Privacy in de 3 decentralisaties INLEIDING Door de 3 decentralisaties verwerkt de gemeente vanaf 1 januari 2015 veel meer persoonlijke en privacygevoelige gegevens.

Nadere informatie

2015; definitief Verslag van bevindingen

2015; definitief Verslag van bevindingen Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad van Nederweert Postbus 2728 6030AA NEDERWEERT Programma 8 Postbus 90801 2509 LV

Nadere informatie

- in te stemmen de checklist voorbereiding AVG stavaza 1sep17 als bijlage mee te sturen bij RIB met de beantwoording van de art.40-vragen.

- in te stemmen de checklist voorbereiding AVG stavaza 1sep17 als bijlage mee te sturen bij RIB met de beantwoording van de art.40-vragen. VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & BEANTWOORDING ARTIKEL 40 VRAGEN Van: J. van Luling Tel nr: 8671 Nummer: 17A.00974 Datum: 4 september 2017 Team: Concernzaken Tekenstukken: Ja Bijlagen: 3 Afschrift

Nadere informatie

ons kenmerk ECSD/U201402277 Lbr. 14/091

ons kenmerk ECSD/U201402277 Lbr. 14/091 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Veilige gegevenswisseling Suwinet - stand van zaken eind 2014 Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECSD/U201402277

Nadere informatie

Rapportage Informatiebeveiliging Gemeente Boekel 16 mei 2018

Rapportage Informatiebeveiliging Gemeente Boekel 16 mei 2018 Rapportage Informatiebeveiliging 2017 Gemeente Boekel 16 mei 2018 Inleiding Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boekel legt over het jaar 2017 verantwoording af over de stand van

Nadere informatie

rliiiiihihhiiiivi.ilhn

rliiiiihihhiiiivi.ilhn Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad van Terneuzen Postbus 35 4530 AA TERNEUZEN rliiiiihihhiiiivi.ilhn Postbus 90801

Nadere informatie

Vraag 1 Kan aangegeven worden welke acties tot nu toe zijn ondernomen en welke acties nog op de planning staan om aan de AVG te voldoen?

Vraag 1 Kan aangegeven worden welke acties tot nu toe zijn ondernomen en welke acties nog op de planning staan om aan de AVG te voldoen? RAADSINFORMATIEBRIEF met beantwoording artikel 40 vragen 17R.00735 Van: college van burgemeester en wethouders Datum 19 september 2017 Portefeuillehouder(s) : burgemeester en wethouder Ten Hagen Portefeuille(s)

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag sorganisatie Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag

Nadere informatie

i\ r:.. ING. 1 8 FEB 2016

i\ r:.. ING. 1 8 FEB 2016 Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1111 III III III III * 6SC00-223* > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Langedijk

Nadere informatie

,,i,i,,,i,.,i i,i ii. 09 mrt 2016/0010. Datum O 6HAART 2015 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2014; definitief Verslag van bevindingen Bunnik

,,i,i,,,i,.,i i,i ii. 09 mrt 2016/0010. Datum O 6HAART 2015 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2014; definitief Verslag van bevindingen Bunnik Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad van Bunnik Postbus 5 3980 CA BUNNIK,,i,i,,,i,.,i i,i ii 09 mrt 2016/0010 Postbus

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag www.rijksoverheid.nl www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Uw kenmerk 2016Z05065 Datum Betreft Beantwoording

Nadere informatie

Introductie Suwinet en ENSIA

Introductie Suwinet en ENSIA Introductie Suwinet en ENSIA Anton Slijkhuis senior beleidsmedewerker Directie Stelsel en Volksverzekeringen / Taakveld Handhaving en Gegevensuitwisseling oktober 2017 Inhoud 1. Feiten 2. Probleem 3. Aanpak

Nadere informatie

ons kenmerk ECSD/U201402277 Lbr. 14/091

ons kenmerk ECSD/U201402277 Lbr. 14/091 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Veilige gegevenswisseling Suwinet - stand van zaken eind 2014 Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECSD/U201402277

Nadere informatie

Datum 30 december 2015 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2015; definitief Verslag van bevindingen Boxtel. Bijlagen Brief College van B&W

Datum 30 december 2015 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2015; definitief Verslag van bevindingen Boxtel. Bijlagen Brief College van B&W OK* Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en.. ^1\.-Ŭ Werkgelegenheid ovd > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag M d -1 mo I *y kopie De Gemeenteraad van Boxtel Postbus 10000 5280 DA BOXTEL

Nadere informatie

Verklaring van Toepasselijkheid en Informatiebeveiligingsbeleid

Verklaring van Toepasselijkheid en Informatiebeveiligingsbeleid Openbaar Onderwerp Verklaring van Toepasselijkheid en Informatiebeveiligingsbeleid Programma Bestuur en Middelen BW-nummer Portefeuillehouder H. Tiemens, B. van Hees, H. Bruls Samenvatting De gemeente

Nadere informatie

... l. " l W «.. W,, Werkgelegenheid. MinisterievanSocialeZakenen 1. Mevr. mr. C. Directeur. ma MDR. Raad, Dalfsen. Geachte

... l.  l W «.. W,, Werkgelegenheid. MinisterievanSocialeZakenen 1. Mevr. mr. C. Directeur. ma MDR. Raad, Dalfsen. Geachte x, 1 r W.~: = ë V InspectieSZW.V 3. St MinisterievanSocialeZakenen 1 Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Dalfsen Postbus Gemeer?raeäin 35 _, 7720 AA DALFSEN..... l. " l Directie

Nadere informatie

Datum Juni 2018 Privacy Protocol IB Gemeenten def V01b pdf

Datum Juni 2018 Privacy Protocol IB Gemeenten def V01b pdf Privacy Protocol Stichting Inlichtingenbureau - Gemeenten 2018 (Verwerkingsactiviteiten Wet SUWI / Participatiewet, Maatschappelijke ondersteuning en Jeugdzorg en overig) Versie Definitief Datum Juni 2018

Nadere informatie

Agenda 10:00 Korte terugblik afgelopen half jaar - Presentatie 22 juni 2017 en diverse workshops - Nieuwe wet- en regelgeving van kracht

Agenda 10:00 Korte terugblik afgelopen half jaar - Presentatie 22 juni 2017 en diverse workshops - Nieuwe wet- en regelgeving van kracht (AVG) Introductie Peter van der Zwan Agenda 10:00 Korte terugblik afgelopen half jaar - Presentatie 22 juni 2017 en diverse workshops - Nieuwe wet- en regelgeving van kracht 10:15 AVG, hoe nu verder -

Nadere informatie

Dit betekent dat u op 25 mei 2018 wettelijk verplicht bent om ten minste aan de volgende zes AVGmaatregelen

Dit betekent dat u op 25 mei 2018 wettelijk verplicht bent om ten minste aan de volgende zes AVGmaatregelen Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 8 februari 2018 Ons kenmerk TIS/U201800068 Lbr. 18/003 Telefoon (070) 373 8393 Bijlage(n) - Onderwerp 2018 wordt het jaar van de nieuwe privacyregels

Nadere informatie

Cools, Luuk 17-12-2014

Cools, Luuk 17-12-2014 Inlichten instantie via e-mail Page 1 of 2 Cools, Luuk Van: VNG [VNG@VNG.NL] Verzonden: woensdag 17 december 2014 11:10 Aan: VNG Onderwerp: Lbr. 14/091 -Veilige gegevenswisseling Suwinet - stand van zaken

Nadere informatie

Privacybeleid gemeente Wierden

Privacybeleid gemeente Wierden Privacybeleid gemeente Wierden Privacybeleid gemeente Wierden Binnen de gemeente Wierden wordt veel gewerkt met persoonsgegevens van burgers, medewerkers en (keten)partners. Persoonsgegevens worden voornamelijk

Nadere informatie

Datum 0 6HAARI 2015 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2014; definitief Verslag van bevindingen Haarlem

Datum 0 6HAARI 2015 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2014; definitief Verslag van bevindingen Haarlem Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad van Haarlem Postbus 511 2003 PB HAARLEM. L.,.l l l.l ll, l. l Datum 0 6HAARI 2015

Nadere informatie

/Sf/7 06/,4 IÃ/ ass: 2G MW' Werkgelegenheid. i, r uw :aa -M 44 " M 20/5 ~ \IM \.\llir1\ \. / R/ 4 J. cenuemenuan mw. mr. A.

/Sf/7 06/,4 IÃ/ ass: 2G MW' Werkgelegenheid. i, r uw :aa -M 44  M 20/5 ~ \IM \.\llir1\ \. / R/ 4 J. cenuemenuan mw. mr. A. f 2- /Sf/7 06/,4 ass: I ` - inisterie van SocialeZakenen Werkgelegenheid Retamafß Postbus soaui :sus Lv Den aag Aan de Gemeenteraad ` «ii\1i \ i \I \.\llir1\ \. i i Postbus 90501 2509 Lv ben aag i, r uw

Nadere informatie

VOORSTEL OPSCHRIFT AANHEF MOTIVERING. Vergadering van 19 mei 2015 bestemd voor de gemeenteraad

VOORSTEL OPSCHRIFT AANHEF MOTIVERING. Vergadering van 19 mei 2015 bestemd voor de gemeenteraad VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van 19 mei 2015 bestemd voor de gemeenteraad Besluit nummer: 2015_BW_00397 Onderwerp: Begrotingswijziging 2015-II ISD Bollenstreek - Besluitvormend Beknopte samenvatting:

Nadere informatie

""1. Datum 12 januari 2016 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2015; definitief Verslag van bevindingen Den Helder

1. Datum 12 januari 2016 Betreft Onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2015; definitief Verslag van bevindingen Den Helder ""1 Inspectie SZW Mmíïtene van Soàaìe Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad van Den Helder Postbus 36 1760 AA DEN HELDER Stuknummer: AI16.00180 Betreft Onderzoek

Nadere informatie

~n~+v.: Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

~n~+v.: Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid t.ahl {l_.,_ 1Sk'? \ ~\,A. 130 ~n~+v.: Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid INGEKOMEN 1 0 FEB 2016 Gemeente Heusden > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Gemeenteraad

Nadere informatie

ons kenmerk ECIB/U201600732 Lbr. 16/046

ons kenmerk ECIB/U201600732 Lbr. 16/046 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Ontwikkelingen informatieveiligheid Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECIB/U201600732 Lbr. 16/046 bijlage(n)

Nadere informatie

Onderwerp: Subsidieaanvraag Stichting Exploitatie Sportpark Overbos - Besluitvormend

Onderwerp: Subsidieaanvraag Stichting Exploitatie Sportpark Overbos - Besluitvormend VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van 14 april 2015 Besluit nummer: 2015_BW_00288 Onderwerp: Subsidieaanvraag Stichting Exploitatie Sportpark Overbos - Besluitvormend Beknopte samenvatting: Stichting Exploitatie

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Geachte raad,

Raadsvoorstel. Geachte raad, Raadsvoorstel Nummer: 165140 Behandeld door: J. van Dijk Agendapunt: 27 juni 2017 Onderwerp: Voorlopige voorkeur uitvoeringsvariant Participatiewet Geachte raad, Samenvatting: In opdracht van het algemeen

Nadere informatie

Aan welke eisen moet het beveiligingsplan voldoen?

Aan welke eisen moet het beveiligingsplan voldoen? Vragen en antwoorden n.a.v. brief aan colleges van B&W en gemeenteraden over verplichtingen Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP), de Wet SUWI en de Wet Eenmalige Gegevensuitvraag. Aan welke eisen moet

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 21 maart ECIB/U Lbr. 17/017 (070)

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 21 maart ECIB/U Lbr. 17/017 (070) Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 21 maart 2017 Ons kenmerk ECIB/U201700182 Lbr. 17/017 Telefoon (070) 373 8338 Bijlage(n) 1 Onderwerp nieuw verantwoordingsproces informatieveiligheid

Nadere informatie

informatiecentrum tel. uw kenmerk bijlage(n) (070) 373 8393 - Lbr. 14/086

informatiecentrum tel. uw kenmerk bijlage(n) (070) 373 8393 - Lbr. 14/086 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. uw kenmerk bijlage(n) (070) 373 8393 - betreft ons kenmerk datum Voortgang informatieveiligheid ECLBR/U201402103 Lbr. 14/086 19 november

Nadere informatie

Econorrìlŝâh hart van de Kempen. beantwoording schríftelijke vragen raadsfractie Bladel Transparant

Econorrìlŝâh hart van de Kempen. beantwoording schríftelijke vragen raadsfractie Bladel Transparant Gemeente Bfiefnr.: Econorrìlŝâh hart van de Kempen 17ik.03891 Ingek. d.d.: 2 4 MEI 2017 Beh. afc Ontv.bev. Afged. S ļíĵ Jr ^ uw brief: uw kenmerk: ons kenmerk: 17u.03242 zaaknummer: behandeld door: T.

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 5 april 2017 U Lbr. 17/018 (070)

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 5 april 2017 U Lbr. 17/018 (070) Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 5 april 2017 Ons kenmerk BB/U201700247 Lbr. 17/018 Telefoon (070) 373 8393 Bijlage(n) 1 Onderwerp Instelling Fonds Gezamenlijke Gemeentelijke Uitvoering

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

BABVI/U201300696 Lbr. 13/057

BABVI/U201300696 Lbr. 13/057 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Informatiebeveiliging uw kenmerk ons kenmerk BABVI/U201300696 Lbr. 13/057 bijlage(n) datum 6 juni 2013 Samenvatting

Nadere informatie

STAPPENPLAN VOOR GEMEENTEN BIJ DE VOORBEREIDING OP DE AVG

STAPPENPLAN VOOR GEMEENTEN BIJ DE VOORBEREIDING OP DE AVG STAPPENPLAN VOOR GEMEENTEN BIJ DE VOORBEREIDING OP DE AVG Versie 1.00 1 december 2017 Deze handreiking is mede tot stand gekomen door een samenwerking van onder andere VNG, KING, IBD en Kenniscentrum Europa

Nadere informatie

uw kenmerk ons kenmerfe ECLBR/U Lbr. 16/058

uw kenmerk ons kenmerfe ECLBR/U Lbr. 16/058 CLgft.Q,jcSqb-f^ VIUG Vereniging van Nederlandse Gemeenten Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Algemene Verordening Gegevensbescherming uw kenmerk

Nadere informatie

raadsvoorstel voorstel B&W stelt de raad voor het volgende te besluiten:

raadsvoorstel voorstel B&W stelt de raad voor het volgende te besluiten: raadsvoorstel zaak/onderwerp Z-15-07182 / Vaststellen van de zienswijze op de conceptbegroting voor 2016 van de Gemeenschappelijke Regeling Kust-, Duin- en Bollenstreek (GR-KDB) portefeuillehouder J. Roeffen

Nadere informatie

Privacy & online. 9iC9I

Privacy & online.   9iC9I Privacy & online https://www.youtube.com/watch?v=f7pyhn 9iC9I AVG en de gemeente Wat komt er op ons af? Daniël Bloemers 23 november 2017 Informatieveiligheid en de gemeente Privacy en het werk Waarom ibewust:

Nadere informatie

Company statement Algemene verordening gegevensbescherming. AVG Informatie voor professionele relaties (v ) 1 / 7

Company statement Algemene verordening gegevensbescherming. AVG Informatie voor professionele relaties (v ) 1 / 7 Company statement Algemene verordening gegevensbescherming AVG Informatie voor professionele relaties (v2018.02) 1 / 7 Algemene verordening gegevensbescherming Inleiding Op 25 mei 2018 treedt de Algemene

Nadere informatie

De website van de Autoriteit Persoonsgegevens geeft uitgebreide ondersteuning.

De website van de Autoriteit Persoonsgegevens geeft uitgebreide ondersteuning. DE AVG Vanaf 25 mei 2018 is de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) van toepassing. Dat betekent dat vanaf die datum dezelfde privacywetgeving geldt in de hele Europese Unie (EU). De Wet bescherming

Nadere informatie

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wetgevingsadvies AMvB wijziging Besluit SUWI

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wetgevingsadvies AMvB wijziging Besluit SUWI POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN De Minister van Sociale Zaken en

Nadere informatie

Datum 5 maart 2019 Betreft Informatiebeveiliging Suwinet en Toekomst Gegevensuitwisseling werk en inkomen

Datum 5 maart 2019 Betreft Informatiebeveiliging Suwinet en Toekomst Gegevensuitwisseling werk en inkomen > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Gezondheidsmanagement, Bedrijfszorg, Verzuimpreventie & Advies

Gezondheidsmanagement, Bedrijfszorg, Verzuimpreventie & Advies Company Statement Algemene verordening gegevensbescherming V.20170303 - RGD Solutions Pagina 1 van 5 Algemene verordening gegevensbescherming Inleiding Op 25 mei 2018 isde Algemene verordening gegevensbescherming

Nadere informatie

Rechtmatigheid, behoorlijkheid, transparantie Persoonsgegevens worden in overeenstemming met de wet en op behoorlijke en zorgvuldige wijze verwerkt.

Rechtmatigheid, behoorlijkheid, transparantie Persoonsgegevens worden in overeenstemming met de wet en op behoorlijke en zorgvuldige wijze verwerkt. ` Privacybeleid Gemeente Venray Binnen de gemeente Venray wordt veel gewerkt met persoonsgegevens van burgers, medewerkers en (keten)partners. Persoonsgegevens worden voornamelijk verzameld van de burgers

Nadere informatie

Medische gegevens zijn geclassificeerd als bijzondere persoonsgegevens en vragen extra aandacht!

Medische gegevens zijn geclassificeerd als bijzondere persoonsgegevens en vragen extra aandacht! Privacy is het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer. Privacy van informatie is de afwezigheid van informatie over onszelf bij anderen en bovendien het verbod aan anderen om zonder onze

Nadere informatie

Gegevenswisseling W&I: Gaat het goed? Waar liggen de uitdagingen? Jasja van Ark Senior beleidsmedewerker Werk en Inkomen VNG

Gegevenswisseling W&I: Gaat het goed? Waar liggen de uitdagingen? Jasja van Ark Senior beleidsmedewerker Werk en Inkomen VNG Gegevenswisseling W&I: Gaat het goed? Waar liggen de uitdagingen? Jasja van Ark Senior beleidsmedewerker Werk en Inkomen VNG Organisatie gegevenswisseling W&I: Suwinet 25.000 gebruikers Vrij lange historie,

Nadere informatie

Voorbereid op de nieuwe privacywet in 10 stappen

Voorbereid op de nieuwe privacywet in 10 stappen Algemene Verordening Gegevensbescherming Voorbereid op de nieuwe privacywet in 10 stappen Een publicatie van LAYLO // office@laylo.nl // www.laylo.nl // 085-0202563 Nieuwe wetgeving Per 25 mei 2018 treed

Nadere informatie

Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) Bewerkersovereenkomst de gemeente Scherpenzeel met Jeugdbescherming Gelderland

Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) Bewerkersovereenkomst de gemeente Scherpenzeel met Jeugdbescherming Gelderland Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) Bewerkersovereenkomst de gemeente Scherpenzeel met Jeugdbescherming Gelderland De ondergetekenden: 1) het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Scherpenzeel,

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Advies wetsvoorstel gebruik camerabeelden en meldplicht datalekken.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Advies wetsvoorstel gebruik camerabeelden en meldplicht datalekken. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De Staatssecretaris van Veiligheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) Nr. 550 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Voorlichtingsbijeenkomst Veilig gebruik suwinet februari en maart 2014

Voorlichtingsbijeenkomst Veilig gebruik suwinet februari en maart 2014 Voorlichtingsbijeenkomst Veilig gebruik suwinet februari en maart 2014 Aandachtspunten Recente ontwikkelingen rond gebruik suwinet Verbeterplan veilig gebruik suwinet Opzet voorlichtingsbijeenkomsten en

Nadere informatie

Oplegvel. 1. Onderwerp Informatiemanagement Jeugdhulp. 2. Rol van het samenwerkingsorgaan

Oplegvel. 1. Onderwerp Informatiemanagement Jeugdhulp. 2. Rol van het samenwerkingsorgaan In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude

Nadere informatie

De loop van de procedure Op 1 juni 2007 hebben IGZ en CBP een bezoek gebracht aan het OZG Lucas in het kader van het hiervoor genoemde onderzoek.

De loop van de procedure Op 1 juni 2007 hebben IGZ en CBP een bezoek gebracht aan het OZG Lucas in het kader van het hiervoor genoemde onderzoek. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10= TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN AANGETEKEND Ommelander Ziekenhuis

Nadere informatie

Stichting Inlichtingenbureau Privacy jaarverslag 2014. Versie 1.0

Stichting Inlichtingenbureau Privacy jaarverslag 2014. Versie 1.0 Stichting Inlichtingenbureau Privacy jaarverslag 2014 Versie 1.0 Status Definitief Datum 12 maart 2015 1. Privacybescherming en informatiebeveiliging... 3 1.1 Inleiding/privacy by design... 3 1.2 Verwerking

Nadere informatie

Aan uw raad is het volgende toegezegd: Toezeggingen college van B&W in Commissies en Raad (september 2015) TCM 09 21 mei 2015

Aan uw raad is het volgende toegezegd: Toezeggingen college van B&W in Commissies en Raad (september 2015) TCM 09 21 mei 2015 Bedrijfsvoering De gemeenteraad van Bloemendaal Datum : 19 augustus 2015 Uw kenmerk : Ons kenmerk : 2015056815 Behandeld door : J. van der Hulst Doorkiesnummer : 023-522 5592 Onderwerp : Rapportage informatiebeveiliging

Nadere informatie

Agenda 15:00 Nieuwe ontwikkelingen - Privacy wetgeving / AVG mei Wet cliëntenrechten zomer Revisie NEN 7510 najaar 2017

Agenda 15:00 Nieuwe ontwikkelingen - Privacy wetgeving / AVG mei Wet cliëntenrechten zomer Revisie NEN 7510 najaar 2017 Introductie Peter van der Zwan Douwe de Jong Agenda 15:00 Nieuwe ontwikkelingen - Privacy wetgeving / AVG mei 2018 - Wet cliëntenrechten zomer 2017 - Revisie NEN 7510 najaar 2017 16:00 Handvatten Informatieveiligheid

Nadere informatie

Privacyverordening gemeente Utrecht. Utrecht.nl

Privacyverordening gemeente Utrecht. Utrecht.nl Privacyverordening gemeente Utrecht Naar een nieuwe Privacyverordening Gemeentelijke Privacyverordening 2003 verouderd. Nieuw: Gemeentelijke privacyfunctionaris sinds 2015 Functionaris Gegevensbescherming

Nadere informatie

Privacy Maturity Scan (PMS)

Privacy Maturity Scan (PMS) Privacy Maturity Scan (PMS) Versie 1.0 / Wijzigingsdatum 02-03-2018 Uw vraag Als organisatie wilt u minimaal voldoen aan de wet- en regelgeving en u wilt zich optimaal voorbereiden op de nieuwe Europese

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

postmaster@moerdijk.nl Van: VNG namens VNG Verzonden: dinsdag 20 december 2016 14:07 Aan: postmaster@moerdijk.nl Onderwerp: Lbr. 16/094 Accountantscontrole

Nadere informatie

AANGETEKEND Rijnland Ziekenhuis 070-8888500. last onder dwangsom. Geachte A,

AANGETEKEND Rijnland Ziekenhuis 070-8888500. last onder dwangsom. Geachte A, POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN AANGETEKEND Rijnland Ziekenhuis

Nadere informatie

VERSLAG PIA. Een van de producten van de operationele variant van de Baseline Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten (BIG)

VERSLAG PIA. Een van de producten van de operationele variant van de Baseline Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten (BIG) VERSLAG PIA Een van de producten van de operationele variant van de Baseline Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten (BIG) Colofon Naam document Verslag PIA Versienummer 1.0 Versiedatum April 2014

Nadere informatie

Wettelijke kaders voor de omgang met gegevens

Wettelijke kaders voor de omgang met gegevens PRIVACY BELEID SPTV Namens SPTV wordt veel gewerkt met persoonsgegevens van (ex-) medewerkers. De persoonsgegevens worden voornamelijk verzameld voor het goed uitvoeren van de pensioenregelingen. De (ex-)

Nadere informatie

Handreiking Protocol informatiebeveiligingsincidenten en datalekken. Stichting KBO Haarlem-Schoten. Versie: 27 mei 2018

Handreiking Protocol informatiebeveiligingsincidenten en datalekken. Stichting KBO Haarlem-Schoten. Versie: 27 mei 2018 Handreiking Protocol informatiebeveiligingsincidenten en datalekken Stichting KBO Haarlem-Schoten Versie: 27 mei 2018 Bron: Dit document is gebaseerd op het Protocol informatiebeveiligingsincidenten en

Nadere informatie

A2 PROCEDURE MELDEN DATALEKKEN

A2 PROCEDURE MELDEN DATALEKKEN A2 PROCEDURE MELDEN DATALEKKEN Deze procedure voorziet in een gestructureerde wijze voor het melden van datalekken in het kader van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en de Wet meldplicht datalekken.

Nadere informatie

Gegevenswisseling W&I: Gaat het goed? Waar liggen de uitdagingen? Jasja van Ark Senior beleidsmedewerker Werk en Inkomen VNG

Gegevenswisseling W&I: Gaat het goed? Waar liggen de uitdagingen? Jasja van Ark Senior beleidsmedewerker Werk en Inkomen VNG Gegevenswisseling W&I: Gaat het goed? Waar liggen de uitdagingen? Jasja van Ark Senior beleidsmedewerker Werk en Inkomen VNG Organisatie gegevenswisseling W&I: Suwinet 25.000 gebruikers Vrij lange historie,

Nadere informatie

Datum 17 februari 2016 Betreft Definitief verslag van bevindingen onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2015

Datum 17 februari 2016 Betreft Definitief verslag van bevindingen onderzoek Veilig gebruik Suwinet 2015 Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Montferland Postbus 47 6940 BA DIDAM komen:

Nadere informatie

Stappenplan naar GDPR compliance

Stappenplan naar GDPR compliance Stappenplan naar GDPR compliance Stappenplan voor compliance met de Algemene Verordening Gegevensbescherming Het Europees Parlement heeft op 14 april 2016 de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)

Nadere informatie

Verantwoordingsrichtlijn

Verantwoordingsrichtlijn Verantwoordingsrichtlijn Verantwoordingsrichtlijn t.b.v. de edp-audit voor de beveiliging van Suwinet. Door Jan Breeman BKWI Verantwoordingsrichtlijn Verantwoording over de beveiliging van Suwinet De Regeling

Nadere informatie

het College bescherming persoonsgegevens, gevestigd in Den Haag, te dezen vertegenwoordigd door de voorzitter, hierna te noemen: het CBP

het College bescherming persoonsgegevens, gevestigd in Den Haag, te dezen vertegenwoordigd door de voorzitter, hierna te noemen: het CBP Samenwerkingsovereenkomst tussen het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het College bescherming persoonsgegevens met het oog op de uitvoering van de zelfevaluatie BRP door gemeenten

Nadere informatie

Conclusies en aanbevelingen bij de Totaalrapportage Informatiebeveiliging GeVS 2017 van de Domeingroep Privacy & Beveiliging

Conclusies en aanbevelingen bij de Totaalrapportage Informatiebeveiliging GeVS 2017 van de Domeingroep Privacy & Beveiliging Conclusies en aanbevelingen bij de Totaalrapportage Informatiebeveiliging GeVS 2017 van de Domeingroep Privacy & Beveiliging Achtergrond In 2016 zijn de normenkaders voor de informatiebeveiliging van de

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 maart 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 maart 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX Den Haag T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

VNG ledenbrief Gratis Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) 24 oktober 2017

VNG ledenbrief Gratis Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) 24 oktober 2017 Van: VNG Aan: Stadhuis Onderwerp: Lbr. 17/060 - Gratis Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) Datum: dinsdag 24 oktober 2017 15:17:29 Bekijk deze nieuwsbrief in uw browser B VNG ledenbrief Gratis Verklaring Omtrent

Nadere informatie

Privacy reglement. Pagina 1 van 9

Privacy reglement. Pagina 1 van 9 Privacy reglement Pagina 1 van 9 Inhoud Privacy reglement... 3 Wetgeving en definities... 3 Reikwijdte... 4 Verantwoordelijke... 4 Verwerkingen (Artikel 4, AVG)... 4 Doeleinden (Artikel 5, AVG)... 4 Rechtmatige

Nadere informatie

Jaarverslag Informatiebeveiliging en Privacy

Jaarverslag Informatiebeveiliging en Privacy Jaarverslag Informatiebeveiliging en Privacy Jaarverslag informatieveiligheid en privacy Inleiding De gemeente Nederweert onderstreept het belang van informatieveiligheid en privacy. De grote hoeveelheid

Nadere informatie

Agenda. De AVG: wat nu?

Agenda. De AVG: wat nu? De AVG: wat nu? 1 Agenda 1. Welke wetgeving kennen we? 2. Soorten gegevens 3. Uitgangspunten van de Wbp 4. Uitgangspunten AVG/GDPR 5. Verwerkersovereenkomsten 6. Uitwisselen van gegevens 7. Datalekken

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Vallei en Veluwerand

Rekenkamercommissie Vallei en Veluwerand Rekenkamercommissie Vallei en Veluwerand Aan de gemeenteraad van Bunnik Postbus 5 3980 CA BUNNIK P/a Gemeente Barneveld Postbus 63 3770 AB Barneveld Tel: 14 0342 Barneveld, 17 mei 2018 Ons kenmerk: 1078068

Nadere informatie