JAARVERSLAGEN. Grindcomité en subcomités. Project Grindwinnings Comité

Transcriptie

1 2013 JAARVERSLAGEN Grindcomité en subcomités Project Grindwinnings Comité

2

3 2013

4

5 Voorwoord Mijnheer de minister-president Mevrouwen en heren ministers van de Vlaamse Regering Mevrouw, mijnheer Bij decreet van 14 juli 1993 tot oprichting van het Grindfonds en tot regeling van de grindwinning (Grinddecreet) werd het Grindfonds opgericht en, binnen dit Grindfonds, het Grindcomité met zijn subcomités. Het Grinddecreet bepaalt dat het Grindcomité jaarlijks verslag uitbrengt bij de Vlaamse Regering betreffende zijn werkzaamheden en de werkzaamheden van de subcomités (artikel 6, vijfde lid). Door het decreet van 9 april 2009 houdende de wijziging van het Grinddecreet wordt projectgrindwinning mogelijk. Ter begeleiding en opvolging van een dergelijke projectgrindwinning voorziet het Grinddecreet de oprichting van een Projectgrindwinningscomité. Het uitvoeringsbesluit van 4 februari 2011 bij dit Grinddecreet (artikel 13) legt aan het Projectgrindwinningscomité de verplichting op om jaarlijks te rapporteren aan de minister over de taken, vermeld in artikel 20 sexies, 1, eerste lid, 2, 3 en 4, van het Grinddecreet. 3 Vermits deze beide jaarlijkse rapportages, voor het Grindcomité en de subcomités enerzijds en voor het PGC anderzijds, gevat zijn door het Grinddecreet, worden deze verslagen gebundeld en als aparte hoofdstukken uitgewerkt in voorliggend jaarverslag In dit jaarverslag wordt, zowel voor het Grindcomité en zijn subcomités, als voor het Projectgrindwinningscomité, op bondige wijze de uitvoering van de taakstellingen van de comités in het werkjaar 2013 beschreven, samen met de geboekte voortgang in de diverse voorliggende projecten. Ook de voornaamste decreetwijzigingen doorgevoerd in 2013 worden besproken, alsmede de impact van deze wijzigingen op de werking van de diverse comités. Het jaarverslag van het Grindcomité en de subcomités dient, conform de bepalingen van het Grinddecreet, voorgelegd aan de Vlaamse Regering en tevens meegedeeld aan het Vlaams Parlement, de Sociaal- Economische Raad van Vlaanderen en de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen. Het jaar verslag van het PGC dient voorgelegd aan de minister. Dit gebundeld rapport over het werkjaar 2013 wordt derhalve overgemaakt aan alle voornoemde partijen. Guido Willen voorzitter Grindcomité Ludwig Vandenhove voorzitter Projectgrindwinningscomité GRINDDECREET JAARVERSLAGEN WERKJAAR 2013

6 Inhoudsopgave 4 Voorwoord... 3 Inhoudsopgave... 4 HET GRINDCOMITÉ EN ZIJN SUBCOMITÉS Inleiding... 7 I ORGANISATIE COMITÉS Samenstelling comités in het werkjaar Grindcomité Herstructureringscomité Sociaal comité Onderzoekscomité Continuïteit van bestuur Vergaderdata comités II WERKING VAN DE COMITÉS Grinddecreet Toelichting decreet en decreetwijzigingen Historiek Decreetwijzigingen in Impact decreetwijziging van 5 juli Grindcomité Geactualiseerde begroting Toezicht op de naleving van de quota Globale productiequota en afbouw Grindontginning en herinrichting Adviezen Herstructureringscomité Stedenbouwkundige vergunning afgeleverd aan het Herstructureringscomité Herinrichting grindwinningsgebied Boterakker - Toevoeging extra uitrustingselementen Bouwen toren in grindwinningsgebied Negenoord Wijziging van de vergunning van 12 juli 2012 grindwinningsgebieden te Kinrooi - aanpassing visoevers en maaiveld moeraszone Waarborgstelsel en Overeenkomst tot Afwerking van de Grindwinningsgebieden Overeenkomst tot Afwerking van de Grindwinningsgebieden van 17 februari Opvolging van de Overeenkomst Overeenkomsten Uitrusten van de grindwinningsgebieden Hoofdovereenkomst Basisovereenkomsten - werkjaar Kostenramingen en uitgavenbegroting uitrusten Herinrichting van de grindwinningsgebieden Grindwinningsgebied Kleizone - Kinrooi Grindwinningsgebieden Boterakker, Maasweg, compensatiezones - Kinrooi Grindwinningsgebied Herenlaak - Maaseik Grindwinningsgebied Bichterweert-Meerheuvel - Dilsen-Stokkem Grindwinningsgebied Negenoord - Dilsen-Stokkem Grindwinningsgebied Mechelse Heide Zuid (groeve LBU) en de Berggrinduitbreidingsgebieden G1 en G3 - Maasmechelen Grindwinningsgebied Mechelse Heide Noord en Berggrinduitbreidingsgebied G2 - Maasmechelen en As Grindwinningsgebied Algri-Bormans-Vulex - project Verlaging Hoeveweg Communicatie over projecten naar de buitenwereld Participatie en medefinanciering communicatieplan Maasvallei Participatie en medefinanciering Vernieuwing grindkegel in De Wissen Verstrekte adviezen bij milieuvergunningsaanvragen, stedenbouwkundige aanvragen, e.a Werkplan Randzones - Grindwinningsgebieden te Kinrooi Stedenbouwkundige aanvraagdossier van nv De Scheepvaart - Werken aan de winterdijk van Negenoord-West/Booien/Veurzen/Bichterweerd Stedenbouwkundig aanvraag van Belmagri NV reliëfwijziging in afwijking op de stedenbouwkundige vergunning afgeleverd aan het comité op 19 juli Sociaal comité Evaluatie beleidsplan Sociaal begeleidingsplan... 41

7 4.2.1 Brugpensioenen (luik 1) Eenmalige afscheidspremie (luik 3) Outplacement Algemene afscheidspremie (luik 5) Tewerkstelling Begroting en meerjarenplan Tewerkstellingsinitiatieven III LOGISTIEKE ONDERSTEUNING GRINDCOMITÉ EN SUBCOMITÉS Projectvoorstel Elerweerd Korte beschrijving van het project Eerstvolgende procedurele stappen Vergunningstraject Overeenkomst Uitvoering Voortgang van het project in het werkjaar Vergunningstraject Voorbereiding overeenkomst Communicatie Grindcel Onteigeningen en concessies IV FINANCIËN III FINANCIERING Financiering uitvoering project Elerweerd Financiering werking PGC Omslagsleutel Heffingscoëfficiënt Overzicht rekeningen - Jaarrekening Grindfonds Overzicht V BIJLAGEN Bijlage 1 - Overzicht dossiers Bijlage 2 - Omslagsleutel en heffingscoëfficiënt Bijlage 3 - Jaarproductie HET PROJECTGRINDWINNINGSCOMITÉ I ORGANISATIE PGC Grinddecreet - oprichting vzw Samenstelling van het PGC in het werkjaar Wijziging van de Raad van Bestuur in het werkjaar Vergaderdata PGC II WERKING PGC Projectvoorstel en uitvoering - bepalingen decreet Procesverloop projectvoorstel Uitvoering en opvolging van projecten GRINDDECREET JAARVERSLAGEN WERKJAAR 2013

8 Grindcomité en subcomités

9 Het Grindcomité en zijn subcomités Inleiding Begin jaren 90 stippelde de Vlaamse Regering een grindbeleid uit voor het Limburgs Maasland dat zich vertaalde in het decreet van 14 juli 1993 tot oprichting van het Grindfonds en tot regeling van de grindwinning, kortweg genaamd Grinddecreet. Dit Grinddecreet richt een Grindfonds op en binnen dit Grindfonds wordt het Grindcomité opgericht met daarbinnen drie subcomités: het Herstructureringscomité, het Sociaal comité en het Onderzoekscomité. De binnen het Grindfonds gegenereerde middelen worden aangewend voor de werking van deze vier comités die elk hun eigen doelstellingen, zoals vastgelegd in het Grinddecreet, nastreven. Het overkoepelend Grindcomité coördineert en ziet toe op de afbouw van de nog mogelijke grindontginning. Het Herstructureringscomité staat in voor de herinrichting van ontgonnen grindgebieden. Het Sociaal comité staat borg voor de sociale begeleiding van de werknemers die hun baan verliezen ten gevolge van het Grinddecreet. Het Onderzoekscomité gaat op zoek naar grindvervangende granulaten en ondersteunt de commercialisering. Elk comité bezit rechtspersoonlijkheid. Middels het decreet van 1 maart 2013 houdende diverse bepalingen inzake landbouw, leefmilieu en natuur en ruimtelijke ordening (hoofdstuk 10, artikelen 26 en 27) wordt, met ingang van 1 januari 2013, het Onderzoekscomité ontbonden. Vanaf die datum treedt het Grindcomité op als rechtsopvolger van het Onderzoekscomité en neemt het alle taken, rechten en plichten ervan over. Door de decreetwijzigingen en decreten van achtereenvolgens 3 april 2009 (B.S. 24 april 2009), 23 december 2010 (B.S. 18 februari 2011) en 20 april 2012 (B.S. 22 mei 2012) wordt projectgrindwinning mogelijk, zijnde de grindwinning die gepaard gaat met de realisatie van een maatschappelijk project van groot openbaar belang dat op zichzelf niet gericht is op het winnen van grind. Ter bewaking van deze projectgrindwinning wordt voorzien in de oprichting van een Projectgrindwinningscomité. Dit comité werkt volledig onafhankelijk van de hoger vernoemde comités. De werking van het Grindcomité en zijn drie subcomités wordt gefinancierd middels de middelen die binnen het Grindfonds worden gegenereerd uit heffing op de grindwinning in de grindwinningsgebieden. Het Projectgrindwinningscomité werd opgericht buiten het Grindfonds en dient zelf in te staan voor de financiering van zijn werking. De organisatie en werking van het Projectgrindwinningscomité wordt geregeld in het Grinddecreet, onder hoofdstuk IIIbis, in de artikelen 20bis tot en met 20septies. 7 De organisatie van het Grindcomité en zijn drie subcomités wordt geregeld onder hoofdstuk II in de artikelen 6 tot en met 12 van het Grinddecreet. Het Projectgrindwinningscomité vormt dus een apart verhaal, los van het Grindcomité en zijn subcomités, en wordt dan ook binnen dit jaarverslag onder een apart hoofdstuk behandeld. VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

10 I. Organisatie comités De voorzitters en leden van het Grindcomité en de subcomités worden door de Vlaamse Regering benoemd. Herstructureringscomité. Deze benoeming werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 7 oktober Middels het decreet van 1 maart 2013 houdende diverse bepalingen inzake landbouw, leefmilieu en natuur en ruimtelijke ordening (hoofdstuk 10, artikel 25) werd het Grinddecreet gewijzigd in die zin dat de beperking van de mandaatperiode tot een termijn van zes jaar wordt opgeheven. De mandaten van de leden blijven dus vanaf 2013 doorlopen tot op het moment dat een betrokken instantie meldt dat het betrokken lid niet langer haar of zijn vertegenwoordiger is en een nieuw kandidaat-lid voordraagt en de nieuwe benoeming door de Vlaamse Regering is verschenen in het Belgisch Staatsblad. Middels het wijzigingbesluit van de Vlaamse Regering van 25 januari 2013 (B.S. 15 februari 2013) wordt de gemeente As aangeduid als grindgemeente in de zin van artikel 7 3 van het Grinddecreet. In navolging hiervan werd, na voordracht van de gemeente, bij ministerieel besluit van 6 september 2013 dhr. Miel Craeghs toegevoegd als lid in het Grindcomité en het Rekening houdend met deze toevoeging zijn er in totaal in 2013 zevenenvijftig mandaten in te vullen. Deze mandaten worden door drieënveertig verschillende personen ingevuld. Tien van deze mandaten hebben echter betrekking op de werking van het Onderzoekscomité. Aangezien dit comité door voormeld decreet van 1 maart 2013 werd ontbonden, werden de mandaten van het Onderzoekscomité niet meer verder ingevuld. Rekening houdend met de ontbinding van het Onderzoekscomité zijn er in 2013 zevenveertig mandaten ingevuld door vierenveertig verschillende personen. De formele beëindiging van de mandaten van het Onderzoekscomité gebeurde op 6 februari 2014 middels opheffing van het ministerieel besluit van 28 juli 2006 tot benoeming van de voorzitter en tot aanwijzing van de leden van het Onderzoekscomité. Organogram ca. 8,08 mio. Inspectie van financiën kris De Witte inspecteur-generaal VLAAMSE REGERING GRINDFONDS V.O.I. categorie A beslissingsbevoegdheid heffingen Jean-Pierre Heirman secretaris-generaal van het fonds beheersbevoegdheid Joke Schauvliege minister bevoegd voor de natuurlijke rijkdommen Grindadviescommissie LINE - ALBON natuurlijke rijkdommen / jaar enkel voor indiening en goedkeuring projectvoorstellen + gebruik / jaar NIEUWE UITGAVEN volgens artikel 3 4, 3 tem 7 Grinddecreet Grindcel logistieke ondersteuning comités ONDERZOEKS- COMITÉ opgeheven per 01/01/2013 taken overgenomen door GC GRINDCOMITÉ beslissingsboevoegdheid adviesbevoegdheid uitgaven subcomités aansprakelijkheid + v.a. 01/01/2013 overname taken OC SOCIAAL COMITÉ beslissingsbevoegdheid aansprakelijkheid HERSTRUCTURERINGS- COMITÉ beslissingsbevoegdheid aansprakelijkheid PGC Projectgrindwinningscomité vzw opgericht door de leden beslissingsbevoegdheid aansprakelijkheid

11 1 Samenstelling comités in het werkjaar 2013 De Vlaamse minister bevoegd voor het Grindfonds is sinds 13 juli 2009 mevr. Joke Schauvliege 1.1 Grindcomité Tot september 2013 telde het Grindcomité dertien stemgerechtigde en zes raadgevende leden. Vanaf 7 oktober 2013 telt het Grindcomité veertien stemgerechtigde leden. Het aantal leden wordt aangepast als een gemeente het statuut van grindgemeente krijgt of verliest. De voorzitters van de subcomités wonen de vergadering bij met raadgevende stem indien zij geen deel uitmaken van het Grindcomité. Stemgerechtigde leden Raadgevende leden de voorzitter van het Grindcomité dhr. Guido Willen namens de POM-Limburg dhr. Marc Vandeput namens de SERV (werknemers) dhr. Robert Urbain dhr. Justin Daerden namens de SERV (werkgevers) dhr. Luc Severijns dhr. Guillaume De Raedt namens de SERV (landbouw) dhr. Peter Bruggen namens de gemeente As (vanaf 7 okt. 2013) dhr. Miel Craeghs namens de gemeente Dilsen-Stokkem mevr. Sofie Vandeweerd namens de gemeente Kinrooi mevr. Carine op t Roodt namens de gemeente Maaseik dhr. Gerard Ignoul namens de gemeente Maasmechelen mevr. Christel De Cuyper namens de MiNa-raad (leefmilieu en natuur) mevr. Francine Thewissen namens de IML cvba mevr. Brigitte Grosemans (waargenomen door dhr. Hubert Brouns) namens het departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend erfgoed dhr. Ivo Palmers namens de Vlaamse Landmaatschappij dhr. Eddy Huysmans namens het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek dhr. Kris Van Looy namens de afdeling, bevoegd voor Natuurlijke Rijkdommen dhr. Eddy Leenders de voorzitter van het Herstructureringscomité dhr. Albert Willen 9 VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

12 1.2 Herstructureringscomité 1.3 Sociaal comité 10 Tot september 2013 telde het Herstructureringscomité negen stemgerechtigde en tien raadgevende leden. Vanaf 7 oktober 2013 telt het Herstructureringscomité tien stemgerechtigde leden. Het aantal leden wordt aangepast als een gemeente het statuut van grindgemeente krijgt of verliest. Stemgerechtigde leden de voorzitter van het Herstructureringscomité dhr. Albert Willen namens de gemeente As (vanaf 7 okt. 2013) dhr. Miel Craeghs namens de gemeente Dilsen-Stokkem mevr. Ingrid Erlingen namens de gemeente Kinrooi mevr. Carine op t Roodt namens de gemeente Maaseik dhr. Marcel Raets namens de gemeente Maasmechelen mevr. Evy Kenzeler (waargenomen door dhr. André Kenzeler) namens de SERV (landbouw) dhr. Peter Bruggen namens de MiNa-raad (leefmilieu en natuur) dhr. Lambert Schoenmaekers dhr. Johan Van Den Bosch namens de IML cvba mevr. Brigitte Grosemans (waargenomen door dhr. Hubert Brouns) Raadgevende leden namens de afdeling, bevoegd voor Natuurlijke Rijkdommen dhr. Eddy Leenders namens de Vlaamse Landmaatschappij dhr. Eddy Huysmans namens het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek dhr. Kris Van Looy namens de werkgevers dhr. Frank Liebens dhr. Willem Duijnstee namens de werknemers dhr. Jan Staal dhr. Roger Peeters namens het departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed mevr. Bertien Buntinx namens het departement Leefmilieu, Natuur en Energie (afd. bevoegd voor algemeen milieu-, natuur- en energiebeleid) dhr. David Stevens namens de vzw Toerisme Limburg dhr. Sylvain Sleypen Het Sociaal comité telt zeven stemgerechtigde leden en één raadgevend lid. Stemgerechtigde leden de voorzitter van het Sociaal comité dhr. Justin Daerden namens de werkgevers paritair subcomité grind- en zandgroeven dhr. Luk Arrazola de Oñate dhr. Luc Severijns mevr. Nadia Kerkhofs namens de werknemers paritair subcomité grind- en zandgroeven mevr. Enid Crevits dhr. Roger Peeters dhr. Jan Staal Raadgevend lid namens de VDAB dhr. Ludo Rutten Waarnemende leden Volgende persoon werd door het Sociaal comité gecoöpteerd als adviserende lid. namens het Fonds voor Bestaanszekerheid dhr. Patrick Ketelslegers 1.4 Onderzoekscomité Het Onderzoekscomité werd met ingang van 1 januari 2013 ontbonden.

13 I. Organisatie comités 2 Continuïteit van bestuur Gelet op de decreetwijziging (middels het decreet van 1 maart 2013 houdende diverse bepalingen inzake landbouw, leefmilieu en natuur en ruimtelijke ordening) blijven, met ingang van 1 januari 2013, de mandaten van de leden doorlopen tot op het moment dat een instantie meldt dat het betrokken lid niet langer haar of zijn vertegenwoordiger is en een nieuw kandidaat-lid voordraagt en de nieuwe benoeming door de Vlaamse Regering is verschenen in het Belgisch Staatsblad. In 2013 droegen diverse grindgemeenten - voornamelijk ingevolge de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober en enkele andere betrokken instanties, nieuwe kandidaat-leden voor. Voor het Grindcomité werden nieuwe kandidaat-leden voorgedragen voor de gemeenten Maaseik, Dilsen-Stokkem, Maasmechelen en As, alsmede voor de SERV-werkgevers en de SERV-landbouw. Voor het Herstructureringscomité werden nieuwe kandidaat-leden voorgedragen voor de gemeenten Kinrooi, Dilsen-Stokkem, Maasmechelen en As, alsmede voor de SERV-landbouw. Eind 2013 lagen de nieuwe benoemingen, behoudens wat betreft de vertegenwoordiging van de gemeente As in het Grind- en het Herstructureringscomité, nog niet voor Vergaderdata comités De comités samen hadden 20 vergaderingen waarvoor 149 keer een presentiegeld werd uitgekeerd voor een totaal bedrag van Data van de vergaderingen en presentiegelden van het Grindcomité en de subcomités in 2013 Maand Grindcomité Herstructureringscomité Sociaal comité januari februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december Totaal VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

14 Werking

15 II. Werking comités 1 Grinddecreet Het decreet van 14 juli 1993 tot oprichting van het Grindfonds en tot regeling van de grindwinning (Grinddecreet) stelt een bijzonder begrotingsfonds in voor de financiering en uitvoering van een aantal aspecten van het beleid inzake grindwinning in Limburg. Het betreft beleidsmaatregelen die nodig zijn onder meer met het oog op: het behoud en herstel van het ruimtelijk en ecologisch patrimonium de omschakeling van de ontginningsgebieden en de bij de ontginning betrokken streek de sociale begeleiding bij omschakeling en herstructurering van de ontgrindingsbedrijven het onderzoek naar alternatieve materialen voor grind in diverse toepassingen. Het Grinddecreet beoogt een, in ruimtelijk en ecologisch opzicht, evenwichtige grindwinning in Limburg en voorzag daarom in de geleidelijke afbouw van de grindwinning: oorspronkelijk tegen 1 januari 2006 en vervolgens na uitputting van de grindwinningsgebieden. Uiteindelijk blijft grindontginning nu toch mogelijk in drie uitzonderingsgevallen, terwijl ook grotere projectmatige grindwinning opnieuw mogelijk wordt gemaakt mits de ontgrinding gekoppeld is aan een project van groot maatschappelijk belang. 13 Per 31 december 2013, negentien jaar na de effectieve inwerkingtreding van het Grinddecreet in 1995, werden tweehonderdachttien dossiers voorgelegd aan de Vlaamse minister bevoegd voor het Grindfonds, waarvan acht in het werkjaar 2013 (bijlage 1). Het Grindcomité maakte 7 dossiers over aan de Vlaamse Regering of de bevoegde Vlaamse minister. Het Herstructureringscomité maakte 1 dossier, dat geen nieuwe financiële implicaties inhield, rechtstreeks over aan de bevoegde minister. Bijna alle dossiers werden uitvoerbaar verklaard voor eind De dossiers en inzake de gewijzigde financiering van het uitrusten werden op 6 januari 2014 uitvoerbaar verklaard. 1.1 Toelichting decreet en decreetwijzigingen Historiek Het Grinddecreet van 14 juli 1993 creëerde een wettelijk kader waarbinnen de grindwinning in de provincie Limburg en de daarmee gepaard gaande gevolgen globaal werden geregeld. Waar het Grinddecreet aanvankelijk uitging van een strikt afbouwscenario, waarbij de grindwinning in Limburg tegen 1 januari 2006 volledig beëindigd zou zijn, werd deze vooropstelling in de loop der jaren, ten gevolge van wijzigende inzichten, geleidelijk aan losgelaten. Middels het wijzigingsdecreet van 6 juli 2001 (B.S. 11 augustus 2001) werd het mogelijk om ook occasionele grindwinningen aan een heffing te onderwerpen. Voorts werd de taakstelling van het Herstructureringscomité bijgestuurd, waarbij de taak tot afwerken van de grindwinningsgebieden werd overgenomen door de grindsector. Door deze herschikking van de taken van het Herstructureringscomité werd een gedeelte van de grindheffing vervangen door een waarborgsysteem dat het afwerken door de grindsector diende te garanderen (invoeging van artikel 15bis). Dit resulteerde in een herschikking van de reeds geïnde grindheffing tussen het Grindfonds en het nieuw opgerichte Sectorfonds en in een aanpassing van de te hanteren marges voor de omslagsleutel in functie van de aan de diverse comités verder toe te wijzen middelen ter uitvoering van hun taakstellingen. Middels het wijzigingsdecreet van 15 juli 2005 (B.S. 16 augustus 2005) werd de einddatum voor ontgrinding (1 januari 2006) opgeheven, zodat het mogelijk werd om de ontginning (grindwinning als hoofdproductie) verder te zetten tot de in het Grinddecreet vooropgestelde productiequota (59,5 miljoen ton valleigrind en 41,4 miljoen ton berggrind) effectief gerealiseerd zouden zijn. De grindwinning als nevenproductie bij de winning van het onderliggend kwartszand valt niet onder voormelde productiequota en blijft ook in een verdere toekomst mogelijk. Middels het decreet van 22 december 2006 (B.S. 29 december 2006) houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007 (programmadecreet 2007) werd in de vergunde grindwinningsgebieden - in het kader van zuinig ruimtegebruik en in uitvoering van het principe van optimale ontginning - bijkomend grindwinning, boven op de vooropgestelde productiequota, mogelijk. Ook deze bijkomende grindwinning is onderworpen aan een grindheffing. Het wijzigingsdecreet van 3 april 2009 (B.S. 24 april 2009) voorziet - naast de reeds vroeger toegestane grindwinning als nevenproductie bij de winning van onderliggend kwartszand - de mogelijkheid tot verdere grindwinning in twee bijkomende uitzonderingsvallen: grindwinning bij infrastructuurwerken en projectgrindwinning. Beide nieuwe uitzonderingsgevallen betreffen een grindwinning die optreedt bij realisatie van een project (respectievelijk: VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

16 14 werken aan infrastructuur van openbaar nut en realisatie van een maatschappelijk project van groot openbaar belang) dat op zich zelf niet de exploitatie van grind tot doel heeft. Voor deze beide uitzonderingsgevallen, waarvoor de vroegere regels van het Grinddecreet niet gelden, worden binnen het Grinddecreet nieuwe artikelen toegevoegd. Ter regeling van de projectgrindwinning wordt een nieuw comité (Projectgrindwinningscomité) opgericht, onafhankelijk van het Grindfonds en de binnen dit Grindfonds opgerichte andere comités. Er zijn dus drie uitzonderingsgevallen waarbij grindwinning mogelijk blijft: grindwinning als nevenproductie bij de winning van onderliggend kwartszand (decreet van 15 juli 2005) grindwinning bij infrastructuurwerken (decreet van 3 april 2009) projectgrindwinning (decreet van 3 april 2009). Voor het bepalen van de productiequota wordt geen rekening gehouden met deze uitzonderingsgevallen. De grindwinning als nevenproductie bij de winning van onderliggend kwartszand is onderworpen aan een grindheffing, de grindwinning bij infrastructuurwerken en de projectgrindwinning niet. Door de decreetwijzigingen en decreten van achtereenvolgens 3 april 2009 (B.S. 24 april 2009), 23 december 2010 (B.S. 18 februari 2011) en 20 april 2012 (B.S. 22 mei 2012) wordt projectgrindwinning mogelijk, zijnde de grindwinning die gepaard gaat met de realisatie van een maatschappelijk project van groot openbaar belang dat op zichzelf niet gericht is op het winnen van grind. Ter bewaking van deze projectgrindwinning wordt voorzien in de oprichting van een Projectgrindwinningscomité. Dit comité, dat opgericht wordt door de leden, heeft rechtspersoonlijkheid en dient zelf in te staan voor de financiering van zijn werking. In het kader van de projectgrindwinning worden, naast de gemeenten Kinrooi, Maaseik, Dilsen-Stokkem en Maasmechelen, ook Lanaken en As aangewezen als grindgemeente. Samenvattend kan gesteld worden dat grindwinning, waarop krachtens het Grinddecreet een heffing verschuldigd is, onder de bepalingen van het Grindfonds valt en dus onder de bevoegdheden valt van het Grindcomité en zijn subcomités. Het Grindfonds met het Grindcomité met zijn subcomités vormt een eerste pijler binnen het Grinddecreet. Het Projectgrindwinningscomité vormt binnen dit Grinddecreet een tweede pijler, die volledig onafhankelijk van het Grindfonds en de vier voormelde comités zijn werkzaamheden regelt Decreetwijzigingen in 2013 Door het wijzigingsbesluit van de Vlaamse Regering van 25 januari 2013 (B.S. 15 februari 2013) wordt As aangeduid als grindgemeente in de zin van artikel 7 3 van het Grinddecreet. Het decreet van 1 maart 2013 houdende diverse bepalingen inzake landbouw, leefmilieu en natuur en ruimtelijke ordening (hoofdstuk 10) heft de beperking van de mandaatperiode tot een termijn van zes jaar op. Verder wordt middels dit decreet, met ingang van 1 januari 2013, het Onderzoekscomité ontbonden. Vanaf die datum treedt het Grindcomité op als rechtsopvolger van het Onderzoekscomité en neemt het alle taken, rechten en plichten ervan over. Middels het decreet van 5 juli 2013 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2013 (B.S. 30 juli 2013) worden een aantal van de basisdoelstellingen van het Grinddecreet aanmerkelijk gewijzigd. In essentie voorziet deze wijziging een samenvoeging van de middelen van het Grindfonds en een besteding van de vroegere, in de meerjarenbegrotingen van de comités, vastgestelde onbestemde saldi. Ook legt dit decreet een aantal financiële krijtlijnen vast: inzonderheid de uitgaven voor het uitrusten van de grindwinningsgebieden die in het kader van het Grinddecreet door het Herstructureringscomité worden getroffen, worden zeer strikt vastgelegd, terwijl voor de toegevoegde nieuwe uitgaven maximumbedragen worden opgelegd. Gelet op het belang van deze wijzigingen en de impact ervan op de werking van de comités, wordt hieronder in punt 1.2 dieper op ingegaan. 1.2 Impact decreetwijziging van 5 juli 2013 Door de wijziging van het Grinddecreet (middels het decreet van 5 juli 2013 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2013) worden volgende wijzigingen doorgevoerd: Met ingang van 1 januari 2013 worden alle bestaande en nieuwe middelen van het Grindfonds voor de werkingsterreinen van het Grindcomité en de subcomités samengevoegd. De middelen uit het fonds kunnen aangewend worden voor meer doeleinden dan vroeger was voorzien. Naast de uitgaven die i.k.v. het Grinddecreet worden getroffen door de Vlaamse Regering of het Grindcomité en de subcomités en de schadevergoedingen die voortvloeien uit de maatregelen genomen i.k.v. dit decreet, wordt nu voorzien dat het Grindfonds nog een aantal bijkomende uitgaven voor zijn rekening neemt (artikel 3, 4, 3 t/m 7 ): 3 de financiering van sociaal-economische en ecologische hefboomprojecten in de grindgebieden; 4 de financiering van wetenschappelijke projecten met het oog op de versterking van het sociaal-economisch weefsel in Limburg; 5 de financiering van een reconversieproject in de landbouw; 6 de financiering van de administratieve en technische ondersteuning van het projectgrindwinningscomité, vermeld in artikel 20sexies; 7 de overdracht van een deel van de middelen van het fonds naar de algemene middelen van het Vlaamse Gewest in het begrotingsjaar 2013.

17 II. Werking comités Voor de financiering van deze uitgaven worden volgende maximumbedragen voorzien: artikel 3, 4, 3 : artikel 3, 4, 4 : artikel 3, 4, 5 : artikel 3, 4, 6 : /jaar, tot uitputting v.d. middelen van het Grindfonds. Aanvragen voor de financiering van deze uitgaven lastens het Grindfonds worden goedgekeurd door de Vlaamse Regering binnen de daartoe in de begroting van het Grindfonds bestemde begrotingskredieten en voor de hierboven beschreven maximumbedragen. Voor de uitgaven voor het uitrusten van de grindwinningsgebieden die in het kader van het Grinddecreet worden getroffen, wordt een totaal bedrag voorzien van maximaal 22,45 miljoen euro (artikel 5). Dit bedrag wordt opgesplitst in 3 delen: Reguliere middelen voor maatregelen getroffen door het Herstructureringscomité: toegewezen aan dit comité voor gekende uitrustingswerken, extra toegewezen aan dit comité, zijnde een bedrag dat nog door het Herstructureringscomité moet worden verdeeld over de berggrindgebieden in de gemeenten Dilsen-Stokkem, Maasmechelen en As , zijnde een bedrag dat in drie gelijke delen wordt verdeeld over de valleigrindgebieden in de gemeenten Kinrooi, Maaseik en Dilsen-Stokkem. 15 Deze decreetwijziging heeft een belangrijke impact, enerzijds op de werking van de comités en anderzijds op de op te stellen begroting. De aan de comités toegewezen budgetten worden drastisch ingeperkt doordat de vroegere onbestemde saldi van de comités nu voor andere doeleinden worden aangewend en ook zal, vanaf 2013, de totaalbegroting niet langer gevormd worden louter door een samenvoeging van de begrotingen van het Grindcomité en de subcomités. VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

18

19 II. Werking comités 2 Grindcomité Het Grindcomité heeft naast een aantal beheers- en bestuursopdrachten, zoals: de coördinatie van de activiteiten van de subcomités het toezicht op de naleving van de productiequota de ontwikkeling en voortdurende actualisering van een globaal beleidsplan het sluiten van een samenwerkingsprotocol met de I.M.L. het beslissen over de verdeling van wegens overmacht niet gebruikte gedeelten van quota over de resterende tweejaarlijkse periodes ook een adviserende taak, nl.: het adviseren over het beheer van het Grindfonds het verlenen van advies aan de Vlaamse Regering bij de beslissingen van de subcomités het adviseren over de financiering inzake de subcomités het bindend adviseren aan de POM over de voorwaarden voor verwerving door aankoop of onteigening van gronden in de nieuwe grindwinningsgebieden of voor verwerving van een ontginningsrecht m.b.t. deze gronden het adviseren over de overmacht omtrent niet gebruikte gedeelten van productiequota. 17 Daarnaast oefent het Grindcomité, met ingang van 1 januari 2013, alle taken van het Onderzoekscomité uit en treedt het in alle rechten en plichten ervan. Deze taakstelling betreft het vaststellen en van onderzoeksprogramma s voor de ontwikkeling van grindsubstituten alsmede projecten tot ondersteuning van de commercialisering en het gebruik van zulke substituten. In de loop van het werkjaar 2013 vergaderden de leden van het Grindcomité zeven maal (zie I.3). In het kader van zijn adviesverlenende opdracht werden 6 dossiers van het Herstructureringscomité behandeld en geadviseerd. Het Grindcomité zelf stelde 1 dossier op als advies voor de Vlaamse Regering. 2.1 Geactualiseerde begroting Het Grindcomité heeft de opdracht om jaarlijks een geactualiseerde begroting op te stellen en op basis van deze begroting advies aan de Vlaamse Regering te verstrekken omtrent het beheer van het Grindfonds en omtrent de voor het volgende werkjaar aan te wenden heffingscoëfficiënt (Grinddecreet, art. 9, 1 en art. 15, 5). Tot eind 2012 verstrekte het Grindcomité ook advies omtrent de aan te wenden omslagsleutel (Grinddecreet, vroeger art. 5). Deze omslagsleutel beoogde een verdeling van de middelen in het Grindfonds naar de diverse comités. Daar het decreet van 5 juli 2013 (houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting), met ingang van 1 januari 2013, alle bestaande en nieuwe middelen van het Grindfonds voor de werkingsterreinen van het Grind- en de subcomités samenvoegt en het artikel 5 van het Grinddecreet volledig herschrijft, waarbij alle bepalingen omtrent de omslagsleutel werden geschrapt, is de omslagsleutel vanaf 1 januari 2013 niet langer van toepassing. Onbestemde middelen In het verleden (tot eind 2012) heeft het Grindcomité bij opmaak van de meerjarenbegroting vastgesteld dat er, na aanwending van de door de comités bestemde middelen, nog een aanzienlijke onbestemde reserve was voor elk comité. Het leeuwenaandeel van de grindwinning waarop heffing dient betaald, was gerealiseerd en er was een goed zicht op de (relatief beperkte) inkomsten die men nog zal genereren binnen het Grindfonds. Een aantal jaren op rij werd dan ook geconstateerd dat er doorheen de jaren een aanzienlijke kapitaalopbouw was in het Grindfonds. Op basis van deze begrotingsoefening van het Grind- en de subcomités, heeft de Vlaamse Regering in 2013 beslist tot de wijziging van het Grinddecreet. Middels het decreet van 5 juli 2013 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2013 wordt een bestemming gegeven aan de vastgestelde onbestemde reserve: het decreet voorziet thans dat, naast de aanwending van middelen ten behoeve van de werking van het Grind- en de subcomités, het Grindfonds vanaf 2013 een aantal nieuwe, bijkomende uitgaven voor zijn rekening neemt. Begroting In juli dus voordat het Grinddecreet gewijzigd werd middels het decreet van 5 juli werd de uitgavenbegroting door de comités opnieuw geactualiseerd, uitgaande van de uitgavenplanningen zoals deze van voorgaande jaren voor het betreffende comité voorlagen. Net als voorgaande jaren werd de begroting opgesteld aan de hand van de consolidatie van de geactualiseerde begrotingen opgemaakt door de respectieve comités. VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

20 18 In het boekhoudkundig systeem, gevoerd door het Grindfonds, wordt voor de verwerking van de gegevens, conform de Europese richtlijnen, het ESR-rekeningstelsel gevolgd. Dit resulteert in een negental aparte rekeningen welke niet eenduidig terugwijsbaar zijn naar één bepaald comité. Om de geactualiseerde meerjarenbegroting te kunnen opmaken voert het Grindcomité een aangepaste, parallelle boekhouding met juiste toewijzing van inkomsten en uitgaven naar een van de vier kostenplaatsen (comités). In zoverre de subcomités dit niet aanreiken, zorgt het Grindcomité voor de versleuteling van de door het Grindfonds aangereikte gegevens naar de diverse comités en verifieert deze gegevens met de eigen boekhouding. Nadat de subcomités hun resultatenrekening 2012 en hun uitgavenbegroting hadden goedgekeurd, werden op 17 juli 2013 deze gegevens in het Grindcomité besproken, evenals de geconsolideerde begroting met meerjarenplan Voor de periode werden de effectieve inkomsten en uitgaven voor de diverse comités in rekening gebracht. Versleuteling van de inkomsten naar de diverse comités gebeurde aan de hand van de door de Vlaamse Regering goedgekeurde omslagsleutel voor het betreffende jaar. De raming van verdere inkomsten uit heffingen en intresten werden begroot tot eind 2013, ervan uitgaand dat tegen die termijn alle heffingsplichtige tonnen gerealiseerd zouden zijn. Verdere uitgaven worden begroot tot eind Dit is het tijdstip waarop de betalingen van het Sociaal comité onder de brugpensioenregeling voor min 52 jarigen kunnen stoppen. De begroting van het Sociaal comité was in grote lijnen een herneming van de begroting van Voor het Onderzoekscomité (waarvoor het Grindcomité optreedt als rechtsopvolger) werden vanaf 2013 geen nieuwe uitgaven meer begroot. De werking van dit comité werd eind 2011 stopgezet. Het Herstructureringscomité stuurde zijn uitgavenbegroting voor het uitrusten bij aan de hand van de meeste recente planning voor het afwerken van het Sectorfonds. De planningshorizon voor de werking van het Herstructureringscomité werd behouden op eind Derhalve werd ook de werking van het Grindcomité, dat immers advies dient te geven over de beslissingen van het Herstructureringscomité met financiële impact, voorzien tot eind Uit de meerjarenplanning bleek dat er voor ieder comité een geraamde, onbestemde reserve was. Voor het Grindfonds betekende dit dat er eind vóór de decreetwijziging werd doorgevoerd middels het decreet van 5 juli een geraamde, onbestemde reserve van circa 10,85 miljoen zou zijn. Het Grindcomité, in vergadering op 17 juli 2013, keurde de geactualiseerde begroting van het Grindcomité en de subcomités goed. Heffingscoëfficiënt 2014 Gebaseerd op de begroting adviseerde het Grindcomité, conform artikel 15 5 van het Grinddecreet, tot verdere indexering van de heffingscoëfficiënt 2013 (ter waarde van 1,6021) zoals opgenomen in het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2012 (zie ook Hoofdstuk IV). 2.2 Toezicht op de naleving van de quota Productiequota Middels het Grinddecreet werd 59,5 miljoen ton productiequota valleigrind en 41,4 miljoen ton productiequota berggrind toegewezen aan oorspronkelijk zeventien quotumhouders. Het Grindcomité werd belast met het toezicht op de naleving van de productiequota en het adviseren over de overmacht omtrent niet gebruikte gedeelten van productiequota (artikel 9, 4 van het Grinddecreet). Deze realisatie van deze productiequota vond plaats in de volgende grindwinningsgebieden: valleigrindwinningsgebieden: in Kinrooi: Kleizone en Boterakker (incl. Maasweg: resttonnen 1 ) in Maaseik: Heerenlaak in Dilsen-Stokkem: Meerheuvel en Negenoord. berggrindwinningsgebieden: in Maasmechelen: Mechelse Heide Noord, Mechelse Heide Zuid en de Berggrinduitbreidingsgebieden G1 en G3 in As: Berggrinduitbreidingsgebied G2 in Dilsen-Stokkem: Bormans, Algri, Vulex (resttonnen 1 ) 1 resttonen gerealiseerd na het invoege treden van het Grinddecreet (merendeel exploitatie gebeurde vroeger) Grosso modo waren eind 2009 alle productiequota gerealiseerd, behoudens een klein restant van ton valleigrind. Dit betreft het nog openstaand en nog uitvoerbaar saldo van het aan Komatco toegekende quota zoals vastgelegd middels de ministeriële goedkeuring (in 2008) tot teruggave van ton productiequotum aan Komatco. Excestonnen Naast de realisatie van de vooropgestelde productiequota werd het vanaf middels het programmadecreet 2007: decreet van 22 december 2006 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting mogelijk om in de vergunde grindwinningsgebieden, in het kader van zuinig ruimtegebruik en in uit

21 II. Werking comités voering van het principe van optimale ontginning, bijkomend grind te winnen. Ook deze bijkomende grindwinning is onderworpen aan een grindheffing. Deze extra tonnen worden hierna omschreven als excestonnen. De valleigrindexploitanten sloten een akkoord dat de ontginning en afvoer hiervan gebeurt door vier grindexploitanten, die dan ook de grindheffing hierover betalen, met name: Bichterweerd nv, Dragetra nv, Grivalim nv (rechtsopvolger van Gralex nv wat betreft de excestonnen) en TV Rekin. Met de overige quotumhouders geldt een contractuele financiële regeling binnen de sector. Voor de berggrindwinning werd er een sectorbreed akkoord bereikt omtrent de productie van de resterende tonnages in de berggrindwinningsgebieden G1, G2 en G Globale productiequota en afbouw Behoudens het kleine restant van ton valleigrind, zijn de productiequota, zowel voor de vallei- als voor de berggrindwinning sinds 2009 volledig gerealiseerd. Dit kleine restant was ook eind 2013 nog niet gerealiseerd. In het Berggrinduitbreidingsgebied G2 werd in het 1ste semester van 2013 in totaal ton heffingsplichtig grind afgevoerd. Dit stemt overeen met productietonnen toutvenant. Voor de verdere grindwinning in dit gebied, vanaf het 2de semester 2013, werd er een afsprakennota uitgewerkt tussen het Grindfonds en de betrokken exploitanten (Algri en LBU): op basis van een inmeting van het resterend volume toutvenant in het gebied, en rekening houdend met een geplande beëindiging van de ontgrinding tegen eind 2015, werd geopteerd om vanaf het 2de semester 2013 de verdere heffingsplichtige grindwinning in 5 gelijke delen te spreiden. In totaal werd begroot dat er nog productietonnen in het terrein (incl. depots) aanwezig waren. Rekening houdend met een gemiddelde van 68,56 % grindfractie, stemt dit overeen met heffingsplichtige grindtonnen. Hierop gebaseerd bedraagt voor het 2de semester 2013 de aangifte van de heffingsplichtige grindwinning tonnen (hetzij productietonnen). Voor de vier overige semesters (tot eind 2015) bedraagt dit tonnen grind (hetzij productietonnen). In Mechelse Heide Noord is er nog een kleine hoeveelheid grind aanwezig onder de tijdelijke werfweg naar G2. In 2013 werd hier geen grind gewonnen. 19 In de Maasvallei zijn sinds 2009 alle vergunde grindwinningsgebieden volledig ontgonnen. Vanaf 2010 werd er in de valleigrindwinningsgebieden dus geen heffingsplichtige grindwinning (noch quotum-, noch excestonnen) meer gerealiseerd. Wat betreft de berggrindwinning was ook in de Mechelse Heide Zuid en de aanpalende Berggrinduitbreidingsgebieden G1 en G3 de grindwinning eind 2009 beëindigd. In Mechelse Heide Zuid wordt sindsdien zand gewonnen. Hieraan gerelateerd is er een kleine productie van grindwinning, welke decretaal beschouwd wordt als grindwinning als nevenproductie waarop grindheffing betaald moet worden. In 2012 werd er op deze basis nog circa productietonnen (toutvenant) als excestonnen gerealiseerd. In 2013 bedroeg dit ton. In totaal werden tot eind 2013 in de vallei effectief ca. 59,7 miljoen ton productiequota en ca. 1,6 miljoen excestonnen ontgonnen en afgevoerd en in de berg ca. 40,6 miljoen quotumton en circa 9,3 miljoen excestonnen. Sector Berggrind Valleigrind 50% 60% 70% 80% 90% 100% Productiequota Niet erkende overmacht Achterstandquota Exces VALLEIGRINDWINNING Gerealiseerd Achterstand Gerealiseerd Achterstand Overdraagbaar Quotum Exces Quotum Exces Quotum * BERGGRINDWINNING ** 0 0 * De hoeveelheid die niet ontgonnen en afgevoerd werd vóór 2006 en die erkend werd als achterstallig om redenen van overmacht. Voor de valleigrindwinning betreft dit het nog resterend deel van de teruggave van quotumton aan Komatco door regularisatie van grindgebied Bergerven. ** Deels simulatie, gebaseerd op afsprakennota tussen Grindfonds en exploitanten van G2 (Algri en LBU). VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

22 2.4 Grindontginning en herinrichting De voortgang van de grindontginning en de stand van zaken in de herinrichting van de grindwinningsgebieden worden tweemaal per jaar door het Herstructureringscomité opgemaakt. Onderstaande tabel geeft de situatie per 30 september 2013 samengevat weer. Opvolging ontgrinding en afwerking Stand van zaken per ca. 30 september 2013 Oppervlakte Werken in uitvoering Voorlopige Definitieve ontgrinding afwerking ontgrinding afwerking oplevering aanvaarding 20 GRINDGEBIED grondwerk oevers aangevat grondwerk oevers ha ha m % ha % ha m KINROOI Kleizone 31,60 31, , ,75 n.v.t (1) (2) Boterakker (i) 124,11 114, , ,83 0 Maasweg (i) n.v.t. 17,74 0 n.v.t. n.v.t ,74 n.v.t. MAASEIK Heerenlaak 29,23 48, , , DILSEN-STOKKEM Bichterweert-Meerheuvel 76,90 97, , , (4) (3) (5) (6) Negenoord 8,61 39, , , MAASMECHELEN Mechelse Heide Noord 30,09 32,33 n.v.t , ,11 n.v.t (7) Mechelse Heide Zuid (na 95) 111,50 111,50 n.v.t , ,50 n.v.t Uitbreiding G 1 (excl. rand) 18,34 18,34 n.v.t , ,34 n.v.t Uitbreiding G 3 19,61 19,61 n.v.t , ,61 n.v.t. AS Uitbreiding G 2 36,16 36,16 n.v.t , ,35 n.v.t. TOTAAL 486,15 566, ,30 482,59 83,0 486, (1): binnendijks deel, inclusief dijk zelf (2): binnendijks deel, inclusief dijk zelf + buitendijks deel excl. zone waarop zich nog een depot bevindt (3): deelgebied I (Noordoostelijk deel Bichterweert) (4): deelgebied II (zone Van Broekhoven) (5): deelgebied III (ringdijk Meerheuvel) (6): deelgebieden II en III en IV (zuidwestelijke deel Bichterweert) (7): deelgebied I (rechthoekig deel) (i): Tweede Herziening van het Amendement bij de Overeenkomst + uitsluiting zone Eurogri

23 II. Werking comités 2.5 Adviezen Behoudens het adviseren omtrent eigen materies moet het Grindcomité ook advies verlenen bij elke beslissing met financiële impact van een subcomité alvorens deze beslissing ter goedkeuring kan voorgelegd worden aan de minister. In 2013 adviseerde het Grindcomité zes beslissingen van het Herstructureringscomité (HC): dossier HC/GF/13-01: externe communicatie: communicatieplan Maasvallei - interne budgetverschuiving (29 maart 2013) dossier HC/GF/13-02: materiaalstudie stampleem - realisatie uitkijktoren Negenoord (29 maart 2013) dossier HC/GF/13-03: studie van een tunnel met aanhorigheden - project Verlaging Hoeveweg (29 maart 2013) dossier GC/KAB/13-04: Tweede Herziening van het Amendement bij de Overeenkomst (29 maart 2013) dossier GC/KAB/13-06: Overeenkomst m.b.t. Uitrusten van de grindwinningsgebieden (4 december 2013) dossier HC/GF/12-07: Basisovereenkomsten Uitrusten van de grindwinningsgebieden - werkjaar gemeenten Kinrooi, Maaseik en Dilsen-Stokkem (9 december 2013) Het Grindcomité adviseerde geen beslissingen van het Sociaal comité. Naast adviezen aangaande dossiers van de subcomités verstrekte het Grindcomité in 2013 ook zijn advies aan de minister voor: de heffingscoëfficiënt 2014, dossier GC/KAB/13-05 (20 november 2013) 21 VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013

24

25 II. Werking comités 3 Herstructureringscomité Het Herstructureringscomité heeft krachtens artikel 10, vijfde lid van het Grinddecreet van 14 juli 1993 volgende taakstelling: het opmaken, actualiseren en afstemmen op de vigerende regelgeving van de structuurvisie het laten uitrusten van de afgewerkte grindwinningsgebieden in het kader van de structuurvisie, die blijkt uit het in artikel 9, 6 bedoelde beleidsplan, met inbegrip van het herstel en de ontwikkeling van de natuur en het natuurlijk milieu van de voormelde gebieden en de aanpalende omgeving het adviseren van de nabestemmingsplannen in de vergunning voor de exploitatie van grind voor de nieuwe ontginningsgebieden aan de vergunningsverlenende overheid in voorkomend geval, het laten afwerken na ontgrinding het toezicht houden op het afwerken en uitrusten van de grindwinningsgebieden. In 2013 kwam dit comité tien keer samen. De belangrijkste aangevraagde en/of verleende vergunningen, gevoerde discussies en genomen beslissingen worden hieronder weergegeven. de THV Sectorfonds anderzijds. Het Herstructureringscomité neemt alle beslissingen die nodig zijn voor uitvoering van de Overeenkomst en brengt het Grindcomité en de bevoegde Vlaamse minister hiervan op de hoogte Stedenbouwkundige vergunningen afgeleverd aan het Herstructureringscomité Herinrichting grindwinningsgebied Boterakker - Toevoeging extra uitrustingselementen De op 2 april 2013 ingediende aanvraag Herinrichting grindwinningsgebied Boterakker - Toevoeging extra uitrustingselementen werd op 26 augustus 2013 door de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar voorwaardelijk verleend Bouwen toren in grindwinningsgebied Negenoord De vergunning voor de op 19 november 2013 ingediende aanvraag m.b.t realisatie van de toren was eind 2013 nog niet verleend. Wijziging van de vergunning van 12 juli 2012 grindwinningsgebieden te Kinrooi - aanpassing visoevers en maaiveld moeraszone Deze aanvraag werd op 2 december 2013 ingediend en was dan ook eind 2013 nog niet vergund. Waarborgstelsel en Overeenkomst tot Afwerking van de Grindwinningsgebieden Overeenkomst tot Afwerking van de Grindwinnings gebieden van 17 februari 2003 Doorheen de jaren werd de Overeenkomst meermaals uitgebreid en/of aangevuld. Naast afstemming van rasterplannen en -tabellen op inmiddels afgeleverde stedenbouwkundige vergunningen, werd een Addendum omtrent het inzaaien toegevoegd, de zandprijs te Kinrooi op nul gezet, de Berggrinduitbreidingsgebieden toegevoegd en een Amendement voor het grindwinningsgebied Boterakker (incl. Maasweg) uitgewerkt. In werd een Tweede Herziening van het Amendement uitgewerkt Tweede Herziening van het Amendement Omdat voor de grindwinningsgebieden te Kinrooi een nieuwe herinrichtingsvisie voorlag die sterk afweek van de plannen opgenomen in de Overeenkomst, werd in 2004 een Amendement uitgewerkt. De nieuwe herinrichtingsvisie voorzag een belangrijke minderaanvulling van landbouwgrond. Aan de hieruit voortvloeiende kostenbesparing in het afwerken werd een netto-saldo gekoppeld dat integraal aangewend moest worden voor landbouwkundig(e) project(en) ten nutte van de landbouwers van de Maaslandse gemeenten, conform de betreffende bepalingen van het Grinddecreet. Het Amendement hieromtrent werd in 2008 een eerste maal bijgestuurd in functie van het verstrijken van de aanvankelijk voorziene geldigheidstermijn. I.k.v. de op 19 juli 2012 afgeleverde stedenbouwkundige vergunning voor de herinrichting van de grindwinningsgebieden Boterakker - Maasweg diende dit amendement opnieuw bijgestuurd. In navolging van het Grinddecreet werd op 17 februari 2003 de Overeenkomst tot Afwerking van de Grindwinningsgebieden (kortweg: Overeenkomst) afgesloten tussen het Grindfonds, het Grindcomité en het Herstructureringscomité enerzijds en In februari 2013 ging het Herstructureringscomité, nadat hieromtrent een consensus was bereikt tussen de landbouwsector, de gemeente Kinrooi en de grindexploitanten, akkoord met een bedrag van 4,15 miljoen, als zijnde het netto-saldo. VERSLAG VAN HET GRINDCOMITÉ EN DE SUBCOMITÉS WERKJAAR 2013