CBC - Actieve koelplafondunit. Halton CBC. Actieve koelplafondunit

Transcriptie

1 Halton CBC Actieve koelplafondunit Gecombineerde unit voor koeling, verwarming en ventilatie, die verzonken in een verlaagd plafond wordt gemonteerd Bij uitstek geschikt voor ruimten met een hoge koellast en een lage vochtigheidslast De ideale oplossing voor toepassingen waar hoogwaardige omgevingsvoorwaarden en een afzonderlijke ruimteregeling vereist zijn Typische toepassingen: kantoorruimten, open kantoren, teamruimten, patiëntenkamers, enz. Langere levenscyclus dankzij lage lucht- en waterdebieten Ingebouwde flexibiliteit voor makkelijke en snelle aanpassing van de werking bij verandering van ruimte-indeling en -gebruik Afzonderlijk instelbare luchtsnelheden dankzij de Halton Velocity Control (HVC) Ingebouwde flexibiliteit voor snelle aanpassing bij verplaatsing van scheidingswanden dankzij de Halton Velocity Control Snelle inregeling van de werking bij verandering in de situatie zonder dat er nozzels gewijzigd of afgedicht moeten worden Productmodellen en accessoires Model met gecombineerde koel- en verwarmingsbatterij, of model met elektrische verwarmingsfolie Model met luchtregelklep Model met geïntegreerde afzuigrozet Model met armaturen voor directe verlichting Model aangepast aan montage in Dampa-plafond 1

2 SNELLE SELECTIE Pa qv l/s m 3 /h Leff 900 Pw NZ/DPtot D/71 D/126 Lmin 6,6 8,6 Ld 3 4, Pw NZ/DPtot B/61 C/76 D/72 D/113 Lmin 2,6 5,6 5,6 7,6 Ld 2,4 3,2 3 3, Pw NZ/DPtot A/100 B/90 C/88 D/74 D/107 Lmin 1,6 1,6 6,6 5,6 6,6 Ld 2,6 2,6 3,2 3 3, Pw NZ/DPtot A/70 B/64 B/113 C/97 D/76 D/103 Lmin 1,6 1,6 1,6 6,6 5,6 6,6 Ld 2 2,2 3 3,4 3 3, Pw NZ/DPtot A/115 B/85 C/73 C/105 D/78 D/101 Lmin 1,6 1,6 5,6 6,6 5,6 6,6 Ld 2,6 2,4 3 3,6 3 3, Pw NZ/DPtot A/88 B/66 B/103 C/82 C/111 D/80 Lmin 1,6 1,6 1,6 5,6 6,6 5,6 Ld 2,4 2,2 2,6 3 3,6 2, Pw NZ/DPtot A/70 A/124 B/83 B/119 C/89 C/117 Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 5,6 6,8 Ld 2 2,6 2,4 2,8 3 3, Pw NZ/DPtot A/100 B/68 B/98 C/74 C/96 Lmin 1,6 1,6 1,6 5,6 5,6 Ld 2,4 2 2,4 2, Pw NZ/DPtot A/83 A/130 B/82 B/112 C/81 C/103 Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 4,6 5,6 Ld 2 2,6 2,4 2,6 2,8 3,2 Voorgestelde prestatiegegevens zijn met de HVC in positie 3. Indien Lmin >5m, gebruik HVC. Gemiddelde invloed van de HVC tegenover de voorgestelde waarden: positie 2: -15% van Pw en positie 1: -35% van Pw Leff Effectieve lengte, lengte van de batterij, mm Pa Primaire luchtcapaciteit, W Pw Capaciteit batterij, W NZ Nozzel type DPtot Plenumdruk koelbalk, Pa Lmin Minimum hartafstand tussen twee toevoerunits, m Ld Afstand waar de luchtstraal van het plafond los komt, m Pt Totaal koelvermogen met HAQ Ruimtetemperatuur (Tr) = 24 C Water toevoertemperatuur (Twin) = 15 C Retour watertemperatuur (Twout) = 18 C Toevoer luchttemperatuur (Ta) = 18 C A-gewogen geluidsdrukniveau, gereduceerd door een totaal equivalent absorptieoppervlak van 10m 2, db(a) red 10m 2 - sab <35db(A) 2

3 AFMETINGEN EN GEWICHT ØD 125 Batterijlengte 900,+100,...,3000 L ,+100,...,3595 kg/m 14 Plaats van de leidingaansluitingen en integratie in verlaagd plafond Kliksystemen voor montage in Dampa-plafond MATERIALEN EN AFWERKING ONDERDEEL MATERIAAL AFWERKING OPMERKING Frontpaneel Zijpanelen Voorgecoat gegalvaniseerd staal Voorgecoat gegalvaniseerd staal Witte polyester-poedercoating RAL 9010 / 20% glansgraad Witte polyester-poedercoating RAL 9010 / 20% glansgraad Eindpanelen Gegalvaniseerd staal Witte polyester-poedercoating RAL 9010 / 20% glansgraad Toevoerluchtplenum Beugels Batterijleidingen Batterijvinnen Elektrische verwarmingsfolie Gegalvaniseerd staal Gegalvaniseerd staal Koper Aluminium Polyesterlaminaat met aluminium geleider Speciale kleuren verkrijgbaar Polyesterepoxy-poedercoating Speciale kleuren verkrijgbaar Polyesterepoxy-poedercoating Speciale kleuren verkrijgbaar Afzuigrozet Gegalvaniseerd staal Witte polyesterepoxy-coating RAL 9010 Zie Halton URH-rozet De koel-/verwarmingsleidingaansluitingen zijn vervaardigd uit Cu15/Cu10 met een wanddikte van 1,0 mm, overeenkomstig de Europese norm EN 1057:1996. De maximale bedrijfsdruk van de koel-/ verwarmingskring bedraagt 1,0 MPa. De kanaalaansluiting voor de toevoerlucht bedraagt 125 mm. Het elektrische verwarmingsfoliesysteem voldoet aan de eisen van klasse 1 overeenkomstig de EN

4 Model met armaturen voor directe verlichting Integratie van een afzuigrozet PRODUCTOPTIES EN ACCESSOIRES ACCESSOIRE/MODEL CODE OMSCHRIJVING OPMERKING Gecombineerde koel- en verwarmingsbatterij TC = H Batterij met warmwatercirculatie De diameter van de aansluitingen van de koperen waterleidingen voor koeling en verwarming bedraagt 15/10 mm Elektrische verwarming TC = E Elektrische verwarmingsfolie Luchtregelklep FD = Y MSM-klep Verwijderbaar via inspectieluikje Afzuigrozetintegratie EX = Y Rozet geïntegreerd in de koelplafondunit Kliksystemen voor montage in Dampaplafond Verlichtingsarmatuur IO = A LV = Zie productcode Montage in Dampa-plafond Wattage: 28 W, 35 W, 2 x 21 W Geïntegreerde afzuigrozet neemt 300 mm van de totale lengte van de koelplafondunit in, waardoor de effectieve lengte van deze laatste afneemt. De rozet bevindt zich in het voorste uiteinde van de koelplafondunit. Standaard of dimbaar Kabels voor verlichtingsarmatuur CL = Zie productcode Kabellengte: 1000 mm, 2000 mm, of 3000 mm Stekkertypeopties: zonder stekker, standaardstekker, Enstonet-stekker, Wieland-stekker De koelplafondunit kan worden uitgerust met een geïntegreerde afzuigrozet, zodat de unit zowel voor de toevoer als voor de afzuiging van lucht kan worden gebruikt. De geïntegreerde afzuigrozet, die zich vooraan in de unit bevindt, neemt 300 mm van de totale lengte in beslag, waardoor de effectieve lengte overeenkomstig afneemt. 4

5 Pos 1 = gesloten positie Pos 2 = halfopen positie Werking De primaire toevoerlucht stroomt het plenum van de actieve koelplafondunit in. Vandaar wordt ze via nozzels en spleten aan de onderkant van de unit in de ruimte verspreid. De luchtstromen die door de nozzels de ruimte worden ingeblazen, zorgen voor een efficiënte inductie van de omgevingslucht. De geïnduceerde lucht stroomt door de warmtewisselaar, waar ze wordt gekoeld of verwarmd. De toevoerluchtstroom wordt horizontaal langs het plafondoppervlak gericht. Er zijn vier maten nozzels verkrijgbaar, waarmee verschillende luchtdebieten worden verkregen. In verwarmingsmodus wordt een verschil van maximaal 3 C aanbevolen tussen de temperatuur van de toegevoerde en de omgevingslucht. De temperatuur van het naar de warmtewisselaar gevoerde water mag niet meer dan 35 C bedragen. Voor een optimale verwarming moet het voorziene primaire-luchtdebiet worden bereikt. Tijdens de verwarmingsperiodes zal de luchtbehandelingunit werken om een doeltreffende verwarming te garanderen. Pos 3 = open positie De CBC-koelplafondunit is ontworpen voor verzonken montage in een verlaagd plafond. Snelheidsregeling in de leefzone Wanneer de indeling van de ruimte wordt veranderd (bijvoorbeeld wanneer zich naast de koelplafondunit een scheidingswand bevindt) of wanneer plaatselijke individuele luchtsnelheden bijgesteld moeten worden, kunnen de luchtsnelheden in de ruimte met behulp van de Halton Velocity Control (HVC) worden aangepast. De HVC-inregeling heeft invloed op de geïnduceerde omgevingslucht die door de warmtewisselaar stroomt: ze verhoogt of verlaagt zowel de luchtsnelheden in de leefzone als het koel-/ verwarmingsvermogen van de koelplafondunit. Met HVC kan de luchtsnelheid handmatig op een van de volgende posities worden ingesteld: 1 = gesloten positie, 2 = halfopen positie en 3 = open positie. De HVC-klep bestaat uit verschillende delen, zodat de voorwaarden in verschillende delen van de leefzone kunnen worden ingesteld. Het verdient aanbeveling de koelplafondunit in de halfopen positie te ontwerpen, zodat zowel de gesloten als de open positie mogelijk is gedurende de levenscyclus van het gebouw. 5

6 γ γ γ Lichtverspreidingscurven De koelplafondunits met verlichtingsarmaturen zijn uitgerust met optica geschikt voor ruimten waarin met beeldschermen wordt gewerkt. Bij levering is de unit uitgerust met de verlichtingsarmaturen voorzien van fluorescentielampen. Op verzoek kan het aansluitsnoer met een gemonteerde stekker worden geleverd. De verlichtingsarmaturen worden geleverd met een standaard of een dimbaar elektronisch voorschakelapparaat. Eigenschappen van de verlichtingsarmaturen Lamp T5 W Lampen/ verlichtingsarmatuur stuks Lichtstroom lm Lichtrendement Voorschakelapparaat elektronisch elektronisch elektronisch Bedradingsschema 1. Aansluiting met standaard elektronisch voorschakelapparaat (HF) 2. Aansluiting met dimbaar elektronisch voorschakelapparaat (HFR) 6

7 Aantal verlichtingsarmaturen in een koelplafondunit CBC Verlichtingsarmatuurtype W Lengte verlichtingsarmatuur mm Batterijlengte mm CBC met afzuigrozet Verlichtingsarmatuurtype W Lengte verlichtingsarmatuur mm Batterijlengte mm Totale lengte koelplafondunit Eén stuk Twee stuks Totale lengte koelplafondunit Eén stuk Twee stuks

8 Elektrische verwarmingsfolie gebruik van speciale gereedschappen aan de andere kant van de unit worden voorzien. Kanaalmontage van de afzuigrozet Montage De actieve CBC-koelplafondunit kan langs de korte of de lange zijde van plafonds worden gemonteerd. Bij het bepalen van de montagerichting voor de unit dient er rekening gehouden te worden met de plaats van de toevoerlucht- en waterkringaansluitingen. De unit kan rechtstreeks aan het plafondoppervlak worden bevestigd (H1 = 220 mm), of kan worden opgehangen met behulp van schroefstangen (8 mm). Beide zijden van de koelplafondunit zijn voorzien van verschuifbare beugels. Het verdient aanbeveling de beugels op een afstand van een kwart van de unitlengte (L/4) van het uiteinde van de koelplafondunit te bevestigen. Monteer de hoofdleidingen van de koel- en verwarmingswaterkringen boven het niveau van de koelplafondunit, zodat de leidingen kunnen worden ontlucht. De kanaalaansluiting van de koelplafondunit bevindt zich aan dezelfde kant als de leidingaansluitingen. De kanaalaansluiting kan makkelijk ter plaatse en zonder In het voorste uiteinde, vóór het aansluitplenum van het luchttoevoerkanaal, kan een optionele afzuigrozet worden gemonteerd. De luchttoevoerkanalen kunnen alleen links en rechts worden aangesloten. Voor de integratie van een afzuigrozet moet de koelplafondunit 300 mm langer zijn. Kanaalmontage van de afzuigrozet Opmerking: URH + S is niet mogelijk Installatie- en veiligheidsinstructies voor de elektrische verwarming Ontwerpcriteria eindkring (de strengste moeten worden toegepast): Het totale vermogen van één enkele eindkring mag niet meer bedragen dan 2000 W Het totale aantal koelplafondunits in één enkele eindkring mag niet meer dan 6 stuks bedragen Elektrische aansluitingen: De koelplafondunits moeten worden aangesloten op een aardverbinding (PE) De eindkring moet worden uitgerust met een zekering van max. 10 A De voeding moet worden beveiligd d.m.v. een aardfoutschakelaar 30 ma Werking: De stroomvoorziening voor de elektrische verwarming wordt uitgeschakeld als er geen lucht door de koelplafondunit stroomt (bijv. als de luchtbehandelingunit uitgeschakeld of de brandklep gesloten is) 8

9 Onderhoud CODE OMSCHRIJVING 1 Frontpaneel 2 Zijpaneel 3 Toevoerluchtaansluiting 4 Plenumbox 5 Warmtewisselaar 6 Inspectieluikje Open het frontpaneel van het toevoerluchtplenum, het kanaal en de warmtewisselaar. Bij units van meer dan 2400 mm lang kan het frontpaneel in twee delen worden geopend. Reinig het toevoerluchtplenum en de vinelementen van de warmtewisselaar met behulp van een stofzuiger; zorg ervoor de vinelementen niet te beschadigen. Reinig het frontpaneel en, indien nodig, de zijpanelen met behulp van een vochtige doek. Ook de regelklep kan worden gereinigd door het frontpaneel te openen. Controleer regelmatig de werking van de luchtregelklep (indien van toepassing) en van de waterregelafsluiter. Het kanaal kan worden gereinigd via het inspectieluikje (145 x 131 mm). Open het inspectieluikje door de schroeven los te draaien. Als u het frontpaneel opent, dient u te letten op de kabels van de units die met geïntegreerde verlichtingsarmaturen zijn uitgerust. 9

10 CBC Selectietabellen Koeling: nozzel A qv l/s Leff m 3 /h DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 1,6 1,6 Ld 2,4 2, DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 Ld 2 2,4 2,6 2, DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 Ld 2 2 2,4 2,4 2,6 2, DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 1,0 Ld 2 2 2,4 2,4 2,4 2,6 2,6 Verwarming: nozzel A Aanbevolen maximum verwarmingscapaciteit per lopende meter tussen 80 en 120 Pa is 160 W/m. Koeling: nozzel B qv l/s Leff m 3 /h DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 2,6 Ld 2,4 2,6 2,8 3 3, DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 2,6 Ld 2,2 2,4 2,6 2,6 2, DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 2,6 2,6 Ld 2,2 2,4 2,4 2,4 2,6 2,6 2, DPtot Pw Pt LpA Lmin 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 1,6 2,6 2,6 Ld 2 2,2 2,4 2,4 2,4 2,4 2,6 2,6 2,6 2,8 3 Verwarming: nozzel B Aanbevolen maximum verwarmingscapaciteit per lopende meter tussen 80 en 120 Pa is 250 W/m. 10

11 CBC Selectietabellen Koeling: nozzel C qv l/s Leff m 3 /h DPtot Pw Pt LpA Lmin 4,6 5,6 5,6 6,6 6,6 7,6 5,6 Ld 3 3,2 3,6 3,6 3,8 4,2 4, DPtot Pw Pt LpA Lmin 4,6 5,6 6,6 5,6 6,6 6,6 6,6 6,6 7,6 Ld 3 3 3,2 3,2 3,4 3,6 3,6 3,8 3,8 qv l/s Leff m 3 /h DPtot Pw Pt LpA Lmin 4,6 5,6 5,6 6,6 5,6 6,6 6,6 7,6 6,6 6,6 7,6 Ld 2, ,2 3,2 3,2 3,6 3,6 3,6 3, DPtot Pw Pt LpA Lmin 4,6 5,6 5,6 6,6 6,6 5,6 6,6 6,6 6,6 7,6 6,6 6,6 6,6 Ld 2,6 2, ,2 3,2 3,2 3,4 3,6 3,6 3,6 Verwarming: nozzel C Aanbevolen maximum verwarmingscapaciteit per lopende meter tussen 80 en 120 Pa is 300 W/m. Koeling: nozzel D qv l/s Leff m 3 /h DPtot Pw Pt LpA Lmin 5,6 6,6 5,6 6,6 7,6 6,6 7,6 7,6 6,6 Ld 3,0 3,0 3,2 3,2 3,6 3,6 3,8 3,8 3, DPtot Pw Pt LpA Lmin 5,6 6,6 5,6 6,6 6,6 6,6 6,6 6,6 6,6 7,6 7,6 7,6 5,6 Ld 2,6 2, ,2 3,2 3,2 3,6 3,6 3,6 3,6 3,8 11

12 CBC Selectietabellen Koeling: Nozzel D qv l/s Leff m 3 /h DPtot Pw Pt LpA Lmin 5,6 5,6 6,6 6,6 5,6 6,6 6,6 6,6 7,6 6,6 6,6 6,6 7,6 7,6 7,6 Ld 2,6 2,6 2, ,2 3,2 3,2 3,2 3,4 3,6 3,6 3, DPtot Pw Pt LpA Lmin 6,6 6,6 5,6 5,6 6,6 Ld 2,6 2,8 2,8 3 3 Verwarming: nozzel D Aanbevolen maximum verwarmingscapaciteit per lopende meter tussen 80 en 120 Pa is 300 W/m. Legende selectietabellen: LpA waarden voorgesteld met ruimtedemping 4 db (red 10m² - sab). Bij ruimtedemping 8 db (red 25m² - sab): LpA - 4dB. Voorgestelde prestatiegegevens zijn met de HVC in positie 3. Indien Lmin >5m, gebruik HVC. Gemiddelde invloed van de HVC tegenover de voorgestelde waarden: positie 2: -20% van Pw en positie 1: -38% van Pw Leff DPtot Pw Pt Effectieve lengte, lengte van de batterij, mm Plenumdruk koelbalk, Pa Capaciteit batterij, W Totaal koelvermogen W LpA Lmin Ld A-gewogen geluidsdrukniveau, gereduceerd door een totaal equivalent absorptie oppervlak van 10 m² db(a) red 10m²-sab Minimum hartafstand tussen twee toevoerunits, m Afstand waar de luchtstraal van het plafond los komt, m Ruimtetemperatuur (Tr) = 24 C Water toevoertemperatuur (Twin) = 15 C Retour watertemperatuur (Twout) = 18 C Toevoer luchttemperatuur (Ta) = 18 C Waterzijdig drukverlies Δp w = k coil * q mw z k coil = a + b * L eff Factor Eenheid Beschrijving Dp w [kpa] Waterzijdig drukverlies q mw [kg/s] Waterhoeveelheid L eff [mm] Effectieve lengte van de balk k coil [ ] k-waarde a,b [ ] Parameters voor de geselecteerde balk Type Koeling b Koeling a Z Verwarming b Verwarming a Z CBC Waterdebietbereik Type Koeling Verwarming CBC kg/s kg/s 12

13 Inregelen Koeling Het aanbevolen koelwaterdebiet bedraagt 0,02 0,10 kg/s, wat tot een temperatuurstijging van 1-4 C in de warmtewisselaar leidt. Om condensatie te vermijden, wordt een toevoerwatertemperatuur van C aanbevolen voor de warmtewisselaar. Verwarming Het aanbevolen verwarmingswaterdebiet bedraagt 0,01 0,04 kg/s, wat tot een temperatuurdaling van 5-15 C in de warmtewisselaar leidt. De maximale temperatuur van het toevoerwater voor de warmtewisselaar bedraagt 35 C. Luchtdebiet nozzel qv1 q v = k l eff p m MODEL k (l/s) k (m 3 /h) A 0,76 2,74 B 1,04 3,74 C 1,38 4,97 D 2,08 7,48 E,J 0,51 1,83 F,K 0,70 2,52 G,M 1,03 3,71 Regeling en instelling van waterdebieten Het waterdebiet van de koelplafondunit wordt geregeld d.m.v. inregelkleppen die zich aan de uitgangzijde van de koel- en verwarmingswaterkringen bevinden. Het koel- en verwarmingsvermogen van de koelplafondunit wordt geregeld door het waterdebiet in te stellen. Het waterdebiet kan worden geregeld met behulp van een OPEN/DICHT-klep of een 2- of 3-wegklep met proportionele werking. Inregeling van het toevoerluchtdebiet Iedere koelplafondunit kan worden uitgerust met een regelklep waarmee het toevoerluchtdebiet snel en nauwkeurig kan worden ingeregeld. Sluit een manometer aan op de meetnippel en meet de statische druk in de koelplafondunit. Het luchtdebiet wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule. Inregeling van het afzuigluchtdebiet De rozet wordt ingeregeld door de centrale conus te verdraaien. Meet (a) de openingspositie (in mm) van de centrale conus. Halton kan een speciaal instrument leveren voor de nauwkeurige meting van de openingspositie. Plaats een druksonde in de rozet en meet de differentiaaldruk met behulp van een manometer. Het luchtdebiet wordt berekend aan de hand van de onderstaande formule en de k-factors uit de tabel. Na de inregeling dient de centrale conus met behulp van de borgmoer geblokkeerd te worden. q v = k * p m 13

14 Beschrijving De actieve koelplafondunit is voorzien van geïntegreerde recirculatieopeningen in het geperforeerde frontpaneel. Het geïnduceerdeomgevingsluchtdebiet kan met de hand op drie posities worden ingesteld zonder het primaireluchtdebiet te beïnvloeden. Het toevoerluchtdebiet kan met de hand worden ingeregeld d.m.v. een luchtregelklep. De koelplafondunit kan optioneel worden uitgerust met een geïntegreerde verzonken verlichtingsarmatuur. De verlichtingsarmaturen zijn van het T5 HF-type (HF = hoge frequentie) en zijn voorzien van CAT 2-reflectoren die geschikt zijn voor gebruik in kantooromgevingen. Ze zijn uitgerust met elektronische of dimbare voorschakelapparaten. Het frontpaneel kan langs beide kanten worden geopend en verwijderd om het algemene onderhoud en een makkelijke reiniging mogelijk te maken. Het frontpaneel kan zonder speciale gereedschappen worden verwijderd. De koelplafondunit is voorzien van een inspectieluikje om het kanaal te kunnen reinigen. De luchttoevoer is van het één- of tweezijdige type. De actieve koelplafondunit is 595 mm breed en 220 mm hoog. De diameter van het inlaatkanaal van de actieve koelplafondunit bedraagt 125 mm. De plaats van de kanaalaansluiting kan zonder speciale gereedschappen worden veranderd. Het frame, het frontpaneel en de zijpanelen zijn vervaardigd uit gegalvaniseerde en geschilderde staalplaat. Optioneel kan een verwarming in de warmtewisselaar worden geïntegreerd d.m.v. twee leidingen van 10 mm die in serie worden aangesloten. Optioneel kan een elektrische verwarming worden geïntegreerd d.m.v. verwarmingsfoliemodules. De elektrische verwarming beïnvloedt zowel de primaire-toevoerluchtstroom als de luchtstroom in de ruimte. De elektrische verwarmingselementen kunnen - met behulp van het gebruikelijke gereedschap - makkelijk als complete modules worden vervangen: het volstaat het frontpaneel van de koelplafondunit te openen. De koelbatterij hoeft niet losgekoppeld te worden. Alle verbindingsnaden zijn gesoldeerd en zijn in de fabriek onder druk getest. De maximale bedrijfsdruk van het leidingwerk bedraagt 1,0 MPa. De actieve koelplafondunit wordt voorzien van een meetnippel voor de meting van het luchtdebiet en kan optioneel worden voorzien van een luchtregelklep. Optioneel kan een afzuigrozet in de koelplafondunit worden geïntegreerd. Actieve koelplafondunits worden beschermd d.m.v. een verwijderbare plasticfolie en worden afzonderlijk in een plastic zak verpakt geleverd. De kanaalaansluiting- en leidinguiteinden zijn afgedicht tijdens het transport. De actieve koelplafondunits kunnen worden geïdentificeerd d.m.v. etiketten die zowel op de units zelf als op de plastic verpakking zijn aangebracht. Alle zichtbare delen zijn voorzien van een witte poedercoating (RAL 9010) met een glansgraad van 20%. Alle leidingen zijn vervaardigd uit koperbuizen met een wanddikte van 1,0 mm. De vinnen zijn vervaardigd uit aluminium. 14

15 Productcode CBC/S-E-L-C S = uitblaasrichting en nozzeltype A Tweezijdig / nozzel 1 B Tweezijdig / nozzel 2 C Tweezijdig / nozzel 3 D Tweezijdig / nozzel 4 E Eenzijdig / rechts / nozzel 2 F Eenzijdig / rechts / nozzel 3 G Eenzijdig / rechts / nozzel 4 J Eenzijdig / links / nozzel 2 K Eenzijdig / links / nozzel 3 M Eenzijdig / links / nozzel 4 E = kanaalaansluiting/kanaalmaat/klep S2N Recht / 125 / Zonder regelklep S2D Recht / 125 / Met regelklep R2N Rechts / 125 / Zonder regelklep R2D Rechts / 125 / Met regelklep L2N Links / 125 / Zonder regelklep L2D Links / 125 / Met regelklep L = totale lengte 1200,+100,..,3600 C = effectieve lengte (koelbatterij) 900,+100,..,3000 Speciale maten en accessoires H = hoogte 220 mm IO = montageoptie N Geen A Dampa-plafond LV = type directe verlichting N Zonder verlichting 1C 1 x lamp 28 W Halton, standaard 1D 1 x lamp 35 W Halton, standaard 1E 1 x lamp 21 W Halton, standaard 1H 1 x lamp 28 W Halton, dimbaar 1J 1 x lamp 35 W Halton, dimbaar 1K 1 x lamp 21 W Halton, dimbaar 2C 2 x lamp 28 W Halton, standaard 2D 2 x lamp 35 W Halton, standaard 2E 2 x lamp 21 W Halton, standaard 2H 2 x lamp 28 W Halton, dimbaar 2J 2 x lamp 35 W Halton, dimbaar 2K 2 x lamp 21 W Halton, dimbaar CL = snoerlengte en stekkertype N Geen snoer A mm zonder stekker A mm zonder stekker A mm zonder stekker B mm met standaardstekker B mm met standaardstekker B mm met standaardstekker C mm met Enstonet-stekker C mm met Enstonet-stekker C mm met Enstonet-stekker D mm met Wieland-stekker D mm met Wieland-stekker D mm met Wieland-stekker TC = koel-/verwarmingsfuncties (batterijtype) C Koeling H Koeling en verwarming E Koeling en elektrische verwarming ZT = speciaal N J Nee Ja CO = kleur W X Wit Speciale kleur Codevoorbeeld CBC/A-S2N , H=220,TC=C,CO=W, EX=N,IO=N,LV=N,CL=N EX = afzuiging N Nee A URH 15