AUTEURS. Julie Savignac Isabelle Lelandais Valérie Sagant Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie EN MET

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "AUTEURS. Julie Savignac Isabelle Lelandais Valérie Sagant Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie EN MET"

Transcriptie

1

2 AUTEURS Julie Savignac Isabelle Lelandais Valérie Sagant Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie EN MET Marcel Cajelait, Stad Montreal Guy Hengen, Stad Bordeaux Sophie Neuforge, Stad Luik En hun teams We vermelden tevens dat dit praktisch handboek voor lokale actie niet volledig zou zijn zonder de deelname van de andere teamleden van het Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie, waaronder Chantal Valade en Serges Bruneau. We zijn bijzonder veel dank verschuldigd aan Daniel Sansfaçon voor zijn bijdrage tijdens de twee eerste jaren van het Uitwisselingsprogramma tussen de steden en voor de redactie van de eerste aanzetten van dit handboek. Dit document is integraal beschikbaar op de website van het Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie Reproductie voor niet-commerciële doeleinden is toegestaan mits bronvermelding. GRAFISCH ONTWERP: François Filion, Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie WETTELIJK DEPOT BIBLIOTHÈQUE NATIONALE DU QUÉBEC BIBLIOTHÈQUE NATIONALE DU CANADA ISBN (VERSION IMPRIMÉE): ISBN (PDF):

3 HET INTERNATIONAAL CENTRUM VOOR MISDAADPREVENTIE Maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie: Praktisch handboek voor lokale actie Voorbereid door Julie SAVIGNAC Isabelle LELANDAIS Valérie SAGANT 2007 Uitwisselingsprogramma tussen de steden Bordeaux, Luik en Montreal Met de financiële steun van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken van België en de Stad Montreal 55

4 Aanhef: Partners en deelnemers aan het Uitwisselingsprogramma tussen de steden Het Uitwisselingsprogramma tussen de steden Bordeaux, Luik en Montreal werd gelanceerd op voorstel van de stad Luik en het Belgisch Ministerie van Binnenlandse Zaken met de steun van het Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie (CIPC). Het kreeg financiële steun van de Algemene Directie Veiligheids- en Preventiebeleid (AD VPB) van de FOD Binnenlandse Zaken van België en van de Stad Montreal. Het centrale onderwerp van dit gekruiste werk is de verkenning van alle technische fasen van het beheer van overlast* 1 in de openbare ruimte, namelijk de diagnostiek, het actieplan* en de evaluatie*. De werken behandelden de problematiek van de publieke overlast door drugsgebruik en prostitutie* in de openbare ruimte. Het is namelijk opmerkelijk om vast te stellen dat de uitingen van deze problematiek die de levenskwaliteit van de bewoners* aantasten de politieke en institutionele verschillen overstijgen en in de drie steden erg op elkaar gelijken. Het onderwerp van de uitwisselingen werd door de drie deelnemende steden omschreven als het geheel van gedragingen of situaties die rechtstreeks of onrechtstreeks samenhangen met drugs* en prostitutie* die gevolgen met zich meebrengen die door bewoners en andere gebruikers van de openbare ruimte als negatief worden ervaren. Daarom wordt deze verstoring* van de openbare orde in het kader van deze werken als openbare overlast bestempeld. De term overlast wordt al naargelang het land minder of meer gebruikt. Hier bevat hij geen negatieve connotatie of moreel oordeel, maar dient hij om de hinder te beschrijven die de bewoners en andere gebruikers van de openbare ruimte ervaren. 1 De sterretjes verwijzen naar het lexicon van de gebruikte termen op pagina 251. Ze worden alleen aangeduid als ze de eerste keer in het handboek en/of in het gedeelte dat er specifiek over handelt voorkomen. 56

5 Het onderwerp van dit uitwisselingswerk, maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie, maakte het tevens mogelijk om de voorwaarden voor een betere samenwerking tussen de actoren te onderzoeken. De sleutelactoren in het domein van illegale drugs, namelijk de politie, justitie, de gezondheids-, de maatschappelijke preventiesector en verenigingen, hebben vaak naast andere partners zoals gemeentebesturen gewerkt en minder gezamenlijk of in overleg* met deze partners. Het beleid voor het verminderen van de risico's in de gezondheidssector en het rekening houden met het begrip 'openbare overlast' op strafrechtelijk gebied, hebben net zoals de ontwikkeling van de rol van de steden en het zoeken naar concrete partnerschappen bijgedragen aan de doorstroming in de sectoren, het creëren van ontmoetingsplaatsen en het delen van informatie tussen de verschillende actoren. De stad Bordeaux meldde zich aan voor dit project omdat het de eigenlijke uitwisselingen wilde benutten om over een snelle, soepele en efficiënte methode te kunnen beschikken voor het opstellen van een diagnostiek, een actieplan en een beoordeling ervan. De stad Luik werd door het ministerie van Binnenlandse Zaken van de Belgische federale regering afgevaardigd om deel te nemen aan dit programma dat het CIPC wil bijstaan bij het ontwikkelen van een instrument waarmee gemeenten hun diagnose kunnen uitwerken, hun actieplan kunnen opstellen en het achteraf ook kunnen beoordelen. Dit instrument wenst de gemeenten te helpen in het kader van het beheer van overlast door drugs en prostitutie zoals ingeschreven in de Strategische Veiligheids- en Preventieplannen kadert. De stad Montreal wenste op haar beurt een referentiedocument voort te brengen, een raamwerk dat de lokale actoren een strikt methodologisch schema zou bieden voor de benadering van deze kwesties. Elke deelnemende stad organiseerde elk jaar een ontmoeting die bedoeld was om de drie fasen van het initiatief te onderzoeken. Om rekening te houden met de diversiteit van de partners die betrokken waren bij het begrijpen van deze problematiek, deed elke stad inspanningen om meerdere deelnemers uit het gemeentebestuur, de politie, de gerechtelijke wereld, de gemeenschapsinstellingen, de gezondheidssector en de maatschappelijke preventie bijeen te brengen. De lijst van alle personen die tijdens die drie jaar een bijdrage leverden, is vermeld in bijlage 1 van het handboek. Aan de hand van het werk dat de steden hebben verricht en de debatten die het CIPC leidde, kon er een ontwerp voor een methodologisch handboek worden uitgewerkt dat aan de deelnemers werd voorgelegd om het gezamenlijk af te werken. Op vraag van het Belgisch ministerie van Binnenlandse Zaken moet het handboek bruikbaar zijn voor alle 57

6 gemeenten. De Franse deelnemers en de deelnemers uit Montreal wensen het handboek eveneens in hun eigen netwerken te verspreiden. Contacten Stad Bordeaux Direction du développement social urbain (Directie van de stedelijke maatschappelijke ontwikkeling) Stad Luik Contrat de sécurité et de prévention, Coordination des Actions en Toxicomanie (Veiligheids- en Preventiecontract, Coördinatie van de acties inzake Verslaving) Stad Montreal Direction de la diversité sociale (Directie maatschappelijke diversiteit) Stad Montreal Arrondissement Villeray -St-Michel Parc-Extension FOD Binnenlandse Zaken, België Algemene Directie Veiligheid en Preventie, Directie Lokale Integrale Veiligheid Direction interministérielle à la Ville, France (Interministeriële directie voor de stad, Frankrijk) Département Citoyenneté -Prévention (Departement Burgerschappreventie) Centre international pour la prévention de la criminalité (Internationaal Centrum voor Misdaadpreventie) 58

7 Omtrent dit handboek Dit praktisch handboek voor lokale actie richt zich tot steden en alle andere actoren die de overlast door drugs en prostitutie in de openbare ruimte beter willen beheersen en zich daarvoor wensen te engageren. Dit handboek richt zich evenzeer tot mensen met vele jaren ervaring als tot mensen die hun eerste actie voorbereiden. Het is een instrument dat een gemeenschappelijke methodologie wil voorstellen die in verschillende steden kan worden overgedragen en toegepast. Om te beantwoorden aan de logica van het uitwisselingsprogramma, de bekommernissen van de drie steden en van het Belgisch ministerie van Binnenlandse Zaken is dit handboek in drie delen verdeeld: elk deel staat op zich en kan met andere delen worden gecombineerd. Inleiding: het begrip maatschappelijke overlast Eerste deel: de diagnostiek Tweede deel: het actieplan Derde deel: de evaluatie Aan het eind van elk deel zijn er steekkaarten met de 'samenvattingen' en de 'instrumenten'. De samenvattingen zijn syntheses van de belangrijkste elementen van de onderdelen; de instrumenten bevatten concrete en methodologische informatie die de toepassing vergemakkelijken. De problemen die samenhangen met het beheren van maatschappelijke overlastvariëren uiteraard sterk van de ene tot de andere stad. Hetzelfde geldt voor de middelen die beschikbaar zijn om ze op te lossen. Daarom stelt dit handboek moduleerbare instrumenten voor die het ontwerpen en uitvoeren van lokale strategieën kunnen vergemakkelijken, maar die aan de verscheidenheid van de lokale toestand moeten worden aangepast. Naast methode-elementen, adviezen en aanbevelingen biedt dit handboek in bijlage tevens interessante ervaringen uit de drie steden. 59

8 INHOUDSOPGAVE Partners en deelnemers aan het Uitwisselingsprogramma tussen de steden Dit handboek 9 Lijst met instrumenten 10 Inleiding: het begrip Maatschappelijke overlast 14 Subjectiviteit van overlast 16 De vaagheid van het concept ten opzichte van de wetten, voorschriften en reglementen 17 Samenvatting 19 Eerste deel: de diagnostiek 21 Inleiding 23 1 ste fase: Het actieveld omschrijven 27 2 de fase: De stap plannen 31 3 de fase: Het profiel van het gebied opstellen 37 4 de fase: De maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie schetsen 41 5 de fase: De gegevens analyseren 73 6 e fase: Conclusies trekken uit de diagnostiek en de resultaten voorstellen 82 Samenvatting 87 Tweede deel: het actieplan 117 Inleiding ste fase: Het plaatselijke comité bijeenroepen de fase: Het doel, de reikwijdte en de elementen van het actieplan bepalen de fase: De uitvoering plannen de fase: Het actieplan toepassen en opvolgen 141 Samenvatting 145 Derde deel: de evaluatie 154 Inleiding ste fase: De evaluatievragen bepalen de fase: De indicatoren omschrijven en de gegevens vergaren de fase: De gegevens analyseren en de resultaten delen 172 Samenvatting

9 Gedetailleerde inhoudsopgave Bijlage Lijst van de deelnemers aan de uitwisselingen tussen de drie steden Bijlage Overzicht van alle maatregelen om overlast te bestrijden Bijlage Meer weten over het begrip overlast Bijlage Voorbeeld van een identificatiemodel van informatiebronnen Bijlage Voorbeelden van de samenstelling van een opvolgings- of een werkcomité Bijlage Balans 2004 van de exploratiewandelingen in Luik Bijlage Elementen voor de bevraging van prostituees of verslaafden Het TREND-rapport, Bordeaux Bijlage Elementen voor de bevraging van prostituees of verslaafden Het Boule de neige (Sneeuwbal)-project, België Bijlage Lexicon van de gebruikte termen Bijlage Verwijzingen 61

10 LIJST MET INSTRUMENTEN Instrument 1 89 Modelvragenlijst voor de bewoners over de situatie in de wijk Instrument Rooster van het onveiligheidsgevoel van de bewoners, Bordeaux Instrument Verzamelrooster van de overlast of incidenten vastgesteld door omwonenden, Bordeaux Instrument Gids voor een onderhoud met sleutelactoren Instrument Rooster voor exploratiewandelingen Instrument Het actieplan: verificatielijst Instrument Presentatiemodel van een actieplan Instrument Presentatiemodel van een schema voor beheer en beslissingopvolging Instrument Voorbeeld van beschrijvende en evaluatieve vragen Instrument Voorbeeld van een evaluatieplan 62

11 INLEIDING: Het begrip Maatschappelijke overlast Subjectiviteit van maatschappelijke overlast 16 De vaagheid van het concept ten opzichte van wetten, voorschriften en reglementen 17 Samenvatting 19 63

12 Er zijn verschillende elementen die de interpretatie en de definitie bemoeilijken van het begrip maatschappelijke overlastgerelateerd aan verslaving en prostitutie: met name de semantische vaagheid van het begrip, de complexiteit van het verschijnsel en zijn buitengewoon subjectieve karakter. Omdat overlast bovendien niet noodzakelijk een inbreuk is, heeft het ook geen wettelijke omschrijving. De subjectieve aard van overlast Als men zich in overlast interesseert, in de zin van iets dat stoort, ontregelt of ongemak meebrengt, moet men zich inzake de feiten die als overlast worden beschouwd, de volgende vragen stellen: door wie, in welke context of volgens welke criteria. Om deze vragen te kunnen beantwoorden, beriepen de deelnemers uit Bordeaux, Luik en Montreal zich op twee sleutelwoorden: de perceptie en de zichtbaarheid van de overlast. Wat men als overlast beschouwt, hangt sterk af van de bewoners, de wijk en het tijdsaspect. De term bewoner slaat in dit handboek vooral op de bewoners van een wijk, maar eveneens op degenen die er geregeld komen om te werken, boodschappen te doen, voor hun ontspanning, enz. Zo gebeurt het, hoewel niet systematisch, dat de bewoners van traditionele prostitutiewijken die tegelijk woonwijken zijn, geen overlast vermelden. Uit gewoonte of uit moedeloosheid of nadat ze een vorm van harmonieus samenleven met de betrokken personen hebben ontwikkeld. Bewoners van een wijk die pas met prostitutie worden geconfronteerd, kunnen daarentegen heel anders reageren. Zo veroorzaakt hetzelfde gedrag in twee wijken niet hetzelfde beeld en ook niet dezelfde reactie. In sommige gevallen bespeurt men een soort banalisering, tolerantie (dat men ook gewenning aan het gedrag zou kunnen noemen) en in andere gevallen een soort onverdraagzaamheid of heftige verontwaardiging. Er bestaan geen normen om op voorhand de tolerantiedrempel van wijkbewoners te bepalen die geconfronteerd worden met de wanordelijkheden die door prostitutie of druggebruik worden veroorzaakt. Het samenvallen van feit, plaats en het moment waarop het plaatsvindt, kunnen bepalend zijn voor de indruk van overlast. Naast de perceptie die bewoners van bepaald gedrag hebben, moet men ook de zichtbaarheid van dat gedrag in overweging nemen. De zichtbaarheid van een bepaald gedrag kan op zich al een onveiligheidsgevoel opwekken bij de bevolking. Openbaar druggebruik, bedelarij, zelfs de niet-agressieve vorm, en hangjongeren kunnen aanleiding geven tot hinder en zelfs angst bij sommige voorbijgangers of omwonenden, terwijl daar geen enkel 'objectief ' element meespeelt. Het feit dat men personen met afwijkend gedrag waarneemt, kan bij andere personen een angstgevoel oproepen. 64

13 Het is ook belangrijk om te benadrukken dat de perceptie van overlast eveneens naargelang de toestand of de functie van de persoon kan variëren. Een bewoner, een handelaar, een politieagent, een plaatselijke verkozene, de tussenkomende actor van het gemeentelijk, gemeenschappelijk of gezondheidsnetwerk kunnen eenzelfde gebeurtenis heel verschillend interpreteren en ook hun verwachtingen inzake de te ondernemen actie kunnen sterk variëren. Naast de subjectiviteit van de waarneming of de zichtbaarheid van de overlast bestaat er de mogelijkheid van een echte bezitsverlies van de openbare ruimte. De bewoners beginnen uit vrees een openbare plaats of voorziening te mijden. Overlast bevindt zich in een grijze zone wegens het veranderlijke karakter van de feiten die als overlast worden gezien. Wat de conceptuele vaagheid van het begrip verklaart. In het kader van het uitwisselingsprogramma tussen de drie steden, werd er afgesproken dat men openbare overlast zou onderscheiden van maatschappelijke overlast die een stigmatisering van bepaalde bevolkingsgroepen zou omvatten. Het praktisch handboek behandelt uitsluitend maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie en niet de hele problematiek die met verslaving en prostitutie verband houdt (verzorging, strijd tegen mensenhandel...). Lokale acties tegen overlast hoeven nochtans meer globale strategieën inzake volksgezondheid, strafbeleid of maatschappelijke ontwikkeling niet uit te sluiten. De benadering van het fenomeen via overlast kan eveneens de actiebehoeften in aansluitende gebieden opsporen; deze resultaten dienen aan de betrokken verantwoordelijken te worden doorgegeven. Vaagheid van het concept ten opzichte van wetten, voorschriften en reglementen Overlast wordt in de drie steden soms gezien als gedragingen die onder de strafwet vallen, maar dat is niet altijd het geval. Zo is drugverkoop, al dan niet in het openbaar, in de drie betrokken landen strafbaar en kan het eveneens als overlast worden beschouwd. De wetgeving inzake gebruik verschilt daarentegen van land tot land. In Canada en in België is gebruik niet verboden, maar bezit 'houderschap' is dat wel, ongeacht het soort drugs. In Montreal, en in België, wordt gebruik in het openbaar gewoonlijk niet vervolgd maar zal het in sommige gevallen beschouwd worden als overlast. In Frankrijk is zowel openbaar als privé-gebruik een wanbedrijf. Wat betreft openbare prostitutie kunnen de drie landen als ondertekenaars van de internationale Conventie van 1949 het feit dat men 65

14 zich prostitueert niet rechtstreeks veroordelen. Een aantal gedragingen die met prostitutie samenhangen, zoals met name tippelen (actief maar ook passief zoals in Frankrijk sinds 2003) of exhibitionisme, zijn daarentegen verboden door de strafwet. Het actief zoeken door mogelijke klanten, onder andere vanuit hun wagen, is een belangrijke bron van overlast in openbare ruimten, vooral wanneer dit in woonwijken gebeurt, zoals in Montreal, omdat dit zoeken zonder onderscheid gebeurt en zich bijgevolg ook richt tot vrouwen en mannen uit de buurt die zich niet prostitueren. Wat de stad Luik betreft blijft, hoewel men in januari 2003 een gemeentereglement heeft aangenomen die de erkenning van de salons conform aan de wet regelt, tippelen er verboden. 66

15 SAMENVATTING: Sleutelelementen van het begrip openbare overlast 1. Er bestaat geen allesomvattende definitie van maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie. Het begrip overlast is een concept van variabele omvang, het is complex, houdt rechtstreeks verband met de perceptie van omwonenden en wordt in sommige gevallen geaccentueerd door de zichtbaarheid. Het zien van bepaald gedrag kan op zich volstaan om bewoners een gevoel van vrees te bezorgen. 2. De gedragingen (of de gevolgen ervan) worden als overlast omschreven zodra ze door de bewoners als zodanig worden ervaren. 3. De perceptie van gedragingen die met overlast worden geassocieerd, varieert naargelang de tijd en de bewoners. De graad van bezorgdheid varieert van de ene wijk tot de andere, en dit omwille van verschillende redenen, waaronder meer het verleden van de wijk en de angsten van de bewoners. 4. Op het moment dat de diagnostiek wordt uitgewerkt, moet de specifieke lokale realiteit in overweging worden genomen. 5. De meeste vormen van overlast zijn geen inbreuken of ze ontsnappen aan gerechtelijke of bestuurlijke controle omdat ze niet ernstig zijn en geen prioriteit vormen voor de overheden. 6. Om als overlast te worden gekenmerkt, moet het gedrag een impact hebben op andere personen: rechtstreeks (bedreigingen, pesterijen of intimidatie bijvoorbeeld), of onrechtstreeks (bijvoorbeeld achtergelaten injectienaalden). 67

16 EERSTE DEEL De diagnostiek Inleiding 23 1 ste fase: het actieveld omschrijven 28 2 de fase: de stap plannen 31 3 de fase: het profiel van het gebied opstellen 37 4 de fase: de maatschappelijke overlast gerelateerd aan drugs en prostitutie schetsen 41 5 de fase: de gegevens analyseren 73 6 de fase: conclusies trekken uit de diagnostiek en de resultaten voorstellen 83 Samenvatting 87 68

17 Inleiding De beslissing om een diagnostiek van overlast door drugs en prostitutie op te stellen, wordt door een openbare overheid genomen (de burgemeester in Luik, le Conseil Local de Sécurité et de Prévention de la Délinquance (de Lokale Raad voor Veiligheid en Misdaadpreventie) in Bordeaux bijvoorbeeld). Ze wordt bepaald door een aantal indicatoren die een problematiek van maatschappelijke overlastsignaleren. Bijvoorbeeld een noodsituatie die in dit bepaalde stadsgedeelte gemeld wordt door veiligheids- en zelfs door gezondheidsinstanties, of een aantal feiten die ter kennis van de overheid worden gebracht en die bij elkaar opgeteld, vereisen dat men actie onderneemt. De openbare overheid heeft de behoefte om de echtheid van de feiten te verifiëren die haar met name via klachten van bewoners ter ore komen, om er de kwantitatieve en maatschappelijke omvang van te meten. De diagnostiek is dan het geschiktste middel, voor zowel deze verificatie als voor het leggen van de basis van de actie die de problematiek moet verhelpen. a. De troeven van een diagnostiek van de maatschappelijke overlast De diagnostiek is tegelijk een kennis- en overleginstrument, en helpt bij het nemen van beslissingen. Een kennisinstrument en een hulpmiddel bij beslissingen De diagnostiek is een soort kompas: het helpt de beslissing over de actie te oriënteren. Het laat toe om een gezonde afstand te scheppen van de verwijten van de bewoners. Zoals in het vorig deel over het perceptieaspect werd benadrukt, is overlast buitengewoon subjectief en als men probeert om overlast alsook de uitingen en de oorzaken ervan te identificeren en in een context te plaatsen, kan de diagnostiek de feiten verduidelijken en overlast objectiveren. Hij stelt ons in staat een evenwicht te scheppen tussen eenieders perceptie en de ruwe statistische gegevens en andere kennisinstrumenten, door de verschillende beschikbare gegevens met elkaar te kruisen: het wijkprofiel, statistische bronnen* en bevragingen van de bewoners. De diagnostiek is de gelegenheid voor een bevraging, met name van de betrokkenen: bewoners, prostituees of verslaafden, institutionele actoren De bewoners zullen in het kader van de diagnostiek worden bevraagd en nadien deelnemen aan een gemeenschappelijke interpretatie van de gegevens als de resultaten worden voorgesteld. Daardoor wordt het mogelijk om bepaalde situaties te valideren, te informeren, te sensibiliseren en bepaalde kwesties op te helderen. De diagnostiek is eveneens een bevragingsinstrument voor kwetsbare bevolkingsgroepen, met name voor de groep die ons interesseert, de prostituees of de druggebruikers. Hoewel veel mensen 69

18 denken dat ze een deel van het probleem vormen, mag men niet uit het oog verliezen dat ze bijdragen aan de oplossing en dat hun stem moet worden gehoord. De diagnostiek is bovendien een noodzakelijke voorwaarde van de uitwerking van een actieplan. Via een inventarisatie van de feiten, door ze te beschrijven en te meten, door bewoners en sleutelactoren aan het woord te laten, biedt de diagnostiek een schets van de situatie. Vervolgens wordt hij gebruikt om beslissingen over de prioriteiten te nemen en om in overleg een actieplan uit te werken. Deze acties houden evenzeer verband met de geïnventariseerde feiten als met de gevoelens van de bevolking. Ten slotte vormt de diagnostiek het raamwerk van de evaluatie. Omdat de evaluatie in het derde deel wordt behandeld, vermelden we hier alleen dat de vergaarde gegevens van de diagnostiek in feite een soort 0- tijd vormen van waaruit men later vergelijkingen kan maken over de impact* van de ondernomen acties, het partnerschap, de veranderingen in de perceptie van de bewoners, enz Een overleginstrument De diagnostiek biedt eveneens gelegenheid tot overleg. Het uitwerken van de diagnostiek vereist het verifiëren van gegevens uit verschillende bronnen en dus de deelname van diverse instellingen en verenigingen die over informatie zouden kunnen beschikken. Het is vooral belangrijk om tot een gemeenschappelijke interpretatie van de betekenis van de vergaarde gegevens te komen. De diagnostiek is in deze zin een instrument dat het begrip partnerschap concreet zou kunnen invullen omdat hij van alle partners verlangt dat ze informatie delen en bespreken. Een van de randvoordelen van de diagnostiek is bovendien dat hij de verschillende actoren rond deze kwestie in beweging krijgt en dat hij lokaal partnerschap creëert of versterkt. Ten slotte wordt de beslissing om actie te ondernemen tegen de overlast vaak in een noodsituatie genomen. Deze moet snel worden verholpen maar biedt de gelegenheid om te overleggen over de vereiste aanpak op langer termijn. Een snelle reactie is op dit vlak dikwijls essentieel om te vermijden dat het onveiligheidsgevoel toeneemt. Na de initiële reactie (korte termijnactie om de noodsituatie te regelen) besluiten de partners of de overheid om proactief te zijn door acties op middellange termijn (verhinderen dat de situatie verergert zodra de noodsituatie is geregeld) te beginnen, en zelfs op lange termijn (de situatie duurzaam verbeteren). 70

19 Voordelen van een diagnostiek: Een kennisinstrument en hulpmiddel bij beslissingen: - De overlast waarmee de gemeenschap wordt geconfronteerd kennen en de omvang ervan beter meten. - Het duiden van de oorzaken vergemakkelijken. - De situatie beter kennen om het actieplan beter te richten en te oriënteren - De basis voor de evaluatie leggen Een overleginstrument - Bijdragen aan een gemeenschappelijke interpretatie van de algemene situatie en de problematiek. - Partnerschap rond het beheer van de problematiek bevorderen of versterken - De reflectie over de acties op middellange en lange termijn starten, die een mobilisatie als reactie op een noodsituatie overtreft b. Lokale diagnostiek van de veiligheid* en diagnostiek van de maatschappelijke overlast De lokale veiligheidsdiagnostiek (LVD) en de diagnostiek van de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie berusten op een vergelijkbare methodologie. Zelfs als men bij vergelijkende analyses 2 vaststelt dat onder andere de omvang van de gebruikte gegevens varieert, niet alleen tussen landen maar eveneens in eenzelfde land, blijven de fasen overwegend dezelfde. In sommige landen, waaronder België en Frankrijk, bestaat de praktijk van de lokale veiligheidsdiagnostiek reeds relatief lang, ten minste in de context van het lokale preventie- en veiligheidsbeleid. Er bestaan verschillende methodologische instrumenten voor deze algemene diagnostieken. 2 Alvarez J., Besozzi C., & Sansfaçon D. (2006). Les diagnostics locaux de sécurité, une étude comparée pur mieux comprendre et mieux agir. Réalisation d un diagnostic de sécurtié, Centre International pour la prévention de la sécurité (Plaatselijke veiligheidsdiagnostieken, een vergelijkende studie, om beter te begrijpen en te handelen. Uitvoeren van een veiligheidsdiagnostiek. Internationaal Centrum Veiligheidspreventie) 71

20 De methodologie die in dit handboek wordt voorgesteld berust op deze algemene methodologie maar houdt tevens rekening met de specifieke eigenschappen van maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie. Vervolgens dient men de aangenomen methodologie te definiëren in functie van elk gebied en in functie van de middelen waarover ieder beschikt. Elk gebied vertoont specifieke aspecten: omvang, soort gebied, maatschappelijke en demografische samenstelling, sociaaleconomische kenmerken, historische en culturele aspecten. Met beschikbare middelen betreft, verwijzen we in deze context naar de budgettaire middelen (het budget dat aan de maatregel wordt toegewezen), technische middelen (voorzieningen voor de inventarisering van de informatie, computers, cartografiesysteem, enz.) en menselijke middelen (specialisten, coördinatoren of animatoren inzake preventie en veiligheid, functionele partnerschappen, enz.). De actienemers dienen in hun planning rekening te houden met deze drie soorten middelen. 72

21 1 ste fase: Het actieveld omschrijven Tijdens de uitwisselingen tussen de drie steden, stelde men vast dat het niet zozeer de uitvoering van de diagnostiek was die problemen stelde, als wel de identificatie van de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie. De traditionele instrumenten richten zich namelijk niet noodzakelijk op dit soort overlast. De lijst met vormen van maatschappelijke overlastop de volgende pagina geldt louter als voorbeeld. Bovendien kadert het beheer van deze specifieke vorm van maatschappelijke overlastdikwijls in een meer globale beleidscontext. Bij het opstellen van de diagnostiek van dit soort overlast moet men dus rekening houden met de reeds bestaande maatschappelijke en educatieve voorzieningen, instellingen voor volksgezondheid of zelfs voor openbare veiligheid om te reageren op de fenomenen van verslaving en prostitutie zelf. Men dient rekening te houden met deze voorzieningen daar ze eveneens in overweging worden genomen wanneer men aan de hand van de diagnostiek actieplannen gaat uitwerken. Men moet hieraan toevoegen dat deze voorzieningen invloed willen uitoefenen op de oorzaken en de gevolgen eigen aan verslaving en prostitutie terwijl dit handboek de steden een instrument wil aanreiken om de overlast te bestrijden die deze fenomenen veroorzaken. Zo probeert een diagnostiek van de maatschappelijke overlastniet om de risicofactoren te identificeren die tot verslaving en prostitutie kunnen leiden maar eerder om het gedrag te analyseren dat door deze activiteiten wordt veroorzaakt, zoals bijvoorbeeld het samentroepen van druggebruikers op plaatsen waar drugs worden verkocht. 73

22 Opgelet Omwille van de specifieke aard van het onderwerp zal de diagnostiek van overlast door drugs en prostitutie voornamelijk het accent leggen op de perceptie, de hinder en de klachten die het vaakst in verband worden gebracht met aanstootgevend gedrag*. Men dient nochtans in gedachten te houden dat niet alle aanstootgevende gedragingen te wijten zijn aan verslaving en prostitutie. Om de discussie rond een gezamenlijke en lokale definitie van het begrip openbare overlast op te starten, worden hier ter inlichting de voornaamste soorten maatschappelijke overlastvoorgesteld die met drugs en prostitutie te maken hebben. Ze werden weerhouden tijdens de ontmoetingen die plaatsvonden voor het uitwerken van dit handboek. Het is een niet-exhaustieve lijst: alle lokale actoren moeten rekening houden met de tijdelijke veranderlijkheid van de overlast en met de specifieke lokale kenmerken. De gedragingen die rechtstreeks geassocieerd wordt met overlast door drugs en prostitutie kunnen onder meer bestaan uit: - Het gebruiken van drugs en/of alcohol in het openbaar Dit publiekelijk gebruik kan onbehagen veroorzaken en vanwege de uitingen en gevolgen die daar gewoonlijk mee samenhangen dus beleefd er ervaren worden als overlast: openbare dronkenschap, samenscholingen, oploopjes, lawaai en opschudding, de aanwezigheid van honden, achtergelaten naalden, vernielingen onder invloed van drugs of alcohol ) - Zichtbaar verkopen van drugs De verkoop van kleine doses drugs, of het feit dat men illegale drugs krijgt aangeboden, kan een bron van onbehagen of angst vormen voor de bewoners en dus een vorm van overlast zijn. Bovendien bedelen sommige druggebruikers en/of drinkende mensen in de buurt van plaatsen waar drugs worden verkocht om hun verbruik te bekostigen. Soms gebeurt dat op een agressieve manier. - Achtergelaten naalden of condooms Een van de meest zichtbare tekenen van maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie is zeker het feit dat men op openbare plaatsen gebruikte naalden of condooms aantreft. - Samenscholingen van prostituees en hun klanten Over het algemeen vindt prostitutie in een welafgebakend gebied plaats. De elementen die met deze samenscholing verband houden, kunnen overlast veroorzaken: samenscholingen, lawaai, condooms, het aanklampen van bewo(o)n(st)ers door prostituees of hun klanten 74

23 2 de Fase: De stap plannen 2.1. De partners mobiliseren De efficiënte en effectieve uitvoering van de diagnostiek berust op het creëren van lokaal overleg. In sommige gevallen bestaat dat reeds voor men aan de diagnostiek begint. De aanwezigheid van lokaal overleg is inherent aan het samen tot stand brengen van veiligheid Als dat overleg niet bestaat, is het belangrijk om een plaatselijk comité op te richten dat de strategische actoren bijeenbrengt die op het vlak van de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie tot actie worden aangespoord: gemeentebesturen, de betrokken gemeentediensten, gezondheidsdiensten, politie, justitie, gemeenschapsinstellingen, zorginstellingen, enz. Naargelang het geval kunnen daaraan worden toegevoegd: maatschappijen voor sociale huisvesting*, vervoermaatschappijen, handelaars enz. Het is belangrijk om in het comité een verantwoordelijke aan te duiden die als coördinator zal fungeren, 'de drager van het dossier'. In de drie steden wordt deze rol door verschillende personen vervuld: een 'lokaal preventiecoördinator in Bordeaux, een openbare overlastmanager en/of Actiecoördinatrice Verslavingen in Luik, een persoon die zich bezighoudt met maatschappelijke en gemeenschapsgerichte ontwikkeling in Montreal. Zodra ze zijn samengebracht, moeten de actoren van het plaatselijke comité overleg plegen om een gemeenschappelijke visie te formuleren en uit te dragen over wat zij als maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie beschouwen. De inleiding van dit handboek kan het plaatselijke comité helpen bij zijn overdenkingen en besprekingen. 75

24 Dit plaatselijke comité zal bij elke stap aanwezig zijn en de actoren zullen aan alle fasen bijdragen: overdracht van de gegevens die hun organisatie vergaarde, beschrijving van de inhoud en toepassen van het actieplan, in het kader van de evaluatie nagaan of de doelstellingen zijn behaald en bijsturing van het actieplan als dat nodig is. Hun rol beperkt zich niet tot het oriënteren van het werk van de coördinator maar houdt eveneens de uitvoering van het ganse proces in. Het plaatselijke comité moet vervolgens beslissen op welke manier de diagnostiek van de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie wordt uitgevoerd, de voornaamste componenten selecteren en een planning opstellen De manier kiezen waarop de diagnostiek van de maatschappelijke overlastwordt gerealiseerd De diagnostiek kan op een vereenvoudigde wijze intern worden gerealiseerd door personen die het comité aanduidde, of plaatsvinden in het kader van een extern gepubliceerde dienstenofferte. Het is echter ook mogelijk om deze uitvoeringsmanieren te combineren door slechts een gedeelte van de taken aan externe partijen toe te vertrouwen. Omdat de uitvoering van de diagnostiek zo nauw verbonden is met overleg en omdat het belangrijk is om een diagnostiekcultuur en een gemeenschappelijke visie te ontwikkelen in het plaatselijke comité, geven de meeste deelnemers van het uitwisselingsprogramma tussen de steden de voorkeur aan een interne uitvoering. Hierbij benadrukken ze dat het noodzakelijk is om de diagnostiek zo onafhankelijk en zo objectief mogelijk uit te voeren. 76

25 Interne realisatie: Zoals we reeds beklemtoonden, verbindt de aanpak van maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie een reeks actoren die bij de uitvoering van de diagnostiek moeten worden betrokken. Het plaatselijke comité dient de persoon aan te duiden die belast is met het vergaren en organiseren van de gegevens zodat hij de noodzakelijke legitimiteit en autoriteit bezit om zijn taken uit te voeren. Het is zijn rol om alle nuttige gegevens te zoeken, nieuwe onderzoeksmethoden voor te stellen als hij dat nodig vindt (een bevraging van de bewoners bijvoorbeeld) en deze informatie te organiseren rond de krachtlijnen die het plaatselijke comité definieerde. Hij stelt eveneens werkwijzen voor om de gegevens in het plaatselijke comité te analyseren, maar het is de taak van het comité om deze te interpreteren. Externe realisatie: Omdat het om een relatief technische en tijdrovende aangelegenheid gaat, kan men de uitvoering van de diagnostiek eveneens aan consultanten of universitaire onderzoekers toevertrouwen. Deze benadering biedt zekere voordelen: men kan rekenen op professionals met de nodige ervaring en knowhow op dit gebied, ze helpt de actoren qua tijd en methode, en biedt meer waarborgen voor een bepaalde objectiviteit in het vergaren van de gegevens omdat de onderzoeker niet rechtstreeks betrokken is bij de lokale veiligheid. Ze biedt echter ook nadelen: het zal dikwijls duurder uitvallen en het is vooral minder zeker dat de partners zullen instemmen met de oriëntatie en de besluiten van de diagnostiek. Een externe onderzoeker of consultant moet de partnercoalitie ondersteunen maar niet vervangen. Op voorwaarde dat het plaatselijke comité de controle behoudt, bestaat er dus geen ideale uitvoeringsmethode. De partnercoalitie moet op de eigen competenties en terreinkennis vertrouwen en bijvoorbeeld alleen de technische taken uitbesteden. De partners kunnen de diagnostiek eveneens zelf uitvoeren en de methodologische omkadering door een externe partij laten uitvoeren. 77

26 Welke uitvoeringsmethode men uiteindelijk kiest, zal door heel pragmatische elementen worden bepaald; die hebben te maken met de grootte van het betrokken gebied, de middelen die men aan de diagnostiek toewees, het aantal betrokken partners, hun beschikbaarheid enz. Te onthouden Ongeacht of de diagnostiek extern of intern wordt uitgevoerd, moet de operator, de persoon die belast is met de uitvoering van de diagnostiek, de rol van coördinator en verzamelaar vervullen. Het is niet aangeraden om de operator de diagnostiek alleen te laten uitvoeren De componenten van de diagnostiek bepalen Om beter te kunnen bepalen welke gegevens men precies nodig heeft om de diagnostiek uit te werken, worden er hier uit de bestaande soorten en modellen drie elementen gekozen: het profiel van het gebied, de schets van de overlast en een kort overzicht van de actiekanalen en scenario s. Het gebiedsprofiel dient om de overlast in een context te plaatsen, beschrijvende elementen aan te brengen over de lokale realiteit en de verslaafden of prostituees die het onderwerp van de diagnostiek uitmaken en om inlichtingen te verschaffen over de middelen en projecten in het gebied die er reeds voor hen bestaan. Het valt in drie delen uiteen: - een algemeen buurtprofiel, - het profiel van de verslavingen en prostitutie in de buurt, - een profiel van de middelen, diensten en projecten op het gebied van verslaving en prostitutie in de buurt. 78

27 Deze drie aspecten van het gebiedsprofiel vormen het inleidende deel van de diagnostiek en zijn nodig om de lokale omstandigheden en de specifieke kenmerken van de maatschappelijke overlastin dit gebied te begrijpen. De kern van de diagnostiek wordt gevormd door de schets van de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en verslaving. Deze bevat de resultaten van de analyse en van het kruisen van de vergaarde gegevens. Op basis van de analyse van de gegevens die vergaard werden om gebiedprofielen en een schets van de maatschappelijke overlastop te stellen, ontstaan de eerste conclusies, actiemethoden en scenario s voor debatten en reflectie over het actieplan (dat in het tweede deel van dit handboek wordt behandeld) De planning van de diagnostiek vastleggen De verantwoordelijken voor de uitwerking van de diagnostiek dienen termijnen voor elke uitvoeringsfase vast te leggen. Op het moment dat men de termijnen vastlegt, mag men niet vergeten dat sommige vormen van overlast van voorbijgaande aard zijn. Men dient een evenwicht te vinden waardoor men in een redelijke tijdspanne kan handelen. Rekening houdende met de lokale verschillen qua personeel, materiaal en financiële middelen die aan de uitvoering van de diagnostiek werden toegewezen, dient elke stad haar eigen termijnen vast te leggen. Elke stad kan dus meer of minder tijd besteden aan de verschillende fasen. De diagnostiek van maatschappelijke overlastopstellen duurt ongeveer even lang als het opstellen van een lokale veiligheidsdiagnostiek, van zes maanden tot een jaar. Omdat maatschappelijke overlastsoms eerder kortstondig is en de bevolking er erg gevoelig voor is, is het soms noodzakelijk om snel te reageren en de diagnostiek bijgevolg sneller op te stellen, in een tijdspanne van drie tot zes maanden. 79

28 Men mag bovendien de tijd die nodig is om de gegevens te vergaren niet onderschatten: het kan moeilijker zijn om gegevens over de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie te vergaren. Men dient eveneens rekening te houden met de tijdspanne voor het vergaren van gegevens en het presenteren van de resultaten. Naargelang de periode van het jaar en de lokale bijzonderheden (vakanties, slecht weer, enz.) kan zowel het aantal als de kwaliteit van de deelname van de bevraagde personen en de lokale actoren variëren. Het belangrijkste is dat het plaatselijke comité een realistische termijn vastlegt en daarover met alle betrokken politieke en technische actoren onderhandelt 3. 3 Voorbeelden van termijnen zijn te vinden bij Alvarez J., Besozzi C., & Sansfaçon D. (2006)., op. cit. (p. 26) 80

29 3 de fase: het profiel van het gebied opstellen De drie aspecten van het gebiedprofiel algemeen profiel, profiel van de verslavingen en de prostitutie en het profiel van de middelen vormen de inleiding van een schets van de openbare overlast, en dragen via kruising van de gegevens bij aan de analyse. Ze vormen eveneens een basisreferentie voor de uitwerking van het actieplan Het algemene profiel van de buurt opstellen Het doel van het algemeen profiel is het presenteren van de buurt waarin de diagnostiek werd uitgevoerd (stad, gemeente, wijk, vierhoek, straten ) en het inbrengen van contextuele elementen om de overlast waarop de diagnostiek is gericht te lokaliseren. Naargelang de grootte van de onderzochte buurt is het niet nodig om al deze dimensies verder uit te diepen. Het algemene profiel van de buurt omvat vier elementen: - sociaaldemografische elementen: grootte van de buurt (globale bevolking), uitgesplitst volgens de leeftijdsstructuur, geslacht en herkomst, gezinsstructuur (aantal kinderen, ouderlijke situatie), enz.; - sociaaleconomische elementen: werkgelegenheidsstructuur en tewerkstelling in de wijk (aantallen inactieven en gepensioneerden, endogene en exogene tewerkstelling), structuur en niveau van de inkomens in de wijk, scholingsgraad, werkloosheidsgraad, het aandeel immigranten van de bevolking, enz.; - stedenbouwkundige elementen: recente evoluties in de bewoning van de wijk, profiel van het woonmilieu (verouderde staat, leegstandgraad), emigratiegraad in de wijk, het profiel van de handelszaken en openbare diensten, infrastructuur van de diensten (scholen, recreatiemogelijkheden, enz.), aanwezigheid van braakliggend terrein, stedelijke renovatieprojecten enz.; - Elementen over de criminaliteit in het algemeen: het globale aantal misdaden dat bij de politie wordt gemeld, uitsplitsing van dit aantal naar grote groepen (goederen, personen), personeelsbestand van de politie, slachtoffergevoel en onveiligheidsgevoel indien beschikbaar Het profiel van de verslavingen en de prostitutie opstellen 81

30 Het is hier de bedoeling om meer kennis te verwerven over de lokale realiteit op gebied van verslaving en prostitutie. Men dient informatie te vergaren over psychotrope substanties, bijvoorbeeld over: - Het aantal gebruikers in de wijk en de gebruikte substanties, - De soorten beschikbare substanties, - De recente evolutie van de verschillende beschikbare soorten middelen, - De diverse problemen waarmee de betrokken verslaafden te kampen hebben, - De sociaaldemografische kenmerken van de gebruikers, - De druggerelateerde geregistreerde wanbedrijven (bezit, doorverkoop), - De aanwezigheid en de kenmerken van een open scène, - De aanwezigheid van gesloten plaatsen voor het spuiten, of naargelang het land, plaatsen waar substitutiemiddelen worden verdeeld. Maar eveneens over alcohol: - Het aantal cafés en andere plaatsen waar drank wordt verstrekt, - De alcoholgerelateerde geregistreerde wanbedrijven. En over prostitutie - Het aantal personen dat de verschillende vormen van prostitutie uitoefent, - De herkomst en de sociaaldemografische kenmerken, - De historiek van de prostitutie in de wijk Het profiel van de middelen, diensten en projecten opstellen Het doel van dit profiel is een betere kennis te verwerven van de actoren, de middelen, de beschikbare diensten en de lopende projecten in de buurt die zich op verslaving en prostitutie richten. Er zijn in hoofdzaak vijf soorten betrokken actoren: de gemeenten, de politie, de medisch-sociale diensten, de private veiligheid en het verenigingsleven. Gemeenten: - Onderhouds- en stedenbouwkundige diensten (reinheid, onderhoud van de infrastructuren, stedelijk nabijheidbeheer, enz.); - Gemeentepolitie (voor Frankrijk): services de surveillance et de verbalisation rattachés à la municipalité (toezichthoudende en 82

31 verbaliserende diensten die aan de gemeente zijn verbonden) (toepassing van de regelgeving op gebied van verkeer, reinheid, het openbaar domein, enz.); - Structuren of voorzieningen voor criminaliteitspreventie: opvang voor jongeren of mensen met problemen, animatie van preventieve aard, straathoekwerkers, bemiddelaars, enz. Politie: - Eenheid die specifiek belast is met prostitutie of verslaving, - Het aantal mensen dat daar werkt - Het mandaat van deze eenheid, - Wijkagenten die aan deze wijk zijn toegewezen en de hoeveelheid tijd die ze besteden aan problemen rond verslaving, prostitutie en openbare overlast. De medicosociale diensten: Bestaande middelen en diensten op gebied van verslaving en prostitutie: - Gespecialiseerde zorgafdelingen; - Plaatsen of voorzieningen waar men injectienaalden kan uitwisselen of in subsittutietherapie voorziet; - Permanente of tijdelijke medicosociale opvangplaatsen (caravans, paviljoenen); - Structuur voor de opname van verslaafde personen, enz. Verenigingen: Verenigingen, zowel die met prostituees of verslaafden werken als instellingen die op andere gebieden werkzaam zijn en die eveneens preventieve acties kunnen ondersteunen (bijvoorbeeld vrijetijdsverenigingen). Private veiligheid: - Bewakingsdiensten of -systemen gericht op de bestrijding van overlast (zoals vernieling) werden ingezet door maatschappijen voor sociale huisvesting, scholen, handelaars, enz. - Dienst van gespecialiseerde toezichthouders die deze instellingen aanstelden om te reageren op drugs- en prostitutieproblemen. 83

32 4 de fase: De maatschappelijke overlast gerelateerd aan drugs en prostitutie schetsen Er zijn meerdere informatiebronnen ter beschikking van de verantwoordelijken om de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie te schetsen. Door het delen van de vergaarde informatie wordt het beeld in de diagnostiek volledig en verkrijgt men een exactere schets van de bestudeerde buurt. In dit hoofdstuk presenteren we de informatiebronnen en de daarmee samenhangende werkwijzen. De verklaringen in verband met het kruisen van de gegevens bevinden zich in fase 5: Analyse van de gegevens. Informatiebronnen: 4.1. Statistische informatie en informatie van partners (politie, justitie, gezondheid, verenigingen, scholen, enz.) Bevragingen: a. Enquêtes met een vragenlijst b. De uitwisselingsgroepen c. Interviews d. Bevraging van prostituees of verslaafden 4.3. Etnografische observatie en exploratiewandelingen Opvolging van de actualiteit in de media rond maatschappelijke overlast 4.5. Onderzoeksrapporten 84

33 4.1. Kwantitatieve gegevens* van de partners vergaren Kwantitatieve gegevens over gedrag en situaties die de actoren als overlast bestempelen, vertegenwoordigen een niet te verwaarlozen bron van informatie. Ze laten toe om gedrag dat soms moeilijk meetbaar lijkt, te kwantificeren en te meten. Men kan echter niet alle vormen van overlast inventariseren en berekenen. Een groot aantal kwantitatieve gegevens verschijnt onder de vorm van statistieken*, het zijn kwantitatieve gegevens die op regelmatige wijze volgens een vooropgesteld methodologisch en institutioneel kader worden vergaard en in een min of meer uitgebreide publicatie verschijnen. Kwantitatieve gegevens gebruiken voorzorgen bij het gebruik - Kwantitatieve gegevens meten verschijnselen die op voorhand werden geïdentificeerd. Nieuw gedrag kan enkel worden gemeten aan de hand van kwalitatieve informatiebronnen of door kruising van gevarieerde bronnen. Gegevens over het aantal opgeraapte vuile naalden en hun lokatie zeggen bijvoorbeeld niets over de uren dat de verslaafden daar aanwezig zijn. - Verschillende kwantitatieve gegevens houden niet rechtstreeks verband met de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie. In dat geval zullen ze worden gebruikt om de overlast in een bepaalde context te plaatsen. Ze zijn zeer relevant voor het beschrijven van de profielen: buurt-, verslavings-, en prostitutieprofielen alsook middelen-, diensten- en projectprofielen. Voor de details van deze profielen verwijzen we naar de componenten van de diagnostiek. 85

34 4.1.1 Het vergaren van kwantitatieve gegevens* Deze gegevens zijn naargelang het wettelijk kader, het beleid en de kwaliteit van de relaties tussen de partners min of meer gemakkelijk toegankelijk. Vandaar dat het opstellen van de diagnostiek moet berusten op het samenstellen van een geëngageerd en beschikbaar plaatselijk comité. Om alle domeinen te dekken die rechtstreeks verband houden met openbare overlast, dient men alle nuttige informatiecategorieën te identificeren. In de bijlage bevindt zich een Identificatiemodel van bestaande statistische informatiebronnen. Het stelt een klassering van de informatie voor en geeft enkele voorbeelden voor Bordeaux, Luik en Montreal. Voor elk soort gegevens dient men het volgende te preciseren: - De aard: de verantwoordelijke die belast is met het uitvoeren van de diagnostiek zal moeten nagaan of het gaat om statistieken die rechtstreeks verband houden met de maatschappelijke overlastgerelateerd aan drugs en prostitutie (aantal opgeraapte naalden, aantal arrestaties wegens tippelen ), om gegevens die de overlast in een context plaatsen (kwantitatieve informatie over de netheid van de buurt, het veiligheidsgevoel, de criminaliteit in de buurt, de armoedegraad ) of eerder om gegevens die informatie geven over de prostituees of verslaafden en de hulpmiddelen in de buurt (aantallen hulporganisaties voor deze cliënten, aard van de gebruikte substanties, uitwisselingsprogramma voor naalden, substitutieprogramma ). - De periodiciteit: maandelijks, driemaandelijks of jaarlijks. Als het om officiële statistieken gaat, verschijnen ze meestal met een of zelfs met twee jaar vertraging. Naargelang de aanwezige partners en de eensgezindheid zal het mogelijk zijn om bevoorrechte toegang te krijgen tot de gegevens voor ze officieel verschijnen. Het is nuttig om de periodiciteit van statistieken en andere kwantitatieve gegevens in de diagnostiek op te nemen om zodoende het eventuele updaten later te vergemakkelijken. - Onderscheid naar geografisch niveau: plaatselijke, regionale, provinciale en nationale gegevens. Zelfs als een nationaal gegeven dikwijls minder precies is, is het toch nog van belang, met name als er geen lokale informatie beschikbaar is of om de vergelijking met andere gebieden te maken. Het is eveneens interessant om in de diagnostiek te beschrijven of deze statistiek voor meerdere geografische niveaus beschikbaar is. 86

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting?

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? INLEIDING Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? Het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting werd in 1999

Nadere informatie

Tabel competentiereferentiesysteem

Tabel competentiereferentiesysteem Bijlage 3 bij het ministerieel besluit van tot wijziging van het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling

Nadere informatie

Charter van de ombudsdienst

Charter van de ombudsdienst Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Ombudsdienst AC-Kruidtuin - Food Safety Center Kruidtuinlaan 55 B-1000 Brussel Tel. 02/211 82 11 www.favv.be Charter van de ombudsdienst 1. Doelstelling

Nadere informatie

Vlaamse overheid Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35, bus 10 1030 Brussel

Vlaamse overheid Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35, bus 10 1030 Brussel Evaluatie van beleid en beleidsinstrumenten Protocol tussen de entiteit 1 verantwoordelijk voor de (aansturing van de) evaluatie en (de instelling verantwoordelijk voor) het beleidsinstrument Vlaamse overheid

Nadere informatie

Toename van administratieve afhandeling

Toename van administratieve afhandeling Toename van administratieve afhandeling Studiedag Centrum voor Politiestudies 16/02/2017 Tom De Schepper en Melissa Rasschaert VVSG Inhoud 1. Administratieve afhandeling 2. Fenomenen en categorisering

Nadere informatie

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 Kwaliteitsvol jeugdwerk Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 In vogelvlucht Kwaliteitsvol jeugdwerk Toelichting bij de politieke discussie in de EU en het traject van de

Nadere informatie

Mededeling Vlaamse Regering. Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces

Mededeling Vlaamse Regering. Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces Mededeling Vlaamse Regering Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces 1. Context Na het leggen van de grondvesten van een nieuw systeem van Vlaamse openbare statistieken door de

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE VIERDE ALGEMENE BELEIDSAANBEVELING VAN DE ECRI:

EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE VIERDE ALGEMENE BELEIDSAANBEVELING VAN DE ECRI: CRI(98)30 Version néerlandaise Dutch version EUROPESE COMMISSIE TEGEN RACISME EN INTOLERANTIE VIERDE ALGEMENE BELEIDSAANBEVELING VAN DE ECRI: NATIONALE OVERZICHTEN VAN DE ERVARINGEN MET EN DE PERCEPTIE

Nadere informatie

Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin

Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin ruime zin in België, Duitsland, Frankrijk en Nederland in 2014 Directie Statistieken, Begroting en Studies stat@rva.be Inhoudstafel: 1

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 28 november 2017

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 28 november 2017 A D V I E S Nr. 2.064 ------------------------------ Zitting van dinsdag 28 november 2017 --------------------------------------------------- Rapporteringscyclus betreffende de niet-geratificeerde verdragen

Nadere informatie

Functiefamilie ET Thematische experten

Functiefamilie ET Thematische experten Functiefamilie ET Thematische experten DOEL Expertise in een materie* en verstrekken aan de administratieve en politieke instanties teneinde hen te ondersteunen bij de besluitvorming en de uitvoering van

Nadere informatie

De Rondetafels van de Interculturaliteit

De Rondetafels van de Interculturaliteit De Rondetafels van de Interculturaliteit Inleiding In de federale regeringsverklaring van maart 2008, die door de huidige federale regering werd hernomen, werd op vraag van de minister van Werk en van

Nadere informatie

Federaal Fonds ter bestrijding van de verslavingen OPROEP 2014

Federaal Fonds ter bestrijding van de verslavingen OPROEP 2014 Federaal Fonds ter bestrijding van de verslavingen OPROEP 2014 1 Mevrouw, Mijnheer, Het Fonds ter bestrijding van de verslavingen werd opgericht in 2006 met een jaarlijks budget van 5.000.000 (3.000.000

Nadere informatie

JAARLIJKSE EMAS ONTMOETING

JAARLIJKSE EMAS ONTMOETING JAARLIJKSE EMAS ONTMOETING Revisie van Bijlagen I, II en III en integratie van de Norm ISO 14001-2015 Sébastien Paquot Europese Commissie Agenda 1. Goedkeuring van de herziene bijlagen voornaamste wijzigingen

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch)

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als

Nadere informatie

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)

Nadere informatie

BOUWTEAM EN DEELNAME VAN DE TOEKOMSTIGE INWONERS

BOUWTEAM EN DEELNAME VAN DE TOEKOMSTIGE INWONERS 1 In teamverband bouwen: kwaliteit, doeltreffendheid, snelheid! Leefmilieu Brussel BOUWTEAM EN DEELNAME VAN DE TOEKOMSTIGE INWONERS Daniel MIGNOLET Habitat et Participation vzw 1 Doelstellingen van de

Nadere informatie

STATUTEN VAN DE GEMEENTELIJKE CULTURELE RAAD

STATUTEN VAN DE GEMEENTELIJKE CULTURELE RAAD STATUTEN VAN DE GEMEENTELIJKE CULTURELE RAAD In Dentergem wordt een gemeentelijke culturele raad opgericht in uitvoering van het dekreet van 24 juli 1991 houdende de organisatie van het overleg en de inspraak

Nadere informatie

Praktische handleiding FSMA_2018_07 van 22/05/2018

Praktische handleiding FSMA_2018_07 van 22/05/2018 Praktische handleiding FSMA_2018_07 van 22/05/2018 - De verzekeringsmakelaars die hun beroepsactiviteiten uitoefenen in één of meerdere levensverzekeringstakken. - De andere verzekeringstussenpersonen

Nadere informatie

Beleid inzake het beheer van belangenconflicten in de VMOB «Ziekenfonds voor Hospitalisatiekosten»

Beleid inzake het beheer van belangenconflicten in de VMOB «Ziekenfonds voor Hospitalisatiekosten» Department Legal Affairs Beleid inzake het beheer van belangenconflicten in de VMOB «Ziekenfonds voor Hospitalisatiekosten» 1. Inleiding Overeenkomstig de bepalingen van de wet van 30 juli 2013 tot versterking

Nadere informatie

Observatorium voor Gezondheid en Welzijn OPERATIONEEL PLAN 2011-2014

Observatorium voor Gezondheid en Welzijn OPERATIONEEL PLAN 2011-2014 Observatorium voor Gezondheid en Welzijn OPERATIONEEL PLAN 2011-2014 1. OPDRACHTEN VAN HET OBSERVATORIUM VOOR GEZONDHEID EN WELZIJN 1.1 Wettelijke basis De opdrachten van het Observatorium staan opgesomd

Nadere informatie

4. Het voorzitterschap verzoekt de Raad de ontwerp-conclusies in de bijlage aan te nemen

4. Het voorzitterschap verzoekt de Raad de ontwerp-conclusies in de bijlage aan te nemen RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 11 juli 2001 (12.07) (OR. fr,en) 10731/1/01 REV 1 LIMITE JAI 74 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad (Justitie en Binnenlandse Zaken) Betreft: - Veiligheid van

Nadere informatie

Decreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen

Decreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen BIJLAGE 2 Decreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen Dit decreet wil onder meer de ontwikkeling van een lokaal ouderenbeleid

Nadere informatie

handleiding Veiligheidsplanner voorwoord inleiding De stappen van de Lokale stap 01 profiel stap 02 wat is het probleem? stap 03 wat doen wij al?

handleiding Veiligheidsplanner voorwoord inleiding De stappen van de Lokale stap 01 profiel stap 02 wat is het probleem? stap 03 wat doen wij al? handleiding lokale veiligheidsplanner 1 veiligheid door samenwerking handleiding handleiding lokale veiligheidsplanner 2 Welkom bij de internettoepassing Lokale. Het Centrum voor Criminaliteitspreventie

Nadere informatie

BELEID INZAKE HET BEHEER VAN BELANGENCONFLICHTEN IN MLOZ INSURANCE

BELEID INZAKE HET BEHEER VAN BELANGENCONFLICHTEN IN MLOZ INSURANCE Legal Belangenconflicten BELEID INZAKE HET BEHEER VAN BELANGENCONFLICHTEN IN MLOZ INSURANCE INHOUD 1 INLEIDING... 1 2 DEFINITIE VAN BELANGENCONFLICT EN HET BEGRIP BETROKKEN PERSOON... 2 3 CLASSIFICATIE

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 januari 2006 (28.02) (OR. en) 5467/06 LIMITE PUBLIC ENFOCUSTOM 8 ENFOPOL 8 CRIMORG 9 CORDROGUE 4 NOTA van: van het voorzitterschap aan: het Comité van artikel

Nadere informatie

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling 1 P a g i n a F u n c t i o n a l i t e i t s e c o n o m i e : h e f b o o

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED, DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING EN DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN,

Nadere informatie

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 MAART 2011.

ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 MAART 2011. ADVIES UITGEBRACHT DOOR DE ECONOMISCHE EN SOCIALE RAAD VOOR HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST TIJDENS ZIJN ZITTING VAN 17 MAART 2011 inzake de criteria aan te nemen voor de definitie van de begrippen

Nadere informatie

6. Project management

6. Project management 6. Project management Studentenversie Inleiding 1. Het proces van project management 2. Risico management "Project management gaat over het stellen van duidelijke doelen en het managen van tijd, materiaal,

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten) Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een

Nadere informatie

3) onderzoek verrichten naar de culturele behoeften in het werkingsgebied en documentatie en informatie verzamelen over het cultureel leven;

3) onderzoek verrichten naar de culturele behoeften in het werkingsgebied en documentatie en informatie verzamelen over het cultureel leven; GEMEENTELIJKE RAAD VOOR CULTUURBELEID 8755 RUISELEDE Huishoudelijk reglement: In Ruiselede wordt een gemeentelijke raad voor cultuurbeleid opgericht in uitvoering van het decreet van 24 juli 1991 houdende

Nadere informatie

BUURTINFORMATIENETWERKEN ZELFSTANDIGE ONDERNEMERS

BUURTINFORMATIENETWERKEN ZELFSTANDIGE ONDERNEMERS COD24_BROCH BlauwOK2deV_NL 26-09-2005 14:33 Page 1 BUURTINFORMATIENETWERKEN ZELFSTANDIGE ONDERNEMERS OPSTART - PROCEDURE Preventie ter bevordering van veiligheidsgevoel en sociale betrokkenheid Stap mee

Nadere informatie

EuropEEs InstItuut voor onderzoek over de MEdItErranE En Euro-arabIschE samenwerking www.medea.be

EuropEEs InstItuut voor onderzoek over de MEdItErranE En Euro-arabIschE samenwerking www.medea.be Europees Instituut voor Onderzoek over de Mediterrane en Euro-Arabische Samenwerking www.medea.be V O O R S T E L L I N G Voor Europa is de samenwerking met haar naaste buren de Arabische en Mediterrane

Nadere informatie

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97 Wanneer gebruiken we kwalitatieve interviews? Kwalitatief interview = mogelijke methode om gegevens te verzamelen voor een reeks soorten van kwalitatief onderzoek Kwalitatief interview versus natuurlijk

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis; 1/8 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 98/2014 van 19 november 2014 Betreft: Aanvraag van de Nationale Bank van België (NBB) om toegang te krijgen tot het Rijksregister en het Rijksregisternummer

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder Doel van de functiefamilie Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen omtrent het thema te initiëren, te stimuleren en te bewaken

Nadere informatie

Niveau: Doel van de functiefamilie

Niveau: Doel van de functiefamilie Functiefamilie: Niveau: DOSSIERBEHEER B Doel van de functiefamilie Dossiers uit een bepaald complex kennis- of expertisedomein verwerken met het oog op een beslissing, zonder af te wijken van de reglementering

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 74 van 27 februari 2004 over een ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

Geïntegreerd statistisch programma 2017 van het Interfederaal Instituut voor de Statistiek

Geïntegreerd statistisch programma 2017 van het Interfederaal Instituut voor de Statistiek Geïntegreerd statistisch programma 2017 van het Interfederaal Instituut voor de Statistiek 1. Inleiding Het samenwerkingsakkoord van 15 juli 2014 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse

Nadere informatie

2.5. Opzetten van een Bijzondere Onderhandelingsgroep (BOG). Stappen

2.5. Opzetten van een Bijzondere Onderhandelingsgroep (BOG). Stappen 2.5. Opzetten van een Bijzondere Onderhandelingsgroep (BOG). Stappen 2.5.0. Inleiding over het opstarten van een BOG Opstarten van een bijzondere onderhandelingsgroep (BOG) Wetenschappelijk onderzoek en

Nadere informatie

N.V. Jean VERHEYEN (Verzekeringsagent) Bedrijfspolitiek op het gebied van de belangenconflicten

N.V. Jean VERHEYEN (Verzekeringsagent) Bedrijfspolitiek op het gebied van de belangenconflicten MiFID Belangenconflicten beleid Versie 18/08/2014 - Deze versie annuleert en vervangt alle vorige versies 1. Inleiding Conform de Europese reglementering (Markets in Financial Instruments Directive, hierna

Nadere informatie

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs FEDERAAL WETENSCHAPSBELEID Wetenschapsstraat 8 B-1000 BRUSSEL Tel. 02 238 34 11 Fax 02 230 59 12 www.belspo.be Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs Projectformulier ten behoeve van

Nadere informatie

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012 Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012 Federaal Plan Armoedebestrijding Reactie van BAPN vzw BAPN vzw Belgisch Netwerk Armoedebestrijding Vooruitgangstraat 333/6 1030

Nadere informatie

DUURZAAM WIJKCONTRACT MAALBEEK

DUURZAAM WIJKCONTRACT MAALBEEK Gemeente Elsene Brussels Hoofdstedelijk Gewest DUURZAAM WIJKCONTRACT MAALBEEK Projectoproep ambachtslieden, ontwerpers en creatieve beroepen uit de Maalbeekwijk Publicatie : Januari 2016 Uiterste datum

Nadere informatie

HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP

HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP OVERLEG VOEDSELHULP HANDVEST VAN DE VOEDSELHULP 1. Inleiding 1. Beschikken over toereikende, adequate en duurzame voeding is een fundamenteel recht dat werd bekrachtigd door de Verenigde Naties. Hun wettelijke

Nadere informatie

GENERIEKE COMPETENTIEPROFIELEN

GENERIEKE COMPETENTIEPROFIELEN Functiebeschrijvingen en competentieprofielen bij de federale overheid GENERIEKE COMPETENTIEPROFIELEN Handleiding Januari 2018 DG Rekrutering en Ontwikkeling FOD Beleid en Ondersteuning INHOUDSTAFEL 1

Nadere informatie

14. Over de evaluatie van de werking van de ouderenadviesraad

14. Over de evaluatie van de werking van de ouderenadviesraad 14. Over de evaluatie van de werking van de ouderenadviesraad Elke gezonde organisatie of structuur stelt op regelmatige basis zichzelf de vraag: Zijn wij in feite wel goed bezig? Ook voor ouderenadviesraden

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Inspectie RWO ontvangen op 12/09/2011;

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Inspectie RWO ontvangen op 12/09/2011; 1/6 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 63/2011 van 16 november 2011 Betreft: aanvraag van het Agentschap Inspectie RWO tot uitbreiding van beraadslaging RR nr. 23/2009 met het oog

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van maandag 5 oktober

A D V I E S Nr Zitting van maandag 5 oktober A D V I E S Nr. 1.959 ------------------------------- Zitting van maandag 5 oktober 2015 --------------------------------------------------- Vragenlijst voor een evaluatie van de Verklaring van de IAO

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.917 ----------------------------- Zitting van dinsdag 25 november 2014 -----------------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.917 ----------------------------- Zitting van dinsdag 25 november 2014 ----------------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.917 ----------------------------- Zitting van dinsdag 25 november 2014 ----------------------------------------------------- Nationaal profiel voor veiligheid en gezondheid op het werk

Nadere informatie

Standaard Eurobarometer 80. DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË

Standaard Eurobarometer 80. DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË Standaard Eurobarometer 80 DE PUBLIEKE OPINIE IN DE EUROPESE UNIE Najaar 2013 NATIONAAL RAPPORT BELGIË Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie.

Nadere informatie

Federaal Fonds ter bestrijding van de verslavingen Subsidieaanvragen voor verlengingen en nieuwe projecten

Federaal Fonds ter bestrijding van de verslavingen Subsidieaanvragen voor verlengingen en nieuwe projecten Federaal Fonds ter bestrijding van de verslavingen Subsidieaanvragen voor verlengingen en nieuwe projecten OPROEP 2012 Mevrouw, Mijnheer, Het Fonds ter bestrijding van de verslavingen werd opgericht in

Nadere informatie

Nationale strategie voor alarmeringstesten van de bevolking. BE-Alert

Nationale strategie voor alarmeringstesten van de bevolking. BE-Alert Nationale strategie voor alarmeringstesten van de bevolking BE-Alert 1. Context De alarmering van de bevolking in geval van een noodsituatie behoort tot de essentiële opdrachten van de overheden bevoegd

Nadere informatie

Marleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden

Marleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden HANDOUT SCENARIO-ONTWIKKELING Marleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden SCENARIO-ONTWIKKELING I n h o u d Scenario-ontwikkeling 1 1 Wat zijn scenario s? 1 2 Waarom

Nadere informatie

GOF. Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen

GOF. Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen Voorwoord In februari 2007 ontwikkelden de Europese mobiele providers en content providers een gezamenlijke structuur voor

Nadere informatie

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012) Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012) De Hoge Raad voor Vrijwilligers (HRV) kijkt relatief tevreden terug op 2011, het Europees Jaar voor het Vrijwilligerswerk.

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid" SCSZG/16/215 BERAADSLAGING NR. 16/095 VAN 4 OKTOBER 2016 BETREFFENDE DE MEDEDELING VAN GECODEERDE PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZ/09/105 BERAADSLAGING NR 09/058 VAN 15 SEPTEMBER 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN GECODEERDE PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 1: GEZONDHEID EN WELZIJN Johan Van Der Heyden, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J.

Nadere informatie

HET FENOMEEN TERRORISME

HET FENOMEEN TERRORISME TERRORISME Sinds de 11 september 2001, is het fenomeen terrorisme nog steeds brandend actueel en geniet steeds van een permanente aandacht vanwege de overheden. Hij werd trouwens als prioriteit in het

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 oktober

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 oktober A D V I E S Nr. 2.055 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 oktober 2017 -------------------------------------------------- IAO - 107 e zitting van de Internationale Arbeidsconferentie

Nadere informatie

R A P P O R T Nr

R A P P O R T Nr R A P P O R T Nr. 95 ------------------------------- IAO Rapport uitgebracht ter aanvulling van de rapporten uitgebracht door de Belgische regering overeenkomstig de bepalingen van artikel 19 van het Statuut

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING. Het afdelingshoofd Technische Zaken staat in voor de algemene leiding van de afdeling technische zaken.

FUNCTIEBESCHRIJVING. Het afdelingshoofd Technische Zaken staat in voor de algemene leiding van de afdeling technische zaken. FUNCTIEBESCHRIJVING Functie Graadnaam: AFDELINGSHOOFD Afdeling TECHNISCHE ZAKEN Functienaam: AFDELINGSHOOFD Dienst TECHNISCHE ZAKEN Functionele loopbaan: A4a A4b Omschrijving van de afdeling en dienst

Nadere informatie

GEMEENTERAAD. Ontwerpbesluit

GEMEENTERAAD. Ontwerpbesluit GEMEENTERAAD Ontwerpbesluit OPSCHRIFT Vergadering van 18 april 2016 Besluit nummer: 2016_GR_00373 Onderwerp: Aanvraag tot wijziging van het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan 2016-2017 van de Stad

Nadere informatie

Reglementering van het participatief budget voor de projectoproep Participatieve Duurzame Wijken

Reglementering van het participatief budget voor de projectoproep Participatieve Duurzame Wijken Reglementering van het participatief budget voor de projectoproep Participatieve Duurzame Wijken Update na de vergadering van 28 februari 2017 1. Algemeen kader Het participatief budget van de Participatieve

Nadere informatie

TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT

TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT TYPES INSTRUMENTEN OVERZICHT Aanbeveling... 2 Advies... 2 Algemeen commentaar... 2 Beleidsdocument... 3 Besluit... 3 Decreet... 3 Europees besluit... 3 Grondwet... 3 Koninklijk besluit... 3 Mededeling...

Nadere informatie

NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN

NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN NL NAAR EEN EUROPA VOOR ALLE LEEFTIJDEN AGE- STANDPUNT IN HET KADER VAN HET 2007 - EUROPEES JAAR VAN GELIJKE KANSEN VOOR IEDEREEN The European Older People s Platform La Plate-forme européenne des Personnes

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 516 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117 NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal aan: het Coreper / de Raad nr. vorig doc.: 12712/3/12

Nadere informatie

ADVIES. Brussels actieplan ter bestrijding van racisme en discriminatie. 14 november 2018

ADVIES. Brussels actieplan ter bestrijding van racisme en discriminatie. 14 november 2018 ADVIES Brussels actieplan 2018-2020 ter bestrijding van racisme en discriminatie 14 november 2018 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 5.1 Lager kader

FUNCTIEFAMILIE 5.1 Lager kader Doel van de functiefamilie Leiden van een geheel van activiteiten en medewerkers en input geven naar het beleid teneinde een kwaliteitsvolle, klantgerichte dienstverlening te verzekeren en zodoende bij

Nadere informatie

HANDBOEK POLITIEORGANISATIE INHOUD. Inleiding 7

HANDBOEK POLITIEORGANISATIE INHOUD. Inleiding 7 INHOUD Inleiding 7 Hoofdstuk 1 Historisch-politiek perspectief 9 Evolutie van het Belgisch politiebestel sinds 1830: invloed van het Franse model en eerste belangrijke ontwikkelingen van de gendarmerie

Nadere informatie

VERSLAG WERKGROEP KADASTER VAN HET CONTRACTUEEL PERSONEEL.

VERSLAG WERKGROEP KADASTER VAN HET CONTRACTUEEL PERSONEEL. VERSLAG WERKGROEP KADASTER VAN HET CONTRACTUEEL PERSONEEL. Dit document bevat het verslag van de werkgroep, opgericht binnen het Comité B, ter uitvoering van één van de aspecten van punt 1 van het op 22

Nadere informatie

Statuten van het gemeentelijk adviesorgaan voor kinderopvang (LOK)

Statuten van het gemeentelijk adviesorgaan voor kinderopvang (LOK) Statuten van het gemeentelijk adviesorgaan voor kinderopvang (LOK) 1 Erkenning Artikel 1: in de gemeente Kaprijke wordt het Lokaal Overleg Kinderopvang (LOK) opgericht conform de richtlijnen van het Besluit

Nadere informatie

Functiebeschrijving. Functiehouder. Functiegegevens. Doel van de functie. Plaats in de organisatie OCMW SCHOTEN

Functiebeschrijving. Functiehouder. Functiegegevens. Doel van de functie. Plaats in de organisatie OCMW SCHOTEN Functiehouder Personeelsnummer: Functiegegevens Functie: BELEIDSMEDEWERKER ZORG EN WELZIJN Graad: B4-B5 Bevorderingsgraad niveau B Niveau: B Niveau B Dienst: ZORG EN WELZIJN Departement: SAMENLEVEN Hoofddepartement:

Nadere informatie

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs

Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs FEDERAAL WETENSCHAPSBELEID Wetenschapsstraat 8 B-1000 BRUSSEL Tel. 02 238 34 11 Fax 02 230 59 12 www.belspo.be Actie ter ondersteuning van de federale beleidsnota drugs Projectformulier ten behoeve van

Nadere informatie

Burgerparticipatie in het stedelijke mobiliteitsplan van Amiens Métropole

Burgerparticipatie in het stedelijke mobiliteitsplan van Amiens Métropole BEPOMM Inspiratiemeeting Mobiliteitsmanagement Brussel - 24 februari 2015 Burgerparticipatie in het stedelijke mobiliteitsplan van Amiens Métropole Pierre TACHON PDU (Plans de Déplacements Urbains) Stedelijke

Nadere informatie

Preventie van Psychosociale Risico s op de Werkvloer. Wet, Wat en Hoe? Bart Vriesacker Psychosociaal departement

Preventie van Psychosociale Risico s op de Werkvloer. Wet, Wat en Hoe? Bart Vriesacker Psychosociaal departement Preventie van Psychosociale Risico s op de Werkvloer Wet, Wat en Hoe? Bart Vriesacker Psychosociaal departement Inhoudsopgave Psychosociale risico s? De nieuwe wetgeving De psychosociale risicoanalyse

Nadere informatie

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD STUK 459 (2011-2012) Nr. 1 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZIT TING 2011-2012 17 NOVEMBER 2011 VOORSTEL VAN RESOLUTIE van mevrouw Elke ROEX betreffende het waarborgen van het recht op kinderopvang

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen

Ontwerp van decreet. houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen stuk ingediend op 1716 (2011-2012) Nr. 6 28 november 2012 (2012-2013) Ontwerp van decreet houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen Tekst aangenomen

Nadere informatie

Structuur geven aan onze seniorenadviesraad

Structuur geven aan onze seniorenadviesraad Seniorenadviesraad Kampenhout 1 Structuur geven aan onze seniorenadviesraad Structureren in 4 stappen : -Oprichting adviesraad - Behoefteonderzoek - Opmaak beleidsplan - Opvolging van het beleid Structureren

Nadere informatie

MILIEUVERGUNNINGEN IN BRUSSEL :

MILIEUVERGUNNINGEN IN BRUSSEL : TOOL OM LOKAAL TE REAGEREN 2Bx MILIEUVERGUNNINGEN IN BRUSSEL : OPENBAAR ONDERZOEK, GEMENGD PROJECT, OVERLEGCOMMISSIE 1 MILIEUVERGUNNINGEN IN BRUSSEL U STELT HET VOLGENDE VAST IN BRUSSEL : een rode affiche,

Nadere informatie

ARMOEDE- INDICATOREN

ARMOEDE- INDICATOREN EEN ANDERE BENADERING VAN ARMOEDE- INDICATOREN ONDERZOEK - ACTIE - VORMING MAART 2004 STEUNPUNT TOT BESTRIJDING VAN ARMOEDE, BESTAANSONZEKERHEID EN SOCIALE UITSLUITING www.armoedebestrijding.be Centrum

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 143 van 19 juni 2009 over het ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

Inleiding. Johan Van der Heyden

Inleiding. Johan Van der Heyden Inleiding Johan Van der Heyden Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 26 E-mail : johan.vanderheyden@iph.fgov.be

Nadere informatie

Indien uw project geselecteerd wordt, krijgt u ongeveer 6 sessies coaching verspreid over de periode januari 2016 december 2016.

Indien uw project geselecteerd wordt, krijgt u ongeveer 6 sessies coaching verspreid over de periode januari 2016 december 2016. VERZOEK COACHING IN MANAGEMENT UW PROJECTVOORSTEL MAN-378 Elke groep die de ondersteuning van een coach wenst te genieten voor zijn project dient in het gedetailleerde beschrijving van het project op te

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling over het ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

Departement Psychosociale Aspecten

Departement Psychosociale Aspecten Departement Psychosociale Aspecten (bron FOD) Model 1 : beleidsverklaring waarbij de onderneming ervoor kiest om het alcohol- en drugsbeleid niet verder uit te werken (zie Art. 3, 3 en 4 van het KB van

Nadere informatie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie Die publieke opinie in de Europese Unie Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie. Dit werd opgesteld voor de Vertegenwoordiging van de Europese

Nadere informatie

Risico Analyse bij evenementen. Gerard van Duykeren

Risico Analyse bij evenementen. Gerard van Duykeren Risico Analyse bij evenementen Gerard van Duykeren Gerard van Duykeren Directeur The Security Company Voorzitter Evenementen en Horeca sectie Nederlandse Veiligheidsbranche Voorzitter onderwijsfonds Evenementen

Nadere informatie

Functiebeschrijving: Directeur audit

Functiebeschrijving: Directeur audit Functiebeschrijving: Directeur audit Functiefamilie Controle en audit functies Voor akkoord Naam leidinggevende Datum + handtekening Naam functiehouder Datum + Handtekening 1. Context van de functie 1.1.

Nadere informatie

Samenwerking op vlak van cultuur Québec-Vlaanderen

Samenwerking op vlak van cultuur Québec-Vlaanderen 1 Samenwerking op vlak van cultuur Québec-Vlaanderen 2018-2020 2020 Projectoproep in het domein van podiumkunsten voor een jong publiek criteria en modaliteiten Uiterste indiendatum 15 januari 2019 1.

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 30 september

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 30 september A D V I E S Nr. 1.912 ------------------------------- Zitting van dinsdag 30 september 2014 ------------------------------------------------------ Voorontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Federale

Nadere informatie

Reglement van de Landschapsprijs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Reglement van de Landschapsprijs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 3 e Editie van de belgische Landschapsprijs Reglement van de Landschapsprijs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Gelet op de Conventie met betrekking tot het landschap door het Comité van Ministers

Nadere informatie

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma 1. Uittreksel uit het 2 Zeeën Operationeel Programma, Prioriteit 4 : Gemeenschappelijke Prioriteit met het

Nadere informatie

U weet nu wat u moet doen bij een Seveso-ongeval!

U weet nu wat u moet doen bij een Seveso-ongeval! U weet nu wat u moet doen bij een Seveso-ongeval! Opvolging van de Seveso Informatiecampagne 2012 8 november 7 december 2012 FOD Binnenlandse Zaken AD Crisiscentrum Op 8 november 2012 startte de AD Crisiscentrum

Nadere informatie

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie

Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie DEEL ARMOEDEBESTRIJDING Actieplan 1 Informatie- en preventiebeleid naar de Zeelse bevolking toe op het vlak van o.m. (kinder)armoede, gezondheid, participatie Actie 1 : Het OCMW zorgt er, zelfstandig of

Nadere informatie