Kaart 10 Sneeuw en ijs

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Kaart 10 Sneeuw en ijs"

Barbara van de Veen
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Kaart 10 Sneeuw en ijs Informatiekaart Werkblad Proefjes: o Warme sneeuw? o Gesmolten sneeuw o Een koud kunstje Quiz: o Voor de leerkracht: De kinderen leren de volgende begrippen: Kristallen Strooiauto s Isolatie Smeltwater Vriespunt IJzel Doelen: o De kinderen weten hoe sneeuwvlokken ontstaan en kunnen vertellen hoe het proces verloopt van kristal naar sneeuwvlokken. o De kinderen kennen de functie van een strooiauto. o De kinderen weten dat een pak sneeuw de kou tegenhoudt. o De kinderen weten in welke gebieden er veel smeltwater is en kunnen vertellen waarom dat is. o De kinderen kunnen verwoorden wanneer het ijs sterk genoeg is om erop te kunnen schaatsen. o De kinderen weten wat ijzel is en kunnen aangeven wat de gevolgen daarvan zijn. o De kinderen ervaren dat zwart absorbeert en wit reflecteert o De kinderen ervaren dat er veel lucht zit in sneeuw door middel van een proefje.

2 Kaart 10 Sneeuw en ijs In de winter zijn de dagen kort. Het wordt laat licht en vroeg donker. Je hebt dan niet veel tijd om buiten te spelen. Vaak is het saai weer, dan ga je binnen dingen doen. Maar als er sneeuw en ijs ligt, wordt het anders. Wintertijd In de maand februari is de winter oud, dat merk je doordat de dagen weer wat langer worden. En als de zon schijnt voel je dat ook heel goed. De natuur merkt dat ook. Soms vliegt er zomaar een vlinder rond. En in de tuin gaan de eerste bloemen open. Maar het kan in februari ook hard vriezen. En er kan nog heel wat sneeuw vallen. De winter is echt nog niet voorbij. Het sneeuwt Mark Cassino Sneeuw begint in de wolken. Hoog in de lucht. Een sneeuwvlokje begint heel klein. Als een stofje van kristal. Het weegt dan ook bijna niets. Maar in de wolken plakken die piepkleine kristallen aan elkaar en zo worden het sneeuwvlokjes. Die worden steeds groter en zwaarder. Zo zwaar dat ze gaan vallen. Onderweg gebeurt er van alles met die vlokjes. Ze kunnen kleiner worden of groter. De sneeuw kan onderweg ook smelten, dat hangt van de lucht af, of het koud is of niet. Als het vriest blijft de sneeuw liggen. Als sneeuw droog en fijn is (zoals wit poeder) kun je er geen sneeuwballen van maken. Dat gaat wel met plaksneeuw, die ook blijft liggen. De vlokken plakken goed aan elkaar. Is sneeuw altijd leuk? Met sneeuw kun je leuke dingen doen. Maar niet iedereen vindt sneeuw fijn. Ga je op de fiets naar school, dan is het wel eens lastig. Ook oudere mensen zijn niet zo dol op sneeuw. Ze kunnen makkelijk vallen en iets breken. Als het sneeuwt worden de wegen goed schoongemaakt. Je ziet wel eens strooiauto s voorbij rijden met een zwaailicht; zij strooien zout op de wegen waardoor het sneeuw smelt. Gijsbert

3 Sneeuw is een deken Je gelooft het misschien niet, maar onder een dik pak sneeuw is het niet koud. De planten in de bergen liggen onder een deken van sneeuw. Daarom bevriezen ze niet. Tussen de droge sneeuw zit veel lucht, die houdt de kou tegen. Je kunt het vergelijken met dubbel glas in onze huizen. Planten geven zelf trouwens ook warmte af. Kijk maar eens in de tuin als er sneeuw ligt, rondom planten smelt de sneeuw een beetje weg. De sneeuw smelt Philip Hill Soms blijft sneeuw lang liggen. De langste tijd in ons land was tien weken. Maar meestal is de sneeuw gauw weg. Er zijn plaatsen waar het de hele winter sneeuwt, bijvoorbeeld hoog in de bergen, daar blijft de sneeuw de hele winter liggen. De sneeuwpakken kunnen meters dik worden, tot het lente wordt. Dan smelt de sneeuw en wordt het water. Het water stroomt van de bergen af, de beken en rivieren in. Dit wordt smeltwater genoemd. IJs om te schaatsen Nul graden is het vriespunt. Daalt de temperatuur onder het vriespunt, dan wordt het spannend, dan bevriezen de sloten en de plassen. De eerste dag ligt er een dun vliesje ijs. Dat vliesje wordt al snel dikker als het maar dag en nacht vriest. En na ongeveer 5 dagen kun je dan schaatsen. IJs is bevroren water. Peter Wouda IJzel Wilber Thus Soms kun je op de weg schaatsen, dan valt er ijzel. Dat is regen die op straat bevriest. Alles wordt bedekt met een laagje ijs, ook de bomen en struiken. Als het lang ijzelt, kan dat een ramp betekenen; dan breken dikke takken van de bomen. Ook al het verkeer komt stil te liggen want het is spekglad. Gelukkig duurt ijzel meestal maar kort.

4 Warme sneeuw? Wat heb je nodig? Emmer Thermometer Plastic zak Sneeuw Wat ga je doen? 1. Zet de thermometer een kwartier buiten. 2. Kijk hoeveel graden het is. 3. Doe de thermometer in een plastic zak. 4. Leg hem op de bodem van een emmer. 5. Vul de emmer half met sneeuw. 6. Haal de thermometer na een kwartier uit de emmer. En kijk naar de temperatuur. 7. Leg de thermometer weer op de bodem van de emmer. 8. Vul nu de emmer helemaal met sneeuw. 9. Wacht weer een kwartier. 10. Haal de thermometer uit de sneeuw. Kijk naar de temperatuur. Wat zal er gebeuren? De temperatuur zal stijgen naarmate er meer sneeuw boven op ligt. Waarom? Tussen de droge sneeuw zit veel lucht, die houdt de kou tegen. Je kunt het vergelijken met dubbel glas in onze huizen.

5 Gesmolten sneeuw Wat heb je nodig? Zonneschijn Sneeuw 2 even grote stukken karton Zwart papier Aluminiumfolie Lijm Wat ga je doen? 1. Beplak het ene stuk karton met aluminiumfolie, het andere met zwart papier. 2. Leg bij zonneschijn beide stukken papier naast elkaar op de sneeuw. Wat zal er gebeuren? Het zwarte stuk karton zinkt dieper weg in de sneeuw dan het stuk karton met aluminiumfolie. Waarom? Het donkere stuk karton neemt het licht op (het wordt geabsorbeerd). Het licht wordt in warmte omgezet, waardoor het sneeuw daaronder gaat smelten. Het aluminiumfolie op het andere stuk karton heeft het licht weerkaatst (gereflecteerd) en daardoor is het niet in warmte omgezet.

6 Een koud kunstje Wat heb je nodig? Glazen pot Liniaal Sneeuw Wat ga je doen? 1. Zet de pot buiten als het sneeuwt. 2. Als de pot vol is met sneeuw (of als het stopt met sneeuwen) meet je hoe dik de laag sneeuw is. 3. Neem de pot mee naar binnen en laat de sneeuw smelten. 4. Meet nu het water in de pot. Wat zal er gebeuren? Je zult zien dat als sneeuw smelt, er water overblijft. Er zit minder water in de pot als sneeuw. Waarom? Sneeuw bestaat uit fijne kristallen. Als de kristallen aan elkaar vast zitten, zijn het sneeuwvlokken geworden. Tussen die sneeuwvlokken zit veel lucht. Door het smelten gaat de lucht er uit en blijft er minder massa over.

Vergelijkbare documenten

Limburgs Landschap. natuurboekje van. winter 2011. Kinderbijlage_winter11.indd 1 05-11-11 14:3

Limburgs Landschap. natuurboekje van. winter 2011. Kinderbijlage_winter11.indd 1 05-11-11 14:3 Limburgs Landschap natuurboekje van winter 2011 Kinderbijlage_winter11.indd 1 05-11-11 14:3 Hoi! Wat voor winter krijgen we? Een kwakkelwinter met regen, natte sneeuw en af en toe een beetje vorst? Misschien