Easy PDF Creator is professional software to create PDF. If you wish to remove this line, buy it now.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Easy PDF Creator is professional software to create PDF. If you wish to remove this line, buy it now."

Transcriptie

1 Van: Dirk van der Schoot Dit document bevat een samenvatting van het 135 blz dikke consultatiedocument Financieel ToetsingsKader van de Nederlandsche Bank. Verzekeraars kunnen hierop nog reageren na de zomer van Maar gelet de relatief kleine wijziging ten opzichte van de white paper zal de definitieve versie van het FTK hiervan niet veel meer afwijken. Het FTK gaat voor pensioenfondsen in per in het kader van de PensioenWet. Voor verzekeraars gaat het in het kader van de WFT ook in per Belangrijke kernpunten: - Bepalen bezittingen en verplichtingen op actuele waarde, zoals die ook verwacht wordt bij IFRS fase II (gaat in rondom 2009). FTK is dus een aanloop naar IFRS fase II. - Bij het bepalen van de actuele waarde moet een rentestructuur toegepast worden op de verplichtingen (lagere rente korte termijn, hogere rente lange termijn), maar er is wel een overgangstermijn van 3 jaar. - De solvabiliteitstoets is gebaseerd op Value at Risk modellen. Met een zekerheid van 97,5% (pensioenfondsen) of 99,5% (verzekeraars) moet de instelling aantonen dat over een jaar voldoende eigen vermogen aanwezig is om de verplichtingen te dekken. Voor kleine instellingen mag een vereenvoudigde methode toegepast worden (alleen actuele waarde). Overige instellingen moeten de gestandaardiseerde methode toepassen. De voorgeschreven scenario s zijn deterministisch, maar komen qua einduitkomst overeen met een stochastische benadering. Grote instellingen mogen een interne modellen methode toepassen. Deze moet echter op stochastische berekeningen zijn gebaseerd. - Continuiteitsanalyse bestaat uit een meerjarige basisscenario op basis van de solvabiliteitstoets, 3 bruto scenario s met een slechtere aanname en 3 dezelfde scenario maar dan met ingrijpen van het management. Daarmee moeten de grootste risico s van de verzekeraar zichtbaar worden en ook het financieel rampenplan van de verzekeraar - FTK kan ook gezien worden als een aanloop naar Solvency II. Solvency bestaat uit 3 pillars, waarvan 2 min of meer via FTK worden ingevuld. Ook wordt risicomanagement volgens moderne maatstaven getoetst. Het is dus niet alleen een invuloefening voor de DNB, maar tevens een stimulans om risicomanagement vorm te geven. De laatste wijzigingen in de parameters zijn nog niet in dit document opgenomen.

2 Inhoudsopgave 1 Deel Samenvatting...3 Hoofdstuk 1 Inleiding...4 Hoofdstuk 2. De positionering van het FTK in het toezicht Deel Hoofdstuk 3. Actuele waarde...5 Hoofdstuk 4. Solvabiliteitstoets...5 Kern (4.3)...6 Vereenvoudigde methode (4.25 / 4.28)...7 Gestandaardiseerde methode...7 De Interne modellen methode...10 Gewenste versus aanwezige solvabiliteit...10 Hoofdstuk 5 Continuïteitsanalyse...11 Bijlage 1 Toelichting waardering beleggingen voor het FTK...13 Bijlage 2 Risicoclassificatie...13 Bijlage 3 Voorstel voor indeling van te rapporteren risicogroepen...13 Bijlage 4: Tabellenboek risico-opslagen en solvabiliteit voor verzekeringstechnisch risico...14 Bijlage 5: Looptijdafhankelijke scenariofactoren voor het rentescenario...16 Bijlage 6: Toegestane benaderingsmethoden Deel

3 1 Deel 1 Samenvatting FTK bestaat uit: 1. Solvabiliteitstoets a. De aangekondigde minimumtoets is vervallen en opgenomen in de solvabiliteitstoets b. Jaarlijkse toets 2. Continuiteitsanalyse a. De horizon van de prognose is voor pensioenfondsen 15 jaar en 5 jaar voor overige verzekeraars. De analyse moet voor 2008 zijn uitgevoerd en daarna alleen als er aanleiding toe is FTK past in de ontwikkeling van Solvency II, (het risicogebaseerd bepalen van de solvabiliteitsmarge) maar is nog gebaseerd op Solvency I. Met FTK moet de actuele waarde bepaald worden (conform IFRS en BW2.9). Beleggingen zijn reeds op actuele waarde. Verzekeringsverplichtingen nog niet volgens actuele waarde in IFRS. Zodra er meer bekend is over de actuele waarde volgens IFRS fase II wordt bekeken of dat overgenomen kan worden, of dat er aanvullend prudentiele filters nodig zijn. De actuele waarde moet bepaald worden volgens een rentetermijnstructuur. Er komt echter een overgangstermijn van 3 jaar, waarin een marktconforme rentevoet gehanteerd kan worden. In die tijd kunnen verzekeraars hun administratiesystemen aanpassen. De actuele waarde bestaat uit een realistische verwachtingswaarde en een risico-opslag. Voor de risico-opslag komt er een gestandaardiseerde methode, waarmee mbv een tabellenboek de risico-opslag bepaald moet worden. Als instellingen een intern model hanteren, dan moet dat met stochastische rekenmodellen. De solvabiliteitstoets bestaat uit het bepalen van de uitgangsituatie. Daarbij hoort het bepalen van balansposten die bij discontinuïteit een andere waarde krijgen (bijv derivaatcontracten) In de solvabiliteitstoets worden 5 hoofdcategorieën risico s onderkend: - Markt - Krediet - Verzekeringstechnisch - Operationeel - Concentratie Per risico moet de financiële buffer berekend worden gerelateerd aan risico s over één jaar. Voor de solvabiliteitstoets kunnen instellingen toestemming vragen voor een vereenvoudigde methode. Dat houdt in het bepalen van de actuele waarde van de verplichtingen (dat kan alleen als eenvoudige producten gevoerd worden en de vastrentende waarden de hoofdmoot vormen van de beleggingen). De gestandaardiseerde methode voor solvabiliteit gaat uit van door PVK voorgeschreven scenario s voor - rente, - inflatie, - aandelen - vastgoed - grondstoffen - valuta - concentratierisico - verzekeringstechnische risico s (via bepaalde opslagen adhv risicogroepen)

4 Als een instelling de interne modellenmethode wil toepassen, stelt de PVK daar kwaliteitseisen aan. Zoals het geïntegreerd zijn in risicomanagement, gebaseerd op stochastisch kasstromen, analyse van betrouwbaarheid, stresstest, empirische validatie. Voor pensioenfondsen geldt een zekerheidsmaat van de solvabiliteit van 97,5%. Voor verzekeraars 99,5%. Hoofdstuk 1 Inleiding Juridische inkadering: - Pensioenen: Pensioenwet - Verzekeraars: Europese geharmoniseerde eisen voor solvabiliteit en de WFT (wet financieel toezicht) De nu vrijgestelde onderlinge waarborgmaatschappijen blijven vrijgesteld. Onderzocht wordt of volledig herverzekerde pensioenfondsen vrijstelling kunnen krijgen. Solvency II zal op termijn tot nieuwe Europese en Nederlandse wetgeving leiden. Tot dan geldt FTK. Om administratieve lasten te beperken is eensporige verslaglegging nagestreefd. Dus waarderingen conform IFRS en BW2.9. Echter DNB kan wel aanvullend prudentieel toezicht voorschrijven. (prudentiele filters) Hoofdstuk 2. De positionering van het FTK in het toezicht Uitgangspunten - eigen verantwoordelijkheid - professioneel risicobeheer wordt gestimuleerd. O.a. door voorgeschreven lange termijn perspectief. - Samenhang verplichtingen en beleggingen (levert risicoprofiel op) - Risicogebaseerd toezicht - Aandacht voor indirecte toezichtskosten - Samenhang met Solvency II (pillar 1 en 2 en deels 3) - Governance

5 2 Deel 2 Hoofdstuk 3. Actuele waarde Vaststellen waarde a.d.h.v. continuïteit van de instelling (normale marktwaarde dus. 3.2) Afwijkingen van waarderingsregels moeten worden toegelicht. Aansluiting bij IAS 39 (d.w.z. bij de marktwaarde is rekening houden met o.a. embedded options etc) (3.7) Verwachtingswaarde en marktconforme opslag ter dekking van onvermijdbare risico s, vóór herverzekering Pensioenverplichtingen obv premievrije waarde Verzekeringsverplichtingen obv gegarandeerde afkoopwaarde Verwachtingswaarde obv kasstromen (rekening houden met sterfte, schades, afkoop, waardeoverdracht). Eventueel optiewaarderingstechnieken toepassen (DvdS: zoals Black Scholes Merton) De PVK geeft geen standaard rekenmodel hiervoor. Het waarderen van voorwaardelijke kasstromen (winstdeling, indexaties etc) obv gespecificeerd ambitieniveau (gewekte verwachtingen, offerteteksten etc) Marktconforme opslag (market value margin, een bedrag op de waarde volgens best estimate) is lang niet altijd te bepalen adhv de markt. De PVK schrijft voorlopig voor. Marktconforme opslag omvat modelonzekerheid, parameteronzekerheid en structurele onzekerheid. Fair value (IFRS) lijkt nu niet goed toepasbaar voor actuele waarde vanwege ontbreken van een markt voor verzekeringen. (alleen in US is een beperkte markt ontwikkeld) Voorschrift totdat IAS voorschriften er zijn: De vereiste risico-opslag is het verschil tussen de verwachtingswaarde en de waarde die bij een waarschijnlijkheid van 75% ten aanzien van verzekeringstechnische risico s gedurende de looptijd van het contract hoort. Maar nooit minder dan de helft van de standaarddeviatie van de achterliggende kansverdeling van de contante waarde van pensioen- of verzekeringsverplichtingen. Verwacht wordt dat niet alle instellingen in staat zijn de marktconforme opslag te bepalen. De DNB zal normportefeuilles te ontwikkelen en een tabellenboek, waarmee de risico-opslag bepaald kan worden. (bij schade verzekeringen worden fieldtests gedaan om te komen tot opslagen) Het contant maken van de kasstromen moet adhv rentetermijnstructuur (lange duur hogere rente). Indien verzekering in euro s zal PVK de rentetermijnstructuur voorschrijven. Voor kleine instellingen is een benaderingsmethode mogelijk met 1 rekenrente. Dan moet wel een extra opslag worden toegepast. PVK stelt de extra-opslag vast. Bij herverzekering moet kredietrisico herverzekeraar gewaardeerd worden met de spread van de kapitaalmarkt (bijvoorbeeld 0,5 %) Eigen en vreemd vermogen moeten ook gewaardeerd worden op marktwaarde of markt conforme waarde. (3.61 en 3.62) Hoofdstuk 4. Solvabiliteitstoets

6 Kern (4.3) 1 Op rapportagedatum is er een adequate kapitaaldekking op basis van actuele waarde 2 Het eigen vermogen op actuele waarde is voldoende binnen de gegeven zekerheidsmaat 1 jaar na rapportagedatum, gegeven de aard en omvang van de risico s Om te voldoen aan 2 zijn er 3 methoden beschikbaar: (4.4) 1 Vereenvoudigde methode 2 Gestandaardiseerde methode 3 Interne modellen methode Voor de solvabiliteitstoets zijn de volgende aspecten belangrijk: - Kasstromen (4.11) o O.a. welke factoren zijn van invloed op kasstromen, hoe omgaan met onvoorwaardelijke kasstromen, voldoende rekening gehouden met embedded options - Veronderstellingen (4.12) o Verzekeringsportefeuille voldoende opgesplitst in risicogroepen (bijlage) o Grondslagen, overlevingskansen, arbeidsongeschiktheid, royement en kosten o Voldoende onderbouwing veronderstellingen - Model (4.13) o Is model realistisch, is er voldoende inzicht in werking model - Beleid (4.14) o Wijzigingen c.q. bestendigheid Aanwezige solvabiliteit: ( ) Aanwezige solvabiliteit (Surplus) = Actuele waarde vrij beschikbare activa actuele waarde voorzienbare verplichtingen Bepaling en toetsing solvabiliteit na 1 jaar - Te hanteren risicocategorieën o Marktrisico o Kredietrisico o Liquiditeitsrisico o Verzekeringsrisico o Concentratierisico (voorlopig alleen kwalitatief 4.80) o Operationeel risico (voorlopig alleen kwalitatief; 4.82) (zie bijlage 2) - Onderverdeling Marktrisico o Renterisico o Inflatierisico o Aandelenrisico o Vastgoedrisico o Valutarisico Uitgangspunten berekening: (4.19 / 4.22) Verzekeraars, voortzetting beleid, exclusief nieuwe productie Pensioenfondsen: voortzetting beleid, exclusief instroom nieuwe deelnemers Marktrisico en kredietrisico op waarschijnlijkheid 99,5% (verzekeraars), 97,5% (pensioenfondsen)

7 Vereenvoudigde methode (4.25 / 4.28) Bedoeld voor kleinere instellingen Een hogere vereiste solvabiliteit is waarschijnlijk, maar minder complex te berekenen Vereenvoudigde toets betreft alleen bepalen actuele waarde op rapportagedatum, maar niet de solvabiliteitstoets over 1 jaar. Voorwaarden voor aanvraag vereenvoudigde toets: - Eenvoudig assortiment producten (geen ingebedde options, garanties, winstdelingen) - Schade, alleen voor bepaalde branches (brand, voertuig, vervoer, aansprakelijkheid, rechtsbijstand, hulpverlening) - Geen derivaten, opties bij beleggingen, verstrekte leningen, garanties - Pensioenfondsen en natura-uitvaart: maximaal 25% zakelijke waarden - Verzekeraars: alleen vastrentende waarden tav gebonden vermogen. Het vrije vermogen maximaal 50 % zakelijk - Eenvoudige bedrijfsvoering - Dekkingsgraad pensioenfonds minimaal 130% - Solvabiliteitsratio verzekeraar minimaal 250% Verwachting is dat alleen van toepassing indien voorzieningen < 100 miljoen (4.29) Als gestandaardiseerde methode is toegepast, dan geen toestemming meer voor vereenvoudigde methode (4.30) Indien toestemming van DNB dan voor 3 jaar. Gestandaardiseerde methode Per risicofactor moet de gewenste solvabiliteit bepaald worden. Daarna volgens voorgeschreven samenstellingsformule wordt de totale solvabiliteit bepaald. (4.32 ev) De voorgeschreven scenario s (marktrisico en krediterisico) vinden plaats direct na de rapportage datum als een schok. Effecten (zoals versneld aflossen hypotheek) vinden ook direct plaats, dus er kan geabstraheerd worden van tijdeffecten. (4.35 en 4.36) Vastgesteld wordt in hoeverre de solvabiliteit (surplus), dus de waarde van bezittingen en verplichtingen, wijzigt. De wijziging is de gewenste solvabiliteit voor de risicofactor. De PVK stelt de parameters vast (4.37 en 4.38) Als een stijging een groter negatief heeft dan een daling (bijvoorbeeld bij opties), dan wordt het meest negatieve scenario in de berekening betrokken. Eventueel kan PVK vragen om meerdere scenario s zodat de gevoeligheid zichtbaar wordt. (4.42) Renterisico (4.45 / 4.51) Het effect van rentewijziging/-daling werkt door op: Vastrentende beleggingen, verzekeringen, financieringsinstrumenten, en rente afhankelijke derivaten. (4.45) Aan de hand van bijlage 5 wordt vastgesteld welke rentestijging (tussen 1,24% en 1,74%) en daling (tussen 0,57% en 0,81%) wordt toegepast. Dit is afhankelijk van de duration. (toepassing is op de gehele portefeuille) Rentestijging en rentedaling moet worden doorgerekend. Het slechtste scenario wordt genomen.

8 Indien renteopties of embedded options dan ook toepassing van toename EN afname van rentevolatiliteit met 25%. Het grootste verlies doorrekenen op solvabiliteit. In beginfase mag duration van de verzekeringsportefeuille benaderd worden volgens bijlage 6. Dit is een trial-error methode. Inflatierisico (4.52 / 4.57) De risicofactor inflatie werkt alleen door op index-linked-bonds (beleggingen), onvoorwaardelijke geïndexeerde pensioenverplichtingen, long-tail schadevoorzieningen, uitvaartpakket. Er wordt 1 algemeen scenario voorgeschreven (indien inflatierisico van toepassing), namelijk verhoging en verlaging inflatie met: Verzekeraars inflatie * 1,5 of inflatie / 1,5 Pensioenfondsen inflatie * 1,3 of inflatie / 1,3 Het effect van inflatietoename moet worden gecombineerd met rentestijging resp. afname met daling). Het grootste verlies van deze 2 bepaalt het scenario voor inflatie. Indien het inflatiescenario groter is dan het rentescenario, dan wordt die toegepast anders het rentescenario (beiden hoeven niet in solvabiliteit genomen te worden). Aandelenrisico (4.58 / 4.64) Aandelen worden opgedeeld naar mature markets, emerging markets, private equity. Toe te passen scenario (= daling): Verzekeraars Pensioenfondsen Mature markets 40% 25% Emerging markets 45% 30% Private equity 45% 30% Aandelen is inclusief opties, derivaten en verplichtingen uit beleggingsverzekeringen. Indien niet zeker is dat genoemde scenario de meest ongunstige is (door optieposities) is een gevoeligheidsanalyse nodig. Ook moet een toe en afname doorgerekend worden van 25% in aandelenvolatiliteit, vooral als er posities in opties en embedded options in beleggingsverzekeringen zijn. Het grootste verlies telt mee. Bij ondoorzichtige beleggingen zoals hedgefunds dan 45% daling toepassen. Vastgoedrisico (4.65 / 4.68) Toe te passen scenario op vastgoed : Verzekeraars -20% Pensioenfondsen - 15% Op de gehanteerde vastgoed benchmark Vastgoed is ook bijbehorende instrumenten zoals real estate derivatives. Geen onderscheid nodig in direct, indirect of andere categorieën. Eventueel gevoeligheidsanalyse toepassen.

9 Risico van commodities (4.69 / 4.72) Toe te passen scenario op de gehanteerde benchmark op commodities (grondstoffen) Verzekeraars: -40% Pensioenfondsen: -30% Inclusief derivaten en eventueel gevoeligheidsanalyse. Valutarisico (4.73 / 4.74) Toe te passen scenario op valuta s ten opzichte van de euro: Verzekeraars; -25% Pensioenfondsen: -20% Kredietrisico (4.75 / 4.78) Kredietrisico is gerelateerd aan credit spread (verschil rendement leningen/obligaties t.ov. risicoloze leningen). Toe te passen op opbligaties, leningen, maar ook vorderingen op tussenpersonen en herverzekeraars. Toe te passen scenario op credit spread: Verzekeraars: +60% Pensioenfondsen: + 40% Benadering van solvabiliteit volgens bijlage 6 is toegestaan. Voor liquiditeitsrisico, cumulatie concentratierisico en operationeel risico is er (nog) geen kwantitatieve scenario. Alleen kwalitatieve beoordeling. Verzekeringstechnischrisico (4.83 / 4.86) Betreft abnormale negatieve variaties in verzekeringstechnische resultaten gegeven de actuele waarde van de voorziening. Hiertoe moet verzekeringsportefeuille gesplitst worden in risicogroepen conform hoofdstuk 3. In principe tellen van solvabiliteit over risicogroepen, maar rekening houden met diversificatie tussen risicogroepen is toegestaan. Berekenen solvabiliteit volgens bijlage 4. (complex hoofdstuk) Totaal solvabiliteit Er is voldoende eigen vermogen indien het eigen vermogen groter is dan: ( S1 2 + S ñ S1 S2 + S3 2 + S4 2 + S5 2 + S6 2 ) 0,5 Solvabiliteit S = S 1 = Renterisico en inflatierisico S2 = Zakelijke waardenrisico (aandelen en vastgoed) S3 = Valutarisico S4 = Commodities

10 S5 = Krediet risico S 6 = Verzekeringtechnisch risico ñ = 0,8 voor verzekeraars en 0,65 voor pensioenfondsen (correlatie tussen rente en aandelen) Daarnaast moet de instelling verklaren dat dit het risicoprofiel adequaat weergeeft en of er risico s gelopen worden die niet worden afgedekt met deze formule. De Interne modellen methode De interne modellen kan toegepast worden indien deze gebaseerd is op de actuele waarde, en dat het eigen vermogen kan modelleren op een horizon van 1 jaar na rapportagedatum. Het model moet gebaseerd zijn op stochastische eigenschappen van de waardeontwikkeling van activa en verplichtingen in hun samenhang. (4.94/4.95) Verzekeraars moeten daarbij het gewenste vermogen bepalen op een waarschijnlijkheidsniveau van 99,5%. Pensioenfondsen 97,5% (4.96/4.97) De interne modellen methode biedt de mogelijkheid om het effect van risicobeheersmaatregelen, zoals stop-loss-limieten en risicolimietsystemen op te nemen. (4.98) De instelling moet kunnen aantonen en onderbouwen dat is voldaan aan de eisen. De DNB moet goedkeuring geven, goedkeuring is tijdelijk. Met backtesting moet periodiek getoetst worden of ongewijzigde toepassing gerechtvaardigd is. (4.100) Relevante risico s (bijlage 2) moeten zijn opgenomen. Volume-efffecten zoals vrijval uitkeringen, claims, rebalancing maatregelen van de beleggingsmix mogen worden opgenomen (4.102) Het model moet een integraal onderdeel zijn van het dagelijkse risicomanagement (inclusief planning, monitoring, beheersing). Er is rapportagelijn over het risicoprofiel naar het hoogste beleidsbepalende orgaan. De instelling kent een onafhankelijke risicobeheerfunctie die verantwoordelijk is voor het model en onafhankelijk is van commerciële functies. De instelling beschikt over voldoende en capabel personeel die met de complexiteit van het model om kan gaan. Zij moeten de risico s kunnen beoordelen. Er moet een procedure zijn voor het amenderen van het model. (4.103/4.105) De instelling heeft een adequaat proces voor het jaarlijks valideren van het model. Backtests maken daar deel van uit. De validatie is gedocumenteerd. De instelling streeft naar verbetering van het model. Risicolimieten worden geëvalueerd. Met stresstests wordt het eigen vermogen en de limieten beoordeeld. Indien economisch kapitaal wordt bepaald moet het model daarin een rol spelen. Kwaliteit invoergegevens (administraties en risico s) moet gewaarborgd zijn. Uit documentatie (transparant etc) moet blijken welke risico s wel en niet worden meegenomen en de risicomitigerende maatregelen (4.106/4.112) Als referentiepunt moet met het model de uitkomsten volgens de gestandaardiseerde methode uitrekenen. Naar verwachting zal het aantal instellingen dat gebruikt maakt van de interne modellenmethode klein zijn. Gewenste versus aanwezige solvabiliteit De solvabiliteitsratio wordt bepaald door aanwezige solvabiliteit te delen door de gewenste solvabiliteit (volgens gestandaardiseerde of interne modellenmethode) in procenten. (4.113)

11 Hoofdstuk 5 Continuïteitsanalyse De continuïteitsanalyse heeft tot doel het lange termijn perspectief in het toezicht te betrekken. Verschillende financiële scenario s komen aan de orde, daaruit moet blijken in hoeverre de instelling de risico s in beeld heeft en kan beheersen. De DNB zal met de analyse de kwaliteit van het beleid beoordelen en de mogelijke toekomstige problemen van de instelling. (5.1/5.3) De continuïteitsanalyse ligt in het verlengde van de solvabiliteitstoets, waarbij: - langere termijn - beleidsinstrumenten - instroom nieuwe deelnemers c.q. nieuwe productie volledig worden meegenomen (5.4) Beoordeeld wordt of de financiële buffers en instrumenten in verhouding staan tot de ambities en risico s. En of het management realistische aannames hanteert. En of de instelling een financieel rampenplan heeft. De continuïteitsanalyse heeft tot doel een beter inzicht te krijgen en bevorderen voor bestuur/management en DNB in de risico s, stuurelementen en in een vroeg stadium herkennen van verslechtering van de financiële positie. (5.5/5.7) Uiterlijk 1/1/2008 moet elke instelling tenminste één keer de continuïteitsanalyse hebben uitgevoerd, daarna alleen als er aanleiding toe is (verandering beleid, verslechtering, omstandigheden). Veel (grote) verzekeraars en pensioenfondsen maken reeds lange termijn analyses (5.9 / 5.11) De continuïteitsanalyse bestaat uit: (5.12/5.40) A B C D Onderdeel Aard Doel Doelstelling, beleid en prospectief, Onderbouwing prognoses (C) beleidsinstrumenten kwalitatief Economische aannames prospectief, Onderbouwing prognoses (C) en verwachtingen kwalitatief = omgevingsfactoren Basisscenario prospectief, inzicht in ontwikkeling op basis (= prognose van eigen kwantitatief van verwachting instelling verwachting) Gevoeligheidsanalyse (=alternatieve 3 grootste slechte scenario s) prospectief, kwantitatief E Stresstesting prospectief, kwantitatief F Verschillenanalyse retrospectief, prognose en analyse werkelijkheid inzicht in gevoeligheid op verschillende aannames (3 grootste bedreigingen) geeft beleid en uitkomsten weer bij ongunstige omstandigheden inzicht in realiteitsgehalte aannames A. Bijvoorbeeld indexatiebeleid, welke beleidsinstrumenten zijn er en hoe worden die ingezet. Sturingskracht beleidsinstrumenten, bijvoorbeeld premieverhoging of toeslagbeperking. Inzetbaarheid instrumenten. B. Aannames marktrente (korte en lange termijn), rendement op aandelen, inflatie etc.voor aankomende jaren C. Basisscenario is voor: i. Schadeverzekeraars 3 jaar ii. Levenverzekeraars en natura 5 jaar iii. Pensioenfondsen 15 jaar Het basisscenario toont de ontwikkeling van de aanwezige solvabiltiteit ten opzichte van de gewenste solvabiliteit. Ook andere (nog te publiceren) grootheden moeten aan de orde komen. Indien een pensioenfonds in het kader

12 van de pensioenwet een herstelplan moet maken komt deze over een met het basisscenario. D. Een kwantitatieve gevoeligheidsanalyse moet de (>3) grootste risico s identificeren. De risico s worden beschouwd als going concern dus inclusief instroom nieuwe verplichtingen E. In de stresstesting moet blijken hoe de instelling reageert op ongunstige gevolgen van het blootstaan aan de belangrijkste risico s. Praktisch komt het erop neer dat er 3 alternatieve scenario s t.o.v. het basisscenario met één ongunstiger aanname. Hieruit moet blijken hoe de instelling de beleidsinstrumenten gaat inzetten en of die werken (financieel rampenplan). Bijvoorbeeld premieverhoging mits haalbaar. Uitstralingseffecten zoals meer afkoop bij een lagere rente moet worden meegenomen, of op embedded options. De stresstest moet het bruto effect laten zien (zonder beleidsinstrumenten) en de mitigerende invloed van beleidsinstrumenten (DvdS: totaal dus 3x2+basisscenario = 7 scenario s) F. Verschillenanalyse vindt per definitie achteraf plaats, waarbij wordt prognoses worden afgezet tegen realisaties. Eventuele trendbreuken moeten worden toegelicht. Dus moet blijken in hoeverre de instelling structureel te optimistisch of te pessimistisch is geweest.

13 Bijlage 1 Toelichting waardering beleggingen voor het FTK Toelichting op wat in feite al in IFRS staat over het bepalen van marktwaarde van obligaties, leningen, onroerend goed, derivaten, private equity etc. Bijlage 2 Risicoclassificatie Definities afkomstig van International Actuarial Association Definitie van Marktrisico. Het wordt onderverdeeld in renterisico, koersrisico, valutarisico, basisrisico, mismatchrisico, volatiliteitsrisico, herbeleggingsrisico. Definitie kredietrisico. Niet alleen debiteuren van obligaties, maar ook vorderingen op tussenpersonen en herverzekeraars. Onderverdeling in zakelijk kredietrisico, debiteurenrisico, politiek risico, landenrisico. Definitie liquiditeiteitsrisico. Bijvoorbeeld het vervroegd afwikkelen van verzekeringscontract door bijvoorbeeld afkoop, negatieve publiciteit, economische recessie etc. Definitie verzekeringsrisico. Betreft kenmerken van hetgeen verzekerd is, maar ook verzekeringstechnische processen. Onderverdeling: - procesrisico (acceptatie van verzekeringen) - premierisico (ontoereikende premie) - productrisico (niet voorziene risico s in premiestelling) - claimrisico (meer claims dan verwacht) - economisch risico - eigen behoud risico (te lage herverzekering) - polishoudersrisico (anders reageren) - reserveringsrisico Concentratierisico. Vooral bij beleggingen, bijvoorbeeld teveel in 1 sector Operationeel risico. Bijvoorbeeld dat bij beleggingsverzekeringen te laat de bijbehorende fysieke aandelen worden aangeschaft/verkocht. Bijlage 3 Voorstel voor indeling van te rapporteren risicogroepen Pensioenen: - Ouderdomspensioen exclusief nabestaandenpensoen - Ouderdomspensioen inclusief nabestaandenpensioen Geen onderscheid naar arbeidsongeschiktheidsverzekeringen Levensverzekeringen: Min of meer conform de indeling WTV-staten: - Verzekering van kapitaal bij overlijden zonder stellige uitkering - Verzekering van kapitaal bij leven zonder stellige uitkering - Verzekering van kapitaal bij overlijden met stellige uitkering - Gemengde verzekering en overige verzekeringen van kapitaal met stellige uitkering - Verzekering van uitgestelde ouderdomspensioenen en lijfrenten op één of meer levens - Verzekering van uitgestelde ouderdomspensioenen en lijfrenten met bijbehorende verzekering van overlevingsrenten - Verzekering van ingegane pensioenen en lijfrenten

14 - Zelfstandige verzekeringen van overlevingsrenten Geen onderscheid (meer) naar aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Unit-linked verzekeringen behoren opgesplitst te worden in een spaar- en risicodeel en ingedeeld conform bovenstaande indeling. Natura-uitvaartverzekeringen hebben geen onderverdeling Schade: Indeling in ongeveer 70 risicogroepen min of meer conform branches en sub-branches in de WTV, zoals personenauto WA, motoren casco, ongevallen inzittenden etc. Bijlage 4: Tabellenboek risico-opslagen en solvabiliteit voor verzekeringstechnisch risico. Deze bijlage beschrijft: A. een eenvoudige benadering van de Market Value Margin, waarmee de actuele waarde (fair value) van een verzekering bepaald kan worden. B. een methode om gewenste solvabiliteit verzekeringstechnische risico s te bepalen Is bedoeld voor verzekeraars die de gestandaardiseerde methode toepassen. Verzekeraars die interne modellenmethode gebruiken dienen zelf de risico-opslag te bepalen. Voor schadeverzekeraars zijn er nog geen eenvoudige risico-opslagen bepaald. A. Benadering van de risico opslag op de verwachtingswaarde Technische voorziening op actuele waarde = Verwachtingswaarde (contante waarde kasstroom verplichtingen) + marktconform opslag (MVM) Levenverzekeraars: Risico-opslag (totaal) = (( TSO1 + TSO3) 2 + ( TSO2 + TSO5 + TSO7 ) 2 + TSO4 + TSO6 + TSO8 + ÓNSAi 2 ) 0,5 1,2,3, i = risicogroep van bijlage 3 TSO = Toekomstige sterftetrend onzekerheid = % uit tabel DNB * grondslag (risicokapitaal of actuele waarde); % is afhankelijk van gemiddelde leeftijd en gemiddelde duur in risicogroep. TSO varieert van 2% (meestal) tot 10% (uitschieters) NSA = Negatieve stochastische afwijkingen = % uit tabel DNB / (n i ) 0,5 * grondslag n is aantal verzekerden in risicogroep % varieert van 5% tot 50% (uitschieter tot 135%) Pensioenverzekeraars: Risico opslag = (TSO 2 + NSA 2 ) 0,5 Risicogroep OP excl NP: TSO = ( 2 + 9/40 max [ p- x; 0 ] ) % * verwachtingswaarde P = pensioenleeftijd regeling, maximaal 65 X = gemiddelde leeftijd NSA = ( 60 / n ) % * verwachtingswaarde Risicogroep OP incl NP:

15 TSO = ( 2 + 4/40 max [ p- x; 0 ] ) % * verwachtingswaarde P = pensioenleeftijd regeling, maximaal 65 X = gemiddelde leeftijd NSA = ( 40 / n ) % * verwachtingswaarde Natura uitvaartverzekeringen Risico opslag = (TSO 2 + NSA 2 ) 0,5 Conform levenverzekeraars met 1 risicogroep; % uit tabel DNB. Schade verzekeraars Onderscheid technische voorziening voor afhandeling gemelde schades en nieuw te verwachten schades in aankomende jaren (conform nu gebruikelijk is: Technische voorziening premie; Technische voorziening schade Er geldt een risico-opslag voor elk van de voorzieningen. Toepassing analoog aan leven en pensioen, echter de percentages per risicogroep zijn nog niet bekend. B. Gewenste solvabiliteit voor verzekeringstechnische risico s De gewenste solvabiliteit, gegeven de technische voorziening op actuele waarde, dient om abnormale nadelige variaties in verzekeringstechnische resultaten op te vangen. Met het uitgangspunt van een zekerheid van 97,5% resp 99,5% zijn procentuele opslagen bepaald. Levensverzekeraars: Gewenste solvabiliteit x per risicogroep = % uit tabel DNB / ni actuele waarde) % varieert van 15% tot 40% n = aantal deelnemers/verzekerden Totale solvabiliteit S voor leven = Ó xi 2 * grondslag (risicokapitaal of Pensioenfondsen: Gewenste solvabiliteit x = % uit tabel DNB / ni % varieert van 30% tot 50% * actuele waarde Natura uitvaartverzekeringen: Gewenste solvabiliteit x = 15% / ni * risicokapitaal Schade verzekeraars Gewenste solvabiliteit x voor te betalen schaden voor risicogroep i: % uit tabel DNB * F i (n i) * technische voorziening op actuele waarde voor i Gewenste solvabiliteit x voor lopende risico s voor risicogroep i: % uit tabel DNB * Gi (ni) * technische voorziening op actuele waarde voor i Fi (ni) en Gi (ni) zijn nog te definieren functies; % zijn ook nog niet bekend. Totale solvabiliteit voor een verzekeringstechnisch risico ÓÓ ñ xi x j ñ geeft correlatie aan tussen 2 risicogroepen (min 0 max 1) x = solvabilteit voor lopende risico s en voor te betalen schaden.

16 Bijlage 5: Looptijdafhankelijke scenariofactoren voor het rentescenario Tabel met looptijden van 1 tot 25 jaar. Pensioenfondsen: Toe te passen stijging bij een duration van 1 jaar 1,53 (snel) aflopend naar 1,24 bij 25 jaar Toe te passen daling bij een duration van 1 jaar 0,65 (snel) oplopend naar 0,81 bij 25 jaar. Bij verzekeraars stijging van 1,74 naar 1,33 en daling van 0,5 naar 0,75. De factor moet maal de rente. Bijlage 6: Toegestane benaderingsmethoden Benadering verwachtingswaarde van de pensioen- en verzekeringsverplichtingen (als onderdeel van de actuele waarde) Toepasbaar op homogene risicogroepen (bijlage 3). Via een iteratieve methode met toepassing van 3 verschillende rekenrentes op verzekeringen, waarmee 3 verwachtingswaardes bepaald worden, kan de duration benaderd worden. Wanneer de duration nauwkeurig genoeg bepaald is (eventueel meer dan 3 rekenrentes toepassen), wordt via een tabel van de DNB een rekenrente gevonden, waarmee de verwachtingswaarde van de verzekeringen (per verzekering) benaderd kan worden. (DvdS: De DNB doet voorkomen dat dit een eenvoudige oplossing is, echter er zal nog flink gesleuteld moeten worden aan de bestaande verzekeringsadministraties om dit mogelijk te maken.) Met een door DNB voorgeschreven correctiefactor wordt dan de verwachtingswaarde tbv de rapportage gevonden. Benadering van de gewenste solvabiliteit voor renterisico uit hoofde van verplichtingen Nadat de verwachtingswaarde bepaald is (met een gemiddelde rekenrente en gevonden gemiddelde duration) kan via de tabel van de DNB de toe te passen renteschok gevonden worden. (negatief en positief). Toepassing van deze 2 nieuwe rekenrentes levert een nieuwe verwachtingswaarde op (per verzekering). Het verschil met de eerder gevonden verwachtingswaarde is de gewenste solvabiliteit. Benadering van de gewenste solvabiliteit voor renterisico uit hoofde van vastrentende beleggingen De waardeverandering a.g.v. een renteschok kan gevonden worden als: Waarde oud * [ (1 + r oud) / (1 + r nieuw) duration - 1 ] De totale gewenste solvabiliteit voor renterisico wordt gevonden door toepassing van renteschok op verzekeringen EN vastrentende waarden. Benadering van de gewenste solvabiliteit voor kredietrisico Verzekeraars: Waardeverandering = - 0,6 * duration * credit spread * waarde oud Pensioenfondsen : Idem maar dan -0,4

17 3 Deel 3 Deel 3 bevat rekenvoorbeelden van de toepassing van FTK (totaal 35 bladzijden) De DNB verwacht dat voor verzekeraars en pensioenfondsen als totaal geen zwaardere eisen gesteld worden aan de financiële weerbaarheid. Dat zal uiteraard wel gelden voor enkele individuele bedrijven. Interessante onderdelen: - Verwachte gemiddelde duration beleggingen: 5 jaar - Verwachte gemiddelde duration individuele levensverzekeringen: 7 jaar - Verwachte gemiddelde duration collectieve levensverzekeringen 13 jaar. Dat betekent dat vooral collectieve levenverzekeraars erg gevoelig zullen zijn voor het renterisico. Voor beleggingsverzekeringen wordt geen solvabiliteit verwacht voor marktrisico, krediterisico en valutarisico.

Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij ABTN

Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij ABTN Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij december 2017 Dit document heeft 7 pagina s Versiebeheer Versie Auteur Datum Revisie V1.0 KPMG 1 november 2010 Herijkte versie V2.0 KPMG 20 juli 2011

Nadere informatie

Marktrisico Non-life risico Tegenpartij kredietrisico Operationeel risico Correlatie effecten totaalniveau 500,0% 400,0% 300,0% 200,0% 100,0% 0,0%

Marktrisico Non-life risico Tegenpartij kredietrisico Operationeel risico Correlatie effecten totaalniveau 500,0% 400,0% 300,0% 200,0% 100,0% 0,0% Aan: Van: Directie, XYZ verzekeraar Arcturus Datum: 25 oktober 2010 Betreft: Rapportage QIS 5 op basis boekjaar 2009 (FICTIEF) Management Samenvatting DNB heeft in augustus 2010 verzekeraars gevraagd om

Nadere informatie

Nadere uitwerking van de nota met de Hoofdlijnen voor de regeling van het financiële toezicht op pensioenfondsen in de Pensioenwet

Nadere uitwerking van de nota met de Hoofdlijnen voor de regeling van het financiële toezicht op pensioenfondsen in de Pensioenwet Nadere uitwerking van de nota met de Hoofdlijnen voor de regeling van het financiële toezicht op pensioenfondsen in de Pensioenwet Aanleiding en vervolg 1) Het kabinet heeft begin 2004 met sociale partners

Nadere informatie

Achtergrond en uitdagingen van het FTK

Achtergrond en uitdagingen van het FTK Achtergrond en uitdagingen van het FTK Prof. dr. K.H.W. Knot Divisiedirecteur Toezichtbeleid De Nederlandsche Bank 16 mei 006 Agenda Kenmerken Nederlandse pensioenstelsel Doelstelling risicogebaseerd toezicht

Nadere informatie

Aon Actualiteitenseminar

Aon Actualiteitenseminar Aon Actualiteitenseminar Risico's voor herverzekerde pensioenfondsen Erik Jan Jansen Van de website Brief Donner 17 sept 2010 Daarna gaat Erik Jan Jansen in op risico s bij herverzekerde pensioenfondsen.

Nadere informatie

Het bestuur onderbouwt dat het strategisch beleggingsbeleid en het beleggingsplan passen binnen de prudent person regel.

Het bestuur onderbouwt dat het strategisch beleggingsbeleid en het beleggingsplan passen binnen de prudent person regel. 4.4 Beleggingsbeleid Beleggingsdoelstelling In de Verklaring Beleggingsbeginselen van het pensioenfonds zijn de doelstellingen, beleggingsovertuigingen, risicotolerantie en beperkingen gedefinieerd waarop

Nadere informatie

CONSULTATIEDOCUMENT FINANCIEEL TOETSINGSKADER

CONSULTATIEDOCUMENT FINANCIEEL TOETSINGSKADER CONSULTATIEDOCUMENT FINANCIEEL TOETSINGSKADER Apeldoorn, 21 oktober 2004 Consultatiedocument FTK Inhoudsopgave DEEL 1 0 SAMENVATTING -------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

DNB-intern. 27 januari Volledig herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur,

DNB-intern. 27 januari Volledig herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur, Toezicht Pensioenfondsen en beleggingsondernemingen Amsterdam Postbus 98 1000 AB Amsterdam DNB-intern Volledig herverzekerde fondsen 27 januari 2011 Uw kenmerk Behandeld door Vinken, W.C.M. Doorkiesnummer

Nadere informatie

VSJ010 Vennootschappelijke balans voor winstbestemming

VSJ010 Vennootschappelijke balans voor winstbestemming VSJ010 Vennootschappelijke balans voor winstbestemming Immateriële vaste activa Boekjaar Vorig boekjaar 1.1 Value of business acquired VSJ025 1 kolom 1 VSJ025 1.1 kolom 1 1.2 Goodwill VSJ025 1 kolom 2

Nadere informatie

DNB-intern. 27 januari Gedeeltelijk herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur,

DNB-intern. 27 januari Gedeeltelijk herverzekerde fondsen 2011/ Vinken, W.C.M. Geacht bestuur, Toezicht Pensioenfondsen en beleggingsondernemningen Postbus 98 1000 AB Amsterdam DNB-intern Gedeeltelijk herverzekerde fondsen 27 januari 2011 Uw kenmerk Behandeld door Vinken, W.C.M. Doorkiesnummer Bijlage(n)

Nadere informatie

Nadere uitwerking van de nota met de Hoofdlijnen voor de regeling van het financiële toezicht op pensioenfondsen in de Pensioenwet

Nadere uitwerking van de nota met de Hoofdlijnen voor de regeling van het financiële toezicht op pensioenfondsen in de Pensioenwet Nadere uitwerking van de nota met de Hoofdlijnen voor de regeling van het financiële toezicht op pensioenfondsen in de Pensioenwet Aanleiding en vervolg 1) Het kabinet heeft begin 2004 met sociale partners

Nadere informatie

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Beleggingen Het totaal rendement over het afgelopen boekjaar 2010 is uitgekomen op 15,6%. Als we naar de onderverdeling kijken zien we het

Nadere informatie

Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw

Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw Herstelplan per 31 augustus 2011 Naam pensioenfonds: Bedrijfspensioenfonds Nummer fonds: 10565 Dekkingsgraad per 31-8-2011: Dekkingsgraad per ultimo augustus 2011 is 102,5%. Status financiële positie (reservetekort,

Nadere informatie

17 juni Concept-toelichting bij het invullen van de staat Organisatie en Risico

17 juni Concept-toelichting bij het invullen van de staat Organisatie en Risico 17 juni 2013 Concept-toelichting bij het invullen van de staat Organisatie en Risico Inhoudsopgave 1. Inleiding...3 2. Onderdeel organisatie...3 3. Onderdeel scenarioanalyses...4 3.1 Renterisico...4 3.2

Nadere informatie

Impactstudie 2013 Theoretisch Solvabiliteitscriterium

Impactstudie 2013 Theoretisch Solvabiliteitscriterium Impactstudie 2013 Theoretisch Solvabiliteitscriterium 6 juni 2013 1 Wanneer gaat wat gelden? Theoretisch solvabiliteitscriterium eerste rapportage juni 2014 grote en middelgrote levensverzekeraars natura-uitvaart

Nadere informatie

Huidige stand van zaken nftk. drs. Lonneke Thissen AAG

Huidige stand van zaken nftk. drs. Lonneke Thissen AAG Huidige stand van zaken nftk drs. Lonneke Thissen AAG juli 2014 1. Huidige stand van zaken nftk Wetsvoorstel naar de Raad van State op 4 april 2014 Gebaseerd op nominaal kader - De komende tijd wordt gekeken

Nadere informatie

Advies Commissie Parameters

Advies Commissie Parameters Advies Commissie Parameters Voorstel tot herziening van verwachte rendementen Sprenkels&Verschuren Maart 2014 Copyright 2014 Sprenkels & Verschuren. Geen enkele reproductie van het document of een deel

Nadere informatie

Herstelplan. Stichting Personeelspensioenfonds APG

Herstelplan. Stichting Personeelspensioenfonds APG Herstelplan Stichting Personeelspensioenfonds APG PPF APG Herstelplan versie: juni 2015 Herstelplan PPF APG 2015 juni 2015 1. Inleiding In dit herstelplan 2015 voor PPF APG leest u eerst welke uitgangspunten

Nadere informatie

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2012-1 juli 2012 t/m 30 september 2012 Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad

Nadere informatie

Beleggingsaspecten voorontwerp van wet herziening ftk

Beleggingsaspecten voorontwerp van wet herziening ftk Beleggingsaspecten voorontwerp van wet herziening ftk De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid publiceerde op vrijdag 12 juli 2013 het lang verwachte consultatiedocument over de uitwerking

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst. Solvency II Basic Dry run 2014 25 maart 2015

Informatiebijeenkomst. Solvency II Basic Dry run 2014 25 maart 2015 Informatiebijeenkomst Solvency II Basic Dry run 2014 Programma 14:00 Opening 14:10 Dry run op hoofdlijnen 14:30 Balans, beleggingen, eigen vermogen 15:15 Pauze 15:30 Kapitaalvereiste en technische voorzieningen

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM

De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM Wormerveer, 12 december 2011 Betreft: Herstelplan Stichting Pensioenfonds De Fracties Geachte heer Keereweer, De dekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015 Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Dekkingsgraad: 111,5% Beleidsdekkingsgraad: 112,6% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2014: 27,6%

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG TWEEDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2017 bedroeg 112,5% Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2017 bedroeg 0,8% Het rendement van 1 januari tot

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2016 bedroeg 108,0% Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2016 bedroeg -2,8% Het rendement van 1

Nadere informatie

Long Duration Overlay. Dé oplossing voor de mismatch tussen beleggingen en verplichtingen

Long Duration Overlay. Dé oplossing voor de mismatch tussen beleggingen en verplichtingen Long Duration Overlay Dé oplossing voor de mismatch tussen beleggingen en verplichtingen 2 AEGON: wereldwijde expertise voor financiële veiligheid AEGON N.V. is met ongeveer 27.000 medewerkers wereldwijd

Nadere informatie

Herstelplan PME 2015. Vastgesteld door het algemeen bestuur op 25 juni 2015

Herstelplan PME 2015. Vastgesteld door het algemeen bestuur op 25 juni 2015 Herstelplan PME 2015 Vastgesteld door het algemeen bestuur op 25 juni 2015 1 PME Herstelplan 2015 dekkingraadsjabloon inclusief onderbouwing Dit document bevat het dekkingsgraadsjabloon dat deel uitmaakt

Nadere informatie

DE STRUCTUUR VAN DE KWALITATIEVE RAPPORTAGE OVER DE SOLVABILITEIT EN FINANCIËLE TOESTAND IN DE JAARLIJKSE TOEZICHTRAPPORTAGE

DE STRUCTUUR VAN DE KWALITATIEVE RAPPORTAGE OVER DE SOLVABILITEIT EN FINANCIËLE TOESTAND IN DE JAARLIJKSE TOEZICHTRAPPORTAGE DE STRUCTUUR VAN DE KWALITATIEVE RAPPORTAGE OVER DE SOLVABILITEIT EN FINANCIËLE TOESTAND IN DE JAARLIJKSE TOEZICHTRAPPORTAGE Deze kwalitatieve rapportage dient volledig en zelfstandig leesbaar te zijn,

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2016 bedroeg 109,6% Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2016 bedroeg 5, Het pensioenvermogen per 31

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland in liquidatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland in liquidatie Vermogensbeheerrapportage 4e kwartaal 2017 In het vierde kwartaal van 2017 steeg wettelijke dekkingsgraad 1 met 1,4% punt van 108,1% naar 109,5%. De actuele dekkingsgraad 2 daalde met 0,1%-punt van 109,9%

Nadere informatie

Regeling parameters pensioenfondsen. Artikel 1. Artikel 2. Regeling parameters pensioenfondsen

Regeling parameters pensioenfondsen. Artikel 1. Artikel 2. Regeling parameters pensioenfondsen Regeling parameters pensioenfondsen Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 19 december 2006, nr. AV/ PB/2006/102565b, tot vaststelling van de parameters voor pensioenfondsen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 1432 18 nuari 2016 Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. van 7 nuari 2016 houdende regels met betrekking tot het prudentieel

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2015 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2015 bedroeg 112,6% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2015 bedroeg -1,6% Het pensioenvermogen

Nadere informatie

TOETSINGSKADER. Sebastiaan J. de Vries ( ) Begeleider: Rob Bruning. Bachelorscriptie Actuariële Wetenschappen

TOETSINGSKADER. Sebastiaan J. de Vries ( ) Begeleider: Rob Bruning. Bachelorscriptie Actuariële Wetenschappen SOLVABILITEIT VAN LEVENSVERZEKERAARS IN HET NIEUWE FINANCIEEL TOETSINGSKADER Sebastiaan J. de Vries (5795508) Begeleider: Rob Bruning Bachelorscriptie Actuariële Wetenschappen December 2011 Samenvatting

Nadere informatie

Levensverzekeraars reduceren renterisico met derivaten

Levensverzekeraars reduceren renterisico met derivaten Levensverzekeringen worden in de regel voor een lange periode afgesloten. De rente speelt hierdoor voor levensverzekeraars een belangrijke rol. Bij een rentedaling daalt het eigen vermogen van deze sector

Nadere informatie

Levensverzekering Schadeverzekering

Levensverzekering Schadeverzekering CENTRALE BANK VAN CURACAO EN SINT MAARTEN (CENTRALE BANK) Richtlijn Liability Adequacy Test Levensverzekering Schadeverzekering WILLEMSTAD, September 2015 1 Inhoudsopgave Introductie... 3 Toekomstige betalingsverplichtingen...

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m 30 juni 2012 Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad is gedaald van 110,0% naar 105,1% Beleggingsrendement

Nadere informatie

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 Kwartaalverslag Q2-2019 Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 1 In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2019 bedroeg 117,3%. Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2019 bedroeg 3,5%. Het pensioenvermogen

Nadere informatie

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website. Beleggingsrendement 4,2%

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2016 bedroeg 107,9% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2016 bedroeg 2,3% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Dekkingsgraad 100% Belegd vermogen 74,7 miljard Rendement tweede kwartaal 8,4% Herstelplan goedgekeurd In het tweede kwartaal heeft Pensioenfonds Zorg en Welzijn een rendement

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 EERSTE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 EERSTE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2017 bedroeg 110,3% Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2017 bedroeg 1,2% Het pensioenvermogen per 31

Nadere informatie

De grote accountancykantoren berichten

De grote accountancykantoren berichten René Steen en Auke Jan Hulsker zijn werkzaam bij Sofia Consulting network IFRS 17 INSURANCE CONTRACTS De impact van IFRS 17 op de balans en resultatenrekening van verzekeraars Verzekeraars zijn al jarenlang

Nadere informatie

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Persbericht Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Hoofdpunten: Dekkingsgraad van 94% is te laag: aanvullende maatregelen nodig Beschikbaar vermogen stijgt met ruim 11 miljard Door gedaalde rente nemen

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

Samenvatting. Analyses. Kostendekkende premie

Samenvatting. Analyses. Kostendekkende premie Samenvatting Op 14 juli 2015 heeft DNB aangekondigd dat zij de berekeningsmethodiek van de Ultimate Forward Rate (UFR), welke onderdeel vormt van de rekenrente waarmee pensioenfondsen hun verplichtingen

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2019 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2019 bedroeg 118,7%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2019 bedroeg 7,1%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

Bijlage: sjabloon voor het langetermijnherstelplan en toelichting invulling

Bijlage: sjabloon voor het langetermijnherstelplan en toelichting invulling Bijlage: sjabloon voor het langetermijnherstelplan en toelichting invulling In deze bijlage wordt het sjabloon voor het door de fondsen met een reservetekort vanaf januari 27 aan te leveren langetermijnherstelplan

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 TWEEDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 TWEEDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG TWEEDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2016 bedroeg 108,2% Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2016 bedroeg 5,1% Het pensioenvermogen per 30 juni

Nadere informatie

Herstel van de verzekeringsbranche in 2003

Herstel van de verzekeringsbranche in 2003 Herstel van de verzekeringsbranche in 2003 Uit voorlopige cijfers 1 van de Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK) blijkt dat de verzekeringsbranche na een moeizame periode (vanaf 1999) zich enigszins hersteld

Nadere informatie

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Samenvatting cijfers per 30 juni 2017 Dekkingsgraad (UFR): 104,9% Beleidsdekkingsgraad: 101,8% Belegd vermogen: 23,5 miljard Rendement 2017 t/m juni:

Nadere informatie

Herstelplan 2016. Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG)

Herstelplan 2016. Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG) Herstelplan 2016 Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG) Onderwerp: Herstelplan PPF APG 2016 Datum: 10 maart 2016 1. Inleiding Deze notitie geeft een overzicht van de uitgangspunten die gehanteerd

Nadere informatie

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, CONCEPT Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van, tot vaststelling van de parameters voor pensioenfondsen (Regeling parameters pensioenfondsen) De Minister van Sociale Zaken en

Nadere informatie

Netto resultaat H1 163 miljoen Actieve benadering klanten beleggingsverzekeringen in volle gang

Netto resultaat H1 163 miljoen Actieve benadering klanten beleggingsverzekeringen in volle gang Netto resultaat H1 163 miljoen Actieve benadering klanten beleggingsverzekeringen in volle gang Toelichting op de halfjaarcijfers 2011 door: Jos Baeten, Voorzitter Raad van Bestuur Roel Wijmenga, CFO Ontwikkelingen

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2017 bedroeg 117,2% Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2017 bedroeg 3,0% Het rendement van 1

Nadere informatie

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad 11 - dekkingsgraad SPR gestegen van 102,9% (104,5%) naar 109,1%; - positief resultaat van 51,8 miljoen; - SPR kampt nog met dekkingstekort: geen winstbijschrijving

Nadere informatie

Deelnemersvergadering

Deelnemersvergadering Deelnemersvergadering Venray, 8 november 2018 Breukelen, 15 november 2018 Stichting Pensioenfonds Xerox Agenda 1. Opening 2. Wijzigingen Xerox Pensioenbureau 3. Financiële positie/beleggingen 4. Risicomanagement

Nadere informatie

EIGEN RISICO BEOORDELING (ERB) IORP II JASPER HOOGENSTRAATEN 27 SEPTEMBER 2018

EIGEN RISICO BEOORDELING (ERB) IORP II JASPER HOOGENSTRAATEN 27 SEPTEMBER 2018 EIGEN RISICO BEOORDELING (ERB) IORP II JASPER HOOGENSTRAATEN 27 SEPTEMBER 2018 Impact op uw fonds? 2 Inspanningen van toezichthouders nemen toe 3 Agenda Wat is de ERB en waarom eigenlijk? Vereisten in

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2017 bedroeg 114,8% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2017 bedroeg 1,4% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

Toelichting wetsvoorstel aanpassing financieel toetsingskader. Juni 2014

Toelichting wetsvoorstel aanpassing financieel toetsingskader. Juni 2014 Toelichting wetsvoorstel aanpassing financieel toetsingskader Juni 2014 Inhoudsopgave Wetsvoorstel aanpassing FTK Beleidsdekkingsgraad Premievaststelling Toekomstbestendig indexeren Inhaalindexatie Hersteltermijn

Nadere informatie

HERSTELPLAN 31 maart 2009

HERSTELPLAN 31 maart 2009 HERSTELPLAN 31 maart 2009 Naam pensioenfonds: Stichting Pensioenfonds Akzo Nobel Nummer fonds: 07781 Dekkingsgraad per 31 december 2008: 95,6% Status financiële positie (reservetekort, dekkingstekort):

Nadere informatie

Uw pensioen bij SPOA. Deelnemersbijeenkomst 8 november 2016

Uw pensioen bij SPOA. Deelnemersbijeenkomst 8 november 2016 Uw pensioen bij SPOA Deelnemersbijeenkomst 8 november 2016 Agenda De pensioenregeling van SPOA Dekkingsgraad: Korten of niet? Premie voldoende voor pensioendoel? Uw pensioenoverzicht: wat staat er nu op?

Nadere informatie

CPB Notitie. Samenvatting. Ministerie van SZW. Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen

CPB Notitie. Samenvatting. Ministerie van SZW. Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen CPB Notitie Aan: Ministerie van SZW Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen Centraal Planbureau Bezuidenhoutseweg 30 2594 AV Den Haag Postbus 80510 2508 GM

Nadere informatie

CPB Notitie. Samenvatting. Ministerie van SZW. Aan: Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen

CPB Notitie. Samenvatting. Ministerie van SZW. Aan: Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen CPB Notitie Aan: Ministerie van SZW Datum: 30 januari 2017 Betreft: Effecten van bodem in rekenrente voor pensioenfondsen Centraal Planbureau Bezuidenhoutseweg 30 2594 AV Den Haag Postbus 80510 2508 GM

Nadere informatie

Geacht bestuur, Toezicht pensioenfondsen en beleggingsondernemingen. Postbus AB Amsterdam. Datum 29 augustus 2013.

Geacht bestuur, Toezicht pensioenfondsen en beleggingsondernemingen. Postbus AB Amsterdam. Datum 29 augustus 2013. Toezicht pensioenfondsen en beleggingsondernemingen Postbus 98 1000 AB Amsterdam Datum Uw kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer Bijlage(n) 1 Onderwerp Resultaten DNB themaonderzoek beheersing renterisico

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Haalbaarheidstoets Stichting Pensioenfonds ANWB. Monique van Run Sander Smeets 3 augustus 2016

Haalbaarheidstoets Stichting Pensioenfonds ANWB. Monique van Run Sander Smeets 3 augustus 2016 Haalbaarheidstoets Stichting Pensioenfonds ANWB Monique van Run Sander Smeets 3 augustus 2016 Agenda Haalbaarheidstoets Inleiding Uitgangspunten Resultaten Stochastische resultaten Pensioenresultaat Risicohouding

Nadere informatie

1. Het pensioenfonds loopt beleggingsrisico. Dat betekent dat in het MVEV een bijdrage van 4% van de technische voorzieningen (TV) is opgenomen.

1. Het pensioenfonds loopt beleggingsrisico. Dat betekent dat in het MVEV een bijdrage van 4% van de technische voorzieningen (TV) is opgenomen. Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen 1 BIJLAGE: VASTSTELLING MVEV EN VEV Vaststelling minimaal vereist eigen vermogen Op grond van artikel 126 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling dient

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 013 Wijziging van de Pensioenwet en enige andere wetten (Verzamelwet pensioenen 2012) Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN Dit wetsvoorstel

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Kwartaalbericht 2013 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2013 122,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Pensioeninformatiebijeenkomst over herstelplan 2009

Pensioeninformatiebijeenkomst over herstelplan 2009 Pensioenbijeenkomst herstelplan 2009 Pensioenfonds voor de Grafische Bedrijven (PGB) over herstelplan 2009 juli 2009 Inleiding Waarom 5 pensioenbijeenkomsten? ernstige situatie met grote gevolgen voor

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg Beleggingsplan 2011

Stichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg Beleggingsplan 2011 Stichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg Beleggingsplan 2011 April 2011 ING Investment Management / ICS Inleiding Jaarlijks stelt het Bestuur van de Stichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg (Huntsman)

Nadere informatie

Risico s identificeren. Drs P.A.M. (Patrick) Kremers RC 20 juni 2012

Risico s identificeren. Drs P.A.M. (Patrick) Kremers RC 20 juni 2012 Risico s identificeren Drs P.A.M. (Patrick) Kremers RC 20 juni 2012 Integraal risicomanagement 2 Integraal risicomanagement 3 Risicomanagement proces 4 Risicomanagement proces 5 6 Risico identificatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 28 294 Hoofdlijnen voor een nieuwe Pensioenwet Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Versie 1.0 17 juni 2015 Auteur: Corné van Bokhoven Status: vastgesteld door bestuur Inleiding Nadat Stichting Pensioenfonds DHV in 2008 in dekkingstekort kwam heeft

Nadere informatie

Gevolgen marktwaardering verplichtingen op beleid pensioenfondsen

Gevolgen marktwaardering verplichtingen op beleid pensioenfondsen Gevolgen marktwaardering verplichtingen op beleid pensioenfondsen Inleiding Op dit moment wordt bij pensioenfondsen veel onderzoek gedaan naar de beleidseffecten van het waarderen van pensioenverplichtingen

Nadere informatie

WHITE PAPER CONTINUÏTEITSTOETS. Financieel Toetsingskader

WHITE PAPER CONTINUÏTEITSTOETS. Financieel Toetsingskader WHITE PAPER CONTINUÏTEITSTOETS Financieel Toetsingskader Apeldoorn, september 2003 Inhoudsopgave Voorwoord...3 1 Inleiding: het Financieel Toetsingskader...4 2 Filosofie achter de continuïteitstoets...4

Nadere informatie

1. Introductie. 2. Codering CONFIDENTIEEL. Solvency II rapportage codes voor S.14.01

1. Introductie. 2. Codering CONFIDENTIEEL. Solvency II rapportage codes voor S.14.01 CONFIDENTIEEL Onderwerp: Solvency II rapportage codes voor S.14.01 Toezicht verzekeraars Expertisecentrum financiële risico's verzekeraars 1. Introductie Verzekeraars dienen jaarlijks in template S.14.01

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2018 bedroeg 120,7%. Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2018 bedroeg 0,6%. Het rendement van 1

Nadere informatie

Kwartaalbericht 1e kwartaal 2009

Kwartaalbericht 1e kwartaal 2009 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2009 Dekkingsgraad 89% Belegd vermogen 68,3 miljard Herstelplan ingediend In het eerste kwartaal heeft Pensioenfonds Zorg en Welzijn een verlies op beleggingen geleden van 4,5%.

Nadere informatie

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015 Belanghebbendenvergadering 24 september 2015 Agenda 1. Opening 2. Actuele ontwikkelingen Ballast Nedam N.V. 3. Jaarverslag 2014 4. Nieuwe pensioenregelgeving en herstelplan 5. Toekomst pensioenfonds 6.

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2018 bedroeg 119,0%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2018 bedroeg -0,6%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

Good practice Kostentoerekening. Good practice Kostentoerekening

Good practice Kostentoerekening. Good practice Kostentoerekening Good practice Kostentoerekening Inleiding Dit document bevat een good practice ten aanzien van het onderwerp kostentoerekening. De geformuleerde standpunten vormen een nadere concretisering van de vigerende

Nadere informatie

Langleven Herverzekering voor Pensioenfondsen en Verzekeraars: Case Study en Ervaringen uit Praktijk

Langleven Herverzekering voor Pensioenfondsen en Verzekeraars: Case Study en Ervaringen uit Praktijk Langleven Herverzekering voor Pensioenfondsen en Verzekeraars: Case Study en Ervaringen uit Praktijk Olav Cuiper RGA Reinsurance Company Ltd. & Hen Veerman Triple A Risk Finance Pensioenfondsen in zwaar

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland

Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland Vermogensbeheerrapportage 4e kwartaal 2015 In het vierde kwartaal van 2015 daalde de wettelijke dekkingsgraad 1 met 0,5% punt van 105,1% naar 104,6%. De actuele dekkingsgraad 2 steeg echter met 1,2%-punt

Nadere informatie

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting DNB-dekkingsgraad 125,2% per 31 december 2012, toename van 3,6%-punt ten opzichte van 30 september 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website Beleggingsrendement

Nadere informatie

Beleggingsbeleid Pensioenfonds PGB. 29 april 2016

Beleggingsbeleid Pensioenfonds PGB. 29 april 2016 Beleggingsbeleid Pensioenfonds PGB 29 april 2016 1 Uw pensioen bij PGB in 2016 3 september 2015 Pensioenfonds balans 50% 50% Bezittingen Matching portefeuille Staatsobligaties Bedrijfsobligaties Hypotheken

Nadere informatie

Uitkomsten DNB macro-stresstest zomer 2009

Uitkomsten DNB macro-stresstest zomer 2009 Uitkomsten DNB macro-stresstest zomer 2009 Stresstesting wordt door DNB al een aantal jaren gebruikt als instrument voor het financiële stabiliteitsbeleid en het prudentiële toezicht. Deze zomer is opnieuw

Nadere informatie

Regelgeving versus sturing: De spagaat van een verzekeraar. Annemarie Mijer 7 november 2013

Regelgeving versus sturing: De spagaat van een verzekeraar. Annemarie Mijer 7 november 2013 Regelgeving versus sturing: De spagaat van een verzekeraar Annemarie Mijer 7 november 2013 Wet- en regelgeving in een overgangsfase Solvency I Interim Measures TSC ERB Solvency II 2014 2016 2 De spagaat

Nadere informatie

Beleid inzake Kapitaalbeheer

Beleid inzake Kapitaalbeheer Beleid inzake Kapitaalbeheer Break-out sessie Proportionaliteit Marcel Bleyenberg, Menno van Diermen en Teguh Sugihartono Agenda sessie proportionaliteit 1. Aanleiding thema en sectorbrief 2. Proportionaliteit

Nadere informatie

Ontwikkeling schademarkt

Ontwikkeling schademarkt Ontwikkeling schademarkt Waardering Technische Voorzieningen SII Michiel van Dellen & Harold Hendriks DNB heeft zorgen over de Schadesector FD 26-11-2014: Voor verzekeraars zijn er geen eenvoudige oplossingen

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014 129,5%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 31 maart 2014. Over de eerste zes maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

J A A R V E R S L A G 2016 ( F I N A N C I E E L ) S T I C H T I N G P E N S I O E N F O N D S M E R C E R. 16 juni 2017

J A A R V E R S L A G 2016 ( F I N A N C I E E L ) S T I C H T I N G P E N S I O E N F O N D S M E R C E R. 16 juni 2017 H E A L T H W E A L T H C A R E E R J A A R V E R S L A G 2016 ( F I N A N C I E E L ) S T I C H T I N G P E N S I O E N F O N D S M E R C E R 16 juni 2017 Bestuur Stichting Pensioenfonds Mercer F I N

Nadere informatie

De Ultimate Forward Rate Methodiek

De Ultimate Forward Rate Methodiek De Ultimate Forward Rate Methodiek Notitie van het Actuarieel Genootschap 23 augustus 2012 Inleiding Voor het zomerreces heeft de Tweede Kamer een aantal debatten gevoerd over de Hoofdlijnennota herziening

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind juni 2017 is 115,7% en is gestegen ten opzichte van

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014 Samenvatting: dalende rente Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,6% naar 123,7% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

tot wijziging van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen vanwege vaststelling van de parameters vanaf 2020

tot wijziging van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen vanwege vaststelling van de parameters vanaf 2020 Ontwerpbesluit van tot wijziging van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen vanwege vaststelling van de parameters vanaf 2020 Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Herstelplan Stichting Pensioenfonds Notariaat

Herstelplan Stichting Pensioenfonds Notariaat Herstelplan 2018 Stichting Pensioenfonds Notariaat maart 2018 2/6 Inhoud Inleiding...4 1 Herstelplan en toelichting...5 1.1 Toelichting...5 1.2 Elementen herstelplan...5 1.3 Uitgangspunten...6 1.4 Herstelplansjabloon...6

Nadere informatie