Kroniek rechtspraak bestuursrecht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kroniek rechtspraak bestuursrecht"

Transcriptie

1 KRONIEK RECHTSPRAAK Mr. A.C. de Die & mr. C. Velink * 1 Inleiding De kroniek bevat weer een overzicht van de belangrijkste bestuursrechtelijke uitspraken op het gebied van de gezondheidszorg en aanpalende terreinen. De indeling is zoals inmiddels gebruikelijk: de algemene bestuursrechtelijke thema s, gevolgd door uitspraken over bijzondere wetten, de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en tot slot de Nationale ombudsman. De kroniekperiode 1 was iets langer dan die van de vorige, maar het aantal uitspraken was substantieel hoger. We willen hieraan niet direct de conclusie verbinden, die wij in onze praktijk nogal eens beluisteren, dat sprake is van juridisering, maar opmerkelijk is het wel. Een aantal uitspraken willen wij in het bijzonder onder uw aandacht brengen nu deze voor de gezondheidsrechtelijke praktijk behartenswaardig zijn: de uitspraken over de reikwijdte van de Kwaliteitswet zorginstellingen (par. 4), de Wob-uitspraak over het suïciderapport (par. 8) en de uitspraak over de verplichting op grond van de Wbp om desgevraagd een overzicht te geven van de personen die inzage hebben genomen in het patiëntendossier (par. 9). * Mieke de Die is advocaat bij Velink & De Die advocaten te Amsterdam. Caren Velink is advocaat bij Velink & De Die advocaten te Amsterdam. 1 De kroniek beslaat de periode februari 2011 tot en met juli Bestuurs(proces)recht algemeen 2.1 Het begrip besluit Weigering vergunning besluit? Een weigering om een vergunning te verlenen is niet altijd een besluit in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht (Awb). Stichting Medisch Spectrum Twente (MST) had in 2009 een vergunning aangevraagd als bedoeld in artikel 2 Wet op bijzondere medische verrichtingen (Wbmv). Zonder vergunning van de minister is het verboden bepaalde verrichtingen 2 uit te voeren. In deze zaak ging het om een vergunning voor bijzondere interventies aan het hart, 3 waaronder transcatheter hartklepinterventies (THI s). Na afwijzing van de aanvraag en het daartegen ingestelde bezwaar, stelde MST beroep in. De rechtbank overwoog dat het rechtsgevolg van het verlenen van een vergunning het opheffen van een wettelijk verbod is. De beslissing om een vergunning te weigeren heeft als rechtsgevolg dat het wettelijk verbod gehandhaafd blijft. In deze zaak is van belang dat MST in 2000 reeds een vergunning had gekregen voor het uitoefenen van de Wbmv-verrichtingen hartchirurgie en interventiecardiologie. Onder deze vergunning valt ook het verrichten van THI s. De weigering van de vergunning voor THI s in 2010 kon naar het oordeel van de rechtbank niet als een besluit in de zin van artikel 1:3 Awb worden beschouwd, omdat zij niet is gericht op rechtsgevolg en dus geen rechtshandeling behelst. Het verrichten van THI s was immers al toegestaan bij een besluit uit Het enkele feit 2 Aangewezen in het Besluit aanwijzing bijzondere medische verrichtingen. 3 Artikel 1, aanhef, onder e Besluit aanwijzing bijzondere medische verrichtingen. 670 Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8

2 dat een vergunning voor het verrichten van THI s nadien is geweigerd kan daarin geen verandering brengen, aldus de rechtbank. Het wettelijk verbod om THI s te verrichten kan door die beslissing niet gehandhaafd blijven omdat het al eerder in 2000 is opgeheven. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit en verklaarde het bezwaar van de stichting alsnog niet-ontvankelijk Het begrip belanghebbende Cliënten geen belanghebbenden Het begrip belanghebbende in de Awb levert nog altijd interessante jurisprudentie op. Cliënten van Aquilae Zorgmakelaar B.V. wilden opkomen tegen een beslissing van de staatssecretaris om Aquilae een aanwijzing te geven strekkend tot stopzetting van de zorg. De cliënten waren echter zeer tevreden over de zorgverlening. Zij maakten bezwaar en verzochten een voorlopige voorziening (vovo). De voorzieningenrechter oordeelde dat verzoekers geen belanghebbenden waren als bedoeld in artikel 1:2 lid 1 Awb. 5 De voorzieningenrechter oordeelde dat, nu verzoekers een zorgovereenkomst hadden gesloten met Aquilae, zij met Aquilae een privaatrechtelijke rechtsverhouding hadden. Het besluit waarbij Aquilae was opgedragen de verlening van de zorg te staken had voor verzoekers slechts gevolg in verband met hun contractuele relatie met Aquilae, zodat hun belang niet rechtstreeks was getroffen. Verzoekers hadden volgens de voorzieningenrechter een afgeleid belang en konden daarom niet als belanghebbende worden aangemerkt. 2.3 Ontbreken belang Geen rechtens te beschermen belang In 2008 had het college van burgemeesters en wethouders het verzoek van appellante afgewezen om haar geboortejaar in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (gba) te wijzingen van 4 Rb. Almelo 15 mei 2012, LJN: BW Vzr. Rb. Haarlem 4 juli 2012, LJN: BX in Tijdens de beroepsprocedure overleed appellante en zetten de erven de procedure voort. De erven achtten het van belang dat duidelijkheid werd verkregen over de leeftijd van appellante met het oog op een mogelijke procedure over tekortkomingen van het ziekenhuis. De rechtbank verklaarde het beroep niet-ontvankelijk vanwege gebrek aan belang. 6 De Afdeling onderschreef het oordeel van de rechtbank en overwoog daartoe dat een uitspraak op het beroep geen uitsluitsel geeft over de werkelijke leeftijd. 7 Bovendien bleek uit de stukken dat het ziekenhuis was uitgegaan van een zeventigjarige vrouw. Ook hadden de erven volgens de Afdeling onvoldoende aannemelijk gemaakt dat zij als gevolg van de geweigerde wijziging daadwerkelijk schade hadden geleden. 2.4 Niet tijdig beslissen Dwangsom, redelijke termijn besluitvorming Een zaak over twee besluiten: een besluit tot afwijzing op het verzoek van een tandarts tot herstel in de bevoegdheid om zelfstandig in een eenmanspraktijk de tandheelkunde uit te oefenen 8 en een besluit tot weigering een dwangsom vast te stellen wegens niet tijdig beslissen op bezwaar. 9 In 2002 had het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (CTG) een tandarts de bevoegdheid ontzegd om het beroep van tandarts uit te oefenen in een zelfstandige eenmanspraktijk. In 2007 verzocht de tandarts tot herstel in de bevoegdheid op grond van artikel 50 Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG). Het verzoek werd afgewezen en het daartegen ingestelde bezwaar ook. De rechtbank verklaarde het daartegen ingestelde beroep gegrond en droeg de minister op een nieuw besluit te nemen. 10 Ondanks ingebrekestellingen volgde er geen besluit. In de volgende procedure 6 Zie over gebrek aan belang (bij Wob-besluit) ook ABRvS 3 augustus 2011, LJN: BR ABRvS 16 maart 2011, LJN: BP Zie par. 5 van deze kroniek. 9 Rb. Leeuwarden 22 juli 2011, GJ 2011/133, LJN: BR2586, zie ook ABRvS 14 maart 2012, LJN: BV Rb. Leeuwarden 2 februari 2010, LJN: BL1961. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8 671

3 Mr. A.C. de Die & mr. C. Velink tegen dat weigeringsbesluit oordeelde de rechtbank dat het weigeringsbesluit op grond van artikel 4:19 lid 1 Awb mede onderwerp van beoordeling is in een lopende beroepszaak. Er had binnen zes weken na de uitspraak een nieuw besluit moeten worden genomen. Het verweer van de minister, dat zij in afwachting was van gevraagde adviezen en appellant daarover had geïnformeerd, werd verworpen omdat de minister de brief aan appellant had verzonden ná de datum waarop zij uiterlijk een beslissing op bezwaar had moeten nemen. Aldus was niet voldaan aan het vereiste dat instemming moet worden gevraagd binnen de reguliere beslistermijn of de termijn waarmee tijdig is verdaagd. De rechtbank oordeelde dat de minister ten onrechte geen dwangsom had vastgesteld en verklaarde het beroep, voor zover gericht tegen het weigeringsbesluit, gegrond. De verzochte immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn werd afgewezen. De rechtbank oordeelde met een verwijzing naar de vaste jurisprudentie dat die termijn 11 hier, met een duur van twee jaar en tien maanden, niet was overschreden. 2.5 Artikel 8:29 Awb Fair trial, omvang van het hoger beroep Verzoeker verzocht om openbaarmaking van gespreksverslagen die de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) had opgesteld in het kader van onderzoek naar het overlijden van de moeder van verzoeker in een zorginstelling. Het verzoek is geweigerd en daarop volgde bezwaar en beroep. De op de zaak betrekking hebbende stukken waren in beroep door de IGZ aan de rechtbank voorgelegd met het verzoek om toepassing van artikel 8:29 Awb (beperkte kennisneming). De rechtbank kan dergelijke stukken alleen bij de beoordeling betrekken als de wederpartij daarvoor toestemming heeft gegeven. In dit geval ontbrak die toestemming. Nu 11 Maximaal drie jaar voor behandeling van het bezwaar en het beroep tezamen. Zie o.a. ABRvS 24 december 2008, AB 2009/213 (m.nt. B.P.M. van Ravels & A.M.L. Jansen), LJN: BG8294 en ABRvS 25 mei 2011, LJN: BQ5948. het risico van die beslissing bij appellant lag, was het voorspelbare gevolg dat zijn beroep ongegrond werd verklaard. In hoger beroep verleende appellant wel toestemming en stelde in die procedure het weigeringsbesluit ter discussie. Het betoog van verweerder dat alleen de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep ter toetsing voorligt, werd door de Afdeling afgewezen. 12 De Afdeling oordeelde toen dat uitspraak kan worden gedaan op basis van stukken die met toepassing van artikel 8:29 Awb zijn overgelegd en waarvoor toestemming is verleend. Het geschil in hoger beroep omvat dan ook de weigering om de verzochte stukken openbaar te maken. De stelling van appellant dat artikel 8:29 Awb in strijd is met de eisen van een eerlijk proces 13 werd verworpen. 14 De beperkingsmogelijkheid van artikel 8:29 Awb belet niet dat een volledige rechterlijke toetsing van het besluit op bezwaar plaatsvindt, zodat het recht op een eerlijke procesvoering niet in essentie wordt aangetast Definitieve geschillenbeslechting Ondeelbaar besluit In deze uitspraak heeft de rechtbank besloten tot toepassing van artikel 8:72 lid 4 Awb in verband met de duur van de procedure, de aard van het geschil en de geldigheidsduur van een indicatie. 16 Wat was het geval? In 2008 had het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) de zwaar lichamelijk gehandicapte betrokkene geïndiceerd voor een aantal AWBZ-functies over de periode 2 december 2008 tot 15 juni Er was sprake van drie opeenvol- 12 In lijn met een vergelijkbaar geval: toestemming geweigerd in beroep en toestemming verleend in hoger beroep, ABRvS 11 februari 2004, LJN: AO Art. 6 Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) en art. 14 Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (BUPO). 14 ABRvS 3 februari 2010, JB 2010/66 (m.nt. G. Overkleeft-Verburg), LJN: BL ABRvS 8 juni 2011, LJN: BQ7466. Vgl. ook ABRvS 23 november 2011, LJN: BU5396 over een vergelijkbare discussie. 16 Rb. Leeuwarden 18 juli 2011, LJN: BR Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8

4 gende indicatiebesluiten, die steeds betrekking hadden op verschillende, deels overlappende perioden. Bezwaren van betrokkene leidden tot intrekking van het ene besluit en vervanging door het volgende. In beroep was de vraag om welk(e) besluit(en) het ging. De rechtbank oordeelde dat eiseres in beroep op grond van artikel 6:19 lid 1 jo. artikel 6:18 lid 1 Awb nog steeds belang had bij een beoordeling van het tweede en het derde besluit. In de beoordeling werden betrokken: de voor de indicatie relevante periode, de gezondheidstoestand van betrokkene in verband met de omvang van de geïndiceerde zorg. De stelling dat de indicatie voor de functie tijdelijk verblijf moest worden aangemerkt als een zelfstandig deelbesluit, ging niet op. De rechtbank overwoog met verwijzing naar vaste rechtspraak dat een indicatiebesluit, gelet op de samenhang van de te indiceren zorgfuncties, één en ondeelbaar is. 17 Een indicatiebesluit bestaat daarom niet uit één of meer (besluit)onderdelen als bedoeld in artikel 6:13 Awb. De achtereenvolgende besluiten werden vernietigd wegens strijd met het motiveringsbeginsel. De rechtbank voorzag zelf in de zaak en stelde de indicatie vast op basis van de gegevens zoals die door partijen waren gepresenteerd, waarbij werd overwogen dat er sprake was van een uitzonderlijke (medische) situatie en het belang van betrokkene bij haar woonsituatie. 3 Subsidies 3.1 Persoonsgebonden budget Ontbreken aanvraag, overschrijden termijn, zesmaandenjurisprudentie Eiseres is verstandelijk en lichamelijk gehandicapt en ontving sinds 2001 van de stichting Ons Tweede Thuis AWBZ-zorg in natura. Bij besluit van 23 februari 2006 kreeg eiseres een indicatie van het CIZ voor deels dezelfde AWBZ-functies, te bekostigen op basis van een persoongebonden budget 17 Zie bijvoorbeeld CRvB 24 juni 2009, RZA 2009/94, LJN: BJ3027 en CRvB 28 november 2007, GJ 2008/30, LJN: BB9311. (pgb). Het zorgkantoor verleende vervolgens een pgb voor 2006 en Toen bleek dat eiseres activerende begeleiding ontving zowel in natura als via een pgb, werden nieuwe pgb-verleningsbeschikkingen genomen en werd een bedrag teruggevorderd. Voor 2008 werd een gewijzigde pgb-verleningsbeschikking genomen in verband met een herindicatie. De rechtbank oordeelde met een verwijzing naar artikel 4:48 lid 1 Awb dat intrekking of wijziging van de subsidieverlening niet meer mogelijk is als de subsidie eenmaal is vastgesteld. 18 Volgens de rechtbank lag de omstandigheid dat het zorgkantoor niet van de naturaverstrekking op de hoogte was, in de risicosfeer van het zorgkantoor. Het zorgkantoor wordt geacht redelijkerwijs op de hoogte te zijn van de aan de klanten verleende indicaties alsmede van de leveringsvorm van de verstrekte zorg. Het zorgkantoor moet ermee bekend worden geacht op welke wijze de zorg aan een verzekerde wordt gefinancierd. Het zorgkantoor had redelijkerwijs moeten begrijpen dat met het toekennen van een pgb sprake was van een dubbele verstrekking. Een indicatiebesluit kan niet worden gezien als aanvraag voor een pgb, nu het niet meer is dan een advies van het CIZ aan het zorgkantoor. Nu een aanvraag ontbrak was sprake van een kennelijk onjuiste subsidievaststelling en zowel het zorgkantoor als eiseres behoorde dit te weten. De conclusie was dat het zorgkantoor bevoegd was de subsidievaststellingen over 2006 en 2007 ten nadele van eiseres te wijzigen. Ook de subsidieverlening over 2008 mocht gewijzigd worden nu deze nog niet was vastgesteld. 19 Dit impliceerde bevoegdheid tot terugvordering van onverschuldigd betaalde subsidiebedragen (art. 4:57 Awb). Het beroep werd echter alsnog gegrond verklaard vanwege tekortschietende belangenafweging. 20 Ook paste de rechtbank analoog de zesmaandenjurisprudentie toe: de bevoegdheid tot terugvordering van onverschuldigd betaalde uitke- 18 Rb. Amsterdam 14 juni 2011, LJN: BQ9536. Zie art. 4:49 lid 1 Awb voor de gronden voor wijziging of intrekking van de subsidievaststelling. 19 Zie art. 4:48 lid 1 Awb. 20 Onder verwijzing naar CRvB 22 september 2010, LJN: BN9573. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8 673

5 Mr. A.C. de Die & mr. C. Velink ringen wordt in de tijd beperkt indien het bestuursorgaan niet adequaat heeft gereageerd op signalen waaruit kan worden afgeleid dat ten onrechte uitkering wordt verstrekt. Volgens die jurisprudentie moet zes maanden redelijkerwijs voldoende zijn om relevante gegevens op een adequate wijze administratief te verwerken. Tot slot kende de rechtbank een schadevergoeding toe wegens overschrijding van de redelijke termijn (2,5 jaar) Subsidieregeling PGO Deskundigheid Programmaraad, motivering De vereniging Nederlandse Federatie van Ouders van Dove kinderen had begin 2009 twee subsidieaanvragen gedaan voor projectsubsidies op grond van de Subsidieregeling Patiënten-, Gehandicaptenen Ouderenbeleid (PGO). De aanvragen werden voor advies voorgelegd aan de Programmaraad PGO. 22 Op advies van de Programmaraad wees de minister beide aanvragen af. De argumenten van de aanvrager gericht op de samenstelling van de Programmaraad troffen geen doel. 23 Uit de enkele omstandigheid dat er meer projectsubsidies waren toegewezen aan patiëntenorganisaties dan aan organisaties voor lichamelijk en zintuiglijk gehandicapten, kon volgens de rechtbank niet worden afgeleid dat er sprake was geweest van bevoordeling van bepaalde groepen. De Programmaraad had een nadere invulling gegeven aan het beleid, maar had onvoldoende gemotiveerd waarom de voorgenomen activiteiten van de vereniging niet voor een projectsubsidie in aanmerking kwamen. De rechtbank verklaarde het beroep dan ook gegrond. Weigering subsidie, doelstelling subsidieregeling PGO Ook de Stichting Schild had een aanvraag gedaan op grond van de Subsidieregeling PGO, zij het voor 21 De CRvB hanteert standaard een termijn van twee jaar. Zie: CRvB 4 juni 2009, LJN: BI De Programmaraad adviseert op basis van het Beleids- en beoordelingskader behorende bij de Subsidieregeling PGO. 23 Rb. Amsterdam 27 oktober 2011, LJN: BU7693. een instellingssubsidie. De minister had de aanvraag afgewezen omdat de stichting niet voldeed aan de voorwaarde die beoogt dubbele subsidiëring te voorkomen. De Schildklierstichting Nederland werd al gesubsidieerd. De aanvraagster wees op verschillen tussen beide organisaties, maar dit baatte haar niet. 24 De statutaire doelstellingen van de Schildklierstichting zijn zo ruim dat de rechtbank van oordeel was dat de aanvraag terecht geweigerd was. Een doelmatige en effectieve inzet van schaarse subsidiemiddelen vergt dat subsidietoekenning strookt met de hoofddoelstellingen van de Subsidieregeling PGO: het tegengaan van verdere versnippering van het PGO-veld met als gevolg overlap van de subsidiabele activiteiten en een aantasting van de positie van zowel de individuele cliënt als de organisatie die hem of haar vertegenwoordigt en dus een verminderde slagkracht van het PGO-veld. 3.3 Sanering Voorziening financiële gevolgen opheffen centrale post ambulancevervoer Bij besluit van 18 januari 2011 had het College sanering zorginstellingen aan het openbaar lichaam de Regio Achterhoek subsidie verleend 25 ter voorziening in de financiële gevolgen van de opheffing van een centrale post ambulancevervoer (cpa) te Doetinchem en deze subsidie vastgesteld op nihil. In zo n geval betrok het college daarbij ook negatief vermogen mits er aan een aantal voorwaarden was voldaan. 26 In de beleidsregel was bepaald dat negatief vermogen van een cpa binnen een gemeenschappelijke regeling subsidiabel is, tenzij in de regeling expliciet is opgenomen dat afdekking van het negatief vermogen door de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling dient te geschieden. Het col- 24 Rb. Arnhem 15 mei 2012, LJN: BW Op grond van art. 12a Wet ambulancevervoer kan het college subsidie verstrekken ter voorziening in de financiële gevolgen van wijziging of opheffing van de vestigingsplaats van een cpa. 26 Art. 7a Bsig, thans art. 8.2 lid 1 Uitvoeringsbesluit WTZi jo. Beleidsregel ambulancehulpverlening (Stcrt. 2002, 230). 674 Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8

6 lege had de subsidie vastgesteld op nihil omdat op grond van de Samenwerkingsregeling van de Regio Achterhoek was bepaald dat de kosten van de deelnemende gemeenten worden verdeeld en volgens het college het negatief vermogen en de kosten die verband houden met het opheffen van de cpa dus door de deelnemende gemeenten waren gedekt. In verband met de achtervangfunctie, tot uitdrukking gebracht in de beleidsregel, werd de subsidie vastgesteld op nihil. Volgens de Afdeling heeft de beleidsregel alleen betrekking op het in beschouwing nemen van negatief eigen vermogen en niet op de achtervangfunctie. 27 Daarnaast overwoog de Afdeling dat het college bij de beoordeling van de aanvraag enige ruimte toekomt. Het enkele feit dat artikel 7a Besluit sanering instellingen voor gezondheidszorg (Bsig) voorschrijft dat negatief vermogen in beschouwing moet worden genomen betekent niet dat het college onder alle omstandigheden subsidie ter compensatie van negatief vermogen moet verstrekken. Tot slot oordeelde de Afdeling dat in de Samenwerkingsregeling, anders dat het college betoogde, niet expliciet was opgenomen dat afdekking van het negatief vermogen van de cpa door de deelnemende gemeenten dient te geschieden, zodat de subsidie niet op nihil kon worden gesteld. De Afdeling verklaarde het beroep gegrond. 3.4 Regeling palliatieve terminale zorg Motivering, geen dubbele financiering In deze zaak stonden de coördinatie- en huisvestingskosten van twee highcare hospices centraal. De Regeling palliatieve terminale zorg voorziet in een tegemoetkoming in de coördinatiekosten van vrijwilligers en een opslag voor huisvestingskosten. Instellingssubsidie wordt niet verstrekt aan een organisatorisch verband met een toelating als bedoeld in de Wet toelating zorginstellingen (WTZi). 28 Op grond van bijzondere omstandigheden mag de minister artikelen van de Regeling buiten toepassing laten. 29 De aanvraag was afgewezen 27 ABRvS 27 juni 2012, LJN: BW Art. 3 Regeling palliatieve terminale zorg. 29 Art. 31 Regeling palliatieve terminale zorg. omdat de hospices gelieerd waren aan een organisatorisch verband met een toelating. De minister kon in redelijkheid geen toepassing geven aan de hardheidsclausule. 30 De rechtbank wees erop dat de hospices vanwege de toelating zelf in financiering via de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) kunnen voorzien. De hospices wezen erop dat hun cliënten bij hen verblijven, maar geen indicatie voor verblijf hebben en de hospices geen toelating voor verblijf hebben. Kosten verband houdend met verblijf zijn dus niet verdisconteerd in de tarieven. De rechtbank oordeelde dat onvoldoende was gemotiveerd waarom dit gegeven geen aanleiding was om in de onderhavige gevallen de hardheidsclausule toe te passen en verklaarde het beroep gegrond. 3.5 Subsidieregeling zorgopleidingen Opleidingsplaatsen, verantwoordelijkheid juiste gegevens In 2011 eindigt het subsidiegeschil tussen het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) en de Minister van VWS over de drie jaar eerder verleende instellingssubsidie van ruim 33 miljoen voor opleidingsplaatsen. In geschil was het aantal opleidingsplaatsen. Uitgangspunt voor de subsidieverlening was het toewijzingsvoorstel van het College voor Beroepen en Opleidingen in de Gezondheidszorg (CBOG). Daarin wordt onderscheid gemaakt tussen aios (artsen in opleiding tot specialist) die in het subsidiejaar beginnen met hun opleiding (de instroom ) en aios die in een eerder jaar waren begonnen (de doorstroom ). Voor het bepalen van de doorstroom heeft het CBOG gebruik gemaakt van gegevens van de Medisch Specialisten Registratie Commissie (MSRC). De opleidingsinstellingen hebben gelegenheid gehad te reageren op het concept-toewijzingsvoorstel. Het LUMC voerde in de procedure aan dat het subsidiebeleid onredelijk is omdat het gebaseerd is op gegevens uit een bestand waarin opleidingsinstellingen geen inzicht hebben en waarop zij geen invloed kunnen uitoefenen. De Afdeling ging hier niet in mee nu er in de voorberei- 30 Rb. Alkmaar 13 januari 2011, LJN: BP3463. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8 675

7 Mr. A.C. de Die & mr. C. Velink dingsprocedure voldoende gelegenheid was geweest om eventuele onjuistheden te controleren en te herstellen. Voor zover is komen vast te staan dat de gegevens van een aantal aios niet klopten, oordeelde de Afdeling na minutieuze reconstructie van de gang van zaken, dat dit aan het LUMC kon worden toegerekend nu zij wijzigingen niet tijdig en niet op juiste wijze aan de MSRC had doorgegeven. Ook had het LUMC bezwaren tegen de wijze van verdeling van de subsidiegelden over de instroom. Het verdeelplan was opgesteld door het CBOG in samenspraak met de opleidingsinrichtingen op basis van capaciteit en behoefte aan opleidingsplaatsen. Op grond van de gekozen systematiek kwam het LUMC niet in aanmerking voor instroomplaatsen. Bovendien heeft het LUMC enkele beleidskeuzes gemaakt die voor eigen rekening en risico komen Kaderregeling VWS-subsidies Vermindering en beëindiging langlopende subsidie, rechtstreekse werking WHO-verdrag? Redelijke voorbereidingstermijn Stivoro ontving medio 2011 het besluit dat haar instellings- en projectsubsidie in 2012 met 5% wordt gekort en voor 2013 en 2014 zal worden beëindigd. Het daartegen gerichte bezwaar is ongegrond verklaard en Stivoro ging in beroep. Het beroep van Stivoro op het World Health Organisation (WHO) Kaderverdrag inzake tabaksontmoediging strandde nu de rechtbank oordeelde dat het WHO-verdrag noch de Preambule rechtstreekse werking hebben. 32 Intrekking of vermindering van subsidie is mogelijk als veranderde omstandigheden of gewijzigde inzichten zich in overwegende mate verzetten tegen ongewijzigde voortzetting van de subsidie (art. 4:50 lid 1 aanhef en onder b Awb). Uit eerdere recht- 31 ABRvS 22 juni 2011, LJN: BQ De overweging van de rechtbank is overeenkomstig de standaardjurisprudentie over rechtstreekse werking van verdragsbepalingen. Zie bijv. ABRvS 5 december 2007, AB 2008/35 (m.nt. R.J.B. Schutgens & J.J.J. Sillen), HR 9 april 2010, AB 2010/190 (m.nt. F.J. van Ommeren). spraak van de Afdeling leidde de rechtbank af dat een dwingende noodzaak tot bezuinigen in beginsel een voldoende zwaarwegende reden is 33 en dat de rechter die bezuinigingsnoodzaak terughoudend toetst. 34 Vanuit dat uitgangspunt oordeelde de rechtbank dat die beleidskeuze en het daarop rustende besluit voldoende gemotiveerd was. Het derde discussiepunt was de redelijke termijn. Stivoro ontving sinds 1974 subsidie voor haar werkzaamheden en stelde dat zij onvoldoende gelegenheid had gekregen om de gevolgen van het besluit op te vangen. Artikel 4:51 Awb verplicht het bestuursorgaan een redelijke termijn in acht te nemen bij vermindering of beëindiging van een subsidie die drie jaren of meer achtereen is verleend. Die termijn dient ertoe de subsidieontvanger in staat te stellen maatregelen te treffen om de gevolgen van de subsidiebeëindiging te ondervangen. Voor de vaststelling van een redelijke termijn zijn vooral de langlopende verplichtingen in het concrete geval relevant. Veelal betreft dit arbeidsovereenkomsten en de daaruit voortvloeiende opzegtermijnen. De bescherming van artikel 4:51 Awb gaat niet zover dat het bestuursorgaan ook alle wachtgeldverplichtingen moet garanderen. 35 In het geval van Stivoro oordeelde de rechtbank dat haar een ruime tijd is geboden om de verplichtingen jegens derden op te kunnen zeggen dan wel anderszins de noodzakelijke voorbereidingen te treffen Handhaving 4.1 Reikwijdte Kwz en Wkcz Woongroep pgb-houders zorginstelling? In een woongroep wordt zorg verleend aan mensen met een pgb. De IGZ kwalificeert de woongroep als een zorginstelling en constateert dat de zorg niet voldoet aan de eisen van de Kwaliteitswet zorgin- 33 ABRvS 28 maart 1985, AB 1985/600 (m.nt. P.J.J. van Buuren). 34 ABRvS 31 juli 2002, AB 2003/136 (m.nt. N. Verheij). 35 ABRvS 26 februari 2003, AB 2003/172 (m.nt. N. Verheij). 36 Rb. s-gravenhage 28 juni 2012, LJN: BX Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8

8 stellingen (Kwz) en dat een klachtenregeling ontbreekt. De Minister van VWS legt een aanwijzing op ter naleving van de Kwz alsmede een aanwijzing ter naleving van de Wet klachtrecht cliënten zorgsector (Wkcz). De exploitant van de woongroep bestrijdt beide besluiten met een beroep op de onbevoegdheid van de minister nu geen sprake is van een zorginstelling in de zin van de Kwz en de Wkcz. Hij vraagt de voorzieningenrechter om schorsing van beide besluiten. Bij de kwalificatie van de woongroep als zorginstelling is de minister mede afgegaan op de informatie op de website en de zorgovereenkomst waaruit zou blijken dat sprake is van een organisatorisch verband waarin zorg als omschreven in de AWBZ wordt verleend. In werkelijkheid wordt zorg ingekocht bij één persoon: de exploitant van de woongroep. Voor de toepasselijkheid van de Wkcz en de Kwz is volgens de voorzieningenrechter de feitelijke organisatie van de zorgverlening bepalend. Beschikbare informatie over de organisatie moet geverifieerd worden. In casu was onvoldoende komen vast te staan dat de ingekochte zorg door een organisatorisch verband wordt verleend. De aanwijzing op grond van de Kwz wordt geschorst omdat geen sprake is van een instelling in de zin van de Kwz en de minister dus niet bevoegd was. 37 De aanwijzing op grond van de Wkcz bleef wel in stand. Bepalend was hier niet het instellingsbegrip, maar de kwalificatie als zorgaanbieder. 38 Als zorgaanbieder valt de exploitant onder de Wkcz. Het betoog van de exploitant dat de Wkcz in redelijkheid niet van toepassing kan zijn op mantelzorgers verwierp de voorzieningenrechter nu hier de commerciële relatie aanleiding vormt voor zorgverlening en niet de sociale relatie Vzr. Rb. Dordrecht 2 december 2011, GJ 2012/40, LJN: BU Zie art lid 1 onder c, 3 Wkcz, zorgaanbieder: een natuurlijk persoon die anders dan in het kader van een dienstverband met een instelling, zorg als omschreven in (...) de AWBZ verleent. 39 Vzr. Rb. Dordrecht 2 december 2011, GJ 2012/39, LJN: BU8157. Proportionaliteit; Leidraad meldingen IGZ legt op grond van de Kwz een bevel tot sluiting op aan een privékliniek. Het bevel wordt door de Minister van VWS verlengd totdat de IGZ heeft vastgesteld dat verantwoorde zorg geleverd wordt. In beroep betoogt de kliniek dat de Kwz niet van toepassing is omdat zij geen zorginstelling is. De kliniek wordt geëxploiteerd door één medisch specialist die daarin werkzaam is en wordt bijgestaan door zijn echtgenote (basisarts) en een assistente. De rechtbank oordeelt dat wel sprake is van een instelling in de zin van de Kwz. De kliniek heeft zich naar buiten toe steeds als een organisatorisch verband gepresenteerd, zowel naar het publiek als naar de IGZ. Het subsidiaire betoog dat de opgelegde maatregelen disproportioneel zijn en onvoldoende gemotiveerd faalt ook. Volgens de rechtbank is uit het inspectierapport genoegzaam gebleken dat de situatie in de kliniek zeer zorgwekkend was en niet aan de randvoorwaarden voor verantwoorde zorgverlening werd voldaan. Het heeft voor de kliniek redelijkerwijs duidelijk kunnen zijn waaraan zij moest voldoen. Dat de Leidraad meldingen aan oplegging van de maatregelen in de weg heeft gestaan, verwerpt de rechtbank. Anonieme meldingen vallen niet onder de Leidraad, maar ook als dat anders zou zijn, tast handelen in strijd met de Leidraad de bevoegdheid tot het geven van een sluitingsbevel niet aan. 40 Reikwijdte aanwijzing, binnentreden woning zonder toestemming bewoners IGZ legt op grond van de Kwz een bevel op aan een instelling voor jongeren met complexe psychi(atri)sche problematiek omdat de geboden zorg (ver) onder de maat is. Het gaat om drie woningen waar jongeren wonen en met behulp van een pgb zorg inkopen. De IGZ heeft in alle drie de woningen een situatie geconstateerd die neerkomt op verwaarlozing van de cliënten. De Minister van VWS verlengt het bevel en geeft aansluitend een aanwijzing. Alle maatregelen strekken tot het staken van de zorg 40 Rb. Rotterdam 17 maart 2011, GJ 2011/84, LJN: BP8090. Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 8 677

ECLI:NL:CRVB:2017:2822

ECLI:NL:CRVB:2017:2822 ECLI:NL:CRVB:2017:2822 Instantie Datum uitspraak 16-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/4369 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets

Leidraad voor het nakijken van de toets Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 17 JUNI 2011 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

[naam eiser], te [woonplaats eiser], eiser, wettelijk vertegenwoordiger van zijn dochter [naam dochter], gemachtigde: mr. M.

[naam eiser], te [woonplaats eiser], eiser, wettelijk vertegenwoordiger van zijn dochter [naam dochter], gemachtigde: mr. M. ECLI:NL:RBZWB:2015:9004 Instantie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Datum uitspraak 03-06-2015 Datum publicatie 05-04-2017 Zaaknummer AWB 15_439 Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186

ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186 ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 06-07-2010 Datum publicatie 23-07-2010 Zaaknummer AWB 10/180, 10/181, 10/508, 10/513, 10/684 en 10/685 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1522

ECLI:NL:RVS:2013:1522 ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402 ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ7402 Instantie Datum uitspraak 07-03-2013 Datum publicatie 18-04-2013 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer AWB 12/26575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

Actualiteiten rechtspraak bestuursprocesrecht. 2 september :00 uur - 17:00 uur Online

Actualiteiten rechtspraak bestuursprocesrecht. 2 september :00 uur - 17:00 uur Online Actualiteiten rechtspraak bestuursprocesrecht 2 september 2015 16:00 uur - 17:00 uur Online Wat gaan we doen: rechtspraak over.. 1. De 3 B s (bestuursorgaan-, belanghebbende- en besluitbegrip) 2. Schadevergoeding

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-11-2012 Datum publicatie 21-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201202162/1/V6 Bestuursrecht Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1791

ECLI:NL:RVS:2015:1791 ECLI:NL:RVS:2015:1791 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-06-2015 Datum publicatie 10-06-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201408896/1/A1 Eerste

Nadere informatie

ALGEMENE WET BESTUURSRECHT

ALGEMENE WET BESTUURSRECHT ALGEMENE WET BESTUURSRECHT Besluitvorming Toezicht Sancties Rechtsgebied bestuursrecht oktober 2011 Rechtsgebied bestuursrecht Verhoudingen tussen bestuursorgaan/belanghebbende - stelt het bestuur is staat

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:1398

ECLI:NL:CRVB:2014:1398 ECLI:NL:CRVB:2014:1398 Instantie Centrale Raad van Beroep Datum uitspraak 16-04-2014 Datum publicatie 12-05-2014 Zaaknummer 12-1558 AWBZ-T Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151. Uitspraak. Permanente link: Datum uitspraak Datum publicatie

Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151. Uitspraak. Permanente link: Datum uitspraak Datum publicatie Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RVS:2010:BO9151 Permanente link: http://deeplink.rechtspraa Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-12-2010 Datum publicatie 29-12-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201010673/1 A/1. Datum uitspraak: 25 juni 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag. Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk

Nadere informatie

Tussenuitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 10 november 2011, 11/512 (aangevallen uitspraak)

Tussenuitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden van 10 november 2011, 11/512 (aangevallen uitspraak) LJN: BZ9358, Centrale Raad van Beroep, 11/7248 AWBZ-T Datum uitspraak: 01-05-2013 Datum publicatie: 03-05-2013 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Tussenuitspraak.

Nadere informatie

Uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen:

Uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen: LJN: BD6158, Rechtbank Arnhem, AWB 06/6029 Datum uitspraak: 04-12-2007 Datum publicatie: 03-07-2008 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie: AWBZ -

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2014:5220

ECLI:NL:RBMNE:2014:5220 ECLI:NL:RBMNE:2014:5220 Instantie Datum uitspraak 23-10-2014 Datum publicatie 28-10-2014 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer AWB - 14 _ 2227 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:228

ECLI:NL:CRVB:2017:228 ECLI:NL:CRVB:2017:228 Instantie Datum uitspraak 11012017 Datum publicatie 24012017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/8046 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk 76519-HHSc/132.09. Aanwijzing publicatie sterftecijfers 9 mei 2014

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk 76519-HHSc/132.09. Aanwijzing publicatie sterftecijfers 9 mei 2014 Aangetekend Amphia Ziekenhuis Raad van Bestuur [ ] Postbus 90158 4800 RK BREDA Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl Behandeld

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BX4621

ECLI:NL:RVS:2012:BX4621 ECLI:NL:RVS:2012:BX4621 Instantie Raad van State Datum uitspraak 08-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201205237/1/A4 en 201205237/2/A4

Nadere informatie

Bij besluit van 16 oktober 2007 heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: de minister) dit verzoek afgewezen

Bij besluit van 16 oktober 2007 heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: de minister) dit verzoek afgewezen LJN: BJ3428, Raad van State, 200805745/1/H2 Datum uitspraak: 22-07-2009 Datum publicatie: 23-07-2009 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Bij brief van 5 september

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1042

ECLI:NL:CRVB:2017:1042 ECLI:NL:CRVB:2017:1042 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 16-03-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4262 AWBZ-T Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Juridisch kader Op basis van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet is het verboden een middel als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I en lijst II, dan wel

Nadere informatie

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme; Besluit van de deken in het arrondissement Oost-Brabant van 11 mei 2016 tot vaststelling van de beleidsregel handhaving Wwft 2016 in het arrondissement Oost- Brabant De deken van de orde in het arrondissement

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:BZ7733

ECLI:NL:RVS:2013:BZ7733 ECLI:NL:RVS:2013:BZ7733 Instantie Raad van State Datum uitspraak 17-04-2013 Datum publicatie 17-04-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201200753/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme; Besluit van de deken in het arrondissement Zeeland-West-Brabant van 12 april 2017 tot vaststelling van de beleidsregel handhaving Wwft 2017 in het arrondissement Zeeland-West- Brabant De deken van de orde

Nadere informatie

http://www.legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=1184...

http://www.legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=1184... Page 1 of 6 JOR 2013/309 CBB, 14-08-2013, 13/396, ECLI:NL:CBB:2013:160 Overtreding van art. 4:23 Wft, Publicatie van de opgelegde boete, Afwijzing verzoek tot schorsing van publicatie totdat in hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2011:BP8090

ECLI:NL:RBROT:2011:BP8090 ECLI:NL:RBROT:2011:BP8090 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 17-03-2011 Datum publicatie 18-03-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie AWB 10/2344 WET-T2 en AWB

Nadere informatie

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBROT:2016:3597, Bekrachtiging/bevestiging ECLI:NL:RVS:2017:84 Instantie Raad van State Datum uitspraak 18-01-2017 Datum publicatie 18-01-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604839/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3368

ECLI:NL:RVS:2014:3368 ECLI:NL:RVS:2014:3368 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-09-2014 Datum publicatie 10-09-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201311559/1/A4 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413

ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413 ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ4413 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 19-04-2011 Datum publicatie 13-05-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie awb 09-5337 wwb en awb 10-4936

Nadere informatie

AANGETEKEND Rijnland Ziekenhuis 070-8888500. last onder dwangsom. Geachte A,

AANGETEKEND Rijnland Ziekenhuis 070-8888500. last onder dwangsom. Geachte A, POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN AANGETEKEND Rijnland Ziekenhuis

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:1002

ECLI:NL:RVS:2015:1002 ECLI:NL:RVS:2015:1002 Instantie Raad van State Datum uitspraak 01-04-2015 Datum publicatie 01-04-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201404451/1/A2 Eerste

Nadere informatie

Pagina 1/7. Besluit «Openbare versie» 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure

Pagina 1/7. Besluit «Openbare versie» 1 Samenvatting. 2 Verloop van de procedure Ons ACM/DTVP/2014/200507_OV kenmerk: Zaaknummer: 14.0136.20 Datum: 31 januari 2014 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op grond van artikel 15.2, tweede lid, van de Telecommunicatiewet in samenhang

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad van State 201200615/1/V4. Datum uitspraak: 13 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Kennisneming door de rechter van vertrouwelijke stukken buiten partijen om

Kennisneming door de rechter van vertrouwelijke stukken buiten partijen om NOTENKRAKER Kennisneming door de rechter van vertrouwelijke stukken buiten partijen om CBb 14 oktober 2011, nr. AWB 10/85 en 10/86 E.J. Daalder 1 Inleiding Uit het in, onder meer, artikel 6 EVRM neergelegde

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558

ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 ECLI:NL:RBGEL:2016:2558 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 12-05-2016 Datum publicatie 19-05-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 7447 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK] Autoriteit Persoonsgegevens AANGETEKEND Datum Contactpersoon Onderwerp Besluit tot invordering en voornemen tot publicatie Geachte, Bij besluit van 11 mei 2017 met kenmerk heeft de Autoriteit Persoonsgegevens

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2012:BV7977

ECLI:NL:RBALK:2012:BV7977 ECLI:NL:RBALK:2012:BV7977 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 26-01-2012 Datum publicatie 06-03-2012 Zaaknummer 11/1543 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2013:1259

ECLI:NL:CRVB:2013:1259 ECLI:NL:CRVB:2013:1259 Instantie Datum uitspraak 31-07-2013 Datum publicatie 05-08-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 12-2423 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009

Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 OPGAVE 1 (34 punten) Vraag 1.1 (5 punten) Er staan geen bestuursrechtelijke rechtsmiddelen open. Het voorbereidingsbesluit van artikel

Nadere informatie

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012

LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1. Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: 05-09-2012 LJN: BX6509, Raad van State, 201201225/1/A1 Datum uitspraak: 05-09-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 05-09-2012 Bestuursrecht overig Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie: Afwijzing handhavingsverzoek

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2017:3051

ECLI:NL:RBNHO:2017:3051 ECLI:NL:RBNHO:2017:3051 Instantie Datum uitspraak 04-04-2017 Datum publicatie 14-04-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 16 _ 22 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:1754

ECLI:NL:RBROT:2016:1754 ECLI:NL:RBROT:2016:1754 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 09-03-2016 Datum publicatie 09-03-2016 Zaaknummer ROT 16/920 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursprocesrecht

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de gemeente Wierden. Datum: 22 januari 2014. Rapportnummer: 2014/004

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de gemeente Wierden. Datum: 22 januari 2014. Rapportnummer: 2014/004 Rapport Rapport betreffende een klacht over de gemeente Wierden. Datum: 22 januari 2014 Rapportnummer: 2014/004 2 De klacht Verzoekers klagen over de manier waarop de gemeente Wierden is omgegaan met hun

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2014:185

ECLI:NL:RBNHO:2014:185 ECLI:NL:RBNHO:2014:185 Instantie Datum uitspraak 15-01-2014 Datum publicatie 31-03-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Holland AWB-13_2593 Bestuursrecht

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk 12D0013050. AANWIJZING EX ARTIKEL 76, EERSTE LID, WMG 25 april 2012

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk 12D0013050. AANWIJZING EX ARTIKEL 76, EERSTE LID, WMG 25 april 2012 AANGETEKEND Stichting Saffier De Residentie Groep T.a.v. het bestuur Postbus 52150 2505 CD DEN HAAG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:3478

ECLI:NL:CRVB:2014:3478 ECLI:NL:CRVB:2014:3478 Uitspraak 14/5824 WWB-VV 27 oktober 2014 Centrale Raad van Beroep Voorzieningenrechter Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening Partijen: [Verzoekster]te [woonplaats] (verzoekster)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 25-02-2011 Datum publicatie 18-03-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10 / 938 Wmo Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2011:BT6286

ECLI:NL:RBSGR:2011:BT6286 ECLI:NL:RBSGR:2011:BT6286 Instantie Datum uitspraak 27-09-2011 Datum publicatie 30-09-2011 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 11/18267 & 11/18269 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 27534/2012010168 Betreft: Beslissing op bezwaar inzake de Stichting Publieke Media instelling Eijsden- Margraten tegen afwijzing van het handhavingsverzoek jegens Stichting

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:2013

ECLI:NL:RVS:2017:2013 ECLI:NL:RVS:2017:2013 Instantie Raad van State Datum uitspraak 26-07-2017 Datum publicatie 26-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201604962/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2016:450. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/893

ECLI:NL:CBB:2016:450. Uitspraak. College van Beroep voor het bedrijfsleven. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/893 ECLI:NL:CBB:2016:450 Instantie Datum uitspraak 29-12-2016 Datum publicatie 24-01-2017 Zaaknummer 15/893 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven Bestuursrecht

Nadere informatie

LJN: BH1764, Centrale Raad van Beroep, 07/2959 WWB + 07/2960 WWB + 08/6263 WWB + 08/6264 WWB + 08/6265 WWB

LJN: BH1764, Centrale Raad van Beroep, 07/2959 WWB + 07/2960 WWB + 08/6263 WWB + 08/6264 WWB + 08/6265 WWB LJN: BH1764, Centrale Raad van Beroep, 07/2959 WWB + 07/2960 WWB + 08/6263 WWB + 08/6264 WWB + 08/6265 WWB Datum uitspraak: 20-01-2009 Datum publicatie: 04-02-2009 Rechtsgebied: Bijstandszaken Soort procedure:

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:2348

ECLI:NL:RVS:2016:2348 ECLI:NL:RVS:2016:2348 Instantie Raad van State Datum uitspraak 31-08-2016 Datum publicatie 31-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201506454/1/A3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3181

ECLI:NL:CRVB:2016:3181 ECLI:NL:CRVB:2016:3181 Instantie Datum uitspraak 22-08-2016 Datum publicatie 29-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/3877 PW-VV Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BY4292

ECLI:NL:CRVB:2012:BY4292 ECLI:NL:CRVB:2012:BY4292 Instantie Datum uitspraak 27-11-2012 Datum publicatie 28-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 11-1813 WWB + 11-1953

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

[Aanvrager A] heeft ter onderbouwing van het handhavingsverzoek van 3 augustus 2016 een aantal documenten aan de NZa overlegd.

[Aanvrager A] heeft ter onderbouwing van het handhavingsverzoek van 3 augustus 2016 een aantal documenten aan de NZa overlegd. Besluit Aanleiding Op 3 augustus 2016 ontving de NZa een handhavingsverzoek van [Aanvrager A]. [Aanvrager A] is een samenwerkingsverband van zeven aanbieders van orthopedisch schoeisel. 1 In haar schrijven

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstatc 201106725/1/V1. Datum uitspraak: 3 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ2099

ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ2099 ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ2099 Instantie Datum uitspraak 19-04-2011 Datum publicatie 21-04-2011 Rechtbank 's-hertogenbosch Zaaknummer AWB 10-1012 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2012:BV9932

ECLI:NL:CRVB:2012:BV9932 ECLI:NL:CRVB:2012:BV9932 Instantie Datum uitspraak 21-03-2012 Datum publicatie 28-03-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 10/7012 TW + 10/7013 TW

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:4332

ECLI:NL:RBGEL:2017:4332 ECLI:NL:RBGEL:2017:4332 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 22-08-2017 Datum publicatie 22-08-2017 Zaaknummer AWB - 17 _ 2951 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Mandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd

Mandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd Mandaat en delegatie mr. M.C. de Voogd Artikel 1:1 Awb 1. Onder bestuursorgaan wordt verstaan: a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of b. een ander persoon of college,

Nadere informatie

3.3 Openbaarmaking Het ontsluiten van informatie op zodanige wijze dat een ieder de betreffende informatie kan inzien.

3.3 Openbaarmaking Het ontsluiten van informatie op zodanige wijze dat een ieder de betreffende informatie kan inzien. Bijlage 33 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c Beleidsregel Openbaarmaking handhavingsbesluiten, Wobbesluiten en beslissingen op bezwaar De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is op grond van de Wet marktordening

Nadere informatie

1 van :55

1 van :55 1 van 5 4-9-2012 23:55 LJN: BX6278, Rechtbank Utrecht, SBR 11/2417 Datum uitspraak: Datum publicatie: 30-08-2012 31-08-2012 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

mr. P.C. Cup mr.ing. C.R. van den Berg Kamer D0353 Directoraat-Generaal Milieu Interne postcode 880 Directie Strategie en Bestuur

mr. P.C. Cup mr.ing. C.R. van den Berg Kamer D0353 Directoraat-Generaal Milieu Interne postcode 880 Directie Strategie en Bestuur Gemeenschappelijke Dienst Directie Juridische Zaken AJBZ mr. P.C. Cup mr.ing. C.R. van den Berg Kamer D0353 Directoraat-Generaal Milieu Interne postcode 880 Directie Strategie en Bestuur Telefoon 070 339

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: OB/001 Kenmerk: 00.061.063 Openbaarmaking onder kenmerk: Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van de besluiten

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3038

ECLI:NL:RVS:2015:3038 ECLI:NL:RVS:2015:3038 Instantie Raad van State Datum uitspraak 30-09-2015 Datum publicatie 30-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500566/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

BESLISSING OP BEZWAAR

BESLISSING OP BEZWAAR BESLISSING OP BEZWAAR 76153-130574 83345-139322 Geachte heer Kuit, Bij brief van 4 maart 2014, is namens de heer [vertrouwelijk ] tijdig bezwaar ingediend tegen de last onder dwangsom die de Nederlandse

Nadere informatie

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Juridisch kader Op basis van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet is het verboden een middel als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I en II, dan wel aangewezen

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1551

ECLI:NL:CRVB:2017:1551 ECLI:NL:CRVB:2017:1551 Instantie Datum uitspraak 11-04-2017 Datum publicatie 26-04-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/1071 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3233

ECLI:NL:RVS:2015:3233 ECLI:NL:RVS:2015:3233 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-10-2015 Datum publicatie 21-10-2015 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500429/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 Instantie Datum uitspraak 19-06-2017 Datum publicatie 19-07-2017 Zaaknummer LEE 17/863 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

LJN: BV6353,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 12/285 en 12/502

LJN: BV6353,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 12/285 en 12/502 LJN: BV6353,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 12/285 en 12/502 Datum uitspraak: 21-02-2012 Datum publicatie: 21-02-2012 Rechtsgebied: Bestuursrecht overig Soort procedure: Voorlopige

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BD3530

ECLI:NL:CRVB:2008:BD3530 ECLI:NL:CRVB:2008:BD3530 Instantie Datum uitspraak 14-05-2008 Datum publicatie 10-06-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 06-4655 AWBZ Bestuursrecht

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/282 en Datum uitspraak : 26 januari 2015 : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam

Zaaknummer : 2014/282 en Datum uitspraak : 26 januari 2015 : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam Zaaknummer : 2014/282 en 282.1 Rechter[s] : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2015 Partijen : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam Trefwoorden : [onderzoek] Adviseur Bijzondere omstandigheden Finale

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal.

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal. Uitspraak RECHTBANK AMSTERDAM Sector bestuursrecht zaaknummer: AWB 11/2308 WWB uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen [eiseres], wonende te [woonplaats], eiseres, gemachtigde mr. W.G. Fischer,

Nadere informatie

Rapport. Datum: 26 september 2005 Rapportnummer: 2005/293

Rapport. Datum: 26 september 2005 Rapportnummer: 2005/293 Rapport Datum: 26 september 2005 Rapportnummer: 2005/293 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie hem in de beschikking van 25 februari 2004 op zijn bezwaarschrift

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201109405/1 /V4. Datum uitspraak: 20 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Essentie: Vermindering ten opzichte van eerder toegekende subsidie wegens niet tijdig aanvragen herindicatie.

Essentie: Vermindering ten opzichte van eerder toegekende subsidie wegens niet tijdig aanvragen herindicatie. OpMaat USZ 2008/143 CRvB, 14-02-2008, 06/5828 WSW, LJN BC5634 Subsidieverlening, WSW-dienstverband, Herindicatie Sdu Uitgevers Aflevering 2008 afl. 6 Rubriek College» Samenvatting Essentie: Vermindering

Nadere informatie

JB 1999/256 Rechtbank Amsterdam, 09-08-1999, AWB 98/3128 HUISV 06 Besluit (huisnummerbeschikking), Mededeling omtrent feiten

JB 1999/256 Rechtbank Amsterdam, 09-08-1999, AWB 98/3128 HUISV 06 Besluit (huisnummerbeschikking), Mededeling omtrent feiten JB 1999/256 Rechtbank Amsterdam, 09-08-1999, AWB 98/3128 HUISV 06 Besluit (huisnummerbeschikking), Mededeling omtrent feiten Aflevering 1999 afl. 13 College Rechtbank Amsterdam Datum 9 augustus 1999 Rolnummer

Nadere informatie

Per koerier / per aangetekende post / per mail De heer en mevrouw s Gravenweg SC ROTTERDAM

Per koerier / per aangetekende post / per mail De heer en mevrouw s Gravenweg SC ROTTERDAM > Retouradres Postbus 2518 6401 DA Heerlen Per koerier / per aangetekende post / per mail De heer en mevrouw s Gravenweg 637-639 3065 SC ROTTERDAM Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2518 6401 DA Heerlen

Nadere informatie

Aan de gemeente hebben we vervolgens schriftelijk een paar vragen voorgelegd. Op 17 september 2015 heeft de gemeente deze vragen beantwoord.

Aan de gemeente hebben we vervolgens schriftelijk een paar vragen voorgelegd. Op 17 september 2015 heeft de gemeente deze vragen beantwoord. 1 van 5 De heer M. Ons kenmerk 2015 057 Contactpersoon Mw. mr. P. Weggemans Datum 8 oktober 2015 Bijlage(n) Onderwerp uw klacht over Almelo Geachte heer M., De Overijsselse Ombudsman ontving uw klacht

Nadere informatie

uitspraak van de voorzieningenrechter van 13 September 2016 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen

uitspraak van de voorzieningenrechter van 13 September 2016 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen 010 Rechtbank Rotterdam 15:23:33 13-09-2016 2/7 uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Zittingsplaats Rotterdam Team Bestuursrecht 3, V-nummer: uitspraak van de voorzieningenrechter van 13 September 2016 op het

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2016:3387

ECLI:NL:RVS:2016:3387 ECLI:NL:RVS:2016:3387 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-12-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201507118/1/A1 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065

LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065 LJN: BO2154,Voorzieningenrechter Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 10/2913 en 10/3065 Print uitspraak Datum uitspraak: 22-10-2010 Datum publicatie: 29-10-2010 Rechtsgebied: Bouwen Soort procedure: Voorlopige

Nadere informatie

Het Subsidierecht. VNG Juridische 2-daagse Sandra van Heukelom-Verhage

Het Subsidierecht. VNG Juridische 2-daagse Sandra van Heukelom-Verhage Het Subsidierecht VNG Juridische 2-daagse 2013 Sandra van Heukelom-Verhage 28 oktober 2013 Subsidiedefinitie Artikel 4:21, lid 1 Awb: de aanspraak op financiële middelen (1) door een bestuursorgaan verstrekt

Nadere informatie

1. Verloop van de procedure

1. Verloop van de procedure Besluit van de Consumentenautoriteit op de bezwaren van Mikro-Electro B.V. tegen het besluit van de Consumentenautoriteit van 26 mei 2011, met kenmerk CA/NCB/560/18. 1. Verloop van de procedure 1. Bij

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam

Zaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam Zaaknummer : 2014/150 Rechter(s) : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 Partijen : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : Bevoegdheid College Bekostiging

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:1689

ECLI:NL:CRVB:2017:1689 ECLI:NL:CRVB:2017:1689 Instantie Datum uitspraak 03052017 Datum publicatie 10052017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/375 AWBZ Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

[Appellant 1] en [Appellant 2], beiden wonende te [woonplaats], (hierna: appellanten)

[Appellant 1] en [Appellant 2], beiden wonende te [woonplaats], (hierna: appellanten) LJN: BI3542, Centrale Raad van Beroep, 08/3709 WJZ + 08/3713 WJZ Datum uitspraak: 15-04-2009 Datum publicatie: 12-05-2009 Rechtsgebied: Sociale zekerheid Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie:

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening gemeente Harlingen 2015

Algemene subsidieverordening gemeente Harlingen 2015 Algemene subsidieverordening gemeente Harlingen 2015 Artikel 1. Begripsomschrijvingen a. Activiteit: het resultaat van samenhangend handelen van een organisatie, meetbaar in tijd, kwantiteit, kwaliteit

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen uit Utrecht. Datum: 22 november 2011. Rapportnummer: 2011/346

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen uit Utrecht. Datum: 22 november 2011. Rapportnummer: 2011/346 Rapport Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen uit Utrecht. Datum: 22 november 2011 Rapportnummer: 2011/346 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de Belastingdienst/Toeslagen volhardt

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:4517

ECLI:NL:CRVB:2016:4517 ECLI:NL:CRVB:2016:4517 Instantie Datum uitspraak 23-11-2016 Datum publicatie 29-11-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/4198 WW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2006:AV7682

ECLI:NL:RBARN:2006:AV7682 ECLI:NL:RBARN:2006:AV7682 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 09-03-2006 Datum publicatie 30-03-2006 Zaaknummer AWB 05/4258 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ambtenarenrecht Eerste

Nadere informatie

DEEL III. Het bestuursprocesrecht

DEEL III. Het bestuursprocesrecht DEEL III Het bestuursprocesrecht Inleiding op deel III In het voorgaande deel is het regelsysteem van art. 48 (oud) Rv besproken voor zover dit relevant was voor art. 8:69 lid 2 en 3 Awb. In dit deel

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2011:BU4606

ECLI:NL:RVS:2011:BU4606 ECLI:NL:RVS:2011:BU4606 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 16-11-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201102253/1/H3 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie