Inhoudsopgave

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Inhoudsopgave"

Transcriptie

1

2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding...3 Hoofdstuk 2 De deelnemingsvrijstelling van artikel 13 Wet VPB Wat is een deelneming? Wanneer wordt de deelnemingsvrijstelling toegepast? Welke resultaten komen in aanmerking voor de deelnemingsvrijstelling?...6 Hoofdstuk 3 Compartimenteren Wat is compartimenteren? Wanneer speelt compartimentering? Compartimentering en de rechtspraak?...9 Hoofdstuk 4 Compartimenteren van dividenden De zienswijze van de Staatssecretaris van Financiën Hoe werkt specifiek compartimentering van dividenden? LIFO, FIFO en evenredigheidsmethode Praktische invulling Casus...13 Hoofdstuk 5 Conclusie Overgangsrecht De positie van de Staatssecretaris van Financiën Eindconclusie...16 Literatuurlijst

3 Hoofdstuk 1 Inleiding Door de invoering van de Wet werken aan winst op 1 januari 2007 zijn er veel zaken op het gebied van belastingen veranderd. Zo zijn er onder andere dingen veranderd bij de deelnemingvrijstelling. Waar wijziging in een belastingwet plaatsvinden, zijn er gevolgen voor de belastingplichtigen. Voor sommigen zijn dat positieve veranderingen, voor andere negatief. Wanneer een dochteronderneming dividend uitkeert aan de moedermaatschappij valt deze niet in de winst bij de moedermaatschappij. Deze winst is vrijgesteld op basis van de geachte dat winst niet twee keer belast moet worden. Zolang de dochtermaatschappij kwalificeert voor de deelnemingsvrijstelling is er niets aan de hand. Echter door de verandering in de wetgeving zijn er ondernemingen die van het ene op het andere moment anders behandeld gaan worden voor wat betreft de deelnemingsvrijstelling. Daar komt de compartimenteringsgedachte bij kijken. De gevolgen daarvan en hoe daar mee omgegaan dient te worden, hebben mij bewogen om de volgende probleemstelling te formuleren: Dienen deelnemingsdividenden te worden gecompartimenteerd bij statuswijziging voor de deelnemingsvrijstelling? Om deze vraag te kunnen beantwoorden wordt er in hoofdstuk 2 eerst uitgelegd wat een deelneming nou precies is en wat de deelnemingsvrijstelling inhoudt. In hoofdstuk 3 komt compartimentering aan bod. Er wordt uitgelegd wat het is, wanneer het speelt en hoe er in de rechtspraak mee omgegaan wordt. Vervolgens beschrijft hoofdstuk 4 de compartimentering van dividenden en door middel van een tweetal korte casussen wordt er uitgelegd hoe compartimentering plaatsvindt. Tenslotte geef ik in hoofdstuk 5 mijn conclusie en mijn zienswijze op het handelen van de wetgever bij de invoering van de Wet werken aan winst. 3

4 Hoofdstuk 2 De deelnemingsvrijstelling van artikel 13 Wet VPB Wat is een deelneming? Onder een deelneming wordt voor de toepassing van de deelnemingsvrijstelling verstaan een participatie in een dochtermaatschappij van minimaal 5% van het nominaal gestorte aandelenkapitaal 1. Deze grens van 5% geldt vanaf 1 januari 2007 als harde voorwaarde. Door invoering van deze harde grens in een einde gekomen aan de discussie over de oneigenlijke deelneming. Dit een participatie waarin men een belang bezat van minder dan 5% maar desondanks kwalificeerde als deelneming voor de deelnemingsvrijstelling. Deze kon voor 1 januari 2007 nog wel als deelneming gekwalificeerd worden als deze niet ter belegging werd aangehouden, maar in de lijn lag van de normale bedrijfsuitoefening van de door de belastingplichtige gedreven onderneming of met de verwerving van die participatie het algemeen belang was gediend. Voor deze deelnemingen is echter nog wel een overgangsregeling getroffen. De zogenaamde oneigenlijk deelneming wordt voor 3 jaren na invoering van de wetswijziging nog als deelneming gezien. Deelnemingen die per 1 januari 2010 niet voldoen aan de 5%-eis, zijn per definitie uitgesloten van de deelnemingsvrijstelling. Naast de oneigenlijke deelneming zijn door invoering van de wet Werken aan winst ook de niet-terbeleggingseis en de onderworpenheideis vervallen. Deze zijn in feite vervangen door de antimisbruikregeling voor laagbelaste beleggingsdeelnemingen. Kort gezegd zijn laagbelaste beleggingsdeelnemingen uitgesloten van de deelnemingsvrijstelling. De wetgever staat namelijk niet toe dat mobiel kapitaal van een onderneming laagbelast kan renderen en dat dit rendement onder de deelnemingsvrijstelling onbelast kan worden genoten. Een deelneming wordt aangemerkt als beleggingsdeelneming indien deze ter belegging wordt aangehouden. Dat houdt subjectief in dat de deelneming wordt gehouden met het oog op het verkrijgen van rendement dat bij normaal vermogensbeheer kan worden verwacht. Objectief kan gekeken worden of de aard, functie en activiteit van de onderneming in de lijn ligt van de bedrijfsuitoefening van de door de belastingplichtige gedreven onderneming. Indien door een wetswijziging of door een wijziging in het aandelenbelang de onderneming niet meer voldoet of juist wel gaat voldoen aan de eisen voor een deelneming, dan heeft dat gevolgen voor de deelnemingsvrijstelling. Deze gevolgen worden in hoofdstuk 3 besproken. 1 Artikel 13, lid 2 Wet VPB

5 2.2 Wanneer wordt de deelnemingsvrijstelling toegepast? De deelnemingsvrijstelling wordt toegepast op voordelen afkomstig uit een deelneming welke kwalificeert voor de deelnemingsvrijstelling. Deze faciliteit is niet meer weg te denken uit de vennootschapsbelasting. De deelnemingsvrijstelling voorkomt namelijk dat winsten en verliezen in deelnemingsrelaties meer dan één keer in aanmerking genomen worden. Dit wordt ook wel het ne-bisin-idembeginsel genoemd. Zonder de deelnemingsvrijstelling zou de winst die de dochtermaatschappij als dividend uitkeert bij de moedermaatschappij belast worden. Dat terwijl de winst bij de dochter al is belast. Om dit verschijnsel beter uit te kunnen uitleggen, volgt hier een voorbeeld: BV X houdt een 100% belang in BV Y. BV Y behaalt een jaarwinst van Deze winst wordt bij BV Y belast tegen 25% vennootschapsbelasting. De nettowinst van BV Y bedraagt De winst van BV Y wordt als dividend uitgekeerd aan BV X. Deze dividenduitkering is voor BV Y niet aftrekbaar 2. Zonder de deelnemingsvrijstelling vormt de dividenduitkering van een opbrengst bij BV X, die in de fiscale winst valt er daarom belast dient te worden met 25%. Er zal dan aan belasting afgedragen moeten worden. Dit resulteert uiteindelijk in een nettowinst van In totaal wordt er = aan belasting betaald. De cumulatieve vennootschapsbelasting bedraagt dan 43,75%. Zonder een regeling ter voorkoming van meervoudige winstbelastingheffing als de deelnemingsvrijstelling ontstaat er dus een hogere belastingdruk. Hier is er sprake van nog slechts twee schakels. Indien er meer schakels toegevoegd worden aan het concern, blijft er uiteindelijk steeds minder winst over. Zonder een deelnemingsvrijstelling of een vergelijkbare regeling zou op concernvorming een grote fiscale straf staan en deze feitelijk worden verhinderd. Deze situatie is natuurlijk zeer ongewenst en daarom is er de deelnemingsvrijstelling. De deelnemingsvrijstelling zorgt ervoor dat de dividenduitkering van een deelneming aan de moedermaatschappij niet in de heffing wordt betrokken bij de moedermaatschappij 3. Het maakt voor de deelnemingsvrijstelling niet uit of de deelneming in Nederland of daarbuiten is gevestigd. De winst van een in het buitenland gevestigde vaste inrichting is namelijk ook niet in Nederland belast op basis van het belastingverdrag of het Besluit voorkoming dubbele belasting Artikel 10, lid 1 onderdeel a Wet VPB Artikel 13, lid 1 Wet VPB

6 Op deze manier wordt er zo min mogelijk onderscheid gemaakt tussen een deelneming en een vaste inrichting in het buitenland. De deelnemingsvrijstelling is een imperatieve regeling. Dat wil zeggen dat deze niet op verzoek toegepast wordt, maar toegepast dient te worden zodra aan de voorwaarden van de deelnemingsvrijstelling is voldaan. Ook indien de belastingplichtige niet in aanmerking wenst te komen voor de deelnemingsvrijstelling, maar wel aan de voorwaarden ervan voldoet, dient er toepassing plaats te vinden. 2.3 Welke resultaten komen in aanmerking voor de deelnemingsvrijstelling? Doordat de wetgever dezelfde winst niet meerdere keren in de heffing wil betrekken, dienen alle voordelen uit een deelneming vrijgesteld te worden. Onder die voordelen vallen zowel dividenden als vermogensresultaten. Uiteraard worden niet alleen vermogenswinsten op de deelneming vrijgesteld, maar worden verliezen ook maar één keer in aanmerking genomen, hetgeen impliceert dat vermogensverliezen op de deelneming ook niet in aftrek mogen komen bij de moedermaatschappij. Een uitzondering op deze regel is dat verliezen als gevolg van liquidatie wel aftrekbaar zijn 4. Onder liquidatieverlies wordt verstaan het verschil tussen het voor de deelneming oorspronkelijke opgeofferde bedrag en de uitkering die door de moedermaatschappij wordt ontvangen bij liquidatie van de deelneming. Deze regeling werkt eenzijdig. Liquidatiewinst blijft onder de deelnemingsvrijstelling vallen en is belastingvrij. Deze liquidatieverliesregeling is in het leven geroepen om de compensabele verliezen die doorgaans in een te liquideren deelneming aanwezig zijn, niet verloren te laten gaan. Onder het begrip alle voordelen behoren alleen de voordelen die door de moedermaatschappij genoten worden in haar hoedanigheid als aandeelhouder. Rente die de moedermaatschappij ontvangt van een deelneming waar een lening aan verstrekt is, valt gewoon in de heffing. Dit voordeel ontvangt de moedermaatschappij namelijk als zijnde crediteur en niet als aandeelhouder. Daarnaast is deze rente aftrekbaar bij de deelneming. Zoals eerder opgemerkt vallen zowel dividenden als vermogenswinsten onder de voordelen uit de deelneming. Vermogenswinsten worden hierin meegenomen, omdat deze gekoppeld zijn aan de winst die de deelneming maakt. De winst van de deelneming kan namelijk uitgekeerd worden als dividend, maar kan ook toegevoegd worden aan de winstreserve. Als vermogenswinsten niet vrijgesteld zouden zijn dan zou de moedermaatschappij voor verkoop van de deelneming alle winst laten uitkeren als 4 Artikel 13d, lid 1 Wet VPB

7 dividend. Dit is dan vrijgesteld. Door de dividenduitkering daalt de waarde van de deelneming, zodat er geen of minder vermogenswinst gemaakt wordt. Dit ontwijkende gedrag is door het meenemen van de vermogenswinst in de deelnemingsvrijstelling overbodig. Vermogenswinsten zijn eenvoudig te herkennen. Dividenden echter niet altijd. Dividend kan namelijk in een verkapte vorm gegeven worden. Het fiscale recht heeft een ruimer bereik wat betreft de term dividend, dan het civiele recht. Fiscaal wordt ieder voordeel, in welke vorm dan ook, dat de dochtermaatschappij aan de moedermaatschappij doet toekomen omdat die moeder aandeelhouder is (en beide vennootschappen zich van dit voordeel bewust zijn of hadden moeten zijn) als dividend gezien. Een voorbeeld hiervan is dat een dochtermaatschappij een bedrijfsmiddel tegen boekwaarde verkoopt aan de moedermaatschappij terwijl de werkelijke waarde hoger ligt. Het verschil tussen deze twee waarden is het verkapte dividend. Een andere vorm van verkapt dividend kan zijn dat wanneer moedermaatschappij een lening verstrek aan de dochtermaatschappij tegen een hogere rente dan gebruikelijk is in het economische verkeer. Het deel van de rente dat meer bedraagt dan de gebruikelijke rente is in dit voorbeeld het verkapte dividend. Alle vormen van dividend, zowel normaal als verkapt, vallen onder de deelnemingsvrijstelling, als aan alle eerder genoemde eisen is voldaan. De deelnemingsvrijstelling is een nettovrijstelling. Hierbij dient het deelnemingsvoordeel verminderd te worden met de kosten verband houdend met de deelneming. Ook hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen binnenlandse en buitenlandse deelnemingen. 7

8 Hoofdstuk 3 Compartimenteren 3.1 Wat is compartimenteren? Zoals al eerder is besproken, dient de deelnemingsvrijstelling toegepast te worden op alle voordelen uit een deelneming indien voldaan is aan de voorwaarden. Een belangrijke voorwaarde is de 5%-eis. Het kan zijn dat een moedermaatschappij in enig jaar niet aan die eis voldoet en in het volgende jaar wel. Dit kan komen doordat er bijvoorbeeld aandelen aangekocht zijn. Het gevolg hiervan is dat in het ene jaar de deelnemingsvrijstelling niet en in het andere jaar juist wel van toepassing is. Uiteraard kan deze situatie zich ook andersom voordoen, waarin door verkoop van aandelen de deelnemingsvrijstelling eerst wel maar daarna niet meer van toepassing is. Er is dan sprake van een wijziging in het fiscale regime ter zake van de deelneming. Door deze wijziging dienen de resultaten die op de aandelen gemaakt zijn zodra deze verkocht worden, gesplitst te worden in de waardeverandering tijdens toepassing van de deelnemingsvrijstelling en daarbuiten. De Hoge Raad heeft beslist 5 dat de deelnemingsvrijstelling van toepassing is, of blijft, op de waardeverandering die plaats vond tijdens de periode dat de deelnemingsvrijstelling van toepassing was. Deze splitsing van de waardeverandering wordt compartimenteren genoemd. Men brengt als het ware twee compartimenten aan, één dat onder de deelnemingsvrijstelling valt en één dat daar niet onder valt. Compartimenteren is in de rechtspraak ontstaan op redelijkheidsgronden en op basis van de strekking van de deelnemingsvrijstelling, het ne-bis-in-idembeginsel. De gedachte is namelijk dat dezelfde winst niet tweemaal in de heffing mag worden betrokken, maar ook dat er geen vrijstelling geven dient te worden voor een periode waarin er geen sprake is van een vrij te stellen deelneming. Als men dat netjes wil doen, ligt compartimenteren voor de hand. 3.2 Wanneer speelt compartimentering? Zoals in de vorige paragraaf besproken is, komt compartimenteren voor in situaties waar het fiscale regime van de deelneming gewijzigd is. Dat kan doordat aandelen gekocht of verkocht zijn, maar ook als de deelneming omgevormd wordt tot beleggingsinstelling. Daarnaast kan het regime wijzigen van een deelneming door een wetswijziging. Om de compartimenteringsleer te verduidelijken, volgt hier een voorbeeld. BV X houdt alle aandelen van BV Y waar in het verleden voor betaald is. Deze deelneming kwalificeert voor de deelnemingsvrijstelling. Op 1 mei 2009 heeft BV Y een waarde van HR 2 juli 1986, nr , BNB1986/305. 8

9 Op 1 mei 2009 wordt besloten de activiteiten van BV Y om te vormen tot die van een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 28 Wet VPB Op 1 mei 2011 wordt BV Y voor verkocht. Doordat besloten wordt de activiteiten te veranderen in die van een beleggingsinstelling, kwalificeert BV Y per 1 mei 2009 niet meer voor de deelnemingsvrijstelling. Doordat het fiscale regime is gewijzigd dient het verkoopresultaat dat op 1 mei 2011 behaald is, gecompartimenteerd te worden. Doordat dat tot 1 mei 2009 de deelnemingsvrijstelling van toepassing was, valt het resultaat van de aandelenverkoop tot onder de deelnemingsvrijstelling 6. Het behaalde koersresultaat boven de , in dit geval , valt in de winst van BV X. 3.3 Compartimenteren en de rechtspraak. De Hoge Raad heeft zich in meerdere arresten uitgesproken over compartimentering. Allereerst in HR BNB 1986/ Hierin bepaalde de Hoge Raad dat koersverschillen die ontstaan zijn buiten de vrijgestelde periode, niet vrijgesteld zijn. Deze uitspraak leidde tot compartimentering. Dit was het eerste arrest waarin compartimentering naar voren kwam. Later is de compartimenteringsleer nog bevestigd in een aantal andere arresten. Een opvallend arrest is dat van HR BNB 1997/101. In dit arrest werd een praktische invulling gegeven aan de compartimenteringsleer. Er werd namelijk bepaald dat de aandelen van een deelneming die niet langer meer kwalificeerde voor de deelnemingsvrijstelling fiscaal geherwaardeerd moesten worden naar de werkelijke waarde. Deze werkelijke waarde vormt dan de kostprijs van de aandelen voor het verdere verloop van de onderneming wat in overeenstemming is met goed koopmansgebruik. De winst die gemaakt wordt door deze herwaardering is vrijgesteld onder de deelnemingsvrijstelling. Bij verkoop van de aandelen kan dan de geherwaardeerde kostprijs in aanmerking genomen worden om de vervreemdingswinst te berekenen. 6 HR 22 januari 1997, nr , BNB 1997/ HR 2 juli 1986, nr , BNB 1986/305 9

10 Hoofdstuk 4 Compartimenteren van dividenden 4.1 De zienswijze van de Staatssecretaris van Financiën Indien er sprake is van een deelneming voor toepassing van de deelnemingsvrijstelling dienen alle voordelen die een moedermaatschappij van haar dochteronderneming ontvangt te worden vrijgesteld. Dit kan het geval zijn in winstsituaties maar ook in het geval van verlies. Onder alle voordelen wordt verstaan koersresultaten en dividenden. Zoals eerder besproken dienen koersresultaten te worden gecompartimenteerd bij sfeerovergang. Of voor de deelnemingsvrijstelling ook compartimentering moet plaatsvinden ter zake van dividenden, in zowel binnenlandse als buitenlandse situaties, is tot nu toe nog niet helemaal duidelijk. Bij dividenden die uitgekeerd worden in grensoverschrijdende situaties soms is het EU-recht van toepassing. Deze dividenden vallen namelijk, als moeder en dochter in verschillende EU-staten zijn gevestigd, onder de Moeder-dochterrichtlijn. Doordat het vereiste bezitpercentage van een moedermaatschappij in een dochteronderneming is verlaagd, zullen er veel gevallen voorkomen waar sprake is van sfeerovergang. In de nieuwe Europese Moeder-dochterrichtlijn wordt niet gesproken over compartimenteren. De vraag is of compartimentering van dividenden op grond van de herziene Moeder-dochterrichtlijn verplicht c.q. mogelijk is. De meningen lopen daarover uiteen. De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs heeft gezegd in zijn brief 8 dat het in strijd is met de gewijzigde richtlijn indien de deelnemingsvrijstelling wordt onthouden aan een dividenduitkering van een EU-dochteronderneming als de uitkering betrekking heeft op een winstreserve uit een periode waarin de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing was. De Staatssecretaris heeft in de nota 9 naar aanleiding van het verslag van de aanpassingswet herziene Moeder-dochterrichtlijn aangegeven dat compartimentering naar zijn oordeel ook toepassing heeft op dividenden. De Staatssecretaris is van mening dat de huidige jurisprudentie inzake compartimentering voldoende duidelijkheid geeft over de compartimenteringsleer. De door de Hoge Raad ontwikkelde compartimenteringsgedachte heeft in de jurisprudentie geen betrekking gehad op gevallen waarin sfeerovergang veroorzaakt werd door wetswijzigingen, maar volgens de Staatssecretaris moet ook in die gevallen uit worden gegaan van compartimentering. De richtlijn geeft namelijk niet aan dat compartimentering niet is toegestaan. Verder geeft de Staatssecretaris aan dat ten aanzien van compartimentering een onderscheid moet worden gemaakt tussen vennootschapsbelasting en dividendbelasting. De vennootschapsbelasting is namelijk een periodieke belasting en de dividendbelasting een tijdstipbelasting. Voor de dividendbelasting ligt compartimentering niet voor de 8 Brief van 14 april 2005 van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs. 9 Nota naar aanleiding van het verslag, aanpassingswet herziene Moeder-dochterrichtlijn, , p

11 hand omdat voor die dividendbelasting geldt dat op het moment dat aan de voorwaarden wordt voldaan er geen dividendbelasting ingehouden hoeft te worden. Voor de vennootschapsbelasting is de toepassing van de compartimenteringsleer bij de deelnemingsvrijstelling in het Belastingplan 2004 aan de orde geweest. Daarbij 10 is door de Staatssecretaris aangeven dat hij van mening is dat op het gebied van de deelnemingsvrijstelling de compartimenteringsgedachte van toepassing is in geval van sfeerovergang te gevolge van een wetswijziging. Of de Hoge Raad het hiermee eens is, valt nog te bezien. De Hoge Raad heeft hier nog niet over beslist. De Hoge Raad zal bij de te nemen beslissing rekening moeten houden met de uitgangspunten van de Nederlandse deelnemingsvrijstelling maar ook met de het feit dat veel gevallen van dividenduitkering onder de Moeder-dochterrichtlijn vallen. In die gevallen heeft het Hof van Justitie in Luxemburg het laatste woord. Het valt niet te voorspellen of het HvJ EU van mening is dat onder de richtlijn vallende dividenden moet of mogen worden gecompartimenteerd. Compartimentering wordt behalve in Nederland in geen enkele andere EU-lidstaat toegepast. Dat is opvallend, maar geen reden dat het HvJ EU Nederland hierin geen gelijk zal geven. Het resultaat van compartimentering is immers volstrekt redelijk. Het HvJ EU zal daarom zijn mening moeten ontlenen uit de tekst en bedoeling van de richtlijn. Echter, in de richtlijn wordt niet gesproken over compartimentering en het is ook onduidelijk of dit bedoeld is. Indien het HvJ EU compartimentering van dividenden niet toestaat, dan ontstaat er een situatie in Nederland waarin in EU-gevallen koersresultaten wel en dividenden niet worden gecompartimenteerd. In de Moeder-dochterrichtlijn wordt niet over compartimentering gesproken, maar compartimentering laat zich in beginsel wel verenigen met de richtlijn. De Hoge Raad heeft namelijk in een arrest 11 compartimentering toegepast op een liquidatie-uitkering. Hier speelde de situatie dat belanghebbende een in het buitenland opgerichte Ltd. op een bepaald moment verkreeg. Na verloop van tijd heeft belanghebbende deze Ltd. naar Nederland verplaatst waardoor deze binnenlandse belastingplichtige werd. Enige tijd later werd deze Ltd. geliquideerd en de dividenduitkering die daar op volgde wilde belanghebbende verrekenen met de kostprijs van de aandelen en het verschil daarvan onder de deelnemingsvrijstelling onbelast ontvangen. Hierop heeft de Hoge Raad beslist dat de kostprijs van de aandelen op het moment van de verplaatsing naar Nederland aangehouden dient te worden bij het bepalen van de liquidatiewinst. De motivering van de Hoge Raad was dat alleen het gedeelte van de liquidatie-uitkering dat toe te rekenen was aan de periode dat deelnemingsvrijstelling van toepassing was, vrijgesteld was onder de deelnemingsvrijstelling. 10 Kamerstukken II, , , nr HR 17 mei 1995, nr , BNB 1995/

12 4.2 Hoe werkt specifiek compartimentering van dividenden? LIFO, FIFO en evenredigheidsmethode Er zijn meerdere manieren om dividenduitkeringen te compartimenteren. Een daarvan is het LIFOsysteem. Dit is volgens de minister het meest voor de hand liggende systeem voor compartimentering. Dit blijkt uit de nota 12 naar aanleiding van verslag van de Wet werken aan winst. Hierin geeft de minister aan dat een dividenduitkering in beginsel een uitdeling van de winst van het vorige boekjaar betreft. Daarom ligt het voor de hand om uit te gaan van het LIFO-systeem. Echter, als aannemelijk is dat de dividenduitkering een uitdeling van winst betreft die betrekking heeft op een ander jaar, dan zou daar bij aangesloten moeten worden. Er zal dus van een LIFO-systeem uitgegaan worden tenzij dit het duidelijk is dat dit niet klopt of als belastingplichtige zelf via het dividendbesluit daarvan afwijkt. Een voorbeeld 13 waarbij het duidelijk was dat het LIFO-systeem niet gehanteerd moest worden was in het geval van een participatie dat een deelneming vormde, maar in het verleden niet voldeed aan de eisen van de deelnemingsvrijstelling. De aandeelhouder had de aandelen van de dochteronderneming op gemiddelde kostprijs gewaardeerd. Na enige tijd werd een deel van de aandelen verkocht. De bij de verkoop behaalde winst diende gecompartimenteerd te worden, zodat er over de nietdeelnemingsperiode winst werd behaald. Door het LIFO-systeem te hanteren zou een deel van de belastingheffing naar de toekomst worden geschoven. De staatssecretaris is het hier niet mee eens omdat dit in strijd zou zijn met de realiteitszin. Ondanks dat de staatssecretaris aangegeven heeft dat het LIFO-systeem het meest voor de hand liggende systeem is, omdat de winstuitdeling in beginsel betrekking heeft op het vorige jaar, zijn er situaties waarin de belastingplichtige liever een FIFO-systeem wil hanteren. Een ander manier om het een dividenduitkering te compartimenteren is om gebruik te maken van de evenredigheidsmethode. Hierbij wordt het dividend naar evenredigheid over diverse periodes verdeeld, periodes waarin de participatie wel kwalificeert voor de deelnemingsvrijstelling en waarin die dat niet doet. Er ontstaat dan een gedeelte waarop de deelnemingsvrijstelling van toepassing is en een gedeelte waarbij dit niet het geval is. 12 Kamerstukken II, , nr. 8, p Besluit van 10 september 2004, nr. CCP2004/1656M. 12

13 Praktische invulling In het dividendbesluit wordt aangegeven hoeveel dividend er uitgekeerd wordt door de onderneming. Daarnaast kan in het dividendbesluit aangegeven worden uit welke periode deze winst afkomstig is. Dit is natuurlijk voor de praktijk een erg belangrijk instrument voor de tax planning. Door in het dividendbesluit aan te geven dat de uit te keren winst afkomstig is uit een periode waarin de deelnemingsvrijstelling van toepassing is, valt het dividend buiten de winst van de moedermaatschappij. Uiteraard moet er wel winst gemaakt zijn in het betreffende jaar waarop de dividenduitkering betrekking heeft. Het is voor de praktijk erg belangrijk dat de winstreserve die op de balans staat vermeld, onderverdeeld is in verschillende jaren. Hierdoor wordt duidelijk of de winst is opgebouwd tijdens een belaste dan wel een onbelaste periode. Op die manier kan er eenvoudig gesteld worden dat een dividenduitkering betrekking heeft op een bepaald jaar. Als dit niet zou gebeuren zou er sprake kunnen zijn van vermenging van dividenden en kan er geen onderscheid meer gemaakt worden. Dan zou de mogelijkheid kunnen vervallen dat het dividend onbelast ontvangen kan worden. 4.3 Casus Om de compartimenteringsleer van dividenden beter uit te kunnen leggen volgen er nu een aantal voorbeelden waarin duidelijk wordt gemaakt hoe er omgegaan dient te worden met dividenden na een sfeerovergang. Voorbeeld 1 BV X heeft een 100% belang in dochtermaatschappij BV Y. BV Y heeft de volgende resultaten: JAAR WINST UITKERING WINSTRESERVE DEELNEMING Nee Ja Ja Door de activiteiten van BV Y in jaar 1 was deze als een laagbelaste beleggingsdeelneming aan te merken. Hierdoor kwalificeerde BV Y niet als een deelneming voor toepassing van de deelnemingsvrijstelling. Door een wijziging in de activiteiten in jaar 2 werd vanaf dat moment deze deelneming wel gekwalificeerd als een deelneming voor toepassing van de deelnemingsvrijstelling. Ook in jaar 3 voldeed BV Y aan de voorwaarden voor de deelnemingsvrijstelling. 13

14 In jaar 1 werd een winst gemaakt van Deze winst werd niet uitgekeerd, maar toegevoegd aan de winstreserve. In jaar 2 behaalde BV Y een winst van en ook deze winst werd niet uitgekeerd waardoor de winstreserve aan het eind van het jaar bedroeg. In jaar 3 werd na het behalen van een winst van besloten om alle winst uit te keren die er tot dan toe gemaakt was. De dividenduitkering bedroeg In het jaar van de uitkering, jaar 3, kwalificeerde BV Y als deelneming voor de deelnemingsvrijstelling. Wanneer aan de voorwaarden van de deelnemingsvrijstelling wordt voldaan, valt de dividenduitkering bij BV X buiten de winst. Echter, doordat er in jaar 2 een sfeerovergang plaatsvond, dient de dividenduitkering gecompartimenteerd te worden. De winst van is namelijk niet geheel opgebouwd tijdens de vrijgestelde periode. Er moet onderscheid gemaakt worden tussen het gedeelte van de uitkering dat opgebouwd is tijdens de belaste periode en tijdens de onbelaste periode is opgebouwd tijdens de belaste periode en tijdens de vrijgestelde periode. Hierdoor valt de uit jaar 1 in de winst bij BV X. De overige blijft door de deelnemingsvrijstelling buiten de winst van de moedermaatschappij. Voorbeeld 2 BV X heeft in jaar 1 een belang van 4% in BV Y. In jaar 2 wordt dit belang uitgebreid naar 10%. BV Y heeft de volgende resultaten die toekomen aan BV Y: JAAR WINST UITKERING WINSTRESERVE DEELNEMING Nee Ja Ja Doordat BV X in jaar 1 een belang had van 4% in BV Y, kwalificeerde BV Y niet als deelneming voor de deelnemingsvrijstelling. In jaar 2 is het belang in BV Y uitgebreid naar 10% waardoor deze participatie wel is gaan kwalificeren voor de deelnemingsvrijstelling. Hierdoor is er sprake van sfeerovergang. De in jaar 1 gemaakte winst van is niet uitgekeerd. Daardoor bedraagt de winstreserve Doordat er in jaar 2 een verlies van wordt gemaakt, is de winstreserve afgenomen tot nihil. Uiteindelijk wordt er in jaar 3 weer een winst van gemaakt en wordt deze ook uitgekeerd. 14

15 Doordat er een sfeerovergang heeft plaatsgevonden, speelt compartimentering hier een rol. De winst van jaar in is opgebouwd in de belaste periode en die winst van jaar 3 is in de vrijgestelde periode opgebouwd. De vraag die hier gesteld kan worden is: heeft de dividenduitkering betrekking op de winst uit jaar 1 of uit jaar 3? De minister heeft aangeven dat het LIFO-systeem het meest voor de hand liggende systeem is. Door dit systeem te hanteren heeft de dividenduitkering betrekking op het laatste jaar. In dit geval is dat jaar 3 en is de dividenduitkering van onbelast voor BV X. Indien het FIFO-systeem gehanteerd zou moeten worden, dan zou de dividenduitkering betrekking hebben op jaar 1 en zou, ondanks dat door het verlies van jaar 2 de gehele winstreserve was verdwenen, de winst van jaar 1 belast zijn voor BV X. 15

16 Hoofdstuk 5 Conclusie 5.1 Overgangsrecht Bij de invoering van de Wet werken aan winst heeft de wetgever op het terrein van de deelnemingsvrijstelling niet gezorgd voor een overgangsregeling. Doordat er geen overgangsrecht is geformuleerd ontstaat er verwarring. Het is niet helemaal duidelijk wat er gaat gebeuren met uitgekeerde dividenden die tijdens de vrijgestelde periode worden uitgekeerd wanneer er door de wetswijziging sprake is geweest van een sfeerovergang. De wetgever heeft aangeven dat de rechter dit moet oplossen door de compartimenteringsleer toe te passen. Dit geldt voor zowel koersresultaten als dividenden. Daarnaast geeft de staatssecretaris aan dat het LIFO-systeem het meest voor de hand liggend is voor wat betreft dividenden. De wetgever legt door het niet voorzien in overgangsrecht de beslissing in handen van de rechter en hoop op een goede afwikkeling volgens de compartimenteringsgedachte. De rechter in Nederland zal dit waarschijnlijk ook overnemen, omdat hij de compartimenteringsgedachte bij de deelnemingsvrijstelling al eerder op ruime schaal heeft toegepast, de uitkomst van compartimentering volstrekt redelijk is en dat het ook de bedoeling van de wetgever is. 5.2 De positie van de Staatssecretaris van Financiën In Nederland kent de staatssecretaris twee gedaantes. De staatssecretaris treedt op als onderdeel van de wetgevende macht, maar ook als hoofd van de uitvoerende macht, de Belastingdienst. Wanneer de staatssecretaris als medewetgever (naast het parlement) optreedt dan kan de belastingplichtige zich niet met een beroep op opgewekt vertrouwen op uitspraken van de staatssecretaris beroepen voor de rechter. Dat kan wel als de staatssecretaris uitlatingen doet als hoofd van de uitvoerende macht. Deze kwestie speelt ook bij de compartimenteringleer. De staatssecretaris zegt dat bij dividenden het LIFOsysteem gehanteerd dient te worden tenzij belastingplichtige daar met een andersluidend dividendbesluit van afwijkt, maar de vraag is hoeveel deze uitspraak waard is nu hij is gedaan door de staatssecretaris als medewetgever. De hantering van het LIFO-systeem zou dus nog kunnen sneuvelen. 5.3 Eindconclusie Door wijzingen van de wet, in aandelenbelangen en van activiteiten ontstaan er gevolgen voor de deelnemingsvrijstelling. Was voorheen het ontvangen dividend nog belast, na soms een kleine wijziging kan het dividend voortaan onbelast ontvangen worden. In veel gevallen is dat een fijne situatie, maar in verliesgevallen is dit minder aantrekkelijk. Dan zijn verliezen niet aftrekbaar. Op het moment van dat een dochteronderneming onder de deelnemingsvrijstelling gaat vallen of juist stopt 16

17 zich daarvoor te kwalificeren, is er sprake van een sfeerovergang. Dat moment is bepalend voor de compartimenteringsleer. Resultaten opgebouwd in een vrijgestelde periode blijven vrijgesteld en resultaten uit een belaste periode blijven belast. Een redelijke redenering. De manier waarop compartimentering plaats dient te vinden is niet in de wet geregeld. Dat dit niet is gebeurd, wordt door de wetgever afgedaan met een verwijzing naar de vele situaties die zich voor kunnen doen en dat het daardoor ingewikkelde wetgeving zou worden. Het zou voor de belanghebbenden duidelijker zijn geweest wanneer het compartimenteringsvraagstuk in de Wet werken aan winst zou zijn opgenomen. Nu is het aan de rechtspraak om hierover te beslissen, hetgeen ook weer de nodige onzekerheden meebrengt. Uiteindelijk vind ik dat de compartimenteringsgedachte het meest redelijke systeem is om dividenden te behandelen die met sfeerovergang te maken hebben. Op basis van het eerder genoemde arrest HR BNB 1997/101 denk ik dat de Hoge Raad ook voor de dividenden die te maken hebben gehad met een sfeerovergang als gevolg van de wetswijziging zal bepalen dat deze gecompartimenteerd dienen te worden en wel op basis van het LIFO-systeem. 17

18 Literatuurlijst prof.dr.mr. E.J.W. Heithuis en drs. R.P. van den Dool, Compendium Vennootschapsbelasting, Kluwer; Deventer 2007 Wetsvoorstel Werken aan winst Kamerstukken 2, , Nota naar aanleiding van het verslag, aanpassingswet herziene Moeder-dochterrichtlijn, prof.dr. J.A.G. van der Geld, De deelnemingsvrijstelling na inwerkingtreding van de wet Werken aan winst, Dossier VPB 2007, 2007/

Checklist Deelnemingsvrijstelling

Checklist Deelnemingsvrijstelling Checklist Deelnemingsvrijstelling Wie een (persoonlijke) holding bezit met daarin aandelen in een werkmaatschappij, zal al snel achter het belang van de deelnemingsvrijstelling komen. De deelnemingsvrijstelling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 713 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een compartimenteringsreserve (Wet compartimenteringsreserve)

Nadere informatie

Memorandum RECENTE BELASTINGONTWIKKELINGEN MET BETREKKING TOT DE FISCALE EENHEID

Memorandum RECENTE BELASTINGONTWIKKELINGEN MET BETREKKING TOT DE FISCALE EENHEID Memorandum REENTE ELASTINGONTWIKKELINGEN MET ETREKKING TOT DE FISALE EENHEID Op 6 juni 2018 heeft de Staatssecretaris van Financiën het wetsvoorstel Wet spoedreparatie fiscale eenheid gepubliceerd. In

Nadere informatie

ESJ Accountants & Belastingadviseurs

ESJ Accountants & Belastingadviseurs ESJ Accountants & Belastingadviseurs Het realiseren van vermogen vanuit een vennootschap Juni 2013 Maurice de Clercq Programma Realiseren van vermogen 1. Inleiding 2. Emigratie België 3. Luxemburg/ Curaçao

Nadere informatie

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 33 713 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een compartimenteringsreserve (Wet compartimenteringsreserve) TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING Het voorstel van wet

Nadere informatie

Naar een EU-bestendige vennootschapsbelasting. Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden

Naar een EU-bestendige vennootschapsbelasting. Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden Naar een EU-bestendige vennootschapsbelasting Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden Grondslagen van de interne markt De interne markt omvat een ruimte

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 19968 Herziening van de deelnemingsvrijstelling in de vennootschapsbelasting Nr. 4 BIJLAGEN BIJ DE MEMORIE VAN TOELICHTING Bijlage 1: Een vergelijking

Nadere informatie

2. Compartimentering bij sfeerovergang voor de toepassing van de deelnemingsvrijstelling

2. Compartimentering bij sfeerovergang voor de toepassing van de deelnemingsvrijstelling 33 713 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een compartimenteringsreserve (Wet compartimenteringsreserve) Nota naar aanleiding van het verslag 1. Inleiding

Nadere informatie

I. ALGEMEEN. Memorie van toelichting. 1. Inleiding

I. ALGEMEEN. Memorie van toelichting. 1. Inleiding Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een tussenregeling voor valutaresultaten op deelnemingen (Tussenregeling valutaresultaten op deelnemingen) Memorie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 713 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een compartimenteringsreserve (Wet compartimenteringsreserve)

Nadere informatie

Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting.

Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting. Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting. 1. Algemeen systeem. De wet voorziet in diverse gedetailleerde

Nadere informatie

PRAKTIJKNOTITIE Fiscaal. 1. Inleiding. 2. De fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting Inleiding Voorwaarden vormen fiscale eenheid VPB

PRAKTIJKNOTITIE Fiscaal. 1. Inleiding. 2. De fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting Inleiding Voorwaarden vormen fiscale eenheid VPB Van: NOAB Adviesgroeplid Marree & Van Uunen Belastingadviseurs Datum: februari 2019 Onderwerp: Spoedreparatie fiscale eenheid VPB voor het MKB 1. Inleiding In 2018 werd aangekondigd dat de regeling voor

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22561 29 april 2016 Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht 25 april 2016 nr. DGB 2016/1731M

Nadere informatie

Is de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland

Is de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland Is de ingehouden dividendbelasting verrekenbaar? Inwoner van Nederland SynVest is als fiscale beleggingsinstelling verplicht om 15% dividendbelasting in te houden op uitgekeerd dividend en dit af te dragen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 38029 30 december 2014 Vennootschapsbelasting. Fiscale eenheid. Wijziging van het besluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/4620M,

Nadere informatie

Wetsvoorstel compartimenteringsreserve

Wetsvoorstel compartimenteringsreserve Wetsvoorstel compartimenteringsreserve Frederik van der Does 5602939 mei 2015 Rozengracht 8c 1016 NB Amsterdam 06 10687430 fjavanderdoes@gmail.com dhr. mr. drs. A. (Angelo) Spadaro dhr. prof. dr. mr. E.J.W.

Nadere informatie

2014 -- Vennootschapsbelasting -- Deel 3

2014 -- Vennootschapsbelasting -- Deel 3 Programma voor vandaag Verliesverrekening (art. 20) Handel in verlies BV s (art. 20a) Coöperatieregeling (art. 9-1-g en 9-2) Deelnemingsvrijstelling (art. 13) Liquidatieverlies Winstdrainage (artt. 10a,

Nadere informatie

ESJ Accountants & Belastingadviseurs

ESJ Accountants & Belastingadviseurs ESJ Accountants & Belastingadviseurs Het beheren van vermogen in Nederland en België Juni 2013 Maurice de Clercq Programma 1. Inleiding 2. Nederland 3. België 4. Synthese Nederland/ België 5. Conclusie

Nadere informatie

Stichting RB-Studiekring Gelderland-Overijssel

Stichting RB-Studiekring Gelderland-Overijssel Stichting RB-Studiekring Gelderland-Overijssel eelnemingsvrijstelling Prof.dr. H. (Hein) Vermeulen Hengelo 5 februari 2018 eventer, 19 februari 2018 Agenda eelnemingsbegrip Begrip jaar (Besluit deelnemingsvrijstelling

Nadere informatie

Fiscale aspecten van aandelenvennootschappen met een dubbele vestigingsplaats

Fiscale aspecten van aandelenvennootschappen met een dubbele vestigingsplaats Fiscale aspecten van aandelenvennootschappen met een dubbele vestigingsplaats door Dr. M. van Dun 1997 KLUWER - DEVENTER Inhoudsopgave LUST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN XVI 1 INLEIDING 1 2 DE ONTSTAANSGESCHIEDENIS

Nadere informatie

Voor wat betreft de rentebetalingen wordt verwezen naar onderdeel a hiervoor.

Voor wat betreft de rentebetalingen wordt verwezen naar onderdeel a hiervoor. Uitwerking tentamenopgave 1 (totaal 50 ptn) Opgave a; relevante fiscale aspecten voor 2007 (5 ptn) Voor 2007 zijn in principe alleen de beide leningen relevant. Voor wat betreft de betaalde optiepremie

Nadere informatie

Hoorcollege Directe Belastingen DB II Collegejaar 2014/2015

Hoorcollege Directe Belastingen DB II Collegejaar 2014/2015 Waarom een VBI of een FBI? De VBI en de FBI zijn faciliteiten die collectief belleggen faciliteren. Fiscaal bezien kan je ruwweg - (collectief) beleggen op twee manieren vormgeven. Een belastingplichtige

Nadere informatie

Ministerie van Financiën

Ministerie van Financiën Ministerie van Financiën Bijlage 1: Algemeen INSPECTIE DER BELASTINGEN CURAÇAO Indien deze bijlage niet voldoende is, kunt u een kopie van deze bijlage maken. Pagina 1 van 17 Bijlage 2: aandeelhouders

Nadere informatie

138 De Pensioenwereld in 2014

138 De Pensioenwereld in 2014 17 138 De Pensioenwereld in 2014 Beleggingen 139 EU-claims: geen grijs gedraaide plaat Auteurs: Susan Groot Koerkamp en Erwin Nijkeuter In de meeste Europese landen worden of werden buitenlandse pensioenfondsen

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, u kunt dan een een kopie van deze bijlage maken. Pagina 1 van 13

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, u kunt dan een een kopie van deze bijlage maken. Pagina 1 van 13 Bijlage 1: Algemeen Indien deze bijlage niet voldoende is, u kunt dan een een kopie van deze bijlage maken. Pagina 1 van 13 Bijlage 2: aandeelhouders Vul bijlage 2 in als het gaat om: een besloten vennootschap;

Nadere informatie

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Financiën van PM, nr. PM

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Financiën van PM, nr. PM Besluit van PM DATUM tot wijziging van enige uitvoeringsbesluiten op het gebied van belastingen en toeslagen Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van PM 2016 nr. PM Gelet op de

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage.

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage. Bijlage 1: Algemeen Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage. 1 Bijlage 2: aandeelhouders Vul bijlage 2 in als het gaat om: een besloten vennootschap; een naamloze vennootschap

Nadere informatie

Dubbele winst bij verliezen Rechtpraak Hoge Raad biedt nieuwe kansen over de grens

Dubbele winst bij verliezen Rechtpraak Hoge Raad biedt nieuwe kansen over de grens Dubbele winst bij verliezen Rechtpraak Hoge Raad biedt nieuwe kansen over de grens Op 1 maart van dit jaar heeft de Nederlandse Hoge Raad een belangrijke uitspraak gedaan in een Nederbelgische situatie.

Nadere informatie

Bachelorthesis [COMPARTIMENTERING BINNEN DE DEELNEMINGSVRIJSTELLING] Bram Driessen ANR: Datum: Studierichting: Fiscale economie

Bachelorthesis [COMPARTIMENTERING BINNEN DE DEELNEMINGSVRIJSTELLING] Bram Driessen ANR: Datum: Studierichting: Fiscale economie Bachelorthesis Naam: Bram Driessen ANR: 513710 Datum: 22-04-2014 Studierichting: Fiscale economie Examencommissie: Prof. dr. J.A.G. van der Geld Drs. J.J.H. Gortzak MR. W.C.M. Martens [COMPARTIMENTERING

Nadere informatie

Transparante Vennootschap

Transparante Vennootschap Transparante Vennootschap Er is een Transparante Vennootschap (hierna: TV) ingevoerd. Een TV is een naamloze vennootschap (hierna NV) of een besloten vennootschap (hierna: BV) die verzcht heeft om voor

Nadere informatie

Spoedreparatie in de Fiscale Eenheid Vennootschapsbelasting

Spoedreparatie in de Fiscale Eenheid Vennootschapsbelasting Spoedreparatie in de Fiscale Eenheid Vennootschapsbelasting moeder dochter(s) WHITE PAPER 1 belastingplichtige Bol Adviseurs 29 November 2017 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 Spoedreparatie in de Fiscale

Nadere informatie

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt.

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt. 33 955 Regeling voor Nederland en Curaçao tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en een woonplaatsfictie

Nadere informatie

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 34 323 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met enkele aanpassingen inzake de fiscale eenheid (Wet aanpassing fiscale eenheid) NOTA VAN WIJZIGING Het

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage.

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage. Bijlage 1: Algemeen Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage. 1 Bijlage 2: aandeelhouders Vul bijlage 2 in als het gaat om: een besloten vennootschap; een naamloze vennootschap

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 034 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met de implementatie van Richtlijn 2003/49/EG van de Raad van de Europese Unie van 3 juni

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage.

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage. Bijlage 1: Algemeen Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage. 1 Bijlage 2: aandeelhouders Vul bijlage 2 in als het gaat om: een besloten vennootschap; een naamloze vennootschap

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 29 034 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met de implementatie van Richtlijn 2003/49/EG van de Raad van de Europese Unie van 3 juni

Nadere informatie

BACHELOR THESIS. Wetsvoorstel compartimenteringsreserve. : Fiscale Economie. : Nick Alberts. Administratienummer : Datum : april 2014

BACHELOR THESIS. Wetsvoorstel compartimenteringsreserve. : Fiscale Economie. : Nick Alberts. Administratienummer : Datum : april 2014 BACHELOR THESIS Fiscale Economie Wetsvoorstel compartimenteringsreserve Naam: : Nick Alberts Studierichting : Fiscale Economie Administratienummer : 911562 Datum : april 2014 Examencommissie : Mr. G.C.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 709 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en van enige andere belastingwetten in verband met de fiscale begeleiding van de

Nadere informatie

Fiscale eenheid. Agenda. 4 juni dr. A. (Aad) Rozendal. Verlies verrekening. Entreeproblematiek. Bezitseis. Verlies verrekening.

Fiscale eenheid. Agenda. 4 juni dr. A. (Aad) Rozendal. Verlies verrekening. Entreeproblematiek. Bezitseis. Verlies verrekening. Fiscale eenheid 4 juni 2018 dr. A. (Aad) Rozendal Agenda Entreeproblematiek Verlies verrekening Entreeproblematiek Verlies verrekening Voordelen Resultatensaldering Interne rechtsverhoudingen onzichtbaar

Nadere informatie

!i2ji ]]] ]]] de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs

!i2ji ]]] ]]] de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs !i2ji ]]] ]]] de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen mr. drs. S.A.W.J. Strik voorzitter Commissie Wetsvoorstellen De Vaste Commissie voor Financiën van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 689 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 teneinde beleggingsinstellingen de mogelijkheid te bieden om vastgoed te ontwikkelen

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 1 juni 2011

No.W /III 's-gravenhage, 1 juni 2011 ... No.W06.11.0119/III 's-gravenhage, 1 juni 2011 Bij Kabinetsmissive van 12 april 2011, no.11.000950, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Financiën, bij de Afdeling advisering

Nadere informatie

Regime fiscale eenheid geraakt door uitspraak Hof van Justitie EU in zaak renteaftrekbeperking

Regime fiscale eenheid geraakt door uitspraak Hof van Justitie EU in zaak renteaftrekbeperking Jasper van Nes Advocaat Belastingadviseur Regime fiscale eenheid geraakt door uitspraak Hof van Justitie EU in zaak renteaftrekbeperking Belastingrecht 23 maart 2018 Rente op een geldlening voor de financiering

Nadere informatie

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2010

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2010 Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2010 Inleiding Participeren in het beleggingsobject Terra Vitalis kan gevolgen hebben voor uw belastingpositie

Nadere informatie

De flexibilisering van het B.V. recht

De flexibilisering van het B.V. recht Seminar De flexibilisering van het B.V. recht 6 juni 2012 Dagvoorzitter: Kees Goeman Sprekers: Dirk School Lisan Vermeer Govert Vorstenbosch Sirik Goeman 1 www.bgadvocaten.nl Bogaerts & Groenen advocaten

Nadere informatie

Bachelor Thesis. : Fiscale Economie. De wenselijkheid van de Wet compartimenteringsreserve. : Roxanne Kuijpers

Bachelor Thesis. : Fiscale Economie. De wenselijkheid van de Wet compartimenteringsreserve. : Roxanne Kuijpers Bachelor Thesis Fiscale Economie De wenselijkheid van de Wet compartimenteringsreserve Naam : Roxanne Kuijpers Studierichting : Fiscale Economie Administratienummer : 524518 Datum : april 2014 Examencommissie

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage

Bijlage 1: Algemeen. Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage Bijlage 1: Algemeen Indien deze bijlage niet voldoende is, maak dan een kopie van deze bijlage 1 Bijlage 2: Aandeelhouders Vul bijlage 2 in als het gaat om:» een besloten vennootschap;» een naamloze vennootschap

Nadere informatie

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd.

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd. Onderneemt u vanuit meerdere bv s, dan kan het fiscaal aantrekkelijk zijn om de bv s een fiscale eenheid te laten vormen. Zowel in de vennootschapsbelasting als in de omzetbelasting is een fiscale eenheid

Nadere informatie

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009 Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009 Inleiding Participeren in het beleggingsobject Terra Vitalis kan gevolgen hebben voor uw belastingpositie

Nadere informatie

HRo - Vennootschapsbelasting -- Deel 3

HRo - Vennootschapsbelasting -- Deel 3 Programma voor vandaag Verliesverrekening (art. 20) Handel in verlies BV s (art. 20a) Coöperatieregeling (art. 9-1-g en 9-2) Deelnemingsvrijstelling (art. 13) Liquidatieverlies Winstdrainage (artt. 10a,

Nadere informatie

Deelnemings vrij stelling

Deelnemings vrij stelling Deelnemings vrij stelling prof.mr.dr. P.G.H. Aïbert Sdu Uitgevers Den Haag Inhoudsopgave Voorwoord / Inleiding / Opzet van het boek / 5 1 Wettekst, wetsgeschiedenis en ratio van art. 13 Wet Vpb 1969 /

Nadere informatie

Vraag 1. Bereken het belastbare bedrag van Franses B.V. Vermeld tevens de van toepassing zijnde wetsartikelen.

Vraag 1. Bereken het belastbare bedrag van Franses B.V. Vermeld tevens de van toepassing zijnde wetsartikelen. Tentamen Vennootschapsbelasting 1, VP1VS2FE01 Opgave 1 Franses B.V. beschikt over de volgende gegevens over 2010: 1. Commercieel beginvermogen 400.000 2. Commercieel eindvermogen 550.000 3. Stille reserves

Nadere informatie

Collegeaantekeningen Belastingrecht 2 Week 2

Collegeaantekeningen Belastingrecht 2 Week 2 Collegeaantekeningen Belastingrecht 2 Week 2 2017-2018 Belastingrecht 2 - HC 3 13 september 2017 Deelnemingsvrijstelling (art. 13 Wet VPB) BV M (moedermaatschappij) heeft 100% aandelen in BV D (dochtermaatschappij).

Nadere informatie

De toepassing van het leerstuk van de onzakelijke lening op de ongebruikelijke terbeschikkingstelling

De toepassing van het leerstuk van de onzakelijke lening op de ongebruikelijke terbeschikkingstelling Erasmus Universiteit Rotterdam Erasmus School of Economics Bachelorscriptie NADRUK VERBODEN De toepassing van het leerstuk van de onzakelijke lening op de ongebruikelijke terbeschikkingstelling Naam Wopke

Nadere informatie

Dividendbelasting. Verzamelbesluit

Dividendbelasting. Verzamelbesluit Dividendbelasting. Verzamelbesluit 1 Dividendbelasting. Verzamelbesluit Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, Aspectgebied internationaal belastingrecht Besluit van 16 maart 2007,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012) Nr. 11 DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 25 oktober 2011

Nadere informatie

Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis?

Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis? Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis? Aan de hand van bepaalde transacties wordt binnen groepen van vennootschappen soms gepoogd om winsten te verschuiven naar de vennootschappen

Nadere informatie

ESJ Accountants & Belastingadviseurs

ESJ Accountants & Belastingadviseurs ESJ Accountants & Belastingadviseurs Financiële planningsmogelijkheden met aanmerkelijk belang bij emi- en remigratie Maurice de Clercq Inleiding - Aanmerkelijk belangheffing - 25% bij dividend, inkoop

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2014:8365

ECLI:NL:RBZWB:2014:8365 ECLI:NL:RBZWB:2014:8365 Instantie Datum uitspraak 27-11-2014 Datum publicatie 16-01-2015 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 13 _ 1357 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon. Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen

Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon. Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen 1 Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen Besluit van 3 april 2017, nr. 2017/116, De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 00 0 3 88 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 969 in verband met de invoering van een tussenregeling voor valutaresultaten op deelnemingen (Tussenregeling

Nadere informatie

Bachelorthesis. De tussenregeling valutaresultaten. Naam: Michiel van Gils Studentnummer: Universiteit van Tilburg

Bachelorthesis. De tussenregeling valutaresultaten. Naam: Michiel van Gils Studentnummer: Universiteit van Tilburg Bachelorthesis De tussenregeling valutaresultaten Naam: Michiel van Gils Studentnummer: 361228 Universiteit van Tilburg Inhoudsopgave Lijst van gebruikte afkortingen 2 Voorwoord 3 Hoofdstuk 1: Inleiding:

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 38087 7 juli 2017 Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon 3 april 2017 nr. 2017/116 Belastingdienst/Directie

Nadere informatie

$ 100,000 (2punten) Pand gebruik genot $ 417,500 50% $ 208,750 Boekwaarde $ 250,000 -/- 1 Hypotheek $ 100,000 +/+ 1.

$ 100,000 (2punten) Pand gebruik genot $ 417,500 50% $ 208,750 Boekwaarde $ 250,000 -/- 1 Hypotheek $ 100,000 +/+ 1. Opgave 1 Activa Fiscale Werkelijke Passiva Fiscale Werkelijke boekwaarde waarde boekwaarde waarde Alternatief per goed Bedrijfspand 250,000 350,000 Kapitaal 337,500 667,500 getal 2 (x3) Voorraad 200,000

Nadere informatie

Hoe in 2017 optimaal geld uit uw BV halen? DEEL 9 DEEL 9. Lenen van de BV

Hoe in 2017 optimaal geld uit uw BV halen? DEEL 9 DEEL 9. Lenen van de BV Hoe in 2017 optimaal geld uit uw BV halen? DEEL 9 DEEL 9 Lenen van de BV HOOFDSTUK 1: BEGRIP Wat bedoelen we hier met lenen? Met lenen bedoelen we, dat u geld of andere goederen ter beschikking krijgt

Nadere informatie

Besluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland

Besluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland Besluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van PM; Gelet op artikel 37 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen

Nadere informatie

Toekomst van de fiscale beleggingsinstelling

Toekomst van de fiscale beleggingsinstelling Toekomst van de fiscale beleggingsinstelling De eis van gelijke winstverdeling in het huidige klimaat (van de effectenbeleggingsinstelling) 18 april 2012 Marc Steinbusch For institutional investors 1 Fiscale

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa

Nadere informatie

Deze examenopgave bestaat uit 6 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 2 opgaven en omvat 12 vragen

Deze examenopgave bestaat uit 6 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 2 opgaven en omvat 12 vragen SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave Fiscale jaarrekening Maandag 27 juni 2016 9.00-11.30 uur Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 6 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat

Nadere informatie

Curaçaos fiscaal vestigingsklimaat Fiscaal aantrekkelijke investeringslichamen en regelingen

Curaçaos fiscaal vestigingsklimaat Fiscaal aantrekkelijke investeringslichamen en regelingen Curaçaos fiscaal vestigingsklimaat Fiscaal aantrekkelijke investeringslichamen en regelingen Auteurs: V.L.M. Bonifacio-Pieters MSc en J.J. Job MSc 1 Behalve voor het zonnige weer, de uitgestrekte zandstranden,

Nadere informatie

Geld geleend van de eigen vennootschap? Mogelijk dubbele heffing door nieuwe wetgeving! CROP.NL

Geld geleend van de eigen vennootschap? Mogelijk dubbele heffing door nieuwe wetgeving! CROP.NL Geld geleend van de eigen vennootschap? Mogelijk dubbele heffing door nieuwe wetgeving! Belastingdienst gaat bovenmatig lenen bij eigen vennootschap aanpakken. Inleiding De Belastingdienst stelt de laatste

Nadere informatie

NEDERBELGENMAIL DECEMBER 2017

NEDERBELGENMAIL DECEMBER 2017 In deze Nederbelgenmail brengen wij u op de hoogte van wat het ondernemen in Nederland voor Belgische inwoners aantrekkelijk maakt, kapitaalvermindering en DBI aftrek. De inhoud van deze mail is louter

Nadere informatie

JJJ. de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs

JJJ. de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs JJJ JJJ de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Aan de Vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer der Staten-Generaal mr. R.F. Berck Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Amsterdam, 7 oktober 2008

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 21 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 21 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 6 F E B 2013 Kenmerk: DGB 2013-384 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/00280) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 4 december 2012, nr. 11/00501, X inzake

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa Handelsdebiteuren 1.624

Nadere informatie

Belastingplan Bram Faber 20 september 2017

Belastingplan Bram Faber 20 september 2017 Prinsjesdagontbijt 2017 Belastingplan 2018 Bram Faber 20 september 2017 Inhoud: Ontwikkelingen in 2017? Wat zijn de voorstellen uit het Belastingplan? Inhoud: Ontwikkelingen in 2017? Wat zijn de voorstellen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 533 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enkele andere belastingwetten in verband met de introductie van een regeling voor

Nadere informatie

Kort Nieuws. Met name uit Nederland. Grensoverschrijdende inbreng in een BV: Eeuwigdurend geconserveerd bedrag mag Hoge Raad, 13 december 2013

Kort Nieuws. Met name uit Nederland. Grensoverschrijdende inbreng in een BV: Eeuwigdurend geconserveerd bedrag mag Hoge Raad, 13 december 2013 Kort Nieuws Met name uit Nederland Grensoverschrijdende inbreng in een BV: Eeuwigdurend geconserveerd bedrag mag Hoge Raad, 13 december 2013 De Nederlandse belastingwetgeving geeft de mogelijkheid om een

Nadere informatie

Fiscale aandachtspunten bij de structurering van Investeringsfondsen

Fiscale aandachtspunten bij de structurering van Investeringsfondsen Fiscale aandachtspunten bij de structurering van Investeringsfondsen 1. Inleiding In dit memorandum gaan wij in op een aantal fiscale aspecten die een rol kunnen spelen bij het opzetten van een (particulier)

Nadere informatie

SRA-Praktijkhandreiking. Spoedreparatie fiscale eenheid vennootschapsbelasting

SRA-Praktijkhandreiking. Spoedreparatie fiscale eenheid vennootschapsbelasting SRA-Praktijkhandreiking Spoedreparatie fiscale eenheid vennootschapsbelasting Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 2 Verloop en historie... 4 3 Hoofdlijn... 5 3.1 Terugwerkende kracht naar 1 januari 2018... 5

Nadere informatie

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling. SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave FISCALE JAARREKENING WOENSDAG 9 MAART 2015 11.00-13.30 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat

Nadere informatie

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM met betrekking tot de Gecombineerde Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders (de"vergadering") van Insinger de Beaufort Umbrella Fund N.V. (de "Vennootschap")

Nadere informatie

Buitenlandse belastingplicht en het Wetsvoorstel inhoudingsplicht houdstercoöperatie

Buitenlandse belastingplicht en het Wetsvoorstel inhoudingsplicht houdstercoöperatie Buitenlandse belastingplicht en het Wetsvoorstel inhoudingsplicht houdstercoöperatie Verslaglegger: mw. M. (Megan) Ruigrok LLM en mw. L.M.A. (Lynn) van den Berg LLM Spreker: H.O.A. (Harald) van Dobbenburgh

Nadere informatie

Fiscale eenheid. Impact spoedmaatregelen. Agenda. februari dr. A. Rozendal. Toepassing art. 10a. Toepassing art. 20a.

Fiscale eenheid. Impact spoedmaatregelen. Agenda. februari dr. A. Rozendal. Toepassing art. 10a. Toepassing art. 20a. Fiscale eenheid Impact spoedmaatregelen februari 2019 dr. A. Rozendal 1 Agenda Inleiding Toepassing art. 10a Toepassing art. 20a 2 Inleiding Toepassing art. 10a Toepassing art. 20a 3 Inleiding Voordelen

Nadere informatie

De Fairness Tax: nieuwe minimumbelasting voor grote vennootschappen?

De Fairness Tax: nieuwe minimumbelasting voor grote vennootschappen? De Fairness Tax: nieuwe minimumbelasting voor grote vennootschappen? Op 30 juli 2013 werd de wet houdende diverse bepalingen omtrent de nieuwe fiscale maatregelen in het kader van de begrotingscontrole

Nadere informatie

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Geldend op 24-07-2009 - Besluit van 27 maart 2001; CPP 2001/366M De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens de staatssecretaris

Nadere informatie

Erasmus School of Economics Masterthesis. Compartimentering onder belastingverdragen

Erasmus School of Economics Masterthesis. Compartimentering onder belastingverdragen ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM Erasmus School of Economics Masterthesis Nadruk verboden Compartimentering onder belastingverdragen Naam student: S. Saboor Studentnummer: 324871 Scriptiebegeleider: Prof.

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 7 september 2015

No.W /III 's-gravenhage, 7 september 2015 ... No.W06.15.0279/III 's-gravenhage, 7 september 2015 Bij Kabinetsmissive van 31 augustus 2015, no.2015001437, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Financiën, bij de Afdeling advisering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 696 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 met het oog op het tegengaan van uitholling van de belastinggrondslag en het versterken

Nadere informatie

ESJ Accountants & Belastingadviseurs

ESJ Accountants & Belastingadviseurs ESJ Accountants & Belastingadviseurs De eigen bijdrage in de AWBZ: Vermogensbescherming zonder te schenken Maurice De Clercq & Harjit Singh Juni 2013 Programma Inleiding Belastingdruk bij eigen bijdrage

Nadere informatie

Bachelor Thesis "Deelnemingsvrijstelling"

Bachelor Thesis Deelnemingsvrijstelling Bachelor Thesis "Deelnemingsvrijstelling" ''De causaliteit van een voordeel met een deelneming'' Naam : Evelyn Lammers Studierichting : Fiscale Economie Administratienummer : 995006 Datum : 21 April 2014

Nadere informatie

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen omvat 3 opgaven

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen omvat 3 opgaven SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave FISCALE JAARREKENING WOENSDAG 7 OKTOBER 2015 11.00-13.30 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen omvat

Nadere informatie

Wet op de dividendbelasting 1965

Wet op de dividendbelasting 1965 Wet op de dividendbelasting 1965 Wet van 23 december 1965, houdende vervanging van het Besluit op de Dividendbelasting 1941 door een nieuwe wettelijke regeling, laatstelijk gewijzigd bij Stb. 2009, 611

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 54139 11 oktober 2018 Vennootschapsbelasting. Subjectieve vrijstelling voor stichtingen en verenigingen (artikel 6 van

Nadere informatie

Definitief aangiftebiljet winstbelasting 2010

Definitief aangiftebiljet winstbelasting 2010 Definitief aangiftebiljet winstbelasting 2010 Kalenderjaar 2010 of boekjaar eindigend in 2010 Uiterste inleverdatum: Terugontvangst: Dit aangiftebiljet is bestemd voor: Binnenlandse belastingplichtigen.

Nadere informatie

Gevraagd 1. Wat is het fiscale gevolg voor Manager BV van de liquidatie van IJzerwerken BV?

Gevraagd 1. Wat is het fiscale gevolg voor Manager BV van de liquidatie van IJzerwerken BV? Oefententamen VPB (2) BLR4.2 FACBLR0142/8342/9042 jan 2010 Vraagstuk 1 Manager BV heeft in 2002 een tweetal deelnemingen aangeschaft, te weten Betonwerken BV en IJzerwerken BV. Voor Betonwerken BV betaalde

Nadere informatie

Wet werken aan winst in Staatsblad

Wet werken aan winst in Staatsblad Wet werken aan winst in Staatsblad De Wet werken aan winst is op 12 december 2006 in het Staatsblad gepubliceerd. Dit betekent dat de meeste wijzigingen ingevolge deze wet op 1 januari 2007 in werking

Nadere informatie