VMBDMI-R 1-kanaals TRIAC dimmer voor inductieve/resistieve last. Handleiding

Transcriptie

1 VMBDMI-R 1-kanaals TRIAC dimmer voor inductieve/resistieve last Handleiding

2 Inhoud 1. Beschrijving Aansluitschema s Specificaties Kenmerken LED indicaties Bediening Busafsluiter (terminator) Configuratie Algemene instellingen Meerstandendimmer Geavanceerde instellingen Acties met het dimmerkanaal als gevolg

3 1. Beschrijving De VMBDMI-R is een Velbus DIN rail dimmer met één uitgang. Hij is geschikt voor het dimmen van gloeilampen, halogeenlampen en bepaalde types LED-lampen op netspanning. Er kunnen ook laagspanningslampen mee gedimd worden op voorwaarde dat de transformator van het type dimbare draadgewikkelde ijzerkerntransformator is, of een elektronische transfo geschikt voor dimmen via fase-aansnijding (leading edge, ook aangeduid als R/L). Niet alle LED-lampen en laagspanningsmaterialen kunnen gedimd worden met de VMBDMI-R. Test altijd alvorens te installeren. 2. Aansluitschema s Netspanningslampen Laagspanningslampen * * Niet alle LED lampen zijn geschikt om te dimmen met de VMBDMI-R. Gelieve te testen alvorens te installeren. * Dimbare draadgewikkelde ijzerkern- of elektronische transfo dimbaar met faseaansnijding (LR). Niet alle elektronische transfo's zijn geschikt om te dimmen met de VMBDMI-R. Gelieve te testen alvorens te installeren. 3. Specificaties vereiste netspanning: V AC / 50 Hz netspanningsvervuiling (EMI) conform EN55015 maximum belasting: 400 W dimmen van 0 tot 100% in ong. 4 s ingebouwde niet-zelfherstellende zekering 4 A vereiste voedingsspanning: V DC verbruik: o in rust V DC o maximaal V DC afmetingen: 90 x 36 x 58 mm

4 breedte: 2 DIN modules 4. Kenmerken principe: fase-aansnijding (leading edge) geschikt voor: o netspanning: gloeilampen en halogeenlampen bepaalde types van LED lampen (test alvorens te installeren) o laagspanning: halogeenlampen en sommige types van dimbare LED lampen. De transformator moet van het type dimbare draadgewikkelde ijzerkerntransformator zijn of elektronische transfo geschikt voor dimmen via fase-aansnijding. Niet alle elektronische transformatoren zijn geschikt voor gebruik met de VMBDMI-R. Gelieve te testen alvorens te installeren. geleidelijk in- en uitschakelen om de levensduur van de lamp te verlengen thermische beveiliging: o vanaf 80 C wordt de lichtsterkte gereduceerd naar 25% van de gewenste waarde o vanaf 90 C wordt de lamp uitgeschakeld o de temperatuur moet terug zakken onder 60 C om de temperatuurbeveiliging uit te schakelen o tolerantie:± 4 C uitschakeling bij te inductieve belasting (deactiveerbaar voor LED lampen) via de instelling Inductieve werking (zie Algemene instellingen p.7) werkingsmodes: o dimmen o langzaam aan/uit o timer o meerstappendimmer o sferen o uitschakeltijd: 1s... 3 dagen dimsnelheid : 2s uur configuratie: via Velbus configuratiemodule en het Windows programma Velbuslink (versie 9.30 of hoger) 5. LED indicaties LED OUT: status van de dimmer o continu aan: gewenste dimstand bereikt o traag knipperen: de timer loopt o snel knipperen: de dimstand wijzigt o foutmeldingen: 2 x knipperen, pauze, 2 x knipperen, enz.: er is een communicatiefout opgetreden 3 x knipperen, pauze, 3 x knipperen, enz.: belasting is met deze dimmer niet te dimmen (enkel wanneer ingesteld op inductieve werking, zie Algemene instellingen p.7) 4 x knipperen, pauze, 4 x knipperen, enz.: temperatuuralarm (lichtsterkte wordt 25% van de gewenste waarde) 1 5 x knipperen, pauze, 5 x knipperen, enz.: temperatuurbeveiliging (lamp wordt uitgeschakeld) 1 LED PS: voedingsspanning o aan: voedingsspanning OK o uit: geen (correcte) voedingsspanning gedetecteerd LED Rx: data wordt ontvangen via de bus 1 De dimmer werkt weer normaal van zodra de temperatuur in de module terug onder 60 C zakt

5 LED Tx: data wordt verzonden via de bus 6. Bediening Lokale bediening op de module (aan/uit bij kort drukken en dimmen bij ingedrukt houden). Het drukknopje bevindt zich onder het afdekplaatje. Door Velbuscommando s of door drukknoppen aangesloten op het Velbussysteem (max. 37). o Mogelijke acties: Moment Uit of langzaam uit Aan of langzaam aan Aan/uit of langzaam aan/uit Timer (start/stop, herstartbaar of niet herstartbaar) Dimmen (meer of minder lichtsterkte) Meer lichtsterkte Minder lichtsterkte Oproepen van sferen Meerstappendimmer Geforceerd uit Geforceerd aan Onderdrukken o Tijdsinstellingen: aan-tijd instelbaar tussen 0s en 3 dagen (of continu) dimsnelheid instelbaar tussen 2s en 23u 7. Busafsluiter (terminator) De busafsluiter van de VMBDMI-R bevindt zich naast de drukknop voor lokale bediening onder het afdekplaatje (zie Bediening hierboven). Hij is aangegeven met de vermelding TERM. In een modale Velbus installatie moeten er exact twee busafsluiters gesloten worden. Alle andere busafsluiters blijven open. Ideaal gezien bevinden de gesloten busafsluiters zich zo ver mogelijk van elkaar (bvb. één in de elektriciteitskast en één aan het uiteinde van de langste buskabel)

6 De busafsluiter sluiten De busafsluiter openen 8. Configuratie Voor een algemene uitleg over het installeren en configureren van Velbus, raadpleeg de installatiehandleiding op Werk steeds met de laatste versie van Velbuslink (gratis download op > Support > Downloads). Voor gebruik met de VMBDMI-R heeft u Velbuslink 9.30 of hoger nodig

7 8.1. Algemene instellingen Resistieve werking: Gebruik de resistieve werkingsmode voor halogeenlampen, dimbare LED lampen en elektronische transformatoren dimbaar met fase-aansnijding. Opgelet: niet alle LED lampen en elektronsiche transfo s zijn geschikt voor gebruik met de VMBDMI-R. Test alvorens te installeren. - - Inductieve werking: Gebruik de inductieve werkingsmode voor lampen verbonden met een dimbare draadgewikkelde ijzerkerntransformator. Schrijf wijzigingen: De instellingen naar de module schrijven. Klaar: Venster sluiten

8 8.2. Meerstandendimmer Deze standen worden gebruikt met de actie Meerstandendimmer. Bij uitvoeren van deze actie worden de standen één voor één toegepast (bij elke druk op de knop wordt de volgende stand geactiveerd). - Toevoegen: Een extra dimstand toevoegen achteraan. Vervangen: Het dimpercentage wijzigen van de geselecteerde stand Verwijderen: De geselecteerde dimstand verwijderen Schrijf wijzigingen: De instellingen naar de module schrijven. - - Klaar: Venster sluiten. Resetten: Alle dimstanden terug naar standaard zetten (nl. 25%-50%-75%-100%-75%- 50%-25%) Leegmaken: Alle dimstanden verwijderen

9 8.3. Geavanceerde instellingen Minimale dimwaarde (zie uitleg onder de optie zelf) Master/slave werking (volgmodus) Om een dimkanaal een ander te laten volgen, gebruik actie nr. 33: Volgmodus. Selecteer als oorzaak van de actie de master, en als gevolg de slave(s). Is master - VMBDMIR 1 Dimmer 1 (MASTER) Oorzaak Actie nr.33: Volgmodus Gevolg VMBDMIR 2 Dimmer 2 (SLAVE) Schrijf wijzigingen: De instellingen naar de module schrijven. - - Klaar: Venster sluiten. Is master SLAVE zal de dimwaarde van MASTER steeds overnemen. Eén MASTER kan meerdere SLAVES hebben. Bij MASTER moet het vakje Is master aangevinkt zijn, bij SLAVE blijft het best uitgevinkt

10 9. Acties met het dimmerkanaal als gevolg Acties in Velbus worden gedefinieerd door een oorzaak (bvb. een drukknop, een relais, een sensorkanaal, ), een gevolg (in dit geval het dimmerkanaal) en een actie (bvb. aandimmen, uitdimmen ). In bepaalde gevallen kunnen ook parameters toegevoegd worden (bvb. de tijdsduur of het dimpercentage). Voor meer algemene informatie over acties, gelieve de installatiehandleiding te raadplegen op In onderstaande tabel worden de verschillende acties beschreven die mogelijk zijn met een VMBDMI-R dimmerkanaal als gevolg. Naam Nr. Omschrijving Parameters Feedback op oorzaak Voorbeeld Moment 1 Het licht blijft aan (op 100%) zolang de oorzaak gesloten blijft. Zolang oorzaak uit is, is ook het licht uit (0%) - Aan tijdens licht aan, traag knipperen tijdens aan- en uitdimmen. Zeer traag knipperen indien er een timer loopt op het dimmerkanaal. Zolang een ingangscontact gesloten is, zal het licht aan zijn (op 100%). Uit 2 Het licht wordt uitgeschakeld - - Een drukknop zet het licht uit (zonder dimfunctie) Uit met timerblokkering 3 Het licht wordt uitgeschakeld en timers kunnen niet gestart worden. Timers worden weer vrijgegeven na een (langzaam) aan, (langzaam) uit of (langzaam) aan/uit actie (nrs. 2, 6, 7, 11, 12, 16). - - Stel dat bvb. een lichtsensor s avonds de dimmer aanzet met een timer. Door op uit met timerblokkering te duwen, zal het licht uit gaan en uit blijven: er kunnen geen timers meer geactiveerd worden door de lichtsensor. Langzaam uit 6 Het licht gaat langzaam volledig uit (tot 0%). Uitdooftijd Traag knipperen tijdens uitdooftijd. Een druk op de alles uit knop zal het licht in de slaapkamer geleidelijk doen uitdoven (tijd instelbaar). Aan 7 Het licht wordt ingeschakeld. - Aan tijdens licht aan, traag knipperen tijdens aan- en uitdimmen. Aan met timerblokkering 8 Het licht wordt ingeschakeld en timers kunnen niet gestart worden. Timers worden weer vrijgegeven na een (langzaam) aan, (langzaam) uit of (langzaam) aan/uit actie (nrs. 2, 6, 7, 11, 12, 16). Een drukknop zet het licht aan (zonder dimfuncties). - Zeer traag knipperen Stel dat bvb. een lichtsensor s avonds de dimmer indien er een timer aanzet met een timer. Door op aan met loopt op het timerblokkering te duwen, zal het licht aan gaan dimmerkanaal. en aan blijven: er kunnen geen timers meer geactiveerd worden door de lichtsensor

11 Langzaam aan 11 Het licht gaat langzaam volledig aan (tot 100%). Aandimtijd Via een alarmtijdstip kan het licht s morgens langzaam aan beginnen te branden in de slaapkamer. Aan/uit 12 Bij elke bediening keert de toestand van het licht om Aan met timerblokkering / Uit 13 Bij elke bediening keert de toestand van het licht om (aan/uit). Als het licht ingeschakeld is kunnen de timers niet gestart worden. Aan tijdens licht aan, traag knipperen tijdens aan- en uitdimmen. Zeer traag knipperen indien er een timer loopt op het dimmerkanaal. Bij zonsopgang kan het licht in het terrarium langzaam aan beginnen branden om daglicht te simuleren. - Met dezelfde drukknop het licht aan of uit zetten (zonder dimfuncties). - Zie acties nr. 3 en 8 Langzaam aan/uit 16 Bij elke bediening zal het licht langzaam aan of langzaam uit gaan gedurende de gespecifieerde tijden. Aandimtijd en uitdooftijd Met dezelfde drukknop het licht aan of uit zetten. Bij aanzetten komt het licht geleidelijk op, bij uitzetten gaat het geleidelijk uit. Verder geen dimfuncties gekoppeld aan deze knop. Start of stop timer 17 Bedienen van de drukknop zal het licht gedurende een bepaalde tijd inschakelen. Bedienen van de drukknop terwijl het licht aan is, schakelt het licht onmiddellijk uit. Idem als aan hierboven (nr.7) Een druk op de knop zet het licht gedurende 1 minuut aan. Indien het licht uit moet vooraleer de minuut verstreken is, kan dat door nogmaals op de knop te drukken. Start of stop timer met langzaam aan/uit 18 Bedienen van de drukknop doet het licht langzaam aan gaan. Na het verstijken van de uitschakeltijd gaat het licht langzaam uit. Bedienen van de drukknop terwijl het licht aan is, doet het licht langzaam uit gaan., aandimtijd, uitdimtijd Idem als start/stop timer (nr.17), maar het licht zal geleidlijk opkomen en geleidelijk uit gaan. Herstartbare timer 19 Bedienen van de drukknop zal het licht gedurende een bepaalde tijd inschakelen. Bedienen van de drukknop terwijl het licht aan staat, zal de timer herstarten. Een druk op de knop zet het buitenlicht gedurende 1 minuut aan. Telkens er gedrukt wordt, begint de minuut opnieuw te tellen. Trappenhuisautomaat

12 Herstartbare timer met langzaam aan/uit Niet herstartbare timer 20 Bedienen van de drukknop doet het licht langzaam aan gaan. Na het verstrijken van de tijdsduur gaat het licht langzaam uit. Bedienen van de drukknop terwijl het licht aan staat, zal de timer herstarten. 21 Bedienen van de drukknop zal het licht gedurende een bepaalde tijd inschakelen. Bedienen van de drukknop terwijl het licht aan staat heeft geen enkel effect., aandimtijd, uitdimtijd Trappenhuisautomaat (bvb. aandimtijd = 0s, tijdsduur = 45s, uitdimtijd = 15s). Het licht zal op het einde geleidelijk uitdoven ipv plotseling uitvallen. Idem als aan hierboven (nr.7) Een druk op de knop zet het licht gedurende 1 minuut aan. Nogmaals drukken terwijl het licht aan is, heeft geen effect: de timer blijft gewoon lopen. Niet herstartbare timer met langzaam aan/uit 22 Bedienen van de drukknop doet het licht langzaam aan gaan. Na het verstrijken van de tijdsduur gaat het licht langzaam uit. Bedienen van de drukknop terwijl het licht aan staat heeft geen enkel effect., aandimtijd, uitdimtijd Idem als niet herstartbare timer (nr.21), maar het licht zal geleidlijk opkomen en geleidelijk uit gaan. Langzaam aan bij sluiten en langzaam uit bij openen schakelaar 23 Bij het sluiten van de schakelaar zal het licht langzaam aan gaan en bij het openen van de schakelaar zal het licht langzaam uit gaan. Na de tijdsduur zal het licht langzaam uit gaan, ook al is oorzaak nog gesloten. (Om dit te vermijden, zet tijdsduur op continu )., aandimtijd, uitdimtijd Vergelijkbaar met moment (nr.1), maar met geleidelijk aan en uit. Bij deze actie kan ook een timer ingesteld worden. Bediening via conventionele drukknoppen aangesloten via een Velbus ingangsmodule. Aandimmen (feller) 24 De drukknop induwen doet de lichtintensiteit stijgen (het licht feller branden). Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. Idem als aan hierboven (nr.7) Een drukknop om aan te dimmen (lcihtsterkte doen stijgen)

13 Aandimmen (feller); aan bij kort drukken 25 Bij een korte bediening van de drukknop gaat het licht op volle sterkte branden. Bij het ingedrukt houden gaat het licht feller branden en bij het loslaten van de drukknop wordt de bereikte lichtsterkte aangehouden. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. Een knop die aan en aandimmen combineert. Kort drukken = licht 100% aan, lang drukken = licht feller doen branden. Aandimmen (feller); vorige dimstand bij kort drukken Uitdimmen (zachter) 26 Bij een korte bediening van de drukknop gaat het licht op de laatst gebruikte lichtsterkte branden. Bij het ingedrukt houden gaat het licht feller branden en bij het loslaten van de drukknop wordt de bereikte lichtsterkte aangehouden. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. 27 Bij het bedienen van de drukknop gaat het licht zwakker branden en bij het loslaten van de drukknop wordt de bereikte lichtsterkte aangehouden. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. Idem als aan hierboven (nr.7) Lang drukken op de knop = licht feller doen branden. Kort drukken = de laatst gebruikte dimstand activeren. Een knop om de lichtsterkte te doen zakken. Uitdimmen (zachter); uit bij kort drukken 28 Bij een korte bediening van de drukknop gaat het licht volledig uit. Bij het bedienen van de drukknop gaat het licht zwakker branden en bij het loslaten van de drukknop wordt de bereikte lichtsterkte aangehouden. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. Een knop die uit en uitdimmen combineert. Kort drukken = licht volledig uit (0%), lang drukken = lichtsterkte doen zakken

14 Dimmen 29 Bij het bedienen van de drukknop gaat het licht feller of zwakker branden en bij het loslaten van de drukknop wordt de bereikte lichtsterkte aangehouden. Bij het opnieuw bedienen van de drukknop zal de dimrichting omgekeerd zijn. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. Idem als aan hierboven (nr.7) Aan en uitdimmen in één knop. De dimrichting zal bij elke bediening omgekeerd worden. Dimmen; aan/uit bij kort drukken 30 Bij een korte bediening van de drukknop gaat het licht op volle sterkte branden indien het licht uit was of gaat het licht uit indien het aan was. Bij het ingedrukt houden gaat het licht feller of zwakker branden en bij het loslaten van de drukknop wordt de bereikte lichtsterkte aangehouden. Bij het opnieuw bedienen van de drukknop zal de dimrichting omgekeerd zijn. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. Lang drukken = lichtsterkte aanpassen, kort drukken = licht aan of uit zetten. Dimmen; vorige dimstand bij kort drukken 31 Bij een korte bediening van de drukknop gaat het licht op de laatst gebruikte lichtsterkte branden indien het licht uit was of gaat het licht uit indien het aan was. Bij het ingedrukt houden gaat het licht feller of zwakker branden en bij het loslaten van de drukknop wordt de bereikte lichtsterkte aangehouden. Bij het opnieuw bedienen van de drukknop zal de dimrichting omgekeerd zijn. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd. Idem als aan hierboven (nr.7) Wordt dikwijls gebruikt als standaard dimwerking. Lang drukken = lichtsterkte aanpassen, kort drukken = laatst gebruikte dimstand activeren

15 Dimsfeer oproepen 32 Het licht op een bepaalde lichtsterkte zetten (bepaald door dimpercentage ). De dimtijd bepaalt hoe lang het duurt eer die lichtsterkte bereikt wordt. Indien tijdsduur continu zal het licht uit gaan na de ingestelde tijd., dimtijd en dimpercentage (instelbaar in stappen van 1%) Een knop die een sfeer oproept. Een druk op de knop zal één of meerdere dimkanalen op een bepaald percentage zetten. De snelheid van het aan- en uitdimmen en de tijdsduur kunnen aangepast worden. Een PIR lichtafhankelijke bewegingssensor (VMBPIRC) kanaal 1 is actief tussen 6u en 23u en doet het licht op 100% branden. Lichtafhankelijke bewegingssensor kanaal 2 is actief tussen 23u en 6u s morgens en doet het licht branden op 20%. Volgmodus / Dimmen met schuifknop 33 Een ander dimkanaal de toestand van dit dimkanaal laten volgen (master/slave). Het oorzaak-kanaal is master, het gevolgkanaal is slave. Bij de master moet in de configuratieinstellingen, tabblad geavanceerd, het vakje Is master indien master/slave configuratie aangevinkt worden. Bij de slaves blijft dit vakje best uitgevinkt. - Verschillende dimkanalen kunnen mekaar kopiëren via deze actie. Alle gevolgen van de Idem als aan actie zullen de oorzaak nabootsen. hierboven (nr.7) Meerstandendimmer 34 In de configuratie-instellingen kan een tabel ingevoerd worden met verschillende dimstanden (max.14). Bij elke bediening van de drukknop wordt dan telkens de eerstvolgende waarde uit de tabel opgeroepen. Tijdsduur (= aantijd), dimtijd (= tijd die nodig is om het gewenste dimpercentage te behalen) Idem als aan hierboven (nr.7) Telkens op de knop gedrukt wordt, wordt naar de volgende dimstand gesprongen. Het aantal standen en de respectieve niveaus zijn instelbaar. Een drukknop laat mijn dimmer bv. volgende niveaus activeren bij elke druk op de knop: 20% - 100% - uit

16 Forceeracties Geforceerde acties hebben voorrang op alle andere acties. Een geforceerd kanaal luistert niet meer naar signalen vanop de bus tot de forceermodus uitgeschakeld wordt of voorbij is (indien een tijdsduur opgegeven werd). Commando s die op de bus gezet werden tijdens forceermodus zullen niet uitgevoerd worden wanneer het kanaal uit forceermodus komt. Tijdsduur: bepaalt hoe lang het kanaal geforceerd blijft Aan tijdens continue forceermodus. Zeer traag knipperen tijdens tijdelijke forceermodus (tijdsduur continu). Uit wanneer kanaal niet in forceermodus staat. Forceer- en onderdrukacties worden o.a. gebruikt voor prioriteiten. Een kanaal dat via een manuele knop bediend wordt, kan bvb. door een lichtsensor onderdrukt worden, en door een windsensor geforceerd. De windsensor zal dan voorrang hebben op de lichtsensor, die op zijn beurt voorrang heeft op de manuele bediening. Onderdrukacties Een onderdrukt kanaal luistert nog naar alle signalen op de data bus, maar reageert niet tot de onderdrukking opgeheven wordt of voorbij is (in geval een tijdsduur werd opgegeven). Van zodra het kanaal uit onderdrukmodus komt, zal het laatst ontvangen commando uitgevoerd worden (ook indien dit commando tijdens de onderdrukmodus verstuurd werd). Tijdsduur: bepaalt hoe lang het kanaal onderdrukt blijft Aan tijdens continue onderdrukmodus. Zeer traag knipperen tijdens tijdelijke onderdrukmodus (tijdsduur continu). Uit wanneer kanaal niet in onderdrukmodus staat. Forceer- en onderdrukacties worden o.a. gebruikt voor prioriteiten. Een kanaal dat via een manuele knop bediend wordt, kan bvb. door een lichtsensor onderdrukt worden, en door een windsensor geforceerd. De windsensor zal dan voorrang hebben op de lichtsensor, die op zijn beurt voorrang heeft op de manuele bediening. Geavanceerde acties met timerblokkering 4, 5, 9, 10 Analoog aan acties 3 en 8, maar met diverse variaties voor kort en lang drukken Zie acties 3 en 8 Zie acties 3 en