De rol van een jeugdbeweging in de internetopvoeding van jongeren

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De rol van een jeugdbeweging in de internetopvoeding van jongeren"

Transcriptie

1 KU LEUVEN FACULTEIT LETTEREN FACULTEIT SOCIALE WETENSCHAPPEN De rol van een jeugdbeweging in de internetopvoeding van jongeren De rol van de Chiro LAURA HALLAERT Masterproef aangeboden binnen de opleiding Master in de bedrijfscommunicatie Promotor prof. dr. SOFIE VANDONINCK Academiejaar tekens

2 Inhoudsopgave Algemene inhoud Summary Lijst van figuren Biografie Woord vooraf Deel 1: Literatuurstudie Inleiding 1 1. Online risico s Online opportuniteiten Populariteit van sociale media Tweestrijd tussen opportuniteit en risico 5 2. Perceptie van online risico s Factoren die de perceptie van online risico s beïnvloeden Demografische factoren Digitale geletterdheid en digitale vaardigheden Psychologische en persoonlijke factoren Coping-strategieën Maatregelen die online risico s kunnen reduceren Mediatie Deel 2: Methode Methodebeschrijving Dataverzameling Interviewgidsen Leiding, gewest, verbond en nationaal Leden Analysemethode Deel 3: Beschrijving van de resultaten Resultatenbeschrijving Leden Online activiteiten Online risico s Coping Mediatie Rol van de Chiro Activiteiten 23 II

3 4.2. Leiding Maatschappelijk nut Begeleiding Online omgeving Aanpak van online incidenten of risico s Sensibilisering Childfocus Activiteiten Medewerkers van het gewest, het verbond en Chiro nationaal Maatschappelijk nut Ondersteuning Begeleiding Online omgeving Aanpak van incidenten of risico s Van nationaal tot lid Childfocus Activiteiten Belangrijkste overeenkomsten tussen leden, leiding en medewerkers Maatschappelijk nut Begeleiding Online omgeving Aanpak van online incidenten of risico s Sensibilisering Childfocus Activiteiten Belangrijkste verschillen tussen leden, leiding en medewerkers Begeleiding Sensibilisering Activiteiten 40 Deel 4: Terugblik Conclusie 41 Discussie 43 Referentielijst 44 Bijlagen 49 III

4 Samenvatting Achtergrond Vandaag de dag is het internet is niet meer weg te denken uit ons leven. Het is een noodzakelijk onderdeel geworden van de hedendaagse maatschappij. Niet enkel volwassenen hechten veel belang aan de online wereld, zelfs jonge kinderen spenderen heel veel tijd online. Het internet biedt namelijk heel veel kansen en leermogelijkheden. Wanneer jongeren zich op de digitale snelweg begeven komen zij onvermijdelijk in contact met online risico s. Blootstelling aan deze risico s leidt echter niet noodzakelijk tot schade. Niet alle gevallen worden door jongeren als gevaarlijk of problematisch beschouwd (Livingstone, Haddon, Görzig & Olafsson, 2011). Jongeren kunnen namelijk hun online weerbaarheid vergroten door online coping-strategieën toe te passen. Jongeren zijn weerbaar als kunnen omgaan met negatieve ervaringen, zowel online als offline (Vandoninck, d Haenens & Roe, 2013). Vervolgens kunnen mediërende actoren een impact uitoefenen op jongeren hun bewustzijn van online risico s. Voorgaand onderzoek heeft aangetoond dat ouders, leerkrachten en peers drie belangrijke socialiserende actoren zijn. Dit onderzoek gaat na of een jeugdbeweging een impact kan hebben op jongeren hun bewustzijn van online risico s. De centrale vraag van dit onderzoek is in welke mate mediatie door een jeugdbeweging een rol kan spelen in de internetopvoeding van jongeren. Daarnaast wordt in deze masterproefscriptie nagegaan welke online activiteiten 13- tot 16-jarige jongeren als risicovol percipiëren. Alle respondenten die deelnamen aan dit onderzoek zijn verbonden aan één jeugdbeweging, namelijk de Chiro. Aanpak Om data te verzamelen werd in deze masterproef een kwalitatieve onderzoeksmethode gehanteerd. In de praktijk gebeurde dit aan de hand van semigestructureerd interviews en groepsgesprekken. In totaal namen 19 respondenten deel aan dit onderzoek waarvan acht leden, zes leiding, twee gewestmedewerkers, twee verbondsmedewerkers en één medewerker van Chiro nationaal. Voor de individuele interviews werden in totaal drie verschillende interviewgidsen opgesteld. Elke respondent behoort namelijk tot een bepaalde categorie: lid, leiding of medewerker. Elke interviewgids is dus aangepast aan de bevraagde doelgroep De interviewgids voor de medewerkers van het gewest, het verbond en Chiro nationaal is dezelfde, omwille van hun gelijkaardige functie. Naast een individueel interview namen de leden ook deel aan een groepsgesprek. In totaal werden er twee groepsgesprekken gehouden, één met 13- tot 14-jarigen en één met 15- tot 16-jarigen. Resultaten Hoewel alle jongeren al eens blootgesteld werden aan ongewenste content, vonden ze dit niet echt storend. Er zijn echter een aantal online activiteiten die jongeren als risicovol beschouwden. Deze zaken zijn: (1) het afspreken met vreemden via bijvoorbeeld sociale netwerksites, (2) blootgesteld worden aan onjuiste informatie, (3) het verspreiden van persoonlijke informatie en (4) cyberpesten. Als jongeren in contact komen met dergelijke online risico s gaan ze in beperkte mate aan online coping doen. Zo gaan ze bijvoorbeeld ongewenste boodschappen verwijderen en de zender blokkeren. Indien nodig gaan ze communicatieve coping-technieken toepassen. Dit houdt in dat ze met iemand praten over een mogelijk negatieve online ervaring. Uit de gesprekken blijkt dat sommige ouders het internetgebruik van hun kind(eren) gaan mediëren. Daarnaast spelen ook scholen een rol in de internetopvoeding van jongeren. Tijdens de groepsgesprekken stemden alle jongeren in met het feit dat ze heel veel informatie krijgen omtrent online risico s tijdens de schooluren. De focus van deze masterproefscriptie ligt echter op de rol die een jeugdbeweging kan spelen in de internetopvoeding van jongeren. Alle deelnemers haalden aan dat de Chiro een maatschappelijke functie heeft. Dit houdt in dat de Chiro een ideale plaats is om sociaal-maatschappelijke vaardigheden over te brengen en aan te leren. Deze maatschappelijke functie is echter niet de hoofdactiviteit van een jeugdbeweging. Er is dus in beperkte mate ruimte om leden te informeren en sensibiliseren. Ondanks het feit dat de Chiro slechts in beperkte mate aan online sensibilisering kan doe, kan het online topic wel degelijk in de activiteiten van de Chiro worden geïntegreerd. IV

5 Naast sensibilisering kan de Chiro verschillende inspanningen leveren om de online omgeving in hun aanbod te verwerken. Een jaarthema is volgens de deelnemers een geschikt medium om deze thematiek over te brengen. Vervolgens kunnen grootschalige evenementen zoals Startdag verschillende aspecten van de online omgeving verder toelichten. De voornaamste inspanning die de Chiro kan leveren is het ontwikkelen van een spel over de online omgeving. Ter inspiratie kregen de deelnemers educatief (spel)materiaal van Childfocus te zien. De verschillende doelgroepen hebben een positieve attitude ten aanzien van dit materiaal. De deelnemers zijn het er echter allemaal over eens dat er aanpassingen moeten worden doorgevoerd om dit materiaal in een Chirocontext te implementeren. De deelnemers vermelden enkele voorwaarden waaraan een Chirospel moet voldoen. Ten eerste mag een spel over de online omgeving niet te theoretisch onderbouwd zijn. Ten tweede is de Chiro voor jongeren een plaats om zich te amuseren, het opvoedende element mag dus niet te zwaar doorwegen en humor is belangrijk. Ten derde moet de focus liggen op het spel zelf en niet op de maatschappelijke functie ervan. Tot slot zijn er een aantal spelelementen die de deelnemers heel belangrijk vinden. Een spel bestaat bij voorkeur zowel uit actieve als uit passieve spelelementen en de leiding mag gerust deel uitmaken van het spel. Vervolgens vermelden de deelnemers dat leiding en andere Chiromedewerkers jongeren kunnen begeleiden en ondersteunen bij vragen of problemen. Leiding kan vooral optreden als luisterend oor en jongeren tips en advies aanreiken. De andere medewerkers kunnen de leiding daarin ondersteunen aan de hand van cursussen, vormingen en workshops. Leden hebben vervolgens het gevoel dat ze samen met hun leiding kunnen praten over zaken die hen aanbelangen. De resultaten wijzen echter uit dat jongeren in realiteit niet snel zullen overgaan tot een gesprek. De jongeren halen namelijk aan dat ze toch een zekere afstand willen bewaren en dat vertrouwen een belangrijke rol speelt. Ze willen enkel persoonlijke informatie delen met mensen die ze goed kennen en vertrouwen, zoals hun ouders of vrienden. Conclusie De resultaten van dit onderzoek wezen uit dat er vier online activiteiten zijn die jongeren als risicovol percipiëren. Deze activiteiten zijn: afspreken met vreemden, blootgesteld worden aan ongewenste informatie, het verspreiden van persoonlijke informatie en cyberpesten. Vervolgens is voor een jeugdbeweging het uitdragen van maatschappelijke thema s slechts een secundaire activiteit. Al de voorgaande voorbeelden hebben slechts een beperkte impact op jongeren hun bewustzijn van online risico s. De Chiro kan dus eerder een aanvullende rol spelen in jongeren hun internetopvoeding. Ouders en scholen blijven de voornaamste mediërende actoren. V

6 Lijst van figuren Figuur 1: Typologie van online risico s Figuur 2: Ladder van online opportuniteiten Figuur 3: Classificatie van online opportuniteiten op basis van Youth Protection Roundtable Figuur 4: Factoren die de perceptie van online risico s beïnvloeden Figuur 5: Coping proces volgens het model van Lazarus Figuur 6: Visualisatie van de respondenten Figuur 7: Coderingsgids voor jongeren Figuur 8: Geselecteerde spelen of spelvormen (jongeren) Figuur 9: Twijfelachtige spelen of spelvormen (jongeren) Figuur 10: Geselecteerde spelen of spelvormen (leiding) Figuur 11: Twijfelachtige spelen of spelvormen (leiding) Figuur 12: Geselecteerde spelen of spelvormen (medewerkers) Figuur 13: Twijfelachtige spelen of spelvormen (medewerkers) VI

7 Biografie Mijn naam is Laura Hallaert en al zolang ik mij kan herinneren is communicatie één van mijn grootste passies. Als lagere schoolkind was taal mijn favoriete vak en ook in het middelbaar onderwijs werd mijn interesse hierin meer een meer aangewakkerd. Ik heb er altijd van gehouden om taal op een creatieve en artistieke manier te gebruiken. Voordracht en toneel bracht taal voor mij tot leven. Naast de Nederlandse taal wisten ook het Engels en het Frans mij altijd te bekoren. Toen het moment aanbrak om verder te gaan studeren, schreef ik mij onmiddellijk in voor de Bachelor in het Communicatiemanagement aan de Artevelde Hogeschool in Gent. Ik besloot om van start te gaan met een bachelor omdat ik op dat moment nog moest ontdekken wat ik allemaal in mijn mars had. Dit bleek achteraf een heel goede keuze te zijn. De ervaring en inzichten die ik daar heb opgedaan bleken onontbeerlijk te zijn voor mijn universitaire studies. Ik legde een theoretische basis aan en leerde het communicatie landschap beter kennen. Als bachelorproef besloot ik om een interne communicatie-audit uit te voeren bij ACV-CSC METEA. Tijdens mijn stage ging ik aan de slag in een public relations bureau in hartje Antwerpen. Mijn interesse in de communicatie valt en staat dus zeker niet bij één specifiek onderdeel. Opgeven ligt zeker en vast niet in mijn aard, ik steef ernaar om mijn kwaliteiten optimaal te benutten. Half werk afleveren, daar doe ik niet aan mee. Ik ben ook iemand die vaak op zoek is naar een uitdaging en stel mijzelf graag op de proef. Na mijn bachelor opleiding kwam de onvermijdelijke vraag: verder studeren of een job zoeken? Dankzij mijn leergierigheid besloot ik om toch verder te studeren. Een masteropleiding dan nog wel en ditmaal aan de KU Leuven. Ik koos voor de master in de Bedrijfscommunicatie omwille van de combinatie tussen de Faculteit Letteren en de Faculteit Sociale Wetenschappen. Ik had het gevoel dat ik mijn twee passies in deze master verder zou kunnen ontplooien. Dit bleek zeker en vast het geval te zijn. Na een intensief schakel- en masterjaar heb ik het gevoel dat ik mijn communicatieve vaardigheden verder hebben kunnen ontwikkelen. Dankzij de combinatie van twee sterke diploma s ben ik eindelijk klaar om de arbeidsmarkt te ontdekken. VII

8 Woord vooraf Bij aanvang van deze masterproefscriptie wil ik eerst en vooral enkele mensen bedanken die bijgedragen hebben aan de realisatie van dit eindwerk. In het bijzonder wil ik mijn promotor Sofie Vandoninck bedanken. Zij bleef mij gedurende heel deze periode steeds steunen en motiveren. Ik kon altijd bij haar terecht en ze stond steeds klaar met nuttige tips en informatie. Vervolgens was ze altijd bereid om mijn notities na te lezen en ik kon steeds op opbouwende feedback rekenen. Daarnaast wil ik ook al de respondenten bedanken die deel hebben genomen aan mijn onderzoek. Zonder hen zou ik natuurlijk nergens staan. In het bijzonder wil ik de leden, leiding en oud-leiding van Chiro Overschelde bedanken voor alle steun en medewerking. Ten slotte, bedank ik mijn ouders en vriend. Dankzij hen werd mijn masterproef tot vervelens toe nagelezen en verbeterd. Ik dank hen ook voor de steun gedurende de realisatie van mijn eindwerk, en eigenlijk gedurende mijn volledige opleiding. Een masterproefscriptie schrijven is een uiterst leerrijke ervaring. Voor mij was dit een kans om mijzelf te bewijzen en te laten zien wat ik na de opleiding Bedrijfscommunicatie in mijn mars had. Ik heb deze kans met beide handen gegrepen en hoop dat dit werk duidelijkheid schept over de rol die de Chiro kan spelen in de toch wel complexe online wereld. Voor u ligt het resultaat van meerdere uitdagende, leerzame en vooral interessante studiemaanden. Tijdens het onderzoek naar de rol van de Chiro in de internetopvoeding van jongeren stonden de begrippen oriënteren, observeren en analyseren centraal. Tijdens mijn opleiding aan de KU Leuven heb ik heel wat ervaring opgedaan. Ik heb ondertussen al een lange een leerrijke weg afgelegd. Nu het einde bijna in zicht is, kan ik met een gerust hart zeggen dat ik fier ben op mijzelf en op deze masterproefscriptie. Bloed, zweet en tranen kwamen er zeker en vast aan te pas, maar de inspanning was het waard. Ik wens u alvast veel leesplezier toe. VIII

9 Inleiding Jongeren en het internet zijn vandaag de dag onlosmakelijk met elkaar verbonden. Sociale mediaplatformen bieden jonge adolescenten de kans om continu met elkaar en met de wereld in verbinding te staan. Jongeren worden vervolgens ook steeds meer aangemoedigd om online opportuniteiten te benutten. Het vergaren van digitale vaardigheden lijkt steeds belangrijker te zijn om te kunnen functioneren in de huidige informatiemaatschappij (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). Wanneer jongeren zich op de digitale snelweg begeven komen zij onvermijdelijk in contact met wat overheden, scholen en andere volwassenen beschouwen als online risico s. Jongeren kunnen dit anders zien, en percipiëren deze risico s soms eerder als online opportuniteit (Livingstone et al., 2011). Deze perceptie hangt af van verschillende factoren, zowel demografische, digitale, psychologische en persoonlijke kenmerken spelen een rol. Aan de hand van online coping-strategieën kunnen jongeren namelijk leren omgaan met deze risico s (Vandoninck, d Haenens & Roe, 2012). Daarnaast bouwen ze ook een zekere vorm van weerbaarheid op zodat de negatieve impact van blootstelling aan risicovolle content vermindert wanneer ze er opnieuw mee te maken krijgen (Livingstone, 2013). Verschillende mediërende factoren, zoals ouders, scholen en peers kunnen jongeren helpen om veilig te leren surfen (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). Er is al heel wat onderzoek gedaan naar personen of organisaties die een impact kunnen hebben op de perceptie van online risico s en online gedrag. De focus ligt echter steeds op de drie voorgaande socialiserende actoren (ouders, scholen en vrienden). Verschillende organisaties, zoals Childfocus en de Gezinsbond, hebben al heel wat (educatief) materiaal ontwikkeld op maat van deze drie doelgroepen. Het doel van dit materiaal is telkens om jongeren te sensibiliseren over online risico s. Er is echter weinig geweten over de mate waarin deze voorbeelden bruikbaar zijn in de context van een jeugdbeweging. Ondanks het feit dat dit materiaal niet is afgestemd op een jeugdbeweging, kunnen er misschien enkele raakvlakken zijn. Het doel van dit onderzoek is om na te gaan in welke mate mediatie door een jeugdbeweging een rol kan spelen in de internetopvoeding van jongeren. Een leidingsploeg staat namelijk steeds met jongeren van allerlei leeftijden in contact en zijn zelf ook opgegroeid met het internet en de uitdagingen die dit eventueel met zich mee kan brengen. Verder hebben zulke organisaties de mogelijkheid om maatschappelijke thema s aan te kaarten op een speelse, creatieve en toch leerrijke manier. Ten eerste wordt in dit onderzoek nagegaan welke online activiteiten jongeren als risicovol percipiëren. Vervolgens gaan we peilen of jongeren geïnteresseerd zijn om binnen de context van de jeugdbeweging een spel te spelen dat gaat over online risico s. Tot slot brengt dit onderzoek de inspanningen in kaart die een jeugdbeweging kan leveren om online sensibilisering in hun activiteiten te implementeren. In deze studie spitsen we ons toe op één specifieke jeugdbeweging, namelijk de Chiro. Dit brengt enkele implicaties met zich mee, elke jeugdbeweging legt namelijk andere accenten. Zo is de Chiro een katholieke jeugdbeweging dat werkt via een gemeenschapsgerichte methode. De Chiro is een familie waarin iedereen zich moet thuis voelen. Alle leden gaan bijvoorbeeld allemaal samen op bivak. Vervolgens richt de Chiro zich vooral op spel- en sportactiviteiten. In tegenstelling tot de Scouts, krijgen Chiroleden geen overlevingstechnieken aangeleerd. Wat werkt binnen de ene jeugdbeweging, kan dus totaal ongeschikt zijn voor een andere. 1

10 1. Online risico s Het begrip online risico kan op veel verschillende manieren worden geïnterpreteerd. Risico s zijn namelijk naast een objectieve gegeven ook sociaal geconstrueerd. Wat al dan niet als een risico gepercipieerd wordt is dus afhankelijk van cultuur tot cultuur en van land tot land (Livingstone & Haddon, 2009, p.124). Er zijn echter een aantal zaken die wereldwijd worden erkend als zijnde een online risico. Volgens Hasebrink et al. (2009) gaat het om cyberpesten, blootgesteld worden aan seksuele beelden, het ontvangen van seksuele berichten, online nieuwe mensen ontmoeten, offline nieuwe online mensen ontmoeten, blootgesteld worden aan schadelijk user-generated content (zoals pro anorexia websites) en het misbruiken van persoonlijke informatie. Verder is het belangrijk om stil te staan bij het feit dat niet elk risico automatisch leidt tot leed of schade. Jongeren zijn namelijk op zoek naar hun identiteit en tasten vaak hun grenzen af. Risicovol gedrag heeft dus verschillende gradaties en gevolgen (Livingstone & Haddon, 2009, p.124). In dit onderdeel staan we stil bij enkele online risico s en hoe jongeren het internet gebruiken. Vervolgens komt de populariteit van sociale mediaplatformen aan bod. Ten slotte gaan we dieper in op de tweestrijd die het internet veroorzaakt. Jongeren worden namelijk blootgesteld aan heel wat gevaren, maar tegelijkertijd biedt de online omgeving heel wat opportuniteiten. Het EU Kids Online Project heeft dankzij de resultaten van hun onderzoek uit 2009 de verschillende online risico s kunnen onderverdelen in classificaties, ook wel het 3C-model genoemd (zie figuur 1). Bij de inhoud gerelateerde activiteiten is de jongere een ontvanger van ongewenste of ongepaste communicatie. Bij contact gerelateerde activiteiten een deelnemer en bij gedrag en participatie gerelateerde activiteiten een actor (waarbij de jongere risicovolle content aanmaakt) (Livingstone & Haddon, 2009, p.8). Vervolgens zijn de risico s verder onderverdeeld naar gelang hun aard. Zo zijn er commerciële risico s zoals illegaal downloaden, risico s die te maken hebben met agressie zoals pesten en aanranding, seksuele risico s zoals grooming en risico s die gelinkt zijn aan specifieke waarden zoals racisme (Hasebrink et al., 2009, p.24-25). Figuur 1: Typologie van online risico s Bron: Gebaseerd op EU Kids Online (Hasebrink et al., 2009) Naast de risico s op traditionele internetplatformen zijn er ook risico s verbonden aan sociale media en sociale netwerken. Volgens O Keeffe et al. (2011) kunnen deze risico s worden opgedeeld in drie brede categorieën. Eerst zijn er de bezorgdheden omtrent de digitale voetafdruk en het verspreiden van persoonlijke informatie. Vervolgens gaat het om eventuele gevaren/problemen die zich kunnen voordoen gerelateerd aan andere internetgebruikers. Ten slotte maakt men zich zorgen over het in contact komen met ongewenste inhouden zoals racisme. Wat hier volgt is een beknopte opsomming van enkele vaak voorkomende fenomenen. 2

11 Het versturen van seksueel getinte berichten, ook wel sexting genoemd kan risico met zich meebrengen. Tekst- en of beeldmateriaal kan namelijk worden verspreid naar personen die oorspronkelijk niet als doelpubliek bedoeld waren. Dit kan leiden tot een ongemakkelijke of problematische ervaring voor de jongere in kwestie (Mascheroni & Ólafsson, 2014, p ). Naast sexting is ook grooming een risicovol fenomeen. Grooming verwijst naar het contact dat een kwaadwillende volwassene zoekt met een jongere. Deze persoon is meestal geïnteresseerd in persoonlijke ontmoetingen en probeert de seksuele drempels te verlagen (Davidson & Gottschalk, 2011). Vervolgens is er ook cyberpesting, volgens Vandebosch et al. (2006) is cyberpesten een nieuwe vorm van agressief gedrag waarbij er gebruik wordt gemaakt van informatie- en communicatietechnologieën. Het gaat onder andere over zaken zoals het verspreiden van gênant beeldmateriaal of het versturen van beledigende boodschappen. Vaak kan het slachtoffer zich moeilijk verdedigen en is er sprake van machtongelijkheid Online opportuniteiten Blootstelling aan online risico s leidt niet noodzakelijk ook tot schade. Niet alle gevallen worden door jongeren als gevaarlijk of problematisch beschouwd (Livingstone et al., 2011). Het internet biedt namelijk eindeloos veel informatie aan en geeft jongeren de kans om op een speelse en creatieve manier hun online vaardigheden te ontplooien. Naast risico s kunnen jonge internetgebruikers dus ook in contact komen met heel wat opportuniteiten (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). De opportuniteiten die jongeren kunnen benutten kan worden gemeten aan de hand van hun online activiteiten. De ladder van online opportuniteiten van Livingstone en Helsper (2007) (zie figuur 2) geeft de verschillende gradaties van online activiteiten weer. Een hoge ranking op de ladder staat voor een hoge mate van digitale geletterdheid. Leren navigeren op de digitale snelweg is dus een proces waarbij jongeren stapsgewijs meer kansen kunnen benutten. Figuur 2: Ladder van online opportuniteiten Bron: Gebaseerd op Livingstone & Helsper, 2007 Uit onderzoek blijkt dat de meeste landen binnen de Europese Unie, waaronder ook België, de meerderheid van de jongeren gebruik maken van de informatieve functie van het internet. Veel jongeren raadplegen het internet voor educatieve doeleinden of maken gebruik van de verschillende entertainende functies. Het blijkt echter moeilijk te zijn om te participeren in meer complexe toepassingen zoals het schrijven van blogberichten. Voor dit soort activiteiten is actieve participatie en creatieve input van de gebruikers noodzakelijk (Livingstone & Helsper, 2007; Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). De Youth Protection Roundtable maakt gebruik van een tweedimensionale typologie waarop online kansen kunnen worden geplaatst (zie figuur 3). Op de verticale as staan alle inhouds- en contact gerelateerde kansen. De horizontale as geeft de opportuniteiten weer die voortkomen uit het eigen gedrag of uit het gedrag van anderen. 3

12 Figuur 3: Classificatie van online opportuniteiten op basis van Youth Protection Roundtable Bron: Gebaseerd op Walrave, 2012, p. 15 Jonge internetgebruikers kunnen ook heel wat voordeel halen uit het aanwenden van onder andere sociale mediaplatformen. O Keeffe et al. (2011) plaatsen deze voordelen in drie brede categorieën: psychologisch, sociaal cognitief en educatief. Onder psychologisch vallen alle voordelen die jongeren in staat stelt om gemakkelijk een online netwerk uit te bouwen en connecties te onderhouden. Sociale media bieden ook de mogelijkheid om sociaal cognitieve vaardigheden verder te ontplooien. Deze platformen geven jongeren namelijk de kans om met individuen van verschillende achtergronden te communiceren. Op deze manier kunnen zij hun sociaal cognitieve vaardigheden continu optimaliseren. Ten slotte kunnen sociale media het kritische denkvermogen van adolescenten helpen ontwikkelen Populariteit van sociale media Er zijn verschillende redenen die de populariteit van sociale mediaplatformen kunnen verklaren. Eerst en vooral kunnen jongeren informatie lezen, delen en er ook mee interageren. Sociale media kunnen gebruikt worden als vorm van vertier, maar ook in functie van schoolwerk. Het biedt bijvoorbeeld de mogelijkheid om samen te werken aan opdrachten (Walrave & Van Ouytsel, 2014, p. 18). Communicatie en de mogelijkheid om informatie uit te wisselen met andere sociale mediagebruikers zijn de grootste drijfveren. Sociale media kunnen vervolgens helpen bij de identiteitsvorming van adolescenten (Boyd et al., 2010; Kwon et al.,2010). Daarnaast kunnen deze platformen ook een sociale rol vervullen. Jongeren kunnen namelijk in verbinding blijven met (verre) contacten en (romantische) relaties uitbouwen. Op die manier kunnen sociale vaardigheden verder worden ontwikkelend en verfijnd. Vervolgens kunnen jongeren ook sociaal kapitaal verwerven via sociale media. 4

13 Dit kan onder andere door het delen van (persoonlijke) informatie op de verschillende sociale mediaplatformen. Op die manier kunnen jongeren contacten leggen die men anders nooit zou kunnen benutten (Walrave & Van Ouytsel, 2014, p ). Daar komt nog eens bij dat sociale mediaplatformen heel makkelijk toegankelijk en gebruiksvriendelijk zijn. Zelfs jongeren kinderen kunnen er snel mee aan de slag. Dit gaat ook gepaard met een gevoel van macht. Jongeren hebben een gevoel van controle en beheren op eigen houtje hun profiel (Alarcón-del-Amo et al., 2012). Een andere verklaring voor de populariteit van deze platformen is het zogenaamde disinhibitie- of ontremmingseffect. Het resultaat hiervan is dat jongeren zich soms anders gaan gedragen in een onlinecontext dan bij face-to-face communicatie. In een onlineomgeving kunnen namelijk bepaalde psychologische barrières wegvallen. Zo kan het voor jongeren makkelijker lijken om online over hun eigen leven of emoties te praten of om contacten te leggen. Het disinhibitie-effect zorgt er dus voor dat bepaalde remmingen (gedeeltelijk) wegvallen. Dit kan zowel positieve als negatieve gevolgen met zich meebrengen. Jongeren leggen misschien sneller nieuwe contacten, maar de drempel om anderen te pesten of de bedreigen wordt tegelijkertijd ook een pak lager (Suler, 2004). Volgens Suler (2004) kunnen verschillende internetkenmerken het disinhibitie-effect bewerkstelligen. Ten eerste is de mogelijkheid om anoniem te blijven een belangrijke factor. Dankzij anonimiteit kunnen internetgebruikers hun online daden afscheiden van hun offline-identiteit. Vervolgens is er geen direct toezicht van een autoritair figuur zoals een ouder. Jongeren voelen zich op die manier minder kwetsbaar en durven hun grenzen vaker verleggen. Beide gesprekspartners hoeven elkaar niet in levende lijve te zien, dit maakt het makkelijk om zich anders te gedragen. Het feit dat de ontvanger niet onmiddellijk moet antwoorden op het bericht van de zender, is het derde belangrijke aspect. Een directe confrontatie kan dus worden vermeden en de zender heeft tegelijkertijd controle over de conversatie. Ten slotte spelen individuele karaktereigenschappen ook een grote rol. Sommige internetgebruikers maken namelijk een duidelijk onderscheid tussen hun offline- en hun online-identiteit Tweestrijd tussen opportuniteit en risico Jongeren willen enerzijds hun grenzen aftasten en op zoek gaan naar hun eigen identiteit aan de hand van zelfpresentatie en communicatie online. Anderzijds is het belangrijk om adolescenten voldoende te beschermen en hen te waarschuwen voor ongewenste of risicovolle content. Deze tweestrijd is een centraal thema binnen het online risicoverhaal en blijft een struikelblok voor zowel ouders, leerkrachten en andere (maatschappelijke) betrokkenen. De wederkerige relatie tussen de voordelen van het internet en sociale netwerksites en het vrijgeven van onder andere persoonlijke informatie stelt jongeren voor een dilemma. Ze zijn zich enerzijds wel bewust van mogelijke risico s, maar ze vinden het tegelijkertijd ook noodzakelijk om hun online-identiteit te ontwikkelen (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). Dit komt duidelijk tot uiting in het dilemma omtrent privacy. Het valt namelijk op dat bezorgdheden omtrent privacy niet altijd resulteren in het beter beschermen van privégegevens. Hoewel ongeveer 80% van de mensen op de hoogte zijn van privacy instellingen en hoe deze te wijzigen, maakt hier slechts 40% gebruik van (Debatin et al, 2009). Dit lijkt aan te sluiten bij het idee van het Nothing to hide argument. Jonge internetgebruikers hebben namelijk de neiging om heel veel persoonlijke informatie te delen. Ze zijn van het idee dat mensen enkel aspecten van hun privéleven afschermen als ze iets te verbergen hebben (Solove, 2007). Het is echter wel frappant dat jonge internetgebruikers sociale mediaplatformen aanschouwen als hun eigen plek. Ze beseffen dat alle informatie zichtbaar is voor hun peers, maar staan veel minder stil bij zaken zoals ouderlijk toezicht. Sociale media zijn uiteraard toegankelijk voor iedereen en er lezen vaak veel meer mensen mee dan oorspronkelijk gedacht (Livingstone, 2008, p. 396). We kunnen in principe spreken over een Nothing to hide paradox. Enerzijds zijn jongeren zich gedeeltelijk bewust van het feit dat (on)gewenste sociale mediagebruikers meelezen (Boyd & Hargittai, 2010). Anderzijds hechten jonge sociale mediagebruikers veel belang aan bevestiging en aanvaarding van hun virtuele peers. Om deze bevestiging te krijgen is het noodzakelijk om redelijk wat persoonlijke informatie te delen (Marwick et al. 2010). 5

14 Het delen van persoonlijke gegevens kan echter heel wat ongewenste gevolgen met zich meebrengen. Uit recente studies van Boys en Hargittai (2010) blijkt dat steeds meer jongeren hun privacy instellingen beheren, het is echter nog geen standaardprocedure onder jonge internetgebruikers. Het vierde onderzoek van Apestaartjaren (2012) toont bijvoorbeeld aan dat jongeren vaak denken dat ze hun privacy beschermen, maar dit in werkelijkheid niet altijd doen. Een op de vijf jongeren zou zelf hun privacy instellingen nog nooit hebben aangepast. Deze resultaten bevestigen de vermoedens dat veel jongeren, al dan niet bewust, veel persoonlijke informatie vrijgeven op het internet. Vervolgens kunnen jongeren ook veel persoonlijke gegevens vrijgeven aan de hand van nieuwsbrieven. Om te kunnen genieten van verschillende voordelen moeten ze namelijk hun naam, adres en adres vrijgeven. Het vijfde onderzoek van Apestaartjaren (2014) toont aan dat jongeren mensen met wie ze online contact hebben veel te snel vertrouwen. Ze wisselen dan ook vaak persoonlijke gegevens uit die eventueel kunnen worden misbruikt. In sommige gevallen kan dit online contact ook tot een persoonlijke ontmoeting komen. Vervolgens kan er ook nog sprake zijn van het derde persoon effect. Jongeren denken namelijk dat media een groter effect hebben op anderen dan op henzelf (Debatin et al., 2009). Ouders, beleidsmakers en opvoeders zijn op zoek naar de balans tussen enerzijds het willen beschermen van kinderen tegen ongewenste content, en anderzijds het willen respecteren van de privacy van het kind (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). Volgens De Haan (2010, p.14) moet elke jongere regelmatig in contact komen met een gezonde portie online risico s. Het is namelijk dankzij deze blootstelling en de ervaring met deze risico s dat kinderen hun online weerbaarheid vergroot. 6

15 2. Perceptie van online risico s Er zijn veel verschillende factoren die de online beleving van kinderen en jongeren kunnen beïnvloeden. Zowel cultuur, ideologie, normen, waarden, taal, nationaliteit enzovoort spelen een bepaalde rol. Deze factoren kunnen ook bepalen in welke mate iets als risicovol wordt aanschouwd en of deze risico s ook effectief tot schade lijden. Risico s worden vervolgens anders gepercipieerd door ouders, leerkrachten en andere begeleiders omwille van een totaal andere beleving (Staksrud, 2013). De perceptie van online risico s is dus zeker complexe materie die niet eenduidig te definiëren valt. Dit onderdeel zoomt in op enkele verschillende factoren die de perceptie van online risico s kunnen beïnvloeden. Vervolgens komen enkele coping strategieën aan bod die jongeren kunnen toepassen binnen de online context. Ten slotte worden de maatregelen die jongeren kunnen nemen om met specifieke online gevaren om te gaan toegelicht. De mate waarin jongeren zowel online risico s als opportuniteiten percipiëren hangt af van veel verschillende factoren (zie figuur 4). Vervolgens kunnen jonge internetgebruikers niet worden gezien als een homogene groep. Leeftijd, het geslacht, de socio-economische status, hoeveel tijd men online spendeert enzovoort heeft invloed op de toegang, het gebruik en de vaardigheden van een jonge internetgebruiker (Livingstone & Haddon, 2009; Hasebrink et al, 2011). Figuur 4: Factoren die de perceptie van online risico s beïnvloeden Bron: New media & Society (Livingstone & Helsper, 2007) 7

16 2.1.Factoren die de perceptie van online risico s beïnvloeden Demografische factoren Hoe jongeren bepaalde risico s ervaren hangt af van hun geslacht, leeftijd en socio-economische status. Hoe jongeren omgaan met seksuele inhoud is een duidelijke illustratie van het verschil in perceptie gebaseerd op geslacht. Meisjes geven namelijk aan het veel vervelender te vinden om met seksuele beelden in contact te komen dan jongens. (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). Het onderzoek van Livingstone et al. (2011) toont aan dat leeftijd gepaard gaat met digitale activiteiten en vaardigheden. Hoe ouder internetgebruikers zijn, hoe uitgebreider hun online activiteitenpakket. Dit resulteert in het feit dat oudere internetgebruikers vaker in contact zullen komen met risicovolle content. Ze percipiëren deze content echter niet altijd als gevaarlijk of storend, omdat met hun leeftijd, ook hun digitale vaardigheden zijn gestegen. Men kan tevens ook een onderscheid maken tussen de attitude van jongeren met een hoge sociaal economische status en een eerder lage status. Jongeren met een eerder hoge status zijn bijvoorbeeld sneller geneigd om te praten met hun ouders over hun al dan niet negatieve internetervaringen. Ze staan ook meer stil bij de mogelijke gevaren van het internet en besteden meer aandacht aan hun online veiligheid. Dit doen ze door geen persoonlijke informatie te verspreiden en online gesprekken met vreemden te vermijden. Jongeren die deel uitmaken van een lagere sociaaleconomische klasse laten zich al sneller in met onveilige situaties zoals het ontmoeten van vreemden. Hun perceptie ten aanzien van online risico s en (on)veilige situaties is dus eerder verschillend (Livingstone et al., 2012) Digitale geletterdheid en digitale vaardigheden Digitale geletterdheid en vaardigheden zijn beide belangrijke elementen om te bepalen op welke manier jongeren zowel risico s als opportuniteiten ervaren en hoe ze hiermee omgaan. Volgens Livingstone (2004) kan digitale geletterdheid als volgt worden omschreven: Digitale geletterdheid, ligt in de lijn van het concept mediageletterdheid, dat verwijst naar de vaardigheid van een individu om informatie te verzamelen, te analyseren, te evalueren en te creëren. Volgens Steyaert (2010) is er sprake van digitale geletterdheid als drie soorten online vaardigheden aanwezig zijn: instrumentele, structurele en strategische vaardigheden. Onder instrumentele vaardigheden vallen alle vaardigheden die te maken hebben met het technische aspect van het internet, de zogeheten knoppenkennis. Vervolgens moeten jongeren ook kunnen omgaan met de structuur van een bepaald medium. Zo moeten ze bijvoorbeeld in staat zijn om gebruik te maken van de zoekfunctie van een website. Deze vaardigheden worden structurele vaardigheden genoemd. Strategische vaardigheden ten slotte bepalen in welke mate jongeren weten welke informatie ze nodig hebben, waar ze die kunnen vinden en hoe ze die moeten toepassen om er voordeel uit te halen. Met de opkomst van sociale mediaplatformen is er een tweede concept ontstaan, namelijk sociale mediageletterdheid. Onder dit begrip vallen alle competenties die jongeren nodig hebben om gebruik te kunnen maken van sociale mediaplatformen en de voordelen die daaraan verbonden zijn. Onder de praktische vaardigheden vallen onder andere de basisvaardigheden die sociale mediagebruikers nodig hebben. Onder de praktische vaardigheden vallen ook de geavanceerde gebruikers die overweg kunnen met meer gesofistikeerde sociale mediatoepassingen zoals het uploaden van foto s of video s. Vervolgens hebben sociale mediagebruikers ook nood aan cognitieve competenties. Dit stelt hen in staat om online content correct te evalueren en op een kritische manier met sociale media om te gaan. Hoe sterker jongeren deze verschillende digitale vaardigheden beheren, hoe kleiner de kans dat ze online content als risicovol gaan aanschouwen. (Boudry, Vanwynsberghe & Verdegem, 2013). 8

17 Digitale geletterdheid is een complexe materie en niet alle jongeren zijn even vlotte internetgebruikers. Digitale vaardigheden zijn vaak ongelijk verdeeld over de jongerenpopulatie, en hangen samen met een heleboel andere sociodemografische- en psychologische factoren. Toegang tot internet en andere digitale media is al lang niet meer de enige factor die een rol speelt bij digitale ongelijkheid. De hedendaagse opvatting is veel meer gericht op het gebruik van digitale media en in welke mate online opportuniteiten kunnen worden benut. Jongeren met onvoldoende digitale kennis of capaciteiten zijn een kwetsbare doelgroep in de digitale omgeving. Zij voelen zich sneller op hun ongemak als ze met online risico s in contact komen en gaan ze eerder als gevaarlijk percipiëren. Bovendien zijn ze vaker geneigd om op een fatalistische manier te reageren bij confrontatie (Livingstone, Haddon & Görzig, 2012) Psychologische en persoonlijke factoren Ook psychologische factoren kunnen de perceptie van online risico s beïnvloeden. Jongeren met psychologische problemen komen zowel online als offline vaker in contact met verschillende soorten risico s. Dit resulteert in het feit dat negatieve gebeurtenissen een sterke impact achterlaten. Vooral sexting, cyberpesten en seksuele inhoud blijken voor jongeren met psychologische problemen zware topics te zijn. Deze jongeren zullen deze topics dan ook eerder percipiëren als risicovol en gevaarlijk. Deze adolescenten reageren meestal op een passieve manier en gaan vaak de oorzaak van het probleem niet aanpakken (Vandoninck, d Haenens & Roe, 2012, p ). Vervolgens kunnen ook karaktereigenschappen een impact hebben op de perceptie van online risico s. Vandoninck (2016) haalt aan dat jongeren met bijvoorbeeld veel zelfvertrouwen en een eerder dominante persoonlijkheid de neiging hebben om zich onverschillig te gedragen. Ze zien zichzelf niet als mogelijke slachtoffers en gaan online risico s zelden proberen in te perken Coping-strategieën Jongeren komen vroeg of laat wel eens in contact met risicovolle content. Om met deze risico s om te gaan kunnen adolescenten verschillende strategieën toepassen. In 1966 heeft Lazarus al een schema opgesteld waarin de verschillende coping strategieën aan bod kwamen. Het begrip coping is dus zeker niet enkel gerelateerd aan de online omgeving. In figuur 5 geeft Lazarus enkele mogelijke strategieën weer om op een bepaalde manier met (online) risico s om te gaan. Het schema bestaat uit drie fases: de primary appraisal, de secondary appraisal en de choice of coping strategy. In de eerste fase komt het individu met een bepaalde dreiging of risico in contact. In de tweede fase gaat de jongere op zoek naar een gepaste reactie op de dreiging of het risico. In de derde fase ten slotte gaat de persoon de gekozen strategie daadwerkelijk gaan toepassen. De keuze van een bepaalde coping strategie hangt vervolgens ook af van persoonlijke en situationele factoren (Thompson, Poelmans, Allen & Andreassi, 2007). 9

18 Figuur 5: Coping proces volgens het model van Lazarus Bron: aangepast van Thompson, Poelmans, Allen & Andreassi (2007) in Perrewé & Ganster. 10

19 Als we kijken naar recent onderzoek over online coping verloopt de indeling van coping strategieën op een iets andere manier. Jongeren hebben in principe twee mogelijkheden: ze kunnen het probleem negeren, ook wel de fatalistische respons genoemd, of erop ingaan (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). Welke strategie ze kiezen hangt sterk af van hoe jongeren bepaalde risico s percipiëren. Jongeren met een lage risicoperceptie zijn eerder geneigd om preventieve en zelfregulerende maatregelen toe te passen (Livingstone & Haddon, 2009). Eerst en vooral kunnen jongeren preventieve maatregelen treffen nog voor ze in contact komen met ongewenste inhouden. Voorbeelden hiervan zijn het instellen van een spamfilter of antivirussoftware. Hier gaan jongeren bepaalde risico s die zich in de toekomst kunnen voordoen proberen in te schatten (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010). Vervolgens kunnen jongeren al dan niet reageren op een bepaalde negatieve ervaring, de zogenaamde reactieve maatregelen. Jongeren kunnen kiezen voor een eerder passieve aanpak waarbij ze het probleem eigenlijk gaan negeren. Sommige jongeren kiezen er zelfs voor om het internet gedurende een bepaalde periode niet meer te gebruiken. Deze aanpak kan ervoor zorgen dat ze bepaalde online opportuniteiten niet kunnen benutten. Bovendien missen deze jongeren de kans om hun online weerbaarheid te versterken. Deze strategie wordt voornamelijk toegepast door jongere kinderen met een eerder lage sociaal-economische status. Het zijn vaak kinderen met een lage selfefficacy, psychologische moeilijkheden of kinderen die over het algemeen kwetsbaarder zijn die deze strategie gaan hanteren.(livingstone, Haddon & Görzig, 2012, p. 209). Daarnaast zijn er ook jongeren die kiezen voor een communicatieve aanpak. Jongeren gaan hun (negatieve) ervaringen met anderen delen en erover praten. De meeste jongeren praten erover met hun leeftijdsgenoten of hun ouders. Adolescenten gaan zelden leerkrachten of andere professionelen inlichten over hun problemen of ervaringen. Deze jongeren zijn niet geïnteresseerd in sensation seeking, zijn voornamelijk meisjes of jongeren die zich snel ongemakkelijk voelen. (Livingstone, Haddon & Görzig, 2012, p. 212). Jonge internetgebruikers kunnen ook zelfregulerende acties ondernemen, zoals het onmiddellijk verlaten van een website. Jongeren die een proactieve aanpak hanteren gaan bepaalde acties ondernemen om negatieve ervaringen in de toekomst te vermijden, zoals het blokkeren van ongewenste contactpersonen. Deze groep van internetgebruikers hebben vaak een sterke weerstand en voldoende digitale vaardigheden. Verder hebben ze eerder een grote self-efficacy, zijn ze op zoek naar sensatie of ze voelen zich heel emotioneel na het gebeuren (Livingstone, Haddon & Görzig, 2012, p ). Naast coping strategieën moeten jongeren ook voldoende weerbaarheid opbouwen om met online risico s om te gaan. Een van de kenmerken van online weerbaarheid is dat dit zich enkel kan ontwikkelen als jongeren effectief in contact komen met bepaalde risico s. Er is dus sprake van een soort van tweestrijd tussen opportuniteiten en risico s. De online omgeving kan dus heel wat gevaren met zich meebrengen, maar zonder blootstelling aan deze gevaren kunnen jongeren hun weerbaarheid niet vergroten (Livingstone, 2013). Het double jeopardy effect toont aan dat jongeren die in de offline wereld moeilijkheden ondervinden, vaak ook minder goed online functioneren en zich kwetsbaar opstellen (Vandoninck, d Haenens & Roe, 2012). 11

20 2.4. Maatregelen die online risico s kunnen reduceren Hoe meer tijd jongeren online besteden, hoe groter de blootstelling aan risico s. Ouders, de overheid, scholen, sociaal medewerkers of andere betrokkenen maken zich zorgen over zulke risico s en de gevolgen die ze met zich mee kunnen brengen. Het internet brengt uiteraard heel wat gevaren met zich mee, maar deze risico s mogen ook niet uit proportie worden getrokken. Het heeft ook niet veel zin om adolescenten restrictieve regels op te leggen. Jongeren houden zich hier namelijk niet altijd aan en op die manier missen ze de kans om online opportuniteiten te benutten. Het lijkt meer zinvol om jongeren te begeleiden bij hun zoektocht naar hun online identiteit. Door jonge internetgebruikers voldoende te sensibiliseren kunnen ze zelf op een gepaste manier met online gevaren leren omgaan. Vanuit de overheid kunnen onder andere zelfreguleringsmechanismen zoals veiligheidspakketten worden geïntroduceerd. Ouders, leerkrachten en andere (maatschappelijke) opvoeders kunnen jongeren bijstaan en hen op de hoogte brengen van de gepaste online strategieën om met online risico s om te gaan (Vandoninck, d Haenens & Donoso, 2010; Staksrud & Livingstone, 2009) Mediatie Met de term mediatie wordt elke tussenkomst van zowel personen als instellingen bedoeld. We spreken over proactieve mediatie als er sprake is van een tussenkomst alvorens er een bepaalde risicovolle ervaring heeft plaatsgevonden. Strategieën van reactieve mediatie kunnen worden toegepast na een negatieve ervaring (Skinner & Zimmer-Gembeck, 2007). Vervolgens is mediatie ook een factor die de perceptie van online risico s kan beïnvloeden. De belangrijkste vormen van mediatie staan hieronder kort uitgelegd. Mediatie van het mediagebruik door ouders Ouders kunnen een belangrijke rol spelen in het bewustmakingsproces van hun kind(eren). Ouders kunnen drie verschillende mediatiestrategieën toepassen. Ten eerste kunnen ze jongeren regels en beperkingen opleggen. Daarnaast kunnen ze de tijd die jongeren online spenderen inperken. Deze vormen van mediatie wordt ook wel restrictieve mediatie genoemd. Vervolgens kunnen ze gebruikmaken van actieve mediatie. Ouders proberen hun kind(eren) op deze manier wegwijs te maken in het digitale landschap. Daarnaast kunnen ouders een coviewing aanpak hanteren. Bij coviewing nemen de ouders niet actief deel aan jongeren hun media-activiteiten, maar ze oefenen wel een zekere vorm van controle uit (Valkenburg et al., 1999). De meeste ouders prefereren de vorm van actieve mediatie, waarbij ze onder andere praten met hun kind(eren), boven technische tools zoals monitoring software. Er is echter weinig bewijs dat deze mediërende strategieën de blootstelling aan online risico s kunnen verminderen of weerbaarheid vergroten (Livingstone & Helsper, 2008). Om te bepalen op welke manier jongeren de verschillende vormen van ouderlijke mediatie percipiëren, hebben Valkenburg et al. (2013) de Perceived Parental Media Mediation Scale gecreëerd. Op deze schaal wordt niet enkel de impact van het internet gemeten, maar ook van games, films en televisieprogramma s. De focus van deze schaal ligt enkel op de perceptie van restrictieve en actieve mediatie. De resultaten van dit onderzoek suggereren dat de stijl die ouders hanteren bij de verschillende mediatievormen weldegelijk een rol speelt in de effectiviteit van ouderlijke mediatie. De stijl zou zelfs belangrijker zijn dan de frequentie van deze mediatietechnieken. Restrictieve mediatie kan namelijk net zo effectief zijn als actieve mediatie. De voorwaarde is echter dat ouders gebruik moeten maken van een ondersteunende aanpak waarbij de jongere zelf voldoende autonoom kan handelen. Actieve mediatie blijkt in dit onderzoek net minder effectief te zijn dan voorheen altijd werd beweerd. Actieve mediatie kan namelijk ineffectief zijn als ouders het op een eerder controlerende manier gaan gebruiken. In dit geval dringen ouders hun mening op en treden ze niet in een volwaardige discussie met hun kind(eren). 12

21 Onderzoek van Livingstone en Helsper (2008) toont aan dat ouders vaak gebruikmaken van een combinatie van mediatiestrategieën om het internetgebruik van jongeren te reguleren. Ouders moeten op zoek gaan naar de balans tussen het toepassen van mediërende technieken en het respecteren van de privacy van hun kind(eren). Bewustzijnscampagnes en vormingsbijeenkomsten kunnen een hulpmiddel zijn voor ouders bij het begeleiden van hun kind(eren). Aangezien ouders een sociale aanpak prefereren, lijkt een dialoog over mogelijke gevaren en risico s een geschikte aanpak te zijn. Sommige activiteiten kunnen namelijk gevaarlijk lijken voor ouders, terwijl jongeren dit eerder zien als een opportuniteit (Livingstone & Helsper, 2008). Over het algemeen doen ouders met een hogere sociaal-economische status vaker aan online mediatie dan ouders met een eerder lage sociaaleconomische status (Staksrud & Livingstone, 2009). Mediatie van het mediagebruik door leerkrachten Naast ouders kunnen ook leerkrachten een rol spelen in het mediagebruik van jongeren. Ouders verwachten vaak dat leerkrachten optreden als coach of facilitator als het aankomt op het internetgebruik van hun kinderen. Onderzoek toont aan dat leerkrachten tijdens de lesuren vaak stilstaan bij het online veiligheid aspect. 65 % van de jongeren tussen 12 en 18 jaar zegt dat ze op school kritisch leren nadenken over de waarde van online bronnen (Apestaartjaren 5, 2014).Vervolgens maken leerkrachten voornamelijk gebruik van de eerder restrictieve mediatietechnieken (Wishart, 2004). Mediatie van het mediagebruik door peers Leeftijdsgenoten kunnen ook een impact hebben op de online vaardigheden van jonge internetgebruikers. Er is echter nog maar weinig in kaart gebracht over de invloed van peers op het mediagebruik van jongeren. Onderzoek van Zhao et al. (2011) toont wel aan dat leeftijdsgenoten een significante impact hebben op de motivatie van jongeren om online te gaan. Daarnaast zijn peers de voornaamste informatiebron voor jongeren om nieuwe online opportuniteiten, zoals sociale mediaplatformen, te ontdekken en te gebruiken. Op aanraden van hun vrienden kunnen adolescenten gaan experimenteren met nieuwe dingen op het internet (Kalmus et al., 2009). Mediatie van het mediagebruik door de overheid De Europese Unie biedt relevante en educatieve online content aan om het bewustzijn van zowel jongeren, ouders en anderen te verbeteren. Hiervoor hebben zij onder andere het EU Safer Internet Programme ontwikkeld. Relevante content kan namelijk een belangrijke impact hebben op de intellectuele en artistieke ontwikkeling van jongeren. Verschillende organisaties en instanties kunnen een online platform aanbieden en op die manier leeropportuniteiten creëren (Livingstone & Haddon, 2009, p.190). Onderzoek van Bauwens et al. (2009) suggereert dat het aanbieden van degelijke online content de kans op de blootstelling aan online risico s vermindert. Veel risicovol contact komt namelijk voort uit onwetendheid. Organisaties zoals Insafe, een Europees netwerk van bewustzijnscentra omtrent veilig internet, proberen de awareness/het bewustzijn bij zowel ouders, leerkrachten, andere stakeholders en jongeren zelf te maximaliseren. Aangezien de online omgeving continu onderhevig is aan verandering, moeten campagnes hieromtrent regelmatig worden herbekeken. Bewustzijnscampagnes moeten zich zowel focussen op de risico s in kwestie, als op de risico s die daaraan verbonden kunnen zijn. Zo kan bijvoorbeeld cyberpesten een veel grotere impact hebben dan oorspronkelijk verwacht (Livingstone & Haddon, 2009, p.192). 13

Risicofactoren, zelfbescherming en invloed van sociale context (6 oktober 2011) Sofie Vandoninck, K.U.Leuven

Risicofactoren, zelfbescherming en invloed van sociale context (6 oktober 2011) Sofie Vandoninck, K.U.Leuven Veilig online: negatieve ervaringen bij 9-16 jarigen Risicofactoren, zelfbescherming en invloed van sociale context (6 oktober 2011) Sofie Vandoninck, K.U.Leuven EU Kids Online: achtergrond en theoretisch

Nadere informatie

ONLINE WEERBAARHEID. Zelfregulering en coping strategieën in relatie tot psychosociale en contextkenmerken Leen d Haenens, KU Leuven

ONLINE WEERBAARHEID. Zelfregulering en coping strategieën in relatie tot psychosociale en contextkenmerken Leen d Haenens, KU Leuven ONLINE WEERBAARHEID Zelfregulering en coping strategieën in relatie tot psychosociale en contextkenmerken Leen d Haenens, KU Leuven EU Kids Online: achtergrond en theoretisch kader Types online risico

Nadere informatie

EU Kids Online onderzoek Gelijkenissen en verschillen tussen jongens en meisjes in online activiteiten en digitale vaardigheden

EU Kids Online onderzoek Gelijkenissen en verschillen tussen jongens en meisjes in online activiteiten en digitale vaardigheden EU Kids Online onderzoek Gelijkenissen en verschillen tussen jongens en meisjes in online activiteiten en digitale vaardigheden Sofie Vandoninck Studiedag Kids Online 8 februari 2012, Leuven Jongens en

Nadere informatie

EU Kids Online onderzoek internetgebruik en -vaardigheden, en online risico s bij 9- tot 16-jarigen

EU Kids Online onderzoek internetgebruik en -vaardigheden, en online risico s bij 9- tot 16-jarigen EU Kids Online onderzoek internetgebruik en -vaardigheden, en online risico s bij 9- tot 16-jarigen Leen d Haenens & Sofie Vandoninck Studiedag Kids Online 8 februari 2012, Leuven Overzicht Achtergrond

Nadere informatie

Mama, mag ik op t internet?

Mama, mag ik op t internet? Mama, mag ik op t internet? Sofie Vandoninck Faculteit Sociale Wetenschappen Onderzoekproject Online risico s & online weerbaarheid Doel van het onderzoek? Welke kinderen zijn meer kwetsbaar online? Hoe

Nadere informatie

Wifi is wijs jong! #indebanvanverbinding

Wifi is wijs jong! #indebanvanverbinding Wifi is wijs jong! #indebanvanverbinding Omgaan met online risico s. Op zoek naar coping-strategieën en preventieve maatregelen voor kwetsbare jongeren Sofie VANDONINCK Onderzoeker aan het Instituut voor

Nadere informatie

Inleiding - Aanleiding

Inleiding - Aanleiding Expert : Sofie VANDONINCK, KU Leuven Verslag : Sarah TRAEN, Studente Communicatiewetenschappen UGent Inleiding - Aanleiding Sofie Vandoninck voerde tijdens haar doctoraat onderzoek naar weerbaarheidsopbouw

Nadere informatie

Overzicht. Wat zijn social media? Voorbeelden van social media. Social media in de ICT-lessen. De gevaren van social media.

Overzicht. Wat zijn social media? Voorbeelden van social media. Social media in de ICT-lessen. De gevaren van social media. Overzicht Wat zijn social media? Voorbeelden van social media. Social media in de ICT-lessen. De gevaren van social media. Mindreader Wat zijn social media? Social media is een verzamelbegrip voor online

Nadere informatie

Mediaopvoeding & (online) risico s en kansen voor jongeren. Natascha Notten 30 mei 2015 SWR, Leusden

Mediaopvoeding & (online) risico s en kansen voor jongeren. Natascha Notten 30 mei 2015 SWR, Leusden Mediaopvoeding & (online) risico s en kansen voor jongeren Natascha Notten 30 mei 2015 SWR, Leusden Mediaopvoeding, risico s en kansen Mediaopvoeding kan kansen bieden, maar ook een belemmering vormen

Nadere informatie

Jongeren, Sociale Netwerk Sites & Privacy

Jongeren, Sociale Netwerk Sites & Privacy Jongeren, Sociale Netwerk Sites & Privacy Faculteit Politieke & Sociale Wetenschappen Departement Communicatiewetenschappen - MIOS Prof. dr. Michel Walrave www.ua.ac.be/mios michel.walrave@ua.ac.be Sociale

Nadere informatie

Net Children Go Mobile

Net Children Go Mobile Rapport België 1 Inhoudsopgave 2 3 Lijst van tabellen 4 Lijst van figuren 5 6 7 1. Inleiding 1.1. Context 8 1.3. Onderzoekskader en methode 1.2. Net Children Go Mobile 9 2. Toegang en gebruik Tabel 1:

Nadere informatie

Studiedag slachtoffers van het internet 25 april 2013 Sofie Vandoninck, KU Leuven

Studiedag slachtoffers van het internet 25 april 2013 Sofie Vandoninck, KU Leuven Online risico s: weerloos of weerbaar? Focus op jongeren tussen 9 en 16 jaar Studiedag slachtoffers van het internet 25 april 2013 Sofie Vandoninck, KU Leuven EU Kids Online project: achtergrond Meer dan

Nadere informatie

FORMATION-RELAIS. 1996-2015 C P F B H o g e r o n d e r w i j s v o o r s o c i a l e p r o m o t i e, v e r b o n d e n a a n d e U C L 26/03/2015

FORMATION-RELAIS. 1996-2015 C P F B H o g e r o n d e r w i j s v o o r s o c i a l e p r o m o t i e, v e r b o n d e n a a n d e U C L 26/03/2015 JE HOGERE STUDIES ONDERBREKEN OM DE 1996-2015 C P F B H o g e r o n d e r w i j s v o o r s o c i a l e p r o m o t i e, v e r b o n d e n a a n d e U C L TIJD TE NEMEN VOOR EEN HERORIËNTERING EN EEN HERONTDEKKING

Nadere informatie

Is een klas een veilige omgeving?

Is een klas een veilige omgeving? Is een klas een veilige omgeving? De klas als een vreemde sociale structuur Binnen de discussie dat een school een sociaal veilige omgeving en klimaat voor leerlingen moet bieden, zouden we eerst de vraag

Nadere informatie

Jongeren & Social Media !"#$"#%$!"& Social Media stress JONGEREN & SOCIAL MEDIA KANSEN & RISICO S PROGRAMMA

Jongeren & Social Media !#$#%$!& Social Media stress JONGEREN & SOCIAL MEDIA KANSEN & RISICO S PROGRAMMA Social Media stress JONGEREN & SOCIAL MEDIA KANSEN & RISICO S MICHIEL STADHOUDERS 12 MAART 2013 Social Media stress Nieuwe rage? PROGRAMMA JONGEREN & SOCIAL MEDIA SOCIAL MEDIA: WAT & HOE? RISICO S & KANSEN

Nadere informatie

vaardigheden - 21st century skills

vaardigheden - 21st century skills vaardigheden - 21st century skills 21st century skills waarom? De Hoeksteen bereidt leerlingen voor op betekenisvolle deelname aan de wereld van vandaag en de toekomst. Deze wereld vraagt kinderen met

Nadere informatie

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes Nederlandse samenvatting Uit een recente rapportage van KWF Kankerbestrijding blijkt dat 64% van de (ex-) patiënten met kanker zorgen ervaart over psychosociale

Nadere informatie

Gewenste en ongewenste intimiteit online: sexting en cyberrelationeel geweld bij jongeren. Prof. dr. Michel Walrave

Gewenste en ongewenste intimiteit online: sexting en cyberrelationeel geweld bij jongeren. Prof. dr. Michel Walrave Gewenste en ongewenste intimiteit online: sexting en cyberrelationeel geweld bij jongeren. Prof. dr. Michel Walrave Jongeren en social media Sexting: motieven en uitdagingen Cyber relationeel geweld bij

Nadere informatie

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Deze lijst is het onderzoekresultaat van een PWO-traject binnen de lerarenopleidingen van de KAHO Sint-Lieven,

Nadere informatie

Verslag sessie 3: seksueel grensoverschrijdend gedrag

Verslag sessie 3: seksueel grensoverschrijdend gedrag Verslag sessie 3: seksueel grensoverschrijdend gedrag a. Reactie discuttant (Erika Frans) De resultaten van Sexpert zijn gelijklopend met eerder onderzoek: o Meer vrouwen dan mannen zijn het slachtoffer

Nadere informatie

Kids, internet en social media

Kids, internet en social media Kids, internet en social media Wat doen je kinderen online? W Welke afspraken zijn er bij jullie thuis? Wat wil je vanavond te weten komen? (hoe kan ik ) Mediawijsheid Mediawijsheid: Alles wat je nodig

Nadere informatie

Kids, internet en social media

Kids, internet en social media Kids, internet en social media Getrouwd, vader van 3 jongens Pleegvader, Culemborg Linkedin (702 connections), twitter (562 volgers), Facebook (345 vrienden) Mediawijsheid Mediawijsheid: Alles wat je

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Pouw, Lucinda Title: Emotion regulation in children with Autism Spectrum Disorder

Nadere informatie

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE Algemene vorming op het einde van de derde graad secundair onderwijs Voor de sociale

Nadere informatie

Nieuw platform over mediawijs opvoeden

Nieuw platform over mediawijs opvoeden Nieuw platform over mediawijs opvoeden Webinar Heleen Mesellem LINC vzw Doelstellingen Informeren en sensibiliseren. Inzetten op dialoog / interactie met kinderen, samen media beleven en ontdekken

Nadere informatie

THEMA-AVOND SOCIAL MEDIA

THEMA-AVOND SOCIAL MEDIA THEMA-AVOND SOCIAL MEDIA ICHTHUSLYCEUM Michiel Stadhouders - YoungWorks Nieuwe technologie? INHOUD 1. Jongeren & Social media 2. Social media gebruik 3. Belangrijke thema s 4. Social media & ouders: praktische

Nadere informatie

#Sex 3.0_update.2017

#Sex 3.0_update.2017 4/23/17 #Sex 3.0_update.2017 Autisme en Dr. Cyril Boonmann seksualiteit Dr. Jeroen Dewinter Seksueel gedrag Seks onder je 25ste II (De Graaf et al. 2012) http://www.rutgers.nl/feiten-en-cijfers/seksuele-gezondheid-en-gedrag/seks-onder-je-25e

Nadere informatie

3 LEERPLANDOELEN. De katholieke basisschool stelt zich als algemeen streefdoel voor mediaopvoeding:

3 LEERPLANDOELEN. De katholieke basisschool stelt zich als algemeen streefdoel voor mediaopvoeding: 3 LEERPLANDOELEN Algemeen streefdoel De katholieke basisschool stelt zich als algemeen streefdoel voor mediaopvoeding: De leerlingen kunnen op een behendige, zelfredzame en kritische manier participeren

Nadere informatie

OPVOEDINGSONDERSTEUNING BIJ

OPVOEDINGSONDERSTEUNING BIJ OMGEVINGSANALYSE EN LITERATUURSTUDIE AANBOD OPVOEDINGSONDERSTEUNING BIJ 10- TOT 17-JARIGEN ANTWERPEN PRESENTATIE 27 OKTOBER 2015 1 SITUERING VAN HET ONDERZOEK 4 grote onderdelen: literatuurstudie focusgroep

Nadere informatie

ALS PESTEN DE KOP OPSTEEKT.

ALS PESTEN DE KOP OPSTEEKT. TOOLKIT PESTEN ALS PESTEN DE KOP OPSTEEKT. Om het mikpunt van pesterijen te worden, hoef je niets bijzonders te doen. Het is ook niet altijd zichtbaar voor anderen omdat het zo vaak stiekem gebeurt. Pesten

Nadere informatie

Omgaan met online kansen en risico s de rol van de ouders Katia Segers en Nele Van den Cruyce EU Kids Online, Leuven - 8 februari 2012

Omgaan met online kansen en risico s de rol van de ouders Katia Segers en Nele Van den Cruyce EU Kids Online, Leuven - 8 februari 2012 Omgaan met online kansen en risico s de rol van de ouders Katia Segers en Nele Van den Cruyce EU Kids Online, Leuven - 8 februari 2012 ESA conference 2009 05-09-09 1 Diginatives versus digital immigrants

Nadere informatie

LET S TALK ABOUT SEXTING Een toolkit om het sextingbeleid van je school vorm te geven

LET S TALK ABOUT SEXTING Een toolkit om het sextingbeleid van je school vorm te geven LET S TALK ABOUT SEXTING Een toolkit om het sextingbeleid van je school vorm te geven We hebben de neiging om bij relaties en seksueel gedrag via nieuwe media, meteen het ergste te denken. Kinderen en

Nadere informatie

Mediaopvoeding. workshop 2015. Mediaopvoeding

Mediaopvoeding. workshop 2015. Mediaopvoeding Mediaopvoeding workshop 2015 Mediaopvoeding Contents Wat is mediaopvoeding?... 2 De jeugd van tegenwoordig... 3 Kinderen overzien niet alle gevaren van de media... 3 Opvoedingsstijlen... 4 Opvoedingscompetenties...

Nadere informatie

Over tweeten, generatie z en cyberpesten enzo. Graaf Huyn College 19 november. drs. L.A.E.C. Brüll

Over tweeten, generatie z en cyberpesten enzo. Graaf Huyn College 19 november. drs. L.A.E.C. Brüll Over tweeten, generatie z en cyberpesten enzo Graaf Huyn College 19 november drs. L.A.E.C. Brüll On en offline identiteit @LodewijkBrull lodewijk.brull@aboutlife.eu Kenmerken sociale media Sociale media

Nadere informatie

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,

Nadere informatie

Effectief opvoeden online. Liesbeth De Ridder (EXPOO) Hadewijch Vanwynsberghe (Mediawijs.be)

Effectief opvoeden online. Liesbeth De Ridder (EXPOO) Hadewijch Vanwynsberghe (Mediawijs.be) Effectief opvoeden online Liesbeth De Ridder (EXPOO) Hadewijch Vanwynsberghe (Mediawijs.be) Inloggen op Socrative http://www.socrative.com/ Code: Hadewijch Wat is media opvoeding volgens u? Wat is mediaopvoeding?

Nadere informatie

Media. Enquête mediagebruik op Sigo

Media. Enquête mediagebruik op Sigo Media Enquête mediagebruik op Sigo Deze enquête wordt anoniem afgenomen en bevat drie luiken. Het eerste luik behandelt mediagebruik tijdens de lessen, luik twee handelt over sociale media en het laatste

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

Bijlage 20 Zelfassessment adequaat samenwerken met ouders

Bijlage 20 Zelfassessment adequaat samenwerken met ouders Bijlage 20 Zelfassessment adequaat samenwerken met ouders Deze bijlage hoort bij hoofdstuk 4.9 en 4.11. Dit zelfassessment is ontwikkeld door Barbara de Boer, adviseur bij CPS. Zij maakte daarbij gebruik

Nadere informatie

TIPS & TRICKS VOOR DOCENTEN

TIPS & TRICKS VOOR DOCENTEN TIPS & TRICKS VOOR DOCENTEN INLEIDING Onderwijs over tolerantie kan soms uitdagend zijn. Naast het ontwikkelen van kennis over tolerantie en gerelateerde begrippen zoals vrijheid en identiteit, is het

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) Samenvatting (Dutch summary) Deze studie onderzocht seksueel risicogedrag van homoseksuele mannen in vaste relaties, voornamelijk onder mannen die deelnemen aan de Amsterdamse Cohort Studies onder Homoseksuele

Nadere informatie

Samenvatting. Summary in Dutch

Samenvatting. Summary in Dutch 6 Samenvatting Summary in Dutch 112 Samenvatting Emotionele en sociale processen bij pesten, gepest worden en verdedigen Pesten op school is een wereldwijd probleem met negatieve korte- en langetermijngevolgen

Nadere informatie

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden?

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Auteur: Ruben Brondeel i.s.m. Prof. A. Buysse Onderzoeksvraag Tijdens het proces van een echtscheiding

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch)

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) 159 Ouders spelen een cruciale rol in het ondersteunen van participatie van kinderen [1]. Participatie, door de Wereldgezondheidsorganisatie gedefinieerd als

Nadere informatie

A. MISSIE MEDIATRAINING B. VISIE MEDIATRAINING. GO! middenschool MIRA Loystraat Hamme

A. MISSIE MEDIATRAINING B. VISIE MEDIATRAINING. GO! middenschool MIRA Loystraat Hamme A. MISSIE MEDIATRAINING De grote missie van deze module is leerlingen te laten ontdekken en hen te laten proeven van de mediawereld door niet alleen het negatieve, maar zeker ook het positieve ervan te

Nadere informatie

Kennisdeling in lerende netwerken

Kennisdeling in lerende netwerken Kennisdeling in lerende netwerken Managementsamenvatting Dit rapport presenteert een onderzoek naar kennisdeling. Kennis neemt in de samenleving een steeds belangrijker plaats in. Individuen en/of groepen

Nadere informatie

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon.

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon. OPVOEDEN en LEREN is gebaseerd op een draagvlak van STEUNEN, STUREN EN STIMULEREN: Om binnen de grenzen

Nadere informatie

Communicatie bij implementatie

Communicatie bij implementatie Communicatie bij implementatie Hoe je met een duidelijk communicatieplan software-implementaties positief beïnvloedt Een software systeem implementeren heeft, naast de nodige technische uitdagingen, ook

Nadere informatie

MediawijsActieplan. Een mediawijze school: plan van aanpak

MediawijsActieplan. Een mediawijze school: plan van aanpak MediawijsActieplan Een mediawijze school: plan van aanpak Inhoud Het nut van een mediawijsactieplan Vertrek van een brede missie en visie Waar staan we nu als school? Waar willen we naartoe? Mediawijsactieplan:

Nadere informatie

Samenvatting. Fouten en identiteitsbedreiging: Een intergroepsperspectief op het omgaan met fouten in organisaties

Samenvatting. Fouten en identiteitsbedreiging: Een intergroepsperspectief op het omgaan met fouten in organisaties Samenvatting Fouten en identiteitsbedreiging: Een intergroepsperspectief op het omgaan met fouten in organisaties In dit proefschrift stel ik dat fouten een bedreiging van de sociale identiteit kunnen

Nadere informatie

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Weergaven van publieke opinie in het nieuws en hun invloed op het publiek Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek over weergaven van publieke opinie

Nadere informatie

Latijn-wiskunde Latijn-moderne talen wetenschappen economie-wiskunde economie-moderne talen humane wetenschappen

Latijn-wiskunde Latijn-moderne talen wetenschappen economie-wiskunde economie-moderne talen humane wetenschappen Tweede graad aso In de tweede graad aso kies je voor een bepaalde richting. Ongeacht je keuze, blijft er een groot gemeenschappelijk basispakket van 26 lesuren algemene vakken. Het niveau van deze vakken,

Nadere informatie

De mediawijze adolescent

De mediawijze adolescent De mediawijze adolescent Amber Walraven, 12 november 2014 ITS, Radboud Universiteit Nijmegen 1 Inhoud Wat kunnen adolescenten wel op het gebied van mediawijsheid? Wat kunnen adolescenten niet op het gebied

Nadere informatie

Dossier Mediacoach 2015

Dossier Mediacoach 2015 Dossier Mediacoach 2015 Mediacoach is een opleiding voor professionelen die werken met jongeren en/of volwassenen en die mediawijsheid willen integreren in hun eigen beroepspraktijk. Mediawijsheid is onontbeerlijk

Nadere informatie

Cyberpesten Van probleem naar oplossing. Prof. Dr. Heidi Vandebosch Universiteit Antwerpen, Friendly ATTAC E- mail: heidi.vandebosch@uantwerpen.

Cyberpesten Van probleem naar oplossing. Prof. Dr. Heidi Vandebosch Universiteit Antwerpen, Friendly ATTAC E- mail: heidi.vandebosch@uantwerpen. Cyberpesten Van probleem naar oplossing Prof. Dr. Heidi Vandebosch Universiteit Antwerpen, Friendly ATTAC E- mail: heidi.vandebosch@uantwerpen.be Pesten: vroeger en nu Soort agressief gedrag: inten/e om

Nadere informatie

Welke vaardigheden hebben een invloed op het al dan niet succesvol zijn van het outplacement?

Welke vaardigheden hebben een invloed op het al dan niet succesvol zijn van het outplacement? Welke vaardigheden hebben een invloed op het al dan niet succesvol zijn van het outplacement? Definitie outplacement Outplacement is een geheel van begeleidende diensten en adviezen die in opdracht van

Nadere informatie

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie?

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? De externe omgeving wordt voor meer en meer organisaties een onzekere factor. Het is een complexe oefening voor directieteams om

Nadere informatie

Ons huiswerkbeleid. Wij vinden huiswerk belangrijk, omdat het:

Ons huiswerkbeleid. Wij vinden huiswerk belangrijk, omdat het: Groenveldstraat 46, 3001 Heverlee Tel. 016/ 20 80 26 Fax 016/23 60 46 basisschool@donboscoheverlee.be - www.donboscoheverlee.be Ons huiswerkbeleid De leerlingen zijn een groot deel van de dag actief op

Nadere informatie

Kennis rond dementie, familierelaties en verlieservaringen is onontbeerlijk.

Kennis rond dementie, familierelaties en verlieservaringen is onontbeerlijk. COMPETENTIEPROFIEL COACH BEGELEIDING MODULES PSYCHO-EDUCATIEPAKKET DEMENTIE EN NU De coach van Dementie en nu is hij/zij die de vormingssessies begeleidt voor een groep mantelzorgers van personen met dementie.

Nadere informatie

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97 Wanneer gebruiken we kwalitatieve interviews? Kwalitatief interview = mogelijke methode om gegevens te verzamelen voor een reeks soorten van kwalitatief onderzoek Kwalitatief interview versus natuurlijk

Nadere informatie

BRUSSEL t. Master in het tolken. Faculteit Letteren

BRUSSEL t. Master in het tolken. Faculteit Letteren BRUSSEL t Master in het tolken Faculteit Letteren Welkom aan de KU Leuven, de grootste en oudste universiteit van België. Je kunt hier je studietraject verderzetten en verrijken, ook als je elders een

Nadere informatie

Training Omgaan met Agressie en Geweld

Training Omgaan met Agressie en Geweld Training Omgaan met Agressie en Geweld 2011 Inleiding In veel beroepen worden werknemers geconfronteerd met grensoverschrijdend gedrag, waaronder agressie. Agressie wordt door medewerkers over het algemeen

Nadere informatie

Internetgebruik in Nederland 2010. Prof. Dr. Jan A.G.M. van Dijk Vakgroep Media, Communicatie en Organisatie

Internetgebruik in Nederland 2010. Prof. Dr. Jan A.G.M. van Dijk Vakgroep Media, Communicatie en Organisatie Internetgebruik in Nederland 2010 Prof. Dr. Jan A.G.M. van Dijk Vakgroep Media, Communicatie en Organisatie Met C. 150 volledige digibeten bereikt Trendrapport Computer en Internetgebruik 2010 UT (Alexander

Nadere informatie

HET GOEDE NIEUWS OVER PESTEN

HET GOEDE NIEUWS OVER PESTEN HET GOEDE NIEUWS OVER PESTEN Eindelijk Ontdek grip hoe op tientallen het ongrijpbare scholen deel in Nederland van pestgedrag grip hebben Pesten gekregen is binnen het onderwijs op het een hot ongrijpbare

Nadere informatie

Mediawijsheid in de Bibliotheek op school vo verkenning

Mediawijsheid in de Bibliotheek op school vo verkenning Mediawijsheid in de Bibliotheek op school vo verkenning Achtergrond In de huidige informatiesamenleving groeien jongeren op met media. Om te werken en te leren in de (digitale) wereld moeten jongeren leren

Nadere informatie

Studiedag: in de kijker. workshop: de ergotherapeut als coach

Studiedag: in de kijker. workshop: de ergotherapeut als coach Studiedag: in de kijker workshop: de ergotherapeut als coach Opbouw workshop Korte duiding van de theorie ( theorie wordt aangehaald) Kennismaking adhv exploreren Zelf in de ervaring stappen: oefenen op

Nadere informatie

10/03/2017 JONGEREN, RELATIES EN DIGITALE MEDIA. Joris Van

10/03/2017 JONGEREN, RELATIES EN DIGITALE MEDIA. Joris Van JONGEREN, RELATIES EN DIGITALE MEDIA Joris Van Ouytsel @jorisvanouytsel 1 Het werkvan Joris Van Ouytsel wordtgesteunddoor het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen (FWO-Aspirant). Het werk van Ellen

Nadere informatie

Privacyverklaring. Wanneer is deze verklaring van toepassing? Welke gegevens verzamelen we?

Privacyverklaring. Wanneer is deze verklaring van toepassing? Welke gegevens verzamelen we? Privacyverklaring Uw privacy is belangrijk voor ons. Het betekent dat we uw gegevens veilig opslaan en zorgen dat ze goed beschermd blijven. We laten u ook weten wat we met uw gegevens doen wanneer we

Nadere informatie

Leren/coachen van meisjes - Dingen om bij stil te staan

Leren/coachen van meisjes - Dingen om bij stil te staan De ontwikkeling van vrouwen en meisjes in het rugby heeft de afgelopen jaren flink aan momentum gewonnen en de beslissing om zowel heren als dames uit te laten komen op het sevenstoernooi van de Olympische

Nadere informatie

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Competentie 1: Creërend vermogen De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Concepten voor een ontwerp te ontwikkelen

Nadere informatie

Thermometer leerkrachthandelen

Thermometer leerkrachthandelen Thermometer leerkrachthandelen Leerlijnen en ontwikkelingslijn voor leerkrachten van WSKO 1 Inleiding Leerkracht zijn is een dynamisch en complex vak. Mensen die leerkracht zijn en binnen onze organisatie

Nadere informatie

Doetertoe Media. Projectenbrochure. Januari 2013

Doetertoe Media. Projectenbrochure. Januari 2013 Doetertoe Media Projectenbrochure Januari 2013 Mediawijsheidprojecten voor onderwijsinstellingen Doetertoe Media hecht veel waarde aan mediawijsheid; kritisch en bewust omgaan met media. Door middel van

Nadere informatie

Bij Creative Event Organization doen we ons uiterste best ervoor te zorgen dat uw persoonsgegevens beveiligd zijn en nooit worden misbruikt.

Bij Creative Event Organization doen we ons uiterste best ervoor te zorgen dat uw persoonsgegevens beveiligd zijn en nooit worden misbruikt. Introductie Bij Creative Event Organization doen we ons uiterste best ervoor te zorgen dat uw persoonsgegevens beveiligd zijn en nooit worden misbruikt. In ons privacybeleid wordt uitgelegd welke persoonsgegevens

Nadere informatie

DESSA. Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties. HTS Report. Otto Peterszoon ID Datum Leerkrachtversie

DESSA. Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties. HTS Report. Otto Peterszoon ID Datum Leerkrachtversie DESSA Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties HTS Report ID 256-4 Datum 07.10.2014 Leerkrachtversie Informant: Neeltje Smit Leerkracht DESSA Interpretatie 3 / 20 INTERPRETATIE De DESSA biedt informatie

Nadere informatie

De Popularisering van het Internet in Nederland Trendrapport Internetgebruik 2011

De Popularisering van het Internet in Nederland Trendrapport Internetgebruik 2011 De Popularisering van het Internet in Nederland Trendrapport Internetgebruik 2011 Prof. Dr. Jan A.G.M. van Dijk Vakgroep Media, Communicatie en Organisatie Trendrapport Computer en Internetgebruik 2010

Nadere informatie

Kies Actief Rapportage van Femke Peeters

Kies Actief Rapportage van Femke Peeters Kies Actief Rapportage van Femke Peeters De huidige school van Femke Peeters Summa College Eindhoven Eindhoven Huidige opleiding: MBO, klas 3, richting Economie Kies Actief Geef richting aan je loopbaan!

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/39113 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fortuin, Janna Title: Birds of a feather... Selection and socialization processes

Nadere informatie

Gezondheidsbeleid: visie van onze school

Gezondheidsbeleid: visie van onze school Gezondheidsbeleid: visie van onze school Wij stellen ons tot doel onze leerlingen de nodige kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes bij te brengen voor een gezonde leefstijl met respect voor zichtzelf

Nadere informatie

hoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste

hoofdstuk 2 een vergelijkbaar sekseverschil laat zien voor buitenrelationeel seksueel gedrag: het hebben van seksuele contacten buiten de vaste Samenvatting Mensen zijn in het algemeen geneigd om consensus voor hun eigen gedrag waar te nemen. Met andere woorden, mensen denken dat hun eigen gedrag relatief vaak voorkomt. Dit verschijnsel staat

Nadere informatie

Is digitaal het nieuwe normaal? Een onderzoek bij kansengroepen naar hun gebruik van internet en sociale media voor arbeidsbemiddeling

Is digitaal het nieuwe normaal? Een onderzoek bij kansengroepen naar hun gebruik van internet en sociale media voor arbeidsbemiddeling Is digitaal het nieuwe normaal? Een onderzoek bij kansengroepen naar hun gebruik van internet en sociale media voor arbeidsbemiddeling Marijke Lemal, Steven Wellens & Eric Goubin Juni 2012 # 1 Opzet en

Nadere informatie

VOOR JE VERENIGING W A T - W A A R O M - T I P S

VOOR JE VERENIGING W A T - W A A R O M - T I P S een ONLINE COMMUNITY VOOR JE VERENIGING W A T - W A A R O M - T I P S EEN ONLINE COMMUNITY VOOR JE VERENIGING Een online community, het roept om aandacht en koestering. Aandacht op een positieve manier,

Nadere informatie

GIBO HEIDE. pedagogisch project

GIBO HEIDE. pedagogisch project GIBO HEIDE pedagogisch project gemeenteraadsbesluit van 26 mei 2015 Het pedagogisch project is de vertaling van de visie van directie en leerkrachten die betrekking heeft op alle aspecten van het onderwijs

Nadere informatie

Het taalbeleid aan de Universiteit Gent 2009-2011: resultaten en bevindingen

Het taalbeleid aan de Universiteit Gent 2009-2011: resultaten en bevindingen . Taalbeleid hoger onderwijs Ronde 8 Sibo Kanobana Universiteit Gent Contact: sibo.kanobana@ugent.be Het taalbeleid aan de Universiteit Gent 2009-2011: resultaten en bevindingen 1. Inleiding In deze bijdrage

Nadere informatie

GRAAG STELLEN WIJ ONS AAN U VOOR

GRAAG STELLEN WIJ ONS AAN U VOOR GRAAG STELLEN WIJ ONS AAN U VOOR Altijd al gezocht naar een trainingsconcept voor uw medewerkers waar je meteen van zegt: GewoonDoen! Nu is deze kans eindelijk aanwezig en wel voor een deelnameprijs van

Nadere informatie

Competentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers

Competentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers Competentieontwikkeling werkt!? De impact op inzetbaarheid en loopbaantevredenheid van medewerkers Introductie Wat we (denken te) weten over competentieontwikkeling Middel tot het versterken van inzetbaarheid

Nadere informatie

Gezondheidsvaardigheden in de Nederlandse volwassen bevolking Het doel van het eerste deel van dit proefschrift, was te onderzoeken in hoeverre

Gezondheidsvaardigheden in de Nederlandse volwassen bevolking Het doel van het eerste deel van dit proefschrift, was te onderzoeken in hoeverre Samenvatting Inleiding In Nederland wordt van burgers verwacht dat zij een zelfstandige en verantwoordelijke rol vervullen met betrekking tot hun gezondheid en zorg. Dit is het gevolg van verschillende

Nadere informatie

360 GRADEN FEEDBACK. Jouw competenties centraal

360 GRADEN FEEDBACK. Jouw competenties centraal 360 GRADEN FEEDBACK Jouw competenties centraal Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Over gedrag en de... 4 3. Totaalresultaten... 5 4. Overzicht scores per competentie... 7 5. Overschatting-/onderschattinganalyse...

Nadere informatie

DIALOOGDAG Recht op werk, voor iedereen?!

DIALOOGDAG Recht op werk, voor iedereen?! Het Netwerk tegen Armoede nodigt u uit op de DIALOOGDAG Recht op werk, voor iedereen?! Op donderdag 6 november 2014 Antwerpen-Berchem, Huis van de Sport DIALOOGDAG Wanneer: donderdag 6 november 2014 Waar:

Nadere informatie

BASECAMPvzw 2011. De missie van Basecamp vzw

BASECAMPvzw 2011. De missie van Basecamp vzw BASECAMPvzw 2011 De missie van Basecamp vzw 1 Doel Basecamp vzw groeide vanuit een kerngroep van begeleiders met elk een eigen theoretische, technische en sociale achtergrond. Omwille van deze achtergronden

Nadere informatie

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE 8 februari 2017 1 Inleiding In deze toezichtvisie geven wij als de Raad van Toezicht van het Nova College aan waarom wij toezicht houden, wat we daarmee willen

Nadere informatie

Koffieochtend 20 oktober 2016 OPVOEDING IN DE FAMILIE

Koffieochtend 20 oktober 2016 OPVOEDING IN DE FAMILIE Koffieochtend 20 oktober 2016 OPVOEDING IN DE FAMILIE Voorstelronde Mesut Cifci, onderwijsondersteuner/oudercontactpersoon Welke ouders zijn er vandaag aanwezig? Samen met en van elkaar leren! Het belang

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Resultaten HBSC 14 Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van

Nadere informatie

Klas-in-zicht Wat? Hoe gaan we tewerk? Aan de slag en verder?

Klas-in-zicht Wat? Hoe gaan we tewerk? Aan de slag en verder? Klas-in-zicht Wat? Een negatieve groepsdynamiek, leerlingen die niet met elkaar overeenkomen, een vertroebelde relatie tussen leerlingen en leerkrachten, moeilijk les kunnen geven door storend gedrag zijn

Nadere informatie

2. In functie van implementatie van onderzoekscompetenties in de lerarenopleiding

2. In functie van implementatie van onderzoekscompetenties in de lerarenopleiding Gebruikswijzer P- Reviews: Hoe kunnen de Reviews op een nuttige manier geïntegreerd worden in de lerarenopleiding? In deze gebruikswijzer bekijken we eerst een aantal mogelijkheden tot implementatie van

Nadere informatie

Lesideeën. Hedendaagse Propaganda Analyseren. uitgewerkt door

Lesideeën. Hedendaagse Propaganda Analyseren. uitgewerkt door Lesideeën uitgewerkt door Hedendaagse Propaganda Analyseren Activiteiten als aanvulling op de leerervaring bij het online Mind Over Media platform www.mindovermedia.be 1 Les 4 Waar vind je propaganda?

Nadere informatie

Docenten en jeugdwerkers

Docenten en jeugdwerkers Docenten en jeugdwerkers Omgaan met radicalisering: Doelen Deze aanbevelingen zijn bedoeld voor docenten op middelbare scholen en alle andere professionals die regelmatig contact hebben met jongeren. Doel

Nadere informatie

GOF. Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen

GOF. Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen Belgische gedragscode voor veiliger gsm-gebruik door jonge tieners en kinderen Voorwoord In februari 2007 ontwikkelden de Europese mobiele providers en content providers een gezamenlijke structuur voor

Nadere informatie