7 Stelsels niet-lineaire vergelijkingen en minimalisatieproblemen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "7 Stelsels niet-lineaire vergelijkingen en minimalisatieproblemen"

Transcriptie

1 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 72 7 Stelsels niet-lineaire vergelijkingen en minimalisatieproblemen 7.a Probleemstelling in één dimensie Bepaal de oplossing van de volgende twee problemen: f(x) = 0 f : (a, b) IR voldoend glad min F(x) F : (a, b) IR voldoend glad (7.1) x (a,b) aangenomen dat zo n oplossing bestaat. Het tweede probleem herleidt zich tot het eerste door F (x) = 0 op te lossen, maar numeriek behoeft dit niet zinvol te zijn als de afgeleide zich niet of moeilijk laat berekenen. 7.b Intervalhalvering of binaire search Als de tekens van f(a) en f(b) verschillen, ligt er (minstens) één nulpunt tussen en kunnen we dit vinden met de algoritme if f(a) f(b) < 0 then repeat c := (b +a)/2 ; if teken (f(c)) = teken (f(a)) then a := c else b := c end until b a voldoend klein. Convergentie is verzekerd, maar vrij traag. Geen generalisatie mogelijk naar verscheidene dimensies. 7.c Successieve substitutie Herformuleer probleem (7.1) als volgt: x = ϕ(x) := x f(x) (7.2) dan kunnen we het iteratieve proces bekijken: kies x 0 ; for k := 1 to do x k := ϕ(x k 1 ) (7.3) Stelling 1: Als α een oplossing is van de vergelijking α = ϕ(α) en als ϕ (α) < 1 (ϕ continu) (7.4) dan is er een d > 0 zodat het proces (7.3) convergeert naar α voor alle x 0 [α d, α + d]. Bewijs: Op grond van (7.4) is er een γ < 1 en een d > 0 zo, dat ϕ (x) γ x [α d, α + d] Bijgevolg geldt: als x k α d, dan ook x k+1 α = f(x k ) f(α) = f (ξ) x k α γ x k α γd zodat x k α γ k d 0 als k.

2 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 73 Convergentie is volgens deze stelling alleen verzekerd in een (kleine) omgeving van α als de absolute waarde van de afgeleide kleiner dan 1 is. De convergentie kan heel traag zijn (als de afgeleide dicht bij +1 of 1 is) maar ook heel snel (als de afgeleide ongeveer nul is). Het proces is onmiddellijk te generaliseren naar verscheidene dimensies: Stelling 2: Als ϕ : D IR n IR n een continu differentieerbare funktie op een open gebied D IR n is met a = ϕ(a) voor zekere a D en als ( ϕ)(a) < 1 ( ϕ is de functionaalmatrix ( ϕ i x j ) n i,j=1 ) (7.5) dan is er een d > 0 zo, dat B := {x IR n x a d} D en zodat het proces x n+1 = ϕ(x n ) convergeert naar a voor alle x 0 B. Bewijs: zie boven; vervang absolute waarden door normen. In het successieve-substitutieproces (7.3) zit een grote vrijheid ingebakken. Omdat f(α) = 0 kunnen we i.p.v. (7.2) ook kiezen ϕ(x) = x f(x) g(x) met een willekeurige funktie g waarvoor g(α) 0. Kies bijvoorbeeld g(x) = f (α) (mits deze constante 0), dan geldt ϕ (x) = 1 f (x) f (α) zodat ϕ (α) = 0 We krijgen zo een zeer snelle convergentie maar het grote probleem is natuurlijk, dat α en dus ook f (α) onbekend zijn. Ga na, dat g(x) = f (x) wel een goede praktische keuze is. (7.6) f(x) f(0) + x f (0) x1 x0= Figure 15: De funktie f met zijn raaklijn in x = 0. Deze raaklijn is een lineaire benadering van f in een omgeving van x = 0. Het nulpunt ervan geeft een betere benadering van het nulpunt van f. 7.d Newton-Raphson Als de funktie f, waarvan we het nulpunt α willen bepalen, een continue tweede afgeleide heeft in een relevant gebied rond het nulpunt, dan kunnen we f in en (naburig punt) x 0 ontwikkelen, f(x) = f(x 0 ) + (x x 0 )f (x 0 ) f (ξ)(x x 0 ) 2.

3 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 74 Voor de oplossing α van f(α) = 0 geldt dus α = x 0 f(x 0) f (x 0 ) 1 2 f (ξ) f (x 0 ) (α x 0) 2. (7.7) Als x 0 al een goede benadering was van α, dan zal x 0 f(x 0 )/f (x 0 ) een betere zijn, immers dit punt is het nulpunt van de lineaire benadering f(x 0 ) + (x x 0 )f (x 0 ) van f(x) in de buurt van x 0 ; zie ook fig. 15. Zo vinden we het Newton-Raphson proces kies x 0 ; for k := 0 to do x k+1 := x k f(x k) f (x k ) end. (7.8) Stelling 3: Als f tweemaal continu differentieerbaar is in een omgeving van α en als f (α) 0, dan convergeert het Newton-Raphson proces (7.8) lokaal kwadratisch. Bewijs: Zij d zo, dat max x [α d,α+d] f (x) min x [α d,α+d] f (x) dan volgt uit (7.7): als x k [α d, α + d], dan geldt x k+1 α = 1 2 zodat x k+1 [α d, α + d] en de rij convergeert. 1 d f (ξ k ) f (x k ) (x k α) 2 < 1 2 x k α, (7.9) Opmerking: Een proces x k := ϕ(x k 1 ) met ϕ(α) = α heet lokaal convergent van orde p 1 in een omgeving van α, als voor alle startpunten x 0 voldoend dicht bij α geldt: x k+1 α C x k α p k voor zekere C > 0. Als p > 1, dan is het proces altijd lokaal convergent (ga na!). Een stelling zoals bovenstaande is weinig praktisch omdat het nulpunt α onbekend is. Een meer praktisch resultaat vinden we uit het volgende idee. Als f in een punt x 0 voldoend klein is, als de helling van f niet al te klein is en als de kromming van f (d.w.z. de tweede afgeleide) niet al te groot is, dan kan f een doorgang door nul in de buurt van x 0 niet vermijden en is het Newtonproces, dat start in x 0, convergent. De preciese formulering is als volgt: Stelling 4: Laat I IR een open interval zijn, laat f een differentieerbare funktie zijn op I met een Lipschitz continue afgeleide en laat x 0 I een punt zijn, waarvoor geldt: (a) f (x) f (y) γ x y x, y I, (b) 1/f (x) β x I, (c) f(x 0 )/f (x 0 ) α. (7.10) Als d := 1 2 α β γ < 1 en als r := α /(1 d) zo is dat (x 0 r, x 0 + r) I, dan convergeert het Newtonproces (7.8) met beginpunt x 0 naar een (unieke) limiet a [x 0 r, x 0 + r], dat een nulpunt is van f. Bewijs: Vanwege (7.10c) geldt: zodat x 1 (x 0 r, x 0 + r). Vanwege (7.10a,b) geldt x 1 x 0 = f(x 0 )/f (x 0 ) α < r (7.11) x k+1 x k f(x k )/f (x k ) β f(x k ) = β f(x k ) f(x k 1 ) f (x k 1 )(x k x k 1 ) (7.12)

4 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 75 Om deze expressie te schatten gebruiken we de identiteit y f(y) = f(x) + x y f (t)dt = f(x) + (y x)f (x) + x (f (t) f (x))dt zodat uit (7.10a) voor alle x, y I volgt y f(y) f(x) (y x)f (x) γ x Vullen we dit in formule (7.12) in, dan vinden we t x dt 1 2 γ(x y)2 x k+1 x k 1 2 βγ(x k x k 1 ) 2 (7.13) onder de voorwaarde dat x k en x k 1 in I liggen. Dit laatste bewijzen we met induktie. Als alle iteranden {x 1, x 2,...,x k } in I liggen, dan volgt uit (7.11) en (7.13): x 2 x β γ x 1 x βγα2 = αd x 3 x β γ x 2 x β γ (1 2 α2 β γ) 2 = α ( 1 2 α β γ)3 = αd 3 αd 2 en in het algemeen x k+1 x k 1 2 β γ x k x k 1 α ( 1 2 α β γ)2k 1 α d k zodat x k x 0 x 1 x 0 + x 2 x k + + x k x k 1 α (1 + d + d d k 1 ) r. Bijgevolg liggen alle iteranden in het (open) interval (x 0 r, x 0 + r) en is de rij een Cauchy-rij met limiet in het (gesloten) interval [x 0 r, x 0 + r]. Een sterkere versie van deze stelling staat bekend als de stelling van Newton-Kantorowitz. Hierbij is de begrenzing (7.10b) op de afgeleide slechts vereist in het startpunt x 0 en het convergentiegebied wat groter. Een preciese formulering zullen we geven in de volgende paragraaf. 7.e Problemen in verscheidene dimensies Zoals gezegd, is generalisatie van interhalvering in verscheidene dimensies niet mogelijk, terwijl de generalisatie van successieve substitutie en van Newton(achtige) processen heel gemakkelijk is. We zijn vooral geïnteresseerd in Newton(achtige) processen. Laten er n funkties f 1 f n gegevens zijn van n onbekenden x 1 x n, waarvoor we een gemeenschappelijk nulpunt willen vinden. We noteren de funkties en de onbekenden als vektoren in IR n. Gegeven is dus een (open) gebied D IR n (b.v. een bol) waarop de funktie f : D IR gedefinieerd is. We nemen aan dat alle componenten van f continue (partiële) tweede afgeleiden hebben. Definieer f (de Jacobiaan) als de matrix van partiële afgeleiden van f, dan is er (volgens de Taylorontwikkeling) een konstante γ, zo dat ( f) ij := f i x j, (7.14) f(x) f(y) f(y)(x y) γ x y 2. (7.15)

5 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 76 Analoog aan het eendimensionale geval zal het Newton-Raphson proces, x n+1 = x n ( f(x n )) 1 f(x n ), (7.16) lokaal convergent zijn in een omgeving van een nulpunt a als de Jacobiaan f in dit punt inverteerbaar is: Stelling 5: Als f een nulpunt a heeft, als de Jacobiaan f(a) in dat punt inverteerbaar is en als alle partiële tweede afgeleiden continu zijn in een omgeving van a, dan is er een d > 0 zo dat het Newtonproces (7.16) convergeert naar a voor iedere startpunt x 0 met x 0 a d. Bewijs: Volledig analoog met het eendimensionale geval. Op dezelfde manier kan stelling 4 vertaald worden naar verscheidene dimensies en bewezen worden. Een iets sterkere variant ervan is de volgende stelling van Kantorowitz. Hierin gebruiken we voor de (open) bol met straal d om y IR n de volgende notatie: S(y, d) := {x IR n x y < d}. Stelling 6: (Newton-Kantorowitz) Laat f een continu differentieerbare afbeelding zijn van een open gebied D IR n naar IR n die voldoet aan de volgende eigenschappen (a) f(x) f(y) γ x y x,y D (b) ( f(x 0 )) 1 f(x 0 ) α voor zekere x 0 D (7.17) (c) ( f(x 0 )) 1 β met α, β en γ zo, dat h := αβγ 1 2 en dan heeft f een uniek nulpunt in S(x 0, ρ) D met ρ := 1 1 2h h α = 2α h, S(x 0, r) D met r := h α n en convergeert het Newtonproces, startend in x 0, naar dit nulpunt. (Geen bewijs). Hoewel deze stelling op zich een mooi resultaat is, is de verficatie van (2.4a) in het algemeen ondoenlijk en kijkt men gewoon of het proces in de praktijk convergeert. 7.f Een aangepaste (gedempte) Newtonmethode De Newtonmethode (7.16) convergeert lokaal, d.w.z. er is convergentie, als het startpunt voldoend dicht bij het gewenste nulpunt ligt. Starten we wat verder weg, dan kan de rij iteranden divergeren (of convergeren naar een andere limiet). Voorbeeld: De funktie arctan(x) heeft precies een nulpunt, x = 0. De Newtoniteratie luidt: Als voor het startpunt x 0 geldt x k+1 = x k (1 + x 2 k)arctan (x k ). (7.18) arctan(x 0 ) > 2 x x 2 0,

6 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 77 dan ligt de volgende iterand x 1 verder van x = 0 dan dit startpunt, x 1 = x 0 (1 + x 2 0) arctan (x 0 ) < x 0. Analoog geldt dan k : x k+1 > x k. Aangezien het proces (7.18) geen andere limiet kan hebben, moet de rij divergeren. Een belangrijke reden, waarom (3.1) divergeert voor te grote startwaarden x 0 is, dat de stap (1 + x 2 k )arctan(x k) weliswaar in de goede richting is, maar zijn doel voorbij schiet. Een kortere stap zou beter zijn: vervang (3.1) door x k+1 = x k λ k (1 + x 2 k) arctan (x k ) (7.19) en kies in iedere slag een dempingsfactor λ k [0, 1]. Als we λ k goed kiezen, zal de volgende iterand wel dichter bij het gezochte nulpunt komen. Als de iteranden eenmaal voldoend dichtbij zijn, wordt demping overbodig en kunnen we terugkeren naar het standaard (kwadratisch convergente) Newtonproces. Een gedempt n-dimensionaal Newtonproces zal dus luiden: kies startwaarde x 0 ; k := 0; repeat y k := f(x k ); D k := f(x k ); s k := Dk 1 y k kies dempingsparameter λ k (0, 1]; x k+1 := x k λ k s k until convergentie (7.20) Aangezien we x willen vinden zo, dat f(x) = 0, lijkt het criterium f(x k ) voldoend klein zeer geschikt, vooral als we de Euclidische norm nemen omdat ϕ(x k ) := f(x k ) 2 2 = n i=1 f 2 i (x k ) (7.21) twee keer continu differentieerbaar is als f het is. Bovendien heeft deze functie de volgende prettige eigenschap ten opzichte van de Newton-zoekrichting s k in (7.20): Stelling 7: Er is een λ k > 0 zodat de funktie monotoon dalend is voor alle t [0, λ k ). g(t) := ϕ(x k ts k ) (7.22) Bewijs: Het is voldoende te laten zien, dat g dalend is in t = 0, d.w.z. dat g (0) < 0. We vinden g (0) = = = d dt ϕ (x k ts k ) t=0 = d dt ( n n j=1 n j=1 i=1 f 2 i (x k ts k )) t = 0 ϕ (x k ) s k,j ( = s T k ϕ x j x = xk ) n 2 f i (x k ) f i (x k ) s k,j x j i=1 = 2 y T k D k s k = 2 y k 2 = 2g(0) (7.23) Het bepalen van een geschikte waarde van λ k heet lijnminimalisatie (line search). In het eendimensionale voorbeeld zien we dat het vinden van een minimaliserende λ k equivalent is met het oorspronkelijke nulpuntsprobleem. Het heeft dus geen zin om een exacte lijnminimalisatie te doen. Een eenvoudige strategie voor de keuze van λ k wordt gegeven door de volgende algoritme: λ k := 1; r := ϕ(x k ); while ϕ(x k λ k s k ) r do λ k := 1 2 λ k end (7.24)

7 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 78 We beginnen dus bij de waarde λ = 1 (echte Newtonstap) en we halveren λ (geen afrondfout) totdat we in een punt komen met een residu, dat kleiner is dan ϕ(x k ). Het is duidelijk, dat het zinvol is om met λ = 1 te beginnen, omdat dit op den duur (voor grote k) de optimale stapgrootte is. Als we echter nog ver van ons doel verwijderd zijn, kan dit betekenen dat we in iedere slag van het gedempte Newtonproces (7.20) vele malen moeten halveren en ϕ(x λs) berekenen bij iedere halvering. Dit werk kunnen we verminderen door in de k-de stap het zoeken naar een geschikte dempingsparameter niet aan te vangen met λ = 1, maar met tweemaal de demping van de vorige Newtonstap, tenzij dit groter dan 1 is: if k = 0 then λ 0 := 1 elsif λ k then λ k := 2λ k 1 else λ k := 1; end r := ϕ(x k ); while ϕ(x k λ k s k ) r do λ k := 1 2 λ k; end (7.25) Hierbij baseren we ons op de heuristiek dat de dempingsparameter in de k-de slag wel niet veel van die van de k 1-ste slag zal verschillen, terwijl anderzijds de waarde van de dempingsparameter terug kan keren tot de optimale λ = 1 als we dicht genoeg bij het nulpunt zijn. We kunnen in (7.24) en (7.25) beter gebruik maken van de informatie uit (7.23) over de afname van ϕ in de zoekrichting door niet slechts te eisen, dat ϕ(x k+1 ) < ϕ(x k ) = g(0), maar te eisen dat een fractie α van de haalbare afname ook gerealiseerd wordt, dus ϕ(x k+1 ) < g(0) + αλ k g (0) = g(0)(1 2αλ k ) met 0 < α < 1. (7.26) In de praktijk blijkt α = 0.1 een goede keuze. Als we g(1) = ϕ(x k s k ) berekend hebben maar de Newtonstap verworpen hebben omdat g(1) g(0)(1 2α), kunnen we echter een beter gebruik maken van de beschikbare gegevens. We kennen g(0), g (0) en g(1) en het ligt dan voor de hand om de functie g te benaderen met de parabool p(t) = g(0) 2tg(0) + t 2 (g(1) + g(0)), ( waarbij p (0) = g (0) = 2g(0) ), (7.27) welke in de genoemde punten met g overeenstemt; p is een kwadratisch model voor het verloop van ϕ langs de lijn x k ts k. Deze parabool p(t) heeft altijd een minimum omdat de coëfficiënt van t 2 positief is. Uit p (t) = 2g(0) + 2t(g(0) + g(1)) = 0 volgt, dat dit minimum wordt aangenomen in het punt g(0) t 0 := g(0) + g(1) 1 2(1 α). Als deze parabool een goed model is van g, zal de gevonden waarde van t 0 een goede schatting leveren van het minimum van g en dus een betere waarde voor de dempingsparameter geven dan 1 2. Als we inderdaad g(t 0 ) < g(0)(1 2αt 0 ) vinden, hebben we een geschikte demping gevonden en kunnen we overgaan naar de volgende Newtonstap. Anders herhalen we deze procedure door naar het polynoom p 1 te kijken, dat in t 0 met g overeenstemt, p 1 (t) := g(0) 2tg(0) + t2 t 2 0 (g(t 1 ) + (2t 0 1) g(0)). (7.28) Omdat g(t 0 ) g(0)(1 2αt 0 ), is de coëfficiënt van t 2 positief en heeft p 1 een minimum in t 1 := t 2 0 g(0) g(t 0 ) + (2t 0 1)g(0) t 0 2(1 α). Als g(t 1 ) < g(0)(1 2αt 1 ) accepteren we de gevonden demping en anders herhalen we de procedure opnieuw.

8 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 79 Voor de afleiding van deze algoritme hebben we aangenomen, dat p een goed model is voor g. Als echter g(1) g(0)) (of g(t 0 ) g(0)), kun je hieraan twijfelen. In dat geval is de gevonden waarde van t 0 veel kleiner dan 1 (resp. t 1 t 0 ). Het verdient dus aanbeveling om een drempel te leggen onder de te accepteren waarde van t 0 (resp. t 1 ), b.v. t 0 > 0.1 (resp. t 1 > 0.1 t 0 ). Zo vinden we de algoritme: ( ) g(0) t min := max g(0) + g(1), 0.1 ; while g(t min ) g(0)(1 2αt min ) do t 2 min t 1 := g(0) g(t min ) + (2t min 1) g(0) ; t min := max(t 1, 0.1 t min ) end ; λ k := t min (7.29) In deze algoritme wordt de staplengte steeds sterker verkleind dan bij de halveringsstrategie (7.24). Omdat hierbij rekening gehouden wordt met de reeds gevonden waarden, mogen we verwachten, dat een goede demping zo sneller gevonden wordt. 7.g De methode van de steilste helling (steepest descent) We beschouwen nu het probleem, een minimum te vinden van een functie ϕ(x) = ϕ(x 1,...,x n ) : IR n IR, aangenomen dat zo n minimum bestaat. De methode van Newton lost dit op door een nulpunt te bepalen van de gradient ϕ(x) = ( δϕ,..., δϕ ) T δx 1 δx n als funktie van x. Dit vereist kennis van de matrix van tweede afgeleiden van ϕ, de Hessiaan H ϕ := T ϕ. Vaak is deze Hessiaan echter niet of slechts zeer moeilijk uit te rekenen, zodat we met een differentiebenadering moeten volstaan. We kunnen echter ook methoden zoeken, die geen gebruik maakt van de Hessiaan of benaderingen ervan. We kunnen de funktie ϕ beschouwen als een berglandschap op een n-dimensionale aarde, waarin we moeten proberen het dal te vinden vanuit een zeker startpunt x 0. We willen naar beneden lopen en kiezen hiervoor een richting s. Door de helling in deze richting te bepalen, kunnen we zien welke kant naar beneden gaat. We hebben het idee, dat we door steeds maar naar beneden te lopen uiteindelijk wel in het dal (het minimum) zullen aankomen. Dit is echter alleen waar als ons pad niet op den duur parallel gaat lopen met een horizontale richting, dus als de hoek met alle horizontale richtingen groter dan een zekere positieve waarde blijft. Het snelst (d.w.z. via de korste weg) zijn we beneden, als we steeds de richting van de steilste helling blijven volgen (met infinitesimaal kleine stapjes!). Deze steilste helling wordt gegeven door de gradient ϕ van ϕ. De algoritme voor de gradient methode luidt dan: kies startpunt x 0 ; for k := 0, 1, 2, s k := ϕ(x k ); (bepaal de richting van de gradient) bepaal λ k zo dat ϕ(x k λ k s k ) ϕ(x k ts k ), t, x k+1 := x k λ k s k end (lijnminimalisatie) (7.30) Hierbij dalen we dus steeds een eindje af in de richting van de steilste helling en wel zover, dat we het minimum in die richting bereiken. Dit proces blijkt te convergeren naar een stationair punt

9 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 80 van ϕ (punt met ϕ = 0). Algemener zullen we bewijzen dat iedere afdaalrichting s k goed is, als de cosinus van de hoek tussen s k en de gradient ϕ(x k ) maar niet te klein wordt (d.w.z. als de hoek van de zoekrichting met een horizontale richting maar niet te klein wordt). Stelling 8: Op een open gebied D IR n is ϕ : D IR een continu differentieerbare funktie, die voldoet aan de eis ϕ(x) ϕ(y) 2 γ x y 2, x, y D. (7.31) Het punt x 0 D is het beginpunt van het iteratieve proces kies startpunt x 0 ; for k := 0, 1, 2, kies zoekrichting s k zo, dat voor zekere β > 0 geldt: (a) s T k ϕ(x k) β s k 2 ϕ(x k ) 2 ; kies stapgrootte λ k zo, dat (b) ϕ(x k λ k s k ) ϕ(x k ts k ), t met x k ts k D ; x k+1 := x k λ k s k end. (7.32) Als de verzameling K := {x D ϕ (x) ϕ(x 0 )} een compact deel van D is, dan heeft de rij {x k } minstens één verdichtingspunt z en is ieder verdichtingspunt een stationair punt van ϕ. Opmerkingen: Voorwaarde (7.32a) eist dat de cosinus van de hoek tussen de zoekrichting en de gradient niet te klein wordt; voorwaarde (7.32b) is de lijnminimalisatie die in iedere slag dient te worden uitgevoerd; eis (7.31) is niet nodig maar voor het bewijs wel gemakkelijk. In (7.32b) wordt een exacte lijnminimalisatie gevraagd. In de praktijk is dit niet efficiënten en doen we een inexacte lijnminimalisatie, waarbij we stoppen als een fractie van de haalbare vermindering van de objectfunctie bereikt is zoals in (7.26). Bewijs: De rij {x k } is bevat in de compacte deelverzameling K en heeft dus minstens één verdichtingspunt z; we behoeven dus slechts te bewijzen, dat een verdichtingspunt een stationair punt is. Bij definitie is de rij {ϕ(x k )} monotoon dalend; omdat ϕ continu is op een compacte verzameling K is de rij {ϕ(x k )} is naar beneden begrensd en dus convergent, d.w.z. lim k ϕ (x k ) = ϕ(z). Stel nu dat z géén stationair punt is, dan is er een α > 0 zodat ϕ(z) α > 0 en er is een bol S(z, r) met straal r rond z zodat ϕ(x) 1 α > 0 x S(z, r) (7.33) 2 We kunnen nu een stukje Taylorontwikkeling bekijken van ϕ langs de zoekrichting x k ts k. Hiervoor geldt wegens (7.31) als s k 2 = 1, zodat ϕ(x k ts k ) ϕ(x k ) + ts T k ϕ(x k ) 1 2 γ t2 Het rechterlid is minimaal als ϕ(x k ts k ) ϕ (x k ) ts T k ϕ(x k ) γ t2 t = t m := 1 γ st k ϕ(x k ) met minimum ϕ(x k ) 1 2γ (st k ϕ(x k )) 2.

10 7 STELSELS NIET-LINEAIRE VERGELIJKINGEN EN MINIMALISATIEPROBLEMEN 81 In het volgende punt moet ϕ kleiner zijn dan dit minimum, dus ϕ(x k+1 ) ϕ(x k ) 1 2γ (st k ϕ(x k )) 2 ϕ(x k ) β2 2γ ϕ(x k) 2 ϕ(x k ) α2 β 2 8γ op grond van (7.32a) op grond van (7.33). Aangezien er oneindig veel punten van de rij {x k } binnen S(z, r) liggen, volgt hieruit dat de rij {ϕ(x k )} niet kan convergeren, hetgeen strijdig is. Gevolg. Het gedempte Newtonproces (7.20) is convergent als λ k wordt gekozen door lijnminimalisatie; ga na dat de cosinus van de hoek tussen de zoekrichting en de gradient niet nul kan worden. Opmerking: Bij ongunstige keuze van het startpunt kan het aantal iteraties bij een gradientmethode sterk oplopen, zoals in fig. 16 geschetst is. Getekend zijn de hoogtelijnen (niveaulijnen) behorende bij de iteranden x n, x n+1, x n+2 en de zoekrichtingen voor minimalisatie van de funktie f(x, y) := x 2 + 9y 2 : 5 gradient algorithme voor x^2 + 9 y^2 ; startpunt x=9, y= Figure 16: Voorbeeld van de iteratiestappen van de gradiëntalgoritme toegepast op de funktie f(x, y) := x 2 + 9y 2 en startpunt (x 0, y 0 ) := (9, 1). Vanuit het startpunt wordt gezocht naar het minimum van f gezocht in de richting van de gradiënt, een lijn met helling 45 o. In het minimum doen we een volgende stap in een richting loodrecht op de vorige. Zo zullen er dus zeer veel kleine stapjes nodig zijn om bij het minimum te komen.

11 REFERENCES 112 References [1] M. Hestenes & E. Stiefel, Methods of conjugate gradients for solving linear systems, J. Research NBS, 49, pp , [2] C. Lanczos, An iteration method for the solution of the eigenvalue problem of linear differential and integral operators, J. Research NBS, 45, pp , [3] J.K. Reid, On the method of conjugate gradients for the solution of large sparse systems of linear equations, Proc. Conf. on Large Sparse Sets of Linear Equations, Academic Press, New York, [4] J.A. Meijerink and H.A. van der Vorst, An iterative solution method for linear systems of which the coefficient matrix is a symmetric M-matrix, Math.of Comp., 31, pp , [5] G.H. Golub & C.F. Van Loan, Matrix Computations, The Johns Hopkins University Press, Baltimore, Maryland, USA, 1 ste druk, 1983, 2 de druk, 1988, 3 de druk, [6] R. Bulirsch & J. Stoer, Introduction to Numerical Analysis, Springer Verlag, Berlin, (Ook verkrijgbaar in een goedkope duitstalige pocketeditie). [7] D. Kincaid & W. Cheney, Numerical Analysis, Brooks & Cole Publishing Company, Pacific Grove, California, USA, 1991; 2de druk, 1996.

2 Fourier analyse en de Fast Fourier Transform

2 Fourier analyse en de Fast Fourier Transform 2 FOURIER ANALYSE EN DE FAST FOURIER TRANSFORM 21 2 Fourier analyse en de Fast Fourier Transform Zij f een continue 2π-periodieke funktie op IR (eventueel met complexe waarden), dan kunnen we f ontwikkelen

Nadere informatie

Syllabus Numerieke Analyse I en II

Syllabus Numerieke Analyse I en II Syllabus Numerieke Analyse I en II P. de Groen Abstract Deze syllabus omvat hoofdstukken over een aantal onderwerpen die in de cursus behandeld worden: Afrondfouten, Fast Fourier Transformatie, interpolatie,

Nadere informatie

V.2 Limieten van functies

V.2 Limieten van functies V.2 Limieten van functies Beschouw een deelverzameling D R, een functie f: D R en zij c R. We willen het gedrag van f in de buurt van c bestuderen. De functiewaarde in c is daarvoor niet belangrijk, de

Nadere informatie

Examenvragen Hogere Wiskunde I

Examenvragen Hogere Wiskunde I 1 Examenvragen Hogere Wiskunde I Vraag 1. Zij a R willekeurig. Gegeven is dat voor alle r, s Q geldt dat a r+s = a r a s. Bewijs dat voor alle x, y R geldt dat a x+y = a x a y. Vraag 2. Gegeven 2 functies

Nadere informatie

Opgaven Functies en Reeksen. E.P. van den Ban

Opgaven Functies en Reeksen. E.P. van den Ban Opgaven Functies en Reeksen E.P. van den Ban c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Augustus 2014 1 Opgaven bij Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 Zij f : R n R partieel differentieerbaar naar iedere variabele

Nadere informatie

6 Geconjungeerde gradienten

6 Geconjungeerde gradienten 6 GECONJUNGEERDE GRADIENTEN 59 6 Geconjungeerde gradienten Laat A IR n n een symmetrische positief definiete matrix zijn, d.w.z. A T = A en er is een γ > 0 zodat x T Ax γ x T x voor alle x IR n, (6.1)

Nadere informatie

V.4 Eigenschappen van continue functies

V.4 Eigenschappen van continue functies V.4 Eigenschappen van continue functies We bestuderen een paar belangrijke stellingen over continue functies. Maxima en minima De stelling over continue functies die we in deze paragraaf bewijzen zegt

Nadere informatie

34 HOOFDSTUK 1. EERSTE ORDE DIFFERENTIAALVERGELIJKINGEN

34 HOOFDSTUK 1. EERSTE ORDE DIFFERENTIAALVERGELIJKINGEN 34 HOOFDSTUK 1. EERSTE ORDE DIFFERENTIAALVERGELIJKINGEN 1.11 Vraagstukken Vraagstuk 1.11.1 Beschouw het beginwaardeprobleem = 2x (y 1), y(0) = y 0. Los dit beginwaardeprobleem op voor y 0 R en maak een

Nadere informatie

Ter Leering ende Vermaeck

Ter Leering ende Vermaeck Ter Leering ende Vermaeck 15 december 2011 1 Caleidoscoop 1. Geef een relatie op Z die niet reflexief of symmetrisch is, maar wel transitief. 2. Geef een relatie op Z die niet symmetrisch is, maar wel

Nadere informatie

5 Totale kleinste kwadraten

5 Totale kleinste kwadraten 5 TOTALE KLEINSTE KWADRATEN 49 5 Totale kleinste kwadraten 5a Beste benadering in IR Als we de verzameling punten V := {, 2,, m } in IR hebben gegeven en we vragen welk punt z het dichtst bij al deze punten

Nadere informatie

1 Interpolatie en Approximatie

1 Interpolatie en Approximatie 1 INTERPOLATIE EN APPROXIMATIE 8 1 Interpolatie en Approximatie In dit hoofdstuk bespreken we methoden om een gegeven functie van een veranderlijke te benaderen met een (gemakkelijk berekenbare) functie

Nadere informatie

Opgaven Inleiding Analyse

Opgaven Inleiding Analyse Opgaven Inleiding Analyse E.P. van den Ban Limieten en continuïteit Opgave. (a) Bewijs direct uit de definitie van limiet dat lim y 0 y = 0. (b) Bewijs lim y 0 y 3 = 0 uit de definitie van limiet. (c)

Nadere informatie

Inleiding Analyse. Opgaven. E.P. van den Ban. c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Voorjaar 2003, herzien

Inleiding Analyse. Opgaven. E.P. van den Ban. c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Voorjaar 2003, herzien Inleiding Analyse Opgaven E.P. van den Ban c Mathematisch Instituut Universiteit Utrecht Voorjaar 2003, herzien 0 1 1 Limieten en continuïteit Opgave 1.1 (a) Bewijs direct uit de definitie van limiet dat

Nadere informatie

n=0 en ( f(y n ) ) ) n=0 equivalente rijen zijn.

n=0 en ( f(y n ) ) ) n=0 equivalente rijen zijn. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 8 juli 2011, 14.00 17.00 Het gebruik van een rekenmachine en/of telefoon is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek Analysis I. Geef

Nadere informatie

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1

(x x 1 ) + y 1. x x k+1 x k x k+1 Les Talor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen

Nadere informatie

Opgaven Inleiding Analyse

Opgaven Inleiding Analyse Opgaven Inleiding Analyse E.P. van den Ban Limieten en continuïteit Opgave. (a) Bewijs direct uit de definitie van iet dat y 0 y = 0. (b) Bewijs y 0 y 3 = 0 uit de definitie van iet. (c) Bewijs y 0 y 3

Nadere informatie

Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus 1 NWI-NP003B 4 januari 2013,

Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus 1 NWI-NP003B 4 januari 2013, Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus 1 NWI-NP003B 4 januari 013, 8.30 11.30 Het gebruik van een rekenmachine, telefoon en boek(en) is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en antwoorden.

Nadere informatie

Inleiding Analyse 2009

Inleiding Analyse 2009 Inleiding Analyse 2009 Inleveropgaven A). Stel f(, y) = In (0, 0) is f niet gedefinieerd. We bestuderen y2 2 + y 4. lim f(, y). (,y) (0,0) 1. Bepaal de waarde van f(, y) op een willekeurige rechte lijn

Nadere informatie

18.I.2010 Wiskundige Analyse I, theorie (= 60% van de punten)

18.I.2010 Wiskundige Analyse I, theorie (= 60% van de punten) 8.I.00 Wiskundige Analyse I, theorie 60% van de punten) Beantwoord elk van de vragen I,II,III en IV op één van de dubbele geruite bladen. Schrijf op elk van die dubbele geruite bladen, bovenaan de eerste

Nadere informatie

Overzicht Fourier-theorie

Overzicht Fourier-theorie B Overzicht Fourier-theorie In dit hoofdstuk geven we een overzicht van de belangrijkste resultaten van de Fourier-theorie. Dit kan als steun dienen ter voorbereiding op het tentamen. Fourier-reeksen van

Nadere informatie

extra sommen bij Numerieke lineaire algebra

extra sommen bij Numerieke lineaire algebra extra sommen bij Numerieke lineaire algebra 31 oktober 2012 1. Stel, we willen met een rekenapparaat (dat arithmetische bewerkingen uitvoert met een relatieve nauwkeurigheid ξ, ξ ξ) voor twee getallen

Nadere informatie

Examen Complexe Analyse (September 2008)

Examen Complexe Analyse (September 2008) Examen Complexe Analyse (September 2008) De examenvragen vind je op het einde van dit documentje. Omdat het hier over weinig studenten gaat, heb ik geen puntenverdeling meegegeven. Vraag. Je had eerst

Nadere informatie

Het oplossen van vergelijkingen Voor het benaderen van oplossingen van vergelijkingen van de vorm F(x)=0 bespreken we een aantal methoden:

Het oplossen van vergelijkingen Voor het benaderen van oplossingen van vergelijkingen van de vorm F(x)=0 bespreken we een aantal methoden: Hoofdstuk 4 Programmeren met de GR Toevoegen: een inleiding op het programmeren met de GR Hoofdstuk 5 - Numerieke methoden Numerieke wiskunde is een deelgebied van de wiskunde waarin algoritmes voor problemen

Nadere informatie

Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007)

Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007) Bespreking Examen Analyse 1 (Augustus 2007) Vooraf: Zoals het stilletjes aan een traditie is geworden, geef ik hier bedenkingen bij het examen van deze septemberzittijd. Ik zorg ervoor dat deze tekst op

Nadere informatie

Dit is in feite de ongelijkheid van Cauchy Schwarz voor het standaardinproduct in R s van de vectoren

Dit is in feite de ongelijkheid van Cauchy Schwarz voor het standaardinproduct in R s van de vectoren Dit is in feite de ongelijkheid van Cauchy Schwarz voor het standaardinproduct in R s van de vectoren a = (a 1,..., a s ) en b = (b 1,..., b s ). Toepassing van deze Cauchy Schwarz-ongelijkheid levert

Nadere informatie

168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN

168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 168 HOOFDSTUK 5. REEKSONTWIKKELINGEN 5.7 Vraagstukken Vraagstuk 5.7.1 Beschouw de differentiaalvergelijking d2 y d 2 = 2 y. (i) Schrijf y = a k k. Geef een recurrente betrekking voor de coëfficienten a

Nadere informatie

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 10 januari 2008

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 10 januari 2008 ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 007-008 ste semester 0 januari 008 Analyse I. Bewijs de stelling van Bolzano-Weierstrass: elke oneindige begrensde deelverzameling van R heeft minstens

Nadere informatie

(x x 1 ) + y 1. x x 1 x k x x x k 1

(x x 1 ) + y 1. x x 1 x k x x x k 1 Les Taylor reeksen We hebben in Wiskunde een aantal belangrijke reële functies gezien, bijvoorbeeld de exponentiële functie exp(x) of de trigonometrische functies sin(x) en cos(x) Toen hebben we wel eigenschappen

Nadere informatie

3 Opgaven bij Hoofdstuk 3

3 Opgaven bij Hoofdstuk 3 3 Opgaven bij Hoofdstuk 3 Opgave 3. Voor k beschouwen we de functie f k : x sin(x/k). Toon aan dat f k 0 uniform op [ R, R] voor iedere R > 0. Opgave 3.2 Zij V een verzameling. Een functie f : V C heet

Nadere informatie

Utrecht, 25 november Numerieke Wiskunde. Gerard Sleijpen Department of Mathematics.

Utrecht, 25 november Numerieke Wiskunde. Gerard Sleijpen Department of Mathematics. Utrecht, 25 november 2014 Numerieke Wiskunde Gerard Sleijpen Department of Mathematics http://www.staff.science.uu.nl/ sleij101/ [a, b] R, : [a, b] R Benader f door eenvoudige functies Voorbeelden eenvoudige

Nadere informatie

Convexe Analyse en Optimalisering

Convexe Analyse en Optimalisering Convexe Analyse en Optimalisering Bernd Heidergott Vrije Universiteit Amsterdam en Tinbergen Institute WEB: http://staff.feweb.vu.nl/bheidergott college conopt docent week 6 6 De Lagrange Methode 6.1 Interpretatie

Nadere informatie

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks

1. (a) Formuleer het Cauchy criterium voor de convergentie van een reeks Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 7 augustus 2015, 16:30 19:30 (20:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van het boek

Nadere informatie

Niet-standaard analyse (Engelse titel: Non-standard analysis)

Niet-standaard analyse (Engelse titel: Non-standard analysis) Technische Universiteit Delft Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Delft Institute of Applied Mathematics Niet-standaard analyse (Engelse titel: Non-standard analysis) Verslag ten behoeve

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN OVER REEKSEN

OEFENOPGAVEN OVER REEKSEN OEFENOPGAVEN OVER REEKSEN Opgave. Bereen n=0 ( 3 n + 6n 7 n ) (antwoord 0). Opgave. Ga voor de volgende reesen na of ze convergent of divergent zijn: a) (convergent); (ln ) b) c) d) e) f) g) h) 5 5 3 +

Nadere informatie

Modellen en Simulatie Recursies

Modellen en Simulatie Recursies Utrecht, 3 mei 3 Modellen en Simulatie Recursies Program Management voorbeeld (affien) Economisch voorbeeld (affien) Rupsen-wespen (niet lineair) Niet-lineaire modellen, evenwicht, stabiliteit Gerard Sleijpen

Nadere informatie

Z.O.Z. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 2016, 12:30 15:30 (16:30)

Z.O.Z. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 2016, 12:30 15:30 (16:30) Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Analyse 1 WP001B 16 juni 016, 1:30 15:30 (16:30) Het gebruik van een rekenmachine, telefoon of tablet is niet toegestaan. U mag geen gebruik maken van aantekeningen

Nadere informatie

Analyse I. 2. Formuleer en bewijs de formule van Taylor voor een functie f : R R. Stel de formules op voor de resttermen van Lagrange en Liouville.

Analyse I. 2. Formuleer en bewijs de formule van Taylor voor een functie f : R R. Stel de formules op voor de resttermen van Lagrange en Liouville. Academiejaar 006-007 1ste semester februari 007 Analyse I 1. Toon aan dat elke begrensde rij een convergente deelrij heeft. Geef de definitie van een Cauchy rij, en toon aan dat elke Cauchy rij begrensd

Nadere informatie

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen

Hoofdstuk 10: Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Hoofdstuk : Partiële differentiaalvergelijkingen en Fourierreeksen Partiële differentiaalvergelijkingen zijn vergelijkingen waarin een onbekende functie van twee of meer variabelen en z n partiële afgeleide(n)

Nadere informatie

1. (a) Gegeven z = 2 2i, w = 1 i 3. Bereken z w. (b) Bepaal alle complexe getallen z die voldoen aan z 3 8i = 0.

1. (a) Gegeven z = 2 2i, w = 1 i 3. Bereken z w. (b) Bepaal alle complexe getallen z die voldoen aan z 3 8i = 0. Radboud Universiteit Nijmegen Tentamen Calculus NWI-NP003B 4 november 04,.30 5.30 Het gebruik van een rekenmachine/gr, telefoon, boek, aantekeningen e.d. is niet toegestaan. Geef precieze argumenten en

Nadere informatie

Opgaven bij Numerieke Wiskunde I

Opgaven bij Numerieke Wiskunde I Opgaven bij Numerieke Wiskunde I 7 november 8 1. (a) Gegeven verschillende interpolatiepunten x, x 1, x [a, b], en getallen y, y 1, y, z 1, toon aan dat er hooguit 1 polynoom p P 3 is met p(x i ) = y i,

Nadere informatie

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle.

Doe de noodzakelijke berekeningen met de hand; gebruik Maple ter controle. De n-de term van de numerieke rij (t n ) (met n = 0,, 2,...) is het rekenkundig gemiddelde van zijn twee voorgangers. (a) Bepaal het Z-beeld F van deze numerieke rij en het bijhorende convergentiegebied.

Nadere informatie

More points, lines, and planes

More points, lines, and planes More points, lines, and planes Make your own pictures! 1. Lengtes en hoeken In het vorige college hebben we het inwendig product (inproduct) gedefinieerd. Aan de hand daarvan hebben we ook de norm (lengte)

Nadere informatie

3.2 Vectoren and matrices

3.2 Vectoren and matrices we c = 6 c 2 = 62966 c 3 = 32447966 c 4 = 72966 c 5 = 2632833 c 6 = 4947966 Sectie 32 VECTOREN AND MATRICES Maar het is a priori helemaal niet zeker dat het stelsel vergelijkingen dat opgelost moet worden,

Nadere informatie

Vectoranalyse voor TG

Vectoranalyse voor TG college 4 en raakvlakken collegejaar : 16-17 college : 4 build : 19 september 2016 slides : 30 Vandaag Snowdon Mountain Railway (Wales) 1 De richtingsafgeleide 2 aan een grafiek 3 Differentieerbaarheid

Nadere informatie

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of

Primitieve functie Als f : R --> R continu is op een interval, dan noemt men F : R --> R een primiteive functie of Enkelvoudige integralen Kernbegrippen Onbepaalde integralen Van onbepaalde naar bepaalde integraal Bepaalde integralen Integratiemethoden Standaardintegralen Integratie door splitsing Integratie door substitutie

Nadere informatie

Convexe Analyse en Optimalisering

Convexe Analyse en Optimalisering Convexe Analyse en Optimalisering Bernd Heidergott Vrije Universiteit Amsterdam and Tinbergen Institute WEB: http://staff.feweb.vu.nl/bheidergott.htm Overzicht Boek: Optimization: Insights and Applications,

Nadere informatie

Examen Complexe Analyse vrijdag 20 juni 2014, 14:00 18:00 uur Auditorium De Molen. Het examen bestaat uit 4 schriftelijke vragen.

Examen Complexe Analyse vrijdag 20 juni 2014, 14:00 18:00 uur Auditorium De Molen. Het examen bestaat uit 4 schriftelijke vragen. Examen Complexe Analyse vrijdag 0 juni 04, 4:00 8:00 uur Auditorium De Molen Naam: Studierichting: Het examen bestaat uit 4 schriftelijke vragen. Elke vraag telt even zwaar mee. Het boek Visual Complex

Nadere informatie

Wanneer zijn alle continue functies uniform continu?

Wanneer zijn alle continue functies uniform continu? Faculteit Wetenschappen Vakgroep Wiskunde Wanneer zijn alle continue functies uniform continu? Bachelor Project I Stijn Tóth Promotor: Prof. Eva Colebunders Academiejaar 2011-2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding

Nadere informatie

3 Rijen en reeksen van functies

3 Rijen en reeksen van functies 3 Rijen en reeksen van functies 3.1 Uniforme convergentie van een rij functies Met het oog op latere toepassingen op machtreeksen en Fourierreeksen werken we in het vervolg steeds met complexwaardige functies.

Nadere informatie

Syllabus Analyse II, 2-de kandidatuur Informatica

Syllabus Analyse II, 2-de kandidatuur Informatica Syllabus Analyse II, 2-de kandidatuur Informatica P. de Groen 0. Enige belangrijke feiten betreffende functies van één reële variabele. Laat f :]a, b[ IR een reële functie zijn op het open interval ]a,

Nadere informatie

Tussentoets Analyse 2. Natuur- en sterrenkunde.

Tussentoets Analyse 2. Natuur- en sterrenkunde. Tussentoets Analyse 2. Natuur- en sterrenkunde. Dinsdag 9 maart 2010, 9.00-11.00. Het gebruik van een rekenmachine is toegestaan. Motiveer elk antwoord dat je geeft d.m.v. een berekening of redenering.

Nadere informatie

Convexe functies op R (niet in het boek)

Convexe functies op R (niet in het boek) Convee uncties op R (niet in het boe Een unctie : R R heet conve, als voor alle, R en ele λ [0,] geldt dat (λ + (-λ λ( + (-λ(. Voor een unctie op R beteent dit dat als je twee willeeurige punten op de

Nadere informatie

Eigenschappen van de gradiënt

Eigenschappen van de gradiënt Eigenschappen van de gradiënt De functie f stijgt in (a, b) het snelst in de richting van f(a, b) en daalt het snelst in tegenovergestelde richting. April 19, 2007 6 Eigenschappen van de gradiënt De functie

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.6, maandag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 30 mei, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 33 Outline 1 2 Algemeenheden Gedrag op de rand Machtreeksen

Nadere informatie

EERSTE DEELTENTAMEN ANALYSE C

EERSTE DEELTENTAMEN ANALYSE C EERSTE DEELTENTAMEN ANALYSE C 0 november 990 9.30.30 uur Zet uw naam op elk blad dat u inlevert en uw naam en adres op de enveloppe. De verschillende onderdelen van de vraagstukken zijn zoveel als mogelijk

Nadere informatie

4 B-splines. 4.a Definities en elementaire eigenschappen 4 B-SPLINES 40

4 B-splines. 4.a Definities en elementaire eigenschappen 4 B-SPLINES 40 4 B-SPLINES 4 4 B-splines 4.a Definities en elementaire eigenschappen In plaats van de bereening van een spline-benadering via een loale-polynoomrepresentatie per deelinterval, unnen we oo een basis iezen

Nadere informatie

Tentamen Functies en Reeksen

Tentamen Functies en Reeksen Tentamen Functies en Reeksen 6 november 204, 3:30 6:30 uur Schrijf op ieder vel je naam en bovendien op het eerste vel je studentnummer, de naam van je practicumleider (Arjen Baarsma, KaYin Leung, Roy

Nadere informatie

Convexe Analyse en Optimalisering

Convexe Analyse en Optimalisering Convexe Analyse en Optimalisering Bernd Heidergott Vrije Universiteit Amsterdam en Tinbergen Institute WEB: http://staff.feweb.vu.nl/bheidergott Overzicht Literatuur Calculus, a complete course, Robert

Nadere informatie

. Maak zelf een ruwe schets van f met A = 2, ω = 6π en ϕ = π 6. De som van twee trigonometrische polynomen is weer een trigonometrisch polynoom

. Maak zelf een ruwe schets van f met A = 2, ω = 6π en ϕ = π 6. De som van twee trigonometrische polynomen is weer een trigonometrisch polynoom 8. Fouriertheorie Periodieke functies. Veel verschijnselen en processen hebben een periodiek karakter. Na een zekere tijd, de periode, komt hetzelfde patroon terug. Denk maar aan draaiende of heen en weer

Nadere informatie

Je mag Zorich deel I en II gebruiken, maar geen ander hulpmiddelen (zoals andere boeken, aantekeningen, rekenmachine etc.)!

Je mag Zorich deel I en II gebruiken, maar geen ander hulpmiddelen (zoals andere boeken, aantekeningen, rekenmachine etc.)! Tentamen Analyse II. Najaar 6 (.1.7) Toelicting: Je mag Zoric deel I en II gebruiken, maar geen ander ulpmiddelen (zoals andere boeken, aantekeningen, rekenmacine etc.)! Als je bekende stellingen gebruikt

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.6, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 2 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 38 Outline 1 Rekenregels 2 K. P. Hart TW2040: Complexe

Nadere informatie

Inhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen

Inhoud college 5 Basiswiskunde Taylorpolynomen Inhoud college 5 Basiswiskunde 4.10 Taylorpolynomen 2 Basiswiskunde_College_5.nb 4.10 Inleiding Gegeven is een functie f met punt a in domein D f. Gezocht een eenvoudige functie, die rond punt a op f lijkt

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Inleiding

Hoofdstuk 1: Inleiding Hoofdstuk 1: Inleiding 1.1. Richtingsvelden. Zie Stewart, 9.2. 1.2. Oplossingen van enkele differentiaalvergelijkingen. Zelf doorlezen. 1.3. Classificatie van differentiaalvergelijkingen. Differentiaalvergelijkingen

Nadere informatie

METRISCHE RUIMTEN EN CONTINUE AFBEELDINGEN aanvullend materiaal voor het college Analyse 1 Dr J. Hulshof (R.U.L.)

METRISCHE RUIMTEN EN CONTINUE AFBEELDINGEN aanvullend materiaal voor het college Analyse 1 Dr J. Hulshof (R.U.L.) METRISCHE RUIMTEN EN CONTINUE AFBEELDINGEN aanvullend materiaal voor het college Analyse 1 Dr J. Hulshof (R.U.L.) 1. Inleiding. In deze syllabus behandelen we een aantal fundamentele onderwerpen uit de

Nadere informatie

Definitie: Een functie f heeft een absoluut maximum f(x 0 ) in het punt. x 1 Domein(f) als voor alle x Domein(f) geldt:

Definitie: Een functie f heeft een absoluut maximum f(x 0 ) in het punt. x 1 Domein(f) als voor alle x Domein(f) geldt: Definitie: Een functie f heeft een absoluut maximum f(x 0 ) in het punt x 0 Domein(f) als voor alle x Domein(f) geldt: f(x) f(x 0 ). Een functie f heeft een absoluut minimum f(x 1 ) in het punt x 1 Domein(f)

Nadere informatie

Relevante vragen , eerste examenperiode

Relevante vragen , eerste examenperiode Relevante vragen 2006 2007, eerste examenperiode OEFENING y = x 2 2, y = x, z = x 2 + y 2, z = x + 6 omvatten, indien we ons tot het gedeelte binnen de parabolische cilinder beperken, twee verschillende

Nadere informatie

De parabool en de cirkel raken elkaar in de oorsprong; bepaal ook de coördinaten van de overige snijpunten A 1 en A 2.

De parabool en de cirkel raken elkaar in de oorsprong; bepaal ook de coördinaten van de overige snijpunten A 1 en A 2. BURGERLIJK INGENIEUR-ARCHITECT - 5 SEPTEMBER 2002 BLZ 1/10 1. We beschouwen de cirkel met vergelijking x 2 + y 2 2ry = 0 en de parabool met vergelijking y = ax 2. Hierbij zijn r en a parameters waarvoor

Nadere informatie

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor of Science Fysica en Wiskunde. vrijdag 3 februari 2012, 8:30 12:30

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor of Science Fysica en Wiskunde. vrijdag 3 februari 2012, 8:30 12:30 Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor of Science Fysica en Wiskunde vrijdag 3 februari 2012, 8:30 12:30 Naam: Geef uw antwoorden in volledige, goed lopende zinnen. Het examen bestaat uit 5 vragen.

Nadere informatie

maplev 2010/7/12 14:02 page 157 #159 Taylor-ontwikkelingen

maplev 2010/7/12 14:02 page 157 #159 Taylor-ontwikkelingen maplev 200/7/2 4:02 page 57 #59 Module 2 Taylor-ontwikkelingen Onderwerp Voorkennis Expressies Zie ook Taylor-ontwikkelingen van functies van éń of meer variabelen. Taylor-ontwikkelingen. taylor, convert(expressie,polynom),

Nadere informatie

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde. vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30. Auditorium L.00.07

Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde. vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30. Auditorium L.00.07 Examen G0U13 Bewijzen en Redeneren Bachelor 1ste fase Wiskunde vrijdag 31 januari 2014, 8:30 12:30 Auditorium L.00.07 Geef uw antwoorden in volledige, goed lopende zinnen. Het examen bestaat uit 5 vragen.

Nadere informatie

TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN

TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN Vakcode: 8D020. Datum: Vrijdag 26 maart 2004. Tijd: 14.00 17.00 uur. Plaats: MA 1.41 Lees dit vóórdat je begint! Maak iedere opgave op een apart vel. Schrijf

Nadere informatie

8. Differentiaal- en integraalrekening

8. Differentiaal- en integraalrekening Computeralgebra met Maxima 8. Differentiaal- en integraalrekening 8.1. Sommeren Voor de berekening van sommen kent Maxima de opdracht: sum (expr, index, laag, hoog) Hierbij is expr een Maxima-expressie,

Nadere informatie

TW2040: Complexe Functietheorie

TW2040: Complexe Functietheorie TW2040: Complexe Functietheorie week 4.10, donderdag K. P. Hart Faculteit EWI TU Delft Delft, 23 juni, 2016 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie 1 / 46 Outline 1 2 3 K. P. Hart TW2040: Complexe Functietheorie

Nadere informatie

Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft:

Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { De tweede vergelijking van de eerste aftrekken geeft: Determinanten Invoeren van het begrip determinant Bekijk nog een keer het stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden x en y: { a x + b y = c a 2 a 2 x + b 2 y = c 2 a Dit levert op: { a a 2 x

Nadere informatie

Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010

Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010 Complexe Analyse - Bespreking Examen Juni 2010 Hier volgt een bespreking van het examen van Complexe Analyse op 18 juni. De bedoeling is je de mogelijkheid te geven na te kijken wat je goed en wat je minder

Nadere informatie

Examen G0U13 - Bewijzen en Redeneren,

Examen G0U13 - Bewijzen en Redeneren, Examen G0U13 - Bewijzen en Redeneren, 2010-2011 bachelor in de Wisunde, bachelor in de Fysica, bachelor in de Economische Wetenschappen en bachelor in de Wijsbegeerte Vrijdag 4 februari 2011, 8u30 Naam:

Nadere informatie

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica

UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica UNIVERSITEIT TWENTE Faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica Uitwerking Proeftentamen 3 Functies van één veranderlijke (15126 De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd en overzichtelijk

Nadere informatie

TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN

TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN TENTAMEN WISKUNDIGE BEELDVERWERKINGSTECHNIEKEN Vakcode: 8D. Datum: Donderdag 8 juli 4. Tijd: 14. 17. uur. Plaats: MA 1.44/1.46 Lees dit vóórdat je begint! Maak iedere opgave op een apart vel. Schrijf je

Nadere informatie

Bijzondere kettingbreuken

Bijzondere kettingbreuken Hoofdstuk 15 Bijzondere kettingbreuken 15.1 Kwadratische getallen In het vorige hoofdstuk hebben we gezien dat 2 = 1, 2, 2, 2, 2, 2, 2,.... Men kan zich afvragen waarom we vanaf zeker moment alleen maar

Nadere informatie

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 12 januari 2010

Analyse I. 1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar ste semester 12 januari 2010 ste Bachelor Ingenieurswetenschappen Academiejaar 9- ste semester januari Analyse I. Formuleer en bewijs de formule van Leibniz voor de n-de afgeleide van het product van twee functies f en g.. Onderstel

Nadere informatie

Lineaire programmering

Lineaire programmering Lineaire programmering Hans Maassen kort naar Inleiding Besliskunde van J. Potters [Pot]. en Methods of Mathematical Economics van J. Franklin [Fra]. Lineaire programmering is het bepalen van het maximum

Nadere informatie

Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen

Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen Eerste orde partiële differentiaalvergelijkingen Vakgroep Differentiaalvergelijkingen 1995, 2001, 2002 1 Eerste orde golf-vergelijking De vergelijking au x + u t = 0, u = u(x, t), a ɛ IR (1.1) beschrijft

Nadere informatie

Schijnbaar gelijkbenige driehoeken

Schijnbaar gelijkbenige driehoeken Wiskunde & Onderwijs 8ste jaargang (01) Schijnbaar gelijkbenige driehoeken Jos De Schryver De buitenbissectorlengten van een driehoek We identificeren een hoek met zijn unieke radiaalmaat in ], ]. Met

Nadere informatie

TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER

TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER TRILLINGEN EN GOLVEN HANDOUT FOURIER Cursusjaar 2009 / 2010 2 Inhoudsopgave 1 FOURIERANALYSE 5 1.1 INLEIDING............................... 5 1.2 FOURIERREEKSEN.......................... 5 1.3 CONSEQUENTIES

Nadere informatie

Dynamica van de logistische afbeelding. chaos 08-09

Dynamica van de logistische afbeelding. chaos 08-09 Dynamica van de logistische afbeelding. chaos 08-09 Daniël Wedema January 12, 2009 1 inleiding In 1976 publiceerde May een artikel waarin hij liet zien dat hele simpele nietlineaire dynamische systemen

Nadere informatie

Het uitwendig product van twee vectoren

Het uitwendig product van twee vectoren Het uitwendig product van twee vectoren Als u, v R 3, u = u 1, u 2, u 3 en v = v 1, v 2, v 3 dan is het uitwendig product van u en v gelijk aan een vector in R 3 en wel u 2 v 3 u 3 v 2, u 3 v 1 u 1 v 3,

Nadere informatie

Hertentamen Topologie, Najaar 2009

Hertentamen Topologie, Najaar 2009 Hertentamen Topologie, Najaar 2009 Toelichting: 06.05.2010 Je mag geen hulpmiddelen (zoals aantekeningen, rekenmachine etc.) gebruiken, behalve het boek van Runde en het aanvullende dictaat. Als je stellingen

Nadere informatie

STEEDS BETERE BENADERING VOOR HET GETAL π

STEEDS BETERE BENADERING VOOR HET GETAL π STEEDS BETERE BENADERING VOOR HET GETAL KOEN DE NAEGHEL Samenvatting. We bespreken een oplossing voor de (veralgemeende) opgave Noot 4 uit Wiskunde & Onderwijs nr.139. Onze inspiratie halen we uit het

Nadere informatie

1 Eigenwaarden en eigenvectoren

1 Eigenwaarden en eigenvectoren Eigenwaarden en eigenvectoren Invoeren van de begrippen eigenwaarde en eigenvector DEFINITIE Een complex (of reëel getal λ heet een eigenwaarde van de n n matrix A als er een vector x is met Ax = λx Dan

Nadere informatie

Relevante examenvragen , eerste examenperiode

Relevante examenvragen , eerste examenperiode Relevante examenvragen 2007 2008, eerste examenperiode WAAR/VALS Zijn de volgende uitspraken waar of vals? Geef een korte argumentatie (bewijs) of een tegenvoorbeeld, eventueel aangevuld met een figuur.

Nadere informatie

dx; (ii) * Bewijs dat voor elke f, continu ondersteld in [0, a]: dx te berekenen.(oef cursus) Gegeven is de bepaalde integraal I n = π

dx; (ii) * Bewijs dat voor elke f, continu ondersteld in [0, a]: dx te berekenen.(oef cursus) Gegeven is de bepaalde integraal I n = π Analyse. (i) Bereken A = π sin d; +cos 2 (ii) * Bewijs dat voor elke f, continu ondersteld in [, a]: a f()d = a f(a )d (iii) Gebruik (i) en (ii) om de integraal J = π sin d te berekenen.(oef +cos 2 cursus)

Nadere informatie

Leeswijzer bij het college Functies en Reeksen

Leeswijzer bij het college Functies en Reeksen Leeswijzer bij het college Functies en Reeksen Erik van den Ban Najaar 2012 Introductie eze leeswijzer bij het dictaat Functies en Reeksen (versie augustus 2011) heeft als doel een gewijzigde opbouw van

Nadere informatie

2 Kromming van een geparametriseerde kromme in het vlak. Veronderstel dat een kromme in het vlak gegeven is door een parametervoorstelling

2 Kromming van een geparametriseerde kromme in het vlak. Veronderstel dat een kromme in het vlak gegeven is door een parametervoorstelling TU/e technische universiteit eindhoven Kromming Extra leerstof bij het vak Wiskunde voor Bouwkunde (DB00) 1 Inleiding De begrippen kromming en kromtestraal worden in het boek Calculus behandeld in hoofdstuk

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking Tentamen Calculus, 2DM10, maandag 22 januari 2007

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Uitwerking Tentamen Calculus, 2DM10, maandag 22 januari 2007 TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Uitwerking Tentamen Calculus, DM, maandag januari 7. (a) Gevraagd is het polynoom f() + f () (x ) + f (x ). Een eenvoudige rekenpartij

Nadere informatie

== Hertentamen Analyse 1 == Dinsdag 25 maart 2008, u

== Hertentamen Analyse 1 == Dinsdag 25 maart 2008, u == Hertentamen Analyse == Dinsdag 5 maart 8, 4-7u Schrijf op ieder vel je naam en studentnummer, de naam van de docent (S Hille, O van Gaans) en je studierichting Geef niet alleen antwoorden, leg elke

Nadere informatie

Oefeningentoets Differentiaalvergelijkingen, deel 1 dinsdag 6 november 2018 in lokaal 200M van 16:00 tot 18:00u

Oefeningentoets Differentiaalvergelijkingen, deel 1 dinsdag 6 november 2018 in lokaal 200M van 16:00 tot 18:00u Oefeningentoets Differentiaalvergelijkingen, deel 1 dinsdag 6 november 2018 in lokaal 200M 00.07 van 16:00 tot 18:00u Beste student, Deze oefeningentoets bevat twee oefeningen betreffende het tweede deel

Nadere informatie

1 Stelsels van niet-lineaire vergelijkingen

1 Stelsels van niet-lineaire vergelijkingen 1 Stelsels van niet-lineaire vergelijkingen In dit hoofdstuk bestuderen we afbeeldingen F gedefinieerd op een deelverzameling D C k F : D C n : z F (z). (1) Deze afbeeldingen zullen doorgaans geen lineaire

Nadere informatie

EXAMEN LINEAIRE ALGEBRA EN ANALYTISCHE MEETKUNDE I. 1. Theorie

EXAMEN LINEAIRE ALGEBRA EN ANALYTISCHE MEETKUNDE I. 1. Theorie EXAMEN LINEAIRE ALGEBRA EN ANALYTISCHE MEETKUNDE I MAANDAG 17 JANUARI 2011 1. Theorie Opgave 1. (a) In Voorbeelden 2.1.17 (7) wordt gesteld dat de maximale lineair onafhankelijke deelverzamelingen van

Nadere informatie

Paragraaf 2.1 Toenamediagram

Paragraaf 2.1 Toenamediagram Hoofdstuk 2 Veranderingen (H4 Wis B) Pagina 1 van 11 Paragraaf 2.1 Toenamediagram Les 1 Interval / Getallenlijn / x-notatie Interval Getallenlijn x-notatie -------------

Nadere informatie

Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen

Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen Uitwerkingen Tentamen Gewone Differentiaalvergelijkingen Maandag 4 januari 216, 1: - 13: uur 1. Beschouw voor t > de inhomogene singuliere tweede orde vergelijking, t 2 ẍ + 4tẋ + 2x = f(t, (1 waarin f

Nadere informatie