Schrijfwijzer publicaties

Transcriptie

1 Schrijfwijzer publicaties Versie 1.4.: 12 maart 2015 Algemeen Spellingsregels volgens het Witte boekje Adventisme Medewerkers van het Landelijk Kantoor, indien zij voorkomen in een bericht, krijgen op Kerkplein hun functie achter hun naam. Gebruik de functie dat het beste overeenkomt met het bericht (bijvoorbeeld, voor een bericht over tieners: zei Madelon Comvalius, associate departementshoofd Tienerpastoraat). Ingezegende predikanten worden ds. genoemd. In en op Kerkplein na de eerste keer de achternaam gebruiken, of de combinatie voor- en achternaam. Niet-ingezegende predikanten worden de eerste keer proponent-predikant genoemd, daarna (indien van toepassing) proponent. Ze voeren geen ds. In en op Kerkplein na de eerste keer de achternaam gebruiken, of de combinatie voor- en achternaam. Pastorale werkers worden pastoraal werker genoemd. Ze voeren geen ds. In en op Kerkplein na de eerste keer de achternaam gebruiken, of de combinatie voor- en achternaam. Broeder en zuster gebruiken we niet in externe berichtgeving. Sabbat schrijf je (net als alle dagen van de week) met een kleine letter. Op Kerkplein zetten we daar (zaterdag) achter. Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten schrijf je alleen zo (geen Kerk der, geen Kerkgenootschap van de, etc.). Na de eerste keer gebruik je Adventkerk of het kerkgenootschap. Hiermee refereren we naar de kerk als instituut, of de kerk in Nederland. De term wereldkerk gebruiken we om de Generale Conferentie als instituut aan te duiden. Het gebouw van de Generale Conferentie heet het hoofdkantoor van de wereldkerk. Europese hoofdkantoor gebruiken we als we moeten refereren naar de Trans-Europese Divisie. Wij heten zevendedags-adventisten of adventisten (niet Zevende-dags Adventisten, Adventisten). Ons terrein heet Oud Zandbergen (let op, geen streepje). Het kantoor op Oud Zandbergen heet het Landelijk Kantoor (niet de unie, het uniegebouw, of Oud Zandbergen).

2 Ds. Wim Altink is Voorzitter. Ds. Bert Nab is (Algemeen) Secretaris. Istrahel Schorea is Penningmeester. De departementen van het Landelijk Kantoor zijn: Jongeren en Gezinnen (ds. Tom de Bruin), Gemeentegroei (ds. Rudy Dingjan) en Persoonlijke Ontwikkeling (ds. Jurriën den Hollander). Elk departement heeft een departementshoofd (geen stafmedewerker, jeugdsecretaris). De afdelingen van het Landelijk Kantoor zijn AJV of Jeugd (ds. Tom de Bruin), Communicatie (ds. Tom de Bruin), ESDA (Ds. Rudy Dingjan, Joanne Balk), Facilitair (Louise van der Kamp), Finance (Istrahel Schorea), Gemeentegroei (ds. Rudy Dingjan), Gemeenterevitalisatie (ds. Jurriën den Hollander), Gezinspastoraat (ds. Tom de Bruin, Madelon Comvalius), Kinderpastoraat (ds. Tom de Bruin, Madelon Comvalius), Ministerial Association (ds. Jurriën den Hollander), Onroerend Goed (Istrahel Schorea, Joris van der Ploeg), Publicaties (ds. Wim Altink, Joanne Balk), Rentmeesterschap (ds. Bert Nab), Sabbatschool (ds. Jurriën den Hollander, Joanne Balk), Servicecentrum (Joanne Balk) Scouting, AJV Scouts en Pathfinders (ds. Tom de Bruin, Aïcha Martijn), Tienerpastoraat (ds. Tom de Bruin, Madelon Comvalius), Vrouwenpastoraat (ds. Tom de Bruin, Madelon Comvalius), en Volunteers (ds. Tom de Bruin). Madelon Comvalius en Joanne Balk zijn associate departementshoofd, verantwoordelijk voor een aantal afdelingen van enkele departementen. De lokale (advent)gemeente schrijf je met een kleine letter. De naam van de gemeente volgens de algemene spellingsregels (b.v. gemeente Huizen, adventgemeente Uniek Utrecht, gemeente Het middelpunt, adventgemeente Rotterdam International). Een lokale gemeente is geen kerk (maar heeft wel een kerkgebouw, adventkerk of kapel). Het meervoud is gemeenten. Theologie Spelling van bijbelboeken en bijbelse namen volgens de spelling van de NBV (b.v. Matteüs, Goliat). Bijbelboeken worden altijd voluit geschreven.

3 Bijbelcitaten komen altijd uit de NBV. Verander dan indien van toepassing HEER in Heer. Zet de versnummers niet in het citaat. (dus niet: 1vers één 2rest van de zin 3 etc.etc. ). Persoonlijke voornaamwoorden voor God en Jezus altijd met een kleine letter (ik, jij, uw, zijn, etc.), aangezien het Grieks dat ook doet. Zelfstandige naamwoorden die een naam van God kunnen zijn krijgen een hoofdletter (Almachtige, Eeuwige). Bijvoeglijk naamwoorden niet (almachtige God). Schrijf heilige Geest, met alleen een hoofdletter G. Bijbel schrijf je altijd met een hoofdletter. (Officieel is de regel: wanneer de Bijbel als inhoudelijk boek wordt aangeduid, dan is het ten eerste een titel en dus met een hoofdletter; wanneer je spreekt over een bepaalde letterlijke bijbel, duidend op het kaft en papier en niet op de inhoud, dan gebruik je officieel een kleine letter. De gemiddelde lezer zal niet begrijpen waarom Bijbel soms met een kapitaal geschreven wordt en soms niet.) Afgeleide woorden van God en de Bijbel krijgen een kleine letter, ook bijvoeglijk naamwoorden. Word corrigeert hier fout! (b.v. bijbelstudie, bijbels, goddelijk inzicht). Alle bijbelse namen van God (Vader, Zoon, Redder, Rechter, Schepper, Eeuwige) met een hoofdletter, alle niet-bijbelse/zelfbedachte namen van God (reddingsboei, etc.) met een kleine letter. Religieuze stromingen schrijf je met een kleine letter: adventisten, christenen, islamieten, gereformeerden. Ook: christendom, islam, omdat het geen benaming van een organisatie of kerk is. Let op: wel Joden, zie verderop. Religieuze organisaties of kerkgenootschappen schrijf je met een hoofdletter: Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten, Rooms-Katholieke Kerk, de Evangelische gemeente. Maar maak je er een bijvoeglijk naamwoord van, dan weer klein (evangelische christenen, rooms-katholieke tradities, adventistische evangelisatie). Namen van volken beginnen met hoofdletters: Duitsers, Fransen, Joden, Grieken, etc. Jood schrijf je altijd met een hoofdletter. (Officieel is de regel: jood = religieus, Jood = volk. Maar het onderscheid jood religieus, en jood volk, is zeer moeilijk te maken). Hoofd- of kleine letters Schrijf alleen met een hoofdletter wat echt met een hoofdletter hoort. Dat is veel minder dan je denkt! Studiedag, ledenvergadering, gemeente-avond, nieuwsbulletin: allemaal kleine letters, tenzij aan het begin van de zin. Titels van Nederlandse boeken: Geef het eerste woord een hoofdletter, de andere woorden volgens de gewone regels. Maak de hele titel cursief. Titels van buitenlandse boeken: Volg de regels van die taal (Engels: eerste woord krijgt hoofdletter, verder alle woorden die bestaan uit meer dan 3 letters krijgen een hoofdletter. Duits: eerste woord krijgt hoofdletter, verder alle zelfstandige naamwoorden krijgen een hoofdletter). Maak de hele titel cursief.

4 De namen van maanden en weekdagen, inclusief sabbat, met kleine letter staat hierboven al. Leestekens We gebruiken enkele aanhalingstekens. Dubbele aanhalingstekens ( ) worden nooit gebruikt. Gebruik je een citaat, dan komt de punt vóór het aanhalingsteken sluiten -teken. Als je een stuk overslaat uit een citaat, en het is belangrijk om dat aan te geven (b.v. als je de Bijbel citeert) gebruik een ellips: (b.v. Want God had de wereld zo lief dat hij zijn enige Zoon heeft gegeven, om een oordeel over haar te vellen, maar om de wereld door hem te redden. ) Vind je dat je ergens puntjes moet gebruiken, schrijf er dan nooit meer dan drie achter elkaar. Ook niet minder. Maak echter zo min mogelijk gebruik van puntjes en maak liever je zin af. Voorbeeld: Het gebruik van puntjes is meestal geen fraai voorbeeld van stijl Wil je toch gebruikmaken van puntjes, dan komt er een spatie vóór de puntjes. Wees spaarzaam met uitroeptekens. Gebruik geen dubbele leestekens:!!,??,?! zijn niet toegestaan. En HOOFDLETTERS ook niet. Diversen Telwoorden voluit tot twintig, daarna rangtelwoorden voluit. Uitzonderingen: 10%, Amersfoortseweg 18, telefoonnummers, groep 5. Telwoorden die languit een gezegde zijn: drieëntwintighonderd avonden en morgens Boektitels, gebruikt in een tekst: slechts beginnen met hoofdletter, in cursief. Schrijf aan elkaar wat aan elkaar hoort: autismespectrumstoornis is bijvoorbeeld één woord. Termen in vreemde talen schrijven we de eerste keer cursief, behalve als het gaat om ingeburgerde begrippen als elevatorpitch, mindmap, mail en zaken als good governance en positive behavior support. Na de eerste keer hoeft het woord niet meer cursief. Titels gebruiken we spaarzaam. Wel bij de introductie van een persoon in een artikel of op Kerkplein, niet bij de auteursvermelding.

5 Stijl Vermijd het hulpwerkwoord worden gevolgd door een voltooid deelwoord. Het is geen fout taalgebruik, maar het is lijdend, lelijk en schept afstand tot de lezer. Dus niet: De plannen van de kerk worden gerealiseerd, maar: De kerk realiseert de plannen. Probeer een zin niet met een cijfer te beginnen. Begin een verslag of stukje kopij niet met een bepaling van tijd of plaats. Dus niet: Woensdagavond vond in Meppel een bidstond plaats. Ook niet: Op woensdag 27 april was de landelijke studiedag. Maar, bijvoorbeeld: De predikanten van het Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten bezochten de landelijke studiedag. Die vond plaats op woensdag 27 april in Steenwijk. Vermijd generalisaties die vaak stigmatiserend zijn: niet de Duitsers, of de Amerikanen, of de adventisten, of de Joden, maar sommige Duitsers, of veel Amerikanen, of de meeste adventisten, etc. Grammatica Een veel voorkomende fout is het gebruik van je kan. Taal evolueert, maar het is nog steeds: je kunt. Spreektaal is geen schrijftaal.