Jaarverslag CONCEPT Jaarverslag 2015 Bevolkingsonderzoek Zuid-West CONCEPT

Transcriptie

1 Jaarverslag 2015 CONCEPT CONCEPT 1

2 2

3 INHOUD BERICHT VAN DE RAAD VAN TOEZICHT 5 1 ORGANISATIE EN ALGEMENE ONTWIKKELINGEN 7 2 BEVOLKINGSONDERZOEK BORSTKANKER IN Resultaten bevolkingsonderzoek borstkanker BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER IN Resultaten bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker BEVOLKINGSONDERZOEK DARMKANKER IN Resultaten bevolkingsonderzoek darmkanker REACTIES VAN CLIËNTEN 27 6 BEDRIJFSVOERING 29 Communicatie 29 Kwaliteitszorg 29 HRM & Arbo 31 ICT 33 7 FINANCIEEL VERSLAG 35 Toelichting financieel jaarverslag 35 Balans per 31 december Staat van baten en lasten 38 Kasstroomoverzicht 39 BIJLAGE 1 Raad van Toezicht, Raad van Bestuur, Managementteam en Ondernemingsraad BIJLAGE 2 Opkomst bevolkingsonderzoek borstkanker per gemeente in 2015 BIJLAGE 3 Opkomst en passieve participatie baarmoederhalskanker per gemeente in 2015 BIJLAGE 4 Uitnodigingen, deelname en bevolkingsonderzoek darmkanker per gemeente in

4 4

5 BERICHT VAN DE RAAD VAN TOEZICHT Bevolkingsonderzoek Zuid-West kijkt terug op een goed Het vanaf 2014 ingevoerde bevolkingsonderzoek darmkanker is in het afgelopen jaar goed op stoom gekomen. Samen met andere screeningsorganisaties en ketenpartners is hard gewerkt aan de verdere implementatie en zijn de eerste verbeterpunten doorgevoerd was tevens het jaar waarin het bevolkingsonderzoek borstkanker haar 25-jarig jubileum vierde. In oktober-borstkankermaand is hier door Bevolkingsonderzoek Zuid-West uitgebreid aandacht aan besteed. Sinds het besluit van de Minister van VWS eind 2013 om het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker te vernieuwen, is de voorbereiding van de implementatie hiervan onder leiding van het RIVM voortvarend ter hand genomen. De voorbereiding maakte in het afgelopen jaar roerige momenten mee als gevolg van de dynamiek die ontstond door de vermeende belangenverstrengeling van een van de betrokken hoogleraren. De feitelijke invoering van de vernieuwde baarmoederhalskankerscreening heeft mede hierdoor en door diverse aanbestedingsrechtelijke procedures enige vertraging opgelopen. Dit heeft de Minister doen besluiten de invoeringsdatum uit te stellen tot 1 januari Medio 2015 is de voorbereiding voor de aanschaf en de ingebruikname van een mobiele unit borstkankerscreening gestart. Dit project is met een enthousiaste en deskundige inzet van veel medewerkers opgepakt. Ook is in 2015 een begin gemaakt met het opvolgen van de adviezen uit het evaluatierapport Bevolkingsonderzoek naar borstkanker: verwachtingen en ontwikkelingen van de Gezondheidsraad (2014). Het belangrijkste advies van de Gezondheidsraad was het continueren van het landelijke programma borstkankerscreening. Daarnaast werd een aantal adviezen gegeven om dit screeningsprogramma verder te optimaliseren. Deze adviezen zijn door het RIVM verder uitgewerkt en met de screeningsorganisaties besproken. De screeningsorganisaties hebben deze vervolgens voor uitvoering ter hand genomen. In de eerste maanden van 2015 is door de Raad van Bestuur tezamen met vele externe en interne betrokkenen hard gewerkt aan het ontwikkelen van het strategische beleid voor de komende vijf jaren. Dit heeft geleid tot een helder strategisch beleidsplan Koers 2020 dat in juni 2015 door de Raad van Toezicht werd goedgekeurd. Koers 2020 heeft als richtinggevend document gediend bij het Beleidskader 2016 en de Begroting Eind 2015 stond in het teken van verkiezingen voor de Ondernemingsraad (OR). Voor het eerst sinds het bestaan van Bevolkingsonderzoek Zuid-West was er een grote kandidatenlijst en konden verkiezingen worden gehouden. De verkiezingen zijn, mede dankzij een tijdige en relevante voorbereiding, goed verlopen met als resultaat een nieuwe OR, bestaande uit deels nieuwe leden en deels herkozen leden. Ondertussen is door de medewerkers van Bevolkingsonderzoek Zuid-West met veel inzet aan alle lopende bevolkingsonderzoeken gewerkt en met goed resultaat. De doelstellingen met betrekking tot de te screenen doelgroep binnen de bepaalde intervaltermijnen zijn ruimschoots gehaald. Ook het financiële resultaat van de organisatie is positief. Dit positieve resultaat kon aan de reserve worden toegevoegd waarmee de balanspositie verder werd versterkt. De organisatie kan trots zijn op de wijze waarop de dienstverlening aan de cliënten wordt uitgevoerd. De goede uitkomsten van de tussentijdse kwaliteitsaudit voor alle drie bevolkingsonderzoeken, evenals de hoge scores in de cliëntentevredenheidsonderzoeken worden gezien als een prachtig resultaat. 5

6 Vermeldenswaard is de toetreding van de heer drs. A.C. de Grunt als lid van de Raad van Toezicht en als voorzitter van de auditcommissie Financiën per 1 juli Met de komst van de heer De Grunt is de Raad van Toezicht verrijkt met een toezichthouder die ervaring heeft in de zorg op het gebied van financiën en ICT. Hij vult de vacature in die ontstond na het per rooster aftreden van de heer F.L. Haverkamp. Eind december hebben de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur afscheid genomen van de heer Haverkamp als lid van de Raad van Toezicht en voorzitter van de auditcommissie Financiën. De Raad van Toezicht dankt de heer Haverkamp voor zijn jarenlange inzet voor het bevolkingsonderzoek. De Raad van Toezicht is trots op de resultaten die zijn behaald. De Raad van Toezicht is het bestuur, management, de medewerkers en de ketenpartners dankbaar voor de uitstekende wijze waarop de dienstverlening aan de cliënten van het bevolkingsonderzoek is uitgevoerd. Namens de Raad van Toezicht, mevrouw mr. A.E. de Groot voorzitter 6

7 1. ORGANISATIE EN ALGEMENE ONTWIKKELINGEN Figuur 1.1 Organogram Bevolkingsonderzoek Zuid-West per januari 2016 Stichting Bevolkingsonderzoek Zuid-West Raad van Toezicht Screeningsradiologen Regionaal Coördinerend Pathologen (RCP) Raad van Bestuur Ondernemingsraad RCMDL/ TCMDL Strategie & Beleid Secretariaat Raad van Bestuur Manager Administratieve Organisatie Manager Screening Manager Screening Manager Bedrijfsvoering (Coördinator) Informatielijn Front- Backoffice (Coördinator) Medisch Secretariaat & IMS (Regio- Coördinator) 2 SEs (Opleidings- / Regiocoördinator) 1 SE (Coördinator) Planning (Regio- Coördinator) 3 SEs Controlling ICT Service Center (Coördinator) Facilitaire Dienst Receptie Postkamer Assistent Manager Administratieve Organisatie (Regio- Coördinator) 2 SEs (Regio- Coördinator) 2 SEs (Regio- Coördinator) 2 SEs (Regio- Coördinator) 2 SEs Financiële- en salarisadministratie HRM & Arbo Medewerker Capaciteit DK Medewerker Kwaliteit DK Communicatie Kwaliteitszorg Praktijkondersteuner BMHK Ambtelijk Secretaris Ondernemingsraad Klachtenbehandeling Koers 2020 ontwikkeld In 2015 is gewerkt aan het strategisch beleidsplan Koers Vele verschillende mensen van binnen en buiten de organisatie hebben input gegeven. Door hun enthousiaste advisering en ondersteuning in het strategisch beleidsvormingsproces, hebben we een gedegen strategisch beleidsplan voor 2016 tot en met 2020 kunnen opstellen. Het plan kent vijf strategische doelstellingen waarop de organisatie haar pijlen gaat richten: Speerpunt 1: De cliënt is de belangrijkste schakel in de keten; Speerpunt 2: Invoeren vernieuwing baarmoederhalskanker volgens planning; Speerpunt 3: Bijdragen aan innovatie en wetenschappelijk onderzoek; Speerpunt 4: Verder ontwikkelen van ScreenIT en digitale gegevensuitwisseling; Speerpunt 5: Versterken van leiderschap en eigen verantwoordelijkheid. In juni 2015 is het beleidsplan vastgesteld en vormde daarmee het richtinggevend document voor het beleidskader 2016, de begroting 2016 en de jaarplannen Follow-up Medewerkersonderzoek De verbeterpunten die zijn genoemd in het medewerkersonderzoek (2014) en in de daaropvolgende workshops, zijn in 2015 grotendeels ingevoerd. Sommige verbeteringen konden direct worden doorgevoerd; andere vereisten meer aandacht en voorbereiding, zoals onder andere de aanschaf van een nieuw mobiel borstonderzoekscentrum (mobiele unit) en het inzetten op zelforganisatie. De aanschaf van het borstonderzoekscentrum is vanaf medio 2015 voorbereid en in maart 2016 kon de nieuwe unit SE93 in gebruik worden genomen. Hiermee kunnen we op de eerste plaats beter tegemoet komen aan de groeiende 7

8 doelgroep cliënten. Tevens kunnen we cliënten meer keuze aanbieden in gewenste tijdstippen voor hun borstonderzoek en tegemoet komen aan de wensen voor standplaatsen van de bus, dichterbij hun woonplaats. Door de komst van de nieuwe mobiele unit zijn we beter in staat om de personele bezetting over de mobiele onderzoekscentra te verdelen, waardoor we eveneens tegemoet komen aan de wensen van medewerkers. Ook de introductie van zelforganiserende teams is in 2015 voorbereid en kon in maart 2016 starten. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan diverse verbeterpunten, die uit de follow-up van het medewerkersonderzoek kwamen, zoals het vergroten van regelruimte, het versterken van eigen verantwoordelijkheid, het benutten van talent, en het versterken van (coachend) leiderschap. OR-verkiezingen Voor het eerst in de geschiedenis van onze organisatie was er voor de medewerkers iets te kiezen: er stelden zich meer medewerkers kandidaat voor de OR dan dat er plaatsen beschikbaar waren. Het personeel bracht in groten getale hun stem uit, met als resultaat een nieuwe OR, die eind december kon worden geïnstalleerd. De nieuwe OR bestaat voor de helft uit nieuwkomers en voor de helft uit herkozen leden. 8

9 2. BEVOLKINGSONDERZOEK BORSTKANKER IN 2015 Focus op kwaliteit Focus op kwaliteit was in 2015 het motto van de borstkankerscreening. Er was dit jaar extra aandacht voor de insteltechniek en bijscholing. Insteltechniek In 2015 is op enkele units een presentatie gegeven over de insteltechniek. Daarnaast gaven de instructielaboranten aan een aantal MBB ers op de unit de Persoonlijk Instructie Tip (PIT). De instructielaborant geeft dan op locatie een tip voor kwaliteitsverbetering aan de MBB ers die op dat moment screenen. De PIT wordt naast de reguliere - verplichte - bijscholing gegeven. De intercollegiale toetsingen Insteltechniek hebben een cyclus van drie jaar. In die drie jaar wordt jaarlijks een van de toetsingsvormen uitgevoerd. De verschillende toetsingsvormen staan beschreven in het Instrument kwaliteit mammografieën. De borstonderzoeken worden getoetst op criteria die zijn opgesteld door het Landelijk Referentiecentrum voor Bevolkingsonderzoek op Borstkanker (LRCB). De toetsingen worden uitgevoerd door de opleidingscoördinator en/of door collega's die door het LRCB zijn opgeleid tot intervisielaborant dan wel instructielaborant en stagebegeleider. Sinds januari 2015 passen alle MBB ers die een afwijking op een borstfoto zien, de SLS-codering (Screeningslaboranten score) toe. De MBB ers zijn geïnstrueerd in het correct toepassen hiervan. Bijscholing In mei is het LRCB de theoretische bijscholing Fysica en de training SLS-codering komen geven. Enkele MBB ers volgden een ergonomische bijscholing, op eigen verzoek of op verzoek van de regiocoördinator. Het opleidingsteam verzorgde de driejaarlijkse bijscholing Insteltechniek. Ook werden er intervisies uitgevoerd. Het opleidingsteam heeft een vierdaagse cursus gevolgd waarin onder andere het geven van positieve maar ook negatieve feedback, en het voeren van een constructieve communicatie aan de orde kwamen. Ook heeft het opleidingsteam tijdens deze cursus de visie van het opleidingsteam opgesteld. Daarmee wordt de kwaliteit van het opleidingsteam verbeterd en kunnen alle MBB ers optimaal worden opgeleid en bijgeschoold. Landelijke uniformiteit Sinds 1 januari 2011 zijn de vijf screeningsorganisaties zelf verantwoordelijk voor de opleiding van de eigen MBB ers. Om de uniformiteit van de opleiding en de kwaliteit in de screening te waarborgen, is in 2015 het landelijk opleidingsplan MBB er in de screening opgesteld. De implementatie is voorzien in Aanschaf nieuw onderzoekscentrum In 2015 besloot de Raad van Bestuur om een nieuw mobiel borstonderzoekscentrum aan te schaffen. Uitbreiding van de capaciteit was nodig om de groeiende doelgroep binnen de vereiste intervaltermijn te kunnen blijven bedienen. Met de komst van een nieuw onderzoekscentrum gingen vele organisatorische verschuivingen gepaard: in het uitnodigingsschema, de gebiedsindeling, de samenstellingen van de teams en in de beoordelingseenheden. Dit, alsmede de bouw en inrichting, werd voorbereid en begeleid door de projectgroep Op weg naar een nieuwe unit. Het nieuwe borstonderzoekscentrum was maart 2016 operationeel. 9

10 Jubileum 25 jaar borstkankerscreening In 2015 werd het 25-jarig bestaan van de borstkankerscreening gevierd. Bevolkingsonderzoek Zuid-West bracht dit in oktober op feestelijke manier onder de aandacht bij de cliënten, ketenpartners en medewerkers. Ook op de Facebook- en Twitteraccounts stonden we uitgebreid stil bij dit jubileum. Project Sarah verbetert kennis over borstkanker(screening) Begin april startte in tien Rotterdamse wijken project Sarah. Het project heeft als doel de kennis over (bevolkingsonderzoek) borstkanker te verbeteren onder migrantenvrouwen, laaggeletterde vrouwen en vrouwen met een lage sociaal economische status. Dit gebeurt met voorlichtingsbijeenkomsten in de wijk, georganiseerd door gezondheidsvoorlichters met verschillende culturele achtergronden. Project Sarah is een samenwerking tussen het Academisch Borstkankercentrum Erasmus MC-Havenziekenhuis, Voorlichters Gezondheid en Bevolkingsonderzoek Zuid-West. Pilot Functiedifferentiatie afgerond In september werd de pilot Functiedifferentiatie afgerond. Doel van de pilot was het onderzoeken of taken van de MBB ers enerzijds (deels) konden worden uitgevoerd door MBO ers, en anderzijds konden worden uitgebreid met taken op HBO+-niveau. De eindconclusie was dat een Screeningsassistent MB er kan voldoen aan de Criteria Insteltechniek Mammografie van het LRCB; vier kandidaten hebben het screeningscertificaat van het LRCB ontvangen. De verkenning van de mogelijkheden tot het toevoegen van HBO+- taken aan het takenpakket van de huidige MBB ers is niet met een positief resultaat afgerond. De projectgroep heeft verschillende opties aan de Adviesgroep ter beoordeling voorgedragen, maar geen enkele is als passend binnen het bevolkingsonderzoek gehonoreerd. Toegankelijkheid voor rolstoelcliënten verbeterd Op grond van de wet gelijke behandeling dient de toegankelijkheid voor cliënten in een rolstoel binnen het bevolkingsonderzoek zoveel mogelijk geborgd te zijn. Hiertoe zijn diverse verbeteringen aan de mobiele borstonderzoekscentra voorbereid en aangebracht. Voor de kleine groep vrouwen voor wie borstkankerscreening in de bus niet mogelijk is, vanwege hun beperking, vindt screening in een ziekenhuis plaats. De screeningsorganisatie zorgt er voor dat hun borstfoto s door de gespecialiseerde screeningsradiologen van het bevolkingsonderzoek worden beoordeeld. Voorheen kon deze groep cliënten niet bij het bevolkingsonderzoek terecht en werden via de huisarts naar een ziekenhuis verwezen. De implementatie van deze werkwijze is in 2015 voorbereid. Resultaten bevolkingsonderzoek borstkanker 2015 Elke twee jaar worden vrouwen van 50 tot en met het jaar dat zij 75 worden, uitgenodigd om mee te doen aan het bevolkingsonderzoek borstkanker. In een van onze twaalf mobiele of drie vaste onderzoekscentra worden standaard vier borstfoto s gemaakt door onze MBB ers (Medisch Beeldvormend- en Bestralingsdeskundigen). De doelgroep wordt elke twee jaar uitgenodigd. Om die reden vergelijken we de resultaten van het verslagjaar met die van 2013 en We streven ernaar alle cliënten binnen twee jaar (met een marge van twee maanden) uit te nodigen. In 2015 is deze intervalperiode niet overschreden. 10

11 Tabel 2.1 Aantal uitnodigingen bevolkingsonderzoek borstkanker in Aantal uitnodigingen Tabel 2.2 Opkomst bevolkingsonderzoek borstkanker 2015*, naar leeftijd Leeftijd Uitgenodigd Onderzoeken Opkomst Aantal verwijzingen Eerste ronde < ,9% Vervolgronde ,3% ,9% ,8% ,0% ,8% 646 > ,6% 8 Totaal ,4% * Peildatum 31 mei 2016 Tabel 2.3 Opkomst bevolkingsonderzoek borstkanker Na eerste uitnodiging Na eerste en herinneringsuitnodiging Aantal Aantal Aantal uitnodigingen onderzoeken Opkomst onderzoeken Opkomst ,5% ,6% ,9% ,4% * Peildatum 31 mei 2016 Tabel 2.4 Verwijzingspercentage en detectiecijfer bevolkingsonderzoek borstkanker Eerste ronde Vervolgronde Totaal Aantal onderzoeken Verwezen Verwijzingspercentage 6,1% 6,4% 2,0% 2,0% 2,5% Diagnose borstkanker* Detectiecijfer* 8,7 9,8 6,7 6,1 6,9 Stadiumverdeling gevonden borstkankers** In situ carcinoom 33,9% 31,7% 22,0% 19,9% 23,5% Tumor <2 cm én lymfklieren 37,6% 36,1% 52,4% 51,9% 50,5% schoon Overige stadia 28,5% 32,2% 25,6% 28,2% 26,0% * Peildatum 31 mei 2016; gebaseerd op 99,1% follow-up ** Gegevens van 2016 gebaseerd op 91,7% follow-up waarvan stadium bekend 11

12 Figuur 2.1 Opkomst bevolkingsonderzoek borstkanker in 2015, Zuid-West Nederland De cijfers nader bekeken De doelgroep zal de komende jaren blijven groeien. Dit betekent dat we de komende jaren ook meer vrouwen zullen uitnodigen. Het opkomstpercentage in 2015 is 75,4 procent (tabel 2.2). In 2013 was de opkomst nog 76,6 procent. Dit percentage is gebaseerd op het uiteindelijke aantal onderzoeken (peildatum 31 mei 2016) dat is verricht naar aanleiding van het totaal aantal uitnodigingen die in het kalenderjaar verstuurd zijn. De opkomst is, in lijn met de trend van afgelopen jaren, opnieuw licht gedaald. Het opkomstpercentage van de groep vrouwen die voor het eerst wordt uitgenodigd, is van oudsher het laagst. Ook de stedelijke gebieden laten nog steeds een achterblijvend opkomstpercentage zien in vergelijking met de periferie (fig. 2.1). In een aantal wijken in Den Haag en Rotterdam is de opkomst onder de 60 procent. Vooruitlopend op de aanschaf van het nieuwe borstonderzoekscentrum in 2016, heeft Bevolkingsonderzoek Zuid-West in 2015 de cliënten in Rijswijk weer in hun eigen woonplaats uitgenodigd. Met positief effect op de opkomst, die met 5,4 procent steeg. Tussen 1 januari en 31 december 2015 hebben onze MBB ers onderzoeken verricht (tabel 2.4). De target voor het aantal uit te voeren onderzoeken in 2015 was ; dit is dus ruimschoots behaald. De detectie van het aantal in situ carcinomen in de eerste ronde neemt toe. Dit geldt ook voor de tumoren kleiner dan 2 centimeter en zonder uitzaaiingen. Het aantal carcinomen in een vergevorderd stadium, neemt 12

13 af met 3,7 procent. Dat is een gunstige ontwikkeling, aangezien het doel van het bevolkingsonderzoek is om de tumoren in een zo vroeg mogelijk stadium te ontdekken. De stadiumverdeling voor wat betreft de vervolgronden is nagenoeg ongewijzigd ten opzichte van vorige jaren en conform de landelijke gemiddelden (tabel 2.4). In vergelijking met 2013 is in 2015 hetzelfde percentage vrouwen (2,5 procent) verwezen en juist meer borstcarcinomen gevonden een verbetering van de detectie. Dit is een gunstige ontwikkeling. Hierdoor stijgt de positief voorspellende waarde en daalt dus het aantal fout-positieven (cliënten die na onderzoek in het ziekenhuis geen borstkanker bleken te hebben). 13

14 14

15 3. BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER IN 2015 Het jaar 2015 stond in het teken van de voorbereidingen op de vernieuwing van de baarmoederhalskankerscreening (BMHK). De invoeringsdatum van het vernieuwde bevolkingsonderzoek werd dit jaar twee maal uitgesteld en staat nu (gefaseerd) gepland in januari Ondanks de extra werkzaamheden die het uitstel met zich meebracht, hebben de medewerkers van de afdeling baarmoederhalskankerscreening het reguliere proces vlot laten doorlopen. Vernieuwing baarmoederhalskankerscreening In het vernieuwde bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker wordt gekeken naar vrouwen die een verhoogd risico op het krijgen van baarmoederhalskanker hebben door de aanwezigheid van het hrhpv (in het huidige bevolkingsonderzoek wordt gekeken naar afwijkende cytologie). Hiermee worden jaarlijks 75 extra vrouwen opgespoord met (een voorstadium van) baarmoederhalskanker en worden 18 extra sterfgevallen voorkomen. Bevolkingsonderzoek Zuid-West heeft een projectstructuur opgezet waarbij de regionaal projectleider zitting heeft in de landelijke en regionale projectgroep. Daarnaast is er een intern projectleider aangesteld. Zij is voorzitter van de regionale projectgroep Vernieuwing BMHK en daarmee het aanspreekpunt voor alle interne zaken. De projectgroep is samengesteld uit medewerkers van de betrokken afdelingen van onze organisatie. Aanbesteding laboratoria Waar in het huidige bevolkingsonderzoek ongeveer 40 laboratoria in Nederland betrokken zijn bij het bevolkingsonderzoek, zullen dat bij het vernieuwde bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker vijf zijn. Deze vijf screeningslaboratoria zullen de hrhpv-analyse doen, en de cytologische beoordeling na een positieve hrhpv-testen bij vervolgonderzoek na zes maanden. De selectie voor de vijf screeningslaboratoria verloopt via een aanbestedingsprocedure, die in 2015 is gestart. Naar aanleiding van de vernieuwing heeft Bevolkingsonderzoek Zuid-West de contacten met de laboratoria in de regio geïntensiveerd. Eind 2015 hebben we geïnventariseerd of de laboratoria nog over voldoende capaciteit beschikten om langer dan gepland het huidige bevolkingsonderzoek voort te zetten, wat het geval bleek. Informatievoorziening en ScreenIT In 2015 is samen met de collega-screeningsorganisaties, het RIVM en de ketenpartners een goed begin gemaakt met de ontwikkeling van nieuwe informatiematerialen. Ook werd gezamenlijk ScreenIT voorbereid op de vernieuwde baarmoederhalskankerscreening complex werk, dat intensieve aandacht vraagt. IMPROVE-studie In april 2015 startte de IMPROVE-studie. In deze studie wordt onderzocht of de zelfafnameset niet onderdoet voor het uitstrijkje dat in de huisartspraktijk wordt gemaakt. De studie vindt plaats in samenwerking met het VUmc, Erasmus MC, RadboudUMC en drie screeningsorganisaties. De screeningsorganisaties verlenen administratieve ondersteuning aan de onderzoekers. 15

16 Medio juni werd de IMPROVE-studie tijdelijk stopgezet vanwege de vermeende belangenverstrengeling van een van de hoogleraren die betrokken was bij de studie. In september werd de studie evenwel herstart, waarmee alle cohorten werden geïncludeerd. Zodoende is de onderzoeksgroep representatief voor de doelgroep van de baarmoederhalskankerscreening. De resultaten worden in 2017 verwacht. Basisscholing Cervixscreening In 2015 heeft Bevolkingsonderzoek Zuid-West drie maal de basisscholing Cervixscreening georganiseerd. Negenenveertig doktersassistenten, praktijkondersteuners en -verpleegkundigen hebben de scholing gevolgd. Het programma omvat de theorie van het uitstrijken, de communicatie met de cliënt en het proces van het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. De cursisten ontvangen een certificaat en - als zij in het kwaliteitsregister KABIZ geregistreerd zijn - accreditatiepunten. De basisscholing werd gewaardeerd met een 8,6. Resultaten bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker 2015 Ieder jaar ontvangen alle vrouwen die in dat jaar de leeftijd van 30, 35, 40, 45, 50, 55 of 60 bereiken een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. De uitnodigingen worden verstuurd door Bevolkingsonderzoek Zuid-West of door de huisarts. Tabel 3.1 Opkomst bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker 2015*, per geboortejaar en uitnodigende instantie Geboortejaar Huisarts Aantal uitnodigingen Uitslag Opkomst Bevolkingsonderzoek Zuid-West Aantal uitnodigingen Uitslag Opkomst ,7% ,5% ,5% ,0% ,1% ,8% ,4% ,0% ,0% ,3% ,3% ,5% ,7% ,2% Totaal ,7% ,8% 16

17 Figuur 3.1 Verloop van de opkomst bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker Figuur 3.2 Opkomst bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker 2015 in regio Zuid-West 17

18 Tabel 3.2 Definitieve opkomst bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker 2014 Geboortejaar Voorlopig opkomst (vermeld in Jaarverslag 2014) Definitieve opkomst ,8% 64,9% ,2% 67,5% ,4% 68,5% ,2% 66,4% ,2% 63,7% ,5% 60,7% ,1% 55,3% Totaal 59,8% 64,0% Figuur 3.3 Resultaten bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker 2015 Tabel 3.3 Follow-upresultaten bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker 2014 Herhaling na 6 maanden (Pap 2/3A) Verwijzing gynaecoloog (>Pap 3A) Totaal 2014 % 2014 % 2014 % Geen follow-up bekend ,1% 22 3,1% ,6% Geen dysplasie/neoplasie, geen afwijkingen ,1% 73 10,3% ,4% Cytologisch positief ,1% 14 2,0% ,9% CIN I 188 4,7% 67 9,4% 255 5,4% CIN II 115 2,9% ,3% 273 5,8% CIN III 71 1,8% ,7% 410 8,7% Maligne, primair cervixca. 12 0,3% 37 5,2% 49 1,0% Totaal ,0% ,0% ,0% 18

19 De cijfers nader bekeken In tabel 3.1 worden de opkomstcijfers gepresenteerd per geboortejaar en uitnodigende instantie. De hoogste opkomst is te zien bij vrouwen die door de huisarts werden uitgenodigd (66,7 procent). De gemiddelde opkomst is 59,5 procent. Het opkomstpercentage loopt nog ver door na het uitnodigingsjaar, waardoor dit voor 2015 naar verwachting rond 64 procent zal uitkomen. Dit is conform de opkomst van de voorgaande jaren (figuur 3.1). Van uitstrijkjes van de vrouwen die in 2015 zijn uitgenodigd, zijn de uitslagen bekend (peildatum 1 april). Bij (94,4 procent) werden geen afwijkingen gevonden. 860 vrouwen (0,8 procent) werden doorverwezen naar de gynaecoloog (Pap 3A matig of Pap 3B en hoger) (figuur 3.3). Bij vrouwen (0,8 procent) moest het uitstrijkje opnieuw gebeuren vanwege onvoldoende kwaliteit van het uitstrijkje (Pap 0). In tabel 3.3 zijn de follow-upresultaten vermeld van de vrouwen die naar aanleiding van een afwijkend uitstrijkje een herhalingsuitstrijkje hebben laten maken of direct zijn verwezen naar de gynaecoloog. Omdat het maanden duurt voordat deze follow-up heeft plaatsgevonden en is verwerkt, zijn in deze tabel de resultaten van de primaire uitstrijkjes gemaakt in 2014 opgenomen. Wat opvalt in de tabel is dat de opvolging van de directe verwijzing hoog was (> 95%). Bij de herhaaladviezen (Pap 2/Pap 3A) is de compliance echter een stuk slechter. Bij 13 procent van deze adviezen is geen follow-up bekend. Deze cijfers zijn iets minder gunstig dan vorig jaar 19

20 20

21 4. BEVOLKINGSONDERZOEK DARMKANKER IN 2015 In 2015 is de darmkankerscreening opnieuw goed verlopen, De doelgroep werd bereikt op een kleine groep na; zij zullen in 2016 worden uitgenodigd. In november werd begonnen met het uitnodigen van een kleine groep mannen en vrouwen voor de tweede ronde. Dit waren deelnemers van de pilot, die al in september 2013 was gestart. Capaciteit In principe stuurt Bevolkingsonderzoek Zuid-West de cliënten pas een ontlastingstest als zij bij eventueel nader onderzoek binnen redelijke termijn bij een coloscopiecentrum niet al te ver van huis terecht kunnen. Voldoende capaciteit in de intake- en coloscopiecentra heeft dan ook de hoogste prioriteit. In 2015 was de capaciteitsverdeling van de intakelocaties en coloscopiecentra niet evenredig verdeeld over onze regio; in een aantal gebieden was sprake van ondercapaciteit. Om te voorkomen dat hierdoor een deel van de doelgroep niet zou worden uitgenodigd (ScreenIT baseert het aantal uitnodigingen op de beschikbare capaciteit voor vervolgonderzoek) hebben we besloten deze cliënten wel uit te nodigen, en de consequentie te aanvaarden dat sommigen voor een eventueel vervolgonderzoek wat langer zouden moeten reizen. Daarover werden deze cliënten in de uitslagbrief geïnformeerd. In overleg met alle betrokken intakelocaties en coloscopiecentra is de capaciteit bijgesteld. Om alle partijen goed op de hoogte te houden en wederzijds het begrip en de samenwerking te bevorderen, werd in juni rond dit vraagstuk een bijeenkomst voor de coloscopiecentra georganiseerd. Ook hier werden goede afspraken gemaakt over de verdeling. Mede daardoor is de restgroep van personen (0,78 procent) minimaal te noemen. Laboratoria, intakelocaties en coloscopiecentra Laboratoria In 2015 had Bevolkingsonderzoek Zuid-West 12 pathologielaboratoria gecontracteerd. Er zijn dit jaar geen nieuwe pathologielaboratoria toegelaten. Er hebben geen periodieke audits plaatsgevonden. Onze regio beschikt over 68 gecertificeerde pathologen. Intakelocaties en coloscopiecentra In het kader van de kwaliteitsbewaking zijn de 31 intakelocaties en de 27 coloscopiecentra in onze regio in 2015 geaudit. Met alle is het contract verlengd. Ook werden er drie nieuwe coloscopiecentra toegelaten. Onze regio beschikt over 69 gecertificeerde endoscopisten. In het kader van deskundigheidsbevordering organiseerde Bevolkingsonderzoek Zuid-West een regionale bijeenkomst voor medewerkers van de laboratoria en coloscopiecentra. Portefeuille Leveranciers De landelijke portefeuille Leveranciers is sinds 2014 in handen van Bevolkingsonderzoek Zuid-West. De goede contacten met Sysmex (leverancier van de ifobt-test), de drie laboratoria die de ingestuurde ontlasting analyseren (Zuyderland, Star MC, Isala), PostNL (de retourzendingen), SKML (kwaliteitsborging), DaklaPack (verpakking, couvertage en fulfilment) zijn gecontinueerd. Vergelijkende studie ontlastingtests In samenwerking met het Erasmus MC, AMC en VUMC is in 2014 subsidie aangevraagd en gekregen voor de studie Comparison of two fecal immunochemical tests (FITs) within a nationwide screening program for CRC. In deze studie worden de FOBGold en OC-Sensor test met elkaar vergeleken op indicatoren als 21

22 opkomst, detectie en beoordeelbaarheid. In 2015 is door de minister een vergunning afgegeven voor de studie. De voorbereidingen voor de studie waaronder het aanpassen van het ICT-systeem, het ontwikkelen van het voorlichtingsmateriaal en het inrichten van het laboratorium zijn in 2015 grotendeels afgerond. De studie zal in het voorjaar van 2016 daadwerkelijk starten. Resultaten bevolkingsonderzoek darmkanker 2015 Alle mannen en vrouwen van 55 tot en met 75 krijgen iedere twee jaar een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek darmkanker. Vanaf januari 2014 wordt dit bevolkingsonderzoek geleidelijk ingevoerd. In 2015 zijn de leeftijdscohorten 1940, 1946, 1948, 1950, 1952 en 1954 uitgenodigd. In onderstaande tabellen zijn ook de resultaten van de restgroep van 2014 opgenomen. Tabel 4.1 Uitnodigingen 2015, naar geboortejaar Screenronde Geboortejaar Mannen Vrouwen Totaal Subtotaal Subtotaal Totaal

23 Tabel 4.2 Uitnodigingen en deelname 2015 naar geboortejaar Geboortejaar Cliënten met vooraankondiging en/of uitnodiging Cliënten deelgenomen* Deelnamegraad Cliënten uitslag ifobt** Cliënten met ifobt- uitslag t.o.v. deelname ,63% 41 95,35% ,49% ,39% ,81% ,41% ,71% ,06% ,16% ,73% ,11% ,93% ,62% ,89% ,46% ,82% ,33% ,06% ,70% ,66% ,65% ,74% Totaal ,16% ,81% * Cliënten met een afmelding binnen 7 dagen na ontvangst van de ifobt worden niet meegeteld, tenzij de ifobt uitslag ongunstig is. Cliënten met bezwaar zijn hier niet meegerekend. ** Cliënten met een ongunstige of een betrouwbare gunstige ifobt-uitslag. Cliënten met bezwaar zijn hier niet meegerekend. Tabel 4.3 ifobt gunstig/ongunstig, 2015 Geslacht Geboortejaar Cliënten Uitslag ifobt Cliënten ifobt Gunstig Gunstige ifobt Cliënten ifobt ongunstig Ongunstige ifobt (verwijscijfer) man ,91% 1 9,09% man ,97% 16 11,03% man ,04% ,96% man ,89% ,11% man ,83% 137 8,17% man ,77% ,23% man ,04% 192 7,96% man ,43% ,57% man ,98% 213 6,02% man ,31% ,69% man ,59% 666 6,41% vrouw ,67% 1 3,33% vrouw ,86% 17 9,14% vrouw ,99% 665 7,01% vrouw ,75% ,25% vrouw ,68% 97 5,32% vrouw ,83% 893 5,17% vrouw ,39% 100 3,61% vrouw ,43% 754 4,57% vrouw ,62% 181 4,38% vrouw ,98% 687 4,02% vrouw ,29% 431 3,71% Totaal ,65% ,35% 23

24 Tabel 4.4 Conclusie van de uitgevoerde intake-afspraken, 2015 Uitgevoerde intake-afspraken Coloscopie CTcolografie Exclusie Uitstel Andere locatie ,89% 0,82% 3,04% 1,94% 0,31% Tabel 4.5 Aantal cliënten met coloscopie, 2015 Mannen met Vrouwen met Geboortejaar uitgevoerde uitgevoerde coloscopie coloscopie Totaal Totaal Tabel 4.6 Opbrengst coloscopie, 2015 Cliënt met uitgevoerde coloscopie Advanced adenoom Overige maligniteit Darmkanker Nonadvanced adenoom Serrated poliepen Detectie overige bevinding Geen afwijkingen Geen (bevestigde) diagnose* ,21% 45,31% 0,05% 18,44% 3,98% 2,15% 12,96% 8,90% * Nog geen mdl-uitslag ontvangen of cliënt heeft bezwaar gemaakt tegen uitwisseling van gegevens Peildatum: 15 mei 2016 De cijfers nader bekeken De totale doelgroep van de regio Zuid-West bestond in 2015 uit personen. Het is op personen (1,24 procent) na gelukt de gehele doelgroep uit te nodigen. Van de uitgenodigde cliënten hebben (70,16 procent) meegedaan aan het bevolkingsonderzoek (tabel 4.2). De laboratoria ontvingen in 2015 van cliënten (minimaal) één ifobt-buis cliënten ontvingen een gunstige uitslag (93,65 procent) en cliënten een ongunstige uitslag. Het verwijspercentage is 6,35 procent (tabel 4.3). Van de cliënten met een ongunstige uitslag kwamen cliënten (85,33 procent) voor een intakeafspraak. Van hen werden personen (93,89 procent) doorverwezen voor een coloscopie (tabel 4.4). 24

25 Uiteindelijk hebben cliënten daadwerkelijk een coloscopie ondergaan. Na deze coloscopie werd bij 8,21 procent darmkanker geconstateerd en bij 45,31 procent gevorderde adenomen. Bij 18,44 procent zijn kleine poliepen gevonden en bij 12,96 procent helemaal geen afwijkingen. Proef-bevolkingsonderzoek darmkanker Eind april 2015 was de dataverzameling compleet van de vierde ronde van dit proefbevolkingsonderzoek. De resultaten zijn gepresenteerd op de Digestive Disease Week in Washington D.C. in de Verenigde Staten en zullen volgens plan ook in een wetenschappelijk tijdschrift worden gepubliceerd. De vierde ronde van het proef-bevolkingsonderzoek darmkanker is nu afgerond. De betrokken partijen (het Erasmus MC, het AMC, Bevolkingsonderzoek Midden-West en Bevolkingsonderzoek Zuid-West) hebben gesproken over een mogelijk vervolg aan deze studie. 25

26 26

27 5. REACTIES VAN CLIËNTEN Cliënten van Bevolkingsonderzoek Zuid-West maken op vele manieren hun ervaringen bij ons bekend. Dat doen zij telefonisch, per (rechtstreeks en via het contactformulier op de website), met het reactieformulier Uw mening telt, via het afmeldformulier of anderszins schriftelijk. Het reactieformulier is in elk borstonderzoekscentrum beschikbaar en ook telefonisch op te vragen. Tabel 5.1 Reacties van cliënten per bevolkingsonderzoek, 2015 Screening Aantal reacties Percentage Waarvan klachten Borstkanker ,0% 346 Baarmoederhalskanker 15 1,8% 12 Darmkanker ,2% 93 Totaal % 451 Tabel 5.2 Aard van de cliëntreacties, 2015 Soort reactie Totaal aantal reacties Percentage van totaal Klacht ,3% Compliment ,4% Vraag ,1% Suggestie 34 4,2% Totaal % De meeste klachten betreffen pijn bij het borstonderzoek; hierover ontvingen we 60 klachten. Er zijn 55 klachten ingediend over de bereikbaarheid van de standplaats van het (mobiele) borstonderzoekscentrum. 44 klachten betroffen de organisatie van de darm- en borstkankerscreening. Over bejegening bij de borstkankerscreening ontvingen we 39 klachten. In tabellen 4.7 en 4.8 zijn niet de reacties verwerkt die cliënten van de darmkankerscreening op hun antwoordformulier noteren. De antwoordformulieren worden geautomatiseerd in de laboratoria verwerkt. Hierdoor blijven veel cliëntreacties onbeantwoord. In 2016 wordt een procedure opgesteld om de reacties te ondervangen en de behandeling ervan bij de screeningsorganisaties te beleggen. Zo wordt de klantvriendelijkheid verbeterd en krijgen we beter zicht op de cliëntervaringen. 27

28 28

29 6. BEDRIJFSVOERING De afdeling Bedrijfsvoering bestaat uit: ICT Service Center (ISC), Controlling, Financiële en Salarisadministratie, HRM & Arbo, Communicatie, Kwaliteitszorg, Klachtenbehandeling en de ambtelijk secretaris van de Ondernemingsraad. Communicatie Intranet Februari 2015 werd na een lang ontwikkeltraject en een eindsprint het nieuwe intranet geïntroduceerd. Dit intranet fungeert sinds de lancering als hét interne kennisplatform van de organisatie. Medewerkers vinden op intranet niet alleen alle basisinformatie (zoals kwaliteitsdocumenten, jaarverslagen, beleidsplannen, onderzoeksrapportages, nieuwsberichten en uitgaven als Screen en Coloscoop), maar ook werkdocumenten zoals roosters en andere werkschema s. Veelgebruikte applicaties, bijvoorbeeld Topdesk, SP Expert en Youforce, zijn via snelkoppelingen op de startpagina te gebruiken. Social media Vanaf oktober 2015 is Bevolkingsonderzoek Zuid-West actief op social mediakanalen Facebook en Twitter. Hier publiceren we berichten over bijvoorbeeld nieuwe standplaatsen van de borstonderzoekscentra, haken we in op de actualiteit (zoals de borstkankermaand) en plaatsen we vacatures. Social media vormen een waardevolle toevoeging aan de bestaande communicatiemediamix. In het laatste kwartaal van 2015 werden 35 berichten geplaatst op de Facebookpagina. De berichten bereikten personen, werden 220 keer geliked en 97 keer gedeeld. Sommige bezoekers gebruiken de Facebookpagina om in contact te komen met de organisatie. Deze berichten worden binnen enkele uren beantwoord. In 2016 zullen we de social media-activiteiten verder uitbreiden. Zodoende zal een verschuiving plaatsvinden van zendergerichte communicatie naar meer dialoog tussen Bevolkingsonderzoek Zuid-West en de volgers. Kwaliteitszorg In 2015 is de afdeling Kwaliteitszorg samen met de auditcommissie Kwaliteit en Veiligheid begonnen met een onderzoek naar merkbare kwaliteit. Merkbare kwaliteit (ook wel dynamische kwaliteit ) gaat over de kwaliteit in dienstverlening die tot stand komt tussen mensen; het gaat over verandering, over het verbeteren van huidige praktijken en nieuwe ideeën. Naast het beheersen van processen en systemen streeft onze organisatie ook kwaliteit vanuit waarden na. Een voorbeeld hiervan is het organiseren van spiegelgesprekken met cliënten. Risicomanagement en de incidentenregistratie en -rapportage vormen een wezenlijk onderdeel van kwaliteitsmanagement. Dit is in 2015 verder geborgd in de organisatie. Externe audit In november vond de externe DNV-audit plaats deze keer een tussentijdse audit voor de NEN EN voor de drie bevolkingsonderzoeken. DNV voerde gesprekken met het Managementteam en kantoormedewerkers. Ook werden twee mobiele borstonderzoekscentra en de Beoordelingseenheid te Goes bezocht. Deze dagen zijn vlot verlopen en de volgende positieve punten zijn benoemd: Rust: de fusie is vlees geworden. Indruk aan de hand van de gesprekken: capabel/gedegen, grote toewijding, ontspannenheid/in control, rust. 29

30 Bevolkingsonderzoek Zuid-West kent een plezierige dialoog met haar Raad van Toezicht, met aandacht voor en nadruk op merkbare kwaliteit. Uit de externe audit volgden vier observaties ; de afdeling Kwaliteitszorg gaat hiermee samen met de betrokken afdelingen aan de slag. De bevindingen uit 2014 zijn inmiddels aangepakt en afgehandeld. Interne audits Drie interne audits zijn wegens onderbezetting op een aantal afdelingen niet uitgevoerd; deze zijn naar 2016 verzet. De overige 16 interne audits zijn wel volgens planning uitgevoerd. Wanneer uit een interne audit blijkt dat een procesbeschrijving of werkinstructie moet worden aangepast, gaat de afdeling Kwaliteitszorg hiermee direct aan de gang. De overige verbeterpunten worden opgenomen op een verbeterlijst, waarna de betreffende afdeling en leidinggevenden ermee verdergaan. De verslagen van de interne audits zijn te vinden in het Kwaliteitshandboek op het intranet. Het interne auditteam heeft een training gevolgd om te kunnen auditen op risico s. Met deze vaardigheden sluiten we bij het afnemen van interne audits beter aan op de eisen vanuit de norm. Cliënttevredenheidsonderzoek baarmoederhalskankerscreening Van april 2014 tot april 2015 hebben de vijf screeningsorganisaties gezamenlijk de cliënttevredenheid gemeten onder vrouwen die meedoen aan het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. In totaal vulden cliënten een online vragenlijst in. Meer dan 90 procent van de respondenten is zeer tevreden over dit onderzoek. Zij zijn tevreden over de informatievoorziening over het bevolkingsonderzoek. Met name de uitnodigingsbrief en de folder, de medewerkers van de informatielijn en het onderzoek bij de huisarts of doktersassistente worden positief ervaren. Bijna 100 procent geeft aan de volgende keer weer mee te doen en het bevolkingsonderzoek aan te raden bij vrienden en/of kennissen. De resultaten van het cliënttevredenheidsonderzoek zijn doorgegeven naar het landelijk projectteam Vernieuwing bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Ketenpartneronderzoek In oktober 2015 hebben we onder de zorginstellingen in onze regio een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van onze dienstverlening. Er werden 170 digitale en 50 papieren enquêteformulieren verstuurd. Er kwamen slechts 33 bruikbare reacties (15 procent) retour. In acht genomen dat deze respons te laag is voor het trekken van conclusies, is het signaal positief: het merendeel van de tehuizen is tevreden over de dienstverlening en samenwerking met Bevolkingsonderzoek Zuid-West. Op alle vragen scoort onze organisatie goed. De voornaamste reden om vragen negatief te beantwoorden of zelfs niet in te vullen is onbekendheid met de procedure Inplannen tehuis-cliënten. Dit is een verbeterpunt aangezien dit drie jaar geleden ook de reden was om vragen hierover niet of negatief te beantwoorden. De respondenten hebben een terugkoppeling van de resultaten en de geplande verbeteracties ontvangen. 30

31 HRM & Arbo Het personeelsbestand zag er eind 2015 als volgt uit (tabellen 5.1 en 5.2). Tabel 6.1 Samenstelling personeel Tabel 6.2 Leeftijdsopbouw d.d. 31 december 2015 Kengetallen Totaal Aantal werknemers ( ) 204 Fte 138,8 Man / vrouw 15/189 Gemiddelde leeftijd 50,22 Gemiddeld aantal dienstjaren 10,07 Ziekteverzuim in % 6,8 Aantal nieuwe werknemers 26 Aantal werknemers uit dienst 25 Aantal uitzendkrachten 26 Leeftijdscategorie Aantal Man Vrouw tot 24 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar vanaf 70 jaar Aantal werknemers is exclusief uitzendkrachten (inclusief uitzendkrachten: 143,5). Verzuim Verzuimpercentage Het netto verzuimpercentage is gedaald van 7,6 in 2014 naar 6,7 in Dit is nog wel hoger dan in voorgaande jaren. Vanaf 2015 wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende afdelingen. Van de grote afdelingen was het verzuimpercentage het hoogst bij de Administratieve Organisatie (9,37 procent) en het laagst bij Bedrijfsvoering (4,24 procent). Meldingsfrequentie De meldingsfrequentie is gestegen van 1,07 in 2014 naar 1,2 in Deze is het hoogst bij de Administratieve Organisatie (1,44) en bij Bedrijfsvoering (1,42) en het laagst bij Strategie en Beleid (1,07). Langdurig verzuim Het langdurig verzuim (langer dan zes weken) bedraagt 5,08 procent. 69 procent van de ziekmeldingen bestaat in 2015 uit kortdurend verzuim (korter dan acht dagen). Verschillen tussen leeftijdsgroepen Bij 55-plussers is het verzuimpercentage het hoogst. In het algemeen is stijging van het verzuim naarmate medewerkers ouder worden een landelijke trend, veroorzaakt door een toename van de gemiddelde verzuimduur. Verzuimoorzaken Het aandeel van fysieke aandoeningen van het bewegingsapparaat (rug, armen en benen) is in 2015 afgenomen. Zorgelijk is dat het verzuimpercentage als gevolg van psychische klachten is gestegen. Het aandeel van overige fysieke aandoeningen is vrijwel constant gebleven. Een normale verdeling is 1/3 1/3 1/3 (fysieke klachten psychische klachten bewegingsapparaat/ letsel). Ontwikkeling medewerkers In 2015 is er op afdelings- en individueel niveau gewerkt aan de ontwikkeling van medewerkers. 31

32 De MBB'ers hebben allen deelgenomen aan bijscholing (zie ook p. 9), een symposium, een BHVtraining en een reanimatie-/aed-training. In 2015 is voor het eerst de training Omgaan met lastig en/of agressief gedrag voor alle medewerkers georganiseerd die in een borstonderzoekscentrum werken. Een deel van hen heeft deze training in 2015 gevolgd; de overige doen dit volgend jaar. De medewerkers van de Informatielijn hebben een opfriscursus gevolgd van de scholing Professionalisering Informatielijn in De (regio)coördinatoren en enkele kantoormedewerkers hebben de training Beleidsnotities schrijven gedaan. De communicatieadviseurs hebben mediatraining gevolgd. Drie groepen kantoormedewerkers hebben de training Feedback geven en ontvangen gevolgd. De regiocoördinatoren hebben een maatwerktraining Leiderschap gevolgd. Op individueel niveau is er aandacht voor persoonlijke of professionele ontwikkeling, training en deskundigheidsbevordering, afhankelijk van behoefte en noodzaak. Arbo In 2015 zijn de BHV-plannen geactualiseerd. Hierin staan onder andere richtlijnen voor arbeidsomstandigheden en veiligheid, en de handelswijze bij calamiteiten beschreven. Daarnaast werden de nieuwe en de huidige BHV-medewerkers opgeleid en bijgeschoold. Verder stond op de agenda van de Arbocommissie: het arbobeleid; BHV-organisatie; reanimatie en ontruimingsoefeningen op de units; gedragscode; monitoring risico-inventarisatie & evaluatie (RI&E). Borstonderzoekscentra In 2015 heeft de Arbocoördinator de veertien borstonderzoekscentra bezocht en samen met de MBB ers gekeken of er arbo-zaken voor verbetering vatbaar zijn. Een aantal medewerkers bleek het binnenklimaat niet prettig te vinden. Hierin zal naar verwachting verbetering komen, wanneer na de revisie van de onderzoekscentra in 2016 een nieuw klimaatsysteem wordt aangebracht. Ook wordt dan een gebruikersvriendelijkere rolstoellift voor cliënten geïnstalleerd. Ook werden alle borstonderzoekscentra bezocht door twee fysiotherapeuten; zij gaven op locatie ergonomische adviezen aan de MBB ers. Verder werd op de borstonderzoekscentra een reanimatiecursus gehouden, alsmede een ontruimingsoefening. Bij ontruimingsoefening werd ook rekening gehouden met de evacuatie van rolstoelcliënten. Kantoorpersoneel Naar aanleiding van aanhoudende klachten van de kantoormedewerkers, variërend van droge ogen en koude luchtstroom tot vervelende temperatuurschommelingen, heeft in 2015 een uitgebreid klimaatonderzoek door een externe partij plaatsgevonden. Dit leverde een aantal opmerkelijke bevindingen op, waarmee inmiddels aan de slag is gegaan. Ook op kantoor werd een ontruimingsoefening gehouden. Ten slotte hebben de fysiotherapeuten aan een aantal kantoormedewerkers ergonomisch advies gegeven. In 2015 hebben 67 medewerkers gebruikgemaakt van de Fitregeling. 32

33 ICT IBOB borstkankerscreening Het in 2014 genomen besluit om in 2015 de Citrix-omgeving en Oracle-database te updaten heeft vertraging opgelopen. Zowel de Citrix als de Oracle-omgeving hebben verregaande connecties met de processen binnen de borstkankerscreening. Samen met de partners is gebleken dat het in 2015 niet realistisch is gebleken om de update door te voeren. Deze staat nu op de planning voor medio De update van AVI (Afspraak Via Internet) heeft ernstige vertraging opgelopen, mede door het niet kunnen updaten van de Oracle-omgeving. Zoals hierboven beschreven heeft de software verregaande connecties en relaties met diverse software en processen. Het ontwikkelen van AVI is gestart, maar een opleverdatum is helaas nog niet gepland. De opdrachtgever van bovenstaande trajecten is de Landelijke Beheerorganisatie FSB-LBO. In 2015 is het besluit genomen dat Philips alle hardware in de borstonderzoekscentra gaat vervangen. Wij hebben een ASP-contract met Philips, en de geleverde hardware loopt in 2016 af. Dit betekent dat in 2016 voor regio Zuid-West alle 14 screeningseenheden van nieuwe Philips-hardware worden voorzien. In het laatste kwartaal hebben de voorbereidingen voor de aanschaf van het nieuwe mobiele borstonderzoekscentrum veel aandacht gevraagd. Sinds maart 2016 is deze SE93 operationeel. CIS - baarmoederhalskankerscreening In 2015 zijn twee nieuwe releases van CIS (Cervix Informatie Systeem) uitgekomen. Hierin zijn aanpassingen gemaakt om uitnodigingen in het kader van de IMPROVE-studie te kunnen aanmaken en te werken volgens de informed consent. Ook is een aantal herstelwerkzaamheden op de databases van CIS aangebracht, nog als gevolg van de landelijke samenvoeging in 2010 naar vijf screeningorganisaties. Deze herstelwerkzaamheden betroffen onder andere het herstellen van de ingevoerde antwoordredenen en van onverwerkte laboratoriumuitslagen. In 2015 is een aantal tariefwijzigingen geweest in de betalingen aan de laboratoria. Als gevolg daarvan zijn de betalingen in de database aangepast; het verschil is aan de betreffende laboratoria uitbetaald. ScreenIT darmkankerscreening Ook in 2015 is de applicatie voor de darmkankerscreening ScreenIT (voorheen Colonis) verder ontwikkeld. Er werd ongeveer elke twee maanden een nieuwe release uitgebracht. In de nabije toekomst zullen ook de werkprocessen van het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker in ScreenIT worden ondergebracht; de nieuwe releases bevatten dus ook aanpassingen ter voorbereiding op de overgang van het huidige CIS naar ScreenIT, in de loop van Daarnaast zijn diverse aanpassingen gedaan voor de tweede onderzoeksronde van de darmkankerscreening die landelijk begin 2016 zal starten, maar in onze regio al eind 2015 als pilot is begonnen. Hieraan gerelateerd krijgen alle cliënten die in de eerste ronde een ongunstige uitslag hebben gekregen en waarvan na de geplande coloscopie nog geen MDL-verslag is ontvangen, een herinneringsbrief. Bevolkingsonderzoek Zuid-West heeft diverse ziekenhuizen verzocht om de nog ontbrekende MDL-verslagen uit 2014 aan te leveren, om te voorkomen dat cliënten ten onrechte deze herinneringsbrief zouden ontvangen. 33