Samenwerkingsovereenkomst partners Kamer Delft

Transcriptie

1

2

3 Samenwerkingsovereenkomst partners Kamer Delft Definitief 29 juni De partners: Gemeente Delft Openbaar Ministerie Politie Eenheid Den Haag Reclassering Nederland Palier BV Raad voor de Kinderbescherming Haaglanden Jeugdbescherming West Stichting Halt Kwadraad GGZ-Delfland Brijder Limor PerspeKtief Participe Delft Youth for Christ Nederland / The Mall Delft Vestia Woonbron DUWO Vidomes MEE Ipse de Bruggen Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West (JGZ-ZHW) Jeugdformaat 1

4 Partners nemen het volgende in aanmerking: Dat de bovengenoemde partners het initiatief hebben genomen om in een breed veiligheidssamenwerkingsverband een optimale afstemming tussen de veiligheids- justitiële- en zorgketen te realiseren en daarmee een bijdrage te leveren aan de structurele verbetering van de objectieve en subjectieve veiligheid, te noemen Kamer Delft. Dat de partners investeren in preventie om zo te voorkomen dat personen veiligheidsproblemen en overlast veroorzaken en dat het ook nodig blijft te investeren in hulpverlening, repressie en nazorg. Dat de gemeente Delft de samenwerking gestalte geeft door het leveren van een procesregisseur, een informatiecentrum, afstemming van werkprocessen, ondersteunende systemen, gezamenlijke communicatie, en huisvesting. Dat binnen de Kamer Delft persoonsgerichte, systeemgerichte en waar nodig groepsgerichte afspraken en aanpakken worden gemaakt over onder meer jeugdige en volwassen overlastgevers, criminelen en veelplegers, nazorg aan (ex-) gedetineerden en plegers van huiselijk geweld, om deze doelgroepen aan te zetten tot positieve gedragsverandering. Dat de Kamer Delft zich waar nodig ook zal richten op ondersteuning van de groeps- en gebiedsgerichte aanpak van veiligheidsproblemen. Dat de Kamer Delft casus kan aanmelden bij het Veiligheidshuis Haaglanden wanneer voor deze casus op lokaal niveau onvoldoende oplossingen kunnen worden gevonden. Partners komen het volgende overeen: a. Partners verklaren zich bereid tot een intensieve samenwerking op het brede terrein van veiligheid en zorg door deelname aan de Kamer Delft. b. De Partners onderschrijven de uitgangspunten zoals beschreven in bijlage 1 (Beschrijving Kamer Delft). Deze bijlage maakt onderdeel uit van deze samenwerkingsovereenkomst. c. De burgemeester van Delft, de Districtsofficier van Justitie, een vertegenwoordiger van het korpsbestuur van de politie-eenheid Den Haag en de wethouder zorg/jeugd houden overleg over de samenwerking binnen de Kamer Delft. d. De dagelijkse operationele aansturing van de Kamer Delft valt onder verantwoordelijkheid van de Procesregisseur. De gemeente Delft stelt de procesregisseur aan. e. Nieuwe partners kunnen toetreden na bespreking in het partneroverleg, zoals omschreven in de Beschrijving, par 4.2 (bijlage 1). Het toevoegen van partners wordt vastgelegd door een aan deze samenwerkingsovereenkomst toe te voegen ondertekende verklaring. 2

5 f. De partners werken in de Kamer Delft met een centraal informatiesysteem. Partners verplichten zich, voor zover wet- en regelgeving dit toelaat, om koppelingen met dit systeem te bewerkstelligen of, indien zij daar niet aan mee willen werken, zelf de noodzakelijke gegevens in het systeem in te voeren. Alle partners hebben de plicht om de Verantwoordelijke, zoals gedefinieerd in het Privacy-Convenant Kamer Delft, in staat te stellen om zijn verplichtingen na te komen. g. Partners verplichten zich, voor zover wet- en regelgeving dit toelaat, om informatie over personen die in Kamer Delft worden besproken en die bekend is bij hun organisatie, te delen voor zover dat noodzakelijk is. De omgang met privacygevoelige gegevens wordt geregeld in een door alle deelnemende partijen te ondertekenen Privacy-Convenant, als aanvulling op reeds bestaande convenanten. Incidentele partners die geen partij zijn bij deze samenwerkingsovereenkomst moeten een geheimhoudingsverklaring ondertekenen. h. Partners binnen de Kamer Delft dragen de kosten gezamenlijk in de vorm van het om niet ter beschikking stellen van medewerkers en ondersteuning. Daarbij geldt dat de gemeente Delft de huisvesting, communicatie, afstemming van werkprocessen, en de ICT verzorgt zonder dat de overige partners hiervoor een additionele bijdrage verschuldigd zijn. i. Partners behouden ieder hun eigen wettelijke verantwoordelijkheden. j. Voor de JGZ-ZHW is deze overeenkomst alleen van toepassing voor die medewerkers die werkzaam zijn binnen de toegang jeugd (het stedelijk punt jeugd). De overeenkomst geldt alleen voor die informatie, die is verkregen tijdens de werkzaamheden die deze medewerkers van JGZ ZHW in het kader van de afspraken binnen de toegang jeugd uitvoeren en voor die informatie die de betreffende medewerkers vanuit hun rol in de toegang jeugd mogen delen in het kader van de doelstellingen van de lokale kamer Veiligheidshuis Delft. Informatie opvragen bij de JGZ-ZHW geschiedt volgens de privacy regelement van de JGZ- ZHW.Tussentijds wijzigen van deze samenwerkingsovereenkomst kan slechts indien alle partners daar schriftelijk mee hebben ingestemd. Een voorstel tot wijzigen wordt eerst in het partneroverleg besproken, en uiterlijk drie maanden voor het eerstvolgende partneroverleg ingediend. k. Deze samenwerkingsovereenkomst treedt in werking op. l. De samenwerkingsovereenkomst heeft een geldigheidsduur van één jaar, en wordt jaarlijks stilzwijgend met een jaar verlengd. m. Elke partner kan deze samenwerkingsovereenkomst opzeggen door middel van een aangetekende brief met een opzegtermijn van een jaar. De procesregisseur stelt binnen zes maanden na de opzegging een regeling op van de gevolgen van de opzegging. n. Deze samenwerkingsovereenkomst wordt voor het eerst geëvalueerd op 1 januari Dit convenant kan worden aangehaald als "Samenwerkingsovereenkomst Kamer Delft en kan, na verzoek daartoe bij de Procesregisseur, ter inzage beschikbaar worden gesteld. 3

6 4

7 Bijlagen: Beschrijving Kamer Delft 5

8 6

9 Ondertekening: Voor akkoord namens de partners Kamer Delft Gemeente Delft Burgemeester Dhr. Mr. Drs. G.A.A. Verkerk Openbaar Ministerie Het College van procureurs-generaal, Namens deze, De Hoofdofficier van Justitie Mw. C.A. Nooy Politie Eenheid Den Haag Politiechef Eenheid Den Haag Dhr. P. van Musscher Reclassering Nederland Regiodirecteur Mevr. Mr. S.A.A.J. Beumer Palier BV Manager Dhr. M. Gernler Raad voor de Kinderbescherming Haaglanden Regio Directeur Dhr. mr. drs. B. Leliefeld Jeugdbescherming West Bestuurder / algemeen directeur a. Mevr. drs. J.A. van Kranendonk 7

10 Na 1 mei zal het onze nieuwe bestuurder zijn: Bestuurder / algemeen directeur Mevr. A. Rotering Stichting Halt Team Den Haag Teammanager Mw. C. Mooijman Kwadraad Bestuurder Dhr. R.J.R. Verkuylen GGZ-Delfland Directeur bedrijfsvoering J. Kerkman Brijder Manager Wilma Bus Limor Regiomanager Erwin van den Oever PerspeKtief Manager Zorg Jos Driesprong Participe Delft Directeur Mevr. Z.M. Jansen 8

11 Youth for Christ Nederland / The Mall Delft Teamleider Youth for Christ Delft Dhr. G.J. van Werkhoven Vestia Vestigingsmanager Vestia Bijdorplaan Dhr. Drs. E. Remmerswaal Vestia Vestigingsmanager Vestia Bijdorplaan Dhr. Drs. E. Remmerswaal Woonbron Regiomanager Dhr. P. van Hemmen Woonbron Regiomanager Dhr. P. van Hemmen DUWO Vestigingsdirecteur DUWO Delft Dhr. Ir. G. Dijkstra Vidomes Manager Sociaal Beheer Mevr. S. Stouten MEE RVE Manager Mevrouw. Y. Zuidgeest 9

12 Ipse de Bruggen Bestuurder drs. J.G.A. van Hoek Stichting Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West bestuurder- directeur Dhr. drs. R.J. Boumans Stichting Jeugdformaat Lid Raad van Bestuur Drs. B. Timman Opgemaakt te Delft De dato

13 11

14 Bijlage 1 bij de Samenwerkingsovereenkomst: Beschrijving Kamer Delft Definitief Partijen: Gemeente Delft 12

15 13

16 Inhoudsopgave 1. Samenwerking (algemeen) Het Veiligheidshuis Haaglanden De lokale kamer van Delft (hierna te noemen Kamer Delft) Focus van de Kamer Delft Doelstellingen Kamer Delft Samenwerking tussen partners De Partners Organisatiestructuur Besturing Opschalen Procesregisseur Accounthouder De informatieanalist Werkwijze en werkprocessen Integrale werkwijze en systeembenadering Casus overleggen Werkprocessen Werkproces Melden en Wegen Werkproces Focusoverleg Werkproces Groepsaanpak Ondersteuning werkprocessen

17 15

18 1. Samenwerking (algemeen) 1.1 Het Veiligheidshuis Haaglanden Het Veiligheidshuis Haaglanden is begin 2013 ontstaan als doorontwikkeling van het Veiligheidshuis Den Haag, dat in 2009 is opgericht (zie hiervoor de Samenwerkingsovereenkomst en het Privacy-Convenant Veiligheidshuis Haaglanden december 2013). De regiogemeenten hebben allemaal eigen lokale kamers waarin zij de lokale aanpak van criminaliteit en overlast vorm geven. 1.2 De lokale kamer van Delft (hierna te noemen Kamer Delft) Deze samenwerkingsovereenkomst is gebaseerd op de Samenwerkingsovereenkomst van het Veiligheidshuis Haaglanden. De werkwijze van Kamer Delft volgt daarmee de werkwijze van Veiligheidshuis Haaglanden. Dit betekent dat het merendeel van de beschrijvingen in deze overeenkomst één op één overeenkomen met de samenwerkingsovereenkomst Veiligheidshuis Haaglanden. De Kamer Delft is een netwerkorganisatie tussen partners uit de straf-, en zorgketen en (andere) gemeentelijke partners, waarin zij onder eenduidige regie komen tot een keten overstijgende aanpak van meervoudige complexe problematiek om ernstige overlast en criminaliteit te bestrijden. De afspraak binnen Veiligheidshuis Haaglanden is dat lokale kamers zoveel mogelijk lokaal oplossen. De Kamer Delft richt zich op het bestrijden van ernstige overlast en criminaliteit, door recidive en maatschappelijke uitval te voorkomen. Hierbij ligt de focus niet alleen op bestaande overtreders van de wet, maar ook op individuen of groepen met groot risico op afglijden richting crimineel en ernstig overlast gevend gedrag. De Kamer Delft vormt als netwerk een belangrijke schakel als verbinding tussen straf en zorg en bestuurlijke maatregelen door de regierol en participatie van de gemeente. De meerwaarde van de samenwerking zit in de ketenoverstijgende aanpak, die de afzonderlijke aanpakken versterkt. Daarbij behouden alle partners hun eigen (wettelijke) verantwoordelijkheden. Kamer Delft houdt zich ook bezig met informatieverzameling, -verrijking en -analyse voor de cases die door de Kamer Delft worden behandeld. Kamer Delft kan voor verrijking van de casussen gebruik maken van het expertisecentrum van het Veiligheidshuis Haaglanden. 16

19 1.3 Focus van de Kamer Delft De samenwerking van de Kamer Delft richt zich op het oplossen van vraagstukken met een complexe, meervoudige problematiek. De Kamer Delft beperkt zich daarom tot juist die zaken waarin de verbinding tussen de zorg-, strafrechtketen en interventies vanuit de gemeente en haar partners voorwaarde is voor een succesvolle, duurzame aanpak van (potentieel) crimineel en overlast gevend gedrag. Een casus voldoet aan de definitie complexe problematiek wanneer het aan de volgende criteria voldoet: Er is sprake van meerdere problemen (multiproblem) die op meer dan één leefgebied spelen en (naar verwachting) leiden tot crimineel en/of overlast gevend gedrag of verder afglijden; en Samenwerking tussen meerdere ketens (minimaal dwang en drang) is nodig om tot een effectieve aanpak te komen; het is in de reguliere samenwerking tussen partners binnen één keten niet mogelijk om deze problematiek effectief aan te pakken; en De problematiek wordt beïnvloed door en heeft impact op het (gezins)systeem en/of de directe sociale leefomgeving (of wordt verwacht dat te gaan hebben); en/of Er is sprake van ernstige lokale of gebiedsgebonden veiligheidsproblematiek, die vraagt om een ketenoverstijgende aanpak. 17

20 2. Doelstellingen Kamer Delft De Kamer Delft is een instrument om criminaliteit en recidive te verminderen. De doelstelling van Kamer Delft is (conform de doelstelling van Veiligheidshuis Haaglanden) de versterking van de ketensamenwerking van de strafrechtketen, de zorgketen en de bestuurlijke keten om door de combinatie van repressie, zorg en bestuurlijke interventies te komen tot een efficiëntere aanpak van criminaliteit en overlast en recidive te verminderen. Dat gebeurt door efficiënter en effectiever samen te werken en door optimaal gebruik te maken van elkaars kennis, kunde en instrumentarium. Resultaat daarvan is dat snel en passend wordt opgetreden tegen daders met multiproblematiek. Waar nodig en mogelijk wordt straf gecombineerd met passende zorg en/of bestuurlijke maatregelen. Basis daarvoor is een door alle betrokken partners gezamenlijk gedragen integraal plan van aanpak. Als de uitvoering stagneert wordt snel en effectief ingegrepen. De algemene doelstelling van de Kamer Delft kan nader gespecificeerd worden in de volgende subdoelen (dit zijn ook de subdoelen van het Veiligheidshuis Haaglanden): Efficiënter en effectiever werken: maatwerk per casus, we doen wat nodig is om te komen tot een effectieve aanpak; gezamenlijk creatieve oplossingen verzinnen en testen; beter afstemmen, processen slimmer afspreken en in een keer goed; snellere en efficiëntere communicatie én informatiedeling; problemen / kansen samen signaleren en gezamenlijk aanpakken; keten verlengen : ook preventie en (na)zorg. Criminaliteit en overlast (door jeugdigen en volwassenen) verminderen door: het maken van persoonsgerichte en/of gezinsgerichte afspraken door de ketenpartners, die leiden tot gedragsverandering, om zo recidive en overlast van daders zoveel mogelijk te voorkomen; groeps-, gebieds- en delict gerichte preventieve en repressieve aanpakken ontwikkelen, uitvoeren en bewaken; gestructureerd aanpakken van criminele, overlastgevende en hinderlijke groepen; de relatie tussen strafrechtketen, de bestuurlijke keten en zorg verbeteren (systeemgerichte aanpak). Verminderen detentierecidive en meer kansen voor individu: beter gebruikmaken van bestaande mogelijkheden van strafrecht, inkomen en zorg en daarmee komen tot een krachtigere aanpak en meer kansen voor het individu; zorgen dat gedetineerden na hun vrijlating voldoende mogelijkheden hebben of krijgen om te voorzien in hun eigen levensonderhoud en woonruimte te vinden om zo de aansluiting met de samenleving weer te hervinden. 18

21 De doelstellingen zullen verder worden gepreciseerd op basis van een uitwerking van de werkprocessen. 19

22 3. Samenwerking tussen partners Om de doelstellingen van de Kamer Delft te kunnen realiseren, werken de partners op basis van onderstaande uitgangspunten samen: De Kamer Delft heeft een Procesregisseur die door de gemeente wordt geleverd; Alle partners zijn aanwezig op uitnodiging; Deelnemers aan de Kamer Delft hebben mandaat om voor hun organisatie bindende afspraken te maken, binnen de geldende kaders van hun organisatie; Voor iedere casus wordt voor een plan van aanpak een casus coördinator aangewezen. Dit is de meest voor hand liggende partner; In de Kamer Delft worden afspraken gemaakt over gezamenlijke werkprocessen; Medewerkers van de Kamer Delft spreken elkaar aan als de afgesproken bijdrage niet wordt geleverd c.q. als afspraken niet worden nagekomen; De Kamer Delft werkt met één gezamenlijk informatiesysteem; De partners leveren de benodigde capaciteit en de bijbehorende inzet vanuit hun reguliere taakopdracht; Het management van de deelnemende organisaties stemt minimaal 1 keer per jaar af en stelt het jaarplan vast. 3.1 De Partners Gemeente Delft Openbaar Ministerie Politie Eenheid Den Haag Reclassering Nederland Palier BV Raad voor de Kinderbescherming Haaglanden Jeugdbescherming West Stichting Halt Kwadraad GGZ-Delfland Brijder Limor PerspeKtief Participe Delft Youth for Christ Nederland / The Mall Delft Vestia Woonbron DUWO Vidomes MEE Ipse de Bruggen Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West (JGZ ZHW) Jeugdformaat 20

23 In specifieke gevallen kunnen partijen aan tafel worden gevraagd, wanneer de problematiek en de aanpak daarom vragen. Het is mogelijk dat op termijn deze partijen wel als partners toetreden, als de invulling van de Kamer Delft dat wenselijk maakt. 21

24 4. Organisatiestructuur De Kamer Delft is een netwerk waarin op operationeel niveau hoofdzakelijk individuele casuïstiek wordt afgehandeld. De structuur en de sturing richten zich hier vooral op efficiënte en effectieve casusbehandeling. 4.1 Besturing De Kamer Delft valt onder de verantwoordelijkheid van de lokale driehoek (de burgemeester van de gemeente Delft, de hoofdofficier van Justitie en de teamchef Delft) aangevuld met de wethouders zorg en jeugd. De driehoek wordt minimaal 1 keer per jaar geïnformeerd. Daarnaast bestaat er een partneroverleg met daarin vertegenwoordigers van de partners op managementniveau (tactisch niveau). Deze komt minimaal 1 keer per jaar bijeen. De voorzitter van het partneroverleg is de gemeente. Onderwerpen voor het partneroverleg zijn: jaarplan en de jaarrapportage, die worden opgesteld onder verantwoording van de gemeente. Het partneroverleg bespreekt ook de toetreding van nieuwe partners en het onderbrengen van nieuwe processen in de Kamer Delft. Tevens kan het overleg de speerpunten benoemen vanuit de gemeente Delft voor het jaarplan van het Veiligheidshuis Haaglanden. Bovenstaande is in onderstaand organogram weergegeven. 22

25 4.3 Opschalen Het uitgangspunt van het Veiligheidshuis Haaglanden is lokaal doen wat lokaal kan. Indien een casus lokaal niet kan worden opgelost, wordt de casus aangemeld bij het Veiligheidshuis Haaglanden. 4.4 Procesregisseur De procesregisseur van de Kamer Delft is in dienst van de gemeente Delft. De procesregisseur organiseert de samenwerking in de Kamer Delft en voert er regie op de dagelijkse werkzaamheden en de (door)ontwikkeling van de werkprocessen. De procesregisseur ziet toe op de totstandkoming van samenwerking op casusniveau. Als voorzitter leidt de procesregisseur het casusoverleg. Hij draagt daarbij ook zorg voor de voorbereiding van het overleg en de agendering. Voor elke casus kan de procesregisseur in het overleg een verantwoordelijke organisatie aanwijzen, die het overzicht op de casus houdt en zo nodig andere organisaties daarbij betrekt. De procesregisseur is samen met de accounthouder de linking pin met het Veiligheidshuis Haaglanden. 4.5 Accounthouder De accounthouder coördineert de jaarplanning van de Kamer Delft, bewaakt de voortgang van de beoogde resultaten en rapporteert over de resultaten en de bedrijfsvoering aan het partneroverleg en lokale driehoek en wethouder zorg. De accounthouder is, samen met de procesregisseur. De accounthouder vertegenwoordigt de Kamer Delft in het lokale en regionale netwerk. 4.6 De informatieanalist De informatieanalist verrijkt informatie door informatie te verzamelen, te controleren, te bundelen en te registreren en verzorgt ter voorbereiding van het overleg voor een eerste analyseslag. Hij draagt verder zorg voor het monitoren van gemaakte afspraken, het signaleren van knelpunten, het up-to-date houden van de geregistreerde informatie in het centrale informatiesysteem en het opstellen van managementrapportages. Hij/zij kan gebruik maken van het Informatiecentrum in het Veiligheidshuis Haaglanden. 23

26 5. Werkwijze en werkprocessen 5.1 Integrale werkwijze en systeembenadering De aanpak van complexe problematiek vraagt soms om innovatieve en creatieve oplossingen. Binnen de Kamer Delft wordt, zowel voor de analyse als voor de aanpak, de expertise en interventies van de strafrecht- en zorgketen en bestuurlijke interventies gecombineerd. Hierdoor ontstaat een integrale, ketenoverstijgende werkwijze. Het gedrag van een individu of gezinssysteem wordt vaak (mede) veroorzaakt of in stand gehouden door factoren in het omliggende systeem. Kamer Delft werkt daarom volgens een systeembenadering. Dat betekent dat een casus wordt bezien binnen de context van de (sociale) omgeving waarmee een onderlinge samenhang en wisselwerking bestaat. Dit kan het gezinssysteem zijn, maar ook de sociale omgeving, zoals vrienden, buren of school. Deze factoren worden meegenomen in de probleemanalyse, en krijgen indien nodig- een plek in de aanpak. Een systeembenadering omvat onder meer het gezinssysteem waarvan een individu in een casus deel uitmaakt. Vaak is er sprake van meervoudige en complexe sociale problemen binnen het gezin, waardoor ook andere gezinsleden risico lopen om af te glijden richting criminaliteit of om slachtoffer te worden. Elders wordt dit ook wel de broestjesaanpak of brusjesaanpak genoemd waarbij verwezen wordt naar broertjes en zusjes als exemplarisch voor het systeem. Dit betekent ook dat de gezinsleden in casuïstiek worden meegenomen in de analyse, en indien er reden is tot zorg, er ook voor hen een aanpak tot stand komt. Het streven is te komen tot één gezin, één plan en één regisseur. 5.2 Casus overleggen Kamer Delft organiseert momenteel de volgende (casus)overleggen: Focusoverleg (Persoonsgerichte aanpak) Volwassenen en Jeugd; Groepsaanpak (gebieds-, groeps-, persoonsgerichte aanpak). Voor een goed en efficiënt verloop van het casusoverleg is het essentieel dat: 1. De deelnemer namens de organisatie mandaat heeft voor de bespreking van de individuele casuïstiek. Dit betekent dat er mandaat nodig is van de organisatie om: voldoende informatie te kunnen vragen / eisen / delen; en acties, soms op zeer korte termijn, bij andere medewerkers te beleggen en de voortgang te bewaken. 2. Voor iedere casus wordt een casus coördinator voor een plan van aanpak aangewezen. Dit is de meest voor hand liggende partner. 3. Het informatiesysteem (Gcos) goed wordt gevuld en bijgehouden. 24

27 4. De procesregisseur de deelnemers aan kan spreken op hun resultaten voor het overleg, de acties en het plan van aanpak. 5. De deelnemer goed voorbereid is, kennis heeft van de doelgroepen en direct of indirect van de te bespreken personen. Deze kennis is alleen mogelijk als hij/zij goed wordt ingepraat, dossiers in kan zien en de voortgang kan zien c.q. bewaken. Professionals van de partners wisselen frequent informatie uit, om vervolgens in een casusoverleg besluiten te nemen over de aanpak van individuele casussen. Op grond van deze besluiten wordt in de meeste gevallen één organisatie -waarvan de betrokken professional als regisseur deel uitmaakt- als hoofdverantwoordelijke voor de casus aangewezen. De betrokken professionals zijn gemandateerd door hun organisaties om deze besluiten te nemen / verantwoordelijkheid te nemen en zo nodig collega s uit hun eigen organisatie in te schakelen. 25

28 5.3 Werkprocessen Beleggen bij (een) partner(s) Antwoord/advisering Actuele melding Informatieverzoe k Infocentrum + procesregisseur + (melder) Wegen beslissi Focusoverle Monitoren casus Afsluiten casus GCOS Maatwerk Afspraken Plan van aanpak Monitoren Verwijzen naar een ander platform 26

29 5.3.1 Werkproces Melden en Wegen Er zijn verschillende manieren waarop complexe persoons-, systeem- of gebiedsgerichte problematiek in de Kamer Delft terecht kan komen (zie voor het proces hoofdstuk 5). Alle partners in de Kamer Delft kunnen casuïstiek aandragen. Dit betekent dat zaken vanuit de strafrechtketen, de zorgketen of vanuit de gemeente kunnen worden ingebracht. Partners maken zelf een eerste (voor)selectie van casuïstiek op basis van beschreven criteria voor de complexe casuïstiek voordat zij zaken inbrengen in de Kamer Delft. Niet alleen individuele casussen die vragen om een persoonsgerichte of systeemgerichte aanpak, maar ook gebieds- of/thema gebonden veiligheidsvraagstukken kunnen vanuit een lokaal maatschappelijke urgentie worden opgepakt in de Kamer Delft. Casuïstiek voor Kamer Delft komt bij de informatieanalist op verschillende manieren binnen: Actuele meldingen via mail. Deze worden zo compleet mogelijk ingediend; Lijsten van de strafrechtelijke keten. Hierop staan bijvoorbeeld veelplegers, geweldplegers, overvallers, criminele en/of overlastgevende jongeren. Daarnaast kunnen partners ook informatieverzoeken en hulpvragen neerleggen bij de informatieanalist. Als een casus in Kamer Delft niet kan worden opgelost, kan deze door Kamer Delft worden aangemeld bij het Veiligheidshuis Haaglanden (zie voor het proces hoofdstuk 5). De informatieanalist agendeert de binnengekomen casussen voor het weegoverleg met de procesregisseur voor een weegoverleg, en verspreidt de agenda onder de deelnemers, te weten politie, OM, Reclassering, Gemeente, CJG, Meldpunt Bezorgd. Ook bij de andere partners wordt informatie opgevraagd. Het Weegoverleg adviseert of een casus geschikt is voor het Focusoverleg. Een casus is geschikt voor het Focusoverleg als het gaat om meerdere problemen (Multi problematiek) die op meer dan één leefgebied spelen en (naar verwachting) leiden tot crimineel en/of overlast gevend gedrag of verder afglijden en samenwerking tussen meerdere ketens (minimaal dwang en drang) is nodig om tot een effectieve aanpak te komen, òf beargumenteerde zorgen bij één of meer ketenpartners. In het Weegoverleg wordt onder leiding van de procesregisseur, gezamenlijk besloten welke aanpak in de casus passend is. Dit kan zijn: Beleggen bij (een) partner(s): De vraag die gesteld wordt kan behandeld worden door een of enkele partners. Deze partners stemmen af wat het plan is, waardoor Focusoverleg met alle ketenpartners en inhoudelijke bespreking niet nodig is; Antwoord/advisering: De vraag die gesteld is, is te beantwoorden door de melder te informeren over de mogelijkheden en te adviseren in de te nemen stappen; 27

30 Monitoren: Op dit moment is er geen reden om iemand met alle ketenpartners op een focusoverleg te bespreken, maar op een bepaald moment in de toekomst wel, of als de situatie veranderd kan het nodig zijn de casus alsnog te bespreken op een focusoverleg. De procesregisseur neemt een maand na het Weegoverleg contact op met de melder of de beslissing nog steeds het gewenste effect heeft; Verwijzen naar een ander platform: Een casus past beter op een ander overleg of samenwerkingsverband; Agenderen bij het Focusoverleg Kamer Delft (zie verder 5.3.2); Opschalen naar het Focusoverleg Veiligheidshuis Haaglanden Werkproces Focusoverleg Als het Weegteam besluit dat een casus besproken moet worden op een focusoverleg, wordt direct ook bekeken welke partners er uitgenodigd moeten worden voor dat overleg. Op het Focusoverleg vindt per casus maatwerk plaats middels de afspraken die met partners worden gemaakt en het plan van aanpak dat wordt opgesteld. Na het Focusoverleg wordt het plan van aanpak uitgevoerd door de ketenpartners die actiepunten hebben meegekregen. Voor het slagen van het plan van aanpak is het noodzakelijk dat de actiepunten juist en tijdig worden uitgevoerd. Hiervoor is de monitoring van de casus na het focusoverleg van belang. Monitoringsmogelijkheden zijn: Situatie 1: Indien beslissing anders is dan doorgeleiden naar het Focusoverleg, neemt de procesregisseur een maand na het Weegoverleg contact op met de melder of de beslissing nog steeds het gewenste effect heeft. Situatie 2: 1. Monitoren 1: middels agendering, casus wordt over een aantal weken opnieuw op de agenda gezet. Gebruik: informatie is volledig en plan van aanpak is volledig, er is behoefte aan stroomlijnen van plan van aanpak. Voorwaarde: Vóór her-agendering wordt bekeken of afspraken zijn nagekomen. Voorwaarde: op het Focusoverleg duidelijkheid geven wanneer de volgende bespreking is. Casuscoördinatie: ligt bij de Procesregisseur. 2. Monitoren 2: partner als casuscoördinator Gebruik: informatie en plan van aanpak is volledig; er is behoefte aan stroomlijnen van plan van aanpak. Voorwaarde: casuscoördinator neemt één keer per maand contact op met Procesregisseur. Voorwaarde: casuscoördinator zorgt minimaal één keer per maand voor actualisatie van informatie in GCOS. Casuscoördinatie: ligt bij ketenpartner materiedeskundige en daaraan gekoppeld eventueel uitvoerder. Materiedeskundige blijft aanspreekpunt voor Kamer Delft. 28

31 3. Monitoren 3: verschillende partners moeten acties uitvoeren Gebruik: informatie volledig en plan van aanpak is volledig, elke ketenpartner is bekend met actie en taak in de casus. Voorwaarde: procesregisseur checkt periodiek of in de uitvoering van het plan van aanpak alles loopt bij de partners. Casuscoördinatie: Procesregisseur. Als er geen redenen zijn het plan van aanpak aan te passen of een casus nogmaals op een Focusoverleg te bespreken zal deze uiteindelijk worden afgesloten Werkproces Groepsaanpak Gemeente, politie en OM werken samen in de aanpak van criminele jeugdgroepen. Nadat een groep in beeld is gebracht en geprioriteerd in het districtscollege en de Lokale Driehoek, vindt er een uitgebreide analyse plaats. Vervolgens start een regiegroep die tot taak heeft een plan van aanpak op te stellen naar aanleiding van de analyse. De Regiegroep bestaat tenminste uit de gemeente (voorzitter), Openbaar Ministerie, Politie en Centrum voor Jeugd en Gezin. Dat plan kan dan bestaan uit een integrale aanpak (persoonsgerichte, groepsgerichte en gebiedsgerichte aanpak). De persoonsgerichte aanpak bestaat uit het bespreken van individuele leden van de groep in een casusoverleg. Weging vindt plaats in de Regiegroep. De gehele harde kern van een groep en complexe casussen worden onder voorzitterschap van de gemeente besproken in het Veiligheidshuis Haaglanden. Het informatiecentrum van het Veiligheidshuis Haaglanden kan alle ondersteuning bieden middels Gcos. Voor alle jongeren wordt een plan van aanpak gemaakt in overleg met de partners. Hierbij wordt gekeken waar mogelijkheden zijn voor zorg, hulpverlening (vrijwillig of gedwongen) en de inzet van (straf)maatregelen. In elke casus wordt een casusverantwoordelijke aangewezen. Het monitoren wordt gedaan door het informatiecentrum. De gemeentelijke voorzitter van het casusoverleg is eindverantwoordelijk voor de aanpak. 29

32 Rol Veiligheidshuis in aanpak groepen OM heeft de regierol voor wat betreft de strafrechtelijke handhaving Burgemeester regierol overall-aanpak van de jeugdgroepen Inventarisatie Beke groepen OM/Politie: Kopstukken die onderdeel zijn van het opsporingsonderzoek Lokale driehoek maakt keuze aanpak VHH: Persoonsgerichte aanpak VHH: Complexe casussen Probleemanalyse en Tactische Dader groep Analyse Lokale kamer voert de regie op de totale aanpak Groepsgerichte interventies Lokale kamer: Overige casussen in lokale kamer Gebiedsaanpak: fysieke en sociale ingrepen 30

33 5.3.4 Ondersteuning werkprocessen Gegevens van cliënten van de partners worden in de Kamer Delft gebruikt. Door het verbinden van meldingen en signalen wordt de informatie van alle relevante personen in beeld gebracht. De informatie wordt vastgelegd in een ICT-systeem (Gcos) dat de casus overleggen van de Kamer Delft ondersteunt. Dit ICT-systeem wordt ook gebruikt door het Veiligheidshuis Haaglanden. Afspraken over privacy worden vastgelegd in een privacy convenant. De vertegenwoordigers van elke partner hebben een resultaatsverplichting om de gegevens binnen afzienbare tijd in het ICT-systeem in te voeren met betrekking tot de gegevens waarvoor zij zelf verantwoordelijk zijn. Onder afzienbare tijd wordt verstaan binnen de vastgestelde termijn voorafgaand aan een casusoverleg waarop betrokkene besproken wordt. Het streven van de vertegenwoordigers is om het ICT-systeem zo actueel mogelijk te houden. Naast het gezamenlijk ICT-systeem houdt de Kamer Delft een registratie bij van de besproken casussen. Deze registratie wordt gebruikt om managementinformatie te genereren en om het weegoverleg voor te bereiden. De registratie is toegankelijk voor de Procesregisseurs en de informatieanalist. 31

34 Privacy-Convenant Kamer Delft Definitief 29 juni

35 Privacy-Convenant Kamer Delft De partners: Gemeente Delft Openbaar Ministerie Politie Eenheid Den Haag Reclassering Nederland Palier BV Raad voor de Kinderbescherming Haaglanden Jeugdbescherming West Stichting Halt Kwadraad GGZ-Delfland Brijder Limor PerspeKtief Participe Delft Youth for Christ Nederland / The Mall Delft Vestia Woonbron DUWO Vidomes MEE Ipse de Bruggen Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West Jeugdformaat 2

36 I II Overwegende Partners zijn allen betrokken bij het samenwerkingsverband Kamer Delft. De werkwijze van de Kamer Delft is erop gericht om vroegtijdig, snel, consequent, persoonsgericht, samenhangend en gelijktijdig te reageren met als resultaatgebieden: - het verminderen en voorkomen van strafbare feiten; - het verminderen en voorkomen en terugdringen van recidive en overlast; - het verlenen van passende zorg; - het realiseren van een persoonsgerichte aanpak voor de dader en zo nodig een aanpak voor het gezin; - het versterken van de ketenregie en ketensamenwerking. Partners streven ernaar de werkzaamheden van ieder van hen op efficiënte en effectieve wijze op elkaar te laten aansluiten. Daarvoor is het nodig en gewenst onderling gegevens uit te wisselen. Partners leggen de door hen afgesproken vorm en inhoud van de uitwisseling van gegevens en de daarbij behorende samenwerking in dit Convenant vast en verbinden zich jegens elkaar om in overeenstemming met hetgeen in dit Convenant is bepaald, te handelen. Partners zijn zich ervan bewust dat zij bij het uitwisselen van gegevens gehouden zijn aan privacywet- en regelgeving en een eventueel beroepsgeheim én aan verplichtingen die voortvloeien uit beroepscodes; zij realiseren zich dat gezocht moet worden naar een evenwicht tussen het belang bij gegevensuitwisseling en het belang van de betrokkene bij zijn of haar persoonlijke levenssfeer. Het besturingsconcept, de doelstelling en wijze van samenwerking binnen de Kamer Delft het zijn vastgelegd in de Samenwerkingsovereenkomst Kamer Delft. Dat partners, indien zij dat nodig achten in het kader van de doelstelling van de Kamer Delft, persoonsgegevens kunnen verstrekken aan het Veiligheidshuis Haaglanden, met inachtneming van de toepasselijke privacywetgeving, waarna de casus binnen het Veiligheidshuis Haaglanden besproken kan worden. In aanmerking nemende Artikel 8 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, artikel 10 Grondwet en artikel Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind; - Wetboek van Strafrecht; - Wet algemene bepalingen Burger Service Nummer; - Wet bescherming persoonsgegevens; - Wet en Besluit Politiegegevens; - Wet inzake de geneeskundige behandelingsovereenkomst; - Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens alsmede de Aanwijzing Verstrekking strafrechtelijke gegevens aan derden voor buiten de strafrechtspleging gelegen doeleinden ; - Wet maatschappelijke ondersteuning; - Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg; - Wet op de jeugdzorg en het Uitvoeringsbesluit bij de Wet op de jeugdzorg; - Wet publieke gezondheid; - Wet werk en bijstand; - Reclasseringsregeling 1995; 3

37 - Regeling Wet bescherming persoonsgegevens primair proces Raad voor de Kinderbescherming; - Beroepscode van de Nederlandse Verenging van Maatschappelijk Werkers; - Gedragscode van het Nederlands Instituut van Psychologen; - Gedragscode van de Nederlandse Vereniging van Pedagogen en Onderwijskundigen; - Handreiking Bemoeizorg van GGD Nederland, GGZ Nederland en de KNMG; - Privacyreglementen van de in het Veiligheidshuis samenwerkende partners; - Samenwerkingsovereenkomst kernpartners Kamer Delft, vastgesteld en - ondertekend op dd/mm/2015 III Algemene bepalingen 1. Definities 1.1 Veiligheidshuis: netwerksamenwerking tussen straf-, zorg- en (andere) gemeentelijke partners, waarin zij onder eenduidige regie komen tot een ketenoverstijgende aanpak van complexe persoons-, systeem- en gebiedsgerichte problematiek om ernstige overlast en criminaliteit te bestrijden. Het Veiligheidshuis Haaglanden heeft als locatie Den Haag. 1.2 Kamer Delft: netwerksamenwerking tussen straf-, zorg- en (andere) gemeentelijke partners, waarin zij onder eenduidige regie komen tot een keten overstijgende aanpak van complexe persoons-, systeem- en gebiedsgerichte problematiek om ernstige overlast en criminaliteit te bestrijden. De Kamer Delft heeft als locatie Delft. 1.3 Deelnemer: Partners uit de strafrechtketen, de bestuurlijke keten en de zorgketen die deelnemen in de Kamer Delft. 1.4 Betrokkene(n): iedere natuurlijke persoon of personen, verdacht van een strafbaar feit of die bij een van de deelnemers bekend is/zijn vanwege zorg/risicosignalen of die door een of meer van de deelnemers wordt/worden aangemeld voor bespreking in een overleg. Ook gezinsleden kunnen in het Overleg worden besproken als dat noodzakelijk is binnen de doelstelling van het Veiligheidshuis. In dat geval gelden zij ook als betrokkenen. 1.5 Overleg: iedere bespreking dan wel afstemming tussen Deelnemers ter realisering van een persoons-, gezins-, groeps- of gebiedsgerichte aanpak van Betrokkene(n) zoals beschreven in Beschrijving Kamer Delft (bijlage 1 samenwerkingsovereenkomst). 1.6 Bestand: de registratie of lijst van Persoonsgegevens betreffende Betrokkene(n) ten behoeve van een overleg. 1.7 Persoonsgegeven(s): elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon zoals bedoeld in de Wbp. 1.8 Beheerder: de procesregisseur van de kamer Delft. 1.9 Verantwoordelijke: het College van Burgemeester en Wethouders van Delft; 1.10 Convenant: het Privacy-Convenant Kamer Delft Bijzonder persoonsgegeven: een persoonsgegeven betreffende iemands godsdienst of levensovertuiging, ras, politieke gezindheid, gezondheid, seksuele leven, alsmede persoonsgegevens betreffende het lidmaatschap van een vakvereniging. Alsmede strafrechtelijke persoonsgegevens en persoonsgegevens over onrechtmatig of hinderlijk gedrag in verband met een opgelegd verbod naar aanleiding van dat gedrag Verwerken van Persoonsgegevens: elke handeling of elk geheel van handelingen 4

38 met betrekking tot Persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van Persoonsgegevens. IV Samenwerking 2. Doelstelling van het Veiligheidshuis 2.1 De doelstelling van de Kamer Delft is de versterking van de ketensamenwerking van de strafrechtketen, de zorgketen en de bestuurlijke keten om door de combinatie van repressie, zorg en bestuurlijke interventies te komen tot een efficiëntere aanpak van criminaliteit en overlast en recidive te verminderen. Dat gebeurt door efficiënt en effectief samen te werken en door optimaal gebruik te maken van elkaars kennis, kunde en instrumentarium zoals bedoeld in 2.2 van bijlage 1 bij de Samenwerkingsovereenkomst Kamer Delft. 2.2 Ten aanzien van de inrichting en organisatie van de Kamer Delft en de vormgeving van de samenwerking tussen Partners wordt verwezen naar de Samenwerkingsovereenkomst Partners Kamer Delft. 3. Het Overleg en het Bestand 3.1 De Deelnemers wisselen in het Overleg Persoonsgegevens over de Betrokkenen uit. Zij handelen daarbij conform de bepalingen van dit Convenant en de in de considerans genoemde wet- en regelgeving. 3.2 De Verantwoordelijke legt ten behoeve van het Overleg een bestand aan. Hij gebruikt daarvoor het Centraal informatiesysteem van de Kamer Delft. Hij handelt daarbij conform de bepalingen van dit Convenant en de in de considerans genoemde wet- en regelgeving. 4. Geheimhoudingsplicht 4.1 Voor zover de Deelnemers daartoe al niet verplicht zijn, leggen zij aan die medewerkers die inzage hebben in of in overeenstemming met het bepaalde in dit Convenant op andere wijze Persoonsgegevens verkrijgen uit een Overleg en/of het Bestand, een plicht tot geheimhouding op. Deze plicht strekt tot geheimhouding van de Persoonsgegevens waarvan de medewerkers kennis nemen, behoudens voor zover de Betrokkene toestemming geeft voor de gegevensuitwisseling of enig wettelijk voorschrift hen tot mededeling verplicht of uit hun taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit. 4.2 Strafrechtelijke persoonsgegevens worden niet doorverstrekt tenzij daarvoor een rechtmatige verstrekkingsgrondslag én een wettelijke uitzondering op het verbod tot verwerking van Bijzondere persoonsgegevens is aan te wijzen. De Districtsofficier van Justitie wordt geraadpleegd om te bezien of bij verdere verstrekking een eventuele strafvervolging gevaar loopt. Indien strafrechtelijke gegevens waarop een geheimhoudingsplicht rust worden doorverstrekt, is de deelnemer aan wie wordt doorverstrekt ook gebonden aan de geheimhoudingsplicht. 5

39 4.3 Deelnemers die zorgverlener zijn, zijn gehouden aan de wetgeving die toepasselijk is voor hun beroepsgroep en hun hiermee samenhangende zwijgplicht. Zie ook en V Gegevensverwerking en uitwisseling tussen deelnemers Artikel 5 Grondslag voor de verwerking van persoonsgegevens 5.1. De grondslag voor de verwerking van persoonsgegevens op grond van dit reglement is voor de Deelnemers gelegen in de publiekrechtelijke taken: - van het gemeentebestuur: op het terrein van de openbare orde, de publieke gezondheidszorg, de re-integratie van uitkeringsgerechtigden en ex-gedetineerden, de leerplicht en de maatschappelijke ondersteuning van burgers die deze ondersteuning behoeven. Voor het gemeentebestuur is deze verwerking vastgelegd in de Wet bescherming persoonsgegevens; - van de politie: op het terrein van de handhaving van de openbare orde, het opsporen van strafbare feiten en het verlenen van hulp aan hen die deze hulp behoeven. Voor de politie is deze verwerking vastgelegd in de Wet politiegegevens en het Besluit politiegegevens; - van het openbaar ministerie: op het terrein van het vervolgen van verdachten en het ten uitvoer leggen van straffen en maatregelen. Voor het openbaar ministerie is de verwerking van persoonsgegevens vastgelegd in de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens almede in de Aanwijzing Verstrekking strafrechtelijke gegevens aan derden voor buiten de strafrechtspleging gelegen doeleinden ; - van instellingen voor reclassering: op het terrein van het rapporteren aan en het adviseren van justitiële autoriteiten, het houden van toezicht op verdachten en daders en het uitvoeren van sancties en taakstraffen. Voor deze instellingen is de verwerking vastgelegd in de Wet bescherming persoonsgegevens en de Reclasseringsregeling 1995; - van de Raad voor de Kinderbescherming: op het terrein van het beschermen van de belangen van minderjarigen. Voor de Raad voor de Kinderbescherming is deze verwerking vastgelegd in de Wet bescherming persoonsgegevens en in de Regeling Wet bescherming persoonsgegevens primair proces Raad voor de Kinderbescherming. - voor Deelnemers die medische zorg bieden is de verwerking van persoonsgegevens vastgelegd in de Wet inzake de geneeskundige behandelingsovereenkomst, voor Bureau jeugdzorg en de partners die geïndiceerde jeugdzorg bieden in de Wet op de jeugdzorg en voor de overige partners in de Wet bescherming persoonsgegevens De grondslag voor de verwerking van persoonsgegevens is voor de overige Deelnemers gelegen in de ondubbelzinnige toestemming die cliënten hebben gegeven voor deze verwerking, dan wel in het gerechtvaardigd belang dat deze instellingen hebben bij de verwerking van persoonsgegevens van cliënten, gelet op de doelstellingen en taken van deze Deelnemers. 6. Gegevensuitwisseling tussen deelnemers Iedere Deelnemer aan een Overleg draagt er zorg voor dat de persoonsgegevens die hij in het betreffende overleg verstrekt juist en volledig zijn, dat de gegevens door hem op rechtmatige wijze worden verwerkt, dat hij niet meer gegevens verstrekt dan 6

40 noodzakelijk, en dat hij ook anderszins zorgvuldig omgaat met de gegevens die hij verstrekt, uitwisselt en ontvangt In een Overleg en het Bestand worden zowel Persoonsgegevens als Bijzondere persoonsgegevens verwerkt. Strafrechtelijke persoonsgegevens als bedoeld in artikel 22 Wet bescherming persoonsgegevens worden uitsluitend verwerkt door instanties die krachtens de Wet zijn belast met het strafrecht of krachtens de Wet politiegegevens of Wet Justitiële strafvorderlijke gegevens en/of de Aanwijzing Verstrekking strafrechtelijke gegevens aan derden voor buiten de strafrechtspleging gelegen doeleinden bevoegd zijn deze te verwerken. Justitiële en strafvorderlijke gegevens worden aan de Kamer Delft verstrekt met het oog op een zwaarwegend algemeen belang met het doel strafbare feiten te voorkomen en/of op te sporen. De verstrekte gegevens mogen niet voor een ander doel worden gebruikt dan waarvoor zij zijn verstrekt, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald dan wel de uitvoering van de taak met het oog waarop de gegevens zijn verstrekt daartoe noodzaakt. Eventuele gezondheids- en hulpverleningsgegevens worden verwerkt door de daartoe in de wet aangewezen instanties of zijn noodzakelijk in aanvulling op de verwerking van de strafrechtelijke gegevens voor de doeleinden van de gegevensverwerking. Zie ook hoofdstuk X, lijst Persoonsgegevens De Deelnemers verwerken de Persoonsgegevens van de Betrokkenen uitsluitend voor zover dat noodzakelijk is voor het realiseren van het doeleinde van een Overleg en het Bestand en in overeenstemming met de toepasselijke wettelijke regelingen, waaronder in ieder geval begrepen de geheimhoudingsplichten die voor de Deelnemers gelden De Deelnemers kunnen de uitgewisselde Persoonsgegevens van de Betrokkene(n) verder verwerken, uitsluitend voor zover in overeenstemming is met de toepasselijke wettelijke regelingen, die verdere verwerking verenigbaar is met de doeleinden van een Overleg en het Bestand en voor zover noodzakelijk voor de goede uitoefening van de taak van de desbetreffende Deelnemer Deelnemers zullen alleen Persoonsgegevens verwerken indien en zolang dit noodzakelijk is voor het realiseren van bovengenoemde doeleinden. Deelnemers zullen hierbij niet meer gegevens verwerken dan noodzakelijk voor het bereiken hiervan. De gegevens zijn gelet op de doeleinden waarvoor ze worden verwerkt toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig De verstrekking en uitwisseling van Persoonsgegevens in een Overleg door de Deelnemers vindt plaats met inachtneming van de voor iedere Deelnemer toepasselijke wettelijke regelingen Voor zover de op een Deelnemer van toepassing zijnde wet- en regelgeving dat voorschrijft, zal gegevensuitwisseling door die Deelnemer slechts plaatsvinden met de schriftelijke kennisgeving aan of indien nodig een uitdrukkelijke toestemming daarvoor van Betrokkene(n) of diens wettelijk vertegenwoordiger. Indien de Betrokkene of diens wettelijke vertegenwoordiger geen of gedeeltelijk toestemming geven dan beoordeelt de Deelnemer of bemoeizorg noodzakelijk is en of op die grond gegevensuitwisseling noodzakelijk is. Bemoeizorg houdt in: actieve en outreachende hulpverlening voor personen die hulp afwijzen maar deze wel dringend behoeven. 7

41 Bemoeizorg vindt onder andere plaats op één van de volgende grondslagen en met inachtneming van de instellingsspecifieke vereisten: het delen van gegevens in een bepaalde casus is noodzakelijk voor de goede vervulling van een publiekrechtelijke taak (dient de veiligheid van kinderen, volwassenen, en/of maatschappij); het delen van gegevens in een bepaalde casus is noodzakelijk ter vrijwaring van een vitaal belang van de Betrokkene(n) zodat instellingen hun taak kunnen uitvoeren Deelnemers die zorgverlener zijn, zijn gehouden aan de wetgeving die toepasselijk is voor hun beroepsgroep (o.a. WGBO, Jeugdwet, wet BIG en BOPZ) en hun hiermee samenhangende zwijgplicht. Deze zorgverleners zullen hun beslissing om met of zonder toestemming van de Betrokkene gegevens met anderen uit te wisselen, ook binnen het Veiligheidshuis toetsen aan de richtlijnen van de KNMG waaronder Richtlijnen inzake het omgaan met medische gegevens, Richtlijn melding Kindermishandeling en de Richtlijn Politie/Justitie. Algemene uitgangspunten voor deze zorgverleners zijn: a. Informatie wordt slechts gedeeld ten behoeve van noodzakelijke zorgverlening aan de Betrokkene; b. Getracht wordt ondubbelzinnige toestemming te verkrijgen; c. Informatie wordt slechts gedeeld met personen die rechtstreeks betrokken zijn bij de zorgverlening; d. Het vragen van ondubbelzinnige toestemming aan de Betrokkene en de beslissing om gegevens met derden te delen, met of zonder diens toestemming, behoort toe aan de voor de behandeling verantwoordelijke persoon; e. Het melden dat een persoon in behandeling is bij een GGZ instelling, behoort eveneens tot de vertrouwelijkheid van het beroepsgeheim; f. Uitsluitend contactgegevens van de betrokken zorgverlener wordt vastgelegd in het Bestand. 6.2 Tussen de Deelnemers zoals bedoeld in artikel worden slechts persoonsgegevens uitgewisseld die noodzakelijk zijn voor de goede taakuitoefening van de ontvanger. Zonder toestemming van betrokkene kunnen slechts gegevens worden gedeeld door en met personen die uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift, dan wel overeenkomst tot geheimhouding zijn verplicht. 7. Verstrekking van gegevens aan derden De gegevens die zijn vastgelegd in het Bestand worden uitsluitend aan Deelnemers verstrekt. Iedere andere verstrekking vindt uitsluitend plaats: a. met uitdrukkelijke toestemming van de Betrokkene of diens wettelijke vertegenwoordiger, of; b. op basis van een wettelijke verplichting die rust op de desbetreffende Deelnemer, of c. uit hun taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit, en d. wanneer dit verenigbaar is met het oorspronkelijke doel of doeleinden en plaatsvindt binnen het toepasselijke wettelijke kader. 8

42 7.1.2 De informatie die is ondergebracht in de Kamer Delft kan gedeeld worden met samenwerkingsverbanden. De Kamer Delft kan samenwerken met andere lokale Kamers, Veiligheidshuizen en netwerken. Persoonsgegevens worden uitsluitend verstrekt indien dit verenigbaar is met de doeleinden waar de gegevens zijn verzameld en wanneer voldaan wordt aan de bepalingen uit artikel 4 en VI Organisatie 8. Verantwoordelijke De Verantwoordelijke is het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Delft. De Verantwoordelijke zorgt voor de melding van verwerking van persoonsgegevens, zoals vervat in dit Privacy-convenant, bij het College bescherming persoonsgegevens. De Verantwoordelijke draagt er voor zorg dat: a. afdoende organisatorische en technische maatregelen getroffen zijn ter beveiliging van de Persoonsgegevens zoals neergelegd in artikel 11; b. voldaan wordt aan de informatieplicht zoals neergelegd in artikel 13; c. de Betrokkene zijn rechten zoals neergelegd in artikel 14 en verder op een correcte wijze kan uitoefenen. 9. Beheerder De Beheerder is onder verantwoordelijkheid en rechtstreeks gezag van de Verantwoordelijke belast met de dagelijkse zorg voor de verwerking van Persoonsgegevens in het Bestand en voor het bewaren, verwijderen en verstrekken van gegevens betreffende het Bestand De Beheerder treft onder verantwoordelijkheid en rechtstreeks gezag van de Verantwoordelijke de nodige voorzieningen ter bevordering van de juistheid en volledigheid van de Persoonsgegevens in het Bestand De Beheerder stelt vast welke Deelnemers toegang hebben tot het Bestand en wat hun bevoegdheden (raadplegen, invoeren, wijzigen, verwijderen en vernietigen van gegevens) daarbij zijn. 10. Lokale driehoek De burgemeester van Delft, de officier van Justitie, een vertegenwoordiger van het korpsbestuur van de Nationale politie eenheid Den Haag en de wethouder zorg/jeugd houden een periodiek overleg In het periodiek overleg wordt besproken welke categorieën van Persoonsgegevens betreffende de Betrokkene in het Bestand daadwerkelijk worden vastgelegd en verwerkt, alsmede welke Overleggen binnen de in bijlage 1 vastgestelde lijst daadwerkelijk worden ingezet De categorieën als vermeld in artikel staan vermeld onder hoofdstuk X In de bijlage die bij dit Convenant zijn gevoegd wordt voor elke soort Overleg vastgelegd: 1. de doeleinden; 2. de deelnemers; 3. de doelgroep(en) van het Overleg; en 4. welke categorieën van Persoonsgegevens betreffende de Betrokkene worden vastgelegd. 9