HET COMITÉ VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK EEN PRAKTISCHE KIJK OP DE REGELGEVING.

Transcriptie

1 HET COMITÉ VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK EEN PRAKTISCHE KIJK OP DE REGELGEVING. ir. Ph. Durand FOD WASO

2 Inhoud. (1) - Historiek. - Regelgeving. - Wat wordt verstaan onder een CPB? - Krachtlijnen inzake oprichting van het CPB. - Overheidsdiensten. - Samenstelling van het CPB. - Wat en op wie is het K.B. van toepassing? - Opdrachten van het CPB. - Specifieke opdrachten van het CPB. - Verplichtingen werkgever. - Advies of akkoord van het CPB? - Secretariaat van het CPB.

3 Inhoud. (2) - Huishoudelijk Reglement. - Bijzondere Economische en Sociale bevoegdheden. - Rechtstreekse raadpleging van de werknemers. - Administratieve sancties. - Enkele praktische vragen.

4 Afkortingen. - CPB comité voor preventie en bescherming - WG werkgever - WN s werknemers - VA vakbondsafvaardiging - PA preventie adviseur - IDPB interne dienst voor preventie en bescherming - EDPB externe dienst voor preventie en bescherming - EDTC externe dienst voor technische controle - JE juridische entiteit - TBE technische bedrijfseenheid - TWW Toezicht Welzijn op het Werk (arbeidsinspectie) - TSW Toezicht Sociale Wetten (arbeidsinspectie) - HOC Hoog Overleg Comité - TOC Tussen Overleg Comité - BAC Basis Overleg Comité

5 Historiek. (1) - Regent Besluit van 11/2/1946 (BS 15/2/1946): legde de oprichting vast van een overlegorgaan veiligheid en gezondheid op het werk. Dit krijgt de benaming: Comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen. -> Comité VGV. - De verplichting wordt nadien opgenomen in de wet van 19/06/1952 (basiswet over de veiligheid en gezondheid op het werk die in 1996 vervangen werd door de Welzijnswet). - Deze uitvoeringsbepalingen voor het Comité VGV werden opgenomen in het ARAB in Titel V.(art en septies)

6 Historiek. (2) - Bepalingen van de jaren 40 legden de grondslag v.h. CPB zoals we die nu nog kennen. - Basisprincipes: - CPB in ondernemingen met gemiddeld 50 WN s (uitz: mijnen, graverijen en groeven, vanaf gemiddeld 20 WN s); - vakbonden hebben monopolie om kandidaten voor te dragen; - sociale verkiezingen om de 4 jaar; - verkozen kandidaten genieten een bescherming.

7 Historiek. (3) - In 1996 vervangt de Welzijnswet dan de wet van Hierin worden nu opnieuw de basisbeginselen wat meer uitvoeriger beschreven inzake het CPB en voor de uitvoering ervan is er een afzonderlijk K.B. opgenomen in de Codex. - Nadien kwamen er nog toevoegingen die niets wijzigen aan de basisprincipes en dit naar aanleiding van Europese Richtlijnen en sociale verkiezingen.

8 Regelgeving. (1) Welzijnswet van 4/08/1996 Hfdst. VIII. K.B. van 3/05/1999 betreffende de opdrachten en de werking van het comité voor preventie en bescherming op het werk - gewijzigd bij K.B. van 10/08/2001. Verwante regelgeving. 3 K.B. s van 27/03/1998 WELZIJNSBELEID INTERNE DIENST PREVENTIE EN BESCHERMING EXTERNE DIENST PREVENTIE EN BESCHERMING

9 Regelgeving. (2) Welzijnswet - 4/08/1996 Hfdst. VIII. Afd.I Toepassingsgebied art.48 Afd.II Oprichting Afd.III Samenstelling Afd.IV Bevoegdheden -> Algemene 65 -> Bijzondere 65bis-65undecies Afd.V Werking Afd.VI Overgang van onderneming en overname van activa

10 Regelgeving. (3) Het K.B. in de Codex Titel II Hfdst. 4. Afd.I Definities art. 1 Afd.II Opdrachten 2-13 Afd.III Verplichtingen WG Afd.IV Werking Afd.V Huishoudelijk reglement 31 Afd.VI Rechtstreekse participatie 31bis 31quater

11 Wat wordt verstaan onder CPB? Is in de eerste plaats een overlegorgaan in privé ondernemingen dat bij de sociale verkiezingen door de WN s werd verkozen. Indien er geen comité is, dan neemt de VA in het bedrijf deze rol over. Is er ook geen VA is, dan moet de WG zijn WN s rechtstreeks raadplegen over de aangelegenheden die hun welzijn op het werk aanbelangen.

12 Krachtlijnen inzake oprichting CPB. (1) CPB is een overlegorgaan in een onderneming. Wat is een onderneming? -> Is de technische bedrijfseenheid bepaald in kader van de Welzijnswet op grond van economische en sociale criteria, in geval van twijfel primeren de sociale criteria.( art. 49 Welzijnswet ) Daar tegenover staat het begrip juridische entiteit! -> Met juridische entiteit wordt de juridische vorm van de onderneming bedoeld : nv, bvba, vzw, cv,.. ER ZIJN VERSCHILLENDE SITUATIES MOGELIJK!!

13 Krachtlijnen inzake oprichting CPB. (2) De TBE = de JE. Meest eenvoudige situatie: bv: onderneming (TBE) met 100- tal WN s, gevestigd op 1 plaats waar zich de productie en maatschappelijke zetel bevinden. 1 CPB oprichten op de vestgingsplaats.

14 Krachtlijnen inzake oprichting CPB. (3) JE met meerdere grote TBE ( 50 WN s of meer). Een onderneming met één maatschappelijke zetel op 1 plaats maar met een aantal vestigingen in het land. De verschillende vestigingen tellen elk gemiddeld 50 WN s en hebben voldoende economische en sociale zelfstandigheid. 1 CPB oprichten per vestiging want elke vestiging wordt beschouwd als een TBE.

15 Krachtlijnen inzake oprichting CPB. (4) JE met meerdere kleine TBE n ( < 50 WN s). Een onderneming met verschillende vestigingen maar geen van alle stelt gemiddeld 50 WN s tewerk. In de hele onderneming werken wel gemiddeld 50 mensen. 1 CPB oprichten voor de gehele onderneming (JE)

16 Krachtlijnen inzake oprichting CPB. (5) JE met meerdere TBE van verschillende grootte. Een onderneming heeft verschillende vestigingen, sommige stellen gemiddeld 50 of meer werknemers te werk, andere minder. -> 1 CPB oprichten voor elke TBE met 50 WN s of meer. -> In de vestigingen met minder dan 50 WN s moeten sociale verkiezingen georganiseerd worden; voor het CPB ofwel samenvoegen met een grotere vestiging waar een CPB is ofwel worden meerdere kleine samengevoegd en wordt voor deze 1 CPB opgericht

17 Krachtlijnen inzake oprichting CPB. (6)!! Deze krachtlijnen hebben een grote invloed op de organisatie van de IDPB en het aantal PA s. Dit wordt geregeld in de artikelen 35 en 37 van de Welzijnswet.

18 Overheidsdiensten. (1) Omzendbrief van 7/06/2002 betreffende het welzijn op het werk in de overheidsdiensten (B.S 15/06/2002) onderworpen aan vakbondsstatuut bepaald bij K.B. van 28/09/1984 tot uitvoering van wet van 19/12/1974 tot regeling van de betrekkingen ts de overheid en de vakbonden van haar personeel. De principes van het welzijnsbeleid zijn in de openbare sector evenzeer van toepassing als in de privé sector. Met betrekking tot overlegorganen bevoegd voor het welzijn op het werk zijn er verschillen. De opdrachten zijn inzake welzijnsbeleid dezelfde, maar de werking ervan verschilt omdat deze overlegorganen ook nog andere bevoegdheden hebben.

19 Overheidsdiensten. (2) 1 hoog overlegcomité (HOC) met 1 overheidsdienst => 1 IDPB. 1 hoog overlegcomité met verschillende overheidsdiensten => 1 IDPB per overheidsdienst. dikwijls bestaan er voor een overheidsdienst verschillende basisoverlegcomite s (BOC). Eventueel bijzondere overlegorganen: -> tussenoverlegcomités (TOC); -> speciale overlegcomités.

20 Overheidsdiensten. (3) Basisoverlegcomités. In de overheidsdiensten is er geen sprake van TBE - technische bedrijfseenheden. Binnen een HOC kunnen dan BOC s worden opgericht bevoegd voor het welzijnsbeleid. Opdrachten en werking. Omzendbrief stelt om de werking van de overlegorganen zoveel mogelijk af te stemmen op het K.B. CPB. voor de privé sector. (bvb. aantal vergaderingen,huishoudelijk reglement,..) Strikt juridisch zijn deze bepalingen niet afdwingbaar voor de openbare sector.

21 Overheidsdiensten. (4) Tussenoverlegcomités. Oorzaak is de complexe structuur van sommige overheidsdiensten. Binnen een HOC kunnen alle of sommige bevoegdheden inzake het welzijnsbeleid van de BOC s naar een TOC worden overgedragen. Doel: dat het TOC op een practische wijze gemeenschappelijke problemen die zich stellen in alle BOC s zou behandelen, maar dat de BOC s de problemen eigen aan hun eigen dienst kunnen blijven behandelen.

22 Overheidsdiensten. (5)!! Ook deze bepalingen hebben een grote invloed op de organisatie van de IDPB in de openbare diensten en het aantal PA s. Dit wordt geregeld in de artikelen 35 en 36 van de Welzijnswet.

23 Samenstelling CPB. (1) Welzijnswet art > WG afvaardiging al of niet geleid door de WG zelf; -> voorzitter,best deze belast met het dagelijks beheer, en voorzitter en de plaatsvervanger moeten beslissingsbevoegdheid hebben ; -> WN s afvaardiging : effectieven steeds minimum 2 en niet meer dan 25 - evenveel plaatsvervangers; -> afgevaardigden-werklieden bij het toezicht op de graverijen en de groeven; -> aantal WG afgevaardigden niet groter dan aantal WN s afgevaardigden;

24 Samenstelling CPB. (2) Welzijnswet art > PA belast met de leiding van de IDPB en andere PA s indien de IDPB uit afdelingen bestaat waarvoor een CPB is opgericht. -> PA van het departement belast met het medisch toezicht dat deel uitmaakt van de IDPB, of de arbeidsgeneesheer van de EDPB. -> Preventieadviseur van de EDPB als op de agenda een punt staat dat behoort tot hun bijzondere bevoegdheid. -> Interne PA = secretaris - en onafhankelijk van de WG en WN s - dus zelf geen kandidaat als WG- of WN s afgevaardigde.

25 Samenstelling CPB. (3) Welzijnswet art Vertegenwoordigers WN s mogen zich door een deskundige laten bijstaan mits instemming van de WG. - De met toezicht belaste ambtenaar van TWW mag aanwezig zijn. Aandachtspunten! - Voorzitter en de vervanger MOETEN gemandateerd zijn en beslissingsbevoegdheid hebben!! - De met toezicht belaste ambtenaar van TWW kan het CPB zelf bijeenroepen en treedt dan op als voorzitter. - Enkel de WG- en WN s afgevaardigden hebben stemrecht alle anderen zijn raadgevend.

26 Wat en op wie is het K.B. van toepassing? Bepalingen die altijd van toepassing zijn. -> - K.B.: art. 2 tot 13: de opdrachten - K.B.: art. 14 tot 20: de verplichtingen van de WG -> Moeten nageleefd worden ongeacht er een CPB of VA bestaat of niet. Enkel van toepassing als er een verkozen CPW is. -> K.B.: art. 21 tot 30: betreffende de werking -> Wanneer er alleen een VA bestaat of in openbare besturen waar geen verkozen CPB is, kunnen WG en WN s overeenkomen dit toe te passen ( is echter niet juridisch afdwingbaar)

27 Opdrachten CPB. (1) De opdrachten kunnen opgedeeld worden in: a. Meewerken aan het welzijnsbeleid. b. Toezicht houden op de veiligheids- en gezondheidsdomeinen. c. Voorafgaande adviezen uitbrengen. d. Voorafgaande akkoorden geven. e. Voorstellen uitwerken. f. Klachten en ongevallen onderzoeken.

28 Opdrachten CPB. (2) Voorafgaand advies uitbrengen over: 1 voorstellen en maatregelen die gevolg hebben op het welzijn van de WN s ( soms opgelegd in andere K.B s); 2 planning en invoering van nieuwe technologiën; 3 keuze of vervanging van de EDPB; 4 keuze of vervanging van de EDTC; 5 elke ergonomische maatregel die wordt genomen; 6 inrichting van de werkplaats en rekening houdend met mindervalide werknemers; 7 keuze, aankoop, onderhoud en gebruik van arbeidsmiddelen, persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen.

29 Specifieke opdrachten. (1) -> K.B.: art.5 : voorstellen inzake onthaal en opleiding van WN s. -> K.B.: art.6 : CPB moet activiteiten IDPB stimuleren en de werking ervan opvolgen. -> K.B..: art.10: -> CPB + bevoegde PA + lid van de hiërarchische lijn onderzoeken grondig, periodiek en minstens 1 x per jaar al de werkplaatsen waarvoor CPB bevoegd is. -> Is er een CPB voor verschillende vestigingen dan doet dit CPB dit in alle vestigingen. -> Zijn er meerdere CPB s (m.a.w. meerdere TBE) dan is het CPB verkozen voor die vestiging, bevoegd.

30 Specifieke opdrachten. (2) -> Indien de IDPB een medisch departement heeft, dan moet het CPB minstens 2 x per jaar tijdens de vergaderingen aandacht besteden aan de werkzaamheden van het medisch departement op grond van het verslag opgesteld door de preventie adviseur arbeidsgeneesheer. -> K.B.: art. 9 : - Medewerking geven aan de inspectie ambtenaren aanduiden van afvaardiging. (art. 10 en 12)

31 Verplichtingen werkgever. (1) ( K.B.: art ) 1 Moet alle informatie, documentatie, voorstellen, inlichtingen, adviezen, identificatiedocumenten, keuringsverslagen, gevoerd milieubeleid,.e.a. met betrekking tot het welzijn van de WN s voorleggen. 2 Aan de leden van het CPB die de WN s vertegenwoordigen de mogelijkheid om met hemzelf, of zijn afgevaardigden alsmede met de leden van de hiërarchische lijn, de PA s en de betrokken WN s alle contacten te hebben die nodig zijn voor de uitvoering van hun opdracht. 3 Zijn standpunt geven over de uitgevoerde opdrachten van de IDPB, EDPB, EDTC, deskundigen of andere betrokken instellingen inzake de adviezen v.h. CPB.

32 Verplichtingen werkgever. (2) ( K.B.: art ) 4 Zo vlug mogelijk een conform gevolg geven aan de met algemene stemmen uitgebrachte adviezen van het CPB inzake ernstige risico's voor het welzijn van de WN s waarbij de schade dreigend is en geeft er een passend gevolg aan in geval van uiteenlopende adviezen. 5 Gevolg geven aan al de andere adviezen binnen de door het CPB gestelde termijn of, indien geen termijn is bepaald, uiterlijk binnen de zes maanden. De werkgever die niet overeenkomstig de adviezen heeft gehandeld, er geen gevolg aan heeft gegeven of gekozen heeft onder de uiteenlopende adviezen, deelt de redenen hiervan mede aan het comité.

33 Verplichtingen werkgever. (3) ( K.B.: art ) 6 De nodige middelen ter beschikking stellen van de leden van het CPB, waardoor zij de vastgestelde gevaren of risico's kunnen signaleren aan het rechtstreeks bevoegde lid van de hiërarchische lijn. 7 In het kader van de informatieverplichting stelt hij tevens een uithangbord of een ander geschikt communicatiemiddel ter beschikking waarmee alle WN s kunnen worden bereikt.

34 Advies of akkoord v.h. CPB? (1) Een akkoord is geen advies : er is een verschil! ADVIES: - veronderstelt niet noodzakelijk een meerderheid noch een gemeenschappelijk standpunt. AKKOORD: -> in de wetgeving staat niet of dit akkoord unaniem moet zijn of niet. Wanneer er een akkoord is, moet geregeld worden in het huishoudelijk reglement.(k.b. art. 31 sub.8 ) -> dat betekent dat een WG maar een maatregel kan nemen als het CPB akkoord gaat.

35 Advies of en akkoord v.h. CPB? (2) K.B.:art.19: - De WG geeft zo vlug mogelijk gevolg aan de adviezen v.h. CPB met betrekking tot ernstige risico's voor het welzijn van de WN s waarbij de schade dreigend is en geeft er een passend gevolg aan in geval van uiteenlopende adviezen. - De WG geeft gevolg aan al de andere adviezen binnen de door het CPB gestelde termijn of, indien geen termijn is bepaald, uiterlijk binnen de zes maanden. - De WG die niet overeenkomstig de adviezen heeft gehandeld, er geen gevolg aan heeft gegeven of gekozen heeft onder de uiteenlopende adviezen, deelt de redenen hiervan mede aan het CPB.

36 Akkoord of een advies v.h. CPB? (3) Belangrijk ADVIES! - K.B.: art.17 1 v.h. K.B. IDPB: WG vraagt aan CPB advies met betrekking tot : -> samenstelling van de IDPB; -> de technische en wetenschappelijke middelen, de lokalen en de financiële middelen, evenals het administratief personeel dat ter beschikking van de interne dienst wordt gesteld. - de WG geeft hieraan gevolg zoals bepaald in art.19 van het K.B.

37 Akkoord of een advies v.h. CPB? (4) Belangrijk AKKOORD! - art.17 2 v.h. K.B. IDPB: WG vraagt aan CPB akkoord met betrekking tot: -> de aanduiding, vervanging, verwijdering van de IPA s en vertrouwenspersonen; -> de minimumduur van de prestaties van de IPA s dermate dat de aan de IDPB toegewezen opdrachten ten allen tijde volledig en doeltreffend worden vervuld.

38 Secretariaat van het CPB. Wordt bij een verkozen CPB uitgevoerd door de IDPB. Secretariaatstaken zijn vermeld in art.24 van K.B. CPB. De volgende taken moeten, in elk geval, verzekerd worden door de PA die belast is met de leiding van de IDPB of, in voorkomend geval, de PA die belast is met de leiding van de afdeling : 1 de adviezen van het comité opstellen; 2 er voor zorgen dat de notulen van de vergaderingen worden opgesteld; 3 de vergaderingen bijwonen en er de nodige toelichtingen verstrekken; 4 er voor zorgen dat de andere taken vermeld in art.24 van het K.B. worden uitgevoerd.

39 Huishoudelijk reglement. (1) Is verplicht op te stellen om discussies te vermijden inzake de werking van het CPB. Dit reglement MOET verplicht de punten omvatten die staan vermeld in art. 31 van het K.B. Deze verplichte richtlijnen kunnen aangevuld worden met praktische regelingen en afspraken eigen aan het bedrijf, tussen WG, comitéleden en PA.!! Niet juridisch afdwingbaar voor openbare diensten, maar is wel aan te bevelen.

40 Bijzondere Economische & Sociale Bevoegdheden. (1) Wet van 23/4/2008 (B.S. 16/05/2008) tot aanvulling van de omzetting van de richtlijn 2002/14/EG tot vaststelling van een algemeen kader betreffende de informatie en de raadpleging van de werknemers in de EU. Doel van deze wet: 1 ste : volledige omzetting in Belgisch recht te verzekeren van die richtlijn, die een recht creëert voor de werknemers op informatie en raadpleging via hun vertegenwoordigers over bepaalde economische & financiële aspecten, werkgelegenheid, arbeidsorganisatie en arbeidsovereenkomsten.

41 Bijzondere Economische & Sociale Bevoegdheden. (2) 2 de : Zorgt ervoor dat recht op informatie en raadpleging over de materies bedoeld in 1 ste verzekerd is in de ondernemingen die tussen de 50 en 99 werknemers tellen en geen ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging hebben. Dit is een uitbreiding van de bevoegdheden van het CPW. De WG s van die ondernemingen zijn nu verplicht hun CPB te informeren en te raadplegen over economische & financiële toestand en toekomst van het bedrijf. (art.65bis 65undecies v.d. welzijnswet)

42 Bijzondere Economische & Sociale Bevoegdheden. (3) De uitoefening van het toezicht op de naleving van het geven van de economische en financiële aspecten van de onderneming berust NIET bij de ambtenaren van de arbeidsinspectie belast met het welzijn op het werk (TWW) maar wel bij de ambtenaren van de arbeidsinspectie belast met het toezicht op de sociale wetten (TSW) die ook bevoegd zijn voor de controle op de ondernemingsraad!

43 Rechtstreekse raadpleging van de werknemers. (1) Bij ontstentenis van een CPB en van een VA moet de WG zijn WN s zelf rechtstreeks raadplegen over zaken die hun welzijn op het werk aanbelangen. (art. 53 van de Welzijnswet) Artikelen 31bis tot 31quater van het K.B schrijven voor welke procedure hiervoor moet gevolgd worden. Communicatiemiddelen. -> WG moet register voorzien waarin WN s hun voorstellen, opmerkingen of adviezen in kwijt kunnen; -> Uithangbord of intern intranet om WN s te kunnen bereiken (hierop staan de gegevens van de EDPB en deze van de toezichthoudende ambtenaren!)

44 Rechtstreekse raadpleging van de werknemers. (2) 1 ste : Een welzijnsinitiatief uitgaande van de WG. - WG vraag advies aan hetzij zijn IDPB of EDPB. - WG licht zijn WN s in over het gegeven advies en zijn voorstel. - WN s krijgen 15 dagen de tijd hun opmerkingen en adviezen mede te delen via het register. - Zonder opmerkingen van de WN s is voorstel WG aanvaard. In ander geval houdt de WG rekening met de adviezen, zo niet moet hij zijn beslissing motiveren.

45 Rechtstreekse raadpleging van de werknemers. (3) 2de: Een welzijnsinitiatief uitgaande van de WN s. - WN s noteren hun voorstel in het daartoe bestemd register ofwel rechtstreeks aan de IDPB of aan de EDPB wanneer de WG zelf preventieadviseur is (= bedrijf met minder dan 20 WN s). - Indien de WN s gebruik maken van het register en de WG overweegt geen gunstig gevolg te verlenen aan de voorstellen, moet hij het advies inwinnen van de preventiedienst bevoegd voor het onderwerp van het voorstel, overeenkomstig de vermeldingen in het identificatiedocument van de IDPB.

46 Administratieve sancties. Art. 191 van de wet van 6 JUNI 2010 tot invoering van het Sociaal Strafwetboek (B.S.1/07/2010). Met sanctie van niveau 2 wordt de WG, zijn aangestelde of lasthebber bestraft indien deze: 1 de werking van het CPB verhindert; 2 de uitoefening van het mandaat van de vertegenwoordigers van de WN s in dat comité belemmert; 3 dat comité niet de inlichtingen verstrekt die hij daaraan moet verstrekken; 4 niet tot de verplichte raadplegingen van dat comité overgaat; 5 de uitoefening van het mandaat van de VA belast met de opdrachten van dat comité belemmert.

47 Vraag 1. Als een WG de samenwerking met zijn EDPB of EDTC wenst stop te zetten, wat moet men doen als bij de raadpleging van het CPB de verandering van EDPB of EDTC niet op de dagorde van de vergadering werd gezet en als in de notulen van de vergadering die beslissing niet wordt vermeld?

48 Antwoord op vraag 1. Om dat het voorafgaand advies van het CPB verplicht is, moet de verandering van EDPB of EDTC ingeschreven worden als een punt op de dagorde van de vergadering. Wat echter niet op de dagorde van de vergadering staat daarover kan geen advies worden gevraagd. In dit geval kan er geen gevolg worden gegeven aan de door de WG voorgestelde opzegging van de EDPB of EDTC. De notulen zullen, ééns een advies is gegeven, het advies van het CPB moeten vermelden. Het niet in de notulen vermelden van een advies betekent dat het niet tijdens de vergadering werd gegeven, want de notulen geven de inhoud van de vergadering weer.

49 Vraag 2. Als een WG de samenwerking met zijn EDPB of EDTC wenst stop te zetten, wat moet men doen indien de leden van de WN s afvaardiging in het CPB niet akkoord gaan met de verandering van EDPB of EDTC?

50 Antwoord op vraag 2. Indien de WN s afvaardiging niet akkoord gaat met de verandering, kan de WG zich neerleggen bij een gestemd al of niet akkoord; of hierbij vraagt de WG de tussenkomst van de met toezicht belaste ambtenaar van TWW. Deze ambtenaar hoort de betrokken partijen en poogt hun standpunten te verzoenen. Indien er geen verzoening wordt bereikt, verstrekt hij een advies dat aan de WG wordt medegedeeld. Binnen een termijn van 30 dagen, na de kennisgeving ervan, brengt de WG het CPB op de hoogte van dit advies. Vervolgens neemt de WG zijn beslissing. De WG die niet overeenkomstig

51 Vervolg antwoord op vraag 2. de adviezen heeft gehandeld, er geen gevolg aan heeft gegeven of gekozen heeft onder de uiteenlopende adviezen, moet de redenen hiervan aan het CPB mededelen.

52 Vraag 3. Moet de uitnodiging voor de vergaderingen van het CPB per brief gebeuren of kan dit per verstuurd worden?

53 Antwoord op vraag 3. Krachtens art.24 van het K.B. CPB is het secretariaat van het CPB er mee belast elk gewoon lid van het CPB minstens 8 dagen vóór de vergadering schriftelijk uit te nodigen. Een schriftelijke uitnodiging dient volgens het gewone spraakgebruik begrepen te worden als een uitnodiging per gewone brief. Het is evenwel mogelijk om de wijze van uitnodiging nader te preciseren door een bepaling op te nemen in het huishoudelijk reglement van het CPB. Krachtens art.31 sub.6 van het K.B. bevat het huishoudelijk reglement immers een punt betreffende de wijze waarop de leden van de vergadering worden opge-

54 Vervolg antwoord op vraag 3. roepen. Het is dus mogelijk om in het huishoudelijk reglement te bepalen dat de uitnodigingen worden verstuurd per . Dit lijkt des te meer mogelijk (en nuttig) wanneer het gaat om werknemers die geen vaste arbeidsplaats hebben of verdeeld zijn over diverse technische bedrijfseenheden of die weinig aanwezig zijn op hun thuisadres zoals piloten bijvoorbeeld.

55 Einde.