Stageboekje >> Kader Beroepsgerichte leerweg << Profiel Zorg & Welzijn. 27 juni t/m 7 juli 2016

Transcriptie

1 juni t/m 7 juli 2016 Stageboekje >> Kader Beroepsgerichte leerweg << Profiel Zorg & Welzijn Willem van Oranje College Perzikstraat KC Wijk en Aalburg

2 Inhoudsopgave stageboek Beoordeling Blz. 3 en 4 Opdracht 1: Urenlijst Blz. 5 Opdracht 2a: Stagegesprek Blz. 6 Opdracht 2b: Uitwerking stagegesprek Blz. 7 Opdracht 3: Doelen Blz. 8 Opdracht 4: Dagjournaal Blz. 9 en 10 Opdracht 5: Werk aan je doelen Blz. 11 Opdracht 6: Het stagebedrijf Blz. 12 Opdracht 7: Dagjournaal Blz. 13 en 14 Opdracht 8: Informatiefolder of poster Blz. 15 Opdracht 9: Eén beroepsgerichte opdracht Blz. 16 Opdracht 10: Dagjournaal Blz. 17 en 18 Opdracht 11: Keuzeopdracht Blz. 19 Opdracht 12: Werk aan je doelen Blz. 20 Opdracht 13: Beoordelingsformulier voor de stagebegeleider Blz. 21 en 22 Opdracht 14: Reflectieformulier voor de leerlingen Blz. 23 en 24 Opdracht 15: Klaar met je stage, wat nu? Blz. 25 Opdracht 16: Werk aan je verslag Blz. 26 2

3 Inleverplan/beoordeling stageboek Hieronder zie je de punten die in je stageverslag moeten zitten. Wat: Wat moet er in staan? Zit in je verslag? Voorblad o Je naam o Stagebedrijf o Stagedocent o Klas o Datum inlevering o Orginaliteit o Creativiteit Lay-out o Verzorgd o Inhoudsopgave incl. paginanummering o Duidelijke kopjes/titels o Ingebonden in mapje o Getypt ( verslagen ) Voorwoord o Vermelding van bedrijf o Argumentatie/ waarom je daar wilt stagelopen o Verwachtingen en voorbeelden o Kwaliteit o Minimaal 1/3 A4 Opdracht 1: Urenlijst o 72 uren Opdracht 2a: Stagegesprek Opdracht 2b: Uitwerking stagegesprek o Handtekening stagebegeleider o Verslagvorm o Alle vragen en antwoorden verwerkt o Kwaliteit antwoorden o Min. ½ A4 o Handtekening Opdracht 3: Doelen o 2 door jou gestelde doelen o Handtekening docent WVO Opdracht 4: Dagjournaal o Uitgebreid ingevuld o o Kwaliteit van de antwoorden Handtekening Opdracht 5: Werk aan je doelen o ½ A4 getypt, kwaliteit van antw. o Handtekening stagebegeleider Opdracht 6: Het stagebedrijf o ½ A4 getypt o o o Alle 11 vragen beantwoord In verslagvorm Kwaliteit Opdracht 7: Dagjournaal o Uitgebreid ingevuld o o Kwaliteit van antwoorden Handtekening Opdracht 8: Infofolder of poster o Bij poster 1 A4 / folder A4 gevouwen o Alle vragen en antwoorden Opdracht 9: Beroepsgerichte opdr. o 1 gekozen opdracht o Een verslag van minimaal 1 A4 Opdracht 10: Dagjournaal o Uitgebreid ingevuld o Handtekening 3

4 Opdracht 11: Keuze opdracht o Het doel waar je aan wilt werken. Een korte evaluatie van je o o stagebegeleider. Bewijs dat je het daadwerkelijk hebt uitgevoerd (handtekening van je stagebegeleider). Je maakt zelf een reflectieverslag; daar hoort in: Wat je hebt gedaan. Wat goed ging + uitleg waarom. Wat je de volgende keer anders/beter wilt doen, en waarom. Wat je er van hebt geleerd Opdracht 12: Werk aan je doelen o Alle vragen en antwoorden Opdracht 13: Beoordeling begeleider o Alle vragen ingevuld o Handtekening Opdracht 14: Reflectie o Alle vragen ingevuld o Handtekening docent WVO Opdracht 15: Klaar met stage o Zie blz. 24 Vervangende opdracht ( wanneer je niet aan 72 uur komt ) o o 1 opdracht voor 1 gemist dagdeel Verslag van min. 1 A4 Nawoord o Hoe heb je de stage ervaren? o Wat heb je geleerd? o Zijn je verwachtingen uitgekomen? o Ben je tevreden met het beoordelingsformulier? o Ervaringen en voorbeelden geven 4

5 Opdracht 1:Urenlijst Wanneer je tijdens deze 9 dagen stage, 8 uur per dag maakt, kom je aan de (verplichte) 72 stage-uren. Is het stagebedrijf een ochtend/middag/dag dicht, dan vraag je of je eerder kunt beginnen of langer door mag werken ( koopavond ). Je kunt er ook voor kiezen om voor elk dagdeel ( 4 uur /ochtend of middag ), een opdracht extra te maken uit het plastic hoesje achterin dit mapje. Mis je 8 uur ( 1 dag ) dan maak je 2 opdrachten Bij 1 ½ dag 3 opdrachten (neem contact op met school als je meer mist dan 1 ½ dag! ) Dag Uren Handtekening van je stagebegeleider dag 1 dag 2 dag 3 dag 4 dag 5 dag 6 dag 7 dag 8 dag 9 Totaal aantal: (72 uur verplicht) Mailadressen stagedocenten Willem van Oranje Zorg & Welzijn G.Koster-Jonkers@wvoranje.nl b.a.bakker@wvoranje.nl D.w.honcoop@wvoranje.nl SDV b.vancappellen@wvoranje.nl a.a.w.c.segeren@wvoranje.nl 5

6 Opdracht 2a: Stagegesprek Voordat je ergens gaat stagelopen, voer je eerst een sollicitatiegesprekje. Waar je aan moet denken of op moet letten, staat hieronder beschreven. Informatie van het bedrijf opzoeken. Voordat je op gesprek komt, moet je al wat informatie van het bedrijf weten, zodat je goed voorbereid naar het gesprek gaat, zoals: Wat doet of maakt het bedrijf? Wie is de directeur? Vaak krijg je een aantal algemene vragen, denk over deze vragen alvast na en beantwoord ze, zodat je weet wat je kunt antwoorden. Waarom wil je hier graag stage lopen? Waarom heb je gekozen voor dit beroep? Noteer hier vragen die je wilt stellen. Denk hierbij aan: Wat zijn mijn werktijden? Wat voor kleding moet ik aan? Wie wordt mijn begeleider? Welke taken mag ik uitvoeren? Wanneer heb ik pauze? Na het gesprek BEDANK je degene met wie je gesproken hebt. 6

7 Opdracht 2b: Uitwerking Stagegesprek Al je vragen, antwoorden en de afspraken die zijn gemaakt op blz. 2, werk je uit in een verslag van: minimaal ½ A4-tje dit verslag is getypt. dit verslag voeg je toe aan je stageverslag. Laat dit verslag ondertekenen door je stagebegeleider. 7

8 Opdracht 3: Doelen Deze snuffelstage is bedoeld om te kijken of dit beroep iets voor je is. Dit doe je door met doelen te werken. Bijvoorbeeld: Aan het einde van deze stage weet ik of ik met ouderen wil gaan werken. Schrijf hieronder jouw doelen voor je op stage gaat! Doel 1: Doel 2:! Deze laat je beoordelen voor je op stage gaat door je stagedocent van het Willem van Oranje Handtekening stagedocent WVO 8

9 Opdracht 4: Dagjournaal Werkzaamheden Welke werkzaamheden heb je vandaag uitgevoerd? ( Beschrijf ze uitgebreid! ) Ochtend: Middag: 1. Door wie ben jij vanochtend ontvangen? Welke functie heeft deze collega? 2. Wat heb je als eerste gedaan of te zien gekregen? 3. Welke taken moet je deze week gaan uitvoeren? 9

10 4. Hoe vond je de eerste stagedag? Leg uit waarom je bijv. iets (minder) leuk vond. Reactie stagebegeleider:. Handtekening stagebegeleider 10

11 Opdracht 5: Werk aan je doelen Bij opdracht 2, ( blz.8 ) heb je opgeschreven aan welke doelen je deze stage gaat werken. Nu je op stage bent, kun je echt kijken of dit beroep bij jou past. Schrijf een verslag van een ½ A4tje met daarin hoe je probeert te werken aan je doelen. Wat vind je leuk aan je stage en wat vind je minder leuk? Bijv. Wat doe je om erachter te komen of werken met ouderen iets is voor jou? Bijv. Wat doe je om erachter te komen of sporten met kinderen iets is voor jou? 11

12 Opdracht 6 : Het stagebedrijf Beantwoord de volgende vragen en werk ze uit in een verslag. Vraag aan je stagebegeleider of een andere collega of hij/zij je kan helpen, als je iets niet weet. 1. Wat zijn de gegevens van het bedrijf of instelling (naam, adres, telefoonnummer enz.)? 2. Wat is de grootte van het bedrijf (klein-of grootschalig)? 3. Welke werkzaamheden worden in het bedrijf/instelling uitgevoerd? 4. Zijn er verschillende afdelingen binnen het bedrijf/instelling? Zo ja, welke? Geef een korte uitleg van de verschillende afdelingen. 5. Wie is de doelgroep van het bedrijf/instelling (voor wie wordt er gewerkt)? 6. Welke werkzaamheden voer jij uit? Geef minimaal drie voorbeelden Deze vragen en antwoorden werk je uit op de computer en het verslag moet minimaal een half A4-tje zijn (Arial, lettertype 12) 12

13 Opdracht 7: Dagjournaal W Werkzaamheden Welke werkzaamheden heb je vandaag uitgevoerd? Ochtend: Middag: 1. Welke veiligheidsmaatregelen/voorschriften gelden er binnen het stagebedrijf? Noem minimaal drie voorbeelden Zijn er speciale kledingvoorschriften op het werk? Zo ja, welke? 13

14 3. Is er een evacuatieplan op het werk? Zo ja, waar kun is dit te vinden? Leg uit waarom een evacuatieplan belangrijk is. 4. Zijn er op het werk BHV-ers aanwezig? Zo ja, hoeveel? Leg uit wat de taken zijn van een BHV-er (ook als er geen BHV-ers binnen jouw stagebedrijf zijn.) Reactie stagebegeleider: Paraaf 14

15 Opdracht 8 : Informatiefolder of poster Je maakt een informatiefolder of poster over het beroep dat je tijdens je stage hebt uitgevoerd. Wanneer je een poster maakt, mag dit op A4 formaat. Daarin is het volgende te zien of vermeld. 1. Om welk beroep het gaat. 2. Welke taken erbij horen. 3. Welke eigenschappen/vaardigheden je moet bezitten. 4. Welke (mbo) opleiding je nodig hebt (naam, niveau, toelatingseisen). 5. Waarom jij jezelf wel of niet geschikt vindt voor dit werk. 6. Waarom je dit beroep aan anderen zou adviseren. Zorg voor een duidelijke en een aantrekkelijke/creatieve informatiefolder of poster, waarop op de achterkant je naam is vermeld. (Dit werkstuk voeg je in een hoesje toe aan je stageverslag). 15

16 Opdracht 9: Eén beroepsgerichte opdracht Deze opdrachten zitten achter in je stageboekje, in een plastic hoes. Hierop staan meerdere opdrachten, je kiest hieruit één opdracht. 16

17 Opdracht 10: Dagjournaal Werkzaamheden Welke werkzaamheden heb je vandaag uitgevoerd? Ochtend: Middag: Je hebt nu bijna een week stage gelopen en je weet nu beter welke taken er worden uitgevoerd. 1. Wat ging niet zo goed of vond je moeilijk deze week? Waarom? 2. Welke functies zijn er binnen het bedrijf? 17

18 3. Zijn er opleidingsmogelijkheden? Kun je die via het bedrijf volgen? Zo ja, welke opleiding(en) (noem de naam en het niveau.) 4. Welke kwaliteiten en eigenschappen moet je bezitten als je in dit bedrijf wilt werken? Leg uit waarom je bepaalde kwaliteiten/ eigenschappen moet hebben. Je moet drie eigenschappen of kwaliteiten benoemen Reactie stagebegeleider: Paraaf 18

19 Opdracht 11: Keuzeopdracht Kies uit de volgende opdrachten (A,B, C) één opdracht. Vermeld duidelijk welke opdracht jij maakt. A. Een extra beroepsgerichte opdracht. Deze opdrachten zitten achter in je stageboekje in een plastic hoes. Hierop staan meerdere opdrachten, je kiest hieruit één opdracht. B. Fotomateriaal Maak met behulp van folders, advertenties, foto s o.i.d. een collage of een reportage over het stagebedrijf. Doe dit op A4-formaat. Houd rekening met de privacy van mensen, bewoners of klanten. Eisen: A4-formaat.( Stop deze achter in stageboekje ) Foto s van alle/verschillende werkplekken in het bedrijf. Korte teksten met uitleg, bijv. welke werkzaamheden er worden uitgevoerd, enz. C. Eigen idee Verzin zelf een opdracht en werk die uit. Voorbeelden die we afgelopen jaren hebben gezien zijn: o Verzin een knutselopdracht voor de kinderen waar je mee werkt. o Interview een ouder, een kind of een oudere mevrouw / meneer. o Maak een productcollage van een product dat op dit moment helemaal in is (dit is alleen voor leerlingen die in een winkel gaan werken). Algemene eisen: Het doel waar je aan wilt werken. (bijvoorbeeld: Ik maak een knutselwerkje voor de kleuters van groep 1) Een korte evaluatie van je stagebegeleider. Bewijs dat je het daadwerkelijk hebt uitgevoerd (handtekening van je stagebegeleider). Je maakt zelf een reflectieverslag; daar hoort in: o Wat je hebt gedaan. o Wat goed ging + uitleg waarom. o Wat je de volgende keer anders/beter wilt doen, en waarom. o Wat je er van hebt geleerd 19

20 Opdracht 12: Werk aan je doelen Bij opdracht 2, ( blz.4 ) heb je opgeschreven aan welke doelen je deze stage gaat werken. Nu je op stage bent, kun je echt kijken of dit beroep bij jou past. 1. Is dit het beroep wat je later wil gaan uitvoeren? Leg je antwoord uit. 2. Welke beroep zou het meeste bij je passen in de toekomst (in het algemeen/ los van de stage)? Waarom juist dat beroep? 3. Welke opleiding heb je nodig voor het beroep wat je bij vraag 2 hebt genoemd? (Noem de naam van de opleiding, het niveau enz.) 4.Welke eigenschappen en kwaliteiten heb je voor dat beroep ( van vraag 2) nodig? Schrijf er drie op

21 Opdracht 13: Beoordelingsformulier voor de stagebegeleider Naam leerling: Naam stagebedrijf: Beoordeling is ingevuld door: Functie: Paraaf: Datum: Ook het stagebedrijf moet een beoordeling over jouw stage invullen. Deze beoordeling is voor jou belangrijk. Je kunt bekijken wat je goed hebt gedaan en aan welke punten je nog moet werken. Jouw stagebegeleider vult dit formulier in. Beoordelingspunten Onvold Matig Vold. Goed N.v.t Inzet en het werk De leerling toont interesse De leerling heeft plezier in het werk De leerling neemt initiatief, ziet werk De leerling heeft tempo in het werk De leerling is bereid om minder leuke klusjes aan te pakken Verantwoordelijkheid van de leerling De leerling komt elke dag op tijd De leerling werkt volgens afspraken van het bedrijf De leerling plant en organiseert eigen taken De leerling maakt taken af De leerling controleert zijn eigen werk De leerling werkt veilig / hygiënisch Houding van de leerling De leerling is gemotiveerd De leerling kan goed samenwerken De leerling is flexibel De leerling is vriendelijk naar collega/klant De leerling accepteert leiding De leerling geeft zijn mening De leerling heeft een correct taalgebruik Het leren van de leerling De leerling begrijpt dingen snel De leerling luistert naar instructies en handelt ernaar De leerling accepteert kritiek en past zich aan De leerling is leergierig en stelt vragen De leerling kan het geleerde van school toepassen 21

22 Kenmerkend voor de leerling. (meerdere antwoorden mogelijk) Creatief Nauwkeurig Verzorgde kleding en uiterlijk Collegiaal Zelfvertrouwen Een harde werker Gemotiveerd Ongemotiveerd Slordig Te traag Afwachten Anders, namelijk: Positief aan de leerling is Verbeterpunten voor de leerling zijn Samenvattende beoordeling: Met betrekking tot de verwachtingen beoordelen we de houding en werkzaamheden van de leerling als: (doorhalen wat niet van toepassing is.) Voldaan / Niet voldaan Conclusies, opmerkingen of tips voor de leerling of voor de school 22

23 Opdracht 14: Reflectieformulier voor de leerlingen Vul op het evaluatieformulier in wat volgens jou op jezelf van toepassing is. Kruis het hokje aan dat van toepassing is. Op de lijntjes kun je zelf een antwoord invullen. 1. Het werk dat me werd opgedragen deed ik: goed redelijk goed niet zo goed Bij het uitvoeren van de taken/werkzaamheden: werkte ik redelijk zelfstandig had ik veel leiding/begeleiding nodig kon ik het opgedragen werk niet aan Het werk deed ik: met veel plezier met plezier met weinig plezier Het werk deed ik: vlug in normaal tempo langzaam Het werk deed ik: keurig netjes netjes slordig Ik vind dat ik: veel initiatief getoond heb soms wel initiatief getoond heb weinig initiatief getoond heb... (initiatief = zelf iets ondernemen, bedenken, ideeën naar voren brengen) 7. Op mijn leerbedrijf was ik: altijd keurig op tijd soms te laat altijd te laat... 23

24 8. Tijdens de stageperiode verzuimde ik: nooit... keer 9. Ik zag er iedere dag: keurig netjes uit soms wat slordig uit Tijdens de stageperiode was mijn samenwerking met collega's: goed redelijk goed soms niet goed De opdrachten (vanuit het stageboekje) die ik moest uitvoeren vond ik: leerzaam, ik leer zo meer van het bedrijf/instelling. soms niet zo leerzaam. niet leerzaam De begeleiding vond ik: goed soms niet voldoende onvoldoende Ik was erg goed in: Ik moet nog meer oefenen in de volgende vaardigheden: Paraaf docent WVO 24

25 Opdracht 15: Je bent klaar met de stage, wat nu? Je bent nu klaar met de stage, alleen er moeten nog wel wat zaken geregeld en gedaan worden: 1) Eindgesprek met je stagebegeleider: Laat op de laatste stagedag je begeleider het beoordelingsformulier invullen en ondertekenen. Dit formulier staat op blz. 17 en 18. Je moet het formulier inleveren bij je stageverslag, anders telt de stage niet mee. 2) Reflectieformulier invullen. Op blz. 22 en 23 staat een reflectieformulier, vul dit helemaal in. Het reflectieformulier neem je ook mee naar de terugkomdag, je bespreekt dit met de docent. 3) Opdrachten afmaken. In de beoordelingstabel kun je de eisen zien waar je opdrachten aan moeten voldoen. 4) Op de terugkomdag op school neem je je stageboekje mee, inclusief de beoordeling. Je levert op de terugkomdag je hele stageboekje in, inclusief alle opdrachten! De docent spreekt tijdens het stagebezoek af, hoe laat je op school moet komen voor de terugkomdag. 5) Het stageboekje in orde maken voor inlevering bij de docent. 6) Inleveren van het stageverslag Je hele stageverslag lever je in op de terugkomdag vrijdag 8 juli Wanneer blijkt dat het stageverslag niet (helemaal) af is, blijf je op school om het stageverslag helemaal in orde te maken. 25

26 Opdracht 16 : Werk je verslag uit Maak een voorkant voor je verslag, met daarop D. Naam van jezelf E. Naam van het stagebedrijf F. Naam van je stagedocent van het Willem van Oranje College G. Je klas H. Datum van inlevering. I. Maak er een mooie voorkant van met plaatjes e.d. Wees creatief en origineel! Typ een voorwoord (min. 1/3 A4 ): Bij welk bedrijf je stage gaat lopen. Waarom je daar wilt gaan stagelopen. Wat je verwachtingen zijn van de stage. Probeer dit zo duidelijk mogelijk te doen en geef voorbeelden. Maak een Inhoudsopgave Benoem in de juiste volgorde wat er in je stageverslag staat vermeld. De paginanummering voeg je aan het eind in de inhoudsopgave toe. Typ een nawoord, (min. 1/4 A4 ) daarin vermeld je: Hoe je de gelopen stage vond. Wat je hebt geleerd. Of je verwachtingen zijn uitgekomen. Of je tevreden bent met het beoordelingsformulier. Ervaringen en voorbeelden Layout Bind alles netjes in een mapje. Voorkant Voorwoord Inhoudsopgave incl. paginanummering. Verslag stagegesprek Dagjournaals (zo toevoegen) Doelverslagen Andere Stageopdrachten Urenlijst (zo toevoegen) Beoordelingsformulier (zo toevoegen) Reflectieformulier (zo toevoegen) 26