Thema: Rekenen 2 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie

1 Auteur VO-content Laatst gewijzigd 21 October 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet. Wikiwijs Maken is een onderdeel van Wikiwijsleermiddelenplein, hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt.

2 Inhoudsopgave Inleiding Thema Werkplan Om, opp en inh Leerdoelen Stap1 - Lengtematen Stap2 - Oppervlaktematen Stap3 - Inhoudsmaten Andere maten Leerdoelen Stap1 - Tijd / snelheid Stap2- Massa / dichtheid Machten/wortels Leerdoelen Stap1 - Machten Stap2 - Grote getallen Stap3 - Kleine getallen Stap4 - Wortels Diagnostische toets Diagnostische toets Extra opgaven Rekenen 2 Examenvragen Examenvragen Over dit lesmateriaal Pagina 1

3 Inleiding Thema Inleiding In dit derde thema van de Stercollectie wiskunde ga je opnieuw veel rekenen. Het thema herhaalt een aantal zaken die je in de eerste twee jaar ook wel bent tegengekomen, maar je leert ook nieuwe dingen. Het thema bestaat uit de volgende drie paragrafen: Omtrek, oppervlakte en inhoud Andere maten Machten, grote/kleine getallen en wortels Na de paragrafen is er een diagnostische toets. De toets bestaat uit een aantal (meerkeuze)vragen. Probeer de toets zo goed mogelijk te maken. Het thema sluit je af met een aantal examenvragen. Deze vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het them Werkplan Pagina 2

4 Het thema Rekenen-2 bestaat uit een inleiding, drie paragrafen met opgaven en een diagnostische toets. Het is belangrijk dat je goed bijhoudt wat je gedaan hebt. Om je hierbij te helpen is er een werkplan gemaakt. Op dat werkplan kun je bijhouden welke onderdelen je al gedaan hebt. Download hier het Werkplan Rekenen 2 Pagina 3

5 Om, opp en inh Leerdoelen De eerste paragraaf heet 'Omtrek, oppervlakte en inhoud'. Leerdoelen Aan het eind van de paragraaf weet je: hoe je de omtrek van een figuur kunt bepalen. hoe je lengtematen kunt omrekenen. hoe je de oppervlakte van een figuur kunt bepalen. hoe je oppervlaktematen kunt omrekenen. hoe je de inhoud van een ruimtelijk figuur kunt bepalen. hoe je inhoudsmaten kunt omrekenen. Stap1 - Lengtematen Bestudeer uit de Kennisbank de twee pagina's van het onderdeel: KB: Omtrek en lengtematen Maak de volgende opgaven. Pagina 4

6 Lengtematen maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Bekijk vierhoek ABCD. Bereken de omtrek van deze vierhoek. 2 Bekijk zeshoek ABCDEF. De lengte van de zijden BC, CD, EF en FA kun je niet uit het figuur aflezen. Schat de lengte van die zijden en bereken vervolgens de omtrek van deze zeshoek. 3 Pagina 5

7 Een rechthoek PQRS heeft een omtrek van 120. Image not found or typeimage unknown not found or type unknown Voor de rechthoek geldt: lengte breedte Bereken de lengte van de rechthoek als de breedte.. Bereken de oppervlakte van de rechthoek als de lengte. 4 Een slak leg in één uur cm af. Hoe lang doet hij over een afstand van km? 5 Reken om. km =... m d. e. f. dam =... m m =... mm hm =... dm hm =... mm km =... dm 6 Reken om. Pagina 6

8 km =... m dam =... m d. dm =... mm dm =... cm e. hm =... m f. dam =... dm 7 Anne loopt elke dag van huis naar school. De afstand is 1250 meter. Anne loopt gemiddeld 5 km/uur. Je wilt berekenen hoe lang Anne onderweg is. Hoeveel meter loopt Anne per uur? Reken uit hoeveel minuten Anne doet over de reis van huis naar school. 8 Reken om. d. e. f. m =... km m =... dam dm =... dam hm =... km cm =... m mm =... dam 9 Pagina 7

9 Reken om. d. e. f. cm =... m m =... hm mm =... dm cm =... m hm =... km dam =... km Stap2 - Oppervlaktematen Bestudeer uit de Kennisbank de twee pagina's van het onderdeel: KB: Oppervlakte en oppervlaktematen Maak de volgende opgaven. Oppervlaktematen maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Pagina 8

10 Bekijk zeshoek ABCDEF. Bereken de oppervlakte van deze zeshoek. 2 Pagina 9

11 Bekijk het figuur. De oppervlakte van het figuur kun je niet precies bepalen door hokjes te tellen. Schat de oppervlakte van het figuur. 3 Een rechthoek PQRS heeft een oppervlakte van 120. Voor de rechthoek geldt: lengte breedte. Bereken de breedte van de rechthoek als de lengte. Bereken de oppervlakte van de rechthoek als de breedte. 4 Irma wil de vloer van haar kamer met vloertegels beleggen. De oppervlakte van haar kamer is 15 m². De tegels zijn 20 cm bij 25 cm. Reken uit hoeveel tegels Irma nodig heeft. 5 Reken om. km² =... m² Pagina 10

12 dam² =... m² m² =... mm² d. hm² =... dm² e. hm² =... mm² f. km² =... dm² 6 Reken om. km² =... m² dam² =... m² dm² =... mm² d. dm² =... cm² e. hm² =... m² f. dam² =... dm² 7 Een hectare land is een stuk land met een oppervlakte van hm². Een voetbalveld van een eredivisieclub is m lang en m breed. Bereken de oppervlakte van het voetbalveld in m². Hoeveel hectare is de oppervlakte van het voetbalveld? 8 Reken om. Pagina 11

13 m² =... km² d. e. f. m² =... dam² dm² =... dam² hm² =... km² cm² =... m² mm² =... dam² 9 Reken om. d. e. f. cm² =... m² m² =... hm² mm² =... dm² cm² =... m² hm² =... km² dam² =... km² Stap3 - Inhoudsmaten Bestudeer uit de Kennisbank de twee pagina's van het onderdeel: KB: Inhoud en inhoudsmaten Maak de volgende opgaven. Pagina 12

14 Inhoudsmaten maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Een kubus heeft ribben van 4 cm. Bereken de inhoud van de kubus in cm³. 2 Een aquarium is 6 dm lang, 3 dm breed en 5 dm hoog. Bereken de inhoud van het aquarium in dm³. Hoeveel liter water kan er in het aquarium? 3 Pagina 13

15 Een zwembad is 7 m lang, 4 m breed en gemiddeld 1,5 m diep. Hoeveel liter water kan er in het zwembad? 4 Reken om. m³ =... dm³ dm³ =... mm³ m³ =... cm³ d. cm³ =... m³ e. dm³ =... m³ f. mm³ =... dm³ 5 Reken om. L =... dm³ cl =... dm³ ml =... dm³ 6 Pagina 14

16 Voor een klassenfeest moet je voldoende frisdrank inkopen. In een bekertje frisdrank gaat 150 ml als je ze niet al te vol schenkt. Met z n hoevelen zijn jullie in je klas? Hoeveel bekertjes fris drinkt iemand op een klassenfeest? Dus hoeveel flessen cola en sinas ga je kopen? En hoeveel gaat dat kosten? Leuk is ook het maken van appeltaart. Iedereen lust wel een punt. Hoeveel gaan er uit één taart? Hoeveel appeltaarten heb je nodig? Zoek het recept voor appeltaart. Hoeveel gaat het maken van die appeltaarten kosten? Bekijk hoeveel je van alle ingrediënten nodig hebt en wat dat kost. Maak zo een overzicht van de kosten voor een klassenfeest. Pagina 15

17 Andere maten Leerdoelen De tweede paragraaf van dit thema is de paragraaf 'Andere maten'. Leerdoelen Aan het eind van de paragraaf weet je: dat je als eenheid van tijd seconde, minuut of uur gebruikt. dat je meter per seconde of kilometer per uur gebruikt als eenheid voor snelheid. dat de massa van een voorwerp wordt uitgedrukt in (kilo)gram. dat je bijvoorbeeld kg/m³ of g/cm³ gebruikt als eenheid voor de dichtheid van een stof. Stap1 - Tijd / snelheid Bestudeer uit de Kennisbank de twee pagina's van het onderdeel: KB: Tijd en snelheid Maak de volgende opgaven. Pagina 16

18 Tijd en snelheid maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Je gaat met de trein van Uitgeest naar Alkmaar. De trein vertrekt om uur en komt om uur aan in Alkmaar. Hoelang duurt de reis? 2 Het is uur. Over uur heb je een afspraak bij de tandarts. Hoe laat is de afspraak bij de tandarts? 3 Je gaat met de nachttrein van Amsterdam naar Praag. Je vertrekt om Pagina 17 uur en komt de volgende dag om uur aan.

19 Hoelang duurt de reis? 4 Je gaat met de nachttrein van Amsterdam naar Rome. Je vertrekt om uur. De reis duurt uur en minuten. Hoe laat kom je aan in Rome? 5 Je woont 13,5 km van school. Je fietst meestal in 45 minuten van huis naar school. Wat is je gemiddelde snelheid in km/uur? 6 Op je fiets heb je een kilometerteller. Op de kilometerteller kun je aflezen hoe hard je rijdt. Hoeveel minuten doe je over een ritje van 12 km als je gemiddeld 16 km/uur rijdt? Pagina 18

20 7 De geluidssnelheid is de snelheid waarmee geluid zich verplaatst. De snelheid van geluid in lucht is 340 m/s. Het geluid van een toeterende auto bereikt jou in 0,15 seconde. Hoe ver sta je van de auto af? 8 Tijdens de wereldkampioenschappen schaatsen rijden de snelste schaatsers de 10 km in iets meer dan 13 minuten. Hoeveel km/uur is dat ongeveer? 9 Reken om km/uur m/s m/s km/uur 10 Hele goede hardlopers lopen de meter in se Hoeveel km/uur is dat? Stap2- Massa / dichtheid Pagina 19

21 Bestudeer uit de Kennisbank de twee pagina's van het onderdeel: KB: Massa en dichtheid Maak de volgende opgaven. Massa en dichtheid maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Reken om kg g g mg kg mg 2 Een blokje koper heeft een massa van Het volume van het blokje is Pagina 20 gram. cm³.

22 Bereken de dichtheid van koper. 3 Een vrachtboot heeft een laadruimte van Keukenzout heeft een dichtheid van m³. kg/dm³. Hoeveel kg keukenzout kan de vrachtboot vervoeren? 4 Benzine heeft een dichtheid van kg/dm³. Een auto heeft een tank van 60 L. Bereken hoeveel kg benzine in de tank van de auto gaat. 5 De dichtheid van koper is 8,9 g/cm³. Een blok koper heeft een massa van 1 kg. Hoe groot is het volume van het blokje? Geef je antwoord in cm³ en in L. 6 Reken om Pagina 21 kg/m³ g/cm³ g/l kg/l

23 Machten/wortels Leerdoelen Weet je nog hoe je kunt rekenen met machten en wortels? In deze paragraaf wordt die kennis nog eens opgefrist. Je leert ook de wetenschappelijke notatie kennen. Makkelijk als het gaat om hele grote of hele kleine getallen. Leerdoelen Aan het eind van de paragraaf weet je: wat wordt bedoeld met machtsverheffen. welke plek machtsverheffen heeft in de voorrangsregels. hoe je (grote en kleine) getallen met de wetenschappelijke notatie kunt weergeven. hoe je rekent met grote en kleine getallen. wat wordt bedoeld met worteltrekken. hoe je rekent met wortels. Stap1 - Machten Bestudeer uit de Kennisbank de twee pagina's van het onderdeel: KB: Machten Maak de volgende opgaven. Pagina 22

24 Machten maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ De inhoud van een kubus is afhankelijk van de lengte van de zijde. Er geldt: inhoud kubus = lengte zijde³ Neem de tabel over en vul hem verder in. lengte zijde inhoud kubus 2 Reken uit. Pagina 23

25 d. e. f. 3 Vul in <, > of d Reken uit. Pagina 24

26 d. e. f. 5 Waar of niet waar? = = d. 6 De inhoud (I) van een bol hangt af van de grootte van de straal (r). De inhoud kun je benaderen met de formule: I r³ Neem de tabel over en vul hem verder in. straal inhoud bol `` `` `` `` Stap2 - Grote getallen Pagina 25

27 Bestudeer uit de Kennisbank de drie pagina's van het onderdeel: KB: Grote getallen Maak de volgende opgaven. Grote getallen maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Schrijf als een getal. Hoeveel nullen heeft? Hoe spreek je dat getal uit? 2 Schrijf de volgende machten als een getal. 3 Pagina 26

28 Neem over en vul in. 4 Schrijf als macht van. 5 Schrijf de volgende getallen met de wetenschappelijke notatie. d. e. f. 6 Pagina 27

29 De overheid geeft jaarlijks ongeveer Hiervoor kunnen ongeveer miljard euro uit aan het voorgezet onderwijs. miljoen leerlingen naar school. Schrijf 6,75 miljard en 1,5 miljoen als getal en met de wetenschappelijke notatie. Bereken de overheidsuitgaven aan voortgezet onderwijs per leerling. 7 De wereld aardgasproductie bedraagt ongeveer m³ per jaar. Van die productie vindt % plaats in Nederland. Schrijf als getal. Hoeveel m³ is de Nederlandse aardgas productie? Schrijf je antwoord als een getal en met de wetenschappelijke notatie. 8 Pagina 28

30 De planeet Pluto bevindt zich op ongeveer km van de zon. De lichtsnelheid is km/s In hoeveel seconde legt het licht de afstand van de zon naar Pluto af? Stap3 - Kleine getallen Bestudeer uit de Kennisbank de pagina's van het onderdeel: KB: Kleine getallen Maak de volgende opgaven. Kleine getallen maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Schrijf als een getal. Hoeveel nullen heeft? Hoe spreek je dat getal uit? 2 Pagina 29

31 Schrijf de volgende machten als een getal. 3 Neem over en vul in. 4 Schrijf als macht van. 5 Schrijf de volgende getallen met de wetenschappelijke notatie. Pagina 30

32 d. 6 Een bepaald soort bacterie weegt Op een plant bevinden zich miljoen van deze bacteriën. Schrijf kg. en miljoen als getal. Hoeveel kilogram wegen deze bacteriën samen? En hoeveel gram is dat? Stap4 - Wortels Bestudeer uit de Kennisbank de pagina's van het onderdeel: KB: Wortels Maak de volgende opgaven. Pagina 31

33 Wortels maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Als je de oppervlakte van een vierkant weet, kun je de lengte van de zijde uitrekenen. Er geldt: Neem de tabel over en vul hem verder in. oppervlakte lengte zijde 2 Reken uit. Gebruik je rekenmachine. 3 Benader de volgende wortels. Rond steeds af op twee cijfers achter de komm Pagina 32

34 d. e. 4 Reken uit. d. e. 5 Waar of niet waar? = = d. Pagina 33

35 6 Een olietanker is gezonken. Uit de tanker loopt olie. De olie vormt een cirkelvormige vlek die elk uur groter wordt. Met de volgende formule kun je straal (in km) van de olievlek benaderen. Neem de tabel over en vul hem verder in. Rond de straal steeds af op twee cijfers acher de komm uren straal Pagina 34 `` `` `` ``

36 Diagnostische toets Diagnostische toets Het thema 'Rekenen 2' sluit je af met een diagnostische toets. De toets bestaat uit een 18 vragen. Aan de eind van de toets zie je je score. Bij een score van meer dan 80% heb je een voldoende. Aan het eind van je toets kun je van de vragen die je fout had, zien wat het goede antwoord was. Succes. Rekenen 2 maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Pagina 35

37 1 Een rechthoek ABCD heeft een omtrek van 100. a Bereken de lengte van de rechthoek als de breedte 20 is. b Bereken de oppervlakte van de rechthoek als de lengte 35 is. a lengte = b oppervlakte = 2 Reken om. a 8,6 km = m b 0,25 m = cm c 4 hm = dam d 400 mm = m e 550 m = km 3 Jeffrey wil de vloer van zijn kamer met vloertegels bedekken. De oppervlakte van zijn kamer is 14 m². De tegels zijn 20 cm bij 20 cm. Reken uit hoeveel tegels Jeffrey nodig heeft. Aantal benodigde tegels: 4 Reken om. a 5,5 km² = m² b 0,5 m² = dm² c 0,06 cm² = mm² d 4000 mm² = m² e 440 m² = dam² 5 Pagina 36

38 Een zwebad is 8 m lang, 4 m breed en gemiddeld 2 m diep. Hoeveel liter water kan er in het zwembad? Aantal liter: 6 Reken om. a 5,5 dam³ = m³ b 0,5 dm³ = cm³ c 4500 mm³ = cm³ 7 Je gaat met de trein van Amsterdam naar Rome. Je vertrekt om en komt de volgende dag om 6.04 uur aan. Hoelang duurt de reis? 11 uur en 4 minuten 11 uur en 20 minuten 11 uur en 40 minuten d. 11 uur en 80 minuten 8 Je woont 13,8 km van school. Je fiets meestal in 45 minuten naar school. Wat is je gemiddelde snelheid in km/uur? gemiddelde snelheid is km/uur 9 Reken om. a 90 km/uur = m/s b 7,5 m/s = km/uur 10 Een ijzeren staaf heeft een massa van 468 gram. Het volume van de staaf is 60 cm³. Pagina 37

39 Bereken de dichtheid in gram/cm³. dichtheid = gram/cm³ 11 Een tanker heeft een laadruimte van 50 m³. Benzine heeft een dichtheid van 0,72 kg/dm³. Bereken hoeveel kg benzine in de laadruimte van de tanker gaat. Hoeveelheid benzine is kg 12 Reken om. 125 kg/m³ = g/l 13 Reken uit. 3 a 4 b c d (-4) Vul de antwoorden hieronder in. a b c d 14 De inhoud (I) van een bol hangt af van de grootte van de straal (r). 3 De inhoud kun je benaderen met de formule: I = 4,2 r Bereken de inhoud I als r = 4,5. Rond je antwoord af op een geheel getal. inhoud is Pagina 38

40 15 6 Schrijf 1, als getal Schrijf 4,5 10 als getal. 17 De overheid geeft jaarlijks ongeveer 7,2 miljard euro uit aan defensie. Dat is gemiddeld ongeveer ,- per militair. Bereken hoeveel militairen er ongeveer zijn. Aantal militairen: 18 Reken uit. a?4 +?9 = b 2?81 = c?64 :?16 = d 5 -?49 = Vul de antwoorden hieronder in. a b c d Pagina 39

41 Extra opgaven Rekenen 2 Extra opgaven Rekenen 2 Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde de onderdelen: KB: Omtrek, oppervlakte en inhoud KB: Andere maten KB: Grote en kleine getallen KB: Wortels Maak daarna de volgende opgaven. Rekenen2 maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/ Een rechthoek ABCD heeft een omtrek van Voor de rechthoek geldt: lengte. breedte Bereken de lengte van de rechthoek als breedte. Bereken de oppervlakte van de rechthoek als de lengte 2 De tuin van Bram is Hij heeft 2 m. tegels van cm bij cm die hij in zijn tuin wil leggen. Op hoeveel vierkante meter liggen straks geen tegels? Hoeveel tegels heeft Bram nodig om de rest van zijn tuin ook vol te leggen met deze tegels? Pagina 40

42 3 Reken om: 2 2 cm m 3 L cm km 2 d. 2 hm e. m dam ml 3 dm 4 Je gaat naar een viswinkel. Je ziet daar een groot aquarium. Het aquarium is meter lang, decimeter breed en cm hoog. 3 Bereken de inhoud van het aquarium in cm. Hoeveel liter water gaat er in dit aquarium? In het aquarium staat een blokje van dm lang bij Er staat ook een kubus met zijden van dm breed en dm hoog. cm in het aquarium. Hoeveel liter water kun je nu nog in het aquarium stoppen totdat hij vol zit? 5 Je woont km van school af en pakt elke dag de fiets om er te komen. Je fietst meestal in minuten van huis naar school. Wat is je gemiddelde snelheid in km/uur? Rond af op één decimaal. De terugweg fiets je een stuk langzamer: km/uur. Hoe lang doe je over je terugreis? Rond af op gehele minuten. 6 Je gaat op vakantie naar Mexico. Je vertrekt om 14:35 vanuit Amsterdam en je komt in Mexico aan om 23:46 plaatselijke tijd. In Mexico is het uur vroeger dan in Nederland. Hoe lang duurde je vlucht? Je terugvlucht vertrekt om 13:20. Je hebt een overstap waardoor de totale reis Pagina 41 uur duurt.

43 Hoe laat kom je aan in Nederland? 7 3 Suiker heeft een dichtheid van Je gooit een aquarium waar g/cm. liter water in past helemaal vol met suiker. Hoeveel kg suiker gaat er in dit aquarium? 8 Benzine heeft een dichtheid van Je auto heeft een tank van 3 kg/dm. L die nog voor een vijfde deel vol zit. Je vult de tank tot hij helemaal vol zit. Hoeveel kg benzine heb je in de tank gestopt? 9 Reken uit: d. e. 10 Schrijf in de wetenschappelijke notatie: d. e. 11 De afstand tussen Amsterdam en Tokyo is De lichtsnelheid is km. km/s. In hoeveel minuten legt het licht de afstand van Amsterdam naar Tokyo af? Pagina 42

44 Geef je antwoord in de wetenschappelijke notatie, en rond af op één decimaal. 12 Waar of niet waar? Laat zien met een berekening. d. Pagina 43

45 Examenvragen Examenvragen Op deze en de volgende pagina's vind je een aantal examenvragen uit examens van vorige jaren. De vragen sluiten zo goed mogelijk aan bij het thema dat je net afgerond hebt. Het zal echter ook wel voorkomen dat je kennis nodig hebt die niet in het thema behandeld is. Gebruik dan je gezonde verstand. VMBO KGT Vraag 1 VMBO KGT Vraag 2 VMBO KGT Vraag 4 VMBO KGT Vraag 8 VMBO KGT Vraag 9 VMBO KGT Vraag 1 VMBO KGT Vraag 12 VMBO KGT Vraag 13 VMBO KGT Vraag 14 VMBO KGT Vraag 25 VMBO KGT Vraag 1 VMBO KGT Vraag 2 VMBO KGT Vraag 3 VMBO KGT Vraag 4 VMBO KGT Vraag 3 VMBO KGT Vraag 8 VMBO KGT Vraag 9 VMBO KGT Vraag 10 VMBO KGT Vraag 14 VMBO KGT Vraag 15 VMBO KGT Vraag 16 VMBO KGT Vraag 17 VMBO KGT Vraag 18 Pagina 44

46 Over dit lesmateriaal Colofon Het thema 'Rekenen 2' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO. Fair Use In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use. Meer informatie: Fair use Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de helpdesk VO-content. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 21 October 2016 om 09:25 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3; Leerinhoud en Rekenen/wiskunde; Getallen en variabelen; doelen Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 23 uur en 20 minuten Gebruikte Wikiwijs Arrangementen content, VO. (2016). Andere maten vmbo-kgt34. vmbo_kgt34 content, VO. (z.d.). Extra Opgaven vmbo-kgt34. content, VO. (2016). Machten vmbo-kgt34. vmbo_kgt34 Pagina 45

47 content, VO. (2016). Om, opp en inh vmbo-kgt34. opp_en_inh vmbo_kgt34 Pagina 46