Hernieuwing van de milieuvergunningen de veehouderij
|
|
- Gerrit ter Linde
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 P R A K T I J K G I D S Hernieuwing van de milieuvergunningen in de veehouderij Periode SBB Partner voor bedrijvige mensen
2 In deze gids Hernieuwing van de milieuvergunningen in de veehouderij 1. Wanneer uw milieuvergunning hernieuwen? 4 Welke problemen kunnen opduiken? 4 Hoe een hervergunningsaanvraag indienen? 5 2. Knelpunten in de veehouderij 7 De indelingslijst 7 Gemengde bedrijven 7 Mestopslag 7 X-bedrijven 8 Aktenames 1977 en Verval van vergunning 8 Laattijdige hernieuwing 9 Nieuwe dierplaatsen 9 3. Vergunningsvoorwaarden in de veehouderij 11 Constructievoorschriften stallen en mestopslagplaatsen 11 Peilbuizen 12 Verbods- en afstandsregels 12 Puntensysteem Milieuvergunningenbeleid ontkoppeld van mestwetgeving 16 Vergunningenbeleid 16 Verbods- en afstandsregels 16 Nutriëntenemissierechten en mestafzet 16 Beoordeling van een milieuvergunning 17 Beperkte rol in de Mestbank Afvalwater en grondwater 18 Bedrijfsafvalwater 18 Lozen of uitrijden 20 Grondwater Opslag gevaarlijke stoffen en mazouttanks 21 Wat zijn gevaarlijke stoffen? 21 Wat zijn de belangrijkste voorwaarden? 23 Wanneer moet ik een controle laten uitvoeren? Milieuadviseurs 26 Waar kan ik een milieuadviseur contacteren? 26
3 Waarom deze gids? In de periode zijn duizenden land- en tuinbouwers verplicht om hun milieuvergunning te hernieuwen. Hoog tijd dus om uw lopende milieuvergunning na te kijken en u goed te informeren! In deze gids geven we een overzicht van een aantal belangrijke activiteiten of rubrieken die op veel bedrijven voorkomen en moeten worden opgenomen in de milieuvergunning. Achtereenvolgens behandelen we de algemene principes in de veehouderij (rundvee en kalveren), de dierlijke veredeling (varkens en pluimvee), het Mestdecreet in relatie tot de milieuvergunning, de opslag van brandstof en tot slot het afvalwater en de grondwaterwinning. Wij wensen u een leerrijke lectuur van deze gids. Heeft u nog vragen, aarzel niet om contact op te nemen met onze milieuadviseurs. Zij geven u graag alle informatie. Hun gegevens vindt u achteraan in deze gids. 3
4 1 Wanneer uw milieuvergunning hernieuwen? In 1977 werd een eerste grote groep veehouderijen vergunningsplichtig in het kader van het ARAB (Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming). Bedrijven die zich toen in orde hebben gesteld, beschikken in de meeste gevallen over een aktename of vergunning voor 30 jaar; dit wil zeggen tot Deze bedrijven moeten zo snel mogelijk, voor de vervaldag, een aanvraag tot hernieuwing indienen. In 1990 werd zo goed als elke veehouderij vergunningsplichtig omdat ook mestopslagplaatsen als vergunningsplichtig werden aangeduid. Toen werden eveneens vergunningen toegekend voor een periode van 30 jaar. Maar met het in werking treden van Vlarem I (Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning) werden alle vergunningen die vóór 1 september 1991 werden verleend, ingekort tot maximum 20 jaar. Dit betekent dat alle milieuvergunningen die werden afgeleverd vóór 1 september ook al hebben ze een looptijd van 30 jaar - ten laatste aflopen op 1 september In normale omstandigheden moet een aanvraag tot hernieuwing worden ingediend tussen de 18de en de 12de maand vóór het verstrijken van de lopende vergunning. Om de grote golf aan hervergunningsaanvragen te spreiden in de tijd, besliste de overheid dat de bedrijven waarvan de vergunning ten laatste afloopt op 1 september 2011 reeds vanaf 48 maanden voor de vervaldag een aanvraag tot hernieuwing kunnen indienen. Het gros van de milieuvergunningen in de veehouderij vervalt op 1 september Een hernieuwing kan dan vanaf 1 september Deze regeling (vervroegde hernieuwingsaanvraag) is niet van toepassing voor bedrijven met een milieuvergunning die werd afgeleverd na 1991 voor een periode van 20 jaar. Zo werden in de tuinbouwsector vele vergunningen toegekend in 1993 of 1994 voor de aanwezigheid van koel- en stookinstallaties. Deze bedrijven beschikken in de meeste gevallen over een milieuvergunning tot 2013 of 2014 en zullen pas na 2011 een hernieuwing moeten aanvragen. 4
5 Welke problemen kunnen opduiken? Als een hervergunningsaanvraag wordt opgemaakt en behandeld, kunnen een aantal knelpunten aan het licht komen. Voor een aantal daarvan werden in 2007 reeds oplossingen uitgewerkt. Zeker wat betreft het aantal dierplaatsen op het bedrijf wil de reële situatie wel eens afwijken van de effectief vergunde productie. Zeer belangrijk hierbij is dat de vergunningsstop in het nieuwe Mestdecreet niet langer is opgenomen. Het wordt dus mogelijk vanaf 1 januari 2008 een vergunning voor nieuwe dierplaatsen aan te vragen. Ook het verval van de milieuvergunning omwille van het verplaatsen van dieren binnen het bedrijf kan in vele gevallen worden geregulariseerd. Op deze problematiek komen we verder uitgebreid terug. Tot slot stellen we vast dat een aantal bedrijven zelf nog inspanningen zullen moeten doen vooraleer ze een hernieuwing kunnen aanvragen. Zo moeten bijvoorbeeld nog heel wat controles van brandstoftanks worden uitgevoerd. Hoe een hervergunningsaanvraag indienen? De procedure om een hernieuwing van de milieuvergunning aan te vragen, is identiek aan die van de aanvraag van een vergunning. Indien op het bedrijf alleen meldingsplichtige activiteiten (klasse 3) worden uitgevoerd, volstaat een melding bij het college van burgemeester en schepenen van uw gemeente. Op de meeste landen tuinbouwbedrijven zijn echter meerdere vergunningsplichtige activiteiten of installaties aanwezig (klasse 2 of 1). We denken dan aan het houden van dieren, de aanwezigheid van brandstoftanks, het lozen van afvalwater... Verder zullen we deze indeling per activiteit toelichten. Indien op het bedrijf alleen activiteiten voorkomen die zijn ingedeeld in klasse 3 of 2, moet een milieuvergunning klasse 2 worden aangevraagd bij het college van burgemeester en schepenen van uw gemeente. Deze aanvraag gebeurt via een standaardformulier dat ter beschikking ligt bij uw gemeente. Daarnaast moeten een hele reeks bijlagen worden bijgevoegd, zoals een situeringsplan en een detailplan. Het hele dossier moet in zeven exemplaren aan de gemeente worden bezorgd. Zodra het bedrijf één activiteit telt die is ingedeeld in klasse 1, moet de vergunningsaanvraag in tien exemplaren worden ingediend bij de Bestendige Deputatie van de Provincie. In dat geval moet onder andere ook een officieel kadasterplan met lijst van eigenaars worden toegevoegd. Bij de aanvraag van een milieuvergunning zal de gemeente of provincie deze aanvraag aan een procedure onderwerpen vooraleer een uiteindelijke beslissing te nemen. Tijdens deze procedure wordt het advies van de gemeentelijke milieudienst en andere overheids- 5
6 instanties ingewonnen. Daarnaast zal een openbaar onderzoek worden ingesteld. Dit betekent dat uw dossier onder meer gedurende 30 dagen ter inzage zal liggen bij de gemeente en het onderzoek via aanplakbiljetten moet worden bekendgemaakt. De hele procedure neemt drie tot zes maanden in beslag. Indien u niet akkoord gaat met de uiteindelijke beslissing, kan u binnen 30 dagen beroep aantekenen bij de Bestendige Deputatie van de Provincie (voor klasse 2-dossiers) of de minister van Leefmilieu (voor klasse 1-dossiers). 6
7 2 Knelpunten in de veehouderij Er kunnen een aantal knelpunten opduiken bij de veehouderijen op het moment dat de milieuvergunning moet worden vernieuwd. De indelingslijst Voor het houden van dieren heeft u een milieuvergunning nodig indien op het bedrijf een bepaald aantal dierplaatsen aanwezig is. Dit aantal is afhankelijk van het gebied waarin het bedrijf is gelegen, zoals aangegeven op het gewestplan. Tabel 1 (blz. 10) maakt bijvoorbeeld duidelijk dat een veehouderij die gelegen is in agrarisch gebied over een milieuvergunning klasse 2 moet beschikken indien er 20 of meer dierplaatsen voor runderen aanwezig zijn. In een woongebied met landelijk karakter daarentegen moet reeds vanaf 10 runderplaatsen een milieuvergunning klasse 2 worden aangevraagd. In een woongebied tot slot (valt onder Ander gebied ) is het houden van 5 runderen reeds vergunningsplichtig. Voor de aanwezigheid van meer dan 200 runderplaatsen heeft u in elk gebied een milieuvergunning klasse 1 nodig. Ook voor het houden van gevogelte, varkens, paarden, mestkalveren, schapen,... is een milieuvergunning vereist indien onderstaande grenzen worden overschreden. Gemengde bedrijven Indien op het bedrijf verschillende diersoorten aanwezig zijn, moet de combinatieregel (zie tabel 1) worden toegepast om uit te maken of al dan niet een milieuvergunning van klasse 2 of 1 van toepassing is. Een veehouder met 120 runderen en 500 varkens heeft bijgevolg een klasse 1-vergunning nodig. De formule (120 runderen/200) + (500 varkens/1000) geeft immers 1,1 > 1. Mestopslag Als u dieren houdt, moet u een mestopslag voorzien die voldoende groot is. Vlarem bepaalt een minimumopslag van 3 maanden voor stalmest en van 6 maanden voor mengmest. De benodigde capaciteit wordt berekend op basis van het aantal vergunde dierplaatsen. Het nieuwe Mestdecreet voorziet een minimumopslag van 9 maanden voor mest die afkomstig is van dieren die altijd op stal staan. Ook de opslag van mest wordt aanzien als een hinderlijke activiteit die vanaf een bepaalde grootte moet worden opgenomen in de milieuvergunning (zie tabel 1). 7
8 X-bedrijven De grote intensieve pluimvee- en varkenshouderijen (X-bedrijven) zijn nog extra ingedeeld op basis van de Europese IPPC-richtlijn. Ze moeten aan enkele extra voorwaarden voldoen, zoals het jaarlijks opmaken van een milieuverslag. Het gaat dan in het bijzonder om intensieve pluimveehouderijen met meer dan plaatsen voor pluimvee en intensieve varkenshouderijen met meer dan 2000 plaatsen voor mestvarkens (> 30 kg) of meer dan 750 plaatsen voor zeugen. Aktenames 1977 en 1990 In 1977 of 1990 werden de meeste veehouderijen vergunningsplichtig op basis van het aantal dieren of de mestopslag. Op dat moment hebben de meesten zich via een speciale meldingsprocedure in orde gesteld. De overheid nam akte van deze melding en deze akte gold vervolgens als de milieuvergunning. Ze werd in de meeste gevallen toegekend voor een periode van 30 jaar. Alle vergunningen die werden toegekend voor 1 september 1991 lopen ten laatste af op 1 september We stellen vast dat het voor de bedrijven niet altijd even duidelijk is over welke vergunningen en met welke looptijd ze beschikken. Bedrijven die zowel in 1977 als in 1990 het aantal dierplaatsen hebben gemeld, doen er goed aan de betreffende aktenames eens van naderbij te bekijken. Als alleen de akte van 1977 expliciet het aantal dierplaatsen vermeld en de akte van 1990 enkel de mestopslag, beschikt het bedrijf voor wat betreft het aantal dierplaatsen slechts over een milieuvergunning tot Sommige bedrijven die zowel in 1977 als in 1990 een melding hebben gedaan van het aantal dierplaatsen, gaan er onterecht van uit dat ze over een vergunning beschikken tot Verval van vergunning Een tweede probleem dat op sommige bedrijven zal opduiken op het moment van hernieuwing is de grootte van de lopende vergunning. Het is niet altijd duidelijk hoeveel dierplaatsen er nu in werkelijkheid zijn vergund. Vlarem bepaalt dat als een vergunning gedurende een periode van twee jaar geheel of gedeeltelijk niet wordt geëxploiteerd, dit gedeelte van de vergunning van rechtswege vervalt. Voor de veehouderij wordt deze regel toegepast op het niveau van de stal. Dit betekent dat de vergunning voor een stal waarin tijdelijk (meer dan twee jaar) geen dieren aanwezig zijn, vervalt. Met de vergunningsstop ingeschreven in het vorige Mestdecreet werd het houden van dieren in deze stal onmogelijk. Sommige bedrijven overschatten het werkelijk aantal vergunde dierplaatsen op het bedrijf. Gelukkig werden de voorbije jaren enkele oplossingen uitgewerkt. Zo werd het verplaatsen van dierplaatsen binnen het bedrijf geregulariseerd. Hierdoor werd een oplossing 8
9 voorzien voor stallen die (bijvoorbeeld) omwille van verbouwingswerken tijdelijk hebben leeggestaan, maar waarvan de dieren in een andere stal van het bedrijf werden ondergebracht. De vergunning van deze stallen die omwille van dergelijke herschikking tijdelijk niet werden gebruikt, vervalt niet. Het nieuwe Mestdecreet voorziet ook dat met ingang van 1 januari 2008 nieuwe mestproductie kan worden vergund. Het zal dus weer mogelijk zijn een vergunning aan te vragen voor nieuwe dierplaatsen. Het mestbeleid wordt volledig ontkoppeld van het milieuvergunningenbeleid. De maximale productie wordt dan uitsluitend beperkt door de toegekende nutriëntenemissierechten (mits er ook een voldoende grote milieuvergunning aanwezig is). Laattijdige hernieuwing Vlarem bepaalt dat de hernieuwing van de milieuvergunning 18 tot 12 maanden voor het verstrijken van de lopende vergunning moet worden aangevraagd. Voor de vergunningen die ten laatste aflopen op 1 september 2011 werd deze termijn vervroegd: vanaf 48 maanden voor de vervaldag kan een hernieuwing worden aangevraagd. Bij een geplande overname of belangrijke investering kan een hernieuwing eerder worden aangevraagd. Als de hernieuwing niet binnen deze termijn wordt aangevraagd, moet de exploitatie worden stopgezet op de vervaldag van de lopende vergunning. Volgens het vorige Mestdecreet viel de vergunde productie op dat moment op nul en kon ze op geen enkele manier weer worden verkregen omwille van de vergunningsstop. Ook hier biedt het nieuwe Mestdecreet een oplossing. Een laattijdige hernieuwing kan worden toegestaan overeenkomstig de oorspronkelijk vergunde productie, als de aanvraag gebeurt voor de vervaldag van de lopende vergunning. Dit betekent dat de termijn (12 maanden) wel kan worden overschreden, maar niet de vervaldag! Nieuwe dierplaatsen Als er op het bedrijf nieuwe dierplaatsen moeten worden vergund, zijn de strengste voorwaarden uit het Vlarem van toepassing. Dit betekent onder meer dat aan de verbods- en afstandsregels moet worden voldaan. In het volgende hoofdstuk komen we hier uitgebreid op terug. 9
10 Tabel 1 - Vergunningsplicht veehouderij GEVOGELTE VARKENS MESTKALVEREN RUNDEREN GEITEN, KONIJNEN, DIERLIJKE PLUIMVEE (B) (C) EN PAARDEN SCHAPEN, KNAAGDIEREN,... MEST (A) (D) HERTEN,... Ligging Aantal plaatsen Aantal plaatsen Aantal plaatsen Aantal plaatsen Aantal plaatsen Aantal plaatsen Volume in m3 (> 1 week) (> 10 week) (gespeende) (gespeende) Agrarisch gebied = = = = 2 > 150 = 2 > = = 3 > = 1 > = 1 > 500 = 1 > 200 = 1 > = 1 > = 2 Woongebied met = = = = 2 > 25 = 2 > = = 3 landelijk karakter > = 1 > = 1 > 500 = 1 > 200 = 1 > = 1 > = 2 > = 1 Ander gebied = = = = 2 > 10 = 2 > = = 3 > = 1 > = 1 > 500 = 1 > 200 = 1 > = 1 > = 2 > 100 = 1 Gemengd bedrijf = combinatieregel : klasse 1 indien (A/ B/ C/500 + D/200) > 1 10
11 3 Vergunningsvoorwaarden in de veehouderij In dit derde hoofdstuk bekijken we de belangrijkste vergunningsvoorwaarden die zijn verbonden aan een milieuvergunning voor het houden van dieren. Iedere veehouderij heeft er alle belang bij om na te gaan of aan deze voorwaarden is voldaan vooraleer een aanvraag tot hernieuwing van de milieuvergunning in te dienen. Constructievoorschriften stallen en mestopslagplaatsen Stallen moeten worden gebouwd met duurzame en degelijke materialen, overeenkomstig een code van goede praktijk. De volle vloeren moeten worden uitgevoerd in verhard materiaal en mestdicht zijn. Mestopslagplaatsen voor vaste dierlijke mest moeten voorzien zijn van een mestdichte vloer en langs drie zijden omgeven worden door mestdichte wanden. De vierde zijde moet zodanig worden uitgevoerd dat de dunne mest en het afvloeiwater wordt opgevangen in een mestdichte opslagruimte (aalput). Alle dierlijke mest in vloeibare vorm moet worden verzameld in een mestdichte opslagplaats in of buiten de stal. Binnen een grondwaterwingebied of bijhorende beschermingszone mag een mestkelder enkel worden uitgevoerd in gewapend beton. Opslagplaatsen van mengmest buiten de stal moeten, de ontluchtingspijpen uitgezonderd, afgesloten zijn van de buitenlucht. Het is verboden vloeren van stallen of mestopslagplaatsen, mestkanalen of mestkelders te voorzien van overstorten of afleidingskanalen naar oppervlaktewater, riolering of een verliesput. Dit betekent dat elke lozing van mest ten strengste is verboden. Ook bestaande stallen en mestopslagplaatsen moeten aan deze voorwaarden voldoen. Daarnaast herhalen we dat op ieder bedrijf een voldoende grote mestopslag moet worden voorzien. De capaciteit moet voldoende zijn om de hoeveelheid mest die gedurende zes maanden wordt geproduceerd te stockeren. Voor stalmest volstaat een periode van drie maanden. Het nieuwe Mestdecreet voorziet echter een minimumopslag van negen maanden voor mest afkomstig van dieren die altijd op stal staan (vanaf 31 december 2011). Nieuwe varkens- of pluimveestallen moeten ammoniakemissiearm worden gebouwd, conform een systeem dat is opgenomen in de lijst met emissiearme stallen. 11
12 Peilbuizen Bepaalde bedrijven zijn verplicht rond de mestopslagplaatsen peilbuizen aan te brengen. Dit zijn onder meer bedrijven met meer dan 2500 varkens, meer dan kippen op mengmest en bedrijven gelegen binnen de beschermingszone type I, II of III van een grondwaterwinning. Op die manier kan een mogelijke verontreiniging van het grondwater snel worden opgespoord. De peilbuizen moeten op eigen kosten worden geplaatst en driemaandelijks gecontroleerd. Bovendien moet er om de drie jaar een grondwateronderzoek worden uitgevoerd. De verplichting tot het plaatsen van peilbuizen geldt ook voor bestaande bedrijven. Verbods- en afstandsregels De meest uitgewerkte vergunningsvoorwaarden voor de veehouderij zijn de verbods- en afstandsregels. Deze regels zijn niet van toepassing op bestaande (dit wil zeggen vergunde) stallen of mestopslagplaatsen. Maar als bij de opmaak van een hernieuwingsdossier bepaalde knelpunten opduiken en er nieuwe dierplaatsen worden aangevraagd, dan moet in de meeste gevallen wel worden voldaan aan de verbods- en afstandsregels. Dit betekent dat in het geval van een hernieuwingsaanvraag geen rekening moet worden gehouden met deze regels, in de veronderstelling dat alle bestaande stallen en mestopslagplaatsen in de lopende milieuvergunning zijn opgenomen en geen extra dierplaatsen worden aangevraagd. Hierna geven we een kort overzicht van de belangrijkste verbods- en afstandsregels, die heel uitgebreid zijn voor de varkens- en pluimveehouderij, maar eerder beperkt voor de rundveehouderij. Bij rundveebedrijven gelegen in agrarisch gebied zijn deze regels niet van kracht. Maar in andere gebieden zijn een aantal verbodsbepalingen van toepassing. Zo is het verboden een bedrijf uit te baten met plaats voor meer dan 200 runderen of paarden in een ander gebied dan een agrarisch gebied of een woongebied met landelijk karakter. Is het bedrijf gelegen in een woongebied met landelijk karakter, dan kunnen er maximaal 500 runderen of paarden worden gehouden. Varkens- en pluimveebedrijven zijn onderhevig aan een aantal verbodsbepalingen. Het exploiteren van een nieuwe varkenshouderij of pluimveehouderij is verboden in een niet-agrarisch gebied of in een afgebakend gebied voor grondwaterwinning met bijhorende beschermingszones. Ook de uitbreiding van een varkensbedrijf met een verhoging van de vergunde mestproductie van de varkens is daar verboden. Voor bedrijven die in het agrarisch gebied van de Noordzeekustzone liggen, zijn een aantal specifieke bepalingen voorzien. 12
13 Puntensysteem De afstandsregels voor de varkens- en pluimveehouderij zijn gebaseerd op een puntensysteem. Aan iedere stal en mestopslagplaats van het bedrijf worden een aantal waarderingspunten toegekend op basis van de technische en milieukundige eigenschappen. In tabel 2 vindt u de waarderingspunten voor de varkenshouderij. Voor de pluimveehouderij wordt met andere cijfers gerekend, maar wordt hetzelfde principe toegepast. Daarna worden de waarderingspunten op bedrijfsniveau berekend, rekening houdend met het aantal dieren in een stal of waarvan de mest wordt opgevangen. Op basis van dit bedrijfstotaal kan je in de tweede tabel aflezen welke minimumafstand moet worden gerespecteerd tussen iedere stal en mestopslagplaats van het bedrijf enerzijds en de volgende gebieden aangeduid op het gewestplan anderzijds: woongebied (ander dan woongebied met landelijk karakter), woonuitbreidingsgebied, natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaat, gebied voor verblijfsrecreatie en bosreservaat (aangegeven in het Bosdecreet). 13
14 Tabel 2 - Waarderingspunten varkenshouderij In functie van het concept van de stal en van de wijze van inrichting van de mestopslag wordt aan elke varkensstal en/of mestopslag een waardering toegekend die wordt uitgedrukt in punten als volgt: Omschrijving Punten 1. Stalsystemen stal uitgerust met een systeem voor mestafvoer meerdere malen per dag 80 diepstrooiselstal (enzymen - compost) 80 potstal 60 stal met volle vloer, ingestrooid 30 stalvloer met roosteroppervlakte van meer dan 50% 20 stalvloer met roosteroppervlakte van 50% of minder 10 stal met volle vloeren, niet ingestrooid 10 ammoniakemissiearme stal Stalverluchtingssystemen mechanische verluchtingssystemen aangesloten op een installatie ter bestrijding van geurhinder 110 mechanische verluchtingssystemen niet aangesloten op een installatie ter bestrijding van geurhinder - met verticale uitstoot: uitlaatopening 0,5 m of meer boven de nok: zonder pet 50 met pet 30 uitlaatopening minder dan 0,5 m boven de nok: zonder pet 40 met pet 20 - met zijdelingse uitstoot 10 natuurlijke verluchtingssystemen - zonder afdekking (open nok-trekschouw) 20 - met afdekking Opslag van vaste dierlijke mest driezijdig omsloten mestvaalt 50 transportwagen 50 potstal 0 4. Opslag mengmest opslag in het stalgebouw: - mestkelder onder stalvloer, zonder geurafsnijder 20 - mestkelder onder rooster, zonder geurafsnijder 20 - mestkelder onder rooster, met geurafsnijder, met beperkte opslag 50 opslag buiten de stal: - gesloten opslag 50 - eenvoudige afdekking 30 - open opslag 0 14
15 Tabel 3 - Afstandsregels varkenshouderij Waarderingspunten (*) Minimale afstand in meter Aantal varkenseenheden 100 tot tot tot 1575 < m 300 m 350 m m 225 m 250 m m 150 m 200 m m 100 m 150 m > m 50 m 100 m Waarderingspunten (*) Minimale afstand in meter Aantal varkenseenheden 1576 tot tot 2625 meer dan 2625 <50 verbod verbod verbod m 350 m 400 m m 300 m 350 m m 250 m 300 m > m 200 m 300 m Met: 1 zeug inclusief biggen gelijkgesteld aan 2,5 varkenseenheden; een ander varken > 10 weken gelijkgesteld aan 1 varkenseenheid. (*) Punten toegekend aan de inrichting 15
16 4 Milieuvergunningenbeleid ontkoppeld van mestwetgeving Het nieuwe Mestdecreet voorziet nog in een overgangsbepaling met het vergunningenbeleid. Die omvat de zogenaamde vergunningsstop. Eind 2007 vervalt die regeling en wordt de milieuvergunning nog alleen geregeld door het Vlarem. In principe zijn uitbreidingen dan weer mogelijk. Vergunningenbeleid Tot eind 2007 geldt het vergunningenbeleid uit het Mestdecreet dus nog steeds. Dit betekent dat slechts een beperkt aantal veranderingen mogelijk zijn: een overname van een vergunning een hernieuwing van een vergunning een verandering zonder uitbreiding van de vergunde productie (meestal een herschikking) een samenvoeging met een andere vergunning van een stop te zetten inrichting een verplaatsing van een stop te zetten inrichting. Bovendien zijn deze veranderingen slechts mogelijk als het om een bestaande veeteeltinrichting gaat. Verbods- en afstandsregels Naast dit vergunningenbeleid zijn ook de verbods- en afstandsregels van het Vlarem van toepassing. Beide regelgevingen moeten gelijktijdig worden toegepast. Dat leverde in het verleden wel eens misverstanden op. Zo zijn er gevallen bekend waarbij een vergunning werd overgenomen om samen te voegen, maar waarbij dit later onmogelijk bleek door de verbods- en afstandsregels. Nutriëntenemissierechten en mestafzet Voortaan zal de mestproductie beperkt worden door het gebruik van nutriëntenemissierechten. Die kunnen verhandeld worden en hebben geen enkele band meer met de milieuvergunning. Het blijft uiteraard wel zo dat u niet onbeperkt conform de toegekende rechten kunt produceren, maar dat u ook over voldoende milieuvergunningen moet beschikken. Bij de hernieuwing of verandering van een milieuvergunning werd in 2007 nog de mestafzet uit het verleden getoetst. Zo kon een 16
17 vergunning verminderd worden ten gevolge van onvoldoende mestafzet gedurende de laatste drie jaren. Ook dit gebeurt vanaf 2008 niet meer. De mestafzet uit het verleden speelt dan wel een rol bij de overdracht van nutriëntenemissierechten. Beoordeling van een milieuvergunning Vanaf 2008 wordt bij een beoordeling van een milieuvergunning nog enkel rekening gehouden met het vergunningenbeleid in het Vlarem. Uitbreidingen zijn dus opnieuw mogelijk als er voldaan wordt aan de verbods- en afstandsregels. Beperkte rol van de Mestbank Het heeft ook geen zin meer om milieuvergunningen bij derden over te nemen. Alleen de rechten zijn nog verhandelbaar. Dit gebeurt onafhankelijk van het gebied waar die nu gebruikt worden. Rechten van inrichtingen die in zonevreemd gebied liggen, hebben dus geen hogere waarde dan degene die in het agrarisch gebied worden gebruikt. De rol van de Mestbank in milieuvergunningsdossiers wordt daarom gevoelig beperkt. Zij zal niet meer moeten controleren als er een verandering binnen de vergunde productie gebeurt. Ook de mestafzet uit het verleden moet zij niet meer controleren. Bovendien zullen we af zijn van de vele discussies over het aantal standplaatsen. De Mestbank zal wel nog een aantal andere zaken controleren, zoals bijvoorbeeld de verplichte mestopslagcapaciteit. Het zal dus eenvoudiger worden om een milieuvergunning voor dieren in orde te brengen. Toch blijft het belangrijk om de diverse data van uw vergunning op te volgen. Een vergunning die is vervallen, blijft immers voor problemen zorgen. Het opnieuw aanvragen van een vervallen vergunning wordt overigens niet als een hernieuwing beschouwd. Men spreekt dan over een nieuwe inrichting waarop ook de verbods- en afstandsregels voor een nieuwe inrichting worden toegepast. 17
18 5 Afvalwater en grondwater Zowel het lozen van afvalwater als het winnen van grondwater moeten op de meeste land- en tuinbouwbedrijven worden opgenomen in de milieuvergunning. Om niet voor verrassingen te staan bij de hernieuwing van de milieuvergunning is het aan te raden de waterstromen op het bedrijf eens onder de loep te nemen. Bedrijfsafvalwater Alle land- en tuinbouwbedrijven produceren in meer of mindere mate afvalwater. Het lozen van dit bedrijfsafvalwater is in de meeste gevallen vergunningsplichtig. Ook het lozen van het huishoudelijk afvalwater moet gemeld worden aan de vergunningverlenende overheid wanneer het afvalwater niet wordt geloosd op de openbare riool. Opgelet, wanneer huishoudelijk afvalwater samen met bedrijfsafvalwater wordt geloosd, wordt het geheel aanzien als bedrijfsafvalwater. Zowel de indelingsklasse als de lozingsvoorwaarden zijn afhankelijk van de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen in het bedrijfsafvalwater (zie tabel 4 en 5). Voorbeelden van deze gevaarlijke stoffen zijn: fosforverbindingen, ammoniak, nitraten, nitrieten, zware metalen, enz.. Van zodra één van deze stoffen in het afvalwater voorkomt in een concentratie die hoger is dan de milieukwaliteitsnorm van de ontvangende waterloop, gaat het om afvalwater dat gevaarlijke stoffen bevat. Het afvalwater afkomstig van een land- of tuinbouwbedrijf bevat in de meeste gevallen een stikstof- of fosforgehalte dat hoger ligt dan deze milieukwaliteitsnormen (bv. 1 mg/l totaal fosfaat en 10 mg/l nitraat+nitriet). Dit betekent dat het bedrijfsafvalwater aanzien wordt als gevaarlijk en het lozen ervan moet worden opgenomen in de milieuvergunning. In de milieuvergunning zullen de lozingsnormen waaraan het afvalwater moet voldoen, worden vermeld. Voor het vastleggen van deze lozingsnormen baseert de vergunningverlenende overheid zich op de algemene lozingsvoorwaarden (zie tabel 5). Afhankelijk van de lokale situatie kunnen echter strengere normen worden opgelegd voor bepaalde stoffen. In ander gevallen kunnen ook afwijkingen ten opzichte van de algemene normen worden toegestaan. Om te voldoen aan de vastgelegde lozingsnormen zal in de meeste gevallen een zuivering van het bedrijfsafvalwater noodzakelijk zijn. 18
19 Tabel 4 - Indeling voor het lozen en zuiveren van afvalwater Omschrijving Klasse Het lozen van huishoudelijk afvalwater niet in de openbare riool 3 Afvalwaterzuiveringsinstallaties voor de behandeling van huishoudelijk afvalwater 3 Het lozen van bedrijfsafvalwater dat geen gevaarlijke stoffen bevat, met een debiet: tot en met 2 m3/u 3 van meer dan 2 m3/u tot en met 100 m3/u 2 Het lozen van bedrijfsafvalwater dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat in concentraties hoger dan de geldende milieukwaliteitsnormen voor het uiteindelijk ontvangende oppervlaktewater, met een debiet: tot en met 20 m3/u 2 Afvalwaterzuiveringsinstallaties, voor de behandeling van bedrijfsafvalwater dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat, met een effluent: tot en met 50 m3/u 2 Tabel 5 - Voorwaarden voor lozing in oppervlaktewater Parameter Norm bedrijfsafvalwater PH 6,5 tot 9 Biochemisch Zuurstofverbruik (mg O2/l) < 25 Bezinkbare stoffen (ml/l) < 0.5 Zwevende stoffen (mg/l) < 60 Temperatuur ( C) < 30 Apolaire koolwaterstoffen (mg/l) < 5 Oppervlakte actieve stoffen (mg/l) < 3 Verbod voor het lozen van stoffen die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid van mens, fauna en flora Verbod van oliën, vetten of andere drijvende stoffen in het geloosde water Beperkte hoeveelheid pathogene kiemen Tabel 6 - Indeling voor het winnen van water Omschrijving Klasse Boren van grondwaterwinningsputten en grondwaterwinning met opgepompt debiet: van minder dan 500 m3/jaar 3 van 500 tot m3/jaar 2 19
20 Dit betekent dat het bedrijf een kleinschalige waterzuivering zal moeten voorzien. Ook deze activiteit moet in de milieuvergunning worden opgenomen. Lozen of uitrijden? In de veehouderij is een groot deel van het afvalwater echter verontreinigd met mest. Dit water mag niet worden geloosd, maar moet naar de mestkelder worden afgevoerd en vervolgens worden uitgespreid op het land volgens de bepalingen van het mestdecreet. Dit afvalwater moet dus niet in de milieuvergunning worden opgenomen. Ook het spoelwater van de melkwinning mag (maar moet niet) naar de mestkelder worden afgevoerd. Dit betekent dat op vele melkveebedrijven de keuze zal moeten gemaakt worden tussen (1) het opvangen van het afvalwater in de mestkelder en het uitrijden of (2) het zuiveren van het afvalwater en het lozen (of hergebruiken). Grondwater Het winnen van grondwater wordt op basis van het opgepompt debiet ingedeeld (zie tabel 6). Voor een grondwaterwinning met meer dan 500 m3 per jaar is een milieuvergunning noodzakelijk. De milieuvergunningsaanvraag dient in dit geval gegevens te bevatten over de kenmerken van de aangesproken watervoerende laag en de technische gegevens van de pomp en de watertellers. Iedere grondwaterwinning met een debiet van meer dan 500 m3 per jaar dient uitgerust te zijn met een debietmeter. Door de dalende grondwatertafel in een aantal watervoerende lagen in Vlaanderen (bv. Sokkel en Landeniaan) komen de landbouwers die in die streken een hernieuwing aanvragen voor het winnen van grondwater vaak in de problemen. De hernieuwing van de bestaande grondwaterwinning wordt al te vaak slechts afgeleverd voor een beperkte termijn, waarna de betrokkenen verplicht dienen over te schakelen op een andere waterbevoorradingsbron. Boerenbond heeft hierop reeds scherp gereageerd en stelt dat een redelijke termijn moet worden voorzien om de waterbehoefte van een individueel bedrijf in kaart te brengen via een wateraudit en om mogelijks geheel of gedeeltelijk over te schakelen op alternatieve waterbronnen. 20
21 6 Opslag gevaarlijke stoffen en mazouttanks In dit laatste hoofdstuk bekijken we de belangrijkste vergunningsvoorwaarden verbonden aan de opslag van gevaarlijke stoffen. Op bijna ieder land- en tuinbouwbedrijf zijn gevaarlijke stoffen aanwezig. Ieder bedrijf heeft er alle belang bij na te gaan of aan onderstaande voorwaarden is voldaan vooraleer een aanvraag tot hernieuwing van de milieuvergunning wordt ingediend. Wat zijn gevaarlijke stoffen? Alle giftige, ontplofbare, oxiderende, schadelijke, irriterende,... stoffen worden als gevaarlijk beschouwd. Deze stoffen zijn te herkennen aan de oranje/zwarte gevarensymbolen op de verpakking van het product. Alle vloeibare brandstoffen (benzine, diesel en stookolie) behoren tot de categorie ontvlambare en brandbare vloeistoffen. Tabel 7 - Gevaarlijke stoffen T giftig E ontplofbaar O oxiderend C bijtend F licht ontvlambaar T+ zeer giftig N milieugevaarlijk Xn schadelijk Xi irriterend F+ zeer licht ontvlambaar De opslag van gevaarlijke stoffen is een hinderlijke activiteit waarvoor een melding of milieuvergunning vereist is. De vloeibare brandstoffen worden ingedeeld volgens hun vlampunt. Dit vlampunt is terug te vinden op de veiligheidsfiches van de geleverde producten. Benzine is een P1-product, petroleum een P2-product, stookolie en diesel zijn beiden P3-producten, smeerolie tenslotte behoort tot de P4- producten. Extra zware stookolie kan tot de P3- of de P4-producten behoren, afhankelijk van het vlampunt (net onder of boven 100 C). 21
22 Tabel 8 - Vloeibare brandstoffen Product Vlampunt P1 (zeer) licht ontvlambaar <21 C vb. benzine P2 ontvlambaar tussen 21 C en 55 C vb. petroleum P3 brandbaar tussen 55 C en 100 C vb. stookolie en diesel P4 brandbaar tussen 100 C en 250 C vb. smeerolie Tabel 9 - Indeling opslag gevaarlijke stoffen in agrarisch gebied IndelingsrubriekKlasse Opslag van oxiderende, schadelijke, corrosieve en irriterende stoffen: van 200 kg tot en met kg 3 van kg tot en met kg 2 Opslagplaatsen voor zeer licht en licht ontvlambare vloeistoffen (P1, bv. benzine) voor totaal van: 50 l tot en met 500 l 3 meer dan 500 l tot en met l 2 Opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (P2, bv. petroleum) voor totaal van: 100 l tot en met l 3 meer dan l tot en met l 2 Opslagplaatsen voor vloeistoffen met een ontvlammingspunt hoger dan 55 C, maar dat 100 C niet overtreft (P3, bv. stookolie en diesel), met totaal inhoudsvermogen van : a) l tot en met l indien woonfunctie (privé) 3 b) 100 l tot en met l voor andere dan in a) bedoelde inrichtingen 3 meer dan l tot en met l 2 Opslagplaatsen voor vloeistoffen met ontvlammingspunt hoger dan 100 C (P4, bv. smeerolie) met totaal inhoudsvermogen van: 200 l tot en met l 3 meer dan l tot en met l 2 Opslagplaatsen van gevaarlijke stoffen in verpakkingen met een inhoudsvermogen van max. 25 l of 25 kg voor zover de max opslag begrepen is: tussen 50 l of 50 kg en l of kg 3 22
23 Om na te gaan of een melding (klasse 3) dan wel een milieuvergunning (klasse 2) van toepassing is, moeten op het bedrijf alle tanks die tot eenzelfde categorie behoren worden samengeteld. Zo moet het volume van alle brandstoftanks met diesel en stookolie (beiden P3) worden opgeteld. De opslag van gevaarlijke stoffen in kleine verpakkingen (<25l of 25kg) wordt apart bekeken. Wat zijn de belangrijkste voorwaarden? We beperken ons hier tot de belangrijkste voorwaarden voor bestaande tanks met diesel of stookolie (P3- of P4-producten). De voorwaarden waaraan deze tanks moeten voldoen zijn afhankelijk van het feit of de tank bovengronds dan wel ondergronds is geplaatst en of de tank binnen of buiten een waterwingebied ligt. De waterwingebieden die hier worden bedoeld zijn de grondwaterwinningsgebieden en de omliggende beschermingszones type I, II en III. Bovengrondse tanks Tanks in open lucht of in een garage, kelder of toegankelijke groeve. Al deze tanks, zowel nieuwe als bestaande, moeten ingekuipt zijn, uitgezonderd de dubbelwandige tanks met permanent lekdetectiesysteem. De inkuiping moet de totale inhoud van de grootste tank in de inkuiping kunnen bevatten. In waterwingebied echter moet de capaciteit van de inkuiping gelijk zijn aan het totale inhoudsvermogen van alle tanks die in de inkuiping staan. Voor opslagtanks met extra zware stookolie volstaat een opstaande rand. Daarnaast moeten al deze tanks uitgerust zijn met een overvulbeveiligingssyteem. Deze beveiliging voorkomt calamiteiten (morsen) bij het vullen van de tanks. Ondergrondse tanks Deze tanks zijn rechtstreeks in de grond geplaatst of in een niettoegankelijke groeve. Deze tanks moeten dubbelwandig zijn of vervaardigd zijn uit thermo-hardend kunststof (polyester) of roestvrij staal. Alleen in een groeve is een enkelwandige tank mogelijk. Zowel de nieuwe als de bestaande tanks moeten voorzien zijn van een overvulbeveiligingssysteem en een permanent lekdetectiesysteem. Dit laatste systeem signaleert onmiddellijk het kleinste lek in de tank. Volgende tanks moeten niet uitgerust zijn met dit lekdetectiesysteem : tanks met een inhoud < l buiten een waterwingebied en tanks met een inhoud < l binnen een waterwingebied. Alle tanks die niet uitsluitend worden gebruikt voor de verwarming van gebouwen moeten voorzien zijn van identificatieplaatje met volgende gegevens: het nummer van de tank, de naam of code van de opgeslagen vloeistof, de gevarensymbolen en de inhoud van de tank. Daarnaast moet alle tanks op geregelde tijdstippen een controle ondergaan. 23
24 Tabel 10 - Controles van opslagtanks met P3- en P4-producten PeriodiekLigging t.o.v. waterwingebied type onderzoekof beschermingszone Binnen Ondergronds Bovengronds Algemeen om de 10 jaar om de 20 jaar (**) Beperkt om de 10 jaar om de 3 jaar Buiten Ondergronds Bovengronds Algemeen om de 15 jaar (*) om de 20 jaar (***) Beperkt om de 2 jaar om de 3 jaar (*) termijn kan verlengd worden (**) na voorafgaande inwendige reiniging - niet van toepassing indien ingedeeld als klasse 3 (***) termijn kan verlengd worden, na voorafgaande inwendige reiniging (niet van toepassing indien ingedeeld als klasse 3), niet van toepassing indien ingedeeld als klasse 2 en vast bij omgevingstemperatuur Wanneer moet ik een controle laten uitvoeren? De overgangstermijnen om bestaande tanks een eerste maal te onderwerpen aan een controle zijn reeds lang verstreken. Dit betekent dat alle bestaande tanks reeds een eerste algemene controle hadden moeten ondergaan. In tabel 10 kan dan worden afgelezen wanneer de volgende beperkte en algemene controles moeten worden uitgevoerd. De controle van tanks die niet uitsluitend worden gebruikt voor de verwarming van gebouwen dient te gebeuren door een erkend milieudeskundige. Reeds enkele jaren verzorgen Vinçotte en Boerenbond informatievergaderingen omtrent de voorwaarden waaraan de tanks moeten voldoen en de aanpassingen die in voorbereiding van een controle dienen te gebeuren. Deze samenwerking werd recent verlengd en maakt het voor Boerenbondleden mogelijk hun tanks aan een voordelig tarief te laten keuren. 24
25 25
26 Milieuadviseurs Provincie Antwerpen Antwerpen Noord SBB Brecht Vaartstraat Brecht tel. 03/ fax 03/ Antwerpen Kempen SBB Geel Antwerpseweg Geel tel. 014/ fax 014/ Antwerpen Zuid SBB Sint-Katelijne-Waver Mechelsestw. 109A 2860 Sint-Katelijne-Waver tel. 015/ fax 015/ Nicky Peeters Sara Kelchtermans Liesbet Pieters Jan Mattheussen Michel Cuypers Antwerpen Boerenbond Antwerpen Atealaan 4F 2200 Herentals tel. 014/ Jan Vermeiren 26
27 Milieuadviseurs Provincie West-Vlaanderen West-Vlaanderen Noord SBB Brugge Witte Molenstraat Brugge tel. 050/ fax 050/ West-Vlaanderen Noord SBB Roeselare Diksmuidesteenweg Roeselare tel. 051/ fax 051/ West-Vlaanderen Zuid SBB Ieper Diksmuidseweg Ieper tel. 057/ fax 057/ Ilse Delobelle An Maes Heidi Deleu Isabelle Rommens Karolien Desmedt West-Vlaanderen Boerenbond West-Vlaanderen Diksmuidesteenweg 406/ Roeselare tel. 051/ Oscar Wullepit 27
28 Milieuadviseurs Provincie Oost-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Waasland SBB Lochristi Denen Lochristi tel. 09/ fax 09/ Oost-Vlaanderen Meetjesland SBB Eeklo Oostveldstraat Eeklo tel. 09/ fax 09/ Véronique Delanote Oost-Vlaanderen Zuid SBB Aalst Moorselbaan Aalst tel. 053/ fax 053/ Jef Verhoogen Annick Van De Walle An De Moor Oost-Vlaanderen Boerenbond Oost-Vlaanderen Denen Lochristi tel. 051/ Karolien Cools 28
29 Milieuadviseurs Provincie Limburg Limburg Noord SBB Bree Peerderbaan Bree tel. 089/ fax 089/ Limburg Zuid SBB Sint-Truiden Tongersesteenweg Sint-Truiden tel. 011/ fax 011/ Jan Meykens Bart Vackier Limburg Boerenbond Limburg Kiezelstraat Hasselt tel. 011/ Raf Steegmans 29
30 Milieuadviseurs Provincie Vlaams-Brabant Vlaams-Brabant SBB Diest Staatsbaan Diest (Bekkevoort) tel. 013/ fax 013/ Karlien Vanderlinden Liesbeth Huybrechts Vlaams-Brabant Boerenbond Vlaams-Brabant Diestsevest Leuven tel. 011/ Jeroen Rotiers 30
31 Kies voor een adviseur die uw sector kent! diensten voor land- en tuinbouw Samen maken wij uw toekomst SBB begeleidt vandaag al meer dan landbouwers, tuinders en veetelers op het vlak van boekhouding, fiscaliteit, vennootschappen, milieu- en bedrijfseconomische reglementering. In elk van de 28 SBB-kantoren vindt u adviseurs die u een deskundige en betaalbare begeleiding waarbiorgen en samen met u bouwen aan de toekomst van uw bedrijf. Meer info over onze diensten vindt u op of in het SBBkantoor in uw buurt. SBB Partner voor bedrijvige mensen
32 vu. H. Vidts, Vuurkruisenlaan 2, 3000 Leuven SBB. Partner voor bedrijvige mensen Met meer dan klanten, waarvan landbouwers, veetelers en tuinders, is SBB veruit het belangrijkste accountantsen advieskantoor voor de landbouwsector. De dienstverlening van de 28 SBB-kantoren omvat advies inzake boekhouding en bedrijfsadministratie, vennootschappen, fiscaliteit en milieureglementering. Maar ook voor juridisch advies, agrarisch bouwadvies en een volledige bedrijfseconomische begeleiding kan u bij SBB terecht. SBB Partner voor bedrijvige mensen
U neemt een vergunde mestopslag in gebruik die hoort bij een bestaande (leegstaande) exploitatie.
FAQ s opslag van vaste dierlijke op landbouwgrond 1. Wat is vaste dierlijke mest? Onder vaste dierlijke mest wordt verstaan: champost stalmest vaste fractie na het scheiden van dierlijke mest dierlijke
Nadere informatieVLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/ /1000
VLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/00068315/1000 BESLUIT VAN DE VLAAMSE MINISTER VAN OPENBARE WERKEN, ENERGIE, LEEFMILIEU EN NATUUR, HOUDENDE UITSPRAAK OVER HET BEROEP AANGETEKEND TEGEN DE BESLISSING NR. D/PMVC/05L07/05262
Nadere informatieAMV/ /1001/B. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking
^\ Vlaamse Regering AMV/00015605/1001/B Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.9.4.4 van titel II van het VLAREM, ingediend door de bvba DGST, Waterstraat
Nadere informatieVlaamse overheid. Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieuvergunningen. Jean Ferong Diensthoofd Limburg
Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieuvergunningen Jean Ferong Diensthoofd Limburg 1 VLAAMSE MILIEUREGLEMENTERING VLAREM -TITEL I :procedures, vergunningsplicht, lijst
Nadere informatieBepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten
Nieuwsbrief MilieuTechnologie, december 2000 (Kluwer, jaargang 7, nummer 11) Jan Gruwez & Stefaan Deboosere, TREVI nv Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten Vorig jaar werden een aantal wijzigingen
Nadere informatieLSDC nv, Kempische Steenweg 311 bus 4.01 te 3500 Hasselt, heeft een aanvraag ingediend voor het verkrijgen van een milieuvergunning voor het
LSDC nv, Kempische Steenweg 311 bus 4.01 te 3500 Hasselt, heeft een aanvraag ingediend voor het verkrijgen van een milieuvergunning voor het exploiteren van een biomedisch onderzoeksinstituut en de bijhorende
Nadere informatiecollege van burgemeester en schepenen Zitting van 14 augustus 2015
beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 14 augustus 2015 Besluit KENNIS GENOMEN A-punten stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling De heer Bart De Wever,
Nadere informatieMelding van de overname van een vergunde inrichting
Melding van de overname van een vergunde inrichting Aan het college van burgemeester en schepenen de deputatie van de provincieraad VLAREM-03-01062012 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer
Nadere informatiep r o v i n Ruimte De deputatie van de provincie Limburg
p r o v i n D i r e c t i e Ruimte D i e n s t Milieuvergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op de melding d.d. 2013-01-30 van overname door Haesen-Roebben lv, Diepestraat 8, 3620 Lanaken
Nadere informatiep r o v i n De deputatie van de provincie Limburg
p r o v i n 3 d e D i r e c t i e Infrastructuur, Ruimtelijke Ordening, Milieu en Natuur S e c t i e 3. 3. 1 Milieu en Natuur - Vergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op de melding, ontvangen
Nadere informatieMelding van de overname van een vergunde inrichting
Melding van de overname van een vergunde inrichting VLAREM-03-28042008 Aan het college van burgemeester en schepenen de deputatie van de provincieraad In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer
Nadere informatieVeelgestelde vragen Versie 21/04/2015
Vlaamse overheid Afdeling Milieuvergunningen Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 79 97 F 02 553 79 95 milieuvergunningen@lne.vlaanderen.be Veelgestelde vragen Versie 21/04/2015 21/04/2015
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
MLVER/0300000006/gvda - ak OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN 2. De bestendige deputatie van de provincieraad
Nadere informatieDossiernummer 7C/37011/17/2/M/1
Dossiernummer 7C/37011/17/2/M/1 Besluit van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad, inzake de overname gemeld door B.V.B.A. TIKAL voor een inrichting gelegen Sint-Amandsstraat 11 te Pittem. De Bestendige
Nadere informatieLiersesteenweg 268 te 2800 Mechelen. Eikestraat 1 en 1A te 2800 Mechelen Afdeling 12402, sectie B, percelen 302 K, 302 L en 302 M
Referentie omgevingsloket: OMV_2019009851 Referentie gemeente: 20190207_OOV Inrichtingsnummer: 20190124-0070 BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN OVER EEN MELDING MET BETREKKING TOT DE
Nadere informatieBEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK
Referentie provincie: 37011/206/2/A/1 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeente Pittem Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad Gegevens
Nadere informatieInstructienota voor de berekening van de inkuipingscapaciteit voor vaste houders voor de opslag van brandbare vloeistoffen en gevaarlijke producten
Vlaamse overheid Afdeling Milieuvergunningen Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 79 97 F 02 553 79 95 milieuvergunningen@lne.vlaanderen.be Instructienota voor de berekening van de inkuipingscapaciteit
Nadere informatiecollege van burgemeester en schepenen Zitting van 29 juli 2016
beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 29 juli 2016 Besluit A-punt GOEDGEKEURD Stadsontwikkeling / Vergunningen Samenstelling de heer Bart De Wever, burgemeester
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
Besluit /kh/mige. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE HEER VERSTRAELEN GUY MET BETREKKING TOT
Nadere informatieBEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK
BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de stad GENK Dossiernr.: VL2-645 Gegevens over de bevoegde overheid het college van burgemeester en schepenen de deputatie van
Nadere informatieBesluit van de Deputatie
8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Peter Hertog, Jozef Dauwe, leden Frans Van Gaeveren toegevoegd lid referte betreft
Nadere informatieBEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK
Referentie provincie: 37015/224/1/A/3 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeente Pittem Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad Gegevens
Nadere informatieHOUDENDE VERGUNNING AAN MATTHIJSSEN HERMAN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2960 BRECHT, HOEKSTRAAT 26.
2/MLAV1/9300000324/HWM/LO. Milieuvergunningen HOUDENDE VERGUNNING AAN MATTHIJSSEN HERMAN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2960 BRECHT, HOEKSTRAAT 26. De bestendige deputatie van de Provincieraad
Nadere informatie(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT
BIJLAGE 3. Meldingsformulier inzake de exploitatie van een klasse 3 inrichting, de verandering van een inrichting of de overname van een inrichting door een andere exploitant (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)
Nadere informatieBesluit van de Deputatie
8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt, Hilde Bruggeman, leden Albert De Smet, provinciegriffier
Nadere informatieMelding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3
Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer
Nadere informatieMLVER/9800000164/PAG/sdv
MLVER/9800000164/PAG/sdv HOUDENDE GEDEELTELIJKE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN N.V. EEG SLACHTHUIS VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2800 MECHELEN, SLACHTHUISLAAN 1. De bestendige deputatie
Nadere informatiep r o v i n Ruimte De deputatie van de provincie Limburg
p r o v i n D i r e c t i e Ruimte D i e n s t Milieuvergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op de melding d.d. 2012-05-02 van overname door VERHOEVEN lv, Maatheide 42, 3920 Lommel (ondernemingsnr.
Nadere informatieOVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV PROVIRON INDUSTRIES MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2620 HEMIKSEM, G. GILLIOTSTRAAT 60.
Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen /. BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV PROVIRON INDUSTRIES MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING,
Nadere informatie(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)
MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE
Nadere informatieBEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK
Referentie provincie: 37007/26/1/A/7 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeenteraad/stad Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad
Nadere informatieHOOFDSTUK 5.9. DIEREN
p.1/19 HOOFDSTUK 5.9. DIEREN AFDELING 5.9.1. TOEPASSINGSGEBIED Art. 5.9.1.1. 1. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing op de inrichtingen bedoeld in de subrubrieken 9.3, 9.4, 9.5, 9.6, 9.7,
Nadere informatiecollege van burgemeester en schepenen Zitting van 29 januari 2016
beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 29 januari 2016 Besluit A-punt KENNIS GENOMEN stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling de heer Bart De Wever,
Nadere informatieVlaamse Regering :~~~= ~ = ',.. "~ AMV/ /1001
Vlaamse Regering :~~~= :n- ',.. "~ ~ = AMV/000156706/1001 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van de artikelen 5.17.2.1,
Nadere informatieA) VOORSCHRIFTEN BETREFFENDE DE AKTIVITEITEN OF INSTALLATIES BINNEN HET WATERWINGEBIED EN DE BESCHERMINGSZONE I
BIJLAGE 1-A Register met opgave van eventuele wijzigingen, stopzettingen, omschakelingen, herstellingen en beperkingen van activiteiten binnen de voorgestelde beschermingszones, die kunnen voortvloeien
Nadere informatieveranderen door uitbreiding met : - de lozing van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering (R 3.3.);
MLVER/9600000236/JVDM/bd HOUDENDE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN NV GRALEX VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2070 ZWIJNDRECHT, KRUIBEEKSESTEENWEG 227. De bestendige deputatie van de provincieraad
Nadere informatieBEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK
Departement Duurzame Stedelijke Ontwikkeling en Ondernemen Dienst Milieu en Klimaat BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Dossiernummer 201797 /BDV Door de Stad Gent Gegevens
Nadere informatieGewestdirectie Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen
Gewestdirectie Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLVER/0300000188/ES. BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV MOONS MET BETREKKING
Nadere informatiep r o v i n Ruimte De deputatie van de provincie Limburg
p r o v i n D i r e c t i e Ruimte D i e n s t Milieuvergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op de melding d.d. 2011-05-17 (bij het provinciebestuur ingekomen op 2011-07-12) van overname
Nadere informatieOpslag van gevaarlijke producten
Opslag van gevaarlijke producten Infoblad Gevaarlijke stoffen komen in zo goed als elke onderneming voor, denk maar aan mazout, olie, verf, De opslag van dergelijke gevaarlijke producten is vergunningsplichtig
Nadere informatieINFORMATIEVERGADERING 19/06/2012
INFORMATIEVERGADERING 19/06/2012 Milieuvergunningsaanvraag KL1 VAMO BVBA Ter Poperenweg 9 8560 Moorsele (Wevelgem) OVERZICHT INFOVERGADERING 1. Beknopte beschrijving project 2. MER-plicht 3. Situering
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
Besluit MLVER/07-56/mavb. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE HEER LEENAERTS JAN MET BETREKKING
Nadere informatieBegrippen enkel van toepassing voor particulieren met een tank groter dan 5000 liter of professionelen.
Begrippen enkel van toepassing voor particulieren met een tank groter dan 5000 liter of professionelen. 1. Wat is een professioneel gebruiker? Indien u uw mazoutreservoir voor verwarming hoofdzakelijk
Nadere informatieBEKENDMAKING VAN HET OPENBAAR ONDERZOEK VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1
A V E L G E M BEKENDMAKING VAN HET OPENBAAR ONDERZOEK VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG KLASSE 1 Conform artikel. 17, 1 van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunningen, brengt de Burgemeester
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
Besluit /HS/gvda. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE NV AGRIVA MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF,
Nadere informatieMelding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3
Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-03022009 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer
Nadere informatieGewestdirectie Dienst Milieuvergunningen
Gewestdirectie Dienst Milieuvergunningen MLAV1/0300000171/AK/fs BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE HEER MATHIJSSEN JOHANNES MET BETREKKING TOT EEN
Nadere informatieBegrippen enkel van toepassing voor particulieren met een tank groter dan 5000 liter of professionelen
Begrippen enkel van toepassing voor particulieren met een tank groter dan 5000 liter of professionelen Wat is een professioneel gebruiker? Indien u uw mazoutreservoir voor verwarming hoofdzakelijk gebruikt
Nadere informatieVLAAMSE GEMEENSCHAP AMV!000126707!1000
VLAAMSE GEMEENSCHAP AMV!000126707!1000 BESLUIT VAN DE VLAAMSE MINISTER VAN LEEFMILIEU EN LANDBOUW HOUDENDE UITSPRAAK OVER HET BEROEP AANGETEKEND TEGEN DE BESLISSING NR. 082!44081/74!1!A/l!BL!VC VAN 24
Nadere informatieDe milieuvergunnings- en meldingsplicht
De milieuvergunnings- en meldingsplicht 03 3.1. Administratieve verplichtingen Scholen hebben stookinstallaties, slaan schadelijke producten op voor de verwarming, voor de laboratoria en voor werkplaatsen
Nadere informatieVlaamse Regering : ~ AMV /1 004/B
J' Vlaamse Regering : ~............ AMV1000143935/1 004/B Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie
Nadere informatieBIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding
BIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding Als voorbeeld vind je hier een ingevuld meldingsformulier voor een fictieve school van het Vrij Onderwijs, met enkele technische en beroepsrichtingen, en
Nadere informatieVERGUNNINGEN OP DE WERF. Simon November VCB 12 maart 2014
VERGUNNINGEN OP DE WERF Simon November VCB 12 maart 2014 Deel I : Wat zijn VLAREM I en VLAREM II? WAT ZIJN HET VLAREM I EN HET VLAREM II? Deel I : Wat zijn VLAREM I en VLAREM II? Basisdecreet van de VLAREM-reglementering?
Nadere informatieVlaamse Regering ::J..~-
Vlaamse Regering ::J..~-..~tr Ij' AMV/000136715/1004 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.17.2.1, 3, van titel
Nadere informatie(artikelen 2, 5 en 42 van titel I van het VLAREM) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE. 1. Exploitant (ingeval van overname: de overnemer)
MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 van titel I van
Nadere informatieAANVRAAGFORMULIER GEMEENTELIJKE SUBSIDIE WARMTEPOMP ... Telefoon thuis: telefoon overdag:.. Rekeningnummer:... . te 3630/3631 Maasmechelen
AANVRAAGFORMULIER GEMEENTELIJKE SUBSIDIE WARMTEPOMP GEGEVENS AANVRAGER Naam: Adres:......... Telefoon thuis: telefoon overdag:.. Email:. Rekeningnummer:... PLAATSGEGEVENS Adres installatie : idem als adres
Nadere informatieMelding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3
Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer indieningsdatum Waarvoor dient dit formulier?
Nadere informatieAMV/ /1007 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals
^ \ Vlaamse Regering AMV/000119824/1007 Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.9.6.1, 2,1, van titel II van het VLAREM ingediend door Luc en Yves Van Caeneghem,
Nadere informatieBEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK
BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de stad GENK Dossiernr. : TD4/752.1/VL1-642 Gegevens over de bevoegde overheid het college van burgemeester en schepenen de bestendige
Nadere informatieProgramma. Activiteitenbesluit. Introductie Activiteitenbesluit (landbouw) Inhoud. Landbouwbedrijven in het Activiteitenbesluit
14 maart 2013 Programma Activiteitenbesluit Agrarische activiteiten 10.00 Activiteitenbesluit agrarische activiteiten 11.30 Pauze 11.45 Agrarische lozingen 12.45 Lunch 13.15 Glastuinbouw 14.15 Pauze 14.30
Nadere informatieIn dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon.
12. Vergunningen. In dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon. Er zijn 3 type vergunningen : 1. Stedebouwkundige vergunning (bouwvergunning)
Nadere informatie34042/114/1/A/2. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,
34042/114/1/A/2 Besluit van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad, houdende gedeeltelijk vergunning aan De Heer VANNESTE GERMAIN voor het verder exploiteren van een inrichting gelegen te ZWEVEGEM.
Nadere informatieAMV/ /1002/B. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking
Vlaamse Regering AMV/00041599/1002/B Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.9.6.1, 2,1, van titel II van het VLAREM ingediend door Jeroen en Marc Van Nevel,
Nadere informatieTHEMADAG VAN DE VAKGROEP LANDBOUW EUREGIO SCHELDEMOND VERGUNNINGEN VAN GRENSBOEREN, WELKE MANIER VAN AANPAK?
THEMADAG VAN DE VAKGROEP LANDBOUW EUREGIO SCHELDEMOND WORKSHOP: VERGUNNINGEN VAN GRENSBOEREN, WELKE MANIER VAN AANPAK? RAF BARZEELE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN 10 JUNI 2016 Dieren - criteria Indeling volgens
Nadere informatieMLAV1/0100000089/RTH/vive
/RTH/vive OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. VERALU MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING VOOR HET VERVAARDIGEN VAN RAMEN EN DEUREN, GELEGEN TE 2580 PUTTE (BEERZEL), KONINGSBAAN 86, EN OVER DE MELDING
Nadere informatieOVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE BVBA VEVAR MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF, GELEGEN IN 2321 HOOGSTRATEN (MEER), SLUISKENSWEG 10.
Besluit /hs. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE BVBA VEVAR MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF,
Nadere informatieMelding van de stopzetting of het verval van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit of van een deel ervan
Melding van de stopzetting of het verval van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit of van een deel ervan OV-20-170701 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////
Nadere informatieVlaamse Regering DE VLAAMSE REGERING,
Vlaamse Regering Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning
Nadere informatieGEMEENSCHAPPELIJKE PREVENTIEDIENST. Opslag stookolietanks. Verplichtingen stookolietanks Vlarem II. Wetgeving
GEMEENSCHAPPELIJKE PREVENTIEDIENST Opslag stookolietanks Verplichtingen stookolietanks Vlarem II Vanaf 0 moeten de meeste gebruikers van een stookolietank een attest kunnen voorleggen dat het bewijs levert
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
MLVER/0100000137/MV/lydr. OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BASF ANTWERPEN MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF (POLYETHEROLENFABRIEK-BLOKVELD F 300), GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, HAVEN 725,
Nadere informatieVlaamse Regering :~~"= >.~,.n- " 't"; AMV/ /1002
Vlaamse Regering :~~"= = >.~,.n- " 't"; AMV/000128871/1002 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5,9,6,1, 2, 1c,
Nadere informatiecollege van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015
beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 30 januari 2015 Besluit KENNIS GENOMEN A-punten stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling De heer Bart De Wever,
Nadere informatieDatum collegevergadering: 03/12/2018
Datum collegevergadering: 03/12/2018 Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2018039809 Dossiernummer: MLD/2018/00080 Ondertekening: Voor eensluidend uittreksel De Algemeen Directeur, Christi van Calster In
Nadere informatieBIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER. Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling
BIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling Bioremediering wetgeving Richtlijn Duurzaam gebruik van pesticiden (EU 2009/128) Vlaanderen: Vlarem -
Nadere informatieAMV/ /1024. Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals herhaaldelijk gewijzigd;
AMV/0002636/1024 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 4.2.1.3, 3, van titel 11 van het VLAREM ingediend door
Nadere informatie37007/21/1/A/2. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,
37007/21/1/A/2 Besluit van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad, houdende vergunning aan De heer NOPPE ANDRE voor het verder exploiteren en uitbreiden van een inrichting gelegen te MEULEBEKE. De
Nadere informatieAMV/ /1000/B
AMV/000157133/1000/B Besluit van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.9.6.1, 2, 1 0, van titel 11 van het VLAREM ingediend
Nadere informatieVlaamse Regering : AMV/ /1006
Vlaamse Regering : ); -- AMV/00068291/1006 Besluit van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie van de provincie
Nadere informatieMLAV1/ /RP/si
/RP/si OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE NV SEPPIC BELGIE MET BETREKKING TOT EEN ALKOXYLATIEFABIEK, GELEGEN TE 2070 ZWIJNDRECHT, SCHELDEDIJK 50, EN OVER DE MELDING VAN INRICHTINGEN VAN DE DERDE KLASSE.
Nadere informatieMelding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3
Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen straat en nummer Dorpsstraat 99 postnummer en gemeente 2940 Stabroek
Nadere informatieDatum collegevergadering: 05/11/2018
Datum collegevergadering: 05/11/2018 Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2018120145 Dossiernummer: MLD/2018/00330 Ondertekening: Voor eensluidend uittreksel De Algemeen Directeur, Christi van Calster In
Nadere informatieVLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/0002081711010
VLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/0002081711010 BESLUIT VAN DE VLAAMSE MINISTER VAN LEEFMILIEU, LANDBOUW EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING HOUDENDE UITSPRAAK OVER HET BEROEP AANGETEKEND TEGEN DE BESLISSING NR. 082/44052/1511/A/4/MM/CL
Nadere informatieMLVER/ /RTH/AG/sdv
MLVER/9700000006/RTH/AG/sdv HOUDENDE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN ZWAN/HARTOG-UNION A DIVISION OF UNILEVER BELGIUM N.V. VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2900 SCHOTEN, BRECHTSEBAAN 913.
Nadere informatieBeschrijving bedrijfsgegevens Mestbank tot en met 2006
Beschrijving bedrijfsgegevens Mestbank tot en met 2006 Aantal geregistreerde bedrijven Aantal bedrijven (koepels) Aantal bedrijven (relaties) Aantal exploitaties Aantal entiteiten Aantal verminderde relaties
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen /LDS. BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE HEER LEEMANS RUDY MET BETREKKING TOT EEN VARKENSHOUDERIJ,
Nadere informatieMelding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3
Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-26062008 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer
Nadere informatieGelet op het feit dat op datum van 23 november 1992 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard of geacht;
2/MLAV1/9200000667/KB/ian. Milieuvergunningen HOUDENDE VERGUNNING AAN PELKMANS-VAN BOUWEL JOZEF VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2323 HOOGSTRATEN (WORTEL), LANGENBERG 52A. De bestendige
Nadere informatiecollege van burgemeester en schepenen Zitting van 23 december 2015
beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 23 december 2015 Besluit B-punt KENNIS GENOMEN stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling de heer Bart De Wever,
Nadere informatieBelangrijkste wijzigingen aan het VLAREM Versie 21/04/2015
Vlaamse overheid Afdeling Milieuvergunningen Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 79 97 F 02 553 79 95 milieuvergunningen@lne.vlaanderen.be Belangrijkste wijzigingen aan het VLAREM Versie
Nadere informatieVlaamse Regering.:~~~= '~~ = :n~ " "~ AMV/000151415/1004
Vlaamse Regering.:~~~= '~~ = :n~ " "~ AMV/000151415/1004 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over het beroep aangetekend tegen het besluit van de deputatie
Nadere informatieVlaamse Regering.::sm~~= '~ = " " AMV/ /1009
,n,- " " Vlaamse Regering.::sm~~= '~ = AMV/0002414/1009 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 6.2.2.1.2, 1, artikel
Nadere informatieBESLUIT VAN COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN VAN DE GEMEENTE KOKSIJDE daterend van maandag 30 juli 2018
Aanwezig: M. VANDEN BUSSCHE, burgemeester-voorzitter S. ANSEEUW, D. GEERSENS, D. DAWYNDT, A. SERPIETERS, L. VAN HOVE, R. GANTOIS, G. DELIE-SUBER, schepenen. J.STEKELORUM, algemeen directeur. Gemeente dossiernummer:
Nadere informatieDoel van het formulier
TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN DE MELDING VAN DE STOPZETTING OF HET VERVAL VAN EEN VERGUNNING VOOR DE EXPLOITATIE VAN EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT OF VAN EEN DEEL ERVAN Dit document geeft
Nadere informatieVlaams Kenniscentrum water
Vlaams Kenniscentrum water IBA s in de praktijk 1 Niet vaak meer ingezet, eerder polishingstap oa landbouw (mestverwerking, verwijdering nitraat) 2 2/ Horizontaal doorstroomd bed (geen direct contact met
Nadere informatiep r o v i n c i e Limburg
p r o v i n c i e Limburg D i r e c t i e Ruimte D i e n s t Milieuvergunningen De deputatie van de provincie Limburg Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en zijn latere
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLVER-2011-0104/ELSL/kadc BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN NV COLOMBUS-HTC, BVBA AFVALSTOFFEN
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen /GOEP. BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN MERTENS DIRK & THOMAS MET BETREKKING TOT EEN GEMENGD
Nadere informatieVLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/ /1004
VLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/000126707/1004 BESLUIT VAN DE VLAAMSE MINISTER VAN OPENBARE WERKEN, ENERGIE, LEEFMILIEU EN NATUUR, HOUDENDE UITSPRAAK OVER HET BEROEP AANGETEKEND TEGEN DE BESLISSING NR. 082/44081/74/1/A/2/BL/ET
Nadere informatieAMV/ /1000. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking
Vlaamse Regering AMV/000157671/1000 Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.17.2.1, 3, van titel II van het VLAREM ingediend door de bvba DTN Team, Bisschopslaan
Nadere informatieGelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;
Besluit /kh. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE HEER VANHOOF JOZEF MET BETREKKING TOT EEN PLUIMVEEHOUDERIJ,
Nadere informatie