KORT VERSLAG VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE SOCIALE INFRASTRUCTUUR

Transcriptie

1 - C O N C E P T - KORT VERSLAG VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE SOCIALE INFRASTRUCTUUR, GEHOUDEN OP WOENSDAG 3 FEBRUARI 2010 OM UUR IN DE RAADZAAL VAN HET GEMEENTEHUIS IN ZEVENBERGEN Aanwezig: Verder aanwezig: Afwezig: K. van Schenk Brill, voorzitter N. Noteboom-van de Pol, lid W.M. de Pijper, lid H.C.A.M. Schouwenaars, lid J.H. Silvius, lid L.J.J. Smid, lid J.J.D. de Vos, lid F.W. Wozniak, lid M.M. van der Wijck-Helmer, lid W.F.L. Zoetemelk, lid H.D. Tiekstra, plaatsvervangend griffier Ir. E.L. de Vos (onderzoeker TNO) Dr. L. Naafs (Rekenkamer) Drs M.G. van Schadewijk (Rekenkamer) W. de Schipper (Rekenkamer) L.M. Koevoets, wethouder (agendapunt 4, 8.1) W.J.M. Vissers, wethouder (agendapunt 9.1, 10.1) A.Grootenboer-Dubbelman, wethouder (agendapunt 9.2, 11.01, 11.02) A. van den Broek-Nieuwlaat, verslaglegging C.V.H.J. Clarijs (met kennisgeving) I. d Hont-Kleijn (met kennisgeving) 1. Opening De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. 2. Vaststelling van de agenda Omdat er een inspreker is bij agendapunt 11.1 stelt de voorzitter dit punt te behandelen na punt 8.1. Voor agendapunt 8.1 zijn vertegenwoordigers van de Rekenkamer aanwezig. De heer Schouwenaars merkt over agendapunt 7 op dat er wel uitgaande stukken zijn waarop is ingetekend. Deze zijn aangeklikt nadat de agenda was samengesteld. De brieven worden gekopieerd en uitgedeeld. Deze brieven zullen na punt 8.1 en voor 11.1 behandeld worden. 3. Vaststelling van het verslag van de vergadering d.d. 16 december 2009 Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Mevrouw Van der Wijck-Helmer vraagt de wethouder via de actiepuntenlijst te laten weten wat de resultaten zijn van de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen Moerdijk. 1

2 Volgens de heer Schouwenaars had de wethouder toegezegd deze vergadering terug te komen op de voortgang inzake de schuldhulpverlening. 4. Toezeggingenlijst Volgens de heer Schouwenaars had de wethouder toegezegd deze vergadering terug te komen op de voortgang inzake de schuldhulpverlening. Wethouder Vissers meldt dat er momenteel een enorme toename van de vraag is naar schuldhulpverlening bij de gemeente en bij het meldpunt. Er wordt een extra kracht ingewerkt om te kunnen participeren in deze toeloop. Bovendien worden via Markenlanden vrijwillige thuisadministrateurs geworven. De extra middelen worden ingezet voor extra formatie. Wethouder Vissers laat de exacte cijfers toekomen via actiepuntenlijst. Volgens de heer Schouwenaars is de wet gewijzigd, waardoor de druk op de gemeente toeneemt. De wethouder zegt toe te formeren na het volgende overleg met De Markenlanden. De griffier zorgt ervoor dat de wethouder langs de gebruikelijke op de hoogte is van de actiepuntenlijst. Wethouder Vissers geeft aan dat de wetswijziging en de uitwerking daarvan naar de raad komen zodra die van kracht zijn. De heer Smid herinnert eraan dat in het voorjaar een evaluatie plaatsvindt van de hele materie zoals WWB, armoedebeleid, schuldhulpverlening etc en stelt voor tot een integrale behandeling in één agendapunt zoals jaarlijks gebruikelijk De voorzitter merkt op dat de informatievoorziening gewoon kan doorgaan, zodat aan de hand daarvan bekeken kan worden of erover gesproken moet worden. De heer Schouwenaars merkt op dat schuldhulpverlening om mensen gaat en dat daarbij geen achterstanden opgelopen mogen worden. Het blijkt dat bij het huidige verslag een aangepaste toezeggingenlijst is gevoegd, waarop nieuwe data zijn verschenen. Dit heeft te maken met het verschuiven van de vergaderdata. 5. Mededelingen 5.1 Door de voorzitter De voorzitter heeft geen mededelingen. 5.2 Vanuit het college Er zijn geen mededelingen vanuit het college. 6. Mogelijkheid tot vragen van inlichtingen aan leden van het college van burgemeester en wethouders, alsmede vragen naar aanleiding van beantwoording art. 37 vragen Er zijn vooraf geen vragen ingediend. 7. Ingekomen stukken brieven Stichting Vrienden van Fort de Hel Er ligt een viertal brieven aan Vrienden van Fort de Hel in concept gereed. De heer J. de Vos zegt vanmiddag antwoord te hebben gekregen op art.37 vragen van 31 december jl. wat hetzelfde blijkt te zijn als de vierde brief. De heer Schouwenaars stelt voor voorliggende brieven te vernietigen en een kort briefje te sturen dat de ontvangen brieven in handen van het college zijn gesteld. Met deze brieven wordt het dossier slechts gecompliceerder en de kans op overeenstemming kleiner. De voorzitter constateert dat het voorstel is om de voorgestelde beantwoording niet op deze wijze te doen plaatsvinden, maar door middel van een andere beantwoording. Mevrouw Noteboom-van de Pol is het eens met de heer Schouwenaars. Op 8 oktober is een motie aangenomen waarin de wethouder opdracht gekregen heeft tot behandeling. De heer De Pijper waarschuwt voor een nieuwe juridische procedure en is het eens met de zienswijze van de heer Schouwenaars en mevrouw Noteboom-van de Pol. Het betoog door de heer J. de Vos wordt betrokken bij het bespreken van de raadsinformatiebrief Stand van zaken naar aanleiding van Fort de Hel. 2

3 In het antwoord dat de heer J. de Vos vandaag ontving, staat dat de heer Kastelein zich niet wenst te gedragen in de geest van een goed exploitant. Waarom is de heer Kastelein geen goed exploitant? Gedurende de laatste 5 jaar zijn slechts enkele overtredingen opgemaakt door RND. Spreker wijst op de goede dingen die de exploitant voor het fort heeft gedaan. De heer J. de Vos vraagt de wethouder andere denkbare oplossingen voor Fort de Hel te noemen. Spreker roept op tot actie over te gaan, omdat alle ingrediënten al aanwezig zijn op het fort, met inbegrip van de beheerder en de Vrienden van het fort en vindt dat door overleg tot overeenstemming gekomen moet worden. De voorgestelde procedure loopt tot januari Spreker vraagt wat intussen moet gebeuren met het fort, de Vrienden van het fort en de heer Kastelein. Er zouden gesprekken gevoerd zijn met twee partijen, exploitanten dus, zegt spreker, en vraagt wie dat zijn en wat die van plan zijn. Bij sluiting per 1 april zullen forse schadeclaims volgen, denkt de heer J. de Vos. Hoe moet dat worden gefinancierd? Spreker bekruipt het gevoel dat de wethouder er een prestigekwestie van wil maken en roept op dat niet te doen, maar het dossier nog deze zittingsperiode naar ieders tevredenheid af te sluiten. De heer Zoetemelk vindt dat beantwoording een zaak van het college is, en wacht de uitvoering af. De commissie adviseert niet in te stemmen met de conceptbrieven, maar een andere wijze van beantwoording te kiezen, waarin de raad uitdrukkelijk de verantwoordelijkheid voor de gang van zaken rond de procedure bij het college wordt gelegd. Na overleg met de griffie komt een nieuw concept antwoord bij de raad terug. Wethouder Grootenboer-Dubbelman merkt op dat op 30 januari 2010 weer een brief is binnengekomen gericht aan de raad met 80 vragen. Zij vraagt om aan te geven hoe daarmee om te gaan om eventueel onnodig werk te voorkomen. De raad moet antwoorden aan de Stichting Vrienden van Fort de Hel op welke wijze met de ingekomen stukken wordt omgegaan. De voorzitter bereidt dit voor en legt dat voor aan het college. Omdat de raad moet instemmen met het concept antwoord, komt dit stuk terug bij de commissie. De heer Smid geeft aan dat een brief van een burger aan de raad ook door de raad beantwoord moet worden. De raad kan antwoorden aan de briefschrijver dat de raad het een zaak van het college acht en het college verzocht heeft daarop te reageren, zegt de voorzitter. Natuurlijk neemt de raad kennis van de wijze waarop het college daarop heeft gereageerd en kan bij afkeuring de beantwoording tegenhouden. 8. Behandeling collegevoorstellen van de raadsvergadering van 8.1 Rapport Rekenkamer Onderzoek Re-integratiebeleid. De heer Van Schadewijk van de Rekenkamer geeft een toelichting op het rapport. De heer Smid stelt de volgende vragen aan de Rekenkamer: - Is het benchmarkonderzoek in de vier onderzoeksgemeenten geweest of is er breder gekeken? - Er zijn geen raadsleden geïnterviewd, maar men heeft zich beperkt tot het ambtelijk apparaat, werknemers van instellingen en collegelede. Klopt dat? - Hoe kunnen werkmakelaars en casemanagers worden meegenomen in de voorgestelde beleidsnota? Casemanagers zijn voornamelijk gemeenteambtenaren en werkmakelaars zitten tussen het ambtelijk apparaat en de instellingen en werkgever in. Wat zouden wij als extra aandachtspunt in de beleidsnota kunnen meegeven om deze managers meer positie te geven? Hoe kan voorkomen worden dat deze mensen blijven zweven? De heer Schadewijk gaat hierop in. De benchmarkvraag heeft betrekking op de vier onderzoeksgemeenten. Dat komt in de koepelnotitie terug. Er zijn inderdaad geen raadsleden ondervraagd. De heer De Vos van TNO wijst op het grote belang van de functie van werkmakelaar bij de benadering van de werkgevers. Het is noodzakelijk voldoende in werkmakelaars te investeren. De consulenten in deze gemeente houden zich sterk bezig met het zorggedeelte, maar er zou meer geld beschikbaar gesteld kunnen worden voor werkmakelaars. Er is geen opleiding voor werkmakelaar, maar het moeten mensen zijn die goed met het bedrijfsleven kunnen omgaan. 3

4 Mevrouw Van der Wijck-Helmer merkt op dat het fenomeen werkmakelaar zich in 2009 heeft ontwikkeld. Deze werkmakelaars moeten erop toegelegd zijn meer druk uit te oefenen op P&O-afdelingen. Een andere benadering kan zijn volgens de heer De Vos, om als gemeente eisen te stellen aan het aantal te creëren arbeids- en stageplaatsen voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. De heer Naafs beaamt dat het gaat om recente ontwikkelingen. Jobcoaches, werkmakelaars en dergelijke functies, het oprichten van brancheservicepunten, samen met het UWV, tussen reïntegratiebedrijven zijn belangrijke ontwikkelingen om rekening mee te houden. In de koepelnotitie wordt niet alleen verder ingegaan op de vergelijking tussen de gemeenten, maar worden ook meer aanbevelingen gegeven rekening houdend met de economische recessie. Deze koepelnotitie komt op korte termijn beschikbaar. De heer Schouwenaars vraagt of een analyse is gemaakt van het gemeentelijk inkoopbeleid. Naar zijn mening worden in het inkoopbeleid al voorwaarden gesteld door de gemeente. Een van de aanbevelingen van de rekenkamer is om nadrukkelijker sociale bestekvoorwaarden bij aanbestedingsprocedure, zegt de heer Van Schadewijk, en ziet mogelijkheden daarin verder te investeren. De besteksvoorwaarden van 2009 zijn niet getoetst. De vragen van de heer Schouwenaars: - Is de reden onderzocht voor het ontbreken van echt reïntegratiebeleid in ? Is duidelijk geworden waarom dit in 2004 niet en in 2007 wel is gebeurd? - Is de door het college gekozen richting voor ict een begaanbare weg? Gebruikt het college op dit moment de juiste instrumenten om de verbeterslag te maken? De periode was voor de gemeente een leerperiode met de nieuwe wet, volgens de heer Van Schadewijk. Omdat nog naar de juiste vorm werd gezocht is gekozen voor de verordening en extra uitbesteden. Gedurende die periode kiest de gemeente voor de verantwoordelijkheid en trekt de regie naar zich toe. De getroffen maatregelen om te komen tot een betere ict, moeten snel geïmplementeerd worden om met elkaar te komen tot een discussie over de informatie die daaruit voortvloeit. Er is niet getoetst of de beschreven maatregelen de juiste zijn. De heer De Pijper vraagt of uit het nawoord blijkt dat de rekenkamer geprikkeld was door het antwoord van het college. Het beleid van de gemeente Moerdijk is in dit rapport centraal gesteld, zegt de heer Van Schadewijk, en dankt het college voor de reactie. De vragen aan het college: - waarom heeft men toe als zodanig gehandeld. Ging men uit van maatwerkaanpak of waren er andere redenen? (De heer J. de Vos) - Wat zijn de taken van casemanagers en waarom moeten die er komen? Kan dat niet via het UWV of derden? (De heer J. de Vos) - Voor werkmakelaars zijn voldoende bureaus zoals WVS Reïntegratie. (De heer J. de Vos) - Waar zit het werkgeversservicepunt, wie werken daar en wat kost het? (De heer J. de Vos) - Hoe zit het met ict in het gemeentehuis? Wat is de filosofie om te komen met iets wat niet werkt? Wanneer werkt het wel en wat gaat dat kosten? (De heer J. de Vos) - Wat heeft de gemeente gedaan of wat gaat er gebeuren met de opmerkingen in het nawoord? (De heer J. de Vos) - Hoe staat het momenteel met ict en hoe denkt het college dat in de toekomst op te lossen? (de heer Zoetemelk) - Jammer dat 2009 niet is meegenomen in het rapport. (de heer Zoetemelk) - Wat betekent de crisis voor onze gemeente? (de heer Zoetemelk) - Geef in de beleidsnota een samenvatting van de aandachtspunten en een visie op het gebied van reïntegratie en werk in het algemeen. (de heer Zoetemelk) - Het is van belang een tevredenheidsonderzoek zowel bij de klant als bij klantenorganisaties te doen. (de heer Zoetemelk) - De beleidsnota mag een verbeterplan zijn, maar de algemene inhoud moet op de raad gericht zijn. (de heer Zoetemelk) 4

5 - Er dient rekening gehouden te worden met het feit dat door de crisis er nogal wat reïntegratiezaken naar voren zullen komen. Hiervoor zal een budget gevonden moeten worden. Wat is het financiële plaatje van de beleidsnota? (de heer Zoetemelk) - Dit is meer een momentopname van de organisatie dan een evaluatie van de afgelopen jaren (de heer Schouwenaars) - De impact van het reïntegratiebeleid moet in combinatie worden gebracht met de WWB, schuldhulpverlening, het totale beeld van uitvallers en terugbrengers (de heer Zoetemelk) - Conclusie is dat er wel op macroniveau effect is, maar dat dit niet in beeld is op microniveau. (de heer Zoetemelk) - In 2004 is ervoor gekozen een algemeen beleid te volgen. Hoe verhoudt zich dat tot andere gemeenten? Wat was de omslag om het wel te gaan doen? (de heer Zoetemelk) - Ict is onvoldoende ondersteunend bij informatievoorziening. Is het opheffen van de projectgroep niet te voorbarig geweest? Welke motieven waren er om de projectgroep Werk en Inkomen op te heffen? (de heer Zoetemelk) - Beschikt de gemeente inmiddels over een nieuw informatiesysteem of is wellicht ervaring opgedaan om de juiste vragen te formuleren? (mevrouw Van der Wijck- Helmer ) - Hoe is de positie van de casemanagers? Beschikken we over voldoende capaciteit? Zijn deze managers in vaste dienst of is er sprake van veel wisseling? (mevrouw Van der Wijck-Helmer ) - Hoe ontwikkelen zich komend jaar de werkstagebanen? (mevrouw Van der Wijck- Helmer ) - Begeleiding en deelname op de arbeidsmarkt wordt door WVS uitgebreid. Betekent dit dat de zwaksten van onze samenleving thuis komen zitten? Waar kunnen zij terecht? Wie neemt dat voor zijn rekening? (mevrouw Van der Wijck-Helmer ) - Lopen we met dit rapport niet achter de feiten aan? Zullen de leerwerkstages voldoen? Hoeveel mensen zullen een beroep doen op de bijstand? Houden kleine zelfstandigen hun hoofd boven water? Zal regionalisering in combinatie met een geïntegreerde samenwerking van het UWV zijn vruchten afwerpen? Hoe is de toestand in juni 2010? (mevrouw Van der Wijck-Helmer ) - Wat is er vanaf 2008 tot op heden verbeterd? (de heer De Pijper) - Zijn er al aanbevelingen uit dit rapport in uitwerking? (de heer De Pijper) - Doen reïntegratiebedrijven het werk van werkmakelaars niet? (de heer De Pijper) - Zijn de cijfers die we hebben gekregen werkelijk juist? Beleid moet gemaakt worden met juiste cijfer. Wanneer is dat op orde en komt er duidelijkheid over? (de heer De Pijper). Wethouder Vissers antwoordt op de vragen. Vraag naar doelmatigheid en doeltreffendheid is terecht. Investering in mensen verdient zichzelf terug doordat dezen uit een uitkering worden gehouden. Over de ict-problematiek is de raad regelmatig op de hoogte gebracht. Tijdens de pogingen, samen met 30 andere gemeenten om de leverancier te bewegen tot repareren, heeft de eigen ict-afdeling ondersteuning gegeven om te bezien welke informatie wel verkregen zou kunnen worden. De samenwerking met de Sociale zaken van Zundert en Etten-Leur, die een ander systeem gebruiken, geeft weer andere problemen. De cijfers worden momenteel gedeeltelijk handmatig verkregen, waardoor er fouten in kunnen zitten. Er is behoefte aan zowel individuele als totaaloverzichten, waarbij ook geselecteerd zou moeten kunnen worden op kenmerken, soorten trajecten en dergelijke. Een ander systeem aanschaffen is niet direct een oplossing vanwege de grote investeringen en het feit dat onze architectuur daarop niet is ingesteld. De leverancier van het programma heeft de verplichting te zorgen dat het werkt. In Moerdijk is ervoor gekozen eerst verordeningen vast te stellen en daarna het beleid, dit om eerst ervaring op te doen met de wet. 5

6 Er is een handboek Sociale Bestekvoorwaarden. Er wordt door de gemeente duurzaam en sociaal ingekocht. Inmiddels is er een handreiking voor al degenen die zich bezighouden met interne en externe projecten. Daarin is duidelijk gedefinieerd welke mensen op welke voorwaarden in aanmerking kunnen komen, variërend van SW-ers tot jongeren op de bouwplaats. De handreiking is onderweg naar het college en komt ter inzage in de leeskamer. Invulling van de regionalisering staat centraal in 2009, vooral door het Werkplein in Etten- Leur waar de dienstverlening integraal gemaakt moet worden en zo goed mogelijk op elkaar afgestemd wordt. Bij het Werkservicepunt werken ook werkmakelaars, die de bedrijven ingaan om de mogelijkheden te bezien en mogelijke subsidies onder de aandacht te brengen. Er is vacatureoverleg, er zijn loopbaanadviseurs, een mobiliteitsadviseur voor mensen die dreigen werkloos te worden, eigen consulenten die op het Werkplein werken vanuit UWV of CWI en vanuit de gemeente die helpen op het reïntegratietraject. Ook zijn er binnen de gemeente de casemanagers in vaste dienst. Er is extra formatie vanuit onder andere jeugdwerkloosheidgelden. Zij begeleiden mensen naar werk. Als dat niet lukt moeten deze mensen op een andere manier ondersteund worden. Dit doen ook de casemanagers. Om te zorgen dat er voldoende werkaanbod komt voor ons eigen werkgelegenheidsproject is ook een casemanager verantwoordelijk. Er is een aantal zaken op gang gebracht en 2009 is belangrijk om te bekijken of de maatregelen de gewenste effecten hebben. De aanbevelingen van de beleidsnota arbeidsmarkt zijn en worden overgenomen. Duidelijk moet in beeld komen wat er speelt, vanaf de recessie tot wellicht herdefiniëren van de participatieladder, ook gezien de toename van het aantal cliënten. Hoe kan het forenzen teruggebracht worden, welk profiel heeft onze arbeidsmarkt, kunnen we daarop inspelen met onderwijs? Er worden tevredenheidonderzoeken gedaan. Het laatste rapport dateert van enkele maanden geleden. De wethouder zal nagaan wat ermee is gebeurd. Ieder kwartaal maakte de projectgroep een rapportage. Besloten is aan te sluiten bij de bestuursrapportages. Dit heeft niets te maken met het ict-verhaal. De projectgroep wordt heringericht om de uitvoering van het beleidsplan te volgen. De subsidies die in het regionaal platform arbeidsmarkt zijn aangevraagd voor de jeugdwerkloosheid en het plan West-Brabant werkt door komen binnen via het Werkplein. De gemeente moet daarop inspringen, er gebruik van maken en er zijn bijdrage aan leveren. In het plan jeugdwerkloosheid staat welke resultaten beoogd worden met de diverse trajecten en wat de resultaten zijn. Deze cijfers kunnen ter inzage komen als daarop prijs wordt gesteld. In juli 2010 zullen alle resultaten beschikbaar komen. Sinds de verandering van de wet horen SW-ers onder verantwoordelijkheid van de gemeente. Vorig jaar zijn veel SW-ers via een arbeidscontract van de wachtlijst van het Werkvoorzieningsschap gehaald. Zij doen werk in WVS-verband bekostigd door de gemeente ten laste van een deel van het reïntegratiebudget. Op opmerkingen van mevr Van der Wijck-Helmer en de heren Schouwenaars en Smid geeft Wethouder Vissers aan dat de SW als reïntegratiedoelgroep veel zorgen geeft. Enerzijds biedt de gemeente SW-ers veel werk, anderzijds betaalt de gemeente extra om mensen die niet in het bedrijfsleven met begeleiding kunnen werken de mogelijkheid te geven in een beschermde omgeving te werken. De sociale werkbedrijven met de grootste wachtlijsten hebben de meeste plaatsen toegewezen gekregen. Omdat in Moerdijk de wachtlijst klein was en het geen stedelijk gebied is, is de werkgelegenheid bij WVS sterk afgenomen. Om de meest kwetsbare groep te helpen, is het huidige beleid ingezet. In tweede termijn: De heer Schouwenaars vraagt of erop toegezien wordt of aan de inkoopvoorwaarden voldaan wordt. Omdat dit probleem werd onderkend is de handleiding geschreven, zegt wethouder Vissers. De voorzitter merkt op dat die handleiding ter inzage komt en dat het tevredenheidrapport via een raadsinformatiebrief aan de raad wordt aangeboden. De raad dient het voornemen aan te geven wat te doen met dit rapport. Wordt het college opgedragen de aanbevelingen uit te voeren of wordt er slechts kennis van genomen. Wat is het advies van de commissie aan de raad? 6

7 De heer Schouwenaars stelt voor het rapport voor kennisgeving aan te nemen, aangezien de wethouder aangeeft bezig te zijn met bijna alle aanbevelingen. Zonodig kan de koepelnotitie met dit rapport in verband gebracht worden. De heer Smid geeft aan dat de raad achter het onderzoek naar reïntegratie stond en als raad moet aangegeven wat het vervolg moet zijn. Spreker vindt dat het rapport bij de evaluatie betrokken moet worden. Een aantal zaken komt terug in rapportvorm. De voorzitter constateert dat: het advies van de commissie aan de raad is het rapport voor kennisgeving aan te nemen het college aan het werk is met de gedane aanbevelingen de commissie graag bij de evaluatie dit rapport wil betrekken om te zien wat de stand van zaken van de aanbevelingen is als de koepelnotitie verschijnt bekijken welke punten daaruit nog van belang zijn hiervoor. De griffier zal dit advies formuleren voor de raad, die er vervolgens een beslissing over kan nemen. Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling Steraanduiding raadsagenda: Actiepunten: Toezeggingen: Nee De portefeuillehouder zal: 1. Handreiking bij Handboek Sociale Bestekvoorwaarden ter inzage leggen 2. Per raadsinformatiebrief informeren over het tevredenheidsrapport Niet van toepassing 9. Behandeling overige voorstellen van de raadsvergadering van 25 februari 2010 ter advisering van de gemeenteraad 9.1 Advies aan Commissariaat voor de Media over zendtijdtoewijzing lokale omroep. - Kan een andere tijdslimiet dan 5 jaar worden gehanteerd teneinde druk uit te oefenen om de programmaraad op orde te krijgen? (de heer Schouwenaars) - Wat gebeurt er om de programmaraad compleet te krijgen? (de heer Schouwenaars) De voorzitter geeft aan dat inmiddels een brief is ontvangen waaruit blijkt dat een van de twee vacatures, namelijk die voor onderwijs en educatie, is vervuld. - Moet het feit dat er geen evenredige afvaardiging is in de brief worden opgenomen? (mevrouw Van der Wijck-Helmer) Wethouder Koevoets, die waarneemt voor wethouder De Wit-Greuter, merkt op dat er niet meer vrijwilligers zijn, komt het college met dit voorstel. RTVM doet naar de mening van het college zijn best. De meeste vertegenwoordigers komen uit Fijnaart. De termijn van 5 jaar is wettelijk. De gemeente kan tussentijds aan RTVM vragen hoe de voortgang is.. De heer De Pijper merkt op dat de brief moet worden aangepast aan het feit dat een vacature inmiddels is vervuld. Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling Steraanduiding raadsagenda: Actiepunten: Toezeggingen: Ja Advies commissariaat van de Media over RTVM Concept brief aanpassen i.v.m. inmiddels ingevulde vacature in PBO. Niet van toepassing 9.2 Financiering van een gedeelte van de parkeervoorziening en onderliggende grond ten behoeve van de realisering van de brede school De Neerhof in Bosselaar-Zuid (project 127). Vragen aan de wethouder: - Waarom is dit niet meegenomen bij het maken van het bestemmingsplan? (de heer De Pijper) - Waar haalt de wethouder de dekking vandaan anders dan uit de algemene reserve? (de heer De Pijper) - Of de genomen beslissingen en de gekozen verdelingen juist zijn zal moeten blijken uit de evaluatie. (mevrouw Van der Wijck-Helmer) 7

8 - Waarom wordt dit besluit nu pas aan de raad voorgelegd? (de heer Schouwenaars) - Graag uitleg over de parkeernorm (de heer Schouwenaars) - Kijk naar een meer waterdoorlatende bestrating (de heer Schouwenaars) - Is de reden van deze constructie gelegen in het feit dat er in de wijk meer woningen zijn voorzien dan aanvankelijk gepland? (de heer J. de Vos) - Betaalt de projectontwikkelaar mee aan deze parkeervoorziening? (de heer J. de Vos) - Zijn er nog meer verrassingen te verwachten? (mevrouw Silvius) Wethouder Grootenboer-Dubbelman denkt niet meer verrassingen te hoeven verwachten. Meenemen in het bestemmingsplan is mogelijk, maar er moeten afspraken worden gemaakt wie wat betaalt. De gehanteerde norm is hoog, en in het openbaar gebied is onvoldoende ruimte, waardoor de parkeergelegenheid gerealiseerd moet worden op het stuk dat eigendom is van de gemeente. Het college vindt het daarom redelijk dat de gemeente de kosten voor haar rekening neemt. Volgens de heer De Rijck heeft het aantal woningen in het bestemmingsplan Bosselaar- Zuid en de bekostiging van de parkeervakken niets met elkaar te maken. Met de ontwikkelaar van Bosselaar-Zuid zijn afspraken gemaakt over de levering van 4500 m2 grond tegen een prijs die beduidend lager is dan de grondprijs die gehanteerd wordt voor scholen. Die grond is volledig nodig voor de realisatie van de school. Een aantal parkeervakken kunnen in het openbaar gebied worden gerealiseerd. De normvergoeding voor een school voorziet niet in de infrastructuur. De kosten van het aanleggen van bijna de helft van de parkeervakken die nodig zijn volgens de norm zijn al voor rekening van de ontwikkelaar. Meer is contractueel niet mogelijk. De raad moet toestemming geven voor het budgettaire kader en daarna vindt de ondertekening plaats van de overeenkomst. Wethouder Grootenboer-Dubbelman wijst erop dat dit de derde brede school is in de gemeente. Als voldaan moet worden aan zoveel mogelijk medegebruik, moet aan de parkeernorm worden voldaan. In tweede termijn: De heer Smid merkt op dat de exploitatie van de sporthal/gymzaal nog voor verrassingen kan zorgen. De heer Schouwenaars zal zich nog nader laten informeren over de normering, en wijst op zijn nog openstaande vraag over waterdoorlatende verharding. Wethouder Grootenboer-Dubbelman zal het advies van de heer Schouwenaars meenemen, maar wijst erop dat in de wijk een behoorlijke waterpartij is voorzien als waterberging. Advies commissie: Akkoord met raadsbehandeling Steraanduiding raadsagenda: Ja Actiepunten: Niet van toepassing Toezeggingen: Niet van toepassing 10. Overige voorstellen voor de raadsvergadering van 25 februari 2010 ter advisering van de gemeenteraad: 1. Investeringsraming uitbreiding Milieu Educatief Centrum De heer De Pijper geeft een toelichting op de kostenraming zoals die door hem is ingebracht en de manier waarop die tot stand is gekomen. Spreker geeft aan noch het bureau noch de wethouder in diskrediet te hebben willen brengen, maar geschrokken te zijn geweest van de grootte van de bedragen. De huidige bouwkostenraming is ruim genomen. Er ligt een voorstel voor van ongeveer een ton. Is het voor de commissie haalbaar om dit verder uit te werken? De heer Zoetemelk wil eerst de mogelijkheden bekijken met de nieuwe bibliotheek voordat hieraan vervolg wordt gegeven, ongeacht de gemoeide bedragen. Mevrouw Silvius vindt dat eerst de volgende bezuinigingsronde moet worden afgewacht, maar staat niet afwijzend tegenover het voorstel. De heer Wozniak is van mening dat ieder zijn eigen werk moet doen. Spreker is het eens met de heer Zoetemelk en is tegen het voorstel. Mevrouw Van der Wijck-Helmer en de heer Smid sluiten zich aan bij de heer Zoetemelk. De heer Schouwenaars vindt dat er momenteel geen beslissing over genomen moet worden. 8

9 Wethouder Koevoets heeft met belangstelling de raming van het timmerbedrijf doorgenomen en besproken. Na een aanbesteding zijn de kosten pas bekend. de wethouder is het eens met de afweging bij ruimtegebrek de bibliotheek in te zetten. De heer De Pijper houdt het voorstel in portefeuille. Dit onderwerp zal niet aan de raad worden voorgelegd. Advies commissie: Niet akkoord met raadsbehandeling Steraanduiding raadsagenda: Niet van toepassing Actiepunten: Niet van toepassing Toezeggingen: Niet van toepassing 11. Raadsinformatiebrieven 01. Stand van zaken naar aanleiding van Fort de Hel ( ). De heer Kastelein spreekt in. (zie bijlage) De heer De Pijper vraagt: zijn er bemiddelingsgesprekken geweest en zo ja hoeveel? Volgens de heer Kastelein zijn er 2 gesprekken geweest. In beide gesprekken werd medegedeeld dat we niet bij het proces betrokken zouden worden, maar dat achteraf meegedeeld zou worden over het ingenomen standpunt, zegt spreker. De voorzitter bedankt de inspreker. Voorts wordt overgegaan tot bespreking van de raadsinformatiebrief. De volgende vragen worden gesteld aan de wethouder. - Betreffende de raadsinformatiebrief van 22 december 2009: wat zijn de ambtelijke en juridische kosten die daarin worden genoemd? (mevrouw Silius) - Wat zijn de kosten van de handhavingsambtenaren die ingezet worden bij het fort? (mevrouw Silius) - Klopt het dat er sprake is van een nieuwe exploitant en is deze een bekende van de klager rond Fort de Hel? (mevrouw Silius) - De wethouder heeft geen invulling gegeven aan de motie die de raad heeft vastgesteld, waarin werd opgeroepen tot overleg (de heer De Pijper). - Hoeveel keer heeft de gemeente rechtszaken gewonnen en hoeveel keer verloren? (de heer De Pijper) - Klopt het dat bij de laatste uitspraak slechts de heer Copier gelijk heeft gekregen en dat de rechter toen heeft aangegeven dat slechts gewerkt mocht worden volgens de geldende bestemmingsplanregels? (de heer De Pijper) - Gaat het om de Stichting of om de persoon de heer Kastelein? (de heer De Pijper) - Er is sprake van een vertrouwensbreuk. De raad moet hierover een uitspraak doen, maar zich richten op het voortbestaan van het Fort binnen de geldende kaders (mevrouw Van der Wijck-Helmer). - Is het nodig weer een nieuwe visie op te stellen aangezien er al een visie over de drie forten bestaat (mevrouw Van der Wijck-Helmer) - Tot nu toe heeft iedereen alleen verloren en hoe kunnen we dat omzetten in winst? (de heer Schouwenaars) - De grote fout is dat er te weinig met elkaar is gesproken. (de heer Schouwenaars) - Wat zijn nu eigenlijk de geldende kaders? (de heer Schouwenaars - Dat de heer Kastelein naast beheerder ook lid is van het bestuur van de stichting en onderhuurder is, is al een basis voor een juridische kwestie. (de heer Schouwenaars) - Na het beëindigen van de huurovereenkomst zijn schadeclaims te verwachten. (de heer Schouwenaars) - Er kan nu al gestart worden met het ontwikkelen van een nieuw bestemmingsplan en het stappenplan uitzetten. Betrek bij het opstellen van de ontwikkelingsrichting de stichting niet maar wellicht wel de heer Kastelein.(de heer Schouwenaars) - De posters in Willemstad geven het beeld dat er een gevecht is over het bestaan van Fort de Hel. Dat beeld moet rechtgezet worden. (mevrouw Noteboom-van de Pol) - Afspraken tussen beide partijen werden en worden niet goed nageleefd. (mevrouw Noteboom-van de Pol) - De opdracht in de motie is in gesprek blijven. (mevrouw Noteboom-van de Pol) - Laat de kunstenaar zijn kunsten blijven doen en stel een beheerder aan voor de zakelijke aspecten en maak duidelijke afspraken. (mevrouw Noteboom-van de Pol) De voorzitter herinnert eraan dat de heer J. de Vos zijn betoog voor de pauze heeft gehouden. 9

10 Wethouder Grootenboer-Dubbelman constateert dat er geen grote verschillen van mening zijn, maar dat het gaat om de manier waarop. In de raadsinformatiebrief wordt aangegeven wat het college aan stappen wil ondernemen om voor Fort de Hel een goed duurzame toekomst te garanderen met de mogelijkheid tot activiteiten die wettelijk mogelijk zijn. De kaders daartoe worden gevormd door het bestemmingsplan, dat momenteel niet veel toelaat. Een ruimere interpretatie werd door de rechter niet toegestaan. Om duidelijkheid te creëren over de mogelijkheden is het stappenplan voorgesteld. Na goedkeuring van de visie door de raad kan een nieuw bestemmingsplan gemaakt worden. Na het doorlopen van het hele proces, waarbij ook de omwonenden gehoord moeten worden, kan een goede basis voor het bestemmingsplan gelegd worden. Die basis ontbreekt momenteel, waardoor geschillen over inzicht blijven bestaan. Als er verzoeken komen tot handhaving is dat een wettelijke plicht. Er moet vooral getracht worden het fort te behouden, binnen de regels. Het verbaast de wethouder dat met name Onafhankelijk Moerdijk op het initiatiefvoorstel van de PvdA over verruiming van de geluidsbelasting bij evenementen als eerste heeft gewezen op de belangen van de omwonenden als belangrijkste partij, terwijl dezen bij Fort de Hel niet worden gezien als belangrijkste partij. Als deze kwestie niet goed geregeld wordt, zal de wet leidraad zijn en zullen rechtszaken onontkoombaar zijn. Doel is genieten van al het goede dat de drie forten in de gemeente bieden op een juiste manier. Het is zeker geen prestigekwestie. In voorgaande periode hebben de juridische kwesties een kwart miljoen gekost. Er is geen nieuwe exploitant. Het college is in gesprek met partijen die meedenken om tot een oplossing te komen en daarin iets willen betekenen. De wethouder kent geen kennissen van de klager. De conclusie van de heer De Pijper dat de motie niet wordt gevolgd, vindt de wethouder voorbarig. De motie vroeg te bekijken of de relatie met de stichting hersteld kan worden. Voortdurend is gezocht naar oplossingen, die passend moeten zijn voor alle partijen, maar die niet aan ieders wensen volledig tegemoet zullen komen. Gevraagd is aan de stichting om geduld te hebben en te wachten tot begin maart voor bespreking van de voorgedragen oplossing. Conform het stappenplan zullen besluiten eerst aan de raad worden voorgelegd, waarbij de visie van de gemeente voorop staat bij het opstellen van het bestemmingsplan. Als andere procedures aanspannen of verzoeken aan de wettelijke plichten te voldoen, zal de gemeente daaraan vervolg moeten geven. De wethouder ziet de posters als uiting van steun voor het behoud van de forten. Een kwestie van interpretatie. Het beeld dat de gemeente Fort de Hel wil laten verdwijnen wil de wethouder veranderen, omdat dat niet de bedoeling is. De opties zoals door enkele commissieleden zijn aangedragen, worden meegenomen bij het zoeken naar een oplossing. De wethouder hoopt tijdens de bespreking van begin maart met de stichting en andere belanghebbenden dichtbij een oplossing te komen. Waar het sneller kan zal dat gedaan worden, maar de bestemmingsplanprocedures kunnen niet sneller dan de wet voorschrijft. In tweede termijn: - Kijk nog eens naar de verschillen die worden gemaakt bij het verstrekken van vergunningen (de heer J. de Vos) - De posters zijn een steunbetuiging aan de beheerder, vindt mevrouw Silvius - De termijn tussen de afspraak in maart en opzegging van de huur per 1 april is erg kort (mevrouw Silvius) - Gaat het om de stichting of om de heer Kastelein? (de heer De Pijper) - De strekking van de motie is kijken naar mogelijkheden om met de huidige stichting tot een oplossing te komen. Is er een constructie te bedenken om het fort in de huidige vorm te behouden? Zonder inzet van de heer Kastelein en de stichting zou het fort er nu heel anders uitzien. (de heer De Pijper) - Vervolg op de ingeslagen weg (mevrouw Van der Wijck-Helmer) - Advies aan de heer Kastelein: laat de zakelijke kant aan een ander over. (mevrouw Van der Wijck-Helmer) - In de praktijk wordt langs elkaar heen gepraat. (de heer Schouwenaars) - Blijf met elkaar in gesprek en maak onderscheid tussen verleden, heden en toekomst. (de heer Schouwenaars) - Het fort moet doorontwikkelen. (de heer Schouwenaars) - Er moeten objectieve maatstaven aangehouden worden bij handhaving. (de heer Schouwenaars) 10

11 - Verplaats de datum van huurbeëindiging naar achter, bijvoorbeeld 1 juni, zodat de nieuwe raad naar de kwestie kan kijken. (de heer Wozniak) - 1 april zal niet haalbaar zijn maar het komt de geloofwaardigheid niet ten goede om die datum te verplaatsen. (de heer Schouwenaars) - Maak een scheiding tussen beheerder en stichting adviseert mevrouw Noteboom-van de Pol richting de heer Kastelein, want het is onmogelijk alles goed te doen, en beperk je tot het kunstenaarschap. Wethouder Grootenboer-Dubbelman roept op tot vertrouwen in het college inzake het oplossend vermogen en gun de tijd voor een gedegen oplossing. Voor een horecaonderneming gelden andere maatstaven, maar ook daar wordt opgetreden als normen worden overschreden. De wethouder spreekt Onafhankelijk Moerdijk aan op het feit dat aan de ene kant wordt gezegd dat de omwonenden de belangrijkste partij zijn, maar dat in het dossier Fort de Hel door Onafhankelijk Moerdijk niet over omwonenden wordt gesproken. Bovendien gaat het niet om een persoon, maar om meerdere omwonenden die regelmatig vragen handhavend op te treden. Het gaat het college om Fort de Hel en om de inwoners en hoe kan aan ieders belangen tegemoet worden gekomen. Bekeken wordt of de stichting of de heer Kastelein een plaats kan krijgen bij de nieuwe oplossing. De heer De Pijper haalt de opmerking van de heer Kastelein aan, waarbij wordt aangegeven dat er momenteel niet met de stichting wordt gepraat en vraagt om de stichting bij de discussie te betrekken. Het college neemt de visie van Fort de Hel mee bij de zoektocht naar een oplossing, geeft wethouder Grootenboer-Dubbelman aan. Getracht wordt uit te leggen waar men mee bezig is en eventuele wijzigingen in plannen en intenties van de stichting mee te nemen in het vervolg. Er is echter geen sprake van discussie. Er wordt gewerkt aan een oplossing, die echter ook in maart nog niet volledig klaar zal zijn als deze aan de raad wordt gepresenteerd. De gesprekken vinden plaats in goede sfeer, maar het blijkt moeilijk te zijn elkaar steeds goed te begrijpen. De voorzitter vraagt in hoeverre en op welke tijdstippen de raad nadere informatie mag verwachten omtrent de voortgang van de gesprekken. Wethouder Grootenboer-Dubbelman zegt toe voor 1 april de raad te informeren over de stand van zaken. De heer Kastelein vraagt wat de boodschap moet zijn aan de medewerkers van het fort, en geeft aan dat goed beheer door alle uitstel moeilijk wordt. De voorzitter sluit het agendapunt af. 02. Plan van aanpak Waterland! ( ). De heer J. de Vos merkt op dat slechts melding wordt gemaakt van mogelijkheden en niet van bedreigingen langs de waterkant. Spreker vraagt de raad de belangen van de gemeente in te brengen waar zich dat voordoet. Mevrouw Silvius vindt het plan erg ambitieus en wil eerst de bezuinigingen afwachten. Spreekster vraagt of ook andere belanghebbenden een vermelding op de bordjes krijgen of dat dit alleen voor de sponsors is bedoeld. De heer Smid wijst erop dat ooit gevoteerd was voor ontwikkeling langs het water, maar dat dit bedrag inmiddels is wegbezuinigd. Worden de particuliere havens meegenomen, vraagt de heer De Pijper. Zijn er compenserende maatregelen voor natuur en milieu? Op dit moment wordt geen krediet gevraagd, zegt wethouder Grootenboer-Dubbelman. Dit is een uitwerking van hoe het zou kunnen zijn voor het aangaan van gesprekken met marktpartijen en particulieren, dus ook particuliere havens. Bekeken wordt hoe partijen bij elkaar gebracht kunnen worden en of er subsidies aangevraagd kunnen worden. De vraag betreffende de bordjes is een uitwerkingsvraag, die nog niet aan de orde is. Er wordt samengewerkt met een aantal omliggende gemeenten. Ontwikkelingen die van hogerhand worden geïnitieerd zullen ingepast moeten worden. Waar mogelijk moeten de eigen belangen behartigd worden. 11

12 12. Sluiting Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering om uur met de mededeling dat dit de laatste commissievergadering Sociale Infrastructuur in deze samenstelling was. De voorzitter dankt de aanwezigen voor de prettige samenwerking tijdens deze zittingsperiode. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van commissie Sociale Infrastructuur d.d. 24 maart 2010, de plv. raadsgriffier, de voorzitter, H.D. Tiekstra K. van Schenk Brill 12

13 ACTIEPUNTENLIJST VERGADERING COMMISSIE SOCIALE INFRASTRUCTUUR D.D. 3 FEBRUARI 2010 Nr. Actiepunt Afdeling Uiterlijke afdoening 1. N.a.v. actiepuntenlijst Nadere informatie aan commissie over situatie met betrekking tot de schuldhulpverlening, waarbij met name wordt gekeken naar discrepantie tussen de toename van aanvragen bij de kredietbank en het feit dat er bij Markenlanden geen toename is. RMO Verordening in het kader van de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen Moerdijk: Kan een wat duidelijker beeld worden gegeven wat de resultaten zijn van de regelgeving? RMO 3. Advies commissariaat van de Media over RTVM Concept brief aanpassen i.v.m. inmiddels ingevulde vacature in PBO. Griffie

14 TOEZEGGINGENLIJST COMMISSIE SOCIALE INFRASTRUCTUUR PER 03 FEBRUARI 2010 Onderwerp Datum Vergadering Omschrijving Ph Datum uitvoering 1 Verordeningen in het kader van de Wet WIJ De verordeningen worden in februari 2010 opnieuw geagendeerd. Vi Juni Gewijzigde verordeningen reïntegratie, handhaving en cliëntenparticipatie WWB De gewijzigde verordeningen worden in februari 2010 opnieuw geagendeerd. Vi Juni Notitie inzake lange termijn visie op onderwijshuisvesting en onderwijskundige visie van schoolbesturen / Notitie ter bespreking voorleggen aan de commissie en schoolbesturen uitnodigen voor overleg met commissie. Gr 2 e kwartaal Onderzoek Reïntegratiebeleid Handreiking inkoopbeleid ter inzage leggen 2. Klanttevredenheidsonderzoek via RIB ter informatie aan de raad aanbieden Vi Februari 2010 Ph = portefeuillehouder 14

15 Bijlage INSPREEKREACTIE F. KASTELEIN Wat is de geheime agenda van de Gemeente Moerdijk? Macht, onkunde, printproblemen, geldverkwisting, foute beoordelingen, niet communiceren, uitstellen, uitstellen, en nog eens uitstellen. Dit alles past in het dossier van Fort de Hel. De vraag is aan u, voorzitter, wilt u dit? Het Fort krijgt een laatste kans, en daar zijn we heel dankbaar voor. Is het voor kinderen niet heel essentieel dat ze buiten spelen? De kinderen die speelden op het Fort tijdens herfstvakantieweek hebben de laatste kans verpest. De rechter heeft uitgesproken dat we onbeperkt personen mogen ontvangen op het Fort. Voor het college zijn spelende kinderen geen mensen. Al circa 7 jaar verbaast ieder zich over alle procedures rond Fort de Hel. In alle andere gemeentes worden creatieve mensen gemotiveerd, gestimuleerd met speciale kunstenaarsbroedplaatsen. Deze broedplaatsen zijn plaatsen waar kunstenaars kunnen vertoeven, hun creaties kunnen maken en kunstenaars kunnen zijn zoals alleen kunstenaars dat kunnen. Ik dacht dat Fort de Hel ook zoiets was en dat dachten we allemaal. Iedereen ervaart het fort als iets bijzonders, iets speciaals. Men denkt dat wij het speciaal hebben gemaakt. Maar wat schetst onze verbazing: we lezen in BN/De Stem dat alle activiteiten in de toekomst mogen doorgaan, procedures worden gelegaliseerd, en zelfs uitgebreid, maar zonder de stichting. Zonder enig eigen belang hebben wij onze aandacht altijd gericht op alles wat positief is. Leuke creatieve dingen, educatieve dingen, kunstzinnige dingen. De strijd gaat niet meer om het belang van het fort, maar om een vete van het college. De kunst van het leven. Naast exposeren van kunst wil de locatie toegankelijk maken voor iedereen, snel volgden feestjes en partijen, de nacht van de poëzie, oefeningen van het leger, educatieve programma s voor scholen en toneelvoorstellingen. In 2007 dachten we: nu zijn we er. Er was een vaststellingsovereenkomst en de plannen waren duidelijk, de afspraken waren gemaakt. Ook hebben we veel tijd en energie gestoken in het formaliseren van het fort. We hebben toiletten aangelegd, we hebben alle vergunningen aangevraagd. Maar wat schetst onze verbazing, het college is helemaal niet blij met die vergunningen, want nu is het niet reëel meer om de Stichting van het Fort af te zetten. De schade is heel hoog, niet alleen de financiële schade. In 2007 hadden we 7 mensen van de reïntegratie bij ons werken en deze mensen kunnen nu helaas niet meer op het fort werken omdat de afspraken uit de vaststellingsovereenkomst niet zijn nagekomen. Uit de stukken die het college heeft moeten afgeven, blijkt dat alle scenario s vooraf door het college bedacht en geëvalueerd zijn. Zij hebben er zelfs rekening mee gehouden, dat de raad wel eens moeilijk zou kunnen gaan doen en zij hebben zelfs geëvalueerd dat ik hier nu zit. Nu zijn we ook bij de kern van de zaak. De stichting uit het fort zetten is een privaatrechtelijke activiteit. Daar hebben de burgemeester en wethouders geen toestemming van de raad voor nodig. De raad kan alleen toezien en het hart luchten. De goedkoopste en gemakkelijkste weg voor het college is eenvoudigweg het opzeggen van het huurcontract. De stichting is dan geen partij meer. Dat betekent dan alles wat we hebben opgebouwd weggooien. Ook haalt het college gelijk even een streep door de vaststellingsovereenkomst. Een stukje geschiedenis. In 1793 ging een Franse soldaat met een witte vlag te paard van het fort naar Willemstad om een brief te overhandigen en zo onnodig bloedverlies te voorkomen. Vanavond zijn we ook hier om u een handreiking aan te bieden. Laten we ons concentreren op de toekomst van deze prachtige forten en laten we gaan werken aan het wederzijds vertrouwen, zodat we allemaal weer met plezier van het fort kunnen genieten. Laten we kijken naar oplossingen en alternatieven. We voelen ons al 15 jaar verantwoordelijk voor het fort, en de mensen die er komen en werken. We zijn daar ook trots op en we zullen de verantwoordelijkheid ook nemen in de toekomst. Het fort mag dan juridisch eigendom zijn van het college, maar dit fort is van ons allemaal. We hebben altijd geprobeerd dit fort met zoveel mogelijk mensen te delen, van jong tot oud. Maar wat is de situatie nu? Tot op de dag van vandaag is er geen enkele garantie gegeven dat het fort na 1 april nog open zal zijn en dat betreurt ons. Hadden we dit kunnen voorkomen? Ja, ik denk het wel. In 2008 heb ik u allen een oranje boekje toegestuurd en heb ik aangeboden om met alle activiteiten te stoppen als de gemeente zich zou houden aan de vaststellingsovereenkomst, maar helaas heb ik u onlangs een rood boekje moeten sturen wat veel te dik is. Ik hoop dat ik u in 2010 een groen boekje kan sturen. Een groen boekje met de toekomstvisie, een wandelroute, een fietsroute, een recreatieve en culturele poort en ontsluiting zodat de dijkbewoners minder last hebben van de auto s. Als het college echt zou willen, kan er in een middag een fatsoenlijk contract gemaakt worden waarin de belangen van alle partijen op een fatsoenlijke manier geregeld zouden kunnen worden. Een middag is alles wat er nodig is. Dank u wel. 15