aarverslag Branche Organisatie Grondbanken datum april 2005 versie definitief vastgesteld 15 april 2005

Transcriptie

1 Branche Organisatie Grondbanken Postadres: Postbus AP Rotterdam Telefoon: (010) Fax: (010) J aarverslag 2004 datum april 2005 versie definitief vastgesteld 15 april 2005

2 Blad: 2/11 Van de voorzitter: In 2004 bestond de BOG 5 jaar. Hieraan is aandacht geschonken in de ledenvergadering van 1 oktober. Geconstateerd is dat de BOG zich in deze periode een duidelijke plaats heeft verworven als vertegenwoordiger van de belangrijkste grondbanken in Nederland. Samen met de leden is het gelukt om de belangen van zowel private als publieke bedrijven goed te behartigen en kenbaar te maken bij onder meer het Ministerie van VROM. Ik noem enkele gebeurtenissen in 2004 die voor de leden van groot belang zijn geweest en waarin de vereniging zich nadrukkelijk heeft gemanifesteerd. Na de inspanningen van de BOG en collega grondbranches in 2002 en 2003 is op 29 februari 2004 de Tijdelijke Vrijstellingsregeling Grond en Baggerspecie in werking getreden. Hiermee is meer duidelijkheid en zekerheid ontstaan over de beoordeling van de z.g. bijzondere parameters. Samenhangend met de vrijstellingsregeling is in 2004 een begin gemaakt met de onderzoeksinspanning door alle leden van de BOG en de andere grondbranches om meer kennis te verzamelen over de bijzondere parameters. De resultaten van dit onderzoek moeten in 2005 leiden tot een actualisatie van het stoffenpakket voor het onderzoek van grond. De kosten van het onderzoek zijn volledig voor rekening van de individuele leden van de BOG. De leden leveren hiermee een substantiële bijdrage aan de onderbouwing van het beleid van het ministerie van VROM. In maart 2005 hebben alle leden hun toegezegde inspanning geleverd. Samen met het actualiseren van de BOG uitloogdatabase in 2004 hebben de BOG leden laten zien gezamenlijk vanuit de praktijk een rol te willen en te kunnen spelen bij onderdelen van de beleidsvorming voor het omgaan met grond. Mede door de inzet van de BOG is de positie en zichtbaarheid van de Stuurgroep Uitvoerende Grondbranches (SGUG) in 2004 verder versterkt. Dit is vooral tot uitdrukking gekomen in de deelname door de SGUG in het project Grond en Bagger, onderdeel van het Uitvoeringsprogramma van de beleidsbrief Bodem. Verder heeft de SGUG meerdere malen gereageerd op relevante documenten. Ik verwijs daarvoor naar het jaarverslag. Ik memoreer op deze plaats ook de succesvolle samenwerking in 2004 met de Vereniging Afvalbedrijven waarmee het voornemen van het Ministerie van Financiën om de vrijstelling van de Wbm op de toepassing van grond op stortplaatsen te beëindigen tijdig kon worden veranderd. Het begrip en de inzet vanuit de Tweede Kamer voor deze problematiek hebben het vertrouwen gegeven dat ook in de toekomst de belangen van de leden van de BOG op een evenwichtige wijze kunnen worden behandeld. Na belangrijke, maar minder succesvolle, inspanningen van de BOG om in 2002 en 2003 de bestaande BRL 9308 te actualiseren is in 2004 actief deelgenomen aan het SIKB project 48 Harmoniseren Regels Grond. Dit project heeft eind 2004 geleid tot een nieuwe SIKB BRL Grond Al tijdens het project heeft de BOG aangegeven dat de tijdplanning van de nieuwe BRL niet spoort met lopende onderzoeken zoals het hiervoor genoemde onderzoek naar bijzondere parameters, maar ook niet met de in gang gezette veranderingen van de regelgeving voor grond en bagger los van het Bouwstoffenbesluit.

3 Blad: 3/11 Ook is door de BOG gewezen op de ongelijkheid van de eisen in de nieuwe BRL ten opzichte van normale bodemonderzoeken volgens NEN 5740 en de wijze waarop meerdere opdrachtgevers en bevoegde gezagen omgaan met de gestelde regels. Uiteindelijk heeft dit geleid tot het aan SIKB kenbaar maken van het standpunt van de BOG dat niet kon worden ingestemd met de nieuwe BRL. Ook VROM is daarover geïnformeerd. De BOG hoopt dat in 2005 de resultaten en conclusies van onderzoeken als AW 2000 en het onderzoek bijzondere parameters zullen leiden tot aanpassing van de BRL tot een eenvoudiger document met minder in plaats van meer lasten voor gecertificeerde bedrijven. Ik constateer dat de leden van de BOG in 2004 gezamenlijk bijna 8,4 miljoen ton grond op een verantwoorde wijze hebben ingezet, een toename van bijna 5 % ten opzichte van 2004 en bijna 50 % meer dan in In 2004 werd bijna 40 % van de hoeveelheid geleverd onder certificaat BRL 9308 en BRL De resterende hoeveelheid werd geleverd met een partijkeuring volgens het gebruikersprotocol. De leden van de BOG leveren daarmee een belangrijke bijdrage aan het hergebruik en het landelijke beleid. In 2005 zullen de resultaten van AW2000 en het onderzoek bijzondere parameters moeten leiden tot aanpassingen van de normstelling en het stoffenpakket voor het onderzoek van grond en bagger. Ook moet in 2005 uit het project Grond en Bagger duidelijk worden of een nieuw regime in 2007 gaat leiden tot vereenvoudigingen en vermindering van de uitvoeringskosten. De BOG zal ook in 2005 samen met de andere grondbranches waar mogelijk een constructieve bijdrage leveren. Wij verwachten van het ministerie van VROM eenzelfde open houding ten opzichte van de BOG en de collega grondbranches. Ik ben er van overtuigd dat de leden van de BOG mede dankzij de gebeurtenissen met de BRL grond in het afgelopen jaar ook in 2005 de werkzaamheden van de Vereniging, om de gezamenlijke belangen te behartigen zullen steunen. Juist door de ontwikkelingen rond de BRL is gebleken dat een sterke en actieve Vereniging, met een grote inbreng van de leden, noodzakelijk is. De resultaten van de enquête onder de leden eind 2004 geven hiervoor een belangrijke aanwijzing. Het bestuur van de BOG beschouwt de inbreng van de leden als onontbeerlijk voor het uitvoeren van haar werkzaamheden. Fred Jansen voorzitter

4 Blad: 4/11 1. De Vereniging in 2004 Leden van de Brancheorganisatie Grondbanken per zijn: Grondbank Amsterdam Grond- en Reststoffenbank Rotterdam Grondbank Combinatie Grondbank GMG Essent Milieu Bouwstoffen Grondbank Utrecht Grondbank Twence Grondstoffenbank Zuid-Holland LCHG Grondbalans Grondbank De Vries & van de Wiel Grondbank Nederland Bouwstoffenunie Zuid Nederland In 2004 werden Algemene Ledenvergaderingen gehouden op 23 april, 1 oktober en 10 december. In de ALV van 1 oktober is aandacht geschonken aan het 5 jarig bestaan van de BOG. Op 23 juni vierde de Grondbank Amsterdam haar 10 - jarig bestaan met een bijeenkomst die door een aantal BOG leden werd bijgewoond. Bestuur Functie Portefeuille Fred Jansen Grondbank Amsterdam Voorzitter externe betrekkingen Hans Teunissen Grondbank Combinatie plv. voorzitter beleid bestuurslid penningmeeste r Peter Leenders GRB Rotterdam secretaris SIKB Prg.raad, externe betrekkingen secretaris SGUG Wil van der Valk Grondbank GMG bestuurslid beleid (SGUG), SIKB Prg.raad (plv), Pg Bsb (plv) Kees van der GRB Rotterdam bestuurslid BOG TC Laan Alex Leget LCHG Delft bestuurslid SIKB PRJ 48 bgl.cie. bijzondere parameters Ron Peerdeman Grondbalans bestuurslid beleid (SGUG), Pg Bsb, website Jack Braspenning Essent Milieu Bouwstoffen bestuurslid SIKB CCvD Bodembeheer Het bestuur vergaderde 7 maal in Het huidige bestuur is in december 2003 door de ALV gekozen. In december 2005 zal een deel van het bestuur aftreden en worden nieuwe bestuursleden door de ALV gekozen.

5 Blad: 5/ Hoeveelheden grond in 2004 door leden BOG Door de ALV is eind 2001 besloten dat de leden jaarlijks aan het secretariaat opgeven welke hoeveelheden grond door, of via, de leden nuttig is toegepast. Uit de opgaven blijkt dat de grondbanken aangesloten bij de BOG in 2004 bijna 8,4 miljoen ton hergebruiksgrond hebben geleverd voor de toepassing in werken. Ca. 22 % van de door leden van de BOG geleverde rond is voorzien van een erkende kwaliteitsverklaring Bouwstoffenbesluit op basis van Beoordelingsrichtlijn BRL 9308 Grond voor toepassing in werken. Ruim 17 % is geleverd op basis van BRL 9330 en een zeer kleine hoeveelheid op basis van bodemkwaliteitskaarten / actief bodembeheer. Het resterende deel is geleverd met partijkeuringen. verdeling naar bewijsmiddel in 2004 BKK/ABB 1% partijkeuring 60 % BRL % BRL % hoeveelheid door BOG leden geleverde grond voor de toepassing in werken in 2001, 2002, 2003 en totaal certificaat BRL 9308 certificaat BRL 9330 (hoeveelheid in ton)

6 Blad: 6/ BOG-TC In 2004 werd de samenstelling van de BOG-TC aangepast. Besloten is om geen beroep meer te doen op niet-leden van de BOG. De samenstelling van de TC is als volgt: Michel van der Gaag (LCHG), Henri Groeneveld (Grond- en Reststoffenbank Rotterdam), Jennifer Hesselink (Grondstoffenbank Zuid-Holland), Henriëtte van Hoek (Grondbank Amsterdam), Ron Peerdeman / Edwin van Venetiën (Grondbalans), Rob Mulder (GrondbankCombinatie), Wil van der Valk (GMG) en Kees van der Laan (Grond- en Reststoffenbank Rotterdam) (voorzitter). Het BOG-bestuur heeft in 2004 aan de TC gevraagd advies uit te brengen over de nieuwe BRL De TC kwam daartoe 1 keer bijeen en adviseerde het BOGbestuur inhoudelijk over de BRL met bijbehorende protocollen ten behoeve van de inbreng van de BOG in de Begeleidingscommissie SIKB PRJ 48 o.a. op de uitloogbeslissystemathiek zoals in de voorstellen was neergelegd. De (inhoudelijke) kritiek van BOG op de BRL 9335 is vervolgens in de kritiekronde aan het SIKB aangeboden. De discussie over deze BRL is, ook ten aanzien van de termijnen in de overgangsregeling, zoals bekend nog niet afgerond. Tevens nam BOG TC kennis van de nieuwste inzichten rondom de definitie van het begrip grond. In 2004 heeft de Technische Commissie zich verder bezig gehouden met: het onderzoek Bijzondere Parameters: deelname begeleidingscie. onderzoek en de actualisering van de BOG/SCG uitloogdatabase de advisering van het bestuur BOG inzake certificering 1.6 BOG website De BOG website is operationeel onder grondbanken.net en bog-grondbanken.nl In 2004 is de website gebruikt voor o.a. het jaarverslag 2003 en Grondflitsen : actuele mededelingen en gebeurtenissen. 1.7 Financiën In de ALV van april 2004 zijn de jaarrekening 2003, de begroting 2004 en de voorstellen voor de contributie 2004 vastgesteld. De jaarrekening 2003 en de financiële administratie van de Vereniging zijn gecontroleerd door de kascommissie bestaande uit vertegenwoordigers van de Grondbank Utrecht en de Grondstoffenbank ZH. Voor 2004 bestaat de kascommissie uit vertegenwoordigers van de Grondbank De Vries en van de Wiel en Grondbank NL.

7 Blad: 7/11 De contributie 2004 werd vastgesteld op euro De contributie wordt jaarlijks door de ALV vastgesteld. Voor 2005 bedraagt de contributie euro Op grond van de statuten van de Vereniging kan de BOG niet beschikken over een BTW nummer. De contributies van de leden zijn BTW-vrij. In de bestuursvergadering van september 2004 is het Halfjaarbericht 2004 van de secretaris door het bestuur vastgesteld. 2. Enkele activiteiten in BRL 9335 Grond Najaar 2003 besloot de ALV de werkzaamheden voor het aanpassen van BRL 9308 te beëindigen ondermeer vanwege de standpuntbepaling van de SBK Toetsingscommissie Bouwstoffenbesluit (TBsb) over de door de BOG gewenste en voorgestelde aanpassingen. De ALV gaf aan zich te willen richten op de Harmonisatie van de verschillende Beoordelingsrichtlijnen voor grond volgens het in 2003 gestarte SIKB project PRJ 48 Harmonisatie Regels Grond. In 2004 heeft de BOG deelgenomen in de begeleidingscommissie SIKB PRJ 48 en is inbreng geleverd in technische overleggen ter voorbereiding van BRL 9335, bijbehorende protocollen en de overgangsregeling. Op de kritiekversie van BRL 9335 (september 2004) zijn een groot aantal opmerkingen geplaatst door individuele BOG leden en door de BOG op basis van een advies van de BOG TC. In juli 2004 is door de BOG scherp gereageerd op mededelingen van SBK aan SIKB dat de bestaande BRL en 9308 en 9330 niet zouden voldoen aan de wettelijke eisen en dat intrekking daarvan per 1 januari 2005 zou moeten plaatsvinden. VROM is van het standpunt van de BOG op de hoogte gesteld. In november 2004 heeft de BOG het bestuur van SIKB geïnformeerd over de bezwaren tegen het ontwerp van BRL 9335 en de protocollen. Ook is aangegeven dat BRL 9335 in deze vorm weinig draagvlak bij de leden van de BOG zal hebben. De mening en argumenten van de BOG zijn ter kennis gebracht van het SIKB CCvD Bodembeheer. Desondanks is BRL protocollen door het CCvD in december 2004 vastgesteld en begin 2005 door SIKB gepubliceerd samen met een overgangsregeling voor Ook VROM en de Stichting Bouwkwaliteit zijn op de hoogte gebracht van de standpunten van de BOG inzake BRL Nagenoeg alle leden van de BOG hebben in 2004 gegevens over de samenstelling en het uitlooggedrag van partijen licht verontreinigde grond in de periode 2001, 2002, 2003 en 2004 beschikbaar gesteld voor de actualisatie van de BOG uitloogdatabase die beheerd wordt door Bodem + (voorheen SCG). De database is in het najaar van 2004 in opdracht van SIKB door TNO gebruikt om het stoffenpakket in BRL 9335 nader te onderbouwen. 2.2 Vrijstellingsregeling Grond en Baggerspecie /

8 Blad: 8/11 onderzoek Bijzondere Parameters De vrijstellingsregeling Grond en baggerspecie is op 27 februari 2004 in de Staatscourant gepubliceerd en per 29 februari 2004 in werking getreden. De grondbranches BOG, NVPG en VIANED hebben bij de voorbereiding van de Vrijstellingsregeling de bereidheid uitgesproken om gedurende een jaar onderzoek te doen naar de mate waarin bijzondere parameters voorkomen. Het onderzoek door de branches is bevestigd in de brief van de staatssecretaris VROM van 25 februari 2004 aan de grondbranches. Per 1 maart 2004 is het onderzoek door de BOG leden voor eigen rekening gestart. De uitvoering vindt plaats op basis van het in 2003 opgestelde onderzoeksvoorstel door SCG / TNO. De BOG is vertegenwoordigd in de begeleidingscommissie. In maart 2005 zijn alle door de BOG leden toegezegde 118 analyseresultaten bij Bodem + (voorheen SCG) ingevoerd in de daarvoor bestemde database. Door Grondbank GMG is mede namens BOG deelgenomen aan de begeleidingscommissie van het onderzoeksproject AW In dit project zijn de achtergrondgehaltes (samenstelling) van de bodem in Nederland op een aantal locaties onderzocht op een uitgebreid pakket van stoffen. Het project is eind 2004 afgerond. De rapportage is in februari 2005 door de Stuurgroep Bodem besproken en beschikbaar gekomen. In de loop van 2005 worden beleidsconclusies door VROM getrokken. 2.3 Themabijeenkomsten De bijeenkomst op 18 februari 2004 bij Grondbank Twence stond in het kader van het nieuwe bodembeleid zoals geformuleerd in de Beleidsbrief Bodem van december De bijeenkomst op 27 oktober 2004 in Breukelen had als belangrijkste onderwerp het Besluit Melden en Registreren dat per 1 januari 2005 in werking is getreden. 2.4 Contacten met Overleg Breukelen en Pg Bsb VNO/NCW Evenals in voorgaande jaren is ook in 2004 contact onderhouden met het Overleg Breukelen, waarin meerdere belanghebbenden deelnemen die zich bezig houden met grond, (primair en secundair) zand en andere bulkgrondstoffen. Een aantal leden van de BOG zijn tevens lid van het Overleg Breukelen. In 2004 werden gezamenlijk 2 themabijeenkomsten gehouden voor de leden van de BOG en het overleg Breukelen. Vanaf 1 januari 2004 is de BOG lid van de Projectgroep Bouwstoffenbesluit VNO/NCW. Andere deelnemers uit de grondsector zijn NVPG en Bouwend Nederland. De Projectgroep Bouwstoffenbesluit is een initiatief van VNO/NCW. De projectgroep is een zelfstandige beleidsgroep van bedrijfstakorganisaties die betrokken zijn bij het Bouwstoffenbesluit. De projectgroep is voor VROM de 'bedrijfsleven' gesprekspartner

9 Blad: 9/11 daar waar het onderwerpen betreft van het Bouwstoffenbesluit, inclusief grond als bouwstof in werken. De Projectgroep maakt deel uit van de klankbordgroep Bouwstoffenbesluit waarin samen met de andere overheden (IPO, VNG, UvW), VROM en V&W wordt overlegd over de fundamentele aanpassing van het Besluit en de nieuwe regelgeving voor Grond en Bagger. 2.5 Grond en het Bouwstoffenbesluit Al in 2003 is door de BOG richting VROM bezorgdheid geuit over de voornemens in de Beleidsbrief Bodem om bevoegdheden en verantwoordelijkheden voor de bodemkwaliteit vergaand te decentraliseren naar gemeenten. Door de BOG is gewezen op de noodzaak om voor grondstromen en toepassingen van baggerspecie te kunnen beschikken over landelijke, uniforme randvoorwaarden. In 2004 is deze bezorgdheid ook aan de Tweede Kamer kenbaar gemaakt. De BOG beschouwt dit als belangrijke randvoorwaarde voor het nieuwe regime voor grond en bagger zoals dat wordt uitgewerkt in het project Grond en Bagger. Via de SGUG is in mei 2004 bij de Stuurgroep Bodem met succes bepleit om in het project Grond en Bagger de mogelijkheid van landelijk uniforme regels nader te onderzoeken. Hoofdlijnen van de nieuwe regelgeving worden medio 2005 verwacht. 2.6 Stuurgroep Uitvoerende Grondbranches SGUG In de Stuurgroep Uitvoerende Grondbranches SGUG nemen vertegenwoordigers deel van de BOG, NVPG, VIANED (sinds begin 2005 Bouwend Nederland), VBKO en Cumela. De deelnemers in de Stuurgroep kwamen in maal bij elkaar. Het secretariaat van de SGUG wordt gevoerd door BOG en Bouwend Nederland. De SGUG heeft begin 2004 een standpuntennotitie opgesteld en ter kennis gebracht van VROM in een kennismakingsgesprek met de directeur van de directie BWL. In de notitie is de visie van de deelnemende branches vermeld over de ontwikkelingen betreffende het bodembeleid, het omgaan met grond, certificering en protocollisering. Najaar 2004 is door de SGUG de visie op Kwaliteitsborging en Certificering opgesteld en besproken in de ALV van 1 oktober. In 2004 is namens de SGUG gereageerd o.a. op de Beleidsbrief Bodem en de uitvoeringsvoorstellen daarvoor. De Tweede Kamer is op de hoogte gebracht van de standpunten van de SGUG in januari 2004 en ter voorbereiding van het Algemeen Overleg in juni 2004.

10 Blad: 10/11 In maart 2004 is door SGUG gereageerd op het voorstel tot wijziging van de Wet Milieubeheer i.v.m. de Kwaliboregeling. Vanuit de BOG en door enkele individuele leden is een bijdrage geleverd aan het onderzoek door PWC naar de verwachte effecten van de Kwalibo regelgeving. In januari en juni 2004 zijn opmerkingen ingediend op het ontwerp van de Tijdelijke Vrijstellingsregeling Bsb 2004 en de Wijziging Uitvoeringsregeling Bsb 2004 en later in 2004 op de voorstellen tot wijziging van het Bsb Vertegenwoordigers van de SGUG nemen deel in de projectgroep Grond & Bagger die is ingesteld om inhoudelijk een nieuw regime voor grond en baggerspecie voor te bereiden. Door vertegenwoordigers van de SGUG zijn in 2004 contacten onderhouden met leden van de Tweede Kamer inzake onderwerpen die van belang zijn voor de uitvoerende bedrijven. 2.7 Toepassing van grond op stortplaatsen In samenwerking met de Vereniging Afvalbedrijven heeft de BOG zich in het najaar van 2004 ingezet tegen het voornemen van het Ministerie van Financiën om per 1 januari 2005 de vrijstelling van de heffing Wbm op het nuttig toepassen van grond - die voldoet aan de eisen van het Bouwstoffenbesluit - op stortplaatsen te beëindigen. Na het indienen van motie door de Tweede Kamer is het Ministerie van Financiën teruggekomen op het voornemen. 2.8 Enquete leden BOG In november 2004 is door het secretariaat een onderzoek uitgevoerd naar de mening van de BOG leden over het werk van de vereniging. Alle leden hebben de gestelde vragen beantwoord. Gebleken is dat belangenbehartiging en het onderhouden van contacten met collega grondbanken de belangrijkste redenen zijn om lid te zijn van de BOG. De leden hebben aangegeven tevreden te zijn met de wijze waarop de belangenbehartiging door bestuur en secretariaat plaatsvindt. Door de leden zijn een aantal verbeterpunten aangegeven. Deze zijn door het bestuur in maart 2005 besproken.

11 Blad: 11/11 3. Enkele aandachtspunten in 2005 Enkele aandachtspunten van de BOG in 2005 zijn: 1. Inspanningen om de inhoud van BRL 9335 zodanig aan te passen dat het document voor de leden van de BOG aanvaardbaar is. Hiertoe behoort onder meer een stoffenpakket gebaseerd op de resultaten van onderzoeken zoals het onderzoek bijzondere parameters en beleidsconclusies van VROM op basis van AW Het stoffenpakket van de BRL dient overeen te komen met dat van de gewijzigde NEN Bijdrage aan het project Grond en Bagger via de SGUG gericht op zoveel mogelijk uniforme, landelijk geldende regels, vereenvoudiging van de onderzoeksinspanningen en vermindering van de lasten. 3. Verdere versterking van de positie van de BOG, samen met de andere grondbranches in de SGUG, ter behartiging van de belangen van de leden van de uitvoerende grondbranches bij beleidsvoorbereiding, uitvoeringsregelingen en certificering.