Horizontale verantwoording Wmo over 2010
|
|
- Nienke ten Wolde
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Horizontale verantwoording Wmo over 2010 Verzameling van gegevens over de prestaties van gemeenten en de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning
2
3 Horizontale verantwoording Wmo over 2010 Verzameling van gegevens over de prestaties van gemeenten en de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning Aangepaste versie van 12 december 2011 December 2011
4 COLOFON Samenstelling Nelleke Koppelman Nora Kornalijnslijper Arthur van der Harg Maaike Woertel Vormgeving binnenwerk SGBO Druk SGBO SGBO Benchmarking Postbus HE Den Haag SGBO / / Niets uit deze publicatie mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijze dan ook, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van SGBO. Aan de totstandkoming van deze publicatie is de grootst mogelijke zorg besteed. SGBO kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden, noch kunnen aan de inhoud rechten worden ontleend.
5 INHOUDSOPGAVE Samenvatting 1 1 Inleiding en onderzoeksopzet Inleiding Onderzoeksopzet Leeswijzer 8 2 Resultaten prestatiegegevens Wmo Inleiding Respons Analyse Algemeen Prestatieveld 1 Leefbaarheid en sociale samenhang Prestatieveld 2 Preventieve ondersteuning jeugd Prestatieveld 3 Informatie en advies Prestatieveld 4 Mantelzorg en vrijwilligers Prestatievelden 5 en 6 Bevorderen deelname en (individuele) voorzieningen Prestatieveld 7 Maatschappelijke opvang en vrouwenopvang Prestatieveld 8 OGGz Prestatieveld 9 Verslavingsbeleid Conclusie 26 3 Resultaten tevredenheidsonderzoeken Wmo Inleiding Respons Doelgroepen Conclusie 28 Bijlage 1 Non-respons 31 Bijlage 2 Overzicht met alle vragen en indicatoren prestatiegegevens 35
6
7 Samenvatting Inleiding In de sturingsfilosofie van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) staat centraal dat gemeenten zich voor hun beleid verantwoorden aan hun eigen burgers en cliënten, dit is de horizontale verantwoording. In artikel 9 van de Wmo is daarom opgenomen dat het college van burgemeester en wethouders jaarlijks vóór 1 juli moet publiceren over: - de uitkomsten van onderzoek naar de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning over de uitvoering van de wet; - bij ministeriële regeling aangewezen gegevens over de prestaties van gemeenten op het gebied van maatschappelijke ondersteuning betreffende het voorgaande kalenderjaar. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft SGBO opdracht gegeven om deze gegevens te verzamelen en hierover te publiceren. Sinds de Wmo in 2007 in werking is getreden, is dit de vierde keer dat gemeenten zich moeten verantwoorden. Zij moesten dit doen vóór 1 juli In de regeling Maatschappelijke ondersteuning staat welke 18 prestaties van de Wmo de gemeenten moeten verantwoorden. Dit rapport is gebaseerd op de vragen die zijn gedefinieerd in de Handreiking Prestatiegegevens Wmo' (Ministerie van VWS, augustus 2007, versie 2). In dit rapport presenteren we de actuele prestatiegegevens en de meerjarige trendgegevens, waarbij alleen de meest opvallende veranderingen, die statistisch significant zijn en niet op toeval berusten, vermeld worden. Prestatiegegevens 93% van alle gemeenten heeft informatie aangeleverd voor de prestatiegegevens. Algemeen Kwaliteitseisen Vrijwel alle gemeenten nemen in 2010 kwaliteitseisen op in de overeenkomsten met aanbieders van producten en diensten. Gemeenten zijn in 2010 zelfs nog een beetje meer gaan doen om aan de kwaliteit van Wmo-producten en -diensten te werken. Een grotere groep gemeenten is de (door de aanbieders) geleverde kwaliteit gaan monitoren. In 2007 deed 79% van alle gemeenten dit en in 2010 is dit gestegen tot 92% van alle gemeenten. Beleidsparticipatie Meer gemeenten zijn hun ingezetenen op bijna alle prestatievelden meer gaan betrekken bij de totstandkoming van het Wmo-beleid. Opvallend is prestatieveld 3 (informatie en advies), daar gaat dit niet op. Gemeenten hebben nog moeite om inwoners te betrekken bij de prestatievelden 7, 8 en 9. Er is in 2010 een statistische relatie tussen de SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
8 gemeentegrootte, stedelijkheid en het betrekken van ingezetenen bij de prestatievelden 7, 8 en 9. De grotere gemeenten en stedelijke gemeenten betrekken ingezetenen vaker bij de prestatievelden 7, 8 en 9. Ingezette participatiemethoden Veruit de meest gebruikte participatiemethoden zijn de inzet van de Wmo-raad en van andere raden en platforms op de deelterreinen van de Wmo. Uitgaven Gemeenten hebben in 2010 significant meer uitgegeven aan de IV3-post 622 Huishoudelijke verzorging. De uitgaven aan huishoudelijke verzorging zijn het sterkst toegenomen voor de gemeenten met inwoners en de gemeenten met tot inwoners. Aan de IV3-post 630 sociaal-cultureel werk hebben gemeenten significant minder uitgegeven in De opvallendste daling in de uitgaven is daar te zien bij de plus gemeenten. De plus gemeenten gaven minder uit aan sociaal-cultureel werk in In 2009 gaven de plus gemeenten bijna 72 euro per inwoner uit aan sociaal-cultureel werk. In 2010 is dit bedrag gedaald tot 57 euro per inwoner. Prestatieveld 1 Leefbaarheid en sociale samenhang De meest voorkomende activiteiten die gemeenten in 2010 aanbieden, zijn net als voorgaande jaren het bevorderen van burgerparticipatie bij lokale activiteiten, stimuleren van eigen initiatieven van burgers, zorgen voor goede buurtinformatie en buurtvoorlichting, bevorderen van buurt- en straatcontactactiviteiten en bevorderen van netwerkvorming voor specifieke groepen. De breedte van het aanbod aan activiteiten die gemeenten ondernemen om het sociale klimaat en de leefbaarheid in wijken en buurten te bevorderen, is de afgelopen jaren toegenomen. Prestatieveld 2 Preventieve ondersteuning jeugd Gemeenten bieden veel verschillende faciliteiten aan bij opvoedondersteuning. De faciliteiten die significant zijn toegenomen ten opzichte van 2009 zijn: (fysieke) plek voor opvoedondersteuningsvragen, opvoedtelefoon of digitale opvoedondersteuning en zorgcoördinatie. Gemeenten blijven ook meer faciliteiten voor opvoedondersteuning aanbieden. Prestatieveld 3 Informatie en advies Er worden veel diensten aangeboden in het loket. De breedte van het loket, het aantal diensten, is in 2010 gelijk gebleven ten opzichte van In het loket worden gemiddeld 6,3 diensten aangeboden. De dienst die het minst vaak wordt aangeboden is SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
9 besluitvorming (over al dan niet toekennen van aanvragen). Hierbij is het ook de vraag in hoeverre de besluitvorming plaats zou moeten vinden in het loket zelf. Gemeenten bieden ook in 2010 meer faciliteiten voor cliëntondersteuning aan. De stijging van 2009 naar 2010 is echter niet zo groot als voorgaande jaren. Prestatieveld 4 Mantelzorg en vrijwilligers De meest voorkomende faciliteiten die gemeenten aanbieden, zijn in 2010 dezelfde als in voorgaande jaren: begeleiding/ondersteuning, lotgenotencontact, cursussen, respijtzorg thuis en activiteiten gericht op ontspanning (niet zijnde respijtzorg). Gemeenten bieden in 2010 significant vaker respijtzorg thuis. Gemeenten met inwoners, de niet-stedelijke gemeenten zijn vaker respijtzorg thuis gaan aanbieden. De vormen van ondersteuning voor vrijwilligers die het meest vaak worden aangeboden zijn nog altijd: - verzekering; - deskundigheidsbevordering; - vrijwilligersonderscheiding/prijzen/vrijwilliger van het jaar. Er zijn relatief weinig gemeenten die onderscheid maken tussen vrijwilligers in de zorg en andere vrijwilligers. Gemeenten zijn in 2010 meer gaan doen aan vrijwilligersonderscheiding. Het zijn de kleinere, minder stedelijke gemeenten die hier een significante groei laten zien in Prestatieveld 5 en 6 Bevorderen deelname en (individuele) voorzieningen Ongeveer 61% van de gemeenten heeft goede afstemming met de aanbieders van hulp bij het huishouden. Dit is minder dan voorgaande jaren. Het percentage gemeenten dat geen afstemming heeft met de aanbieders wat betreft de zorgfuncties AWBZ, is toegenomen naar bijna 8%. Mogelijk zijn dit gemeenten die in regioverband afspraken hebben gemaakt en de afstemming op regionaal niveau laten plaatsvinden. Alle gemeenten vragen een eigen bijdrage voor de hulp bij het huishouden. Zij vragen steeds vaker een eigen bijdrage voor andere individuele voorzieningen. Behalve voor roerende zaken zijn dit echter geen significante veranderingen 1. Prestatieveld 7 Maatschappelijke opvang en vrouwenopvang In 2010 is het aantal gemeenten dat aangeeft dat er voldoende plaatsen zijn in de maatschappelijke opvang en vrouwenopvang toegenomen. In 2010 zijn er meer centrumgemeenten die aangeven dat er voldoende plaatsen zijn in de maatschappelijke opvang dan in Dit is echter geen significante stijging. Het aantal 1 Het begrip roerende zaken is niet gedefinieerd in de Handreiking Prestatiegegevens Wmo, augustus 2007, 2 e versie, maar in andere onderzoeken wordt hier wel onder verstaan woonvoorzieningen die niet vastzitten aan het huis, zoals een douchestoel, toiletstoel of badlift. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
10 centrumgemeenten dat aangeeft dat er voldoende plaatsen zijn voor de vrouwenopvang is echter gedaald. Dit is ook niet significant. Veel gemeenten kiezen voor de regionale aanpak. In 2010 is te zien dat de gemeente en de regio meer samen zijn gaan optrekken en dat er meer gezamenlijke activiteiten ondernomen worden, in vergelijking met eerdere jaren. Prestatieveld 8 OGGz Het merendeel van de activiteiten op het gebied van de openbare geestelijke gezondheidszorg wordt in samenwerking met andere gemeenten uitgevoerd. Vergeleken met prestatieveld 7 ondernemen gemeenten vaker eigen activiteiten op het gebied van OGGz. Prestatieveld 9 Verslavingsbeleid De ondersteuning voor verslaafden en de beperking van de overlast door verslaafden is vooral een bezigheid die niet zelfstandig opgepakt wordt door gemeenten. Vanaf 2008 zien we een verschuiving naar een gezamenlijk initiatief van gemeente en regio. Tevredenheid Het staat gemeenten vrij om in overleg met de Wmo-raad te kiezen hoe zij de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning laten onderzoeken en onder welke doelgroep. Ondanks deze vrijheid kiezen veel gemeenten voor een onderzoek onder cliënten met individuele voorzieningen, hoewel er inmiddels wel meer variatie ontstaat. De onderzoeken krijgen meer een lokaal specifieke tint, waarbij een lokaal thema centraal staat. De onderzoeken worden meer gebruikt als beleidsinstrument, om informatie te verzamelen over hoe de cliënt of de burger over (de uitvoering van) het beleid denkt. De rapporten van de gehouden tevredenheidsonderzoeken zijn in te zien op Conclusie Uit de resultaten van de prestatiegegevens blijkt dat gemeenten in 2010 nog steeds een groei laten zien, nog vaker activiteiten en ondersteuning bieden op vrijwel alle terreinen van de Wmo. Daar waar eerst nog vooral de meest stedelijke en grootste gemeenten vooropliepen, hebben de kleinere en minder stedelijke gemeenten een inhaalslag gemaakt. De aantallen activiteiten en faciliteiten die gemeenten aanbieden lijken zich langzaamaan te stabiliseren, de groei zwakt af. De kleinere gemeenten zijn alleen nog op enkele punten bezig met een inhaalslag. Voor de prestatievelden 7, 8 en 9 geldt dat veel gemeenten hiermee bezig zijn, ook de regiogemeenten, maar dat de meeste activiteiten regionaal of in samenwerking met andere gemeenten opgepakt worden. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
11 Er wordt een grotere diversiteit in tevredenheidsonderzoeken gesignaleerd. Gemeenten kiezen per jaar onder welke doelgroep en via welke methode zij de tevredenheid willen meten. Dit maakt het geven van een landelijk beeld moeilijker. Positief is dat het instrument tevredenheidsonderzoek steeds vaker ingezet wordt om lokale relevante beleidsinformatie te verzamelen door naar de mening van de klant en de burger te vragen. De verantwoordingsverplichting zal veranderen maar op welke wijze is momenteel nog onderwerp van overleg tussen het Ministerie van VWS en de VNG. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
12
13 1 Inleiding en onderzoeksopzet 1.1 Inleiding In de sturingsfilosofie van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) staat centraal dat gemeenten zich voor hun beleid verantwoorden aan hun eigen burgers en cliënten, dit is de horizontale verantwoording. De bedoeling is dat burgers en cliënten ook kunnen zien hoe hun gemeente het doet ten opzichte van andere gemeenten. In artikel 9 van de Wmo is daarom opgenomen dat het college van burgemeester en wethouders jaarlijks vóór 1 juli moet publiceren over: - de uitkomsten van onderzoek naar de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning over de uitvoering van de wet; - bij ministeriële regeling aangewezen gegevens over de prestaties van gemeenten op het gebied van maatschappelijke ondersteuning betreffende het voorgaande kalenderjaar. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft SGBO opdracht gegeven om de gegevens over de Wmo-prestaties van gemeenten en de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning te verzamelen en hierover te publiceren. Gemeenten zijn op basis van artikel 9, lid 2 van de Wet maatschappelijke ondersteuning verplicht de gegevens voor deze horizontale verantwoording aan te leveren aan een door het Ministerie van VWS aangewezen instelling. De Wmo is in 2007 in werking getreden en dit is de vierde keer dat gemeenten zich moeten verantwoorden. Zij moesten dit doen vóór 1 juli Dit rapport geeft de resultaten weer van de verzamelde prestatiegegevens. Daarnaast geeft het weer hoe gemeenten met de tevredenheidsonderzoeken onder vragers van maatschappelijke ondersteuning omgaan en onder welke doelgroepen de onderzoeken uitgevoerd worden. Gemeenten kunnen via de website hun antwoorden over de prestatiegegevens vergelijken met die van andere gemeenten. Ook kunnen de aangeleverde tevredenheidsonderzoeken gedownload worden. 1.2 Onderzoeksopzet Inleiding Er zijn door het Ministerie van VWS twee handreikingen beschikbaar gesteld waarin de prestatiegegevens en de tevredenheidsmeting verder zijn uitgewerkt: SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
14 - Handreiking Prestatiegegevens Wmo (Ministerie van VWS, maart 2011, versie 3). - Model voor Onderzoek klanttevredenheid Wmo (BMC, december 2006). Gegevensverzameling In bijlage 2 staat een overzicht met alle vragen over de prestatiegegevens. Gemeenten konden op twee manieren de benodigde gegevens aanleveren: - Via de website Dit is de website die SGBO heeft ontwikkeld voor de aanlevering van gegevens voor de horizontale verantwoording. - Via de Benchmark Wmo en/of de tevredenheidsonderzoeken Wmo van SGBO (alleen voor deelnemers aan de Benchmark Wmo en/of tevredenheidsonderzoeken Wmo). Begin mei 2011 hebben gemeenten een brief ontvangen over hoe zij de gegevens voor de horizontale verantwoording konden aanleveren. Vervolgens zijn gemeenten die nog geen gegevens hadden aangeleverd schriftelijk benaderd en vervolgens telefonisch met het verzoek dit alsnog te doen. Analyse en rapportage Alle 19 vragen uit de Handreiking Prestatiegegevens Wmo worden in dit rapport weergegeven. In de tabellen worden de resultaten vanaf 2007 gepresenteerd. Verbanden tussen bijvoorbeeld gemeenten van verschillende grootte of stedelijkheid, centrum- en niet centrumgemeenten of tussen de resultaten in 2007, 2008, 2009 en 2010 worden genoemd. In dit rapport noemen we alleen de meest opvallende veranderingen die significant zijn, die statistisch gezien niet op toeval berusten. Voor het bepalen van significante veranderingen zijn de resultaten geanalyseerd van gemeenten die in beide jaren gegevens hebben aangeleverd. De informatie uit de tevredenheidsonderzoeken is minder eenduidig. Gemeenten kunnen op verschillende manieren tevredenheidsonderzoeken uitvoeren, zij kunnen kiezen voor verschillende methodes en voor verschillende doelgroepen. De rapporten van de tevredenheidsonderzoeken kunnen geüpload worden op Door de rapporten te uploaden kan iedereen zien hoe tevreden de vragers van maatschappelijke ondersteuning zijn in alle gemeenten. 1.3 Leeswijzer Het volgende hoofdstuk gaat over de resultaten van de prestatiegegevens. Daarna volgt een hoofdstuk over de gehouden tevredenheidsonderzoeken. Het laatste hoofdstuk bevat de conclusie. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
15 2 Resultaten prestatiegegevens Wmo 2.1 Inleiding Gemeenten moesten 19 vragen beantwoorden over prestaties in de Wmo. De 19 vragen bestaan uit enkele algemene, organisatorische vragen en vragen over prestaties die je kunt relateren aan de prestatievelden van de Wmo. De resultaten van alle 19 vragen over de prestatiegegevens worden, aan de hand van de prestatievelden in de Wmo, weergegeven. De Wmo is opgebouwd uit 9 prestatievelden: 1. Het bevorderen van de sociale samenhang in en de leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten. 2. Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden. 3. Het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning. 4. Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers. 5. Het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem. 6. Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer. 7. Het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang. 8. Het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen. 9. Het bevorderen van verslavingsbeleid. De term prestatiegegevens impliceert dat het gaat om prestaties maar voor vrijwel alle vragen geldt dat het hebben van veel voorzieningen of het vaak ja antwoorden op vragen over de prestatiegegevens niet per se goed of fout is. Het kan ook een politieke keuze zijn om minder faciliteiten aan te bieden. 2.2 Respons Van alle gemeenten heeft 93% informatie aangeleverd voor de prestatiegegevens. Gemeenten die de verschillende gegevens niet hebben aangeleverd, staan vermeld in bijlage 1. De respons over 2007, 2008 en 2009 was respectievelijk 95%, 93% en 95%. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
16 2.3 Analyse In dit rapport worden de resultaten over 2007 tot en met 2010 gepresenteerd. Waar in de toelichting wordt gesproken over significante verschillen tussen 2010 en 2009, gaat het om gemeenten die in beide jaren de gegevens hebben aangeleverd. Dat geldt overigens ook als de vergelijking gemaakt wordt tussen 2007 en Er is een groot aantal analyses uitgevoerd om te zien waar verbanden te constateren zijn voor bepaalde groepen gemeenten. In dit rapport worden alleen de meest opvallende statistisch aantoonbare significante verbanden genoemd. De grote groep respondenten zorgt ervoor dat verschillen en verbanden al snel significant zijn, daarom noemen we alleen de meest opvallende verbanden. Het SCP heeft SGBO in 2009 gevraagd om een analyse van de resultaten van de prestatiegegevens over 2007 en Deze worden gebruikt voor de voortgangsrapportage van de Wmo-evaluatie. Deze resultaten kunnen iets afwijken van de resultaten in dit rapport. Dat valt te verklaren uit een iets andere onderzoekstechnische benadering die het SCP in de analysefase hanteert. 2.4 Algemeen Van de 19 vragen gaan er 4 over organisatorische en Wmo-brede onderwerpen, te weten: kwaliteit van de Wmo-producten en -diensten, beleidsparticipatie van inwoners, ingezette participatiemethoden en uitgaven aan de Wmo. Tabel 1 Hoe werkt de gemeente aan de kwaliteit van de in het kader van de Wmo geleverde producten en diensten? Door het hanteren van servicenormen met betrekking tot het aanvraagproces (bijvoorbeeld doorlooptijden) Door in de contracten of overeenkomsten met aanbieders kwaliteitseisen op te nemen Door de (door de aanbieders) geleverde kwaliteit te monitoren Door de aanbieders te verplichten periodiek klanttevredenheid te meten 2007 N= N=405 Totaal 2009 N= N=388 77,1 86,2 87,7 88,2 98,8 99,0 99,5 99,7 79,1 81,7 91,2 91,8 83,4 84,0 84,3 85,1 Anders, namelijk.. 18,0 13,4 15,4 12,6 Gemeenten zijn in 2010 nog een beetje meer gaan doen om de kwaliteit van de Wmoproducten en -diensten te bevorderen dan wel te bewaken. Vrijwel alle gemeenten nemen kwaliteitseisen op in de overeenkomsten met aanbieders van producten en diensten. Ten SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
17 opzichte van 2007 hanteren significant meer gemeenten servicenormen met betrekking tot het aanvraagproces, zoals doorlooptijden. Het zijn met name de kleinere gemeenten en de weinig en niet-stedelijke gemeenten die dit aantoonbaar meer zijn gaan doen. Daarnaast is het percentage gemeenten dat de (door de aanbieders) geleverde kwaliteit volgt via monitoring gestegen. Dit zijn met name de kleinere, de matig en weinig stedelijke en niet-centrumgemeenten. Antwoorden uit de categorie anders die meermalen worden genoemd, zijn de klantonderzoeken en steekproeven door gemeenten zelf en aanvullende afspraken met aanbieders, zoals bonus-malusregelingen en evaluatiegesprekken. Een belangrijk onderdeel van de Wmo is het betrekken van inwoners bij de totstandkoming van het Wmo-beleid. Per prestatieveld is gevraagd naar hoe vaak inwoners zijn betrokken bij de totstandkoming van het beleid (vaak, geregeld, nauwelijks, niet). In onderstaande tabel zijn de resultaten weergegeven voor de antwoordcategorieën vaak en geregeld samen. Tabel 2 In hoeverre betrekt de gemeente de ingezetenen per prestatieveld bij de totstandkoming van het Wmo-beleid? Prestatievelden Vaak + geregeld 2007 N= N= N= N= Leefbaarheid en sociale samenhang 88,6 87,7 90,2 88,9 2 Preventieve ondersteuning jeugd 67,0 73,1 75,8 72,9 3 Informatie en advies 93,2 90,4 91,1 86,9 4 Mantelzorg en vrijwilligers 81,3 86,5 89,3 87,1 5 Bevorderen deelname 85,4 86,2 85,5 85,0 6 (Individuele) Voorzieningen 87,9 89,1 88,7 86,4 7 Maatschappelijke opvang en vrouwenopvang 23,8 24,3 29,3 30,1 8 OGGz 30,0 29,5 34,3 32,6 9 Verslavingsbeleid 22,5 21,9 28,9 28,4 De prestatievelden waar inwoners in 2010 het meest bij betrokken worden, zijn: - Prestatieveld 1 (leefbaarheid en sociale samenhang) met 89%. - Prestatieveld 3 (informatie en advies, het loket) en 4 (mantelzorg en vrijwilligers) met 87%. - Prestatieveld 6 (individuele voorzieningen) met 86%. - Prestatieveld 5 (bevorderen deelname) met 85%. Dit zijn de percentages van alle gemeenten die inwoners betrekken bij de genoemde prestatievelden. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
18 In vergelijking met het jaar ervoor betrekken minder gemeenten hun ingezetenen vaak en geregeld op een flink aantal prestatievelden (6 van de 9) bij de totstandkoming van het Wmo-beleid. Een duidelijk aanwijsbare oorzaak hiervoor is niet voor handen. Uit de tabel blijkt dat gemeenten ook in 2010 nog moeite hebben met het betrekken van inwoners bij de prestatievelden 7, 8 en 9. Dit is niet verwonderlijk omdat het hierbij om kwetsbaardere groepen in de samenleving gaat. Er is in 2010 een statistische relatie tussen de gemeentegrootte, stedelijkheid en het betrekken van ingezetenen bij de prestatievelden 7, 8 en 9. De grotere gemeenten en stedelijke gemeenten betrekken ingezetenen vaker bij de prestatievelden 7, 8 en 9. Het is ook zo dat centrumgemeenten de inwoners meer betrekken bij de prestatievelden 7, 8 en 9 dan de niet-centrumgemeenten. Vervolgens is gevraagd op welke manieren inwoners worden betrokken bij de totstandkoming van het beleid en hoe vaak dit gebeurt (vaak, geregeld, nauwelijks, niet). In onderstaande tabel zijn de resultaten weergegeven voor de antwoordcategorieën vaak en geregeld samen. Tabel 3 In hoeverre gebruikt de gemeente onderstaande of andere methoden om de ingezetenen actief te betrekken bij de totstandkoming van het Wmo-beleid? Vaak + geregeld 2007 N = N = N = N = 388 Overleg met Wmo-raad, Wmo-platform 90,0 93,9 95,9 97,2 Overleg met raden en platforms op deelterreinen van de Wmo (b.v. participatieraad, (ex-)cliëntenraad) Overleg met wijkplatforms, wijkraden, buurtraden, dorpsraden 81,2 82,1 81,8 80,1 63,0 73,0 74,4 73,9 Consultering van panels 24,0 22,4 23,2 20,3 Contact met betrokkenen via buurtbeheerders 21,7 31,3 40,1 38,2 Contact met betrokkenen via vrijwilligersorganisaties 66,0 74,9 77,4 80,0 Themagerichte bijeenkomsten 58,3 62,1 65,5 62,8 Anders, namelijk.. 28,3 19,1 26,8 24,1 Veruit de meest gebruikte methoden om inwoners te betrekken bij de totstandkoming van het beleid zijn, ook in 2010, de Wmo-raad en hoewel dit licht gedaald is, raden en platforms op deelterreinen van de Wmo. Sinds 2007 hanteren aantoonbaar meer gemeenten de methoden Wmo-raad, overleg met wijkplatforms en contact via buurtbeheerders en vrijwilligersorganisaties om ingezetenen actief te betrekken bij de totstandkoming van het Wmo-beleid. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
19 De vergelijking van Wmo-uitgaven is nog erg lastig. De definitie van wat onder de Wmo valt, verschilt per gemeente. In de prestatiegegevens is gevraagd naar de zogenaamde IV3- posten (Informatie voor Derden) volgens de definitie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dit geeft een indicatie van de uitgaven aan hulp bij het huishouden, voorzieningen voor gehandicapten, maatschappelijk werk en sociaal-cultureel werk. Ondanks de definities vallen niet in elke gemeente dezelfde zaken onder de Wmo. Er is gevraagd naar de uitgaven voor deze IV3-posten: Maatschappelijke begeleiding en advies Huishoudelijke verzorging Sociaal-cultureel werk Voorzieningen gehandicapten. In de tabel zijn de gemiddelde uitgaven berekend per inwoner. Voor die berekening is eerst het gemiddelde bedrag per inwoner per gemeente berekend, van alle gemeenten die de vragen hebben ingevuld. Hiervan is vervolgens het gemiddelde genomen. In de berekening zijn de extreme waarden, zowel de extreem hoge als de extreem lage uitgaven niet meegenomen. Alle uitspraken zijn gebaseerd op de gemiddelde uitgaven per inwoner. Tabel 4 Hoeveel geld (in euro s) heeft de gemeente naar schatting in het voorgaande jaar uitgegeven aan de uitvoering van de Wmo voor de volgende IV3-functies? IV3-functie Uitgaven per inwoner 2007 N = N = N = N = Maatschappelijke begeleiding en advies Huishoudelijke verzorging Sociaal-cultureel werk Voorzieningen gehandicapten Gemeenten hebben in 2010 significant meer uitgegeven aan de IV3-post 622 Huishoudelijke verzorging. Dit geldt voor alle gemeenten in de verschillende gemeentegrootteklassen, behalve voor de kleine gemeenten met minder dan inwoners. Daar is ook een stijging te zien in de uitgaven voor huishoudelijke verzorging, maar deze stijging is niet significant. De uitgaven aan huishoudelijke verzorging zijn het sterkst toegenomen voor de gemeenten met inwoners en de gemeenten met tot inwoners. Aan de IV3-post 630 sociaal-cultureel werk hebben gemeenten significant minder uitgegeven in De opvallendste daling in de uitgaven is daar te zien bij de plus gemeenten. De plus gemeenten gaven minder uit aan sociaal-cultureel werk SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
20 in In 2009 gaven de plus gemeenten bijna 72 euro per inwoner uit aan sociaal-culturel werk. In 2010 is dit bedrag gedaald tot 57 euro per inwoner. 2.5 Prestatieveld 1 Leefbaarheid en sociale samenhang De volgende vraag uit de prestatiegegevens kan toebedeeld worden aan prestatieveld 1 (leefbaarheid en sociale samenhang). Tabel 5 Onderneemt de gemeente onderstaande of andere activiteiten om het sociale klimaat en de leefbaarheid in wijken en buurten te bevorderen? Ja 2007 N = N = N = N = 387 Bevorderen van burgerparticipatie bij lokale activiteiten 88,8 93,3 95,6 94,8 Stimuleren van eigen initiatieven van burgers 88,0 91,8 92,2 94,3 Bevorderen van burgerplatforms 62,1 67,6 68,0 69,2 Bevorderen van netwerkvorming voor specifieke groepen Zorgen voor goede buurtinformatie en buurtvoorlichting 66,3 76,5 70,0 74,1 75,6 78,7 80,8 82,7 Zorgen voor (vrijwillige) buurtbemiddeling 39,6 46,7 54,8 58,4 Bevorderen van (vrijwillig) buurtbeheer en buurttoezicht 54,8 58,6 59,6 61,2 Bevorderen dat bewoners zelf wijk-gedragscodes ontwikkelen 18,5 20,9 25,2 24,2 Bevorderen van buurt- en straatcontactactiviteiten 74,7 77,6 79,6 79,7 Anders, namelijk.. 26,1 25,0 20,5 23,9 De meest voorkomende activiteiten die gemeenten aanbieden, zijn net als voorgaande jaren: - bevorderen van burgerparticipatie bij lokale activiteiten; - stimuleren van eigen initiatieven van burgers; - zorgen voor goede buurtinformatie en buurtvoorlichting; - bevorderen van buurt- en straatcontactactiviteiten; - bevorderen van netwerkvorming voor specifieke groepen. Gemeenten ondernemen significant meer activiteiten om het sociale klimaat en de leefbaarheid in wijken en buurten te bevorderen. In 2007 waren dit gemiddeld 5,8 van bovenstaande activiteiten per gemeente, in ,1 activiteiten, in 2009 en in ,3 activiteiten. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
21 Veelvoorkomende antwoorden in de categorie anders zijn: direct contact met burgers op allerlei bijeenkomsten, via organisaties en verenigingen of via dorps- of wijkontwikkelingsplannen. 2.6 Prestatieveld 2 Preventieve ondersteuning jeugd In de prestatiegegevens wordt gevraagd welke faciliteiten gemeenten aanbieden bij opvoedondersteuning. Deze vraag past bij prestatieveld 2 (preventieve ondersteuning jeugd). Tabel 6 Biedt de gemeente onderstaande of andere faciliteiten bij opvoedondersteuning? Ja 2007 N = N = N = N = 387 Voorlichting 97,2 97,8 98,8 98,7 (Fysieke) plek voor opvoedondersteuningsvragen 82,2 81,7 87,4 94,3 Opvoedtelefoon of digitale opvoedondersteuning 51,0 58,0 65,0 79,7 Opvoedcursussen 89,8 92,6 91,4 91,1 Individuele begeleiding en ondersteuning 92,1 93,3 95,8 97,1 School-/jeugd-/gezinsmaatschappelijk werk 96,9 96,5 97,0 97,7 Kinderwerk en jongerenwerk 94,4 97,0 97,0 97,9 Zorg Advies Teams 89,8 93,8 98,0 96,4 Zorgcoördinatie 81,3 84,9 91,5 96,1 Anders, namelijk.. 32,2 31,6 29,4 38,8 Gemeenten bieden veel verschillende faciliteiten aan bij opvoedondersteuning. De faciliteiten die significant zijn toegenomen ten opzichte van 2009 zijn: (fysieke) plek voor opvoedondersteuningsvragen, opvoedtelefoon of digitale opvoedondersteuning zorgcoördinatie. De oprichting van Centra voor Jeugd en Gezin in gemeenten zal vooral verantwoordelijk zijn voor deze ontwikkeling. Gemeenten blijven ook meer faciliteiten voor opvoedondersteuning aanbieden. In 2007 boden gemeenten gemiddeld 7,7 van bovenstaande faciliteiten aan en in 2010 waren dit 8,5 faciliteiten. Veelvoorkomende antwoorden in de categorie anders betreffen de aanwezigheid van het CJG of (buurt)netwerken. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
22 2.7 Prestatieveld 3 Informatie en advies Prestatieveld 3 gaat over de informatie- en adviesfunctie in de Wmo. Voor de prestatiegegevens worden hier twee vragen over gesteld: over de diensten in het Wmoloket en over de faciliteiten aan cliëntondersteuning. Tabel 7 Welke Wmo-diensten worden aangeboden in het gemeentelijk loket/informatiepunt? Ja 2007 N = N = N = N = 388 Informatie Advies 95,5 99,0 99,8 98,7 Cliëntondersteuning 85,1 85,4 90,9 89,2 Bemiddeling 73,7 76,8 77,6 80,7 Doorverwijzing 99,0 99,3 99,8 99,2 Aanvragen (van voorzieningen) 97,2 97,3 98,5 96,9 Besluitvorming (over al dan niet toekennen van aanvragen) 57,8 56,0 60,8 60,3 Andere diensten, namelijk 28,1 28,7 27,6 24,7 Er worden veel diensten aangeboden in het loket. De variatie van diensten in het loket is in 2010 gelijk gebleven ten opzichte van In het loket worden gemiddeld 6,3 diensten aangeboden. De dienst die het minst vaak wordt aangeboden is besluitvorming (over al dan niet toekennen van aanvragen). Hierbij is het ook de vraag in hoeverre de besluitvorming plaats zou moeten vinden in het loket zelf. Andere diensten die genoemd worden zijn de aanwezigheid van bijzondere bijstand, het steunpunt mantelzorg in het loket en andere welzijnsdiensten die in het loket georganiseerd zijn. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
23 Tabel 8 Welke faciliteiten biedt of organiseert de gemeente op het terrein van cliëntondersteuning? Ja 2007 N = N = N = N = 388 Informatie en adviesverstrekking 99,2 99,0 99,5 99,0 Vraagverheldering 97,2 97,5 99,0 97,9 Bemiddeling 80,6 84,0 86,1 85,1 Verwijzing naar een indicatieorgaan 97,2 97,8 99,3 98,7 Verwijzing naar een door de gemeente gefinancierde ondersteunende organisatie of MEE-organisatie 96,5 98,0 99,5 99,5 Kortdurende of kortcyclische ondersteuning 53,0 61,2 71,3 69,8 Ondersteuning bij crisis 47,7 60,2 68,6 69,3 Monitoren en evaluatie van externe dienstverlening 42,7 45,4 53,0 53,4 Hulp bij klachten, bezwaar en beroep 61,3 64,9 66,1 64,9 Faciliteren van lotgenotencontact 41,7 51,6 58,2 61,6 Geven van voorlichting en cursussen in groepen 55,0 61,2 71,3 72,4 Groepsgewijze ondersteuning bij participatie in de samenleving 34,3 36,0 48,3 49,7 Andere faciliteiten, namelijk 7,9 11,4 8,4 10,3 Gemeenten bieden ook in 2010 meer faciliteiten voor cliëntondersteuning aan. De stijging van 2009 naar 2010 is echter niet zo groot als voorgaande jaren. In 2007 boden gemeenten 8 van bovenstaande faciliteiten aan, in 2008 was dit gestegen tot 8,6 in 2009 naar 9,1 en in 2010 bieden gemeenten 9,2 faciliteiten aan. Er zijn geen faciliteiten die gemeenten significant meer of minder zijn gaan aanbieden in Over de hele linie worden Groepsgewijze ondersteuning bij participatie in de samenleving, Monitoren en evalueren van externe dienstverlening en Faciliteren van lotgenotencontact nog het minst vaak aangeboden. Gemeenten die aangeven andere vormen van ondersteuning aan cliënten te bieden, noemen vooral financiële en andere vormen van (individuele) ondersteuning. 2.8 Prestatieveld 4 Mantelzorg en vrijwilligers Mantelzorgers en vrijwilligers spelen een centrale rol in de Wmo. Van mensen wordt verwacht dat ze eerst hulp zoeken in hun eigen omgeving voordat de professionele zorg in beeld komt. In de prestatiegegevens is gevraagd welke vormen van ondersteuning of welke faciliteiten gemeenten aanbieden om mantelzorgers te ondersteunen. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
24 Tabel 9 Biedt de gemeente onderstaande of andere ondersteuning en/of faciliteiten voor mantelzorgers? Ja 2007 N = N = N = N = 386 Respijtzorg thuis 81,9 84,9 86,5 90,1 Respijtzorg buitenshuis 61,6 67,2 68,0 67,8 Kinderopvang 23,2 25,6 22,3 20,6 Cursussen 82,1 85,5 90,1 89,5 Faciliteiten (parkeerkaarten, kortingspassen, enz.) 21,4 21,6 23,0 20,5 Vrijstelling sollicitatieplicht 36,9 37,1 40,2 36,5 Lotgenotencontact 86,4 91,1 92,4 94,3 Nazorg 64,0 67,0 72,7 76,6 Begeleiding/ondersteuning 91,0 96,0 96,3 98,7 Activiteiten gericht op ontspanning (niet zijnde respijtzorg) 77,4 83,5 85,2 87,8 Anders, namelijk.. 29,9 31,6 35,3 41,6 De meest voorkomende faciliteiten die gemeenten aanbieden, zijn net als voorgaande jaren: - begeleiding/ondersteuning; - lotgenotencontact; - respijtzorg thuis; - cursussen; - activiteiten gericht op ontspanning (niet zijnde respijtzorg). Gemeenten bieden in 2010 significant vaker respijtzorg thuis. Gemeenten met inwoners, de niet-stedelijke gemeenten zijn vaker respijtzorg thuis gaan aanbieden. Veel van de antwoorden in de categorie anders gaan over het organiseren van een mantelzorgdag, het hebben van een mantelzorgmakelaar of maatwerkafspraken. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
25 Op het gebied van ondersteuning voor vrijwilligers is gevraagd welke vormen van ondersteuning geboden worden. Daarnaast konden gemeenten de uitsplitsing maken naar vrijwilligers in de zorg, overige vrijwilligers en alle vrijwilligers samen. Tabel N = N = N = N = 386 Biedt de gemeente onderstaande of andere ondersteuning en/of faciliteiten voor vrijwilligers in de zorg en voor overige vrijwilligers? Alleen voor vrijwilligers in de zorg (% ja) Alleen voor overige vrijwilligers (% ja) Voor beiden (% ja) Kinderopvang 2,8 1,5 1,7 1,6 1,8 3,8 0,7 0,5 4,1 6,4 4,9 4,7 Deskundigheidsbe -vordering 4,8 5,7 5,2 5,0 9,1 7,4 3,9 2,9 69,8 73,9 78,3 77,0 Faciliteiten (parkeerkaarten, kortingspassen, 2,6 1,5 2,2 2,7 1,3 0,8 1,2 0,3 5,9 10,8 10,1 9,5 enz.) Vrijstelling sollicitatieplicht 5,1 4,9 6,2 3,7 1,8 1,5 0,7 0,8 15,0 16,7 18,9 20,4 Verzekering 3,6 3,7 1,2 1,3 7,9 5,0 5,2 4,7 37,2 76,3 90,8 92,0 Vrijwilligersonderscheiding/ prijzen/vrijwilliger van het jaar Anders, namelijk. 1,8 1,8 1,7 1,6 9,1 6,3 7,6 6,0 53,6 61,0 62,1 71,9 3,3 3,0 2,5 2,4 2,3 1,5 0,8 0,0 24,9 24,9 21,3 24,4 De meeste gemeenten bieden de meeste vormen van ondersteuning aan voor zowel vrijwilligers in de zorg als andere vrijwilligers. Er zijn relatief weinig gemeenten die voor één van de twee groepen een specifiek aanbod hebben. De vormen van ondersteuning die het meest vaak worden aangeboden zijn: - verzekering; - deskundigheidsbevordering; - vrijwilligersonderscheiding/prijzen/vrijwilliger van het jaar. Gemeenten zijn in 2010 meer gaan doen aan vrijwilligersonderscheiding. Dit geldt zowel voor vrijwilligers in de zorg als voor overige vrijwilligers. Het zijn de kleinere, minder stedelijke gemeenten die hier een significante groei laten zien in Andere vormen van ondersteuning zijn attenties voor vrijwilligers en allerlei andere vormen van waardering voor vrijwilligers. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
26 2.9 Prestatievelden 5 en 6 Bevorderen deelname en (individuele) voorzieningen In de prestatiegegevens komen drie vragen voor die gericht zijn op de prestatievelden 5 en 6: het bevorderen van deelname aan de samenleving en de algemene en individuele voorzieningen. Er is gevraagd naar de mate van afstemming met andere zorgfuncties in het kader van de AWBZ, het eigenbijdragebeleid en de hoogte van de eigen bijdragen N = N = N = N = 388 Afspraken met het CIZ Afspraken met aanbieders Afspraken met Transferpunt ziekenhuis Afspraken met Zorgkantoor Anders, namelijk.. Tabel 11 Goede Afstemming In hoeverre heeft de gemeente de hulp bij het huishouden afgestemd met zorgfuncties in het kader van de AWBZ? Redelijke afstemming Matige afstemming Geen afstemming ,5 42,8 42,6 36,5 33,3 33,9 28,2 23,4 11,6 12,2 12,1 14,7 7,6 11,4 17,1 25,4 58,4 63,9 64,9 60,7 31,2 28,9 25,4 25,7 4,8 4,2 4,0 5,9 5,5 3,0 5,7 7,7 40,9 39,8 44,2 47,3 33,2 35,8 31,1 25,2 13,9 11,4 10,9 13,4 12,0 12,9 13,8 14,1 21,9 20,5 21,4 17,7 29,7 23,0 23,2 20,8 19,7 19,5 19,2 22,9 28,6 37,0 36,2 38,6 22,7 20,6 18,9 15,8 5,0 2,4 5,4 5,3 2,1 3,2 3,6 2,1 70,2 73,8 72,1 76,8 De afname van afspraken die met het CIZ gemaakt worden, komt waarschijnlijk doordat de meerderheid van de aanvragen voor hulp bij het huishouden (77%) door de benchmarkgemeenten zelf geïndiceerd worden. Voor de Wmo-hulpmiddelen indiceren de benchmarkgemeenten 74% zelf. Ongeveer 61% van de gemeenten heeft goede afstemming met de aanbieders van hulp bij het huishouden. Dit is minder dan voorgaande jaren. Het percentage gemeenten dat geen afstemming heeft met de aanbieders wat betreft de zorgfuncties AWBZ is toegenomen naar bijna 8%. Mogelijk zijn dit gemeenten die in regioverband (meerjaren)afspraken hebben gemaakt en de afstemming op regionaal niveau plaats laten vinden. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
27 Gemeenten noemen met name organisaties zoals MEE, andere indicatieorganisaties (niet CIZ) en de Sociale Verzekeringsbank (SVB) als andere organisaties waarmee zij te maken hebben in het kader van AWBZ-zorgfuncties. Tabel 12 Voor welke individuele voorzieningen geldt een eigen bijdrage? Ja 2007 N = N = N = N = 386 Hulp bij het huishouden 100,0 99,8 99,8 100,0 Roerende zaken, niet zijnde een individuele vervoersvoorziening 26,1 28, ,8 Onroerende woonvoorziening 49,0 50,5 53,0 55,4 Individuele vervoersvoorziening 33,3 35,1 39,4 42,5 Andere voorziening, namelijk.. 11,8 5,4 8,2 7,5 Alle gemeenten vragen een eigen bijdrage voor de hulp bij het huishouden. Gemeenten vragen steeds vaker een eigen bijdrage voor andere individuele voorzieningen. Behalve voor roerende zaken 2 zijn dit geen significante of aantoonbare veranderingen. Ten slotte is gevraagd naar de hoogte van de eigen bijdragen. Vrijwel alle gemeenten hanteren de normen voor de hoogte van de eigen bijdragen, de inkomensgrenzen en het verhogen van de eigen bijdragen zoals die staan in het Besluit maatschappelijke ondersteuning Prestatieveld 7 Maatschappelijke opvang en vrouwenopvang Prestatieveld 7 van de Wmo gaat over vrouwenopvang, maatschappelijke opvang en preventieve activiteiten in het kader van huiselijk geweld. Bij de prestatievelden 7, 8 en 9 wordt het onderscheid gemaakt tussen centrum- en regiogemeenten. Centrumgemeenten voeren in hun regio extra taken uit in het kader van maatschappelijke opvang en/of vrouwenopvang en krijgen hier middelen voor. Met regiogemeenten worden bedoeld de gemeenten die geen centrumgemeente zijn. Allereerst is voor de prestatiegegevens gevraagd naar het aantal plaatsen in de vrouwenopvang en maatschappelijke opvang. 2 Het begrip roerende zaken is niet gedefinieerd in de Handreiking Prestatiegegevens Wmo, augustus 2007, 2 e versie, maar in andere onderzoeken wordt hier wel onder verstaan woonvoorzieningen die niet vastzitten aan het huis zoals een douchestoel, toiletstoel of badlift. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
28 Tabel 13 Zijn er in de gemeente (of regio waartoe de gemeente behoort) voldoende plaatsen voor de maatschappelijke opvang of vrouwenopvang? Voldoende plaatsen 2007 N = N = N = N = 383 Maatschappelijke opvang 49,9 63,1 67,7 70,9 Vrouwenopvang 60,3 69,0 69,6 71,0 In 2010 is het aantal gemeenten dat aangeeft dat er voldoende plaatsen zijn in de maatschappelijke opvang en vrouwenopvang toegenomen. De verschillen tussen centrumgemeenten en regiogemeenten zijn als volgt: Tabel 14 Verschillen tussen centrumgemeenten en regiogemeenten Voldoende plaatsen 2007 N = N = N = N = 383 Maatschappelijke opvang - centrumgemeenten - regiogemeenten 26,2 51,8 52,5 64,1 51,2 69,7 57,1 72,6 Vrouwenopvang - centrumgemeenten - regiogemeenten 52,9 59,4 57,6 69,3 50,0 72,0 44,1 73,6 Als we kijken naar centrumgemeenten zien we dat er in 2010 meer centrumgemeenten zijn die aangeven dat er voldoende plaatsen zijn in de maatschappelijke opvang dan in Dit is echter geen significante stijging. Het aantal centrumgemeenten dat aangeeft dat er voldoende plaatsen zijn voor de vrouwenopvang is echter gedaald. Dit is ook niet significant. Voor de regiogemeenten geldt dat meer gemeenten aangeven dat er voldoende plaatsen zijn, zowel in de maatschappelijke opvang als in de vrouwenopvang. Deze stijging is echter niet significant. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
29 2007 N = N = N = N = 388 Tabel 15 Welke activiteiten onderneemt de gemeente en/of de regio waartoe de gemeente behoort, om vrouwenopvang te bevorderen en om huiselijk geweld te voorkomen en tegen te gaan? Gemeente Regio Gemeente en regio samen Beschikbaar stellen van 4,3 1,7 1,5 1,0 71,2 70,3 73,6 73,4 19,1 25,9 24,7 25,1 opvangvoorzieningen Ketensamenwerking 6,6 2,5 3,2 2,1 40,1 37,3 39,0 32,5 49,2 59,3 57,1 65,5 Casusoverleg 16,1 11,3 10,6 10,9 34,7 33,8 34,3 28,8 32,9 48,6 51,9 57,8 Er wordt gewerkt met casemanagers Steunpunt huiselijk geweld Er vindt voorlichting plaats ter preventie van huiselijk geweld Andere activiteiten, namelijk. 11,6 8,6 8,0 8,1 37,5 39,4 45,4 38,1 18,5 36,4 36,9 43,0 4,6 2,5 3,2 2,3 61,7 62,8 65,3 63,0 28,7 34,0 30,9 33,3 7,4 4,0 3,7 4,2 38,3 38,9 39,1 34,6 42,9 52,5 52,7 52,9 7,5 5,7 4,9 6,3 9,2 9,6 6,5 10,0 10,5 17,2 17,9 22,5 Opvang en de aanpak van huiselijk geweld zijn bij uitstek onderwerpen die in samenwerking met andere gemeenten uitgevoerd worden. Het onderscheid tussen centrum- en regiogemeenten zorgt ervoor dat er drie mogelijkheden zijn: gemeenten die de activiteiten zelf ondernemen, gemeenten die samen met de regio activiteiten ondernemen en gemeenten die alleen via de regio activiteiten ondernemen. Door dit onderscheid te hanteren kunnen we uitspraken doen over de mate waarin de nietcentrumgemeenten ook zelf activiteiten ondernemen. Alle genoemde activiteiten worden in 95%-100% van de gemeenten aangeboden. Een uitzondering vormt het werken met casemanagers. Dit wordt in ongeveer 90% van alle gemeenten gedaan. Veel gemeenten kiezen voor de regionale aanpak. In 2010 is te zien dat de gemeente en de regio meer samen zijn gaan optrekken en dat er meer gezamenlijke activiteiten ondernomen worden, in vergelijking met eerdere jaren. Daarnaast is er in 2010 een sterke stijging in de gezamenlijke aanpak van ketensamenwerking en casusoverleg. Steeds meer niet-centrumgemeenten ontplooien zelf activiteiten voor de prestatievelden 7, 8 en 9, boven op het aanbod van de centrumgemeenten. Waar in 2008 voor bijna alle activiteiten een groei was te zien bij niet-centrumgemeenten, geldt deze groei in 2009 en in 2010 in niet-centrumgemeenten alleen nog voor enkele activiteiten. In 2010 geldt dit alleen nog voor casusoverleg en of er gewerkt wordt met casemanagers. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
30 Andere activiteiten die genoemd worden, zijn meldpunten, voorzorg- en nazorgtrajecten en activiteiten rond het tijdelijk huisverbod Prestatieveld 8 OGGz Tabel N = N = N = N = 388 Welke activiteiten onderneemt de gemeente en/of de regio waartoe de gemeente behoort, om de openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGz) te bevorderen en om dak- en thuisloosheid tegen te gaan? Gemeente Regio Gemeente en regio samen Vroegsignalering en preventie 14,7 10,0 7,9 10,1 26,9 25,9 20,2 17,9 50,5 62,7 70,6 71,0 Meldpunt voor signalen van crisis of dreiging van 13,5 9,0 7,4 8,5 42,4 39,5 36,3 36,1 35,0 48,0 51,9 52,8 crisis Opsporen van kwetsbare personen 13,5 11,9 12,3 14,0 26,2 28,6 22,7 19,5 38,7 49,8 55,3 59,7 Contact leggen en contact houden met opgespoorde personen en hen toeleiden 16,2 11,7 11,4 10,9 28,7 31,3 24,3 24,5 42,9 53,5 59,4 61,8 naar zorg/hulpverlening Bij terugval/uitval mensen opnieuw opsporen 12,5 11,8 10,5 11,9 32,4 32,8 29,2 30,1 29,1 40,4 45,9 46,5 Een OGGz-platform/ overleg met de betrokken partijen onder regie van de 16,6 14,2 12,5 14,9 35,5 37,1 38,2 34,3 25,5 32,1 39,7 40,7 gemeente Afspraken met organisaties over de uitvoering van de OGGz (bevorderen van de 15,5 9,1 5,7 8,4 35,4 35,8 35,2 29,9 35,4 50,3 56,1 59,8 ketensamenwerking) Bureau schuldhulpverlening 46,2 39,1 42,5 44,7 18,8 15,8 13,8 17,3 28,4 42,4 41,2 35,7 Meldpunt overlast 23,2 20,6 20,5 21,0 31,6 36,6 31,5 32,5 25,2 28,4 33,0 36,4 Informatieloket voor daken thuislozen Afspraken met woningbouwcorporaties over huisuitzettingen Individuele trajectplannen voor dak- en thuislozen 6,1 3,9 4,7 3,4 46,2 56,8 57,6 62,1 8,2 12,3 14,1 13,5 47,3 41,5 42,4 42,5 10,1 11,1 9,7 8,2 27,8 41,2 41,2 44,3 5,9 6,1 7,6 3,9 43,7 51,8 52,4 58,3 13,3 23,6 26,7 24,4 Het merendeel van de activiteiten op het gebied van de openbare geestelijke gezondheidszorg wordt in samenwerking met andere gemeenten uitgevoerd. Vergeleken met prestatieveld 7 ondernemen gemeenten vaker eigen activiteiten op het gebied van OGGz. SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
31 Alle genoemde activiteiten worden in 85%-100% van de gemeenten aangeboden. Een uitzondering vormt het informatieloket voor dak- en thuislozen dat door 79% van alle gemeenten genoemd wordt. Ook hier geldt dat de activiteiten door de gemeente zelf geboden worden, door de regio of door de gemeente en de regio samen. De activiteiten die in 2010 het meest vaak genoemd worden, zijn: - vroegsignalering (99,0%); - Bureau Schuldhulpverlening (97,7%); - afspraken met organisaties over de uitvoering van de OGGz, bevorderen van de ketensamenwerking (98,2%); - meldpunt voor signalen van crisis of dreiging van crisis (97,4%); - contact leggen en contact houden met opgespoorde personen en hen toeleiden naar zorg/hulpverlening (97,2%). De toename van deze activiteiten in niet-centrumgemeenten treedt alleen op voor enkele activiteiten en niet meer over de hele breedte. De breedte van het aanbod voor niet-centrumgemeenten (het aantal van bovenstaande activiteiten ten opzichte van het maximale aantal activiteiten) is toegenomen. Eén op de drie niet-centrumgemeenten is een extra activiteit gaan uitvoeren Prestatieveld 9 Verslavingsbeleid In de prestatiegegevens zijn twee vragen opgenomen over de ondersteuning voor verslaafden en over het verslavingsbeleid van gemeenten. Tabel 17 Welke ondersteuning en/of faciliteiten biedt de gemeente en/of de regio waartoe de gemeente behoort, voor de maatschappelijke zorg voor verslaafden en voor de beperking van de overlast door verslaving? 2007 N = N = N = N = 387 Gemeente Regio Gemeente en regio samen Opvanglocatie 7,4 2,2 2,5 3,1 68,8 74,6 73,8 76,5 17,3 18,4 19,3 17,3 Activering 10,5 5,5 7,5 7,0 54,8 58,9 56,9 56,5 25,5 30,3 31,9 33,4 Vangnet bemoeizorg Toeleiding naar zorg Time-outvoorziening Anders, namelijk 13,5 7,0 7,0 6,8 44,5 48,3 44,8 43,8 33,6 40,5 46,3 48,2 11,2 5,3 5,0 4,9 40,6 41,1 38,9 36,5 41,1 51,1 54,6 57,6 4,3 1,5 2,5 2,4 47,2 58,5 58,9 60,1 5,9 8,9 6,5 9,3 3,9 1,6 2,4 3,6 3,5 3,8 9,6 6,4 2,5 5,4 2,4 4,3 SGBO HORIZONTALE VERANTWOORDING WMO OVER
Horizontale verantwoording Wmo over 2008
Horizontale verantwoording Wmo over 2008 Verzameling van gegevens over de prestaties van gemeenten en de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning Horizontale verantwoording Wmo over
Nadere informatieHorizontale verantwoording Wmo over Rapport prestatiegegevens gemeenten en tevredenheid vragers van maatschappelijke ondersteuning
Horizontale verantwoording Wmo over 2009 Rapport prestatiegegevens gemeenten en tevredenheid vragers van maatschappelijke ondersteuning Herziene versie d.d. 30 november 2010 Horizontale verantwoording
Nadere informatieHorizontale verantwoording Wmo over 2011
Horizontale verantwoording Wmo over 2011 Verzameling van gegevens over de prestaties van gemeenten en de tevredenheid van vragers van maatschappelijke ondersteuning Horizontale verantwoording Wmo over
Nadere informatieBijlagen Quickscan Rekenkameronderzoek Wmo-beleid
Bijlagen Quickscan Rekenkameronderzoek Wmo-beleid Bijlagen Rekenkamercommissie Middelburg, Terneuzen en Vlissingen BMC 10 juni 2011 M.M. de Jong MSc en drs. A.W.C.A. Richt Projectnummer: 401027 Correspondentienummer:
Nadere informatiePrestatiegegevens Wmo 2008 gemeente Vlaardingen
apportage Prestatiegegevens WMO (Vlaardingen) Page 1 of 10 Prestatiegegevens Wmo 2008 gemeente Vlaardingen 2. Hoe werkt de gemeente aan de kwaliteit van de in het kader van de Wmo geleverde producten en
Nadere informatieHandreiking Prestatiegegevens Wmo
Handreiking Prestatiegegevens Wmo Maart 2014, versie 6 Colofon Samenstelling Ministerie van VWS Deze handreiking is geschreven in opdracht van het ministerie van VWS en de VNG. Aan de totstandkoming van
Nadere informatiePrestatiegegevens Wmo 2014
Prestatiegegevens Wmo 2014 http://survey.sgbo.nl/surveys/arthur/prestatiegegevens-wmo- 2015/946ebf9fd2f74a89b4ef936991b0ad43/ Filled maandag, juni 22, 2015 Vraag 1 1. Basisgegevens gemeente De handreiking
Nadere informatiePRESTATIE-INDICATOREN Wmo Gemeente Brunssum
PRESTATIE-INDICATOREN Wmo 2009 Gemeente Brunssum Gemeente Heerlen Bureau Onderzoek & Statistiek Heerlen, Juni 2010 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING 1. Inleiding 1 1.1 Aanleiding en vraagstelling 1 1.2 Doel
Nadere informatieWmo monitor Noord-Beveland. Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2008
Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2008 Middelburg, mei 2008 Colofon Scoop 2008 Samenstelling Inge van der Tak Peter van Kooten Wim van Gorsel in opdracht van College Zorg en Welzijn
Nadere informatieWmo monitor Hulst. Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2008
Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2008 Middelburg, mei 2008 Colofon Scoop 2008 Samenstelling Inge van der Tak Peter van Kooten Wim van Gorsel in opdracht van College Zorg en Welzijn
Nadere informatiePRESTATIE-INDICATOREN Wmo 2012
PRESTATIE-INDICATOREN Wmo 2012 Gemeente Heerlen Bureau Onderzoek & Statistiek Heerlen, Augustus 2013 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 1 1.1 Aanleiding en vraagstelling 1 1.2 Doel en probleemstelling 1 1.3 Onderzoeksopzet
Nadere informatieMieke Jansma.
Prestatiegegevens Wmo 2014 Created dinsdag, juni 30, 2015 Updated vrijdag, juli 03, 2015 http://survey.sgbo.nl/surveys/arthur/prestatiegegevens-wmo-2015/5d489f88f5e14579faec311358105c78/ Vraag 1 1. Basisgegevens
Nadere informatiePrestatiegegevens Wmo 2014 gemeente Heeze-Leende
mhtml:file://c:\documents and Settings\ckoo\Local SettingsYTemporary Internet File... 14-10-2015 Rapportage Prestatiegegevens WM (Heeze-Leende) Page 1 of 10 Prestatiegegevens Wmo 2014 gemeente Heeze-Leende
Nadere informatieDoetinchem Inwonerklasse Benchmark
Doetinchem Inwonerklasse Benchmark Doetinchem Gemiddelde klasse 3: Gemiddelde benchmark 50.000 tot 100.000 inwoners Waarborgen voor kwaliteit (0.2) Cliëntondersteuning 2 items 2,7 1,9 Indicatiestelling
Nadere informatieI Postbus 1501 3 100 EA SCHIEDAM
gemeente Schiedam Biirgemeester en wethouders I Postbus 1501 3 100 EA SCHIEDAM Stadseif 1 Aan de geineenteraad van Schiedain F 010 246 53 51 UIV KEmlER>: UW BRIEF VAN ONDERWERP ~restatie~e~evens 2008 ONS
Nadere informatieWet maatschappelijke ondersteuning
Wet maatschappelijke ondersteuning Benchmark en cliënttevredenheidonderzoek 2007 Gemeente Dalfsen juni 2008 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Uitkomsten Benchmark en de thema s binnen de Wmo.... 4 Algemeen...
Nadere informatieWmo monitor Hulst. Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009
Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009 Middelburg, juni 2009 Colofon Scoop 2009 Samenstelling Peter van Kooten Wim van Gorsel in opdracht van College Zorg en Welzijn Scoop Zeeuws instituut
Nadere informatieHerstel en rehabilitatie in het licht van herziening zorgstelsel
Herstel en rehabilitatie in het licht van herziening zorgstelsel Hanneke Henkens Congres Herstelwerkzaamheden 14 december 2006 WMO, WIA, WWB, Poortwachter AWBZ ZVW Forensisch wettelijk kader GGz Maatschappelijke
Nadere informatieRegionale Wmo Monitor 2010
Regionale Wmo Monitor 2010 Onderzoek en Statistiek Gemeente s-hertogenbosch Juni 2011 De Regionale Wmo-monitor is tot stand gekomen door een samenwerking van de gemeenten s-hertogenbosch,,,,, Sint-Michielsgestel
Nadere informatieWmo monitor Sluis. Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009
Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009 Middelburg, juni 2009 Colofon Scoop 2009 Samenstelling Peter van Kooten Wim van Gorsel in opdracht van College Zorg en Welzijn Scoop Zeeuws instituut
Nadere informatieWmo monitor Onderzoek klanttevredenheid en prestatiegegevens
Wmo monitor Onderzoek klanttevredenheid en prestatiegegevens Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2011 Gemeente Tholen Middelburg, juni 2012 Colofon Scoop 2012 Samenstelling Peter van Kooten Wim van
Nadere informatieSamenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013
Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Het KTO is een wettelijke verplichting wat betreft de verantwoording naar de Gemeenteraad
Nadere informatieWmo monitor Terneuzen. Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009
Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009 Middelburg, juni 2009 Colofon Scoop 2009 Samenstelling Peter van Kooten Wim van Gorsel in opdracht van College Zorg en Welzijn Scoop Zeeuws instituut
Nadere informatieRapportage Wmo 2014 1
Rapportage Wmo 2014 1 INHOUD 1. Leeswijzer 2. Horizontale verantwoording 2014 3. Resultaten 3.1. Prestatiegegevens Wmo 3.2. Het Sociaal Loket 3.3. Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 3.4. Overige acties 3.5.
Nadere informatieWmo monitor Schouwen-Duiveland. Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009
Uitkomsten tevredenheidsonderzoek en prestatiegegevens 2009 Middelburg, juni 2009 Colofon Scoop 2009 Samenstelling Peter van Kooten Wim van Gorsel in opdracht van College Zorg en Welzijn Scoop Zeeuws instituut
Nadere informatieSamenvatting basisbenchmark en cliënttevredenheidsonderzoek individuele voorzieningen Wmo
Samenvatting basisbenchmark en cliënttevredenheidsonderzoek individuele voorzieningen Wmo Inleiding Hoewel het gaat om twee afzonderlijke onderzoeken is vanwege de samenhang (de Wmo) ervoor gekozen om
Nadere informatie9 WMO Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Over de auteur: Wicher Pattje Wicher Pattje is oud-wethouder van de gemeente Groningen en beleidsadviseur in de sociale sector, gericht op overheden en non-profit instellingen. Voor meer informatie: www.conjunct.nl.
Nadere informatieTabel B2.1 Bespreking van beleidsterreinen in de gemeentelijke Wmo-visie naar stedelijkheidsklasse (in procenten; n = 348)
Erratum Abusievelijk zijn verkeerde gegevens terechtgekomen in het rapport. In tabel 2.5 (p. 21) staan afrondingsfouten in de percentages die aangeven of de samenwerking met andere gemeenten op het betreffende
Nadere informatieBijlagenboek. Bijlage 1: Geraadpleegde bronnen. We hebben de volgende documenten bestudeerd:
Bijlagenboek Bijlage 1: Geraadpleegde bronnen We hebben de volgende documenten bestudeerd: - Voorlopig advies Wmo-beleidsplan Platform Gehandicapten Gorinchem d.d. 31-07-06 en bestuurlijke reactie hierop
Nadere informatieDe Wmo adviesraad en het gemeentelijk beleid
De Wmo adviesraad en het gemeentelijk beleid Alle hens aan dek Presentatie door Gerda van der Lee, Voorzitter Wmo adviesraad s-hertogenbosch 12 maart 2013 De Wet Maatschappelijke Ondersteuning wil dat
Nadere informatieMaatwerksamenvatting Resultaten Benchmark Wmo Gemeente Almere
Maatwerksamenvatting Resultaten Benchmark Wmo 2013 Gemeente Almere Inleiding De gemeente Almere heeft in 2013 deelgenomen aan de Benchmark Wmo, inclusief de module Individuele Voorzieningen. In deze samenvatting
Nadere informatieMANAGEMENTSAMENVATTING GEMEENTE HOUTEN
BENCHMARK W MO 2007 BASISBENCHMARK MANAGEMENTSAMENVATTING GEMEENTE HOUTEN 1 MANAGEMENTSAMENVATTING GEMEENTE HOUTEN De Basisbenchmark Wmo maakt prestaties van gemeenten over alle prestatievelden van de
Nadere informatieNatuurlijk... NUTH. NUTH... Natuurlijk DE WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING (WMO)
DE WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING (WMO) Natuurlijk... NUTH NUTH... Natuurlijk Gemeente Nuth - Deweverplein 1 - Postbus 22000-6360 AA Nuth - 045-5659100 - www.nuth.nl VOORWOORD wethouder J.J.C van den
Nadere informatieRapportage Wmo-benchmark 2008
** Concept 20 mei 2009 Sectie wz Rapportage Wmo-benchmark 2008 April 2009 Auteur(s): C. Jansens ism WZ en SoZa INHOUD 1. Horizontale verantwoording 2. Samenvatting resultaten 3. Conclusie Pagina 2 van
Nadere informatieRegeling burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Burgemeester en wethouders van de gemeente Hellendoorn gelet op de verplichting tot burgerparticipatie in het kader van de artikel 1 1 en 1 2 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning gelet op artikel
Nadere informatieRapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss
Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Rapport tevredenheid burgers Wmo Gemeente Oss Juni 2008 COLOFON Samenstelling Michelle Rijken Mark Gremmen Vormgeving binnenwerk Roelfien Pranger Druk HEGA
Nadere informatieINHOUD 1. Leeswijzer 2. Horizontale verantwoording Resultaten 3.1. Prestatiegegevens 3.2. Onderzoek naar dienstverlening Wmo 3.3.
Rapportage Wmo 2012 INHOUD 1. Leeswijzer 2. Horizontale verantwoording 2012 3. Resultaten 3.1. Prestatiegegevens 3.2. Onderzoek naar dienstverlening Wmo 3.3. Overige acties 3.4. Conclusie 4. Vooruitblik
Nadere informatieVragenlijst gemeentelijk Wmo-beleid 2008
Vragenlijst gemeentelijk Wmo-beleid 2008 U kunt deze enquête ook gemakkelijk invullen op internet: Website: www.interview-unit.nl Login: Wachtwoord: Voor u begint Graag een blauwe
Nadere informatieActieplan behorend bij Beleidsplan WMO 2007-2011. Prestatieveld 1: Maatschappelijke Samenhang en Leefbaarheid
Actieplan behorend bij Beleidsplan WMO 2007-2011 Kolommen: De kolom Middelen : ruime omschrijving, naast financiele middelen ook bijvoorbeeld personele middelen Prestatieveld 1: Maatschappelijke Samenhang
Nadere informatieNr.: 6 Onderwerp: Vaststellen Verordening Wmo-raad Lopik. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.
Nr.: 6 Onderwerp: Vaststellen Verordening Wmo-raad Lopik De raad van de gemeente Lopik; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2009; gehoord hebbende de inspraakreactie in
Nadere informatieRapportage Wmo-benchmark 2011
Rapportage Wmo-benchmark 2011 Wmo in balans November 2011 Auteur(s): M. Barends en C. Jansens INHOUD 1. Horizontale verantwoording 2. Samenvatting resultaten 2.1. Basisbenchmark 2.2. Rapport Individuele
Nadere informatieBenchmark Wmo Rapport Basisbenchmark Gemeente Maassluis 17 November SGBO Postbus HE Den Haag
Benchmark Wmo 008 Rapport Basisbenchmark Gemeente Maassluis 7 November 008 SGBO Postbus 0 0 HE Den Haag 070 0 800 VOORWOORD De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is per januari 007 ingegaan. De
Nadere informatieAangewezen gegevens als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder b, van de wet zijn:
Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 14 december 2006, nr. DMO/SFI 2733429, houdende het aanwijzen van een rechtspersoon, instellingen en gegevens, regels met betrekking
Nadere informatieWmo beleidsplan 2013 INLEIDING
December 2012 INLEIDING Het beleidsplan Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) 2008-2011 heeft een wettelijk bepaalde werkingsduur van vier jaren. In 2012 is besloten dit beleidsplan met één jaar te
Nadere informatieRapportage Wmo-benchmark 2010 en Klanttevredenheidsonderzoek individuele voorzieningen
** Concept 15 december 2010 Sectie soza/wz Rapportage Wmo-benchmark 2010 en Klanttevredenheidsonderzoek individuele voorzieningen De Wmo op koers! Oktober 2010 Auteur(s): I. Avontuur en C. Jansens INHOUD
Nadere informatieSamenvatting Benchmark Wmo 2012
Samenvatting Benchmark Wmo 2012 Gemeente Helmond heeft in 2012 samen met 123 andere gemeenten deelgenomen aan de Benchmark Wmo. Hiervan hebben 69 gemeenten, inclusief Helmond, naast de basisbenchmark meegedaan
Nadere informatieWet Maatschappelijke Ondersteuning ( Wmo) Wmo-raad Westland
Wet Maatschappelijke Ondersteuning ( Wmo) Wmo-raad Westland Wmo Wie of wat is de Wmo? Wet maatschappelijke ondersteuning. Deze wet is op 1 januari 2007 ingevoerd. - Zorgt ervoor dat iedereen zo lang mogelijk
Nadere informatieDE GGZ IN DE 9 PRESTATIEVELDEN
WMO W A A I E R Obstakels - Voorwaarden en Aanbevelingen DE GGZ IN DE 9 PRESTATIEVELDEN 1 Het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid van dorpen wijken en buurten Obstakels Isolement Vooroordelen
Nadere informatieWet maatschappelijke ondersteuning. Voorlichtingsbijeenkomsten voor inwoners van Bernheze in oktober/november 2006
Wet maatschappelijke ondersteuning Voorlichtingsbijeenkomsten voor inwoners van Bernheze in oktober/november 2006 Doel informatieavonden: U informeren over de betekenis van de Wmo. U informeren over de
Nadere informatieons kenmerk Wmo
Gemeente Heerhugowaard Aan mevrouw L. Waltmann - van Andel Postbus 390 1700 AJ HEERHUGOWAARD doorkiesnummer (070) 310 3883 uw kenmerk datum 8 november 2013 onderwerp Samenvatting Benchmark Wmo 2013 ons
Nadere informatieSGBO Korte Houtstraat 20 A-B Postbus 10242 2501 HE Den Haag Telefoon 070 310 38 00 wmo@sgbo.nl www.benchmarkwmo.nl www.sgbo.nl
COLOFON JAARPUBLICATIE BENCHMARK WMO 2009 November 2009 SAMENSTELLING Wendy van Beek (eindredactie) Nelleke de Bruin Anja van Lonkhuijzen Lieke Salomé VORMGEVING Mooijekind Ontwerpers, Loenen (Gld) DRUKWERK
Nadere informatieHorizontale verantwoording Wet maatschappelijke ondersteuning. Hoe doen we het? Hoe doen we het landelijk? uitgave juli 2009
Horizontale verantwoording Wet maatschappelijke ondersteuning 2008 Hoe doen we het? Hoe doen we het landelijk? uitgave juli 2009 Horizontale verantwoording Wet maatschappelijke ondersteuning 2008 2 Inhoud
Nadere informatieVERORDENING WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM
VERORDENING WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM Vastgesteld: 19 juli 2007 VR2007/075 Inwerking: 01 augustus 2007 Artikel 1 Begripsomschrijvingen a. de gemeente: Schiedam b. de raad: de gemeenteraad van de gemeente
Nadere informatieRegionale Wmo Monitor
Regionale Wmo Monitor Regionale Wmo Monitor Onderzoek en Statistiek Gemeente s-hertogenbosch Februari 2009 De Regionale Wmo-monitor is tot stand gekomen door een samenwerking van de gemeenten s-hertogenbosch,,,,,
Nadere informatieons kenmerk Wmo
Gemeente Heerhugowaard Aan mevrouw L. Waltmann - Van Andel Postbus 390 1700 AJ HEERHUGOWAARD doorkiesnummer (070) 310 3883 uw kenmerk datum 30 oktober 2012 onderwerp Samenvatting Benchmark Wmo 2012 ons
Nadere informatieHOOFDSTUK 1 INLEIDING 2 HOOFDSTUK 2 IN 2010 BEREIKTE RESULTATEN 3
INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDING 2 HOOFDSTUK 2 IN 2010 BEREIKTE RESULTATEN 3 2.1 Inleiding 3 2.2 Uitvoering Wmo beleidsplan 4 2.3 Prestatiegegevens 10 2.4 Klanttevredenheidsonderzoek 10 HOOFDSTUK 3
Nadere informatieJAARVERSLAG WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM 2010-2011
JAARVERSLAG WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM 2010-2011 Inleiding Sinds 1 januari 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van kracht. Het doel van de wet is dat iedereen kan meedoen in de maatschappij,
Nadere informatieWmo monitor Hulst
Wmo monitor 2010 Hulst Middelburg, juli 2010 1 Colofon Scoop 2010 Samenstelling Wim van Gorsel Peter van Kooten Jolanda van Overbeeke-van Sluijs Scoop Zeeuws instituut voor sociale en culturele ontwikkeling
Nadere informatieCOLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014. Te besluiten om:
COLLEGEVOORSTEL Onderwerp Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014 Te besluiten om: 1. De resultaten van het klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014 in het kader van artikel 9 Wmo juncto artikel 8.9 vierde lid
Nadere informatieBijlage 1 Vragenlijst websurvey
Bijlage 1 Vragenlijst websurvey Wmo monitor 2011 - uw organisatie Vraag 1 Welk type organisatie vertegenwoordigt u? (meerdere antwoorden mogelijk) Professionele organisaties Welzijnsorganisatie Vrijwilligerscentrale
Nadere informatieHll lllllllllllllllllllllllllllllllilllllll /10/2012
Beleid Cluster Maatschappij (071)54 54 838 ppaardekoper@leiderdorp.nl Ingekomen: Afdeling ; Kopie ; Cj rif Hll lllllllllllllllllllllllllllllllilllllll 2012.06557 26/10/2012 Gemeente Leiderdorp A Aan de
Nadere informatieSociaal kwetsbare burgers in Eersel. Antje Eugster Onderzoeksfunctionaris
Sociaal kwetsbare burgers in Eersel Antje Eugster Onderzoeksfunctionaris Prestatievelden Wmo 1. Het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid dorpen 2. Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen
Nadere informatieFactsheet Veranderingen in de Zorg 2015 (AWBZ, LIZ, Zvw en Wmo):
Factsheet Veranderingen in de Zorg 2015 (AWBZ, LIZ, Zvw en Wmo): Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ): Collectieve Volksverzekering voor ziektekostenrisico s, waarvoor je je niet individueel kunt
Nadere informatie3 De WMO in zicht in de regio Gelre-IJssel
3 De WMO in zicht in de regio Gelre-IJssel SAMENVATTING Voor een goede ontwikkeling van beleid op het gebied van de WMO alsmede voor evaluatie van gevoerd beleid, zijn cijfers onontbeerlijk. De afdeling
Nadere informatieGEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Houten; gelet op de Algemene subsidieverordening gemeente Houten; besluit vast te stellen de Subsidieregeling beoordelingscriteria en verplichtingen:
Nadere informatieFactsheet. Uitleg over cliëntondersteuning De cliëntenraad aan zet
Factsheet Uitleg over cliëntondersteuning De cliëntenraad aan zet Colofon Uitgave Landelijke Cliëntenraad Postbus 95966 2509 CZ Den Haag T (070) 3499790 www.landelijkeclientenraad.nl info@lcr-suwi.nl Auteurs
Nadere informatieVerslag Klanttevredenheidsonderzoek 2007 Gemeente Heusden
Resultaten Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2007 Verslag Klanttevredenheidsonderzoek 2007 Gemeente Heusden KTO Wmo 2007 1 Resultaten Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2007 Inleiding Introductie Op 1 januari
Nadere informatieInteractief bestuur. Omnibus 2015
Interactief bestuur Omnibus 2015 O&S April 2016 Samenvatting In september/oktober 2015 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek van de gemeente s- Hertogenbosch een omnibusonderzoek gehouden. In dit
Nadere informatieBenchmark Wmo 2010. Resultaten over 2009, Basisbenchmark. Gemeente HOUTEN. SGBO Postbus 10242 2501 HE Den Haag 070 310 3883
Benchmark Wmo 2010 Resultaten over 2009, Basisbenchmark Gemeente HOUTEN SGBO Postbus 10242 2501 HE Den Haag 070 310 3883 VOORWOORD Na ruim drie jaar Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is een veelgehoorde
Nadere informatieBenchmark Wmo 2012 Resultaten over het jaar 2011
Benchmark Wmo 2012 Resultaten over het jaar 2011 2 Wmo in beeld Resultaten Benchmark Wmo 2011 Benchmark Wmo 2012 Resultaten over het jaar 2011 De Benchmark Wmo bestaat vijf jaar en is uitgegroeid tot het
Nadere informatieRapport Onderzoek Toegang Wmo 2015
Z Rapport Onderzoek Toegang Wmo 2015 Maart 2015 In opdracht van het Transitiebureau Wmo Team Kennisnetwerk Wmo Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Over het onderzoek 3 3. De resultaten 4 3.1 Omvang deelnemende
Nadere informatieHerijking subsidierelatie ONIS: opdracht aan ONIS
Bijlage 2 Bestuursrapportage uitvoeringsplannen Beleidsplan Wmo 2012-2015 Asten-Someren Herijking subsidierelatie ONIS: opdracht aan ONIS Inleiding In het kader van de kerntakendiscussie is besloten dat
Nadere informatieMANAGEMENTSAMENVATTING MANTELZORG & VRIJWILLIGERS GEMEENTE HOUTEN
MANAGEMENTSAMENVATTING MANTELZORG & VRIJWILLIGERS GEMEENTE HOUTEN Gemeente Houten heeft in 2007 samen met 32 2 andere gemeenten deelgenomen aan de module Mantelzorg en Vrijwilligers van de benchmark Wmo.
Nadere informatieMonitor begeleid wonen Twente 2012
Monitor begeleid wonen Twente 2012 metingen 2009, 2010 en 2011 A. Kruize S. Biesma B. Bieleman 1. Inleiding De wijze waarop de twee centrumgemeenten Almelo en Enschede, de maatschappelijke opvang willen
Nadere informatieTevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen
Tevredenheids- en ervaringsonderzoek Wmo over 2010 Klanten hulp bij het huishouden, mantelzorgondersteuning en andere individuele voorzieningen Gemeente Huizen Inleiding... 3 1. Verantwoording onderzoek...
Nadere informatieWet Maatschappelijke Ondersteuning
Wet Maatschappelijke Ondersteuning Project!mpuls November 2004 Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Presentatie opbouw Stand van zaken, doelstelling en inhoud van de WMO Gevolgen voor verschillende
Nadere informatieBENCHMARK WMO 2007 BASISBENCHMARK BENCHMARK WMO 2007. Kring 11
BENCHMARK WMO 2007 Kring 11 1 INDEX Index... 2 Inleiding... 3 Wat vindt u in het rapport... 7 2 Uitgangssituaties... 8 3 Wmo-brede keuzes en prestaties... 8 4 Keuzes en prestaties op de prestatievelden
Nadere informatieVisiedocument. Wmo-loket Schouwen-Duiveland
Visiedocument Wmo-loket Schouwen-Duiveland Inhoud 1 Inleiding 5 2 Visie 7 3 Kaders 9 4 Prestatievelden 11 5 Wmo-loket 13 6 Bijlage 1 15 3 Inleiding 1 Met elkaar en voor elkaar, het beleidsplan Wet maatschappelijke
Nadere informatieKlanttevredenheid Informatiepunt Duurzaam Veilig Verkeer
Klanttevredenheid Informatiepunt Duurzaam Veilig Verkeer Kianttevredenheid Informatiepunt Duurzaam Veilig Verkeer november 2001 Colofon Samenstelling drs. N.W. Gerritsen drs. T.T.J. Gelissen Vormgeving
Nadere informatieUitvoeringsplan Wmo beleid 2013-2016 Samen sterk in de Wmo Gemeente Slochteren
Uitvoeringsplan Wmo beleid 2013-2016 Samen sterk in de Wmo Gemeente Slochteren 1 Prestatieveld Sociale Samenhang en Leefbaarheid Doel: Versterken van het zorgzaam samenleven Wat deden we al en blijven
Nadere informatieB&W. Advies. Noodopvang en woningen bijzondere doelgroepen. Zoetermeer steeds ondernemend. \u,/.,;/ 9P..\9\.\ Zocx C?.3-.l.l.--2:c.
Zoefermeer VERGADERING B&W ó.d. IJ NOV 2009 B&W DM^nr. 2009/20150 Advies 090641 Datum: 03-11-2009 Versie: 1 Conform advies bésldtëh Noodopvang en woningen bijzondere doelgroepen Verantwoordelijk Portefeuille
Nadere informatieAanvraagformulier voor subsidieverlening subsidiejaar 20..
Aanvraagformulier voor subsidieverlening subsidiejaar 20.. Dit formulier gebruikt u als u een subsidie wilt aanvragen bij de gemeente. Het gebruik van het formulier is wettelijk verplicht. Alle vragen
Nadere informatieRapportage doelstellingen 2009 Kadernota Wmo.
Rapportage doelstellingen 2009 Kadernota Wmo. Overzicht volgens beleidsdoelen uit kadernota Wmo 2008-2012 Mee(r)doen in Dalfsen* 2009 Thema Wmo-loket Informatie geven over wonen, welzijn en zorg Wmo-loket
Nadere informatiepostbusŵgemëeñfeňoořdëľnveldľnl- uèťheenïe NOORDENVELD
G E M E E N T E R15.00047 III N O O R D E N V E L D B E Z O E K A D R E S t Raadhuisstraat 1 9301 AA Roden P O S T A D R E S Ť Postbus 109 9300 AC Roden î W E B S I T E / E - M A I L t www.gemeentenoordenveld.nl
Nadere informatieJaarpublicatie. Benchmark Wmo Meer kansen om mee(r) te doen
Jaarpublicatie Benchmark Wmo 2008 Meer kansen om mee(r) te doen Colofon Jaarpublicatie Benchmark Wmo 2008 Maart 2009 Samenstelling Wendy van Beek (eindredactie) Tijne Berg-Le Clerq Nelleke de Bruin Anja
Nadere informatieGemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieWordt de mantelzorger lokaal ondersteund?
Onderzoeksresultaten Mantelzorgondersteuning in uw gemeente juni 2017 Wordt de mantelzorger lokaal ondersteund? Het Nationaal Mantelzorgpanel is gevraagd of zij bekend zijn met lokale mantelzorgondersteuning
Nadere informatieWmo beleidsplan Maatschappelijke Zorg 2012-2014. Centrumgemeenteregio Zuid-Holland Zuid
Wmo beleidsplan Maatschappelijke Zorg 2012-2014 Centrumgemeenteregio Zuid-Holland Zuid Raadscarrousel Drechtsteden 2 oktober 2012 Opbouw presentatie 1. Maatschappelijke Zorg (Wmo prestatievelden 7, 8 en
Nadere informatieERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE
ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE drs. Frank Kriek drs. Luuk Mallee drs. Katrien de Vaan dr. Miranda Witvliet Amsterdam, januari 2016 Regioplan Jollemanhof 18 1019 GW Amsterdam Tel.:
Nadere informatieToelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016
Toelichting uitkomsten Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Inleiding Op basis van de Wmo 2015 zijn gemeenten verplicht jaarlijks een cliëntervaringsonderzoek uit te voeren. De vier Westerkwartiergemeenten
Nadere informatieCollegevoorstel. vrijwiligers, Participatie, Individuele voorzieningen, Ondersteuning bijzondere groepen. 1/3
College V200900459 Onderwerp: Regionale Wmo monitor Collegevoorstel Inleiding: De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is met ingang van 1 januari 2007 in werking getreden. Binnen het wettelijk kader
Nadere informatieModel voor Onderzoek klanttevredenheid Wmo Model voor Onderzoek klanttevredenheid Wmo
Model voor Onderzoek klanttevredenheid Wmo Model voor Onderzoek klanttevredenheid Wmo December 2006 Colofon Samenstelling Erika Krone Heleen Rijnkels Frans Vos BMC BMC Bestuur & Management Consultants
Nadere informatieNieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)
Nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Opzet presentatie Wat zijn de veranderingen t.o.v. van huidige Wmo? Opdracht gemeente Maatwerkvoorzieningen specifiek begeleiding Vervolgstappen tot 1 januari
Nadere informatieCommentaar van de Seniorenraad op het Beleidsplan Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO)
Commentaar van de Seniorenraad op het Beleidsplan 2008-2011 Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) INLEIDING De Seniorenraad heeft van het College van burgemeester en wethouders van Boxmeer het verzoek
Nadere informatiePrestatieveld informatie, advies en cliëntondersteuning in de Wmo
Prestatieveld informatie, advies en cliëntondersteuning in de Wmo Beknopte versie Handreiking voor lokale belangenbehartigers Bijgestelde versie maart 2008 Oorspronkelijke versie - juni 2006 Programma
Nadere informatieGemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieBenchmark Wmo 2010. Resultaten over 2009, Basisbenchmark. Gemeente LEIDEN. SGBO Postbus 10242 2501 HE Den Haag 070 310 3883
Benchmark Wmo 2010 Resultaten over 2009, Basisbenchmark Gemeente LEIDEN SGBO Postbus 10242 2501 HE Den Haag 070 310 3883 VOORWOORD Na ruim drie jaar Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is een veelgehoorde
Nadere informatieRapport Onderzoek Mantelzorgbeleid
Rapport Onderzoek Mantelzorgbeleid In opdracht van VNG Datum: 16-6-2015 Team Kennisnetwerk Wmo RadarAdvies Veemarkt 83, 1019 DB Amsterdam T (020) 463 50 50 www.radaradvies.nl Inhoudsopgave 1 Inleiding
Nadere informatieGemeente Woerden. Klanttevredenheid Wmo over 2013. 31 juli 2014
Gemeente Woerden Klanttevredenheid Wmo over 2013 31 juli 2014 DATUM 31 juli 2014 TITEL Klanttevredenheid Wmo over 2013 ONDERTITEL OPDRACHTGEVER Gemeente Woerden Boulevard Heuvelink 104 6828 KT Arnhem Postbus
Nadere informatie