UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar Klinische Casus: Ileus bij een rund door Tanja VAN LOON Promotoren: Bonnie Valgaeren Prof. Dr. P. Deprez Casus in het kader van de Masterproef 2013 Tanja van Loon

2 Universiteit Gent, haar werknemers of studenten bieden geen enkele garantie met betrekking tot de juistheid of volledigheid van de gegevens vervat in deze masterproef, noch dat de inhoud van deze masterproef geen inbreuk uitmaakt op of aanleiding kan geven tot inbreuken op rechten van derden. Universiteit Gent, haar werknemers of studenten aanvaarden geen aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid voor enig gebruik dat door iemand anders wordt gemaakt van de inhoud van de masterproef, noch voor enig vertrouwen dat wordt gesteld in een advies of informatie vervat in de masterproef.

3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar Klinische Casus: Ileus bij een rund door Tanja VAN LOON Promotoren: Bonnie Valgaeren Prof. Dr. P. Deprez Casus in het kader van de Masterproef 2013 Tanja van Loon

4 VOORWOORD Bij deze wil ik mijn dank betuigen aan mijn 1e promotor, Bonnie Valgaeren, voor de hulp gedurende het proces bij het schrijven van deze masterproef. Ze gaf mij nuttige richtlijnen, goed advies en stond altijd ter beschikking wanneer ik vragen had. Graag bedank ik eveneens mijn vrienden, die mij gesteund hebben wanneer het einde ver weg leek, en mijn ouders, die de tijd namen om dit werk door te nemen en mij op eventuele onbegrijpelijke zinnen te wijzen.

5 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING 1 INLEIDING 2 CASUS 3 1. SIGNALEMENT 3 2. ANAMNESE 3 3. ALGEMENE INDRUK 4 4. ALGEMEEN KLINISCH ONDERZOEK 4 5. AANVULLEND ONDERZOEK 4 6. DIFFERENTIAAL DIAGNOSE Mechanische ileus Paralytische ileus 9 7. EXPLORATIEVE LAPAROTOMIE DIAGNOSE PROGNOSE BEHANDELING & EVOLUTIE 11 DISCUSSIE ETIOLOGIE SYMPTOMEN DIAGNOSE BEHANDELING 15 CONCLUSIE 16 REFERENTIELIJST 17

6 LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN IV IM SC cc o.a. NEFA HBS JHS NSAID TMR Intraveneus Intramusculair Subcutaan Cubic centimetre (kubieke centimeter) Onder andere Non-esterified fatty acid (niet veresterde vetzuren) Hemorrhagic bowel syndrome Jejunal hemorrhage syndrome Non-steroidal anti-inflammatory drug (niet-steroϊdale ontstekingsremmer) Total mixed ration

7 SAMENVATTING Een melkkoe werd aangeboden op de kliniek met als voornaamste klachten de afwezigheid van mestpassage, een distentie van het abdomen en pinggeluiden op de rechterflank bij auscultatie. Deze symptomen wijzen op een gastrointestinale stase. Echografisch waren gedilateerde dunne darmen zichtbaar met een vergrootte diameter. Bij exploratieve laparotomie via de rechter flank werd er geen mechanische oorzaak gevonden voor de ileus. Het rund kreeg dagelijks orale vloeistof therapie en werd behandeld met antibiotica en prokinetica. In eerste instantie was er geen beterschap, met een meer uitgesproken distentie van het abdomen en diameter van de dunne darmen tot gevolg. Na een negental dagen was er een normale mestpassage en werd het door de eigenaar opgehaald. De nabehandeling bestond uit een antibioticakuur voor de peritonitis, tot op heden is het dier vrij van symptomen. Sleutelwoorden: ileus - peritonitis dundarmdilatatie afwezige mestpassage koliek rund

8 INLEIDING Ileus of gastrointestinale stase is een veelvoorkomend symptoom bij runderen en wordt gedefinieerd als een verminderde of afwezige passage doorheen het maagdarmstelsel. Dit gaat vaak gepaard met een opzetting van het abdomen en de afwezigheid van mest. Bij het rund kunnen er verschillende oorzaken aan de basis liggen van deze aandoening en is het vaak moeilijk om te achterhalen wat de aanleiding is van deze stoornis. Ileus wordt opgedeeld in een mechanische hindering van de maagdarmpassage of een functionele verstoring van de darmmotiliteit. Bij het rund worden voornamelijk fysieke obstructies gezien zoals in het geval van een invaginatie of strangulatie. Met een exploratieve laparotomie kunnen deze mechanische oorzaken van ileus vaak worden gediagnosticeerd. Een paralytische ileus valt verder onder te verdelen in een echte paralytische ileus of een spastische paralytische ileus. Alhoewel verschillende oorzaken van paralytische ileus worden besproken in de literatuur, is het vaak moeilijk tot onmogelijk om een oorzakelijke diagnose te stellen. Deze masterproef beschrijft aan de hand van de besproken casus verschillende mogelijke oorzaken voor zowel mechanische als paralytische ileus en bespreekt de beschikbare diagnostische technieken en behandelingen. 2

9 CASUS 1. SIGNALEMENT Het betrof een roodbont vrouwelijk Holstein Friesian rund van 4 jaar, 3 maanden en 25 dagen oud. Deze werd op aangeboden aan de kliniek van de Faculteit Diergeneeskunde te Merelbeke met symptomen van een koliek. Het dier was afkomstig van een I3-statuut en werd niet gevaccineerd voor IBR. Fig. 1 Koe bij aankomst met bilateraal opgezet abdomen 2. ANAMNESE Een drietal dagen voor het aanbieden aan de kliniek heeft het dier gekalfd. Een dag vóór aanbieding ging het dier op de weide waar werd opgemerkt dat het dier abnormaal suf was. Sinds één dag at het dier niet meer. De koe vertoonde kolieksymptomen, had een opgezet abdomen en had op de dag van aanbieden nog geen mest gepasseerd. Het vermoeden bestond dat het dier leed aan kalfziekte. De behandelend dierenarts heeft een calcium infuus, een analgeticum (Emdofluxin, flunixine 3

10 meglumine, 1,1 mg/kg IM, Emdoka, Hoogstraten, België) en een ondersteunend supplement (Catosal, butafosfaan & cyanocobalamine, 5-25 ml/dier IV, Bayer, Diegem, België) toegediend. 4. ALGEMEEN KLINISCH ONDERZOEK Het dier had een goede voedingstoestand en gaf een alerte indruk. De lichaamstemperatuur was 38,5 C (ref.: C) en de pols 72/min (ref.: 60-80/min). De ademhalingsfrequentie was 40/min, wat licht verhoogd is (ref.: 15-35/min). De mucosae waren gestuwd. De koe had een opgezet abdomen, waarbij zowel het linker als rechter ventraal kwadrant en het rechter dorsaal kwadrant waren opgezet (zie figuur 1). De penswerking was vertraagd en er waren pinggeluiden aanwezig in de rechter hongergroeve. Verder werden er geen afwijkingen gevonden op klinisch onderzoek. 5. AANVULLEND ONDERZOEK 5.1 Rectaal onderzoek Op rectaal onderzoek was er een grote, met gas gevulde ballon te voelen die tot in het bekken reikte. Deze structuur lag vrij aan alle zijden, wat een indicatie gaf dat het om het caecum ging. Verder naar craniaal waren verschillende grote, opgezette en met gas gevulde dunne darmen voelbaar. transrectaal werden geen andere abnormaliteiten ontdekt. 5.2 Echografie Op echografie was een normaal leverveld te zien, een grote galblaas en een kleine lebmaag. Enkele opgezette en dikwandige dunne darmen waren zichtbaar (zie figuur 2). Na meting van de echobeelden werd een darmdiameter van 5,5 cm gevonden met een gemiddelde wanddikte van 0,5 cm. Ventraal van de ribbenboog was er in de dunne darmen geen motiliteit te onderkennen, caudaal in het abdomen was er veel gas in het lumen van de dunne darmen zichtbaar. Een grote hoeveelheid helder buikvocht was aanwezig tussen de darmlussen (zie figuur 3). 4

11 Fig. 2 Echografiebeeld van de dunne darmen. Motiliteit van de darmwand is afwezig Fig. 3 Echografiebeeld van de dunne darmen. Helder buikvocht is zichtbaar tussen de darmlussen 5.3 Bloedonderzoek Bloedonderzoek leverde geen extra informatie op. Een normale hydratatietoestand, een normocalcemie (het calciumgehalte ligt op dag 4 net onder de referentiewaarde maar dit is hier van geen klinisch belang), een normochloremie en een normaal zuur-base evenwicht werd gevonden (zie tabel 1). Kalium is op dag 4 licht gestegen maar dit is waarschijnlijk te wijten aan een lichte hemolyse die optrad ten gevolge van de bloedname. Het verhoogde glucosegehalte is mogelijks toe te schrijven aan de stresserende omstandigheden die het dier onderging bij transport en tijdens het klinisch onderzoek. Tabel 1. Uitslagen van het hematologisch onderzoek Resultaten dag 1 Resultaten dag 2 Resultaten dag 3 Resultaten dag 4 Referentiewaarden Hct (%) BE (meq/l) 1,6 7,7 5 2,1-5/+5 Na + (mmol/l) 138,1 139, K + (mmol/l) 4,40 4,19 4, Cl - (mmol/l) Ca 2+ (mmol/l) 1,03 1,1 1,06 0,98 1,0 1,5 Glucose (mg/dl) pco2 (mmhg) 26 35,0 45,0 5

12 6. DIFFERENTIAAL DIAGNOSE Ileus is een sterk verminderde tot afwezige contractiliteit van het maagdarmstelsel. Onderscheid moet worden gemaakt tussen een mechanische ileus, welke berust op een fysische verhindering van de maag-darmpassage en een paralytische ileus, welke haar oorsprong vindt in een functionele verstoring van de peristalsis. 6.1 Mechanische ileus Aangeboren afwijkingen: Hierbij zijn delen van het darmstelsel onvolledig of niet aangelegd zoals bij agenesia of atresia ani, recti, jejuni, of coli (Suthar D.N. et al., 2010). Deze aandoening kan worden uitgesloten omdat het een volwassen rund betreft. Deze aandoeningen worden vrij snel na de geboorte opgemerkt of zullen worden vastgesteld wanneer kalveren vast voedsel beginnen op te nemen. Impactie/obstructie Een impactie kan optreden ter hoogte van het duodenum, het jejunum of het ileum. Deze aandoening komt meer voor in de herfst en winter (Nuss K. et al., 2005), wat overeenkomt met de casus. Een intraluminale obstructie komt bij het rund zelden voor (Anderson D.E. et al., 2005). Bij een ileale impactie is de algemene toestand weinig aangetast, de koeien hebben een normaal hartritme en een normale ademhalingsfrequentie. In vergelijking met een volvulus of strangulatie vertonen dieren met een obstructie relatief milde kolieksymptomen en weinig cardiovasculaire effecten (Nuss K. et al., 2005). Obstructie van het duodenum geeft meer algemene symptomen zoals een gedaalde eetlust, lethargie en depressie. Op serum biochemie kan hierbij een hypokalemische, hypochloremische metabole alkalose worden onderkend. Sterfte kan optreden door de sterke dehydratatie en elektrolyten disbalans. Obstructies in het proximale deel van de dunne darmen geven doorgaans grotere veranderingen in serum biochemie. Op rectaal onderzoek is de oorzaak van de obstructie zelden voelbaar, wel kunnen er opgezette dundarmen onderkend worden (Anderson D.E. et al., 2005). Invaginatie/intussusceptie: Komt voornamelijk voor ter hoogte van het distale deel van het jejunum. Op rectaal onderzoek worden er gedilateerde dundarmen aangetroffen of bij een jejunuminvaginatie het typische slakkenhuis. Op echografie kan de typische donut of bull s eye onderscheiden worden. Dit is echter maar mogelijk wanneer het letsel zich bevind in het bereik van de transducer. Het toestel dat werd gebruikt op de faculteit heeft een maximaal bereik van 27 cm, waardoor verder gelegen letsels gemist zouden kunnen worden. Peritonitis kan ontstaan wanneer het geïnvagineerde deel gaat necrotiseren (Deprez 6

13 P., 2003). Dieren vertonen kolieksymptomen, zijn lethargisch, anorectisch en durven niet te stappen, wat overeenkomt met de casus. Bij aantasting van het proximale deel van het jejunum treedt er een snelle dehydratatie op en een hypochloremische metabole alkalose. Faecesproductie kan normaal lijken tot 12 uur na het optreden van een intussusceptie, na 24 uur is er echter vaak totaal geen mestpassage meer. In zeldzame gevallen blijft een beperkte mestpassage mogelijk ter hoogte van de invaginatie, wat de diagnose sterk bemoeilijkt. De diagnose wordt gesteld door middel van echografie of een exploratieve laparotomie. Bij rectaal onderzoek is een intussusceptie niet altijd voelbaar, opgezette dundarmen zijn wel aanwezig (Anderson D.E. et al., 2005). Dilatatie en torsie van het abomasum Bij een torsie van de lebmaag zal de luminale druk oplopen wat aanleiding geeft tot pijn. Symptomen van koliek komen vaak voor, net als tachycardie (>120/min) en tachypnee (>40/min). De lebmaagwand kan gaan necrotiseren met een endotoxemie en eventueel shock tot gevolg. Bij auscultatie van de rechterflank kunnen pinggeluiden worden waargenomen van de 13e rib tot in de paralumbale fossa. Op rectaal onderzoek is de getordeerde lebmaag voelbaar in het rechter craniale kwadrant van het abdomen. De etiologie is multifactorieel maar de aandoening zou primair ontstaan door een atonie van de lebmaag. Elke aandoening die een atonie van het gastrointestinale stelsel kan veroorzaken kan aan de basis liggen van een lebmaagverplaatsing. Ketonemie of slepende melkziekte kan zowel een gevolg als de oorzaak zijn van een lebmaagverplaatsing. Onder invloed van ketonen verslapt de lebmaagwand waardoor deze gemakkelijker uitzet. Een verhoging van de concentratie circulerende NEFA s (niet veresterde vetzuren) wordt geassocieerd met een verhoogd risico op een lebmaagverplaatsing na de partus (Duffield T.F. et al., 2008). Hypokalemie is eveneens een risicofactor, net als een verhoogde concentratie β-hydroxyboterzuur gecombineerd met een ernstige of langdurige hypocalcemie (Zurr L. en Leonhard-Marek S., 2012). Een plotse rantsoenwijziging kan ook leiden tot een liggingsverandering van het abomasum (Niehaus A., 2008). Dilatatie en torsie van het caecum Deze aandoening berust waarschijnlijk op een digestiestoornis waarbij het caecum minder contractiel wordt en gaat dilateren. Soms blijft het bij een dilatatie maar het opgezette caecum kan zich eventueel gaan verplaatsen met een liggingsverandering en mogelijke torsie tot gevolg (Deprez P., 2003). Vaak komt er in de anamnese een rantsoenwijziging voor. Een dilatatie laat dikwijls nog passage toe, een torsie geeft eerder een fysische verhindering van de darmpassage. De rechter hongergroeve is caudaal opgezet en vertoont pinggeluiden bij auscultatie. In 95% van de gevallen zal rectaal onderzoek een diagnose van caecumdilatatie, -torsie of verplaatsing toelaten (Braun U. et al., 2012). Een cilindervormige, gladde opzetting kan caudo-dorsaal in de rechter buikhelft gevoeld worden (Deprez P., 2003) of er is transrectaal niets voelbaar wanneer er een retroflexie van het orgaan is 7

14 opgetreden. In het laatste geval zou de aandoening op echografie of bij de exploratieve laparotomie op te merken zijn (Braun U. et al., 2012). Torsie/volvulus Volvulus van het distale derde deel van het jejunum tot het proximale deel van het ileum, waar het mesenterium vrij lang is, komt geregeld voor. Het rund van de besproken casus vertoont symptomen die eerder gelijken op deze die voorkomen bij een acute intestinale obstructie (o.a. koliek, abdominale opzetting en lethargie) dan deze bij een mesenteriumtorsie (o.a. cardiovasculaire shock) (Anderson D.E. et al., 1993). Dieren vertonen kolieksymptomen, hebben tachypnee, tachycardie en maken weinig tot geen mest. Dehydratatie kan voorkomen. Er zijn pinggeluiden te horen op meerdere plaatsen (Streeter R.N., 2008), wat ook het geval was bij deze casus. De aandoening verloopt hyperacuut wanneer er een complete mesenteriumtorsie is (groter of gelijk aan 360 ). Binnen 12 uur treedt er een metabole acidose op met shock en sterfte tot gevolg. In de acute fase worden ernstige kolieksymptomen gezien met tachycardie en tachypnee (Anderson D.E. et al., 2005). Op rectaal onderzoek worden diffuus opgezette dunne darmen gevonden (Deprez P., 2003) of zijn er gespannen strengen voelbaar die dorsoventraal in het midden doorheen het abdomen lopen (Anderson D.E. et al., 1993). Strangulatie: strengen / hernia (navel lies buik inwendig) Aangeboren of verworven strengen kunnen het darmstelsel afsnoeren en zo aanleiding geven tot een mechanische hindering van de maag-darmpassage (Deprez P., 2003). Tevens kan er een hernia van de darmsegmenten optreden, bijvoorbeeld doorheen het mesenterium of het omentum, tussen fibrotische strengen of doorheen congenitale openingen. Een omentale hernia of een strangulatie van het jejunum doorheen het foramen epiploicum is zeldzaam (Ruf-Ritz et al., 2013). De symptomen zullen verschillen naargelang de gestranguleerde structuur. Klinisch worden er voornamelijk pijnsymptomen waargenomen en eventueel meteorisme en dehydratatie, afhankelijk van de lokalisatie (Deprez P., 2003). Een exploratieve laparotomie is bij deze aandoeningen een nuttig diagnostisch hulpmiddel. Darmkneuzing (ischemic bowel necrosis) Dit letsel treedt het meest op na een lastige partus en zou meer voorkomen bij een achterste voorstelling van het kalf of bij een tweelingdracht (Mainau E. en Manteca X., 2001). In dit geval was er geen informatie over de ligging van het kalf. Bij lichte gevallen van darmkneuzing komt er enkel pijn voor met een tijdelijke ileus tot gevolg en treedt er spontane heling op. Bij erge kneuzingen kan een necrose van de darm ontstaan waardoor er een (lokale) peritonitis wordt uitgelokt (Deprez P., 2003). 8

15 Darmbloeding (hemorrhagic bowel syndrome (HBS) - jejunal hemorrhage syndrome (JHS) intraluminal/intramural hematoma - bloody gut - hemorrhagic enteritis) Eén van de factoren van deze multifactoriёle ziekte wordt gedacht Clostridium perfringens type A te zijn (Anderson D.E. et al., 2005). Aspergillus fumigatus wordt evenwel ook gezien als potentieel oorzakelijk agens van een darmbloeding (Elhafany M.M. et al., 2013). Aangetaste dieren zijn vaak in het begin van hun lactatieperiode, produceren grote hoeveelheden melk en krijgen TMR (Total Mixed Ration) of silage (structuurarm en energierijk) gevoederd (Anderson D.E. et al., 2005). Symptomen zijn gelijk aan deze die voorkomen bij een mechanische obstructie van het maagdarmstelsel. Klinisch wordt er abdominale distentie, koliek en tachycardie gezien. Er is een afwezige of verminderde mestpassage met mogelijks melena (Braun U. et al., 2010, Elhafany M.M. et al., 2013, Deprez P., 2003). In 62 van de 63 gevallen was de intestinale motiliteit verminderd of afwezig (Braun U. et al., 2010). Vaak wordt de koe dood gevonden door het snelle fatale verloop van de aandoening. Opvallend op laparatomie of lijkschouwing zijn de haemorrhagische darmen en het voorkomen van bloedklonters in darmlumen (Anderson D. E. et al., 2005). 6.2 Paralytische ileus Een atonie van het maagdarmstelsel kan verschillende oorzaken hebben gaande van een acute peritonitis tot een hypokalemie. De gastro-intestinale structuren dilateren met vloeistof en gas en de mestpassage is verminderd tot afwezig. Bij een paralytische ileus zijn de kolieksymptomen vaak minder uitgesproken dan bij een mechanische ileus. Paralytische ileus wordt onderverdeeld in een echte paralytische ileus en een spastische paralytische ileus. De functionele contractiliteit van de darmen is bij een echte paralytische ileus geheel afwezig, er zijn aldus geen borborygmen te horen en is er geen mestpassage. Bij een spastische paralytische ileus daarentegen ondergaan de darmen initieel een hypermotiliteit alvorens stil te vallen. De algemene toestand blijft hierbij vaak langer goed dan bij een mechanische of echte paralytische ileus wegens het trager optreden van eventuele dehydratatie en shock (Deprez P., 2003). Echte paralytische ileus Ionaire disbalans Door een hypocalcemie, hypofosfatemie of hypokalemie kan er een paralytische ileus ontstaan door de invloed van deze ionen op de contractiliteit van de gladde spiervezels welke verantwoordelijk zijn voor de normale peristalsis. 9

16 Peritonitis Acuut ziet men een opgetrokken buik, koorts en anorexie. Door de vrijstelling van catecholamines komt het bij een acute peritonitis vaak tot een complete gastrointestinale stase met distentie van het abdomen tot gevolg. In het geval van chronische peritonitis wordt er vaak diarree gezien. Met echografie kan bij een peritonitis in veel gevallen vrij buikvocht worden onderkend (Fecteau G., 2005), zoals bij deze casus het geval was. Bovendien zijn er vaak verdikte darmwanden zichtbaar en kunnen er ook fibrineslierten aanwezig zijn. Op hematologisch onderzoek wordt er vaak een neutrofiele leukocytose en een hyperfibrinemie gevonden. Het cytologisch onderzoek van buikvocht na een abdominocentesis kan aangewezen zijn bij het stellen van een diagnose (Fecteau G., 2005). Bij deze casus werd er geen buikvocht afgenomen. Enteritis Enteritis geeft aanleiding tot een verandering van de intestinale motiliteit, hierdoor kan secundair eventueel een intussusceptie ontstaan. De oorzaak van de enteritis kan zowel infectieus als nietinfectieus zijn. Tympanie/pijn Tympanie is vaker het gevolg van een verhindering van de eructatie dan van een verhoogde gasproductie. De herkauwbeweging kan zowel mechanisch (slokdarmobstructie) als een functioneel (n. vagus dysfunctie, hypocalcemie) gestoord zijn. Schuimige tympanie, waarbij het gas gevangen wordt in de schuimlaag gevormd bovenop de vaste laag in de pens zorgt ervoor dat geproduceerd gas niet kan onsnappen. Tympanie zal resulteren in een asymmetrische abdominale distentie, de zogenaamde pappelbuik, de meest uitgesproken opzetting in de linker paralumbale fossa. Door de distentie van het abdomen ontstaat er een compressie van het diafragma en de longen, waardoor de ventilatie en de veneuze retour naar het hart in het gedrang komen. De hartfrequentie en de ademhalingsfrequentie zullen hierdoor verhogen (Streeter R.N., 2008). Abdominale pijn bij runderen wordt vaak geuit als niet willen of durven bewegen (Fecteau G., 2005). Spastische paralytische ileus De meest voorkomende oorzaken van spastische paralytische ileus zijn de opname van koud water, indigestie, enteritis of darmischemie (Deprez P., 2003). 10

17 7. EXPLORATIEVE LAPAROTOMIE Tijdens de exploratieve laparotomie in de rechterflank kon het omentum moeilijk naar craniaal verplaatst worden. Het caecum en de colonschijf waren sterk gevuld met zowel gas als vloeibare inhoud wat de reden kan zijn voor de moeizame verplaatsing van het omentum. Er waren geen liggingsveranderingen van de darmen of andere organen te onderkennen. Tussen de darmen was veel vrij buikvocht aanwezig dat geen fibrine bevatte. Het gas werd via een punctie gedeeltelijk uit de colonschijf geëvacueerd. De caecumtop werd geëxterioriseerd en leeggemaakt via een caecotomie. De incisie in de caecumtop werd gesloten met een Cushing hechting in twee lagen. Bij verdere inspectie van de buikholte werd een grote galblaas gevonden, een lichtelijk ingedroogde pensinhoud en ileus ter hoogte van de licht gedilateerde dunne darmen. In de buikholte werd 60 ml PENI-kel (procaïne benzylpenicilline, IE/kg, Kela Laboratoria, Hoogstraten, België) gebracht waarna een omentopexie uitgevoerd werd. De buikwand werd gesloten in vijf lagen. 8. DIAGNOSE Aangezien er geen mechanische oorzaak voor de dundarmileus werd gevonden op zowel echografisch onderzoek als bij laparotomie, werd een waarschijnlijkheidsdiagnose van paralytische ileus gesteld. Het onderscheid tussen een echte of spastische paralytische ileus kon niet worden gemaakt. Op bloedonderzoek waren geen ionaire disbalansen aanwezig, noch werden er tekenen van enteritis of peritonitis vastgesteld. 9. PROGNOSE Gereserveerd door het ontbreken van de etiologie. 10. BEHANDELING & EVOLUTIE Gedurende 5 dagen werd er Borgal 24% (sulfadoxine & trimethoprim, 3ml/50kg IV/IM/SC, Virbac, Carros, Frankrijk) toegediend. De eerste dag werd er 40cc IM toegediend, de volgende dagen werd 40cc Borgal 24%, opgelost in 40cc fysiologische oplossing, IV gegeven. Dit product wordt verdund om schade aan de venewand te voorkomen. De koe werd dagelijks gedrencht (30 L water + 270g NaCl) gedurende de negen dagen dat zij op de faculteit verbleef. Op dag vier werd aan de drench 60g CaCl en 1 zakje Rumin (gestabiliseerd en gesteriliseerd rumenextract, Kela Laboratoria, Hoogstraten, België) toegevoegd. Omdat de koe geen mest had gemaakt sinds haar aankomst werd er op de dag 3 en dag 4 eveneens 3L paraffineolie opgegoten. Drie dagen na aankomst maakt de koe voor het eerst een beetje mest. Een dag later maakt het dier een grote hoeveelheid platte mest (zie figuur 4). Vanaf diezelfde dag had het dier een verhoogde temperatuur (zie grafiek 1). 11

18 Temperatuur in C Grafiek 1. Verloop van de lichaamstemperatuur van de koe 41 Lichaamstemperatuur koe 40, , , Tijd in dagen Vanaf drie dagen na aankomst krijgt de koe dagelijks 24cc Erythrovet 200 (eythromycine thiocyanaat, 8 mg/kg, Vetaque, Tehran, Iran) IM en 15cc Emdofluxine 50 IM (flunixine meglumine, 1,1 mg/kg IM, Emdoka, Hoogstraten, België) gedurende drie dagen. Wanneer erythromycine wordt gegeven aan de gebruikte dosis heeft het een prokinetisch effect. Na drie dagen is het aantal receptoren op de gladde spiercellen zodanig verminderd door een downregulatie waardoor het geneesmiddel geen effect meer uitoefent. Een week na aankomst maakt de koe duidelijk koorts en krijgt ze 35c Duphapen IM (procaϊnebenzylpenicilline, 10 mg/kg IM, Zoetis, Louvain-la-Neuve, België). De volgende ochtend krijgt ze 35cc Neopen IM (benzylpenicilline procaïne & neomycine, 1 ml/20 kg/d IM, MSD Animal Health bvba, Brussel, België) en s avonds 35cc Duphapen IM (procaϊnebenzylpenicilline, 10 mg/kg IM, Zoetis, Louvain-la-Neuve, België) toegediend. Om een voldoende hoge bloedspiegel aan penicilline te kunnen garanderen worden deze twee producten na elkaar gebruikt. Het tweemaal per dag toedienen van enkel Neopen kan leiden tot oto- en nefrotoxiciteit door een overdosering aan neomycine. Het dier blijft mest maken die steeds vaster wordt. 12

19 Figuur 4. Waterige mest Een negental dagen na haar opname at de koe, was haar temperatuur gedaald en werd ze door de eigenaar opgehaald om thuis op de weide te zetten. De beweging die weidegang uitlokt zal de darmmotiliteit stimuleren. Om peritonitis te bestrijden wordt het rund thuis nog 7 dagen behandeld met Neopen IM (benzylpenicilline procaïne & neomycine, 1 ml/20kg/d IM, MSD Animal Health, Brussel, België). Na contact met de behandelend dierenarts blijkt dat het rund in een goede toestand verkeert. DISCUSSIE 11. ETIOLOGIE De oorzaak van ileus bij runderen is vaak te wijten aan een mechanisch probleem. Op algemeen en aanvullend onderzoek werd er geen mechanische oorzaak gevonden voor de gastrointestinale stase. Paralytische ileus komt minder vaak voor (Braun U., 2005). Vaak wordt de precieze etiologie hiervan niet achterhaald, wat ook bij deze casus het geval was. 13

20 12. SYMPTOMEN Distentie van het abdomen bij het rund kent veel verschillende oorzaken. Het vertonen van kolieksymptomen is eveneens geen sluitend diagnostisch middel. Samen met de vertraagde penswerking, hoorbare pinggeluiden op auscultatie van de rechterzijde van het dier en een afwezige mestpassage is dit indicatief voor een stase van het maagdarmstelsel. Normale dunne darmen hebben een wanddikte van 2 tot 3 mm en een diameter van 2 tot 4 cm. De diameter van het lumen verandert constant door de peristalsis. Bij dieren met ileus zal er met behulp van echografie een verlaagde motiliteit onderkend kunnen worden en een dilatatie van de darmen (meerdere lussen met >3,5 cm in diameter). Bij ileus kan de intestinale inhoud toch lijken te bewegen, dit doordat andere viscera een massabeweging veroorzaken van de vloeibare ingesta (Van Metre D.C. et al., 2005). De dunne darmen van het rund in deze casus hadden een diameter van 5,5 cm en een wanddikte van 5 mm. Op bloedonderzoek waren er weinig afwijkingen te vinden, wat indicatief is voor een paralytische ileus. Hierbij komen er over het algemeen geen of weinig veranderingen voor in het elektrolytengehalte, de mineralenconcentratie of de zuur-basebalans, terwijl runderen met een strangulatie van de intesta of een darmbloeding typisch progressieve tekenen van dehydratatie, abdominale distentie, hyperglycemie, azotemie, hyponatremie, hypochloremie, hypokalemie en metabole alkalose zullen vertonen (Van Metre D.C. et al., 2005). 13. DIAGNOSE De diagnose wordt ondersteund door een transrectale palpatie van opgezette dunne darmlussen en de afwezigheid van faeces in het rectum. Slechts 40% van de gevallen van ileus worden gediagnosticeerd met behulp van rectaal onderzoek. Het voorkomen, de diameter, de inhoud en de motiliteit van de darmen wordt geëvalueerd met behulp van echografie. Normale dunne darmen hebben een diameter van 2 tot 4 cm, vertonen een (hypo)echogene inhoud en zijn sterk motiel. De meest belangrijke criteria voor de diagnose van ileus zijn de diameter en de motiliteit. Soms is er hypoechogeen vocht te zien tussen de darmlussen als gevolg van transudatie. De oorzaak van de ileus is zelden aantoonbaar door middel van echografie, deels doordat deze vaak verder gelokaliseerd is van de abdominale wand dan de penetratiediepte van de transducer (Braun U., 2005). Runderen met een paralytische ileus zullen geen vrij bloed in de faeces hebben of melena vertonen (Fubini S. & Divers T.J., 2008). De afwezigheid van deze tekenen bij de besproken patiënt maakt dat darmbloedingen met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid kunnen worden uitgesloten. Bij een ileus hebben de dunne darmen een diameter van meer dan 3,5 cm en is er een afwezige tot verminderde motiliteit (Van Metre D.C. et al., 2005). De diameter van de dunne darmen is deze case is 5,5 cm, wat wijst op een gastrointestinale stase. Wanneer er meer dan 5 dwarsdoorsneden zichtbaar zijn op echografie wijst dit op een ileus te hoogte van het jejunum of het ileum. Wanneer er 14

21 één of enkele dwarsdoorsneden zichtbaar zijn zou eerder gedacht moeten worden aan een ileus van het duodenum (Braun U., 2005). Bij deze casus zijn er minstens 5 dwarsdoorsneden te zien op echografie, hieruit wordt besloten dat het gaat om een ileus van het jejunum of ileum. 14. BEHANDELING De meest belangrijke klinische indicatie voor een laparotomie is een gastrointestinale hypomotiliteit met accumulatie van vocht, gas en ingesta, een vermindering of complete afwezigheid van mestpassage, anorexie, koliek en progressieve dehydratatie en shocksymptomen (Radostits O.M., 2000). In deze casus was een laparotomie aangewezen maar werd er ondanks deze ingreep toch geen oorzaak voor de ileus gevonden. De behandeling van een paralytische ileus dient gericht te zijn op het onderliggende probleem. Bij een ionaire disbalans wordt er gepoogd deze te normaliseren. Wanneer een infectieuze enteritis de oorzaak is kan een antibioticakuur aangewezen zijn. Bij een peritonitis zou de behandeling moeten bestaan uit een ondersteunende therapie, een antibioticakuur en eventueel een spoeling van het abdomen. Bij dieren met een paralytische ileus zal intraveneuze of orale vloeistoftherapie de normale gastrointestinale motiliteit terug op gang kunnen brengen wanneer de elektrolytenbalans en mineralenconcentraties hiermee worden genormaliseerd (Van Metre D.C., 2005). Bij deze casus werd besloten de koe te drenchen (orale vloeistoftherapie). Het gebruik van prokinetica word voorgesteld bij dieren met functionele obstructies zoals een lebmaagverplaatsing, een paralytische ileus of caecale dilatatie. Ter behandeling van paralytische ileus wordt betanechol aangeraden maar een gecontroleerde evalutatie van deze behandeling bij runderen is tot dusver niet uitgevoerd (Van Metre D.C., 2005). Pijnbestrijding is ook van belang. Flunixine meglumine is vaker als analgeticum gebruikt geweest bij runderen met een gastrointestinale aandoening. De werking tegen viscerale pijn blijkt echter niet voldoende en behandelde koeien kunnen nog steeds gaan neerliggen gedurende een staande ingreep wanneer viscera worden gemanipuleerd (Van Metre D.C., 2005). Dit NSAID wordt vrijwel standaard gebruikt als analgeticum op de faculteit. De toediening van butorfanol tartraat (0,02-0,04 mg/kg IV) zou beter werken bij pijn veroorzaakt door ileus. Het geeft een milde viscerale analgesie zonder directe negatieve invloed op de intestinale motiliteit (Anderson et al., 2005). In België is er echter geen preparaat geregistreerd voor het gebruik bij runderen. Spasmolytica zoals Buscopam (hyoscine butylbromide, 1cc/10kg IV, Boehringer Ingelheim, Brussel, België) kunnen gebruikt worden bij een spastische paralytische ileus. Deze hebben vaak een goed en blijvend resultaat (Deprez P., 2003). Een systemische antibiotica therapie dient te worden ingezet bij peritonitis. Zolang er geen cultuuruitslag is bekomen van het buikvocht wordt er best een breedspectrum antibioticum gebruikt. De permeabiliteit van het peritoneum is altijd verhoogd bij 15

22 peritonitis zodat er geen probleem is met diffusie van het antibioticum naar de peritoneale holte (Fecteau G., 2005). Het chirurgisch ingrijpen bij een peritonitis omvat een peritoneale debridement, irrigatie of lavage en een drainage. Er wordt geen significant voordeel behaald wanneer er een antibioticum aan het spoelmiddel wordt toegevoegd tijdens de lavage. Het nut van toegevoegde antiseptische middelen wordt ook nog in twijfel getrokken (Fecteau G., 2005). CONCLUSIE De ileus was van voorbijgaande aard en vermoedelijk is de peritonitis bij deze patiënt secundair hieraan ontstaan. Ondanks het inzetten van bijkomende diagnostische technieken werd er in dit geval geen oorzaak van de ileus vastgesteld. Een analyse van het buikvocht na abdominocentesis zou een aanvullend hulpmiddel kunnen zijn geweest. Als pijnbestrijding was flunixine meglumine misschien niet de beste keus aangezien dit de viscerale pijn weinig zal wegnemen. Deze casus bevestigd dat het stellen van een oorzakelijke diagnose bij ileus in de praktijk een grote uitdaging blijft voor zowel de eerstelijns practicus als voor de gespecialiseerde instelling. 16

23 REFERENTIELIJST Anderson D.E., Constable P.D., St. Jean G., Hull B.L., (1993). Small-intestinal volvulus in cattle: 35 cases ( ). Journal of the American Veterinary Medical Association, Vol. 203, Anderson D.E., Ewoldt J.M.I., (2005). Intestinal Surgery of Adult Cattle. Veterinary Clinics of North America: Food Animal Practice, Vol. 21, Braun U., (2005). Ultrasound as a Decision-Making Tool in Abdominal Surgery in Cows. Veterinary Clinics of North America: Food Animal Practice, Vol. 21, Braun U., Beckmann C., Gerspach C., Hässig M., Muggli E., Knubben-Schweizer G., Nuss K., (2012). Clinical Findings and treatment in cattle with caecal dilatation. BMC Veterinary Research, Vol. 8, 1-9 Braun U., Nuss K., Knubben-Schweizer G., Gerspach C., (2011). Kolikdiagnostik mittels Ultraschall beim weiblichen Rind. Tierärztliche Praxis Großtiere, Vol. 5, Braun U., Schmid T., Muggli E., Steininger K., Previtali M., Gerspach C., Pospischil A., Nuss K., (2010). Clinical findings and treatment in 63 cows with haemorrhagic bowel syndrome. Schweizer Archiv für Tierheilkunde, Vol. 152, Braun U., Steiner A., Götz M., (1993). Clinical signs, diagnosis and treatment of duodenal ileus in cattle. Schweizer Archiv für Tierheilkunde, Vol. 135, Deprez. P., (2003). Inwendige Ziekten GHD, Cursus Faculteit Diergeneeskunde, Gent, Duffield T.F., Lissemore K.D., McBride B.W., Leslie K.E., (2008). Impact of hyperketonemia in early lactation dairy cows on health and production. Journal of dairy science, Vol. 92, Fubini S. & Divers T.J., (2008). Abdominal Diseases. In: Divers T.J. & Peek, S.F., Rebhun s Diseases of Dairy Cattle, 2 nd edition, Saunders, Missouri, Fecteau G., (2005). Management of Peritonitis in Cattle. Veterinary Clinics of North America: Food Animal Practice, Vol. 21, Mainau E., Manteca X., (2011). Pain and discomfort caused by parturition in cows and sows. Applied Animal Behaviour Science, Vol. 135, Niehaus A., (2008). Displaced Abomasum in Cattle. In: Anderson D.E. & Rings M., Current Veterinary Therapy: Food Animal Practice, 5 th edition, Saunders, Philadelphia, Nuss K., Lejeune B., Lischer C., Braun U., (2005). Ileal impaction in 22 cows. The Veterinary Journal, Vol. 171,

24 Pradhan M.S., Waghaye U.G., Jadhave S.G., (2008). Paralytic ileus in a cattle. Veterinary World, Vol. 1, 180 Radostits O.M. (2000). Clinical examination of the alimentary system of ruminants. In: Radostits O.M., Mayhew I.G., Houston D.M. Veterinary clinical examination and diagnosis, W.B. Saunders, London, Ruf-Ritz J., Braun U., Hilbe M., Muggli E., Trösch L., Nuss K., (2013). Internal herniation of the small and large intestines in 18 cattle. The Veterinary Journal, Vol. 197, Streeter R.N., (2008). Bloat or Ruminal Tympany. In: Anderson D.E. & Rings M., Current Veterinary Therapy: Food Animal Practice, 5 th edition, Saunders, Philadelphia, 9-12 Suthar D.N., Chaudhary S.R., Patel P.B., Mistry J.N., Patel J.B., Nerurkar S.S., (2010). Surgical Management of Atresia Ani in a cow calf. Veterinary World, Vol. 3, Van Metre D.C., Callan R.J., Holt T.N., Garry F.B., (2005). Abdominal Emergencies in Cattle. Veterinary Clinics of North America: Food Animal Practice, Vol. 21, Zurr L., Leonhard-Marek S., (2012). Effects of β-hydroxybutyrate and different calcium and potassium concentrations on the membrane potential and motility of abomasal smooth muscle cells in cattle. Journal of dairy science, Vol. 95,

25 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar Klinische Casus: Zenuwstoornissen bij twee kalveren door Tanja VAN LOON Promotoren: Bonnie Valgaeren Prof. Dr. P. Deprez Casus in het kader van de Masterproef 2014 Tanja van Loon

26 Universiteit Gent, haar werknemers of studenten bieden geen enkele garantie met betrekking tot de juistheid of volledigheid van de gegevens vervat in deze masterproef, noch dat de inhoud van deze masterproef geen inbreuk uitmaakt op of aanleiding kan geven tot inbreuken op rechten van derden. Universiteit Gent, haar werknemers of studenten aanvaarden geen aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid voor enig gebruik dat door iemand anders wordt gemaakt van de inhoud van de masterproef, noch voor enig vertrouwen dat wordt gesteld in een advies of informatie vervat in de masterproef.

27 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar Klinische Casus: Zenuwstoornissen bij twee kalveren door Tanja VAN LOON Promotoren: Bonnie Valgaeren Prof. Dr. P. Deprez Casus in het kader van de Masterproef 2014 Tanja van Loon

28 VOORWOORD Hierbij wil ik iedereen bedanken die me heeft bijgestaan tijdens de totstandkoming van deze masterproef. Allereerst wil ik mijn promotor Bonnie Valgaeren bedanken voor de begeleiding bij dit proces. Haar kritische opmerkingen en nuttige tips hebben geleid tot de voltooiing van deze masterproef. Daarnaast ook een dankwoord voor iedereen uit mijn omgeving die mij heeft gesteund tijdens het schrijven van dit werk. Zonder de morele steun van vrienden en familie zou het veel moeilijker zijn geweest om deze masterproef tot een goed einde te brengen. Vooral mijn moeder heeft enorm veel tijd gestoken in het continu overlopen van mijn werk en het voorstellen van verbeteringen, waarvoor mijn dank.

29 INHOUDSOPGAVE INLEIDING...2 CASUS SIGNALEMENT ANAMNESE ALGEMENE INDRUK ALGEMEEN KLINISCH ONDERZOEK AANVULLEND ONDERZOEK DIFFERENTIAAL DIAGNOSE DIAGNOSE EVOLUTIE...9 LITERATUURSTUDIE ETIOLOGIE.9 Humane Toxoplasmosis Toxoplasmosis bij het schaap 13 Toxoplasmosis bij het rund SYMPTOMEN DIAGNOSE BEHANDELING.16 DISCUSSIE CONCLUSIE REFERENTIELIJST. 18

30 LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN PCR BVD DGZ Sg Ly Mo GPT AST LDH CPK AF GGT Ca Polymerase chain reaction Boviene Virale Diarree Dierengezondheidszorg Vlaanderen Segmentkernigen Lymfocyten Monocyten Glutamaat pyruvaat transaminase Aspartaat aminotransferase Lactaat dehydrogenase Creatinefosfaat kinase Alkalische fosfatase Gamma-glutamyltransferase Calcium ELISA Enzyme-linked immunosorbent assay MAT IFAT IgM IgG IV kgy Modified agglutination test Immunofluorescence antibody test Immunoglobuline M Immunoglobuline G Intraveneus Kilogray EFSA European Food Safety Authority H&E Haematoxiline-eosine

31 SAMENVATTING Twee vrouwelijke Holstein Friesian kalveren werden op de faculteit aangeboden, beide zijn afkomstig van hetzelfde bedrijf. Hier hebben de afgelopen tijd tevens drie vaarzen geaborteerd. De kalveren vertoonden zenuwsymptomen, op algemeen onderzoek was er een nystagmus, head tilt en een torticollis waarneembaar. Verder onderzoek leverde geen extra informatie op. Beide vaarskalveren werden tenslotte geëuthanaseerd en op autopsie werden macroscopisch eveneens geen afwijkingen vastgesteld. Stalen van de hersenen, het diafragma en het hart van beide kalveren werden onderzocht door het Pasteur-Instituut. De detectie van Toxoplasma gondii is niet evident. De prevalentie van T. gondii is tamelijk hoog in de runderpopulatie en bijgevolg zullen kwantificerende testen nodig zijn om het risico voor de volksgezondheid in te schatten. Het aantonen van T. gondii in weefselstalen wordt daarnaast gecompliceerd door het lage aantal cysten dat aanwezig kan zijn in een dier. Een verdere concentratie en muisinoculatie test is in dat geval nodig voor de finale detectie. Serotypering is een meer directe methode maar dit zegt niets over de mogelijke risicobron van het vlees. De MAT is heden ten dage de meest betrouwbare test voor het aantonen van T. gondii. Deze was in deze casus voor beide kalveren negatief. Uit IFAT en PCR onderzoek bleek dat het om een Toxoplasma gondii-infectie ging. Omdat er geen afdoende behandeling voorhanden is om Toxoplasma te elimineren eens een dier besmet is zal de aandacht vooral gericht moeten worden op het voorkomen van een transplacentaire infectie van de zich ontwikkelende foeti. Vaccinatie is momenteel niet geregistreerd voor het rund. Sleutelwoorden: zenuwstoornissen kalveren - nystagmus - torticollis - head tilt - Toxoplasma gondii

32 INLEIDING Kalveren met zenuwstoornissen zijn telkens een diagnostische uitdaging. De lijst van differentiaal diagnoses is vaak tamelijk lang en omvat zowel traumatische, infectieuze, toxische als genetische oorzaken. Deze casus zet het diagnostisch plan van aanpak bij zenuwaandoeningen bij twee kalveren uiteen en illustreert een weinig voor de hand liggende diagnose. Toxoplasma gondii is een ubiquitaire parasiet welke een brede waaier aan ziekten kan induceren bij alle zoogdieren. Deze parasiet is vooral bekend omwille van het risico op abortus of congenitale aandoeningen bij zwangere vrouwen. Wanneer Toxoplasmosis vóór de zwangerschap wordt opgelopen zal de moeder antistoffen hebben aangemaakt en zal er geen gevaar bestaan voor aantasting van de foetus. Vrouwen zonder antistoffen zullen zich tijdens de zwangerschap moeten beschermen tegen T. gondii. Deze parasiet vereist verschillende preventieve maatregelen. Het wordt zwangere vrouwen aldus afgeraden om contact met katten(faeces) te hebben, rauwe groente te eten of onvoldoende doorbakken schapen- of rundvlees te nuttigen. Runderen zijn één van de velen mogelijke tussengastheren van Toxoplasma gondii die aanleiding kunnen geven tot transmissie van de ziekte naar de mens. Echter is er weinig aandacht voor de gevolgen die T. gondii bij het rund zelf geeft. Deze masterproef toont een geval van klinische Toxoplasmosis bij twee kalveren en diept de literatuur hieromtrent uit. 2

33 CASUS 1. SIGNALEMENT Deze casus betreft twee vrouwelijke Holstein Friesian kalveren, één van 16 dagen oud (hierna genoemd kalf 1) en één van 1 maand en 28 dagen oud (hierna genoemd kalf 2). Zij werden aan de faculteit aangeboden met verschillende zenuwsymptomen, waaronder nystagmus en cirkelgang. 2. ANAMNESE Beide kalveren zijn afkomstig van hetzelfde bedrijf, waarvan het statuut voorlopig nog niet gekend is. De problemen situeerden zich in een groep van 8 drachtige vaarzen. Drie van deze vaarzen ondergingen een abortus en daarnaast werden er drie afwijkende en twee normale kalveren geboren. De drie abnormale kalveren, waarvan 2 vaarskalveren en 1 stierkalf, vertoonden ongecoördineerde bewegingen, nystagmus en een head tilt. Het stierkalf komt goed in gewicht aan en wordt bijgevolg op het bedrijf zelf vetgemest. De uitslag van het abortusprotocol is negatief. BVD en Neospora werden uitgesloten door het DGZ. De vaarskalveren werden aan de faculteit aangeboden voor verder onderzoek naar het oorzakelijk agens. 3. ALGEMENE INDRUK De dieren waren alert en verkeerden in een goede voedingstoestand. De kalveren dronken volgens de eigenaar nog goed. Kalf 1 lag evenwel veel neer en vertoonde fietsbewegingen die afgewisseld werden met het spastisch strekken van de voorpoten naar voren. Het dier deed aan loos kauwen. Kalf 2 bewoog zich afwijkend voort, het leek stijf en atactisch. Een cirkelgang naar rechts werd opgemerkt. Dit kalf had een torticollis met head tilt naar rechts (zie fig. 1 en 2). 3

34 Figuur 1. Kalf 2 met head tilt en torticollis Figuur 2. Cirkelgang naar rechts 4. ALGEMEEN KLINISCH ONDERZOEK Op algemeen onderzoek waren weinig afwijkingen te vinden naast de duidelijke zenuwstoornissen. De temperatuur van kalf 1 en kalf 2 was respectievelijk 38,5 C en 39,2 C (ref.: 38,5 39,5 C), de pols 60 en 100 per minuut (ref.: verschilt sterk met de leeftijd van het rund; /min bij neonaten tot 50-80/min bij volwassen runderen) en de ademhaling 20 en 24 per minuut (ref.: 15-35/min). De turgor, capillaire vullingstijd en het uitzicht van de mest was normaal. Kalf 1 vertoonde iets rodere mucosae. Het zicht van beide kalveren was normaal en ze hadden beide een normale pupilreflex. Kalf 1 vertoonde echter een duidelijke nystagmus. Dit kalf bevond zich eveneens in laterale decubitus waarbij de voorpoten over de kop gehouden werden, wat werd afgewisseld met fietsbewegingen. 5. AANVULLEND ONDERZOEK Bij echografisch onderzoek van de kalveren werden geen afwijkingen vastgesteld. De bloedwaarden van kalf 1 zijn weergegeven in tabel 1. De bevindingen van het bloedonderzoek van kalf 2 worden weergegeven in tabel 2 en tabel 3. De onderzoeken werden uitgevoerd met tien dagen tussentijd. 4

35 Tabel 1. Bloedonderzoek kalf 1 Parameter Resultaat Referentie Hematologie Leucocyten 15,4 x10 9 /l 6,0-9,0 Hematocriet 448ml/l Sg 71% Ly 28% Mo 1% 2-7 Eosinofielen 0% 0-10 Trombocyten 754 x 10 9 /l Biochemie Totaal eiwit serum 54 g/l Bilirubine totaal 10 µmol/l 2,5-6 Ureum 3,8 mmol/l 3-8 Creatinine 63 µmol/l GPT 33 mu/ml <10 AST 67 mu/ml LDH 4720 mu/ml CPK 167 mu/ml AF 176 mu/ml GGT 136 mu/ml <30 5

36 Tabel 2. Bloedonderzoek kalf 2 (1 e maal) Parameter Resultaat Referentie Hematologie Leucocyten 8,0 x10 9 /l 6,0-9,0 Hematocriet 262ml/l Sg 59% Ly 31% Mo 11% 2-7 Eosinofielen 0% 0-10 Trombocyten 687 x 10 9 /l Biochemie Totaal eiwit serum 50 g/l Bilirubine totaal 7 µmol/l 2,5-6 Ureum 3,8 mmol/l 3-8 Creatinine 49 µmol/l GPT 24 mu/ml <10 AST 151 mu/ml LDH 6320 mu/ml CPK 154 mu/ml AF 117 mu/ml GGT 15 mu/ml <30 6

37 Tabel 3. Bloedonderzoek kalf 2 (2 e maal) Parameter Resultaat Referentie Hematologie Leucocyten 10,0 x10 9 /l 6,0-9,0 Hematocriet 233ml/l Sg 68% Ly 32% Trombocyten 488 x 10 9 /l Biochemie Totaal eiwit serum 46 g/l Bilirubine totaal 4 µmol/l 2,5-6 Ureum 1,7 mmol/l 3-8 Glucose 3,70 mmol/l 2,5-4 Creatinine 49 µmol/l GPT 12mU/ml <10 AST 78 mu/ml LDH 1715 mu/ml CPK 100 mu/ml AF 141 mu/ml GGT 31 mu/ml <30 Ca 1,95 mmol/l 2,0-3 De verhouding neutrofielen op lymfocyten is omgekeerd (normaal een hoger aantal lymfocyten dan neutrofielen, uitgezonderd bij dieren tot 2-3 weken oud). Dit geeft aan dat er een ontsteking gaande is of dat de dieren stress ondervinden. Het totaal eiwit gehalte kan verlaagd zijn door te geringe opname van biest door de kalveren na de geboorte. De hematocriet is licht gestegen bij kalf 1 wat te wijten kan zijn aan een milde dehydratatie. Het totale bilirubine gehalte stijgt snel bij anorexie door de gedaalde maag-darmlediging. Bij leverproblemen wordt verwacht dat deze waarde nog veel hoger ligt. Creatinine ligt onder de normaalwaarde maar dit is van geen significant belang, enkel een verhoogde waarde is belangrijk (indicatie voor spierafbraak). GPT is verhoogd, dit kan te wijten zijn aan leverproblemen. LDH is gestegen wat kan wijzen op spierschade door teveel neerliggen ( muscle crush syndrome ) of op een leverprobleem. AST kan verhoogd zijn vanwege spierschade. De waarde 7

38 van GGT is ook gestegen wat kan wijzen op een leverprobleem maar dan zouden hiervoor meerdere indicaties aanwezig zijn. Na een aantal dagen was de algemene toestand van kalf 1 verslechterd en lag het nog steeds veel neer. Het kalf was minder alert dan voorheen. Het dier werd geёuthanaseerd drie dagen na haar aankomst op de kliniek. Bij het postmortem onderzoek op de dienst pathologie werden er stalen genomen. Op de hersenen werd histologisch onderzoek verricht. Macroscopisch konden er geen afwijkingen worden onderkend. Twee weken na aankomst op de kliniek werd ook het andere dier geёuthanaseerd. Dit kalf had op dat moment diarree, maakte koorts en hoestte. Vermoedelijk had het dier tijdens haar verblijf in de kliniek een infectie opgelopen. Van dit kalf werden verse stalen genomen (hersenen, diafragma en hart) en naar het Pasteur-Instituut opgestuurd voor onderzoek naar het oorzakelijk agens. 6. DIFFERENTIAAL DIAGNOSE Zenuwstoornissen kunnen velerlei oorzaken hebben. Zowel virale aandoeningen als bacteriële infecties kunnen neurologische afwijkingen teweeg brengen. Tevens kunnen traumatische of toxische (aminoglycoside intoxicatie) oorzaken aan de basis liggen van zenuwstoornissen. Hieronder worden mogelijke differentiaaldiagnoses opgesteld voor zenuwsymptomen bij jonge kalveren. Bij deze casus gaat het over 3 kalveren van hetzelfde bedrijf waardoor er eerder wordt gedacht aan een infectieuze, toxische of voedingsgerelateerde oorzaak. -Boviene virale diarrheevirus (BVD): kan veel verschillende symptomen geven, waaronder milde tot ernstige neurologische afwijkingen zoals nystagmus, head tilt, incoördinatie en een negatieve palpebraal reflex. Op postmortem onderzoek worden er geen macroscopische afwijkingen gevonden. Hypomyelinisatie en abnormale gliacellen kunnen wel worden aangetoond in het merendeel van de gevallen (Straver P. J. et al., 1983). Een BVD infectie werd uitgesloten door DGZ, het is aldus niet waarschijnlijk dat de kalveren hieraan lijden. -Neospora caninum: komt wereldwijd voor en is de meest voorkomende oorzaak van abortus in melkvee. Transplacentair geïnfecteerde kalveren kunnen overleven en aldus geboren worden met een paralysis of propioceptieve afwijkingen. Microscopisch onderzoek toont een non-suppuratieve inflammatie ter hoogte van de hersenen, het hart en de spieren. Immunohistochemische kleuring kan Neospora caninum aantonen, alhoewel de tachyzoieten van deze parasiet moeilijk te onderscheiden zijn van de tachyzoieten van andere Coccidia. DGZ heeft deze ziekte echter uitgesloten met behulp van een ELISA test. -Toxoplasma gondii: geeft allerhande zenuwstoornissen bij levend geboren kalveren maar kan tevens abortus veroorzaken. Runderen raken besmet door de opname van oöcysten uit het milieu. Dit komt overeen met de anamnese en de symptomen. -Gebrek aan sporenelementen/vitaminen: gedurende de dracht zullen deficiёnties invloed hebben op de ontwikkeling van het kalf en het verloop van de dracht. Een abortus kan worden veroorzaakt door een gebrek aan mangaan, jodium, kobalt of selenium. Een gebrek aan vitamine A en E kan eveneens 8

Casuïstieken rundvee Casus 1

Casuïstieken rundvee Casus 1 Casuïstieken rundvee Casus 1 Bart Pardon Vakgroep Inwendige Ziekten van de Grote Huisdieren, Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Gent Salisburylaan 133, Merelbeke, Belgium Bart.Pardon@UGent.be 1 Anamnese

Nadere informatie

Ileus bij het kalf. Pro s en con s. Klinisch onderzoek. Hoe beslissen of een kalf open moet? Klinisch onderzoek: inspectie abdomen 5/30/2015

Ileus bij het kalf. Pro s en con s. Klinisch onderzoek. Hoe beslissen of een kalf open moet? Klinisch onderzoek: inspectie abdomen 5/30/2015 Ileus bij het kalf Kalf met koliek: open of niet? Bart Pardon Vakgroep Inwendige Ziekten van de Grote Huisdieren, Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Gent Salisburylaan 133, Merelbeke, Belgium Mechanisch

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar 2013-2014

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE. Academiejaar 2013-2014 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT DIERGENEESKUNDE Academiejaar 2013-2014 6 CASE REPORTS: INZICHTEN IN DE PATHOGENESE VAN HAEMORRHAGIC BOWEL SYNDROME BIJ RUNDEREN door Yannik DE CLOEDT Promotoren: Drs. Bonnie

Nadere informatie

Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak

Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak Auteur: Steven Sarrazin Het belang van monitoring en vaccinatie in de BVD-aanpak Veelal wordt de bestrijding van het Boviene Virale Diarree-virus (BVD) enkel geassocieerd met vaccinatie. Echter, met vaccinatie

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies 8 Chapter 8 74 Samenvatting Hoofdstuk 1 geeft een algemene inleiding op dit proefschrift. De belangrijkste doelen van dit proefschrift waren achtereenvolgens: het beschrijven

Nadere informatie

NRLP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts

NRLP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro NRLP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts Versie 2016 1. WAT IS NRLP-12 GERELATEERDE TERUGKERENDE KOORTS 1.1 Wat is het? NRLP-12 gerelateerde terugkerende

Nadere informatie

Sommige infecties bij runderen blijven gedurende lange tijd aanwezig op een rundveebedrijf

Sommige infecties bij runderen blijven gedurende lange tijd aanwezig op een rundveebedrijf Moeilijk te ontdekken infectieuze ziekten bij runderen Sommige infecties bij runderen blijven gedurende lange tijd aanwezig op een rundveebedrijf vooraleer ze ontdekt en aangepakt worden. Het gaat om besmettelijke

Nadere informatie

Bloederkalveren: waakzaamheid blijft geboden! Tekst: Jef Laureyns Faculteit Diergeneeskunde UGent

Bloederkalveren: waakzaamheid blijft geboden! Tekst: Jef Laureyns Faculteit Diergeneeskunde UGent PRAKTIJKDIERENARTS-MVBB02-2013 Bloederkalveren: waakzaamheid blijft geboden! Tekst: Jef Laureyns Faculteit Diergeneeskunde UGent Sommige vlees- en melkveebedrijven hebben de voorbije jaren te maken gehad

Nadere informatie

BVD-bestrijding in België: een algemene aanpak lijkt er te komen.

BVD-bestrijding in België: een algemene aanpak lijkt er te komen. Auteur: Steven Sarrazin BVD-bestrijding in België: een algemene aanpak lijkt er te komen. Nu IBR een verplichte nationale aanpak kent bij rundvee, komt ook een bestrijding van BVD (Boviene Virale Diarree)

Nadere informatie

Allemaal Beestjes. Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017

Allemaal Beestjes. Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017 Allemaal Beestjes Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017 Voorgeschiedenis Vrouw, 68 jaar Diabetes type 2 (1995), hypertensie (2010), chronische nierinsuffiëntie (2012) Presentatie op de SEH In de nacht

Nadere informatie

Bij een metabole acidose is er een daling van de ph en het bicarbonaatgehalte. Compensatoir kan het CO2 gehalte in het bloed dalen.

Bij een metabole acidose is er een daling van de ph en het bicarbonaatgehalte. Compensatoir kan het CO2 gehalte in het bloed dalen. ZUUR BASE EVENWICHT Afwijkingen in het zuur base evenwicht worden onderverdeeld in respiratoire en metabole acidose, respiratoire en metabole alkalose en gemengde aandoeningen. 1.1 Respiratoire acidose

Nadere informatie

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie rundvee 2016: bijzonderste bevindingen

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie rundvee 2016: bijzonderste bevindingen Autopsie rundvee 2016: bijzonderste bevindingen Versie 1.0 November 2017 Auteur: Afdeling autopsie In 2016 werden ongeveer 798 dossiers en meer dan 850 dieren verwerkt betreffende autopsie bij runderen.

Nadere informatie

Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose. Omschrijving

Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose. Omschrijving Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Onvruchtbaarheid is het onvermogen om drachtig te worden. Onvruchtbaarheid bij vrouwelijke honden (teven) en katten (poezen)

Nadere informatie

NLRP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts

NLRP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro NLRP-12 Gerelateerde Terugkerende Koorts Versie 2016 1. WAT IS NLRP12 GERELATEERDE TERUGKERENDE KOORTS 1.1 Wat is het? NLRP12 gerelateerde terugkerende koorts

Nadere informatie

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw OVERZICHT AUTOPSIES RUNDVEE 2008 In onderstaande tabellen wordt het aantal diagnoses weergegeven op dierniveau. FOETI/DOODGEBOREN KW 1 KW2 KW3 KW4 TOTAAL aantal inzendingen

Nadere informatie

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie kleine herkauwers en kameelachtigen 2016: bijzonderste bevindingen

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie kleine herkauwers en kameelachtigen 2016: bijzonderste bevindingen Autopsie kleine herkauwers en kameelachtigen 2016: bijzonderste bevindingen Versie 1.0 Datum: November 2017 Auteur: Afdeling autopsie In 2016 heeft DGZ iets meer dan 1000 dossiers van herkauwers verwerkt,

Nadere informatie

Focus op Neospora. Praktische handleiding

Focus op Neospora. Praktische handleiding Focus op Neospora Praktische handleiding Met de steun van Focus op Neospora Voorwoord Beste veehouder, Beste dierenarts, Neospora caninum is een parasiet die wereldwijd voorkomt. Neospora is vooral gekend

Nadere informatie

Nieuwsbrief Rundvee December 2016

Nieuwsbrief Rundvee December 2016 Nieuwsbrief Rundvee December 2016 Inhoud: 1. IBR en BVD vrij worden na tankmelkonderzoek 2. Aanpassingen BGP en BBP 3. BVD- virus-sneltest 4. Procapen in plaats van Penstrep-ject bij operaties 5. Nieuwe

Nadere informatie

CMV, EBV, Toxoplasma. Diagnostiek. Inge Gyssens Dienst infectieziekten Internist infectioloog

CMV, EBV, Toxoplasma. Diagnostiek. Inge Gyssens Dienst infectieziekten Internist infectioloog CMV, EBV, Toxoplasma Diagnostiek Inge Gyssens Dienst infectieziekten Internist infectioloog Man, 50 jaar Sinds 8d uit Thailand, 1 maand verblijf (nieuwe partner aldaar) Branderig gevoel ter hoogte van

Nadere informatie

Op een modern melkveebedrijf horen BVD en IBR niet thuis!

Op een modern melkveebedrijf horen BVD en IBR niet thuis! Op een modern melkveebedrijf horen BVD en IBR niet thuis! Bedrijfsinfectie BVD Bedrijfsinfectie Op dit bedrijf loopt een pink van ca. 9 maanden die drager is van het BVD-virus. Deze pink is drager geworden

Nadere informatie

ESDOORNVERGIFTIGING ATYPISCHE MYOPATHIE. Piet Deprez

ESDOORNVERGIFTIGING ATYPISCHE MYOPATHIE. Piet Deprez ESDOORNVERGIFTIGING ATYPISCHE MYOPATHIE Piet Deprez Typisch versus atypisch Maandagziekte / tying up /. Spierbeschadiging tijdens of na arbeid Atypische myopathie Dieren op de weide zonder verband met

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Wat is een ileus?...4. Wat is de oorzaak van een ileus?...4. Wat zijn de klachten?...5. Hoe wordt de diagnose gesteld?...

Inhoudsopgave. Wat is een ileus?...4. Wat is de oorzaak van een ileus?...4. Wat zijn de klachten?...5. Hoe wordt de diagnose gesteld?... Ileus Chirurgie Inhoudsopgave Wat is een ileus?...4 Wat is de oorzaak van een ileus?...4 Wat zijn de klachten?...5 Hoe wordt de diagnose gesteld?...7 Welke behandeling is mogelijk?...8 Wat zijn de vooruitzichten?...9

Nadere informatie

Kalverdiarree voorkomen en aanpakken

Kalverdiarree voorkomen en aanpakken Kalverdiarree voorkomen en aanpakken Uit onderzoek onder ruim 400 kalveren blijkt dat meer dan 40% in de eerste drie levensweken een afwijkende mestscore laat zien. Diarree bij kalveren is een veelvoorkomend

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen: Per 500 ml: 95,0 g calciumgluconaat 22,5 g calciumgluceptaat

Nadere informatie

Dr. Jenny Buijtels, specialist interne geneeskunde

Dr. Jenny Buijtels, specialist interne geneeskunde Dr. Jenny Buijtels, specialist interne geneeskunde Presentatie Dia s en casussen die ook voorkomen in de workshop vloeistoftherapie en dwangvoeding Zo indruk van hoe de workshop is opgebouwd Verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Spoelwormen leven in de darmen van honden en katten.

Spoelwormen leven in de darmen van honden en katten. Darmparasieten komen zowel bij honden als bij katten zeer regelmatig voor. De vaakst voorkomende besmettingen zijn die met spoelwormen en lintwormen. Af en toe zien we ook infecties met giardia. Ook aan

Nadere informatie

Pijnbestrijding bij landbouwhuisdieren. Valérie Dekens, TSM PA Merial

Pijnbestrijding bij landbouwhuisdieren. Valérie Dekens, TSM PA Merial Pijnbestrijding bij landbouwhuisdieren Valérie Dekens, TSM PA Merial Het zenuwstelsel van landbouwhuisdieren is op dezelfde manier ontwikkeld als bij mensen. Op basis hiervan kunnen we stellen dat een

Nadere informatie

Onder de huid Subcutaan s.c. Gebruikt bij veel medicijnen, In de ader Intraveneus i.v. Melkziekteinfuus in melkader

Onder de huid Subcutaan s.c. Gebruikt bij veel medicijnen, In de ader Intraveneus i.v. Melkziekteinfuus in melkader Medicijngebruik In dit hoofdstuk zullen de medicijnen besproken worden die gebruikt worden bij het melkvee, jongvee en de droge koeien. Daarbij is er een belangrijke rol voor de antibiotica. Het antibioticagebruik

Nadere informatie

Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Coördinator referentiecentrum Naam: N. Botteldoorn Tel 02 642 51 83 Fax: 02 642 52 40 Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Instelling: WIV Straat: J. Wijtsmanstraat Stad: Brussel

Nadere informatie

Botulisme. Botulisme: een veelal fatale voedselvergiftiging

Botulisme. Botulisme: een veelal fatale voedselvergiftiging Botulisme Botulisme: een veelal fatale voedselvergiftiging Jaarlijks zijn er uitbraken van botulisme bij vele diersoorten. Het grootste aantal slachtoffers valt onder de watervogels, zoals eenden en ganzen,

Nadere informatie

Deficiëntie van de IL-1-Receptorantagonist (DIRA)

Deficiëntie van de IL-1-Receptorantagonist (DIRA) www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Deficiëntie van de IL-1-Receptorantagonist (DIRA) Versie 2016 1. WAT IS DIRA 1.1 Wat is het? Deficiëntie van de IL-1-receptorantagonist (DIRA) is een zeldzame

Nadere informatie

Verkorte SKP - MOVICOL Vloeibaar Sinaasappelsmaak - Juni 2013

Verkorte SKP - MOVICOL Vloeibaar Sinaasappelsmaak - Juni 2013 Verkorte SKP - MOVICOL Vloeibaar Sinaasappelsmaak - Juni 2013 Naam van het geneesmiddel: MOVICOL Vloeibaar Sinaasappelsmaak, concentraat voor drank Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling: Elke 25

Nadere informatie

Kalverdiarree. Hoe los ik het op? Author/location

Kalverdiarree. Hoe los ik het op? Author/location Kalverdiarree Hoe los ik het op? Author/location Situatie Nederland Het voorkomen van afwijkende mest op 108 bedrijven verspreid over heel Nederland Onderzocht door de GD Onderscheid mest: waterig vla

Nadere informatie

HOEFBEVANGENHEID. Informatie voor eigenaren over hoefbevangenheid bij het paard

HOEFBEVANGENHEID. Informatie voor eigenaren over hoefbevangenheid bij het paard HOEFBEVANGENHEID Informatie voor eigenaren over hoefbevangenheid bij het paard Hoefbevangenheid is een vaak voorkomende, pijnlijke en potentieel zeer erge aandoening, die de hoeven aantast bij paarden

Nadere informatie

Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan

Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan Auteur: Steven Sarrazin Redenen genoeg om de BVDV-situatie op uw bedrijf na te gaan Boviene Virale Diarree (BVD) is een aandoening met een veel ruimer ziektebeeld dan de naam laat vermoeden. Daarom is

Nadere informatie

Rubella Synoniemen: rodehond, German measles, Röteln

Rubella Synoniemen: rodehond, German measles, Röteln Rubella Synoniemen: rodehond, German measles, Röteln B06 Bijlage I Rubella en zwangerschap, richtlijnen voor de praktijk Beleid naar aanleiding van een (mogelijk) contact (zie toelichting 1) Inventariseer

Nadere informatie

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar)

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Koorts bij kinderen van 0 tot 1 maand (0-28 dagen) (n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Betreft: kinderen (jonger dan 1 maand) met koorts, verdacht van een

Nadere informatie

Vreemde voorwerpen in slokdarm en/of maagdarmstelsel bij honden en katten

Vreemde voorwerpen in slokdarm en/of maagdarmstelsel bij honden en katten Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Vreemde voorwerpen in slokdarm of maagdarmstelsel zijn niet eetbare en onverteerbare dingen die zich in de slokdarm, maag of

Nadere informatie

B. BIJSLUITERBIJSLUITER Deposil IU, suspensie voor injectie

B. BIJSLUITERBIJSLUITER Deposil IU, suspensie voor injectie 1 B. BIJSLUITERBIJSLUITER Deposil 300.000 IU, suspensie voor injectie 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN

Nadere informatie

toch ziektetekens opwekken. Anderzijds kunnen om dezelfde reden de symptomen van een ziekte erger worden dan ze zouden zijn zonder de bijkomende

toch ziektetekens opwekken. Anderzijds kunnen om dezelfde reden de symptomen van een ziekte erger worden dan ze zouden zijn zonder de bijkomende De BVD Boviene virale diarree of BVD is een aandoening bij runderen die zwaar onderschat wordt.de besmetting brengt veel meer schade toe aan de veestapel dan men over het algemeen aanneemt, maar komt ook

Nadere informatie

Notice version NL Borgal 24% B. BIJSLUITER

Notice version NL Borgal 24% B. BIJSLUITER B. BIJSLUITER 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Houder van de vergunning voor het in de

Nadere informatie

Betreft: kinderen (1 tot 3 maanden) met koorts, verdacht van een infectie, met uitsluiting van de gehospitaliseerde neonaat.

Betreft: kinderen (1 tot 3 maanden) met koorts, verdacht van een infectie, met uitsluiting van de gehospitaliseerde neonaat. Koorts bij kinderen van 1 tot 3 maanden (28 dagen tot en met 12 weken) (n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Betreft: kinderen (1 tot 3 maanden) met koorts,

Nadere informatie

Feline infectieuze peritonitis (FIP), Besmettelijke buikvliesontsteking bij katten

Feline infectieuze peritonitis (FIP), Besmettelijke buikvliesontsteking bij katten Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Feline infectieuze peritonitis (FIP) is een virale ziekte die schade toebrengt aan verschillende lichaamsweefsels. Twee vormen

Nadere informatie

Speed F-Corona TM. www.speedrange.nl. Virbac Nederland B.V., Postbus 313, 3770 AH Barneveld Tel. 0342 427 127 E-mail: info@virbac.

Speed F-Corona TM. www.speedrange.nl. Virbac Nederland B.V., Postbus 313, 3770 AH Barneveld Tel. 0342 427 127 E-mail: info@virbac. Speed F-Corona TM www.speedrange.nl Virbac Nederland B.V., Postbus 313, 3770 AH Barneveld Tel. 0342 427 127 E-mail: info@virbac.nl ALLEEN VOOR IN VITRO GEBRUIK NEDERLANDS KLINISCHE TOEPASSING Katten die

Nadere informatie

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie rundvee 2017 bijzonderste bevindingen

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie rundvee 2017 bijzonderste bevindingen Autopsie rundvee 2017 bijzonderste bevindingen Versie 1.0 Oktober 2018 Auteur: Afdeling autopsie In 2017 werden een 950-tal lijkschouwingen uitgevoerd op rundvee en 2 op bizons. Foetussen en doodgeboren

Nadere informatie

Josine Beek, DVM. Faculteit Diergeneeskunde, Vakgroep Verloskunde, Voortplanting en Bedrijfsdiergeneeskunde.

Josine Beek, DVM. Faculteit Diergeneeskunde, Vakgroep Verloskunde, Voortplanting en Bedrijfsdiergeneeskunde. Waterzucht van de vruchtvliezen bij het rund Als er een overmatige hoeveelheid vruchtwater aanwezig is, spreken we van waterzucht of hydrops van de vruchtvliezen. Deze afwijking komt slechts zelden voor,

Nadere informatie

Valérie s. Tips&Tricks #5. Suikerziekte en hypoglycemie, Somogyi, ketoacidose, hyperosmolair Syndroom

Valérie s. Tips&Tricks #5. Suikerziekte en hypoglycemie, Somogyi, ketoacidose, hyperosmolair Syndroom Valérie s Tips&Tricks #5 Suikerziekte en hypoglycemie, Somogyi, ketoacidose, hyperosmolair Syndroom Suikerziekte en hypoglycemie, Somogyi, ketoacidose, hyperosmolair Syndroom 1. Hypoglycemie Hypoglycemie

Nadere informatie

Het belang van een degelijk biestmanagement op moderne. rundveebedrijven

Het belang van een degelijk biestmanagement op moderne. rundveebedrijven Auteur: Vanessa Meganck Het belang van een degelijk biestmanagement op moderne rundveebedrijven Een kalf wordt zonder antistoffen geboren door de specifieke bouw van de placenta (moederkoek) van het rund.

Nadere informatie

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie rundvee 2009 bijzonderste bevindingen

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie rundvee 2009 bijzonderste bevindingen Autopsie rundvee 2009 bijzonderste bevindingen Versie 1.0 Datum augustus 2010 Auteur: Jozefien Callens In 2009 zijn 1254 dossiers voor autopsie rundvee verwerkt. Dit vertegenwoordigt 1282 dieren. In FIGUUR

Nadere informatie

Niglumine 50 mg/ml. Voor welke dieren is dit product bedoeld. Samenstelling. Wachttermijn. Registratienummer: REG NL / UDD

Niglumine 50 mg/ml. Voor welke dieren is dit product bedoeld. Samenstelling. Wachttermijn. Registratienummer: REG NL / UDD Niglumine 50 mg/ml Registratienummer: REG NL 101828 / UDD Voor welke dieren is dit product bedoeld Samenstelling Per ml: flunixine 50 mg overeenkomend met flunixine meglumine 82,9 mg Wachttermijn Rund:

Nadere informatie

Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december 2010 15:44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december 2010 13:16

Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december 2010 15:44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december 2010 13:16 Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Chronische diarree is een verandering in de frequentie, consistentie, of het volume van de stoelgang (ontlasting) voor meer

Nadere informatie

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie pluimvee 2017 bijzonderste bevindingen

Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw. Autopsie pluimvee 2017 bijzonderste bevindingen Autopsie pluimvee 2017 bijzonderste bevindingen Versie 1.0 Oktober 2018 Auteur: Afdeling autopsie In 2017 werden een 410-tal inzendingen (Figuur 1) voor autopsie pluimvee verwerkt. Dit aantal is met 20,3%

Nadere informatie

Focus op Neospora. Praktische handleiding

Focus op Neospora. Praktische handleiding Focus op Neospora Praktische handleiding Met de steun van Focus op Neospora Voorwoord Beste veehouder, Beste dierenarts, Neospora caninum is een parasiet die wereldwijd voorkomt. Neospora is vooral gekend

Nadere informatie

Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Coördinator referentiecentrum Naam: N.Botteldoorn Tel 02 642 51 83 Fax: 02 642 52 40 Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Instelling: WIV Straat: J. Wijtsmanstraat Stad: Brussel

Nadere informatie

BIJSLUITER Wellicox 50 mg/ml oplossing voor injectie voor runderen, varkens en paarden

BIJSLUITER Wellicox 50 mg/ml oplossing voor injectie voor runderen, varkens en paarden BIJSLUITER Wellicox 50 mg/ml oplossing voor injectie voor runderen, varkens en paarden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR

Nadere informatie

BIJSLUITER DINOLYTIC

BIJSLUITER DINOLYTIC BIJSLUITER 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND Houder van de vergunning voor het in de handel

Nadere informatie

Periodieke Koorts met Afteuze Faryngitis en Adenitis (PFAPA)

Periodieke Koorts met Afteuze Faryngitis en Adenitis (PFAPA) www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Periodieke Koorts met Afteuze Faryngitis en Adenitis (PFAPA) Versie 2016 1. WAT IS PFAPA 1.1 Wat is het? PFAPA staat voor Periodic Fever Adenitis Pharyngitis

Nadere informatie

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K Inhoudsopgave 1 B 2 B 3 B 4 B 5 B 6 B 7 B 8 B 9 B 1 B 11 B 12 B 13 B Palpabele schildkliernoduli en euthyreotische struma... 1 Lange

Nadere informatie

Hyperglycemie Keto-acidose

Hyperglycemie Keto-acidose Hyperglycemie Keto-acidose Klinische les Marco van Meer SJG 20 06 2007 (acute) ontregeling van diabetes Doel Op het einde van mijn presentatie is jullie kennis over glucose huishouding en ketoacidose weer

Nadere informatie

Kennelhoest - Infectieuze tracheobronchitis (infectieuze ontsteking van luchtpijp en bronchiën) bij honden

Kennelhoest - Infectieuze tracheobronchitis (infectieuze ontsteking van luchtpijp en bronchiën) bij honden Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Een Infectieuze tracheobronchitis is de medische term die een groep van besmettelijke, respiratoire (luchtweg) aandoeningen

Nadere informatie

Necrotiserende fasciitis vs Pyoderma gangrenosum

Necrotiserende fasciitis vs Pyoderma gangrenosum Necrotiserende fasciitis vs Pyoderma gangrenosum Eric Roovers Ziekenhuishygiënist Wondzorgcoördinator ZNA Middelheim casus Man, 47 jaar AC-luxatie 3de graad => LARS-reconstructie Ingreep op 24/5/2005 Slechte

Nadere informatie

Dierenkliniek Goeree Overflakkee

Dierenkliniek Goeree Overflakkee Dierenkliniek Goeree Overflakkee De teksten van onze artikelen worden geschreven aan de hand van wetenschappelijke literatuur, maar ook op basis van onze eigen inzichten en ervaringen. Daarom kan de informatie

Nadere informatie

Op het diagram hieronder is schematisch weergegeven hoe de besmettingsroute van Neospora loopt. Bron: GD Diergezondheid

Op het diagram hieronder is schematisch weergegeven hoe de besmettingsroute van Neospora loopt. Bron: GD Diergezondheid Neospora Neospora caninum is een van de belangrijkste besmettelijke oorzaken van verwerpen bij koeien. Een infectie met Neospora leidt niet tot ziekteverschijnselen bij de koeien. Wel kan de parasiet door

Nadere informatie

BIJSLUITER Kelaprofen 100 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen, paarden en varkens

BIJSLUITER Kelaprofen 100 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen, paarden en varkens BIJSLUITER Kelaprofen 100 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen, paarden en varkens 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

Geschreven door Diernet Team woensdag, 12 januari 2011 00:00 - Laatst aangepast woensdag, 12 januari 2011 23:21

Geschreven door Diernet Team woensdag, 12 januari 2011 00:00 - Laatst aangepast woensdag, 12 januari 2011 23:21 Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Een infectie met parvovirus is een acute (plotselinge en hevige) generaliseerde (systemische) ziekte bij honden. De aandoening

Nadere informatie

BIJSLUITER Dolorex 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paard, hond en kat

BIJSLUITER Dolorex 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paard, hond en kat BIJSLUITER Dolorex 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paard, hond en kat 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,

Nadere informatie

Geschreven door Diernet Team zondag, 25 september :00 - Laatst aangepast zondag, 25 september :20

Geschreven door Diernet Team zondag, 25 september :00 - Laatst aangepast zondag, 25 september :20 Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Ataxie/ Incoördinatie is een signaal dat er problemen zijn met het zenuwstelsel. Ataxie kan ongecoördineerde bewegingen geven

Nadere informatie

BIJSLUITER. Ketodolor 100 mg/ml oplossing voor injectie voor paarden, runderen en varkens

BIJSLUITER. Ketodolor 100 mg/ml oplossing voor injectie voor paarden, runderen en varkens BIJSLUITER Ketodolor 100 mg/ml oplossing voor injectie voor paarden, runderen en varkens 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

Valérie s. Tips&Tricks #1. Diagnose en behandeling van de hond/kat met suikerziekte

Valérie s. Tips&Tricks #1. Diagnose en behandeling van de hond/kat met suikerziekte Valérie s Tips&Tricks #1 Diagnose en behandeling van de hond/kat met suikerziekte Diagnose en behandeling van de hond/kat met suikerziekte 1. DIAGNOSE VAN SUIKERZIEKTE Suikerziekte wordt vastgesteld op

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2014/REG NL 116195/zaak 422423 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Beschikkende op de aanvraag d.d. 28 augustus 2014

Nadere informatie

Inflammatoire darmontsteking (IBD), maagdarmontsteking bij honden en katten

Inflammatoire darmontsteking (IBD), maagdarmontsteking bij honden en katten Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Inflammatoire (ontsteking) van darmziekten (IBD) is een groep van gastro-intestinale (maagdarm) ziekten waarbij ontstekingen

Nadere informatie

Klik om stijl te bewerken

Klik om stijl te bewerken Klik om stijl te bewerken Coxevac vaccinatie bij geiten 20-2-2019 1 Inhoud Voorstelling Ceva + mezelf Q-koorts: Wat is het? Q-koorts: Symptomen (mens + dier) Q-koorts: Diagnostiek Q-koorts: Preventie Q-Koorts:

Nadere informatie

Tiener met abdominale klachten. Pauline Naessens ASO Pediatrie

Tiener met abdominale klachten. Pauline Naessens ASO Pediatrie Tiener met abdominale klachten Pauline Naessens ASO Pediatrie Oproep 14-jarig meisje Koorts tot 42 C Braken en waterige diarree Collaps Presentatie A : Vrije luchtweg B : AF 25/min, Kussmaul-ademhaling,

Nadere informatie

BIJSLUITER. NIGLUMINE 50 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen, paarden en varkens. Flunixine meglumine

BIJSLUITER. NIGLUMINE 50 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen, paarden en varkens. Flunixine meglumine BIJSLUITER NIGLUMINE 50 mg/ml, oplossing voor injectie voor runderen, paarden en varkens Flunixine meglumine 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT

Nadere informatie

PRAKTISCH Toxoplasmose

PRAKTISCH Toxoplasmose PRAKTISCH Toxoplasmose l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n over houden van huisdieren Toxoplasmose is een belangrijke zoönose. Dat betekent dat deze ziekte

Nadere informatie

Bijsluiter NL versie B. BIJSLUITER 1/5

Bijsluiter NL versie B. BIJSLUITER 1/5 B. BIJSLUITER 1/5 BIJSLUITER GALASTOP, oplossing voor orale toediening voor honden en katten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

Bijsluiter NL versie Emdactilin 150 B. BIJSLUITER

Bijsluiter NL versie Emdactilin 150 B. BIJSLUITER B. BIJSLUITER 1 BIJSLUITER EMDACTILIN 150, 149/56,7 mg / ml, oplossing voor injectie voor varkens en kalveren (Spectinomycini HCl + Lincomycini HCl) 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR

Nadere informatie

SAMENVATTING VOOR NIET-INGEWIJDEN Kattenkrabziekte. Diagnostische en klinische aspecten van Bartonella henselae infectie

SAMENVATTING VOOR NIET-INGEWIJDEN Kattenkrabziekte. Diagnostische en klinische aspecten van Bartonella henselae infectie 166 Samenvatting SAMENVATTING VOOR NIET-INGEWIJDEN Kattenkrabziekte. Diagnostische en klinische aspecten van Bartonella henselae infectie Deel I Introductie In de introductie van dit proefschrift (Hoofdstuk

Nadere informatie

van Dechra Ketose / Slepende melkziekte Hypocalciëmie/ Melkziekte Acidose / Pensverzuring

van Dechra Ketose / Slepende melkziekte Hypocalciëmie/ Melkziekte Acidose / Pensverzuring Het van Dechra De afkalfperiode is een cruciale periode waarin belangrijke metabole veranderingen optreden die aanleiding kunnen geven tot ernstige metabole aandoeningen bij melkkoeien. Ketose / Slepende

Nadere informatie

Resultaten van een veldproef met betrekking tot neonatale kalverdiarree

Resultaten van een veldproef met betrekking tot neonatale kalverdiarree Auteur: Vanessa Meganck Inleiding Resultaten van een veldproef met betrekking tot neonatale kalverdiarree Voor het vermijden van diarree bij de jongste kalfjes dient er een evenwicht gevonden te worden

Nadere informatie

www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Het PAPA Syndroom Versie 2016 1. WAT IS PAPA 1.1 Wat is het? Het acroniem PAPA staat voor Purulente Artritis, Pyoderma gangrenosum en Acne. Het is een erfelijk

Nadere informatie

Afweerstoffen 4. De functie van afweerstoffen -IgM 4 -IgG 5 -IgA 5. De gevolgen van een tekort aan IgA 6

Afweerstoffen 4. De functie van afweerstoffen -IgM 4 -IgG 5 -IgA 5. De gevolgen van een tekort aan IgA 6 1 2 Inhoud: blz Afweerstoffen 4 De functie van afweerstoffen -IgM 4 -IgG 5 -IgA 5 De gevolgen van een tekort aan IgA 6 Wat betekent dit in de praktijk? -Uitgebreider onderzoek naar afweer 7 -Antibiotica

Nadere informatie

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE Belangrijke veiligheidsinformatie voor voorschrijvers voor emtricitabine/tenofovirdisoproxil 200 mg/245 mg filmomhulde tabletten als profylaxe vóór blootstelling (PrEP)

Nadere informatie

Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven

Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven Geen (potentiële) belangenverstrengeling Azacitidine, een gekke oorzaak van crazy paving M. Roeven; M. Cruijsen; W. van der Velden, Casus

Nadere informatie

MARKTONDERZOEK NAAR HET GEBRUIK VAN ZOOLAC PROPASTE

MARKTONDERZOEK NAAR HET GEBRUIK VAN ZOOLAC PROPASTE Side 1 af 5 MARKTONDERZOEK NAAR HET GEBRUIK VAN ZOOLAC PROPASTE Doel: Via dit marktonderzoek willen we inzicht krijgen in de wijze waarop dierenartsen ZooLac Propaste gebruiken en hun bevindingen over

Nadere informatie

Gastro intestinale problemen.

Gastro intestinale problemen. DE BEHANDELING VAN COMPLEXE LICHAMELIJKE PROBLEMEN IN DE PALLIATIEVE EN TERMINALE FASE Gastro intestinale problemen. DR. P. VANDECANDELAERE MDL - ARTS (SUB) OBSTRUCTIE PERSISTERENDE HIK DR. P. VANDECANDELAERE

Nadere informatie

www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Lyme Artritis Versie 2016 1. WAT IS LYME ARTRITIS 1.1 Wat is het? Lyme artritis (artritis=gewrichtsonsteking) is een van de ziekten die veroorzaakt wordt door

Nadere informatie

Mijn kind heeft diarree

Mijn kind heeft diarree Mijn kind heeft diarree Beste ouders, Uw kind heeft diarree. In deze brochure vindt u een antwoord op de meeste vragen en ook praktische tips, opdat dit tijdelijk ongemak u geen onnodige hoofdbrekens zou

Nadere informatie

Biestvoorziening, waaróm is het zo belangrijk? Anja Smolenaars GD Dierenarts Herkauwersgezondheidszorg 15 januari 2015

Biestvoorziening, waaróm is het zo belangrijk? Anja Smolenaars GD Dierenarts Herkauwersgezondheidszorg 15 januari 2015 Biestvoorziening, waaróm is het zo belangrijk? Anja Smolenaars GD Dierenarts Herkauwersgezondheidszorg 15 januari 2015 Biestvoorziening Veel te Vaak Vlug aan voorbijgegaan! Waarom is het zo belangrijk?

Nadere informatie

Bedrijfsbezoeken in de praktijk

Bedrijfsbezoeken in de praktijk Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw Bedrijfsbezoeken in de praktijk Tamara Vandersmissen Studienamiddagen Veepeiler Varken Woensdag 19 maart 2014 Beveren Woensdag 26 maart 2014 Zedelgem Woensdag 2 april

Nadere informatie

Finadyne Transdermaal

Finadyne Transdermaal UNIEKE TOEDIENING DAT IS HANDIG! Vriendelijk voor het dier, gemakkelijk voor u Snel, eenvoudig en effectief koortsverlagend - ontstekingsremmend - pijnstillend 3 SNELWERKEND 4 snel herstel 5 EFFECTIEF

Nadere informatie

Van sepsis tot orgaanfalen

Van sepsis tot orgaanfalen Van sepsis tot orgaanfalen Hoe een infectie uit de hand kan lopen in neutropene patiënten 21 januari 2015 J.C. Regelink, internist hematoloog 4 th Nursing Symposoim Inhoud Historie Begrippen Sepis en orgaanfalen

Nadere informatie

Bovela lyofilisaat en oplosmiddel voor suspensie voor injectie voor runderen

Bovela lyofilisaat en oplosmiddel voor suspensie voor injectie voor runderen 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Bovela lyofilisaat en oplosmiddel voor suspensie voor injectie voor runderen 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke dosis (2 ml) bevat: Werkzame bestanddelen

Nadere informatie

Cobactan 2,5% Eerste hulp bij hersenvliesontsteking.

Cobactan 2,5% Eerste hulp bij hersenvliesontsteking. Cobactan 2,5% Eerste hulp bij hersenvliesontsteking. Cobactan 2,5% Hersenvliesontsteking is een acuut probleem, dat op elk zeugenbedrijf voorkomt. Nagenoeg ieder zeugenbedrijf is bekend met hersenvliesontsteking.

Nadere informatie

Inhoud. Aanleiding Analyse Resultaten Wetgeving en wetenschap Discussie

Inhoud. Aanleiding Analyse Resultaten Wetgeving en wetenschap Discussie Uiergezondheidspanel, 20 Mei 2015 Inhoud Aanleiding Analyse Resultaten Wetgeving en wetenschap Discussie Aanleiding Meer ernstige mastitiden in 2014 Dit resulteerde in de volgende vragen: Is er een relatie

Nadere informatie

Bijsluiter NL versie Genta-Kel 5% B. BIJSLUITER

Bijsluiter NL versie Genta-Kel 5% B. BIJSLUITER B. BIJSLUITER BIJSLUITER GENTA-kel 5%, 50 mg/ml, oplossing voor injectie, voor kalveren. 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

hoofdstuk één hoofdstuk twee

hoofdstuk één hoofdstuk twee Dit proefschrift beschrijft onderzoek naar hemolytische foetale bloedarmoede en foetale hydrops. Hemolytische foetale bloedarmoede ontstaat door afbraak van rode bloedcellen. Foetale hydrops betreft het

Nadere informatie

DierenArtsenCentrum Noordwolde Voorjaar 2012

DierenArtsenCentrum Noordwolde Voorjaar 2012 DierenArtsenCentrum Noordwolde Voorjaar 2012 Beste paardeneigenaar, Op het moment is het rhinopneumonievirus volop in het nieuws. Het virus is vastgesteld op verschillende plaatsen in Nederland. Aangezien

Nadere informatie

Amyloïd-bindende eiwitten bij de ziekte van Alzheimer

Amyloïd-bindende eiwitten bij de ziekte van Alzheimer Amyloïd-bindende eiwitten bij de ziekte van Alzheimer Introductie onderzoeksproject De ziekte van Alzheimer De ziekte van Alzheimer is een neurologische aandoening en is de meest voorkomende vorm van dementie.

Nadere informatie