WATERSCHAPSBLAD 2010, NUMMER 32A BIJL.: - Agendapunt: 2

Transcriptie

1 AB WATERSCHAPSBLAD 2010, NUMMER 32A BIJL.: - Agendapunt: 2 NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN HET ALGEMEEN BESTUUR, GEHOUDEN OP DINSDAG 29 JUNI 2010 IN DE GELEENBEEKZAAL VAN HET WATER- SCHAPSHUIS TE SITTARD Aanwezig: mevrouw E.H.M. Vanderheijden-Knops en de heren H.H.F. Lambie, J.H.J. van der Linden en H.W.M. Salden, allen vertegenwoordiger van de fractie Overig Ongebouwd; de heren M.A.T.M. Bouts en L.H. Dohmen, beiden vertegenwoordiger van de fractie Bedrijven; de heer A.P. Resoort, vertegenwoordiger van de fractie Natuurterreinen; de dames A.M.C. Nusteling en F.M.M.U. Wijnen-Kivit, alsmede de heren K. Adema, T.J.G.M. Hanssen, H.M.G. Hartmann, C.H.J.M. Lebens, R.L.M. Sleijpen en G.J.O.W. Vanhommerig, allen vertegenwoordiger van de fractie Waterbelang; mevrouw J.C.L. Aelen en de heer M.H.A.M. Belgers, beiden vertegenwoordiger van de fractie Water Natuurlijk; voorzitter : de heer J.J. Schrijen secretaris/directeur : de heer J.M.G. In den Kleef adjunct-directeur : mevrouw M.H.M.G. Leenders-Stassen Afwezig: de dames I.F.M. Roebroek-Keulers en J.S.E. Van Wersch, alsmede de heren P.L.J.M. Limpens, E.A. Sabel, W.L. Uitterhoeve en A.A. Veder (allen met bericht van verhindering) en de heer G.J.H.M. Wagemans. 1 Opening en vaststelling agenda De voorzitter opent om uur de vergadering en heet allen van harte welkom. Vervolgens deelt de voorzitter mee dat bericht van verhindering is ontvangen van de dames Roebroek en Van Wersch, alsmede van de heren Limpens, Sabel en Veder. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 2a Onderzoek geloofsbrief van de heer P.J.A.M. Wolters uit Echt De vacature van de lijst Waterbelang Midden-Limburg staat nog open. Op grond van het Reglement van orde voor de vergaderingen van het algemeen bestuur dient het onderzoek van de geloofsbrieven te worden opgedragen aan een door de voorzitter uit het algemeen bestuur te benoemen commissie, bestaande uit /WOU 1/12

2 3 personen. De voorzitter deelt mee, dat hij op grond van praktische overwegingen al voor de vergadering een commissie als bedoeld in het reglement van orde heeft geformeerd. Hij heeft in dit verband mevrouw Aelen en de heren Bouts en Salden benaderd. De commissie heeft de geloofsbrief voorafgaand aan de vergadering onderzocht. De voorzitter vraagt aan de rapporteur van de commissie, de heer Bouts, om verslag te doen van de bevindingen van de commissie. De heer Bouts geeft aan dat uit het onderzoek van de geloofsbrief van de heer P.J.A.M. Wolters is gebleken, dat hij geen een met het lidmaatschap van het algemeen bestuur onverenigbare functie vervult en dat de heer Wolters voldoet aan de vereisten voor het lidmaatschap van het algemeen bestuur. De commissie stelt dan ook voor de heer Wolters toe te laten tot het algemeen bestuur. De voorzitter dankt de commissie voor de door haar uitgevoerde werkzaamheden. Desgevraagd stemt de vergadering in met de toelating van de heer Wolters tot het algemeen bestuur. De voorzitter schorst de vergadering om de heer Wolters in de gelegenheid te stellen zich bij de vergadering te voegen. De voorzitter heropent de vergadering. 2b Beëdiging nieuw benoemd AB-lid De voorzitter verzoekt alle aanwezigen te gaan staan. Hij leest de tekst van de eed voor en vraagt aan de heer Wolters de woorden Zo waarlijk helpe mij God almachtig uit te spreken. Vervolgens wordt door de heer Wolters de eed afgelegd. De voorzitter feliciteert de heer Wolters met zijn beëdiging als lid van het algemeen bestuur. 3 Notulen van de openbare vergadering van 27 april 2010 De voorzitter wenst de tekst van de laatste alinea boven agendapunt 4a op pagina 3 te amenderen. Hij stelt voor de tekst De voorzitter antwoordt... tot en met gebruikt voor lastenverlichting te vervangen door de tekst De voorzitter antwoordt dat persberichten in de context gelezen moeten worden. Er is gezegd Het kan uiteindelijk maatschappelijk met winst. In het kader van samenwerking in de keten worden besparingen becijferd van 380 miljoen. Waterschappen en gemeenten houden besparingen in eigen domein. De 100 miljoen, waarvan 75 miljoen in de keten, kunnen door de waterschappen worden terugverdiend als de waterschappen wettelijk in staat worden gesteld om samenwerking in de keten af te dwingen. Daarvoor moet de wetgeving worden aangepast. Dat is ook het wezenlijke element van de package deal. Waterschap Roer en Overmaas neemt van het bedrag van 100 miljoen een bedrag van 3,5 miljoen per jaar (afschrijving elk jaar) voor haar rekening. Elk jaar komt dat erbij en dat wordt dus steeds meer. Als wettelijke aanpassingen niet gerealiseerd worden, dan kunnen besparingen niet gehaald worden en is lastenverhoging niet uit te sluiten. Besparen gemeenten en waterschappen straks door samenwerking meer dan 100 miljoen, dan is er ruimte voor lastenverlichting. Met inachtneming van deze wijziging worden de notulen vastgesteld /WOU 2/12

3 4 Lijst van ingekomen stukken, meldingen integriteit en mededelingen De voorzitter deelt mee dat in een overleg met de fractievoorzitters de vergaderdag van het algemeen bestuur onderwerp van bespreking is geweest. Conform afspraak met de fractievoorzitters is inmiddels bij de leden van het algemeen bestuur schriftelijk gesondeerd of in plaats van de dinsdag, de woensdag als vergaderdag in aanmerking zou kunnen komen. Indien de woensdag problematisch blijkt te zijn, blijft de huidige vergaderdag gehandhaafd. Naar aanleiding van ingekomen brief nummer 8, de ledenbrief van de Unie van Waterschappen van 2 juni 2010 inzake het belastingstelsel en de brief van het Hoogheemraadschap van Delfland over het tarief ongebouwd merkt de heer Salden op, dat uit deze brief blijkt dat meerdere waterschappen problemen hebben met het belastingstelsel. Het lijkt spreker niet onverstandig dat Waterschap Roer en Overmaas aanhaakt bij de brief van het Hoogheemraadschap van Delfland. De voorzitter antwoordt dat het dagelijks bestuur goed oplet wat er gebeurt rond het belastingstelsel. Indien er uit den lande geluiden komen dat er aanpassingen/ reparaties worden gedaan aan de systematiek van het belastingstelsel, dan zal Waterschap Roer en Overmaas niet nalaten dit te bekijken. Vooralsnog zijn er evenwel geen signalen dat er wijzigingen op stapel staan. De ingekomen stukken en mededelingen worden vervolgens voor kennisgeving aangenomen. 5 Invulling vacatures in commissies en algemeen bestuur Waterschapsbedrijf Limburg De voorzitter deelt mee dat voor de verschillende vacatures de navolgende personen zijn voorgedragen: Commissie Middelen en Financieel Beleid Voorgedragen door fractie Waterbelang Commissie Algemeen bestuurlijke Aangelegenheden Voorgedragen door fractie Waterbelang Voorgedragen door fractie Water Natuurlijk Commissie voor Georganiseerd Overleg Voorgedragen door fractie Waterbelang Voorgedragen door fractie Water Natuurlijk Algemeen bestuur Waterschapsbedrijf Limburg Voorgedragen door fractie Waterbelang (1 vacature) de heer P. Wolters (2 vacatures) mevrouw M. Nusteling mevrouw J. Aelen (2 vacatures plv. leden) de heer Th. Hanssen mevrouw J. Aelen (1 vacature) mevrouw M. Nusteling Conform het voorgestelde wordt vervolgens besloten de voorgedragen personen te benoemen in de diverse vacatures /WOU 3/12

4 6 Uitzetting creditgelden 2010 Namens de fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk deelt mevrouw Aelen mee dat beide fracties instemmen met het voorliggende voorstel, onder voorwaarde dat bij het afsluiten van de overeenkomst geen sprake is van grote verschillen ten opzichte van het geoffreerde rentepercentage. Spreekster vraagt wat het huidige rentepercentage is en of de voorwaarden nog steeds ongewijzigd zijn. De heer Sleijpen bevestigt dat de voorwaarden nog steeds ongewijzigd zijn, zij het dat het rentepercentage is gezakt van 2,2% naar 2,1%. Ook de door de andere partijen geoffreerde rentepercentages zijn met 0,1% gezakt. Vervolgens wordt conform het voorgestelde besloten. 7 Vaststelling programmarekening 2009 Namens de fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk merkt mevrouw Aelen op dat in het algemeen kan worden gesteld dat een jaarrekening met een kleiner negatief resultaat dan verwacht, een goed en prettig gegeven is. Als het resultaat echter het karakter heeft van een structureel overschot, is dit aanleiding om er kritisch naar te kijken. Het lijkt erop dat de ambities niet aansluiten bij de capaciteit van de uitvoerende organisatie. Zo wordt er onnodig geld vastgehouden in de begroting. Voor de egalisatiereserve is er een extra positief resultaat van 2,8 miljoen. Met dit geld zou er ruimte moeten zijn om een stimuleringsfonds voor het tegengaan van overstorten waar te maken. De fracties wachten een voorstel van het dagelijks bestuur hierover af. De heer Sleijpen antwoordt dat het positief resultaat van de jaarrekening door incidentele factoren tot stand is gekomen. Indien dit positief resultaat structureel zou zijn, is spreker het met mevrouw Aelen eens dat dit een signaal zou moeten zijn waarmee het dagelijks bestuur iets zou moeten doen. Vervolgens deelt de heer Sleijpen mee dat het algemeen bestuur conform de eerdere toezegging een voorstel zal ontvangen met betrekking tot de instelling van een overstortfonds. Vervolgens wordt conform het voorgestelde besloten. 8 Voorjaarsrapportage per 1 mei 2010; 2e begrotingswijziging 2010 Conform het voorgestelde wordt besloten. 9 Operatie Storm; voorbereiding aanbod Unie van Waterschappen in kader van Kabinetsformatie De voorzitter licht toe dat hij de op- en aanmerkingen van het algemeen bestuur zal inbrengen in de Ledenvergadering van de Unie van Waterschappen op 2 juli De heer Hanssen verwoordt het standpunt van de fractie Waterbelang: er moet worden vastgehouden aan de package deal. Er dient nadrukkelijk te worden aangegeven dat er niet meer ruimte wordt gegeven; er moet worden vastgehouden aan directe verkiezingen, maar dan wel tegelijk met óf gemeenteraadsverkiezingen óf provinciale verkiezingen /WOU 4/12

5 De heer Resoort verwoordt het standpunt van de fracties Water Natuurlijk en Natuurterreinen. De fracties kunnen instemmen met het voorstel van het dagelijks bestuur met de aantekening dat wanneer het gaat om de financiën, 100 miljoen nu het maximum is. In het stuk van de Unie van Waterschappen is al sprake van een bedrag van maximaal 700 miljoen. De fracties Water Natuurlijk en Natuurterreinen wijzen dit af. Voor wat betreft de verkiezingen pleiten de beide fracties voor rechtstreekse, directe verkiezingen. Mochten directe verkiezingen niet meer haalbaar zijn, dan wordt de voorkeur gegeven aan verkiezingen door de gemeenteraden. Dan moeten echter gemeenteraadsleden en wethouders zelf niet verkiesbaar zijn voor een bestuursfunctie bij het waterschap. De heer Hanssen is van mening dat het algemeen bestuur met een helder standpunt omtrent directe verkiezingen naar buiten moet treden en dat er nu geen alternatief moet worden geboden. Indien er een ander voorstel komt, dan kan het algemeen bestuur dán daarop reageren. De heer Salden deelt mee dat de fractie Overig Ongebouwd akkoord gaat met het voorliggende voorstel. Voor wat betreft het onderwerp 'verkiezingen' sluit de fractie zich aan bij het standpunt van de fractie Waterbelang. De heer Resoort merkt naar aanleiding van de opmerking van de Hanssen op, dat de fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk niet bepleiten dat hun standpunt wordt verdedigd in de Ledenvergadering. De fracties willen een en ander echter wel in de vergadering van het algemeen bestuur gezegd hebben, omdat zij de mening zijn toegedaan dat op termijn directe verkiezingen moeilijk overeind te houden zijn. Hiervoor moet men niet de ogen sluiten en in dat licht bezien is het verstandig om alvast na te denken over Wat dan wel? De voorzitter zegt dat hij in de Ledenvergadering van 2 juli 2010 het standpunt van het algemeen bestuur met betrekking tot de waterschapsverkiezingen als volgt zal verwoorden. In het voorstel van de Unie van Waterschappen met betrekking tot het aanbod van de waterschappen in het kader van de Kabinetsformatie, moet op pagina 2 de volgende zinsnede worden weggelaten: Als Kabinet en Parlement besluiten tot indirecte verkiezingen voor het waterschapsbestuur dan hebben verkiezingen via de gemeenteraden onze voorkeur mits wordt voldaan aan een aantal voorwaarden: een waterschapsbestuur zonder last en ruggespraak, behoud van de geborgde zetels en incomptabiliteiten met gemeentebestuurders. Indien deze zinsnede wordt weggelaten, wordt er geen ruimte geboden voor alternatieve voorstellen. Met betrekking tot het gestelde onder punt I. Optimalisatie van het waterbeheer op pagina 2 zal de voorzitter in de Ledenvergadering aangeven dat er moet staan Waterschappen zijn bereid maatschappelijke besparingen te realiseren van 100 miljoen per jaar', zijnde opgeteld 700 miljoen tot Vervolgens zal de voorzitter verwoorden dat de package deal in stand moet worden gehouden. Onderdeel van de package deal is immers dat de waterschappen de instrumenten krijgen om via samenwerking in de waterketen geld terug te verdienen. Dit is ook zo afgesproken in de vergadering van het algemeen bestuur van 25 maart 2010 en in de Ledenvergadering van de Unie van Waterschappen van 26 maart /WOU 5/12

6 Vervolgens wordt conform het voorgestelde besloten. 10 Standpuntbepaling in verband met herziening kostentoedelingsverordening 2009 en vaststellen van de concept kostentoedelingsverordening watersysteembeheer 2011 De voorzitter licht toe dat in het kader van de vaststelling van de begroting 2010 in de AB-vergadering van 24 november 2009 is gesproken over het feit dat de microgegevens op perceelsniveau in 2009 aanzienlijk bleken af te wijken van de macrogegevens waarvan in het kader van de vaststelling van de kostentoedelingsverordening in 2008 noodgedwongen moest worden uitgegaan. Er was sprake van een aanzienlijke verschuiving in het aantal hectares ongebouwd versus natuur, die ten koste ging van het Overig Ongebouwd en dus ook een verhogend effect had op het tarief voor het Overig Ongebouwd. Dit negatief effect is in beperkt door eenmalig een extra bedrag van te onttrekken aan de 'egalisatiereserve ontwikkeling waterschapslasten watersysteemheffing' voor het Overig Ongebouwd. Teneinde de toen gesignaleerde problematiek structureel op te lossen, is in het kader van de vaststelling van de begroting 2010 tevens voorgesteld de kostentoedelingsverordening aan te passen. Besluitvorming daarover is thans aan de orde. 1e termijn De heer Hanssen constateert dat het dagelijks bestuur in het voorliggende voorstel kiest voor scenario vier. Hierover zou een principiële discussie kunnen plaatsvinden. Het ligt eraan vanuit welke optiek je naar dit voorstel kijkt. De fractie Waterbelang moet nu kiezen voor een voorstel waarin, als je het op de keper beschouwt, geen recht wordt gedaan aan de uitgangspunten. Probeer aan de burger maar eens uit te leggen hoe deze, toch wel gekunstelde, berekeningstechniek in elkaar zit. De fractie vindt het principieel onjuist dat bedrijfsmatig geëxploiteerd bos als natuurterrein wordt aangemerkt. Want als je in plaats van graan, bos gaat verbouwen om te kappen en de opbrengst daarvan te gebruiken voor je bedrijf, dan is dat gewoon een agrarisch bedrijf. Op deze wijze wordt oneigenlijk geprofiteerd van de kostentoedelingsmethodiek. Verder merkt de heer Hanssen op, dat de fractie Waterbelang moeite heeft met het feit dat het dagelijks bestuur als heffingsbasis voor woonruimte niet kiest voor het waterverbruik. Om het verbruik van (drink)water terug te dringen zou je juist moeten heffen op basis van het verbruik. Het dagelijks bestuur kiest nu voor een makkelijke oplossing omdat heffen op basis van waterverbruik technisch en administratief moeilijk is. De fractie Waterbelang vraagt het dagelijks bestuur of er in dit verband al pogingen zijn ondernomen en zo ja, welke. Als er nog geen pogingen zijn ondernomen, is het dagelijks bestuur dit dan wel nog van plan? Als je als waterschap milieutechnisch op de goede weg wilt zijn, hef dan op basis van het verbruik van water. Het aantal personen dat in een huis woont, is in dit verband niet relevant. Voor wat betreft het voorstel van het dagelijks bestuur om te kiezen voor scenario 4 merkt de heer Hanssen nog op, dat de fractie Waterbelang graag door de andere partijen wordt overtuigd van de juistheid van deze keuze, voordat de fractie een definitief standpunt hierover inneemt. Mevrouw Aelen merkt namens de fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk op het helemaal eens te zijn met het standpunt van de fractie Waterbelang /WOU 6/12

7 De fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk gaan nog een stap verder en kiezen voor scenario 2. De heer Salden geeft aan dat de fractie Overig Ongebouwd kiest voor scenario 4. Spreker geeft aan dat het evident onevenredig is dat de infrastructuur en de kunstwerken onder de categorie ongebouwd vallen. Zolang de wet op dit punt niet wordt aangepast, blijft dit voor de fractie een doorn in het oog. Om een en ander in balans te houden, is scenario 4 de minst slechtste optie. De heer Bouts merkt op dat de fractie Bedrijven akkoord gaat met het voorstel van het dagelijks bestuur om te kiezen voor scenario 4. De heer Sleijpen antwoordt dat het in het voorliggende voorstel, wat het dagelijks bestuur betreft, in feite gaat om een technische wijziging van de kostentoedelingsverordening in die zin, dat er een aangenomen aantal hectares was waarvan achteraf blijkt dat het aangenomen aantal hectares niet overeenstemt met de werkelijkheid. Het is een moeilijk uit te leggen systeem. Het is echter wel zo dat dit systeem is gekozen door de wetgever en dus bindend voor de waterschappen. Bepaalde effecten van dit systeem waren vooraf niet te voorzien. Vervolgens gaat de heer Sleijpen in op de vraag waarom de heffingen niet worden gebaseerd op het waterverbruik. In den lande is er door waterschappen en gemeenten nadrukkelijk gekeken naar de mogelijkheden ter zake. Uiteindelijk was de conclusie dat er grote aanpassingen nodig zouden zijn in de huidige geautomatiseerde systemen. Het opleggen van aanslagen wordt daarnaast complexer, omdat noodgedwongen gewerkt moet gaan worden met eerst een voorlopige aanslag en daarna een definitieve aanslag. Dit leidt tot aanzienlijk hogere administratieve lasten. Vanuit dat perspectief is het op dit moment niet opportuun geacht om het waterverbruik als heffingsbasis in te voeren. Op verzoek van de fractie Waterbelang schorst de voorzitter de vergadering, zodat de fractie kan overleggen over het door haar in te nemen standpunt. De voorzitter heropent om uur de vergadering. 2e termijn De heer Hanssen merkt op dat het voor de fractie Waterbelang een verrassing is dat de fracties Water Natuurlijk en Natuurterreinen kiezen voor scenario 2. Dit standpunt is in de commissievergaderingen niet aan de orde geweest. Spreker verzoekt in dit verband om in de verslagen van de commissievergaderingen aan te geven welke partijen nog een voorbehoud maken bij een voorstel en welke partijen het eens c.q. oneens zijn met een voorstel. Dit neemt overigens niet weg, dat elke partij vrij is om in de ABvergadering een politieke en inhoudelijke discussie te voeren. De heer Hanssen merkt voorts op dat de fractie Waterbelang nadrukkelijk niet heeft gesproken over percentages, om de discussie uit 2008 niet nogmaals over te doen. Het besluit dat in 2008 is genomen, moet worden gerespecteerd. De fractie Waterbelang roept het dagelijks bestuur daarom op om dit thema in de huidige zittingsperiode van het algemeen bestuur niet meer aan de orde te stellen, tenzij er wordt besloten om het totaal te gaan herzien. Dit is mogelijk tot /WOU 7/12

8 Dit algemeen bestuur moet het over de uitgangspunten van de discussie eens zijn, zodat de discussie zelf elders gevoerd kan worden. De fractie Waterbelang geeft aan akkoord te zijn met het voorstel van het dagelijks bestuur om te kiezen voor scenario 4. Tenslotte roept de heer Hanssen namens de fractie Waterbelang het dagelijks bestuur op om initiatief te tonen en serieus onderzoek te doen naar de mogelijkheden om te heffen op basis van waterverbruik en in dat kader ook na te gaan welke partners daarin willen volgen. Het gaat om het uitgangspunt. Het is een rechtvaardig uitgangspunt dat belast naar verbruik en dat bovendien milieutechnisch beter is. Mevrouw Aelen onderstreept het pleidooi van de fractie Waterbelang om de mogelijkheden voor heffen op basis van waterverbruik nader te onderzoeken. Voorts constateert mevrouw Aelen dat het voorstel van de fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk om te kiezen voor scenario 2, niet gedragen wordt. De fracties stemmen derhalve in met het voorstel van het dagelijks bestuur om te kiezen voor scenario 4. De heer Salden merkt op dat bij het onderzoek naar heffen op basis van waterverbruik nadrukkelijk gekeken moet worden naar de consequenties voor bedrijven. De heer Bouts sluit zich aan bij de woorden van de heer Salden. Een dergelijk voorstel kan voor bijvoorbeeld tuinders vergaande gevolgen hebben. Spreker verzoekt dan ook om een totaalvoorstel op te stellen. De voorzitter antwoordt dat aan een onderzoek naar heffen op basis van waterverbruik veel aspecten zijn verbonden. Een eerste invalshoek zou kunnen zijn om de stukken omtrent een dergelijk onderzoek op te vragen bij Waterschap Amstel Gooi en Vecht. Daar heeft een dergelijk proces gespeeld, dat naderhand is afgebroken. De ervaringen van Amstel Gooi en Vecht zouden besproken kunnen worden in de commissies. De heer Hanssen merkt namens de fractie Waterbelang op dat dit al een eerste stap in de goede richting is. Zo kan de discussie gevoerd worden in de commissies, waarna op basis daarvan het vervolg kan worden bepaald. De heer Sleijpen licht toe dat voor zover hem bekend op dit moment geen enkele gemeente heffen op basis van waterverbruik heeft ingevoerd. Spreker zegt toe ook nog wat losse literatuur aan te zijner tijd aan de commissies voor te leggen stukken toe te zullen voegen, zodat de voor- en nadelen met elkaar kunnen worden besproken. De voorzitter constateert dat het algemeen bestuur het voorstel van het dagelijks bestuur steunt, zij het met de aantekening dat de fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk dit node doen. Conform het voorgestelde wordt vervolgens besloten. 11 Zienswijze ontwerpbegroting 2011 en meerjarenraming Waterschapsbedrijf Limburg 1e termijn De heer Resoort constateert dat het proces om de unit Waterschapsheffingen te verzelfstandigen en verder te gaan samenwerken met gemeenten, in gang is gezet /WOU 8/12

9 Dit betekent tegelijkertijd dat de positie van de unit Zuiveringsbedrijf een beetje komt te zweven. De fractie Natuurterreinen gaan ervan uit dat dit een punt van aandacht blijft en dat als er op dit punt besluiten naderen, het algemeen bestuur tijdig hierover wordt geïnformeerd. Verder deelt de heer Resoort mee dat de fractie Natuurterreinen van mening is dat blijkens de begroting van het WBL de reserves aan de lage kant zijn. In de vergadering van het AB van het WBL werd dit gerelativeerd, terwijl in het voorliggende stuk zorgen worden uitgesproken over hetzelfde lage niveau van de reserves. Spreker vraagt wat het dagelijks bestuur hiervan vindt. Een derde punt gaat over een zaak die nog niet actueel is, maar dat wel gaat worden. Deskundigen hebben vastgesteld dat de winning van fosfaat over de hele wereld belangrijk terugloopt. Het aanbod wordt kleiner, maar ook de kwaliteit neemt af. Er zit veel fosfaat in menselijke en dierlijke ontlasting die in het afvalwater terecht komt. In den lande zijn er op het punt van terugwinning van fosfaat al enkele kleine projecten in gang gezet. De heer Resoort pleit ervoor om in het bestuur van het WBL de vraag aan de orde te stellen of er op dat punt acties kunnen worden ondernomen. Het is een serieuze zaak, waar het waterschap werk van moet maken. De heer Hanssen merkt op dat het erop lijkt dat de unit Waterschapsheffingen een administratiekantoor wordt dat gaat werken voor overheidsinstellingen, gemeenten etc., waarvan het straks nog maar de vraag is welke binding deze unit nog heeft met het WBL. Het gevaar ligt volgens spreker met name in het feit dat de unit Waterschapsheffingen zo zelfstandig wordt, dat de voordelen die er nu zijn straks niet meer terug te vinden zijn. De heer Bouts zegt dat de opmerking van de heer Resoort over terugwinning van fosfaat onder de aandacht van de Stowa kan worden gebracht, omdat de Stowa landelijk opereert en dit soort zaken namens alle waterschappen aan de orde kan stellen. Vervolgens merkt spreker op dat in de risicoparagraaf van het waterschapsbedrijf energie en slibverwerking als risico s zijn vermeld. Beide zijn op dit moment onbeheersbare producten. Tegen deze achtergrond deelt de heer Bouts de zorg van de heer Resoort dat de reserves van het WBL erg laag zijn. Indien er bij het waterschapsbedrijf tekorten ontstaan, moeten de beide waterschappen daarvoor opdraaien. De vraag is dan ook hoe ervoor gezorgd wordt dat dit risico beheersbaar en geminimaliseerd blijft. De voorzitter antwoordt op de vragen omtrent het WBL dat de eerste beweging nu wordt gemaakt bij de unit Waterschapsheffingen. De unit Zuiveringsbedrijf blijft op deze manier, samen met extra overhead, over. Het AB van het WBL is van mening dat de huidige gemeenschappelijke regeling behouden moet blijven. In de komende periode krijgen diverse aspecten zoals aansturing en de verhouding/samenwerking WPM/WRO-WBL de aandacht. Het dagelijks bestuur denkt na over een model waarin een en ander vorm kan krijgen. Zo kan voor wat betreft de unit Zuiveringsbedrijf onderscheid worden gemaakt tussen enerzijds de zuiveringsfabrieken, de RWZI s, en anderzijds de transportleidingen die mogelijk voor wat betreft de samenwerking met de gemeenten wat meer naar voren zouden kunnen worden geschoven. Op 15 juli 2010 is er weer een bestuurlijk Waterpanel. In die bijeenkomst zullen de waterwethouders nader over een en ander worden geïnformeerd /WOU 9/12

10 De voorzitter benadrukt dat het niet de bedoeling is om de unit Zuiveringsbedrijf te laten zweven. De heer Dohmen antwoordt op de suggestie van de heer Bouts dat het goed is om de fosfaatkwestie onder de aandacht van de Stowa te brengen. De landelijk al opgestarte trajecten zullen worden gevolgd. Spreker zegt toe dat hij het algemeen bestuur over relevante ontwikkelingen op de hoogte zal houden. Verder zegt spreker toe dat hij een en ander in het bestuur van het WBL zal aankaarten. Met betrekking tot de voortgang van de verzelfstandiging van de unit Waterschapsheffingen deelt de heer Lebens mee, dat deze verzelfstandiging te zijner tijd ter goedkeuring aan het algemeen bestuur zal worden voorgelegd. De stand van zaken op dit moment is dat er wordt gewerkt aan de oprichting van een Gemeenschappelijk Belastingkantoor van Waterschap Roer en Overmaas, Waterschap Peel en Maasvallei en de gemeente Venlo per 1 januari Er worden momenteel oriënterende gesprekken gevoerd met gemeenten in Noord- Limburg om te sonderen of de gemeenten willen participeren in het gemeenschappelijk belastingkantoor. Ook worden er oriënterende gesprekken gevoerd met het Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden, de gemeente Utrecht en de gemeente Sittard- Geleen over een mogelijke samenwerking op het gebied van belastingheffing. Overigens zegt de heer Lebens dat het niet zo mag zijn dat de huidige voordelen van samenwerking op het gebied van belastingheffing straks wegvallen als gevolg van de verzelfstandiging van de unit Waterschapsheffingen. De perceptiekosten moeten nog nader worden onderzocht. Het streven en de verwachting is, dat een en ander per saldo tot een verlaging van de maatschappelijke kosten zal leiden. Naar aanleiding van de opmerkingen over de omvang van de reserves van het WBL deelt de voorzitter nog mee, dat de omvang van de reserves van het WBL voor Waterschap Roer en Overmaas een aandachtspunt is. Feit is dat in 2010 door het WBL de belasting wordt verrekend van een transactie met de Belastingdienst aangaande de Waterlandstichting. De stand van de reserves wordt hierdoor eenmalig negatief beïnvloed. Verder wordt ook het risicomanagement nauwkeurig gevolgd. De risico s die betrekking hebben op energie, worden zoveel mogelijk ingedekt met langjarige contracten. Voor een ander risico, te weten de slibverwerking, is er een oplossing voor de komende vijf jaar. Slib dat de slibdrogers van het WBL niet zelf kunnen verwerken, gaat de markt op. 2e termijn De heer Resoort merkt op dat het goed is dat het algemeen bestuur nu op de hoogte is van de stand van zaken omtrent de unit Zuiveringsbedrijf. Verder geeft de onlangs met de VNG opgestelde intentieverklaring een extra impuls in de goede richting met betrekking tot de toekomstige structuur van de unit Zuiveringsbedrijf. Wat betreft de reserve merkt de heer Resoort op dat het huidige bedrag te laag is. Spreker tekent hierbij aan dat er, ook binnen dit algemeen bestuur, altijd gepleit is voor een bedrijfsmatige aanpak door het WBL. Dan moet je het WBL ook in de gelegenheid stellen enige reserve op te bouwen. Dit zou de komende jaren het streven moeten zijn. Over de terugwinning van fosfaat wil de heer Resoort een stap verder gaan dan het dagelijks bestuur /WOU 10/12

11 Niet alleen volgen wat gebeurt er in den lande, maar ook onderzoeken wat het waterschap zelf kan initiëren. Spreker hoort initiatieven ter zake graag in een volgende commissievergadering. Conform het voorgestelde wordt besloten. 12 Vaststelling meerjarenraming Met betrekking tot Operatie Storm merkt mevrouw Aelen op, dat de naar verwachting hieruit voortvloeiende kosten niet meteen ten laste van de begroting worden gebracht. De jaarlijkse giften worden in de meerjarenbegroting geactiveerd. De opbrengst die tegenover de investering staat komt evenwel niet voort uit de investering zelf, maar uit een heel andere hoek. Door samen te gaan werken met andere partijen wordt gedacht miljoenen te besparen. De eerste opbrengsten daarvan worden verwacht vanaf 2015, precies buiten de looptijd van de thans voorliggende meerjarenraming. De gekozen methodiek maakt een weinig degelijke indruk waar de fracties Natuurterreinen en Water Natuurlijk niet achter staan. Mevrouw Vanderheijden deelt mee dat ook de fractie Overig Ongebouwd een punt van zorg heeft met betrekking tot de financiële consequenties van Operatie Storm. De voorliggende meerjarenraming hoeft nu niet te worden aangepast, maar de fractie verzoekt om op het moment dat duidelijk is dat de 100 miljoen daadwerkelijk moet worden gerealiseerd, een tussenstap te maken teneinde te bekijken hoe een en ander meerjarig kan worden ingevuld zonder te komen tot een al te grote verhoging van de heffingen. Vervolgens merkt mevrouw Vanderheijden op dat in het programma Plannen is opgenomen, dat voor grondverwerving steeds vaker het instrument van onteigening wordt gebruikt. De fractie Overig Ongebouwd gaat er echter van uit dat onteigening op grond van het vigerende beleid alleen aan de orde is als de veiligheid in het geding is. Graag zou de fractie van het dagelijks bestuur de bevestiging krijgen dat deze beleidslijn in de toekomst wordt voorgezet. De heer Sleijpen antwoordt dat het dagelijks bestuur voor wat betreft de implementatie van Operatie Storm de zorg van de fracties Natuurterreinen, Water Natuurlijk en Overig Ongebouwd deelt. Het aandeel van het waterschap in het bedrag van 100 miljoen is nu op boekhoudkundig verantwoorde wijze meegenomen in de meerjarenraming. Zorg blijft er over het feit dat er na 2015 inkomsten tegenover moeten staan. Er kunnen vraagtekens gezet worden bij de haalbaarheid van deze inkomsten. Voor wat betreft de vraag van mevrouw Vanderheijden over onteigening deelt de heer Lebens mee dat het onteigeningsinstrument op grond van het beleid van het waterschap inderdaad alleen maar wordt ingezet als de veiligheid in het geding is. De voorzitter concludeert dat een meerderheid van het algemeen bestuur zich kan vinden in de meerjarenraming De fracties Water Natuurlijk en Natuurterreinen zijn tegen de manier waarop de financiële consequenties van Operatie Storm zijn vertaald. Conform het voorgestelde wordt vervolgens besloten /WOU 11/12

12 13 Rondvraag en sluiting Mevrouw Vanderheijden merkt op dat de fractie steeds meer klachten bereiken over het onderhoud van landschapsbepalende elementen (knotwilgen etc.) door het waterschap. Spreekster verzoekt om hiervoor beleid te ontwikkelen, zodat er aan deze landschapsbepalende elementen wel onderhoud plaatsvindt en klachten in de toekomst worden voorkomen. De voorzitter antwoordt dat klachten omtrent het onderhoud de aandacht hebben van het dagelijks bestuur. De voorzitter verzoekt om concrete klachten te melden bij het waterschap. Als er in de klachten algemene lijnen kunnen worden ontdekt, kunnen op basis daarvan voor zover nodig en mogelijk maatregelen worden getroffen om toekomstige klachten zoveel mogelijk te beperken. Niets meer aan de orde zijnde, dankt de voorzitter de aanwezigen voor hun inbreng en sluit hij om uur de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van De secretaris/directeur, De voorzitter, ing. J.M.G. In den Kleef dr. J.J. Schrijen /WOU 12/12

13 LIJST VAN OPENSTAANDE VRAGEN EN ACTIES UIT HET ALGEMEEN BESTUUR VERGADERING VAN VRAAG/ACTIE UIT HET ALGEMEEN BESTUUR RICHTDATUM VOOR AFHANDELING STAND VAN ZAKEN 24/11/2009 De cijfers in het rapport omtrent de gevolgen van de bevolkingskrimp zullen per 1 juli 2011 op hun actualiteit worden getoetst. 25/03/2010 Door de heer Wagemans is gesuggereerd om los van de discussies in het kader van Operatie Storm in een notitie inzichtelijk te maken wat het voor Waterschap Roer en Overmaas zou betekenen als er 10% respectievelijk 20% zou moeten worden bezuinigd op de begroting. 01/07/ /10/