Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden"

Transcriptie

1 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden BESTEMMINGSPLAN Datum: Fase: Planid: vastgesteld NL.IMRO.1735.BGxHoltkampsw6-VS10

2

3 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden

4 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Inhoudsopgave Toelichting 2 3 Hoofdstuk Inleiding Aanleiding Ligging van het plangebied De bij het plan behorende stukken Huidig planologisch regiem Leeswijzer Hoofdstuk Huidige situatie en planbeschrijving Het plangebied en omgeving Planbeschrijving Hoofdstuk Beleidskader Rijksbeleid Provinciaal beleid Gemeentelijk beleid Hoofdstuk Milieu-aspecten Geluid Bodem Luchtkwaliteit Externe veiligheid Milieuzonering Geur Ecologie Archeologie & Cultuurhistorie Besluit milieueffectrapportage Hoofdstuk Wateraspecten Vigerend beleid Waterparagraaf Hoofdstuk Juridische planopzet Inleiding Opzet van de regels Verantwoording van de regels Hoofdstuk 7 Economische uitvoerbaarheid 47 Hoofdstuk Inspraak en vooroverleg Vooroverleg Inspraak vastgesteld

5 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Toelichting vastgesteld 3

6 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk Inleiding Aanleiding In het buitengebied van de gemeente Hof van Twente, aan de Holtkampsweg 6 te Ambt Delden, bevindt zich een voormalig agrarisch erf met een woonboerderij, een karakteristieke schuur, kapschuur en een vervallen kippenschuur. De bebouwing op het erf wordt niet meer gebruikt ten behoeve van agrarische doeleinden. Om de karakteristieke bebouwing in stand te houden, is gezocht naar een passende vervolgfunctie om verdere verpaupering te voorkomen. De karakteristieke schuur wordt daarom verbouwd en in gebruik genomen als woning. Dit wordt mogelijk gemaakt op basis van het Vab-beleid. In het principebesluit van 26 mei 2015 heeft de gemeente Hof van Twente aangegeven in principe medewerking te willen verlenen. Concreet betreft voorliggende ontwikkeling: Het verbouwen van de karakteristieke schuur tot woning en het in gebruik nemen van de kapschuur als bijgebouw bij deze woning; Het nieuwbouwen van een bijgebouw (100 m2) bij de bestaande woning Holtkampsweg 6; Het slopen van de vervallen kippenschuur van beperkte omvang; Opruimen en opschonen van het erf zodat wordt bijgedragen aan de karakteristiek van het erf; Het landschappelijk inpassen van het erf en leveren van aanvullende kwaliteitsimpulsen door de aanleg van 0,5 hectare bos, een houtwal ter grootte van 500 m2 en aanplant van 5 stuks inlandse eiken. Voorgenomen initiatief is niet in overeenstemming met het geldende bestemmingsplan, derhalve is een bestemmingsplanherziening noodzakelijk om de gewenste ontwikkeling mogelijk te maken. Voorliggend bestemmingsplan voorziet in een herziening van het bestemmingsplan ten behoeve van bovengenoemde ontwikkeling. Daarbij wordt aangetoond dat het gewenste plan vanuit ruimtelijk en planologisch oogpunt verantwoord is en in overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening. 1.2 Ligging van het plangebied Het plangebied is gelegen aan de Holtkampsweg 6 in het buitengebied van Ambt Delden. In afbeelding 1.1 is de ligging van het plangebied weergegeven ten opzichte van de kern Delden en de directe omgeving. Afbeelding 1.1: Ligging van het plangebied in het buitengebied van de gemeente Hof van Twente (Bron: ArcGis) 4 vastgesteld

7 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden 1.3 De bij het plan behorende stukken Het bestemmingsplan "Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden" bestaat uit de volgende stukken: verbeelding (tek.nr. NL.IMRO.1735.BGxHoltkampsw6-VS10) en een renvooi; regels (met bijbehorende bijlage); toelichting (met bijbehorende bijlagen). Op de verbeelding is de bestemming binnen het plangebied aangegeven. In de regels zijn bepalingen opgenomen om de uitgangspunten van het plan zeker te stellen. Het plan gaat vergezeld van een toelichting. De toelichting geeft een duidelijk beeld van het bestemmingsplan en is een verplicht onderdeel van het bestemmingsplan. De toelichting is niet juridisch bindend. 1.4 Huidig planologisch regiem Het plangebied is gelegen binnen de begrenzing van het bestemmingsplan "Buitengebied Hof van Twente". Dit bestemmingsplan is op 16 december 2014 vastgesteld door de gemeenteraad van Hof van Twente. In afbeelding 1.2 is een uitsnede van de verbeelding van het geldend bestemmingsplan weergegeven met daarin met de rode contour globaal de ligging van het plangebied aangegeven. Voor de exacte begrenzing wordt verwezen naar de verbeelding. Afbeelding 1.2: Uitsnede verbeelding geldend bestemmingsplan "Buitengebied Hof van Twente" (Bron: Ruimtelijke plannen) vastgesteld 5

8 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Beschrijving bestemmingen De gronden in het plangebied zijn bestemd als 'Wonen'. Gronden met deze bestemming zijn onder meer bestemd voor maximaal één woning per bestemmingsvlak, aan huis verbonden beroepen en ontsluitingsvoorzieningen met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, groenvoorzieningen, voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, tuinen en erven. In de algemene gebruiksregels van het plan wordt onder gebruik in strijd met alle bestemmingen onder andere verstaan het (zelfstandig) bewonen van vrijstaande gebouwen, niet zijnde woningen. Het plangebied kent tevens de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologische verwachting 2' en 'Waarde - Archeologische verwachting 3'. Gronden met deze dubbelbestemming zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden. Op of in deze gronden mogen zonder archeologisch onderzoek geen bouwwerken worden gebouwd, waarbij de bodem dieper dan 0,40 m vanaf maaiveld verstoord wordt of het nieuw te bebouwen oppervlak groter is dan m2 (ter plaatse van de bestemming 'Waarde - Archeologische verwachting 2') of 10 hectare (ter plaatse van de bestemming 'Waarde - Archeologische verwachting 3'). Tot slot kent het plangebied de gebiedsaanduidingen 'reconstructiewetzone verwervingsgebied', 'vrijwaringszone - radar' en 'luchtvaartverkeerzone'. De gebiedsaanduiding 'reconstructiewetzone - verwevingsgebied' geeft aan dat de Reconstructiewet van toepassing is en dat op de aangewezen locatie sprake is van een verwevingsgebied. In het verwevingsgebied worden veel functies naast elkaar en in combinatie mogelijk gemaakt en gehandhaafd. Gronden met de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - radar' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor een radarverstoringsgebied. In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemmingen mag niet hoger worden gebouwd dan 45 meter. Gronden ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerzone' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en instandhouding van de luchtvaartverkeerzone. In afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemmingen mogen geen bouwwerken met een bouwhoogte hoger dan 40 meter worden gebouwd Strijdigheid Binnen het bestemmingsvlak 'Wonen' is slechts één woning toegestaan. Voorliggend plan voorziet in het verbouwen en in gebruik nemen van de karakteristieke schuur als tweede woning en is daarmee niet in overeenstemming met het geldende bestemmingsplan. Derhalve is een bestemmingsplanherziening noodzakelijk om de gewenste ontwikkeling mogelijk te maken. 1.5 Leeswijzer Na deze inleiding wordt in hoofdstuk 2 een beschrijving gegeven van de huidige situatie en de gewenste ontwikkeling. In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op het beleidskader. Hierin wordt het beleid van het Rijk, provincie Overijssel en de gemeente Hof van Twente beschreven. In hoofdstuk 4 passeren alle relevante milieuthema's de revue. Hoofdstuk 5 gaat in op de wateraspecten. In de hoofdstukken 6 en 7 wordt respectievelijk ingegaan op de juridische planopzet en de economische uitvoerbaarheid van het plan. Tot slot gaat hoofdstuk 8 in op inspraak en vooroverleg. 6 vastgesteld

9 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk Huidige situatie en planbeschrijving Het plangebied en omgeving Het plangebied bevindt zich aan de Holtkampsweg 6 te Ambt Delden, in het buitengebied van de gemeente Hof van Twente. Het plangebied bevindt zich op de overgang van het kleinschalige landbouwgebied op de dekzanden ten noorden van Deldenerbroek. De functionele structuur van de omgeving bestaat voornamelijk uit agrarische cultuurgronden, bospercelen en enkele verspreid liggende agrarische bedrijven en woonerven. Belangrijke ruimtelijke structuurdragers in de omgeving zijn de ten noorden gelegen Rijksweg A1 en het ten westen gelegen Twenthekanaal. Daarnaast wordt het landschap gekenmerkt door de verspreid liggende bosjes. Het plangebied wordt aan de westzijde begrensd door de Holtkampsweg en voor de overige zijden door agrarische cultuurgrond. Het perceel heeft een groene uitstraling doordat er veel beplanting aanwezig is. Dit is duidelijk zichtbaar op de luchtfoto zoals opgenomen in afbeelding 2.1, hierin is eveneens globaal de ligging van het plangebied weergegeven ten opzichte van de omgeving. Af beelding 2.1: Luchtf oto plangebied en de directe omgev ing (Bron: Prov incie Ov erijssel) De bebouwing in het plangebied bestaat uit een woonboerderij, een karakteristieke schuur (voormalige veestalling), een kapschuur en een vervallen kippenschuur van beperkte omvang. De woonboerderij dateert van circa 1925 en is goed onderhouden. De overige bebouwing dateert van circa Het erf, met de hoge bomen rondom, vormt een compact ensemble. De voormalige veestalling is een groot volume en betreft een uit baksteen opgetrokken schuur met houten topgevels. Het dak is gedekt met oudhollandse dakpannen. In afbeelding 2.2 zijn enkele foto's van de betreffende karakteristiek schuur (voormalige veestalling) weergegeven. vastgesteld 7

10 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Af beelding 2.2: Foto's karakteristieke schuur (v oormalige v eestalling) (Bron: Gbouwtek) De kapschuur is gelegen aan de noordrand van het erf en omgeven door bomen. De kapschuur betreft een houten gebouw, bestaande uit eiken bintwerk met een gordingen kap. In afbeelding 2.3 zijn enkele foto's van de betreffende kapschuur weergegeven. Af beelding 2.3: Foto's kapschuur (Bron: Gbouwtek) 8 vastgesteld

11 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Planbeschrijving Ontwikkeling De terugloop in de landbouw maakt het voor de leefbaarheid en de economische vitaliteit van het landelijk gebied wenselijk dat vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen (Vab) worden hergebruikt ten behoeve van andere, niet agrarische, functies. Het hoofddoel van VAB is sociaal-economisch van aard. Hergebruik kan een bijdrage leveren aan versterking van de vitaliteit van het landelijk gebied, het behouden van de sociale structuren, het realiseren van nieuwe economische dragers in het landelijk gebied en het benutten van de resterende economische waarde van vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen voor andere functies. Door hergebruik kan de omgevingskwaliteit worden verbeterd en karakteristieke bebouwing behouden blijven. Belangrijk is dat er een evenredige investering in de ruimtelijke kwaliteit plaatsvindt. De ervenconsulent van Het Oversticht heeft in opdracht van de gemeente onderzoek verricht naar de karakteristieke waarde van de schuur op het erf. Uit het advies blijkt dat het erf een opknapbeurt verdient. Na restauratie van de kapschuur is gebruik als garage en berging goed mogelijk. De voormalige veestalling is een groot volume waarin een woning kan worden ondergebracht mits zorgvuldig met de karakteristieken van het gebouw wordt omgegaan. Voor het volledige advies van de ervenconsulent wordt verwezen naar Bijlage 1 van deze toelichting. Voorliggende ontwikkeling zorgt voor een versterking van de ruimtelijke kwaliteit. Middels toepassing van de Vab-regeling wordt voorzien in het behoud van de karakteristieke schuur door deze inpandig te verbouwen tot woning. Daarbij wordt de bestaande kapschuur in gebruik genomen als bijgebouw bij deze woning. Ten behoeve van de bestaande woonboerderij wordt een nieuw bijgebouw gerealiseerd. Het voormalig boerenerf wordt opgeschoond door de vervallen kippenschuur van beperkte omvang en buitenopslag te verwijderen. Het gehele erf wordt landschappelijk ingepast en er wordt extra geïnvesteerd in landschapsmaatregelen Erfensemble Binnen de begrenzing van het plangebied bevindt zich een woonboerderij, een karakteristieke schuur, een kapschuur en een vervallen kippenschuur. Middels toepassing van de Vab-regeling voorziet voorliggende ontwikkeling in het behoud van de karakteristieke schuur door deze inpandig te verbouwen tot woning. De te verbouwen veestalling is van voldoende omvang om als woning in gebruik te worden genomen. De bestaande kapschuur zal worden opgeknapt en dienst gaan doen als bijgebouw bij deze woning. Bij de woonboerderij zal een nieuw bijgebouw worden gerealiseerd. Op het erf zijn in de nieuwe situatie vier gebouwen aanwezig. Een weergave van de nieuwe situatie is weergegeven op afbeelding 2.4, waarin de gebouwen zijn genummerd. 1. Bestaande Twentse woonboerderij. 2. Nieuw te bouwen bijgebouw (100m2) bij de bestaande woonboerderij. 3. Te verbouwen karakteristieke schuur tot een woning. 4. Op te knappen kapschuur (100 m2), te gebruiken als bijgebouw voor de woning aangegeven met nummer 3. Door toevoeging van de nieuwe woning is op het toekomstige erf sprake van een tweetal wooneenheden (met bijgebouwen) die op het erf zijn gesitueerd zoals weergegeven hieronder. De bebouwing zal op een landschappelijk verantwoorde wijze worden ingepast. Dit wordt in paragraaf nader toegelicht. vastgesteld 9

12 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Af beelding 2.4: Weergav e erf ensemble nieuwe situatie (Bron: H. ten Hav e) Erf- en landschapsinrichting Belangrijk uitgangspunt voor de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling is landschappelijke inpassing en verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. Om daarin te voorzien worden zowel investeringen gedaan op het erf als in de omgeving. De investeringen op het erf hebben tot doel de situatie op het erf en de uitstraling te verbeteren. Deze investeringen voorzien op het erf in onderhoud van de streekeigen erfstructuur en -inrichting, daarnaast wordt het erf opgeschoond door de vervallen kippenschuur en de buitenopslag van machines en gereedschappen te verwijderen. Om de overgang naar het landschap te versterken worden daarnaast investeringen gedaan in de omgeving. Deze investeringen voorzien in de aanplant van een houtwal van 500 m2, een erfbosje van 0,5 hectare en vijf stuks inlandse eiken. In afbeelding 2.5 is een uitsnede van het Erf- en landschapsplan opgenomen. Voor een volledig overzicht van de landschappelijke investering en de beplantingssoorten wordt verwezen naar het Erf- en landschapsplan zoals bijgevoegd in Bijlage 1 van de regels. Af beelding 2.5: Uitsnede Erf - en landschapsplan (Bron: H. ten Hav e) 10 vastgesteld

13 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Verkeer en parkeren Bij het opstellen van bestemmingsplannen moet rekening worden gehouden met de parkeerbehoefte en de verkeersgeneratie die ontstaat door een nieuwe ontwikkeling. Dit plan voorziet enkel in de toevoeging van één extra woning op het betreffende erf. Het erf blijft ontsloten op de Holtkampsweg en op het erf is voldoende ruimte om te voorzien in extra parkeergelegenheid ten behoeve van de extra woning. Het voornemen zorgt niet voor een onevenredige toename van het aantal verkeersbewegingen, die de capaciteit van de omliggende wegen en de verkeersveiligheid op onevenredige wijze aantasten. Gelet op het vorenstaande wordt geconcludeerd dat er vanuit verkeerskundig oogpunt geen bezwaren zijn tegen de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling. vastgesteld 11

14 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk 3 Beleidskader Dit hoofdstuk beschrijft, voor zover van belang, het rijks-, provinciaal- en gemeentelijk beleid. Naast de belangrijkste algemene uitgangspunten worden de specifieke voor dit plangebied geldende uitgangspunten weergegeven. Het beleid is in dit bestemmingsplan afgewogen en doorvertaald op de verbeelding en in de regels Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte Algemeen Op 13 maart 2012 is de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte vastgesteld. De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) geeft een totaalbeeld van het ruimtelijken mobiliteitsbeleid op rijksniveau en heeft de Nota Ruimte, de Structuurvisie Randstad 2040, de Nota Mobiliteit, de Mobiliteits Aanpak en de Structuurvisie voor de Snelwegomgeving vervangen. Tevens vervangt het een aantal ruimtelijke doelen en uitspraken in onder andere de Agenda Landschap en de Agenda Vitaal Platteland. Daarmee wordt de SVIR het kader voor thematische of gebiedsgerichte uitwerkingen van rijksbeleid met ruimtelijke consequenties Rijksdoelen en regionale opgaven In de SVIR heeft het Rijk drie rijksdoelen om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden voor de middellange termijn (2028): Het vergroten van de concurrentiekracht van Nederland door het versterken van de ruimtelijk- economische structuur van Nederland; Het verbeteren, instandhouden en ruimtelijk zekerstellen van de bereikbaarheid waarbij de gebruiker voorop staat; Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn. Voor de drie rijksdoelen worden de 13 onderwerpen van nationaal belang benoemd. Hiermee geeft het Rijk aan waarvoor het verantwoordelijk is en waarop het resultaten wil boeken. Buiten deze nationale belangen hebben decentrale overheden beleidsvrijheid. De drie hoofddoelen van het ruimtelijk en mobiliteitsbeleid kennen nationale opgaven die regionaal neerslaan. Opgaven van nationaal belang in Oost-Nederland (de provincies Gelderland en Overijssel) zijn: Het waar nodig verbeteren van de internationale achterlandverbindingen (weg, spoor en vaarwegen) die door Oost Nederland lopen. Dit onder andere ten behoeve van de mainports Rotterdam en Schiphol; Het formuleren van een integrale strategie voor het totale rivierengebied van Maas en Rijntakken (Waal, Nederrijn, Lek en de IJssel, deelprogramma rivieren van het Deltaprogramma) en de IJsselvechtdelta (deelprogramma's zoetwater en rivieren) voor waterveiligheid in combinatie met bereikbaarheid, ruimtelijke kwaliteit, natuur, economische ontwikkeling en woningbouw; Het tot stand brengen en beschermen van de (herijkte) EHS, inclusief de Natura 2000 gebieden (zoals de Veluwe); Het robuust en compleet maken van het hoofdenergienetwerk (380 kv), onder andere door het aanwijzen van het tracé voor aansluiting op het Duitse hoogspanningsnet. 12 vastgesteld

15 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Ladder voor duurzame verstedelijking In de SVIR wordt de ladder voor duurzame verstedelijking geïntroduceerd. Deze ladder is per 1 oktober 2012 als motiveringseis in het Besluit ruimtelijke ordening (artikel 3.1.6, lid 2) opgenomen. Doel van de ladder voor duurzame verstedelijking is een goede ruimtelijke ordening door een optimale benutting van de ruimte in stedelijke gebieden. Hierbij dient de behoefte aan een stedelijke ontwikkeling te worden aangetoond. De ladder kent drie treden die achter elkaar worden doorlopen. Af beelding 3.1: Ladder v oor duurzame v erstedelijking (Bron: Ministerie v an Inf rastructuur en Milieu) Teneinde een ontwikkeling adequaat te kunnen toetsen aan de Ladder voor duurzame verstedelijking is het noodzakelijk inzicht te geven in de in afbeelding 3.1 genoemde begrippen 'regionale behoefte', 'bestaand stedelijk gebied' en 'stedelijke ontwikkeling'. Regionale behoefte; Uit de nota van toelichting behorende bij artikel Bro (Staatsblad 2012, 388, pp ) blijkt dat met regionale behoefte niet per se wordt gedoeld op een bovengemeentelijke behoefte (regionaal in de zin van meerdere gemeenten omvattende). Centraal staat een passend regionaal schaalniveau; in geval van een lokale ontwikkeling kan het daarom ook gaan om een lokale (binnen de gemeente) vallende behoefte. Een dergelijke behoefte kan dan worden gezien als 'regionale behoefte' zoals bedoeld in artikel lid 2 Bro. Bestaand stedelijk gebied; In de Bro is in artikel een definitie opgenomen voor 'bestaand stedelijk gebied'. De definitie luidt: 'bestaand stedenbouwk undig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel en horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur'. Stedelijke ontwikkeling; Het begrip 'stedelijke ontwik keling' wordt in Bro als volgt gedefinieerd: stedelijke ontwikkeling: ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen Toetsing aan het rijksbeleid De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte laat zich niet specifiek uit over dergelijke lokale ontwikkelingen. De voorgenomen ontwikkeling raakt geen rijksbelangen als opgenomen in de structuurvisie. Wat betreft de 'Ladder voor duurzame verstedelijking' wordt opgemerkt dat deze moet worden toegepast wanneer planologisch nieuwe 'stedelijke ontwikkelingen' mogelijk worden gemaakt. Uit Afdelingsjurisprudentie blijkt dat de vraag wanneer sprake is van een nieuwe stedelijke ontwikkeling in grote mate casuïstisch wordt beantwoord. Zo heeft de Afdeling uitgemaakt dat de volgende ontwikkelingen in het kader van woningbouw niet als nieuwe stedelijke ontwikkeling kwalificeren: drie burgerwoningen en een bedrijfswoning (ABRvS 4 juni 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2138.); drie woningen rechtstreeks en drie woningen met een wijzigingsbevoegdheid (ABRvS 18 december vastgesteld 13

16 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden 2013, ECLI:NL:RVS:2013:2471.); vier woningen (ABRvS 27 augustus 2014, ECLI:NL:RVS:2014:3223.) zeven woningen (ABRvS 11 juni 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2077.) acht woningen (ABRvS 24 december 2014, ECLI:NL:RVS:2014:4720) en ook tien woningen niet (behoudens samenhang met een groter woningbouwproject) (ABRvS 4 maart 2015, ECLI:NL:RVS:2015:653.). In voorliggend geval is de Ladder voor duurzame verstedelijking dan ook niet van toepassing aangezien sprake is van de planologische toevoeging van één woning op het perceel. Geconcludeerd wordt dat er geen sprake is van strijd met het rijksbeleid. 3.2 Provinciaal beleid Het provinciaal beleid is verwoord in tal van plannen. Het belangrijkste plan betreft de Omgevingsvisie Overijssel, die verankerd is in de Omgevingsverordening Overijssel Uitgangspunten van de Omgevingsvisie Overijssel De Omgevingsvisie Overijssel is het integrale provinciale beleidsplan voor de fysieke leefomgeving van Overijssel. De Omgevingsvisie is op 1 juli 2009 vastgesteld door Provinciale Staten en op 1 september 2009 in werking getreden. Naar aanleiding van monitoring en evaluaties is de Omgevingsvisie en -verordening op onderdelen geactualiseerd. De Actualisatie Omgevingsvisie en -verordening is op 3 juli 2013 vastgesteld door Provinciale Staten en is op 1 september 2013 in werking getreden. Het provinciaal beleid voorziet primair in de ontwikkeling van woningbouw in bebouwd gebied of in aansluiting op de kernen. De rust en de ruimte van het buitengebied bieden echter ook andere aantrekkelijke woonmilieus, waar mensen goed en plezierig wonen, nu en in de toekomst. De ambitie van de provincie met betrekking tot de invulling van de woonomgeving is gericht op: Aantrekkelijke en gevarieerde woonmilieus die voorzien in woonvraag Omgevingsverordening Overijssel De provincie beschikt over een palet aan instrumenten waarmee zij haar ambities realiseert. Het gaat er daarbij om steeds de meest optimale mix van instrumenten toe te passen, zodat effectief en efficiënt resultaat wordt geboekt voor alle ambities en doelstellingen van de Omgevingsvisie. De keuze voor inzet van deze instrumenten is bepaald aan de hand van een aantal criteria. In de Omgevingsvisie is bij elke beleidsambitie een realisatieschema opgenomen waarin is aangegeven welke instrumenten de provincie zal inzetten om de verschillende onderwerpen van provinciaal belang te realiseren. Eén van de instrumenten om het beleid uit de Omgevingsvisie te laten doorwerken is de Omgevingsverordening Overijssel. De Omgevingsverordening is het provinciaal juridisch instrument dat wordt ingezet voor die onderwerpen waarvoor de provincie eraan hecht dat de doorwerking van het beleid van de Omgevingsvisie juridisch geborgd is Regeling Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving Algemeen De provincie wil ontwikkelingen in de Groene omgeving samen laten gaan met een impuls in kwaliteit. Daarom is de Kwaliteitsimpuls Groene omgeving ontwikkelt als een eenduidige bundeling van diverse bestaande regelingen als rood voor rood, rood voor groen, VAB s, landgoederen etc. Deze regelingen blijven daarin overigens wel herkenbaar. Er is een eenvoudige werkwijze ontwikkeld om principes van ontwikkelingsplanologie toepasbaar te maken voor sociaal-economische ontwikkelingen in de Groene 14 vastgesteld

17 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden omgeving. De basis ligt in de principes van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik, de ontwikkelingsperspectieven en Catalogus Gebiedskenmerken. Ontwikkelingen in de Groene omgeving worden als volgt benaderd: Er wordt ruimte voor sociaal-economische ontwikkeling geboden als deze ontwikkeling vanuit zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik verantwoord is en in het ontwikkelingsperspectief ter plekke past en volgens de Catalogus Gebiedskenmerken wordt uitgevoerd Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving: Vrijkomende Agrarische Bedrijfslocaties (VAB) Het doel van de VAB-regeling is het versterken van sociale en economische vitaliteit van het landelijk gebied, alsmede behoud en versterking van waardevolle boerenerven. Meestal volstaat een ruimtelijke inpassing van het erf afhankelijk van de schaal en de gebiedskenmerken. Aanvullende kwaliteitsprestaties worden gevraagd bij een ingrijpende aanpassing en uitbreiding van de bestaande bebouwing en erfinrichting en/of bij vestiging van een nieuwe gebiedsvreemde functie. Kwaliteitsprestaties zijn bijvoorbeeld sanering van landschapsontsierende gebouwen op het erf en prestaties in de omgeving (landschap, natuur, water e.a.). Indien een nieuwe functie een maatschappelijke meerwaarde heeft kan dit ook meewegen (bijvoorbeeld: zorg) Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel De opgaven, kansen, beleidsambities en ruimtelijke kwaliteitsambities voor de provincie zijn in de Omgevingsvisie Overijssel geschetst in ontwikkelingsperspectieven voor de groene omgeving en stedelijke omgeving. Om de ambities van de provincie waar te maken, bevat de Omgevingsvisie een uitvoeringsmodel. Dit model is gebaseerd op drie niveaus, te weten: 1. generieke beleidskeuzes; 2. ontwikkelingsperspectieven; 3. gebiedskenmerken. Deze begrippen worden hieronder nader toegelicht Generieke beleidskeuzes Generieke beleidskeuzes zijn keuzes die bepalend zijn voor de vraag of ontwikkelingen nodig dan wel mogelijk zijn. In deze fase wordt beoordeeld of er sprake is van een behoefte aan een bepaalde voorziening. Ook wordt in deze fase de zgn. 'SER-ladder' gehanteerd. Deze komt er kort gezegd op neer dat eerst bestaande bebouwing en herstructurering worden benut, voordat er uitbreiding kan plaatsvinden. Andere generieke beleidskeuzes betreffen de reserveringen voor waterveiligheid, randvoorwaarden voor externe veiligheid, grondwaterbeschermingsgebieden, bescherming van de ondergrond (aardkundige en archeologische waarden), landbouwontwikkelingsgebieden voor intensieve veehouderij, begrenzing van Nationale Landschappen, Natura 2000-gebieden, Ecologische Hoofdstructuur en verbindingszones etc. De generieke beleidskeuzes zijn veelal normstellend Ontwikkelingsperspectieven Als uit de beoordeling in het kader van de generieke beleidskeuzes blijkt dat de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling aanvaardbaar is, vindt een toets plaats aan de ontwikkelingsperspectieven. In de Omgevingsvisie is een spectrum van zes ontwikkelperspectieven beschreven voor de groene en stedelijke omgeving. Met dit spectrum geeft de provincie ruimte voor het realiseren van de in de visie beschreven beleids- en kwaliteitsambities. De ontwikkelperspectieven geven richting aan wat waar ontwikkeld zou kunnen worden. Daar waar generieke beleidskeuzes een geografische begrenzing hebben, zijn ze consistent doorvertaald in de ontwikkelingsperspectieven. De ontwikkelingsperspectieven zijn richtinggevend en bieden de nodige flexibiliteit voor de vastgesteld 15

18 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden toekomst Gebiedskenmerken Op basis van gebiedskenmerken in vier lagen (natuurlijke laag, laag van het agrarisch cultuurlandschap, stedelijke laag en lust- en leisurelaag) gelden specifieke kwaliteitsvoorwaarden en -opgaven voor ruimtelijke ontwikkelingen. Het is de vraag 'hoe' een ontwikkeling invulling krijgt. Aan de hand van de drie genoemde niveaus kan worden bezien of een ruimtelijke ontwikkeling mogelijk is en er behoefte aan is, waar het past in de ontwikkelingsvisie en hoe het uitgevoerd kan worden. Afbeelding 3.2. geeft dit schematisch weer. Af beelding 3.2: Uitv oeringsmodel Omgev ingsv isie Ov erijssel (Bron: Prov incie Ov erijssel) Toetsing van het initiatief aan het Uitvoeringsmodel van de Omgevingsvisie Overijssel Indien het concrete initiatief wordt getoetst aan het Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie Overijssel ontstaat globaal het volgende beeld Generieke beleidskeuzes Artikel Principes van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik Bestemmingsplannen voorzien uitsluitend in andere dan stedelijke ontwikkelingen die een extra ruimtebeslag door bouwen en verharden leggen op de groene omgeving wanneer aannemelijk is gemaakt: dat (her)benutting van bestaande bebouwing in de groene omgeving in redelijk heid niet mogelijk is; dat mogelijkheden voor combinatie van functies op bestaande erven optimaal zijn benut. Toetsing van het initiatief aan artikel van de Omgevingsverordening Overijssel De ontwikkeling vindt plaats op een bestaand erf, binnen de contouren van het de huidige woonbestemming. De extra woning op het erf wordt gerealiseerd in de bestaande karakteristieke schuur. Door het hergebruik van de karakteristieke schuur kan deze behouden blijven. De bestaande kapschuur zal in gebruik worden genomen als bijgebouw bij de betreffende woning. De vervallen kippenschuur van beperkte omvang wordt gesloopt. Enkel een bijgebouw van 100 m2 ten behoeve van de bestaande woonboerderij zal nieuw worden gebouwd. Geconcludeerd kan worden dat wordt voldaan aan de principes van 'zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik'. Artikel 2.1.6, lid 1: Kwaliteitsimpuls Groene omgeving Bestemmingsplannen voor de Groene omgeving kunnen - met in achtneming van het 16 vastgesteld

19 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden bepaalde in artikel en artikel en het bepaalde in artikel voorzien in nieuwvestiging en grootschalige uitbreidingen van bestaande functies in de Groene omgeving, uitsluitend indien hier sociaaleconomische en/of maatschappelijke redenen voor zijn én er is aangetoond dat het verlies aan ecologische en/of landschappelijke waarden in voldoende mate wordt gecompenseerd door investeringen ter versterking van ruimtelijke kwaliteit in de omgeving. Toetsing van het initiatief aan artikel 2.1.6, lid 1 van de Omgevingsverordening Overijssel Voorliggende ontwikkeling leidt tot een versterking van de ruimtelijke kwaliteit van het buitengebied van de gemeente Hof van Twente. Middels toepassing van de VAB-regeling wordt voorzien in een passende vervolgfunctie voor de karakteristieke schuur op het erf door deze te verbouwen tot woning. Daarnaast wordt de bestaande kapschuur op het erf opgeknapt en in gebruik genomen als bijgebouw bij de woning. De oude vervallen kippenschuur en buitenopslag wordt verwijderd waarmee het voormalige boerenerf in ere wordt hersteld. Tevens wordt het erf op een verantwoorde wijze landschappelijk ingepast en worden er aanvullende kwaliteitsprestaties geleverd door de aanplant van 0,5 hectare aan erfbos, een houtwal van 500 m2 en vijf inlandse eiken. Hierdoor wordt de landschappelijke kwaliteit van dit deel van het buitengebied van Hof van Twente versterkt. Geconcludeerd kan worden dat wordt voldaan aan artikel 2.1.6, lid 1 van de Omgevingsverordening Overijssel Ontwikkelingsperspectieven Het plangebied is op basis van de ontwikkelingsperspectievenkaart gelegen in het ontwikkelingsperspectief 'Buitengebied accent veelzijdige gebruiksruimte (mixlandschap)'. In afbeelding 3.3 is een uitsnede van de perspectievenkaart behorende bij de Omgevingsvisie opgenomen en de ligging van het plangebied aangegeven. Af beelding 3.3: Uitsnede ontwikkelingsperspectiev enkaart Omgev ingsv isie Ov erijssel (Bron: Prov incie Ov erijssel) 'Buitengebied - accent veelzijdige gebruik sruimte (mixlandschap)' Gebieden, aangewezen als 'Buitengebied - accent veelzijdige gebruiksruimte (mixlandschap)' zijn bedoeld voor gespecialiseerde landbouw, mengvormen van landbouw-recreatie-zorg, landbouw-natuur en landbouwwater, bijzondere woon-, werken recreatiemilieus, die de karakteristieke gevarieerde opbouw van de cultuurlandschappen in deze gebieden versterken. Naast de bescherming van kwaliteiten wil de provincie vooral ontwikkeling en dynamiek benutten voor duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit. Toetsing van het initiatief aan het 'Ontwik kelingsperspectief' Voorliggend bestemmingsplan voorziet in de planologische kaders voor een tweede woning op het erf in de karakteristieke schuur middels toepassing van de Vab-regeling. vastgesteld 17

20 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Binnen gebieden aangemerkt als 'mixlandschap' wordt onder andere ingezet op een mix van functies en een versterking van de ruimtelijke kwaliteit. Binnen dit ontwikkelingsperspectief is 'wonen' een veel voorkomende en geaccepteerde functie. De voorgenomen ontwikkeling levert geen belemmeringen op voor omliggende functies. De landschappelijke inpassing en aanvullende kwaliteitsprestaties leiden tot een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit in het gebied. Daarbij kan middels deze ontwikkeling de karakteristieke schuur behouden blijven en het erf in ere worden hersteld. Geconcludeerd wordt dat het ontwikkelingsperspectief zich niet verzet tegen de in dit bestemmingsplan besloten ontwikkeling Gebiedskenmerken Op basis van gebiedskenmerken in vier lagen (natuurlijke laag, laag van het agrarisch cultuurlandschap, stedelijke laag en lust- en leisurelaag) gelden specifieke kwaliteitsvoorwaarden en -opgaven voor ruimtelijke ontwikkelingen. De 'Stedelijke laag' en 'Lust- en leisurelaag' worden buiten beschouwing gelaten, omdat er ter plaatse van het plangebied of in de directe omgeving geen specifieke eigenschappen voor deze lagen gelden. 1. De 'Natuurlijke laag' Overijssel bestaat uit een rijk en gevarieerd spectrum aan natuurlijke landschappen. Deze vormen de basis voor het gehele grondgebied van Overijssel. Het beter afstemmen van ruimtelijke ontwikkelingen op de natuurlijke laag kan ervoor zorgen dat de natuurlijke kwaliteiten van de provincie weer mede beeldbepalend worden. Ook in steden en dorpen bijvoorbeeld in nieuwe waterrijke woonmilieus en nieuwe natuur in stad en dorp. Het plangebied is op de gebiedskenmerkenkaart de 'Natuurlijke laag' aangeduid als het gebiedstype 'Dekzandvlakte en ruggen'. In afbeelding 3.4 is dit aangegeven. Af beelding 3.4: Natuurlijke laag (Bron: Prov incie Ov erijssel) 'Dekzandvlakte en ruggen' In deze gebieden is er afwisseling van opgewaaide ruggen en uitgesleten beekdalen. De daarbij horende hoogteverschillen kenmerken de dekzandvlaktes van Overijssel. In het geval dat er ontwikkelingen plaatsvinden, dan moeten deze bijdragen aan het beter zichtbaar en beleefbaar maken van de hoogteverschillen en het watersysteem. Toetsing van het initiatief aan de 'Natuurlijke laag' Op de locatie van het plangebied zijn de kenmerken van het oorspronkelijke landschap nauwelijks meer waarneembaar. Dit komt doordat het gebied in cultuur is gebracht ten behoeve van de landbouw. In de volgende subparagraaf wordt nader ingegaan op het agrarisch cultuurlandschap. Voor een nadere toelichting op de landschappelijke investeringen wordt verwezen naar paragraaf en het Erf- en landschapsplan in 18 vastgesteld

21 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Bijlage 1 van de regels. Hier wordt geconcludeerd dat de 'Natuurlijke laag' geen belemmeringen vormt voor de in dit plan besloten ontwikkeling. 2. De 'Laag van het agrarisch cultuurlandschap' In het agrarisch cultuurlandschap gaat het er altijd om dat de mens inspeelt op de natuurlijke omstandigheden en die ten nutte maakt. Hierbij hebben nooit ideeën over schoonheid een rol gespeeld. Wel zijn we ze in de loop van de tijd gaan waarderen om hun ruimtelijke kwaliteiten. Vooral herkenbaarheid, contrast en afwisseling worden gewaardeerd. De ambitie is gericht op het voortbouwen aan de kenmerkende structuren van de agrarische cultuurlandschappen door óf versterking óf behoud óf ontwikkeling of een combinatie hiervan. Het plangebied is op de gebiedskenmerkenkaart de 'Laag van het agrarisch cultuurlandschap' aangeduid met het gebiedstype 'Oude hoevenlandschap'. In afbeelding 3.5 is dit weergegeven. Af beelding 3.5: Laag v an het agrarisch cultuurlandschap (Bron: Prov incie Ov erijssel) 'Oude hoevenlandschap' Het Oude hoevenlandschap betreft een landschap met verspreide erven. Het werd ontwikkeld nadat de complexen met de grote essen 'bezet' waren. Die vonden ze bij kleine dekzandkopjes die individueel werden ontgonnen. Dit leidde tot een landschap dat dezelfde opbouw kent als het essenlandschap, alleen in een meer kleinschalige, meer individuele en jongere variant. Deze kleinere maat en schaal is tevens de reflectie van de natuurlijke ondergrond. Het landschap is contrastrijk met veel variatie op de korte afstand. Als ontwikkelingen plaats vinden in het Oude hoevenlandschap, dan dragen deze bij aan behoud en accentuering van de dragende structuren (groenstructuur en routes) van het oude hoevenlandschap, en aan de samenhang en de karakteristieke verschillen tussen de landschapselementen. Toetsing van het initiatief aan de 'Laag van het agrarisch cultuurlandschap' Door toepassing van het VAB-beleid krijgt de bestaande karakteristieke schuur een nieuwe functie waardoor deze behouden blijft. Het erf wordt op een landschappelijk verantwoorde wijze ingepast in het landschap en draagt daarmee bij aan het versterken van het landschap. Voor een nadere toelichting op de landschappelijke inpassing en aanvullende investeringen wordt verwezen naar paragraaf en het Erf- en landschapsplan in Bijlage 1 van de regels. Geconcludeerd kan worden dat voorliggende ontwikkeling bijdraagt aan het versterken van de kenmerken van de 'Laag van het agrarisch cultuurlandschap'. vastgesteld 19

22 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Reconstructieplan Salland-Twente Algemeen Op 1 april 2002 is de Reconstructiewet concentratiegebieden in werking getreden. Hoofddoel van de wet is het bevorderen van een goede ruimtelijke structuur van het concentratiegebied. In het bijzonder met betrekking tot landbouw, natuur, bos, landschap, recreatie en toerisme, water, milieu en infrastructuur, alsmede ter verbetering van een goed woon-, werk- en leefklimaat en van de economische structuur Reconstructiezonering Via het Reconstructieplan is het reconstructiegebied ingedeeld in drie zones: het landbouwontwikkelingsgebied, het verwevingsgebied en het extensiveringsgebied. Het plangebied is gelegen in het verwevingsgebied. De hoofdlijn in het verwevingsgebied is het ruimte bieden en handhaven van meerdere functies (wonen, recreatie, economie, natuur, landschap etc.) naast elkaar en in combinatie met elkaar Toetsing van het initiatief aan het 'Reconstructieplan Salland-Twente' Middels toepassing van de VAB-regeling wordt in voorliggend geval een extra woning op het erf toegestaan in de karakteristieke schuur op het erf. Hiermee wordt een passende vervolgfunctie gegeven aan de voormalige agrarische bedrijfsbebouwing. Als gevolg van deze ontwikkeling worden omliggende agrarische bedrijven niet belemmerd in de bedrijfsvoering. In paragraaf 4.6 wordt dit nader toegelicht. Geconcludeerd wordt dat de ontwikkeling in overeenstemming is met het 'Reconstructieplan Salland-Twente' Conclusie toetsing aan het provinciaal beleid Geconcludeerd kan worden dat de in voorliggend bestemmingsplan besloten ruimtelijke ontwikkeling in overeenstemming is met het provinciaal ruimtelijk beleid. 3.3 Gemeentelijk beleid Het gemeentelijk beleid is verwoord in tal van plannen. De belangrijkste beleidsdocumenten die van toepassing zijn op de gewenste ontwikkeling worden hieronder in willekeurige volgorde behandeld Strategische Visie Algemeen In "Hof van Twente, zicht op 2030" is het beleid van de gemeente voor de komende twintig jaar in hoofdlijnen vastgesteld. De gemeenteraad heeft de strategische visie op 1 juni 2010 definitief vastgesteld. De visie bevat naast een overzicht van te verwachten trends en ontwikkelingen voor de komende jaren ook informatie over de gewenste identiteit voor Hof van Twente. Over deze gewenste identiteit is in januari 2009 meegedacht door ruim 60 inwoners uit allerlei geledingen van de gemeente en daarbuiten. In 20 streefbeelden geeft het gemeentebestuur aan in welke richting het beleid voor de komende jaren moet worden ontwikkeld. Streefbeeld 10 is in het voorliggende geval voornamelijk van belang. Deze wordt hierna behandeld Streefbeeld 10: Unieke landschappelijke en cultuurlandschappelijke kwaliteiten verder ontwikkeld Het streefbeeld wordt als volgt geformuleerd: Het landschap, de parel van Hof van Twente, heeft in 2030 nog altijd een belangrijke plaats.de structuur van het landschap, met deelgebieden stuwwal/verzamelgebied 20 vastgesteld

23 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden (westelijk), dekzandgebied (midden) en plateau (oostelijk), maar ook het reliëf en het watersysteem zijn leidend. In de waardevolle ensembles (landschap met natuur- en cultuurhistorische waarden) wordt behoud, onderhoud en herstel van cultuurhistorische en ecologische waarden in praktijk gebracht. Voltooiing van de ecologische hoofdstructuur is eveneens een herkenbaar resultaat. In 2030 is deze een feit. Bestaande natuurgebieden zijn binnen de gemeente en daarbuiten verbonden met elkaar, waardoor duurzame instandhouding van flora en fauna mogelijk is geworden. De reconstructieplannen die aan het begin van de eeuw zijn gemaakt, zijn uitgevoerd. Dit betekent dat ruimtelijke knelpunten, zoals agrarische bedrijven in de directe nabijheid van natuur of milieuhinderveroorzakende bedrijven in het buitengebied, zijn opgelost. Voor nieuwe inrichting van het landschap door functiewijziging zijn oorspronkelijke landschapstypen richtinggevend Toetsing van het initiatief aan de 'Strategische Visie' Voorgenomen ontwikkeling voorziet in een kwaliteitsimpuls en verbetering van de ruimtelijke kwaliteit. Doordat een passende vervolgfunctie aan de karakteristieke schuur wordt toegekend blijft deze behouden, evenals het waardevolle erfensemble ter plaatse. Daarbij wordt het gehele erf landschappelijk ingepast en worden aanvullende kwaliteitsprestaties geleverd waardoor zowel de ruimtelijke kwaliteit van het erf als dat van de omgeving wordt verbeterd. Geconcludeerd wordt dat de voorgenomen ontwikkeling past binnen het streefbeeld als geformuleerd in de 'Hof van Twente, Zicht op 2030' Structuurvisie Landelijk Gebied Algemeen In de 'Structuurvisie Landelijk gebied' van de gemeente Hof van Twente staat de ontwikkeling van het landelijk gebied voor de komende 10 jaar centraal. Een visie op de ontwikkeling van de gemeente als geheel en op de langere termijn is ontwikkeld in de Strategische visie Hof van Twente. De structuurvisie vormt vooral een integratiekader voor het bestaande beleid van de gemeente ten aanzien van de verschillende functies en waarden in het landelijk gebied. Een dergelijk 'integratiekader' schetst de bredere achtergrond van beleid dat voor specifieke thema's (bijvoorbeeld recreatie, rood-voor-rood en vrijkomende agrarische bebouwing) is uitgewerkt. Daarnaast beschrijft deze structuurvisie de algemene strategie van de gemeente Hof van Twente ten aanzien van verschillende functies en waarden. Deze strategie geeft richting aan de latere toetsing van verschillende initiatieven die bij de gemeente worden ingediend, en bij het bepalen van het beleid dat in het bestemmingsplan buitengebied wordt uitgewerkt. In voorliggend geval is voornamelijk het thema Vrijgekomen agrarische bebouwing van belang Vrijgekomen agrarische bebouwing In de gemeentelijke beleidsregel voor vrijgekomen agrarische bebouwing is uitgewerkt dat de bebouwing die in het verleden een agrarisch gebruik had, gebruikt mag worden voor andere functies. Met name de karakteristieke bebouwing biedt hiervoor mogelijkheden. Op deze wijze kan karakteristieke bebouwing behouden blijven. Een goede landschappelijke inpassing van deze voorzieningen is een belangrijke randvoorwaarde. vastgesteld 21

24 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Toetsing van het initiatief aan de Structuurvisie Landelijk Gebied Voorliggend plan wordt mogelijk gemaakt op basis van de Vab-regeling zoals beschreven en getoetst in paragraaf Er is sprake van versterking van de ruimtelijke kwaliteit. Naast de nieuwe vervolgfunctie voor de karakteristieke schuur op het erf voorziet voorliggende ontwikkeling eveneens in het verwijderen van de vervallen kippenschuur van beperkte omvang, het opknappen van het voormalige boerenerf en de aanplant van streekeigen beplanting. Geconcludeerd kan worden dat voorliggende ontwikkeling past binnen de uitgangspunten van de Structuurvisie Landelijk Gebied Beleidsregel vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing (Vab) Algemeen De 'Beleidsregel vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing (Vab)' is op 12 december 2006 vastgesteld. Met dit beleidskader geeft de gemeente Hof van Twente een eigen invulling aan het provinciale beleid en vormt dit beleidskader de uitgangspunten waaraan een aanvraag om het gebruik van vrijkomende agrarische bebouwing kan worden getoetst. Middels vaststelling van het KGO beleidskader 'Grond voor gebruik, ontwikkel nu de erfenis voor de toekomst' in december 2015 is het Vab-beleid enigszins gewijzigd. De belangrijkste wijziging is dat de Landbouwontwikkelingsgebieden gelijk worden gesteld met de verwevingsgebieden voor wat betreft ontwikkeling van nevenactiviteiten. Het hoofddoel van het Vab-beleid is sociaal-economisch van aard, met andere woorden: het leveren van een bijdrage aan de versterking van de vitaliteit van het platteland; het behouden van de sociale structuren; het realiseren van nieuwe economische dragers in het landelijk gebied; het benutten van de resterende economische waarde van agrarische bedrijfsgebouwen voor andere bedrijvigheid. De terugloop in de landbouw maakt het voor de leefbaarheid en de economische vitaliteit van het landelijk gebied wenselijk dat vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen worden hergebruikt ten behoeve van andere functies. Een bijkomende doelstelling is het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit en een versterking van de gebiedskenmerken zoals de provincie deze heeft aangegeven in het provinciale beleid Kader Vab-beleid Agrarische bedrijfsgebouwen welke inmiddels geen agrarische bestemming meer hebben, maar in het verleden wel agrarisch in gebruik zijn geweest, vallen binnen het beleidskader. Het Vab-beleid geldt alleen voor bedrijfsgebouwen die zijn opgericht 3 jaar voor de aanvraag tot deelname aan het Vab-beleid en aantoonbaar minimaal 3 jaar in agrarisch gebruik zijn geweest. Vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen welke in het verleden al zijn omgezet in de bestemming 'Wonen' komen eveneens in aanmerking voor het Vab-beleid, in veel gevallen zijn de schuren nog aanwezig. De nieuwe functie moet leiden tot een verbetering van de ruimtelijke kwaliteit en mag geen ongewenste verstedelijking of aantasting van de landschappelijke waarden veroorzaken. Om de bijdrage aan de landschappelijke en omgevingskwaliteit te bepalen worden de planologische geschiktheid van de locatie en de schaal, maat en inpassing van de activiteiten beoordeeld. De vorm en omvang van (het ensemble van) gebouwen en de inpasbaarheid van het erf in de omgeving zijn maatgevend voor de gewenste investering in landschap, natuur en cultuurhistorie. Bijzondere aandacht gaat uit naar karakteristieke bebouwing, alsmede gebouwen met een typisch Twentse bouwstijl of schuren die deel uitmaken van een beeldbepalend ensemble. De gebouwen maar ook de erven dienen hun landelijke uitstraling te behouden, daarom dient de landschappelijke inpassing extra aandacht te verkrijgen. Indien noodzakelijk zal de 22 vastgesteld

25 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden gemeente een onafhankelijk extern deskundige (ervenconsulent) van Het Oversticht inschakelen Woonfunctie Naast de mogelijkheden ten aanzien van nieuwe bedrijfsactiviteiten in Vab's wordt eveneens de mogelijkheid geboden voor de functie wonen. Deze vervolgfunctie is echter uitsluitend voorbehouden aan karakteristieke gebouwen waarvan, bouwtechnisch kan worden aangetoond dat de staat van het gebouw nog dusdanig is dat de schil van het karakteristieke gebouw blijft staan. Het slopen en opnieuw in de karakteristieke stijl oprichten is daarbij niet toegestaan. Door de mogelijkheid van een woonfunctie te bieden, kan de karakteristieke bebouwing in stand worden gehouden. Hiervoor is te alle tijde een bestemmingsplan herziening noodzakelijk. Bij het bepalen of een gebouw karakteristiek is kan de gemeente een extern deskundige (ervenconsulent) van Het Oversticht inschakelen Toetsing van het initiatief aan het Vab-beleid Geconcludeerd kan worden dat voorliggende ontwikkeling passend is binnen de kaders van het gemeentelijke Vab-beleid. De betreffende karakteristieke schuur is voor beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten op het erf jaren in gebruik geweest als veestalling ten behoeve van het agrarisch bedrijf. In het geldende bestemmingsplan is het erf voorzien van een woonbestemming, de voormalige agrarische bedrijfsbebouwing is nog op het erf aanwezig. Uit het extern deskundig advies van de ervenconsulent komt naar voren dat de voormalige veestalling zich heel goed leent voor verbouwing tot woning. Middels toepassing van de Vab-regeling wordt voorzien in het behoud van de karakteristieke schuur door deze inpandig te verbouwen tot woning. Daarnaast wordt het erf opgeschoond door de vervallen kippenschuur en de buitenopslag van machines en gereedschappen te verwijderen. Het hele erf wordt landschappelijke ingepast en er wordt extra geïnvesteerd in landschapsmaatregelen en zo een kwaliteitsimpuls geleverd in de groene omgeving. De ervenconsulent van Het Oversticht heeft in maart 2015 in opdracht van de gemeente onderzoek verricht naar de karakteristieke waarde van de schuur (zie Bijlage 1). In het advies wordt geconcludeerd dat de voormalige veestalling zich goed leent voor verbouwing tot woning, mits op een goede manier wordt opgegaan met de karakteristieken van zowel het erf als het gebouw. Het advies van de ervenconsulent is de leidraad geweeest het Erf- en landschapsplan, zoals opgenomen in Bijlage 1 van de regels Landschapsontwikkelingsplan Haaksbergen en Hof van Twente Algemeen De gemeenten Haaksbergen en Hof van Twente hebben een gezamenlijk landschapsontwikkelingsplan laten opstellen (vastgesteld mei 2005). Het landschapsontwikkelingsplan biedt een samenhangende visie op landschapskwaliteit en bouwstenen en inrichtingsprincipes voor landschapsontwikkeling. Per landschapstype is aangegeven welke kenmerken dienen te worden behouden en/of versterkt. De uitwerking is gebaseerd op vier thema's: behoud en versterking van waardevolle ensembles: Behoud, herstel, aanleg en onderhoud van een samenhangend patroon van landschapselementen (beplantingen inclusief lanen, historische elementen met name in het kampenlandschap, open essen en erfbeplantingen) is het speerpunt; landschappelijke versterking van het watersysteem; zorg voor het agrarisch werklandschap: Dit doel uit zich met name in het behouden van relicten van het voormalige kampenlandschap, zonder de patronen te willen herstellen; inpassen van kernen en routes. Nieuwe ontwikkelingen dienen getoetst te worden vastgesteld 23

26 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden aan deze visie. Inrichtingsvoorstellen krijgen als leidraad deze visie mee Uitgangspunten In het landschapsontwikkelingsplan is het toekomstbeeld geschetst en de ontwikkeling per legenda-eenheid aangegeven. Hoofddoel van de visie is het onderscheid en de diversiteit tussen de landschapseenheden te vergroten en de samenhang te verbeteren met gerichte investeringen voor de toekomst. De landschapsontwikkelingsvisie is vertaald in een overzichtelijk kaartbeeld. Een uitsnede van deze kaart wordt hieronder weergegeven. Af beelding 3.6: Ligging v an het plangebied in het LOP (Bron: gemeente Hof v an Twente) Voor de ontwikkeling van het landschap zijn in het landschapsontwikkelingsplan vier thema's benoemd. Uit de bovenstaande uitsnede van de bij de landschapsontwikkelingsvisie behorende kaart blijkt dat het plangebied (rode cirkel) is gelegen binnen het thema 'Behoud en ontwikkeling' en het landschapstype 'Gaaf kampenlandschap'. Hierna wordt nader ingegaan op de van toepassing zijnde thema s en de daarbij behorende gebiedstypen Behoud en versterking van de waardevolle ensembles Daar waar de oorspronkelijke landschapstypen in grote eenheden nog gaaf en goed herkenbaar zijn wordt gesproken van waardevolle ensembles. Deze vormen de kerngebieden voor natuur en het cultuurhistorische Twentse Landschap. De kwaliteit van de ensembles is hoog maar staat onder druk door veranderingen in de landbouw, verdroging, niet-agrarische bestemmingen en nieuwe recreatievoorzieningen. Maatregelen die binnen dit thema worden benoemd bestaan uit: herstel en onderhoud lanen, houtwallen en boomgroepen behoud samenhang en contrast tussen landschapstypen binnen ensembles welstand/monumentenzorg, zorg voor het architectonische erfgoed in een landschappelijke context verbrede landbouw, inkomsten uit natuur- en landschapsbeheer, recreatie en toerisme ontwikkeling toerisme en recreatie per ensemble en tussen ensembles 24 vastgesteld

27 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Toetsing van het initiatief aan het Landschapsontwikkelingsplan In het plangebied en de directe omgeving wordt geïnvesteerd in de ruimtelijke kwaliteit. Hierbij wordt een houtwal, een erfbosje en vijf inlandse eiken aangeplant evenals de streekeigen structuur en -inrichting op het erf wordt hersteld. Voor de voorgenomen ontwikkeling hoeven geen landschapselementen te wijken. Voor het volledige inrichtingsplan en de inrichtingsmaatregelen wordt verwezen naar het Erf- en landschapsplan zoals opgenomen in Bijlage 1 van de regels. Geconcludeerd wordt dat voorliggende ontwikkeling past binnen de gestelde maatregelen voor het geldende thema zoals opgenomen in het 'Landschapsontwikkelingsplan' Woonbeleid Regionale Woonvisie De 14 Twentse gemeenten hebben samen met de 18 in WoOn verenigde Twentse woningcorporaties en de Provincie Overijssel de Regionale Woonvisie "Natuurlijk Wonen in Twente!" opgesteld. In december 2014 hebben alle partijen ingestemd met deze visie. De regionale woonvisie geeft de gezamenlijke uitgangspunten weer waarmee de lokale woonafspraken en keuzes in lijn zijn. De grote opgave ligt vooral in het toekomstgeschikt maken en houden van de bestaande woningvoorraad Woonagenda Hof van Twente Op 1 juli 2015 is de nieuwe Woningwet in werking getreden. Daaruit volgt dat gemeenten dienen te beschikken over actueel woonbeleid. In 2015 is het nieuwe woonbeleid voor Hof van Twente ontwikkeld. Hierin zijn onder andere de uitgangspunten uit de Regionale Woonvisie vertaald naar lokaal beleid. Het nieuwe woonbeleid is een compact document waarin de speerpunten op het gebied van "wonen" staan met daaraan gekoppeld de beleidsrichtingen. Zo wordt flexibiliteit behouden en kan er optimaal maatwerk worden geleverd in de snel veranderende woningmarkt. Op 23 februari 2016 heeft de gemeenteraad de Woonagenda vastgesteld. In juni 2015 is onder de inwoners van Hof van Twente een grootschalig woonwensenonderzoek gehouden. De resultaten zijn opgenomen in zogenaamde "factsheets". Deze vormen mede de onderbouwing van het beleid. In de Woonagenda staan de volgende vier speerpunten vermeld die de komende jaren nader worden uitgewerkt: "Inzet op de k waliteit van de bestaande woningvoorraad en de kernen". Met een stabilisatie en mogelijke afname van het aantal huishoudens in het verschiet (in de prognose voorzien vanaf 2025), is het van belang nu al in te zetten op het op niveau houden van de kwaliteit van de woningvoorraad en de leefbaarheid in de verschillende kernen en in het buitengebied. Daarbij gaat het onder andere om (steden)bouwkundige kwaliteit, duurzaamheid, voorzieningen en sociale cohesie. "Optimaal en via maatwerk benutten van de ruimte voor uitbreiding van de woningvoorraad". De huidige prognoses laten zien dat er behoefte is aan groei met zo'n 700 woningen tot 2025 (vanaf 2015). De verwachting is dat het merendeel van die groei voor 2020 plaatsvindt en dat het aantal huishoudens daarna stabiliseert, om voorbij 2025 langzaam te gaan afnemen. Omdat de huidige markt ontspannen is en er her en der nu al sprake is van leegstand, zal de gemeente niet alle nieuwbouw voor 2020 realiseren. Omgerekend 70 woningen per jaar (in lijn met de Woonafspraken Twente) tot 2025 is een reëel programma. Bij de invulling van dit programma zullen de woonwensen zo goed mogelijk worden gehonoreerd. De gemeente kiest voor flexibiliteit in locaties en programma, zodat ingespeeld kan worden op de actuele vraag. Inbreiding gaat voor uitbreiding. vastgesteld 25

28 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden "Aandacht hebben voor goede woonmogelijkheden voor groepen die (mogelijk ) zorg nodig hebben". Uit de factsheets blijkt dat er in de gemeente Hof van Twente een opgave ligt in een passende huisvesting van senioren. Het is van belang dat deze mensen zo lang mogelijk zelfstandig en prettig kunnen blijven wonen. Dat vraagt om het aanpassen van woningen, om nieuwbouw van geschikte woningen en om vormen van beschermd wonen. Ook de beschikbaarheid van (zorg- en welzijns-) voorzieningen is essentieel. "Het huisvesten van urgente groepen woningzoekenden". Een belangrijke en groeiende groep vormen de statushouders. De gemeente wil voldoen aan de (toekomstige) taakstelling voor de huisvesting van statushouders Woningbouwprogramma Het woningbouwprogramma maakt ook onderdeel uit van het woonbeleid. In het woningbouwprogramma staan de woningbouwplannen per kern benoemd, waarbij onder andere een onderverdeling is gemaakt in fasering. Daarnaast wordt de harde capaciteit vermeld evenals de netto toevoeging van woningen in de periodes en Het programma wordt één of meerdere keren per jaar bijgesteld Bestemmingsplannen Het is van belang dat bestemmingsplannen waarin woningbouw mogelijk wordt gemaakt, voldoen aan de uitgangspunten zoals vermeld in de Woonagenda en de bijbehorende factsheets. Hierbij kan onder andere gedacht worden aan woningtypes en doelgroepen waarvoor gebouwd wordt. Daarnaast is het van belang dat de woningbouwprogrammering is afgestemd op de woningbehoefte Toetsing van het initiatief aan het Woonbeleid Voorliggende ontwikkeling is passend binnen de uitgangspunten van hergebruik van bebouwing in het buitengebied. Er is in het woningbouwprogramma nog ruimte om een woning in het buitengebied toe te voegen. Door het gebruik van de schuur, de landschappelijke inpassing, en de familiaire relatie tussen bewoner van de oorspronkelijke woning en de te verbouwen schuur blijft niet alleen het karakter van de bebouwing behouden. Daarnaast wordt het plaatselijk karakter van het landschap versterkt evenals de sociale structuur in het buitengebied. Het plan draagt bij aan de leefbaarheid van het platteland en voldoet aan het woonbeleid. 26 vastgesteld

29 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk 4 M ilieu-aspecten Op grond van artikel van het Besluit ruimtelijke ordening moet in de toelichting op het bestemmingsplan een beschrijving worden opgenomen van de wijze waarop de milieukwaliteitseisen bij het plan zijn betrokken. Daarbij moet rekening gehouden worden met de geldende wet- en regelgeving en met de vastgestelde (boven)gemeentelijke beleidskaders. Bovendien is een bestemmingsplan vaak een belangrijk middel voor afstemming tussen de milieuaspecten en ruimtelijke ordening. In dit hoofdstuk worden de resultaten van het onderzoek naar de milieukundige uitvoerbaarheid beschreven. Het betreft de thema's geluid, bodem, luchtkwaliteit, externe veiligheid, milieuzonering, geur, ecologie, archeologie & cultuurhistorie en Besluit milieueffectrapportage Geluid Algemeen De Wet geluidhinder (Wgh) bevat geluidnormen en richtlijnen over de toelaatbaarheid van geluidniveaus als gevolg van rail- en wegverkeerslawaai en industrielawaai. De Wgh geeft aan dat een akoestisch onderzoek moet worden uitgevoerd bij het voorbereiden van een bestemmingsplan of een omgevingsvergunning indien het plan een geluidgevoelig object mogelijk maakt binnen een geluidszone van een bestaande geluidsbron of indien het plan een nieuwe geluidsbron mogelijk maakt. Het akoestisch onderzoek moet uitwijzen of de wettelijke voorkeursgrenswaarde bij geluidsgevoelige objecten wordt overschreden en zo ja, welke maatregelen nodig zijn om aan de voorkeursgrenswaarde te voldoen Situatie plangebied In voorliggend plan wordt voor de karakteristieke schuur toegestaan dat deze wordt gebruik ten behoeve van een extra woning op het perceel. Hiermee is er sprake van de toevoeging van een geluidsgevoelig object. Hierna wordt achtereenvolgens ingegaan op de aspecten wegverkeer-, railverkeer- en industrielawaai als bedoeld in de Wgh. Wegverkeerslawaai Ingevolge de Wgh hebben alle wegen een zone waarbinnen een nader akoestisch onderzoek verplicht is. De breedte van de zone, aan weerszijde van de weg, is afhankelijk van het aantal rijstroken en de aard van de omgeving (binnenstedelijk of buitenstedelijk). In de Wgh worden eisen gesteld aan de toelaatbare geluidsbelasting op de gevels van geluidsgevoelige gebouwen die liggen binnen de geluidszone van een weg. De voorkeursgrenswaarde voor de geluidsbelasting vanwege wegverkeer bedraagt 48 db. Gelet op de rustige ligging in het buitengebied, de afstand van de nieuwe woning tot aan de as van de weg en de beperkte verkeersintensiteit op de Holtkampsweg wordt aangenomen dat sprake is van een goed woon- en leefklimaat. Spoorwegverkeerslawaai In voorliggend gevals is het aspect railverkeerslawaai niet van belang aangezien er geen spoorweg in de directe omgeving aanwezig is. Industrielawaai In de nabijheid van het plangebied zijn geen gezoneerde bedrijventerreinen aanwezig. Het aspect industrielawaai als bedoeld in de Wgh vormt derhalve geen belemmering voor de in dit plan besloten ontwikkeling. vastgesteld 27

30 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Conclusie Geconcludeerd wordt dat de Wet geluidhinder geen belemmering vormt voor het plan Bodem Algemeen Bij de vaststelling van een bestemmingsplan dient te worden bepaald of de aanwezige bodemkwaliteit past bij het toekomstige gebruik van die bodem en of deze aspecten optimaal op elkaar kunnen worden afgestemd. Om hierin inzicht te krijgen, dient een doorgaans een bodemonderzoek conform de NEN 5740 te worden verricht Situatie plangebied Evita Almelo B.V. heeft in het kader van voorliggende ontwikkeling een verkennend (asbest)bodemonderzoek verricht ter plaatse van het plangebied. De conclusies voortkomend uit dit onderzoek zijn in deze paragraaf opgenomen. Het volledige onderzoeksrapport is opgenomen in Bijlage 2 van deze toelichting. Op basis van het uitgevoerde onderzoek blijkt het volgende: in de bovengrond zijn licht verhoogde gehalten aan zware metalen, PAK, PCB en/of minerale olie aangetoond. De licht verhoogde gehalten zijn vermoedelijk te relateren aan de bodemvreemde bijmengingen en/of het voormalige gebruik van de locatie; aan de westzijde van het pand is in de bovengrond (van 0 tot 0,4 m -mv) asbest in een (gewogen) gehalte boven de interventiewaarde aangetoond; in het grondwater zijn licht verhoogde concentraties aan barium, nikkel en naftaleen aangetoond. De verhoogde concentraties aan zware metalen (barium en nikkel) hebben waarschijnlijk een natuurlijke oorsprong. Voor de verhoogde concentratie aan naftaleen kan op basis van de beschikbare informatie geen verklaring worden gegeven. De licht verhoogde gehalten cq. concentraties aan chemische parameters in de grond cq. grondwater geven geen aanleiding voor nader onderzoek en/of sanerende maatregelen. Aan de westzijde van de schuur overschrijdt het gewogen gehalte aan asbest de interventiewaarde. Het gewogen gehalte is overwegend te relateren aan asbesthoudend (plaat)materiaal in de fractie > 16 mm. Omdat sprake is van een verkennend bodemonderzoek, dient dit gehalte als indicatief te worden beschouwd Conclusie Het aangetoonde gewogen gehalte aan asbest boven de interventiewaarde vormt aanleiding tot het uitvoeren van nader onderzoek. Indien ook op basis van het nader onderzoek blijkt dat het gewogen gehalte aan asbest de interventiewaarde overschrijdt, is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging. In dat geval dienen de noodzakelijke (sanerings)maatregelen worden genomen om te kunnen voldoen aan de vereiste bodemkwaliteit ten aanzien van de beoogde functie (wonen). Om dit te waarborgen is hieromtrent in de regels van voorliggend bestemmingsplan een voorwaardelijke verplichting opgenomen. 28 vastgesteld

31 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Luchtkwaliteit Algemeen Om een goede luchtkwaliteit in Europa te garanderen heeft de Europese unie een viertal kaderrichtlijnen opgesteld. De hiervan afgeleide Nederlandse wetgeving is vastgelegd in hoofdstuk 5, titel 2 van de Wet milieubeheer. Deze wetgeving staat ook bekend als de Wet luchtkwaliteit. In de Wet luchtkwaliteit staan ondermeer de grenswaarden voor de verschillende luchtverontreinigende stoffen. Onderdeel van de Wet luchtkwaliteit zijn de volgende Besluiten en Regelingen: Besluit en de Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen); Besluit gevoelige bestemmingen (luchtkwaliteitseisen) Besluit en de Regeling niet in betekende mate bijdragen Het Besluit niet in betekenende mate bijdragen (NIBM) staat bouwprojecten toe wanneer de bijdrage aan de luchtkwaliteit van het desbetreffende project niet in betekenende mate is. Het begrip niet in betekenende mate is gedefinieerd als 3% van de grenswaarden uit de Wet milieubeheer. Het gaat hierbij uitsluitend om stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10). Toetsing aan andere luchtverontreinigende stoffen uit de Wet luchtkwaliteit vindt niet plaats. In de Regeling NIBM is een lijst met categorieën van gevallen (inrichtingen, kantoor- en woningbouwlocaties) opgenomen die niet in betekenende mate bijdragen aan de luchtverontreiniging. Enkele voorbeelden zijn: woningen: 1500 met een enkele ontsluitingsweg; woningen: 3000 met twee ontsluitingswegen; kantoren: m2 bruto vloeroppervlak met een enkele ontsluitingsweg. Als een ruimtelijke ontwikkeling niet genoemd staat in de Regeling NIBM kan deze nog steeds niet in betekenende mate bijdragen. De bijdrage aan NO2 en PM10 moet dan minder zijn dan 3% van de grenswaarden. Dit komt overeen met 1,2 microgram/m3 voor NO2 en PM Besluit gevoelige bestemmingen Dit besluit is opgesteld om mensen die extra gevoelig zijn voor een matige luchtkwaliteit aanvullend te beschermen. Deze 'gevoelige bestemmingen' zijn scholen, kinderdagverblijven en verzorgings-, verpleeg- en bejaardentehuizen. Woningen en ziekenhuizen/klinieken zijn geen gevoelige bestemmingen. De grootste bron van luchtverontreiniging in Nederland is het wegverkeer. Het Besluit legt aan weerszijden van rijkswegen en provinciale wegen zones vast. Bij rijkswegen is deze zone 300 meter, bij provinciale wegen 50 meter. Bij realisatie van 'gevoelige bestemmingen' binnen deze zones is toetsing aan de grenswaarden die genoemd zijn in de Wet luchtkwaliteit nodig Situatie plangebied Gelet op de aard en omvang van dit project, in verhouding tot de categorieën van gevallen zoals beschreven in paragraaf kan worden gesteld dat voorliggend project 'niet in betekenende mate bijdraagt' aan de luchtverontreiniging. Door het in gebruik nemen van de karakteristieke schuur als extra woning op het betreffende perceel is er geen onevenredige toename van de verkeersbewegingen te verwachten. Voorgenomen ontwikkeling zal dan ook geen negatief effect hebben op de luchtkwaliteit. Tot slot wordt geconcludeerd dat de ontwikkeling niet wordt aangemerkt als een vastgesteld 29

32 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden gevoelige bestemming in het kader van het 'Besluit gevoelige bestemmingen' Conclusie Gezien het vorenstaande vormt het aspect luchtkwaliteit geen belemmering voor de uitvoering van dit plan Externe veiligheid Algemeen Externe veiligheid is een beleidsveld dat is gericht op het beheersen van risico's die ontstaan voor de omgeving bij de productie, de opslag, de verlading, het gebruik en het transport van gevaarlijke stoffen. Er moet worden voldaan aan strikte risicogrenzen. Een en ander brengt met zich mee dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moeten worden getoetst aan wet- en regelgeving op het gebied van externe veiligheid. Concreet gaat het om risicovolle bedrijven, vervoer gevaarlijke stoffen per weg, spoor en water en transport gevaarlijke stoffen via buisleidingen. Op de diverse aspecten van externe veiligheid is afzonderlijke wetgeving van toepassing. Voor risicovolle bedrijven gelden onder meer: het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi); de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi); het Registratiebesluit externe veiligheid; het Besluit risico's Zware Ongevallen (Brzo); het Vuurwerkbesluit. Voor vervoer van gevaarlijke stoffen geldt de 'Wet Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen' (Wet Basisnet). Dat vervoer gaat over water, spoor, wegen, per buisleiding of door de lucht. De regels van het Basisnet voor ruimtelijke ordening zijn vastgelegd in: het Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt); het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb); de Regeling basisnet; de (aanpassing) Regeling Bouwbesluit (veiligheidszone en plasbrandaandachtsgebied). De gemeente Hof van Twente heeft haar beleid ten aanzien van externe veiligheid vastgelegd in de nota Bewuste veiligheid op maat. Het doel van wetgeving op het gebied van externe veiligheid is risico's waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld vanwege risicovolle inrichtingen en activiteiten tot een aanvaardbaar minimum te beperken. Het is noodzakelijk inzicht te hebben in de kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten en het plaatsgebonden en het groepsrisico Situatie in en bij het plangebied Aan hand van de Risicokaart is een inventarisatie verricht van risicobronnen in en rond het plangebied. Op de Risicokaart staan meerdere soorten risico's, zoals ongevallen met brandbare, explosieve en giftige stoffen, grote branden of verstoring van de openbare orde. In totaal worden op de Risicokaart dertien soorten rampen weergegeven. In afbeelding 4.1 is een uitsnede van de Risicokaart met betrekking tot het plangebied en omgeving weergegeven. Het dichtstbijzijnde risico (buisleiding) is gelegen op een afstand van circa 360 meter. 30 vastgesteld

33 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Af beelding 4.1: Uitsnede Risicokaart (Bron: Risicokaart) Uit de inventarisatie blijkt dat het plangebied: zich niet bevindt binnen de risicocontour van Bevi- en Brzo-inrichtingen dan wel inrichtingen die vallen onder het Vuurwerkbesluit (plaatsgebonden risico); zich niet bevindt in een gebied waarbinnen een verantwoording van het groepsrisico nodig is; niet is gelegen binnen de veiligheidsafstanden van het vervoer gevaarlijke stoffen; niet is gelegen binnen de veiligheidsafstanden van buisleidingen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen Conclusie Een en ander brengt met zich mee dat het project in overeenstemming is met wet- en regelgeving ter zake van externe veiligheid Milieuzonering Algemeen Zowel de ruimtelijke ordening als het milieubeleid stellen zich ten doel een goede kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en te bevorderen. Dit gebeurt onder andere door milieuzonering. Onder milieuzonering verstaan we het aanbrengen van een voldoende ruimtelijke scheiding tussen milieubelastende bedrijven of inrichtingen enerzijds en milieugevoelige functies als wonen en recreëren anderzijds. De ruimtelijke scheiding bestaat doorgaans uit het aanhouden van een bepaalde afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. Voor het bepalen van de aan te houden afstanden wordt de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' uit 2009 gehanteerd. Deze uitgave bevat een lijst, waarin voor een hele reeks van milieubelastende activiteiten (naar SBI-code gerangschikt) richtafstanden zijn gegeven ten opzichte van milieugevoelige functies. De lijst geeft richtafstanden voor de ruimtelijk relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De grootste van de vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een milieubelastende activiteit in een milieucategorie en daarmee ook voor de uiteindelijke richtafstand. De richtafstandenlijst gaat uit van gemiddeld moderne bedrijven. Indien bekend is welke activiteiten concreet zullen worden uitgeoefend, kan gemotiveerd worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting, in plaats van de richtafstanden. De afstanden worden gemeten tussen enerzijds de grens van de bestemming die de milieubelastende vastgesteld 31

34 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden functie(s) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een milieugevoelige functie die op grond van het bestemmingsplan mogelijk is Gebiedstypen In de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' is een tweetal gebiedstypen onderscheiden; 'rustige woonwijk' en 'gemengd gebied'. Het omgevingstype 'rustige woonwijk' wordt in de VNG-uitgeave als volgt omschreven: 'Een rustige woonwijk is een woonwijk die is ingericht volgens het principe van functiescheiding. Afgezien van wijkgebonden voorzieningen komen vrijwel geen andere functies (zoals bedrijven of kantoren) voor.' Op basis van de VNG-uitgave wordt het buitengebied tot een met het omgevingstype 'rustige woonwijk' vergelijkbaar omgevingstype. Het omgevingstype gemengd gebied wordt in de VNG-uitgave als volgt omschreven: Een gemengd gebied is een gebied met een matige tot sterke functiemenging. Direct naast woningen k omen andere functies voor zoals winkels, horeca en kleine bedrijven. Ook lintbebouwing in het buitengebied met overwegend agrarische en andere bedrijvigheid kan als gemengd gebied worden beschouwd. Gebieden die direct langs de hoofdinfrastructuur liggen, behoren eveneens tot het omgevingstype gemengd gebied. Hier kan de verhoogde milieubelasting voor geluid de toepassing van kleinere richtafstanden rechtvaardigen. Geluid is voor de te hanteren afstand van milieubelastende activiteiten veelal bepalend. Het plangebied aan de Holtkampsweg is gelegen in het buitengebied en aan te merken als een rustige woonwijk. Onderstaande tabel geeft de richtafstanden weer voor de verschillende omgevingstypes Situatie plangebied Algemeen Aan de hand van vorenstaande regeling is onderzoek verricht naar de feitelijke situatie. De VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' geeft een eerste inzicht in de milieuhinder van inrichtingen. Hierbij spelen twee vragen en rol: past de functie in de omgeving? (externe werking); 2. laat de omgeving de functie toe? (interne werking). Externe werking Hierbij gaat het met name om de vraag of de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling leidt tot een situatie die, vanuit hinder of gevaar bezien, in strijd is te achten met een goede ruimtelijke ontwikkeling. Daarvan is sprake als het woon- en leefklimaat van omwonenden wordt aangetast of de realisatie van het plan leidt tot hinder of belemmeringen voor de bedrijven in de omgeving. De functie 'wonen' betreft geen milieubelastende functie voor de omgeving. Er is geen sprake van een aantasting van het woon- en leefklimaat van omwonenden. 32 vastgesteld

35 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Interne werking Hierbij gaat het om de vraag of de nieuwe functie binnen het plangebied hinder ondervindt van bestaande functies in de omgeving. Het plangebied is reeds bestemd ten behoeve van de woonfunctie, voorliggende ontwikkeling voorziet in een extra woning op het perceel. Dit is aangemerkt als een milieugevoelige functie. In de directe omgeving van het plangebied bevinden zich nauwelijks milieubelastende functies, het dichtstbijgelegen agrarisch bedrijf bevindt zich op ruim 300 meter afstand van het plangebied. Bij agrarische bedrijven geldt, op basis van de VNG-uitgave 'Bedrijven en milieuzonering', de grootste richtafstand veelal voor het aspect geur. Bij agrarische bedrijven zijn echter niet de richtafstanden, maar de wettelijk aan te houden afstanden of de berekende geuremissiecontouren voor vergunningplichtige veebedrijven bepalend. Hier wordt in de volgende paragraaf nader op ingegaan. Voor grondgebonden agrarische bedrijven geldt, indien het aspect geur buiten beschouwing wordt gelaten, een grootste richtafstand van 30 meter voor de aspecten stof en geluid. Voor intensieve veehouderijen geldt een grootste richtafstand van 50 meter voor het aspect geluid. Dichtstbijzijnd agrarisch bedrijf is gelegen op een afstand van 300 meter en daarmee wordt ruimschoots aan de richtafstanden voldaan. De gewenste ontwikkeling brengt dan ook geen belemmeringen met zich mee Conclusie Vanuit het oogpunt van milieuzonering zijn er geen belemmeringen voor de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling Geur Wet geurhinder en veehouderij & Activiteitenbesluit De Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) vormt vanaf 1 januari 2007 het toetsingskader bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor inrichtingen, als het gaat om geurhinder vanwege dierenverblijven van veehouderijen. Op grond van de Wgv dient tussen een emissiepunt van een dierenverblijf waarin melkkoeien en/of vrouwelijk jongvee worden gehouden en een geurgevoelig object binnen de bebouwde kom een afstand van 100 meter en buiten de bebouwde kom een afsatnd van 50 meter te worden aangehouden. Voor de overige dieren welke binnen de inrichting worden gehouden, is in de Wet geurhinder en veehouderij een geurnorm opgenomen. Deze draagt voor geurgevoelige objecten binnen de bebouwde kom 14 odeur units per kubieke meter lucht. Voor geurgevoelige objecten buiten de bebouwde kom bedraagt deze 3 odeur units per kubieke meter lucht. De afstand tussen een veehouderij waar dieren worden gehouden van een diercategorie waarvoor niet bij ministeriële regeling een geuremissiefactor is vastgesteld, en een geurgevoelig object bedraagt: ten minste 100 meter indien het geurgevoelige object binnen de bebouwde kom is gelegen, en ten minste 50 meter indien het geurgevoelige object buiten de bebouwde kom is gelegen. vastgesteld 33

36 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Situatie plangebied Het dichtstbijzijnde agrarisch bedrijf betreft een grondgebonden veehouderij aan de Welbergsweg 3. Voor grondgebonden veehouderijen gelden geen geurnormen, maar in het buitengebied een vaste afstandseis van 50 meter. In voorliggend geval bedraagt de afstand tussen het bouwvlak van het agrarisch bedrijf en het plangebied circa 300 meter. Hiermee wordt ruimschoots voldaan aan de vaste afstandseis en mag er van worden uitgegaan dat ter plaatse van de karakteristieke schuur waar de extra woning wordt toegestaan sprake zal zijn van een goed woon- en leefklimaat. Daarnaast brengt de ontwikkeling geen belemmering voor de bedrijfsvoering van de veehouderij met zich mee. Dit eveneens vanwege het feit dat er woningen van derden op kortere afstand gelegen zijn en hierdoor maatgevend Conclusie Gezien het vorenstaande wordt geconcludeerd dat het aspect geur geen belemmering vormt voor de uitvoering van de beoogde ontwikkeling. 4.7 Ecologie Algemeen Bescherming in het kader van de natuur wet- en regelgeving is op te delen in gebiedsen soortenbescherming. Bij gebiedsbescherming heeft men te maken met de Natuurbeschermingswet en de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Soortenbescherming komt voort uit de Flora- en faunawet Gebiedsbescherming Algemeen Natura 2000 is een samenhangend netwerk van natuurgebieden in Europa. Natura 2000 bestaat uit gebieden die zijn aangewezen in het kader van de Europese Vogelrichtlijn (79/409/EEG) en gebieden die zijn aangemeld op grond van de Europese Habitatrichtlijn (92/43/EEG). Deze gebieden worden in Nederland op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 beschermd. De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is, als onderdeel van het Nederlands Natuurnetwerk (NNN) de kern van het Nederlandse natuurbeleid. De EHS is in provinciale structuurvisies uitgewerkt. In of in de directe nabijheid van de EHS geldt het 'nee, tenzij'- principe. In principe zijn er geen ontwikkelingen toegestaan als zij de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied aantasten Situatie plangebied Natura 2000-gebieden Het plangebied ligt niet in of in de directe omgeving van Natura 2000-gebied. Binnen een straal van 8 kilometer rondom het plangebied is geen Natura 2000-gebied gelegen. Gelet op de aard en omvang van voorliggende ontwikkeling en de afstand tot de Natura 2000 wordt geconcludeerd dat er als gevolg van dit plan geen sprake is van significante negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen van Natura 2000-gebieden Ecologische Hoofdstructuur Het plangebied ligt niet in de EHS. Aan de zuidzijde grenst het plangebied aan gronden welke tot de EHS behoren. De ligging van het plangebied ten opzichte van gebieden aangewezen als EHS wordt weergegeven op afbeelding vastgesteld

37 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Afbeelding 4.3: Ligging van het plangebied ten opzichte van de EHS (Bron: Provincie Overijssel) Het plangebied is niet gelegen binnen de concreet begrensde EHS. In het kader van de EHS ligt het plangebied op een afstand van circa 750 meter van het dichtstbijzijnde gebied begrensd als 'Waterlopen uit kaderrichtlijn water en waardevolle kleine wateren'. Gelet op de aard en omvang van het voorgenomen initiatief kunnen negatieve effecten op wezenlijke kenmerken en waarden van de EHS worden uitgesloten Soortenbescherming Wat betreft de soortbescherming is de Flora- en faunawet van toepassing. Hierin wordt onder andere de bescherming van dier- en plantensoorten geregeld. Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient te worden getoetst of er sprake is van negatieve effecten op de aanwezige natuurwaarden. Als hiervan sprake is, moet ontheffing of vrijstelling worden gevraagd. In voorliggend geval wordt een extra woning op het perceel toegestaan door de karakteristieke schuur te verbouwen en in gebruik te nemen voor bewoning. Er is geen sprake van het kappen van bomen of verwijderen van groenelementen. In het kader van voorliggende ontwikkeling wordt een erfbosje en houtwal aangeplant wat op den duur potentie kan gaan bieden voor diverse soorten. Gelet op bovenstaande wordt in voorliggend geval het uitvoeren van een quickscan flora en fauna niet noodzakelijk geacht. Overigens wordt benadrukt dat rekening wordt gehouden met de in artikel 2 van de Flora- en faunawet opgenomen zorgplichtbepaling Conclusie Nader onderzoek in het kader van de Flora- en faunawet wordt niet noodzakelijk geacht. Er zijn geen negatieve effecten te verwachten op de Natura 2000-gebieden of de EHS. vastgesteld 35

38 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Archeologie & Cultuurhistorie Archeologie Algemeen Op 1 september 2007 is de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz), een wijziging op de Monumentenwet 1988, van kracht geworden. Deze wijziging brengt met zich mee dat gemeenten een archeologische zorgplicht hebben gekregen en dat initiatiefnemers van projecten waarbij de bodem wordt verstoord, verplicht zijn rekening te houden met de archeologische relicten die in het plangebied aanwezig (kunnen) zijn. Hiervoor is onderzoek noodzakelijk: het archeologisch vooronderzoek. Als blijkt dat in het plangebied behoudenswaardige archeologische vindplaatsen aanwezig zijn, dan kan de initiatiefnemer verplicht worden hiermee rekening te houden. Dit kan leiden tot een aanpassing van de plannen, waardoor de vindplaatsen behouden blijven, of tot een archeologische opgraving en publicatie van de resultaten Situatie plangebied Op basis van de gemeentelijke archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart heeft het plangebied grotendeels een 'middelhoge verwachting' en voor een klein gedeelte een 'lage verwachting'. Voor gebieden met een middelhoge archeologische verwachting geldt het beleidsadvies dat bij ingrepen dieper dan 40 cm en met een oppervlakte groter dan of gelijk aan m2 een archeologisch onderzoek noodzakelijk is. Voor gebieden met een lage archeologische verwachting geldt dit voor gebieden groter of gelijk aan 10 hectare. Een uitsnede van de archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart wordt weergegeven op afbeelding 4.4. Af beelding 4.4: Uitsnede archeologische v erwachtings- en adv ieskaart (Bron: gemeente Hof v an Twente) Het voorliggende bestemmingsplan maakt geen ontwikkelingen mogelijk waarbij bodemingrepen worden beoogd met een diepte en oppervlakte die archeologisch onderzoek nodig maken. Nader archeologisch onderzoek is niet noodzakelijk. Ter bescherming van de (mogelijke) archeologische waarden is de bestaande dubbelbestemming ter bescherming van de archeologische waarden overgenomen op de verbeelding. 36 vastgesteld

39 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Cultuurhistorie Algemeen Onder cultuurhistorische waarden worden alle structuren, elementen en gebieden bedoeld die cultuurhistorisch van belang zijn. Zij vertellen iets over de ontstaansgeschiedenis van het Nederlandse cultuurlandschap. Vaak is er een sterke relatie tussen aardkundige aspecten en cultuurhistorische aspecten. In de Bro is sinds 1 januari 2012 (artikel 3.1.6, tweede lid, onderdeel a) opgenomen dat een bestemmingsplan "een beschrijving van de wijze waarop met de in het gebied aanwezige cultuurhistorische waarden en in de grond aanwezige of te verwachten monumenten rekening is gehouden" dient te bevatten Situatie plangebied Er vinden zich, op basis van de Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Overijssel, in het plangebied zelf geen rijks- dan wel gemeentelijke monumenten. In het plangebied of in de directe nabijheid van het plangebied is er geen sprake van bijzondere cultuurhistorische waarden. Gesteld wordt dat het aspect cultuurhistorie geen belemmeringen vormt voor dit plan Conclusie Geconcludeerd kan worden dat er geen archeologisch onderzoek benodigd is en er geen sprake is van negatieve effecten op de cultuurhistorische waarden Besluit milieueffectrapportage Kader Op 1 april 2011 is het gewijzigde Besluit milieueffectrapportage in werking getreden. Een belangrijke wijziging betreft het indicatief maken van de drempelwaarden in onderdeel D (betreft de m.e.r.-beoordeling) van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage. Concreet betekent dit dat, ook wanneer ontwikkelingen onder de in bijlage D opgenomen drempelwaarden blijven, het bevoegd gezag zich er nog steeds van moet vergewissen of activiteiten geen aanzienlijke milieugevolgen kunnen hebben, de zogenaamde 'vergewisplicht'. Het komt er op neer dat voor elk besluit of plan dat betrekking heeft op activiteit(en) die voorkomen op de D-lijst die beneden de drempelwaarden vallen een toets moet worden uitgevoerd of belangrijke nadelige milieugevolgen kunnen worden uitgesloten. Voor deze toets, die dus een nieuwe element is in de m.e.r.-regelgeving, wordt de term vormvrije m.e.r.-beoordeling gehanteerd. Deze vormvrije m.e.r.-beoordeling kan tot twee conclusies leiden: belangrijke nadelige milieugevolgen zijn uitgesloten: er is geen m.e.r.(-beoordeling) noodzakelijk; belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu zijn niet uitgesloten: er moet een m.e.r.-beoordeling plaatsvinden of er kan direct worden gekozen voor m.e.r. De toetsing in het kader van de vormvrije m.e.r.-beoordeling dient te geschieden aan de hand van de selectiecriteria in bijlage III van de EEG-richtlijn milieueffectbeoordeling. In deze bijlage staan drie hoofdcriteria centraal: de kenmerken van het project; de plaats van het project; de kenmerken van de potentiële effecten. vastgesteld 37

40 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Situatie plangebied Artikel 19j, lid 2 van de Natuurbeschermingswet 1998 Het dichtstbijzijnde Natura 2000-gebied is op ruime afstand van het plangebied gelegen. Van een aantasting van de instandhoudingsdoelstellingen van een Natura 2000-gebied zal, gelet op de aard en omvang van het plan dan ook geen sprake zijn. Een passende beoordeling op basis van artikel 19j van de Natuurbeschermingswet 1998 is in verband met deze ontwikkeling dan ook niet noodzakelijk. Derhalve is geen sprake van een m.e.r.-plicht op basis van artikel 7.2a van de Wet milieubeheer Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) Activiteiten met een waarde van minder dan 0,05 mol per hectare per jaar worden als verwaarloosbaar beschouwd; deze activiteiten hoeven niet te worden gemeld (ook al niet onder de ontwerp Regeling). Ook cumulatief beschouwd zorgen deze activiteiten voor geen effecten voor de natuurlijke kenmerken van Natura 2000-gebieden, aldus de toelichting van de PAS. Gelet op de aard van het voornemen kan worden geconcludeerd dat sprake is van een activiteit die als verwaarloosbaar kan worden beschouwd. Nader onderzoek naar de stikstofdepositie is niet noodzakelijk Drempelwaarde Besluit m.e.r. Voor wat betreft het gehele plangebied wordt voorzien in een directe eindbestemming waardoor, indien activiteiten worden mogelijk gemaakt die genoemd worden in onderdeel C of D van het Besluit m.e.r. en de daarin opgenomen drempelwaarden overschrijden, sprake kan zijn van een m.e.r-beoordelingsplichtig plan. In het voorliggende geval is geen sprake van activiteiten die op grond van onderdeel C van het Besluit milieueffectrapportage m.e.r.-plichtig zijn. Wel is sprake van een activiteit die is opgenomen in onderdeel D van het Besluit m.e.r., namelijk: 'de aanleg, wijziging of uitbreiding van een stedelijk ontwikkelingsproject.' Aangezien hier sprake van is, dient te worden getoetst of sprake is van m.e.r-beoordelingsplicht. Hier is sprake van indien de activiteiten de volgende drempelwaarden uit onderdeel D overschrijden: 1. een oppervlakte van 100 hectare of meer, 2. een aaneengesloten gebied en of meer woningen omvat, of 3. een bedrijfsvloeroppervlakte van m2 of meer. Als het plan wordt vergeleken met de drempelwaarden uit de D-lijst kan worden geconcludeerd dat er geen sprake is van een m.e.r.-beoordelingsplichtige activiteit aangezien deze pas geldt bij woningen of meer of een oppervlakte van 100 hectare of meer. Echter, zoals ook in het voorgaande aangegeven, dient ook wanneer ontwikkelingen onder drempelwaarden blijven, het bevoegd gezag zich er van te vergewissen of activiteiten geen aanzienlijke milieugevolgen kunnen hebben. Indien hierbij de drempelwaarden uit de D-lijst voor deze activiteit (o.a of meer woningen of 100 hectare of meer) wordt vergeleken met de omvang van ontwikkeling (het planologisch toestaan van één extra woning in een bestaande schuur op het betreffende erf), wordt geconcludeerd dat sprake is van een wezenlijk ander schaalniveau en een activiteit die vele malen kleinschaliger is. Gelet op de kenmerken van het project (zoals het karakter in vergelijking met de drempelwaarden uit het Besluit m.e.r.), de plaats van het project en de kenmerken van de potentiële effecten zullen geen belangrijke nadelige milieugevolgen optreden. Eén en ander is tevens bevestigd in de aan bod gekomen milieu- en omgevingsaspecten in dit hoofdstuk en de daarvoor, indien van toepassing, uitgevoerde onderzoeken. 38 vastgesteld

41 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Conclusie Besluit m.e.r. Dit plan is niet m.e.r.-beoordelingsplichtig. Tevens zijn geen belangrijk nadelige milieugevolgen te verwachten als gevolg van de vaststelling van dit plan. vastgesteld 39

42 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk Wateraspecten Vigerend beleid Europees beleid De Europese Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG) is op 22 december 2000 in werking getreden en is bedoeld om in alle Europese wateren de waterkwaliteit chemisch en ecologisch verder te verbeteren. De Kaderrichtlijn Water omvat regelgeving ter bescherming van het binnenlandse oppervlaktewater, overgangswateren (waaronder estuaria worden verstaan), kustwateren en grondwater. Streefdatum voor het bereiken van gewenste waterkwaliteit is Eventueel kan er, mits goed onderbouwd, uitstel (derogatie) verleend worden tot uiteindelijk Voor het uitwerken van de doelstellingen worden er op (deel)stroomgebied plannen opgesteld. In deze (deel)stroomgebiedbeheersplannen staan de ambities en maatregelen beschreven voor de verschillende (deel)stroomgebieden. Met name de ecologische ambities worden op het niveau van de deelstroomgebieden bepaald Rijksbeleid In december 2009 is het Nationaal Waterplan vastgesteld. Dit plan geeft op hoofdlijnen aan welke beleid het Rijk in de periode voert om te komen tot een duurzaam waterbeheer. Het Nationaal Waterplan richt zich op bescherming tegen overstroming, voldoende en schoon water en diverse vormen van gebruik van water. Het Nationaal Waterplan is de opvolger van de Vierde Nota Waterhuishouding uit 1998 en vervangt alle voorgaande nota's waterhuishouding. Het Nationaal Waterplan zal het beleid uit de Vierde Nota Waterhuishouding voortzetten. Het beleidsdoel is het realiseren of in stand houden van duurzame en klimaatbestendige watersystemen. Het Waterplan is opgesteld op basis van de Waterwet, die met ingang van 22 december 2009 van kracht is. Op basis van de Wet ruimtelijke ordening heeft het Nationaal Waterplan voor de ruimtelijke aspecten de status van structuurvisie Provinciaal beleid In de Omgevingsvisie Overijssel wordt ruim aandacht besteed aan de wateraspecten. De ambities zijn, naast de uitvoering van de Kaderrichtlijn Water, gericht op de verbetering van de kwaliteit van de kleinere wateren, de veiligheid, de grondwaterbescherming, bestrijding van wateroverlast, de kwantiteit en kwaliteit van grond- en oppervlakte water en waterbeleving zowel in de groene ruimte als stedelijk gebied Waterschap Vechtstromen Door de invoering van de Kaderrichtlijn Water is Nederland verdeeld in vijf deelstroomgebieden. Het deelstroomgebied Rijn-Oost wordt beheerd door de waterschappen Drents Overijsselse Delta, Vechtstromen, en Rijn en IJssel. Om te voldoen aan de eisen van de Kaderrichtlijn Water hebben deze waterschappen een Waterbeheerplan opgesteld. In de vergadering van 7 oktober 2015 heeft het algemeen bestuur van het waterschap Vechtstromen het 'Waterbeheerplan ' vastgesteld. In het Waterbeheerplan is aangegeven hoe het waterschap zijn taken de komende jaren (2016 tot 2021) wil uitvoeren. In het plan zijn doelen en maatregelen gesteld voor de thema's waterveiligheid, voldoende water, schoon water en het zuiveren van afvalwater. Deze zijn gericht op: 40 vastgesteld

43 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Voorkomen of beperken van overstromingen, wateroverlast en droogte. Inwoners kunnen hierdoor op een goede manier wonen en werken in het beheergebied en de boeren en natuurbeheerders kunnen goed gebruik maken van de grond; Beschermen en verbeteren van de kwaliteit van het oppervlaktewater en grondwater. Een goede ecologische en chemische kwaliteit van het (oppervlakte)water is belangrijk. Het water is dan schoon en gezond en inwoners kunnen hiervan genieten. Ook de doelen voor waterkwaliteit die voortvloeien uit Europese wetgeving, de Kaderrichtlijn Water (KRW), maken onderdeel uit van het plan; Afvalwater in de afvalwaterzuiveringsinstallaties effectief en efficiënt behandelen. Het waterschap haalt niet alleen schadelijke stoffen uit het afvalwater, maar wil daarmee ook nuttige producten maken en probeert nieuwe toepassingen te zoeken Waterplan Hof van Twente Het waterplan is een overkoepelend beleidsstuk over het waterbeheer in de gemeente Hof van Twente dat ook door de waterbeheerders de waterschappen Vechtstromen en Rijn en IJssel en drinkwaterleidingbedrijf Vitens is vastgesteld. Het waterplan geeft een visie hoe het watersysteem binnen de gemeente over ongeveer 25 jaar er uit ziet en welke maatregelen er op korte en lange termijn daarvoor nodig zijn. De visie wordt op basis van drie invalshoeken beschreven, te weten: Twents landschap: Water speelt een belangrijke rol in het gevarieerde en kleinschalige landschap. Het water is zo ingericht dat meerdere functies tegelijk kunnen vervullen. Het waterbeheer sluit zoveel mogelijk aan bij de natuurlijke omstandigheden, zoals hoogteligging, grondwaterstroming en bodemsoort. Ruimte voor water: De visie is gericht op het ontwikkelen van een robuust en veerkrachtig watersysteem met als doel wateroverlast en verdroging zoveel mogelijk te voorkomen. Om dit te bereiken is er voldoende ruimte nodig voor het vasthouden en tijdelijk bergen van water. Voor de verbetering van de waterkwaliteit dienen de vervuilende lozingen te worden beperkt. Door het afkoppelen van schoon hemelwater van de riolering wordt de emissie door lozingen vanuit riooloverstorten en rioolwaterzuiveringen gereduceerd. Beleving van water: In de woon- en werkomgeving is water zichtbaar, bereikbaar en veilig voor bijvoorbeeld vissers en wandelaars. Zichtbaar water dat beleefd wordt, is er niet alleen om van te genieten, maar ook er van bewust van te zijn. Om dit te bereiken wordt het hemelwater bij voorkeur met bovengrondse voorzieningen ingezameld en geïnfiltreerd Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan In de Waterwet en de Wet milieubeheer zijn de gemeentelijke watertaken geregeld. Deze taken hebben betrekking op de gemeentelijke zorgplicht voor: inzameling en transport van stedelijk afvalwater; het inzamelen en verwerken van afvloeiend hemelwater; grondwater(maatregelen). De doelmatige uitvoering van deze zorgplichten is in het vgrp vastgelegd en gaat uit van de volgende principes: De trits vasthouden bergen afvoeren houdt in dat in eerste instantie getracht wordt het (gebiedseigen) water in de bodem te infiltreren. Indien dit niet mogelijk is dient het afstromend regenwater lokaal te worden geborgen in vijvers en watergangen. Pas in de laatste instantie kan overwogen worden het water (zo traag mogelijk) af te voeren naar de omgeving. De trits schoonhouden scheiden schoonmaken omvat ten eerste het niet toelaten dat de kwaliteit van water verslechtert (schoon houden), vervolgens het gescheiden houden van schone en vuile waterstromen en als laatste het zuiveren vastgesteld 41

44 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden (schoonmaken) van verontreinigd water. Door water schoon te houden en vuile waterstromen zoveel mogelijk gescheiden te houden kan de omvang van te zuiveren water worden beperkt en tevens het zuiveringsrendement te worden verhoogd. In het vgrp zijn de gemeentelijke zorgplichten nader gedefinieerd. Maatregelen in particulier gebied behoren tot de zorgplichten van de eigenaar Waterparagraaf Watertoets Zoals in voorgaande paragrafen uiteen is gezet, wordt in het moderne waterbeheer (waterbeheer 21e eeuw) gestreefd naar duurzame, veerkrachtige watersystemen met minimale risico's op wateroverlast of watertekorten. Belangrijk instrument hierbij is de watertoets, die sinds 1 november 2003 in ruimtelijke plannen is verankerd. In de toelichting op ruimtelijke plannen dient een waterparagraaf te worden opgenomen. Hierin wordt verslag gedaan van de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie (watertoets). Het doel van de watertoets is te garanderen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op een evenwichtige wijze in het plan worden afgewogen. Deze waterhuishoudkundige doelstellingen betreffen zowel de waterkwantiteit (veiligheid, wateroverlast, tegengaan verdroging) als de waterkwaliteit (riolering, omgang met hemelwater, lozingen op oppervlaktewater) Watertoetsprocedure Het Waterschap Vechtstromen is geïnformeerd over het plan door gebruik te maken van de digitale watertoets. De beantwoording van de vragen heeft ertoe geleid dat er geen waterschapsbelangen worden geraakt. Dit vanwege het feit dat er geen wijzigingen in de waterhuishouding plaatsvinden en er geen sprake is van het extra bebouwen of verharden van het plangebied. Het document 'geen waterschapsbelang' is opgenomen in Bijlage 3 van deze toelichting. 42 vastgesteld

45 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk Juridische planopzet Inleiding In de voorgaande hoofdstukken is ingegaan op het plangebied, het relevante beleid en de milieu- en omgevingsaspecten. De informatie uit deze hoofdstukken is gebruikt om keuzes te maken bij het opstellen van het juridische deel van het bestemmingsplan: de verbeelding en de regels. In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de opzet van dit juridische deel. Daarnaast wordt een verantwoording gegeven van de gemaakte keuzes op de verbeelding en in de regels. Dat betekent dat er wordt aangegeven waarom een bepaalde functie ergens is toegestaan en waarom bepaalde bebouwing daar acceptabel is Opzet van de regels Algemeen In de Wet ruimtelijke ordening (Wro) die op 1 juli 2008 in werking is getreden, is de verplichting opgenomen om ruimtelijke plannen en besluiten digitaal vast te stellen. De digitaliseringsverplichting geldt vanaf 1 januari In de ministeriële Regeling standaarden ruimtelijke ordening is vastgelegd dat de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP) de norm is voor de vergelijkbaarheid van bestemmingsplannen. Naast de SVBP zijn ook het Informatiemodel Ruimtelijke Ordening en de Standaard Toegankelijkheid Ruimtelijke Instrumenten normerend bij het vastleggen en beschikbaar stellen van bestemmingsplannen. De SVBP geeft normen voor de opbouw van de planregels en voor de digitale verbeelding van het bestemmingsplan. Dit bestemmingsplan is opgesteld conform de normen van de SVBP2012. Het juridisch bindend gedeelte van het bestemmingsplan bestaat uit planregels en bijbehorende verbeelding waarop de bestemmingen zijn aangegeven. Deze verbeelding kan zowel digitaal als analoog worden verbeeld. De verbeelding en de planregels dienen in samenhang te worden bekeken. De regels zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken: 1. Inleidende regels; 2. Bestemmingsregels; 3. Algemene regels; 4. Overgangs- en slotregels Inleidende regels Hoofdstuk 1 bevat de inleidende regels. Deze regels gelden voor het gehele plangebied en bevatten: Begrippen In Artikel 1 zijn omschrijvingen gegeven van de in het bestemmingsplan gebruikte begrippen. Deze zijn opgenomen om interpretatieverschillen te voorkomen. Begripsbepalingen zijn alleen nodig voor begrippen die gebruikt worden in de regels en die tot verwarring kunnen leiden of voor meerdere uitleg vatbaar zijn. vastgesteld 43

46 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Wijze van meten Om op een eenduidige manier afstanden, oppervlakten en inhoud van gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde, te bepalen wordt in de wijze van meten (Artikel 2) uitleg gegeven wat onder de diverse meetvoorschiften wordt verstaan Bestemmingsregels Hoofdstuk 2 van de regels bevat de juridische vertaling van de in het plangebied voorkomende bestemming. De regels zijn onderverdeeld in o.a: Bestemmingsomschrijving: Hierin is de omschrijving van de activiteiten die zijn toegestaan binnen deze bestemming opgenomen. Hierbij gaat het in beginsel om een beschrijving van de aan de grond toegekende functies. Bouwregels: In deze regels zijn eisen opgenomen waaraan de binnen de bestemming voorkomende bebouwing moet voldoen. Waar en met welke maatvoering mag worden gebouwd is hierin vastgelegd. Afwijken van de bouwregels: Op basis van deze regels hebben burgemeester en wethouders de bevoegdheid om bij omgevingsvergunning af te wijken van de bouwregels in het plan. Specifieke gebruiksregels: In de specifiek gebruiksregels is bepaald welk gebruik van gronden en opstallen in elk geval strijdig is met of wordt toegestaan binnen deze bestemming. Daarbij zijn niet alle mogelijke toegestane en strijdige gebruiksvormen genoemd. Afwijken van de gebruiksregels: Deze afwijking geeft burgemeester en wethouders de bevoegdheid om met omgevingsvergunning af te wijken van functies die in eerste aanleg strijdig zijn met de bestemmingsomschrijving of de specifieke gebruiksregels Algemene regels Anti-dubbeltelregel (Artikel 6): deze regel is opgenomen om te voorkomen dat, wanneer volgens een plan bepaalde gebouwen en bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld. Algemene bouwregels (Artikel 7): Dit artikel bevat diverse regels omtrent bestaande maatvoering, dakhelling van gebouwen, situering van woningen, herbouw of nieuwbouw van gebouwen in geval van calamiteit en situering van bijgebouwen en paardenbakken. Algemene gebruiksregels (Artikel 8): in deze regel is aangegeven wat onder verboden gebruik wordt verstaan. Deze regel gaat uit van de gedachte dat het gebruik uitsluitend mag plaatsvinden in overeenstemming met de bestemming. Algemene aanduidingsregels (Artikel 9): in de algemene aanduidingsregels zijn zones aangegeven waarvoor bijzondere regels gelden. Deze zones zijn weergegeven op de verbeelding. Algemene afwijkingsregels (Artikel 10): in deze regel is aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om bij een omgevingsvergunning af te wijken van bepaalde, in het bestemmingsplan geregelde, onderwerpen. De criteria, die bij toepassing van deze bevoegdheid in acht moeten worden genomen, zijn aangegeven. Algemene wijzigingsregels (Artikel 11): In dit artikel worden de algemene wijzigingsregels beschreven. Deze regels geven burgemeester en wethouders de bevoegdheid om het plan op de in de regels genoemde punten te wijzigen. Overige regels (Artikel 12): In dit artikel worden de regels beschreven met 44 vastgesteld

47 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden betrekking tot vrijkomende agrarische bebouwing Overgangs- en slotregels In hoofdstuk 4 van de regels staan de overgangs- en slotregels. In de overgangsregels is aangegeven wat de juridische consequenties zijn van bestaande situaties die in strijd zijn met dit bestemmingsplan. In de slotregel is aangegeven hoe het bestemmingsplan wordt genoemd Verantwoording van de regels Algemeen Kenmerk van de Nederlandse ruimtelijke ordeningsregelgeving is dat er uitgegaan wordt van toelatingsplanologie. Een bestemmingsplan geeft aan welke functies waar zijn toegestaan en welke bebouwing mag worden opgericht. Bij het opstellen van dit bestemmingsplan zijn keuzes gemaakt over welke functies waar worden mogelijk gemaakt en is gekeken welke bebouwing stedenbouwkundig toegestaan kan worden. Het is noodzakelijk dat het bestemmingsplan een compleet inzicht biedt in de bouwen gebruiksmogelijkheden binnen het betreffende plangebied. Het bestemmingsplan is het juridische toetsingskader dat bindend is voor de burger en overheid en geeft aan wat de gewenste planologische situatie voor het plangebied is. In deze paragraaf worden de gemaakte keuzes nader onderbouwd. 'Wonen' (Artikel 3) Het plangebied heeft overeenkomstig het geldende bestemmingsplan de bestemming 'Wonen'. Ter plaatse van de woonbestemming is één woning toegestaan en in aanvulling daarop tevens één woning ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - vab'. Daarnaast zijn de gronden met deze bestemming onder andere bestemd voor aan huis verbonden beroepen, bed & breakfast en ontslutingsvoorzieningen. Vrijstaande of aangebouwde bijgebouwen bij de woningen mogen worden opgericht achter het verlengde van de voorgevel van de woning. De gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen per woning mag maximaal 150 m2 bedragen. De goothoogte mag maximaal 3 meter en de bouwhoogte maximaal 6 meter bedragen, dan wel de bestaande inhoud, hoogte en goothoogte. Ter plaatse van de karakteristieke schuur is de aanduiding 'specifieke vorm van wonen vab' opgenomen. Hiervoor geldt in afwijking van de standaard bouwregels dat uitsluitend de bestaande gebouwen zijn toegestaan, herbouw en/of nieuwbouw van gebouwen niet is toegestaan en dat de karakteristiek van het gebouw behouden moet blijven. Erf- en terreinafscheidingen mogen voor de voorgevelrooilijn worden gebouwd tot een bouwhoogte van ten hoogste 1 meter en daarachter ten hoogste 2 meter. Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde mogen worden gebouwd tot een hoogte van maximaal 2 meter. In de 'specifieke gebruiksregels' is een voorwaardelijke verplichting opgenomen. Een dergelijke verplichting voorziet in de juridische waarborging dat de inrichtingsmaatregelen conform het Erf- en landschapsplan zoals opgenomen in Bijlage 1 worden uitgevoerd en in stand worden gehouden. 'Waarde - Archeologische verwachting 2' (Artikel 4) en 'Waarde Archeologische verwachting 3' (Artikel 5) Overeenkomstig het geldende bestemmingsplan zijn de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologische verwachting 2' en 'Waarde - Archeologische verwachting 3' opgenomen. Gronden met deze dubbelbestemming zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van vastgesteld 45

48 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden archeologische waarden. Op of in deze gronden mogen zonder archeologisch onderzoek geen bouwwerken worden gebouwd, waarbij de bodem dieper dan 0,40 m vanaf maaiveld verstoord wordt of het nieuw te bebouwen oppervlak groter is dan m2 (ter plaatse van de bestemming 'Waarde - Archeologische verwachting 2') of 10 hectare (ter plaatse van de bestemming 'Waarde - Archeologische verwachting 3'). 46 vastgesteld

49 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk 7 Economische uitvoerbaarheid Artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening stelt dat de gemeenteraad gelijktijdig met de vaststelling van het bestemmingsplan moet besluiten om al dan niet een exploitatieplan vast te stellen. Hoofdregel is dat een exploitatieplan moet worden vastgesteld bij elk bestemmingsplan. Er zijn echter uitzonderingen. Het is mogelijk dat de raad verklaart dat met betrekking tot een bestemmingsplan geen exploitatieplan wordt vastgesteld indien het verhaal van kosten van de grondexploitatie anderszins is verzekerd of het stellen van nadere eisen en regels niet noodzakelijk is. In het voorliggende geval is een anterieure overeenkomst gesloten tussen initiatiefnemer en de gemeente Hof van Twente. Hierin is tevens het risico van planschade opgenomen zodat het kostenverhaal voor de gemeente volledig is verzekerd. Dit brengt met zich mee dat vaststelling van een exploitatieplan achterwege kan blijven. Daarbij wordt opgemerkt dat eveneens rekening is gehouden met de kosten voor het aanvullend (asbest)bodemonderzoek en indien er sprake is van bodemverontreiniging met de kosten voor de noodzakelijke (sanerings)maatregelen om te kunnen voldoen aan de vereiste bodemkwaliteit ten aanzien van de beoogde functie (wonen). vastgesteld 47

50 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Hoofdstuk Inspraak en vooroverleg Vooroverleg Op grond van artikel Bro is vooroverleg vereist met het waterschap en met de diensten van de provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn Het Rijk In het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) zijn de nationale belangen die juridische borging vereisen opgenomen. Het Barro is gericht op doorwerking van nationale belangen in gemeentelijke bestemmingsplannen. Geoordeeld wordt dat dit bestemmingsplan geen nationale belangen schaadt. Daarom is afgezien van het voeren van vooroverleg met het Rijk Provincie Overijssel Op basis van artikel 3.1.1, lid 2 heeft de provincie de mogelijkheid om plannen aan te wijzen waarvoor geen vooroverleg is vereist. De provincie Overijssel heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt en een zogenoemde 'Uitzonderingslijst vooroverleg ruimtelijke plannen' opgesteld. Voor plannen in het Buitengebied / Groene omgeving is in deze lijst onder sub 4 opgenomen: Plannen/omgevingsvergunningen waarvoor de KGO van toepassing is, wanneer deze passen binnen een gemeentelijk beleidskader (vastgesteld door de raad) dat door de provincie is beoordeeld als zijnde in overeenstemming met de Omgevingsvisie Overijssel, Omgevingsverordening en Werkboek KGO. Geconstateerd wordt dat de ontwikkeling passend is binnen het gemeentelijk kwaliteitskader, de Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving en de Omgevingsvisie Overijssel. Voor het overige worden geen provinciale belangen geraakt. Provinciaal vooroverleg is niet noodzakelijk Waterschap Vechtstromen Uit de uitgevoerde watertoets blijkt dat geen sprake is van waterschapsbelangen. Het voeren van vooroverleg met het waterschap is dan ook niet noodzakelijk. 8.2 Inspraak Gezien de relatief beperkte planologische betekenis is geen voorontwerp bestemmingsplan ter inzage gelegd. 48 vastgesteld

51

52 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Inhoudsopgave Bijlagen bij de toelichting 3 Bijlage 1 Advies ervenconsulent van Het Oversticht 4 Bijlage 2 Verkennend (asbest)bodemonderzoek 7 Bijlage 3 Watertoetsresultaat 8 2 vastgesteld

53 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Bijlagen bij de toelichting vastgesteld 3

54 Buitengebied Hof van Twente, herziening Holtkampsweg 6 te Ambt Delden Bijlage 1 Advies ervenconsulent van Het Oversticht 4 vastgesteld

55 Ervenconsulent advies 2171 HVT: Holtkampsweg, gemeente Hof van Twente Datum aanvraag : maart 2015 Advies in het kader van : verbouwing schuur tot woning (VAB) Opgave De gemeente Hof van Twente verzoekt de ervenconsulent advies uit te brengen met betrekking tot de wens van de initiatiefnemer om een op het erf staande grote houten schuur te verbouwen tot tweede woning op het erf. Een principeverzoek is hiervoor ingediend. Omdat bewoning alleen mogelijk is in een karakteristieke schuur, is aan de ervenconsulent gevraagd te bekijken of de schuur voldoet aan de kenmerken daarvan. Ook wordt gevraagd om advies betreffende de erfinrichting en de verbouwing van het pand. Een erfbezoek, in gezelschap van een van de initiatiefnemers, hun adviseur, de gemeente Hof van Twente en de ervenconsulent, heeft plaatsgevonden op 19 maart Situatie De boerderij, bekend onder de naam n Slaamp, is rond 1925 gebouwd op de overgang van het kleinschalige landbouwgebied op de dekzanden ten noorden van Deldenerbroek, nu oude hoevenlandschap genoemd, naar de vochtige heidegronden ten noordwesten daarvan, die in diezelfde tijd werden ontgonnen ten behoeve van land- en deels bosbouw (nu jonge heide- en broekontginningenlandschap). Met de bijgebouwen, een voormalige veestalling van rond 1930 en een kapschuur, en de hoge bomen rondom, vormt de boerderij een compact erfensemble. In de omgevingsvisie wordt donkerte als een te behouden kwaliteit van de omgeving aangeduid. In de loop van de afgelopen jaren is er weinig onderhoud gepleegd aan erf en bijgebouwen, waardoor dit deel van het erf een verrommelde indruk geeft. Advies Het erf verdient een opknapbeurt. De boerderij is goed onderhouden en lijkt in oorspronkelijke staat te zijn. De tuin voor de boerderij bestaat uit veel niet-inheemse soorten struiken, maar in eerste instantie is dit niet een aandachtspunt. De kapschuur ligt omgeven door bomen aan de noordrand van het erf, en kan door enkele aanpassingen (waaronder verwijderen van het asbest dak en vervangen van vervallen onderdelen) in goede, niet persé oorspronkelijke, staat worden teruggebracht. Na restauratie is gebruik als garage en berging heel goed mogelijk. De voormalige veestalling is een groot volume waarin een woning kan worden ondergebracht mits zorgvuldig met de karakteristieken van het gebouw wordt omgegaan. Van de aanwezige bomen en struiken moet stuk voor stuk worden beoordeeld of zij (nog) een meerwaarde voor het erf zijn. Dunning is zeker gewenst en noodzakelijk. Verwijdering van opgeslagen materialen kan met zich meebrengen dat een deel van de grond moet worden afgevoerd in verband met mogelijke vervuiling. Dit moet worden onderzocht. Enkele randvoorwaarden zijn: Erf en beplanting - Behoud de hoofdopzet van het erf: o De voorzijde ligt voor de voorgevel van de boerderij, de rest van het erf is achterkant o De voorzijde is formeler, de achterzijde informeler en natuurlijker o Leg geen tuin aan tussen nieuwe woning en weg, behoud de informaliteit - Geef het erf meer lucht door dunnen en verwijderen van bomen die o In het midden van het terrein zijn opgeslagen o Elkaar in de weg staan: kies voor behoud van de mooie en sterke exemplaren o Kies voor behoud en eventueel herstel bomenrij langs de weg en aan de noordkant o Meer openheid in de bomenrand is mogelijk aan de oostkant - Aan de oostkant van de nieuwe woning is een eenvoudige tuininvulling heel goed mogelijk 2171 HVT, april

56 Gebouw De schuur heeft zoveel ruimte dat het niet nodig lijkt te zijn een verdieping aan te brengen. - Behoud de hoofdopzet van het gebouw: o Breng aan de wegzijde zo weinig mogelijk en zo klein of onopvallend mogelijke openingen aan. o Behoud de gebinten en constructies zoveel mogelijk o Behoud het dichte dakvlak aan de wegzijde o o Behoud de gevelopeningen, deuren en luiken aan de erfzijde; De oostzijde van het gebouw biedt de meeste mogelijkheden voor ingrepen die licht in het gebouw brengen. De door de initiatiefnemer aangedragen referentiebeelden geven de juiste richting in denken over ingrepen aan. Conclusie De voormalige veestalling leent zich heel goed voor verbouwing tot woning, mits op een goede manier wordt omgegaan met de karakteristieken van zowel erf als gebouw 2171 HVT, april

BESTEMMINGSPLAN. Datum: 12 januari 2016 Fase: Vastgesteld NL.IMRO.1735.BGxDekkersveldw2-VS10

BESTEMMINGSPLAN. Datum: 12 januari 2016 Fase: Vastgesteld NL.IMRO.1735.BGxDekkersveldw2-VS10 BESTEMMINGSPLAN Datum: 12 januari 2016 Fase: Vastgesteld Planid: NL.IMRO.1735.BGxDekkersveldw2-VS10 Buitengebied Hof van Twente, herziening Dekkersveldweg 2/4 te Ambt Delden Buitengebied Hof van Twente,

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

BEST EMMI N G SPL AN 16 december 2014

BEST EMMI N G SPL AN 16 december 2014 BESTEMMINGSPLAN Buitengebied Hof van Twente, Herziening Worsinkweg 2 Markelo Buitengebied Hof van Twente, Herziening Worsinkweg 2 Markelo Inhoudsopgave Toelichting Toelichting 2 3 Hoofdstuk1 1.1 1.2 1.3

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg In opdracht van G.C. Nagel december 2013 Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a Nederhorst den Berg

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel

Nadere informatie

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015 Gemeente Haaksbergen Rood voor Rood beleid 2015 Ruimtelijke ontwikkeling 20-8-2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Begrippen 3 3. Beleidskaders 4 3.1 Kaders 4 3.2 Voorwaarden 4 3.3 Bijzondere gevallen

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie

Vastgesteld. September 2013

Vastgesteld. September 2013 September 2013 Bestemmingsplan Buitengebied, partiële herziening Beltshofweg 18 Gemeente Haaksbergen Postbus 102 7480AC HAAKSBERGEN Contactpersoon gemeente Haaksbergen: dhr. B. Weustink Projectleider :

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

Ontwerp. September 2015

Ontwerp. September 2015 September 2015 Bestemmingsplan Buitengebied, herziening Waterberging Vlierwaterleiding Dalmsholte Plannaam: Buitengebied, herziening Waterberging Vlierwaterleiding Dalmsholte IMRO-idn: NL.IMRO.0175.buiten2012bp0006-on01

Nadere informatie

KGO-beleid. KGO-balansmodel. Gemeente Haaksbergen. Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling. Versie 2, december 15

KGO-beleid. KGO-balansmodel. Gemeente Haaksbergen. Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling. Versie 2, december 15 KGO-beleid KGO-balansmodel Gemeente Haaksbergen Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Versie 2, december 15 Aanleiding In de omgevingsvisie van de provincie Overijssel is de Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving

Nadere informatie

Beleidskader. Vrijkomende Agrarische Bebouwing

Beleidskader. Vrijkomende Agrarische Bebouwing Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing Beleidskader December 2016 3 Beleid Vrijkomende Agrarische Bebouwing Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doelstellingen 1.3 Relatie met ander beleid

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren Gemeente Someren Opdrachtgever: Projectlocatie: Dhr. N.H.L. Michiels Hollandseweg 19 5712RM Someren Hollandseweg 19, Someren Projectnummer: 16418-001 Datum:

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT 30 augustus 2016 vastgesteld 52-027 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3

Nadere informatie

Toetsingskader. Ruimte voor ruimteregeling. Gemeente Heumen

Toetsingskader. Ruimte voor ruimteregeling. Gemeente Heumen Toetsingskader Ruimte voor ruimteregeling Gemeente Heumen Vastgesteld: 20 december 2011 Inleiding In de raadsvergadering van 21 april is toegezegd dat er vooruitlopend op de structuurvisie die de gehele

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT 2 februari 2016 vastgesteld 52-007 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3 Plangebied... 6 1.4

Nadere informatie

Duinkampen 23 te Paterswolde

Duinkampen 23 te Paterswolde Duinkampen 23 te Paterswolde Projectgebied. Duinkampen 23 Paterswolde 1. Inleiding Deze ruimtelijke onderbouwing is opgesteld voor het bouwen van een bijgebouw, het plaatsen van een schutting en twee kunstwerken

Nadere informatie

Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing

Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haaren. Nr. 21696 15 februari 2017 Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing 1. Inleiding 1.1 Aanleiding De afgelopen decennia is het aantal agrarische bedrijven

Nadere informatie

28 e WIJZIGING BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, POOLWEG 1

28 e WIJZIGING BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, POOLWEG 1 28 e WIJZIGING BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, POOLWEG 1 28 e WIJZIGING BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, POOLWEG 1 GEMEENTE WIERDEN IDN: NL.IMRO.0189.WB2015000004-ON01 Datum: Oktober 2015 Status:

Nadere informatie

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 NL.IMRO.0037.BP1303-vs01 25 augustus 2014 blz. 2 Gemeente Stadskanaal Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Plangebied

Nadere informatie

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening ** Vastgesteld oktober 2014 Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening Visie verplaatsing nietagrarische bedrijven binnen het buitengebied Status: vastgesteld door de gemeenteraad van Houten d.d.

Nadere informatie

Betreft Klant Van Datum Besluit ruimtelijke ordening: Ladder voor duurzame verstedelijking

Betreft Klant Van Datum Besluit ruimtelijke ordening: Ladder voor duurzame verstedelijking MEMO Betreft : Motivering ladder voor duurzame verstedelijking t.b.v. realisatie kinderdagverblijf Klant : J.P.M. Langelaan, Buitenbrinkweg 81, Ermelo Van : J.M. Miellet, Exlan Datum : Oktober 2016 Besluit

Nadere informatie

Beleid. Investering Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving (KGO)

Beleid. Investering Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving (KGO) Beleid Investering Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving (KGO) 1 Inhoud Begripsbepalingen 1. Inleiding 4 2. Kwaliteitsdoelen en toetsingskaders 4 2.1 Provinciaal beleid 4 2.2 Gemeentelijk beleid 5 3. Reikwijdte

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Rietmolenweg 42

Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Rietmolenweg 42 Oktober 2013 Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Rietmolenweg 42 Gemeente Haaksbergen Postbus 102 7480AC HAAKSBERGEN Contactpersoon gemeente Haaksbergen: dhr. R. Oude Moleman

Nadere informatie

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo (ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo Gemeente Tynaarlo Maart 2011 Projectgebied Inhoudsopgave 1. Inleiding... 5 2. Huidige en beoogde situatie... 6 2.1 Beschrijving van

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland INHOUDSOPGAVE pagina HOOFDSTUK 1 INLEIDING 5 1.1 Aanleiding voor het plan 5 1.2 Plangebied 5 1.3 Leeswijzer

Nadere informatie

wijzigingsplan Boerderijsplitsing Bemmerstraat 7, Beek en Donk gemeente Laarbeek

wijzigingsplan Boerderijsplitsing Bemmerstraat 7, Beek en Donk gemeente Laarbeek wijzigingsplan Boerderijsplitsing Bemmerstraat 7, Beek en Donk gemeente Laarbeek document: toelichting status: vastgesteld datum: 2 september 2014 projectnummer: 200770R.2020 adviseur: Jke toelichting

Nadere informatie

Voorontwerp. Maart 2014

Voorontwerp. Maart 2014 Maart 2014 Bestemmingsplan Buitengebied, partiële herziening Hoge Kaviksweg 5 Plannaam: Bestemmingsplan Buitengebied, partiële herziening Hoge Kaviksweg 5 Plantype: Bestemmingsplan Status: IMRO-nummer:

Nadere informatie

Ruimtelijk Kwaliteitsplan. Rood voor Rood - Bentelosestraat 77a te Ambt - Delden - fam. Rouhof

Ruimtelijk Kwaliteitsplan. Rood voor Rood - Bentelosestraat 77a te Ambt - Delden - fam. Rouhof Ruimtelijk Kwaliteitsplan Rood voor Rood - Bentelosestraat 77a te Ambt - Delden - fam. Rouhof Ruimtelijk Kwaliteitsplan - laatst gewijzigd op 31 maart 2017 Ruimtelijk Kwaliteitsplan Rood voor Rood - Bentelosestraat

Nadere informatie

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen Beleidskader Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen In het buitengebied 1. Inleiding Het Streekplan Gelderland (2005) biedt nieuwe beleidsruimte voor

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem GEMEENTE BUREN Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem Projectnr. 061-076 / 27 januari 2016 INHOUD BLZ 1 INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding en doelstelling... 3 1.2 Plangebied... 4 1.3 Geldend

Nadere informatie

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging en begrenzing

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied 2009, herziening Enterweg 18

Bestemmingsplan Buitengebied 2009, herziening Enterweg 18 Bestemmingsplan Buitengebied 2009, herziening Enterweg 18 Bestemmingsplan Buitengebied 2009, herziening Enterweg 18 GEMEENTE WIERDEN (IDN: NL.IMRO.0189.BP2012000007-VA01) Datum: 20-09-2012 Status: Vastgesteld

Nadere informatie

Bestemmingsplan Geesteren Vinckenweg 17 en Hardenbergerweg 75

Bestemmingsplan Geesteren Vinckenweg 17 en Hardenbergerweg 75 April 2015 Bestemmingsplan Geesteren, Vinckenweg 17 en Hardenbergerweg 75 Plannaam: Geesteren, Vinckenweg 17 en Hardenbergerweg 75 IMRO-nummer: NL.IMRO.0183.1404324-ow01 Plantype: Bestemmingsplan Status:

Nadere informatie

Bouwen en wonen in het buitengebied

Bouwen en wonen in het buitengebied Gemeente Hof van Twente, Postbus 54, 7470 AB Goor Tel. 0547 85 85 85 Fax 0547 85 85 86 E-mail info@hofvantwente.nl Website: www.hofvantwente.nl Bouwen en wonen in het buitengebied Inleiding Op 9 januari

Nadere informatie

Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging Veenweg 3 Gemeente Renswoude

Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging Veenweg 3 Gemeente Renswoude Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging Veenweg 3 Gemeente Renswoude Toelichting NL.IMRO.0339.WZ2013Veenweg3-ow01 / ontwerp Projectnr. BW-13051 / 10 december 2013 Gemeente Renswoude Wijzigingsplan Bouwvlak wijziging

Nadere informatie

memo Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg 63 en 65 te Doorn

memo Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg 63 en 65 te Doorn memo aan: van: c.c.: Inge Eising Gemeente Utrechtse Heuvelrug Mariël Gerritsen Pieter Birkhoff Van Wijnen Groep N.V. datum: 14 december 2015 betreft: Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg

Nadere informatie

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Bijlage 3 Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Artikel 2.1 - Zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit 1. Een bestemmingsplan dat voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Goorsestraat 161

Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Goorsestraat 161 December 2014 Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Goorsestraat 161 Gemeente Haaksbergen Postbus 102 7480AC HAAKSBERGEN Contactpersoon gemeente Haaksbergen: dhr. B.J. Weustink

Nadere informatie

Nieuwe woning van 750 m³ met bijgebouw van 75 m² - sloop van 850 m² bebouwing.

Nieuwe woning van 750 m³ met bijgebouw van 75 m² - sloop van 850 m² bebouwing. Wijzigingen nieuw en huidig Rood voor Rood beleid In het nieuwe Rood voor Rood beleid 2015 zijn een aantal wijzigingen aangebracht ten opzichte van het in 2011 vastgestelde beleid. Dit betreffen wijzigingen

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN BUITENGEBIED HOLTEN, WIJZIGING BOUWBLOK, LARENSEWEG 104

WIJZIGINGSPLAN BUITENGEBIED HOLTEN, WIJZIGING BOUWBLOK, LARENSEWEG 104 November 2013 WIJZIGINGSPLAN BUITENGEBIED HOLTEN, WIJZIGING BOUWBLOK, LARENSEWEG 104 Plannaam: Buitengebied Holten, wijziging bouwblok, Larenseweg 104 IMRO-nummer: NL.IMRO.1742.WPB2013001-0401 Plantype:

Nadere informatie

Bestemmingsplan Lemseloseschoolweg 14 Weerselo

Bestemmingsplan Lemseloseschoolweg 14 Weerselo Juni 2016 Ontwerp Ontwerp Bestemmingsplan Lemseloseschoolweg 14 Weerselo Plannaam: Bestemmingsplan Lemseloseschoolweg 14 Weerselo IMRO-nummer: NL.IMRO.1774.BUIBPLEMSELOSCHW14-OW01 Plantype: Bestemmingsplan

Nadere informatie

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening (RO) in Nederland Vanuit de geschiedenis is RO al belangrijk in Nederland, denk bijvoorbeeld aan landinrichting en optimaliseren van de waterhuishouding.

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied, partiële herziening Daminksweg 1

Bestemmingsplan Buitengebied, partiële herziening Daminksweg 1 Juni 2017 Bestemmingsplan Buitengebied, partiële herziening Daminksweg 1 Plannaam: IMRO-nummer: NL.IMRO.0168.BP008vpPH02-0401 Plantype: Bestemmingsplan Status: Datum: Juni 2017 2 TOELICHTING 3 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING SCHAPENDIJK 14

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING SCHAPENDIJK 14 BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING SCHAPENDIJK 14 BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING SCHAPENDIJK 14 GEMEENTE WIERDEN IDN: NL.IMRO.0189.BP2015000006-VA01 Datum: November 2015 Status:

Nadere informatie

(Ontwerp) Ruimtelijke Onderbouwing. Afwijking bestemmingsplan. Tolhuisweg 49 Midlaren. Herbouw schuur

(Ontwerp) Ruimtelijke Onderbouwing. Afwijking bestemmingsplan. Tolhuisweg 49 Midlaren. Herbouw schuur (Ontwerp) Ruimtelijke Onderbouwing Afwijking bestemmingsplan Tolhuisweg 49 Midlaren Herbouw schuur Gemeente Tynaarlo April 2011 NL.IMRO.1730.ABTolhuisweg49-0301 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding.3 2. Ruimtelijke

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef. Gemeente Hollands Kroon

Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef. Gemeente Hollands Kroon Ruimtelijke Onderbouwing Westerklief 8 Hippolytushoef Gemeente Hollands Kroon 12 oktober 2016 Toelichting Inhoud: 1. Inleiding... 3 1.1 Voorgeschiedenis... 3 1.2 Initiatiefnemer... 3 1.3 Planvoornemen...

Nadere informatie

Toelichting. vastgesteld 23 februari Meeuwisdijk 9

Toelichting. vastgesteld 23 februari Meeuwisdijk 9 Toelichting vastgesteld 23 februari 2016 Meeuwisdijk 9 Hoofdstuk 1 Inleiding Het perceel Meeuwisdijk 9 in het noordelijk buitengebied van Etten-Leur heeft in het geldende bestemmingsplan Buitengebied (2013)

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing De Kouwe Noord 3, Geffen Gemeente Oss Raadhuislaan 2 5341 GM Oss T: 14 0412 F: 0412 642605 www.oss.nl RUIMTELIJKE ONDERBOUWING De Kouwe Noord 3 te Geffen Februari maart 2016 1

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HAAKSBERGEN, PARTIËLE HERZIENING OUDE BOEKELOSEWEG 113

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HAAKSBERGEN, PARTIËLE HERZIENING OUDE BOEKELOSEWEG 113 Juni 2015 BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED HAAKSBERGEN, PARTIËLE HERZIENING OUDE BOEKELOSEWEG 113 Gemeente Haaksbergen Postbus 102 7480 AC HAAKSBERGEN Contactpersoon gemeente Haaksbergen: dhr. B.J. Weustink

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in artikel lid 1, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 6.5, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht;

gelet op het bepaalde in artikel lid 1, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 6.5, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht; ^2 gemeente T -^^fc Nijkerk RAADSBESLUIT Nummer: 2012-094 De raad van de gemeente Nijkerk; gelezen het collegevoorstel van 2 oktober 2012; gelet op het bepaalde in artikel 2.27. lid 1, van de Wet algemene

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Omgevingsvergunning Hollewandsweg 28 2/11 Inhoudsopgave RUIMTELIJKE ONDERBOUWING 5 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 Hoofdstuk 2 Aanvraag omgevingsvergunning 5 Hoofdstuk 3 Geldende planologische

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING KLOKKENDIJK 9

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING KLOKKENDIJK 9 BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING KLOKKENDIJK 9 BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2009, HERZIENING KLOKKENDIJK 9 GEMEENTE WIERDEN IDN: NL.IMRO.0189.BP2015000005-VA01 Datum: September 2015 Status:

Nadere informatie

Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre

Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre ROBGB-1100019 maart 2011 Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre 1. Samenvatting Oost Gelre heeft beleid voor functieverandering van vrijkomende

Nadere informatie

1. Streekplan Brabant in balans

1. Streekplan Brabant in balans 1. Streekplan Brabant in balans Het plangebied is gelegen in de AHS-landschap; subzone leefgebied dassen en voor een deel (duinrand) binnen de GHS-natuur. De Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant

Nadere informatie

TOELICHTING. Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN

TOELICHTING. Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN TOELICHTING ONTWERP BESTEMMINGSPLAN Reparatieplan bijgebouwen GEMEENTE VIANEN Opdrachtnummer : 99.372 IDnr. : Datum : augustus 2018 Versie : 2 Auteurs : mro b.v. : mro b.v. Leeuwenveldseweg 16H 1382 LX

Nadere informatie

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College,

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College, Bergs Advies B.V. Leveroyseweg 9a 6093 NE Heythuysen Telefoon (0475) 49 44 07 Fax (0475) 49 23 63 E-mail info@bergsadvies.nl Internet www.bergsadvies.nl BIC code: RABONL2U IBAN: NL76RABO0144217414 K.v.K.

Nadere informatie

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 status: vastgesteld datum: 5 september 2013 projectnummer: 202360R.2011 adviseurs: Jke / Wle gemeente Maasdriel Inhoudsopgave Hoofdstuk

Nadere informatie

Buitengebied Hof van Twente, herziening Potdijk 10-12, Markelo

Buitengebied Hof van Twente, herziening Potdijk 10-12, Markelo Buitengebied Hof van Twente, herziening Potdijk 10-12, Markelo BESTEMMINGSPLAN Datum: Fase: Planid: NL.IMRO.1735.BGxPotdijk10en12-VS10 Buitengebied Hof van Twente, herziening Potdijk 10-12, Markelo Inhoudsopgave

Nadere informatie

1 Inleiding 2. 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3. 3 Uitgangspunten 5. 4 Marktanalyse Laddertoets 19. Bijlage A 25.

1 Inleiding 2. 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3. 3 Uitgangspunten 5. 4 Marktanalyse Laddertoets 19. Bijlage A 25. Laddertoets De Smaragd Waalre Laddertoets De Smaragd Waalre 1 Inleiding 2 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3 3 Uitgangspunten 5 4 Marktanalyse 11 5 Laddertoets 19 Bijlage A 25 Artikel 4.3 Nieuwbouw

Nadere informatie

Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag)

Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag) Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag) 1.1 Inleiding Het buitengebied van de gemeente Deurne, dat behalve de kernen van Deurne, Vlierden, Liessel, Neerkant en Helenaveen, het gehele grondgebied van

Nadere informatie

Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP

Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP 1 INHOUDSOPGAVE Toelichting 3 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Begrenzing plangebied 3 1.3 Geldende bestemmingsplan / moederplan 4 1.4 Bestaande

Nadere informatie

Oude Badweg 60 Eelderwolde

Oude Badweg 60 Eelderwolde Oude Badweg 60 Eelderwolde Projectgebied 2 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied, huidige situatie... 4 Op het perceel is reeds een recreatiewoning met bijgebouwen aanwezig. De bestaande

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BEDRIJVENTERREIN ENTER-RIJSSEN 2008, DERDE HERZIENING

BESTEMMINGSPLAN BEDRIJVENTERREIN ENTER-RIJSSEN 2008, DERDE HERZIENING BESTEMMINGSPLAN BEDRIJVENTERREIN ENTER-RIJSSEN 2008, DERDE HERZIENING BESTEMMINGSPLAN BEDRIJVENTERREIN ENTER- RIJSSEN 2008, DERDE HERZIENING GEMEENTE WIERDEN IDN: NL.IMRO.0189.BP2017000010-VA01 Datum:

Nadere informatie

Wijzigingsplan It West 2a Augustinusga

Wijzigingsplan It West 2a Augustinusga Wijzigingsplan It West 2a Augustinusga TOELICHTING 1 TOELICHTING Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Begrenzing en ligging plangebied 3 1.3 Geldende bestemmingsplan / moederplan 4 1.4 Bestaande

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Harmoleweg 4

Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Harmoleweg 4 Februari 2014 Bestemmingsplan Buitengebied Haaksbergen, partiële herziening Harmoleweg 4 Gemeente Haaksbergen Postbus 102 7480AC HAAKSBERGEN Contactpersoon gemeente Haaksbergen: dhr. R. Oude Moleman Projectleider

Nadere informatie

Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D

Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D Inhoud Toelichting Regels Verbeelding 19 oktober 2010 Projectnummer

Nadere informatie

gemeente Bunnik Discussienota De gemeenteraad College van Burgemeester en Wethouders Datum: 14 september 2017

gemeente Bunnik Discussienota De gemeenteraad College van Burgemeester en Wethouders Datum: 14 september 2017 gemeente Bunnik Discussienota 17-081 Aan: Van: De gemeenteraad College van Burgemeester en Wethouders Datum: 14 september 2017 Onderwerp: Ontwikkeling Parallelweg 3, te Bunnik Inleiding Op de locatie Parallelweg

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Perceel L 534 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534 Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst, Perceel L 534 Vastgesteld 13 september 2013 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534-VA01

Nadere informatie

Nieuwe ontwikkelingen

Nieuwe ontwikkelingen Nieuwe ontwikkelingen In deze bijlage zijn de nieuwe ontwikkelingen opgenomen waarvoor nog geen procedure is doorlopen. Per ontwikkeling is een beschrijving en een toets aan het geldend bestemmingsplan,

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord Ruimtelijke onderbouwing project Vlietweg 16 te Santpoort-Noord W12/000758/ OLO271413 INHOUD 1 Beschrijving

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor het projectbesluit Op 15 januari 2010 is er een

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2).

Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2). Ruimtelijke Onderbouwing verbinding Tramweg-Industrieweg, bedrijventerrein De Smaale (deelproject 2). Doel en aanleiding Masterplan en Beeldkwaliteitplan Belangrijk brondocument van deze omgevingsvergunning

Nadere informatie

Februari Voorontwerp

Februari Voorontwerp Februari 2017 Bestemmingsplan Gemeente Losser bestemmingsplan Buitengebied partiele herziening Kampbrugweg 3 Beuningen Plannaam: Gemeente Losser bestemmingsplan Buitengebied partiele herziening Kampbrugweg

Nadere informatie

47003-bkp-v BESTEMMINGSPLAN "WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE" 1 INLEIDING Aanleiding en doel...

47003-bkp-v BESTEMMINGSPLAN WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE 1 INLEIDING Aanleiding en doel... GEMEENTE WOENSDRECHT BESTEMMINGSPLAN "WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE" BIJLAGE 5 bij de TOELICHTING BEELDKWALITEITSPLAN Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 2 1.1 Aanleiding en doel... 2 1.2 Ligging

Nadere informatie

Wijzigingsplan Baarsdorpermeer 4, Zuidermeer Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Wijzigingsplan Baarsdorpermeer 4, Zuidermeer Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning Wijzigingsplan Baarsdorpermeer 4, Zuidermeer Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning *D14.001905* D14.001905 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid HOOFDSTUK 3 Beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door (Europese,) landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante (Europees-,)

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied

Bestemmingsplan buitengebied Bestemmingsplan buitengebied Voorontwerp Informatieavond dinsdag 26 juni 2012 Wat is een bestemmingsplan? Plan met regels over het gebruik van de ruimte Waar en hoe mag wat worden gebouwd? Welke functies

Nadere informatie

GEMEENTE SON EN BREUGEL

GEMEENTE SON EN BREUGEL GEMEENTE SON EN BREUGEL Bestemmingsplan Buitengebied; Driehoek 7 Toelichting NL.IMRO.0848.BP813BUITENGEBIED-VA01/ Vastgesteld Projectnr. 021-012 / 19 december 2013 INHOUD BLZ 1. INLEIDING... 3 2. BESTAANDE

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing Vijf onderkomens voor recreatieve overnachtingen bij camping aan Drachtster Heawei 38 De Veenhoop 1 2 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING VIJF RECREATIEVE ONDERKOMENS DRACHTSTER HEAWEI 38

Nadere informatie

Vastgesteld. Juli 2018

Vastgesteld. Juli 2018 Juli 2018 BUITENGEBIED HARDENBERG, VERLENGDE BROEKDIJK 16A KLOOSTERHAAR Plannaam: IMRO: NL.IMRO.0160.0000BP00295-VG01 Status: Datum: Juli 2018 2 TOELICHTING 3 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING... 5 1.1

Nadere informatie

Bestemmingsplan Fleringen, Ootmarsumseweg 226, 228, 230 en 234

Bestemmingsplan Fleringen, Ootmarsumseweg 226, 228, 230 en 234 Bestemmingsplan Fleringen, Ootmarsumseweg 226, 228, 230 en 234 Plannaam: Fleringen, Ootmarsumseweg 226, 228, 230 en 234 IMRO-nummer: NL.IMRO.0183.1315696-vo01 Plantype: Bestemmingsplan Status: 2 Toelichting

Nadere informatie

BUITENGEBIED WIJZIGING 2017, VEERSTEEG 12A

BUITENGEBIED WIJZIGING 2017, VEERSTEEG 12A wijzigingsplan BUITENGEBIED WIJZIGING 2017, VEERSTEEG 12A vastgesteld 18 juli 2017 wijzigingsplan BUITENGEBIED WIJZIGING 2017, VEERSTEEG 12A documentstatus vastgesteld documentversie 1 IMRO-code NL.IMRO.0263.BP1165-

Nadere informatie

Namens cliënte, familie Van Kessel, woonachtig aan de Kwadestaartweg 10 te (5752 PV) Deurne, richt ik mij tot u met het volgende.

Namens cliënte, familie Van Kessel, woonachtig aan de Kwadestaartweg 10 te (5752 PV) Deurne, richt ik mij tot u met het volgende. Afz. Kerkstraat 2, 6095 BE Baexem College van Burgemeester en Wethouders van Deurne Postbus 3 5750 AA DEURNE Datum Betreft Ons kenmerk 4 februari 2014 Verzoek om omgevingsvergunning t.b.v. mantelzorg T19221.02.001/HAR

Nadere informatie

Paraplubestemmingsplan Parkeren

Paraplubestemmingsplan Parkeren Paraplubestemmingsplan Parkeren status: ontwerp idn: NL.IMRO.0281.BP00040-on01 gemeente Tiel datum: juni 2018 Bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan Parkeren Gemeente Tiel Toelichting INHOUD TOELICHTING

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de uitbreiding van een agrarisch bedrijf aan de St. Sebastiaanskapelstraat 9a

Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de uitbreiding van een agrarisch bedrijf aan de St. Sebastiaanskapelstraat 9a Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de uitbreiding van een agrarisch bedrijf aan de St. Sebastiaanskapelstraat 9a 1 Inhoudsopgave Pagina 1. Inleiding 3 1.1. Het project 3 2. Beschrijving huidige en

Nadere informatie

Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert

Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert Bestemmingsplan: Oud bestemmingsplan: Gemert-Bakel Buitengebied 2006 Bouwblok: Agrarisch bedrijf, met de aanduiding Intensieve

Nadere informatie

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela 2012 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippen... 3 Het beleid uit 2005... 4 Vraagstelling... 4 Planologisch kader... 4 Juridisch

Nadere informatie

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33;

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33; Besluit Provinciale Staten van Utrecht; Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33; Gelezen het concept van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED MIDDEN TOELICHTING

BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED MIDDEN TOELICHTING BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED MIDDEN TOELICHTING 5 MAART 2015 INHOUDSOPGAVE PAGINA HOOFDSTUK 1: INLEIDING 1.1 Aanleiding en doel van het plan 4 1.2 Ligging en begrenzing plangebied 4 1.3 Geldende

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning aan Laurens Stommespad 2 te Middelburg

Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning aan Laurens Stommespad 2 te Middelburg Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning aan Laurens Stommespad 2 te Middelburg Middelburg, 8 januari 2014 Inhoud 1. Inleiding 2. Locatie en project 2.1 Ligging plangebied 2.2 Geldend bestemmingsplan

Nadere informatie

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK GEMEENTE OLDEBROEK STRUCTUURVISIE PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK 188197 Inhoudsopgave 1 Beleidskader 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Beleidsmatige aspecten 5 2 Toetsingskader

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 Inleiding

HOOFDSTUK 1 Inleiding HOOFDSTUK 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel In 2010 is het voormalige perceel Strijbeekseweg 23 te Ulvenhout gesplitst in twee percelen, te weten Strijbeekseweg 23 met daarop een boerderij (rijksmonument),

Nadere informatie

N o t i t i e t. b. v. A r e n a d e b a t b e s t e m m i n g s p l a n b u i t e n g e b i e d M o e r d i j k

N o t i t i e t. b. v. A r e n a d e b a t b e s t e m m i n g s p l a n b u i t e n g e b i e d M o e r d i j k N o t i t i e t. b. v. A r e n a d e b a t b e s t e m m i n g s p l a n b u i t e n g e b i e d M o e r d i j k 31 augustus 2016 Op 8 september a.s. vindt om 19.30 u het vierde Arenadebat plaats over

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN 'STOKEKKERS HAPERT HERZIENING 2013'

BESTEMMINGSPLAN 'STOKEKKERS HAPERT HERZIENING 2013' BESTEMMINGSPLAN 'STOKEKKERS HAPERT HERZIENING 2013' TOELICHTING In opdracht van Opgesteld door Auteur IMRO codering Datum Status Inhoudsopgave 1.1. Aanleiding en doel 1 1.2. Ligging van het plangebied

Nadere informatie

Notitie karakteristieke gebouwen centrum Losser

Notitie karakteristieke gebouwen centrum Losser Notitie karakteristieke gebouwen centrum Losser September 2017 Afdeling BSP 1 Inhoudsopgave 1. Aanleiding... 3 2. Algemeen; Erfgoed in het bestemmingsplan... 3 2.1 Rekening houden met cultuurhistorie...

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING POELEWEG 17 TE IJHORST

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING POELEWEG 17 TE IJHORST f Juni 2016 BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING POELEWEG 17 TE IJHORST Plan: Buitengebied, partiële herziening Poeleweg 17 te IJhorst IMRO-nummer: NL.IMRO.0180.5102016001-ON01 Plantype: Bestemmingsplan

Nadere informatie