het college van bestuur van de Leidse Hogeschool, verweerder, gemachtigde: mw. mr C.F. Mewe, werkzaam bij de centrale diensten van de hogeschool

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "het college van bestuur van de Leidse Hogeschool, verweerder, gemachtigde: mw. mr C.F. Mewe, werkzaam bij de centrale diensten van de hogeschool"

Transcriptie

1 Zaaknummer: 1994/103 Rechter(s): mrs. Loeb, Hingst, Olivier, Datum uitspraak: 8 december 1994 Partijen: Appellant tegen Leidse Hogeschool Trefwoorden: Auditor, terugwerkende kracht, eerbiedigende werking, motiveringsbeginsel, studentenraad Artikelen: WHW art lid 1 en 3, art , art , art lid 2; UWHBO art. B.25a; Auditorenregeling art. 4 lid 2; Studentenstatuut art. 23 lid 2 sub e Uitspraak: Gegrond Hoofdoverwegingen: Naar het oordeel van het College moet in de bepaling van het tweede lid, onder e, van zowel artikel B.25a van het Besluit als artikel 23 van het Studentenstatuut onder deelraad en studentenraad worden verstaan: de deelraad en de studentenraad, als bedoeld in de artikelen 68 van de WHBO en van de WHW, onderscheidenlijk de artikelen 67 van de WHBO en van de WHW. Het College overweegt hiertoe dat evenvermelde bepalingen van het Besluit en het Studentenstatuut regelen bevatten ter uitvoering van genoemde wetten, zodat de betekenis van de in die bepalingen gehanteerde begrippen overeenkomt met die van dezelfde, in die wetten gebruikte termen. Het College overweegt hiertoe dat, ook indien bedoelde terugwerkende kracht had ontbroken, dit appellante niet had kunnen baten. In dat geval zou verweerder immers, bij exclusieve werking van het Auditorenreglement, in de bepaling van artikel 4, tweede lid, van dat reglement, geen grond hebben kunnen vinden om appellante tegemoet te komen. Evenmin zou dit, zoals is af te leiden uit hetgeen hiervoor is overwogen, het geval zijn met betrekking tot artikel 23, tweede lid, onder e, van het Studentenstatuut, indien aan die bepaling eerbiedigende werking zou zijn toegekend. Het College volgt verweerder niet in dit betoog. Hiertoe wordt overwogen dat in de bewoordingen noch de geschiedenis van de totstandkoming van artikel B.25a, tweede lid, onder f, van het Besluit een aanknopingspunt is te vinden voor de opvatting dat de Kroon de uitoefening van de bevoegdheid tot verlening van financiële ondersteuning aan een auditor heeft willen uitsluiten in het geval, waarin de in de bepaling bedoelde activiteiten worden ontplooid in het verband van organisatorische eenheden van een hogeschool, zoals afdelingen of faculteiten. Een aanwijzing hiervoor ziet het College mede gelegen in artikel B.25a, tweede lid, onder e, van het Besluit, ingevolge welke bepaling het lidmaatschap van een deelraad, d.w.z. een raad ten behoeve van medezeggenschap van degenen die bij een onderdeel van een hogeschool zijn betrokken, grond vormt voor financiële ondersteuning van een auditor. Uit het vorenstaande volgt dat de hiervoor vermelde overweging van verweerder geen motivering oplevert, welke het bestreden besluit kan dragen. Naar het oordeel van het College gaat verweerder er hierbij evenwel ten onrechte aan voorbij dat zich bijzondere gevallen kunnen voordoen, waarin bedoelde compensatie niet kan worden aangenomen, omdat de totale aan de desbetreffende activiteiten bestede tijd, welke overeenkomt met het aantal toegekende studiepunten, in aanzienlijke mate te boven gaat. Het College stelt

2 Uitspraak in de zaak tussen: vast dat verweerder niet heeft betwist dat zich ten aanzien van appellante een zodanig geval voordoet. Derhalve moet worden geoordeeld dat reeds om die reden het bestreden besluit in zoverre niet met enkele verwijzing naar voormeld beleid kon worden gemotiveerd. [naam] wonende te [naam woonplaats], appellant, gemachtigde: mr W.E. Pors, advocaat te Den Haag en het college van bestuur van de Leidse Hogeschool, verweerder, gemachtigde: mw. mr C.F. Mewe, werkzaam bij de centrale diensten van de hogeschool 1. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE Bij een op 22 juni 1994 aan appellante verzonden brief heeft verweerder kennelijk beoogd haar mededeling te doen van zijn besluit haar bezwaar tegen zijn na te melden besluit ongegrond te verklaren. Tegen eerstvermeld besluit heeft appellante bij een op 1 juli 1994 bij het College ingekomen beroepschrift, aangevuld bij brief van 15 augustus 1994, beroep doen instellen. Verweerder heeft op 12 september 1994 een verweerschrift ingediend. Het College heeft het geding behandeld ter openbare zitting van 24 oktober 1994, waar partijen hun standpunten nader hebben toegelicht, appellante in persoon, bijgestaan door haar gemachtigde, en verweerder bij monde van zijn gemachtigde. Desverzocht heeft verweerder bij brief van 26 oktober 1994 nadere stukken overgelegd, waarna op 7 november 1994 nog nadere stukken van appellante zijn ontvangen. 2. DE VASTSTAANDE FEITEN Op grond van de stukken van het geding en het verhandelde ter zitting staan de volgende feiten voor het College vast. - Appellante is, na gedurende de studiejaren tot en met als student ingeschreven te zijn geweest aan een andere hogeschool, sedert het studiejaar aan verweerders hogeschool ingeschreven voor de opleiding sociaalpedagogische hulpverlening, als student tot en met het studiejaar en als auditor voor het studiejaar Bij brief van 5 april 1994 heeft appellante verweerder verzocht om haar als auditor met ingang van laatstvermeld studiejaar financiële ondersteuning te verlenen. Aan dit verzoek heeft zij ten grondslag gelegd dat zij door meer haar volgende activiteiten bij de afdeling Hoger Sociaal-Agogisch Onderwijs (hierna: HSAO) van verweerders hogeschool het afsluitend examen van voormelde opleiding niet binnen de toegestane inschrijvingsduur heeft behaald:. het lidmaatschap van het p.r.-team gedurende het studiejaar ,. het lidmaatschap van de onderwijscommissie gedurende het studiejaar ,. het lidmaatschap van de studentenraad gedurende de studiejaren en ,. de deelname aan het opleidingsoverleg van de opleiding sociaalpedagogische hulpverlening, alsmede het lidmaatschap van de afdelingsraad, een en ander gedurende het studiejaar , en. het leveren van bijdragen aan verschillende open dagen en voorlichtingsbijeenkomsten in

3 laatstvermeld studiejaar. - Naar aanleiding van voormeld verzoek heeft verweerder bij brief van 14 april 1994 appellante onder meer als volgt bericht: Aangezien er in de zin van artikel 4, lid 2 van het auditorenreglement geen sprake is van bijzondere omstandigheden kunnen we uw verzoek om een voorziening uit het auditorenfonds helaas niet honoreren. De door u uitgevoerde activiteiten zijn voor een deel gecompenseerd binnen uw opleiding SPH. Conform het gestelde in bovengenoemd art. 4, lid 2 kan het College van Bestuur uw activiteiten niet oormerken als omstandigheden waarin u activiteiten ontplooit in het kader van de organisatie en het bestuur van zaken van de Leidse Hogeschool. - Tegen dit besluit heeft appellante bij een aan verweerder gezonden brief van 19 april 1994 kennelijk beoogd bezwaar te maken. - Het in dit geding bestreden besluit is genomen naar aanleiding van dat bezwaarschrift. 3. HET BESTREDEN BESLUIT EN HET STANDPUNT VAN VERWEERDER Verweerder heeft het bestreden besluit doen steunen op de overweging dat - samengevat - de informatie, welke hij van appellante heeft verkregen bij de behandeling van haar bezwaarschrift in aanvulling op hetgeen zij aan haar verzoek om financiële ondersteuning ten grondslag heeft gelegd, voor hem geen doorslaggevende argumenten bevat om terug te komen op zijn besluit van 14 april 1994 tot afwijzing van dat verzoek. In het verweerschrift en ter zitting heeft verweerder ter toelichting op het bestreden besluit - samengevat - onder meer het volgende aangevoerd. Aan appellante is voor haar lidmaatschap van het p.r.-team en de onderwijscommissie van de afdeling HSAO door de examencommissie van haar opleiding compensatie verleend in de vorm van 1 studiepunt, onderscheidenlijk 2 studiepunten. Het is vast beleid dat voor het verrichten van bestuurlijke activiteiten, waarvoor aan de betrokkene studiepunten zijn toegekend, geen financiële ondersteuning als auditor wordt verleend. Het bestreden besluit is, wat evengenoemde lidmaatschappen van appellante betreft, genomen met toepassing van dat beleid. Ingevolge artikel 23, tweede lid, onder e. van het door verweerder op 20 december 1990 vastgestelde Studentenstatuut Leidse Hogeschool (hierna: het Studentenstatuut) vormt het lidmaatschap van een studentenraad of een deelraad een omstandigheid, op grond waarvan aan een auditor financiële ondersteuning wordt verleend. Onder studentenraad en deelraad moet worden verstaan de studentenraad, als bedoeld in artikel 67 van de - bij de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) ingetrokken - Wet op het hoger beroepsonderwijs (WHBO) en artikel van de WHW, onderscheidenlijk de deelraad in de zin van artikel 68 van de WHBO en artikel van de WHW. Bij de hogeschool zijn die raden niet ingesteld. Om die reden zijn die raden niet vermeld in het Auditorenreglement en Reglement financiële tegemoetkoming auditoren Leidse Hogeschool (hierna: het Auditorenreglement), dat door verweerder op 12 januari 1994 is vastgesteld en terugwerkt tot de aanvang van het studiejaar Overigens zijn enerzijds die raden en anderzijds de studentenraad en de afdelingsraad van de afdeling HSOA, alleen al gelet op hun bevoegdheden, niet met elkaar te vergelijken. Uit het voorgaande volgt dat met toepassing van voormelde bepaling van het Studentenstatuut aan appellante geen financiële ondersteuning kan worden verleend op grond van haar lidmaatschap van de beide laatstgenoemde raden. Ingevolge het laatste onderdeel van artikel 4, tweede lid, van het Auditorenreglement wordt - evenals in hetzelfde onderdeel van artikel 23, tweede lid, van het Studentenstatuut - aan een auditor financiële ondersteuning verleend op grond van omstandigheden - andere dan die, - genoemd in de andere onderdelen van evenvermelde bepalingen -, waarin betrokkene activiteiten ontplooit in het kader van de organisatie en het bestuur van de zaken van de hogeschool. Het deelnemen aan een opleidingsoverleg is niet een zodanige omstandigheid. Zodanig overleg heeft immers betrekking op aangelegenheden van een bepaalde opleiding en richt zich niet op zaken van de hogeschool in haar geheel. Aan appellante kan dan ook geen financiële ondersteuning als auditor worden verleend op grond van haar deelname aan het opleidingsoverleg van haar opleiding.

4 Overigens geldt ook ten aanzien van de andere aan het verzoek van appellante ten grondslag gelegde activiteiten, dat deze evenmin zijn ontplooid in het kader van de organisatie en het bestuur van de zaken van de hogeschool in haar geheel, doch slechts van de afdeling HSAO. Wat die activiteiten betreft, vormt derhalve ook dit een belemmering voor inwilliging van het verzoek van appellante. 4. DE BEOORDELING VAN HET GESCHIL Ingevolge het bepaalde in artikel 7.51, eerste lid, van de WHW, kan het college van bestuur - voor zover hier van belang - voorzieningen treffen ter financiële ondersteuning van een auditor, die door bijzondere omstandigheden het afsluitend examen van de opleiding, waarvoor hij aan dezelfde hogeschool was ingeschreven als student, niet binnen de toegestane inschrijvingsduur met goed gevolg heeft afgelegd. Ingevolge het bepaalde in het derde lid van dat artikel - voor zover thans van belang - wordt bij algemene maatregel van bestuur bepaald onder welke omstandigheden de in het eerste lid van dat artikel bedoelde ondersteuning wordt verleend. In artikel B.25a van het Uitvoeringsbesluit WHBO (hierna: het Besluit) - bij welk besluit uitvoering is gegeven aan artikel 43a, tweede lid, van de met ingang van 31 juli 1993 ingetrokken WHBO en welk besluit ten tijde van het in dit geding bestreden be-sluit ingevolge artikel 16.3, tweede lid, van de WHW berustte op artikel 7.51, derde lid, van de WHW - is 1. De omstandigheden waaronder voorzieningen als bedoeld in artikel 43a van de wet worden getroffen ter financiële ondersteuning van een auditor, zijn de in het tweede lid genoemde omstandigheden, voor zover zij er naar het oordeel van het bevoegd gezag toe hebben geleid dat betrokkene redelijkerwijze niet in staat is geweest het examen af te leggen binnen de toegestane inschrijvingsduur 2. De in het eerste lid bedoelde omstandigheden zijn uitsluitend: e. het lidmaatschap van de medezeggenschapsraad, deelraad of studentenraad, alsmede het lidmaatschap van het bestuur van een stichting die blijkens haar statuten tot doel heeft de exploitatie van voorzieningen, behorende tot de studentenvoorzieningen, bedoeld in artikel 37, zevende lid, van de wet, dan wel van een daarmee naar het oordeel van het bevoegd gezag gelet op de taak gelijk te stellen orgaan, andere in de regeling, bedoeld in artikel 43a, derde lid, van de wet, door het bevoegd gezag aan te geven omstandigheden waarin betrokkene activiteiten ontplooit in het kader van de organisatie en het bestuur van de zaken van de instelling, Artikel 23, tweede lid, van het Studentenstatuut - vastgesteld krachtens artikel 43a, derde lid, van de WHBO - luidt, voor zover thans van belang, als volgt: 2. De in het eerste lid bedoelde omstandigheden zijn uitsluitend: e. het lidmaatschap van de medezeggenschapsraad, deelraad of studentenraad, alsmede het lidmaatschap van het bestuur van een stichting die blijkens haar statuten tot doel heeft de exploitatie van voorzieningen, bedoeld in artikel 37, zevende lid, WHBO, dan wel van een daarmee naar het oordeel van het bevoegd gezag op de taak gelijk te stellen orgaan: f. andere door het College van Bestuur aan te geven omstandigheden waarin betrokkene activiteiten ontplooit in het kader van de organisatie en het bestuur van de zaken van de hogeschool. In artikel 4, tweede lid, van het - krachtens artikel 7.51, vierde lid, van de WHW vastgestelde - Auditorenreglement is als volgt bepaald: 2. Als bijzondere omstandigheden zoals bedoeld in het vorige lid worden beschouwd: - lidmaatschap van de Medezeggenschapsraad: - andere door het College van Bestuur aan te geven omstandigheden, waarin betrokkene activiteiten ontplooit in het kader van de organisatie en het bestuur van zaken van de hogeschool. Naar het oordeel van het College moet in de bepaling van het tweede lid, onder e, van zowel artikel B.25a van het Besluit als artikel 23 van het Studentenstatuut onder deelraad en studentenraad worden verstaan: de deelraad en de studentenraad, als bedoeld in de artikelen 68 van de WHBO en van de WHW, onderscheidenlijk de artikelen 67 van de WHBO en van de WHW. Het College overweegt hiertoe dat evenvermelde bepalingen van het Besluit en het Studentenstatuut regelen bevatten ter uitvoering van genoemde wetten, zodat de betekenis van de in die bepalingen gehanteerde begrippen overeenkomt met die van dezelfde, in die wetten gebruikte termen. Gelet op de gedingstukken en het verhandelde ter zitting, is tussen partijen niet in geschil dat deelraden en een studentenraad, als bedoeld in voormelde wetten, bij

5 verweerders hogeschool niet zijn ingesteld. Het College heeft geen reden ter zake anders te oordelen. Geoordeeld moet dan ook worden dat verweerder het besluit om appellante geen financiële ondersteuning als auditor met toepassing van evengenoemde bepaling van het Studentenstatuut te verlenen op grond van haar lid-maatschap van de studentenraad en de afdelingsraad van de afdeling HSAO, bij het bestreden besluit terecht heeft gehandhaafd. Voor zover appellante heeft beoogd te betogen dat haar op grond van de overige in haar verzoek vermelde activiteiten financiële ondersteuning als auditor had behoren te worden verleend met toepassing van de bepaling van artikel 23, tweede lid, onderdeel e, en daarvan de zinsnede vanaf alsmede, van het Studentenstatuut, slaagt dat betoog niet. Hiertoe overweegt het College dat de bedoelde activiteiten niet kunnen worden gekwalificeerd als omstandigheden, als bedoeld in die bepaling. Verweerder komt derhalve niet de bevoegdheid toe om appellante met toepassing van die bepaling tegemoet te komen. De grief van appellante dat haar een financiële ondersteuning op grond van de door haar vanaf de aanvang van het studiejaar verrichte activiteiten - waaronder het lidmaatschap van bovenvermelde raad van de afdeling HSAO - ten onrechte wordt onthouden tengevolge van de terugwerkende kracht van het Auditorenreglement, treft geen doel. Het College overweegt hiertoe dat, ook indien bedoelde terugwerkende kracht had ontbroken, dit appellante niet had kunnen baten. In dat geval zou verweerder immers, bij exclusieve werking van het Auditorenreglement, in de bepaling van artikel 4, tweede lid, van dat reglement, geen grond hebben kunnen vinden om appellante tegemoet te komen. Evenmin zou dit, zoals is af te leiden uit hetgeen hiervoor is overwogen, het geval zijn met betrekking tot artikel 23, tweede lid, onder e, van het Studentenstatuut, indien aan die bepaling eerbiedigende werking zou zijn toegekend. Niettemin kan het bestreden besluit niet in stand blijven. Hiertoe overweegt het College als volgt. Verweerder heeft zich in zijn bij het bestreden besluit gehandhaafde besluit blijkens de daarop in de procedure voor het College gegeven toelichting gesteld op het standpunt, dat de in het verzoek van de appellante vermelde activiteiten in elk geval niet kunnen worden aangemerkt als andere omstandigheden, als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van het Auditorenreglement. Verweerder baseert dit standpunt op de overweging dat van zodanige andere omstandigheden slechts sprake is, indien de desbetreffende activiteiten worden ontplooid in het kader van de organisatie en het bestuur van de zaken van de hogeschool in haar geheel. Nu de aan het verzoek van appellante ten grondslag gelegde activiteiten uitsluitend in het verband van de afdeling HSAO zijn verricht, ontbreekt, aldus verweerder, de bevoegdheid om appellante met toepassing van evenvermelde bepaling financiële ondersteuning als auditor te verlenen. Het College volgt verweerder niet in dit betoog. Hiertoe wordt overwogen dat in de bewoordingen noch de geschiedenis van de totstandkoming van artikel B.25a, tweede lid, onder f, van het Besluit een aanknopingspunt is te vinden voor de opvatting dat de Kroon de uitoefening van de bevoegdheid tot verlening van financiële ondersteuning aan een auditor heeft willen uitsluiten in het geval, waarin de in de bepaling bedoelde activiteiten worden ontplooid in het verband van organisatorische eenheden van een hogeschool, zoals afdelingen of faculteiten. Een aanwijzing hiervoor ziet het College mede gelegen in artikel B.25a, tweede lid, onder e, van het Besluit, ingevolge welke bepaling het lidmaatschap van een deelraad, d.w.z. een raad ten behoeve van medezeggenschap van degenen die bij een onderdeel van een hogeschool zijn betrokken, grond vormt voor financiële ondersteuning van een auditor. Uit het vorenstaande volgt dat de hiervoor vermelde overweging van verweerder geen motivering oplevert, welke het bestreden besluit kan dragen. In dit verband overweegt het College nog dat verweerder bij het nemen van een nieuw besluit op het bezwaarschrift van appellante van 19 april 1994 in elk geval het antwoord dient te betrekken op de vraag, of een studentenraad en deelraad in de zin van de Wet niet zijn ingesteld mede vanwege de bevoegdheden van de studentenraad en de

6 afdelingsraad van de afdeling HSAO, alsmede of geen betekenis behoort toe te komen aan het feit dat geen studentenraad en deelraad in de zin van de wet zijn ingesteld. Voorts overweegt het College dat artikel 4, tweede lid, van het Auditorenreglement, dat overneming beoogt van de bepaling van artikel B.25a, tweede lid, onder f. van het Besluit, niet als een juiste uitvoering van die bepaling van het Besluit kan worden beschouwd. Immers ingevolge die bepaling behoort verweerder, indien hij auditoren financieel wenst te ondersteunen op grond van andere omstandigheden, dan bedoeld in de onderdelen a tot en met e van voormeld artikellid van het Besluit, die omstandigheden te vermelden in het Auditorenreglement. Nu verweerder het bij het bestreden besluit gehandhaafde besluit mede op artikel 4, tweede lid, van het Auditorenreglement heeft doen steunen, ontbeert dat besluit ook om die reden een deugdelijke motivering. Verweerder heeft tenslotte zijn bij het bestreden besluit gehandhaafde afwijzing van het verzoek van appellante, voor zover gebaseerd op haar lidmaatschap van het p.r.- team en de onderwijscommissie, mede doen steunen op beleid dat hij ter zake voert. Dit beleid houdt in dat, ingeval op grond van bestuurlijke activiteiten reeds studiepunten aan de betrokkene zijn toegekend, niet ook tot financiële ondersteuning van de auditor wordt overgegaan. Verweerder baseert dit beleid op de overweging dat de studievertraging die voor betrokkene tengevolge van de desbetreffende activiteit is ontstaan, bij toekenning van studiepunten geacht moet worden te zijn gecompenseerd. Naar het oordeel van het College gaat verweerder er hierbij evenwel ten onrechte aan voorbij dat zich bijzondere gevallen kunnen voordoen, waarin bedoelde compensatie niet kan worden aangenomen, omdat de totale aan de desbetreffende activiteiten bestede tijd de tijd, welke overeenkomt met het aantal toegekende studiepunten, in aanzienlijke mate te boven gaat. Het College stelt vast dat verweerder niet heeft betwist dat zich ten aanzien van appellante een zodanig geval voordoet. Derhalve moet worden geoordeeld dat reeds om die reden het bestreden besluit in zoverre niet met enkele verwijzing naar voormeld beleid kon worden gemotiveerd. Het vorenstaande voert tot de slotsom dat verweerder het bestreden besluit heeft genomen in strijd met het in het algemeen rechtsbewustzijn levend beginsel van behoorlijk bestuur dat eist dat een besluit moet kunnen worden gedragen door de daaraan ten grondslag gelegde motivering. Bijgevolg is het beroep gegrond en dient het bestreden besluit te worden vernietigd. Verweerder zal op het bezwaarschrift van appellante van 19 april 1994 opnieuw dienen te beslissen met inachtneming van hetgeen bij deze uitspraak is overwogen. Ingevolge het bepaalde in artikel 7.66, derde lid, van de WHW, in verbinding met artikel 8:74 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dient de Stichting Leidse Hogeschool voor Beroepsonderwijs aan appellante het door haar betaalde griffierecht ten bedrage van f. 200,= te vergoeden. Voorts zal verweerder met toepassing van evengenoemde bepaling van de WHW, in verbinding met artikel 8:75 van de Awb, op na te melden wijze worden veroordeeld in de kosten, die appellante in verband met de behandeling van het beroep bij het College heeft moeten maken. Een en ander leidt tot de volgende beslissing. 5. DE BESLISSING Het College: - verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit; - bepaalt dat verweerder opnieuw op het bezwaarschrift van appellante van 19 april 1994 beslist met inachtneming van hetgeen bij deze uitspraak is overwogen; - bepaalt dat de Stichting Leidse Hogeschool voor Beroepsonderwijs aan appellante het door haar betaalde griffierecht ten bedrage van f. 200,= vergoedt; - veroordeelt verweerder in de kosten, die appellante in verband met het beroep heeft gemaakt, ten bedrage van f. 1420,= (zegge: veertienhonderdtwintig

7 gulden), aan appellante te betalen door de Stichting Leidse Hogeschool voor Beroepsonderwijs.

Verweerder heeft op 20 september 1995 desverzocht nog een stuk in het geding gebracht.

Verweerder heeft op 20 september 1995 desverzocht nog een stuk in het geding gebracht. Zaaknummer: 1995/122 Rechter(s): mrs. Olivier, Nijenhof, Hingst Datum uitspraak: 15 december 1995 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Katholieke Universiteit Nijmegen Trefwoorden: Motiveringsbeginselen,

Nadere informatie

Verweerder heeft op 7 november 1995 een verweerschrift ingediend.

Verweerder heeft op 7 november 1995 een verweerschrift ingediend. Zaaknummer: 1995/147 Rechter(s): mrs. Loeb, Martens, dr Brommer Datum uitspraak: 4 maart 1996 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden: Fatale datum, bekendmaking

Nadere informatie

Tegen eerstvermeld besluit heeft appellant bij een beroepschrift, ingekomen bij het College op 19 februari 1996, beroep ingesteld.

Tegen eerstvermeld besluit heeft appellant bij een beroepschrift, ingekomen bij het College op 19 februari 1996, beroep ingesteld. Zaaknummer: 1996/162 Rechter(s): mrs. Loeb, Martens, Olivier Datum uitspraak: 1 juli 1996 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Universiteit Utrecht Trefwoorden: Bevoegdheid, inschrijvingsduur,

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant,

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant, Zaaknummer: 2009/025 Rechter(s): mrs. Nijenhof, Lubberdink, Borman Datum uitspraak: 19 oktober 2009 Partijen: Appellant tegen Technische Universiteit Delft Trefwoorden: Erkenning bijzondere omstandigheden,

Nadere informatie

Vertrouwensbeginsel, terugwerkende kracht Artikelen: WHW art lid 1,3 en 4, Uitvoeringsbesluit WHW art. 2.1 en 2.2 lid 1, Awb art.

Vertrouwensbeginsel, terugwerkende kracht Artikelen: WHW art lid 1,3 en 4, Uitvoeringsbesluit WHW art. 2.1 en 2.2 lid 1, Awb art. Zaaknummer: 1997/209 Rechter(s): mrs. Loeb, Martens, Nijenhof Datum uitspraak: 14 januari 1998 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Rijksuniversiteit Trefwoorden: Vertrouwensbeginsel, terugwerkende

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen:

Uitspraak in de zaak tussen: Zaaknummer: 1995/120 Rechter(s): mrs. Olivier, Nijenhof, Hingst Datum uitspraak: 15 december 1995 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Katholieke Universiteit Nijmegen Trefwoorden: Beoordelingsmaatstaf,

Nadere informatie

X wonende te Y, appellant, tegen het college van bestuur van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans verweerder,

X wonende te Y, appellant, tegen het college van bestuur van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans verweerder, Zaaknummer: 1995/155 Rechter(s): mr. Olivier Datum uitspraak: 21 december 1995 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Trefwoorden: Auditor, inschrijving,

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : CBHO 2015/293 en 2015/293.1 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 12 januari 2016 Partijen : Appellant en Haagse Hogeschool Trefwoorden : bindend negatief studieadvies BNSA duidelijkheid

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :

Zaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Zaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : collegegeld gegrond inschrijven ingetrokken inschrijving

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/068 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 6 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : Beleidsvrijheid, in stand laten rechtsgevolgen,

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/129

Zaaknummer : 2013/129 Zaaknummer : 2013/129 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 13 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend negatief studieadvies, finale geschillenbeslechting,

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam

Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Trefwoorden : bindend negatief studieadvies compensatieregeling

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/282 en Datum uitspraak : 26 januari 2015 : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam

Zaaknummer : 2014/282 en Datum uitspraak : 26 januari 2015 : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam Zaaknummer : 2014/282 en 282.1 Rechter[s] : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2015 Partijen : Verzoeker en Hogeschool Rotterdam Trefwoorden : [onderzoek] Adviseur Bijzondere omstandigheden Finale

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/136

Zaaknummer : 2013/136 Zaaknummer : 2013/136 Rechter[s] : mr. van der Spoel Datum : 28 november 2013 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Tilburg Trefwoorden : Afdoening buiten zitting, begeleiding, [instellings] collegegeld,

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Vrije Universiteit Amsterdam (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Vrije Universiteit Amsterdam (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : CBHO 2016/029 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 3 augustus 2016 Partijen : appellante en CBE Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : advies bindend negatief studieadvies BSA-commissie

Nadere informatie

het college van bestuur van de Universiteit Leiden, gevestigd te Leiden, verweerder.

het college van bestuur van de Universiteit Leiden, gevestigd te Leiden, verweerder. Zaaknummer: 2008/008 Rechter(s): mrs. Loeb, Lubberdink, Mollee Datum uitspraak: 20 juni 2008 Partijen: appellant tegen college van bestuur van de Universiteit Leiden Trefwoorden: Bijzondere omstandigheden,

Nadere informatie

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven.

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven. Zaaknummer : CBHO 2014/045 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 23 juni 2014 Partijen : Appellant tegen Hogeschool Leiden Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, duale opleiding NBSA, negatief bindend

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

het college van beroep voor de examens van de Saxion Hogeschool (hierna: CBE), verweerder.

het college van beroep voor de examens van de Saxion Hogeschool (hierna: CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/079 Rechter(s) : mrs. Loeb, De Rijke-Maas, Borman Datum uitspraak : 21 augustus 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Saxion Hogeschool Trefwoorden : [tijdig]aanvoeren gronden, deficiëntie,

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/145

Zaaknummer : 2014/145 Zaaknummer : 2014/145 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 10 december 2014 Partijen : Appellant en CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : (schriftelijk) advies studentendecaan, bindend negatief

Nadere informatie

3 oktober 2012 heeft plaatsgevonden, leidt niet tot een ander oordeel.

3 oktober 2012 heeft plaatsgevonden, leidt niet tot een ander oordeel. Zaaknummer : 2013/073 Rechter(s) : mrs. Loeb, Troostwijk, Van der Spoel Datum uitspraak : 7 oktober 2013 Partijen : Appellante tegen Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden : Aanmelding, afstudeertijdstip,

Nadere informatie

het college van bestuur van de Hogeschool van Amsterdam (hierna: de hogeschool), verweerder.

het college van bestuur van de Hogeschool van Amsterdam (hierna: de hogeschool), verweerder. Zaaknummer : 2013/249 Rechter(s) : mrs. Troostwijk, Lubberdink, Borman Datum uitspraak : 9 mei 2014 Partijen : Appellant tegen CvB Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bedreigingsgevaar, belangenafweging,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Zaaknummers : CBHO nrs. 93/69 t/m 93/73

Zaaknummers : CBHO nrs. 93/69 t/m 93/73 Zaaknummers : CBHO nrs. 93/69 t/m 93/73 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 5 januari 1994 Partijen : Appellanten tegen Christelijke Hogeschool Noord-Nederland Trefwoorden : bevoegdheid voorzitter

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2014/302 Rechter(s) : mrs. Borman, Troostwijk en Kleijn Datum uitspraak : 23 september 2015 Partijen : Appellant en Hogeschool van

Zaaknummer : CBHO 2014/302 Rechter(s) : mrs. Borman, Troostwijk en Kleijn Datum uitspraak : 23 september 2015 Partijen : Appellant en Hogeschool van Zaaknummer : CBHO 2014/302 Rechter(s) : mrs. Borman, Troostwijk en Kleijn Datum uitspraak : 23 september 2015 Partijen : Appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : aanmelden bekostiging belangenafweging

Nadere informatie

College van Beroep voor het Hoger Onderwijs

College van Beroep voor het Hoger Onderwijs College van Beroep voor het Hoger Onderwijs Zaaknummer: CBHO 2015/288 Datum uitspraak: 28 april 2016 Uitspraak in de zaak tussen: [naam], appellant, en het college van beroep voor de examens van de Universiteit

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen:

Uitspraak in de zaak tussen: Zaaknummer: 1996/165 Rechter(s): mrs. Loeb, Martens, Hingst Datum uitspraak: 22 november 1996 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Hogeschool Eindhoven Trefwoorden: Vrijstellingen, zorgvuldige

Nadere informatie

Bij beslissing van 9 juli 2014 heeft het CBE het door appellante daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard.

Bij beslissing van 9 juli 2014 heeft het CBE het door appellante daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Zaaknummer : 2014/125.5 Rechter(s) : mrs. Olivier, Lubberdink en Kleijn Datum uitspraak : 8 oktober 2014 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend studieadvies, BNSA,

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Universiteit van Amsterdam (hierna: CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Universiteit van Amsterdam (hierna: CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/085 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 5 november 2013 Partijen : Appellant tegen CBE Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Bevoegdheid examencommissie,

Nadere informatie

Voor zover appellant aldus beoogt te betogen dat de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde als één opleiding

Voor zover appellant aldus beoogt te betogen dat de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde als één opleiding Zaaknummer : 2013/216 Rechter[s] : mrs. Loeb, Nijenhof, Van der Spoel Datum uitspraak : 20 maart 2014 Partijen : Naam en Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : BaMa-structuur, [instellings-] collegegeld,

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2002:AE1633

ECLI:NL:CBB:2002:AE1633 ECLI:NL:CBB:2002:AE1633 Instantie Datum uitspraak 09-04-2002 Datum publicatie 17-04-2002 Zaaknummer AWB 00/25 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven

Nadere informatie

Zaaknummer: 2000/026 en 2000/026.1 Rechter(s): mr. Olivier Datum uitspraak: 22 mei 2000 X tegen het college van bestuur van de Universiteit Leiden

Zaaknummer: 2000/026 en 2000/026.1 Rechter(s): mr. Olivier Datum uitspraak: 22 mei 2000 X tegen het college van bestuur van de Universiteit Leiden Zaaknummer: 2000/026 en 2000/026.1 Rechter(s): mr. Olivier Datum uitspraak: 22 mei 2000 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Universiteit Leiden Trefwoorden: Algemeen verbindend voorschrift,

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: \ Raad vanstate 2012Ö1424/1/V1. Datum uitspraak: 26 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Zaaknummer : 2012/220 en 220.1

Zaaknummer : 2012/220 en 220.1 Zaaknummer : 2012/220 en 220.1 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 3 december 2012 Partijen : Appellant tegen NHTV internationale hogeschool Breda Trefwoorden : Begeleiding student, bindend negatief

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal.

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder, gemachtigden: mrs. C.J. Telting en B.A. Veenendaal. Uitspraak RECHTBANK AMSTERDAM Sector bestuursrecht zaaknummer: AWB 11/2308 WWB uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen [eiseres], wonende te [woonplaats], eiseres, gemachtigde mr. W.G. Fischer,

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstatc 201106725/1/V1. Datum uitspraak: 3 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-0 1 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Deelexamencommissie Notarieel Recht,

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam

Zaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam Zaaknummer : 2014/150 Rechter(s) : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 Partijen : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : Bevoegdheid College Bekostiging

Nadere informatie

het college van bestuur van de Vrije Universiteit van Amsterdam, verweerder.

het college van bestuur van de Vrije Universiteit van Amsterdam, verweerder. Zaaknummer : 2013/010 Rechter(s) : mrs. Loeb, Olivier, Van der Spoel, Datum uitspraak : 25 juni 2013 Partijen : Appellant tegen Vrije Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : [instellings-]collegegeld,

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/261

Zaaknummer : 2013/261 Zaaknummer : 2013/261 Rechter[s] : mr. Troostwijk Datum uitspraak : 27 maart 2014 Partijen : Appellante tegen CBE De Haagse Hogeschool Trefwoorden : Begeleiding, BNSA, gelijkheidsbeginsel, [extra]herkansing,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2006:AZ7766

ECLI:NL:RBUTR:2006:AZ7766 ECLI:NL:RBUTR:2006:AZ7766 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 19-12-2006 Datum publicatie 02-02-2007 Zaaknummer SBR 06-1767 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2015/104 Rechter(s) : mrs. Olivier, Van der Spoel en Verheij Datum uitspraak : 5 november 2015 Partijen : Appellante en

Zaaknummer : CBHO 2015/104 Rechter(s) : mrs. Olivier, Van der Spoel en Verheij Datum uitspraak : 5 november 2015 Partijen : Appellante en Zaaknummer : CBHO 2015/104 Rechter(s) : mrs. Olivier, Van der Spoel en Verheij Datum uitspraak : 5 november 2015 Partijen : Appellante en Universiteit Maastricht Trefwoorden : algemeen verbindend voorschrift

Nadere informatie

van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden

van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden U I T S P R A A K 12-17 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Examencommissie van de opleiding Talen en Culturen van Japan,

Nadere informatie

het college van beroep voor de examens van de Hogeschool Utrecht, verweerder.

het college van beroep voor de examens van de Hogeschool Utrecht, verweerder. Zaaknummer : CBHO 2016/131 Rechter(s) : mrs. Scholten Hinloopen, Van der Spoel en Hoogvliet. Datum uitspraak : 21 december 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : advies studentendecaan

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 0 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen,

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/038 Rechter(s) : mr. Kleijn Datum uitspraak : 28 juli 2014 Partijen : Appellant tegen het CvB van Hogeschool van Amsterdam

Zaaknummer : 2014/038 Rechter(s) : mr. Kleijn Datum uitspraak : 28 juli 2014 Partijen : Appellant tegen het CvB van Hogeschool van Amsterdam Zaaknummer : 2014/038 Rechter(s) : mr. Kleijn Datum uitspraak : 28 juli 2014 Partijen : Appellant tegen het CvB van Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Afstuderen, beëindiging inschrijving, bericht

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant, het College van Beroep voor de Examens van Hogeschool Inholland, verweerder.

Uitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant, het College van Beroep voor de Examens van Hogeschool Inholland, verweerder. Zaaknummer : CBHO 2016/098 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 19 augustus 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : advies bindend negatief studieadvies causaal verband

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 0 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

Jurisprudentie 1993-1994

Jurisprudentie 1993-1994 Jurisprudentie 1993-1994 Digitaal supplement op de Jurisprudentiebundel 1994-1995-1996 Jurisprudentiebundel 1993-1994 Pagina 2 2015, Bureau CBHO, Den Haag Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 3 4 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant, het CBE van de Hanzehogeschool Groningen (hierna: CBE), verweerder.

Uitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant, het CBE van de Hanzehogeschool Groningen (hierna: CBE), verweerder. Zaaknummer : 2014/047 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 2 juli 2014 Partijen : Appellant tegen het CBE van de Hanzehogeschool Trefwoorden : Besluit van gelijke strekking, bindend negatief studieadvies,

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de HZ University of Applied Sciences, gevestigd te Vlissingen, verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de HZ University of Applied Sciences, gevestigd te Vlissingen, verweerder. Zaaknummer : 2014/232A en 232B Rechter[s] : mrs. Nijenhof, Van der Spoel, Hoogvliet Datum uitspraak : 25 maart 2015 Partijen : Appellant en CBE Hogeschool Zeeland Trefwoorden : Bindend negatief studieadvies

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/020 en 020.1

Zaaknummer : 2013/020 en 020.1 Zaaknummer : 2013/020 en 020.1 Rechter(s) : mr. Troostwijk Datum uitspraak : 23 april 2013 Partijen : Verzoekster tegen Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, [instellings]collegegeld,

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

het college van bestuur van de Universiteit van Amsterdam (hierna: het college van bestuur), verweerder.

het college van bestuur van de Universiteit van Amsterdam (hierna: het college van bestuur), verweerder. Zaaknummer : 2012/016 Rechter(s) : mrs. Olivier, Mollee, Kleijn Datum uitspraak : 12 juni 2012 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, gelijkheidsbeginsel,

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden

Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, persoonlijke omstandigheden,

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:1999:ZB8326

ECLI:NL:CRVB:1999:ZB8326 ECLI:NL:CRVB:1999:ZB8326 Instantie Datum uitspraak 25-05-1999 Datum publicatie 21-01-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 97/10163 ABW Bestuursrecht

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland

Zaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland Zaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : Ad-programma bijzondere omstandigheden bindend

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: ? Raad vanstate 201111356/1/V4. Datum uitspraak: 19 juni 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2004:AR3508

ECLI:NL:CBB:2004:AR3508 ECLI:NL:CBB:2004:AR3508 Instantie Datum uitspraak 05-10-2004 Datum publicatie 08-10-2004 Zaaknummer AWB 03/647 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie College van Beroep voor het bedrijfsleven

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2011:BQ1956

ECLI:NL:RBALK:2011:BQ1956 ECLI:NL:RBALK:2011:BQ1956 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 14-04-2011 Datum publicatie 20-04-2011 Zaaknummer 10/719 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2016/087 Rechter(s) : mrs. Van der Spoel, Verheij en Streefkerk Datum uitspraak : 4 januari 2017 Partijen : Appellante en CBE

Zaaknummer : CBHO 2016/087 Rechter(s) : mrs. Van der Spoel, Verheij en Streefkerk Datum uitspraak : 4 januari 2017 Partijen : Appellante en CBE Zaaknummer : CBHO 2016/087 Rechter(s) : mrs. Van der Spoel, Verheij en Streefkerk Datum uitspraak : 4 januari 2017 Partijen : Appellante en CBE Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : actuele kennis geldigheidsduur

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 4 1 6 3

U I T S P R A A K 1 4 1 6 3 U I T S P R A A K 1 4 1 6 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 200705297/1. Datum uitspraak: 31 januari 2008 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Raad vanstatc /1/V1. Datum uitspraak: 28 augustus 2012

Raad vanstatc /1/V1. Datum uitspraak: 28 augustus 2012 Raad vanstatc 201203196/1/V1. Datum uitspraak: 28 augustus 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven; Dienst Werk, Zorg en Inkomen (Dienst WZI), te Eindhoven, verweerder.

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven; Dienst Werk, Zorg en Inkomen (Dienst WZI), te Eindhoven, verweerder. LJN: BA9368, Rechtbank 's-hertogenbosch, AWB 06/4958 Datum uitspraak: 12-06-2007 Datum publicatie: 11-07-2007 Rechtsgebied: Bijstandszaken Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig Inhoudsindicatie:

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/153

Zaaknummer : 2014/153 Zaaknummer : 2014/153 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 10 december 2014 Partijen : Appellant en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Trefwoorden : Begeleiding, (tussentijdse) beoordeling, evenredigheidsbeginsel,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675

ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 ECLI:NL:RBNNE:2017:2675 Instantie Datum uitspraak 19-06-2017 Datum publicatie 19-07-2017 Zaaknummer LEE 17/863 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, herkansing, persoonlijke omstandigheden,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-1 2 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van mevrouw XXX te Den Haag, appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824

ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 ECLI:NL:CRVB:2008:BC1824 Instantie Datum uitspraak 02-01-2008 Datum publicatie 15-01-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 07-319 WW Bestuursrecht

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-2 3 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 3 9 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het bestuur van de Faculteit der Wiskunde

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : CBHO 2014/272 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 17 juli 2015 Partijen : Appellante en CBE Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Trefwoorden : afwijzing bezwaarprocedure bindend negatief

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/204 en 204.1

Zaaknummer : 2014/204 en 204.1 Zaaknummer : 2014/204 en 204.1 Rechter(s) : mr. Nijenhof Datum uitspraak : 28 december 2014 Partijen : Appellant en Radboud Universiteit Nijmegen Trefwoorden : Aanmaning ter voldoening Betalingsverplichting

Nadere informatie

Zaaknummers : 2011/019 en 019.1

Zaaknummers : 2011/019 en 019.1 Zaaknummers : 2011/019 en 019.1 Rechter : mr. Nijenhof Datum uitspraak : 14 februari 2011 Partijen : Appellante tegen Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden : CRIHO, differentiatie instellingscollegegeld,

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 02-08-2007 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-4212 WVG Bestuursrecht

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2015/247.5 Rechter(s) : mrs. Borman, Lubberdink en Streefkerk Datum uitspraak : 6 juni 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool

Zaaknummer : CBHO 2015/247.5 Rechter(s) : mrs. Borman, Lubberdink en Streefkerk Datum uitspraak : 6 juni 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Zaaknummer : CBHO 2015/247.5 Rechter(s) : mrs. Borman, Lubberdink en Streefkerk Datum uitspraak : 6 juni 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : beroepspraktijk bijzondere omstandigheden

Nadere informatie

Bij beslissing van 14 april 2013 heeft het college van bestuur het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Bij beslissing van 14 april 2013 heeft het college van bestuur het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard. Zaaknummer : 2013/091 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 9 oktober 2013 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Bestuursakkoord collegegeld tweede

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2006:AX0760

ECLI:NL:RVS:2006:AX0760 ECLI:NL:RVS:2006:AX0760 Instantie Raad van State Datum uitspraak 10-05-2006 Datum publicatie 10-05-2006 Zaaknummer 200505022/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 3 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/159 en Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 17 oktober 2014 Partijen : Verzoekster tegen Hogeschool voor de Kunsten

Zaaknummer : 2014/159 en Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 17 oktober 2014 Partijen : Verzoekster tegen Hogeschool voor de Kunsten Zaaknummer : 2014/159 en 159.1 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 17 oktober 2014 Partijen : Verzoekster tegen Hogeschool voor de Kunsten Utrecht Trefwoorden : Beoordeling, kennen en kunnen, onverwijlde

Nadere informatie

CBE-1142 (030)

CBE-1142 (030) CBE-1142 (030) 253 1745 6 april 2004 beroep A. UITSPRAAK Het College van beroep voor de examens aan de Universiteit Utrecht (hierna: het College) heeft de volgende uitspraak gedaan op het beroep van: A.,

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden

Zaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden Zaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden : Afwijzing, bindend negatief studieadvies, BNSA, herkansing

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB7292

ECLI:NL:RVS:2007:BB7292 ECLI:NL:RVS:2007:BB7292 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2007 Datum publicatie 07-11-2007 Zaaknummer 200702345/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2013:1522

ECLI:NL:RVS:2013:1522 ECLI:NL:RVS:2013:1522 Instantie Raad van State Datum uitspraak 16-10-2013 Datum publicatie 16-10-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201206838/1/A3 Bestuursrecht Tussenuitspraak

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/001/CBE en 2014/001.1

Zaaknummer : 2014/001/CBE en 2014/001.1 Zaaknummer : 2014/001/CBE en 2014/001.1 Rechter(s) : mr. Nijenhof Datum uitspraak : 27 februari 2014 Partijen : Verzoeker tegen CBE Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Trefwoorden : [duur] Bindend negatief

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 0 5 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Examencommissie Bacheloropleiding Fiscaal Recht, verweerder

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2004:AO8345

ECLI:NL:RBSHE:2004:AO8345 ECLI:NL:RBSHE:2004:AO8345 Instantie Datum uitspraak 16-04-2004 Datum publicatie 26-04-2004 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-hertogenbosch Awb 03 / 930 GEMWT

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BW3893

ECLI:NL:RVS:2012:BW3893 ECLI:NL:RVS:2012:BW3893 Instantie Raad van State Datum uitspraak 25-04-2012 Datum publicatie 25-04-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201109104/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2014:6996

ECLI:NL:RBGEL:2014:6996 ECLI:NL:RBGEL:2014:6996 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 11-11-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer AWB - 14 _ 1957 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2017:6739

ECLI:NL:RBNHO:2017:6739 ECLI:NL:RBNHO:2017:6739 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer AWB - 16 _ 4345 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-147 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van de [naam], appellant tegen het Bestuur der

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-2 2 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde

Nadere informatie

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is

Noot van de commissie: Ook hier blijkt weer dat externe veiligheid ook een kwestie van overwogen ruimtelijke ordening is Essentie uitspraak: Het bestemmingsplan maakt uitbreiding van een tankstation niet mogelijk. De milieuvergunning mag, vanwege het ruimtelijke feit, worden geweigerd. De gemeente is niet verplicht om het

Nadere informatie

het college van beroep voor de examens van Fontys Hogescholen (hierna: CBE), verweerder.

het college van beroep voor de examens van Fontys Hogescholen (hierna: CBE), verweerder. Zaaknummer : 2013/041 Rechter(s) : mrs. Olivier, Troostwijk, Scholten-Hinloopen Datum uitspraak : 12 juni 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Fontys Hogescholen Trefwoorden : Beoordeling, bindend negatief

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2001:AB2258

ECLI:NL:CRVB:2001:AB2258 ECLI:NL:CRVB:2001:AB2258 Instantie Datum uitspraak 05-04-2001 Datum publicatie 02-08-2001 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 99/3213 AW Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3651

ECLI:NL:CRVB:2016:3651 ECLI:NL:CRVB:2016:3651 Instantie Datum uitspraak 04-10-2016 Datum publicatie 10-10-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/5 WWB Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201107998/1/V2. Datum uitspraak: 29 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY2512

ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 ECLI:NL:RVS:2012:BY2512 Instantie Raad van State Datum uitspraak 07-11-2012 Datum publicatie 07-11-2012 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201203945/1/A2 Eerste

Nadere informatie