Periode Aardrijkskunde 10 e klas. Klimatologie. Versie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Periode Aardrijkskunde 10 e klas. Klimatologie. Versie 2011-5"

Transcriptie

1 Periode Aardrijkskunde 10 e klas Klimatologie Versie Fokko Hooijer Januari 2011

2 2 Inhoud Inleiding... 3 Praktische informatie... 3 Hoe word je beoordeeld?... 3 Wat moet je kennen en kunnen? Benodigde voorkennis Het grote geheel: systeem aarde Breedteligging Luchtstreken Basisstof klimatologie Ingewikkeldheid van het klimaatsysteem Wat is de atmosfeer? Het verschil tussen weer en klimaat Energiebalans Algemene kenmerken atmosfeer De opbouw in de atmosfeer Luchtdruk De wet van Buijs Ballot De grote windsystemen op een ideale aarde Neerslag Soorten neerslag Hoge druk en lage druk Isobaren Fronten Alleen HAVO/VWO Algemene kenmerken hydrosfeer De waterkringloop Warmtecapaciteit van oceanen Zeestromen Klimaatzones op de echte aarde Klimaatfactoren Welk klimaat ligt waar? Het klimaatsysteem van Köppen Klimaatgrafieken Bibliografie... 26

3 Inleiding - Hoe word je beoordeeld? 3 Inleiding In deze periode wordt gekeken naar het klimaat op aarde. Het klimaat is het gemiddelde weer over langere tijd op een bepaalde plaats. We gaan onderzoeken welke patronen we kunnen ontdekken op aarde en door welke processen de verschillen worden veroorzaakt. Specifiek kijken we naar stromen van lucht en water. In deze reader vindt je algemene informatie over de producten die je aan het einde van de periode in gaat leveren. Daarnaast vind je een planning en overzicht van de onderwerpen. De rest van de reader bevat alle periodestof, waar je aan het einde van de periode een toets krijgt. Praktische informatie Hoe word je beoordeeld? Kijk in de tabel hieronder in welke categorie je valt, voor de manier waarop je beoordeeld wordt: Cijfer Telt voor VWO Gemiddelde van toets en schrift PTA ANW HAVO Gemiddelde van toets en schrift PTA ANW VMBO Gemiddelde van toets en schrift PTA NaSk

4 4 Wat moet je kennen en kunnen? Je kunt 1. Uitleggen dat wetenschappers onvoldoende kennis hebben om het weer te voorspellen, maar dat ze alleen een verwachting opstellen 2. Herkennen en opnoemen wat de vier sferen in de fysische geografie (atmosfeer, biosfeer, hydrosfeer, lithosfeer) zijn 3. Beschrijven welke functies de atmosfeer heeft 4. De vergelijking van de atmosfeer met een broeikas uitleggen 5. Opnoemen uit welke drie onderdelen een correct weerbericht bestaat (temp., neerslag en wind (richting en kracht)) 6. De volgende termen toepassen: noordelijk halfrond, zuidelijk halfrond, breedtegraad, breedteligging, hoge breedte, lage breedte 7. Analyseren welk effect het albedo heeft op het klimaat 8. Beschrijven op welke breedte er een tekort en een overschot aan instraling is 9. Verklaren met behulp van de schuine aardas en de omwenteling om de zon hoe de seizoenen ontstaan 10. Inschatten wat de invloed is op de seizoenen van een nog schuinere aardas 11. De regentijd in de subtropen (bijv. 10 graden NB) kunnen relateren aan de wisseling van de seizoenen 12. Opnoemen welke eigenschappen de verschillende lagen in de atmosfeer hebben 13. In eigen woorden uitleggen wat luchtdruk is 14. Uitleggen, in een figuur tekenen en verklaren hoe de windstromingen 15. Herkennen en verklaren door welke stappen neerslag ontstaat 16. De stappen hoe neerslag ontstaat kunnen toepassen op een figuur of stukje tekst (als... dan... ) 17. De eerste twee manieren waardoor neerslag ontstaat kunnen herkennen, onderscheiden, beschrijven en verklaren 18. De Hadley Cell kunnen beschrijven en kunnen plaatsen op een kaart (waar gaat de lucht omhoog, waar daalt hij?) 19. Herkennen en noemen waar de loefzijde en de lijzijde van een gebergte ligt 20. Het verschillende neerslagpatroon bij stuwingsneerslag beschrijven en uitleggen 21. De wet van Buijs Ballot kunnen toepassen 22. Beschrijven waar de vaste maxima en minima liggen op aarde 23. Uitleggen met behulp van Buys Ballot en H & L druk hoe de passaten ontstaan 24. De relatie verklaren tussen een hoge- en lagedrukgebied en het weer wat ongeveer te verwachten is 25. Uitleggen wat een isobaar is. 26. De regel kunnen gebruiken dat hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe harder het waait 27. Een tekening maken van een doorsnede van een lagedrukgebied en de volgende onderdelen benoemen: warmtefront, koufront, neerslag, buien, koude lucht, warme lucht 28. Voorspellen welk weer het is bij een bepaalde ligging van hoge- en lagedrukgebieden 29. De waterkringloop kunnen beschrijven 30. Uitleggen waarom de Golfstroom voor ons zo belangrijk is en voorspellen wat er gebeurd als deze wegvalt 31. Verklaren waarom de thermohaliene circulatie blijft stromen 32. Bij een bepaalde plaats verklaren welke factor verantwoordelijk is voor het klimaat 33. Köppen kunnen toepassen op klimaatgrafieken (je krijgt de tabel onderaan erbij) 34. De relatie leggen tussen Köppen en de klimaatfactoren, de Hadley Cell en aan de verschuiving van seizoenen

5 Praktische informatie - Wat moet je kennen en kunnen? 5 Leerstof

6 6 1 Benodigde voorkennis 1.1 Het grote geheel: systeem aarde Het onderzoek naar het klimaat maakt deel uit van de fysische geografie (de wetenschap die de natuurlijke processen op aarde bestudeert). Met andere woorden zeggen we dat de fysische geografie de context is van de deelwetenschap klimatologie. De context van klimatologie is groter en bestaat uit de vier sferen. De vier sferen zijn de atmosfeer (lucht), de lithosfeer (gesteente), de hydrosfeer (water) en de biosfeer (leven). In de periode van de 9e klas hebben we de lithosfeer behandeld, terwijl we in deze periode gaan kijken naar de Figuur 1 De vier sferen atmosfeer en de hydrosfeer. De sferen bestaan uit veel elementen die veel onderlinge relaties met elkaar hebben. Zo zorgt wind (atmosfeer) voor golven in de oceanen (hydrosfeer) en voor luchtdrukverschillen tussen verschillende Atmosfeer plaatsen (atmosfeer). Lithosfeer Bio- sfeer Hydrosfeer Het systeem aarde bestaat verder uit een aantal kringlopen, die de sferen beïnvloeden. De bekendste is de waterkringloop. Hierbij verdampt water uit zeeën, meren en rivieren, uitplanten en via de neerslag, infiltratie en afstroming komt dit uiteindelijk weer in zee terug. 1.2 Breedteligging Het is moeilijk om op een bol zoals de aarde precies aan te geven waar je precies woont. Daarom is de aarde wiskundig verdeeld in een soort raster van lengtegraden en breedtegraden. Op zowel het noordelijk halfrond als het zuidelijk halfrond verdeel je de afstand tussen de evenaar en de polen in 90 gelijke stukken. Elk stuk heet een breedtegraad. De evenaar is 0 NB (NoorderBreedte) en dit wordt lage breedte, terwijl de noordpool 90 NB is en hoge breedte genoemd wordt. Nederland ligt ongeveer op 53 NB. Vertikaal kan je de aarde op dezelfde manier in lengtegraden verdelen. (De Geo, 2003). 1.3 Luchtstreken De aarde maakt in één jaar een baan rond de zon. Daarnaast draait de aarde elke dag een keer rond zijn eigen as. Echter, de aardas staat niet helemaal vertikaal, maar staat scheef ten opzichte van de baan van de aarde. De schuine stand van de aardas in combinatie met de baan van de aarde om de zon, zorgt ervoor dat de loodrechte zonnestralen niet op de evenaar vallen, maar een eind erboven of een eind eronder (zie Figuur 2). Op 21 juni (onze langste dag) staat de zon loodrecht op 23½ NB. Een half jaar later, op 22 december staat de zon loodrecht op 23½ ZB. Op 21 maart en 22 september staat de zon loodrecht op de evenaar. Figuur 2 Stand van de aardas en de seizoenen en definitie van luchtstreken Parcival College

7 Benodigde voorkennis - Luchtstreken 7 In de poolstreken (zie Figuur 3) is het een bijzonder verhaal. Op de Noordpool blijft het op 21 juni 24 lang licht (midzomernacht), terwijl het op 22 december de hele dag donker is (poolnacht). Tussen het gebied tussen 23½ NB en 23½ ZB staat de zon tweemaal per jaar loodrecht. Die loodrechte stand beweegt zich namelijk heen en weer tussen deze breedtecirkels en daarom heten ze keerkringen (op NB de kreeftskeerkring, op ZB de steenbokskeerkring). Tussen de keerkringen is het altijd warm, daar liggen de tropen. (De Geo, 2003) Tenslotte blijft er een gebied over, waarin de temperatuur gematigd is: dit heet dan ook de gematigde zone. Figuur 3 De luchtstreken. De cijfers links geven de breedtegraden aan (De Geo, 2003)

8 8 2 Basisstof klimatologie 2.1 Ingewikkeldheid van het klimaatsysteem Heb je het ook wel eens gehad dat je op het weerbericht hoorde dat het zonnig weer zou worden en toch opeens een zware regenbui op je dak kreeg? Of dat het aan het strand toch een stuk koeler was dan je verwachtte? Wetenschappers proberen het weer zo goed mogelijk te voorspellen. Voorspellen is eigenlijk niet het goede woord: ze verwachten dat het weer morgen zonnig en droog zal zijn doordat meteorologen veel ervaring hebben, maar voorspellen met 100% zekerheid lukt ze niet. Ze kunnen zelfs maar een paar dagen vooruit kijken. Krachtige supercomputers rekenen ruim 9 uur aan de lange termijn verwachting voor het weerbericht! Ze proberen met alle gegevens een zo goed mogelijke weersverwachting te maken. Ook rond de opwarming van de aarde is nog heel veel onduidelijkheid, omdat zelfs de beste wetenschappers nog onvoldoende kennis hebben over hoe het komt dat het warmer wordt en welke processen het versterken of afzwakken. Daarom is het belangrijk dat je beseft dat je aan het einde van de periode beter zal snappen hoe het weer en het klimaat op aarde werkt, maar dat er tegelijk ook nog veel onduidelijk zal blijven. Figuur 4 De weersverwachting (hier: temperatuur) van meer dan drie dagen vooruit blijft altijd onzeker. Hoe breder de 'pluim' in de grafiek, hoe onzekerder de verwachting. (bron: Wat is de atmosfeer? De atmosfeer (of dampkring) is een dunne schil van lucht die om de aarde heen ligt. Zonder dampkring zou er geen leven mogelijk zijn en de aarde zou dan net zo levenloos zijn als de maan. De atmosfeer heeft verschillende functies: Schept voorwaarden voor leven: De gassen in de atmosfeer zorgen ervoor dat alle levende wezens kunnen leven: mensen en dieren ademen zuurstof (O 2 ) in en planten nemen koolstofdioxide (CO 2 ) op.

9 Basisstof klimatologie - Het verschil tussen weer en klimaat Bescherming: Hij biedt een beschermende laag voor meteorieten en schadelijke straling uit het heelal. Bijvoorbeeld voor ultraviolette (UV) straling. Temperatuurregelaar: De atmosfeer zorgt voor een aangename temperatuur voor de mens. Zonder de atmosfeer zou de temperatuur op aarde overdag +82 C zijn en s nachts dalen tot C! De atmosfeer houdt overdag de grootste hitte tegen en s nachts houdt zij de aarde warm. Dit vermogen om warmte vast te houden heet het broeikaseffect. Belangrijk om te onthouden is dat de atmosfeer niet direct door de zon verwarmd wordt. In plaats daarvan verwarmd de zon het aardoppervlak. Het aardoppervlak verwarmt van onderaf de atmosfeer. (De Geo, 2003) Het verschil tussen weer en klimaat Op het nieuws en in de krant gaat het vaak over klimaat(verandering) en de weersverwachting. Maar wat is nu eigenlijk het verschil tussen weer en klimaat? Het weer merk je elke dag: het is koud, nat en winderig en soms warm, droog en windstil. In de vorige zinnen staan de drie belangrijkste onderdelen van het weer: de temperatuur, de neerslag en de wind. Het weer is dus de toestand van de atmosfeer, op een bepaalde plaats, op een bepaald moment. (De Geo, 2003) Weer is heel plaatselijk en veranderlijk. Om iets te zeggen van het algemene weer in bijvoorbeeld Groningen zul je een gemiddelde moeten nemen: het klimaat. Hoewel het klimaat verandert, gaat dit maar heel langzaam. Verder heeft een groot gebied hetzelfde klimaat. Een goede definitie van klimaat is dus: de gemiddelde weerstoestand over een groot gebied en over een langere tijd (vaak over 30 jaar). 2.4 Energiebalans De zon geeft op aarde heel veel warmte, maar niet elke plek op aarde is even warm. De breedteligging van een plaats is van grote invloed op de temperatuur. Op hoge breedte, dus in de poolstreken, is het koud, terwijl het op lage breedte, rond de evenaar in de tropen, warm is. Hoe komt dat? In de tropen staat de zon midden op de dag heel hoog, waardoor de zonnestralen bijna loodrecht op het aardoppervlak vallen. In de poolstreken komt de zon nooit ver boven de horizon. De bundel zonnestralen die bij de polen invalt valt schuin in, moet hierdoor een groter oppervlak verwarmen en geven daardoor minder warmte. Een tweede reden waarom schuine stralen minder warmte afgeven is doordat de zonnestraling een langere weg door de atmosfeer aflegt. Daardoor wordt bij de polen meer straling teruggekaatst het heelal in. Een derde reden komt dat op hoge breedte veel ijs ligt. IJs is erg wit en zoals je waarschijnlijk weet, weerkaatst een wit oppervlak veel meer zonlicht (en dus energie of warmte) dan een zwart oppervlak. Deze weerkaatsing of reflectie wordt albedo genoemd. Hoe hoger het albedo, hoe meer weerkaatsing en dus hoe lager de temperatuur. Asfalt is zwart, neemt daardoor veel warmte op en is daardoor in de zomer vaak heel heet.

10 10 Regel: Hoe lager de breedte, hoe meer energie het aardoppervlak ontvangt van de zon Figuur 5 Het verschil in instraling van twee bundels zonnestralen bij de polen en de evenaar Zoals je hierboven hebt kunnen lezen is de mate van instraling niet op elke plaats op aarde gelijk. Het systeem aarde zoekt daarom aldoor naar manieren om de energiebalans weer in evenwicht te krijgen. Figuur 6 De instraling van de polen (links) naar de evenaar (rechts) (De Geo, Actieve Aarde). Bekijk Figuur 6. Aan de rechterkant, van de evenaar tot ongeveer 35 NB en ZB komt een overschot aan instraling van de zon voor; verder naar de polen slaat dit om naar een tekort. De aarde wil dit evenwicht graag herstellen. Op welke manier zal de aarde proberen om de energiebalans weer in evenwicht te brengen? De oplossing van de aarde is de volgende: er vindt energietransport plaats van de evenaar naar de polen. Dit gebeurt door windstromingen (in de atmosfeer) en waterstromingen (in de hydrosfeer). Het klimaat en het weer in Nederland is dus eigenlijk een gevolg van pogingen van de aarde om de energiebalans weer in evenwicht te krijgen! Regel: Zee- en luchtstromen zorgen voor een gelijkmatiger warmteverdeling over het aardoppervlak

11 Algemene kenmerken atmosfeer - De opbouw in de atmosfeer 11 3 Algemene kenmerken atmosfeer 3.1 De opbouw in de atmosfeer De atmosfeer of dampkring is zoals eerder vertelt van groot belang voor het leven op aarde en speelt een belangrijke rol bij de vorming van de landschappen. De atmosfeer werd gevormd door gassen uit het binnenste van de aarde die via vulkaanuitbarstingen ontsnapten. Waar de grens ligt tussen de atmosfeer is moeilijk vast te stellen, omdat de lucht naar boven toe steeds ijler wordt (ijler betekent: uit steeds minder luchtdeeltjes bestaat). Onderzoekers houden in het algemeen een dikte aan van ongeveer 80 km en daarbij delen ze de atmosfeer in vier lagen in (De Geo, 2007). De belangrijkste voor ons zijn de onderste twee lagen: Figuur 7 Opbouw van dampkring (De Geo, Act Aarde) De troposfeer is voor het leven op aarde van essentieel belang. In deze onderste laag spelen zich namelijk de klimaatprocessen en de kringlopen van water en koolstof zich af. De samenstelling van de atmosfeer is als volgt: voor 99% bestaat de troposfeer uit stikstof (S) en zuurstof (O). volume. Hoe hoger in de troposfeer, hoe kouder. De stratosfeer bevindt zich boven de troposfeer. Deze is voor ons van belang, omdat hier veel ozon zit, die ultraviolette straling tegenhoudt. Ultraviolette straling kan huidkanker veroorzaken, dus ozon is voor ons erg belangrijk Regel: Hoe hoger in de troposfeer, hoe kouder. Regel: Hoe hoger in de stratosfeer, hoe warmer.

12 Luchtdruk De lucht om ons heen bestaat uit miljarden kleine luchtdeeltjes, die moleculen heten. Als die luchtdeeltjes bewegen, voel je deze bewegende luchtmassa als wind. Boven jou hoofd bevindt zich een verticale kolom luchtdeeltjes. Als jij hoog op een berg staat heb je minder luchtdeeltjes boven je (de luchtdruk is lager), dan wanneer je bij zee staat (hogere luchtdruk). Elke liter lucht weegt 0,003 gram. Dit lijkt niet veel, maar als je de lucht in de hele kolom optelt is dat toch nog best veel. De lucht drukt op het aardoppervlak en er wordt daarom gesproken van luchtdruk, die wordt gemeten in millibar (mb). De luchtdruk meet je met een barometer. Figuur 8 Het ontstaan van wind doordat de atmosfeer door het aardoppervlak wordt verwarmd (Strahler, 2001) Hoe ontstaat nu wind? Bekijk Figuur 8. In stap (a) is de lucht in rust en er is geen sprake van wind. In stap (b) wordt de lucht verwarmd op de plaats van Y. Oftewel, de atmosfeer wordt altijd van onderaf verwarmd. Wanneer lucht daar wordt verwarmd gaan de luchtdeeltjes sneller heen en weer bewegen en nemen daardoor meer ruimte in (de lucht zet uit). Hierdoor wordt de kolom met lucht daar hoger dan in de gebieden eromheen. In stap (c) is te zien dat de kolom lucht boven Y is uitgezet. Daardoor is er in Y (bovenin) meer lucht (dus een hogere luchtdruk) dan in de omringende gebieden (X en Z ). Hierdoor zal de lucht daarheen gaan stromen. Lucht gedraagt zich net zoals water en stroomt naar het laagste punt! Verder ontstaat er aan het aardoppervlak bij Y een lagedrukgebied omdat de verwarmde lucht opstijgt. Vergelijk dit met een luchtballon die opgewarmd wordt. Doordat de lucht in de luchtballon wordt verwarmd, wordt deze lichter dan de lucht daaromheen en daarom stijgt de ballon op. In stap (d) is de cirkel rond en er vormt zich een stroming. Regel: Luchtstromingen ontstaan, doordat lucht bij verwarming uitzet en daardoor luchtdrukverschillen ontstaan.

13 Algemene kenmerken atmosfeer - De wet van Buijs Ballot De wet van Buijs Ballot Van het weerbericht weet je dat er hoge- en lagedrukgebieden zijn. Hoge druk wil zeggen dat het pakket lucht van de dampkring extra zwaar is. Op zo n plek is de lucht in elkaar geperst en er is een teveel aan lucht. Lage druk betekent precies het omgekeerde. Lucht stroomt van een gebied met een teveel (hogedrukgebied of maximum) naar een gebied met een tekort (lagedrukgebied of minimum). De wet van de Nederlander Buijs Ballot, de eerste directeur van het KNMI, gaat over de richting van de luchtstroom: Regel 1. De wind waait van een maximum (hoge druk) naar een minimum (lage druk) Regel 2. Door de draaiing van aarde krijgt de wind op het noordelijk halfrond een afwijking naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links. Let op: je moet met de rug in de wind staan! Figuur 9 Links: De wet van Buys Ballot Sta je met je rug in de wind op het Noordelijk Halfrond dan heb je het lagedrukgebied links en het hogedrukgebied rechts. Rechts: een draaiende platenspeler waar je een rechte lijn op tekent ( 3.4 De grote windsystemen op een ideale aarde Op sommige plaatsen op aarde is bijna altijd een maximum aan luchtdruk (ofwel een hogedrukgebied), op andere plaatsen bij altijd een minimum (ofwel een lagedrukgebied): Rond de evenaar is het altijd erg warm, waardoor er een minimum ontstaat, het tropisch minimum Bij de polen is het altijd erg koud, waardoor er een maximum ontstaat, het polair maximum Bij 30 ligt het subtropisch maximum Bij 60 ligt het subpolair minimum Die vaste maxima en minima zorgen voor de grote windsystemen. Wanneer je weet waar de minima en maxima liggen, kun je met behulp van de wet van Buijs Ballot de windsystemen tekenen. Je ziet in Figuur 10 dat er drie grote systemen zijn (De Geo, 2003): Passaten Westenwinden Poolwinden

14 14 Figuur 10 De grote windsystemen (bron: buitenland HAVO 4 tekstboek) 3.5 Neerslag Neerslag is water dat in vloeibare of vaste vorm op het aardoppervlak neerslaat. Neerslag valt uit wolken die niets anders zijn dan een verzameling waterdruppels en ijskristallen. Neerslag wordt door meteorologen gemeten in millimeters. Eén mm staat gelijk aan één liter per m 2. In Nederland valt per jaar ongeveer 800 mm neerslag, dus dat is 800 liter neerslag per m 2. Neerslag heeft te maken met opstijgende lucht. Je hebt eerder al gelezen dat hoe hoger je in de troposfeer komt, hoe kouder het wordt. Lucht die opstijgt, koelt dan ook af. Hoe kouder de lucht, hoe minder waterdamp deze kan vasthouden. Als de vochtigheid (de hoeveelheid waterdamp in de lucht) is opgelopen tot 100%, dan worden er waterdruppels gevormd door condensatie. Deze druppels zie je in de lucht als wolken. Als de druppels of ijskristallen zwaar genoeg zijn, dan vallen ze naar beneden in de vorm van neerslag (zie Figuur 11). Dit gebeurt ook onder het douchen: de spiegel of raam is kouder dan de lucht eromheen, de lucht koelt af à kan minder waterdamp bevatten à water condenseert à waterdruppels worden gevormd. Figuur 11 Het ontstaan van neerslag Neerslag Algemene regel: koude lucht kan minder waterdamp vasthouden dan warme Waterdamp condenseert Lucht koelt af Lucht stijgt op

15 Algemene kenmerken atmosfeer - Soorten neerslag 15 Regel: Stijgende afkoelende lucht leidt tot condensatie en daardoor neerslag, want koude lucht kan minder waterdamp vasthouden dan warme lucht 3.6 Soorten neerslag Dus, als lucht gaat stijgen, kan er neerslag ontstaan. Waardoor gaat de lucht dan stijgen? Dit kan gebeuren door verschillende oorzaken: Stijgingsregens: lucht kan stijgen doordat de lucht bij het aardoppervlak wordt vergewarmd (zie figuur Figuur 12). Dit gebeurt vooral in de tropen, doordat de zon er vaak bijna loodrecht boven staat. De stijgende lucht koelt af en daardoor valt er veel neerslag rond de evenaar. De lucht blijft niet stijgen, doordat hij afkoelt: op grote hoogte stroomt de lucht in noordelijke en zuidelijke richting weg. In de buurt van NB en ZB daalt de lucht weer. Dalende lucht wordt warmer. Warme lucht kan meer waterdamp vasthouden, dus heldere lucht en het blijft droog. Doordat er nu hier een teveel is aan lucht en rond de evenaar een tekort, zal de lucht terugstromen naar de evenaar. De circulatiestromen die tussen de tropen en NB en ZB ontstaan, zijn ontdekt door een zekere Hadley en heten daarom Hadley Cells (zie ook Figuur 10). Figuur 12 Stijgingsregens: Hadley Cells. Opstijgende lucht brengt neerslag rond de evenaar (1), dalende lucht rond NB en ZB brengt droogte (3) ( sec.jpg)

16 16 Stuwingsregens: lucht kan ook stijgen, omdat het door een gebergte gedwongen wordt om op te stijgen. Aan de windkant (de loefzijde, in de figuur links) wordt de lucht omhoog gestuwd en ontstaat er uiteindelijk neerslag. De andere kant van het gebergte heet de lijzijde (in de figuur rechts), de kant die uit de wind ligt. De lucht daalt daar, wordt warmer en daar is het droog. Je kunt ook zeggen dat het gebied achter de berg in de regenschaduw ligt. Figuur 13 Links: stuwingsregens ( Rechts: Voorbeeld van loef- en lijzijde bij de Rocky Mountains in de VS Alleen HAVO/VWO: Frontale neerslag: neerslag kan ook optreden omdat een koude luchtmassa een warmere luchtmassa omhoog duwt. Koude lucht is immers zwaarder dan warmere lucht. De scheiding tussen een warme en een koudere luchtmassa noemen we een front. Op deze vorm van neerslag komen we later nog terug, bij de hoge- en lagedrukgebieden 3.7 Hoge druk en lage druk Eerder in deze reader is al veel over hoge- en lagedrukgebieden gesproken. Hieronder vind je de kenmerken nog eens op een rij. In Figuur 14 kan je zien hoe de luchtstroming zich ontwikkeld rond beide gebieden. De ronddraaiende stroming komt dus door (a) het verschil in luchtdruk en (b) door de wet van Buijs Ballot. Lagedrukgebied Hogedrukgebied Luchtdruk Tekort Teveel Luchtstroom vertikaal Stijgend Dalend Luchtstroom langs aardoppervlak Weersverwachting Er naartoe Bewolkt, evt. neerslag, wind. Niet erg koud of warm Er vanaf Helder, windstil. In zomer warm, in winter koud Figuur 14 Circulatie rond een lagedrukgebied en een hogedrukgebied op het noordelijk halfrond

17 Algemene kenmerken atmosfeer - Hoge druk en lage druk 17 L L L H H H Figuur 15 Lagedrukgebied bij IJsland op het noordelijk halfrond

18 Isobaren Hoe bepaal je nu eigenlijk of in een bepaald gebied hoge of lage druk voorkomt? Je kunt dat doen door op een heleboel plaatsen de luchtdruk te meten. Vervolgens verbind je de plaatsen met een gelijke luchtdruk met elkaar door middel van een lijn. Zo n lijn heet een isobaar. Vervolgens tekenen ze al deze lijnen in op een kaart waar de weersverwachting op wordt gebaseerd. Een voorbeeld hiervan kan je zien in Figuur 16. Figuur 16 Weerkaart met verwachting van 3 juli De isobaren zijn de dunne lijnen die je ziet rondom het hoge en lagedrukgebied ( In het voorbeeld hierboven is de luchtdruk in het centrum van het lagedrukgebied onder IJsland 980 millibar. Elk lijntje verder betekent dat de luchtdruk daar 5 millibar hoger is (dus van 980 naar 985, naar 990, etc.). Er is een algemene regel over het verband tussen de isobaren en de windkracht: Hoe dichter de isobaren bij elkaar liggen, hoe groter het verschil in luchtdruk over kleine afstand, dus hoe harder de wind daar zal waaien Fronten Alleen HAVO/VWO Twee andere dingen die opvallen op de kaart op de vorige bladzijde zijn de lijnen met de driekhoekjes en de bolletjes eraan. Dit zijn de fronten (de grenzen) tussen warmere en koudere luchtmassa s. Hieronder worden twee soorten fronten uitgelegd. Warmtefront: bij een warmtefront schuift een relatief warme luchtmassa over een gebied waar koudere lucht ligt. Bij een warmtefront regent het langere tijd, omdat de wig van koude lucht zo vlak oploopt. Koufront: bij een koufront schuift een relatief koude luchtmassa onder een warmere luchtmassa. Doordat de koude lucht de warme lucht ineens ophoog duwt, ontstaan er heftige buien, mogelijk met ontweer! Figuur 17 Een warmtefront (met bolletjes) en een koufront (met driehoekjes) ( nten.gif).

19 Algemene kenmerken hydrosfeer - De waterkringloop Figuur 18 Een warme en koufront als dwarsdoorsnede ( en- warmtefront.png) 19 koufront warmtefront 4 Algemene kenmerken hydrosfeer 4.1 De waterkringloop Er is een vaste hoeveelheid water op aarde die niet veranderd. Het water wordt als het ware gerecycled, dat gebeurd in de waterkringloop. Deze kringloop begint met het verdampen van water (zie Figuur 19). Dit kan op twee manieren gebeuren. 1. Het verdampen van water vanuit zeeën, meren en rivieren 2. Het transpireren van planten. Transpiratie is een andere naam voor zweten. Planten en bomen zetten koolstofdioxide om in zuurstof en water. Daarna stijgt de warme lucht op, maar doordat het boven in de lucht kouder is koelt het weer af en wordt er een wolk gevormd. Dit noemen we ook wel condensatie. Deze wolk drijft richting het land en af en toe zal er neerslag vallen. Dit komt dan op aarde terecht, komt in meren en rivieren en trekt ook in de bodem. Dit in de bodem trekken noemen we infiltratie. Ook zijn er wolken waar sneeuw uit valt. Deze sneeuw valt op aarde. Een deel van die sneeuw smelt langzaam en stroomt de berg af naar meertjes. Een ander deel van die sneeuw trekt in de grond. Op de figuur zie je ook dat het water via het grondwater terug komt in de oceaan. Op die manier is de kringloop weer helemaal rond en begint het weer van voren af aan.

20 20 Figuur 19 De waterkringloop 4.2 Warmtecapaciteit van oceanen Aan het begin van de reader is vertelt dat de energiebalans van de aarde niet in evenwicht is. Het systeem aarde probeert het evenwicht te herstellen door stromen van lucht en water. Lucht beweegt snel maar bevat relatief weinig warmte. Water beweegt langzaam maar kan zeer veel energie bevatten. De oceanen, gemiddeld 3700 meter diep, nemen ruim 70% van het totale aardoppervlak voor hun rekening. De warmtecapaciteit van de oceanen is 1000 keer groter dan die van de atmosfeer. Als het oceaanwater ook maar een heel klein beetje opwarmt en gaat stromen, dan wordt er extreem veel energie verplaatst (Vuurboom, 2008). 4.3 Zeestromen Het ontstaan van zeestromen wordt bepaald door een aantal factoren, waarvan wind, zoutgehalte en temperatuur de belangrijkste zijn. Er zijn twee soorten zeestromen: Driftstromen ontstaan doordat de wind over het zeeoppervlak blaast, wrijving ondervindt en zo het water meetrekt. De zon kan het zeeoppervlak opwarmen en de wind kan maximaal de bovenste 100 m mixen. Deze oppervlaktestromen bewegen zich door de wind. Daarnaast krijgen ze, net als luchtstromingen, een afwijking naar rechts op het noordelijk halfrond en naar links op het zuidelijk halfrond (zie de wet van Buijs Ballot). Komt een zeestroom uit een relatief warm gebied in een kouder gebied, dan wordt dit een warme zeestroom genoemd. Een koude zeestroom stroomt op het noordelijk halfrond vanuit het noorden naar het relatief warme zuiden.

21 Figuur 20 Driftstromen door wind (buitenland HAVO 4) Algemene kenmerken hydrosfeer - Zeestromen 21 Daarnaast bestaat er nog een circulatiepatroon van zeestromen op wereldschaal: de thermohaline circulatie (thermo=temperatuur, halien=zout). Deze diepzeestroom ontstaat door verschillen in zoutgehalte en temperatuur. Zout water is zwaarder dan zoet water, en zouter water is ook zwaarder dan minder zout water. Het zoutere water zal naar de bodem zinken en eenmaal aangekomen naar opzij wegstromen. Hierdoor ontstaat een stroming. Er is bijvoorbeeld een thermohaliene stroming van de Golf van Mexico naar Europa, de Golfstroom. In de Golf van Mexico verdampt water waardoor de zoutconcentratie van het water stijgt. Doordat dit zoutere water zwaarder wordt, zinkt het weg. Vers minder zout water wordt aan het oceaan oppervlak aangevoerd, en doorloopt op haar beurt hetzelfde proces. Dit continue proces veroorzaakt een stroming. Deze stroming gaat regelrecht naar Europa. Nadat het water eerst is opgewarmd, geeft het zijn warmte af zodra het tegen Europa 'botst'. Europa wordt hierdoor opgewarmd (Wikipedia, 2009). Figuur 21 De thermohaline circulatie. Diepwaterstroming donker, Oppervlaktestroming lichtgekleurd (

22 22 5 Klimaatzones op de echte aarde 5.1 Klimaatfactoren Gedurende deze reader zijn al een aantal factoren benoemd die zorgen voor klimaatverschillen op een ideale aarde zonder continenten, bergen, etc. Wanneer we kijken naar de echte aarde komen er nog een aantal factoren bij. In dit hoofdstuk zullen we kijken naar de klimaten die we op de echte aarde tegenkomen en hoe deze ontstaan. Hieronder volgt een compleet overzicht van klimaatfactoren: 1. Mondiaal: de breedteligging. Hoe hoger de breedte, hoe minder instraling van de zon, dus hoe kouder (zie blz. 6). 2. Regionaal/continentaal: de verdeling van land en zee a. De zee heeft zoals eerder gezegd een grotere warmtecapaciteit van de lucht. Dit betekent dat de zee langzamer opwarmt in de zomer en langzamer afkoelt in de winter. Hierdoor hebben aanlandige zeewinden een afkoelend effect op het land in de zomer en een verwarmend effect in de winter. Dit noem je de matigende werking van zeewinden (zie blz. 20). b. Uit de zee kan water verdampen dat vervolgens op een andere plaats weer condenseert en uitregent (zie blz. 19). Van land verdampt minder water. Wanneer de wind vanuit de richting van een continent komt (aflandig), zal minder regen aangevoerd worden dan wanneer de wind aanlandig is. 3. Regionaal: hoogteligging. Omdat de atmosfeer van onderop wordt verwarmd door de aarde, wordt het met toenemende hoogte kouder (gemiddeld 0,6 C per 100 m stijging, zie blz. 11). 4. Regionaal/continentaal de ligging van gebergten. Wanneer aanvoer van lucht de bergen bereikt, moet de luchtmassa stijgen. Hierdoor ontstaat zoals eerder gezegd stuwingsneerslag met een regenschaduw aan de andere kant van het gebergte. 5.2 Welk klimaat ligt waar? Het klimaatsysteem van Köppen De Duitse klimatoloog en bioloog Köppen onderscheidt op aarde vijf klimaatzones. Het classificatiesysteem gaat uit van de plantengroei: de klimaatgrenzen werden op basis van minimale en maximale gemiddelde maandtemperatuur bepaald door het verspreidingsgebied van bepaalde planten. Planten vormden een belangrijk onderdeel in de onderzoeken van Köppen, die zich afvroeg waarom bepaalde planten ergens wel of niet leefden. Hij kwam er achter dat dit te maken had met neerslag en temperatuurverschillen. Zo liggen de klimaatgrenzen meestal op de grenzen tussen twee of meerdere hoofdtypen vegetatie. De scheiding tussen loofboomvegetatie en naaldboomvegetatie ligt ruwweg op de scheiding tussen het koudere landklimaat en een gematigd zeeklimaat.

23 Klimaatzones op de echte aarde - Welk klimaat ligt waar? Het klimaatsysteem van Köppen 23 Er worden vijf klimaatzones onderscheiden, aangeduid met de letters A, B, C, D en E. Vier van die gebieden (A, C, D, E) worden onderscheiden op grond van de temperatuur. A is het warmste klimaat, E het koudste klimaat. Het B- klimaat is een zone waar het zo droog is, dat er nauwelijks iets wil groeien: A: tropische klimaten, het hele jaar door warm B: droge klimaten C: gematigde zeeklimaten, door invloed van zee koele winters en frisse zomers D: continentale klimaten, door gebrek aan zeeinvloed koude winters en hete zomers E: poolklimaten Elk klimaat kan weer verder onderverdeeld worden. Köppen doet dit door extra letters toe te voegen: Het B- klimaat is droog. Het wordt, door het toevoegen van een hoofdletter, onderverdeeld in een zeer droog woestijnklimaat BW en een iets minder droog steppeklimaat BS. Aan de klimaten A, C en D worden (kleine) letters toegevoegd. Die zeggen iets over het al dan niet voorkomen van een droge tijd. De betekenis van die kleine letters is als volgt: o f = fehlt (=ontbreekt): een droge tijd ontbreekt en er valt neerslag in alle jaargetijden o s = Sommer: de droge tijd valt in de zomer o w = Winter: de droge tijd valt in de winter

24 24 Stappenplan bij bepalen Köppencodering Bepaal A/C/D/E Zie tabel E Zie tabel A/ C/D Valt er hele jaar erg weinig neerslag Ja B Nee Is er een droge periode? Ja Droog seizoen in hun zomer>? Ja +s Nee Nee +f +w Opzoektabel bij stappenplan Klimaat Temp koudste maand Temp warmste maand Neerslag A- klimaat > 18 C C- klimaat > - 3 C > 10 C D- klimaat < - 3 C > 10 C E- klimaat < - 3 C < 10 C B- klimaat Zeer weinig neerslag Droge seizoen: Bij C en D- klimaat: als droogste maand < 30 mm neerslag Bij A- klimaat: als droogste maand < 60 mm neerslag

25 Klimaatzones op de echte aarde - Klimaatgrafieken Klimaatgrafieken Van elke plaats op aarde zijn algemene klimaatgegevens bekend zoals de gemiddelde temperatuur en neerslag per maand. Dit wordt vaak getekend in de vorm van een klimaatgrafiek. Een klimaatgrafiek bestaat uit drie verschillende gegevens. Ten eerste worden de maanden afzonderlijk van elkaar weergegeven. In de tabel wordt door middel van een rode lijn de temperatuur getekend. Daarnaast geven de blauwe balkjes aan hoeveel neerslag er gemiddeld valt per maand. Figuur 22 Klimaatgrafieken van De Bilt (Nederland), Manaus (Brazilie) en Barrow (Alaska) ( In Figuur 22 zie je drie verschillende klimaatgrafieken. Je moet kunnen beredeneren welk klimaat volgens Köppen bij deze grafieken hoort. Je ziet dat het in Barrow het hele jaar door onder de 3 C is. Dit komt overeen met het E- klimaat. De temperatuursverschillen in De Bilt zijn niet zo groot, wat een aanwijzing is voor een gematigd C- klimaat. Neerslag valt het gehele jaar door. Het klimaat van De Bilt is dus Cf. In Manaus is de temperatuur het hele jaar bijna 30 C. Dit is een goede aanwijzing voor een tropisch ofwel A- klimaat. Het feit dat er vooral in maart en april veel regen valt betekent dat het geen Af- klimaat is. Wanneer valt nu hun zomer? Op deze grafiek kan je het niet zo goed zien, maar Manaus ligt op het zuidelijk halfrond. Hun zomer is dus in december en in deze tijd regent het veel. Het is daarom een Aw- klimaat.

26 26 Bibliografie Wikipedia. (2009 йил 16-03). Thermohaline circulatie. Retrieved 2009 йил from Vuurboom, J. (2008 йил 31-01). Retrieved 2009 йил from De Geo. (2003). De Geo Basisboek. Utrecht: Thieme Meulenhof. De Geo. (2007). Systeem aarde. utrecht: Thieme Meulenhof.

Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6

Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6 Samenvatting Aardrijkskunde 4.1 t/m 4.6 Samenvatting door een scholier 1392 woorden 15 januari 2014 5,9 5 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Wereldwijs AARDRIJKSKUNDE PW 4.1 T/M 4.6 H 4 1 *Reliëfkaart:

Nadere informatie

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen.

Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het zich meestal ergens voordoet, maar ben je bijvoorbeeld in Spanje kan het ook best regenen. Samenvatting door Annique 1350 woorden 16 mei 2015 7,3 333 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Klimaten Paragraaf 2.2 Weer en klimaat Klimaat is een beschrijving van het weer zoals het

Nadere informatie

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.

Aardrijkskunde samenvatting H2: Klimaat: is een beschrijving van het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar. Samenvatting door S. 1016 woorden 28 februari 2016 6,2 47 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Aardrijkskunde samenvatting H2: Nadeel tropische klimaten: het vocht, en de insecten/ziektes.

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2 Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 122 woorden 17 juni 2016 6, 75 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Humboldt Samenvatting aardrijkskunde H2 2.1 Het weer: beschrijft

Nadere informatie

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Antwoorden Samengesteld door: visign@hetnet.nl Datum: dinsdag 31 januari 2017 Tijd: 11:02 Samenstelling: Geowijzer Vraag: 3, 4, 5, 7, 8, 10, 11, 11, 12, 12, 13, 13, 14, 14, 15,

Nadere informatie

Wat is Meteorologie?

Wat is Meteorologie? Meteorologie Niek van Andel www.alweeronline.nl Wat is Meteorologie? Latijn: Meteorologia Grieks: Meteorologos metewros (hoog in de lucht) logos (leer van) Leer van iets, hoog in de lucht (abstract) 1

Nadere informatie

Werkblad:weersverwachtingen

Werkblad:weersverwachtingen Weersverwachtingen Radio, tv en internet geven elke dag de weersverwachting. Maar hoe maken weerdeskundigen deze verwachting, en kun je dat niet zelf ook? Je meet een aantal weergegevens en maakt zelf

Nadere informatie

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat

Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Toets_Hfdst2_WeerEnKlimaat Vragen Samengesteld door: visign@hetnet.nl Datum: 31-1-2017 Tijd: 11:02 Samenstelling: Geowijzer Vraag: 3, 4, 5, 7, 8, 10, 11, 11, 12, 12, 13, 13, 14, 14, 15, 16, 17, 18, 19,

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk en Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1.1 1.2 en 4.1 4.2 Samenvatting door een scholier 1402 woorden 5 december 2017 7 21 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Humboldt Aardrijkskunde toetsweek 1

Nadere informatie

7,5. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. paragraaf 2. klimaten wereldwijd.

7,5. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april keer beoordeeld. Aardrijkskunde. paragraaf 2. klimaten wereldwijd. Samenvatting door Anne 867 woorden 12 april 2017 7,5 15 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand paragraaf 2 klimaten wereldwijd breedteligging: de afstand van een plaats tot de evenaar in

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde H.2 tot paragraaf 8

Samenvatting Aardrijkskunde H.2 tot paragraaf 8 Samenvatting Aardrijkskunde H.2 tot paragraaf 8 Samenvatting door Anouk 747 woorden 19 januari 2018 6,3 7 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand H.2 Klimaat 1 De stralingsbalans van de aarde

Nadere informatie

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen.

Soms moet de lucht omhoog omdat er een gebergte ligt. Ook dan koelt de lucht af. Er ontstaan wolken en neerslag. Dit is stuwingsregen. Samenvatting door een scholier 1790 woorden 1 juni 2016 7,9 13 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand samenvatting Aardrijkskunde hoofdstuk 2: KLIMATEN 2.1 Klimaten Waardoor is het niet

Nadere informatie

Manieren om een weersverwachting te maken Een weersverwachting kun je op verschillende manieren maken. Hieronder staan drie voorbeelden.

Manieren om een weersverwachting te maken Een weersverwachting kun je op verschillende manieren maken. Hieronder staan drie voorbeelden. Weersverwachtingen Radio, tv en internet geven elke dag de weersverwachting. Maar hoe maken weerdeskundigen deze verwachting, en kun je dat niet zelf ook? Je meet een aantal weergegevens en maakt zelf

Nadere informatie

1 Kun je aan planten zien wat je aan moet?

1 Kun je aan planten zien wat je aan moet? 1 Kun je aan planten zien wat je aan moet? Hoofdstuk 1 Les 1 Zoek het op Bij de evenaar staat de zon hoog. Het is er warm en daardoor verdampt het water. Die warme damp stijgt op en koelt af: dan gaat

Nadere informatie

Samenvatting aardrijkskunde H9:

Samenvatting aardrijkskunde H9: Samenvatting aardrijkskunde H9: 1.Opbouw van de atmosfeer: opbouw atmosfeer of dampkring gebaseerd op temperatuursschommelingen. Hoogte atmosfeer Naam atmosfeerlaag Temp.-verloop verschijnsel 80-1000Km

Nadere informatie

2 Landschapszones op aarde SO 1

2 Landschapszones op aarde SO 1 Aardrijkskunde 1 havo/vwo 2 Landschapszones op aarde SO 1 Deze toets bestaat uit tien vragen: open vragen en meerkeuzevragen. Ook zijn er vragen waarbij de atlas (Grote Bosatlas, editie 54) nodig is. Bij

Nadere informatie

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde.

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. 1-Maak een begrippenlijst van de rood gedrukte begrippen. 2-Wat zijn de drie elementen van weer en klimaat?

Nadere informatie

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde.

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. 1-Maak een begrippenlijst van de rood gedrukte begrippen. 2-Wat zijn de drie elementen van weer en klimaat?

Nadere informatie

Klimaten Verschillende klimaten - Tropisch klimaat - Droog klimaat - Gematigd klimaat - Landklimaat - Poolklimaat - Mediterraan klimaat - Subtropisch klimaat https://schooltv.nl/video/klimaatzones-van-de-wereld-waarom-zijn-er-verschillende-klimaatzones/

Nadere informatie

Leren voor de biologietoets. Groep 8 Hoofdstuk 5

Leren voor de biologietoets. Groep 8 Hoofdstuk 5 Leren voor de biologietoets Groep 8 Hoofdstuk 5 Weer of geen weer 1 Het weerbericht Het weer kan in Nederland elke dag anders zijn. Daarom luisteren en kijken wij vaak naar weerberichten op de radio en

Nadere informatie

De algemene luchtcirculatie

De algemene luchtcirculatie De algemene luchtcirculatie De Aarde wordt niet gelijkmatig opgewarmd door de Zon. Bij de polen is het het hele jaar beduidend kouder dan aan de evenaar. Er is dus een effect van de breedteligging op de

Nadere informatie

2. Algemene circulatie

2. Algemene circulatie 2. Algemene circulatie 2.1 Inleiding De atmosfeer is voortdurend in beweging. Op het eerste gezicht lijkt dat bewegingspatroon een totale chaos, maar toch blijkt het te voldoen aan bepaalde regels. Beweging

Nadere informatie

Het klimaat is het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere tijdsperiode. Meestal wordt hiervoor 30 jaar gebruikt.

Het klimaat is het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere tijdsperiode. Meestal wordt hiervoor 30 jaar gebruikt. Werken met klimaatgegevens Introductie Weer en klimaatgegevens worden gemeten. Om deze meetgegevens snel te kunnen beoordelen worden ze vaak gepresenteerd in de vorm van grafieken of kaarten. Over de hele

Nadere informatie

KLIMAATVERANDERING. 20e eeuw

KLIMAATVERANDERING. 20e eeuw KLIMAATVERANDERING 20e eeuw Vraag De temperatuur op aarde is in de afgelopen honderd jaar gestegen met 0.2-0.5 C 0.6-0.9 C Antwoord De temperatuur op aarde is in de afgelopen honderd jaar gestegen met

Nadere informatie

Hoe komen de verschillende klimaten op Aarde tot stand?

Hoe komen de verschillende klimaten op Aarde tot stand? Klimaat Wat is klimaat? Klimaat is de gemiddelde toestand van het weer over een langere periode op een bepaalde plaats. Veel meteorologische instituten hanteren een periode van 30 jaar voor de berekening

Nadere informatie

Van de regen in de drup

Van de regen in de drup Doelen Kerndoel 43: De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur, neerslag en wind. De leerlingen leren de waterkringloop. Kerndoel 47: De leerlingen leren de

Nadere informatie

1. LESBEGIN. 2. Lesuitwerking De verschillende klimaten de Europese kaart situeren. LESDOELEN LEERINHOUD WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE TIJD

1. LESBEGIN. 2. Lesuitwerking De verschillende klimaten de Europese kaart situeren. LESDOELEN LEERINHOUD WERKVORMEN/ MEDIA/ORGANISATIE TIJD 1. LESBEGIN 2. Lesuitwerking De verschillende klimaten de Europese kaart situeren. Onderwijsleergesprek 2 III. Factoren van weer en klimaat. 1. De temperatuur verschilt volgens het seizoen. - 21 juni staat

Nadere informatie

Het weer hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/63740

Het weer hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/63740 Auteur VO-content Laatst gewijzigd 06 May 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/63740 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

INDONESIË. Natuurlijke en landschappelijke kenmerken

INDONESIË. Natuurlijke en landschappelijke kenmerken INDONESIË Natuurlijke en landschappelijke kenmerken Structuur [1/2] De kandidaat kan gebiedskenmerken van een ontwikkelingsland beschrijven en analyseren. Het betreft: a. sociaal-geografische en fysisch-geografische

Nadere informatie

5.6. Samenvatting door een scholier 1069 woorden 24 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde. 2.1 De aarde als systeem

5.6. Samenvatting door een scholier 1069 woorden 24 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde. 2.1 De aarde als systeem Samenvatting door een scholier 1069 woorden 24 juni 2016 5.6 2 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo 2.1 De aarde als systeem 4 sferen: - Atmosfeer: Dampkring, bestaande uit gassen Bestaat

Nadere informatie

20 keer beoordeeld 18 juni 2013

20 keer beoordeeld 18 juni 2013 5,7 Samenvatting door F. 1438 woorden 20 keer beoordeeld 18 juni 2013 Vak Aardrijkskunde Methode De Geo Aardrijkskunde, Hoofdstuk 3, Paragraaf 1, 2 en 3. India is een groot cultuurgebied met scherpe natuurlijke

Nadere informatie

KLIMAAT GLOBAAL. We beginnen met enkele observaties: aardrijkskunde 4 e jaar. De zonnehoogte in Ukkel doorheen de dag, doorheen het jaar.

KLIMAAT GLOBAAL. We beginnen met enkele observaties: aardrijkskunde 4 e jaar. De zonnehoogte in Ukkel doorheen de dag, doorheen het jaar. KLIMAAT GLOBAAL We beginnen met enkele observaties: De zonnehoogte in Ukkel doorheen de dag, doorheen het jaar. Enkele vragen bij de afbeelding: wat is de maximale zonnehoogte (= culminatiehoogte) begin

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1 Klimaat en landschapszones op aarde

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1 Klimaat en landschapszones op aarde Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1 Klimaat en landschapszones op aarde Samenvatting door een scholier 1974 woorden 19 juni 2011 7,3 68 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Wereldwijs Hoofdstuk

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2 Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2 Samenvatting door J. 261 woorden 2 april 2014 6,5 11 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo 1 2 3 4 2.1 De aarde als systeem De vier sferen Atmosfeer,

Nadere informatie

4 Leven in een koud gebied

4 Leven in een koud gebied 4 Leven in een koud gebied 1 a Canada b/c W16 d 73 2 a Te koud: s zomers < 10º C b gebruik van sneeuwscooter en sleden kleding c te koud om voedsel te verbouwen 3a/4 W17 Toendra: wat, waar en waarom daar?

Nadere informatie

Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat

Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat Werkblad Naut Thema 5: Weer en klimaat 5.1 Wordt het warm vandaag Lees het verhaal Wat is het weer? Kijk naar de boom Kijk naar de muts en de wanten Wat denk jij? Is het koud? In de zomer is het warm In

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1 Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 2311 woorden 14 juni 2011 6,4 67 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Samenvatting Aardrijkskunde H1 2: energiebalans

Nadere informatie

Het soort weer dat een land tijdens een lange periode heeft. Gebied in de wereld waar het klimaat overal hetzelfde is.

Het soort weer dat een land tijdens een lange periode heeft. Gebied in de wereld waar het klimaat overal hetzelfde is. Meander Samenvatting groep 6 Thema 4 Streken en klimaten Samenvatting Klimaatgebieden De aarde kun je verdelen in gebieden met verschillende klimaten. Nederland heeft een zeeklimaat. Dat is een gematigd

Nadere informatie

Klimaten VS vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Klimaten VS vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 21 November 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/82688 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

5,3. Samenvatting door een scholier 1646 woorden 7 oktober keer beoordeeld. Aardrijkskunde

5,3. Samenvatting door een scholier 1646 woorden 7 oktober keer beoordeeld. Aardrijkskunde Samenvatting door een scholier 1646 woorden 7 oktober 2010 5,3 41 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo Aardrijkskunde 3 HAVO/VWO De Geo 1+ basisboek. B32 Temperatuurfactoren veroorzaken temperatuurverschillen.

Nadere informatie

Klimaten hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Klimaten hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 02 May 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/52491 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

Een les met WOW - Neerslag

Een les met WOW - Neerslag Een les met WOW - Neerslag Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van

Nadere informatie

Een les met WOW - Temperatuur

Een les met WOW - Temperatuur Een les met WOW - Temperatuur Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

Een les met WOW - Temperatuur

Een les met WOW - Temperatuur Een les met WOW - Temperatuur Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze les is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

Het begin van de winter

Het begin van de winter WINTER 21 december WINTER 2 Het begin van de winter Vanaf 21 juni worden de dagen weer langzaam korter. De zomer duurt tot 22 of 23 september. Dan zijn de dag en de nacht overal even lang. Met andere woorden:

Nadere informatie

Een les met WOW - Luchtdruk

Een les met WOW - Luchtdruk Een les met WOW - Luchtdruk Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

VERANDEREN VAN KLIMAAT?

VERANDEREN VAN KLIMAAT? VERANDEREN VAN KLIMAAT? Tropisch klimaat, gematigd klimaat, klimaatopwarming, klimaatfactoren...misschien heb je al gehoord van deze uitdrukkingen. Maar weet je wat ze echt betekenen? Nova, wat bedoelen

Nadere informatie

Weer en klimaat. Werkboek aardrijkskunde klas 2. Klas. Kl. klas..

Weer en klimaat. Werkboek aardrijkskunde klas 2. Klas. Kl. klas.. Weer en klimaat Werkboek aardrijkskunde klas 2 Naam... Klas.. Klas. Kl klas.. 0 Inhoudsopgave. 1-Inleiding 2-De elementen van weer en klimaat 3-Temperatuur 4-Neerslag 5-Wind 6-Klimaat 7-Begrippenlijst

Nadere informatie

5,5. Definities: Samenvatting door een scholier 1591 woorden 25 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde

5,5. Definities: Samenvatting door een scholier 1591 woorden 25 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde Samenvatting door een scholier 1591 woorden 25 juni 2008 5,5 31 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo 13 De oorzaken van bevolkingsgroei zijn: geboorte, sterfte, vestiging, vertrek. Migranten

Nadere informatie

Inspectie Verkeer en Waterstaat

Inspectie Verkeer en Waterstaat Inspectie Verkeer en Waterstaat PPL voorbeeldexamen Meteorologie 1 Waarvan zijn zichtbare weersverschijnselen in de troposfeer voornamelijk het gevolg? A) Van subsidentie. B) Van luchtvervuiling. C) Van

Nadere informatie

HFDST 6. HET WEER IN ONZE STREKEN

HFDST 6. HET WEER IN ONZE STREKEN HFDST 6. HET WEER IN ONZE STREKEN 54 II. Hoe kunnen we verklaren dat we in België vaak een wisselvallig weer hebben? Wat wordt bedoeld met wisselvallig weer? De verklaring: op ca. 50 NB hebben we een botsing

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 6t/m 14

Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 6t/m 14 Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 6t/m 14 Samenvatting door een scholier 1712 woorden 1 november 2008 7,2 27 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Begrippenlijst Ak Interglaciaal

Nadere informatie

5,8. Samenvatting door een scholier 2061 woorden 23 oktober keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Buitenland - vmbo/t/havo klas 1 - Hoofdstuk 1

5,8. Samenvatting door een scholier 2061 woorden 23 oktober keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Buitenland - vmbo/t/havo klas 1 - Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 2061 woorden 23 oktober 2010 5,8 129 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Buitenland - vmbo/t/havo klas 1 - Hoofdstuk 1 1.2 Bevolkingsspreiding: de manier

Nadere informatie

Weer en klimaat. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Weer en klimaat. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 16 December 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/87209 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Werkstuk Aardrijkskunde Broeikaseffect

Werkstuk Aardrijkskunde Broeikaseffect Werkstuk Aardrijkskunde Broeikaseffect Werkstuk door een scholier 1310 woorden 20 juni 2006 6,2 45 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Het Broeikaseffect Inhoudsopgave Inleiding 1.0 Wat is het broeikaseffect?

Nadere informatie

aan het water koeler is dan op het land langzamer afkoelt dan aarde

aan het water koeler is dan op het land langzamer afkoelt dan aarde Het klimaat GROEP 3-4 27 45 minuten 1, 42 en 43 De leerling: aan het water koeler is dan op het land langzamer afkoelt dan aarde landklimaat en zeeklimaat blauwe kleurpotloden Zorg voor de activiteit De

Nadere informatie

Les 5: Factoren van weer en klimaat

Les 5: Factoren van weer en klimaat Les 5: Factoren van weer en klimaat 1 De stand van de zon 1.1 seizoen Zoek de januari- en julitemperatuur van de volgende steden op. AW weerstation (plaats) temperatuur januari temperatuur juli Stockholm...

Nadere informatie

Een les met WOW - Neerslag

Een les met WOW - Neerslag Een les met WOW - Neerslag Weather Observations Website VMBO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van het

Nadere informatie

Een les met WOW - Luchtdruk

Een les met WOW - Luchtdruk Een les met WOW - Luchtdruk Weather Observations Website HAVO - VWO WOW handleiding 1 Colofon Deze handleiding is gemaakt door het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) in opdracht van

Nadere informatie

PERIODESCHRIFT AARDRIJKSKUNDE EUROPA EN DE WERELD

PERIODESCHRIFT AARDRIJKSKUNDE EUROPA EN DE WERELD PERIODESCHRIFT AARDRIJKSKUNDE EUROPA EN DE WERELD HET KLIMAAT Het klimaat is, zo luidt de officiële definitie, het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar. Dat wil zeggen dat het klimaat in een bepaald

Nadere informatie

-Land-waterverdeling. Land warmt sneller op dan water, maar koelt ook sneller af.

-Land-waterverdeling. Land warmt sneller op dan water, maar koelt ook sneller af. Samenvatting door J. 1848 woorden 15 maart 2015 8,3 3 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Wereldwijs SAMENVATTING AARDRIJKSKUNDE H1: Het weer is de toestand van de atmosfeer of dampkring, zoals

Nadere informatie

Leerlingboekje Sonnenborgh

Leerlingboekje Sonnenborgh Leerlingboekje Sonnenborgh Hoe komen we aan de gegevens op deze weerkaart en wat vertellen die ons over het weer? Tijdens je bezoek aan Sonnenborgh ga je het ontdekken! Legenda De letters L en H geven

Nadere informatie

4vwo les1. 4vwo les1. Hoofdstuk 1 Extern systeem en klimaatzones Paragraaf 1 t/m 4

4vwo les1. 4vwo les1. Hoofdstuk 1 Extern systeem en klimaatzones Paragraaf 1 t/m 4 4vwo les1 4vwo les1 - Leerlingenlijst controleren - De onderwerpen dit jaar - De opzet van het boek en werkboek (o.a. BOX en CHECK IT OUT opdrachten) - Knipbladen - Werkoverzichten - intro hoofdstuk 1

Nadere informatie

Tentamen Inleiding Atmosfeer 3 mei 2016 UITWERKINGEN TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur

Tentamen Inleiding Atmosfeer 3 mei 2016 UITWERKINGEN TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER. 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur UITWERKINGEN TENTAMEN INLEIDING ATMOSFEER 3 mei 2016, 13:30-16:30 uur 2 a. Gebruik De barometrische hoogteformule: p(z) = p 0 e (gm dz R T) Punt A: 50 10 3 = 101 10 3 (9.81 28.96 z 831 273.15 e ) geeft

Nadere informatie

Inhoud 1. Wat voor weer wordt het? 3 2. Het weerbericht 4 3. Temperatuur 5 4. Wind 5. Neerslag 6. Bewolking Filmpje Pluskaarten Bronnen 17

Inhoud 1. Wat voor weer wordt het? 3 2. Het weerbericht 4 3. Temperatuur 5 4. Wind 5. Neerslag 6. Bewolking Filmpje Pluskaarten Bronnen 17 Het weer Inhoud. Wat voor weer wordt het? 3 2. Het weerbericht 4 3. Temperatuur 5 4. Wind 7 5. Neerslag 9 6. Bewolking 2 7. Filmpje 4 Pluskaarten 5 Bronnen 7 Colofon en voorwaarden 8 . Wat voor weer wordt

Nadere informatie

K1 Geofysica. Diagnostische toets. Weer en klimaat vwo. Paragraaf 1.2 Atmosfeer

K1 Geofysica. Diagnostische toets. Weer en klimaat vwo. Paragraaf 1.2 Atmosfeer K1 Geofysica Weer en klimaat vwo Diagnostische toets Paragraaf 1.2 Atmosfeer Figuur 1 weerkaart met isobaren 1 a Een isobaar is een lijn van gelijke luchtdruk op een weerkaart, de getallen geven de luchtdruk

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 AARDE Klimaat en landschap

Hoofdstuk 2 AARDE Klimaat en landschap Hoofdstuk 2 AARDE Klimaat en landschap Feitjes over de aarde: 1. De aarde is een bol met een scheve aardas 2. graadnet paralellen = breedtecirkels bijv. evenaar max. 90 graden meridianen = lengtecirkels

Nadere informatie

neerslag: regen, hagel en sneeuw ringen in het weer waarnemen regen meten

neerslag: regen, hagel en sneeuw ringen in het weer waarnemen regen meten Het weer GROEP 3-4 26 45 minuten (dag 1) & 5 minuten (dag 2 t/m 4) & 20 minuten (dag 5) 1, 23, 43, 44 en 45 De leerling: neerslag: regen, hagel en sneeuw ringen in het weer waarnemen regen meten van 10

Nadere informatie

6,5. Werkstuk door Een scholier 2067 woorden 31 maart keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Hoofdvraag en deelvragen

6,5. Werkstuk door Een scholier 2067 woorden 31 maart keer beoordeeld. Aardrijkskunde. Hoofdvraag en deelvragen Werkstuk door Een scholier 2067 woorden 31 maart 2004 6,5 179 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Hoofdvraag en deelvragen Hoofdvraag: Wat is het gezicht van Noord-Europa als je kijkt naar natuurlijke factoren

Nadere informatie

2 Natuurlandschappen op aarde

2 Natuurlandschappen op aarde 2 Natuurlandschappen op aarde Start 1 a 1 bos 2 zee b thuis/hotel c nat / droog dichtbegroeid / onbegroeid koud / warm hoog / laag 2 a nat / droog dichtbegroeid / weinig begroeiing - onbegroeid koud /

Nadere informatie

Veranderend weer en klimaatverandering

Veranderend weer en klimaatverandering Veranderend weer en klimaatverandering Mensen reageren op het weer. Trek je een T-shirt aan of wordt het een trui? Ga je met de tram omdat het regent, of neem je de fiets omdat het toch droog blijft? Is

Nadere informatie

H4 weer totaal.notebook. December 13, 2013. dec 4 20:10. dec 12 10:50. dec 12 11:03. dec 15 15:01. Luchtdruk. Het Weer (hoofdstuk 4)

H4 weer totaal.notebook. December 13, 2013. dec 4 20:10. dec 12 10:50. dec 12 11:03. dec 15 15:01. Luchtdruk. Het Weer (hoofdstuk 4) Het Weer (hoofdstuk 4) Luchtdruk Om te begrijpen wat voor weer het is en ook wat voor weer er komt zijn een paar dingen belangrijk Luchtdruk windsnelheid en windrichting temperatuur luchtvochtigheid dec

Nadere informatie

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde.

Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. Opdrachten bij Weer en klimaat. (Tekstboek en de ELO) 3.1.1. Temperatuurverschillen op aarde. 1-Maak een begrippenlijst van de rood gedrukte begrippen. 2-Wat zijn de drie elementen van weer en klimaat?

Nadere informatie

Atmosfeer De atmosfeer bestaat uit troposfeer (8-18 km dik), stratosfeer (tot 50 km), mesosfeer en thermosfeer.

Atmosfeer De atmosfeer bestaat uit troposfeer (8-18 km dik), stratosfeer (tot 50 km), mesosfeer en thermosfeer. Samenvatting door C. 2143 woorden 24 juni 2015 6 8 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo 2 Afbraak en vorming van landschappen De hoofdvraag in dit hoofdstuk is: Op welke wijze werken exogene

Nadere informatie

6. Luchtvochtigheid. rol bij het A g g r e g a t i e t o e s t a n d e n v a n w a t e r. 6.1 inleiding. 6.2 Aggregatietoestanden

6. Luchtvochtigheid. rol bij het A g g r e g a t i e t o e s t a n d e n v a n w a t e r. 6.1 inleiding. 6.2 Aggregatietoestanden 6. Luchtvochtigheid 6.1 inleiding Vocht heeft een grote invloed op het weer zoals wij dat ervaren. Zaken als zicht, luchtvochtigheid, bewolking en neerslag worden er direct door bepaald. Afkoeling kan

Nadere informatie

11. Weersituaties. 11.1 Inleiding. 11.2 Weertype

11. Weersituaties. 11.1 Inleiding. 11.2 Weertype 11. Weersituaties 11.1 Inleiding et weer wordt voor een belangrijk deel bepaald door de eigenschappen van de lucht die wordt aangevoerd. Nu eens zitten we in lucht die boven zee flink wat vocht heeft opgepikt;

Nadere informatie

5 Begrijp wat je leest

5 Begrijp wat je leest Na deze les kun je: een tekst globaal en actief lezen; alinea s herkennen in een tekst; de hoofdzaken uit een tekst halen; een samenvatting van een tekst maken. 5 Begrijp wat je leest Ken je dat? Je zit

Nadere informatie

Neerslag vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Neerslag vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 14 October 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/62197 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken

Nadere informatie

hoofdstuk AK Noordhoff Uitgevers bv

hoofdstuk AK Noordhoff Uitgevers bv AK 2 hoofdstuk AK 244037_Physics_AKL.indd 2 Aarde en klimaat Heftige stormen en flinke overstromingen lijken steeds vaker voor te komen, soms met ernstige gevolgen. Het is belangrijk dat je je daar goed

Nadere informatie

Ten noorden van de evenaar ligt het noordelijk halfrond. Ten zuiden daarvan het zuidelijk halfrond.

Ten noorden van de evenaar ligt het noordelijk halfrond. Ten zuiden daarvan het zuidelijk halfrond. Rekenen aan de aarde Introductie Bij het vak aardrijkskunde wordt de aarde bestudeerd. De aarde is een bol. Om te bepalen waar je je op deze bol bevindt zijn denkbeeldige lijnen over de aarde getrokken,

Nadere informatie

Weer = de toestand van de atmosfeer. Deze kan snel veranderen. Dit bepaald bijv. je kledingkeuze.

Weer = de toestand van de atmosfeer. Deze kan snel veranderen. Dit bepaald bijv. je kledingkeuze. Samenvatting door Carlijn 3598 woorden 17 mei 2018 8,4 7 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Wereldwijs Hoofdstuk 7 Nederlands weer en klimaatverschillen P1 Weer en klimaat Weer = de toestand van

Nadere informatie

12. Depressies, fronten en andere neerslagproducerende weersystemen

12. Depressies, fronten en andere neerslagproducerende weersystemen 12. Depressies, fronten en andere neerslagproducerende weersystemen 12.1 Inleiding In hoofdstuk 10 (Neerslag en buien) is de samenhang besproken tussen neerslag en bewolking; ook zagen we hoe de neerslagsoort

Nadere informatie

Regen en het weer voorspellen

Regen en het weer voorspellen Uitdager van de maand Regen en het weer voorspellen Natuur en Techniek, Groep 7/8 Algemeen Titel Regen en het weer voorspellen Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen Het maken van

Nadere informatie

Klimaatgrafieken hv123

Klimaatgrafieken hv123 banner Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 27 november 2017 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/63743 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs

Nadere informatie

De Geo; Weer en klimaat

De Geo; Weer en klimaat Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Sylvia Bol 10 January 2017 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/92529 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom?

Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt op tafel gezet. De buitenkant wordt nat. Waarom? Docentversie (24/05/2012) Natte Glazen Benodigdheden -glazen -ijsklontjes -koud water in kan of thermos of plastic flessen -maatbeker -weegschaal Een glas water uit de ijskast en met ijsklontjes wordt

Nadere informatie

De Geo. 1 th Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk 2. 1ste druk

De Geo. 1 th Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk 2.  1ste druk De Geo 1 th Aardrijkskunde voor de onderbouw Antwoorden hoofdstuk 2 www.degeo-online.nl 1ste druk De Geo, aardrijkskunde voor de onderbouw van th - Docentenhandleiding 1 TH 1 ThiemeMeulenhoff Utrecht/Zutphen,

Nadere informatie

H2: Europa, verenigd of versnipperd?

H2: Europa, verenigd of versnipperd? H2: Europa, verenigd of versnipperd? Klas 2 Geo Vragen 5 1. Europa is te herkennen aan een aantal natuurkenmerken. Noem er drie. 6 2. Het aantal inwoners verandert door natuurlijk bevolkingsgroei (geboorte

Nadere informatie

Nederland en Spanje vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Nederland en Spanje vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 21 November 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/82679 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

THEMA 4 - WEERSVOORSPELLING

THEMA 4 - WEERSVOORSPELLING THEMA 4 - WEERSVOORSPELLING WERKFICHE 6: weerelementen afleiden van de WOW-website Doelen: Leerlingen sommen de vier weerelementen op (U) Leerlingen benoemen de juiste eenheden bij elk weerelement. Stappenplan

Nadere informatie

Fysische modellen De Aarde zonder en met atmosfeer

Fysische modellen De Aarde zonder en met atmosfeer Fysische modellen De Aarde zonder en met atmosfeer J. Kortland Cdb, Universiteit Utrecht Inleiding Bij het ontwerpen van een computermodel van de broeikas Aarde maak je gebruik van fysische modellen. Deze

Nadere informatie

Naam: WATER. pagina 1 van 8

Naam: WATER. pagina 1 van 8 Naam: WATER Geen leven zonder water Zonder water kun je niet leven. Als je niet genoeg drinkt, krijgt je dorst. Als je dorst hebt, heeft je lichaam water tekort. Je raakt dit water vooral kwijt door te

Nadere informatie

De inkomende straling (vanaf de zon) stellen we 100 eenheden we gaan nu bekijken hoe dit wordt gebruikt :

De inkomende straling (vanaf de zon) stellen we 100 eenheden we gaan nu bekijken hoe dit wordt gebruikt : Boekverslag door E-B-Svaneke 3445 woorden 29 maart 2014 7.5 52 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Aardrijkskunde HF 2: Klimaat 2: De energiebalans van de aarde De energiebalans De zon

Nadere informatie

Klimaat en zeestromen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Klimaat en zeestromen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 20 December 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/63747 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken

Nadere informatie

inhoudsopgave voorwoord Blz. 2 inleiding Blz. 3 hoofdstukken Blz. 4 nawoord Blz. 11 bibliografie Blz. 12

inhoudsopgave voorwoord Blz. 2 inleiding Blz. 3 hoofdstukken Blz. 4 nawoord Blz. 11 bibliografie Blz. 12 Het weer Ruben 6B inhoudsopgave voorwoord Blz. 2 inleiding Blz. 3 hoofdstukken Blz. 4 Temperatuur blz. 4 De seizoenen blz. 5 Wind + windkracht blz. 6 Wolken blz. 7 Neerslag blz. 9 nawoord Blz. 11 bibliografie

Nadere informatie

Opdrachten bovenbouw hv

Opdrachten bovenbouw hv Opdrachten bovenbouw hv Dit is de laatste actuele lesopener van dit jaar. Deze keer kiezen we voor een quiz over weer, klimaat en klimaatverandering, waarin je jouw kennis kunt meten met andere leerlingen

Nadere informatie

Energiebalans = verschil instraling en uitstraling = weinig/geen verschil: dynamisch evenwicht.

Energiebalans = verschil instraling en uitstraling = weinig/geen verschil: dynamisch evenwicht. Hoofdstuk 1 Extern systeem en klimaatzones 2 De energiebalans van de aarde Zon belangrijkste energiebron van de aarde. 1. Instraling: Zonnestralen gaan door de atmosfeer. UV straling door ozon tegengehouden.

Nadere informatie

Klimaatgrafieken hv123

Klimaatgrafieken hv123 banner Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 12 oktober 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/63743 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs

Nadere informatie

IJSLAND: EEN LAND VAN WATER EN VUUR

IJSLAND: EEN LAND VAN WATER EN VUUR Naam: Klas : Nr: Datum: IJSLAND: EEN LAND VAN WATER EN VUUR A. Roegis & L. Van Eycken 2014-2015 BACHELORPROEF HOGENT Aardrijkskunde IJsland: een land van water en vuur Pagina 2 Deze werkbundel mag gebruikt

Nadere informatie

AARDE 1 HAVO ANTWOORDENBOEK HOOFDSTUK 6 KLIMAAT EN LANDSCHAPSZONES

AARDE 1 HAVO ANTWOORDENBOEK HOOFDSTUK 6 KLIMAAT EN LANDSCHAPSZONES HOOFDSTUK 6 Paragraaf 1 Oriëntatie 1 a Hoe lager de geografische breedte is, hoe meer zonnestraling het aardoppervlak ontvangt. b Het woestijngebied van de Sahara en Arabië. Het is hier overwegend onbewolkt,

Nadere informatie