Energie-effect en reactiesnelheid

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Energie-effect en reactiesnelheid"

Transcriptie

1 BASISSTOF Hoofdstuk 3 Chemische reacties vjl Energie-effect en reactiesnelheid Leerstof 1 a een reactie waarij energie vrijkomt verranding van aardgas; verranding van hout c een reactie waarij energie nodig is d elektrolyse van water; thermolyse van hout of suiker 2 1 Verhoog de temperatuur. 2 Maak het contactoppervlak groter. 3 Verhoog de concentraties van de reagerende stoffen. 4 Maak geruik van een katalysator. Toepassing 3 a Verranden van enzine levert energie in de vorm van warmte op: exotherm. Thermolyse etekent datje moet verhitten, dus er is energie nodig: endotherm. c Het koken van water kost energie: endotherm. d Het evriezen is het omgekeerde van smelten. Smelten kost energie dus evriezen levert energie op: exotherm. e Verranden van aardgas levert energie op: exotherm. 4 a In een hogedrukpan kookt water ij een temperatuur oven 100 C. Dus het proces van gaar worden gaat dan sneller, want reacties verlopen sneller ij een hogere temperatuur. Dan zou je de aardappelen en groente in kleinere stukjes moeten snijden, waardoor het contactoppervlak toeneemt. 5 a Nee, alleen het aansteken kost even een eetje energie. Daarna komt er heel veel energie vrij. Je het een veel groter contactoppervlak, waardoor de reactie ook veel sneller verloopt en je vonkjes kunt waarnemen. 6 a Veel randstoffen verranden pas goed als ze in dampvorm zijn. De lont dient ervoor om gesmolten kaarsvet in de hete vlam te rengen, waardoor het kaarsvet verdampt en ontrandt. Vloeistoffen verdampen makkelijk. Ze vormen al snel een randare damp. 7 a aluminium + jood > aluminiumjodide Water doet niet mee aan de reactie, maar versnelt de reactie wel. Water is dus een katalysator. 28

2 a c d De aanwezigheid van meel als poeder. Meelpoeder levert een explosief mengsel als het in lucht opdwarrelt. Het kan dan razendsnel verranden als er een vonk ij komt. Bij las- of slijpwerkzaamheden kunnen vonken ontstaan. Deze vonken kunnen het luchtmeelmengsel laten ontranden. Waterschermen zorgen ervoor dat de rand niet kan uitreiden naar aanliggende panden. Nalussen is nodig om te voorkomen dat het vuur door nasmeulende resten weer opnieuw oplaait. Plus Overleven in het heelal 9 a een elektronisch systeem dat estaat uit een computer, sensor en zuurstofgenerator De sensor meet het zuurstofgehalte en als dat te laag is, wordt een elektrisch signaal verzonden naar de zuurstofgenerator. In de generator wordt een zuurstofverinding verhit, waarij deze ontleedt en er zuurstof ontstaat. c De zuurstofverinding wordt verhit, dus is het een thermolyse. 10 a Water maakt een ruimteschip erg zwaar en de elektrolyse van water kost veel elektrische energie, waarvoor weer extra zonnecellen nodig zijn. Bij de elektrolyse ontstaat ook waterstof dat een zeer randaar gas is. 11 Bij de rand komt warmte vrij. Deze warmte kan de zuurstofverinding verhitten, waarij zuurstof ontstaat. Ook kan het zijn dat het systeem weer nieuw zuurstof aanmaakt, omdat de sensor een laag zuurstofgehalte meet. 2 Reacties en moleculen Leerstof 12 a Bij een reactie verdwijnen de eginstoffen. c De moleculen worden afgeroken. De atomen hergroeperen zich tot nieuwe moleculen, de moleculen van de reactieproducten. 13 Een reactievergelijking is kloppend als links en rechts van de reactiepijl evenveel atomen van elke soort staan. Toepassing 14 a het gas zwaveldioxide een molecuul zwaveldioxide of de molecuulformule van zwaveldioxide c twee moleculen zwaveldioxide 15 Overeenkomst: het zijn twee zuurstofatomen. Verschil: 0 2 is een molecuul, 2 0 zijn twee zuurstofatomen. 29

3 BASISSTOF Hoofdstuk 3 Chemische reacties 16 a Het getal voor de formule is een coëfficiënt, dus het getal 5. De getallen in de formule, dus de getallen 6, 12 en 6. c Het gaat om 5 moleculen glucose. d Per molecuul zijn 12 waterstofatomen aanwezig. e Elk molecuul evat 24 atomen, dus 5 moleculen evatten samen 5 24 = 120 atomen. 17 Het aantal atomen van elke soort lijft hetzelfde ij een chemische reactie. 18 a De formule van water is H 2 0. De formule van zuurstof is 0 2. c Halve moleculen estaan niet. d Het aantal waterstofatomen links en rechts van de reactiepijl is niet aan elkaar gelijk. e De formule van waterstof is H 2. f Het aantal zuurstofatomen links en rechts van de reactiepijl is niet aan elkaar gelijk. 19 a 1 2Mg + 0 2^2MgO 2 2 CaS » 2 CaO + 2 S H > 2 H CaC0 3 -> CaO + C C 2 H » 4 C H KC10 3 -> 2 KCl C 2 H > 2 C H 2 0 c 8 2 Al + 3 S -> Al 2 S 3 Reacties 3, 4 en 6 zijn ontledingsreacties, want daarij ontstaan uit één stof meerdere nieuwe stoffen. Reacties 1, 2, 5 en 7 zijn verrandingsreacties, want verrandingsreacties zijn reacties met zuurstof. 20 a CaC 2 (s) + 2 H 2 0(l) -> C 2 H 2 (g) + Ca(0H) 2 (s) 2 C 2 H 2 (g) (g) -> 4 C0 2 (g) + 2 H 2 0(l) c De formule van de ontrekende stof is C0(g), koolstofmono-oxide. Plus Katalase katalyseert 21 a 65 uur = 3900 minuten. De halveringstijd is 650 minuten : 650 = 6, dus 3900 minuten is 6x de halveringstijd. Dus de concentratie is Vz Vz Vz Vz Vz Vz 0,68 = (1/2) 6 0,68 = 0,0106 g/l. Dan is (0,0106/0,68) 100% = 1,56% nog over. Dus er is 98,44% ontleed. c De helling van de lijn wordt steeds minder steil. d De concentratie wordt steeds lager waardoor de reactiesnelheid ook steeds kleiner wordt. 22 a De halfwaardetijd is nu 6,5 minuten, want na 6,5 minuten is de concentratie precies de helft van de eginconcentratie. De reactie verloopt loox sneller want de halfwaardetijd is gedaald van 650 minuten naar 6,5 minuten. c Katalase versnelt de reactie. Katalase is een katalysator. d een ontledingsreactie, een fotolysereactie e 2 H,0,(l) -> 2 H 2 0(l) + 0,(g) 30

4 J Hoeweel stof ontstaat en verdwijnt? Leerstof 23 a De totale massa van alle stoffen voor de reactie is gelijk aan de totale massa van alle stoffen na de reactie. Stoffen reageren in een vaste massaverhouding met elkaar. 24 Als je van een van de reagerende stoffen meer neemt dan volgens de massaverhouding nodig is, houd je van die stof na afloop iets over. Dat noemen we de overmaat. Toepassing 25 a Ja, want de hoeveelheid stof verandert niet. Ja, want de hoeveelheden van de stoffen veranderen niet. c Ja, want de hoeveelheden van de stoffen veranderen niet. 26 a Ze zal zien dat de alans verstoord wordt. Bij de verranding ontstaan gassen die verdwijnen. De weegschaal met de kaars wordt lichter en zal dus gaan stijgen, 1 De alans lijft in evenwicht, omdat de verrandingsgassen niet kunnen ontsnappen. 2 De kaars gaat na korte tijd uit, omdat de zuurstof opraakt. 27 a Ze heeft 36,90-33,50 = 3,40 g suiker afgewogen. Er is 34,93-33,50 = 1,43 g koolstof overgeleven. c Het massa% koolstof is 1,43/3,40 100% = 42,0 massa%. 28 a 3 g magnesium reageert met 2 g zuurstof, dus 6 g magnesium reageert met 4 g zuurstof. Er ontstaat dan 10 g magnesiumoxide (wet van ehoud van massa). c Uit 6 g magnesium ontstaat 10 g magnesiumoxide. Het massa% Mg is dus: 6/10 100% = 60%. 29 a 30 a De totale massa voor de reactie is 23 g; de totale massa van de reactieproducten is 23 g. Deze massa's zijn aan elkaar gelijk, dus zijn alle eginstoffen verdwenen. Gegeven is dat 20 g koperoxide en 3 g koolstof volledig met elkaar reageren. Dan zal 10 g koperoxide met 1,5 g koolstof volledig reageren. Er lijft dan 1,5 g koolstof over. Uit 1,0 g waterstof en 8,1 g zuurstof ontstaat 9,1 g water. Het massa% waterstof in water is: 1,0/9,1 100% = 11%. Het massapercentage zuurstof is dan 89%. Uit 10 g water ontstaat dan 11/ = l,lg waterstof en 10-1,1 = 8,9 g zuurstof. 2 H 2 0(l) -> 2 H 2 (g) (g) Plus Blikje koffie 31 a Ca0(s) + H 2 0(l) -» Ca(0H) 2 (s) c d Er komt warmte vrij, want de temperatuur stijgt, dus is het een exotherme reactie. calciumoxide Blussen doe je vaak met water. Als ongeluste kalk water indt, ontstaat geluste kalk. 31

5 BASISSTOF Hoofdstuk 3 Chemische reacties 32 Om de koffie en het lik 1 C in temperatuur te doen stijgen, is 3,6 kj nodig. Om de temperatuur 40 graden (van 20 C naar 60 C) te laten stijgen, is 40 x 3,6 kj = 144 kj nodig. Per gram CaO komt 1,16 kj vrij. Voor 144 kj is 144 kj : 1,16 J/g = 124 g CaO(s) nodig. 124 g CaO(s) reageert met (124 g/3,1) x 1,0 = 40 g H 2 0(l). In het likje zit dus 124 g CaO(l) en 40 g H 2 0(l). JL Explosief materiaal Leerstof 33 a Men noemt het ook wel springstoffen of ontplofare stoffen. De tijdsduur van de reactie is zeer kort. c nitroglycerine d Men lost de explosieve stof op in een poreuze vaste stof zoals zaagsel. e een ontledingsreactie f Er is onvoldoende zuurstof aanwezig om alle koolstof om te zetten in koolstofdioxide Semtex is plastisch, dus kneedaar. 2 Semtex is al in kleine hoeveelheden erg doeltreffend. 35 a 4 C 3 H 5 N (s) -> 12 C0 2 (g) + 10 H 2 0(g) + 6 N 2 (g) (g) 4 C 7 H 5 N (s) -» 21 C(s) + 7 C0 2 (g) + 10 H 2 0(g) + 6 N 2 (g) c 2 C 5 H 8 N (s) -> 10 C0 2 (g) + 4 H 2 0(g) + 4 N 2 (g) Toepassing 36 a De energie die vrijkomt, doet dat in een fractie van een seconde, waardoor in korte tijd een geweldige uitzetting (expansie) optreedt. Als ij een reactie het reactiefront sneller gaat dan het geluid. c Brisantie is het verrijzelend effect van de explosie. 37 a De snelheid van het geluid is 340 m/s. Berekening: 5 km/s = 5000 m/s dus 5000/340 = 15 x zo groot. Bij 7 km/s zelfs 7000/340 = 21 x zo groot, c De snelheid is dan 5 x 3600 = km/h, of 7 x 3600 = km/h. 38 a Laag: er is dan maar heel weinig (energie) voor nodig om de reactie te starten. Het aanraken kan al voldoende zijn. Bij nitroglycerine ijvooreeld een kleine stoot of wrijving. Bij weer andere explosieven een flinke mechanische schok, elektrostatische ontlading of een kleine explosie. 39 a Bij temperaturen oven 35 C gaat dynamiet zweten. Dat etekent dat de nitroglycerine als vloeistof vrijkomt. Nitroglycerine is een zeer schokgevoelige stof. Een gas neemt meer ruimte in dan een vloeistof of vaste stof. En als die gassen ook eens verhit worden, krijg je nog een grotere uitzetting. 32

6 40 a erekening: 1 kg = 1/1,7 = 0,59 L Berekening: het volume neemt toe van 0,59 L naar 9000 L, dus 9000/0,59 = x groter. c De temperatuurstijging, want daardoor stijgt het volume van 650 L naar 9000 L. Deze volumetoename is groter dan het ontstaan van 650 L gas. PlHS TNT als eenheid van energie 41 a energiedichtheid TNT = 1100 kcal/kg, ofwel 4,6 MJ/kg Hierdoor krijg je voor kcal/kg een mooi rond getal. c erekening: 1000 kcal = 1 miljoen cal. 4,2 MJ = 4,2 miljoen J. Dus 1 cal komt overeen met 4,2 J. 42 a erekening: 20 kt = 20/1000 = 0,02 MT; 0,02 MT = 0,02/1000 = 0, GT Je krijgt dan een mooi (klein) getal, zonder getal achter de komma. 43 a 20 kt komt overeen met 20 miljoen kg, dus 20 miljoen x 4,2 MJ = 84 miljoen MJ. 50 MT komt overeen met 50 miljard kg, dus 50 miljard x 4,2 MJ = 210 miljard MJ.

7 TEST JEZELF Hoofdstuk 3 Chemische reacties Test Jezelf 2 B 3 A 6 A 7 C 8 D 9 B Toelichting: 5 g calciumromide ontstaat uit 1 g calcium en 4 g room. Massa% calcium = 1/5 100% = 20%. 10 A Toelichting: 2 g aluminium en 7 g chloor reageren met elkaar tot 9 g aluminiumchloride. Voor 90 g aluminiumchloride he je dan 20 g aluminium en 70 g chloor nodig. 11 D Toelichting: 200 g water evat 88,8% zuurstof = 88,8/ = 177,6 g. 12 C Toelichting: C 18 H (s) (g) -> 18 C0 2 (g) + 18 H 2 0(g) 13 B 14 B 15 a Er is voor de reactie zonlicht (= energie) nodig, dus de reactie is endotherm. De reactie stopt dan. c 6 C0 2 (g) + 6 H 2 0(l) -> C 6 H (s) (g) 16 a 2 CuS(s) (g) -> 2 Cu0(s) + 2 S0 2 (g) 2 S0 2 (g) (g) -> 2 S0 3 (g) c 2 C0(g) (g) -> 2 C0 2 (g) d 2 Fe(s) + 3 Br 2 (l) -» 2 FeBr 3 (s) e 2 P 2 S 5 (s) (g)-> 2 P (s) + 10 S0 2 (g) 17 a 2 Al(s) + 3 Cl 2 (g) -» 2 AlCl 3 (s) Martijn heeft geen gelijk. Uit 9 g eginproducten ontstaat 8,8 g reactieproduct en lijft er 0,2 g eginstof over. Totaal dus ook weer 9 g. c Er lijft 0,2 g aluminium over, dus er heeft 1,8 g aluminium met 7 g chloor gereageerd. d In 8,8 g reactieproduct zit 1,8 g aluminium en 7 g chloor. Massa% aluminium = 1,8/8,8 100% = 20,5%. Dus dan ,5 = 79,5% chloor. 34

8 { 18 a 2 C(s) + Ti0 2 (s) + 2 Cl 2 (g) -> 2 C0(g) + TiCl 4 (s) I TiCL(s) + 2 Mg(s) -> Ti(s) + 2 Mgü 2 (s) c Uit 100 g titaanoxide kun je 237,4 g titaanchloride maken. Er zit 25,25% titaan in TiCl 4. Dus 25,25/ ,4 = 59,9 g titaan. 19 a door middel van een schok, een elektrische ontlading of een kleine explosie In zeer korte tijd ontstaat ij de explosie zeer veel gas en zeer veel energie, waardoor een geweldige uitzetting optreedt, c 4 NH 4 Cl0 4 (s) -> 2 N 2 (g) + 4 HCl(g) (g) + 6 H 2 0(g) 20 1 alle drie evatten ze dezelfde atoomsoorten; 2 alle drie zijn het ontledingsreacties; 3 alle drie leveren in korte tijd heel veel energie; 4 alle drie geven ij ontleding heel veel gasvormige reactieproducten

9 EXTRA BASISSTOF Hoofdstuk 3 Chemische reacties C De ruimte in 1 Satellieten worden geruikt voor oservaties op aarde, ijvooreeld voor militaire doeleinden; voor het verrichten van metingen aan de dampkring, ijvooreeld onderzoek aan de ozonlaag; voor navigatie door middel van GPS (Gloal Positioning System); voor communicatiedoeleinden. 2 a ongeveer km/uur ontsnappingssnelheid 3 a Boosters zijn hulpraketten die voor het grootste deel van de stuwkracht zorgen. Boosters evatten een mengsel van ammoniumperchloraat, NH 4 Cl0 4 (s), en aluminium. 4 a waterstof en zuurstof het hete verrandingsgas dat de raket via een straalpijp aan de onderkant verlaat 5 a Vooreelden van ruimteafval zijn oude ruimtevaartuigen, oude satellieten, raketonderdelen en rokstukken van uiteengevallen ruimtevaartuigen. Als je uitgaat van het gezamenlijke oppervlak van alle satellieten, dan is de gemiddelde tijd tussen otsingen met gevolg ongeveer tien jaar. 6 a ammoniumperchloraat zuurstof 7 6 NH 4 Cl0 4 (s) + 10 Al(s) -> 5 Al (s) + 6 HCl(g) + 3 N 2 (g) + 9 H 2 0(g) 36 8 a ongeveer 2 minuten Ammoniumperchloraat en aluminium reageren in de massaverhouding 2,6 : 1. Dus per ton aluminium is er 2,6 ton ammoniumperchloraat aanwezig. Het massapercentage ammoniumperchloraat in de ooster is dus 2,6/3,6 100% = 72,2%. 270 ton mengsel evat 72,2/ = 195 ton ammoniumperchloraat en dus 75 ton aluminium. c Anders lijft een overmaat van een van de stoffen over. Deze massa moet ook omhooggestuwd worden. 9 a De afstand van 60 km (= m) wordt afgelegd in 2 minuten (= 120 seconden). De gemiddelde snelheid = /120 = 500 m/s. 270 ton = kg die in 120 s wordt omgezet. Dat etekent /120 = 2250 kg/s. c Dat klopt, want gemiddeld wordt gedurende de eerste 2 minuten 2250 kg/s omgezet. Deze stof verlaat via de straalpijpen de raket, waardoor de raket per seconde deze massa verliest. 10 a 2 H 2 (g) (g) -> 2 H 2 0(g) Gassen nemen een veel groter volume in dan vloeistoffen. Je zou veel grotere tanks nodig heen die ook nog eens zwaarder zijn. 11 a C 2 H 6 0(l) (g)-> 2 C0 2 (g) + 3 H 2 0(g) stikstofdioxide c N 2 H 4 (L) -> N 2 (g) + 2 H 2 (g) d Het is een ontledingsreactie, want uit één stof ontstaan twee nieuwe stoffen. e De katalysator dient om de ontleding van hydrazine te versnellen.

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019)

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 4 Chemische reacties J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 4 Chemische reacties Paragrafen 4.1 Kenmerken van een reactie 4.2 Reactievergelijkingen 4.3 Rekenen aan reacties Practica Exp. 1 Waarnemen Exp.

Nadere informatie

5 Formules en reactievergelijkingen

5 Formules en reactievergelijkingen 5 Formules en reactievergelijkingen Stoffen bestaan uit moleculen en moleculen uit atomen (5.1) Stoffen bestaan uit moleculen. Een zuivere stof bestaat uit één soort moleculen. Een molecuul is een groepje

Nadere informatie

Samenvatting Chemie Overal 3 havo

Samenvatting Chemie Overal 3 havo Samenvatting Chemie Overal 3 havo Hoofdstuk 3: Reacties 3.1 Energie Energievoorziening Fossiele brandstoffen zijn nog steeds belangrijk voor onze energievoorziening. We zijn druk op zoek naar duurzame

Nadere informatie

5 a de gele vlam wappert, is minder heet en geeft roet af b vlak boven de kern c met de gasregelknop d de brander is dan moeilijk aan te steken

5 a de gele vlam wappert, is minder heet en geeft roet af b vlak boven de kern c met de gasregelknop d de brander is dan moeilijk aan te steken 3HV Antwoorden samenvatting onderouw scheikunde 1.6 Scheidingsmethoden 1 a stofnaam voorwerp c voorwerp d stofnaam e voorwerp f stofnaam 2 a goed slecht c goed d slecht e slecht f matig (zuurstof) tot

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 3 Samenvatting door K. 1467 woorden 5 maart 2016 5,5 2 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde Samenvatting H3 3V 3.1 Energie Fossiele brandstoffen -> nu nog er afhankelijk

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting door F. 1622 woorden 22 mei 2015 6,1 40 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Paragraaf 1 Gloeien, smelten en verdampen Als je

Nadere informatie

1) Stoffen, moleculen en atomen

1) Stoffen, moleculen en atomen Herhaling leerstof klas 3 1) Stoffen, moleculen en atomen Scheikundigen houden zich bezig met stoffen. Betekenissen van stof zijn onder andere: - Het materiaal waar kleding van gemaakt is; - Fijne vuildeeltjes;

Nadere informatie

3.1 Energie. 3.2 Kenmerken chemische reactie

3.1 Energie. 3.2 Kenmerken chemische reactie 3.1 Energie Wat is energie? Energie voorziening Fossiele brandstof verbranden Co2 komt vrij slecht voor het broeikaseffect Windmolen park Zonnepanelen Energie is iets wat nodig is voor een verbrandingsreactie

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde H3 Reacties

Samenvatting Scheikunde H3 Reacties Samenvatting Scheikunde H3 Reacties Samenvatting door L. 710 woorden 7 december 2016 6,8 24 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Scheikunde Hoofdstuk 3: Reacties 3.2 Kenmerken van een chemische

Nadere informatie

Rekenen aan reacties (de mol)

Rekenen aan reacties (de mol) Rekenen aan reacties (de mol) 1. Reactievergelijkingen oefenen: Scheikunde Deze opgaven zijn bedoeld voor diegenen die moeite hebben met rekenen aan reacties 1. Reactievergelijkingen http://www.nassau-sg.nl/scheikunde/tutorials/deeltjes/deeltjes.html

Nadere informatie

Oefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden. Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen.

Oefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden. Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen. Oefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen. I. Een houtvuurtje wordt geblust met water. Het vuur

Nadere informatie

Het smelten van tin is géén reactie.

Het smelten van tin is géén reactie. 3 Reacties Reacties herkennen (3.1 en 3.2 ) Een chemische reactie is een gebeurtenis waarbij stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan. Bij een reactie verdwijnen de beginstoffen. Er ontstaan nieuwe

Nadere informatie

Hoofdstuk 5. Reacties en energie. J.A.W. Faes (2019)

Hoofdstuk 5. Reacties en energie. J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 5 Reacties en energie J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 5 Reacties en energie Paragrafen 5.1 Verbranding 5.2 Ontleding van stoffen 5.3 Overmaat en ondermaat 5.4 Energie en reactiesnelheid Practica

Nadere informatie

Samenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (2)

Samenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (2) Samenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (1) Kenmerkend voor het optreden van een chemische reactie is dat de stofeigenschappen veranderen. Als stofeigenschappen veranderen, dan zijn er dus nieuwe ontstaan.. Deze

Nadere informatie

Een ei wordt tijdens het bakken verhit. Er moet constant warmte toegevoegd worden, deze reactie is daarom endotherm.

Een ei wordt tijdens het bakken verhit. Er moet constant warmte toegevoegd worden, deze reactie is daarom endotherm. 8.1 1. Tijdens de verbranding van a. aluminium ontstaat er aluminiumoxide, b. koolstof ontstaat er koolstofdioxide, c. magnesiumsulfide ontstaan er magnesiumoxide en zwaveldioxide, want de beginstof bevat

Nadere informatie

Hoofdstuk 3-5. Reacties. Klas

Hoofdstuk 3-5. Reacties. Klas Hoofdstuk 3-5 Reacties Klas 3 MOLECUULFORMULES OPDRACHT 1: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A H 2O C 2H 6 C C 2H 6O D CO 2 E F C 4H 8O CHN OPDRACHT 2: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A HNO C 3H 6O C C 2H 2 D C 6H 5NO

Nadere informatie

Oefenvragen Hoofdstuk 4 Chemische reacties antwoorden

Oefenvragen Hoofdstuk 4 Chemische reacties antwoorden Oefenvragen Hoofdstuk 4 Chemische reacties antwoorden Vraag 1 Geef juiste uitspraken over een chemische reactie. Kies uit: stofeigenschappen reactieproducten beginstoffen. I. Bij een chemische reactie

Nadere informatie

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE SKILL TREE MOLECUULFORMULES OPDRACHT 1: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A H 2 O C 2 H 6 C C 2 H 6 O D CO 2 E F C 4 H 8 O CHN OPDRACHT 2: MOLECUULFORMULES LEVEL 1 A HNO C 3 H 6 O C C 2 H 2 D C 6 H 5 NO E C 5 H

Nadere informatie

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6 en 8

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6 en 8 Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6 en 8 Samenvatting door een scholier 2783 woorden 10 april 2007 5,9 108 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Banas Natuur- scheikunde Hoofdstuk 6 Uittreksel 6.3A Stoffen verhitten

Nadere informatie

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SKILL TREE SKILL TREE MOLEUULFORMULES Een molecuulformule geeft precies aan welke atoomsoorten en hoe vaak deze atoomsoorten in een molecuul voorkomen. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van indexen. Deze indexen staan

Nadere informatie

Module 8 Chemisch Rekenen aan reacties

Module 8 Chemisch Rekenen aan reacties 1 Inleiding In deze module ga je leren hoe je allerlei rekenwerk kunt uitvoeren aan chemische reacties. Dat is van belang omdat in veel bedrijven wordt gerekend aan reacties onder andere om te bepalen

Nadere informatie

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen Uitwerkingen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN

Nadere informatie

SCHEIKUNDE. Hoofdstuk 9

SCHEIKUNDE. Hoofdstuk 9 SCHEIKUNDE Hoofdstuk 9 Par. 1 Elke chemische reactie heeft een energie-effect. De chemische energie voor én na de reactie is niet gelijk. Als de reactie warmer wordt is de chemische energie omgezet in

Nadere informatie

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN 3(4) VMBO-TGK,

Nadere informatie

6.9. Boekverslag door G woorden 13 december keer beoordeeld. Scheikunde

6.9. Boekverslag door G woorden 13 december keer beoordeeld. Scheikunde Boekverslag door G. 1415 woorden 13 december 2016 6.9 13 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde H2: Chemische Reacties 1. Ontledings- en scheidingsreacties (begrippen komen op het einde) Wat zijn de

Nadere informatie

Rekenen aan reacties 2. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week 18-4-2016

Rekenen aan reacties 2. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week 18-4-2016 Rekenen aan reacties 2 Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 4 Deze les Rekenen aan reactievergelijkingen Samenvatting Vragen Huiswerk voor volgende week Bestuderen Lezen voor deze week Bestuderen

Nadere informatie

Reactievergelijkingen

Reactievergelijkingen Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Emiel D 23 maart 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/60504 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet. Wikiwijs

Nadere informatie

Scheidingsmethoden methode principe voorbeeld. destilleren verschil in kookpunt wijn whiskey. filtreren verschil in deeltjesgrootte koffie

Scheidingsmethoden methode principe voorbeeld. destilleren verschil in kookpunt wijn whiskey. filtreren verschil in deeltjesgrootte koffie 1.2 Twee of meer atoomsoorten samen vormen een molecuul : bouwsteen die bestaat uit twee of meer atomen Atoom : bouwsteen van een molecuul Stoffen Zuivere stoffen Elementen: stoffen waarvan de bouwstenen

Nadere informatie

Paragraaf 1: Fossiele brandstoffen

Paragraaf 1: Fossiele brandstoffen Scheikunde Hoofdstuk 2 Samenvatting Paragraaf 1: Fossiele brandstoffen Fossiele brandstof Koolwaterstof Onvolledige verbranding Broeikaseffect Brandstof ontstaan door het afsterven van levende organismen,

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN * = voor VWO Salmiak, NH 4 Cl(s), kan gemaakt worden door waterstofchloride, HCl(g), te laten reageren met ammoniak, NH 3 (g) 01 Wat is de chemische naam voor salmiak? 02 Geef

Nadere informatie

woensdag 14 december 2011 16:06:43 Midden-Europese standaardtijd

woensdag 14 december 2011 16:06:43 Midden-Europese standaardtijd INLEIDING Geef de reactievergelijking van de ontleding van aluminiumoxide. 2 Al 2 O 3 4 Al + 3 O 2 Massaverhouding tussen Al en O 2 1,00 : 0,889 Hoeveel ton Al 2 O 3 is er nodig om 1,50 ton O 2 te produceren?

Nadere informatie

3.7 Rekenen in de chemie extra oefening 4HAVO

3.7 Rekenen in de chemie extra oefening 4HAVO 3.7 Rekenen in de chemie extra oefening 4HAVO 3.7.1 Tellen met grote getallen In het dagelijks leven tellen we regelmatig het aantal van bepaalde voorwerpen. Vaak bepalen we dan hoeveel voorwerpen er precies

Nadere informatie

Examen scheikunde HAVO tijdvak uitwerkingen

Examen scheikunde HAVO tijdvak uitwerkingen Examen scheikunde HAV tijdvak 2 2018 uitwerkingen Bodem bedekken 1p 1 fotosynthese/koolzuurassimilatie 2 25,0 kg 3 Aantal m 3 polymelkzuur in 1,00 m 3 bolletjes = 3 3 1,24 10 kg/m 2,016 10 2 m 3 4 Volume

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties

Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties Scheikunde VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Onderwerpen Scheikunde 2011 20122012 Stoffen, structuur en binding Kenmerken van Reacties Zuren en base Redox Chemische technieken

Nadere informatie

www.samengevat.nl voorbeeldhoofdstuk havo scheikunde

www.samengevat.nl voorbeeldhoofdstuk havo scheikunde www.samengevat.nl voorbeeldhoofdstuk havo scheikunde www.samengevat.nl havo scheikunde Dr. J.R. van der Vecht Dr. C. Ris Voorwoord Beste docent, Voor u ligt een deel van de nieuwe Samengevat havo scheikunde.

Nadere informatie

Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1

Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1 Oefen opgaven rekenen 4 HAVO bladzijde 1 Opgave 1 uitrekenen en afronden Bij +/- rond je af op het kleinste aantal DECIMALEN, bij x/ rond je af op het kleinste aantal SIGNIFICANTE CIJFERS. Bij gecombineerde

Nadere informatie

Aluminium reageert met zuurstof tot aluminiumoxide. Geeft het reactieschema van deze reactie.

Aluminium reageert met zuurstof tot aluminiumoxide. Geeft het reactieschema van deze reactie. RECTIESCHEM S EINDS LEVEL 2 RECTIESCHEM S EINDS C LEVEL 2 luminium reageert met zuurstof tot aluminiumoxide. Geeft het reactieschema van deze reactie. IJzer reageert met zuurstof tot IJzer(III)oxide. Geef

Nadere informatie

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M

Opgave 1. n = m / M. e 500 mg soda (Na 2CO 3) = 0,00472 mol. Opgave 2. m = n x M Hoofdstuk 8 Rekenen met de mol bladzijde 1 Opgave 1 n = m / M a 64,0 g zuurstofgas (O 2) = 2,00 mol (want n = 64,0 / 32,0) enz b 10,0 g butaan (C 4H 10) = 0,172 mol c 1,00 g suiker (C 12H 22O 11) = 0,00292

Nadere informatie

Rekenen aan reacties. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week

Rekenen aan reacties. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week Rekenen aan reacties Scheikunde iveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 3 Deze les Molair volume Reactievergelijkingen kloppend maken Samenvatting Vragen uiswerk voor volgende week Bestuderen oofdstuk 4: Chemische

Nadere informatie

2 e Internationale Chemieolympiade, Katowice 1969, Polen

2 e Internationale Chemieolympiade, Katowice 1969, Polen 2 e Internationale Chemieolympiade, Katowice 1969, Polen Theorie pgave 1 20 g kaliumsulfaat wordt opgelost in 150 ml water. De oplossing wordt vervolgens geëlektrolyseerd. Na elektrolyse bevat de oplossing

Nadere informatie

Rekenen aan reacties 3. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week

Rekenen aan reacties 3. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week Rekenen aan reacties 3 Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 5 Deze les Rekenen aan reactievergelijkingen (Massaverhouding) Afronding voor volgende week Bestuderen (Rekenen met de massa verhouding)

Nadere informatie

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie.

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 3.1 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 2. De pijl in een reactieschema (bijvoorbeeld: A + B C) betekent: - A en B reageren tot C of - Er vindt

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 Samenvatting door Immanuel 2683 woorden 19 december 2017 4,9 10 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova 1 Ontledings- en synthesereacties Een ontledingsreactie is

Nadere informatie

Scheikundige begrippen

Scheikundige begrippen Scheikundige begrippen Door: Ruby Vreedenburgh, Jesse Bosman, Colana van Klink en Fleur Jansen Scheikunde begrippen 1 Chemische reactie Ruby Vreedenburgh Overal om ons heen vinden er chemische reacties

Nadere informatie

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1983 MAVO-4 Woensdag 15 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) MEERKEUZETOETS Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20

Nadere informatie

Aardolie is een zwart, stroperig mengsel van heel veel stoffen, wat door middel van een bepaalde scheidingsmethode in zeven fracties gescheiden wordt.

Aardolie is een zwart, stroperig mengsel van heel veel stoffen, wat door middel van een bepaalde scheidingsmethode in zeven fracties gescheiden wordt. Meerkeuzevragen Naast koolstofdioxide en waterdamp komen bij verbranding van steenkool nog flinke hoeveelheden schadelijke stoffen vrij. Dit komt doordat steenkool ook zwavel- en stikstofatomen bevat,

Nadere informatie

Een reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn?

Een reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn? Hoofdstuk 19 Reactiesnelheid en evenwicht bladzijde 1 Opgave 1 Voor de volgende reactie: 4 NH 3(g) + 5 O 2(g) 4 NO(g) + 6 H 2O(g) blijkt onder bepaalde omstandigheden: S = 2,5 mol/l s. Hoe groot zijn:

Nadere informatie

Water is een heel bekend begrip. De bekende molecuul formule voor water is uiteraard H2O, de stof heeft

Water is een heel bekend begrip. De bekende molecuul formule voor water is uiteraard H2O, de stof heeft Werkstuk door een scholier 996 woorden 14 mei 2003 5 152 keer beoordeeld Vak Scheikunde Inhoudsopgave Wat is waterstof? Wat is water? Wat is filtreren? Wat is destilleren? Drie fasen van water. Wat is

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door A. 4666 woorden 27 oktober 2014 6,3 6 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal 1-2 Zuivere stof -Een soort moleculen -Element: een

Nadere informatie

4.3 Noodzakelijke voedingsstoffen

4.3 Noodzakelijke voedingsstoffen 4.3 Noodzakelijke voedingsstoffen Er zijn veel verschillende voedingsstoffen. Voorbeelden van voedingsstoffen zijn water, eiwitten, koolhydraten, vetten, mineralen en vitamines. Deze voedingsstoffen krijg

Nadere informatie

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden 2 Meten is weten 1 Nee, want bijvoorbeeld 0,0010 kg is net zo nauwkeurig als 1,0 gram. 2 De minst betrouwbare meting is de volumemeting. Deze variabele bepaald het aantal significante cijfers. 3 IJs: 1,5

Nadere informatie

Rekenen aan reacties 4. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Hulp: kennisclips. Zelfstudieopdrachten voor volgende week

Rekenen aan reacties 4. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Hulp: kennisclips. Zelfstudieopdrachten voor volgende week 4 Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 6 Deze les Rekenen aan reactievergelijkingen (Volume) Afronding voor volgende week (Rekenen met volumes) Hulp: kennisclips www.patricklogister.nl of www.youtube.com/pgjlogister

Nadere informatie

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen. Hoofdstuk 17: Rekenen in molverhoudingen 17.1 Rekenen aan reacties: een terugblik én een alternatief In hoofdstuk 11 hebben we gerekend aan reacties. Het achterliggende idee was vaak, dat je bij een reactie

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Samenvatting hoofdstuk 2, Nova Scheikunde klas 3

Samenvatting Scheikunde Samenvatting hoofdstuk 2, Nova Scheikunde klas 3 Samenvatting Scheikunde Samenvatting hoofdstuk 2, Nova Scheikunde klas 3 Samenvatting door een scholier 1298 woorden 14 januari 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Paragraaf 1 Ontledingsreactie:

Nadere informatie

SCHEIKUNDE 4 HAVO UITWERKINGEN

SCHEIKUNDE 4 HAVO UITWERKINGEN SCHEIKUNDE 4 HAVO UITWERKINGEN Auteurs Tessa Lodewijks Toon de Valk Eindredactie Aonne Kerkstra Eerste editie Malmerg s-hertogenosch www.nova-malmerg.nl 5 Koolstofverindingen Praktijk Glycol vragen 1 a

Nadere informatie

S S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw

S S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle Hoofdstuk 1 Atoombouw Theorie 19 b 78,99 23,98504 10,00 24,98584 11,01 25,98259 24, 31 100 20

Nadere informatie

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media

Basisscheikunde voor het hbo ISBN e druk Uitgeverij Syntax media Hoofdstuk 5 Chemische reacties bladzijde 1 Opgave 1 Maak de volgende reactievergelijkingen kloppend: a C 3H 8O 2 4 O 2 3 CO 2 4 H 2O b P 4 5 O 2 6 H 2O 4 H 3PO 4 c 4 Al 3 O 2 2 Al 2O 3 d 2 Fe 3 Cl 2 2

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2001-II

Eindexamen scheikunde havo 2001-II Eindexamen scheikunde havo 00-II 4 Antwoordmodel Energievoorziening in de ruimte et (uiteenvallen van de Pu-38 atomen) levert energie dus het is een exotherm proces. er komt energie vrij aantal protonen:

Nadere informatie

Database scheikunde havo- vwo

Database scheikunde havo- vwo Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Ralph Meulendijks 26 April 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/67127 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Chemisch rekenen versie 22-03-2016

Chemisch rekenen versie 22-03-2016 Chemisch rekenen versie 22-03-2016 Je kunt bij een onderwerp komen door op de gewenste rubriek in de inhoud te klikken. Wil je vanuit een rubriek terug naar de inhoud, klik dan op de tekst van de rubriek

Nadere informatie

7.1 Het deeltjesmodel

7.1 Het deeltjesmodel Samenvatting door Mira 1711 woorden 24 juni 2017 10 3 keer beoordeeld Vak NaSk 7.1 Het deeltjesmodel Een model van een stof Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen. Aangezien je niet kunt zien hoe een

Nadere informatie

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES

SCHEIKUNDE KLAS 3 REACTIES SHEIKUNDE KLS 3 RETIES STRUTUURFORMULES Een structuurformule geeft aan welke atomen in een molecuul aan elkaar gebonden zijn. Dit wordt aangegeven met streepjes tussen de atomen. Het aantal bindingen dat

Nadere informatie

Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4

Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4 Rekenen aan reacties Curie Hoofdstuk 6 HAVO 4 6.1 Rekenen met de mol 6.2 Rekenen met massa s 6.3 Concentratie 6.4 SPA en Stappenplan 6.1 Rekenen met de mol Eenheden en grootheden 1d dozijn potloden 12

Nadere informatie

Hoofdstuk 8. Opgave 2. Opgave 1. Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO,

Hoofdstuk 8. Opgave 2. Opgave 1. Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO, Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO, Hoofdstuk 8 Opgave 1 Bruistabletten bevatten onder andere natriumwaterstofcarbonaat. Als je deze tabletten in water brengt, treedt een reactie op waarbij

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,

Nadere informatie

PROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3

PROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 HOCUS POCUS... BOEM VERSIE PR O EF DE CHEMISCHE REACTIE WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 14/04/16 20:53 HOOFDSTUK 1 CHEMISCHE REACTIES EN FYSISCHE VERSCHIJNSELEN 1.1 Chemische reactie en fysisch verschijnsel

Nadere informatie

1 Warmteleer. 3 Om m kg water T 0 C op te warmen heb je m T 4180 J nodig. 4180 4 Het symbool staat voor verandering.

1 Warmteleer. 3 Om m kg water T 0 C op te warmen heb je m T 4180 J nodig. 4180 4 Het symbool staat voor verandering. 1 Warmteleer. 1 De soortelijke warmte is de warmte die je moet toevoeren om 1 kg van een stof 1 0 C op te warmen. Deze warmte moet je ook weer afvoeren om 1 kg van die stof 1 0 C af te koelen. 2 Om 2 kg

Nadere informatie

4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven.

4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven. MAVO Herexamen 1976 1. Beantwoord de volgende vragen over het element calcium. a. Hoeveel protonen bevat een atoom van dit element? Licht het antwoord toe. b. Hoe zijn de elektronen over de schillen verdeeld?

Nadere informatie

Thema 2 Materiaal uit de natuur

Thema 2 Materiaal uit de natuur Naut samenvatting groep 6 Mijn Malmberg Thema 2 Materiaal uit de natuur Samenvatting Drie maal water Water kan veranderen van ijs in waterdamp. En waterdamp en ijs kunnen weer veranderen in water. Water

Nadere informatie

H7 werken met stoffen

H7 werken met stoffen H7 werken met stoffen Stofeigenschappen Faseovergangen Veilig werken met stoffen Chemische reacties Stoffen Zuivere stoffen mengsels legeringen één soort moleculen opgebouwd uit een aantal verschillende

Nadere informatie

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen MV0-3 EXMEN MELR LGEMEEN VOORTGEZET ONERWJS N 1982 MV0-3 onderdag 6 mei, 9.00-11.00 uur NTUUR- EN SHEKUNE (Scheikunde) MEERKEUZETOETS it examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen ij het examen

Nadere informatie

Wat is reactiesnelheid? Inleiding. Na deze clip kun je: Onderwerpen. Procestechniek: tijd is geld. Maar het moet ook weer niet te snel gaan

Wat is reactiesnelheid? Inleiding. Na deze clip kun je: Onderwerpen. Procestechniek: tijd is geld. Maar het moet ook weer niet te snel gaan Na deze clip kun je: Wat is reactiesnelheid? uitleggen wat de reactiesnelheid is de factoren die de reactiesnelheid beïnvloeden noemen uitleggen hoe de verschillende factoren de reactiesnelheid beïnvloeden

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2011 - I

Eindexamen scheikunde havo 2011 - I Beoordelingsmodel Uraanerts 1 maximumscore 2 aantal protonen: 92 aantal elektronen: 88 aantal protonen: 92 1 aantal elektronen: aantal protonen verminderd met 4 1 2 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist

Nadere informatie

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1)

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1) 4 Verbranding Verbrandingsverschijnselen (4.1) Bij een verbranding treden altijd een of meer van de volgende verschijnselen op: rookontwikkeling, roetontwikkeling, warmteontwikkeling, vlammen, vonken.

Nadere informatie

5-1 Moleculen en atomen

5-1 Moleculen en atomen 5-1 Moleculen en atomen Vraag 1. Uit hoeveel soorten moleculen bestaat een zuivere stof? Vraag 2. Wat is een molecuul? Vraag 3. Wat is een atoom? Vraag 4. Van welke heb je er het meeste: moleculen of atomen?

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2007-II

Eindexamen scheikunde havo 2007-II Beoordelingsmodel Kwik 1 maximumscore 2 aantal protonen: 160 aantal elektronen: 158 aantal protonen: 160 1 aantal elektronen: het gegeven aantal protonen verminderd met 2 1 2 maximumscore 2 g 2 Cl 2 Indien

Nadere informatie

Reacties met koper 4.1 (1)

Reacties met koper 4.1 (1) Hoofdstuk 4: ELEMENTEN Onderwerpen: Kringloopschema van koper ( ( 4.1) Kleinste deeltjes van de materie (moleculen en atomen) ( ( 4.2) Reactieschema in symbolen ( ( 4.3) Massaverhouding bij reacties (

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2016 NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE 016 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 0 tot en met 7 januari 016 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en opgaven

Nadere informatie

De meeste verbrandingsproducten zie en ruik je niet. Maar je kunt ze wel aantonen met een zogeheten reagens.

De meeste verbrandingsproducten zie en ruik je niet. Maar je kunt ze wel aantonen met een zogeheten reagens. Meerkeuzevragen Naast koolstofdioxide en waterdamp komen bij verbranding van steenkool nog flinke hoeveelheden schadelijke stoffen vrij. Dit komt doordat steenkool ook zwavel- en stikstofatomen bevat,

Nadere informatie

PbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl

PbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl Hoofdstuk 11 Chemische reacties bladzijde 1 Opgave 1 De ionen die in water ontstaan: a NaCl Na Cl - b AgNO 3 Ag - NO 3 c (NH 4) 2SO 4 2 NH 4 SO 4 d KOH K OH - e NiSO 4 Ni 2 SO 4 Opgave 2 Schrijf de volgende

Nadere informatie

Praktijk Zonder katalyse geen welvaart

Praktijk Zonder katalyse geen welvaart Praktijk Zonder katalyse geen welvaart vragen 1 De chemische energie is voor 80% afhankelijk van katalyse. Een katalysator zorgt ervoor dat een apparaat of machine minder energie verbruikt. Katalyse kan

Nadere informatie

Onderwerp: Onderzoek doen Kerndoel(en): 28 Leerdoel(en): - Onderzoek doen aan de hand van onderzoeksvragen - Uitkomsten van onderzoek presenteren.

Onderwerp: Onderzoek doen Kerndoel(en): 28 Leerdoel(en): - Onderzoek doen aan de hand van onderzoeksvragen - Uitkomsten van onderzoek presenteren. Vak: Scheikunde Leerjaar: Kerndoel(en): 28 De leerling leert vragen over onderwerpen uit het brede leergebied om te zetten in onderzoeksvragen, een dergelijk onderzoek over een natuurwetenschappelijk onderwerp

Nadere informatie

14 DE ATOOMTHEORIE VAN DALTON PROCESTECHNIEK

14 DE ATOOMTHEORIE VAN DALTON PROCESTECHNIEK PROCESTECHNIEK Wat leer je? uitleggen wat een reactieschema is; reactieschema's in woorden en symbolen opstellen; de kenmerken van de atoomtheorie van Dalton noemen; moleculen en atomen tekenen; scheikundige

Nadere informatie

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M?

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M? Chemie juli 2009 Laatste wijziging: 31/07/09 Gebaseerd op vragen uit het examen. Vraag 1 Geef de structuurformule van nitriet. A. B. C. D. Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing

Nadere informatie

Eindexamen vwo scheikunde I

Eindexamen vwo scheikunde I Waterstof uit afvalwater 1 maximumscore 4 C 6 H 1 O 6 + 4 H O 4 H + CH COO + HCO + 4 H + molverhouding CH COO : HCO = 1 : 1 en C balans juist 1 coëfficiënt voor H + gelijk aan de som van de coëfficiënten

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3 4 Samenvatting door Syb 1176 woorden 4 keer beoordeeld 4 maart 2018 Vak Scheikunde Methode Chemie overal Scheikunde H1/H2/H3 Samenvatting PARAGRAAF 1.1 Een stof

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1974 MAVO-4 Dinsdag 11 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) OPEN VRAGEN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2005-II

Eindexamen scheikunde havo 2005-II 4 Beoordelingsmodel Jood-129 1 aantal protonen: 53 aantal elektronen: 53 aantal protonen: 53 1 aantal elektronen: gelijk aan aantal protonen 1 2 Een voorbeeld van een juist antwoord is: Er ontstaan geen

Nadere informatie

7. Chemische reacties

7. Chemische reacties 7. Chemische reacties 1. Definitie Bij een chemische reactie verdwijnen één of meer stoffen en ontstaan één of meer nieuwe stoffen. De stoffen die verdwijnen noemen we de uitgangsstoffen of reagentia.

Nadere informatie

Datum Voorzitter Secretaris Klusser

Datum Voorzitter Secretaris Klusser Datum Voorzitter Secretaris Klusser Elaborate Aan de slag 4: Het winnen van koper uit malachiet teamopdracht Inleiding De bereiding van koper uit malachiet gaat in verschillende stappen: Stap 1: het maken

Nadere informatie

Reactie-energie, reactiesnelheid, en evenwicht versie Inhoud

Reactie-energie, reactiesnelheid, en evenwicht versie Inhoud Reactie-energie, reactiesnelheid, en evenwicht versie 02-03-2016 Je kunt bij een onderwerp komen door op de gewenste rubriek in de inhoud te klikken. Wil je vanuit een rubriek terug naar de inhoud, klik

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat uit twintig vragen

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat uit twintig vragen MAVO -C I EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1985 MAVO -C Vrijdag 10 mei, 9.00-11.00 uur SCHEIKUNDE- meerkeuzevragen Dit examen bestaat uit twintig vragen Bij het examen scheikunde wordt

Nadere informatie

LUMC SPECIALISTISCHE OPLEIDINGEN Tentamen Scheikunde voor operatieassistenten i.o. 2007

LUMC SPECIALISTISCHE OPLEIDINGEN Tentamen Scheikunde voor operatieassistenten i.o. 2007 LUMC SPECIALISTISCHE OPLEIDINGEN Tentamen Scheikunde voor operatieassistenten i.o. 2007 docent: drs. Ruben E. A. Musson Het gebruik van uitsluitend BINAS is toegestaan. 1. Welk van de volgende processen

Nadere informatie

Er is sprake van een zuivere stof als er slechts één stof is. Salmiak is dus een zuivere stof.

Er is sprake van een zuivere stof als er slechts één stof is. Salmiak is dus een zuivere stof. Boekverslag door D. 2309 woorden 17 juni 2010 6.3 52 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie 3 Drop en ander snoep 3.1 Reactie en reactieschema 1 Bij het mengen worden stoffen alleen maar

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2, Paragraaf 1, 2 en 3

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2, Paragraaf 1, 2 en 3 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2, Paragraaf 1, 2 en 3 Samenvatting door een scholier 1892 woorden 19 augustus 2010 5,4 17 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Curie Scheikunde.. Hfst 1 & 2.1,

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2006-II

Eindexamen scheikunde havo 2006-II 4 Beoordelingsmodel Element 115 1 Calcium heeft atoomnummer 20 en americium heeft atoomnummer 95. Dus samen hebben ze 115 protonen. calcium heeft atoomnummer 20 en americium heeft atoomnummer 95 1 2 Een

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat uit twintig vragen

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat uit twintig vragen MVO- C l EXMEN MDDELBR LGEMEEN VOORTGEZET ONDERWJS N 1984 MVO-C Vrijdag 4 mei, 9.00-11.00 uur SCHEKUNDE- meerkeuzevragen Dit examen bestaat uit twintig vragen Bij het examen scheikunde wordt de volgende

Nadere informatie

1 Algemene begrippen. THERMOCHEMIE p. 1

1 Algemene begrippen. THERMOCHEMIE p. 1 TERMOCEMIE p. 1 1 Algemene begrippen De chemische thermodynamica bestudeert de energieveranderingen en energieuitwisselingen bij chemische processen. Ook het voorspellen van het al of niet spontaan verloop

Nadere informatie

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof.

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof. 1 Een oplossing van zwavelzuur en een oplossing van bariumhydroxide geladen beide elektriciteit. Wordt bij de zwavelzuuroplossing een oplossing van bariumhydroxide gedruppeld, dan neemt het elektrisch

Nadere informatie

Stoffen en Reacties 2

Stoffen en Reacties 2 Stoffen en Reacties 2 Practicum Metalen Naam student 1. Naam student2..... Pagina 2 van 13 Inleiding Reageert metaal met zuurstof? Sinds de mensheid metalen kent worden ze voor allerlei toepassingen gebruikt

Nadere informatie