STENOGRAFISCHE NOTULEN VAN DE PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Transcriptie

1 STENOGRAFISCHE NOTULEN VAN DE PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015

2

3 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 De vergadering wordt geopend te uur. Provinciegriffier is aanwezig. Tekenden de aanwezigheidslijst: Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw AVONTROODT Yolande BAETEN Els BAYRAKTAR Aysel BELLENS Peter BOCKX Greet BOLLEN Ivo BOONEN Nicole BUNGENEERS Luc BWATU NKAYA Annie CAALS Tom CALUWÉ Ludwig CLAESSEN Jan COLSON Mireille CORLUY Bert COTTENIE Christ'l CUYT Rony DE COCK Koen DE HAES Jan DE HERT Vera DILLEN Koen FEYAERTS Patrick GEUDENS Frank GEYSEN Kris GIELEN Pascale GODDEN Jürgen GOOSSENS Kris HELSEN Koen HENDRICKX Iefke HENS Werner HUIJBRECHTS Jan JACQUES Ilse JANSSEN Patrick JANSSENS Eric KERREMANS Koen LEMMENS Luk MARCIPONT Daniël MEEUS Michel MERCKX Kris MICHIELSEN Inge 193

4 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw Mevrouw MINNEN Herman MOREAU Livia MUYSHONDT Tine NAERT Nicole PALINCKX Koen PEETERS Bruno PEETERS Marleen RÖTTGER Rik SCHOOFS Hans SELS Frank STEVENS Lili THIJS Danny UGURLU Sener VAN CLEEMPUT Loes VAN EETVELT Roel VAN GOOL Greet VAN HAUTEGHEM Marleen VAN HOFFELEN Karin VAN HOVE Bart VAN HOVE Katleen VAN LANGENDONCK Gerda VAN NECK Daniëlle VAN OLMEN Mien VANALME An VANDENDRIESSCHE Diederik VERHAERT Inga VERHAEVEN Eddy VERLINDEN Linda VOLLEBERGH Steven WECKHUYSEN Wendy WILLEKENS Tim ZANDER Jan Verontschuldigd: Mevrouw de GOUVERNEUR en mevrouw BRADT Sofie. 194

5 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 De raad is bijeen in openbare vergadering. OPENBARE VERGADERING Financiën: VOORZITTER.- Van Eetvelt heeft het woord. VAN EETVELT.- Dank u wel, voorzitter. Beste collega raadsleden, U herinnert zich misschien nog dat ik een tijd geleden in deze raad ben opgekomen voor collega Merckx. Ik zal nu vandaag opkomen voor de bestuursmeerderheid. Ik erken dat jullie moeten werken in zeer moeilijke omstandigheden. Jullie worden geconfronteerd met een hogere overheid die autonoom beslissingen neemt met verregaande effecten voor dit bestuur. Jullie worden geconfronteerd met een bonte mix van coalitiepartners, maar dat hebben jullie wel zelf gekozen. Jullie worden geconfronteerd met het huidig financieel-economisch klimaat, waarbij zoals al een aantal keren werd gezegd de gouden jaren voorbij zijn. Ik merk dat jullie een echt oprecht engagement tonen voor deze provincie om die te beheren als een goede huisvader, ook op het vlak van het budget. Ik merk dat de bekommernissen die jullie hebben ten opzichte van de problematieken waar het personeel mee wordt geconfronteerd oprecht ter harte te nemen. Ik merk echt wel dat jullie streven naar een goed bestuur. Ik wil in het bijzonder graag eens opkomen voor de N-VA, omdat zij toch ondertussen na drie jaar wel hebben bewezen echt een bestuurspartij te kunnen zijn, tot spijt van wie het benijdt. Ik denk dat er zeker in het begin nog een aantal mensen lacherig deden over die N-VA die hier wel eens iets gingen laten zien. Maar ik denk dat ze toch wel echt hebben bewezen dat ze een bestuurspartij zijn. U merkt het, ik heb een zekere appreciatie voor elke partij, maar in het bijzonder vandaag voor de N-VA. Niet omdat ze de helft van ons programma hebben overgenomen, of een kwart van onze mensen, maar serieus dan, omwille van de fameuze kracht van verandering. Op inhoudelijk vlak bijvoorbeeld kan ik mij natuurlijk volmondig scharen achter een grondige sanering van de overheidsfinanciën, verlaging van de belastingdruk in het bijzonder door het afbouwen van het overheidsbeslag ten voordele van de vrije markt. Natuurlijk sta ik ook achter het standpunt waar jullie voorstander zijn van de afschaffing van de provincies als politiek bestuursniveau. Ik apprecieer niet enkel jullie kracht van verandering op inhoudelijk vlak, maar ook als stijl. Ik verwachtte een vernieuwende politiek met grote autonomie voor individuele raadsleden. Ik verwachtte kritisch standpunten. Ik verwacht een partij die niet vastgeroest is in het politieke meerderheids- en minderheidsdenken. Of misschien, zoals jullie zelf graag horen, Vlaamse leeuwen voorzien van een goed stel klauwen. Of, zoals jullie zelf omschrijven op jullie website: rechtlijnige politici die doen wat ze zeggen en woord houden. 195

6 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Ik ben wel teleurgesteld, eerst en vooral op het laatste vlak, dus op het vlak van de stijl. Ik moet merken dat het bijzonder stil is op de N-VA banken. Het is natuurlijk niet moeilijk om woord te houden als je niets zegt. Als ik dan kijk naar de enige politieke tussenkomst van de N-VA raadsleden van eergisteren, dan is het collega De Herdt die fier komt vertellen dat het personeelsbestand in de provincie is toegenomen. Dat lijkt mij dan wel in strijd te zijn met jullie inhoudelijk standpunt aangaande de sanering van overheidsfinanciën en het afbouwen van het politieke bestuursniveau van de provincie. In navolging van jullie fractieleider lijken jullie nu te zeggen mijn naam is haas. Ik wil graag een bijzondere vermelding maken voor collega Eric Janssens die gisteren wel degelijk een kritische tussenkomst hield. Ik ben niet enkel teleurgesteld op het stijlvlak, ook op het inhoudelijk vlak. De zo beloofde verandering daar merk ik vandaag nog weinig van. Als ik kijk t.o.v. de vorige legislaturen werd er bij de toelichting enkel gezegd: er wordt wat patrimonium verkocht dat niet gebruikt wordt of waar geen invulling voor was. Verandering t.o.v. andere provinciebesturen merk ik al helemaal niet. Het is nochtans hier in Antwerpen, als ik mij niet vergis, de enige provincie waar N-VA in de meerderheid zit. Ik ben des te meer teleurgesteld omdat gestelde moeilijke omstandigheden ook gepaard gaan met een uitzonderlijk momentum. Ik vind dan dat er te weinig ambitie wordt getoond, niet in het creëren van nieuw beleid, maar, naast de oefening van wat moet nu Vlaams gebeuren, wat moet nu op provinciaal niveau gebeuren, wat moet nu op het vlak van gemeenten en steden gebeuren, een veel te beperkte oefening gebeurd om te kijken of de taken die worden uitgevoerd of het gevoerde beleid op zich wel een overheidstaak is. De must be nice to have retoriek van fractieleider De Haes blijft, naar mijn mening, te vaak dode letter en daarbij kan ik in het bijzonder focussen op de oeverloze stroom van subsidies die uit het provinciehuis vertrekt. Ik kom tot mijn vragen, en die zijn zeer concreet. Waarin is het politieke zelfgekozen beleid van deze bestuursmeerderheid, in het bijzonder met betrekking tot financiën, anders dan dat van vorige? Waarin is het politieke zelfgekozen beleid van deze bestuursmeerderheid, in het bijzonder met betrekking tot financiën, anders dan dat van andere provincies? Zal er een verregaande denkoefening worden gevoerd aangaande overheidsnoodzakelijkheid en wenselijkheid van het gevoerde beleid, in het bijzonder met betrekking tot de subsidies zoals deze worden uitgekeerd? Ik dank u. VOORZITTER.- Caluwé heeft het woord. CALUWÉ, gedeputeerde.- Ik dank collega Van Eetvelt voor zijn tussenkomst, vooral voor het eerste gedeelte. Wat zijn vragen betreft: in welke mate is dit beleid anders dan het beleid dat in de voorbije 18 jaar mee door de open vld is gevoerd? Ik denk dat wij ernstige besparingen 196

7 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 hebben doorgevoerd. Uiteraard ten gevolge van maatregelen die op een ander niveau hebben plaatsgevonden. Maar wij hebben dat gedaan zonder de belastingen te verhogen, terwijl in het verleden dat wel gebeurde op het moment dat er vanuit Vlaanderen bepaalde maatregelen kwamen. Het toenmalig bestuursniveau heeft er toen wel voor gekozen om belastingen te verhogen. Het is juist, en ik vind het ook goed, dat ook de andere provincies dat gedaan hebben. Wat dat betreft volgen wij dezelfde lijn als de vier andere provincies. De inleiding tot de derde vraag is mij even ontgaan. VAN EETVELT.- Mijn derde vraag was: zal er een verregaande denkoefening worden gevoerd, en daarna ook ten uitvoer worden gebracht, aangaande overheidsnoodzakelijkheid en wenselijkheid van het gevoerde beleid, in het bijzonder met betrekking tot de subsidies zoals deze worden uitgekeerd? CALUWÉ, gedeputeerde.- Wij hebben een bestuursakkoord gesloten, en wij voeren dat bestuursakkoord uit. VOORZITTER.- Helsen heeft het woord. HELSEN.- Voorzitter, collega s, De laatste vraag van collega Van Eetvelt wordt nogal snel afgescheept vind ik, gedeputeerde. De vraag was: gebeurt er een denkoefening nog in zaken die nu toch wel heel actueel zijn met hetgeen er op touw staat met het besluit van de regering, en de oefening die moet gebeuren tegen Ik denk dat daar toch een iets uitvoeriger antwoord en een visie mag op komen dan u nu weergeeft. Ik denk dat daar wel mag over nagedacht worden volgend jaar. Daar moet over nagedacht worden, en dan horen die subsidies daar ook bij. Absoluut. VOORZITTER.- Lemmens heeft het woord. LEMMENS, gedeputeerde.- Mijnheer Helsen, dank zij uw goede en heel sympathieke collega, mevrouw Michielsen, is mij een document overhandigd gisteren dat blijkbaar nog op ons intranet staat. Dat gaat over een hele denkoefening uit de periode dat u hier nog gedeputeerde was, en uw partij nog mee in de meerderheid zat. Waar dat honderden mensen binnen dit bestuur bezig zijn geweest met een denkoefening hoe dat men de subsidies ging herbekijken. Die is on hold gezet. Maar dat heeft wel enorm veel energie gekost. Is daar iets van uitgekomen? Nee, u hebt er veel energie in gestoken, maar er is niets mee gebeurd. Wat hebben wij gedaan? Wij hebben binnen onze dienst Cultuur bijvoorbeeld heel de subsidiëring herbekeken. Die hebben we geoptimaliseerd. 60% van die subsidiëring gaat nu digitaal, en we hebben heel veel subsidies afgeschaft. Daar hebt u met uw partij 20 jaar de tijd voor gehad, maar u hebt er niets aan gedaan. 197

8 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN VOORZITTER.- Van Eetvelt heeft het woord. VAN EETVELT.- Om dan terug te komen op de vraag, begrijp ik dat er geen verdere uitvoering meer zal gebeuren met betrekking tot de afbouw van subsidies zoals die vandaag bestaan, zowel in aantal als in budgettaire omvang. CALUWÉ, gedeputeerde.- Ik heb gisteren één subsidie gehoord die de open vld wil afschaffen. Welke wil de open vld nog allemaal afschaffen? VAN EETVELT.- We kunnen het bedrag ook inperken bijvoorbeeld. Ik denk dat er zowel vanuit onze fractie als zelfs vanuit sommige raadsleden van de meerderheid, toch in de commissies regelmatig opmerkingen worden gemaakt van: is dit niet een vrij hoog bedrag, of moeten wij dit wel subsidiëren, valt dit wel onder waar wij als provincie achter moeten staan? Ik verwijs ook naar de tussenkomst van collega Janssens van gisteren die daar toch ook opriep: moeten we dat wel allemaal in deze mate subsidiëren, kunnen we daar niet kijken naar een meer gedragen financiering op een aantal vlakken? Dus ik denk dat er daar toch wel mogelijkheden zijn, of alvast wijzen naar mogelijkheden, om buiten misschien een symbolische subsidie zoals die gisteren is besproken af te schaffen ook nog gewoon in de reguliere subsidies daar een kleiner bedrag in de toekomst toe te kennen. CALUWÉ, gedeputeerde.- Wij hebben één nieuwe subsidie voor het komende jaar. Dat is dat we voor de viering van 400 jaar rechtbank in Mechelen een subsidie voorzien van EUR. We zullen burgemeester Somers laten weten dat het niet doorgaat. VOORZITTER.- Helsen heeft het woord. HELSEN.- Voorzitter, collega s, Ik denk niet dat ik hier verwijzingen moet aanhoren naar een document op het intranet. De vorige legislatuur is daar ook 6 jaar naar best vermogen, mijnheer Lemmens, nagedacht over de subsidies en over het beleid. Daar is daar in die periode ook over nagedacht. U mag het vragen aan uw collega s. Ik heb trouwens toen een vzw afgeschaft, hetgeen ik nu de afgelopen drie jaar nog niet gezien heb. Integendeel, er zijn alleen maar structuren bijgekomen. De verrommeling in onze provincie is er ook op vermeerderd. VOORZITTER.- De Haes heeft het woord. DE HAES.- De vragen gingen over het verschil tegenover de vorige. Wel, we zijn toch begonnen met operatie. Dat was tegenover de vorige een verschil. Ik denk dat wij absoluut niet op zoek zijn naar nieuwe taken zoals bijvoorbeeld in Vlaams Brabant waar 198

9 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 men toch zichzelf werk wil geven met het oproepen tot beroepen aantekenen, en dergelijke. Dat is job zoeken. VOORZITTER.- Van Eetvelt heeft het woord. VAN EETVELT.- Eerst even over dat laatste: dat zijn natuurlijk geen nieuwe taken, dat zijn taken die toebedeeld zijn. Dat zijn wettelijke taken. Dat er promotie over gemaakt wordt door bepaalde partijen dat is aan die partijen natuurlijk. Maar ik zou even willen terugkomen op het subsidievraagstuk. Er werd gisteren gezegd over de tussenkomst van onze partij dat de meerderheid teleurgesteld was in die tussenkomst. Dat is in het verleden bij een tussenkomst bij mij ook al wel eens gebeurd. Ik betreur het antwoord van mijn oprechte vraag. Ik heb toch zeker in het begin van mijn tussenkomst ook met oprechte bloemen gegooid. Ik heb erkend dat jullie in moeilijke omstandigheden werken. Het is niet omdat ik er daarna een kritischer deel heb aangeplakt dat het eerste deel niet gemeend is. Ik vind het dan ook echt jammer dat op een subsidievraagstuk, waar toch zeker de N-VA volgens mij ook gevoelig voor is en waar dat we zeker in mekaars verlengde kunnen liggen, wordt geantwoord dat we subsidies voor de open vld-steden gaan afpakken. Dat vind ik een beetje jammer. LEMMENS, gedeputeerde.- Ik wil nog één ding zeggen over de subsidies. Ik heb binnen mijn diensten Cultuur in elk geval de intergemeentelijke subsidies die naar culturele verenigingen gaan geobjectiveerd met een commissie die daar advies over geeft en die wij volgen. Ik denk dat dit een vernieuwing was. Dat hebben wij gedaan. Wel, als u vraagt of er een verandering is, is dat een van de veranderingen die gebeurd is. Subsidies is altijd een raar verhaal. Mijnheer Caals heeft mij gisteren hier aangevallen over het feit dat budget in de subsidies naar de scholen verminderd is. Toen hebben we gezegd dat we er op een andere manier mee omgaan en dat we dat budget gingen verminderen. Dat is verminderd, maar we bereiken veel meer mensen. Ik denk dat dit ook de verandering is die we hier willen in brengen. VOORZITTER.- Röttger heeft het woord. RÖTTGER, gedeputeerde.- Mijnheer Van Eetvelt, ik begrijp het soms ook niet goed meer hoor. Ik ken de burgerbegrotingen die hier in Antwerpen geroemd wordt. Ik denk dat een burgerbegroting betekent dat je mensen kansen geeft om te participeren in beleid. Dat je niet alles als overheid zelf doet. Dus lijkt het mij ook niet onlogisch dat je daar subsidies voor nodig hebt. In mijn geval gaan we werken rond klimaat. Ik ga u dat volgende week proberen duidelijk te maken. Ik zal mijn subsidies verhogen omdat ik meer burgers wil engageren om mee zijn schouders te zetten onder dat beleid. Dus dat is hier een prachtige burgerbegroting van de provincie Antwerpen. Ik snap niet waarom dat u daar tegen bent. 199

10 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN VOORZITTER.- Caals heeft het woord. CAALS.- Zonder het debat van gisteren en eergisteren terug te openen, mijnheer Lemmens, wil ik nog even zeggen dat het absurd is om te discussiëren hier over dé subsidies. Over welke subsidies hebben we het? LEMMENS antwoordt onverstaanbaar. CAALS.- Gedeputeerde, ik mag reageren op het debat. Het gaat niet altijd over u. De subsidies bespreken is gewoon absurd, collega s. Want zijn het dé subsidies over welzijn, zijn het dé subsidies sociale economie, dé subsidies aan VOKA? Over welke subsidies gaat het? Ik ben veel meer geïnteresseerd in het antwoord van gedeputeerde Caluwé over die belastingverhoging. Over welke belastingverhoging hebt u het, mijnheer Caluwé? U zegt: wij zijn anders, want vorige keer zijn de belastingen verhoogd. Over welke verhoging hebt u het? CALUWÉ, gedeputeerde.- Ik heb het over een beslissing van 2001 op het ogenblik dat Vlaanderen toen een ingreep deed in het Provinciefonds. Op dat ogenblik hebben alle provincies, ook Antwerpen, de belastingen verhoogd. VOORZITTER.- Helsen heeft het woord. HELSEN.- Ik wil het debat niet eindeloos blijven voeren, maar ik vind het niet correct, gedeputeerde. U zegt dat u meer doet met minder middelen. Dat is perfect. Dat is goed als je daar hetzelfde mee bereikt, maar daar kunnen we over discussiëren. Maar de vraag die collega Caals hier heeft gesteld is: waarom staat hetzelfde budget dan nog ingeschreven in de meerjarenplanning? Ik vind dat we met die meerjarenplanning nu wel een loopje nemen. Ik weet dat je het allemaal niet tot de laatste euro kan inschrijven, maar ik vond de vraag van collega Caals wel terecht. Ik vind ook mijn vraag nog altijd terecht. Waarom houdt u geen rekening met een beslissing van de regering in uw meerjarenplanning? VOORZITTER.- Bellens heeft het woord. BELLENS, gedeputeerde.- Nog even over de subsidies, mijnheer Van Eetvelt. Wat Welzijn betreft is het een uitdrukkelijke opdracht dat in het decreet staat van 1 januari 2014 dat de provincie impulssubsidies zou geven aan sectoren, lokale besturen of organisaties, precies om vernieuwend te kunnen optreden in het terrein. Daar hebben wij inderdaad hard op ingezet. Dat zullen wij ook blijven doen zolang dat wij dat kunnen. 200

11 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord. Mevrouw MICHIELSEN.- Ik zou iets willen aanbrengen bij iets wat collega Helsen daarjuist gevraagd heeft. De vraag is waarom dat er nu in de meerjarenbegroting rekening wordt gehouden alsof dat het Vlaams regeerakkoord nog niet uitgevoerd is. Dus nog de lopende gang van zaken, als ik het even zo naïef mag stellen. Onze fractie heeft al gesproken over de leninglasten die op dit moment in de meerjarenbegroting voorzien worden. Die leninglasten gaan naar een grootte in orde van tussen de 40 en 50 miljoen per jaar, tegenover een werkingsbudget van 200 miljoen per jaar. Ik vermoed, maar ik heb dat nog niet van jullie gehoord, dat jullie toch tenminste al een oefening hebben gemaakt wat het zou kunnen geven als straks het Vlaams regeerakkoord wordt uitgevoerd en dat wij inderdaad vanuit Vlaanderen beperkt gaan worden in werkingsmiddelen, waardoor de verhouding leninglasten ten opzichte van werkingskosten in de lopende gang van zaken helemaal anders gaat worden. De verhouding van leninglasten die gaan blijven bij de provincie wat er ook gebeurt, en een nieuw budget zonder Cultuur, zonder Welzijn, zonder Jeugd, zonder Sport gaat veel kleiner zijn. Die ratio, dat verschil, die verhouding gaat meer doorwegen. De leninglasten gaan vermoedelijk in dat scenario meer doorwegen. Dat is onze bezorgdheid. Ik vermoed, en zou versteld staan van het tegendeel, dat jullie die oefening toch ook al gedaan hebben. Hebben jullie ze al gedaan? Is dat mogelijk om daar ook eens presentatie over te krijgen. CALUWÉ, gedeputeerde.- Ik ga nog eens uitleggen dat wij alleen maar een ontwerp van decreet hebben waarin geen cijfers zijn ingevuld. Ik heb uitgelegd dat daar vier onbekenden in staan. Ik weet uit mijn collegetijd dat om vier onbekenden te kunnen invullen je vier vergelijkingen nodig hebt, en je hebt maar één ontwerp van decreet. Daar staat maar één vergelijking in. Met andere woorden, ik heb daar geen oplossing voor. Ik heb geen cijfers, dus ik kan geen veronderstellingen doen. VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord. Mevrouw MICHIELSEN.- Excuseer dat ik daar wil op ingaan. Ik geloof dat niet. Ik ga niet mee in dat verhaal. Het kan zijn dat er onbekenden zijn. Natuurlijk zijn er onbekenden. Maar een beleidspersoon, personen in jullie functie moeten ook vooruit kijken. Jullie moeten ook rekening houden met onvoorziene scenario s. Ik vermoed dat jullie toch zeker al financiële oefeningen hebben gedaan en tot dezelfde conclusie zijn gekomen dan een gewoon raadslid dat leest in de stukken en vaststelt: we zitten met een leningslast van tussen de 40 en 50 miljoen per jaar waarbij dat de werkingsmiddelen, als we daar cultuur, jeugd, welzijn en sport uithalen gaat dat dan 30 à 40 miljoen minder zijn. Die ratio gaat volledig uit evenwicht gaan. Dan moeten jullie misschien toch ook al denken: wat als? Wat als dat gebeurt? Dan gaan we die of die dingen doen. 201

12 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Ik hoor dat allemaal graag dat we niet naar een belastingverhoging moeten, maar misschien moet dat dan wel. Jullie hebben daar ook de middelen voor om die dingen te onderzoeken. Wij zijn geïnteresseerde raadsleden om die informatie ook te hebben. VOORZITTER.- Lemmens heeft het woord. LEMMENS, gedeputeerde.- Mevrouw Michielsen, voor de laatste keer, maar ik denk dat we het u niet gaan kunnen doen begrijpen, maar wij hebben momenteel dat kader nog niet, zoals collega Caluwé heel duidelijk zegt. Vanaf het moment dat wij de juiste cijfergegevens gaan hebben zullen wij uiteraard die oefening doen. Maar momenteel hebben wij die gegevens niet. Het is correct: er zijn teveel onbekenden om dat op een correcte manier te doen. VOORZITTER.- Mevrouw Michielsen heeft het woord. Mevrouw MICHIELSEN.- Dit is het laatste wat ik ga zeggen, toch in deze materie. Daarom is het zo n risico om die leninglasten zo hoog te leggen voor de komende jaren. VOORZITTER.- Van Eetvelt heeft het woord. VAN EETVELT.- Voor mij nog een kleine afronding in reactie op collega Caals en gedeputeerden Röttger en Bellens, en ter aanvulling van gedeputeerde Lemmens. Ik wil zeker niet alle subsidies op één hoop gooien. Dat was ook mijn bedoeling niet. Het was enkel mijn bedoeling om de denkoefening aan te wakkeren, en ter ondersteuning van u, gedeputeerde Lemmens, om de oefening die op Cultuur gedaan is verder te zetten en die intensiever te voeren in het bijzonder op de andere beleidsvlakken. Ik werp u daar nogmaals een bloem. Ik hoop dat u er wat mee doet, dat u ze in mooi water zet en dat er nog vele bloemen bij groeien, en dat ze niet gaat verwelken. Logistiek en infrastructuur: VOORZITTER.- Mevrouw Muyshondt heeft het woord. Mevrouw MUYSHONDT.- Geachte voorzitter, leden dan de deputatie, collega s, Net 25 minuten geleden waande ik mij in Brussel: lege banken en iemand komt daar iets vertellen. U, mijnheer Van Eetvelt, had een beetje pech dat er zo weinig mensen aanwezig waren, maar dat zien we vaker. Maar nadien ontstaat er een pittig debat waarvan ik ook collega s heb die daar heel erg van houden. Hetgeen ik hier ga brengen gaat niet leiden tot een hevig debat. Ik ga het op een paar minuutjes proberen te zeggen. Ik ben zelfs zo vrij geweest om de ICT-verantwoordelijke te vragen om de slide van mijnheer Caluwé van gisteren terug boven te halen, want daar gaat het uiteindelijk om. 202

13 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 Wij hebben net nog maar horen zeggen dat er geen definitieve afspraken zijn. Eigenlijk gaan mijn twee vragen erover omdat ik lid ben van de commissie Financiën en Logistiek en Patrimonium. Wij steunen al deze projecten. Jullie hebben als deputatie gekozen om ermee door te gaan. Wij steunen dit, maar ik zou toch graag enkele vragen willen stellen die je meeneemt in de gesprekken. We horen hier de voorbije dagen zeggen dat we met werkgroepen bijeen komen. Ik denk dat dit nu weer zal uitgesteld worden tot na de feestdagen. Maar het zal niet blijven bij een vergadering. Er zal nog heel wat moeten bijeengekomen worden. Maar dat men toch een klein beetje, zoals ik al eerder opgeroepen had, de provincies met respect behandelt, dat met zorg elk dossier zal behandeld worden, dat we ook dit met zorg kunnen verder afwerken. Mijn vragen zijn dan: Gaan onze diensten dit afwerken? Want dit gaat niet gerealiseerd zijn op 1/1/2017. Wat gebeurt er dan met die overdracht? Gaan ons mensen blijven werken aan die werven, want het zijn uiteindelijk allemaal bouwwerven? Wordt dan de verdere afwerking van 1/1/2017 betaald door de provincie, of betaald door de overnemende overheid, hetzij een gemeente, hetzij de Vlaamse regering? Dat zijn vragen die ik echt zou willen dat u die meeneemt, want dat houdt ons toch bezig. VOORZITTER.- Caluwé heeft het woord. CALUWÉ, gedeputeerde.- Ik dank mevrouw Muyshondt voor de vragen. Het zijn bekommernissen die ook mij bezighouden. Maar we hebben daar inderdaad geen antwoord op wie de werken zal verderzetten. Wij hebben als goede huisvaders doorgewerkt volgens de voorgenomen plannen. Sommige provincies worden verweten dat zij geen investeringen meer doen en het beleid afbouwen in die domeinen die weg gaan. Wij hebben dat niet gedaan. Wij hebben gezegd dat we als een goede huisvader gaan doorwerken met datgene wat gepland was voor die domeinen. Wij rekenen er op dat diegene die het overneemt doorzet. Hoe dat dit dan zal gebeuren, daarvan hoop ik dat wij daar constructieve gesprekken kunnen over hebben in de loop van de komende maanden. Dat kan verschillende vormen hebben. Het kan ook zijn dat onze diensten daar aan doorwerken. Ik herinner mij van de staatshervormingen die er in het verleden hebben plaatsgevonden dat het vaak nog de federale overheid was die dingen verder afwerkte vooraleer het overgedragen werd naar de gewesten. Het zou kunnen dat men daar voor kiest, maar het zou net zo goed kunnen dat men voor een andere optie kiest. Ik hoop alleen dat we gans die hervorming kunnen doen op een manier dat het personeel er niet onder lijdt en dat ook de inhoud van het beleid er niet onder lijdt. 203

14 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Uiteenzetting van mevrouw Inga VERHAERT over onderwijs, jeugd, energie, communicatie, ICT. VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord. Tijdens de toespraak van de gedeputeerde wordt een begeleidende powerpoint getoond. Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Voorzitter, collega s, Ik heb een paar plaatjes meegebracht, eerder dan de cijfers, want die hebben we per slot van rekening al in commissie behandeld gezien. Ik dacht dat plaatjes misschien net iets meer tot de verbeelding spreken. Ik ga u kort bij de hand nemen en tonen wat wij gepland hebben voor 2016, te beginnen bij onderwijs. Bij onderwijs, en we proberen dat aan te houden, is dat bouwen: bouwen met stenen, bouwen aan samenwerking en bouwen aan talent. Voor wie het zich nog zou herinneren, vorig jaar hebben we exact dezelfde titulatuur gebruikt, omdat het ook iets is waar we eigenlijk vorige legislatuur al zijn begonnen aan die drieledige opbouw rond onderwijs. Bouwen met stenen, dat spreekt voor zich, dat is de infrastructuur. Wij denken dat we daar, ook al zijn we een klein onderwijsnet in Vlaanderen, een verantwoordelijkheid hebben omdat wij inspelen op een vraag die leeft in heel Vlaanderen naar technisch geschoolde jonge mensen. Omzeggens al onze opleidingen zijn TSO en BSO, en dan nog die opleidingen die toe leiden naar zogenaamde knelpuntberoepen. We weten dat er een capaciteitstekort is. Vandaag is dat in lager onderwijs, maar je weet hoe dat gaat met kleine kinderen, die worden groot. Op een gegeven moment gaat dat tekort zich doorzetten in het secundair onderwijs. Wij hebben al eens een berekening gemaakt over wanneer dat nu precies het nefralgieke jaar is. Maar dat is eigenlijk een goed jaar, want het betekent dat we veel nieuwe jonge mensen in de schoolbanken krijgen, secundair dan. Dat is het schooljaar We hebben berekend met de investeringen die we zijn opgestart vorige legislatuur, en nu deze legislatuur naadloos doortrekken, we een ernstige bijdrage kunnen leveren aan de oplossing van dat probleem. Wij gaan iets meer dan extra plaatsen creëren met de werkzaamheden die we hebben op al onze schoolcampussen. Te beginnen met Sint-Godelieve waar we dat is vorig jaar al aangekondigd, maar dit jaar gaat de schop in de grond- een nieuwe campus gaan bouwen in het Rivierenhof. Dat zou klaar moeten zijn in In het PITO in Stabroek staan nieuwe nijverheidsklassen en praktijklokalen in de steigers. Die gaan klaar zijn tegen de zomer van Het masterplan loopt dan nog verder tot in uiteindelijk 2019 om alles helemaal rond te hebben. In de PTS in Mechelen zijn de renovaties van onze monumentale delen klaar in het najaar van Ik zeg even met nadruk monumentale delen, want dat is een zegen en een zorg tegelijkertijd. Als je zo van die schoolgebouwen hebt die geklasseerde gebouwen zijn is dat erg mooi, maar dat vergt ook een bijzondere aanpak. Je kan niet om het even wat doen. Die eerste renovatie zal klaar zijn in het najaar van De nieuwbouw zit in 2016 in ontwerpfase. De eerste werken zijn gepland voor Het masterplan zal in het geheel klaar zijn in De PTS in Boom dan: jullie weten dat we daar nu ruimte vrij hebben gekregen doordat de hogeschool helemaal is verhuisd naar Antwerpen. Die gebouwen worden nu gebruikt in Boom door de secundaire school. We hadden daar nog wat aanpassingen te doen. We gaan dat 204

15 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 officieel openen in het voorjaar van Ze zitten er eigenlijk al in, maar het is nog een beetje behelpen. In het voorjaar wordt dat helemaal in orde gebracht. Dat is wat wij doen. Ik neem maar de vrijheid om te zeggen in alle bescheidenheid dat wij als provincie Antwerpen hier een ernstige bijdrage leveren aan een oplossing van een probleem dat onmiskenbaar op ons afkomt. Het is goed voor ongeveer 20%. Dat zei ik al. Maar wat ik nog niet vertelde is dat wij een klein onderwijsnet zijn. Wij zijn eigenlijk maar goed voor 4% van de onderwijsmarkt in Vlaanderen. Dus ik denk dat we daar samen terecht trots op kunnen zijn. Een andere zaak waar wij aan bouwen, en dat ook al meerder jaren lang, is de samenwerking tussen de verschillende onderwijsniveaus, samenwerking met andere onderwijsnetten. Een goed voorbeeld daarvan is het Zalmproject dat we in campus De Masten in Kapellen hebben opgestart, waar wij graag en goed samenwerken met het gemeenschapsonderwijs en ons eigen centrum voor Deeltijds leren en werken, maar ook het volwassenenonderwijs. Er is ook een samenwerking met het OCMW, waar artikel zestigers mee worden ingeschakeld in een opleiding waar mensen, die om wat voor reden dan ook misschien, die niet de reguliere onderwijsladder hebben beklommen maar hier en daar een paar treden zijn af moeten dalen. Die geven wij stap voor stap de kans om terug op te klimmen op die onderwijsladder om zo terecht te komen op de arbeidsmarkt. Tenslotte, werken aan talent: dat is een verhaal dat ook al enige tijd mee gaat maar waar we nu eigenlijk op kruissnelheid komen. In Malle, in ons Vormingscentrum, gaan wij vanaf 2016 elk jaar zo n leerlingen kunnen ontvangen in dat Talentencentrum. Dat Talentencentrum, voor de mensen die dat nog niet eerder in de commissie hebben kunnen volgen, is een plek waar jonge kinderen van het 5 e, 6 e leerjaar al hun talenten leren her- en erkennen. Dat is van groot belang voor de kinderen zelf. Dat spreekt, maar ook voor de onderwijzers, omdat die met hun eigen achtergrond niet per definitie goed geplaatst zijn om te herkennen wat bijvoorbeeld een technisch talent kan zijn. We merken dat het daar nu storm loopt leerlingen verwachten wij per jaar vanaf Dat is het wat onderwijs betreft. Ik ga door naar Jeugd. Ik ga niet alles vertellen over jeugd, maar een paar highlights misschien. Ik weet dat er straks ook wat vragen zijn. De jeugdcultuur is een betrekkelijk nieuw accent dat wij leggen binnen de Jeugddienst. Wat we daar willen doen is vooral een inspirerend jeugdcultuurbeleid voeren op maat van kleinere, niet zo kapitaalkrachtige jeugdverenigingen, jeugddiensten in kleinere gemeenten, binnen het aanbod aan jeugdcultuur dat er is. We willen dat extra kansen geven, extra podiumkansen ook. Als je zo n beetje terugkijkt dan zie je dat we daar eigenlijk geen onverdienstelijk werk hebben geleverd in het verleden. Dat is zeker niet zuiver aan onze inspanningen hier te wijten, maar ik spreek nu van legislaturen terug waar men al heel fel heeft ingezet op het kansen geven aan jong cultuurtalent, jazzmuzikanten zoals Tutu Puoane. Zuid-Afrika heeft ooit haar eerste stappen bij ons in de provincie gezet. Merdan Taplak, de dj, heeft zijn eerste optredens gedaan bij ons in de provincie in Boom. In tussentijd hebben we onze wedstrijd voor Musik, ik denk dan aan Frappant TXT, vroeger heette dat Woord, daar zijn mensen uit voortgekomen zoals Maarten Inghels, Maud Vanhauwaert. Frappant Pop, daar hebben we ook een paar ferme namen intussen. Dat is nu even een test om te zien hoe jong wij allemaal van geest en hart zijn. Ik weet niet wie hier 205

16 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN onder jullie de Double Veterans kent, of de Bedrocks, of de Psycho 44. Ik moet eerlijk bekennen dat ik dat zelf ook niet zo goed ken. Maar mijn jongens thuis zeggen: hé mama, dat is goed. School is Cool, daar heb ik wel al van gehoord. Die hebben dus ook hun eerste stappen bij ons in de provincie gezet. Op die pistes, op die wedstrijden gaan wij graag voort met Frappant TXT en Frappant Pop. Feestbeleid, daarvan denk ik dat het algemeen bekend is hier. Wij hebben daar al tal van acties ondernomen gaande van drankjetons tot sensibilisering rond mogelijke gehoorschade als de decibels te hoog oplopen met het uitlenen en samen aankopen van decibelmeters, en dat soort dingen. Maar toch graag wat extra aandacht aan het Jeugdwerk voor iedereen. Dat is iets wat we werkelijke koesteren. Met de inclusieve speelpleinen zijn we vorige legislatuur gestart om kinderen met een beperking de kans te geven om ook mee te participeren op zo n speelplein. Gaandeweg hebben wij dat uitgebreid naar algemeen maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren. Ik moet u zeggen, collega s, dat dit bijzonder taai werk is. Dat is niet iets wat je oplost door ergens op een website te zeggen: beste mensen, het is inclusief, wees welkom. Zo gaat dat niet. Dat betekent dat je aan de schoolpoort moet staan. Dat je mensen moet aanspreken. Dat je hen moet overtuigen. Dat je hen moet tonen hoe het er aan toe gaat. Dat vergt tijd, en dat vergt veel inspanning, maar het is zo de moeite waard. In tussentijd kan ik u zeggen dat we één op vier speelpleinen in de provincie Antwerpen al inclusief hebben kunnen maken. Daar werken we graag ook dit laatste jaar nog aan voort. Voor het overige kan ik voor de Jeugddienst zeggen dat we daar een oproep hebben gedaan staat er aan te komen. De Jeugddienst heeft daarom een bucket list in de maak. Een bucket list kennen jullie allemaal van de film. Dat zijn de dingen die je zeker wil doen voor het doek valt. De bucket list wordt nu ingevuld door lokale jeugddiensten, jeugdverenigingen. Die geven ons nu suggesties. Wat zouden ze graag samen met de Jeugddienst van de provincie Antwerpen nog realiseren. We gaan met spanning uitkijken naar wat daar uit komt. Energie. Het is eigenlijk een beetje een atypische slide voor provinciale begroting. Hier maken we vooral begroting in de huishoudens van de provincie Antwerpen. We realiseren namelijk al jaar na jaar, intussen voor de zesde keer, een ernstige besparing in de huishoudbudgetten van inwoners hier. Dit jaar, het is bij de inleiding al even gezegd, is dat toch wel met een opmerkelijk resultaat. Meer dan huishoudens hebben vrijblijvend ingetekend en realiseren ook een besparing tot 33%. Idem dito voor de zonnepanelen, waar we intussen twee edities van hebben afgewerkt. De tweede is nog lopende. Daar hebben we een markt in beweging gezet, een markt die op sterven na dood was. De mensen dachten: de subsidies zijn weggevallen, dus het zal wel niet langer interessant zijn om te investeren in die zonnepanelen. Niets is minder waar. Dat blijkt, we hebben dat in groep aangetoond. Daar gaan we graag op verder. IT. Dat is natuurlijk technische materie. Maar voor de mensen die in de commissie zitten, die weten dat we al geruime tijd aan de slag zijn met efficiënte informatie-uitwisselingen met meerdere projectpartners. Eerst in pilootprojecten, gaandeweg gaan we dat over de 206

17 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 organisatie helemaal uitwerken via sharepoint, een webgebaseerd platform. We hebben dat al getest bij 10 op 10. Collega Lemmens, u weet dat de scholen daar al eens een test mee hebben kunnen lopen, met sharepoint, en alle informatie zo vlot laten uitwisselen. Wat we ook verder willen doorvoeren is het uitwerken van hulpmiddelen ter ondersteuning aan het waaierwerken. Als we in het nieuwe provinciehuis zitten, u kent dat idee, gaan de mensen niet allemaal vast op hetzelfde plekje zitten als altijd. Dan ga je gewoon de plaats nemen die vrij is. Dus moet je ook heel mobiel kunnen zijn met je IT-materiaal. We gaan nog wat doen rond customer relationship management. Zorgen dat we de externe en de interne adressen allemaal op een éénduidige manier kunnen in één boîte gieten zodat daar geen missingen meer gebeuren. Dat is nog een aanzienlijk werk wat voor 2016 op de plank ligt. Ik denk dat dit het voornaamste is voor IT. Ik ga naar communicatie. Ik weet niet of u het heel goed in de smiezen hebt gehad. Dat hoeft niet per se, want dat is ook niet de bedoeling dat de achterliggende gedachte per se duidelijk is. Maar wij hebben vorig jaar een hele ommezwaai gekend in onze manier van communiceren. Daar waar vroeger heel veel werd vertrokken vanuit diensten en departementen: wat hebben we deze week en deze maand weer allemaal te vertellen aan de mensen, wat dikwijls een disparaat aanblik gaf, hebben we nu gedacht: we gaan eens kijken wat een doorsnee inwoner van de provincie Antwerpen zou interesseren, bijvoorbeeld fietsen. Ik weet niet of u het gehoord of gezien hebt deze week, wij zijn wel echt de fietsprovincie bij uitstek aan het worden. Collega Lemmens, wij hebben Limburg geklopt. Wij weten dat al langer hier, maar nu hebben ze ook op de VRT gezegd dat we Limburg hebben geklopt. Mensen zijn geïnteresseerd in fietsen, en dus hebben we een communicatiecampagne opgezet rond fietsen. Maar of dat nu ging vanuit toerisme, of vanuit mobiliteit, of vanuit duurzaamheden, dat deed er minder toe. We hebben een flitscampagne opgezet met camera s langs de fietsostrades waar mensen dan eens vriendelijk konden lachen en waaien, en die beelden met mekaar konden delen. Dat was een groot succes. Dat heeft veel mensen bereikt, meer dan traditionele manieren van communiceren waar je een persconferentie houdt, of een perstekstje stuurt, dat soort dingen. Deze campagne die heeft u ongetwijfeld gezien. Die liep deze zomer. Dat was onze Toerende Toerist Dandan uit China, gerekruteerd uit 300 spontane sollicitaties. Dandan moet heel charmant geweest zijn, want die is in heel Vlaanderen op de buis geweest bij 1000 zonnen. Veel nieuwsuitzendingen, radio s hebben een blog gehad. Ze is heel veel op social media verschenen. Blijkbaar vonden ook anderen dat we dat niet kwaad hebben gedaan, want we hebben daar 2 weken geleden de Kortom, dat overheidscommunicatie, Publieksprijs mee gewonnen. We willen graag op dat elan verdergaan vertrekkende vanuit: wat is voor de inwoners nu interessant en leuk en aardig om te weten over wat we allemaal organiseren en doen hier bij de provincie. Een eerste communicatiecampagne die er staat aan te komen in 2016 zal gaan over werk, economie en onderwijs. Dank u wel. Applaus 207

18 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Onderwijs: VOORZITTER.- Verhaeven heeft het woord. VERHAEVEN.- Geachte voorzitter, leden van de deputatie, beste collega s raadsleden Ik wil beginnen met enkele citaten. Een eerste komt uit de website van Artesis Hogeschool zelf, namelijk: AP Hogeschool maakt een balans op van het aantal nieuwe studenten dat zich inschreef voor een professionele bachelor opleiding. Op 29 september 2015 noteert de hogeschool een stijging van 24% in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Dit is de grootste relatieve stijging van alle hogescholen en universiteiten in de provincie Antwerpen. Een tweede komt van Pascale de Groote, algemeen directeur AP Hogeschool. In september verhuizen 17 opleidingen naar campus Spoor Noord en bevinden ál onze professionele bachelors zich in het hart van Antwerpen. Antwerpen als studentenstad én onze ultramoderne campus op Spoor Noord in het bijzonder hebben dus een sterke aantrekkingskracht op jongeren. Op 14 oktober 2015 stond in de streekkrant/antwerpen Oost: Aan het hippe Spoor Noord opent de Artesis Plantijn Hogeschool haar nieuwe campus Spoor Noord met eigentijdse aula s, labo s en praktijklokalen. Er kunnen 5000 studenten uit 14 verschillende bachelor opleidingen samen studeren. Terug op 14 oktober 2015 stond in het Nieuwsblad een citaat van Marc Vandewalle, secretaris-generaal van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA): De Vlaamse hogescholen hebben in zeven jaar tijd hun budget per student met 25% zien krimpen, van EUR naar EUR. Daardoor zijn de klassen steeds groter geworden. Klassen die vroeger veertig studenten hadden, hebben er nu tachtig. Als laatste, Johan Veeckman, voorzitter van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA): De werkdruk neemt almaar toe Vroeger hadden we 15 studenten per werknemer, nu zijn er dat al 19 Volgens hogescholen is die situatie onhoudbaar. U hoort het beste collega s, aan de ene kant goed nieuws: meer studenten, betere infrastructuur en gebouwen, de provincie heeft goed werk geleverd! Aan de andere kant een bedreiging: een stijgende werkdruk voor het personeel en financiële middelen die de toename aan studenten niet volgen. De grote uitdaging voor de toekomst wordt: hoe gaat men hier mee om, zodat men niet het slachtoffer dreigt te worden van het eigen succes! Artesis Plantijn is dan wel een autonome hogeschool, maar onderhoudt een bijzondere band met de provincie. Misschien is het nu tijd om ook van hieruit aandacht te hebben voor eerder genoemde problematiek en helpen oplossingen te zoeken om hieraan tegemoet te komen. 208

19 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 Vandaar mijn vraag, mevrouw de gedeputeerde: wordt er rond bovengenoemde problematiek overleg gepleegd? Zo ja, op welke wijze? Bijvoorbeeld met andere hogescholen in de provincie of met andere actoren? VOORZITTER.- Mevrouw Van Gool heeft het woord. Mevrouw VAN GOOL.- Mijnheer de voorzitter, beste collega s, Onderwijs, het hoeft geen betoog hoe belangrijk dit is. Het moet mensen vormen voor het leven en we zien ook vandaag hoe belangrijk het is om daarin sterk te staan en onze fundamentele waarden en normen mee te geven. Een goed leven hangt vaak samen met een goede job, en voor een goede job is een goede scholing onontbeerlijk. Mensen voorbereiden op het beroepsleven, daar zet ons provinciaal onderwijs sterk op in en het is er ook zeer succesvol in. Maar we staan ook voor grote uitdagingen. Onderwijs moet voor iedereen toegankelijk zijn en daar knelt vaak het schoentje. Niet iedereen krijgt de kansen om degelijk onderwijs te volgen. Dat kan te maken hebben met de kostprijs. Zeker in sommige beroepsstudierichtingen of in het hoger onderwijs kunnen de kosten oplopen. Initiatieven zoals de maximumfactuur zijn daar alvast een goede stap. Ook vaste bedragen en duidelijke informatie over wat een richting kost, kunnen helpen om de drempel te verlagen, of om als onderwijsinstelling geconfronteerd te worden met onbetaalde facturen. Graag vernam ik dan ook van gedeputeerde Verhaert welke initiatieven de provincie hierrond zal nemen. Maar ook taalachterstand en gebrekkige vooropleiding kunnen een goede scholing bemoeilijken en leiden tot ongekwalificeerde uitstroom. Hoe speelt de provincie daar op in? Onderwijs, scholing, is niet alleen belangrijk voor jongeren. Ook volwassenen hebben er nood aan zichzelf te ontplooien, zich verder te bekwamen.. Ook het volwassenenonderwijs moet dus betaalbaar blijven. Een vraag die zich stelt is dan ook wat de gevolgen zullen zijn van de stijging van de inschrijvingsgelden die de Vlaamse regering ook doorgevoerd heeft. Is daar al een evolutie merkbaar in ons provinciaal onderwijs, of zijn er gevolgen merkbaar, en hoe zit het daar mee? Tot slot een vraagje over de recentere nieuwe uitdaging: de opvang van de vluchtelingen. Minister Crevits heeft opgeroepen dat ook de scholen hierin hun rol zouden opnemen. Er is zelfs, dacht ik, een bijeenkomst geweest eind september. Daarom ook de vraag wat zal, en wat kan de provincie op dat vlak doen? VOORZITTER.- Mevrouw Moreau heeft het woord. 209

20 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Mevrouw MOREAU.- Mevrouw de gedeputeerde, beste collega s, Zoals onze fractieleider eergisteren benadrukt heeft, willen wij constructief meewerken aan een nieuw en duidelijk gezicht voor de provincie, met een focus op de beleidsthema s die het Vlaams regeerakkoord wel toelaten. Onderwijs en vorming is ontegensprekelijk één van deze vijf beleidsthema s, zelfs één van de belangrijkste. Ons provinciaal onderwijs is goed. Daar is iedereen het over eens. En zoals u weet uit de voorbije negen jaar heb ik mij altijd zeer betrokken gevoeld bij uw beleid en steun ik dit waar mogelijk. Maar u weet ook dat onze fractie zich steeds vragen heeft gesteld bij de hoge kostprijs van de vernieuwing van Sint Godelieve. Een vernieuwing die, daar zijn we het over eens, noodzakelijk is, wil de provincie ook in de toekomst daar hoogstaand en kwalitatief onderwijs blijven aanbieden. Ik zag het interview dat de deputatie heeft gegeven aan ATV, waarbij de begroting werd toegelicht, en daarnet ook, dat u verklaarde dat u door de vernieuwing van PIVA en Sint-Godelieve 1000 extra plaatsen zal creëren, wat vooral in het Antwerpse nodig zal zijn. We hebben de cijfers opgevraagd bij de stad Antwerpen, waar men ons mededeelde dat plaatsen extra een investering van 18 miljoen EUR vereisen. We realiseren ons natuurlijk dat geen appelen met citroenen kunnen worden vergeleken, maar wilden toch graag van u vernemen, mevrouw de gedeputeerde, hoeveel de totale investering bedraagt voor de provincie voor de creatie van deze plaatsen extra? VOORZITTER.- Mevrouw Verhaert heeft het woord. Mevrouw VERHAERT, gedeputeerde.- Collega Verhaeven, u vraagt of wij slachtoffer gaan zijn van het eigen succes met de hogeschool. Bij AP hebben we inderdaad van studenten gerond in dit najaar, en de ambities zijn groot. Ik denk dat we nog zullen groeien. De tendensen zijn daarnaar, maar ik ga nu eventjes hout vasthouden. U weet ook dat we ons in een concurrentieel hoger onderwijslandschap bevinden. De regelgeving is, en we kunnen dat bejubelen of betreuren, wat de regelgeving is. Je moet groeien om meer middelen te krijgen. Je moet niet alleen groeien. Je moet meer groeien dan wat anderen doen. Bovendien is het zo dat de financiering pas met vertraging volgt. Dus je moet eigenlijk een heel aantal jaren prefinancieren voor je de middelen krijgt waar je volgens het studentenaantal aanspraak op zou kunnen maken. U vraagt of wij daar het nodige overleg rond plegen. Ja, u mag zeer gerust zijn. Dat gebeurt heel regelmatig in allerlei hogere onderwijsgremia, zowel met de universiteiten en de hogescholen samen, als apart met de hogescholen. Ook met de UVAH, dat is de vereniging van de autonome hogescholen. Maar wij hebben ook heel regelmatig overleg op het kabinet van minister Crevits. En af en toe zijn er ook parlementaire vragen en tussenkomsten. Ik ben het met u eens, hoger onderwijs, en vooral dan de hogescholen zitten in een moeilijk parket. Die worden eigenlijk minder betoelaagd dan de universiteiten in Vlaanderen. Nochtans, en daar is iedereen denk ik het toch wel over eens, vervullen ze een bijzonder relevante taak op dit ogenblik, namelijk het opleiden van praktisch en eerder technisch geschoolde jonge mensen. Ik denk 210

21 VERGADERING VAN 10 DECEMBER 2015 dan zeker aan de AP, waar we naast de twee kunstopleidingen zuiver professionele bachelors hebben. Dat zijn mensen die omzeggens vanzelf werk vinden eens afgestudeerd. Dus ik deel uw bekommernis. Het is helaas niet iets wat we zomaar met een vingerknip vanuit de provincie kunnen oplossen, maar u mag wel gerust zijn, we overleggen heel vaak en heel grondig met andere actoren in het hoger onderwijsveld en in politieke middens. Dat spreekt. Mevrouw Van Gool, u refereert naar de maximumfactuur. Doen wij nog iets anders? Ja, wij delen good practices, zoals dat heet, met andere provincies die ook gaan kijken of zij ons systeem van maximumfactuur in de eerste graad zouden kunnen invoeren. Wij hebben ook studiedagen georganiseerd daarover. Laatst hadden we de mensen van het Netwerk tegen Armoede op bezoek die aan het onderzoeken zijn of er bij ons mogelijks lessen te leren zijn over het algemeen invoeren van maximumfactuur in de eerste graad. De ongekwalificeerde uitstroom, daar had ik het eigenlijk daarnet een beetje over in mijn presentatie. Wat wij doen in Kapellen bijvoorbeeld, is een manier om die ongekwalificeerde uitstroom tegen te gaan. Je neemt mensen dan stapje voor stapje mee in een meer doorgedreven opleiding. Bijvoorbeeld mensen die NT2 volgen, Nederlands als tweede taal, die samen gezet worden met onze leerlingen deeltijds onderwijs, die doorgaans wel Nederlandstalig zijn, leren van mekaar op die manier. Zo wordt het gaandeweg ook makkelijker om met een attestering van daaruit naar bijvoorbeeld volwassenonderwijs te kunnen doorstromen, en op termijn, zo zijn er toch al enkele, die zelfs met de nodige schakelmodules doorstromen naar een hoger onderwijs. Maar opnieuw, dat is taai werk. Dat is niet vanzelf dat dit gaat, en er zijn ook mislukkingen, maar het wordt geprobeerd. De verhoging van de factuur van het volwassenenonderwijs voelen wij een beetje, maar ook niet dramatisch. Het is zo dat we nog altijd wel te maken hebben met wat wachtlijsten op ons provinciale volwassenenonderwijs. Dus ja, maar genuanceerd. U vraagt wat wij doen rond de nieuwkomers. Wij hebben daar een brief gekregen een aantal weken geleden. Alle provinciebesturen, alle gemeentebesturen hebben die brief gekregen vanuit het departement Onderwijs om te vragen wat wij eventueel kunnen doen om te helpen bij de vluchtelingeninstroom die we gaan zien. Wij hebben daar op geantwoord dat wij paraat staan om mee te regisseren, samen met LOB-deskundigen. Want dat is iets wat wij eigenlijk nu ook al doen. Wij brengen LOB-deskundigen vanuit heel de provincie samen, op hun vraag, om er voor te zorgen dat er geen blinde vlekken vallen. Dus, als we dat nu al doen zouden we dat eigenlijk voor vluchtelingen ook kunnen en zorgen dat die op de beste plaats terechtkomen, in de beste school, vlakbij hun woonplaats. Wij hebben daar positief op gereageerd. Mevrouw Moreau, dank voor de steun. Ik weet die te waarderen. Ik denk dat wij op dezelfde manier kijken naar wat we kunnen bijdragen voor plaatsen in onderwijs. U hebt gelijk. Dat kost geld. Maar we vinden dat wel de moeite waard. Ik heb nu niet die exacte berekening van die plaatsen, omdat dat zit over 5 scholen heen. Dat is niet alleen Sint-Godelieve, niet alleen PIVA, maar al onze scholen. Het is een bijdrage in de provincie, niet alleen op het grondgebied van de stad Antwerpen. Ik weet wel dat we vorige legislatuur 56 miljoen hebben gespendeerd aan onze scholenbouw. Deze legislatuur, dan neem ik zowel de voorbije jaren als wat gepland staat in de meerjarenplanning, zou dat rond de 46 of 48 miljoen zijn. Maar ik wil wel een precieze berekening laten maken van die 211