RAADSVRAGEN ZONDER ANTWOORD. Nummer : Onderwerp : wijziging gemeenschappelijke regeling VrZW. Datum : 9 december 2016

Transcriptie

1 RAADSVRAGEN ZONDER ANTWOORD Nummer : Onderwerp : wijziging gemeenschappelijke regeling VrZW Datum : 9 december 2016 Vragen van de fracties van de VVD en WaterlandNatuurlijk aan het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland (ingezonden 9 december 2016): In de vergadering van 24 november 2016 heeft het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Zaanstreek- Waterland een wijziging van de gemeenschappelijke regeling voorlopig vastgesteld ( ; ingekomen stukken week 2016/48). Voorgesteld wordt om in het algemeen bestuur voortaan alle burgemeesters één stem te geven (artikel 10). Echter, in gevallen waarin de burgemeesters van de gemeenten Zaanstad en Purmerend overwegende bezwaren hebben tegen een besluit en met het oog daarop tegenstemmen, leiden die tegenstemmen toch tot verwerping van het besluit. Daarmee wordt dus het beginsel van one man, one vote weer losgelaten. Vraag 1 In de toelichting op artikel 10 staat dat overwegende bezwaren uitsluitend kunnen worden beargumenteerd vanuit de volgende aspecten: - het risico van het belemmeren van de lange termijn doorontwikkeling van de VrZW; - een onverantwoorde impact op de samenleving; - het aantasten van de gezamenlijkheid van de in de VrZW verbonden partijen. Kunt u deze drie aspecten toelichten aan de hand van een concreet voorbeeld? Vraag 2 Het voorstel gaat uit van een nogal boude veronderstelling, namelijk dat de mogelijkheid bestaat dat de burgemeesters van Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Waterland en Wormerland allemaal voorstander zijn van een besluit dat een onverantwoorde impact op de samenleving heeft en dat vervolgens de burgemeesters van Purmerend en Zaanstad dat zouden moeten kunnen overrulen. Uitgaande van deze veronderstelling, namelijk dat burgemeesters blijkbaar besluiten kunnen nemen die een onverantwoorde impact hebben op de samenleving: waarom is er in het voorstel geen regeling getroffen voor de situatie dat het de burgemeesters van Purmerend en Zaanstad zijn die een besluit willen nemen met onverantwoorde impact op de samenleving? Vraag 3 Welke kans is groter: dat de burgemeesters van zes gemeenten met eenparigheid van stemmen een besluit willen nemen met een onverantwoorde impact op de samenleving of dat de burgemeesters van twee gemeenten met eenparigheid van stemmen een besluit willen nemen met een onverantwoorde impact op de samenleving? Is bij de beantwoording van deze vraag de gemeentegrootte een relevant gegeven. Zo ja, waarom?

2 Vraag 4 Wat gebeurt er wanneer de burgemeesters van Zaanstad en Purmerend vanuit de genoemde aspecten beargumenteren dat sprake is van overwegende bezwaren, terwijl de overige burgemeesters van mening zijn dat hiervan geen sprake is? Met andere woorden: hoe wordt juridisch geborgd dat de twee grootste gemeenten deze bepaling niet kunnen misbruiken? Vraag 5 Overwegende bezwaren kunnen volgens artikel 10 van het voorstel uitsluitend de volgende specifieke besluiten betreffen: - vaststellen begroting; - vaststellen jaarrekening; - voorstellen met betrekking tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling; - vaststellen beleidsplan; - vaststellen regionaal risicoprofiel. Lezen wij uw voorstel juist als wij stellen dat met betrekking tot deze besluiten de burgemeesters van Zaanstad en Purmerend met een direct vetorecht de andere burgemeesters kunnen overrulen? Vraag 6 Welke soorten van besluiten blijven er over? Met andere woorden: over welke besluiten wordt in het algemeen bestuur voortaan wél beslist via het principe van one man, one vote? Vraag 7 In plaats van te werken met een wijzigingsvoorstel is ervoor gekozen om de een nieuwe regeling integraal vast te stellen. Hierdoor is niet direct duidelijk welke wijzigingen er ten opzichte van de vigerende regeling worden voorgesteld. Worden er naast aanpassing van de stemverhouding in het algemeen bestuur andere wijzigingen voorgesteld ten opzichte van de vigerende regeling? Zo ja, wilt u deze wijzigingen expliciet benoemen en inhoudelijk toelichten? Vraag 8 Bevat het voorstel voor de nieuwe gemeenschappelijke regeling ook een bepaling tot intrekking van de vigerende regeling? Zo ja, waar kunnen wij die vinden? Zo niet, waarom niet?

3 BEANTWOORDING RAADSVRAGEN AAN: VVD-FRACTIE GEMEENTERAAD WATERLAND VAN: DAGELIJKS BESTUUR VRZW ONDERWERP: WIJZIGING GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING VRZW DATUM: 2 JANUARI 2017 CC: ALGEMEEN BESTUUR VRZW VrZW: Samenwerken in een gemeenschappelijke regeling vraagt om gezamenlijkheid. In goed overleg hebben de burgemeesters daarom gekozen voor een stemverhouding waarin elke gemeente een gelijke stem heeft. Met elkaar staan de bestuurders voor samenwerking, partnership en het gezamenlijk belang bij goede veiligheid voor de gehele regio. In een beperkt aantal situaties, zie vraag 5, en vanuit een beperkt aantal argumenten, zie vraag 1, hebben de burgemeesters met elkaar afgesproken dat het relatieve gewicht van Zaanstad en Purmerend, zijnde circa drievierde van het aantal inwoners en de financiële bijdrage aan de VrZW, ook een evenwichtige plek verdient. Vraag 1: In de toelichting op artikel 10 staat dat overwegende bezwaren uitsluitend kunnen worden beargumenteerd vanuit de volgende aspecten: het risico van het belemmeren van de lange termijn doorontwikkeling van de VrZW; een onverantwoorde impact op de samenleving; het aantasten van de gezamenlijkheid van de in de VrZW verbonden partijen. Kunt u deze drie aspecten toelichten aan de hand van een concreet voorbeeld? Antwoord 1: Kern hiervan is dat de bestuurders nog eens expliciet met elkaar hebben vastgelegd dat in de besluitvorming van de acht burgemeesters er met elkaar steeds goede aandacht is voor de veiligheid van inwoners, instellingen en bedrijven, en voor het goede voorbestaan van de samenwerking in de veiligheidsregio. Vraag 2: Het voorstel gaat uit van een nogal boude veronderstelling, namelijk dat de mogelijkheid bestaat dat de burgemeesters van Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Waterland en Wormerland allemaal voorstander zijn van een besluit dat een onverantwoorde impact op de samenleving heeft en dat vervolgens de burgemeesters van Purmerend en Zaanstad dat zouden moeten kunnen overrulen. Uitgaande van deze veronderstelling, namelijk dat burgemeesters blijkbaar besluiten kunnen nemen die een onverantwoorde impact hebben op de samenleving: waarom is er in het voorstel geen regeling getroffen voor de situatie dat het de burgemeesters van Purmerend en Zaanstad zijn die een besluit willen nemen met onverantwoorde impact op de samenleving? Antwoord 2: Wij herkennen ons niet in uw vooronderstelling. Zie verder antwoord 1. Vraag 3: Welke kans is groter: dat de burgemeesters van zes gemeenten met eenparigheid van stemmen een besluit willen nemen met een onverantwoorde impact op de samenleving of dat de burgemeesters van twee gemeenten met eenparigheid van stemmen een besluit

4 willen nemen met een onverantwoorde impact op de samenleving? Is bij de beantwoording van deze vraag de gemeentegrootte een relevant gegeven. Zo ja, waarom? Antwoord 3: U vraagt naar statistiek en mathematica. Wij verwijzen u echter naar antwoord 1. Vraag 4: Wat gebeurt er wanneer de burgemeesters van Zaanstad en Purmerend vanuit de genoemde aspecten beargumenteren dat sprake is van overwegende bezwaren, terwijl de overige burgemeesters van mening zijn dat hiervan geen sprake is? Met andere woorden: hoe wordt juridisch geborgd dat de twee grootste gemeenten deze bepaling niet kunnen misbruiken? Antwoord 4: Kern van de overeengekomen stemverhouding is dat elke gemeente een gelijke stem heeft. De gedachte aan opzettelijk misbruik van samen overeengekomen bepalingen is niet hoe het Algemeen Bestuur VrZW met elkaar wenst om te gaan. Vraag 5: Overwegende bezwaren kunnen volgens artikel 10 van het voorstel uitsluitend de volgende specifieke besluiten betreffen: vaststellen begroting; vaststellen jaarrekening; voorstellen met betrekking tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling; vaststellen beleidsplan; vaststellen regionaal risicoprofiel. Lezen wij uw voorstel juist als wij stellen dat met betrekking tot deze besluiten de burgemeesters van Zaanstad en Purmerend met een direct vetorecht de andere burgemeesters kunnen overrulen? Antwoord 5: Indien de burgemeesters van Zaanstad én Purmerend overwegende bezwaren op betreffende specifieke besluiten leiden de tegenstemmen van de burgemeesters van Zaanstad én Purmerend tot verwerping van het besluit. Gevolg is dat de burgemeesters terug met elkaar aan de onderhandelingstafel moeten, om er alsnog uit te komen. Vraag 6: Welke soorten van besluiten blijven er over? Met andere woorden: over welke besluiten wordt in het algemeen bestuur voortaan wél beslist via het principe van one man, one vote? Antwoord 6: Het betreft onder andere besluiten aangaande: Samenstelling DB Deelname aan een gemeenschappelijke regeling Deelname aan een voorziening tot samenwerking Vaststellen verordeningen Vaststelling regeling bewaring archiefbescheiden Instellen geschillencommissie Verplichte wijziging taken en bevoegdheden Inrichting ambtelijke organisatie op hoofdlijnen Aanwijzen van een ombudsman Vaststellen van strategische en bestuurlijke samenwerkingsafspraken voor het voeren van het dagelijks bestuur Aanwijzing accountants en vaststellen controleprotocol Regeling (gevolgen) toetreding en uittreding gemeenten Regeling (gevolgen) opheffing regio Het vaststellen van rechtspositionele regelingen Vaststelling crisisplan Samenstelling en taken veiligheidsdirectie Instellen en in stand houden gemeenschappelijke meldkamer 2

5 Instellen en in stand houden uniforme informatie- en communicatievoorziening Afspraken met V&J tbv de samenwerking bij branden, rampen en crisis Vaststelling strategische bestuurlijke samenwerkingsafspraken met overheidsinstanties, bedrijven en/of rechtspersonen Stellen van kader voor beheer gemeenschappelijke meldkamer Vaststellen rampbestrijdingsplannen Vaststellen van criteria voor grootschalige alarmering Instellen en in stand houden brandweer Instellen en in stand houden GHOR Bovenstaande opsomming is niet limitatief. Vraag 7: In plaats van te werken met een wijzigingsvoorstel is ervoor gekozen om de een nieuwe regeling integraal vast te stellen. Hierdoor is niet direct duidelijk welke wijzigingen er ten opzichte van de vigerende regeling worden voorgesteld. Worden er naast aanpassing van de stemverhouding in het algemeen bestuur andere wijzigingen voorgesteld ten opzichte van de vigerende regeling? Zo ja, wilt u deze wijzigingen expliciet benoemen en inhoudelijk toelichten? Antwoord 7: De belangrijkste wijzigingen zijn de volgende: Het aantal leden van het Dagelijks Bestuur mag niet de meerderheid vormen van het Algemeen Bestuur; De termijn van de zienswijzen op de begroting is verlengd van zes naar acht weken; De begroting dient niet voor 15 juli, maar voor 1 augustus aan Gedeputeerde Staten te worden aangeboden; De kaderbrief voor het toekomstige jaar dient na vaststelling oor 1 januari aan de raden van de deelnemende gemeenten te worden aangeboden. De (voorlopige) jaarrekening dient voor 15 april van het lopende jaar aan de raden van de deelnemende gemeenten te worden aangeboden. Vraag 8: Bevat het voorstel voor de nieuwe gemeenschappelijke regeling ook een bepaling tot intrekking van de vigerende regeling? Zo ja, waar kunnen wij die vinden? Zo niet, waarom niet? Antwoord 8: Bij de vaststelling van de Gemeenschappelijke Regeling 2016 door het Algemeen Bestuur zal de Gemeenschappelijke Regeling 2014 worden ingetrokken. 3