Vlaams-Brabant groeit slim, duurzaam en inclusief in Europa Vlaams-Brabant en Europese programma s

Transcriptie

1 Vlaams-Brabant groeit slim, duurzaam en inclusief in Europa Vlaams-Brabant en Europese programma s

2 Programmeren op het platteland Een blik op PDPO III Vlaams-Brabant en Europese programma s Eva Roeykens, plattelandscoördinator

3 Indeling van de presentatie: Achtergrond Beschrijving van het ontwerp PDPO III Programmagebied LEADER Programmastructuren Ondersteuning door de provincie Toetsen eerste projectideeën

4 Achtergrond: EU-2020 strategie als algemeen kader Het nieuwe GLB , gericht op: Een competitieve landbouwsector Een duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen en klimaatactie Een evenwichtige territoriale ontwikkeling Plattelandsbeleid als Pijler II van GLB

5 Beschrijving van het ontwerp PDPO III: Prioriteit 1: bevordering van kennisoverdracht en innovatie in de landbouw Prioriteit 2: versterking van het concurrentievermogen van de landbouw

6 Beschrijving van het ontwerp PDPO III: Prioriteit 3: verbetering van de organisatie van de voedselketen en het risicobeheer in de landbouw Prioriteit 4: herstel, instandhouding en verbetering van de ecosystemen die afhankelijk zijn van landbouw en bosbouw Prioriteit 5: bevordering van efficiënt gebruik van hulpbronnen en omslag naar een koolstofarme economie

7 Beschrijving van het ontwerp PDPO III: Prioriteit 6: bevordering van sociale inclusie, armoedebestrijding en economische ontwikkeling op het platteland Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit op het platteland LEADER Plattelandsontwikkeling door samenwerking (buiten LEADER)

8 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland, 5 deelthema s: Beleving op het platteland kansen geven met respect voor de streekidentiteit De open ruimte vrijwaren en ontwikkelen Aandacht voor de kwetsbare groepen op het platteland Leefbare dorpen Naar een functioneel wegennet op het platteland

9 Beleving op het platteland kansen geven met respect voor de streekidentiteit: Bevorderen van toeristische activiteiten (o.a. fiets, wandel, ruiter- en menroutes, recreatieve doorgangen, inrichting bezoekerscentra met aanwezigheid van landbouwthematiek, interactieve tools rond landbouwthema s) Instandhouding en opwaardering van het landelijk erfgoed met nadruk op typische plattelandselementen of agrarisch erfgoed (cultuurhistorisch erfgoed, immaterieel erfgoed, streekidentiteit, landschapsherstel, natuurlijk erfgoed, landbouwkundig erfgoed, restauratie van typisch beeldbepalende erfgoedelementen voor het platteland m.u.v. erfgoed in de dorpskern)

10 Beleving op het platteland kansen geven met respect voor de streekidentiteit (vervolg): Bevorderen van de plattelandskwaliteiten (landbouw- en plattelands educatieve initiatieven, trage wegen, plattelandslogies) Hoeve- en streekproducten, korte keten, landbouwverbreding, boerenmarkten Duurzame energie- en klimaatadaptatie (bv. waterretentie, éénmalige kleinschalige ruimingswerken, overstromingsgebieden creëren, installaties voor het vergisten van snoeiafval)

11 De open ruimte vrijwaren en ontwikkelen: Loket onderhoud buitengebied: het opstellen van de plannen en het bijwerken ervan Landschapsintegratie van landbouwinfrastructuur en paardenhouderijen (evt. erfbeplanting) Gebiedsgerichte oefening m.b.t. economische activiteiten in voormalige agrarische gebouwen met realisaties van: Herbestemming van boerderijen als impuls voor landschapsbeheer Landschapsinpassing van een site na sloop

12 Aandacht voor kwetsbare groepen op het platteland: Ondersteunen van sociaal economieprojecten indien ze landbouw gerelateerd zijn Groene zorg Armoede in de landbouw- en de plattelandsgemeenschap

13 Leefbare dorpen: Initiatieven die kaderen in lokale voedselstrategieën (volkstuinen, ecologische moestuincomplexen, pluktuinen, community supported agriculture) Begeleiden van ombouwen leegstaande hoeves (samenhuis-initiatieven, nabuurschap, gemeenschappelijk wonen) Oude agrarische infrastructuur herbestemmen naar nieuwe gebruiksfuncties (bv. zorgfuncties) Acties rond zonevreemde activiteiten in agrarische gebouwen (bv. sensibiliserende acties) Bouwen en renoveren van multifunctionele gebouwen (bv. dorpshuizen) Bouwen/renoveren van ruimten waar kinderopvang mogelijk is en waar rekening wordt gehouden met het multifunctioneel karakter

14 Naar een functioneel wegennet op het platteland: Inrichting van plattelandswegen, rekening houdende met functietoekenning Trage wegen

15 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland: Programma technisch: Provinciaal Managementcomité (PMC), Technische Werkgroep (TW), Plattelandsloket Projectoproepen worden volledig uitgevoerd in het plattelandsgebied Projecten moeten passen binnen het provinciaal plattelandsbeleidsplan Subsidie: max. 65 % overheidssteun (EU, VL, Prov.) Definitie kleinschalige infrastructuur: renovatie van dorpshuizen, restauratie van kleine beeldbepalende plattelandselementen, inrichting educatieve centra, herstel van landelijke wegen, aanleg paden niet-gemotoriseerd verkeer, plaatsen van infoborden, zitbanken, inrichtingswerken

16 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland: Definitie investeringsprojecten: 50% of meer investeringskost, kleinschalige infrastructuurwerken Komen in aanmerking voor subsidiëring van investeringsprojecten Investeringskosten Werkingskosten (m.u.v. personeelskosten, financiële kosten, netwerkkosten) Externe prestaties Bijdrage in natura

17 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland: Definitie dienstverleningsprojecten: minder dan 50% investeringskost Komen in aanmerking voor subsidiëring van dienstverleningsprojecten: Investeringskosten Personeelskosten Werkingskosten (m.u.v. financiële kosten en netwerkkosten) Overheadkosten Externe prestaties Bijdrage in natura

18 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland: Subsidiabele investeringskosten: Bouw of verbetering van onroerende goederen miv inrichting Uitgaven voor de aankoop van machines/installaties miv specifieke computerprogrammatuur Erelonen van architecten, ingenieurs en adviseurs die rechtstreeks gelinkt zijn aan de investering of de onroerende goederen Uitvoeren van landschapswerken Aankoop van multimediamateriaal Uitvoeren van haalbaarheidsstudies en het verkrijgen van octrooien en licenties die rechtstreeks aan de investeringen gelinkt zijn Niet-subsidiabele investeringskosten: Verwerving, inclusief leasing van onroerende goederen Huurkoop machines Zuivere studies zonder realisatie

19 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland: Komen in aanmerking als begunstigde: Gemeenten, gemeentelijke verzelfstandigde agentschappen, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, OCMW s en verzelfstandigde agentschappen Provincies en provinciale verzelfstandigde agentschappen Verenigingen zonder winstoogmerk (vzw s) Stichtingen Publiekrechtelijke rechtspersonen (m.u.v. diegene hieronder) Komen niet in aanmerking als begunstigde: Vlaamse Gemeenschap, Vlaams Gewest en hun verzelfstandigde agentschappen Natuurlijke personen Vennootschappen en verenigingen met een winstoogmerk Feitelijke verenigingen

20 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland: Selectiecriteria: Conformiteit met een deelthema van deze maatregel Link met landbouw Motivering plattelandsproject Samenwerking Werkgelegenheid Haalbaarheid Continuïteit Innovatie Duurzaamheid Prijs/kwaliteit Participatie inwonersadvies Kwaliteitskamer voor infrastructuurwerken Identiteitsversterkend Realistische indicatoren

21 Versterken omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland: Voorwaarden: Investeringsprojecten: 5 jaar ongewijzigd na laatste uitbetaling Wet op de overheidsopdrachten Communicatie: nodige logo s en slagzin voorzien Start binnen de 3 maanden na goedkeuring Declaraties correct en op tijd indienen De vigerende reglementering volgen Geen cumulatie met Europese steun uit andere fondsen voor dezelfde projectonderdelen Controle en toezicht

22

23 Programmagebied: Afgebakend als de groep van Vlaamse rurale gemeenten Bevolkingsdichtheid lager dan 350 inw/km² of een bebouwde oppervlakte lager dan 15% Typisch Vlaams: sterke verweving van stad en platteland + problematiek van de verstedelijking van minder rurale gemeenten Acties buiten het afgebakende plattelandsgebied die de stad-plattelandrelatie ten goede komen Stimuleren van de integratie van het thema in andere EU-fondsen

24 LEADER Methodiek: bottom up lange termijn Afbakening: Ruraal zijn op gebiedsniveau (max. 350 inw/km² of bebouwde opp. van minder van 15%) Geografisch en bestuurlijk coherent zijn Vanuit fysisch, economisch en sociaal oogpunt een geheel vormen Beschikken over een adequate kritische massa in termen van menselijke, financiële en economische hulpbronnen Minstens 3 gemeenten, waarvan tenminste 1 gemeente behoort tot het plattelandsgebied in Vlaanderen Max inwoners

25 LEADER Programma technisch: Plaatselijke Groep (PG), Technische Werkgroep (TW), Lokale OntwikkelingsStrategie (LOS), LEADERcoördinator Projectoproepen worden uitgevoerd in het afgebakend LEADER gebied Projecten moeten passen binnen de LOS en het provinciaal plattelandsbeleidsplan Subsidie: max. 65 % overheidssteun (EU, VL, Prov.) Selectiecriteria en voorwaarden: cf. supra

26 PDPO: plattelandsontwikkeling LEADER: 15 thema s 1. Erosiebestrijding 2. Bodem- en waterbeheer 3. Duurzame energie en klimaatadaptatie 4. Werken aan biodiversiteit op het Vlaamse platteland 5. Duurzaam bosbeheer 6. Lokale voedselstrategieën en streekproducten 7. Landbouw- en natuureducatie 8. Kennisoverdracht en innovatie in de reguliere en/of biologische land- en tuinbouwsector

27 9. Stimuleren van startende en jonge rurale ondernemers 10. Armoede en kwetsbaarheid in de landbouw- en plattelandsgemeenschap 11. Leefbare dorpen 12. Opwaardering en/of herbestemming van agrarisch en ruraal erfgoed 13. De open ruimte vrijwaren en ontwikkelen 14. Profilering en promotie van de streekidentiteit (m.i.v. toerisme en recreatie) 15. Uitbouw van een functioneel wegennet op het platteland

28 LEADER Komen in aanmerking als begunstigde: Gemeenten, gemeentelijke verzelfstandigde agentschappen, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, OCMW s en verzelfstandigde agentschappen Provincies en provinciale verzelfstandigde agentschappen Verenigingen zonder winstoogmerk (vzw s) Stichtingen Publiekrechtelijke rechtspersonen (m.u.v. diegene hieronder) Natuurlijke personen Vennootschappen en verenigingen met een winstoogmerk Feitelijke verenigingen Komen niet in aanmerking als begunstigde: Vlaamse Gemeenschap, Vlaams Gewest en hun verzelfstandigde agentschappen

29 LEADER Samenwerkingsprojecten: Oproep gebeurt door de Beheersdienst Inter-territoriaal, transnationaal Uitvoering door de PG, pps binnen Vlaanderen of gedelegeerd naar promotor in het betrokken gebied Eén partij (Leadpartner) coördineert het project Geen verplichting Beoordeling door een Vlaamse Technische Werkgroep, PMC en Minister Plattelandsbeleid Subsidiëring: max. 95%

30 Plattelandsontwikkeling door samenwerking stadplatteland m.b.t. lokale voedselvoorzieningen en hernieuwbare energie Oproep wordt provinciaal georganiseerd Mogelijkheid tot grensoverschrijdende samenwerking Naast EU en VL voorwaarden ook provinciale accenten Max euro overheidssteun per project Enkel kosten voor samenwerking en dynamisering van het gebied, niet voor de uitvoering

31 Komen in aanmerking als begunstigde: Gemeenten, gemeentelijke verzelfstandigde agentschappen, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, OCMW s en verzelfstandigde agentschappen Provincies en provinciale verzelfstandigde agentschappen Verenigingen zonder winstoogmerk (vzw s) Stichtingen Coöperaties en feitelijke verenigingen van landbouwers Publiekrechtelijke rechtspersonen (m.u.v. diegenen hieronder) Komen niet in aanmerking als begunstigde: Natuurlijke personen Vennootschappen en verenigingen met een winstoogmerk Feitelijke verenigingen van niet-landbouwers De PG s die zijn geselecteerd door de LEADER-maatregel opmaak lokale ontwikkelingsstrategieën Vlaamse Gemeenschap, Vlaams Gewest en hun verzelfstandigde gemeenschappen

32 Partnerschappen: Het geografisch uitvoeringsgebied omvat min. 1 gemeente gelegen in het plattelandsgebied en min. 1 gemeente gelegen in nietplattelandsgebied Initiatiefnemer komt uit het plattelandsgebied

33 Programmastructuren: Dept. Landbouw en Visserij als initiatiefnemer De Coördinerende Cel Europees Plattelandsbeleid De Vlaamse Landmaatschappij (Beheersdienst) Het Vlaams Betaalorgaan Het Vlaams Ruraal Netwerk De provincies

34 Rol van de provincie: Regisseur, initiatiefnemer, partner, begunstigde, (co)financierder, kwaliteitsbewaker Leadercoördinatoren en plattelandsloket bieden ondersteuning bij: Zoeken van partners Aanmelding/prioritering Projectontwikkeling Opvolging van de uitvoering Rapportages en declaraties wijzigingen

35 Vragen? Eva Roeykens