Gebruiksaanwijzing. München RD 104 ENGLISH

Transcriptie

1 Gebruiksaanwijzing München RD PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA NEDERLAND ITALIANO FRANÇAIS DEUTSCH

2 PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA NEDERLAND ITALIANO FRANÇAIS

3 Inhoud Beknopte gebruiksaanwijzing Belangrijke aanwijzingen Wat u beslist moet lezen Verkeersveiligheid Inbouw/aansluiting Optische indikatie als diefstalbeveiliging KeyCard Radio-gebruik met RDS (Radio Data System) AF - Alternatieve-Frekwentie REG-Regionaal Zenders kiezen Zoekafstemming Handmatig op zenders afstemmen Gevoeligheid van de zoekafstemming instellen Stereo - mono wisselen (FM) Veranderen van geheugenniveau (FM) 66 Zenders programmeren Sterkste zenders automatisch programmeren met Travelstore Geprogrammeerde zenders oproepen.. 66 Geprogrammeerde zenders laten horen met Preset Scan Zenders laten horen met Radio-Scan PTY PTY en zoekafstemming PTY en Scan Ontvangst verkeersinformatie met RDS-EON Voorrang voor verkeersinformatie aan-/uitzetten Waarschuwingssignaal Waarschuwingssignaal uitzetten Automatische zoekafstemming Instellen geluidsvolume voor verkeersinformatie en waarschuwingssignaal. 68 Zendernamen ST NAME CD-gebruik CD plaatsen CD-uitnemen Keuze van titels Titels programmeren met TPM CD-weergave met TPM TPM-geheugenopslag wissen TPM met DSC wissen Verkorte weergave (automatisch) CD SCAN Mix CD-namen invoeren/tonen Programmeren met DSC Overzicht van de door de fabriek ingestelde basisinstellingen met DSC Appendix Technische gegevens

4 Beknopte gebruiksaanwijzing 1 en 2 Versterker Aan: op ON-toets drukken Uit: ON-toets ca. 1 sek. indrukken. VOL +/ VOL - Volume-instelling 3 FM Wisseltoets voor de FM-geheugenniveaus I en II. Wisselen van het geheugenniveau: Toets zo vaak aantikken, tot het gewenste niveau op het display verschijnt. 4 TS (Travelstore) Voor het automatisch programmeren van de zes sterkste zenders met Travelstore: Programmeren: op TS drukken tot zoekloop op het display begint. Oproepen: op TS drukken. Daarna op een van de voorkeuzetoetsen 1, 2, 3, 4, 5, 6 drukken. 5 -db Door het indrukken van de -db-toets hebt u de mogelijkheid om ineens het volume zacht te zetten. Deze wisselfunktie wordt weer opgeheven door kort op toets -db te drukken of met behulp van Vol+. Wijzigen van de -db-waarde: Gewenst volume instellen met de toets VOL+/Vol-. Instelling bevestigen door de -db-toets gedurende ca. 2 sek. ingedrukt te houden. 6 Tuimelschakelaar zoekafstemming stapsgewijs omlaag omhoog omlaag stapsgewijs omhoog Extra funkties: Track / CD In DSC - MODE In AF - MODE 7 Display omhoog/omlaag terugspoelen/ vooruitspoelen funkties kiezen en programmeren. met de toets de zenderreeks doorlopen, b.v.: NDR1...NDR4 Golfband Zendernaam Geheugenniveau Soort programma PTY-MODE In de DSC-MODE kan een CD benoemd worden, b.v.: (VIVALDI) CD-TIME gespeelde tijdsduur DEUTSCH PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA ITALIANO FRANÇAIS NEDERLANDS 61

5 8 KeyCard 62 De KeyCard (kontaktdeel naar boven gericht) boven de knipperende Keycard-tong in de daarbij behorende gleuf schuiven. (zie ook Programmeren met DSC). 9 PS/MIX Funktie bij radio-gebruik: 2 sek. op toets < drukken = de op de voorkeuzetoetsen geprogrammeerde zenders kort laten horen. 2 sek op toets < drukken = alle te ontvangen FM-zenders kort laten horen. Funktie bij CD-gebruik: 2 sek op toets > drukken = MIX-funktie. Willekeurige weergave van de CDtitels. 2 sek op toets > drukken = CD- SCAN. De CD-titels zijn kort te horen. Voor beëindigen van CD-SCAN opnieuw op de toets PS/MIX drukken. : TPM (Track-Program-Memory) Voor het selekteren en programmeren van titels bij CD-weergave. Er kunnen maximaal 30 CD s verwerkt worden. Leest u hoofdstuk TPM Programmering. ; lo CLR Funktie bij radio-gebruik: 2 sek. op toets < drukken = wisselen gevoeligheid van de zoekafstemming. 2 sek. op toets > drukken = omschakelen naar mono-weergave. Funktie bij CD-gebruik: Wissen van CD-titels in het TPM-geheugen. < TA (Traffic Announcement = voorrang voor verkeersinformatie) Als op het display TA oplicht, worden alleen de verkeersinformatie-zenders weergegeven. TA aan/uit: op toets TA drukken. = AF-toets (Alternatieve Frekwentie) bij RDS-gebruik Als AF op het display verschijnt, zoekt de radio met RDS automatisch een beter te ontvangen frekwentie van hetzelfde programma. AF aan/uit: kort op toets AF drukken. AF-toets gedurende ca. 2 sek indrukken, dan verschijnt op het display REG- ON of REG-OFF (regionale zender). > PTY - toets Aktiveren van de PTY-mode. Voorkeuzetoetsen dienen in de PTY-mode voor de keuze van het soort programma, zoals b.v. SPORT. Er wordt dan alleen naar sportzenders gezocht..? SRC CD - EJECT SRC (Source = bron).hiermee kunt u, bij ingeschoven CD, wisselen tussen radio- en CD-mode. Als u de toets > 1 sek. ingedrukt houdt, dan wordt de CD er uit geschoven.

6 @ 1, 2, 3, 4, 5, 6 - voorkeuzetoetsen Per geheugenniveau (I, II, en T ) kunnen 6 FM-zenders geprogrammeerd worden. Zenders programmeren - tijdens radio-gebruik de toets zolang ingedrukt houden tot het programma weer te horen is. Zenders selekteren - golfband instellen. Bij FM het geheugenniveau kiezen en op de desbetreffende voorkeuzetoets drukken. A Inschuiven van de CD Nadat de CD is ingeschoven met het etiket naar boven wordt deze automatisch in positie voor gebruik gebracht. Er volgt omschakeling van radio- naar CD-gebruik. B DSC (Direct Software Control) Met DSC kunnen programmeerbare basisinstellingen aangepast worden. Verdere informatie: Programmeren met DSC. C GEO Balans links D AUD Fader voor Fader achter Treble + Balans rechts Bass - Bass + - Treble AUD > 2 sek. indrukken voor het al dan niet aktiveren van de Loudness-instelling. Belangrijke aanwijzingen Wat u beslist moet lezen Lees alvorens uw autoradio in gebruik te nemen a.u.b. de veiligheidsvoorschriften goed door. Verkeersveiligheid De verkeersveiligheid heeft de hoogste prioriteit. Gebruik daarom uw autoradio altijd zó, dat u steeds alert op de aktuële verkeerssituatie kunt blijven reageren. Bedenk dat u al bij een snelheid van 50 km/ h in één sekonde 14 meter aflegt. Het is raadzaam om in moeilijke verkeerssituaties uw toestel niet te bedienen. De waarschuwingssignalen van bijv. politie en brandweer moeten in de auto op tijd en duidelijk gehoord kunnen worden. Beluister daarom tijdens het rijden uw programma alleen met een aangepast volume. Inbouw/aansluiting Wanneer u de installatie zelf wilt inbouwen of uitbreiden, lees dan beslist vooraf de meegeleverde inbouw- en aansluitinstrukties. DEUTSCH PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA ITALIANO FRANÇAIS NEDERLANDS 63

7 Radio-gebruik met RDS Optische indikatie als diefstalbeveiliging Bij een geparkeerd voertuig kan ter diefstalbeveiliging de Keycard-tong knipperen. Met DSC kunnen twee situaties worden ingesteld. LED ON of LED OFF. Leest u hiervoor Programmeren met DSC- CODE-LED. KeyCard De autoradio kan alleen met een KeyCard in werking gesteld worden, waarvan de code in het apparaat is vastgelegd. Toestel inschakelen en KeyCard geheel inschuiven. De radio is nu klaar voor gebruik. Wanneer een verkeerde KeyCard gebruikt wordt, verschijnt ---- op het display. Na ca. 10 sek. verschijnt op het display CARD ERR. In dat geval het toestel pas verder bedienen nadat u de erbij behorende Keycard tot uw beschikking heeft. Trek de KeyCard nooit uit het toestel. Eerst op KeyCard drukken (de KeyCard wordt in de uitneempositie getransporteerd), dan uit het toestel nemen. Raakt een KeyCard zoek of beschadigd dan kan een erkende servicedienst u op vertoon van uw autoradio-pas helpen. 64 Deze servicediensten zijn in de autoradioservicelijst gemarkeerd ( ). Bij twijfel kan de (Radio Data System) servicedienst-centrale van uw land u het Radio-Data-System biedt u op de FM meer adres van de dichtstbijzijnde KeyCard-servicedienst geven. Steeds meer omroepen zenden naast hun comfort bij het radio luisteren. Met de KeyCard (1 en 2) kunnen de instellingen van de volgende funkties apart opgesla- Zodra zenders kunnen worden geïdenti- programma RDS-informatie uit. gen worden: Bass, hoge tonen (Treble), ficeerd, verschijnt ook de afkorting van de Balans en Fader, voorkeuzetoetsen, Loudness, programma-soort (PTY), TA (volume). het display, b.v. NDR1, NDS (Nedersaksen). zendernaam evt. met regio-identifikatie op Bovendien blijft de laatst ingestelde stand De voorkeuzetoetsen worden met RDS in zoals golfband, zenderafstemming, TA-voorrang, gevoeligheid van zoekafstemming op- precies, welke zender u ontvangt en kunt programmatoetsen veranderd. U weet nu geslagen. zodoende ook de gewenste zender gericht Zo beschikt u na het inschuiven van uw kiezen. KeyCard weer over de gekozen basisinstellingen. RDS biedt u nog meer voordelen: AF - Alternatieve-Frekwentie De funktie AF (Alternatieve Frekwentie) zorgt ervoor, dat de best te ontvangen frekwentie van het gekozen programma automatisch wordt opgezocht. Deze funktie is ingeschakeld als op het display AF oplicht. AF aan-/uitzetten: kort op toets AF drukken. Tijdens het zoeken naar de zender die het best kan worden ontvangen, wordt het radiogeluid korte tijd onderdrukt. Als bij het aanzetten van het toestel of bij het oproepen van een geprogrammeerde frekwentie SEARCH op het display verschijnt,

8 dan zoekt het toestel automatisch naar een alternatieve frekwentie. SEARCH verdwijnt, wanneer een alternatieve frekwentie gevonden is of nadat de frekwentieband is doorlopen. Is dit programma niet meer naar tevredenheid te ontvangen, dan kiest u een ander programma. REG-Regionaal Bepaalde programma s van radiostations worden op bepaalde tijden onderverdeeld in regionale programma s. Zo verzorgt bijvoorbeeld NDR-1 voor de noordelijke deelstaten Sleeswijk-Holstein, Hamburg en Nedersaksen van tijd tot tijd regionale programma s van uiteenlopende aard. Ontvangt u een regionale zender en wilt u deze blijven beluisteren, dan kan dit door: ca. 2 sek. op toets AF te drukken. Op het display verschijnt REG ON. Indien u het ontvangstgebied van het regionale programma verlaat of wilt beschikken over de volledige RDS-service, dan schakelt u op REG OFF. ca. 2 sek. op AF drukken, totdat REG OFF verschijnt. Als REG ON is geaktiveerd, verschijnt telkens bij het inschakelen van het toestel kort REG ON op het display. Zenders kiezen U kunt FM-zenders van 87,5-108 MHz ontvangen. Zoekafstemming / Op / drukken, de autoradio zoekt automatisch de volgende zender. Wordt de tuimelschakelaar / naar boven of naar beneden ingedrukt gehouden, loopt de zoekafstemming versneld omhoog of omlaag door. omhoog stapsgewijs omlaag. omlaag stapsgewijs omhoog Handmatig op zenders afstemmen Voorwaarde = AF uitgeschakeld! Op drukken, de frekwentie gaat met kleine stapjes omhoog/omlaag. Wordt de tuimelschakelaar rechts of links ingedrukt gehouden, gaat het zoeken van de frekwentie snel. Gevoeligheid van de zoekafstemming instellen U kunt de gevoeligheid van de automatische zoekafstemming wijzigen. Wordt lo getoond, worden alleen goed te ontvangen zenders gezocht (geringe gevoeligheid). Wordt lo uitgeschakeld, worden ook minder goed te ontvangen zenders gezocht (hogere gevoeligheid). De mate van gevoeligheid kunt u stapsgewijze variëren (zie daarvoor hoofdstuk Programmeren met DSC ). Stereo - mono wisselen (FM) Bij slechte ontvangstkondities kan er op mono overgeschakeld worden: ca. 2 sek. op lo drukken. Bij mono-weergave verdwijnt de stereo-indikatie op het display. Telkens als het toestel wordt aangezet is de stereo-weergave ingesteld. Bij slechte ontvangst schakelt het toestel automatisch over op mono-weergave. DEUTSCH PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA ITALIANO FRANÇAIS NEDERLANDS 65

9 Veranderen van geheugenniveau (FM) U kunt tussen de geheugenniveaus I en II bij het programmeren en bij het oproepen van de geprogrammeerde zenders wisselen. Op het display wordt het gekozen geheugenniveau getoond. Druk zo vaak op FM, tot op het display het gewenste geheugenniveau getoond wordt. Zenders programmeren U kunt in het FM-gebied per geheugenniveau (I, II, T) zes zenders met de voorkeuzetoetsen 1, 2, 3, 4, 5, 6 programmeren. Kies de golfband met FM of TS. Stem met de tuimelschakelaar af op een zender (automatisch / of handmatig ). Zo lang op de gewenste voorkeuzetoets drukken, totdat na de geluidsonderdrukking het programma weer te horen is (ca. 2 sek.) Nu is de zender geprogrammeerd. Het display toont, welke toets ingedrukt is. Aanwijzing: Als u een reeds geprogrammeerde zender instelt, dan knippert even de betreffende voorkeuzetoets en het geheugenniveau. 66 Sterkste zenders automatisch programmeren met Travelstore U kunt de 6 sterkste FM-zenders in het betreffende ontvangstgebied, gesorteerd naar frekwentie-sterkte, automatisch programmeren. Deze funktie is bijzonder handig op reis. TS tenminste 2 sek. ingedrukt houden. Het toestel zoekt de dichtstbijzijnde FM-zenders en slaat deze in het T - geheugen op (Travelstore). Daarna stemt het op de eerste zender af. Indien gewenst kunnen op het Travelstoreniveau zenders ook handmatig geprogrammeerd worden (zie Zenders programmeren ). Geprogrammeerde zenders oproepen Indien gewenst kunt u geprogrammeerde zenders door een druk op de toets weer oproepen. Band met FM of TS kiezen en bij FM geheugenniveau kiezen. Hiervoor zo vaak op FM drukken, tot op het display het gewenste geheugenniveau verschijnt. Betreffende voorkeuzetoets kort indrukken. Geprogrammeerde zenders laten horen met Preset Scan U kunt geprogrammeerde zenders van een golfband met Preset Scan kort laten horen. Op PS drukken, het toestel laat na elkaar alle geprogrammeerde zenders van de gekozen golfband even horen. Bij FM zijn afhankelijk van de instelling de zenders van de geheugenniveaus I-II of van het Travelstore-niveau T te beluisteren. Als op een voorkeuzetoets geen zender geprogrammeerd is, wordt deze toets overgeslagen. Preset Scan beëindigen: Nogmaals op PS drukken. De op dat moment te horen zender is verder te beluisteren. Zenders laten horen met Radio- Scan U kunt de volgende zenders laten horen. Scan inschakelen: Druk ca. 2 sek. op PS. Op het display knippert de beluisterde frekwentie of de afkorting van de zendernaam. Tijdens het zoeken verschijnt SCAN.

10 Beluisterde zender uitkiezen/scan uitschakelen: Druk kort op PS. Als er geen zender gekozen wordt, dan schakelt Scan automatisch uit na het doorlopen van de frekwenties. U hoort de voordien ingeschakelde zender. Leest u hiervoor ook DSC-programmering SCANTIME. PTY Het PTY-signaal is een programmasoort-identifikatie, die in het RDS-data-telegram opgenomen is, dat de radiostations uitzenden. De soorten programma s worden onderverdeeld in nieuws, politiek, specifieke informatie, sport enz. U heeft daardoor de mogelijkheid om een bepaald soort programma naar eigen smaak uit te kiezen. Met PTY bent u voorbereid op de toekomst van RDS. Op de PTY-toets drukken. U heeft nu de mogelijkheid om 6 verschillende soorten programma s d.m.v. de voorkeuzetoetsen te kiezen. De voorkeuzetoetsen hebben nu niet meer hun eigenlijke funktie (zie hoofdstuk DSCprogrammering onder PTY SET). PTY en zoekafstemming Heeft u PTY geaktiveerd en b.v. met voorkeuzetoets 4 SPORT gekozen en zet u dan de zoekafstemming aan met toets /, dan worden er alleen zenders met deze PTYcode ontvangen. Wordt er geen zender gevonden, gaat de radio in de begin-mode terug en op het display knippert gedurende ca. 3 sek. SPORT. PTY en Scan Heeft u PTY geaktiveerd en b.v. met voorkeuzetoets 4 Sport gekozen en zet u dan de Scan-funktie aan, dan worden er alleen zenders met deze PTY-code gekozen. Ontvangst verkeersinformatie met RDS-EON Veel FM-zenders zenden regelmatig aktuële verkeersinformatie uit voor hun regio. Verkeersinformatie-zenders zenden een signaal uit waaraan uw autoradio deze herkend. Wordt een dergelijk signaal herkent, dan verschijnt op het display TP (Traffic Program - verkeersinformatie-zender). Daarnaast zijn er programma s, die zelf geen verkeersinformatie uitzenden maar met RDS- EON de mogelijkheid bieden om verkeersinformatie op een andere zender van deze omroep te ontvangen. Bij de ontvangst van een dergelijke zender (b.v. NDR3) staat ook TP op het display. Wanneer de voorrang voor verkeersinformatie is geaktiveerd, verschijnt TA op het display. Bij verkeersinformatie wordt automatisch op de zender met verkeersinformatie (hier NDR2) overgeschakeld. De verkeersinformatie is te beluisteren en daarna wordt automatisch naar het daarvoor beluisterde programma (NDR3) teruggeschakeld. Voorrang voor verkeersinformatie aan-/ uitzetten Is de voorrangfunktie voor verkeersinformatie geaktiveerd, dan staat op het display TA. Voorrang aan-/uitzetten: op TA drukken. DEUTSCH PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA ITALIANO FRANÇAIS NEDERLANDS 67

11 Als u tijdens de verkeersinformatie op TA drukt, wordt de voorrang alleen voor deze informatie onderbroken. Het toestel schakelt terug naar de vorige instelling. De voorrang voor verdere verkeersinformatie blijft geaktiveerd. Waarschuwingssignaal Verlaat u het ontvangstgebied van de ingestelde verkeersinformatie-zender dan klinkt er na ongeveer 30 sekonden een waarschuwingssignaal. Drukt u op een voorkeuzetoets, waarop een zender geprogrammeerd is, dan hoort u eveneens een waarschuwingssignaal. Waarschuwingssignaal uitzetten a) Een andere zender met verkeersinformatie instellen door: op tuimelschakelaar 6 te drukken of op een voorkeuzetoets te drukken waarop een verkeersinformatiezender geprogrammeerd is. of b) De voorrang van de verkeersinformatie uitschakelen door: op TA te drukken. Op het display verdwijnt de indikatie TA. 68 Automatische zoekafstemming (CD-gebruik) Wanneer u een CD beluistert en u verlaat het ontvangstgebied van de ingestelde verkeersinformatie-zender, zoekt de autoradio automatisch een nieuwe verkeersinformatie-zender. Wordt ca. 30 sek. na het starten van de zoekafstemming geen verkeersinformatiezender gevonden, stopt de CD en hoort u een waarschuwingssignaal. Waarschuwingssignaal uitzetten zoals boven beschreven. Instellen geluidsvolume voor verkeersinformatie en waarschuwingssignaal Het volume is door de fabriek ingesteld. U kunt dit echter met DSC wijzigen (zie Programmeren met DSC, TA LEVEL ). Zendernamen ST NAME Wanneer u een zender kiest, verschijnt de frekwentie van de zender op het display en bij RDS-zenders vervolgens de verkorte zendernaam, b.v. 92,1 NDR2. Bij geprogrammeerde zenders zonder RDS-signaal kunt u deze frekwentie-indikatie vervangen door een code van maximaal 8 tekens. Invoer starten: De zenders dienen op de geheugenniveaus I-II geprogrammeerd te zijn. Ga als volgt te werk: Op toets DSC drukken. Zo vaak op toets / drukken, totdat ST NAME op het display verschijnt. Met toets de invoer-mode kiezen. Met toets / de cijfers instellen. Achtereenvolgens verschijnen de hoofdletters (A-Z), Umlaute, de speciale tekens en de cijfers (0-9). Invoer beëindigen: druk 2 sek. op toets -db. Druk op toets DSC om de DSC-mode te verlaten. Steeds wanneer u de zender kiest, wordt de ingevoerde naam op het display getoond. RDS-indikatie heeft voorrang. Als u een RDSzender benoemd hebt, dan verschijnt deze na gebruik van de overeenkomstige voorkeuzetoets gedurende ca. 3 sek. en schakelt dan over op de RDS-naam. Door de voorkeuzetoetsen opnieuw te programmeren, wist u gelijktijdig ook de oude naam.

12 CD-gebruik CD plaatsen Het toestel aanzetten. CD (opdruk naar boven) zonder forceren inschuiven. De CD wordt automatisch naar binnen getransporteerd. CD-weergave volgt. CD-uitnemen Toets CD-Eject? langer dan 1 sek. ingedrukt houden. De CD wordt uitgeschoven. Helpen bij het automatisch invoeren en uitschuiven van de CD of dit verhinderen mag niet ter bescherming van het mechanisme. Keuze van titels Na het inschuiven van de CD verschijnen op het display de ingeschakelde CD-funkties. Als TPM niet oplicht, dan worden alle CDtitels afgespeeld. Licht TPM op, dan worden alleen de met TPM geprogrammeerde titels afgespeeld. Hoe de keuze van titels kan worden uitgevoerd, wordt onder Titels programmeren beschreven. Met de tuimelschakelaar resp. kunt u de gewenste titel kiezen. Drukken op tuimelschakelaar - muzieknummers worden overgeslagen. Drukken op tuimelschakelaar - herhalen van muzieknummers. Wordt de tuimelschakelaar maar éénmaal ingedrukt, dan begint de weergave bij het begin van het zojuist beluisterde muzieknummer, indien het nummer reeds meer dan 5 sek. te horen is. De tuimelschakelaar werkt als zoekloopschakelaar, zodat door het herhaald indrukken meteen meerdere muzieknummers kunnen worden overgeslagen. Op het display wordt onder T (Track) het bijbehorende titelnummer van het zoëven gekozen muzieknummer aangegeven. Titels programmeren met TPM CD plaatsen Titel (Track) met de tuimelschakelaar / kiezen. Het titelnummer wordt aangegeven. TPM zo lang ingedrukt houden, tot Beep klinkt of de geluidsonderdrukking is opgeheven. De titel is geprogrammeerd. De volgende titel weer kiezen met de tuimelschakelaar / en programmeren met TPM enz., zoals boven beschreven. U kunt altijd tijdens de CD-weergave titels programmeren. Voorwaarde is echter dat TPM uitgeschakeld is. Op dezelfde wijze kunt u nog andere CD s vastleggen. CD-weergave met TPM CD plaatsen TPM - funktie moet ingeschakeld zijn (TPM aan/uit met de toets TPM). De met TPM geprogrammeerde titels worden in oplopende volgorde afgespeeld. De niet geprogrammeerde titels worden overgeslagen. TPM-geheugenopslag wissen Met de toets CLR (Clear=wissen) kunnen aparte titels, alle titels van een CD of het gehele TPM-geheugen worden gewist. Voor het wissen van in het TPM-geheugen opgeslagen titels moet "TPM" ingeschakeld zijn. Bevestiging op het display. Als het TPMgeheugen leeg is, dan verschijnt op het display NO TPM. a) een TPM - titel wissen: betreffende CD inschuiven TPM aanzetten Titel (Track) met / kiezen Druk ca. 2 sek. op toets CLR, totdat CLEAR op het display verschijnt. TPM is bij deze titel gewist. b) TPM van een CD wissen: CD plaatsen TPM aanzetten DEUTSCH PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA ITALIANO FRANÇAIS NEDERLANDS 69

13 Druk ca. 8 sek. op toets CLR, totdat CLR CD op het display verschijnt. TPM is bij deze CD gewist. c) TPM van alle CD s wissen: CD plaatsen TPM aanzetten Druk ca. 14 sek. op toets CLR totdat CLR TPM op het display verschijnt. TPM is bij alle CD s gewist. TPM met DSC wissen Via DSC kunnen één of meerdere CD s kompleet gewist worden. Met de funktie Update (op de nieuwste stand brengen) kunnen alle CD s, waarvan de TPMprogrammering moet blijven bewaard, bevestigd worden. Op toets DSC drukken / zo vaak indrukken tot op het display CD UPD (Up-date) verschijnt. Druk op toets en er verschijnt LOAD CD op het display CD inschuiven, waarvan de TPM-programmering moet blijven bewaard. READ (lezen) verschijnt op het display. Op het display verschijnt NEXT CD 70 Druk op EJECT en schuif de volgende CD in. Herhaal deze handeling bij alle CD s, waarvan de TPM-programmering bewaard moet blijven. Tot besluit langer dan 2 sek. op TPM drukken. DSC uitzetten. Bij alle CD s, die ingeschoven waren, is de TPM-programmering bewaard gebleven, bij alle andere is de TPM-programmering gewist. Verkorte weergave (automatisch) CD SCAN Met deze funktie heeft u de mogelijkheid om de muziektitels op een CD na elkaar kort te laten horen. U aktiveert Scan door ca. 2 sek. op toets PS te drukken Op het display verschijnt CD SCAN De volgende muziektitels zijn na elkaar kort te horen. Is TPM ingeschakeld, zijn alleen de met TPM geprogrammeerde titels te horen. Bevalt u het kort weergegeven muzieknummer, dan opnieuw PS indrukken. Scan is uitgeschakeld. U hoort ononderbroken de weergave van dit nummer. Let ook op de DSC - MODE - SCANTIME. Mix Bij ingeschakelde Mix-funktie worden de CDtitels in niet vastgelegde volgorde afgespeeld. Op het display licht Mix op. Is TPM ingeschakeld, worden alleen de met TPM geprogrammeerde titels weergegeven. Bevalt de weergegeven titel niet, dan kunt u door het gebruik van de tuimelschakelaar de titel overslaan. Mix aan-/uitschakelen met de toets Mix. CD-namen invoeren/tonen U kunt 30 CD s een naam geven. Altijd, wanneer de CD ingeschoven is, verschijnt op het display de naam, (b.v. VIVALDI). Invoer starten: Druk op toets DSC Stel CD DSP in op NAME Zo vaak op tuimelschakelaar / drukken tot op het display CD NAME verschijnt. Daarna verschijnt LOAD CD op het display, indien er zich geen CD in het toestel bevindt. CD inschuiven De eerste onderstreping knippert. Nu met de tuimelschakelaar / een teken uitkiezen.

14 Programmeren met DSC Na elkaar verschijnen de hoofdletters (A-Z), Umlaute, speciale tekens, en de cijfers 0-9. Met de tuimelschakelaar naar de volgende onderstreping gaan en een teken uitkiezen. Er kunnen maximaal 8 tekens op deze wijze uitgekozen worden. Invoer beëindigen: Door het drukken op -db de invoer opslaan, daarna of toets DSC om de modes te beëindigen indrukken of Eject indrukken, om de volgende CD een naam te geven. De ingevoerde naam wordt door het opnieuw invoeren van een naam gewist (overheen geschreven). Uw autoradio biedt u de mogelijkheid om met DSC (Direct Software Control) enkele instellingen en funkties aan uw wensen aan te passen en deze wijzigingen te programmeren. De toestellen zijn door de fabriek ingesteld. Een overzicht van de door de fabriek ingestelde basisinstellingen vindt u onderstaand, zodat u steeds deze basisinstellingen kunt raadplegen. Als u een programmering wilt wijzigen dan drukt u op DSC. Met de tuimelschakelaar kunt u een keuze maken uit de hierna beschreven funkties en deze instellen. Op het display wordt de ingestelde positie aangegeven. Waarde instellen Funktie kiezen Funktie kiezen Waarde instellen CD NAME Met deze funktie kunt u de CD s willekeurige NAMEN geven. ANGLE Met de instelling -1, 0, +1 wordt de individuële waarnemingshoek aangepast. BEEP BRIGHT Bevestigingssignaal voor funkties waarvoor men de toets langer dan 2 sek. ingedrukt moet houden. Geluidsvolume is in te stellen van 0-9 (0 = uit). De helderheid van het display kan tussen 1 en 15 geregeld worden. U kunt een helderheidswaarde zo wel voor overdag als voor s nachts instellen. Het invoeren van de helderheid voor s nachts: U zet de autoverlichting aan en programmeert de waarde van de helderheid. Voorwaarde is dat de verlichting op het stroomcircuit van de auto is aangesloten. DEUTSCH PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA ITALIANO FRANÇAIS NEDERLANDS 71

15 COLOUR CD DISP LED ON COLOUR 0 = groen COLOUR 15 = rood de NAME of TIME kan getoond worden U kunt kiezen tussen LED ON of LED OFF. De Keycard-tong knippert bij LED ON als extra beveiliging als het toestel is uitgeschakeld en de Keycard er uit is gehaald. LOUDNESS Loudness - Aanpassing van de zachte lage tonen aan het menselijk gehoor. LOUD 1 - geringe aanpassing LOUD 6 - grootstmogelijke aanpassing PTY SET SCANTIME S-DX 1 De standaardinstellingen van de voorkeuzetoetsen kunnen met PTY-SET worden gewijzigd. Op de te veranderen voorkeuzetoets drukken. Met te tuimelschakelaar programmasoort naar wens kiezen en voorkeuzetoets opnieuw indrukken. Met dit punt wordt de Scan-tijd voor (CD en radio) vastgelegd. Het bereik ligt tussen 5 en 30 sek. Gevoeligheid van de zoekafstemming voor de interlokale ntvangst instellen. DX 1 - grootste gevoeligheid DX 3 - ongevoelig SPEECH ST NAME TA LEVEL CD UPD In de toekomst maken diverse RDS-radiostations onderscheid tussen muzieken praatprogramma s. De klank kan voor gesproken woord via SPEECH apart worden ingesteld. U kunt de betreffende zender een eigen naam geven. Geluidsvolume voor verkeersinformatie is in te stellen van 1-9. De verkeersinformatie is te horen op het ingestelde volume. TPM-UPDATE er volgt LOAD CD. Na het plaatsen van de CD verschijnt READY en daarna het verzoek NEXT CD PTY LANG U kunt de taal van de programmaherkenning kiezen, DEUTSCH of S-LO 1 Gevoeligheid van de zoekafstemming voor de lokale ontvangst instellen. LO1 - grootste gevoeligheid LO3 - ongevoelig VOL FIX Maakt de instelling van het standaardvolume mogelijk. DSC-programmering beëindigen/instelling opslaan: op DSC drukken. 72

16 Overzicht van de door de fabriek ingestelde basisinstellingen met DSC ANGLE 0 BEEP 4 BRIGHT 15 COLOUR 7 CD DISP TIME LED ON LOUDNESS 3 PTY LANG SCANTIME 10s S - DX 2 S - LO 2 SPEECH 0 TA LEVEL 5 VOL FIX 20 Appendix Technische gegevens Versterker: Uitgangsvermogen: 4 x 20 Watt sinus volgens DIN x 25 Watt muziek volgens DIN FM- gevoeligheid: 0,9 µv bij 26 db signaal-/ruisafstand Frekwentiebereik: Hz (-3dB) CD-frekwentiebereik: Hz (-1dB) Wijzigingen voorbehouden! 73 DEUTSCH PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA ITALIANO FRANÇAIS NEDERLANDS

17 Blaupunkt-Werke GmbH Bosch Gruppe 2/94 KH-C/VKD 3 D PM 17 PORTUGUES ESPAGÑOL SVENSKA NEDERLAND ITALIANO FRANÇAIS