KOMO kwaliteitsverklaring

Transcriptie

1 KOMO kwaliteitsverklaring SGS ITRO Certificatie B.V. Venusstraat 2 Postbus AG CUEMBORG T: F: MOARPA ummer: CTG613/8 Uitgegeven: Geldig tot: Onbepaalde tijd Vervangt: CTG613/7 d.d Dakbanen voor het vervaardigen van dakbedekkingsystemen op basis van PVC, voorzien van een drager Certificaathouder: Icopal Synthetic Membranes B.V. Kerkstraat A GOIRE Postbus AA GOIRE Telefoon (013) Telefax (013) syntheticinfo@icopal.com Website VERKARIG VA SGS ITRO CERTIFICATIE B.V. Deze kwaliteitsverklaring voor productcertificatie en attestering is op basis van BR 1511 deel 1 "Baanvormige dakbedekkingsystemen; Algemene bepalingen" d.d incl. wijzigingsblad d.d en BR 1511 deel 4 Specifieke bepalingen voor kunststof en rubber dakbanen d.d incl. wijzigingsblad d.d , afgegeven conform het SGS ITRO Certificatiereglement voor Certificatie en Attestering. Het kwaliteitssysteem en de productkenmerken behorende bij Monarplan dakbanen worden periodiek gecontroleerd. Op basis daarvan verklaart SGS ITRO Certificatie B.V. dat: Het gerechtvaardigd vertrouwen bestaat, dat de door Icopal Synthetic Membranes B.V. geleverde Monarplan dakbanen bij aflevering voldoen aan de in deze kwaliteitsverklaring vastgelegde technische specificatie, productkenmerken en eisen, mits Monarplan dakbanen voorzien zijn van het KOMO merk op een wijze als aangegeven in deze kwaliteitsverklaring; De essentiële kenmerken, zoals vastgelegd in de van toepassing zijnde Europese norm, maken geen onderdeel uit van deze verklaring De met deze Monarplan dakbanen samengestelde bouwdelen de prestaties leveren zoals opgenomen in deze KOMO kwaliteitsverklaring en de samengestelde bouwdelen voldoen aan de in deze KOMO kwaliteitsverklaring opgenomen eisen van het Bouwbesluit, mits: 1. Wordt voldaan aan de in deze KOMO kwaliteitsverklaring vastgelegde technische specificatie en toepassingsvoorwaarden 2. De vervaardiging van de dakconstructie geschiedt overeenkomstig de in deze KOMO kwaliteitsverklaring vastgelegde voorschriften en/of verwerkingsmethoden. SGS ITRO Certificatie B.V. verklaart, dat met inachtneming van het bovenstaande de dakbanen in hun toepassing voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit zoals gespecificeerd in deze kwaliteitsverklaring. In het kader van deze kwaliteitsverklaring vindt geen controle plaats van de productie van overige onderdelen van het bouwdeel, noch op de samenstelling van en/of montage in het bouwdeel. Voor SGS ITRO Certificatie B.V. Ir. J.W.P. de Bont Certificatiemanager Gebruikers van deze KOMO kwaliteitsverklaring wordt geadviseerd om bij SGS ITRO Certificatie B.V. te informeren of dit document nog geldig is. De geldige certificaten staan vermeld op de website De KOMO kwaliteitsverklaring is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO: Deze KOMO kwaliteitsverklaring bestaat uit 1 voorblad en 11 bladzijden Beoordeeld is: kwaliteitssysteem product prestatie product in toepassing Periodieke controle

2 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : BOUWBESUITIGAG r afdeling Algemene sterkte van de bouwconstructie Beperking van het ontstaan van een brandgevaarlijke situatie 3.5 Wering van vocht grenswaarde/ bepalingsmethode iet bezwijken bevestiging flexibele dakbedekking volgens E 6707 De bovenzijde dak is, bepaald volgens E 6063, niet brandgevaarlijk Dak is, bepaald volgens E 2778, waterdicht vereiste prestaties Toepassingsvoorbeelden van de sterkte van de bevestiging van de dakbedekkingconstructie Bovenzijde dak is niet brandgevaarlijk De toepassingsvoorbeelden van de daken zijn waterdicht opmerkingen i.v.m. toepassing Onder voorwaarde dat de verwerkingsvoorschriften worden aangehouden. Zie 3.2. Geldt voor alle constructies conform tabel 3 en 4 met een hellingshoek 20. Zie 3.3. Onder voorwaarde dat de verwerkingsvoorschriften worden aangehouden. 0. WIJZIGIGE T.O.V. VORIGE VERSIE 1) Ten opzichte van de KOMO kwaliteitsverklaring CTG613/7 zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd: Verwijzingen naar de verwerkingsvoorschriften van de fabrikant en/of leverancier van het gecertificeerde product zijn verwijderd Wenken voor de toepasser toegevoegd 1) Aan deze vermelding kan de gebruiker van deze KOMO kwaliteitsverklaring geen rechten ontlenen. De certificaathouder en SGS ITRO Certificatie B.V. aanvaarden hiervoor geen aansprakelijkheid. 1. TECHISCHE SPECIFICATIES 1.1 Onderwerp Dakbedekkingssystemen vervaardigd met Monarplan dakbanen conform de in deze KOMO kwaliteitsverklaring genoemde toepassingsmogelijkheden (systemen). 1.2 Merken De verpakking van de producten worden gemerkt met het KOMO beeldmerk (zie voorzijde van deze KOMO kwaliteitsverklaring). Overige verplichte aanduidingen: merknaam; afmetingen; codering (voor zover het product ondergebracht kan worden in het coderingssysteem); productiecode; massa (indien groter dan 25 kg); beeldmerk beperkte toepassing i.v.m brandgevaarlijkheid van daken (indien van toepassing); certificaatnummer: CTG613; 1.3 Vorm en samenstelling De producten die behoren tot dit KOMO attestmetproductcertificaat zijn: Monarplan FM (Colour) PVC dakbaan voorzien van een geweven polyester wapening Monarplan G PVC dakbaan voorzien van een glasvlies Daarnaast wordt in de specificatie nog een aantal andere materialen genoemd van dezelfde producent. Deze materialen vallen niet onder deze KOMO kwaliteitsverklaring. Monarplan D 0,6 folie voor foliestaalplaat; Monarplan D 1,5 detailfolie; Monarplan universele, binnen en buitenhoeken. blad 1 van 11 bladen

3 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : De leveringsgegevens van de producten staan vermeld in tabel 1: Tabel 1: everingsgegevens Productielocatie 02 Type Effectieve dikte in mm Breedte in mm 1) engte in m 2) Massa (g/m 2 ) Monarplan FM 1,2 / 1,5 / 1,8 / 2,0 1060/1650 of of / 1880 / 2290 / 2530 Productielocatie 03 Type Monarplan FM (colour) Monarplan G 1,2 / 1,5 / 1,8 / 2,0 1540/770 of 2180/ of / 1950 / 2340 / 2650 Effectieve dikte in mm Breedte in mm 1) engte in m 2) Massa (g/m 2 ) 1) andere breedtes op aanvraag leverbaar en afhankelijk van productielocatie 2) andere lengtes op aanvraag leverbaar 1,2 / 1,5 / 1,8 /2,0 1500/750 of 2120/ of / 1950 / 2340 / 2650 Standaardkleur van de bovenzijde van de Monarplan FM en G is lichtgrijs 652, indicatie is RA Monarplan FM colour kan, op aanvraag, worden geleverd in diverse standaard kleuren vanuit productie locatie 03: Onderzijde iet nader gedefinieerd. Bovenzijde Antraciet 651 (RA 7015) Blauw 300 (RA 5005) Rood 503 (RA 3011) Groen 419 (RA 6004) Wit 025 (RA 9010) Turquoise 310 (RA 5018) 1.4 Materiaalspecificaties MDV Manufacturer s declared value Rekenkundig gemiddelde waarde, berekend door de producent uit een aantal testresultaten, inclusief de door de producent gedeclareerde tolerantie en standaard deviatie. MV Manufacturer s limited value Waarde, vastgesteld door de producent waarvan bij beproeving voldaan moet worden. De manufacturer s limiting value kan een minimum of een maximum waarde zijn in overeenstemming met de karakteristieken. De materiaalspecificaties staan in tabel 2 weergegeven. Tabel 2: Specificaties Monarplan FM en G ominale waarde Monarplan Karakteristiek Waarde Eenheid Tolerantie FM G (Colour) Dimensionele stabiliteit EE MV % (/) 0,5 Waterdampdiffusieweerstandsgetal EE 1931 MDV Zie 3.13 Hechting onder invloed van warmte aan Metaal Steen asbaarheid na kunstmatige veroudering na: 336 UVA 336 uur vocht Effect van vloeibare chemicaliën Weerstand tegen hagel ondergrond zacht ondergrond hard UEAtc guide BR 1511 deel MV EE E E EE /50 mm EE 1847 % % EE MV m/s Pelsterkte na veroudering 50 % Δ 20 Δ 20 Zie bijlage C van EE blad 2 van 11 bladen

4 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : ominale waarde Monarplan Karakteristiek Waarde Eenheid Tolerantie FM G (Colour) 5 % Dikte EE MDV mm + 10 % 0,5 % Breedte EE MDV m + 10 % Zie tabel 1 0 % engte EE MDV m + 5 % 5 % Massa EE MDV kg/m % agelscheursterkte EE MV Capillaire werking banen met wapening UEAtc mm 15 Wateropname UEAtc % (m/m) 2 Bestandheid tegen ozon Bestand Bestandheid tegen microorganismen Geschiktheid voor toepassing in contact met bitumen Bestand EE 1548 % Geschikt Interlaminaire adhesie EE /50mm 80 Treksterkte lasverbindingen 1)2) na 1 week in water 60 C na 4 weken bij 80 C Pelsterkte lasverbindingen 1)2) na veroudering 1 week In water 23 C na 4 weken bij 80 C Weerstand tegen veroudering (12 weken 70 C) vouwweerstand Weerstand tegen staand water weekmakergehalte 1) of breuk buiten lasverbinding; 2) zowel thermische als THF lassen EE UEAtc EE UEAtc EE EE UEAtc Guide MV /50 mm 20 % 20 % MV /50 mm 20 % 20 % C % Dakbedekkingsystemen De standaard ontwerpvoorschriften die zijn opgenomen in de Vakrichtlijn voor gesloten dakbedekkingsystemen deel D, goedgekeurd door het College van Deskundigen Isolatiematerialen en dakbedekkingen dienen te worden aangehouden. In tabel 3 zijn de tot de KOMO kwaliteitsverklaring behorende dakbedekkingsystemen opgenomen. Tabel 3: Dakbedekkingsystemen 1 Code Omschrijving systeem SYSTEME 2) * een eventuele scheidings of beschermingslaag los gelegd op de ondergrond met overlappen van minimaal 50 mm; * Monarplan G 1.2 mm en 1,5 mm dik los gelegd op de ondergrond; de overlappen gelast met hete lucht of met THF; stelbreedte overlap 50 mm, effectieve lasbreedte bij het lassen met een lasautomaat 30 mm en met THF 40 mm. * een ballastlaag van gewassen grof grind en/of betontegels conform E Begaanbaarheidsklasse 1) R2 blad 3 van 11 bladen

5 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : Tabel 3: Dakbedekkingsystemen (vervolg) 2 1 Code Omschrijving systeem SYSTEME 2) * een eventuele scheidings of beschermingslaag los gelegd op de ondergrond met overlappen van minimaal 50 mm; * Monarplan G 1,8 mm en 2,0 mm dik los gelegd op de ondergrond; de Overlappen gelast met hete lucht of met THF; stelbreedte overlap 50 mm, effectieve lasbreedte bij het lassen met een lasautomaat 30 mm en met THF 40 mm.. * een ballastlaag van gewassen grof grind en/of betontegels op speciale tegeldragers 3) conform E 6707 of * een groendaksysteem conform voorschriften van de leverancier SYSTEME 2) * een eventuele scheidings of beschermingslaag los gelegd op de ondergrond met overlappen van minimaal 50 mm; * Monarplan FM in de overlap, mechanisch bevestigd aan de onderconstructie. * De overlappen apart lassen met hete lucht of met THF. De stelbreedte van de overlap is 110 mm. effectieve lasbreedte bij het lassen met een lasautomaat 30 mm en met THF 40 mm.. Begaanbaarheidsklasse 1) 1) Voor een verklaring van de begaanbaarheidsklasse zie hierna. 2) Voor de rekenwaarde of maximaal toepasbare dakhoogten met betrekking tot de weerstand tegen windbelasting wordt verwezen naar 3.2 Sterkte van de constructie. 3) Tegeldragers dienen van dusdanige samenstelling te zijn dat deze de Monarplan niet kunnen aantasten Scheidingslagen: polyestermat 200 g/m 2 voor mechanische en chemische bescherming; glasvlies 120 g/m 2 voor chemische bescherming en op constructies met EPS isolatie waar de brandveiligheideis (E 6063 vliegvuur) van toepassing is. De betekenis van de verschillende begaanbaarheidklassen is als volgt: Klasse R2: daken of gedeelten van daken, beperkt begaanbaar voor voetgangers, uitsluitend voor onderhoudswerkzaamheden: geen installaties op het dak, die frequent onderhoudsverkeer vergen; Klasse R3: daken of gedeelten van daken begaanbaar voor voetgangers en geschikt voor frequent onderhoud aan het dak en aan de installaties op het dak (tot hellingshoeken van 5 %); Klasse R4: daken of gedeelten van daken waarvan het dakbedekkingsysteem begaanbaar is voor voertuigen mits een bescherming (met bijvoorbeeld tegels) wordt toegepast (tot hellingshoeken van 5 %). Ook begroeide platte daken (hellingshoek 5%) vallen onder deze klasse. Tabel 4 geeft de relatie begaanbaarheidsklasse isolatiemateriaal t.o.v. begaanbaarheidsklasse dakbedekkingsysteem aan. Tabel 4: Relatie begaanbaarheidsklasse isolatiemateriaal t.o.v. begaanbaarheidsklasse dakbedekkingsysteem R4 R4 Begaanbaarheidsklasse dakbedekkingsysteem Begaanbaarheidsklasse isolatiemateriaal R2 R3 R4 B,C,D C,D D blad 4 van 11 bladen

6 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : Toepassingsmogelijkheden dakbedekkingsystemen De toepassingmogelijkheden van de in 1.5 gespecificeerde dakbedekkingsystemen zijn weergegeven in tabel 5. Tabel 5: Toepassingsmogelijkheden dakbedekkingsystemen Ondergrond / onderconstructie 1) Systemen Houten delen Platen: Houtachtig Cellenbeton Monolietbeton Geprofileerde stalen dakplaten Omgekeerddak (XPS) op afschot gestort beton Isolatiematerialen: EPB(perliet) 2)4) EPS gecacheerd (geëxpandeerd polystyreen) 2)4) EPS ongecacheerd 2)3) XPS (geëxtrudeerd polystyreen) 3) MWR (minerale wol) 2) PUR (hard polyurethaanschuim) 2)4) PIR (hard polyisocyanuraatschuim) 2)4) PF (fenol schuim) 2)4) CG tegels (cellulair glas) CG platen (cellulair glas) Afschotmortels: CEPS (polystyreenbeton) Bestaande dakbedekkingen osliggend bitumen osliggend teer 6) Bitumen onafgewerkt Bitumen met leislag 1) toepassing eventuele bescherm/scheidinglaag (afhankelijk van de ondergrond) altijd in overleg met Icopal Synthetic Membranes B.V.; 2) een dampremmende laag of sluitlaag ontwerpen; 3) uitsluitend in combinatie met scheidingslaag; zie 3.3; 4) bij een bitumencachering een scheidingslaag toepassen; 5) een nieuwe of gerecyclede ballastlaag toepassen; 6) uit oogpunt van milieu teer bij voorkeur verwijderen; 5) 1.7 Dakhelling De maximaal toepasbare dakhelling van de gespecificeerde dakbedekkingsystemen worden in de onderstaande tabel weergegeven: Tabel 6: Maximaal toepasbare dakhelling Systemen Max. toepasbare dakhelling in systemen 3 systemen 20 1) / 75 2) 1) In verband met de brandveiligheid (vliegvuur) is de maximaal toepasbare dakheling 20 (het gedrag bij een grotere helling is niet onderzocht; 2) Indien er geen eisen worden gesteld met betrekking tot de brandveiligheid (vliegvuur) kunnen deze systemen worden toepast op dakhellingen tot maximaal 75. Constructies met grotere hellingen dan 75 worden beschouwd als gevels (zie E 6063). 1.8 Belastingen ten opzichte van de onderconstructie In de norm EE 1990 inclusief nationale bijlage staan voorschriften met betrekking tot sterkte en stijfheid van de onderconstructie in verband met de bestandheid tegen de karakteristieke belastingen. blad 5 van 11 bladen

7 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : VERWERKIGSRICHTIJE E DETAIS 2.1 Algemeen De standaard verwerkingsrichtlijnen en details die zijn opgenomen in de Vakrichtlijn voor gesloten dakbedekkingsystemen, deel D en E goedgekeurd door het College van Deskundigen Isolatiematerialen en dakbedekkingen dienen te worden aangehouden. 2.2 Bijzondere verwerkingsrichtlijnen en details In afwijking van/aanvulling op 2.1 zijn de volgende verwerkingsvoorschriften en details van toepassing: controleer de machineinstellingen in relatie tot de omstandigheden een aantal malen per dag door het maken van proeflassen van ca. 50 cm. Deze proeflassen dienen gecontroleerd te worden op hechting en homogeen zijn van de verbinding; om insluiting van vocht te voorkomen, dient het product niet aangebracht te worden tijdens regen, sneeuw of dichte mist; de lasverbindingen dienen met een hiervoor geëigende controlepen gecontroleerd te worden; minder goed hechtende verbindingen dienen nabehandeld te worden. Bij dwarsoverlappen dienen alle in het zicht komende hoeken van de dakbaan weggesneden te worden. Hierbij wordt bij toepassing van banen met een dikte van 1,8 mm en 2,0 mm de onderste hoek voor het lassen van de volgende afgeschuind. Om het risico van capillairen te beperken dienen dwarsoverlappen verspringend te worden aangebracht (min. 250 mm). Thermisch lassen De thermische lassen bij voorkeur uitvoeren met lasautomaten; voor details kan gebruik worden gemaakt van een handlasapparaat (föhn). De temperatuur van het lastoestel moet in het algemeen rond de 500 C liggen. De in te stellen temperatuur hangt af van de apparatuur, de omgevingsomstandigheden en de aard van de uit te voeren werkzaamheden. De las aandrukken, ca. 10 mm achter het lastoestel. Bij gebruik van een föhn wordt de overlap met behulp van een siliconen roller aangedrukt. De stelbreedte van de overlap dient 50 mm te bedragen. De effectieve lasbreedte dient 30 mm te bedragen. De dakbanen moeten in het lasgebied droog, vuilen stofvrij zijn. assen met THF De methode kan toegepast worden bij een omgevingstemperatuur van +5 o C en een relatieve vochtigheid van 65%. Indien aan deze voorwaarden niet wordt voldaan dienen de lasoppervlakken voorverwarmd te worden met hete lucht. Het oplosmiddel (THF) mag niet vermengd worden met water of een ander oplosmiddel. Er moet gewerkt worden volgens de geldende veiligheidsvoorschriften. De stelbreedte van de overlap dient 50 mm te bedragen. De effectieve lasbreedte dient 40 mm te bedragen. De dakbanen moeten in het lasgebied droog, vuil en stofvrij zijn. In het geval van verticale of hellende oppervlakken, van onder naar boven werken om er voor te zorgen dat het oplosmiddel in de verbinding blijft. Breng het oplosmiddel in lengterichting gelijkmatig (ca. 25 g/m 1 ) tussen de te bevestigen oppervlakken aan. Veeg uitgelopen oplosmiddel meteen weg met een schone, droge doek. Direct druk aanbrengen op de verbinding door middel van een zandzak of een roller. Controleer visueel op een goede verbinding door vast te stellen of het membraan ter plaatse van de las perfect vlak is of er glansverschil is langs de rand van de verbinding tengevolge van uitlopend oplosmiddel. Om het bindingsproces niet te verstoren mag er gedurende de verdampingstijd van het oplosmiddel (6 uur bij 20 o C) geen verkeer plaatsvinden in de buurt van de verbindingen. Mechanische bevestiging (systemen) De dakbaan uitrollen, straktrekken en richten zodat er langs en dwarsoverlappen ontstaan, naast het plaatje van de bevestiger, van tenminste 50 mm breedte. De dwarsoverlappen mechanisch bevestigen met drukverdeelplaten en boor of plaatschroeven. De langsoverlap lassen en de andere langszijde mechanisch bevestigen. De afstand tussen de bevestigingspunten en de rijen bevestigingspunten dienen zodanig gekozen te worden dat minimaal het benodigd aantal bevestigingspunten per m2 in midden rand en hoekzone gerealiseerd wordt. Indien de onderconstructie geprofileerd staal is wordt de afstand van de bevestigers bepaald door het stramien van het profiel (meestal 0,25 m). 2.3 Kimfixatie en opstanden De Monarplan dakbanen moeten in de kim aanvullend worden bevestigd conform de Vakrichtlijn voor gesloten dakbedekkingsystemen, deel D en E. Deze kimfixatie is bedoeld als extra weerstand tegen pelkrachten in geval van windbelasting. 2.4 Veiligheid Als veiligheidseisen dienen de in ederland geldende weten en regels te allen tijde gevolgd te worden. 2.5 Brandveiligheid In de SBRpublicatie zijn brandveiligheidseisen opgenomen. Voorts kunnen de eisen conform E 6050 van toepassing worden verklaard. 2.6 Gezondheid Ten aanzien van de gezondheid gelden de bepalingen van de ARBOwet: ABlad platte daken Het aanbrengen van kunststof en bitumineuze daken uitgave Stichting Arbo Amsterdam. blad 6 van 11 bladen

8 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : PRESTATIES 3.1 Algemeen De dakbaan en de daarmee vervaardigde dakbedekkingsystemen zijn in de toepassing voldoende mate bestand tegen bij normaal gebruik mogelijke mechanische, fysische en chemische belastingen. 3.2 Algemene sterkte van de bouwconstructie Algemeen De in deze KOMO kwaliteitsverklaring opgenomen toepassingsvoorbeelden voldoen ten aanzien van de sterkte van de bevestiging van het dakbedekkingsysteem afdeling 2.1 van het Bouwbesluit. Voorwaarde is dat de volgens Eurocode 1: EE en ationale Bijlage bepaalde belasting niet hoger is dan de vastgestelde rekenwaarde voor de weerstand tegen windbelasting. De volgende algemene randvoorwaarden zijn van toepassing: er dient kimfixatie te worden toegepast door middel van mechanische bevestiging om de 0,25 meter zo dicht mogelijk bij de kim ter plaatse van de dakranden en daksparingen groter dan 1 m1. Ook kan er ter plaatse van de dakranden ballast worden aangebracht in een hoeveelheid die overeenkomt met de hoeveelheid die overeenkomt met de hoeveelheid die volgt uit de windbelasting berekening; de opstanden dienen winddicht te worden afgewerkt door middel van volledige verkleving osliggende en geballaste dakbedekkingsystemen (codes) Bij losliggend geballaste dakbedekkingsystemen met Monarplan G dakbanen dient de ballastlaag te voldoen aan Eurocode 1: EE en ationale Bijlage, E 6707 en PR Mechanisch bevestigde dakbedekkingsystemen (codes) Door middel van attesteringsonderzoeken zijn de rekenwaarden vastgesteld voor éénlaags mechanisch bevestigde systemen. Onderstaand de verschillende testresultaten van mechanisch bevestigde systemen, met verschillende breedtes Monarplan FM en verschillende bevestigers. Uit praktische overwegingen wordt geadviseerd een maximale rekenwaarde van 600 per bevestiger te gebruiken. Bij afwijkende rekenwaarden t.o.v. de geadviseerde waarde, gaarne contact op te nemen met de technische service van Icopal Synthetic Membranes B.V. Monarplan FM 2.12 m breed * bevestigingsysteem: Eurofast dakschroef EDSBZT/BGT; Eurofast drukverdeelplaat DVPEF8240/D; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 2,12 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 30 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 2020 (mm). Rekenwaarde: 600 /bevestiger Monarplan FM 1.6 m breed * bevestigingsysteem: Eurofast TRPS45100; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 1,6 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 30 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 1500 (mm). Rekenwaarde: 600 /bevestiger Monarplan FM 1.5 m breed * bevestigingsysteem: Eurofast TRPS45100; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 1,5 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 30 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 1400 (mm). Rekenwaarde: 820 /bevestiger Monarplan FM 2.12 m breed * onderconstructie: Beton minimaal D25; * bevestigingsysteem: Eurofast dakschroef EFHD63130; Eurofast drukverdeelplaat DVPEF8040/D; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 2,12 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 30 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 2020 mm). Rekenwaarde: 600 /bevestiger blad 7 van 11 bladen

9 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : Monarplan FM 1.5 m breed * onderconstructie: Betonnen kanaalplaten; * bevestigingsysteem: Eurofast ISPC50135; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 1,5 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 30 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 1400 mm). Rekenwaarde: 820 /bevestiger Monarplan FM 2.12 m breed * bevestigingsysteem: Eurofast TWPB/S ; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 2,12 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 30 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 2020 mm). Rekenwaarde: 800 /bevestiger Monarplan FM 1.5 m breed * bevestigingsysteem: Dakschroef Guardian RP 45 x 60; drukverdeelplaat Guardian BS 4.8 x 80; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 1,5 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 40 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 1380 mm). Rekenwaarde: 700 /bevestiger Monarplan FM 1.5 m breed * bevestigingsysteem: Dakschroef Guardian RPB 48 x 60; drukverdeelplaat Guardian BS 4.8 x 80; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 1,5 m breed, in de overlap (stelbreedte 110 mm, effectief 40 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 1380 mm). Rekenwaarde: 860 /bevestiger Monarplan FM 1,5 m breed * bevestigingsysteem: Eurofast TRPB/S ; * dakbedekking: Monarplan FM, dik 1,2 mm en 1,5 m breed, in de overlap (stelbreedte 100 mm, effectief 30 mm), mechanisch bevestigd aan de onderconstructie (h.o.h. 250 mm, afstand tussen de rijen 1390 mm). Rekenwaarde: 540 /bevestiger Bovenstaande rekenwaarden volgend uit proeven met Monarplan FM dikte 1,2 mm gelden ook voor: Monarplan FM dikte 1,5 mm, 1,8 mm en 2,0 mm. Deze rekenwaarde en het aantal toegepaste bevestigingsmiddelen dient getoetst te worden aan de volgens Eurocode 1: EE en nationale bijlage optredende windbelasting, gestelde eisen. 3.3 Beperking van het ontstaan van brand en rook Alle in deze KOMO kwaliteitsverklaring genoemde toplagen voldoen aan de weerstand tegen vliegvuur, getest op het standaard proefdak conform wijzigingsblad BR 1511 deel 1, met uitzondering van: Monarplan type G blad 8 van 11 bladen

10 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : Dit product is uitsluitend bestemd om onder normale gebruiksomstandigheden volledig te worden afgedekt (ballast). (De verpakking van) Iedere dakrol wordt gemerkt met het onderstaande pictogram: Enkele voorbeelden van afdekkingen zijn: os aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm of een massa van 80 kg/m 2 (minimale korrelgrootte 4 mm, maximaal 32 mm); Vegetatiesystemen, groendaksystemen met een minimale dikte van 80 mm; Betonnen daktegels op tegeldragers, dikte minimaal 40 mm (tegeldragers mogen de Monarplan niet aantasten). 3.4 Wering van vocht De in deze KOMO kwaliteitsverklaring opgenomen toepassingvoorbeelden van daken zijn waterdicht, onder de in deze KOMO kwaliteitsverklaring aangegeven voorwaarden. 3.5 evensduur De levensduur van een dakbedekkingconstructie is afhankelijk van: a) het ontwerp; b) de uitvoering; c) periodiek onderhoud; d) afschot; e) onderconstructie; f) gebruiksbelastingen; g) klimaatsinvloeden; h) dakbedekkingsysteem. Op basis van het laboratoriumonderzoek mag er vanuit worden gegaan dat de levensduur van de dakbedekkingsystemen met Monarplan, zoals opgenomen in deze KOMO kwaliteitsverklaring, bij juiste opvolging van de randvoorwaarden a t/m g ca. 10 jaar bedraagt. Ervaring in ederland met de gespecificeerde Monarplan producten in de in het certificaat beschreven dakbedekkingsystemen leert dat bij juiste opvolging van de aandachtspunten a t/m g, een levensduur van ca. 20 jaar realiseerbaar is. 3.6 Afschot Stagnerend water moet worden vermeden in verband met de duurzaamheid van het dakbedekkingsysteem. In het dakvlak is een blijvend afschot van 1,6% in de richting van de hemelwaterafvoeren meestal voldoende. Als aanvullende eis geldt dat het percentage staand water maximaal 5 % van het dakoppervlak mag bedragen. 3.7 Geschiktheid voor toepassing in contact met bitumen De dakbaan is niet geschikt voor direct contact met bitumen. Alvorens de dakbaan op bitumen toegepast kan worden dient een scheidingslaag, zoals voorgeschreven door de leverancier van de dakbaan, aangebracht te worden. 3.8 Bestandheid tegen ozon De dakbaan is bestand tegen invloed van ozon. 3.9 Bestandheid tegen microorganismen De dakbaan is bestand tegen de invloed van microorganismen Effect van vloeibare chemicaliën, inclusief water Informatie over het effect van vloeibare chemicaliën is gegeven in bijlage C van EE Hechting tussen de dakbaan en andere materialen onder invloed van warmte De hechting tussen de dakbaan en de andere in de dakbedekkingconstructies opgenomen materialen (metaal en steen) is duurzaam Dakbedekkingsystemen, bestemd voor begroeide daken systemen, vervaardigd met het type G met een dikte vanaf 1.8 mm, zijn bestand tegen worteldoorgroei onder voorwaarde dat de specifieke verwerkingsrichtlijnen, afgegeven door de leverancier van de dakbaan, gevolgd worden Hygrothermie De op grond van ervaring in de vastgestelde en in de BR opgenomen standaard rekenwaarde voor het waterdampdiffusieweerstandsgetal μ bedraagt: blad 9 van 11 bladen

11 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : ODERHOUD Algemeen Om de maximale levensduur te kunnen bereiken dient minimaal 1x per jaar reinigend, reparatie en preventief onderhoud te worden uitgevoerd, overeenkomstig navolgende omschrijving. Reinigend onderhoud Reinigend onderhoud is het zuiveren/reinigen van dakvlakken met betrekking tot vuil, voorwerpen, plantengroei en dergelijke. Reiniging enkel met hiervoor door de leverancier van de dakbaan voorgeschreven en/of goedgekeurde reinigingsmiddelen. Reparatie onderhoud Reparatie onderhoud is het herstellen van gebreken, lekkages en alle andere te onderscheiden gebreken. Reparatie dient met dezelfde materialen als oorspronkelijk gebruikt, te worden uitgevoerd. De hiervoor geldende instructies afgegeven door de leverancier van de dakbaan dienen uitgevoerd te worden. Preventief onderhoud Preventief onderhoud is het vervangen / corrigeren van ballastlagen en het opnieuw aanbrengen van beschermlagen en dergelijke. Het achterwege laten van deze handelingen betekent dat de prestaties van het dakbedekkingsysteem verminderen. 5. IJST VA VERMEDE DOCUMETE Voor zover er geen data vermeld zijn, staan de juiste publicatiedata van de genoemde documenten vermeld in de beoordelingsrichtlijn 1511 deel 1 en deel BR 1511/01 Dakbedekkingsystemen Deel 1 Algemene Bepalingen; 2. BR 1511/01 Dakbedekkingsystemen Deel 4 Specifieke bepalingen voor kunststof en rubber dakbanen; 3. Bouwbesluit 2011 Stb. 2011, 416, 676; 4. E 6707 Bevestigingen van dakbedekkingen. Eisen en bepalingsmethoden; 5. E 6063 Bepaling van het brandgevaarlijk zijn van daken; 6. E 2778 Vochtwering in gebouwen bepalingsmethoden; 7. Vakrichtlijn Gesloten dakbedekkingsystemen Deel D en E; 8. PR 6708 Bevestiging van dakbedekkingen; 9. ETAG 006: 2000 Guideline for european Technical Approval of Mechanically Fastened Flexible Roof Waterproofing Membranes; 10. ABlad platte daken Het aanbrengen van kunststof en bitumineuze daken uitgave Stichting Arbo Amsterdam: 11. E 6050: 2006 Eisen aan ontwerp, details en uitvoering van brandveilig werken aan daken Gesloten Dakbedekkingsystemen; 12. EE 1990: Eurocode: Grondslagen van het constructief ontwerp, inclusief nationale bijlage; 13. EE 1991: Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 14: Algemene belastingen Windbelasting, inclusief nationale bijlage. blad 10 van 11 bladen

12 ummer : CTG613/8 Uitgegeven : WEKE VOOR DE TOEPASSER 6.1 Controleer bij aflevering van het product of: geleverd is wat is overeengekomen; het merk en de wijze van merken juist zijn; het product geen zichtbare gebreken vertoont als gevolg van transport en dergelijke. 6.2 In het kader van deze kwaliteitsverklaring vindt geen controle plaats van de juistheid van de prestaties van de essentiële kenmerken 6.3 De uitspraken in deze kwaliteitsverklaring mogen niet worden gebruikt ter vervanging van de CEmarkering en/of de bijbehorende verplichte Prestatieverklaring. 6.4 Controleer of de KOMO kwaliteitsverklaring nog geldig is; raadpleeg het geldende overzicht van kwaliteitsverklaringen of neem contact op met SGS ITRO Certificatie B.V. 6.5 eem de ontwerpgegevens en gebruikswaarde en opslag, transport en verwerkingsvoorschriften die in deze KOMO kwaliteitsverklaring zijn opgenomen of waarnaar is verwezen, in acht. 6.6 eem, indien op grond van het onder 6.1 gestelde tot afkeuring wordt overgegaan, contact op met: Icopal Synthetic Membranes B.V. te Goirle en zo nodig met: SGS ITRO Certificatie B.V. 6.7 Controleer of voldaan wordt aan de voorwaarden voor toepassing. 6.8 Het bewijsmiddel (afleverbonnen en eventueel het certificaat) dient aan de opdrachtgever ter beschikking te worden gesteld. Dat geldt niet bij levering aan natuurlijke personen anders dan in de uitoefening van beroep of bedrijf. 6.9 De opdrachtgever moet het bewijsmiddel (afleverbonnen en certificaat) ten minste 5 jaar ter Beschikking houden voor inzage door het bevoegd gezag. Dat geldt niet bij levering aan natuurlijke personen anders dan in de uitoefening van beroep of bedrijf Voer de opslag en het transport uit overeenkomstig de verwerkingsvoorschriften van de certificaathouder eem de toepassingsvoorwaarden, verwerkings en onderhoudsvoorschriften in acht. blad 11 van 11 bladen