1. Hoeveel meetposten zijn er in 2013 en 2014 in Vlaanderen? Graag totaalaantal per jaar en opdeling naar provincie.

Transcriptie

1 SCHRIFTELIJKE VRAAG nr van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 20 april 2015 aan BEN WEYTS VLAAMS MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN Gewest- en snelwegen - Verkeersmetingen Het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) voert al jaren verkeerstellingen uit langs de wegen die onder zijn bevoegdheid ressorteren. Op die manier wordt de verkeersdrukte op de Vlaamse wegen systematisch in kaart gebracht. Het Verkeerscentrum Vlaanderen geeft in zijn laatste rapport verkeersindicatoren mee dat: Het verkeer op de Vlaamse snelwegen is in 2014 met 2 à 3% toegenomen waardoor ook de verzadigingsgraad verder toeneemt. De files zitten op hetzelfde zware niveau als in 2013 of zelfs nog hoger. Ze waren wel korter, mede doordat er in 2014 minder dagen waren met zeer slechte weersomstandigheden. Volgens het Nederlands Verkeersinformatieplatform Inrix werd België in 2013 uitgeroepen tot eerste in de fileranglijst onder dertien onderzochte Europese landen. Nederland, Duitsland en Frankrijk nemen de volgende plaatsen in. 1. Hoeveel meetposten zijn er in 2013 en 2014 in Vlaanderen? Graag totaalaantal per jaar en opdeling naar provincie. 2. Heeft de minister plannen om het aantal telposten te verhogen? Zo ja, met hoeveel, wat is de timing en in welke provincie zullen ze worden geplaatst? 3. Wat zijn de meest cruciale punten in 2013 en 2014 waar de file zowel qua lengte als qua tijd het meest risicovol is? Graag totaalaantal punten per jaar en opdeling naar provincie met opgave van filelengte en filetijd. 4. Welke initiatieven plant de minister om een bijdrage te leveren tot het verminderen van zowel de filetijd als de filelengte? Graag aanbevelingen met vooropgestelde timing per provincie.

2 BEN WEYTS VLAAMS MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN ANTWOORD op vraag nr van 20 april 2015 van ROBRECHT BOTHUYNE 1. Het aantal operationele meetpunten met dubbele detectielussen, waarmee verkeersgegevens worden ingewonnen op (nagenoeg uitsluitend) Vlaamse snelwegen, wordt in onderstaande tabel weergegeven. Daarnaast beschikt het onderliggend wegennet over volgende enkelvoudige lussen die intensiteiten meten. Anders dan de dubbele lussen, wordt deze data niet in realtime verzameld. Aantal operationele lussen met enkelvoudige detectie Situatie op 22 april 2015 Provincie Aantal meetposten Antwerpen 60 Vlaams-Brabant 54 Oost-Vlaanderen 305 West-Vlaanderen 320 Limburg 75 Totaal Het basismeetnet van het Meten in Vlaanderen-project voor het hoofdwegennet werd voor 98 à 99 % voltooid. De verdichting van het meetnet is op verschillende wegvakken reeds een feit of is voorzien: Aantal operationele meetpunten met dubbele detectielussen per provincie (meetnet Meten in Vlaanderen) Situatie op 22 april 2015 Provincie Eind 2013 Eind 2014 Eind april 2015 Antwerpen Vlaams-Brabant Oost-Vlaanderen West-Vlaanderen Limburg Totaal Provincie Antwerpen Lussen ter hoogte van rijstrooksignalisatie op de E19-Noord, de E19-Zuid en de E313 tussen Ranst en Antwerpen-Oost. Planning: 2 e kwartaal 2015 of uiterlijk het 3 e kwartaal voor wat betreft de E19-Noord. Hiermee zijn alle rijvakken ter hoogte van rijstrooksignalisatie voorzien van meetsystemen. Op de E19 tussen Loenhout en Brasschaat installeren we dynamische borden ter hoogte van de complexen en uitbreiding van meetpunten per rijstrook naar een dichtheid van 1500 m. Planning: einde 2 e kwartaal 2015 tot begin 3 e kwartaal. Op de E34 tussen de parkings van Vorselaar en Ranst installeren we dynamische borden ter hoogte van de complexen en uitbreiding van meetpunten per rijstrook naar een dichtheid van 1500 m. Planning: 3 e kwartaal 2015.

3 De volledige R2 wordt voorzien van rijstrooksignalisatie met meetpunten met een dichtheid van 750 m. Dit project wordt gerealiseerd in twee fases: de eerste fase omvat het gedeelte vanaf het tolplein van de Liefkenshoektunnel tot de aansluiting met de A12; de tweede fase het resterende stuk van de R2. Planning: fase 1 begin 3 e kwartaal 2015, fase 2 2 e kwartaal Parking Minderhout op de E19. Parking Gierle op de E34. Provincie Limburg Parking Tessenderlo op de E313. Provincie Oost-Vlaanderen Op de E17 is een uitbreiding van de rijstrooksignalisatiezone voorzien, met name van de zone Sint-Niklaas tot aan de parking in Kruibeke. Extra meetpunten per rijstrook met een dichtheid van 750 m worden standaard voorzien. Planning: 2 e tot 3 e kwartaal Uitbreiden van de bestaande installatie op het complex Schansakker in heraanleg. Planning: 4 e kwartaal Provincie Vlaams-Brabant De wegvakken voor en na de Vierarmentunnel in Tervuren worden voorzien van rijstrooksignalisatie, met meetpunten per rijstrook met een dichtheid van 750m. Planning: 4 e kwartaal Parking Ruisbroek op de R0. Parking Tienen/Boutersem op de E40. Provincie West-Vlaanderen Parking Jabbeke op de E40. Op de A11 in aanleg worden meetpunten voorzien in het PPS-contract. 8 complexen op de N31. Planning: 4 e kwartaal In een volgende fase dient ook het onderliggend wegennet te worden voorzien van een meetnet. De methodiek en gewenste meetsystemen zullen een andere aanpak vragen dan voor het hoofdwegennet. In de eerste plaats wordt er gekeken naar de huidige systemen op de gewestwegen (bijvoorbeeld verkeersregelinstallaties, ANPR-camera s ) die de gewenste data mits enkele aanpassingen kunnen aanleveren. Daarnaast wordt er beoordeeld of de dubbele inductielussen van het hoofdwegennet interessant zouden zijn voor het onderliggend wegennet. Inductielussen zijn nog steeds één van de meest kwaliteitsvolle meetsystemen, maar ook kostelijk op het vlak van plaatsing en onderhoud. Inmiddels bestaan er goedkopere alternatieven die in de infrastructuur kunnen worden aangebracht. Tenslotte onderzoekt het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) de mogelijkheid om floating car data (GPS-data en/of mobiele telefoniedata) in te zetten. Zo bieden floating car data inzicht in reistijden en herkomst-bestemmingsverkeer en

4 bezettingsgraden van het wegennet. Bovendien leveren ze data voor een groot gebied, en indien gewenst real time beschikbaar. 3. Wanneer men cruciale punten beschouwt als de wegvakken waar zich de meeste file voordoet, komt men tot de lijst van wegvakken in onderstaande tabel (criterium: fileduur > 500 uur). U vindt de details hiervan in het dossier pagina 128 tot en met 148. De tabel hieronder en geeft en samenvatting. Wegvakken met meeste file in 2014 (fileduur op jaarbasis > 500 uur) Weg Rijrichting Wegvakken Provincie R0 Buitenring St-Stevens-Woluwe Machelen Grimbergen Wemmel Binnenring Dansaertlaan UZ-Jette Strombeek-Bever Vilvoorde St-Stevens-Woluwe Tervuren R1 Buitenring Antwerpen-West Deurne A (Merksem Antwerpen-Noord)* A Binnenring Antwerpen-Noord Kennedytunnel A (nagenoeg de ganse R1!) A1 (E19) Zuid Brussel Parking Peutie Brusselse ring Antwerpen Wilrijk Antwerpse ring A A1 (E19)- Antwerpen St-Job-in- t-goor Kleine Bareel A Noord Breda (NL) (Antwerpse ring St-Job-in- t-goor)* A A2 (E314) Heerlen Heverlee Wilsele (NL) A3 (E40) Brussel Sterrebeek Brusselse ring ** A4 (E411) Brussel Oprit Verbeekstraat Brusselse ring A10 (E40) Brussel Parking Groot-Bijgaarden Brusselse ring Oostende Zone ter hoogte van afrit Aalter OV A13 (E313) Antwerpen Massenhoven Antwerpse ring A A14 (E17) Antwerpen Parking Kruibeke Antwerpse ring A+OV A21 (E34) Antwerpen Ranst A * deze is inmiddels opgelost door de ingebruikname van de spitsstrook op de E19 ** deze is inmiddels opgelost door de ingebruikname van de spitsstrook op de E40 Twee van deze wegvakken bevinden zich in de provincie Oost-Vlaanderen. Alle andere wegvakken bevinden zich in de provincies Vlaams-Brabant en Antwerpen. Er dient een te worden onderscheid gemaakt tussen knelpunten en filezones. Files ontstaan in een knelpunt en groeien daaruit verder aan stroomopwaarts. Zo is de file op de E17 richting Antwerpen deels gesitueerd op het grondgebied van Oost- Vlaanderen, maar is het knelpunt zelf gesitueerd in de provincie Antwerpen. Anderzijds bestaan er ook latente knelpunten. Deze zijn momenteel niet zichtbaar, hetzij omwille van dosering van het verkeer door een meer stroomopwaarts gelegen knelpunt, hetzij doordat het zich bevindt in de zone die reeds te maken heeft met terugslaande file vanuit een meer stroomafwaarts gelegen knelpunt.

5 Wanneer men cruciale punten beschouwt als de wegvakken met de hoogste verzadigingsgraad (dit is de verhouding tussen het aantal voertuigen dat een wegvak te verwerken krijgt en de beschikbare wegcapaciteit), dan krijg je volgende tabel: Van de 40 meest verzadigde wegvakken in Vlaanderen er 1 is gesitueerd in de provincie Oost-Vlaanderen. Alle andere zijn gesitueerd in de provincies Vlaams- Brabant (22) en Antwerpen (17), het merendeel op de Brusselse en Antwerpse ring: 22 op de Brusselse ring (R0) 13 op de Antwerpse ring (R1) A 2 op de E313 tussen de Antwerpse ring en Wommelgem A 2 op E19 Antwerpen-Brussel tussen Rumst en parkeerterrein Waarloos A 1 op het knooppunt in Zwijnaarde OV De 6 meest verzadigde wegvakken situeren zich allemaal op de Brusselse ring (R0) in de zone tussen Zellik en Strombeek-Bever en op het viaduct van Vilvoorde.

6 4. De investeringen in dynamisch verkeersmanagement leveren een belangrijke bijdrage tot het verminderen van de filetijd en filelengtes. Dynamisch Verkeersmanagement biedt de weggebruiker immers een aantal services aan die hem ondersteunen/begeleiden in zijn verplaatsing: filestaartbeveiliging, waarschuwen voor obstakels en wegenwerken, begeleiding bij pech en ongevallen, routeadviezen, inspelen op SMOG, doorstroming verbeteren door onder meer snelheidsharmonisatie en het beheren van spitsstroken, aanbieden van informatie omtrent de verkeersafwikkeling en geplande wegenwerken enz. Hiertoe wordt in eerste instantie gebruik gemaakt van telematica-instrumenten opgesteld langs de weg: camerabeelden en meetinstallaties voor de inwinning van verkeersdata; variabele signalisatieborden voor het aansturen en beveiligen van verkeersstromen. Hiertoe behoren rijstrooksignalisatieborden, variabele tekstuele borden boven en naast de weg, mobiele tekstkarren, enz. Daarnaast worden weggebruikers en partners geïnformeerd over de verkeersafwikkeling via informatiekanalen, zoals website, radio, OTAP, DATEX en RDS/TMC datafeeds. De belangrijkste DVM-projecten die in uitvoer zijn of op stapel staan, zijn: basiswegvakmanagement (variabele borden ter hoogte van complexen) op de E19-Noord tussen Loenhout en Brasschaat, op de E34 tussen Vorselaar en Ranst en op de E313 tussen Ranst en Geel-Oost; wegvakmanagement (rijstrooksignalisatie) op de volledige R2, op de E17 van Sint-Niklaas tot Kruibeke, op de E40 van Heverlee tot Sint-Stevens-Woluwe en op de R0 ter hoogte van de Vierarmentunnel; wegvakmanagement (rijstrooksignalisatie) op de R0 zelf (ten zuiden van respectievelijk Sint-Stevens-Woluwe en Groot-Bijgaarden), alsook op de op de R0 toekomende snelwegen. Tenslotte dragen ook trajectcontrole-installaties bij tot de oplossing. Zij verhogen niet enkel de verkeersveiligheid door het handhaven van de snelheid, maar resulteren eveneens in een meer gelijkmatige snelheid over een langer traject, wat de doorstroming op het wegvak ten goede komt. Momenteel zijn er 2 nieuwe trajectcontrole installaties gepland op: de E313 van Antwerpen-Oost tot Ranst (tevens spitsstrook); de E40 van Sint-Stevens-Woluwe tot Heverlee (tevens spitsstrook).