Stage boek Beroepscollege Leerjaar 3

Transcriptie

1 Stage boek Beroepscollege Leerjaar 3 Leerling:. Klas: SLB-er: Praktijkbegeleider:..

2 Inhoudsopgave Doelstelling van de stage Blz. 3 Stage gegevens Blz. 4 Regels en afspraken Blz. 5 Begeleiding Blz. 6 Opdracht 1: wat verwacht jij? Blz. 7 Opdracht 2: de kennismaking Blz. 8 Opdracht 3a: dag verslag(en) kort invullen Blz. 9 Opdracht 3b: dag verslag(en) lang schrijven Blz. 10 Opdracht 4: Interview met de stagebegeleider(s) Blz Opdracht 5: Rechten en plichten Blz. 13 Opdracht 6: ARBO opdracht Blz. 14 Beoordelingsformulier stage begeleid(st)er Blz Urenregistratie Blz. 17 Terugkijken door de leerling (reflectie) Blz Eindpresentatie stage Blz. 21 Eindbeoordelingsformulier volledige stage Blz. 22 Bijlage 1: extra dag verslag 3a kort voor het maken van kopieën Blz. 23 Bijlage 2: extra dag verslag 3b lang voor het maken van kopieën Blz. 24 Bijlage 3: ruimte voor foto s Blz

3 Doelstelling van de stageperiode De stageperiode wordt georganiseerd om jou kennis te laten maken met het werkveld. Ook kan een stage helpen om een goede keuze te maken voor volgend schooljaar. Door een periode te werken krijg jij een veel beter beeld van het werkveld dan wat jou ooit verteld kan worden. Jij hebt de gelegenheid om zelf te ervaren hoe leuk, boeiend, interessant, zwaar, spannend, saai, vervelend en moeilijk of veelzijdig het werk is. Vanzelfsprekend zal jij de onderwerpen die in de lessen aan de orde komen nu in de praktijk tegenkomen. Dit stage-boek is een instrument om de ervaringen van jouw stageperiode op te schrijven en bij te houden. Deze werkmap wordt als onderdeel van de stage beoordeeld. Vaak is het heel moeilijk om, als je ergens helemaal vreemd bent, goed te zien wat nu precies heel interessant is voor jou om te weten en te onthouden. Om je daarbij te helpen staan er in deze werkmap een aantal opdrachten. Neem elke stagedag deze werkmap mee naar jouw stage en probeer deze opdrachten zo goed mogelijk uit te voeren! Noteer de antwoorden van de opdrachten in deze werkmap en sla alles op de usb-stick op en maak ook een back-up op jouw computer thuis en mail regelmatig dit bestand naar jezelf. Alle opdrachten worden aan het einde van de stage beoordeelt door de studieloopbaanbegeleider (SLB-er) en tellen mee bij de eindbeoordeling van de stage. Belangrijk: de stage is een verplicht onderdeel van de opleiding en moet met een voldoende worden afgesloten. Succes! 3

4 Stage gegevens Stage periode Dit stage boek is eigendom van: Naam Geboortedatum Adres Postcode Woonplaats Telefoonnummer/mobiel Telefoonnummer ouders School afdeling Klas adres Bedrijf/organisatie Naam Adres Contactpersoon Telefoonnummer Praktijkbegeleider Telefoonnummer Functie Functie Tijdens de stage word ik bezocht door mijn SLB-er: De heer/mevrouw Datum: Telefoonnummer: Handtekening SLB-er Handtekening praktijkbegeleider 4

5 Regels tijdens de stageperiode Tijdens de stage wordt de leerling door de SLB-er en de praktijkbegeleider van het stage bedrijf begeleidt. De stagiair(e) behoudt de status van de leerling van de school. Er wordt geen loon/salaris betaald. De werktijden van de organisatie /het bedrijf gelden ook (binnen de wettelijke regelingen passend) voor de leerling. Ongeoorloofd verzuim op stage telt als ongeoorloofd verzuim op school. De beoordeling van de stage is voor de leerling een onderdeel van het examen. Welk gedrag wordt van jou verwacht? Bij ziekte wordt door jou zowel je eigen school als je stage-instelling gebeld. Zorg dat je op tijd komt. Gedraag je fatsoenlijk. Beantwoord vragen netjes en zorg ervoor dat je de juiste kleding draagt. Vul elke dag de aanwezigheidsregistratie in die in dit boekje staat en laat dit aftekenen door je praktijkbegeleider. Wees actief en toon eigen initiatief, volg de instructies op. Zorg ervoor dat je veilig werkt. Kom nooit ergens aan als je de werking van het apparaat niet kent. Vraag het eerst aan de stage begeleid(st)er. Kun jij iets niet alleen, vraag dan om hulp. Heb jij een probleem, ga dan naar jouw stage begeleid(st)er en probeer een oplossing te vinden. Lukt het dan nog niet, bel of mail dan jouw schoolbegeleider. Als jij materialen gebruikt, spring er dan zuinig mee om. Denk altijd goed na voordat je iets doet! 5

6 De begeleiding tijdens de stageperiode De relatie tussen de school en het stageadres is van groot belang voor een goed verloop van jouw leerproces tijdens de stageperiode. Er is daarom regelmatig contact om ervaring en informatie uit te wisselen. Jij wordt tijdens de stageperiode begeleid door ten minste twee personen: een studieloopbaanbegeleider van de school de praktijkbegeleider van het stagebedrijf De rol van de studieloopbaanbegeleider (SLB-er) van de school: houdt het verloop van de stageperiode in de gaten. heeft contact met jou en je begeleider(st)er op het stageadres. bezoekt jou en/of je begeleider(st)er, al dan niet op afspraak. bespreekt het verloop van de stageperiode en de vorderingen. bewaakt jouw leer- en werksituatie op het stageadres. bemiddelt en adviseert in conflictsituaties. controleert presentielijsten en verzuim. controleert de opdrachten in je stage-boek. bespreekt beoordelingen met jou en je begeleider(st)er. bespreekt zo snel mogelijk problemen m.b.t. de stageperiode met jou, je ouders/verzorgers en je begeleider(st)er. De rol van de praktijkbegeleider van het stageadres: is bereid vanuit de instelling / het bedrijf jou een goede leer- en werksituatie te bieden. Dit wil zeggen dat je lerend bezig kan zijn. geeft jou gevarieerde opdrachten, die jouw ontwikkeling stimuleren. past de opdrachten en eisen aan jouw niveau aan. Dit wil zeggen dat het leren is afgestemd op jouw mogelijkheden/capaciteiten. ziet er op toe, dat je nooit een echte arbeidsplaats inneemt. Je verkeert namelijk in een leerwerksituatie. neemt bij problemen en niet gemeld verzuim contact op met de SLB-er Beoordeelt de leerling a.d.h.v. het beoordelingsformulier aan het einde van de stageperiode. 6

7 Opdrachten voor je stageperiode 7

8 Opdracht 1: wat verwacht jij van jouw stage? Jij gaat stage lopen in een bedrijf of organisatie. Stage lopen wil zeggen, rondkijken, meewerken, ervaringen opdoen, informatie verzamelen en verwerken. Voordat jij hieraan begint, zou het leuk zijn als jij zelf opschrijft wat jouw verwachtingen zijn over deze stage. Na de stage kun jij dan nog eens terugkijken (reflecteren) of deze verwachtingen zijn uitgekomen. Notities kun je hieronder schrijven. Uitwerken doe je in Word. Hoe denk jij dat jouw stageplek eruit ziet? Met welke mensen (beroepen) ga jij werken? Welke werkzaamheden verwacht jij te mogen doen? Wat denk jij te gaan leren tijdens jouw stage? Zie jij tegen bepaalde dingen op? Wat lijkt jou moeilijk? Waar verheug jij je op, wat lijkt jouw leuk? Ik verwacht dat: Datum: 8

9 Opdracht 2: De kennismaking In één van de eerste weken van je stageperiode maak jij de kennismakingsopdracht. Je beschrijft hierin in minimaal 3 pagina s de eerste indrukken op van het stageadres en een verslag van jouw kennismakingsgesprek, de rondleiding en de gemaakte afspraken. In een SLB-uur kun je dit voorbereiden. Je SLB-er zal advies geven in een SLB-uur. 1. Wie begeleidt je en met wie werk je samen? Naam van je praktijkbegeleider op het stageadres. Functie van de praktijkbegeleider op het stageadres. Naam overige personeelsleden, waarmee je samenwerkt. Functie van deze personen (wat doen zij voor werk?) Verslag hoe verliep het kennismakingsgesprek? 2. Informatie over je stageplek Beschrijving gebouw en buurt waarin het gebouw staat. Geschiedenis van het stage bedrijf. beschrijving van de rondleiding. 3. Afspraken en regels van het stageadres o.a. Eisen aan kleding. Eventueel dragen van bedrijfskleding Dragen van hoofddoek. Gebruik van make-up, parfum, aftershave Baardgroei Duidelijke zichtbare piercing of tatoeage Werktijden Pauze Omgang met personeel Wel / niet roken Jouw werkzaamheden en taken Begeleiding op het stageadres Wanneer en bij wie aftekenen aanwezigheid Hoe te handelen bij verzuim 4. Gevoelens en indrukken Hoe voelde jij je aan het begin van de dag Hoe voelde jij je aan het eind van de dag Eerste indruk die jij hebt van het stageadres 9

10 matig voldoende goed moeilijk makkelijk Minder leuk leuk Stage boek Beroepscollege Opdracht 3a: dag verslag kort invullen: datum Iedere stagedag vul jij een dagverslag kort in. Hierin zet jij alle werkzaamheden die jij hebt uitgevoerd van die dag, hoeveel tijd dit duurde en geef je aan wat jij leuk/minder leuk en makkelijk/moeilijk vond (kruisje zetten). Werk dit vervolgens uit in Word (zie opdracht 3b). Laat de werkzaamheden door jouw praktijkbegeleider beoordelen. Deze kolommen zelf invullen In te vullen door de begeleider Hoeveel tijd Omschrijving werkzaamheden van deze dag. Opmerking(en) van je praktijkbegeleider Totaal aantal gemaakte uren op deze dag: uur Handtekening stage begeleid(st)er 10

11 Opdracht 3b: dag verslag(en) schrijven Naast het invullen van het schema schrijf jij iedere stagedag een verslag van minimaal een halve A4. In dit dag verslag ga jij precies opschrijven wat jij die dag allemaal gedaan hebt. Werk dit uit in Word. Dit doe je door de onderstaande vragen te beantwoorden: Wat heb jij precies gedaan en hoe lang jij daar mee bezig bent geweest Waarom heb jij dit gedaan (eigen initiatief, opdracht van wie?) Wat heb jij ervan geleerd? Wat ging goed, wat ging minder goed en waarom? Wat zou jij volgende keer anders doen en waarom? Vond jij de werkzaamheden leuk of niet leuk en waarom? Vandaag (datum) heb ik 11

12 Opdracht 4: interview Wat moet ik doen? Je houdt een interview met iemand op het stageadres. Dit kan je praktijkbegeleider zijn, maar ook een andere collega of leidinggevende. Zolang deze persoon maar antwoord kan geven op de onderstaande vragen. Het interview hoeft niet meteen aan het begin van de stage afgenomen te worden maar het is wel handig als je er niet te lang mee wacht, want je kunt op deze manier een hoop te weten komen. Als je iemand interviewt moet je wel even op een paar dingen letten: Zoek eerst uit aan wie je het beste de vragen kunt stellen. Vraag van tevoren of het goed is dat je hem/haar ondervraagt en spreek af wanneer je het interview afneemt. Probeer het interview op een plaats af te nemen waar je rustig kunt zitten en waar het gesprek niet continu gestoord wordt. Zorg dat je pen en papier bij de hand hebt. Schrijf de antwoorden eerst in het klad op en werk het later pas uit in het net. Als je een antwoord niet goed begrijpt, vraag dan om uitleg. Als iemand een vraag niet wil beantwoorden dan hoeft dat niet. Bedank aan het einde voor het afnemen van het interview! 12

13 TIP: Maar ik kan moeilijk luisteren en meteen ook aantekeningen maken? Je vraagt steeds na elke vraag aan diegene die je interviewt of die even geduld heeft, omdat je het antwoord nog moet opschrijven. Je leest het antwoord weer voor ze op en vraagt of jij het zo goed hebt opgeschreven. De vragen voor het interview staan op de volgende bladzijde. Bedenk zelf ook nog een aantal interessante vragen! Zorg voor een extra blaadje om de antwoorden op te schrijven! Werk het interview uit in Word. 13

14 Vragen interview 1. Wat is uw naam en vindt u het goed dat ik Uw naam vermeld in het verslag? 2. Wat wilde u worden toen u 14/15 jaar oud was? 3. Welke functie heeft u nu binnen dit bedrijf/organisatie 4. Welke opleiding heeft u gedaan? 5. Welke eigenschappen/vaardigheden moet iemand hebben voor uw beroep? 6. Hoe bent u aan deze baan gekomen? 7. Hoe lang werkt u al bij dit bedrijf? 8. Heeft u hiervoor ander werk gedaan? Zo ja wat voor werk? 9. Wat moet u doen om bij te blijven in uw vakgebied (bv. scholing/cursus)? 10. Kunt u de werkzaamheden van een gemiddelde werkdag beschrijven? 11. Wat zijn de leuke kanten en de vervelende kanten van uw baan? 12. Werkt u veel samen in uw beroep? 13. Bent u thuis ook nog bezig met uw werk? 14. Vindt u dat u genoeg verdient, in vergelijking van uw beroep en andere beroepen? Kunt u uitleggen waarom u dat wel of niet vindt? 15. Hebt u de laatste jaren erover gedacht om van baan te wisselen? 16. Vindt u het een prettig vooruitzicht om over 10 jaar hetzelfde werk te doen? Kunt u uitleggen waarom wel of waarom niet? 17. Raadt u anderen aan om uw beroep te kiezen. Waarom wel of niet? 18. Hoe is de werkgelegenheid binnen uw beroep op dit moment? 19. Welke tip over werk wilt u de jongeren van vandaag de dag meegeven? Dank u voor dit interview. 14

15 Opdracht 5: Rechten en plichten Bij deze opdracht ga jij uitzoeken hoe het is gesteld met de rechten en plichten van de werknemers van jouw stagebedrijf. Veel van deze zaken zijn vaak terug te vinden in de CAO of arbeidscontracten. a) Ga op jouw stageadres na, welke afspraken er zijn voor werknemers over: b) werktijden; c) pauzes; d) te laat komen; e) veiligheidsvoorschriften; f) vakantieregeling; g) in vaste dienst treden; h) uitkering bij ziekte; i) uitkering bij werkloosheid; j) waarin worden deze afspraken vastgelegd? 2. Informeer eens naar de werkgelegenheid op jouw stageadres. a) Zijn er op dit moment vacatures (beschikbare banen) binnen jouw stagebedrijf? Welke? Beschrijf hieronder de baan en welke diploma s en capaciteiten gevraagd worden. b) Voeg een kopie van de vacatures toe aan jouw werkmap. 15

16 Opdracht 6: ARBO in het bedrijf Schrijf een verslag van 3 hoofdstukken over de regels betreffende de Arbowet, hygiëne, veiligheid en ICT binnen jouw stage bedrijf. Bij het hoofdstuk ARBO kun je denken aan de volgende zaken: Zijn er speciale arbeidsomstandigheden binnen het bedrijf Valt het bedrijf onder een CAO Zijn er regelingen voor jonge werknemers Hoe is het ziekteverzuim? Is er een ondernemingsraad binnen het bedrijf Dingen die jij zelf bedenkt Bij het hoofdstuk hygiëne en veiligheid kun je denken aan de volgende zaken: Zijn er regels voor hygiëne en veiligheid binnen het bedrijf. Noem er een paar. Zijn deze regels te gebruiken in de dagelijkse praktijk en houden de werknemers zich aan deze regels? Zitten er gevaren aan het werk? Waar zit het gevaar dan in? Dingen die jij zelf bedenkt Bij het hoofdstuk ICT kun je denken aan de volgende zaken: Heeft het bedrijf te maken met automatisering? Verdwijnt er werk door de automatisering of komt er juist werk bij? Op welke manier en op welke afdelingen wordt de ICT allemaal ingezet. Dingen die jij zelf bedenkt 16

17 Beoordelingsformulieren, reflectie, urenlijst en afronding 17

18 Beoordelingsformulier (1) voor het stagebezoek Tussentijdse evaluatie, het 2 e stagebezoek Naam leerling: Naam bedrijf/organisatie: Praktijkbegeleider : SLB-er: De werkzaamheden werden uitgevoerd met: Het werktempo was: De stagiair(e) was: Wat netheid betreft was de stagiair(e): De stagiair(e) verzuimde: De stagiair(e) toonde: De instructies werden: De opgedragen taken werden: De interesse voor het werk was: Tegenover collega s / medewerkers / klanten stelde de stagiair(e) zich: Ten aanzien van het leidinggevend personeel o veel enthousiasme o enthousiast o weinig enthousiast o met tegenzin o vlug o normaal o langzaam o altijd op tijd o soms te laat o vaak te laat o keurig o slordig o wisselend o niet o gering o vaak o veel initiatief o soms initiatief o weinig initiatief o goed verwerkt o met hulp verwerkt o niet goed begrepen o goed uitgevoerd o redelijk goed uitgevoerd o matig uitgevoerd o slecht uitgevoerd o vaak aanwezig o soms aanwezig o vrijwel niet aanwezig o positief op o negatief op o positief op 18

19 stelde de stagiair(e) zich: Met betrekking tot omgang met anderen geldt dat de leerling De leerling Samenvattend beoordelen wij het functioneren van de stagiair(e) (cijfer) o negatief op o vriendelijk en beleefd was o zich steeds beter heeft aangepast o stil en teruggetrokken was o geen goede houding weet tonen o zich nog sterk moet verbeteren o zich soms te vrij gedraagt o kan kritiek goed verwerken o kan kritiek verdragen o verdraagt kritiek maar leert niet o kan kritiek slecht verdragen o onvoldoende (4) o matig (5) o voldoende (6) o goed (7/8) o zeer goed (9/10) Algemene aanvullende opmerkingen: Tijdens de stage gedroeg de leerling zich: Wat vond u TOP van de leerling: Wat is uw TIP voor de leerling Handtekening praktijkbegeleider: Handtekening SLB-er: Handtekening stagiaire: 19

20 Beoordelingsformulier (2) voor het stagebezoek Het eindgesprek, het laatste bezoek Naam leerling: Naam bedrijf/organisatie: Praktijkbegeleider : SLB-er: De werkzaamheden werden uitgevoerd met: Het werktempo was: De stagiair(e) was: Wat netheid betreft was de stagiair(e): De stagiair(e) verzuimde: De stagiair(e) toonde: De instructies werden: De opgedragen taken werden: De interesse voor het werk was: Tegenover collega s / medewerkers / klanten stelde de stagiair(e) zich: o veel enthousiasme o enthousiast o weinig enthousiast o met tegenzin o vlug o normaal o langzaam o altijd op tijd o soms te laat o vaak te laat o keurig o slordig o wisselend o niet o gering o vaak o veel initiatief o soms initiatief o weinig initiatief o goed verwerkt o met hulp verwerkt o niet goed begrepen o goed uitgevoerd o redelijk goed uitgevoerd o matig uitgevoerd o slecht uitgevoerd o vaak aanwezig o soms aanwezig o vrijwel niet aanwezig o positief op o negatief op 20

21 Ten aanzien van het leidinggevend personeel stelde de stagiair(e) zich: Met betrekking tot omgang met anderen geldt dat de leerling De leerling Samenvattend beoordelen wij het functioneren van de stagiair(e) (cijfer) o positief op o negatief op o vriendelijk en beleefd was o zich steeds beter heeft aangepast o stil en teruggetrokken was o geen goede houding weet tonen o zich nog sterk moet verbeteren o zich soms te vrij gedraagt o kan kritiek goed verwerken o kan kritiek verdragen o verdraagt kritiek maar leert niet o kan kritiek slecht verdragen o onvoldoende (4) o matig (5) o voldoende (6) o goed (7/8) o zeer goed (9/10) Algemene aanvullende opmerkingen: Tijdens de stage gedroeg de leerling zich: Wat vond u TOP van de leerling: Wat is uw TIP voor de leerling Handtekening praktijkbegeleider: Handtekening SLB-er: Handtekening stagiair(e) : 21

22 Urenregistratie gehele stageperiode Vul elke week de datum en jou werktijden hieronder in en laat dit elke week samen met jouw dag verslag aftekenen door jouw begeleider. Datum Werktijden Handtekening begeleid(st)er 22

23 Terugkijken door de leerling (reflectie) Met behulp van dit formulier ga jij terugkijken (reflecteren) op jouw stageperiode. Dit doe jij omdat jij zo kan leren van alles wat jij deze stageperiode hebt gedaan. Beantwoord de onderstaande vragen en het schema (kruisjes zetten) zo eerlijk en uitgebreid mogelijk en beschrijf aan het einde een leerdoel voor jezelf. 1. waarom heb jij voor deze stage gekozen? 2. heeft deze stage te maken met jouw toekomstige beroep/studie? 3. welke werkzaamheden heb jij allemaal uitgevoerd? 4. Vond jij de stage leuk? Ja/Nee omdat 5. Wat vond jij van de werkzaamheden die jij hebt gedaan? Leuk/Niet leuk omdat 6. Wat vond je van de organisatie waar je hebt stage gelopen? Goed/Niet goed omdat 7. Wat vond je van de begeleiding tijdens de stageweek? Goed/Niet goed omdat 8. Vond je de stage zinvol? Ja/Nee omdat 9. Heb jij positieve opmerkingen gekregen tijdens jouw stage? o Ja o Nee Noem een voorbeeld: 23

24 10. Heb jij negatieve opmerkingen gekregen tijdens jouw stage? o Ja o Nee Noem een voorbeeld: 11. Moest jij veel met anderen samenwerken? o Ja o Nee Wat vond jij daarvan? 12. Heb jij nog opmerkingen of vragen over deze stageperiode? 13. Welk cijfer zou je jezelf geven voor deze stage? Leg uit waarom jij dat cijfer verdient. 14. Vul het schema op de volgende bladzijde in en schrijf hieronder een leerdoel Mijn leerdoel is: 24

25 Zet bij elke opmerking één kruis in het vak hoe jij dit zelf ziet. Wees eerlijk hierover! Jezelf presenteren Nog niet voldoende Voldoende Goed ik houd rekening met mijn omgeving in gedrag, uiterlijk en kleding Ik spreek gemakkelijk onbekende mensen aan als dat nodig is Ik vind het leuk iets voor een groep te doen, bijv. uitleg, spreekbeurt of presentatie Ik kan mijzelf gemakkelijk mondeling en schriftelijk uitdrukken Samenwerken Ik accepteer opdrachten van mijn leidinggevende ik kan omgaan met kritiek Ik kom afspraken na Ik kan goed omgaan met stress ik geef tijdig aan wanneer ik hulp nodig heb Plannen en organiseren Ik kom op tijd bij mijn afspraken Ik heb mijn werk op tijd af Ik kan een grote opdracht goed verdelen in kleine opdrachten Ik kan de volgorde van werken goed bepalen (wat eerst en wat later doen) Ik neem graag de leiding bij het verdelen van taken bij groepswerk Zelfstandig werken Ik maak af waar ik aan begin Ik raadpleeg zelf bronnen voor extra informatie Ik weet goed wat mijn sterke en zwakke kanten zijn Ik weet goed waarom ik dingen moet doen Ik ben niet snel tevreden met het behaalde resultaat Omgaan met veranderingen Ik kan mij gemakkelijk aan veranderingen aanpassen Ik uit mijn emoties gemakkelijk 25

26 Eindpresentatie stage Om jouw stage af te ronden ga jij een presentatie geven over deze stageperiode. De presentatie moet aan de volgende eisen voldoen: Jij maakt een PowerPoint-presentatie (of Prezi) welke ondersteunend is bij jouw verhaal. Deze lever je samen met jouw werkmap in ter beoordeling. Jouw presentatie bestaat uit een inleiding, inhoud en een conclusie. In de inleiding vertel jij wie jij bent, waar jij stage hebt gelopen en waarom je voor die plek hebt gekozen. In de inhoud vertel jij wat jij allemaal hebt gedaan in de gehele stageperiode en hoe jouw rol in dit alles is geweest. In de conclusie vertel jij wat jij van de stage vond, jouw mening over de begeleiding en vertel jij welk leerpunt jij uit dit alles hebt gehaald. Jij houdt de presentatie voor jouw begeleiders op (datum) Dag - - Tips voor het houden van een goede presentatie 1. Gebruik PowerPoint of prezi ( als ondersteuning van jouw verhaal. Zet hier bijvoorbeeld steekwoorden en/of foto s op. a. Lees nooit voor wat op de dia s staat (mensen kunnen zelf lezen) 2. Plaatjes/foto s maken je verhaal een stuk duidelijker en interessanter. 3. Spreek duidelijk en rustig. 4. Kijk het publiek aan en maak contact met hen. Vind jij dit eng richt je dan op 3 punten boven het publiek (links, midden, rechts) en kijk daar als je praat. 5. Let op je lichaamshouding en je handen (ga niet je haar staan doen tijdens je presentatie).ga stevig staan en voorkom dansen. 6. Probeer variatie in je presentatie te verwerken 7. Lees niet voor, maar maak kleine kaartjes (1/2 a4 blaadjes) met steekwoorden bij elke dia. Zorg ervoor dat de woorden in grote letters op de kaartjes staan zodat het goed leesbaar is in jouw hand. 8. Bereid je presentatie goed voor. Mensen merken het als jij niet weet wat jij wilt vertellen en dan kom je slecht over. 9. Bedenk een originele afsluiting en stel het stellen van vragen uit tot aan het eind. Vraag zelf of er vragen zijn en luister goed naar de vraag die wordt gesteld en geef rustig antwoord. 26

27 Beoordelingsformulier stage (in te vullen de SLB-er) Op dit formulier staan alle onderdelen die meetellen bij de eindbeoordeling van jouw stage. Voordat jij jouw werkmap met eindpresentatie inlevert gebruik jij deze lijst om te kijken of je alles hebt gedaan. De SLB-er beoordeelt alles. Onderdeel Beoordeling 0= onvoldoende (1-2) 1=matig (3-4) 2= net aan voldoende (5-6) 3= ruim voldoende (7-8) 4= goed (9-10) Opdracht 1: wat verwacht jij? Opdracht 2: de kennismaking Opdracht 3a: dag verslag(en) kort invullen (elke week 1) Opdracht 3b: dag verslag(en) lang schrijven (elke week 1) Opdracht 4: Interview met de praktijkbegeleider Opdracht 5: Rechten en plichten Opdracht 6: ARBO opdracht Beoordelingsformulieren stagebezoeken Urenregistratie Terugkijken door de leerling (reflectie) Eindpresentatie stage

28 matig voldoende goed moeilijk makkelijk Minder leuk leuk Stage boek Beroepscollege Bijlage 1 Opdracht 3a: dag verslag kort invullen: datum Iedere stagedag vul jij een dag verslag in. Hierin zet jij alle werkzaamheden die jij hebt uitgevoerd van die dag, hoeveel tijd dit duurde en geef je aan wat jij leuk/minder leuk en makkelijk/moeilijk vond. Laat de werkzaamheden door jouw begeleid(st)er beoordelen. Deze kolommen zelf invullen In te vullen door de begeleider Hoeveel Tijd Omschrijving werkzaamheden van deze dag. Opmerking(en) van stage begeleid(st)er Totaal aantal gemaakte uren op deze dag: uur Handtekening praktijkbegeleider: 28

29 Bijlage 2 Opdracht 3b: dag verslag(en) schrijven Naast het invullen van het schema schrijf jij iedere stagedag een uitgebreid dag verslag van minimaal een halve A4 in Word. In dit dag verslag ga jij precies opschrijven wat jij die dag allemaal gedaan hebt. Dit doe je door de onderstaande vragen te beantwoorden: Wat heb jij precies gedaan en hoe lang jij daar mee bezig bent geweest Waarom heb jij dit gedaan (eigen initiatief, opdracht van wie?) Wat heb jij ervan geleerd? Wat ging goed, wat ging minder goed en waarom? Wat zou jij volgende keer anders doen en waarom? Vond jij de werkzaamheden leuk of niet leuk en waarom? Vandaag (datum) heb ik 29

30 Bijlage 3 Ruimte voor foto s en folders Deze en de volgende bladzijden zijn bedoeld voor het plakken van folders, foto s, brochures en zo maar dit kan natuurlijk ook in Word. Denk eraan dat je altijd eerst toestemming vraagt als jij foto s wilt maken! 30

31 31

32 32