Leden van de Commissie Mobiliteit, Innovatie en Economie. 14 januari Geachte leden,

Transcriptie

1 Bezoekadres Huis der Provincie Markt CG Arnhem Postadres Postbus GX Arnhem Leden van de Commissie Mobiliteit, Innovatie en Economie telefoonnummer (026) telefaxnummer (026) adres internetsite datum zaaknummer 14 januari onderwerp Mededelingenbrief t.b.v. cie-vergadering 8 januari 2014 Geachte leden, Gelet op de daarover gemaakte afspraken informeren wij uw commissie in deze brief over onderwerpen die de portefeuille Mobiliteit, Innovatie en Economie betreffen. De mededelingen betreffen de volgende onderwerpen: 1. Ervaar het OV; 2. Ontwikkelagenda Stationsomgevingen ; 3. Programma Hoogfrequent Spoorvervoer: landelijke bestuurlijke conferentie; 4. TEN-To-Connect-conferentie en MIRT-onderzoek corridors; 5. Decentralisatie Wabo per 1 januari 2014 irt de Omgevingsdiensten; 6. Handhaving bij Nannoka Vulcanus; 7. Casus Morsink te Neede. 1. Ervaar het OV (Frans Colthoff ) De actie Kinderen Gratis is in november herhaald. Wederom blijkt uit de evaluatie dat de aanpak succesvol is. De cijfers tonen aan dat kinderen met hun ouders hebben meegedaan aan de actie. Maar liefst 43% van al deze reizigers zou zonder de actie niet in de regionale trein of bus hebben gereisd. Dat zijn allemaal extra reizigers. Daar komt bij dat 49% van de deelnemers aan de actie aangeeft dat zij in de toekomst van plan zijn om vaker gebruik te gaan maken van het OV, minimaal één keer per maand extra. Uit de evaluatie blijkt dat de actie bijdraagt aan onze doelstellingen om meer reizigers gebruik te laten maken van het regionale openbaar vervoer. Bijkomend effect is dat het imago van het OV bij 35% van de deelnemers positiever is geworden. In januari 2014 zal Ervaar het OV een 2 voor 1 actie voeren, iedere betalende reizigers kan iemand gratis meenemen in het regionale OV. De actie Kinderen Gratis zal waarschijnlijk nogmaals gevoerd worden in het voorjaar van inlichtingen bij mw. A. IJtsma telefoonnummer (026) adres post@gelderland.nl BNG Bank Den Haag, rekeningnummer IBAN-nummer: NL74BNGH BIC-code van de BNG: BNGHNL2G btw-nummer: NL B03 KvK-nummer:

2 2. Ontwikkelagenda Stationsomgevingen (Jan Henst 9767) Op maandag 11 november ontmoetten bestuurders van provincie, gemeenten, NS en ProRail elkaar in het projectbureau Veluwse Poort te Ede. De ontmoeting was onderdeel van de Ontwikkelagenda Stationsomgevingen van de provincie Gelderland die is opgezet ter ondersteuning van de in de stads- en regiocontracten gemaakte afspraken over stationsomgevingen. In de praktijk blijkt gebiedsontwikkeling rond stations ingewikkeld vanwege belangen en eigendomsrechten van de verschillende (spoorse) partijen. Op verzoek van en in samenspraak met de partners heeft de provincie daarom de Ontwikkelagenda opgesteld. Waar gewenst wordt met maatwerk bij een station een helpende hand geboden (onder andere met één provinciaal aanspreekpunt) zodat de in de Stad- en Regiocontracten gemaakte afspraken over stationsomgevingen uiterlijk in 2015 gerealiseerd zijn. Naast maatwerk wordt er een kennisnetwerk van partners opgebouwd. Uit de bestuurlijke evaluatie in november is naar voren gekomen dat deze inzet op 2 sporen, maatwerk per station en bouwen aan een kennisnetwerk, zeer gewaardeerd wordt en effectief is. We zetten deze lijn ook in 2014 voort. 3. Programma Hoogfrequent Spoorvervoer: landelijke bestuurlijke conferentie (Coen Mekers 9616) Op woensdag 18 december is er een landelijke bestuurlijke conferentie PHS gehouden. Ook de Lange Termijn SpoorAgenda (LTSA) is aan de orde gekomen. Aanwezig vanuit Oost waren gedeputeerden Bieze en Bakker, regiobestuurders Bron en Dijkstra en wethouders Penninx en König. Het eerste gedeelte van de conferentie ging over het vervolgproces van de LTSA. Het Rijk wil voor de volgende fase regionale bestuurders beter betrekken. Wij hebben dit punt gebruikt om elektrificatie van de lijn naar Doetinchem en de problemen op de IJssellijn te benoemen. Er komen regionale overleggen op bestuurlijk niveau om de LTSA te bespreken en daar kunnen we ook regionale punten inbrengen. Daarbij komen ook nieuwe prognoses voor het personenvervoer aan de orde. Vervolgens is in drie bestuurlijke rondes het PHS-dossier besproken. Daarbij heeft de staatssecretaris herhaaldelijk aangegeven dat nieuwe projecten en wensen integraal en met creativiteit bekeken moeten worden en dat als de regio wat wil regionale financiering onontbeerlijk is. De Randstadprovincies gaven aan dat zij de verdeling van goederenpaden van 2/2/2 (waarbij 2 via de Betuweroute en Oost richting Oldenzaal) op de agenda willen houden voor de toekomst als de groei van het goederenvervoer dit nodig maakt. Staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu gaf aan nu te blijven vasthouden aan 1 extra goederenpad door Oost- Nederland. De tijd voor het gesprek over Goederen Oost-Nederland was erg beperkt door IenM. Daarom is een kort statement afgegeven waarin het standpunt van Oost-Nederland is toegelicht. Hoofdpunten zijn de zorgen over o.a. leefbaarheid en veiligheid als er extra goederentreinen door Oost-Nederland gaan, de benodigde aandacht voor personenvervoer en het initiatief van het Havenbedrijf Rotterdam om een onderzoek te doen naar m.n. de batenkant van een aparte spoorlijn. Dat initiatief ondersteunen wij. De staatssecretaris heeft bestuurlijk overleg toegezegd voordat ze een besluit wil nemen over Goederen Oost-Nederland en het vervolgproces (Tweede uitgenodigd. 2

3 Verder is de vrije kruising Arnhem Velperbroek aan de orde gekomen. Afgesproken is dat dit integraal wordt bekeken in de LTSA. Tot slot is kort de stand van zaken rond de MER Meteren Boxtel en Geldermalsen aan de orde geweest. 4. TEN-To-Connect-conferentie en MIRT-onderzoek corridors (Coen Mekers 9616) Op 4 december 2013 is door Gelderland samen met o.a. NoordRijn Westfalen in Duitsland de TEN-To-Connect-conferentie georganiseerd. Hoofdonderwerp van de conferentie was het nieuwe Trans-Europese Netwerk Transport (TEN-T) van de Europese Commissie en hoe de Nederlandse en Duitse partners op m.n. logistiek en goederenvervoergebied hier op in willen spelen. De conferentie heeft tot veel positieve reacties geleid. Nederlandse en Duitse partners hebben aangegeven samen verder te willen werken aan de ontwikkeling van de Europese corridors door Gelderland en NRW. In het kader van het programma Logistiek als Gelderse Motor wordt dit verder opgepakt en uitgewerkt. Dit moet leiden tot een gezamenlijk Nederlands Duits actieplan. Tevens is er in december een begin gemaakt met het MIRT-onderzoek Goederencorridor Rotterdam-Gelderland-Duitsland. Tot het doen van dit MIRT-onderzoek is eind oktober in het bestuurlijk overleg MIRT besloten. Doel van het onderzoek is het in beeld brengen en uitwerken van "de kansen en belemmeringen met betrekking tot het optimaliseren van de multimodale goederencorridor Rotterdam-Oost-Nederland-Duitsland". Het onderzoeksgebied is daarbij de A15-Betuweroute-Waal-corridor. Het invloedsgebied is veel breder en bevat o.a. A50 en A1- zone. Het is de bedoeling dat het onderzoek onder meer leidt tot een stabiele samenwerking rond de corridor en dat de samenwerking niet ophoudt als het MIRT-onderzoek is afgerond. Dit biedt kansen om de corridor continu te verbeteren en economisch te ontwikkelen. Daarbij wordt ook gedacht aan verdere ontwikkeling van de duurzame transportcorridor Betuwe en het bieden van voldoende capaciteit op de internationale verbindingen. De TEN-To-Connect-conferentie en het MIRT-onderzoek corridors sluiten aan bij de majeure opgave rond de Gelderse corridors uit de Omgevingsvisie. Bijlage: sfeerimpressie in beelden 5. Decentralisatie Wabo per 1 januari 2014 irt de Omgevingsdiensten (Anette Toonders 8346) Vanaf 1 april 2013 hebben gemeenten en provincie in Gelderland de uitvoering van de taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) van de omgevingsvergunning (Wabo) ondergebracht bij de 7 Omgevingsdiensten. Per 1 januari 2014 is er vanuit het rijk een decentralisatie van Wabo-taken doorgevoerd, als gevolg waarvan de bevoegdheid voor een deel van het provinciale bedrijvenbestand Wabo over is gegaan naar de gemeenten. De milieutaken bij deze inrichtingen zijn onderdeel van het zogenaamde basistakenpakket en worden nu en na de decentralisatie uitgevoerd door de Omgevingsdienst. Deze decentralisatie was reeds voorzien bij de invoering van de Wabo. Bij de zogenaamde package-deal, die ten grondslag lag aan de vorming van Omgevingsdiensten (toen nog Regionale Uitvoeringsdiensten genaamd), is afgesproken dat deze decentralisatie zou worden doorgevoerd per 1 januari De provincie blijft na deze bevoegdheidsverandering op het gebied van de omgevingsvergunning (Wabo) alleen bevoegd gezag voor de zogenaamde Brzo-bedrijven en IPPC-bedrijven, die nu reeds onder onze provinciale bevoegdheid vallen (er gaan dus geen bedrijven in bevoegdheid over van gemeenten naar provincie: er is alleen sprake van decentralisatie). Deze decentralisatie heeft financiële consequenties in de zin dat er een financiële vereffening van zowel het provinciefonds als het gemeentefonds wordt doorgevoerd. 3

4 Aangezien de taakuitvoering niet verandert, heeft zowel de staatssecretaris Milieu als het college van de Provincie Gelderland de gemeenten gevraagd de middelen voor de taakuitvoering Wabo 1 op 1 in te brengen in de Omgevingsdiensten. Op deze wijze kan de beginperiode van stabiele inputfinanciering van de Omgevingsdiensten worden voortgezet. De middelen voor het resterende provinciale takenpakket moeten opnieuw over de 7 Omgevingsdiensten worden verdeeld. Ook de gemeentelijke bijdragen aan de Omgevingsdiensten moeten worden aangepast. Dit betekent dat naar verwachting medio 2014 van alle Omgevingsdiensten een begrotingswijziging voor de begroting 2014 nodig zal zijn. Op dat moment worden de gemeenteraden en provinciale staten om hun zienswijze gevraagd. Tevens zal er sprake zijn van een wijziging van de provinciale begroting. 6. Handhaving bij Nannoka Vulcanus (Wim Coopmans 8846) De afgelopen periode is in de pers aandacht besteed over de wijze waarop door de provincie bij het bedrijf Nannoka Vulcanus is gehandhaafd. De metaalgieterij Nannoka Vulcanus valt voor de omgevingsvergunning onder het bevoegd gezag van de provincie. Rond dit bedrijf is al jarenlang sprake van klachten over stankoverlast. De afgelopen jaren is meerdere malen opgetreden tegen dit bedrijf. Hier is sprake van een al jarenlang bestaande situatie waarbij omwonenden aangeven overlast te ervaren van het bedrijf. De afgelopen jaren is hierbij door de provincie op verschillende manieren getracht tot een oplossing te komen. Er is sprake van een juridisch complexe situatie waarbij door het bedrijf herhaaldelijk gebruik wordt gemaakt van haar rechtsbeschermingsmogelijkheden. In verband met geconstateerde overtredingen is er door de provincie meermaals handhavend opgetreden (o.a. 3 keer een last onder dwangsom). De procedure voor een nieuwe last onder dwangsom is ingezet. Eén dwangsom zou in 2013 moeten worden geïnd. Omdat de hiervoor benodigde besluiten zijn ondertekend door ambtenaren die hiertoe niet bevoegd (gemandateerd) waren kan deze dwangsom niet worden geïnd. Oorzaak hiervan is enige verwarring rond mandatering van taken die door de omgevingsdiensten worden uitgevoerd. De meeste taken zijn gemandateerd aan de directeuren van de omgevingsdiensten maar deze financiële afhandeling niet. Inmiddels is hiervoor een duidelijk nieuw werkproces vastgesteld. Daarnaast loopt een procedure om de omgevingsvergunning van het bedrijf ambtshalve aan te passen. Hiermee wordt de vergunning duidelijker en beter handhaafbaar. Deze procedure is vertraagd vanwege rechtsbeschermingsprocedures. Met het bedrijf is in de tussentijd gesproken over de noodzaak om maatregelen te nemen waardoor stankoverlast zoveel mogelijk wordt voorkomen. Op 18 juni 2013 is aan Vulcanus een omgevingsvergunning verleend voor het uitvoeren van geur-reducerende proeven gedurende een half jaar. Deze vergunningperiode is op 19 december 2013 afgelopen. Het bedrijf dient volgens de voorschriften binnen 3 maanden na de proefperiode de resultaten van deze proef aan de provincie te overleggen. 7. Casus Morsink te Neede (Wim Coopmans 8846) Provinciale Staten van Gelderland is per mail benaderd door dhr. B. Morsink te Neede over zijn bedrijfssituatie. Het betreft een agrarisch loonwerkbedrijf in de gemeente Berkelland. De gemeente Berkelland was en is bij dit bedrijf bevoegd gezag voor de omgevingsvergunning. De provincie was tot 1 januari 2014 medebevoegd voor de milieuregelgeving. De hoeveelheid en aanwezigheid van afvalstoffen was bepalend voor deze bevoegdheid. Bij dit bedrijf is door de provincie handhavend opgetreden tegen overtredingen van de milieuregelgeving. Inmiddels is de provincie niet meer bevoegd bij dit bedrijf. De onduidelijkheid die er naar het oordeel van dhr. Morsink zou bestaan rondom vergunningen is dan ook niet aan de orde. 4

5 De brieven van de heer Morsink zijn onder behandeling bij de Omgevingsdienst Achterhoek. Met de heer Morsink is afgesproken dat hij in januari 2014 schriftelijk antwoord krijgt op zijn vragen. Hoogachtend, namens Gedeputeerde Staten van Gelderland, mw. mr. C.G. Bieze-van Eck lid van Gedeputeerde Staten Bijlage 1: Sfeerimpressie in beelden (behorende bij onderwerp 3 TEN-To-Connect-conferentie en MIRT-onderzoek corridors) 5

6 In het prachtig gerestaureerde Schloss Dyck werd woensdag door het programma Lo&Go een TEN-TO CONNECT bijeenkomst georganiseerd om de gezamenlijke kick off voor een intensieve(re) en structurele grensoverschrijdende samenwerking met Nord Rhein Westfalen (NRW) in te luiden. Reden hiervoor is dat Nederland en NRW samen een van de belangrijkste logistieke regio s in Europa vormen. Met verschillende internationale lucht en zeehavens en de grote binnenhavens zijn er veel knooppunten in dit gebied die (gezamenlijk) een mondiaal belang vertegenwoordigen. Netwerkvorming en dialoog tussen Nederlandse en Duitse (logistieke) bedrijven en vertegenwoordigers uit politiek en wetenschap stond daarom centraal tijdens deze conferentie. Staatsecretaris Adler van het Ministerium für Bauen, Wohnen, Stadtentwicklung und Verkehr des Landes Nordrhein- Westfalen nam deel aan de conferentie maar ook gedeputeerde Bieze was aanwezig en benadrukte in haar toespraak de essentiële meerwaarde van betere samenwerking in de belangrijkste vervoersas van Europa.