Gemeente Niel Gemeentelijk Ruimtelijk uitvoeringsplan Niel centrum Stedenbouwkundige voorschriften Dossier NIE1004

Transcriptie

1 Gemeente Niel Gemeentelijk Ruimtelijk uitvoeringsplan Niel centrum Stedenbouwkundige voorschriften Dossier NIE1004 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Niel Januari 2016

2 Provincie: Gemeente Opdrachtgever: Ontwerper: Dossiergegevens: Antwerpen Niel Gemeentebestuur van Niel Dorpsstraat Niel Tel. 03/ IGEAN dienstverlening Doornaardstraat Wommelgem Tel: 03/ Fax: 03/ Projectnummer NIE1004 Samengesteld volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dd Opgemaakt: (schetsontwerp) Aangepast: aan schrijven gemeente d.d aan bespreking gemeente d.d aan opmerkingen gemeente d.d aan opmerkingen plenaire vergadering d.d met doorsteek Antwerpsestraat aan besluit schepencollege d.d E. Symens ruimtelijk planner Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 1

3 Inhoud 0. Voorafgaand artikel : Algemene bepalingen Terminologie Algemeen geldende voorschriften Dakvensters, dakvlakvensters Dakterrassen Uitsprongen uit het gevelvlak van een hoofdgebouw Autobergplaatsen en/of carports bij kopwoningen met zijtuinstrook Erfscheidingen op het maaiveld Hellende op- en afritten Wijziging van het bodemreliëf Stedenbouwkundige aanvragen Vergunde gebouwen Overige technische bepalingen Verkavelingen Publiciteit Waterbeheer Artikel 1: Strook voor aaneengesloten bebouwing Bestemmingen Inrichting Bebouwing Verkavelingsvoorschriften Artikel 2: Strook voor gekoppelde en vrijstaande bebouwing Bestemming Inrichting Bebouwing Verkavelingsvoorschriften Artikel 3: Zone voor gemeenschapsvoorzieningen, wonen en handelsinrichtingen Bestemming Inrichting Bebouwing Aanleg van de zone Aanvragen tot stedenbouwkundige- en verkavelingsvergunningen Artikel 4: Zone voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen Bestemming Inrichting Bebouwing Aanleg van de zone Aanvragen tot stedenbouwkundige- en verkavelingsvergunningen Artikel 5: Zone voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen Bestemming Inrichting Bij gemeenschapsuitrusting Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 2

4 Bij invulling voor wonen en nevenbestemmingen bij het wonen Aanleg van de zone Artikel 6: Strook voor bijgebouwen Bestemming Plaatsing van de gebouwen Bouwhoogte Welstand van de gebouwen Artikel 7: Zone voor renovatie Bestemming Bebouwing Algemeen Bebouwingswijze Plaatsing van de gebouwen Afmetingen van de gebouwen Welstand van de gebouwen Verkavelingsvoorschriften Artikel 8: Zone voor het parkeren en stallen van voertuigen Bestemmingen Inrichting plaatsing van de gebouwen Artikel 9: Zone voor gemeenschapsuitrusting Zone Bestemming Plaatsing van de gebouwen Afmetingen van de gebouwen Welstand van de gebouwen Aanleg van de zone Zone Bestemming Plaatsing van de gebouwen Afmetingen van de gebouwen Welstand van de gebouwen Aanleg van de zone Zone Bestemming Plaatsing, afmetingen en welstand van de gebouwen Zone Bestemming Plaatsing, afmetingen en welstand van de gebouwen Zone Bestemming Plaatsing van de gebouwen Aanleg van de zone Zone Bestemming Inrichting B. Autobergplaatsen Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 3

5 Aanleg van de zone Artikel 10: Voortuinstrook Bestemming Bebouwing Aanleg van de strook Artikel 11: Strook voor binnenplaatsen en tuinen I Bestemming inrichting Plaatsing van de bijgebouwen Bouwhoogte Welstand van de gebouwen Aanleg van de strook Artikel 12: Strook voor binnenplaatsen en tuinen II Bestemming inrichting Bebouwing Plaatsing van de gebouwen Bouwhoogte Welstand van de gebouwen Aanleg van de strook Artikel 13: Zone voor privé-groen Bestemmingen Bebouwing Aanleg van de strook Artikel 14: Oeverstrook met bijzondere bestemming Bestemming Toegelaten werken Aanleg van de oeverstrook Artikel 15: Openbaar domein Bestemming Bebouwingswijze Aanleg van de zone Indicatieve aanduiding langzaam verkeersverbindingen Artikel 16: Cultuurhistorisch en bouwkundig patrimonium Beschermde monumenten Beschermde dorpsgezichten Waardevolle panden Toegelaten werken Artikel 17: Zone met voorkooprecht Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 4

6 0. Voorafgaand artikel : Algemene bepalingen 0.1. Terminologie Voor de toepassing van de onderhavige voorschriften wordt verstaan onder : 1. Aaneengesloten gebouw Gebouw waarvan de beide zijgevels op de perceelsgrens zijn geplaatst. 2. Achtergevelbouwlijn Grens tussen de bouwstrook en de strook voor binnenplaatsen en tuinen. 3. Ambachtelijke bedrijven Kleine ambachtelijke werkhuizen waar de werkzaamheden betrekking hebben op vakmanschap. Het bestaan of de werking van deze bedrijven mag niet hinderlijk zijn voor de omgeving. Het zijn deze bedrijven waar handwerk primeert, wat het gebruik van machines evenwel niet uitsluit. Ambachten kunnen worden toegelaten in het woongebied voor zover ze om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd en voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. 4. Autogarage Gebouw geschikt voor het stallen van één of meer auto's met uitsluiting van enig bedrijf. 5. Balkon Open uitbouw aan de bovenverdieping van een huis. 6. Bergplaats Gebouw dat tot berging wordt aangewend, met uitsluiting van enig bedrijf. 7. Bijgebouw Op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door zijn vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat als functie ondergeschikt is aan het hoofdgebouw 8. Bouwhoogte Hoogte van een bouwwerk die, indien niet anders aangeduid, moet worden gemeten van het grondpeil tot de bovenkant van de deksteen of de kroonlijst. 9. Bouwlijn Lijn waarop de voorgevel van een gebouw is geplaatst. 10. Bouwvrije voortuinstrook Strook grond, met een bepaalde diepte, gelegen tussen de rooilijn en de voorgevelbouwlijn. 11. Bouwvrije zijtuinstrook Strook grond, met een bepaalde breedte, gelegen tussen de zijgrens van een perceel en de vrijstaande zijgevel van een kopgebouw of van een vrijstaand gebouw, en waarvan de diepte gelijk is aan die van de aanpalende strook voor hoofdgebouwen. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 5

7 12. Constructie Elk bouwwerk van hout, steen, metaal of ander bouwmateriaal dat hetzij met de grond verbonden is, hetzij op de grond geplaatst is en zodanige afmetingen heeft dat het niet zonder voorbereidende werkzaamheden kan worden verplaatst. 13. Dakbasis Denkbeeldig vlak dat de beide vlakken van een zadeldak in hun onderste zijde evenwijdig met de nok snijdt. 14. Dakterras Dak van een huis of een deel ervan dat is aangelegd om erop te verblijven. 15. Dakvenster Uit het dakvlak vooruitspringend venster. 16. Detailhandel en kleinhandel Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. 17. Erker Uitbouwsel aan een gevel dat zich over één of meer verdiepingen uitstrekt. 18. Gebouw Elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met doorgaande muren omsloten ruimte vormt. 19. Gegroepeerde bebouwing Bebouwingswijze, waarbij kleine groepen van gelijkvormige gebouwen, huizenblokken genaamd, worden afgescheiden door bouwvrije zijtuinstroken. 20. Gekoppelde bebouwing Bebouwingswijze, waarbij twee gelijkvormige gebouwen worden geplaatst op een gemeenschappelijke zijgrens van twee percelen en op éénzelfde bouwlijn, zodat zij een harmonisch geheel vormen. 21. Gemeenschapsuitrusting en gemeenschapsvoorziening Het is een voorziening die bestemd is voor het publiek, die door het publiek kan worden gebruikt, of ervoor toegankelijk is of ten dienste staat van het publiek. Hiervoor komen in aanmerking alle plaatsen gebruikt voor representatie, als kantoor of als werkplaats door overheidsadministraties, openbare nutsbedrijven, alsook alle openbare instellingen met een dienstverlenend karakter. Hieronder wordt verstaan de niet-commerciële dienstverlening (politie, brandweer, post, begraafplaatsen, administratie van openbare lichamen), het onderwijs, de sociale medische dienstverlening, de voorzieningen voor cultuur, recreatie en ontmoeting (theaters, socio-culturele centra, openbare bibliotheken, kerkelijke voorzieningen, musea, club- en buurthuizen, muziekscholen en vrijetijdscentra, accommodatie voor verenigingsleven, serviceflats voor bejaarden, enz.). Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 6

8 22. Handelsinrichting Gebouw bestemd voor het exploiteren van een handelszaak, met uitsluiting van elk ander bedrijf, en al dan niet samengaande met de bewoning van een deel van het gebouw. 23. Harmonische samenhang Een klaarblijkelijk verband tussen gebouwenreeksen, gebouwen of delen van gebouwen, qua vorm, structuur, afmetingen, verdeling van gevelvlakken, materialen. 24. Hoekgebouw Gebouw opgericht op een perceel dat aan twee straten paalt op de plaats waar deze elkaar kruisen. 25. Hok Gebouw bestemd voor het onderbrengen van huisdieren zonder handelsof bedrijfsdoeleinden. 26. Hoofdgebouw Gebouw,dat, gelet op de bestemming, als het primaire bouwwerk op een bouwperceel kan worden beschouwd 27. Huizenblok Groep van twee of meer gebouwen die aan beide uiteinden met een kopgebouw is afgewerkt. 28. Kantoren Werkruimte, dienstlokalen inbegrepen, die in hoofdzaak gebruikt wordt voor bezoldigde hoofdarbeid en administratieve werkzaamheden. Kleine kantoorruimten ten behoeve van een winkel of ambachtelijk bedrijf worden als een onderdeel van deze functies beschouwd. Kantoren bij publieke diensten worden bij de betreffende gemeenschapsvoorziening beschouwd. 29. Kleinbedrijf Bedrijf op kleine schaal waarvan het bestaan of de werking uit oogpunt van rust en hygiëne, verenigbaar is met de eisen in een woongebied. Bij de beoordeling van de vraag of een inrichting al dan niet als kleinbedrijf kan worden beschouwd, moet rekening worden gehouden met de omvang van het bedrijf, dit is zowel met de oppervlaktebehoefte als met de omzet en het aantal personeelsleden dat er tewerkgesteld wordt, alsmede met de (objectieve) aard van de ongemakken die de activiteit meebrengt voor de omgeving. Als kleinbedrijf kan bijv. worden beschouwd een kleinschalige drukkerij. De vraag naar de aard van de onderneming stelt zich niet enkel bij zijn eerste inplanting, maar kan zich ook stellen naar aanleiding van de beoordeling van de toelaatbaarheid van de uitbreiding ervan. Een uitbreiding van een kleinbedrijf kan er toe leiden dat deze niet langer als een kleinbedrijf kan worden beschouwd, zodat de uitbreiding binnen het woongebied niet toelaatbaar is. Kleinbedrijven kunnen worden toegelaten in het woongebied voor zover ze om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd en voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. 30. Kopgebouw Gebouw aan een der uiteinden van een huizenblok en waarvan de vrijstaande Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 7

9 zijgevel als een voorgevel is afgewerkt. 31. Luifel Afdak aan de voorgevel of aan de vrijstaande zijgevel van een gebouw. 32. Private diensten Diensten aan de bevolking die niet aangeboden worden door de overheid zoals bv. een kapper, een pedicure, 33. Scheidsmuur Gevel aan een gebouw die is opgericht op de grens van twee erven. 34. Schilddak Dak gevormd door 4 schuine dakvlakken. 35. Terreinbezetting De terreinbezetting is de oppervlakte van de projektie van het hele gebouw (uitsprongen en terrassen inbegrepen) op de terreinoppervlakte. 36. Terreinoppervlakte De terreinoppervlakte wordt gevormd door de werkelijke perceelsoppervlakte(n). 37. Uitbouw Uitspringend aanbouwsel zonder bovenverdieping. 38. Uitsprong Deel van de gevel dat niet in hetzelfde vlak ligt als het overige gedeelte van die gevel. 39. Vloeroppervlakte (V) De vloeroppervlakte is de som van alle bruikbare vloeroppervlakten, waarvan de zoldering boven het maaiveld uitsteekt. 1. alle auto- en andere bergplaatsen, alsook terrasoppervlakte, meegerekend. 2. bruikbare : de bruikbare vloeroppervlakte begint bij een vrije hoogte van 1,50 m. 3. vloeroppervlakte : eventuele scheidingswanden en buitenmuren meegerekend. 40. Vloerterrein (V/T) De Vloer/Terrein index is de verhouding tussen de vloeroppervlakte en de terreinoppervlakte. 41. Voorgevelbouwlijn Denkbeeldige lijn die op de plaatsen zonder voortuinstrook samenvalt met de rooilijn, en op de andere plaatsen de grens vormt tussen de voortuinstrook en de bouwstrook; bij hoekkavels ligt ze aan de smalste zijde van de kavel. 42. Vrijstaande bebouwing Bebouwingswijze, waarbij de beide zijgevels van een gebouw op een minimale afstand van de perceelsgrenzen zijn geplaatst. 43. Vrijstaande gevel Gevel of gedeelte van een gevel waartegen niet wordt aangebouwd. 44. Woonhuis Gebouw uitsluitend tot huisvesting van één of meer gezinnen ingericht. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 8

10 45. Wolfsdak Zadeldak met afgeschuinde nokken. 46. Woning Huis of deel van een gebouw bestemd voor de huisvesting van één enkel gezin. 47. Zadeldak Dak gevormd door twee gelijkhellende dakvlakken van gelijke lengte, die in een nok samenkomen. 48. Zijtuinstrook Strook grond, gelegen tussen de zijgevel en de grens van een perceel, waarvan de diepte gelijk is aan die van de aanpalende strook voor hoofdgebouwen Algemeen geldende voorschriften Dakvensters, dakvlakvensters Dakvensters: a) Op vrijstaande gebouwen : steeds toegelaten. b) Op aaneengesloten gebouwen en kopgebouwen : 1. gevallen waarin oprichting is toegelaten : - op het achterste dakvlak : steeds toegelaten - op het driehoekig dakvlak van een schilddak : steeds verboden. - op het voorste dakvlak : slechts toegelaten indien de dakhelling 40 graden overschrijdt. 2. plaats van oprichting : op 0,40m uit de snijlijn van het gevelvlak met het dakvlak en op minimum 1m afstand van de scheidsmuren en van de vrijstaande zijgevel. 3. afmetingen : - maximum breedte : 2/3 van de gevelbreedte met een maximum van 6 m per dakvenster en een onderlinge afstand van tenminste 2 m - maximum hoogte (bovenkant kroonlijst) : de helft van de dakhoogte van het hoofdgebouw. Dakvlakvensters: - Toegelaten voor zover de gezamenlijke oppervlakte zich beperkt tot maximum 25 % van het dakvlak waarin de dakvlakvensters zich bevinden. - Op minimum 1 m afstand van de begrenzingen van het dakvlak Dakterrassen - Dakterrassen in het dakvlak, zijn enkel toegelaten indien de breedte 2/3 van de gevelbreedte niet overtreft en wanneer ze worden voorzien op minimum 1,9 m afstand van de begrenzingen van het dakvlak. De borstwering van het terras moet gelegen zijn binnen het maximale dakvolume (en mag dus niet boven het maximale dakvlak uitsteken). - Een dakterras op het platte dak van een onderliggende bouwlaag is toegestaan op voorwaarde dat er 1,90m afstand wordt gehouden ten opzichte van de perceelsgrenzen. De terrassen kunnen echter worden ingericht tot op de zijkavelgrens indien voldaan wordt aan volgende voorwaarden: Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE1004 9

11 - De bouwdiepte op de verdieping inclusief het terras overschrijdt niet de toegestane bouwdiepte - Op de zijkavelgrens wordt een zichtscherm opgetrokken in materialen in harmonie met de gebruikte gevelmaterialen Uitsprongen uit het gevelvlak van een hoofdgebouw a) Bij aaneengesloten, gegroepeerde of gekoppelde bebouwing. 1. Uit de voorgevel : a. erkers, balkons : maximum uitsprong 0,50m op minimum 2,50m boven het trottoirniveau en op minimum 0,50m afstand van het verlengde van elke scheidsmuur. Indien een voortuinstrook aanwezig is, kunnen erkers tot op het maaiveld worden toegelaten mits ze beperkt blijven tot maximum 2/3 van de gevelbreedte. b. luifels : maximum uitsprong 1m op minimum 2,50m boven het trottoirniveau en op minstens 0,5 m van het verlengde van elke scheidingsmuur. Luifels die uitsteken boven het openbaar domein van gewestwegen moeten 0,5m verwijderd blijven van de rand van het voetpad. 2. Uit de vrijstaande zijgevel : alle uitsprongen zijn toegelaten voor zover zij zich niet in de bouwvrije zijtuinstrook bevinden. 3. Uit de achtergevel : a. terrassen, balkons : uitsprong uit het voorziene profiel maximum 2m op minimum 2m afstand van elke perceelsgrens. b. erkers : uitsprong uit het voorziene profiel is verboden. b) Bij vrijstaande bebouwing. Alle uitsprongen zijn toegelaten voor zover zij zich niet in een bouwvrije strook bevinden Autobergplaatsen en/of carports bij kopwoningen met zijtuinstrook In de zijtuinstrook of binnen de eerste 10 meter van de strook voor binnenplaatsen en tuinen, mogen autobergplaatsen en carports gekoppeld worden opgericht, die voldoen aan de volgende voorwaarden : Autobergplaatsen a) Plaatsing 1. In de zijtuinstroken : a. De voorgevel van de garages op minimum 5m uit de voorgevelbouwlijn. b. De achtergevel op een afstand uit de voorgevelbouwlijn die niet groter mag zijn dan de diepte van de aanpalende bouwstrook voor hoofdgebouwen. Aan het gedeelte voorbij de eerste 6 m die bestemd is voor een autobergplaats mag een woonfunctie worden toegekend. c. Een zijgevel op de perceelsgrens. 2. In de strook voor binnenplaatsen en tuinen : a. Voorgevel binnen de eerste 10 m van de strook voor binnenplaatsen en tuinen. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

12 b. Maximum breedte 6 m; maximum 36 m² met een maximum van 10% van de perceelsoppervlakte. c. Een zijgevel op de perceelsgrens. b) Bouwhoogte Gemeten van het maaiveld tot de bovenkant van de kroonlijst of de bovenkant van de deksteen : maximum 3,5 m. Gekoppelde autobergplaatsen hebben dezelfde bouwhoogte. c) Materialen en uitzicht Gevels : zelfde gevelsteen als hoofdgebouw of in harmonie met de aanpalende gebouwen d) Dakvorm Plat dak. Nota De oprichting overeenkomstig de voormelde voorschriften van een autobergplaats in de bouwvrije zijtuinstrook of de eerste 10m van de strook voor binnenplaatsen en tuinen kan, indien niet op het bestemmingsplan voorzien, slechts worden toegestaan op voorwaarde dat : 1. De plaatsing op de perceelsgrens van afzonderlijke bijgebouwen in het betrokken gebied is toegelaten ingevolge de voorschriften vervat in de volgende artikelen. 2. Door de aanvrager een door de eigenaar van het aanpalende perceel, op de zijgrens waarvan de autogarage zal worden opgericht, een ondertekende verklaring wordt voorgelegd waaruit blijkt : - dat hij kennis heeft van het bouwplan van de aanvrager. - dat hij een autobergplaats zal oprichten gekoppeld met de autobergplaats van de aanvrager Carports a) Plaatsing 1. In de zijtuinstroken : a. Op minimum 5 m uit de voorgevelbouwlijn. b. De achtergevel op een afstand uit de voorgevelbouwlijn die niet groter mag zijn dan de diepte van de aanpalende bouwstrook voor hoofdgebouwen. c. De steunpalen van het dak op minimum 25 cm uit de zijperceelsgrens ofwel een zijgevel in gevelsteen op de perceelsgrens. 2. In de strook voor binnenplaatsen en tuinen : a. Voorzijde binnen de eerste 10 m van de strook voor binnenplaatsen en tuinen. b. Maximum breedte van 6 m; max. 36 m2 en met een maximum van 10% van de perceelsoppervlakte. c. steunpalen van het dak op minimum 25 cm uit de zijperceelsgrens ofwel een zijgevel in gevelsteen op de perceelsgrens. b) Bouwhoogte Gemeten van het maaiveld tot de bovenkant van de kroonlijst minimum 2,2 m en maximum 3 m voor vlakke daken en minimum 2,2 m en maximum 4 m bij schuine dakvlakken. c) Materialen en uitzicht De constructie is met uitzondering van de steunpunten langs 3 zijden open. Te gebruiken materialen : hout, metaal, kunststof als zij esthetisch verantwoord zijn. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

13 d) Dakvorm Plat dak tot helling met max. 10 of gebogen dak Erfscheidingen op het maaiveld Steeds toegelaten erfscheidingen: a) tegen de zij- en achterperceelsgrenzen (telkens met een hoogte van max. 2,00 m): 1. hagen in streekeigen beplanting; 2. groen geplastificeerde draadafsluitingen; 3. een combinatie van beide b) tegen de rooilijn en tussen de rooilijn en de bouwlijn: 1. erfscheidingen in esthetische en duurzame materialen, met een hoogte van max. 1m, met uitzondering van poortkolommen, waarvan de maximale hoogte 1,5 m bedraagt 2. een geïntegreerde of vrijstaande brievenbus (max. hoogte 1,5 m) kan hier eveneens toegelaten worden. 3. Hagen in streekeigen beplanting (max. 1,5 m hoog) 4. Groen geplastificeerde draadafsluiting (max 1,5 m hoog) Andere toegelaten erfscheidingen: a) bij gekoppelde bebouwing en bij kopgebouwen : Een afsluitingsmuur in baksteen of hout is toegelaten in het verlengde van de scheidsmuur van het hoofdgebouw tot een maximumhoogte van 2 m en een maximumdiepte van 4 m. b) bij gegroepeerde of aaneengesloten bebouwing, behalve de kopgebouwen Afsluitingsmuur in baksteen of hout met een maximum hoogte van 2m is toegelaten op alle perceelsgrenzen. Afsluitingen langs gewestwegen dienen te voldoen aan de vigerende wetgeving van het Vlaams gewest Hellende op- en afritten Tenzij anders vermeld in volgende artikelen zijn hellende op- en afritten uitsluitend toegelaten in de strook voor hoofdgebouwen, in functie van het bereiken van ondergrondse autobergplaatsen. De hellende op- en afritten mogen over een afstand van 5 m vanaf de rooilijn slechts een helling hebben van maximum 4 % Wijziging van het bodemreliëf In de bouwvrije voor- en zijtuinstroken is een wijziging van het bodemreliëf slechts toegelaten voor zover het maaiveld niet hoger of lager gebracht wordt dan het trottoirniveau. Geen enkele wijziging van het bodemreliëf zal kunnen indien ze bodemwegspoeling naar omliggende percelen of wateroverlast veroorzaakt op aanpalende percelen of op de openbare weg tot gevolg heeft Stedenbouwkundige aanvragen Bij elke stedenbouwkundige aanvraag zal een plan van de bestaande toestand worden gevoegd met aanduiding van de bestaande hoogstammige bomen op het betrokken perceel en deze op een afstand van maximum 5 m buiten het perceel met vermelding van de aard van de beplanting en de te nemen beschermingsmaatregelen voor de bomen bij de bouwwerken. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

14 0.4. Vergunde gebouwen Gebouwen die vergund zijn, kunnen behouden blijven. Deze gebouwen kunnen binnen het bestaand volume en eventueel buiten de vermelde gabaritbeperkingen en buiten de bouwzone verbouwd worden Overige technische bepalingen Het oprichten van kleinschalige gebouwen, constructies en infrastructuur voor openbaar nut is toegelaten in alle zones voor zover rekening wordt gehouden met de hoofdbestemmingen van het gebied. Hun noodzaak moet om technische of sociale redenen kunnen worden aangetoond bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning Verkavelingen Volgende verkavelingen worden bij de definitieve goedkeuring van het RUP door de gemeenteraad vernietigd, met uitzondering van de kavelindeling: Verkaveling Vergunningsdatum Grenzend aan volgende wegen 083/ Vaartstraat 083/ E. Dewittstraat 0.7. Publiciteit Publiciteitsborden voor bestaande bedrijven langs de gewestwegen moeten voldoen aan de vigerende wetgeving van het Vlaams gewest.: 0.8. Waterbeheer Hemelwater en afvalwater dienen gescheiden afgevoerd te worden. Afvalwater Indien de woning niet is aangesloten op het gemeentelijk rioolnet, moet ze aangesloten zijn op een alternatief waterzuiveringssysteem. Rechtstreekse lozing van het afvalwater in waterlopen is verboden. Hemelwater In functie van een integraal waterbeheer zijn de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratie-voorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, van kracht. Prioriteit moet uitgaan naar hergebruik van hemelwater en vervolgens naar infiltratie boven buffering met vertraagde afvoer. De code van de goede praktijk inzake afvoer van hemelwater 1 wordt gerespecteerd. 1 Code van goede praktijk: krachtlijnen voor een geïntegreerd rioleringsbeleid in Vlaanderen zoals vastgesteld bij de omzendbrieven van de Vlaamse minister van leefmilieu en tewerkstelling van 31 juli 1996, 19 december 1996 en 23 maart 1999 en latere wijzigingen. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

15 Artikel 1: Strook voor aaneengesloten bebouwing Categorie van gebiedsaanduiding: wonen 1.1. Bestemmingen Hoofdbestemming Één- en meergezinswoningen. Nevenbestemming Zone 1 vrije beroepen, detailhandel (met inbegrip van werkplaatsen gekoppeld aan de handelsfunctie), horeca (met uitzondering van bar-dancing), gemeenschapsuitrusting, privéen openbare diensten zijn toegelaten op het gelijkvloers indien ze gepaard gaan met een woonbestemming (minstens 50 % van de vloeroppervlakte). Het samengaan met een woonbestemming is niet verplicht voor gemeenschapsuitrusting. Zone 2 vrije beroepen, detailhandel (met inbegrip van werkplaatsen gekoppeld aan de handelsfunctie), horeca (met uitzondering van bar-dancing), gemeenschapsuitrusting, privéen openbare diensten, kantoren indien ze gepaard gaan met een woonbestemming. Het samengaan met een woonbestemming is niet verplicht voor gemeenschapsuitrusting. De nevenbestemmingen detailhandel en horeca zijn enkel toegelaten op het gelijkvloers. De bestaande kleinbedrijven, die strijdig zijn met de toegelaten bestemmingen, kunnen hun activiteit voortzetten. Bij stopzetting van de activiteiten dient de nieuwe bestemming in overeenstemming te zijn met de toegelaten bestemmingen. In de strook aangeduid met V kan een voetweg met openbaar karakter aangelegd worden die de Dammanstraat verbindt met de Molenstraat en/of de Kerkstraat verbindt met de zone voor gemeenschapsvoorzieningen, wonen en handelsinrichtingen (art.3). Deze voetweg mag overbouwd worden en heeft een breedte van min. 2m. Op het perceel Antwerpsestraat 113 kan ter hoogte van <-D -> een openbare ontsluitingsweg aangelegd worden die de zone voor parkeren en stallen van voertuigen in het binnengebied E.Dewittstraat-Kerkstraat verbindt met de de Antwerpsestraat Inrichting Bebouwing a) Aaneengesloten met uitzondering van de kopgebouwen. b) Blinde gevels moeten afgewerkt worden in het gevelmateriaal van het gebouw waarvan de gevel deel uitmaakt of in een duurzaam esthetisch materiaal, zoals bijvoorbeeld leien. c) Wanneer er op het gelijkvloers een andere bestemming dan woongelegenheid gerealiseerd wordt, is het voorzien van een volledig gescheiden ingang verplicht naar de wooneenheden die niet horen bij de betrokken niet-woonbestemming. De vergunningverlenende overheid kan op deze regel een uitzondering toestaan, enkel voor een gevel die smaller is dan 6 m, voor gebouwen gesitueerd in beschermde dorpsgezichten of voor de waardevolle panden (art. 16). Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

16 Plaatsing van de gebouwen a) Voorgevel of naar de straat gerichte zijgevel van een hoekgebouw: op de bouwlijn zoals aangeduid op het plan. b) Niet naar de straat gerichte vrijstaande zijgevel. Buiten de bouwvrije zijtuinstrook van 3 m breedte, gemeten vanaf de zijgrens van het perceel en binnen de op plan aangeduide bouwstrook. c) Vrijstaande achtergevel : overeenkomstig de profielen weergegeven op het plan, met dien verstande dat de afstand tot de achterste perceelsgrens minimum 5 m moet bedragen, zonder dat deze afstand kleiner mag zijn dan de hoogte van de achtergevel. Uitzonderingen kunnen gemaakt worden voor sanerings- en instandhoudingswerken van bestaande bouwvolumes en voor zones waar de volledige perceelsdiepte mag bebouwd worden. Afmetingen van de gebouwen a) Minimale voorgevelbreedte : 1. aaneengesloten gebouwen : de volledige perceelsbreedte; 2. kopgebouwen : 6 m. Bij samenvoeging van percelen met aaneengesloten of gegroepeerde bebouwing tot één ontwerp, zal de oorspronkelijke gevelbreedte of een daaraan benaderende tot uiting komen, met een voldoende verscheidenheid in de architectuur, teneinde het vertrouwde ritme van het straatbeeld te bewaren en voortschrijdende ééntonigheid te vermijden. b) Bouwhoogte : Gemeten van het plaatselijk grondniveau tot de bovenkant van de kroonlijst, overeenkomstig de aanduidingen op het plan. Er moet steeds een harmonische overgang en samenhang van bouwvolumes verwezenlijkt worden met aanpalende waardevolle panden. De bouwhoogte van de waardevolle panden die op plan zijn aangeduid, dient behouden te worden. De kroonlijsthoogte van de woning Antwerpsestraat 113, overeenkomstig het bouwprofiel E, aangeduid op het grafisch plan, kan met 1,5m verhoogd worden om een gelijkvloerse onderdoorgang voor autoverkeer te creëren naar de zone voor parkeren en stallen van voertuigen (art. 8). c) Bouwdiepte : 1. Gemeten van de voorgevelbouwlijn tot de achtergevel, overeenkomstig de profielen weergegeven op het plan; Er dient steeds een minimale bouwvrije afstand van 5 m gerespecteerd te worden tot de achterperceelsgrens, zonder dat deze afstand kleiner mag zijn dan de hoogte van de achtergevel. 2. Waar de strook voor hoofdgebouwen achteraan aansluit op een strook voor binnenplaatsen en tuinen II, mag voor het hoofdgebouw een grotere bouwdiepte (volgens aanduiding op plan) toegelaten worden wanneer aan volgende voorwaarden voldaan wordt: - enkel op het gelijkvloers - enkel wanneer op het gelijkvloers van het hoofdgebouw één van de nevenbestemmingen wordt voorzien. 3. De bouwdiepte van de waardevolle panden, die op plan zijn aangeduid, mogen behouden blijven wanneer deze groter zijn dan deze toegelaten volgens het plan. 4. Dorpsstraat 31: Deze meergezinswoning wordt opgericht volgens profiel M aangeduid op het grafisch plan. In functie van de realisatie van een brandweertoegang en het bouwen van 2 bouwlagen met schuin dak mag boven Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

17 deze toegang de kroonlijsthoogte van het gebouw met 1m opgetrokken worden boven deze weergegeven op profiel M. Welstand van de gebouwen a) Dakvormen : 1. Overeenkomstig de aanduidingen op plan. 2. Voor rijbebouwing is de voornaamste noklijn evenwijdig met de bouwlijn. 3. voor kopgebouwen mag de overheersende nokrichting loodrecht op de bouwlijn staan mits harmonisch wordt aangesloten aan de aanpalende bebouwing of toekomstige bebouwing volgens de desbetreffende stedenbouwkundige voorschriften. 4. Puntgevels zijn eveneens toegelaten. De nok van de puntgevel staat loodrecht op de voorgevel. b) Materialen: 1. Gevels : gevelsteen in harmonie met de omgeving; geen vanaf de openbare weg zichtbare blinde gevels. Het gedeelte van de nieuwe en bestaande scheidsmuren die vrij blijven moeten eveneens worden afgewerkt in gevelsteen of donkerkleurige leien. Muurgedeelten in sierpleisterwerk of in natuursteen in harmonie met de omgeving worden eveneens toegelaten. 2. Schuine daken : - ofwel pannen, - ofwel rechthoekige, donkerkleurige leien, in horizontale rijen - ofwel zink c) Garagepoort in de voorgevel : Een garage in de voorgevel is toegelaten voor woningen met een gevelbreedte groter dan 6 m, mits de breedte van de garagepoort niet meer bedraagt dan 3 m. Voor woningen met een gevelbreedte van meer dan 9 m wordt de garagepoort(en) beperkt tot max. 1/3 van de gevelbreedte. Voor woningen met een gevelbreedte kleiner dan 6 m wordt geen garage toegestaan. De bouw van een garage in de woning kan door de vergunningverlenende overheid geweigerd worden om verkeerstechnische en/of verkeersveiligheidsredenen, en omwille van het vrijwaren van de infrastructuur van het openbaar domein. Aanleg van de strook De delen van de strook die niet bebouwd worden met het hoofdgebouw worden aangelegd als tuin Verkavelingsvoorschriften a) Minimumbreedte van de kavels Gemeten op de voorgevelbouwlijn : 1. voor aaneengesloten gebouwen : 6 m 2. voor kopgebouwen : 9 m 3. voor hoekgebouwen : 6 m, vermeerderd met de breedte van de bouwvrije strook aan de zijgevel De kavelbreedten moeten zodanig zijn dat zij de bebouwing, overeenkomstig de onderhavige voorschriften, van de in de omgeving liggende percelen of de afwerking met een kopgebouw van een huizenblok niet in het gedrang brengen. b) Minimumdiepte van de kavels Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

18 Gemeten vanaf de voorgevelbouwlijn : de diepte van de strook voor hoofdgebouwen, vermeerderd met 10 m. c) Vorm van de kavels Nieuwe kavelgrenzen zullen zoveel mogelijk, maar niet noodzakelijk, loodrecht staan op de rooilijn, over een diepte die tenminste gelijk is aan de maximum diepte van de hoofdgebouwen zoals bepaald in het maximum profiel, eventueel vermeerderd met de diepte van de voortuinstrook. d) Afwijkingsregel op grond van de bestaande toestand Op grond van de bestaande toestand en/of de kadastrale perceelsvorming kan afwijking worden verleend voor wat betreft de afmetingen en de vorm van de kavels. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

19 Artikel 2: Strook voor gekoppelde en vrijstaande bebouwing Categorie van gebiedsaanduiding: wonen 2.1. Bestemming Hoofdbestemming Ééngezinswoningen. Enkel in de stroken gesitueerd langs de Dorpsstraat en de Antwerpsestraat zijn meergezinswoningen toegestaan. Nevenbestemming Zone 1 vrije beroepen, detailhandel (met inbegrip van werkplaatsen gekoppeld aan de handelsfunctie), horeca (met uitzondering van bar-dancing), gemeenschapsuitrusting, privéen openbare diensten zijn toegelaten op het gelijkvloers indien ze gepaard gaan met een woonbestemming op minstens 50 % van de vloeroppervlakte. Het samengaan met een woonbestemming is niet verplicht voor gemeenschapsuitrusting. Zone 2 vrije beroepen, detailhandel (met inbegrip van werkplaatsen gekoppeld aan de handelsfunctie), horeca (met uitzondering van bar-dancing), gemeenschapsuitrusting, privéen openbare diensten, kantoren indien ze gepaard gaan met een woonbestemming op minstens 50 % van de vloeroppervlakte. Het samengaan met een woonbestemming is niet verplicht voor gemeenschapsuitrusting. De nevenbestemmingen detailhandel en horeca zijn enkel toegelaten op het gelijkvloers Inrichting Bebouwing A. Hoofdgebouwen Gekoppeld of vrijstaand; a) met dien verstande dat in elk geval de bebouwing volgens de stedenbouwkundige voorschriften van de in de omgeving gelegen percelen niet in het gedrang wordt gebracht; b) hetzij overeenkomstig de aanduiding van een behoorlijk vergunde verkaveling. Blinde gevels moeten afgewerkt worden in het gevelmateriaal van het gebouw waarvan de gevel deel uitmaakt of in een duurzaam esthetisch materiaal, zoals bijvoorbeeld leien of sierpleisterwerk. Wanneer er op het gelijkvloers een andere bestemming dan woongelegenheid gerealiseerd wordt, is het voorzien van een volledig gescheiden ingang verplicht naar de wooneenheden die niet horen bij de betrokken nietwoonbestemming. De vergunningverlenende overheid kan op deze regel een uitzondering toestaan, enkel voor een gevel die smaller is dan 6 m, voor gebouwen gesitueerd in beschermde dorpsgezichten of voor de waardevolle panden (art. 16). Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

20 Plaatsing van de gebouwen a) Voorgevel of naar de straat gerichte zijgevel van een hoekgebouw: binnen de aangeduide zone, met dien verstande dat steeds een bouwvrije voortuinstrook dient voorzien te worden. De diepte van de voortuinstrook is minimum gelijk aan de smalste voortuinstrook van analoge bebouwing in de onmiddellijke omgeving en maximum 3 m achter de voorgevelbouwlijn van de aanpalende bebouwing. De voorgevel van de woningen Dorpsstraat 52, Rupelstraat 84 en Wirixdreef 1 dient gesitueerd te blijven op de bestaande voorgevelbouwlijn. Bij gekoppelde woningen is de voorgevelbouwlijn gelijk. b) Niet naar de straat gerichte vrijstaande zijgevel : te plaatsen buiten de bouwvrije zijtuinstrook van 3 m breedte, gemeten vanaf de zijgrens van het perceel. Een uitzondering kan gemaakt worden voor bestaande bebouwing en voor vernieuwbouw waar de minimum gevelbreedte (cfr. punt afmetingen van de gebouwen) voor bebouwing gerealiseerd wordt. De zijtuinstrook van 3 m mag beperkt worden tot minimum 2 m voor het realiseren van de vereiste minimumbreedte van de gevel. c) Vrijstaande achtergevel : binnen de op plan aangeduide zone met dien verstande dat de afstand tot de zonegrens minimum 5 m bedraagt, zonder dat deze afstand kleiner mag zijn dan de hoogte van de achtergevel. Bovendien dient de bebouwing gesitueerd te blijven binnen een hoek van 45 gemeten op de achterperceelsgrens. Een uitzondering kan gemaakt worden voor bestaande bebouwing. Bij gekoppelde bebouwing dient de achtergevel geplaatst te worden op minimum 9 m achter de voorgevel. Afmetingen van de gebouwen a) Minimale voorgevelbreedte : 1. kopgebouwen : 6 m. 2. vrijstaande gebouwen : 7 m b) Bouwhoogte : 1. Gemeten van het plaatselijk grondniveau tot de bovenkant van de kroonlijst : a. bestaande vergunde gebouwen : max. de huidige kroonlijst b. bij nieuwbouw: - vrijstaande bebouwing: maximum kroonlijsthoogte: 7 meter, maximum nokhoogte: 12 meter - gekoppelde bebouwing : overeenkomstig profiel B zoals aangeduid op het plan. c) Bouwdiepte : 1. bestaande vergunde gebouwen : de huidige bouwdiepte of een max. van 17 m 2. bij nieuwbouw : maximum 17 meter Welstand van de gebouwen a) Dakvormen : 1. vrijstaande bebouwing : a. ofwel schuine daken met hellingen tussen 25 en 60 graden b. ofwel platte daken c. ofwel gebogen daken 2. gekoppelde bebouwing : a. schuine daken met hellingen van 45 graden b. platte daken toegelaten op uitbouwen c. er dient steeds een harmonische overgang met bestaande en vergunde gebouwen te worden gerealiseerd. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

21 b) Materialen: a. Gevels: - gevels in gevelsteen in harmonie met de aanpalende gebouwen en de omgeving - muurgedeelten in sierpleisterwerk of in natuursteen in harmonie met de omgeving worden eveneens toegelaten. b. Daken : - vrijstaande bebouwing : ofwel pannen, ofwel rechthoekige donkerkleurige leien in horizontale rijen, ofwel riet, ofwel zink - gekoppelde bebouwing : ofwel pannen, ofwel rechthoekige donkerkleurige leien in horizontale rijen, ofwel zink, ofwel riet mits akkoord van beide bouwheren. B. Bijgebouwen 1. (auto)bergplaatsen, tuinhuisjes en serres zijn toegelaten, waarvan de gezamenlijke oppervlakte 10% van de perceelsoppervlakte niet overschrijdt. 2. Per perceel is een openluchtzwembad van max. 75 m² toegelaten. Deze oppervlakte zit niet vervat in de maximum bebouwbare oppervlakte. Plaatsing van de gebouwen a) Gevel gericht naar het hoofdgebouw op minimum 10 m uit de maximum achtergevelbouwlijn van het hoofdgebouw, behoudens de autobergplaatsen en carports voorzien in art. 0.2 algemeen geldende voorschriften, punt autobergplaatsen en carports. In de Ridder Berthoutlaan kunnen bijgebouwen enkel opgericht worden achter de achtergevel van het hoofdgebouw en dit tegelijkertijd op de achter- en zijperceelsgrens met een maximum bouwdiepte van 6 m. b) Overige gevels, hetzij op de perceelsgrens, hetzij op minimum 3 m afstand ervan, met dien verstande dat, indien de achtergrens van het perceel samenvalt met de zijgrens van een ander perceel, de plaatsing op die perceelsgrens slechts is toegelaten vanaf 10 m uit het verlengde van de achtergevelbouwlijn, bepaald door dat ander perceel behoudens de mogelijkheid van gekoppelde bebouwing ingevolge de algemene bepalingen voor autogarages in de bouwvrije zijtuinstrook. c) Houten tuinhuisjes en serres mogen opgericht worden op 5 m uit de maximale achtergevelbouwlijn en op minimum 1 m van de perceelsgrenzen. Openluchtzwembaden in te planten op minimum 1 m van de perceelsgrens. Afmetingen van de gebouwen a) Gemeten van het grondpeil tot de bovenkant van de deksteen of kroonlijst: maximum 3 m bouwhoogte b) Nokhoogte: maximum 4,5 m. Welstand van de gebouwen a) Dakvorm: 1. van de gebouwen geplaatst op de perceelsgrens: plat dak 2. van de overige gebouwen: plat dak of hellend dak met een maximum helling van 45 In de Ridder Berthoutlaan zijn voor bijgebouwen enkel platte daken toegestaan. b) Materialen: Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

22 Bij het gebruik van materialen moet naar bescheidenheid en naar een beperkte verscheidenheid gestreefd worden. 1. Voor gevels: zelfde gevelsteen van het hoofdgebouw en in harmonie met de aanpalende gebouwen. Gevels op de scheidsgrens, waar niet tegen gebouwd wordt, moeten steeds afgewerkt worden met gevelsteen of donkerkleurige leien. Houten tuinhuisjes en glazen serres zijn tevens toegelaten. 2. voor bedekking van schuine daken: a. ofwel pannen, b. ofwel rechthoekige leien in horizontale rijen, c. ofwel donkerkleurige golfplaten, d. ofwel glas 3. voor bedekking van platte daken: a. groendak b. roofing c. kiezel Aanleg van de strook De delen van de strook die niet bebouwd worden met het hoofdgebouw worden aangelegd als tuin. Alleen het gedeelte dat strikt noodzakelijk is als toegang tot de gebouwen en de open terrasaanleg aansluitend met de woning mag verhard worden. Terrassen hebben een maximale oppervlakte van 50m². Verhardingen zijn uit te voeren in: - ofwel waterdoorlatende materialen; - ofwel in niet-waterdoorlatende materialen waarbij het hemelwater infiltreert naast de verharding of afloopt naar een beek, gracht, vijver of infiltratiebekken en als zodanig gebufferd wordt Verkavelingsvoorschriften Minimumbreedte van de kavels Gemeten op de voorgevelbouwlijn : 1. voor kopgebouwen : 9 m 2. voor hoekgebouwen : 6 m, vermeerderd met de breedte van de bouwvrije strook aan de zijgevel 3. voor vrijstaande gebouwen : 15 m De kavelbreedten moeten zodanig zijn dat zij de bebouwing, overeenkomstig de onderhavige voorschriften, van de in de omgeving liggen de percelen of de afwerking met een kopgebouw van een huizenblok niet in het gedrang brengen. Minimumdiepte van de kavels Gemeten vanaf de voorgevelbouwlijn : de diepte van de strook voor hoofd-gebouwen, vermeerderd met 10 m. Vorm van de kavels Nieuwe kavelgrenzen zullen zoveel mogelijk, maar niet noodzakelijk, loodrecht staan op de rooilijn. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

23 Afwijkingsregel op grond van de bestaande toestand Op grond van de bestaande toestand en/of de kadastrale perceelsvorming kan afwijking worden verleend voor wat betreft de afmetingen en de vorm van de kavels. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

24 Artikel 3: Zone voor gemeenschapsvoorzieningen, wonen en handelsinrichtingen Categorie van gebiedsaanduiding: wonen 3.1. Bestemming Bibliotheek, muziek- en tekenacademie en/of andere gemeenschapsuitrusting. Wonen. Parkeerruimte. Handelsinrichtingen, enkel in- en aansluitend bij de bebouwing langs de Antwerpsestraat met een maximale vloeroppervlakte van 1800 m² Inrichting De inrichting van de zone dient het voorwerp uit te maken van één globaal ontwerp dat in zijn geheel of in fasen gerealiseerd wordt. De minimale woningdichtheid bedraagt 25 won/ha Bebouwing Plaatsing van de gebouwen Bestaande gebouwen: mogen verbouwd en herbouwd worden Nieuwe gebouwen: a) Binnen de op plan aangeduide zone. b) Op minimum 5 m van enerzijds de zonegrens met de stroken voor binnenplaatsen en tuinen type I en anderzijds de zonegrens met de zone voor privégroen. c) Bebouwing is toegelaten, voor zover ze gesitueerd is binnen een hoek van 45 gemeten op een hoogte van 4m op de zonegrens met de stroken voor binnenplaatsen en tuinen type I en de zonegrens met de zone voor privégroen. Afmetingen van de gebouwen a) 55% van de oppervlakte van de zone mag bebouwd worden b) Bebouwing langs de Antwerpsestraat: overeenkomstig profiel E; c) Het maximum aantal bouwlagen voor handelsinrichtingen in het binnengebied, achter het hoofdgebouw langs de Antwerpsestraat, bedraagt 1; d) Gebouwen voor gemeenschapsuitrusting en wonen in het binnengebied: kroonlijsthoogte: max. 11m. Voor schouwen en liftkokers zijn hogere bouwhoogten toegestaan. Het max. aantal bouwlagen bedraagt 3. Welstand van de gebouwen a) De dakvorm is vrij. b) Materialen: enkel esthetische en duurzame materialen in harmonie met de omgeving Aanleg van de zone Verhardingen Doorheen de zone is een voetgangers-/fietsersverbinding aan te leggen die de Antwerpsestraat verbindt met de Dorpsstraat en de Kerkstraat, zoals indicatief weergegeven op het grafisch plan. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

25 Verhardingen zijn toegestaan in functie van toegangswegen, brandweerwegen, paden, parkeerplaatsen en terrassen bij de woningen. Groenaanleg Het niet bebouwde/verharde gedeelte van de zone en het niet als tuin aangelegde gedeelte wordt aangelegd als speelruimte of groene ruimte. Voor structurele beplanting zoals hagen en bomen mag enkel streekeigen beplanting gebruikt worden. Ondergrondse constructies Ondergrondse constructies zijn toegestaan in functie van parkeerplaatsen, bergingen en technische ruimte. Hellende op- en afritten zijn toegestaan op minimum 6m uit de zonegrenzen. De in- en uitritten naar de ondergrondse verdiepingen worden waar mogelijk gebundeld. Het overdekken van in- en uitritten is toegestaan. Parkeerruimte Aansluitend bij de bebouwing langs de Antwerpsestraat moet een bovengrondse parkeerruimte gerealiseerd worden, zoals indicatief aangeduid op plan, voor de bezoekers van de woningen, de handelsinrichtingen en de gemeenschapsvoorzieningen. Ondergronds parkeren voor de woningen is verplicht Aanvragen tot stedenbouwkundige- en verkavelingsvergunningen Bij de beoordeling van aanvragen tot stedenbouwkundige- en verkavelingsvergunningen zal rekening gehouden worden met de volgende aspecten: ontsluiting en interne circulatie voor verschillende soorten verkeer; situering en types van groenvoorzieningen (bomengroepen en -rijen, hagen, heestergroepen, vaste plantenborders, gazon ). situering van aan te leggen verhardingen (voetwegen, parkeerplaatsen ), met aanduiding van het type verharding; inplanting en functies van de bestaande en nieuwe bebouwing; de eventuele fasering in de realisatie van de zone. de samenhang met de aangrenzende gebieden. elementen van de aanvraag met betrekking tot duurzaam materiaal-, energie- en watergebruik; maatregelen met betrekking tot de afvoer van het hemelwater, waarbij gestreefd wordt naar (in volgorde): maximaal hergebruik van hemelwater; buffering op het terrein van overvloedig hemelwater; afvoer naar een waterloop, gracht of vijver. de toegankelijkheid van het terrein en de gebouwen voor personen met een verminderde toegankelijkheid. De inrichting van de publieke ruimte. Het aanbod aan parkeerplaatsen Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

26 Artikel 4: Zone voor gemeenschapsvoorzieningen en wonen 1 Categorie van gebiedsaanduiding: wonen 4.1. Bestemming Eén- en/of meergezinswoningen Gemeenschapsuitrusting. Parkeerruimte Inrichting De inrichting van de zone dient het voorwerp uit te maken van één globaal ontwerp dat in zijn geheel of in fasen gerealiseerd wordt. De minimale woningdichtheid bedraagt 25 won/ha Bebouwing Plaatsing van de gebouwen d) Binnen de op plan aangeduide zone. e) Op minimum 5 m van enerzijds de zonegrens met de stroken voor binnenplaatsen en tuinen type I en anderzijds de zonegrens met de zone voor privégroen. f) Bebouwing is toegelaten, voor zover ze gesitueerd is binnen een hoek van 45 gemeten op een hoogte van 4m op de zonegrens met de stroken voor binnenplaatsen en tuinen type I en de zonegrens met de zone voor privégroen. Afmetingen van de gebouwen e) 55% van de oppervlakte van de zone mag bebouwd worden f) kroonlijsthoogte: max. 11m. Voor schouwen en liftkokers zijn hogere bouwhoogten toegestaan. g) Het max. aantal bouwlagen bedraagt 3. Welstand van de gebouwen c) De dakvorm is vrij. d) Materialen: enkel esthetische en duurzame materialen in harmonie met de omgeving Aanleg van de zone Verhardingen Doorheen de zone is een voetgangers-/fietsersverbinding aan te leggen die de Antwerpsestraat verbindt met de Dorpsstraat en de Kerkstraat, zoals indicatief weergegeven op het grafisch plan. Groenaanleg Het niet bebouwde/verharde gedeelte van de zone en het niet als tuin aangelegde gedeelte wordt aangelegd als speelruimte of groene ruimte. Voor structurele beplanting zoals hagen en bomen mag enkel streekeigen beplanting gebruikt worden. Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE

27 Ondergrondse constructies Ondergrondse constructies zijn toegestaan in functie van parkeerplaatsen, bergingen en technische ruimte. Hellende op- en afritten zijn toegestaan op minimum 6m uit de zonegrenzen. De in- en uitritten naar de ondergrondse verdiepingen worden waar mogelijk gebundeld. Het overdekken van in- en uitritten is toegestaan. Parkeerruimte Ondergronds parkeren voor de woningen is verplicht Aanvragen tot stedenbouwkundige- en verkavelingsvergunningen Bij de beoordeling van aanvragen tot stedenbouwkundige- en verkavelingsvergunningen zal rekening gehouden worden met de volgende aspecten: ontsluiting en interne circulatie voor verschillende soorten verkeer; situering en types van groenvoorzieningen (bomengroepen en -rijen, hagen, heestergroepen, vaste plantenborders, gazon ). situering van aan te leggen verhardingen (voetwegen, parkeerplaatsen ), met aanduiding van het type verharding; inplanting en functies van de bestaande en nieuwe bebouwing; de eventuele fasering in de realisatie van de zone. de samenhang met de aangrenzende gebieden. elementen van de aanvraag met betrekking tot duurzaam materiaal-, energie- en watergebruik; maatregelen met betrekking tot de afvoer van het hemelwater, waarbij gestreefd wordt naar (in volgorde): maximaal hergebruik van hemelwater; buffering op het terrein van overvloedig hemelwater; afvoer naar een waterloop, gracht of vijver. de toegankelijkheid van het terrein en de gebouwen voor personen met een verminderde toegankelijkheid. De inrichting van de publieke ruimte Het aanbod aan parkeerplaatsen Gemeente Niel : RUP Centrum dossier NIE