Analyse en dringende aanbevelingen voor de nieuwe Regering

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Analyse en dringende aanbevelingen voor de nieuwe Regering"

Transcriptie

1 1 Analyse en dringende aanbevelingen voor de nieuwe Regering JUNI

2 2 Enkele cijfers ANALYSE EN DRINGENDE AANBEVELINGEN VOOR DE NIEUWE REGERING 1 Werkgelegenheid Op het einde van het 2 de trimester 2005, wijzen de cijfers van de RSZ erop dat de ondernemingen van de sector van het goederenvervoer voor rekening van derden loontrekkende werknemers in dienst hadden. In totaal werken er in België personen rechtstreeks en dagelijks voor het vervoer of voor de logistiek. Al deze beroepsmensen bedrijfsleiders, zelfstandige zaakvoerders en loontrekkenden hebben gezamenlijk voor 7,3% bijgedragen tot het BBP! 2 Wagenpark (ingeschreven in België) vrachtwagens en trekkers (+ 16 ton) lichte vrachtwagens (+ 3,5 ton tot 16 ton) Totaal + 3,5 t. = bestelwagens personenwagens * * «Sedert 1980, is het wagenpark uitgebreid van 3,1 tot 4,9 miljoen voertuigen. Het groeiritme van het wagenpark is nochtans de laatste tientallen jaren vertraagd : indien men in de jaren 60 nog een jaarlijks groeiritme registreerde van meer dan 10 %, is dit teuggevallen tot 1,5% à 2% in de jaren 90, om vandaag te flirten op de grens van 1%. Deze neergaande curve wijst erop dat de automobielmarkt stilaan evolueert naar een markt van vervanging - bron : Febiac. - Vervoer voor rekening van derden (= voertuigen met vergunning) = op 01/01/ Structuur van de markt Aantal motorvoertuigen per onderneming > % 40,86 15,10 8,45 5,73 4,41 3,17 2,87 5,38 4,87 2,58 5,27 1,31 4 Structuur van de kosten van de vervoerder 43% 11% 3% 3% 5% 1% 2% 4% 19% 9% Brandstof Banden Onderhoud Afschrijving voert. Lonen Verzekeringen Verzekering CMR Andere Financiering Algemene onkosten

3 3 5 Groei van de markt Uit de herziening van het Witboek blijkt dat de Europese visie op het vervoer intussen in belangrijke mate werd bijgestuurd. Daar waar het concept van de modal shift gehandhaafd blijft, wordt het voortaan wel in de globale context geplaatst van de co-modaliteit. Vertrekkend van de vaststelling dat op Europees vlak 70% van het goederenvervoer plaats heeft in een straal van 300 kilometer, gaat de Europese Commissie vandaag uit van veel realistischere doelstellingen. In haar gedachtegang heeft de Europese Commissie thans het idee weerhouden van de mobiliteit als concurrentiefactor van de Europese economie. Tezelfdertijd is het idee van een ontkoppeling tussen de groei van de economie en de groei van het transport verlaten. Inderdaad, wanneer de Europese groei toeneemt met 1%, wordt uitgegaan van een stijging van de vraag naar vervoer met ten minste 1% Om te beantwoorden aan de verwachte groei van de Europese economie, rekent de Europese Commissie vandaag de dag op een groei van het wegvervoer met 55% tegen 2020 (tegenover een groei voor het spoorverkeer van 13%, 28% voor de binnenvaart en van 59% van het zeevervoer over korte afstand).

4 4 Deze trend dient in een globale context te worden onderzocht. Aldus plant China om niet minder dan 220 miljoen containers uit te voeren in 2010 en 300 miljoen tegen het jaar 2020 (in vergelijking met 50 miljoen in 2003). Op Europees vlak, zal de verscheping van containers deze ontwikkeling allicht volgen. De vooruitzichten houden rekening met een verdubbeling van de activiteit, gaande van 91 miljoen in 2006 tot 154 à 179 miljoen containers in Op Belgisch vlak, staven de volgende cijfers deze analyse. Afgelegde km in België 1990 : auto s : 60 miljard kilometer - vrachtwagens : 5,6 miljard kilometer 2004 : auto s : 80 miljard kilometer : auto s :100 miljard kilometer - vrachtwagens : 11,5 miljard kilometer Vervoerde goederen in België In 2004, werden 684 miljoen ton goederen vervoerd over het Belgisch grondgebied (+ 25 % in vergelijking met 1980). Alleen al in de haven van Antwerpen werden 167 miljoen ton goederen behandeld in Met de opening van het Deurganckdok (capaciteit van containers per jaar), is de capaciteit van de Antwerpse haven verdubbeld. In 2006, heeft de haven van Antwerpen bijna containers behandeld. De vooruitzichten voor 2020 rekenen daarenboven met een verdrievoudiging van de activiteit in vergelijking met het jaar 2000, hetzij in totaal 12 tot 16 miljoen te vervoeren containers. Bij wijze van voorbeeld betekent deze toename alleen al 1 miljoen containers meer te vervoeren naar Frankrijk via de autosnelweg E17. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de havenbeheerders zich erg ongerust maken over de congestieproblemen, want de uitbouw van de havencapaciteit heeft alleen maar zin indien deze gelijktijdig gepaard gaat met ontwikkeling van de infrastructuur die de havens verbindt met het achterland.

5 5 Verdeling per modus Op Belgisch vlak kan de indeling per transportmodus als volgt worden samengevat : Wegvervoer : Spoorvervoer : Binnenvaart : 77 % 11 % 12 % Modal shift Zelfs bij een consequente toename van de omvang van de goederen vervoerd per spoor en met de binnenvaart, is het niettemin zo, dat het wegvervoer altijd het grootste deel van de vraag naar vervoer op zich zal moeten nemen.. Zelfs indien de capaciteit van het spoor en van de binnenvaart met 50 % zou toenemen, bij een globale verhoging van de vraag naar vervoer met 20%, moet men nog altijd 10% meer vrachtwagens inzetten om hieraan te beantwoorden! Het file-probleem In 1990 werden Belgen geregeld getroffen door de files In 2000 verdubbelde dit cijfer naar Het aantal dagen met files over een zelfde periode is gestegen van 190 tot 280 De congestie is voor 45 % toe te schrijven aan een onvoldoende capaciteit van het autosnelwegennet en voor 5% aan een onaangepaste signalisatie. Kost De economische kost van deze files in België werd voor 2004 geraamd op 154 miljoen op volgende basis: 10 /u voor een auto 46 /u voor een vrachtwagen Op het niveau van de Europese Unie, kost de congestie op de wegen niet minder dan 1% van het Europese BBP!

6 6 DOELSTELLINGEN : de rentabiliteit en het concurrentievermogen van de Belgische vervoerders verbeteren De problemen waar de transportsector mee te kampen heeft (oorzaak ook van een groot aantal faillissementen) houden hoofdzakelijk verband met twee aspecten: het tekort aan liquide middelen en het gebrek aan rentabiliteit. Het aspect mobiliteit wordt een cruciale factor in de rentabiliteit van de Belgische vervoerders. De kost van een uur file-rijden werd in 2004 al begroot op 46 per uur per vrachtwagen. De minste rechtstreekse of onrechtstreekse maatregel ter verbetering van de mobiliteit heeft onmiddellijk een positief effect op de rentabiliteit van de Belgische vervoerondernemingen. Het feit dat personeel veruit de belangrijkste kostenpost is voor de Belgische ondernemingen, maakt het aspect van de mobiliteit des te belangrijker. De mobiliteit verbeteren laat bijgevolg niet alleen toe om de rentabiliteit van de Belgische ondernemingen te verbeteren, maar eveneens hun concurrentievermogen. In vergelijking tot hun Europese buren, onze naaste buren incluis, ondervinden de Belgische ondernemingen momenteel een concurrentienadeel. Gelet op het belang van het loonluik voor een Belgische vervoerder, wordt dit concurrentieprobleem nog verscherpt bij iedere vertraging in het verkeer. Een uur filerijden kost verhoudingsgewijze veel meer aan een Belgisch vervoerder dan aan zijn buitenlandse beroepscollega. In de discussie over de concurrentiekracht op het vlak van de loonkost van de Belgische ondernemingen ten opzichte van hun concurrenten zeker de dichtst bijzijnde concurrenten wil UPTR zich concentreren op de verschillende aspecten van de kost voor de werkgever, zonder dat hier sprake is van enige sociale dumping ten opzichte van werknemers uit andere sectoren. I. SOCIAAL LUIK Vermits de belangrijkste kostenpost van de Belgische ondernemingen in de sector van Transport & Logistiek de loonkost is, komt dit luik uiteraard op de eerste plaats in de eisenbundel van UPTR. Deze keuze wordt ook ingegeven door het feit dat de concurrentie waar de Belgische vervoerders op internationaal vlak mee worden geconfronteerd vooral betrekking heeft op het niveau van de lonen. Omdat bovendien het imago van de sector in belangrijke mate bepaald wordt door de kwaliteit van het personeel van onze ondernemingen, dient de Regering aandacht te schenken aan de loonkost voor de opleiding. In dit kader vraagt UPTR de aandacht van de Regering voor de volgende voorstellen: 1. Vormingsverlof en Richtlijn opleiding De Europese Richtlijn 2003/59 door het Koninklijk Besluit van 4 mei 2007 omgezet in Belgisch recht, verplicht elke vrachtwagenchauffeur (houder van een rijbewijs C) vanaf 2009, om een opleidingsprogramma te volgen van 35 uur gespreid over een periode van 5 jaar (of een gemiddelde van 7 uur per jaar). De impact van deze maatregel is snel berekend: chauffeurs X 7 uur = uur jaarlijkse vorming te geven op een totaal van ongeveer 200 werkdagen, zijnde een nationaal gemiddelde van uur per dag.

7 7 In de veronderstelling dat iedere cursus gegeven wordt voor 10 personen (uitgezonderd de simulator ), dan is er de behoefte aan 35 vormingscentra die 10 uur per dag presteren! Gezien de kosten die door deze verplichting worden teweeggebracht, te weten: De kost van de opleiding De betaling van het (over)loon van de chauffeur Het stilliggen van de vrachtwagen of de betaling van een (over)loon van een vervangingschauffeur. Vraagt UPTR dat deze maatregel ten dele zou kunnen gefinancierd worden door het systeem van het educatief verlof. 2. ARAB vergoeding en maaltijdcheques Het gaat hier om twee patronale vergoedingen van verschillende juridische aard (verplichte terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever in het ene geval en een - facultatief sociaal voordeel in het andere geval, waarvan UPTR wenst dat er een einde zou gemaakt worden aan ieder interpretatieverschil en dat de cumulering van deze beide vergoedingen mogelijk zou worden, zonder bovengrens. 3. Bovengrens van de overlonen in geval van overschrijding van de diensttijd en van de arbeidstijd De overuren die betaald worden ingeval van overschrijding van de arbeidstijd worden samengevoegd met de toeslagen te betalen bij overschrijding van de diensttijd (arbeidstijd + beschikbaarheidtijd). Tenslotte worden deze loontoeslagen (+50%) twee keer voor hetzelfde gepresteerde uur betaald! UPTR roept de Regering op om de noodzakelijke schikkingen te treffen om een einde te stellen aan deze dure onregelmatigheid. Dit komt niet alleen bijzonder duur uit voor de ondernemingen, maar is bovendien buiten verhouding in vergelijking met het netto voordeel dat in de eindafrekening door de werknemers wordt behaald. 4. Betalingstermijn voor de lonen Gelet op de zeer specifieke aard van de sector en meer bepaald gelet op de verplichting om de tachograafschijven in het voertuig te bewaren, suggereert UPTR om de wet van 12 april 1965 op de bescherming van het loon aan te passen en er met behulp van de sectorale Cao s de mogelijkheid in te voorzien om af te wijken van de verplichting om het saldo van de lonen te betalen uiterlijk binnen de 7 werkdagen na het einde de voorbije maand. 5. Nachtvergoeding : vrijstelling van RSZ-bijdragen Teneinde een financiële stimulans te creëren die noodzakelijk is voor de bevordering van de nachtarbeid in het kader van de globale overdenking van UPTR op het vlak van de mobiliteit, stelt UPTR voor om de nachtvergoedingen niet meer te onderwerpen aan de sociale bijdragen en ze zelfs te defiscaliseren (zie verder). 6. Beschikbaarheidtijd en dubbele bemanning: vrijstelling van sociale bijdragen. De beschikbaarheidtijden (d.w.z. voornamelijk de - onproductieve - wachttijden bij de laad- en losoperaties) worden op dit ogenblik tegen 99% van de arbeidstijd vergoed. Deze vergoeding is volledig onderworpen aan de betaling van RSZ bijdragen. UPTR beveelt een vermindering aan van de sociale lasten op de vergoeding voor de wachttijden, in het bijzonder in het geval van het rijden met een dubbele bemanning. 7. Stagiaires: zondag- en nachtarbeid. UPTR vraagt dat dringend een einde zou gemaakt worden aan het bestaande verbod om stagiaires (van meer dan 16 jaar) te werk te stellen op zondag of in het stelsel van de nachtarbeid.

8 8 II. FISCALITEIT 1. LUIK: FISCALITEIT VAN HET PERSONEEL A. Rijdend personeel UPTR vraagt dat het idee van een vermindering van de patronale bijdragen op de niet-productieve uren van het rijdende personeel opnieuw onderzocht wordt (wachttijden bij het laden en lossen). De wachttijden (vergoed in hoofde van de chauffeurs) bij het laden en lossen zijn immers erg moeilijk aan te rekenen aan de klanten. Het voorstel van UPTR gaat uit van een juridisch bestaande structuur, namelijk: het fiscale stelsel van de ploegenarbeid dat wordt doorgevoerd op het gebied van de bedrijfsvoorheffing en dit dienovereenkomstig aan te passen. Deze zogenaamde beschikbaarheidsuren zijn onmiddellijk identificeerbaar en worden al geboekt en vergoed tegen een tarief (99%) dat verschilt van dat van de arbeidsuren. Het is belangrijk te benadrukken dat dit systeem niet verbonden is met het PC 140 maar betrekking heeft op alle chauffeurs die geconfronteerd worden met wachttijden zowel voor eigen rekening als voor rekening van derden. B. Niet-rijdend personeel UPTR is van oordeel dat een gelijkaardig systeem (nog altijd) geënt op dit van de ploegenarbeid, eveneens zou kunnen overwogen worden om de ondernemingen aan te sporen de laad- en lostijden uit te breiden. Deze maatregel die gericht is op het niet-rijdende personeel van alle ondernemingen heeft een dubbel effect: de vervoersondernemingen zouden kunnen leveren voor en/of na de klassieke openingsuren en alzo de wegen en autosnelwegen ontlasten tijdens de spitsuren: een voordeel voor zowel de andere weggebruikers als de wegvervoerders. C. Nachtarbeid Het personeel dat in het stelsel van de nachtarbeid voor de vervoersopdrachten en de laad- en losactiviteiten wordt tewerkgesteld, ontvangt momenteel een nachtvergoeding. Deze vergoeding is onderworpen aan de bedrijfsvoorheffing en aan de RSZ. Met het oog op de stimulering van de nachtarbeid, in het belang van de mobiliteit, stelt UPTR voor om deze vergoeding niet langer te belasten (ten voordele van de werknemers) en ze bovendien niet meer te onderwerpen aan de RSZbijdragen (ten voordele van de werkgevers). D. Overuren in het flexibele regime UPTR betreurt dat in de bestaande wetgeving, noch de ondernemingen noch de werknemers die werken met het flexibele regime ( nieuwe arbeidsregeling) genieten van een belastingsvermindering op 65 eerste overuren. UPTR meent dat deze anomalie snel dient te worden gecorrigeerd. 2. FISCALITEIT & ECOLOGISCHE INVESTERING Er bestaan verschillenden pistes van fiscale stimuli om milieu-investeringen te bevorderen : In rollend materieel dat milieuvriendelijker is In de vermindering van het energieverbruik van de opslagplaatsen.

9 9 In het kader van het fiscale stelsel van de aanvullende belastingsaftrek voor investeringen, en rekening houdend met het Europees communautair kader over de Staatssteun, moet België aan de Belgische vervoerders op zijn minst een fiscaal stelsel gunnen dat vergelijkbaar is met dat van Nederland of dat van Duitsland, en dit bij de investering in voertuigen die aan strengere milieunormen voldoen dan welke al van kracht zijn, zoals dit het geval is voor de EURO 5 voertuigen die slechts vanaf oktober 2009 verplicht zullen zijn. De navolgende bestaande fiscale maatregelen kunnen gemakkelijk hiervoor gebruikt worden: Bijkomende aftrek voor investering (cfr.: aftrek voor investering verhoogd voor investering in beveiliging). Verhoogde afschrijving (cfr.: 120 % voor collectieve transportkosten ). Belastingskrediet (cfr. Belastingskrediet voor de aankoop van hybride voertuigen). UPTR onderstreept onmiddellijk dat de fiscale maatregel die het meest ten goede komt aan het milieu de verhoogde afschrijving is, omdat de vervoerders dan financieel gezien niet eerst de meerkost moeten dragen voor de milieu-investering om pas veel later te kunnen genieten van een of andere tussenkomst. Het stelsel van het belastingskrediet heeft daarentegen het nadeel dat het alleen maar voordelig is voor de ondernemingen die belastbare winsten behalen. 3. FISCALITEIT: BEROEPSDIESEL EN LICHTE BEDRIJFSVOERTUIGEN Alleen de brandstof die gebruikt wordt door voertuigen van meer dan 7,5 ton (MTM) komt in aanmerking voor de terugbetaling van een deel van de betaalde accijnzen boven de drempel van 304,9090 /1000 liter. UPTR is van mening dat dit onderscheid dat alleen maar louter budgettair te verklaren is moet verdwijnen. Alle voertuigen waarvan het nuttig laadvermogen boven de 500 kg ligt, moeten kunnen genieten van de beroepsdiesel. 4. FISCALITEIT: ACCIJNZEN & EUROPA De accijnzen op de brandstof zijn op dit ogenblik onderworpen aan de richtlijn betreffende de fiscaliteit op de energie die aangenomen werd op 27 oktober 2003 en uitwerking kreeg op 1 januari Deze richtlijn legt de minimale accijnstarieven vast voor alle energieproducten, waaronder de petroleumproducten, en bevat dan ook een hoofdstuk gewijd aan de diesel. Met betrekking tot de minimumdrempels behoudt elke Staat zijn bevoegdheid om over te gaan tot een verhoging van de belastingen op de brandstoffen. België heeft het volgende tijdschema aanvaard: Accijnstarief van 302 /1000 liter in 2007 en van 330 in Deze richtlijn geeft aan de Lidstaten nog de mogelijkheid om de prijs van de beroepsdiesel los te maken van deze gebruikt voor niet-commerciële doeleinden, en dit tot 31 december UPTR verwacht van de nieuwe Regering dat zij haar vroeger gedane beloften nakomt ten overstaan van de wegvervoerders, met name in verband met de beroepsdiesel. Het huidige peil van de accijnzen (304,9384 /1000 liter na aftrek van het gedeelte van de terugvorderbare accijnzen) beantwoordt aan de eisen van deze richtlijn. Bovendien verlangt UPTR dat de Belgische Regering er aandachtig over waakt dat deze richtlijn wordt nageleefd door alle lidstaten van de EU en in het bijzonder door de nieuw toegetreden lidstaten zoals bijvoorbeeld Bulgarije en Roemenië. Omdat onze transportsector op loongebied niet beschikt over het concurrentievoordeel van zijn concurrenten uit de Oostlanden, nodigt UPTR de Regering uit om zich niet te laten verleiden tot een verhoging van de accijnzen op de diesel, omdat dit het concurrentienadeel van de Belgische vervoerders nog zou vergroten.

10 10 Iedere verhoging van de kosten is trouwens bijzonder moeilijk door te rekenen aan de klant en wanneer dit wel gebeurt, is het altijd met een economisch nadelige vertraging. Om deze twee redenen, nodigt UPTR de Regering uit zich niet te laten meeslepen in een opwaartse spiraal naar aanleiding van een herziening van de richtlijn over de fiscaliteit op de energie. 5. INDIRECTE FISCALITEIT: RICHTLIJN EUROVIGNET VERSUS KILOMETERHEFFING De Europese richtlijn 2006/38 die de richtlijn 1999/62 houdende de belasting van de vrachtwagens voor het gebruik van sommige infrastructurele voorzieningen aanpast (de zogenaamde Eurovignet Richtlijn ) verduidelijkt de juridische aard van de verschillende soorten tol die de wegvervoerders betalen op de Europese wegen. Het gaat om een heffing voor het gebruiksrecht. De betaling van deze heffing houdt verband met een hele reeks kosten waaronder met name de externe milieukosten waarin de kosten verbonden aan de uitstoot van vervuilende gassen zijn begrepen en dit op basis van het beginsel de vervuiler betaalt UPTR wil bijgevolg de aandacht van de Regering vestigen op de volgende punten: Elke nieuwe belasting die rechtstreeks of onrechtstreeks gekoppeld is aan het gebruik van de Belgische wegen zou een tweede belasting betekenen op een zelfde belastbaar feit en zou bijgevolg ongrondwettelijk zijn. De accijnzen op de brandstof vormen reeds een belasting die van aard vergelijkbaar is met een kilometerheffing. De accijnzen zijn trouwens vanuit milieustandpunt de rechtvaardigste belasting. Inderdaad, hoe meer een voertuig verbruikt, hoe meer accijnzen betaald worden. Het voorbeeld van de Duitse MAUT heeft bewezen dat de scenario s die het wegverkeer duidelijk duurder maken, nagenoeg geen enkele dalende tendens bewerkstelligen op het vervoer van goederen en de verwachte modale transfer niet teweegbrengen. Het zelfde geldt voor de Londense «congestion charge». Men moet hieruit onthouden dat noch het aantal lichte bedrijfsvoertuigen noch het aantal vrachtwagens verminderd is. De verklaring ligt in het feit dat de verbruikers niet beslist hebben om minder te kopen. De vervoerders hebben dan ook de winkels met een zelfde hoeveelheid goederen moeten bevoorraden. III. MILIEU: VERVOER VAN GOEDEREN & CO-MODALITEIT 1. DE SECTOR PROFESSIONALISEREN Met betrekking tot de milieuproblematiek, verdedigt UPTR het idee dat de verschillende transportmodi hun eigen kenmerken hebben. Het is bijgevolg gepast is om te werken aan de professionalisering van de sector Transport & Logistiek door zoveel mogelijk de bestaande aanvullende kenmerken te ontwikkelen om er zodoende zorg voor te dragen dat alle goederen bij hun bestemmelingen toekomen met het vervoermiddel dat het meest geschikt is en dit, zowel op economisch vlak als op vlak van het milieu. UPTR houdt eraan om te benadrukken dat het concept co-modaliteit duidelijk aantoont dat de verschillende transportmodi via de lucht, het spoor, de zeevaart en de binnenvaart een aanvulling vormen op het wegvervoer (en niet omgekeerd).

11 11 Het is inderdaad zo, dat alleen de vrachtwagens in staat zijn om het overgrote deel van de eindbestemmelingen te bereiken en om de verdeling van de goederen aan de miljoenen Europese verbruikers te verzekeren. 2. KYOTO PLAN, BROEIKASEFFECT, C0² & UITSTOOT VAN DEELTJES In elke milieudebat, wil UPTR de aandacht vestigen op de volgende punten: Gelet op het belang van de post brandstof in het geheel van de kosten van de beroepsvervoerders, is het evident dat de sector gevoelig is voor elke potentiële vermindering van het verbruik. De nieuwste generaties vrachtwagens verbruiken steeds minder en de beroepsvervoerders schrijven hun voertuigen zo vlug mogelijk af (over 4 jaar gemiddeld). Op milieugebied zijn de inspanningen waarmee de sector al ingestemd heeft indrukwekkend (hoewel jammer genoeg niet erkend door het grote publiek). De uitstoot van stikstofoxide (Nox) en van fijne deeltjes (PM) is in 15 jaar al met de helft verminderd. Met betrekking tot de onverbrande koolwaterstoffen (NMVOC) zijn de resultaten nog overtuigender. De ecologische resultaten van de vrachtwagenmotoren bereiken op dit ogenblik scores die deze van de personenauto s en van de andere vervoersmodi ver overstijgen. Aldus verbruikt een vrachtwagen 30 liter per 100 km om een lading te vervoeren die overeenkomt met wat 40 personenauto s zouden vervoeren. Eveneens is het zo, behoudens een spectaculaire trendbreuk, dat een binnenvaartuig in 2020, per ton/km, vijf keer meer Nox zal produceren dan een vrachtwagen. Met betrekking tot de CO 2 uitstoot, is het wegvervoer in zijn geheel (personen- en goederenvervoer, personenauto s, gemeenschappelijk vervoer en vrachtwagens) verantwoordelijk voor 18% van de uitstoot van CO 2 (personenauto s = 10%, vrachtwagens = 5%, lichte bedrijfsvoertuigen = 3%) Aangezien de uitstoot van CO 2 rechtstreeks gekoppeld is aan het verbruik van fossiele brandstoffen, is de mobiliteitsfactor primordiaal. Zo zal een vrachtwagen 3 liter verbruiken om een afstand van 10 km af te leggen tegen een gelijkmatige snelheid en 10 keer meer (dus 30 liter) indien door vertragingen in het verkeer elke 100 meter halt dient te worden gehouden. Ten slotte wenst UPTR duidelijk te bevestigen dat er geen sprake kan van zijn dat de sector van het beroepsgoederenvervoer als zondebok moet opdraaien in een proces dat niet het zijne is. Het debat over de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen moet gaan over de problemen in verband met de toenemende verkeerscongestie op de Belgische weginfrastructuur. Het is van de verbetering van de mobiliteit van de verschillende weggebruikers dat de vermindering van de CO 2 uitstoot afhankelijk is. Dat men bedenke dat de Belgische vervoerders niet de Dreyfus van Kyoto zullen zijn!

12 12 3. BIOBRANDSTOF Als alternatieve oplossing voor de toekomst, zowel op ecologisch als op economisch vlak, weerhouden de biobrandstoffen vanzelfsprekend meer dan een toegenomen aandacht bij de wegvervoerders. Gelet op het gegeven dat de verschillende lidstaten van de Europese Unie elk beschikken over een zekere vrijheid van handelen in zake de hoeveelheid biobrandstof die mag vermengd worden met de fossiele diesel, vestigt UPTR de aandacht op het belang om vast te houden aan één enkele Europese kwaliteitsstandaard voor de diesel. UPTR maakt zich ongerust over het feit dat het mogelijk zou zijn om op een bepaalde dag bij het passeren van de grenzen brandstoffen van verschillende samenstelling en kwaliteit te ontdekken. De hoge technologie laat aan de motoren inderdaad niet toe om (te) verscheiden brandstoffen te gebruiken. UPTR zal er trouwens blijven over waken dat de ontwikkeling van de biobrandstoffen niet gebeurt ten nadele van de vervoerders, hetzij rechtstreeks door een verhoging van de accijnzen, hetzij door een vermindering van het aandeel van de terugbetaalbare accijnzen voor de beroepsdiesel. 4. ROETFILTERS UPTR vraagt de Regering om zich snel te inspireren op het Nederlands model dat voorziet in de geregelde bijwerking van een lijst met milieu-investeringen die kunnen genieten van een belastingsvermindering. In het kader van de steun aan de milieubescherming, heeft de Europese Commissie de tussenkomst toegestaan vanwege de publieke overheden van 15% tot 30% (overeenkomend met de meerkost van de milieu-investering) en dit via het fiscaal mechanisme van de bijkomende vermindering op de investering. 5. ECOCOMBI S In het kader van een globale overdenking van de Belgische mobiliteit, verwacht UPTR van de federale Regering dat ze zonder ideologische vooringenomenheid op een objectieve wijze rekening houdt met de uitgevoerde studies met betrekking tot het eventuele gebruik van extralange combinaties van 25,25 meter Vanuit een milieu standpunt is UPTR van mening dat deze grote vrachtwagens zeker een positieve rol te spelen hebben voor afgelijnde reiswegen tussen havens en grote logistieke centra en dit aan beide zijden van de taalgrens. IV. INFRASTRUCTUUR & ONTBREKENDE SCHAKELS UPTR zou graag zien dat een nationale

13 13 conferentie over de mobiliteit zou worden gehouden en dit, onder de bescherming van de federale Minister van Mobiliteit. UPTR wenst dat alzo de inspanningen van de drie gewesten zouden worden gecoördineerd in het kader van een globaal actieplan. De eerste doelstelling is om te beginnen met het opmaken van een inventaris van een maximum aan gegevens, problemen, bekommernissen, verwachtingen en projecten op vlak van infrastructuur. Op basis van dit werkinstrument zullen de veelvuldige congestieproblemen van het (autosnel)wegennet in een globaal kader grondig kunnen onderzocht worden. Onder impuls van de federale Minister van Mobiliteit, zullen dan de prioritaire infrastructuurprojecten moeten worden aangeduid, de financiering worden uitgewerkt en de uitvoering ervan met een maximum aan samenhang en een zo nauwkeurig mogelijke timing worden vastgelegd. De investering in de infrastructuur moet op deze manier een duidelijke boodschap van de Regering brengen, niet alleen van haar wil om werk te maken van de ontwikkeling van de logistieke activiteiten in België, maar evenzeer van haar zorg om de dagelijkse problemen van het fileverkeer en de vervuiling die ervan het gevolg is, aan te pakken. V. VERKEERSVEILIGHEID EN WEGCODE In zake verkeersveiligheid, houdt UPTR eraan te benadrukken dat niemand het debat erover kan monopoliseren. UPTR betreurt dat zij al veel te dikwijls heeft moeten herhalen ruimschoots voor de vorming van een of andere beleidsprioriteit dat de verkeersveiligheid voor de vervoersondernemingen en hun chauffeurs een vanzelfsprekendheid zijn. Op dit vlak stelt UPTR de volgende punten voor : 1. BELGISCH INSTITUUT VOOR ACCIDENTOLOGIE Wat de veiligheid betreft, is het van evident belang te weten welke factoren doorwegen bij het ontstaan van een ongeval: technisch probleem, menselijk falen, agressief gedrag, miskenning van de wet, gebrekkige signalisatie, onaangepaste infrastructuur, slecht onderhouden weg, enz? Een recente Europese studie (ETAC afkorting voor European Truck Accident Causation ) uitgevoerd door het Europese Centrum voor de veiligheid en onderzoek naar risico s CEESAR -) heeft een nieuw licht geworpen op de vraag naar de verantwoordelijkheid van vrachtwagens bij de verkeersongevallen. Uit deze studie blijkt dat de menselijke factor doorweegt. In 85% van de ongevallen met gewonde(n) waarbij een vrachtwagen betrokken is, ligt een menselijke fout aan de oorsprong van het verkeersongeval. Deze studie wijst er ook op dat 75% van de menselijke fouten begaan worden door andere weggebruikers en niet door de vrachtwagenchauffeurs!

14 14 In 5,3% van de gevallen, ligt de oorzaak van het ongeval in een technisch probleem en bij 5,1% gaat het om een infrastructuurprobleem. Ten slotte blijven er nog 4,4% gevallen waarbij het de klimatologische omstandigheden zijn die de doorslag geven. Deze studie leert ons nog dat 20,6 % van de verkeersongevallen plaats hebben in een file, 27% op een kruispunt, 19,5% bij een verandering van rijstrook en 11,3 % na een inhaalmanoeuvre. De vermoeidheid speelt een rol in 6% van de ongevallen en de dode hoek voor 2,2%. Het verlies van lading, de problemen met overlading, de slechte stuwing van de goederen zijn de bron voor 1,4% van de ongevallen. Om een probleem op een doeltreffende wijze aan te pakken, moeten uiteraard eerst en vooral de oorzaken ervan met de grootst mogelijke nauwkeurigheid worden achterhaald. Daarom herhaalt UPTR haar vraag om een Belgisch Instituut van accidentologie op te richten dat belast wordt me het uitzoeken van de relevante gegevens met betrekking tot de specifieke Belgische situatie. Dit nationale instituut moet een nauwkeurige kennis ontwikkelen over de oorzaken van de verkeersongevallen (en meer bepaald van die waar vrachtwagens bij betrokken zijn). Is het goederenvervoer voor rekening van derden meer of minder betrokken bij de verkeersongevallen? Gaat het vaker over buitenlandse chauffeurs dan over hun Belgische collega s? En zo ja, waarom? Uit een zorgvuldige en concrete analyse van de menigvuldige gegevens (die voor een deel al bestaan), moeten ook de onbetwistbare instrumenten worden aangereikt om de verantwoordelijkheden te meten. 2. RIJDEN ONDER INVLOED VAN ALCOHOL: NULTOLERANTIE UPTR verwacht van de Regering dat zij een sterk signaal geeft in zake het rijden onder invloed van alcohol of van verdovende middelen. De controles moeten meer het accent leggen op dit type van gevaarlijk gedrag dan op het respect voor andere regelgevingen waarvan het effect op de verkeersveiligheid minder direct is. Op dezelfde wijze moeten de werkgevers onmiddellijk het rijden in staat van dronkenschap kunnen bestraffen met een ontslag om dringende reden. 3. WEDERZIJDS BEGRIP TUSSEN DE VERSCHILLENDE WEGGEBRUIKERS. UPTR wenst dat opnieuw zou worden nagedacht over de verdeling van de weg tussen de verschillende gebruikers ervan en dit, om het aantal ongevallen te verminderen en om de doorstroming van het verkeer te verbeteren. Men bestuurt immers een vrachtwagen en een personenauto niet op dezelfde manier. De reacties van de twee soorten voertuigen zijn totaal verschillend. Indien de vrachtwagenchauffeurs ook personenauto s besturen, is het tegendeel vanzelfsprekend veel minder het geval. Of ze nu gefundeerd zijn of niet, de verwijten van de autobestuurders aan het adres van de vrachtwagenchauffeurs zijn vooral gebaseerd op onbegrip: onbegrip over de wijze waarop een vrachtwagen bestuurd wordt en reageert. Om het wederzijds begrip tussen de weggebruikers te verbeteren, stelt UPTR voor dat alvorens een rijbewijs voor een personenauto uitgereikt wordt, de kandidaat-automobilisten een verklaring voorleggen dat zijn één uur in een vrachtwagen hebben doorgebracht in het gezelschap van een beroepsopleider. Door onder meer de visualisatie van wat men ziet (of wat men niet ziet) vanuit een vrachtwagencabine, zullen de toekomstige autobestuurders zeer concreet bewust gemaakt worden om op de weg goede gewoonten en juiste reflexen te ontwikkelen.

15 15 4. DYNAMISCHE VERBODSVERKEERSIGNALISATIE & SAMENHANG OP EUROPEES VLAK In het debat over het inhaalverbod op de (autosnel)wegen van 2x2 rijstroken of tijdens neerslagperiodes heeft UPTR er altijd voor gepleit om te komen tot een zo eenvoudig mogelijke en geharmoniseerde regelgeving. Het is een feit dat opdat een reglementering zou worden nageleefd, hij niet alleen goed moet begrepen worden, maar dat hij ook maatschappelijk aanvaard moet zijn. Voor algemene en abstracte regels die geen enkele zin noch een logische verklaring hebben, bestaat bijgevolg het risico dat ze niet worden nageleefd. Als men bovendien in hartje Europa een typisch Belgische regel creëert die volledig onbekend is bij de buitenlandse chauffeurs, wordt dit risico ontegensprekelijk nog groter. UPTR pleit dus onverminderd voor de opstelling van verkeerssignalisatie die dynamisch en variabel is naargelang van de omstandigheden (drukte van het verkeer, spitsuren, weersomstandigheden, structurele vertragingsmechanismen, verkeersongevallen, ) ten gunste van de mobiliteit en van de veiligheid van iedereen. UPTR stelt voor om de inwerkintreding van het algemene inhaalverbod op de (autosnel)wegen met 2x2 rijstroken uit te stellen tot er een Europese consensus gevonden wordt over dit thema. Vanuit een streven naar samenhang van de regelgevingen met de andere Europese landen, houdt UPTR eraan vast dat het systeem van inhaalverbod tijdens bepaalde uren en/of op bepaalde plaatsen moet behouden blijven. 5. EUROPESE HARMONISERING VAN DE WEGCONTROLES UPTR verdedigt het idee volgens hetwelk de wegcontroles in elk van de Europese landen moeten uitgevoerd worden in functie van dezelfde gemeenschappelijke maatstaven. De wegcontroles dienen gericht te worden op zekere specifieke aspecten, zoals de naleving van de dagelijkse rij- en rusttijden, het toegelaten alcoholgehalte in het bloed, de vervoersdocumenten (vergunning en vrachtbrieven).

16 16 Zeker op het vlak van de controle op de rij- en rusttijden pleit UPTR voor een snelle harmonisering van de interpretatieregels. UPTR vindt het jammer te moeten vaststellen dat bij een controle in België een chauffeur volkomen in orde kan blijken te zijn, daar waar hij bij een controle in Frankrijk in overtreding is. De reden: verschillen in interpretatie van de Europese Verordening 561/ MODERNE EN BEWAAKTE PARKINGS De verplichtingen die worden opgelegd aan de bestuurders van vrachtwagens, en meer bepaald die met betrekking tot de rijen rusttijden, veronderstellen de dringende oprichting van nieuwe parkings voor vrachtwagens langs de autosnelwegen en ook de modernisering van de bestaande openbare parkings De bewaakte beveiligde parkings zijn voornamelijk bestemd voor de buitenlandse vervoerders van goederen van waarde die door België komen. Op veel algemener vlak kan gezegd worden dat alle chauffeurs onbetwistbaar verdienen om hun rust te kunnen nemen op parkings die voorzien zijn van het minimum aan comfort waaraan men zich mag verwachten in een Europees land van de 21 ste eeuw! 7. EUROPESE HARMONISERING VAN DE TECHNISCHE REGELGEVING UPTR verlangt dat de Belgische Regering zich zou inzetten op Europees vlak te komen tot een harmonisering van alle aspecten die te maken hebben met de technische regelgeving voor de voertuigen en dit, niet alleen om ieder nadelig risico van oneerlijke concurrentie weg te werken maar ook om de verkeersveiligheid te verbeteren. Enkele voorbeelden verdienen zeker de bijzondere aandacht van de Regering : De verplichte uitrusting van alle vrachtwagens met spatborden. De installatie van dodehoekspiegels op alle vrachtwagens op basis van maatstaven die in België al verplicht zijn. De veralgemening van de mogelijkheid om maritieme 45-voet containers te vervoeren. De veralgemening van de combinaties met 5 assen en een maximaal toegelaten massa van 44 ton. 8. MINIMUMSNELHGEID OP DE AUTOSNELWEG: 80 KM PER UUR. Verschillende studies over de verkeersveiligheid hebben aangetoond dat de verschillen in snelheid tussen de voertuigen een gevaar voor de verkeersveiligheid vormen. UPTR stelt daarom voor de minimumsnelheid op de autosnelweg te verhogen en te brengen op 80km per uur (in plaats van 70 km per uur) VI. WETGEVING OP HET VERVOER A. EUROPEES NIVEAU: Toegang tot het beroep en tot de markt de concurrentievervalsing bestrijden

17 17 In de huidige stand van zaken beschikt elke Lidstaat over een zekere vrijheid van handelen wat de omzetting in eigen recht betreft van de Europese voorschriften op het gebied van de vakbekwaamheid, de kredietwaardigheid en de betrouwbaarheid, zoals inzake het toezicht. Uit deze verschillen ontstaat concurrentievervalsing naar aanleiding waarvan België, als transitland bij uitstek, een toonaangevende rol zou moeten spelen. Toegang tot het beroep: Voor het goederenvervoer met voertuigen waarvan het nuttige laadvermogen 500 kg is zijn de Belgische vervoerders gehouden om te beantwoorden aan de drie voorwaarden van toegang tot het beroep. De Europese regelgeving legt deze verplichting slechts op vanaf het ogenblik dat de gebruikte voertuigen een maximaal toegelaten gewicht hebben van meer dan 3,5 ton. UPTR meent dat deze scheve concurrentie dient gecorrigeerd te worden ten behoeve van een grotere professionalisering van de sector. UPTR is zelfs van mening dat de voorwaarden voor toegang tot het beroep zelfs voor iedereen zouden moeten gelden en dit, wat ook het type van voertuig is dat gebruikt wordt, zodra het gaat om goederenvervoer voor rekening van derden tegen vergoeding. Het is niet anders op het gebied van de verantwoordelijkheid ten opzichte van de goederen. Voor het internationaal vervoer is het CMR Verdrag van toepassing, ongeacht het gebruikte voertuig. Kredietwaardigheid: De Belgische vervoerders zijn gehouden een bank- of verzekeringsinstelling te vinden die borg staat voor een bedrag van voor het eerste motorvoertuig en van voor de volgende. Deze verplichting bestaat niet in alle landen. Sommige Staten zijn tevreden met een eenvoudige boekhoudkundige verklaring die stelt dat de onderneming beschikt over voldoende financieel vermogen. UPTR meent dat de Regering zich op dit vlak zou moeten inzetten om gemeenschappelijke Europese regels op te leggen en dit op basis van een waarborgsysteem voor alle voertuigen die bestemd zijn voor het vervoer van goederen voor rekening van derden. Toegang tot de Markt: 1. Cabotage volgend op een internationaal vervoer vs. Binnenlands Vervoer Het is gepast om te onderstrepen dat de cabotage op zich géén probleem van oneerlijke concurrentie vormt. Het zijn de gevolgen van het ontbreken van harmonisering met betrekking tot de sociale en loonsvoorwaarden (en het concurrentievoordeel dat hieruit voortvloeit voor ondernemingen uit bepaalde landen) die er toe leiden dat de uitvoering van vervoersopdrachten in een Lidstaat door niet-ingezetene vervoerders concurrentievoorwaarden schept die economisch gezien onbillijk zijn.

18 18 Dit heeft een politieke reactie tot gevolg ingegeven door een protectionistische bezorgdheid van sommige Lidstaten. Het grote aantal uiteenlopende nationale regelgevingen vormt dus een belangrijk economisch probleem voor de internationale vervoerder, temeer daar de genoemde protectionistische maatregelen geen enkel onderscheid maken tussen de economische spelers uit de landen van het Oude Europa en deze uit de nieuwe Lidstaten waar de loonsvoorwaarden een doorslaggevend concurrentievoordeel uitmaken. Hoewel uitermate wenselijk, vormt een geharmoniseerde omschrijving op Europees vlak van het begrip tijdelijk op zich zeker geen afdoend antwoord op het probleem van de onbillijke concurrentie die hier geschetst wordt. Onder de algemene term cabotage vindt men daadwerkelijk een hele reeks omstandigheden die economisch gezien erg verschillend zijn. Het eerste voorbeeld beantwoordt werkelijk aan de bezorgdheid van sommige Lidstaten om de seizoensgebonden cabotage te beperken. Deze eerste situatie dient duidelijk te worden onderscheiden van de cabotage die aansluit op een internationale vervoersopdracht. Het voorbeeld kan een onderneming zijn die een transport België-Spanje uitvoert alvorens geladen terug te komen met een opeenvolging van vervoersopdrachten Spanje-Spanje of Spanje-Frankrijk, Frankrijk-Frankrijk en uiteindelijk zelfs Frankrijk-België. Het is in deze zin dat UPTR de belangen van de Belgische vervoerders verdedigt op Europees niveau. 2. Cabotage Overgangsperiode Nieuwe Lidstaten (Bulgarije & Roemenië) Op het ogenblik van hun toetreding tot de Europese Unie, hebben sommige nieuwe Lidstaten voor een overgangsperiode aanvaard om hun vervoerders te verbieden om over te gaan tot enige vorm van cabotage bij het wegvervoer. Gelet op de geweldige loonsverschillen die met de nieuwste Lidstaten bestaan, verwacht UPTR van de regering een bijzonder aandachtige controle van de autoriteiten opdat deze verbintenissen daadwerkelijk zouden worden gerespecteerd. Mei 2008 Mei 2009 Mei 2012 Tsjechië Hongarije Roemenië Slowakije Polen Bulgarije Litouwen Letland Estland

19 19 Controle : Door zijn verplichting om in elk voertuig te beschikken over een afschrift van de vergunning gekoppeld aan de inschrijving van het voertuig, beschikt België over een samenhangend controlesysteem dat meer in het bijzonder toelaat om na te gaan of een vergunninghouder voldoende financiële draagkracht bezit voor elk van de voertuigen in het verkeer. Dit systeem is nochtans vrij uniek in Europa. Bij gebrek aan een band tussen het document dat het bestaan van een vergunning aantoont en de inschrijving van het voertuig (ja zelfs van een uniek Europees document) blijft elke controle in België van buitenlandse ondernemers nutteloos. B. BELGISCH VLAK : De sector professionaliseren In het licht van de huidige structuur van de markt van het goederenvervoer voor rekening van derden betreft (40% zelfstandige chauffeurs), moeten de beroepstransporteurs worden beschermd tegen de gevolgen van een ongebreidelde economische concurrentie en van het perverse effect hiervan voor de sector in zijn geheel. Actueel laat de Belgische regelgeving de terbeschikkingstelling toe door een persoon die totaal buiten de onderneming staat van zijn beroepsbekwaamheid en dit onder de vorm van een lastgevingsovereenkomst. UPTR meent dat deze toestand geleidelijk dient te verdwijnen, zodanig dat na een overgansgperiode, de beheerder van de onderneming of een van zijn medewerkers (actief in de onderneming als zaakvoerder, bestuurder of bezoldigd werknemer) de gelegenheid heeft om intern de beroepsbekwaamheid te verwerven. Gelet op de zwakke winstmarges eigen aan de vervoerssector, is het niet logisch noch toelaatbaar dat er in de onderneming zelf niemand zou aanwezig zijn die over het meest elementaire noties van kostprijsberekening, boekhouding, fiscaliteit, verzekering, enz. beschikt. UPTR is overigens van oordeel dat in het kader van de voortzetting van de familiale KMO bedrijven, het passend is om de verplichtingen op het vlak van het volgen van cursussen met het oog op de beroepsbekwaamheid te verlichten. Zo zou, ieder persoon die kan aantonen actief

20 20 geweest te zijn binnen een vervoersonderneming alvorens er het dagelijks bestuur van te verzekeren, niet verplicht dienen te worden om de volledige cursus met het oog op de beroepsbekwaamheid te volgen. VII. VERZEKERINGEN 5 E EUROPESE RICHTLIJN Op het vlak van de burgerlijke aansprakelijkheid auto s, betekent de 5de richtlijn momenteel slechts een minimale harmonisering van de bestaande regels in zake B.A. auto s. De maximumvergoeding (ten laste van de verzekeraars) verschilt behoorlijk van de ene Lidstaat tot de andere. Bijgevolg zijn er belangrijke prijsverschillen tussen de verzekeringspremies die evenzeer het concurrentie-evenwicht verstoren. De Belgische vervoerders onderschrijven verplicht een verzekering die de schade dekt die zij kunnen veroorzaken en dit, zonder enige limiet op het bedrag dat de verzekeraar desgevallend moet neertellen. Het lijkt ons onaanvaardbaar dat bij ongeval in België, de verzekering van vervoerders uit sommige landen de schade slechts dekt tot een bepaald bedrag terwijl het overige ten laste van de onderneming blijft (als zij dit kan ) en vervolgens ten laste van het Belgische autowaarborgfonds. UPTR wenst dat de Regering een dossier samenstelt ter bespreking van de harmonisering naar boven toe van de maximumvergoedingen van de 5 de richtlijn. Bij gebreke daaraan zou België van de buitenlandse vervoerders de voorlegging van een verzekeringsbewijs B.A. zonder plafond moeten kunnen eisen of de betaling (aan de grens, aan de Eurovignet betaalautomaten) eisen van een aanvullende verzekeringsdekking die berekend wordt (zoals voor het eurovignet) op de tijd door te brengen in België. VIII. ALGEMENE BETALINGSVOORWAARDEN : UITSTEL VAN BETALING MAXIMAAL 30 DAGEN Uit de laatste cijfers van de conjunctuur enquête van het IWT, blijkt dat de vervoerders gemiddeld 47 dagen na de verzending van hun factuur betaald worden. Dit uitstel is veel te lang en veroorzaakt als een sneeuwbal meer en meer problemen van betalingsachterstand. Teneinde te verhelpen aan de terugkerende problemen van gebrek aan liquide middelen in de vervoersondernemingen, suggereert UPTR aan de Regering om het Franse model over te nemen dat een maximaal betalingsuitstel oplegt van dertig dagen te rekenen vanaf de datum van uitgifte van de factuur met betrekking tot een vervoersopdracht. IX. VERLIES VAN MEDISCHE SCHIFTING VOOR EEN ZELFSTANDIG CHAUFFEUR Een verklaring van geschiktheid tot het besturen van een voertuig is verplicht voor alle houders van een rijbewijs C. Het is aan de arbeidsgeneesheer om, na een geneeskundig onderzoek, deze verklaring af te leveren. Deze verklaring is gedurende een periode van vijf jaar geldig.

Eisenbundel. Unie van Professionele Transporteurs en Logistieke ondernemers. Erkende professionele unie nr. 5451

Eisenbundel. Unie van Professionele Transporteurs en Logistieke ondernemers. Erkende professionele unie nr. 5451 Unie van Professionele Transporteurs en Logistieke ondernemers Erkende professionele unie nr. 5451 Havenlaan 104-106 B-1000 Brussel Tel. : 02 420 54 56 info@uptr.be http://www.uptr.be Eisenbundel Enkele

Nadere informatie

INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE. Studie in opdracht van Fevia

INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE. Studie in opdracht van Fevia INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE Studie in opdracht van Fevia Inhoudstafel Algemene context transport voeding Enquête voedingsindustrie Directe

Nadere informatie

Rij- en rusttijden voor het wegvervoer

Rij- en rusttijden voor het wegvervoer Rij- en rusttijden voor het wegvervoer Sedert 11 april 2007 zijn nieuwe regels van toepassing m.b.t. de rij- en rusttijden voor het wegvervoer (Koninklijk besluit van 9 april 2007 houdende uitvoering van

Nadere informatie

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht Cel Externe Communicatie Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T. 02-2773408 GSM 0473-916424 Persbericht Datum: 26 november 2007 Betreft: Bijna 200 indicatoren geven

Nadere informatie

Eisenbundel UPTR voor het Belgisch Voorzitterschap van de E.U.

Eisenbundel UPTR voor het Belgisch Voorzitterschap van de E.U. Politiek Eisenbundel UPTR voor het Belgisch Voorzitterschap van de E.U. Vanaf juli 2010 zal België voor zes maanden het Voorzitterschap waarnemen van de Ministerraad van de Europese Unie. Het voorzitterschap

Nadere informatie

Wat kan men meer bepaald voor aanhangwagens afleiden uit die definitie?

Wat kan men meer bepaald voor aanhangwagens afleiden uit die definitie? DE PROBLEMATIEK VAN DE AANHANGWAGENS De eerste Europese richtlijn betreffende verplichte verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid voor motorrijtuigen 1 bepaalt dat alle Lidstaten de nodige maatregelen

Nadere informatie

1400300 Wegvervoer en logistiek voor rekening van derden

1400300 Wegvervoer en logistiek voor rekening van derden Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek 1400300 Wegvervoer en logistiek voor ALGEMEEN : RIJDEND PERSONEEL... 3 Overbruggingsuren... 3 Zon- en feestdagen... 3 Premie voor arbeidstijd en beschikbaarheidstijd...

Nadere informatie

DEEL 1: Mobiliteit en Verkeersveiligheid in Vlaanderen. Universiteit Hasselt Bachelor- en master Verkeerskunde

DEEL 1: Mobiliteit en Verkeersveiligheid in Vlaanderen. Universiteit Hasselt Bachelor- en master Verkeerskunde DEEL 1: Mobiliteit en Verkeersveiligheid in Vlaanderen Universiteit Hasselt Bachelor- en master Verkeerskunde www.uhasselt.be/verkeerskunde Algemene situatie Wereldwijd: ± 1 milj. verkeersdoden/jaar 11

Nadere informatie

verkeer veilige veiligheid verbindingen BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT staat stad stiptheid stress tijd tram trein treinen uur veilig

verkeer veilige veiligheid verbindingen BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT staat stad stiptheid stress tijd tram trein treinen uur veilig flexibiliteit genoeg geraken gezondheid goed goede goedkoop grote BIJLAGE 6: TAG CLOUDS MOBILITEIT Grafische voorstelling open antwoorden andere belangrijke zaken bij verplaatsingen aankomen aansluiting

Nadere informatie

5. Ter beschikking stellen van een bedrijfswagen

5. Ter beschikking stellen van een bedrijfswagen 5. Ter beschikking stellen van een bedrijfswagen 5.1. Begrip Vroeger werd een firmawagen ter beschikking gesteld aan werknemers die veel beroepsmatige verplaatsingen aflegden. De laatste jaren is het toekenningsgebied

Nadere informatie

Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. aan de Commissie vervoer en toerisme

Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. aan de Commissie vervoer en toerisme Europees Parlement 2014-2019 Commissie werkgelegenheid en sociale zaken 2017/ 0122(COD) 8.12.2017 ONTWERPADVIES van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken aan de Commissie vervoer en toerisme over

Nadere informatie

Eisenbundel. Unie van Professionele Transporteurs en Logistieke ondernemers Erkende professionele unie nr. 5451

Eisenbundel. Unie van Professionele Transporteurs en Logistieke ondernemers Erkende professionele unie nr. 5451 Unie van Professionele Transporteurs en Logistieke ondernemers Erkende professionele unie nr. 5451 Brussel Havenlaan 104-106 1000 Brussel T. +32 (0)2 420 54 56 F. +32 (0)2 420 67 79 Luik Z.I. Hauts-Sarts

Nadere informatie

PRESENTATIE OVER ARBEIDSTIJDEN VOOR MOBIEL PERSONEEL IN DE COMISSIE WERK- GELEGENHEID VAN HET EUROPEES PARLEMENT MINI HEARING, 1 DECEMBER 2009

PRESENTATIE OVER ARBEIDSTIJDEN VOOR MOBIEL PERSONEEL IN DE COMISSIE WERK- GELEGENHEID VAN HET EUROPEES PARLEMENT MINI HEARING, 1 DECEMBER 2009 PRESENTATIE OVER ARBEIDSTIJDEN VOOR MOBIEL PERSONEEL IN DE COMISSIE WERK- GELEGENHEID VAN HET EUROPEES PARLEMENT MINI HEARING, 1 DECEMBER 2009 Transport en Logistiek Nederland (TLN) is de Nederlandse organisatie

Nadere informatie

Wegvervoer en logistiek voor rekening van derden

Wegvervoer en logistiek voor rekening van derden Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek 1400300 Wegvervoer en logistiek voor ALGEMEEN : RIJDEND PERSONEEL... 4 Vergoeding bij overlijden... 4 Overbruggingsuren... 4 Zon- en feestdagen... 4 Premie

Nadere informatie

VR DOC.0977/1BIS

VR DOC.0977/1BIS VR 2017 0610 DOC.0977/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Doc. nr. E2:91001C04 Brussel, A D V I E S. over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN

Doc. nr. E2:91001C04 Brussel, A D V I E S. over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN Doc. nr. E2:91001C04 Brussel, 15.12.1998 MH/AB/LC A D V I E S over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN *** In zijn brief van 6 juli 1998 vroeg de Vice-Eerste

Nadere informatie

ADVIES. Uitgebracht door de Raad van Bestuur op 8 april 2015

ADVIES. Uitgebracht door de Raad van Bestuur op 8 april 2015 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord tot wijziging van het samenwerkingsakkoord van 31 januari 2014 betreffende de invoering van een kilometerheffing op het

Nadere informatie

Betreft: Voorontwerp van wet betreffende het eregister van Wegvervoersondernemingen (CO-A )

Betreft: Voorontwerp van wet betreffende het eregister van Wegvervoersondernemingen (CO-A ) 1/6 Advies nr 17/2011 van 7 september 2011 Betreft: Voorontwerp van wet betreffende het eregister van Wegvervoersondernemingen (CO-A- 2011-025) De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Nadere informatie

Circulaire 2016 04 RIJBEWIJS

Circulaire 2016 04 RIJBEWIJS PRINCIPE KB Rijbewijs 23 maart 1998 KB Rijbewijs, vakbekwaamheid en nascholing, 4 mei 2007 De Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer heeft een eigen reglementering (Koninklijk Besluit betreffende

Nadere informatie

N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES. over

N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES. over N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES over EEN ONTWERP VAN WET INZAKE HET STATUUT VAN EN HET TOEZICHT OP DE ONAFHANKELIJK FINANCIËLE PLANNERS EN INZAKE HET VERSTREKKEN

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N EU - Contractenrecht A03 Brussel, 9 december 2010 MH/SL/AS A D V I E S over DE CONSULTATIE VAN DE EUROPESE COMMISSIE OVER HET EUROPEES CONTRACTENRECHT VOOR CONSUMENTEN

Nadere informatie

Arbeidsovereenkomst voor voltijdse werknemers tewerkgesteld in de ambassades en diplomatieke missies

Arbeidsovereenkomst voor voltijdse werknemers tewerkgesteld in de ambassades en diplomatieke missies Arbeidsovereenkomst voor voltijdse werknemers tewerkgesteld in de ambassades en diplomatieke missies Tussen de Staat (naam van het land), vertegenwoordigd door de heer XXXX, Ambassadeur van xxxxxxx te

Nadere informatie

Paritair Comité voor de wapensmederij met de hand

Paritair Comité voor de wapensmederij met de hand 1470000 Paritair Comité voor de wapensmederij met de hand Eindejaarspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 oktober 1974 (3.071)... 2 Vervoerskosten... 3 Collectieve arbeidsovereenkomst van

Nadere informatie

ARAD 06. Bepalingen inzake gemeenschappelijke industriële risico's. Voorkomen van de risico's met wegvoertuigen 1. ALGEMEEN

ARAD 06. Bepalingen inzake gemeenschappelijke industriële risico's. Voorkomen van de risico's met wegvoertuigen 1. ALGEMEEN ARAD 06 Deel V Titel II Bepalingen inzake gemeenschappelijke industriële risico's Voorkomen van de risico's met wegvoertuigen Hoofdstuk II Wegvoertuigen in beweging 1. ALGEMEEN 935 1) De bestuurders moeten

Nadere informatie

ISSN Benelux Publicatieblad

ISSN Benelux Publicatieblad ISSN 0005-8777 Benelux Publicatieblad Datum uitgifte 29/09/2014 Inhoudstafel Benelux Publicatieblad Paginanummer 2 Beschikkingen 3 BESCHIKKING van het Benelux Comité van Ministers betreffende het grensoverschrijdend

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 1 van 18 november 1996 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk

Nadere informatie

1. Fiscaal aantrekkelijke overschrijdingen

1. Fiscaal aantrekkelijke overschrijdingen FISCAAL VOORDEEL VOOR DE OVERUREN EN DE SECTORALE BIJKOMENDE UREN (KB 213) Overuren en sectorale bijkomende uren (KB 213) genieten een gunstig fiscaal regime. Dit specifiek fiscaal regime bestaat erin

Nadere informatie

Een blik op het toekomstige Europese vervoerbeleid van de EU met inachtneming van het taxibeleid

Een blik op het toekomstige Europese vervoerbeleid van de EU met inachtneming van het taxibeleid Toespraak Mathieu Grosch, 05.11.2010, Taxibeurs Keulen Een blik op het toekomstige Europese vervoerbeleid van de EU met inachtneming van het taxibeleid Geachte dames en heren, Het is mij een groot genoegen

Nadere informatie

CONTRACT De tweede genoemde verbindt zich ertoe om de opdrachten met alle vereiste zorg en ijver uit te voeren

CONTRACT De tweede genoemde verbindt zich ertoe om de opdrachten met alle vereiste zorg en ijver uit te voeren CONTRACT TUSSEN DE ONDERGETEKENDEN : 1 hierna genoemd «EERSTGENOEMDE» EN 2... hierna genoemd «TWEEDE GENOEMDE» ARTIKEL 1 : VOORWERP 1.1. De eerstgenoemde vertrouwt aan de tweede genoemde transport opdrachten

Nadere informatie

KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders KROATIË BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

Rijbewijzen praalwagens

Rijbewijzen praalwagens Rijbewijzen praalwagens Carnavalstoet: Is een activiteit op de openbare weg. Carnavalswagens toegelaten met een gem. machtiging. Het verkeersreglement blijft van toepassing. Verkeersreglement (1/12/75):

Nadere informatie

TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders TURKIJE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

Op de weg in België - 2008 -

Op de weg in België - 2008 - Op de weg in België - 2008 - Als bestuurder van een gemotoriseerd voertuig in België moet u aan enkele verplichtingen voldoen. Rijbewijs en Wegcode Om u in België in het verkeer te begeven, moet u in het

Nadere informatie

Circulaire Nr. Ci.RH.241/ (AAFisc 21/2011) dd

Circulaire Nr. Ci.RH.241/ (AAFisc 21/2011) dd Algemene administratie van de FISCALITEIT Centrale diensten Directie I/5A Circulaire Nr. Ci.RH.241/607.210 (AAFisc 21/2011) dd. 15.04.2011 Inkomstenbelasting Aanvullende vergoeding Forfaitaire vergoeding

Nadere informatie

2. Beslissing om het stelsel toe te passen

2. Beslissing om het stelsel toe te passen KB NR. 213 - BIJKOMENDE UREN BOUW Als gevolg van het sluiten van het sectoraal akkoord voor 2009 en 2010 in het PC voor het Bouwbedrijf moesten twee wijzigingen door een wet aangebracht worden in de bepalingen

Nadere informatie

Verplaatsingskosten tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling

Verplaatsingskosten tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling Vorstlaan 280-1160 Brussel - België T +32 2 761 46 00 F +32 2 761 47 00 info@claeysengels.be Advocaten Datum: Juli 2016 Onderwerp: Verplaatsingskosten tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling

Nadere informatie

TOEGESTANE EVOLUTIE VAN DE LOONKOST VOOR 2015-2016. I. Geen loonsverhoging voor 2015, maar beperkte mogelijkheden voor 2016

TOEGESTANE EVOLUTIE VAN DE LOONKOST VOOR 2015-2016. I. Geen loonsverhoging voor 2015, maar beperkte mogelijkheden voor 2016 1/6 TOEGESTANE EVOLUTIE VAN DE LOONKOST VOOR 2015-2016 I. Geen loonsverhoging voor 2015, maar beperkte mogelijkheden voor 2016 Het ontwerp van interprofessioneel akkoord dat werd voorgesteld door de Regering

Nadere informatie

P.C. P.S.C. SECTOR P.C. 116 HEIDSDUUR K.B B.S Art. 19, lid 3, 2

P.C. P.S.C. SECTOR P.C. 116 HEIDSDUUR K.B B.S Art. 19, lid 3, 2 P.C. 116 scheikundige nijverheid K.B. 24.08.05 B.S. 05.09.05 05.09.2005 onbepaald Worden voor de bepaling van de arbeidsduur van de werklieden die aan vervoerwerken worden tewerkgesteld, niet als tijd

Nadere informatie

Circulaire RIJBEWIJS

Circulaire RIJBEWIJS PRINCIPE KB Rijbewijs, vakbekwaamheid en nascholing 4 mei 2007 De Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer heeft een eigen reglementering (Koninklijk Besluit betreffende het rijbewijs van 23/03/1998)

Nadere informatie

!f0.lgemeen ~EHEERSCÇ:OMITE

!f0.lgemeen ~EHEERSCÇ:OMITE !f0.lgemeen ~EHEERSCÇ:OMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN Opgericht bij de wet van 30 december 1992 Jan Jacobsplein, 6 1 000 Brussel Tei.:025464340 Fax :02 546 21 53 ABC ADVIES 2010/04 Brussel,

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 2 mei

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 2 mei A D V I E S Nr. 1.559 ----------------------------- Zitting van dinsdag 2 mei 2006 ---------------------------------------- Generatiepact - Financiering gezondheidszorg x x x 2.162/6-1 Blijde Inkomstlaan,

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling over het ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders OEKRAÏNE BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0206/645. Amendement 645 Kosma Złotowski, Roberts Zīle namens de ECR-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0206/645. Amendement 645 Kosma Złotowski, Roberts Zīle namens de ECR-Fractie 22.3.2019 A8-0206/645 645 Voorstel tot verwerping Het Europees Parlement verwerpt het voorstel van de Commissie. 22.3.2019 A8-0206/646 646 Overweging 1 bis (nieuw) (1 bis) Deze richtlijn heeft ten doel

Nadere informatie

VR 2016 DOC.0943/1BIS

VR 2016 DOC.0943/1BIS VR 2016 DOC.0943/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling Vlaamse Regering over het ontwerp

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 17 december

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 17 december A D V I E S Nr. 1.886 ------------------------------ Zitting van dinsdag 17 december 2013 ----------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

Doc. nr. E4:23000C03 Brussel, A D V I E S. betreffende DE JAARLIJKSE BETALING VAN HET EUROVIGNET VOOR VRACHTWAGENS ***

Doc. nr. E4:23000C03 Brussel, A D V I E S. betreffende DE JAARLIJKSE BETALING VAN HET EUROVIGNET VOOR VRACHTWAGENS *** Doc. nr. E4:23000C03 Brussel, 12.10.1999 MH/GVB/LC A D V I E S betreffende DE JAARLIJKSE BETALING VAN HET EUROVIGNET VOOR VRACHTWAGENS *** 2 Op 22 september 1999 heeft het Interfederaal bureau nr. 10 en

Nadere informatie

Factureringsregels van toepassing vanaf 1 januari 2013 volgend op de omzetting. in het Belgisch recht van richtlijn 2010/45/EU

Factureringsregels van toepassing vanaf 1 januari 2013 volgend op de omzetting. in het Belgisch recht van richtlijn 2010/45/EU volgend op de omzetting in het Belgisch recht van richtlijn 2010/45/EU Het betrouwbaar controlespoor Als u denkt dat Btw reglementering eenvoudig is, of u niet btw plichtig bent, leest u best niet verder.

Nadere informatie

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST 1) Omschrijving van de arbeidsovereenkomst Artikel 3 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering inzake het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

Wil je meer weten? Meer uitgebreide informatie kan je vinden in onze Sociale Gids

Wil je meer weten? Meer uitgebreide informatie kan je vinden in onze Sociale Gids JANUARI 2019 Wil je meer weten? Meer uitgebreide informatie kan je vinden in onze Sociale Gids 1 Openbare autobusdiensten 1.1 Uurlonen chauffeurs (Vlaamse privé-exploitanten) Vanaf 01.11.2018) Anciënniteit

Nadere informatie

Rolnummer 5264. Arrest nr. 24/2012 van 16 februari 2012 A R R E S T

Rolnummer 5264. Arrest nr. 24/2012 van 16 februari 2012 A R R E S T Rolnummer 5264 Arrest nr. 24/2012 van 16 februari 2012 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 38, 5, van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk

Nadere informatie

Vakantiegeld... 2 Jaarlijkse gratificatie... 2 Jaarlijkse premie... 4 Bijdrage van de werkgevers in de vervoerkosten van het personeel...

Vakantiegeld... 2 Jaarlijkse gratificatie... 2 Jaarlijkse premie... 4 Bijdrage van de werkgevers in de vervoerkosten van het personeel... 3100000 Paritair Comité voor de banken Vakantiegeld... 2 Jaarlijkse gratificatie... 2 Jaarlijkse premie... 4 Bijdrage van de werkgevers in de vervoerkosten van het personeel... 4 De hierna vermelde CAO

Nadere informatie

3. Kenmerken van personenwagens

3. Kenmerken van personenwagens 3. Kenmerken van personenwagens Tabel 29: Verdeling van personenwagens volgens bouwjaarcategorie Bouwjaar categorie bjcat 1990 en eerder 403.46 3.89 403.46 3.89 1991 tot 1995 997.17 9.62 1400.63 13.52

Nadere informatie

Paritair Comité voor de houtnijverheid. 1250300 Houthandel

Paritair Comité voor de houtnijverheid. 1250300 Houthandel Paritair Comité voor de houtnijverheid 1250300 Houthandel Anciënniteitspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2009 (94.291)... 2 Eco-cheques... 3 Collectieve arbeidsovereenkomst van 27

Nadere informatie

C A R P O O L I N G. Inhoud. Wettelijke omschrijving. Voordelen Verzekeringen. Stimuli van de overheid

C A R P O O L I N G. Inhoud. Wettelijke omschrijving. Voordelen Verzekeringen. Stimuli van de overheid C A R P O O L I N G Wettelijke omschrijving Inhoud Voordelen Verzekeringen Stimuli van de overheid Wettelijke omschrijving Definitie Carpooling : minstens twee werknemers een zelfde voertuig delen om een

Nadere informatie

Kerncijfers. 1. Personenmobiliteit. Personenmobiliteit

Kerncijfers. 1. Personenmobiliteit. Personenmobiliteit 6 Kerncijfers 1. Personenmobiliteit Personenmobiliteit 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 Auto De MORA publiceert de Vlaamse cijfers van voertuigkilometer en reizigerskilometer van de FOD Mobiliteit en

Nadere informatie

NOTA AAN HET OVERLEGCOMITÉ. Gegevensuitwisseling in het kader van lage emissiezones

NOTA AAN HET OVERLEGCOMITÉ. Gegevensuitwisseling in het kader van lage emissiezones DE MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN HET OVERLEGCOMITÉ Betreft: Gegevensuitwisseling in het

Nadere informatie

Terugbetaling van kosten - RSZ

Terugbetaling van kosten - RSZ Terugbetaling van kosten - RSZ Uit het loonbegrip zijn uitgesloten de bedragen die een terugbetaling zijn van kosten die ten laste van de werkgever vallen. Het gaat hier uitsluitend om kosten die ten laste

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST

GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARINGEN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST EN VAN DE HUIDIGE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN EN DE NIEUWE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST AF/EEE/BG/RO/DC/nl 1 BETREFFENDE DE TIJDIGE BEKRACHTIGING VAN DE OVEREENKOMST BETREFFENDE

Nadere informatie

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië inzake internationaal vervoer over de weg Het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Moldavië hierna te noemen de Verdragsluitende

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 16 juli

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 16 juli A D V I E S Nr. 1.858 ------------------------------ Zitting van dinsdag 16 juli 2013 ------------------------------------------ Regelgeving inzake betaald educatief verlof Ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B Rijbewijs B

Koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B Rijbewijs B Koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B Rijbewijs B Belgisch Staatsblad van 14 juli 2006 Versie in voege vanaf 4 maart 2017 Alle informatie in dit

Nadere informatie

BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties.

BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties. ADVIES Nr 29 / 1997 van 5 november 1997 O. Ref. : 10 / A / 1997 / 014 BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties. De Commissie voor

Nadere informatie

Belasting op de inverkeerstelling (BIV) en jaarlijkse verkeersbelasting - Oldtimers

Belasting op de inverkeerstelling (BIV) en jaarlijkse verkeersbelasting - Oldtimers SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 353 van MATTHIAS DIEPENDAELE datum: 6 juli 2017 aan BART TOMMELEIN VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE Belasting

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT. overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT. overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie EUROPESE COMMISSIE Brussel, 12.1.2015 COM(2015) 7 final 2013/0105 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking

Nadere informatie

De werkgever kan zich er evenwel toe verbinden om deze verplaatsingskosten te laste te nemen.

De werkgever kan zich er evenwel toe verbinden om deze verplaatsingskosten te laste te nemen. CLAEYS & ENGELS Advocaten Vorstlaan 280 1160 Brussel Tel +32 2 761 46 00 Fax +32 2 761 47 00 info@claeysengels.be www.claeysengels.be Verplaatsingskosten tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling

Nadere informatie

TOELICHTING WIJZIGING VAN DE STATUTEN EN VAN HET

TOELICHTING WIJZIGING VAN DE STATUTEN EN VAN HET 1 TOELICHTING WIJZIGING VAN DE STATUTEN EN VAN HET HUISHOUDELIJK REGLEMENT - BGWF RvB april 2015 De inwerkingtreding van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen vereist een aanpassing van

Nadere informatie

Vooruitzichten van de transportvraag in Belgë tegen 2030

Vooruitzichten van de transportvraag in Belgë tegen 2030 Voorstelling van de nieuwe transportvooruitzichten voor België tegen 23 18 September 212 Vooruitzichten van de transportvraag in Belgë tegen 23 Marie Vandresse, Energie-Transport Team, Federaal Planbureau

Nadere informatie

27 JANUARI 2008. - Koninklijk besluit betreffende <praalwagens>

27 JANUARI 2008. - Koninklijk besluit betreffende <praalwagens> FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER 27 JANUARI 2008. - Koninklijk besluit betreffende VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat ik de eer heb aan Uwe Majesteit

Nadere informatie

[2013-07-10] WERKGEVERS EN VAKBONDEN BEREIKEN EEN AKKOORD OVER HET EENHEIDSSTATUUT

[2013-07-10] WERKGEVERS EN VAKBONDEN BEREIKEN EEN AKKOORD OVER HET EENHEIDSSTATUUT [2013-07-10] WERKGEVERS EN VAKBONDEN BEREIKEN EEN AKKOORD OVER HET EENHEIDSSTATUUT Na een marathonvergadering van 27 uur hebben de sociale partners afgelopen vrijdag op de valreep een akkoord bereikt over

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

NOTA "A"-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers

NOTA A-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 juni 2002 (07.06) (OR. fr,en,de) 9628/02 PUBLIC LIMITE ELARG 201 NOTA "A"-PUNT van: het Comité van permanente vertegenwoordigers aan: de Raad Betreft: UITBREIDING

Nadere informatie

Paritair Comité voor de houtnijverheid Houthandel

Paritair Comité voor de houtnijverheid Houthandel Paritair Comité voor de houtnijverheid 1250300 Houthandel Anciënniteitspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 april 2007 (82.838)... 2 Drenken van hout... 3 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 62/2012 van 3 mei 2012 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 62/2012 van 3 mei 2012 A R R E S T Rolnummer 5297 Arrest nr. 62/2012 van 3 mei 2012 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 38, 5, van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit

Nadere informatie

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht 1420300 Terugwinning van papier Ploegenarbeid... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 31 augustus

Nadere informatie

A D V I E S Nr

A D V I E S Nr A D V I E S Nr. 1.371 ------------------------------ Onderwerp : Ontwerp van koninklijk besluit betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot

Nadere informatie

RUSLAND BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

RUSLAND BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders RUSLAND BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR Het Raadgevend comité voor de pensioensector, dat werd opgericht krachtens het koninklijk besluit van 5 oktober 1994 houdende oprichting van een Raadgevend comité

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL MOBILITEIT EN VERVOER

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL MOBILITEIT EN VERVOER EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL MOBILITEIT EN VERVOER Brussel, 19 januari 2018 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN EU-REGELS OP HET GEBIED VAN HET WEGVERVOER

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

FAQ. Sleutelwoorden Vragen Antwoord A. ALGEMEEN

FAQ. Sleutelwoorden Vragen Antwoord A. ALGEMEEN FAQ Algemene uitvoeringsbepalingen van de maatregelen ten gunste van de tewerkstelling van jongeren in sociaal profitsector voortspruitend uit de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact

Nadere informatie

Buitenlandse vrachtwagens op de Nederlandse wegen

Buitenlandse vrachtwagens op de Nederlandse wegen Publicatiedatum CBS-website: 24 juli 2007 Buitenlandse vrachtwagens op de Nederlandse wegen Wegsstromen in relatie tot Nederlands grondgebied voor 2005 Pascal Ramaekers, Mathijs Jacobs en Marcel Seip Centraal

Nadere informatie

NIEUW Invoering vakbekwaamheid voor de categorie D vanaf 10 september 2008

NIEUW Invoering vakbekwaamheid voor de categorie D vanaf 10 september 2008 NIEUW Invoering vakbekwaamheid voor de categorie D vanaf 10 september 2008 Vanaf 10 september 2008 moeten alle bestuurders van een voertuig behorende tot de categorie D en die in beroepsverband rijden,

Nadere informatie

memorandum CRB Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie

memorandum CRB Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie memorandum CRB 2019-1099 Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie CRB 2019-1099 Memorandum Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie Brussel 6.06.2019 2 CRB 2019-1099 1

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 24 maart

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 24 maart A D V I E S Nr. 1.507 ---------------------------- Zitting van donderdag 24 maart 2005 -------------------------------------------------- Bedrijfsvoertuigen - solidariteitsbijdrage x x x 2.114-1 Blijde

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1956 No. 104

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1956 No. 104 19 (1950) No. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1956 No. 104 A. TITEL Verdrag inzake de nomenclatuur voor de indeling van goederen in de douanetarieven, met Bijlage; Brussel,

Nadere informatie

Zagerijen en aanverwante nijverheden

Zagerijen en aanverwante nijverheden Paritair comité voor de houtnijverheid 1250200 Zagerijen en aanverwante nijverheden Anciënniteitspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2009 (94.284)... 2 Ploegenarbeid... 3 Collectieve

Nadere informatie

KLIMAATVERANDERING. N.B. : Voor de algemene analyse zie de analytische synthese.

KLIMAATVERANDERING. N.B. : Voor de algemene analyse zie de analytische synthese. Directoraat-generaal Communicatie EENHEID PUBLIEKE OPINIE Brussel, 15/10/2008 KLIMAATVERANDERING Speciale Eurobarometer 300 Voorjaar 2008 Eerste ruwe resultaten: Europees gemiddelde en belangrijke nationale

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 april

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 april A D V I E S Nr. 1.608 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 april 2007 ------------------------------------------ Uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2007-2008

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 oktober 2017

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 oktober 2017 A D V I E S Nr. 2.056 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 oktober 2017 ---------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van artikel 19,

Nadere informatie

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 09 / 2007 van 21 maart 2007 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hoogstraat, 139, B-1000 Brussel Tel.: +32(0)2/213.85.40 E-mail : commission@privacycommission.be Fax.: +32(0)2/213.85.65 http://www.privacycommission.be COMMISSIE VOOR

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de regelgeving

Nadere informatie

VR DOC.0078/1

VR DOC.0078/1 VR 2017 0302 DOC.0078/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling Vlaamse Regering over het ontwerp

Nadere informatie

KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders KAZACHSTAN BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer. - Voor het vervoer naar,

Nadere informatie

MAROKKO BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders

MAROKKO BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN. 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders MAROKKO BENODIGDE TRANSPORTVERGUNNINGEN 1. Benodigde transportvergunningen voor Nederlandse vervoerders - Gewaarmerkte kopie Eurovergunning voor grensoverschrijdend vervoer; - Voor het vervoer naar, van

Nadere informatie

1250200 Zagerijen en aanverwante nijverheden

1250200 Zagerijen en aanverwante nijverheden Paritair Comité voor de houtnijverheid 1250200 Zagerijen en aanverwante nijverheden Anciënniteitspremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2009(94.284)... 2 Ploegenarbeid... 3 Collectieve

Nadere informatie