SCHEIKUNDE 4 VWO GYMNASIUM VOORBEELD TOA-HANDLEIDING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SCHEIKUNDE 4 VWO GYMNASIUM VOORBEELD TOA-HANDLEIDING"

Transcriptie

1 SCEIKUNDE 4 VW GYMNASIUM VRBEELD TA-ANDLEIDING De volledige TA-handleiding staat in het Nova Scheikunde epack havo/vwo/gymnasium bovenbouw (docentlicentie) bij ondersteunend materiaal - handleidingen.

2 Extra aanwijzingen bij de experimenten oofdstuk 1 Microstructuren Experimenten oofdstuk 2 Brandstoffen Experimenten oofdstuk 3 Zouten Experimenten oofdstuk 4 Experimenten oofdstuk 5 Evenwichten Experimenten Integrale tekst van de experimenten uit het boek Experimenten van hoofdstuk 1 Microstructuren Experimenten van hoofdstuk 2 Brandstoffen Experimenten bij hoofdstuk 3 Zouten Experimenten bij hoofdstuk 4 Energie en chemie in beweging Experimenten bij hoofdstuk 5 Evenwichten Eerste editie Malmberg s-ertogenbosch Uitgeverij Malmberg

3 TA-handleiding Experimenten Per hoofdstuk zijn enkele experimenten opgenomen. De hoeveelheid is afhankelijk van het thema dat wordt behandeld. De experimenten zijn over het algemeen 'kookboekpractica' en de leerlingen kunnen er in principe zelfstandig doorheen gaan. Een deel van de proeven zal niet gemakkelijk door de leerlingen zelf uitgevoerd kunnen worden en deze worden aangeduid als demonstratieproeven (DEM). Demonstratieproeven zijn proeven die de docent uitvoert, terwijl de klas toekijkt. Tijdens demonstratieproeven moet de leerling de waarnemingen zelf noteren en een aantal vragen beantwoorden over de proef. iermee wordt passief kijken tegengegaan. Chemiekaarten Waar mogelijk wordt er bij elke te gebruiken stof vermeld welke chemiekaart erbij hoort. Achter stoffen waarvan geen chemiekaart aanwezig is, staan de letters gc. Uitgeverij Malmberg 4

4 Extra aanwijzingen bij de experimenten oofdstuk 1 Microstructuren Experiment 1 Doel van het experiment Nodig Voorbereiding Werkwijze Reactiviteit van metalen (DEM) Bepalen in welke volgorde van reactiviteit de metalen calcium, magnesium en koper geplaatst moeten worden vijf demonstratiebuizen koperkrullen magnesiumlint calciumkorrels demiwater 1 M zoutzuur Zorg dat alles klaar staat aan het begin van de les. Vul drie buizen voor ⅓ met demiwater en twee buizen voor ⅓ met 1 M zoutzuur. Voeg eerst de drie metalen toe aan het demiwater en dan het koper en het magnesiumlint aan het zoutzuur. Laat een leerling voelen aan de buis om de temperatuurstijging waar te nemen. De volgende reacties vinden plaats: Ca(s) (l) Ca 2+ (aq) + 2 (aq) + 2 (g) Mg(s) (aq) Mg 2+ (aq) + 2 (g) Tips De serie kan eventueel afgemaakt worden door, in de zuurkast, een schepje koperkrullen toe te voegen aan een geconcentreerde zwavelzuuroplossing en deze te verwarmen. De volgende reactie zal plaatsvinden en de ontstane koperionen kleuren de oplossing blauw. Cu(s) S 4 (l) (aq) Cu 2+ (aq) (aq) + S 2 (g) Deze proef kan ook als leerlingproef uitgevoerd worden. Magnesiumlint vooraf schuren. Verwerking 1. demiwater 1 M zoutzuur Koperkrullen Er gebeurt niets Er gebeurt niets Magnesiumlint Er gebeurt niets Er treedt een gasontwikkeling op en de Uitgeverij Malmberg 5

5 Calciumkorrels Er treedt een gasontwikkeling op, de vloeistof wordt wit troebel en de buis wordt warm buis wordt warm Deze proef hoeft niet gedaan te worden. Wel gedaan: er komt een gas vrij en de buis wordt warm 2. et metaal heeft gereageerd met water/zoutzuur waarbij metaalionen zijn ontstaan. 3. Je hebt al gezien dat calcium als enige met water reageert en dus het meest onedel is. Conclusie 4. Calcium is het meest onedel want reageert al met water. 5 Koper is het meest edel want reageert helemaal niet. Chemiekaarten: koper C-0964 ; magnesium C-0687 ; calcium C-0611 ; zoutzuur C Uitgeverij Malmberg 6

6 Experiment 2 Doel van het experiment Geleidbaarheid van materialen De leerling leert eigenschappen op macroniveau koppelen aan de kennis die hij heeft opgedaan van de microstructuren van de materialen. Benodigdheden keukenzout (NaCl) Soldeer (een legering van Pb, Sn) kaarsvet (C ) demiwater voedingskast of batterijen 2 koolstofelektrodes 3 elektriciteitssnoertjes 2 krokodillenbekjes 1 12-volts lampje metalen spateltje (of spijker) 2 bekerglaasjes spatel bunsenbrander Voorbereiding Werkwijze Lever de leerlingen bekerglaasjes aan met daarin al soldeer en kaarsvet. Deze kunnen gerecycled worden voor de volgende 4e klassen. Begrenzing van de voedingskastjes beschermt de koolstof elektrodes. et is belangrijk duidelijk tijd in te ruimen voor het invullen van de voorspellingen. Wanneer de voorspelling niet uitkomt, dwingt dat extra tot nadenken. Een korte bespreking van de resultaten heeft zeker meerwaarde. Tips Leerlingen zijn geneigd het vloeibare kaarsvet door de gootsteen te spoelen. Soldeer wordt vaak veel te lang verwarmd, omdat de leerlingen niet zien dat hij al gesmolten is. De meeste theoretische fouten worden gemaakt bij het benoemen van de deeltjes die elektriciteit geleiden. Vaak worden alleen elektronen genoemd of alleen het metaalion bij het opgeloste zout. - Leuk om te laten zien dat ook een potlood de elektrische stroom geleidt. Eventueel kunt u deze proef als demoproef uitvoeren. Uitgeverij Malmberg 7

7 pstelling met potlood opstelling met NaCl-oplossing Resultaten Stof Formule Fase van de stof keukenzout NaCl(s) Vast demiwater 2 (l) Vloeibaar Geleiding elektriciteit prognose: JA/NEE Geleiding elektriciteit waarneming : JA/NEE Nee Nee Welke deeltjes zorgen voor de stroomgeleiding? ijsklontje van demiwater 2 (l) Vast ijzer Fe(s) vast koolstof C(s) vast ja Nee Ja Vrij bewegende elektronen (valentieelektronen) Vrij bewegende elektronen kaarsvet C (s) vast Kaarsvet C (l) vloeibaar Soldeer Pb(s) + Sn(s) Vast Soldeer Pb(l) + Sn(l) vloeibaar keukenzout opgelost in demiwater vrij bewegende Na + en Cl - ionen in 2 Vloeibaar/ opgelost Nee Nee Ja Ja Ja Vrij bewegende elektronen (valentieelektronen) Vrij bewegende elektronen (valentieelektronen) Vrij bewegende ionen Verwerking 1. De vrij bewegende valentie-elektronen zorgen voor de stroomgeleiding bij een metaal. 2. Koolstof is geen metaal en geleidt toch stroom als vaste stof. 3. Evenals bij een metaal vrij bewegende elektronen. 4. Een zoutoplossing bevat vrij bewegende geladen deeltjes (ionen). Uitgeverij Malmberg 8

8 Conclusie 5. Metalen en zouten. 6. Bij metalen: vrij bewegende valentie-elektronen; bij zouten: vrij bewegende ionen. 7. Een metaal geleidt stroom in vaste en vloeibare toestand, een zout in opgelost toestand, een moleculaire stof niet. Chemiekaarten: NaCl C-0558 ; ijzer gc ; koolstof C-0992 ; kaarsvet gc ; soldeer gc. Uitgeverij Malmberg 9

9 Experiment 3 Doel van het experiment Bindingen De leerling leert hoe het verschil tussen een chemische reactie en een faseovergang er op macroniveau uitziet en hoe dat zich op microniveau laat verklaren. Benodigdheden tafelsuiker (C ) keukenzout (NaCl) magnesiumlint stearine (C ) spuitflesje demiwater spatel brander lucifers 6 reageerbuizen horlogeglas reageerbuisknijper tang Voorbereiding Werkwijze Wijs de leerlingen erop niet te lang in de vlam van het brandende magnesium te kijken. Laat leerlingen na elk deelonderzoek eerst de vragen beantwoorden zodat ze duidelijk de relatie met de theorie zien. Tips Vragen Proef Suiker oplossen in water 1. De suiker lost op in het water. oplossen 2. Nee, het blijft de stof suiker: C (s) C (aq) 3. De vanderwaalsbindingen tussen de suikermoleculen worden verbroken en ook de -bruggen tussen de suikermoleculen. Wel ontstaan nieuwe vanderwaalsbindingen en -bruggen tussen de suikermoleculen en de watermoleculen. 4. De atoombindingen in de suikermoleculen blijven intact. Proef Zout oplossen in water 5. De bindingen tussen de ionen in het zout. Wel ontstaan nieuwe bindingen tussen de ionen en de watermoleculen: hydratatie. 6. Suiker opgelost in water: Uitgeverij Malmberg 10

10 C C 2 C C C C C 2 C C C C 2 C Natriumchloride (keukenzout) opgelost in water: Na + Cl - Verhitten van kaarsvet 7. De stearine smelt en wordt een kleurloze vloeistof. 8. De vanderwaalsbindingen blijven nog bestaan alleen zal door de warmtebeweging de vanderwaalsbinding niet meer sterk genoeg zijn om de moleculen op een vaste plaats te houden. Verhitten van suiker 9. De suiker gaat ontleden (thermolyse). 10. De vanderwaalsbindingen tussen en de atoombindingen in de suikermoleculen. Verhitten van keukenzout 11. Nee, lukt niet. De ionbinding tussen de positieve en negatieve ionen is te sterk om door verhitting met een brander te verbreken. Verbranden van magnesium 12. Je ziet het stukje magnesiumlint eerst ombuigen en dan met en fel witte vlam verbranden waarbij een witte rook te zien is. Na afloop is een witte vaste stof gevormd. 13. et magnesium heeft met zuurstof uit de lucht gereageerd: verbranding. 14. Een verbranding of verbrandingsreactie. 15. De metaalbinding tussen de magnesiumatomen en de atoombinding in de zuurstofmoleculen worden verbroken. Gevormd worden de ionbindingen tussen de magnesiumionen en oxide-ionen in magnesiumoxide. Magnesiumoxide in water 16. Nee, het blijft troebel dus het zout lost niet op. 17. De ionbinding tussen de magnesium- en oxide-ionen is veel sterker dan de ionbinding tussen de natrium- en chloride-ionen. Uitgeverij Malmberg 11

11 18. De ladingen van de ionen in magnesiumoxide zijn 2+ en 2-, in natriumchloride 1+ en 1-. De aantrekking tussen 2+ en 2- ionen is veel sterker dan tussen 1+ en 1- ionen. et verklaart daarmee het verschil in oplosbaarheid. oplossen 19. plossen suiker: C (s) C (aq). + plossen natriumchloride: NaCl(s) Na (aq) + Cl (aq). Smelten kaarsvet: C (s) C (l). Verbranden magnesium: 2 Mg(s) + 2(g) 2 Mg(s). Conclusie 20. bij zouten gaan de ionen die in het rooster zitten los van elkaar en worden door watermoleculen door watermoleculen omgeven. Bij suiker gaan de suikermoleculen los van elkaar en worden door watermoleculen omgeven. et verschil is dat bij een zout positieve en negatieve ionen aanwezig zijn en bij suiker complete moleculen Bij verhitten van suiker worden de atoombindingen in de suikermoleculen verbroken en weer nieuwe gevormd. Bij verbranden van een metaal gaan de metaalatomen uit het metaalrooster elektronen afstaan en positieve ionen vormen. De zuurstofmoleculen worden afgebroken en er vormen zich losse zuurstofatomen die elektronen opnemen en negatieve ionen vormen. Chemiekaarten: suiker gc ; NaCl C-0558 ; magnesium C-0687 ; kaarsvet gc. Uitgeverij Malmberg 12

12 Experiment 4 Doel van het experiment Water, een bijzondere stof De leerling ziet welke bijzondere eigenschappen water heeft en leert ze verklaren aan de hand van het deeltjesmodel. Benodigdheden glas of bekertje vol met water punaise, zonder plastic omhulsel afwasmiddel katoenen draad bekerglas met water kam Voorbereiding Werkwijze et is aan te bevelen de proeven even te oefenen. Proef 1:Gebruik een punaise zonder plastic hoedje. ok een naald of zelfs een klein muntje kan op het water "drijven". Laat de druppel wasmiddel langs de rand in het water glijden, anders denken de leerlingen dat de punaise zinkt door de verstoring van het water. Proef 2: Met een beetje oefenen kan een heel bekerglaasje water "overgegoten" worden langs het draadje. Proef 3: Laat ook even zien dat er niets gebeurt wanneer het kammetje nog niet statisch is. Tips Wees bedacht op scepsis. et kan noodzakelijk zijn te demonstreren dat andere stoffen dan water deze eigenschappen niet bezitten. et kan daarom handig zijn wat ethanol of (lamp)olie achter de hand te hebben. Proefonderdeel 1: punaise drijft op water en zinkt als een druppel afwasmiddel wordt toegevoegd. ierdoor wordt de oppervlaktespanning van water verlaagd omdat de zeepmoleculen aan het oppervlak tussen de watermoleculen gaan zitten. Punaise drijft op water Proef 2 Als u een kleurtje aan het water geeft is het duidelijker zichtbaar dat de waterdruppel langzaam langs de draad naar beneden rolt. Proef 3 Dit is een bekende proef vanuit de natuurkunde. Uitgeverij Malmberg 13

13 Vragen Proef 1 punaise op water 1. De punaise drijft op water vanwege de zeer grote oppervlaktespanning van water: aan het oppervlak houden de watermoleculen elkaar heel stevig vast. 2. Na toevoeging van afwasmiddel zinkt de punaise omdat aan het oppervlak de zeepmoleculen tussen de watermoleculen gaan zitten waardoor de oppervlaktespanning sterk verlaagd wordt. Proef 2 3. De zwaartekracht die de watermoleculen naar beneden trekt en de aantrekkingskracht tussen de watermoleculen en de katoenmoleculen uit de draad. 4. Nee, want watermoleculen gaan geen binding aan met de metaalatomen in de metaaldraad. Proef 3 5. De waterstraal buigt af naar de gewreven kam/staaf. 6. De staaf is statisch geladen en wekt in de watermoleculen een tegenlading op waardoor ze elkaar aantrekken Uitgeverij Malmberg 14

14 Experiment 5 Doel van het experiment plosbaarheid van moleculaire stoffen(dem) De leerling leert op basis van de structuurformule van een stof voorspellen of hij mengt met water. Benodigdheden 4 demonstratiebuizen elk voor ⅓ gevuld met water 4 stoppen glycerol octaanzuur hexaan aceton Voorbereiding Werkwijze Laat, voor het starten van de demonstratie, eerst vraag 1 beantwoorden. Bespreek enkele voorspellingen. Schenk steeds een gelijk deel glycerol, hexaan, octaanzuur of aceton bij het water in de buis. Schud goed en zet de buis terug in het rek. Laat de leerlingen de situatie in de buis goed bekijken. Bespreek eventueel ook welke laag de waterlaag is en waarom. Tips et grensvlak kan beter zichtbaar gemaakt worden door wat (voedings)kleurstof aan het water toe te voegen. Dit kan ook pas gedaan worden na afloop van het experiment om te controleren of juist is voorspeld welke laag de waterlaag is. Afhankelijk van de beschikbaarheid op school kan er ook voor andere alcoholen/zuren gekozen worden of kunnen er nog andere moleculaire stoffen gebruikt worden voor deze demonstratieproef. Een alternatief voor hexaan is wasbenzine. Als u geen octaanzuur hebt kunt u als alternatief octaan-1-ol gebruiken. Bespreek voorafgaand aan het experiment de voorspellingen over de oplosbaarheid. Resultaten Stof voorspelling Lost wel op/lost niet op Glycerol Lost wel op exaan / wasbenzine Lost niet op ctaanzuur / octaan- Lost niet op 1-ol Aceton Lost wel op Vragen 1. Je verwacht dat glycerol zeker zal oplossen: verhoudingsgewijs veel -groepen per molecuul. exaan is een apolaire stof en zal dus niet oplossen. ctaanzuur/octaan-1-ol heeft een lange hydrofobe staart en zal dus slecht oplosbaar Uitgeverij Malmberg 15

15 zijn in water. Aceton kan vanwege de C= groep -bruggen ontvangen en dus oplosbaar zijn in water. 2. De voorspellingen kloppen. 3. Zie antwoord bij vraag Ja, zie antwoord bij vraag 1. Chemiekaarten: glycerol C-0347 ; hexaan C-0176 ; octaanzuur gc ; aceton C-0001 Uitgeverij Malmberg 16

16 Experiment 6 Doel van het experiment Verbranden van staalwol De leerling laat staalwol reageren met zuurstof en voert voor het eerst molberekeningen uit aan de uitkomst van een experiment. Benodigdheden stukje staalwol van ongeveer 2 gram horlogeglas brander kroezentang lucifers bovenweger (op honderdste gram nauwkeurig) Voorbereiding Werkwijze Knip alvast stukjes staalwol van ongeveer 2 gram af. Leerlingen staan anders eindeloos stukjes van precies 2,00 gram af te knippen. Wanneer er een te hete vlam gebruikt wordt, kan het staalwol wat spatten. Tips Veel leerlingen zullen de uiterlijke verandering van het staalwol niet opmerken. Laat ze vergelijken met een nieuw stukje staalwol. Werkwijze: horlogeglas breekt bij aanraken met brander! Beter: indampschaaltje! Resultaten Leeg indampschaaltje = 39,786 g Indampschaaltje + staalwol = 41,836 g Indampschaaltje + verbrand staalwol = 41,951 g Massa staalwol = 2,05 g; massa verbrand staalwol = 2,165 g. vragen 1. Je ziet dat het staalwol gaat gloeien en dat de kleur verandert van lichtgrijs naar dofgrijs Fe(s) + 3 2(g) 2 Fe2 3(s) 3. 2,05 g Fe = 2,05/55,85 = 3, mol ijzer. 4. 2,165 2,05 = 0,115 g zuurstof. 5. 0,115/32,00 = 3, mol zuurstof. 6. Zuurstof reageert met ijzer in de molverhouding 3 : 2, dus er heeft ,59 10 = 2,39 10 mol ijzer gereageerd. 7. Nee, er is een groot verschil. 8. Je had 0,0367 mol ijzer waarvan 2, mol heeft gereageerd. Dus 2, , % = 6,52%. 9. Mogelijke verklaringen: alleen de buitenkant van het ijzer in staalwol zal met zuurstof gereageerd hebben. De reactie was nog niet afgelopen. Chemiekaarten: staalwol gc Uitgeverij Malmberg 17

17 oofdstuk 2 Brandstoffen Experiment 1 Doel van het experiment Exotherm en endotherm De leerling ervaart het temperatuur effect van endotherme en exotherme reacties. Benodigdheden ammoniumchloride bariumhydroxide ethanol natriumwaterstofcarbonaat citroenzuur druppelpipetje roerspatel bekerglaasje reageerbuis horlogeglas lucifers Voorbereiding Werkwijze Tips De stoffen kunnen eventueel al in reageerbuizen uitgevuld worden om rijen bij en vervuiling van de voorraadpotten te voorkomen. Wijs de leerlingen op het inleveren van de bariumhydroxide. Wanneer kleine hoeveelheden ammoniumhydroxide en bariumhydroxide worden gebruikt is de hoeveelheid ammoniakgas dat ontstaat gering. Eventueel laat u de leerlingen direct na proef 3 het bekerglaasje wegzetten in de zuurkast. Voor proef 1 kunt u ook goedkoop citroenzuur en bicarbonaat (bakingsoda) van de (tropische) supermarkt gebruiken. Door vooraf een schepje natriumchloride door het ethanol te roeren is de vlam bij proef 2 beter zichtbaar. Proef 1 Voeg een schepje citroenzuur en een schepje natriumwaterstofcarbonaat in een reageerbuis bij elkaar en meet de temperatuur. Voeg daarna een klein beetje (enkele druppels) water toe en meet weer de temperatuur. vragen 1.Waarnemingen: begintemperatuur is 20 C; 2 Eindtemperatuur is 10 C. De buis voelt koud aan. 3. et is een endotherme reactie. 4. E E > 0 Uitgeverij Malmberg 18

18 Proef 2 5. De ethanol brandt met een vrijwel onzichtbare vlam. Dat het brandt kan aangetoond worden door een stukje papier in de vlam te houden (DEM!). 6. et is een exotherme reactie want er komt warmte vrij. 7. E E < 0 Proef 3 Voeg net als bij proef 1 een schepje bariumhydroxide en ammoniumchloride bij elkaar en meet de begintemperatuur. Voeg dan enkele druppels water toe, meng goed en meet de eindtemperatuur. 8. De begintemperatuur is 20 C, de eindtemperatuur is 9 C. et ruikt naar ammoniak en het mengsel in de reageerbuis wordt vochtig. De buis voelt koud aan. 9. et is een endotherme reactie. 10. E E > 0 pmerking: zowel de reactie bij proef 1 als bij proef 3 is een zuurbasereactie. Dit kan echter nog niet gebruikt worden omdat dit onderwerp pas in deel 5havo aan bod komt. De reacties verlopen spontaan ondanks het feit dat het endotherme reacties zijn. De gasontwikkeling is de drijvende kracht achter deze beide reacties, hierdoor neemt de totale entropie toe. Chemiekaarten: citroenzuur C-0988 ; natriumwaterstofcarbonaat C-0567 ; ethanol C ; bariumhydroxide C-0325 ; ammoniumchloride C-0840 Uitgeverij Malmberg 19

19 Experiment 2 Doel van het experiment Vlampunt (DEM) De leerling ziet het verschil in vlampunt van verschillende stoffen en koppelt die verschillen aan de molecuulmassa Benodigdheden smeerolie lampenolie wasbenzine 3 horlozeglazen lucifers bak zand om eventueel te blussen Voorbereiding Werkwijze Tips Probeer de proef een keer uit. et verschil in vlampunt kan kleiner of groter zijn dan u verwacht. Leg duidelijk uit in welk bekerglas wat zit en voer de proef dan uit. Laat de leerlingen vervolgens de vragen maken en bespreek ze. Koppel bij voorkeur het vlampunt aan het kookpunt/traject van een stof. Bespreek het verschil tussen vlampunt en ontbrandingstemperatuur. Vooral de smeerolie en lampenolie kunnen nogal gaan roken. Gebruik niet te veel en hou een blusmiddel achter de hand (geen water). Smeerolie niet aanwezig, wel wasbenzine en lampenolie. Wasbenzine brandt met een gele vlam totdat alles op is. Lampenolie brandt niet maar de lucifer blijft branden totdat de lampenolie op is. De lucifer dient hierbij als lont. Vragen 1. De ontvlambaarheid is afhankelijk van de grootte van de moleculen. Stoffen met kortere ketens hebben een minder sterke vanderwaalsbinding en zullen dus makkelijker in de dampvorm overgaan. Pas in de dampvorm gaat de stof branden. 2. Steenkool is een vaste stof die zeer moeilijk in de gasfase te brengen terwijl aardgas al een gas is. Dus aardgas ontbrandt makkelijker dan steenkool. 3. E E E E < 0 E < 0 E < 0 Wasbenzine Lampenolie Stookolie Ze verschillen in de hoeveelheid activeringsenergie. Ethanol ontbrandt vrij snel: lage activeringsenergie, stookolie ontbrandt niet: zeer hoge activeringsenergie. 4. Ervoor zorgen dat de activeringsenergie verkleind wordt bijvoorbeeld door gebruik te maken van een katalysator. Uitgeverij Malmberg 20

20 5. De lont zuigt de vloeistof op waarna door de hoge temperatuur van de vlam de vloeistof verdampt. In dampvorm brandt de vloeistof dan. 6. De grootte van het molecuul en dus hoe makkelijk de stof damp vormt want alleen de damp gaat branden. Wasbenzine (links) en lampenolie (rechts) Chemiekaarten: wasbenzine gc ; lampenolie gc De volledige TA-handleiding staat in het Nova Scheikunde epack havo/vwo/gymnasium bovenbouw (docentlicentie) bij ondersteunend materiaal - handleidingen. Uitgeverij Malmberg 21

Bindingen. Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11

Bindingen. Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11 Bindingen Suiker Suiker heeft de molecuulformule C 12 H 22 O 11 1. Leg uit dat suiker een moleculaire stof is 2. Van suiker is de oplosbaarheid in water zeer hoog. Leg uit waarom suiker zo goed in water

Nadere informatie

Oefenvragen Hoofdstuk 7 Een indeling van stoffen. moleculaire stoffen zouten metalen

Oefenvragen Hoofdstuk 7 Een indeling van stoffen. moleculaire stoffen zouten metalen Oefenvragen oofdstuk 7 Een indeling van stoffen Vraag 1 Kruis bij de onderstaande stoffen de juiste groep aan. NaCl C612O6 CO2 Pb Fe Cl2 KNO3 CaBr2 moleculaire stoffen zouten metalen Vraag 2 Maak de volgende

Nadere informatie

Oefenvraagstukken 4 VWO Hoofdstuk 6 antwoordmodel

Oefenvraagstukken 4 VWO Hoofdstuk 6 antwoordmodel efenvraagstukken 4 VW oofdstuk 6 antwoordmodel Een 0 D komt overeen met 7,1 mg a 2+ per liter water. 1 In 0,5 liter water is 58,3 mg a 2+ opgelost. oeveel 0 D is dit? Per L opgelost: 2 x 58,3 mg a 2+ =

Nadere informatie

Alleen de metalen zullen de stroom geleiden omdat deze vrije elektronen hebben, dit zijn dus alleen kalium en tin.

Alleen de metalen zullen de stroom geleiden omdat deze vrije elektronen hebben, dit zijn dus alleen kalium en tin. Alleen de metalen zullen de stroom geleiden omdat deze vrije elektronen hebben, dit zijn dus alleen kalium en tin. De metalen en de zouten zullen in gesmolten toestand stroom geleiden, de metalen hebben

Nadere informatie

Antwoorden. 3 Leg uit dat er in het zout twee soorten ijzerionen aanwezig moeten zijn.

Antwoorden. 3 Leg uit dat er in het zout twee soorten ijzerionen aanwezig moeten zijn. Antwoorden 1 Hoeveel protonen, elektronen en neutronen heeft een ion Fe 3+? 26 protonen, 23 elektronen, 30 neutronen 2 Geef de scheikundige namen van Fe 2 S 3 en FeCO 3. ijzer(iii)sulfide en ijzer(ii)carbonaat

Nadere informatie

Stoffen en Reacties 2

Stoffen en Reacties 2 Stoffen en Reacties 2 Practicum Metalen Naam student 1. Naam student2..... Pagina 2 van 13 Inleiding Reageert metaal met zuurstof? Sinds de mensheid metalen kent worden ze voor allerlei toepassingen gebruikt

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo

Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo Samenvatting Scheikunde Scheikunde Chemie overal H1 3 vwo Samenvatting door een scholier 1193 woorden 30 oktober 2012 5,8 23 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Samenvatting Scheikunde

Nadere informatie

Oplossen en mengen. Opdracht 2. Niet.

Oplossen en mengen. Opdracht 2. Niet. VW CURIE DSTUK 5 { oofdstuk 5 y plossen en mengen pdracht 1. a alcohol (ethanol), olie, vet, benzine en kwik (amalgamen) b IJzer als element is onoplosbaar, maar als ijzer(ii)- of ijzer(iii)-ionen kunnen

Nadere informatie

Toets HAVO 4 Chemie Hfdst. 2 Schatkamer aarde

Toets HAVO 4 Chemie Hfdst. 2 Schatkamer aarde Toets HAVO 4 Chemie Hfdst. 2 Schatkamer aarde Opgave 1 Op het etiket van een pot pindakaas staat als een van de ingrediënten magnesium genoemd. Scheikundig is dit niet juist. Pindakaas bevat geen magnesium

Nadere informatie

De ijzer en zwavelreactie

De ijzer en zwavelreactie De ijzer en zwavelreactie Onderzoeksvraag Hoe kunnen we aantonen dat we ijzersulfide (FeS) anders is dan ijzer (Fe) en zwavel (S). Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment Stofeigenschappen:

Nadere informatie

vrijdag 28 oktober :40:59 Nederland-tijd Moleculaire stoffen 4havo hoofdstuk 2; Chemie Overal

vrijdag 28 oktober :40:59 Nederland-tijd Moleculaire stoffen 4havo hoofdstuk 2; Chemie Overal + Moleculaire stoffen 4havo hoofdstuk 2; Chemie Overal + 2.2 Elektrisch geleidingsvermogen Demo 2.1 Geleidt stroom als vaste stof: ja / nee Geleidt stroom als vloeistof: ja/nee Opgebouwd uit welke atoomsoorten?

Nadere informatie

Reacties en stroom 1

Reacties en stroom 1 Reacties en stroom 1 Elektronenoverdracht (1) Een bekende reactie is: 2 Na(s) + Cl 2 (g) 2 NaCl(s) (oude notatie: Na + Cl - ) Hierbij is sprake van elektronenoverdracht. Dit kan als volgt worden voorgesteld:

Nadere informatie

Niet-metalen + metalen. Uit welk soort atomen is een ionbinding opgebouwd? Geef de chemische formule van gedemineraliseerd water.

Niet-metalen + metalen. Uit welk soort atomen is een ionbinding opgebouwd? Geef de chemische formule van gedemineraliseerd water. Uit welk soort atomen is een ionbinding opgebouwd? Niet-metalen + metalen. Geef de chemische formule van gedemineraliseerd water. H2O. Wat is de structuur van een metaalbinding? Metaalrooster. Geef een

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door een scholier 918 woorden 13 januari 2005 6,3 193 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 1 1.2: De bouw van een atoom.

Nadere informatie

Het smelten van tin is géén reactie.

Het smelten van tin is géén reactie. 3 Reacties Reacties herkennen (3.1 en 3.2 ) Een chemische reactie is een gebeurtenis waarbij stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan. Bij een reactie verdwijnen de beginstoffen. Er ontstaan nieuwe

Nadere informatie

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN 3(4) VMBO-TGK,

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2001-II

Eindexamen scheikunde havo 2001-II Eindexamen scheikunde havo 00-II 4 Antwoordmodel Energievoorziening in de ruimte et (uiteenvallen van de Pu-38 atomen) levert energie dus het is een exotherm proces. er komt energie vrij aantal protonen:

Nadere informatie

De TOA heeft een aantal potjes klaargezet. In sommige potjes zit een oplossing, in andere potjes zit een vaste stof.

De TOA heeft een aantal potjes klaargezet. In sommige potjes zit een oplossing, in andere potjes zit een vaste stof. OPDRACHT 9 Practicum Om je kennis van de scheidingsmethoden en oplosbaarheid te vergroten volgen hieronder een aantal proeven. Ook krijg je een proef over indicatoren / reagens. Met behulp daarvan kun

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATINALE SHEIKUNDELYMPIADE RRETIEMDEL VRRNDE 1 (de week van) woensdag 4 februari 2009 Deze voorronde bestaat uit 24 meerkeuzevragen verdeeld over 5 onderwerpen en 3 open vragen met in totaal 13 deelvragen

Nadere informatie

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie.

3.1. 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 3.1 1. In een reactieschema staan de beginstoffen en de reactieproducten van een chemische reactie. 2. De pijl in een reactieschema (bijvoorbeeld: A + B C) betekent: - A en B reageren tot C of - Er vindt

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1, 2, 3 4 Samenvatting door Syb 1176 woorden 4 keer beoordeeld 4 maart 2018 Vak Scheikunde Methode Chemie overal Scheikunde H1/H2/H3 Samenvatting PARAGRAAF 1.1 Een stof

Nadere informatie

PROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3

PROEFVERSIE HOCUS POCUS... BOEM DE CHEMISCHE REACTIE. WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 HOCUS POCUS... BOEM VERSIE PR O EF DE CHEMISCHE REACTIE WEZO4_1u_ChemischeReacties.indd 3 14/04/16 20:53 HOOFDSTUK 1 CHEMISCHE REACTIES EN FYSISCHE VERSCHIJNSELEN 1.1 Chemische reactie en fysisch verschijnsel

Nadere informatie

Datum Voorzitter Secretaris Klusser

Datum Voorzitter Secretaris Klusser Datum Voorzitter Secretaris Klusser Elaborate Aan de slag 4: Het winnen van koper uit malachiet teamopdracht Inleiding De bereiding van koper uit malachiet gaat in verschillende stappen: Stap 1: het maken

Nadere informatie

Scheikunde Samenvatting H4+H5

Scheikunde Samenvatting H4+H5 Scheikunde Samenvatting H4+H5 Hoofdstuk 4 4.2 Stoffen worden ingedeeld op grond van hun eigenschappen. Er zijn niet-ontleedbare stoffen en ontleedbare stoffen. De niet-ontleedbare stoffen zijn verdeeld

Nadere informatie

14 DE ATOOMTHEORIE VAN DALTON PROCESTECHNIEK

14 DE ATOOMTHEORIE VAN DALTON PROCESTECHNIEK PROCESTECHNIEK Wat leer je? uitleggen wat een reactieschema is; reactieschema's in woorden en symbolen opstellen; de kenmerken van de atoomtheorie van Dalton noemen; moleculen en atomen tekenen; scheikundige

Nadere informatie

5 Formules en reactievergelijkingen

5 Formules en reactievergelijkingen 5 Formules en reactievergelijkingen Stoffen bestaan uit moleculen en moleculen uit atomen (5.1) Stoffen bestaan uit moleculen. Een zuivere stof bestaat uit één soort moleculen. Een molecuul is een groepje

Nadere informatie

Samenvatting hoofdstuk 2

Samenvatting hoofdstuk 2 temperatuur in o Scheikunde hemie op school Samenvatting hoofdstuk 2 De bouw van stoffen Samenvatting hoofdstuk 2 Er zijn verschillende eigenschappen waaraan je een stof kunt herkennen. We noemen deze

Nadere informatie

Samenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (2)

Samenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (2) Samenvatting 3.1, 3.2 en 3.3 (1) Kenmerkend voor het optreden van een chemische reactie is dat de stofeigenschappen veranderen. Als stofeigenschappen veranderen, dan zijn er dus nieuwe ontstaan.. Deze

Nadere informatie

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019)

Hoofdstuk 4. Chemische reacties. J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 4 Chemische reacties J.A.W. Faes (2019) Hoofdstuk 4 Chemische reacties Paragrafen 4.1 Kenmerken van een reactie 4.2 Reactievergelijkingen 4.3 Rekenen aan reacties Practica Exp. 1 Waarnemen Exp.

Nadere informatie

Een stof heeft altijd stofeigenschappen. Door hier gebruik van te maken, kun je stoffen makkelijk scheiden.

Een stof heeft altijd stofeigenschappen. Door hier gebruik van te maken, kun je stoffen makkelijk scheiden. Stoffen scheiden Schrijf bij elke proef steeds je waarnemingen in je schrift. Bij het doen van experimenten is het belangrijk dat je goed opschrijft wat je hebt gedaan, zodat andere mensen jouw experiment

Nadere informatie

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4.

Het is echter waarschijnlijker dat rood kwik bestaat uit Hg 2+ ionen en het biantimonaation met de formule Sb2O7 4. Lyceum Oudehoven Hoefslag 4 4205 NK Gorinchem Schoolexamen Leerjaar: 4 Vak: Scheikunde Datum: 26-06-2013 Tijd: 13.00 14.30 uur Uitdelen: opgavenvellen + proefwerkpapier Toegestaan: rekenmachine, potlood,

Nadere informatie

Methode: Chemie. Verslag van de proeven opdracht 6, 19, 45, 70 van Hoofdstuk 3, Chemische reacties

Methode: Chemie. Verslag van de proeven opdracht 6, 19, 45, 70 van Hoofdstuk 3, Chemische reacties Proef door een scholier 1870 woorden 20 december 2005 5 23 keer beoordeeld Vak Scheikunde Methode: Chemie. Verslag van de proeven opdracht 6, 19, 45, 70 van Hoofdstuk 3, Chemische reacties Calcium (Ca)

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde H6 (Chemie)

Samenvatting Scheikunde H6 (Chemie) Samenvatting Scheikunde H6 (Chemie) Samenvatting door een scholier 892 woorden 18 maart 2004 5,1 73 keer beoordeeld Vak Scheikunde Scheikunde Hoofdstuk 6 Twee soorten bindingen bij moleculaire stoffen:

Nadere informatie

WATER. Krachten tussen deeltjes

WATER. Krachten tussen deeltjes WATER Krachten tussen deeltjes Krachten tussen deeltjes (1) Atoombinding en molecuulbinding De atomen in een molecuul blijven samen door het gemeenschappelijk gebruik van één of meer elektronenparen (=

Nadere informatie

Database scheikunde havo- vwo

Database scheikunde havo- vwo Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Ralph Meulendijks 26 April 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/67127 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 2 stoffen en reacties Samenvatting door F. 1622 woorden 22 mei 2015 6,1 40 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Nova Paragraaf 1 Gloeien, smelten en verdampen Als je

Nadere informatie

Opgave 1: Turners. (1) 1 Geef de systematische naam van het zouthydraat dat ontstaat bij het opnemen van water door magnesium.

Opgave 1: Turners. (1) 1 Geef de systematische naam van het zouthydraat dat ontstaat bij het opnemen van water door magnesium. Lyceum Oudehoven oefslag 4 4205 NK Gorinchem Schoolexamen juni 2016 Leerjaar: 4 AVO Vak: Scheikunde Datum: 24-06-2015 Tijd: 13:00-14:30 Uitdelen: 1 opgavenboekje + lijn foliopapier Toegestaan: BINAS Er

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,

Nadere informatie

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander AAN de slag 1.1 de bunsenbrander ORiËNTEREN De bunsenbrander werd rond 1855 uitgevonden door professor Robert Wilhelm Bunsen (1811-1899) uit Heidelberg. De uitvinding diende vooral om een stabiele warmtebron

Nadere informatie

Rekenen aan reacties (de mol)

Rekenen aan reacties (de mol) Rekenen aan reacties (de mol) 1. Reactievergelijkingen oefenen: Scheikunde Deze opgaven zijn bedoeld voor diegenen die moeite hebben met rekenen aan reacties 1. Reactievergelijkingen http://www.nassau-sg.nl/scheikunde/tutorials/deeltjes/deeltjes.html

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde H6 Water (Chemie)

Samenvatting Scheikunde H6 Water (Chemie) Samenvatting Scheikunde H6 Water (Chemie) Samenvatting door een scholier 1237 woorden 6 april 2003 5,5 120 keer beoordeeld Vak Scheikunde 1 Inleiding - Water is een heel bekent begrip. De bekende molecuul

Nadere informatie

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander

AAN de slag 1.1 de bunsenbrander AAN de slag 1.1 de bunsenbrander ORiËNTEREN De bunsenbrander werd rond 1855 uitgevonden door professor Robert Wilhelm Bunsen (1811-1899) uit Heidelberg. De uitvinding diende vooral om een stabiele warmtebron

Nadere informatie

Examen scheikunde HAVO tijdvak uitwerkingen

Examen scheikunde HAVO tijdvak uitwerkingen Examen scheikunde HAV tijdvak 2 2018 uitwerkingen Bodem bedekken 1p 1 fotosynthese/koolzuurassimilatie 2 25,0 kg 3 Aantal m 3 polymelkzuur in 1,00 m 3 bolletjes = 3 3 1,24 10 kg/m 2,016 10 2 m 3 4 Volume

Nadere informatie

Metalen & opfris molberekeningen. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week

Metalen & opfris molberekeningen. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week 1842016 Metalen & opfris molberekeningen Scheikunde Niveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 2 Zelfstudieopdrachten Deze les Metalen Opfrissen molberekeningen Zelfstudieopdrachten Samenvatting Vragen Huiswerk Zelfstudieopdrachten

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hfst. 6 Chemie en schoonmaken

Samenvatting Scheikunde Hfst. 6 Chemie en schoonmaken Samenvatting Scheikunde Hfst. 6 Chemie en sch Samenvatting door een scholier 2120 woorden 23 november 2010 4,5 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Natuurkunde hoofdstuk 6: Chemie en sch 6.1 Elementen Indelen

Nadere informatie

Maken van siliconen uit zand

Maken van siliconen uit zand Maken van siliconen uit zand Onderzoeksvraag Kunnen we siliconen maken uit zand? Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment exotherme reactie redoxreacties Materiaal + stoffen - oogbescherming

Nadere informatie

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1)

4 Verbranding. Bij gele vlammen ontstaat roet (4.1) 4 Verbranding Verbrandingsverschijnselen (4.1) Bij een verbranding treden altijd een of meer van de volgende verschijnselen op: rookontwikkeling, roetontwikkeling, warmteontwikkeling, vlammen, vonken.

Nadere informatie

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen

Uitwerkingen. T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen Uitwerkingen T2: Verbranden en Ontleden, De snelheid van een reactie en Verbindingen en elementen 2008 Voorbeeld toets dinsdag 29 februari 60 minuten NASK 2, 2(3) VMBO-TGK, DEEL B. H5: VERBRANDEN EN ONTLEDEN

Nadere informatie

5-1 Moleculen en atomen

5-1 Moleculen en atomen 5-1 Moleculen en atomen Vraag 1. Uit hoeveel soorten moleculen bestaat een zuivere stof? Vraag 2. Wat is een molecuul? Vraag 3. Wat is een atoom? Vraag 4. Van welke heb je er het meeste: moleculen of atomen?

Nadere informatie

WATER. Krachten tussen deeltjes. Intramoleculaire en intermoleculaire krachten

WATER. Krachten tussen deeltjes. Intramoleculaire en intermoleculaire krachten WATER Krachten tussen deeltjes Intramoleculaire en intermoleculaire krachten Intramoleculaire en intermoleculaire krachten De atomen in een molecuul blijven samen door intramoleculaire krachten (atoombinding)

Nadere informatie

Inleiding in de RedOx chemie

Inleiding in de RedOx chemie Even opfrissen: Drie hoofdcategorieën stoffen: Inleiding in de RedOx chemie Moleculaire stoffen: Atoombinding in molecuul (sterk), Van der Waals binding tussen moleculen (zwak), polaire/apolaire (atoom)bindingen,

Nadere informatie

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1982 MAVO-4 Woensdag 15 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) MEERKEUZETOETS Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20

Nadere informatie

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen In onderstaande zelftest zijn de vragen gebundeld die als voorbeeldvragen zijn opgenomen in het bijhorend overzicht van de verwachte voorkennis chemie 1. Elementaire chemie en chemisch rekenen 1.1 Grootheden

Nadere informatie

4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven.

4. Van twee stoffen is hieronder de structuurformule weergegeven. MAVO Herexamen 1976 1. Beantwoord de volgende vragen over het element calcium. a. Hoeveel protonen bevat een atoom van dit element? Licht het antwoord toe. b. Hoe zijn de elektronen over de schillen verdeeld?

Nadere informatie

Stoffen, structuur en bindingen

Stoffen, structuur en bindingen Hoofdstuk 1: Stoffen, structuur en bindingen Scheikunde vwo 2011/2012 www.lyceo.nl Onderwerpen Scheikunde 2011 2012 Stoffen, structuur en binding Kenmerken van Reacties Zuren en base Redox Chemische technieken

Nadere informatie

Antwoorden deel 1. Scheikunde Chemie overal

Antwoorden deel 1. Scheikunde Chemie overal Antwoorden deel 1 Scheikunde Chemie overal Huiswerk 2. a. Zuivere berglucht is scheikundig gezien geen zuivere stof omdat er in lucht verschillende moleculen zitten (zuurstof, stikstof enz.) b. Niet vervuild

Nadere informatie

Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties

Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties Oefenopgaven REDOXREACTIES vwo Reactievergelijkingen en halfreacties OPGAVE 1 Geef de halfreactie waarbij 01 P 2 O 5 wordt omgezet in PH 3. 02 Jodaat, IO 3 - in neutraal milieu wordt omgezet in H 5 IO

Nadere informatie

Intermoleculaire krachten ELEKTRONEGATIVITEIT, POLAIRE ATOOMBINDING, DIPOOLMOMENT, ION-

Intermoleculaire krachten ELEKTRONEGATIVITEIT, POLAIRE ATOOMBINDING, DIPOOLMOMENT, ION- Intermoleculaire krachten ELEKTRONEGATIVITEIT, POLAIRE ATOOMBINDING, DIPOOLMOMENT, ION- DIPOOLINTERACTIE EN HYDRATATIE, DIPOOL-DIPOOLINTERACTIE, WATERSTOFBRUG, LONDONINTERACTIE Paragrafen of subparagrafen

Nadere informatie

Rekenen aan reacties. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week

Rekenen aan reacties. Deze les. Zelfstudieopdrachten. Zelfstudieopdrachten voor volgende week. Zelfstudieopdrachten voor deze week Rekenen aan reacties Scheikunde iveau 4 Jaar 1 Periode 3 Week 3 Deze les Molair volume Reactievergelijkingen kloppend maken Samenvatting Vragen uiswerk voor volgende week Bestuderen oofdstuk 4: Chemische

Nadere informatie

Elektronenoverdracht (1)

Elektronenoverdracht (1) Redoxreacties 1 Elektronenoverdracht (1) Een bekende reactie is: 2 Na(s) + Cl 2 (g) 2 NaCl(s) (oude notatie: Na + Cl - ) Hierbij is sprake van elektronenoverdracht. Dit kan als volgt worden voorgesteld:

Nadere informatie

Oefenvragen Hoofdstuk 2 Scheidingsmethoden antwoorden

Oefenvragen Hoofdstuk 2 Scheidingsmethoden antwoorden Oefenvragen Hoofdstuk 2 Scheidingsmethoden antwoorden Vraag 1 Zet een kruisje in de tabel bij de juiste scheidingsmethode(n). Er kan meer dan één antwoord per stelling goed zijn. De component met de grootste

Nadere informatie

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen

Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen MV0-3 EXMEN MELR LGEMEEN VOORTGEZET ONERWJS N 1982 MV0-3 onderdag 6 mei, 9.00-11.00 uur NTUUR- EN SHEKUNE (Scheikunde) MEERKEUZETOETS it examen bestaat voor iedere kandidaat uit 20 vragen ij het examen

Nadere informatie

Samenvatting scheikunde hoofdstuk 1 stoffen 1 tm 7 (hele hoofdstuk) + aantekeningen h3a 1.1 zwart goud (herhaling) Fossiele

Samenvatting scheikunde hoofdstuk 1 stoffen 1 tm 7 (hele hoofdstuk) + aantekeningen h3a 1.1 zwart goud (herhaling) Fossiele Samenvatting scheikunde hoofdstuk 1 stoffen 1 tm 7 (hele hoofdstuk) + aantekeningen h3a 1.1 zwart goud (herhaling) Fossiele Aardgas, aardolie en steenkool heten ook wel fossiele brandstoffen brandstoffen

Nadere informatie

1) Stoffen, moleculen en atomen

1) Stoffen, moleculen en atomen Herhaling leerstof klas 3 1) Stoffen, moleculen en atomen Scheikundigen houden zich bezig met stoffen. Betekenissen van stof zijn onder andere: - Het materiaal waar kleding van gemaakt is; - Fijne vuildeeltjes;

Nadere informatie

3. Welke van onderstaande formules geeft een zout aan? A. Al 2O 3 B. P 2O 3 C. C 2H 6 D. NH 3

3. Welke van onderstaande formules geeft een zout aan? A. Al 2O 3 B. P 2O 3 C. C 2H 6 D. NH 3 Toelatingsexamens en Ondersteunend Onderwijs VOORBLAD EXAMENOPGAVEN Toetsdatum: n.v.t. Vak: Scheikunde voorbeeldexamen 2015 Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het

Nadere informatie

Exo-energetische reactie: Een chemische reactie waarbij energie vrijgegeven wordt.

Exo-energetische reactie: Een chemische reactie waarbij energie vrijgegeven wordt. Onweer onder water 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een onweer onder water nabootsen? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Redoxreactie: Een reactie tussen atomen, moleculen en/of

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2011 - I

Eindexamen scheikunde havo 2011 - I Beoordelingsmodel Uraanerts 1 maximumscore 2 aantal protonen: 92 aantal elektronen: 88 aantal protonen: 92 1 aantal elektronen: aantal protonen verminderd met 4 1 2 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist

Nadere informatie

7.1 Het deeltjesmodel

7.1 Het deeltjesmodel Samenvatting door Mira 1711 woorden 24 juni 2017 10 3 keer beoordeeld Vak NaSk 7.1 Het deeltjesmodel Een model van een stof Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen. Aangezien je niet kunt zien hoe een

Nadere informatie

Reacties met koper 4.1 (1)

Reacties met koper 4.1 (1) Hoofdstuk 4: ELEMENTEN Onderwerpen: Kringloopschema van koper ( ( 4.1) Kleinste deeltjes van de materie (moleculen en atomen) ( ( 4.2) Reactieschema in symbolen ( ( 4.3) Massaverhouding bij reacties (

Nadere informatie

8,1. Samenvatting door een scholier 2527 woorden 27 oktober keer beoordeeld. Scheikunde. Hoofdstuk 1

8,1. Samenvatting door een scholier 2527 woorden 27 oktober keer beoordeeld. Scheikunde. Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 2527 woorden 27 oktober 2014 8,1 129 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 1 Paragraaf 2 Een zuivere stof is 1 stof met een unieke combinatie stofeigenschappen.

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 t/m 4

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 t/m 4 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 t/m 4 Samenvatting door een scholier 2010 woorden 31 maart 2010 5,5 57 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Scheikunde Hoofdstuk 1: De bouw van stoffen

Nadere informatie

Hoofdstuk 8. Opgave 2. Opgave 1. Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO,

Hoofdstuk 8. Opgave 2. Opgave 1. Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO, Oefenvragen scheikunde, hoofdstuk 8 en 10, 5 VWO, Hoofdstuk 8 Opgave 1 Bruistabletten bevatten onder andere natriumwaterstofcarbonaat. Als je deze tabletten in water brengt, treedt een reactie op waarbij

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN

OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN OEFENOPGAVEN MOLBEREKENINGEN * = voor VWO Salmiak, NH 4 Cl(s), kan gemaakt worden door waterstofchloride, HCl(g), te laten reageren met ammoniak, NH 3 (g) 01 Wat is de chemische naam voor salmiak? 02 Geef

Nadere informatie

Samenvatting Chemie Overal 3 havo

Samenvatting Chemie Overal 3 havo Samenvatting Chemie Overal 3 havo Hoofdstuk 3: Reacties 3.1 Energie Energievoorziening Fossiele brandstoffen zijn nog steeds belangrijk voor onze energievoorziening. We zijn druk op zoek naar duurzame

Nadere informatie

Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test.

Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test. Bereiding en eigenschappen van CO 2 Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test. 1.1 Onderzoeksvraag Hoe kunnen we CO 2 aantonen? 1.2 Mogelijke hypothesen 1.2.1 Geen interactie: Er vormt zich

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo I

Eindexamen scheikunde havo I pgave (mono)stikstofmono-oxide Indien als antwoord stikstofoxide is gegeven 2 Een juiste verklaring leidt tot de uitkomst 7 (elektronen). elk atoom bevat 8 elektronen in totaal bevat het 2 - ion dus 2

Nadere informatie

Oefenopgaven REDOX vwo

Oefenopgaven REDOX vwo Oefenopgaven REDOX vwo OPGAVE 1 Geef de halfreactie waarbij 01 P 2 O 5 wordt omgezet in PH 3. 02 Jodaat, IO 3 - in neutraal milieu wordt omgezet in H 5 IO 6. 03 Methanol in zuur milieu wordt omgezet in

Nadere informatie

Reacties met een kleurtje

Reacties met een kleurtje Supplement bij: Offereins, M. en J.R. Bette (2008). Een uitje met een DOEL. NVOX, 33(10), 442-443. Reacties met een kleurtje DATUM UITVOERING: Afdeling Laboratoriumtechniek Algemene informatie Doel: het

Nadere informatie

Wat heb je nodig? Wat gebeurt er?

Wat heb je nodig? Wat gebeurt er? 1) 1 liter halfvolle melk 2) Pan met pollepel 3) Kookpit 4) Schoonmaakazijn 5) Eetlepel 6) Zeef 7) Kom 8) Zand- of taartvormpje Let op: Met volle melk werkt deze proef soms iets minder goed. Als we zuur

Nadere informatie

S S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw

S S. Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo 140,71. Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle. Hoofdstuk 1 Atoombouw Errata Nova scheikunde uitwerkingen leerjaar 4 havo Met dank aan Mariëlle Marsman, Mill-Hill College, Goirle Hoofdstuk 1 Atoombouw Theorie 19 b 78,99 23,98504 10,00 24,98584 11,01 25,98259 24, 31 100 20

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2008-II

Eindexamen scheikunde havo 2008-II Beoordelingsmodel Forams 1 maximumscore 2 aantal protonen: 14 aantal neutronen: 16 aantal protonen: 14 1 aantal neutronen: 30 verminderd met het aantal protonen 1 Indien het juiste aantal protonen (7)

Nadere informatie

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen. Hoofdstuk 17: Rekenen in molverhoudingen 17.1 Rekenen aan reacties: een terugblik én een alternatief In hoofdstuk 11 hebben we gerekend aan reacties. Het achterliggende idee was vaak, dat je bij een reactie

Nadere informatie

Hieronder zie je een schema van een eenvoudige chemische cel met koper/zink elektroden. Bestudeer dit schema met aandacht:

Hieronder zie je een schema van een eenvoudige chemische cel met koper/zink elektroden. Bestudeer dit schema met aandacht: Cursus Chemie 7-1 Hoofdstuk 7 : INDIREKTE REDOXREACTIES (met elektrodes) Naast de directe zijn er ook indirecte redoxreacties. Dat wil zeggen: er is geen direct contact tussen de deeltjes van de oxidator

Nadere informatie

Hierbij is sprake van elektronenoverdracht; elk Na atoom draagt een elektron over aan Cl-atoom onder vorming van een ionrooster.

Hierbij is sprake van elektronenoverdracht; elk Na atoom draagt een elektron over aan Cl-atoom onder vorming van een ionrooster. Redoxreacties 1. Elektronenoverdracht In dit hoofdstuk maken we kennis met zogenaamde redoxreacties. Dit zijn reacties waarbij elektronenoverdracht plaatsvindt. De naam redoxreactie is een samentrekking

Nadere informatie

Bacteriën maken zwavel Vragen en opdrachten bij de poster

Bacteriën maken zwavel Vragen en opdrachten bij de poster Vragen en opdrachten bij de poster Bacteriën maken zwavel Vragen en opdrachten bij de poster 3 vwo Probleem: Zuur gas T1 Waterstofsulfide ontstaat bij de afbraak van zwavelhoudende organische stoffen.

Nadere informatie

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof.

Fosfor kan met waterstof reageren. d Geef de vergelijking van de reactie van fosfor met waterstof. 1 Een oplossing van zwavelzuur en een oplossing van bariumhydroxide geladen beide elektriciteit. Wordt bij de zwavelzuuroplossing een oplossing van bariumhydroxide gedruppeld, dan neemt het elektrisch

Nadere informatie

Praktische opdracht Scheikunde Redoxreactie puntenslijper metalen

Praktische opdracht Scheikunde Redoxreactie puntenslijper metalen Praktische opdracht Scheikunde Redoxreactie puntenslijper metalen Praktische-opdracht door een scholier 1902 woorden 12 oktober 2008 6,3 10 keer beoordeeld Vak Scheikunde De truc van de verdwenen puntenslijper

Nadere informatie

Redoxreacties; een aanvulling op hoofdstuk 13

Redoxreacties; een aanvulling op hoofdstuk 13 Redoxreacties; een aanvulling op hoofdstuk 13 1. Elektronenoverdracht In dit hoofdstuk maken we kennis met zogenaamde redoxreacties. Dit zijn reacties waarbij elektronenoverdracht plaatsvindt. De naam

Nadere informatie

Stabilisator voor PVC

Stabilisator voor PVC Stabilisator voor PVC 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: Als chlooretheen polymeriseert ontstaan lange ketens zonder dwarsverbindingen. De ketens kunnen langs elkaar bewegen (bij

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2001-I

Eindexamen scheikunde havo 2001-I Eindexamen scheikunde havo -I 4 Antwoordmodel Nieuw element (in de tekst staat:) deze atomen zijn eerst ontdaan van een aantal elektronen dus de nikkeldeeltjes zijn positief geladen Indien in een overigens

Nadere informatie

Oefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden. Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen.

Oefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden. Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen. Oefenvragen Hoofdstuk 5 Reacties en energie antwoorden Vraag 1 Geef bij iedere blusmethode aan, welk onderdeel van de branddriehoek wordt weggenomen. I. Een houtvuurtje wordt geblust met water. Het vuur

Nadere informatie

Mens erger je niet: chemistry edition

Mens erger je niet: chemistry edition Mens erger je niet: chemistry edition Behandelde leerstof: Het spel gaat over het thema: gedrag van stoffen in water. Inhoud: Het spel Mens erger je niet: chemistry edition bevat: - 1 spelbord - 1 dobbelsteen

Nadere informatie

Schrap wat niet past: Een ionverbinding met grote roosterkrachten heeft een kleine/grote ionstraal en een kleine/grote ionlading.

Schrap wat niet past: Een ionverbinding met grote roosterkrachten heeft een kleine/grote ionstraal en een kleine/grote ionlading. Welke soort ionverbinding is slecht oplosbaar in water? Schrap wat niet past: Een ionverbinding met grote roosterkrachten heeft een kleine/grote ionstraal en een kleine/grote ionlading. Zijn ionverbindingen

Nadere informatie

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas.

bij vraag 2 Hoeveel munten er in het glas passen ligt aan de grootte van de munten en aan het glas. NAO proefjes Antwoorden werkbladen en extra informatie 1. Munten in borrelglaasje munten Het glas is eigenlijk te vol met, maar het stroomt niet over. Het in het glas staat bol, het komt er boven uit.

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN MAVO-4 II EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1974 MAVO-4 Dinsdag 11 juni, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) OPEN VRAGEN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 5 OPGAVEN

Nadere informatie

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Moleculen Samenvatting NaSk Hoofdstuk 6: Stoffen en Mol Samenvatting door een scholier 1296 woorden 9 november 2017 7,6 34 keer beoordeeld Vak Methode NaSk Natuur/scheikunde overal Paragraaf 6.1: stoffen herkennen

Nadere informatie

Samenvatting: Scheikunde H4 Reacties met zoutoplossingen. Don van Baar Murmelliusgymnasium Leerjaar

Samenvatting: Scheikunde H4 Reacties met zoutoplossingen. Don van Baar Murmelliusgymnasium Leerjaar Samenvatting: Scheikunde H4 Reacties met zoutoplossingen Don van Baar Murmelliusgymnasium Leerjaar 2011-2012 Murmellius2014 www.compudo.nl/murmellius2014 Scheikunde H4: Reacties met zoutoplossingen Samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Scheikunde 3 havo

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Scheikunde 3 havo Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 Scheikunde 3 havo Samenvatting door een scholier 1366 woorden 12 november 2012 6,2 17 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal 1.1 Bij scheikunde hou je

Nadere informatie

Kristallisatie in snel tempo

Kristallisatie in snel tempo Kristallisatie in snel tempo 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we op een snellere manier zoutkristallen maken? 2. Voorbereiding a. Begrippen als achtergrond voor experiment Neutralisatiereactie: reactietype

Nadere informatie

Water? Hoezo water? Water! Hoezo water? Donderdag 24 mei 2018 WILDLANDS Adventure Zoo Emmen

Water? Hoezo water? Water! Hoezo water? Donderdag 24 mei 2018 WILDLANDS Adventure Zoo Emmen Hoezo water? Disclosure Relatie Organisatie Financiële bijdrage : Geen Raden van Advies : Geen Overige : Geen 2 Inhoud Water? Algemene eigenschappen Chemische eigenschappen Fysische eigenschappen Water?

Nadere informatie