raad voor maatschappelijk welzijn

Transcriptie

1 raad voor maatschappelijk welzijn GOEDGEKEURD uittreksel OCMW - BELEID EN INTERNE ORGANISATIE zitting van 8 juni 2016 Stafdienst OCMW _RMW_00027 tikklokreglement - wijziging - goedkeuring Samenstelling Aanwezig: mevrouw Chris De Ridder, OCMW-voorzitter; de heer Roger Van Driessche, OCMW-raadslid; mevrouw Lieve Fierens, OCMW-raadslid; de heer Luc Van Steyvoort, OCMW-raadslid; de heer Rik Holvoet, OCMW-raadslid; mevrouw Sara Waelbers, OCMW-raadslid; mevrouw Huguette Cuyvers, OCMWraadslid; mevrouw Ria Van Put, OCMW-raadslid; mevrouw Lieve Stevens, OCMW-raadslid; mevrouw Vera De Hert, OCMW-raadslid; de heer Geert Voets, OCMW-raadslid; mevrouw Sophie Hermans, OCMW-secretaris Stemming Individuele stemming - 11 stem(men) voor: Chris De Ridder; Roger Van Driessche; Lieve Fierens; Luc Van Steyvoort; Rik Holvoet; Sara Waelbers; Huguette Cuyvers; Ria Van Put; Lieve Stevens; Vera De Hert; Geert Voets Beschrijving Aanleiding en context Uit de resultaten van de medewerkersmonitor blijkt dat werkdruk en werkbelasting hoog scoren bij de maatschappelijk werkers van de sociale dienst. Het is aangewezen dat zij flexibeler kunnen omgaan met hun werkverdeling en hierdoor piekmomenten voor het bijzonder comité, huisbezoeken, vormingen, enz. kunnen opvangen. In de nieuwe organisatiestrucuur zijn in de cel beleid en interne organisatie verschillende eenmansposten opgenomen die op organisatiebrede projecten worden ingezet en hierdoor ook vaak buiten de vaste werktijden worden ingezet of vergaderingen moeten bijwonen. In een nieuwe visie rond tewerkstelling wordt meer ingezet op aanwezigheid van de werkmeesters op de werkvloer. Hun werktijden kunnen beter gelijklopen met de deelnemers aan de tewerkstellingsprojecten. Voorstel om het tikklokreglement hieraan aan te passen. Tevens wordt het reglement geactualiseerd en geoptimaliseerd. Juridische grond Besluit van het vast bureau van 30 mei 2016 waarin kennis werd genomen van het voorstel tot aanpassing van het tikklokreglement. Fasering BOC van 13 juni /8

2 Regelgeving: bevoegdheid Artikel 51, 3 van het decreet OCMW: De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de reglementen vast van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Advies managementteam Gunstig advies Besluit Artikel 1 De raad hecht goedkeuring aan de wijzigingen van het tikklokreglement. Bijlagen tijdsregistratiereglement def TIJDSREGISTRATIEREGLEMENT A. Algemene bepalingen Art.1. Doel Het gebruik van het tijdsregistratiesysteem beoogt een correcte registratie van de geleverde prestaties met als doel: - de aanwezigheid te registreren; - verloven en afwezigheden te beheren; - de salaristoeslagen te kunnen berekenen; - het aantal maaltijdcheques te kunnen berekenen; - alle vergoedingen te berekenen die gekoppeld worden aan arbeidsprestaties. Art.2. Toepassingsgebied Het reglement is van toepassing op alle medewerkers die werken met vaste werktijden, met glijtijd of in semi-continu dienst. De specifieke bepalingen voor deze groepen medewerkers worden respectievelijk in hoofdstuk B, C en D opgenomen. Art.3. Registratie 1. Registratiebadge De eerste registratiebadge wordt gratis ter beschikking gesteld. De medewerker is zelf verantwoordelijk voor de bewaring en het goede gebruik van de registratiebadge. Bij verlies of beschadiging van de registratiebadge dient deze te worden terugbetaald aan de geldende kostprijs. Een gestolen registratiebadge moet onmiddellijk gemeld worden aan de personeelsdienst die de werking annuleert. De badge wordt kosteloos vervangen op voorwaarde dat het proces-verbaal van aangifte van de diefstal wordt voorgelegd. Wie een registratiebadge vindt, wordt verzocht ze bij de personeelsdienst binnen te brengen. Bij uitdiensttreding wordt de registratiebadge ingeleverd op de personeelsdienst, zo niet wordt de geldende kostprijs van een registratiebadge aangerekend. 2. De registratieterminal Er zijn registratieterminals op volgende plaatsen: - aan de personeelsingang t.h.v. het wassalon (Meerminne 6); - aan de personeelsingang van de sociale dienst (Deurnestraat 57); - in het woonzorgcentrum: op het gelijkvloers naast het directiebureau en in de ondergrondse garage (Hollandse Tuin 3); - aan de personeelsingang van fort-op stap (Neerhoevelaan 50). 2/8

3 De display van de terminal vermeldt dag en uur. Na het registreren kan de medewerker, tewerkgesteld met glijdende werktijd of in semi-continudienst, zijn glijtijdsaldo aflezen op het scherm. 3. Wanneer registreren De medewerkers moeten bij aankomst intikken en bij vertrek uittikken. Het tikken is ook verplicht bij het begin en einde van de middagpauze. 4. Hoe registreren Het registreren dient altijd persoonlijk te gebeuren via de registratieterminal of pc. Het uitlenen van de registratiebadge aan anderen is niet toegestaan. Registreren voor collega s wordt beschouwd als een zware fout en inbreuken hierop zullen altijd worden gesanctioneerd. Ook frauduleus tikken zal worden bestraft. Het registreren kan gebeuren: - via de registratieterminal het dichtst bij de werkplek; - via de pc op de werkplek. 5. Panne van de terminal of ontbrekende registraties Bij panne van de registratieterminal dienen medewerkers te blijven tikken. Soms worden de boekingen later opgehaald door het systeem. De aanwezigheden worden eveneens genoteerd door de medewerker en: - via een registratieaanvraag aan het diensthoofd, ingebracht in het tijdsregistratiesysteem voor medewerkers die beschikken over een pc; Ontbrekende registraties worden zo snel mogelijk gemeld aan het diensthoofd en: - via een registratieaanvraag aan het diensthoofd ingebracht in het tijdsregistratiesysteem voor medewerkers met een pc; Art.4. Prestaties 1. Arbeidsduur - normtijd De arbeidsduur of normtijd is afhankelijk van de prestatieverhouding van de medewerker. - Voor 100% prestaties bedraagt de normtijd 38u per week. - Voor 80% prestaties bedraagt de normtijd 30u24min per week. - Voor 50% prestaties bedraagt de normtijd 19u per week. 2. Normale prestaties Over een tijdsverloop van een maand moet iedere voltijdse medewerker een daggemiddelde van 7 uur 36 minuten werken. Voor de deeltijdse medewerkers wordt dit pro rata omgerekend. 3. Uurroosters De volledige lijst van uurroosters is opgenomen in het arbeidsreglement. De secretaris is gemachtigd om individuele uurroosters aan te passen en uurroosters van deeltijdse medewerkers vast te stellen. 4. Tijdstip en duur van de pauzes Medewerkers mogen, gelet op de arbeidswetgeving, niet zonder onderbreking werken gedurende meer dan zes uren. Overschrijdt de arbeidstijd zes uren, dan heeft de medewerker recht op een pauze en is de medewerker verplicht deze pauze te nemen. Alle medewerkers moeten minstens een half uur middagpauze nemen. Deze pauze geldt niet als arbeidstijd. Wanneer de medewerker vergeet te tikken voor de middagpauze, wordt er, met uitzondering voor de medewerkers in semi-continu dienst, 2 uur pauze gerekend. 3/8

4 De verplichte middagpauze wordt ook steeds verrekend bij het nemen van een halve dag verlof. - Bij verlof in de voormiddag kan het werk pas aangevat worden vanaf 12u30, tenzij anders bepaald; - Bij verlof in de namiddag kan er voor medewerkers met glijdende werktijd of in semi-continudienst gewerkt worden tot 13u30. Art.5. Uitzonderlijke prestaties Prestaties buiten het uurrooster worden behandeld volgens de reglementering overuren/ te compenseren uren zoals voorzien in de RPR. 1. Prestaties buiten de normale werktijd Een medewerker die voor of na de werktijd prestaties verricht (vergadering, opdrachten, ) moet indien mogelijk registreren. Indien men niet kan registreren voor een prestatie buiten de normale werktijd worden de uren: - via een registratieaanvraag aan het diensthoofd ingebracht in het tijdsregistratiesysteem voor medewerkers met een pc; 2. Prestaties wegens onvoorziene omstandigheden Indien zich door onvoorziene omstandigheden (bv. ziekte collega s, ) binnen de dienst problemen voordoen op het gebied van dienstverlening aan het publiek, zijn de medewerkers gehouden om, op verzoek van de secretaris of het diensthoofd, een dienst op te nemen die buiten hun normale dienstprestaties valt. De prestaties hiervoor komen bij de teller overuren of teller glijtijd. Het opnemen van de dienst die buiten de normale dienstprestaties valt, wordt niet gelijkgeschakeld met het oproepen van medewerkers buiten hun arbeidstijdregeling of de plicht om een dringend werk uit te voeren. Enkel voor deze laatste oproepen ontvangt de medewerker een verstoringstoelage. 3. Vorming Medewerkers die een hele dag een externe opleiding volgen, moeten niet tikken tenzij zij in de buurt van een registratieterminal vertrekken en/of aankomen. Zij die een halve dag vorming volgen, registreren zeker aan het begin en einde van de halve dag dat ze werken. De uren van de vorming (en middagpauze) worden door de medewerker aangevraagd en: - via een registratieaanvraag aan het diensthoofd ingebracht in het tijdsregistratiesysteem voor medewerkers met een pc; 4. Dienstverplaatsing Medewerkers die dienstverplaatsingen maken en niet kunnen registreren, moeten dit zo spoedig mogelijk meedelen: - via een registratieaanvraag aan het diensthoofd ingebracht in het tijdsregistratiesysteem voor medewerkers met een pc; 5. Overuren De aanwezigheden buiten de vastgestelde uurroosters worden niet als prestaties aangerekend, tenzij er een uitdrukkelijke opdracht vanwege de secretaris of het diensthoofd bestaat tot het presteren van overuren. Art.6. Verantwoordelijkheden van het diensthoofd en dienstverzekering Het directe diensthoofd heeft de volgende verantwoordelijkheden: - erop toezien dat er dienstverzekering is, deze regelen en opvolgen; - toezicht op de correcte uitvoering van dit reglement; - zorgen voor een tijdige input van de ontbrekende boekingen en verloven; - autoriseren van overuren, verloven. 4/8

5 Dienstverzekering vereist de aanwezigheid van minstens één medewerker op bepaalde diensten. Art.7. Toezicht De medewerkers van de personeelsdienst houden toezicht op het gebruik en de werking van het tijdsregistratiesysteem. Art.8. Afwezigheden 1. Afwezigheid wegens verlof Elke voorziene afwezigheid wegens verlof wordt tijdig aangevraagd via het registratiesysteem voor de pc-gebruikers of via het daar toe bestemde formulier aan het diensthoofd voor medewerkers zonder pc. 2. Afwezigheid wegens ziekte Ziekteverlof wordt aangerekend à rato van de uit te voeren prestaties volgens het vastgestelde uurrooster. De afwezigheden wegens ziekte worden door de personeelsdienst beheerd en ingebracht in het tijdsregistratiesysteem. Deze afwezigheden worden pas ingebracht na ontvangst van het doktersattest. De medewerker die de dienst verlaat tijdens de diensturen wegens ziekte, verwittigt het diensthoofd en registreert uit. Het diensthoofd brengt zo vlug mogelijk de personeelsdienst hiervan op de hoogte. Nadat het ziektebewijs is toegekomen op de personeelsdienst, vult deze de dag aan tot de voor die dag voorziene normtijd. 3. Afwezigheid wegens overuren Elke voorziene afwezigheid wegens opname overuren wordt tijdig aangevraagd via het tijdsregistratiesysteem voor de pc-gebruikers of via het daar toe bestemde formulier aan het diensthoofd voor medewerkers zonder pc. Art.9. Sancties Misbruiken gepleegd bij het gebruik van het tijdsregistratiesysteem, alsook herhaalde overtredingen van de bepalingen van dit reglement, kunnen gesanctioneerd worden door de secretaris, na advies van het diensthoofd. Bij medewerkers met vaste werktijd die zich te laat aan het begin van de arbeidsdag of te vroeg bij het einde van de arbeidsdag registreren, wordt de gemiste arbeidstijd door het diensthoofd aangevuld met vakantie of overuren. Bij medewerkers met glijdende werktijd die tikken nadat de stamtijd een aanvang heeft genomen of voor de stamtijd is verlopen, wordt de gemiste arbeidstijd automatisch aangevuld d.m.v. glijuren. B. SPECIFIEKE BEPALINGEN VOOR MEDEWERKERS MET VASTE WERKTIJD Art.10. Toepassingsgebied De medewerkers van volgende diensten werken met vaste werktijd: - technische dienst; - fort sociaal tewerkgestelden en werkmeesters; - WZC verpleging/verzorging; - WZC dienst onderhoud; - WZC keuken; -thuiszorg dienst gezinszorg; -thuiszorg poetsdienst. Art.11. Indeling arbeidsdag De werkdag begint en eindigt op een vast tijdstip, met een half uur middagpauze voor een voltijdse tewerkstelling. De arbeidsdag voor medewerkers van de technische dienst en het fort omvat twee perioden: 5/8

6 1. verplichte aanwezigheid: a. voormiddag van uur tot uur b. namiddag van uur tot uur 2. periode van vaste middagpauze: tussen en uur. De medewerkers van het woonzorgcentrum en de thuiszorgdiensten werken volgens een ingepland uurrooster. De volledige lijst van uurroosters is opgenomen in het arbeidsreglement. Art.12.Aanwezigheden buiten het uurrooster De aanwezigheden vóór en na het ingeplande uurrooster worden niet beschouwd als werktijd, tenzij hiervoor uitdrukkelijk opdracht werd gegeven door het diensthoofd. Art.13. Verlof Verlof wordt enkel toegestaan per halve of volledige dag. Uitzonderlijk en na goedkeuring van het diensthoofd kan er ook verlof in uren en minuten of tot norm aangevraagd worden aan het begin en/of het einde van de werkdag. C. REGELING VOOR MEDEWERKERS MET GLIJDENDE WERKTIJD Art.14. Doel Het systeem glijdende werktijden heeft tot doel de medewerkers in de mogelijkheid te stellen hun werktijden zelfstandiger te regelen, binnen bepaalde grenzen, naargelang hun persoonlijke en familiale omstandigheden. Het bestuur rekent erop dat het systeem glijdende werktijden een stimulans is om de werktijden efficiënt te gebruiken volgens de principes van de solidaire beroepsplicht. Art.15.Toepassingsgebied De medewerkers van volgende diensten werken met glijdende werktijd: - financiële dienst; -personeelsdienst; - WZC - ergo/kiné en animatie; - thuiszorg Dienstencentra ; -thuiszorg woonzorgassistent en wijknetwerkers; -algemene administratieve diensten (SD, ZNW, onthaal). Art.16. Stamtijd De stamtijd is de tijd dat medewerkers met glijdende werktijden verplicht aanwezig zijn op de dienst. Tijdens de stamtijd blijft de medewerker ononderbroken aanwezig. Het in- en uitgaan tijdens de stamtijd wordt bijgevolg niet toegestaan. Art.17.Glijtijd Glijtijd is de periode waarin medewerkers vrij het uur van aankomst of van vertrek kunnen kiezen, d.w.z. de werkperiode buiten de stamtijden. Art.18. Indeling arbeidsdag De arbeidsdag voor de medewerker met glijdende werktijd omvat vier perioden: - periode waarin de aankomst zich situeert: o van uur tot uur (= glijtijd); - periodes van verplichte aanwezigheid (= stamtijd): o van uur tot uur; o van uur tot uur op maandag; - periode van middagpauze met een minimumduur van 30 minuten: o tussen en uur; - periode waarin het vertrek zich kan situeren (= glijtijd): o van tot uur op dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag; o o van tot uur op maandag; van tot uur op maandag voor medewerkers onthaal en administratie van de sociale dienst. 6/8

7 De maximumprestatie voor een arbeidsdag bedraagt 8u30 minuten voor een volledige dag en 4u30 minuten voor een halve dag. Voor de medewerkers onthaal en administratie van de sociale dienst bedraagt de maximumprestatie voor een maandag met avondpermanentie 10u30min voor een volledige dag. Art.19. Voltijds/deeltijds personeel Het systeem wordt toegestaan aan voltijds en deeltijds personeel. Voor het deeltijds personeel zal een individueel uurrooster worden vastgesteld, rekening houdend met de vastgelegde stamtijden en openingsuren voor het publiek en i.f.v. de dienstnoodwendigheden. Art.20. Onderbreking glijtijd De glijtijd na uur mag slechts eenmaal onderbroken worden voor de middagpauze, tussen uur en uur, tenzij een opdracht door het diensthoofd gegeven werd. Art.21. Glijtijdsaldo Het glijtijdsaldo is de som van de afwijkingen van het daggemiddelde op het einde van een maand. Dit saldo kan afgelezen worden op het scherm van de terminal of via het tijdsregistratiesysteem op de PC. Op het einde van de maand mogen de uren in plus niet meer bedragen dan 8 uur en deze in min niet meer dan 4 uur. Voor de deeltijdse medewerkers wordt het glijtijdsaldo berekend in verhouding tot de prestaties. Het aantal uren in plus dat de 8 overtreft, wordt automatisch afgetrokken en vervalt. Uitzonderlijk en na goedkeuring van het diensthoofd kan het ook geheel of gedeeltelijk worden overgedragen naar de volgende maand. Het aantal uren in min dat meer bedraagt dan 4 wordt onmiddellijk aangezuiverd door het inschrijven van de waarde van een dag verlof, namelijk 7u36 minuten. Art.22. Verlof en opnemen van plusuren Verlof wordt enkel toegestaan per halve of volledige dag. Uitzonderlijk en na goedkeuring van het diensthoofd kan er ook verlof in uren en minuten of tot norm aangevraagd worden aan het begin en/of het einde van de werkdag. In principe kan verlof enkel ingeschreven worden voor de prestaties binnen de stamtijd, met volgende beperkingen: - het negatief glijtijdsaldo mag op het einde van de maand niet meer bedragen dan 4 uur voor een medewerker met voltijdse prestaties; - bij opname van een volledige week verlof mag maximum één volledige dag in glijtijd teruggenomen worden. Deze volledige dag glijtijd mag maximaal eenmaal per maand genomen worden; - eenmaal per maand mag, in overleg met het diensthoofd, één stamtijd in glijtijd teruggenomen worden. Art.23.Uitdiensttreding Wanneer een medewerker uit dienst treedt, wordt het negatief glijtijdsaldo op de verschuldigde bezoldiging ingehouden. Medewerkers worden in de mogelijkheid gesteld door het bestuur om het positief glijtijdsaldo af te bouwen. D. REGELING VOOR MEDEWERKERS IN SEMI-CONTINUDIENST Art.24. Doel Het systeem semi-continudienst heeft tot doel de medewerkers in de mogelijkheid te stellen hun werktijden zelfstandiger te regelen, naargelang hun persoonlijke en familiale omstandigheden. Het bestuur rekent erop dat het systeem semi-continudienst een stimulans is om de werktijden efficiënt te gebruiken volgens de principes van de solidaire beroepsplicht. Het werken in deze uurregeling mag geen nadelige gevolgen hebben op de verplichtingen van de dienst t.a.v. het publiek of t.a.v. de overige diensten. 7/8

8 Art.25. Toepassingsgebied De medewerkers van volgende diensten werken in semi-continudienst: - decretale graden; - diensthoofden; - A-graden; - sociale dienst maatschappelijk werkers; - sociale dienst - woonbegeleider LOI & patrimonium; - zorgnetwerk maatschappelijk werkers; - cel beleid en interne organisatie. Art.26. Glijtijdsaldo Voor de medewerkers werkzaam in de semi-continudienst bestaan er geen stam- en glijtijden. Het glijtijdsaldo is de som van de afwijkingen van het daggemiddelde op het einde van een maand. Dit saldo kan afgelezen worden op het scherm van de terminal of via het tijdsregistratiesysteem op de PC. Op het einde van de maand mogen de uren in min niet meer bedragen dan 4 uur. Voor de deeltijdse medewerkers wordt het glijtijdsaldo berekend in verhouding tot de prestaties. Het aantal uren in min dat meer bedraagt dan 4 wordt onmiddellijk aangezuiverd door het inschrijven van de waarde van een dag vakantie, namelijk 7u36 minuten. Art.27. Verlof en opnemen van plusuren Verlof wordt enkel toegestaan per halve of volledige dag. Medewerkers met een positief glijtijdsaldo, kunnen deze uren opnemen. Art.28. Uitdiensttreding Wanneer een medewerker uit dienst treedt, wordt het negatief glijtijdsaldo op de verschuldigde bezoldiging ingehouden. Medewerkers worden in de mogelijkheid gesteld door het bestuur om het positief glijtijdsaldo af te bouwen. Aldus beslist in bovenvermelde zitting, Namens de raad voor maatschappelijk welzijn De secretaris get.) S. HERMANS De voorzitter get.) C. DE RIDDER De secretaris VOOR EENSLUIDEND UITTREKSEL De voorzitter Sophie HERMANS Chris DE RIDDER 8/8