Cool Moves Volley Organisatie: Nevobo Contactpersoon: heer Ruben Nijhuis Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed beschreven. Sport- en beweegaanbod

Transcriptie

1 Cool Moves Volley Organisatie: Nevobo Contactpersoon: heer Ruben Nijhuis Contactpersoon 2: Erkenningen: Goed beschreven Sport- en beweegaanbod Achtergrond Samenvatting Cool Moves Volley (CMV) is de volleybalmethodiek voor kinderen in de leeftijd van 6 tot en met 12 jaar oud. Tevens wordt CMV gebruikt binnen het voortgezet onderwijs bij jeugd van 13 tot en met 17 jaar oud. CMV kent zes vaardigheidsniveaus waarbij kinderen spelender- en stapsgewijs leren volleyballen. Door deze duidelijke methodische opbouw, ontstaan er bewegingssituaties voor elk niveau. Iedereen kan op zijn/haar niveau worden uitgedaagd en wedstrijden spelen. Alle kinderen komen in beweging. Het CMV wordt binnen alle jeugdafdelingen van volleybalverenigingen gespeeld en wordt als methodiek op het basisonderwijs gegeven. Door het CMV stapsgewijs te organiseren en in samenwerking met de vereniging, school en bond heeft deze methodiek / spelvorm bijgedragen aan een toename van het aantal jeugdleden (van naar ) Stappen binnen het project. Stap 1: kennismakingslessen tijdens de gymles. Stap 2: aanbieden van een naschoolstraject. Stap 3: opzetten van een dependance in de wijk. Stap 4: volleyballen binnen de vereniging. Er zijn binnen het CMV verschillende doelgroepen: 1 jeugd 6 tot en met 12 jaar oud (basisonderwijs) 2 jeugd 13 tot en met 17 jaar oud (voortgezet onderwijs) 3 Jongens (specifieke doelgroep) Verenigingen kunnen gebruik maken van spelers en speelsters van de nationale teams. Door deze rolmodellen 1 / 13

2 tijdens het Cool Moves Volley te gebruiken, wordt de jeugd extra geënthousiasmeerd voor de volleybalsport. Doel van het sport- en beweegaanbod Kinderen en jeugd op een speelse en stapsgewijze manier volleybal leren. Daarnaast meer leden werven voor de verenigingen/sportbond en ervoor zorgen dat meer kinderen voldoen aan de Combinorm. Het CMV heeft onderstaande doelen: - Het binden en behouden van de jeugd (6 tot en met 12 jaar, 13 tot en met 17 jaar, en jongens) aan de volleybalsport. - Het in beweging brengen van de basisschool kinderen door middel van de scholenclinics. - Het sporten binnen leef en/of leeromgeving van de jeugd (door middel van naschoolse activiteiten & dependances). Sporten in de wijk. - Het structureel in beweging brengen van de jeugd ( kennismakingslessen, naschoolse activiteit, dependances, op de vereniging). CMV richt zich op de jongste jeugd (6 tot en met 12 jaar). Door methodisch en gefaseerd volleybal aan te bieden krijgt de jeugd de mogelijkheid om vanuit een attractief volleybalspel de volleybaltechnieken aan te leren. De moeilijkheid van het volleybalspel wordt opgeknipt en vanuit een duidelijke methodiek aangeleerd. - CMV richt zich specifiek op jongens (Smashbal). Jongens hebben een andere sportbelevingswereld dan meisjes. Het Smashbal speelt in op deze beleving. Het spel wordt voor hen attractiever en verenigingen hebben de mogelijkheid om meer jongens te binden en te behouden voor de volleybalsport. - CMV richt zich op de jeugd (13 tot en met 17 jaar). Door het CMV aan te bieden aan de jeugd binnen het voortgezet onderwijs krijgen zowel de verenigingen als de onderwijsinstellingen de mogelijkheid om volleybal vanuit een dynamisch spel aan te bieden. - Alle kennismakingslessen, naschoolse activiteiten worden tussen de uitvoerder en het onderwijs geëvalueerd. - Het CMV is ontwikkeld in samenwerking met experts vanuit het volleybal (trainers en coaches) en het onderwijs (KVLO, SLO) - Doordat er wordt samengewerkt tussen vereniging, onderwijs en gemeente, komt het kind (einddoelgroep) vanuit verschillende settings in aanraking met het volleybal. Zo kan hij het spelen op de verenigingen, tijdens de gymles, binnen een naschoolse activiteit en op een dependance of schoolsportvereniging. - de vereniging spreekt met de onderwijsinstelling in welke periode de interventie plaatsvindt. Wel gebeurt dit tijdens het schooljaar en niet in de vakanties. Hoofddoel Kinderen en jeugd op een speelse en stapsgewijze manier volleybal leren. Daarnaast meer leden werven voor de verenigingen/sportbond en ervoor zorgen dat meer kinderen voldoen aan de Combinorm. Subdoelen Het CMV heeft onderstaande doelen: - Het binden en behouden van de jeugd (6 tot en met 12 jaar, 13 tot en met 17 jaar, en jongens) aan de volleybalsport. - Het in beweging brengen van de basisschool kinderen door middel van de scholenclinics. - Het sporten binnen leef en/of leeromgeving van de jeugd (door middel van naschoolse activiteiten & dependances). Sporten in de wijk. - Het structureel in beweging brengen van de jeugd ( kennismakingslessen, naschoolse activiteit, dependances, op de vereniging). CMV richt zich op de jongste jeugd (6 tot en met 12 jaar). Door methodisch en gefaseerd volleybal aan te bieden krijgt de jeugd de mogelijkheid om vanuit een attractief 2 / 13

3 volleybalspel de volleybaltechnieken aan te leren. De moeilijkheid van het volleybalspel wordt opgeknipt en vanuit een duidelijke methodiek aangeleerd. - CMV richt zich specifiek op jongens (Smashbal). Jongens hebben een andere sportbelevingswereld dan meisjes. Het Smashbal speelt in op deze beleving. Het spel wordt voor hen attractiever en verenigingen hebben de mogelijkheid om meer jongens te binden en te behouden voor de volleybalsport. - CMV richt zich op de jeugd (13 tot en met 17 jaar). Door het CMV aan te bieden aan de jeugd binnen het voortgezet onderwijs krijgen zowel de verenigingen als de onderwijsinstellingen de mogelijkheid om volleybal vanuit een dynamisch spel aan te bieden. - Alle kennismakingslessen, naschoolse activiteiten worden tussen de uitvoerder en het onderwijs geëvalueerd. - Het CMV is ontwikkeld in samenwerking met experts vanuit het volleybal (trainers en coaches) en het onderwijs (KVLO, SLO) - Doordat er wordt samengewerkt tussen vereniging, onderwijs en gemeente, komt het kind (einddoelgroep) vanuit verschillende settings in aanraking met het volleybal. Zo kan hij het spelen op de verenigingen, tijdens de gymles, binnen een naschoolse activiteit en op een dependance of schoolsportvereniging. - de vereniging spreekt met de onderwijsinstelling in welke periode de interventie plaatsvindt. Wel gebeurt dit tijdens het schooljaar en niet in de vakanties. Doelgroep Einddoelgroep Cool Moves Volley - kinderen in de leeftijd van 6 tot en met 12 jaar. - Jeugd in de leeftijd van 13 tot en met 17 jaar. - Jongens in de leeftijd van 6 tot en met 14 jaar. Deze doelgroepen worden bereikt binnen het onderwijs en op de volleybalvereniging (gymlessen/kennismakingslessen & naschoolse activiteit). Het cool moves volley richt zich op kinderen, jeugd en specifiek jongens die al lid zijn van een volleybalvereniging (behouden) en op diegene die niet bekend zijn met volleybal ( werven). Zo richt deze interventie zich op de jeugd waardoor ze langer lid blijven van de volleybalvereniging en beter worden voorbereid op een levenlang volleyballen. Intermediaire doelgroep Intermediaire doelgroep - Volleybaltrainers - Combinatiefunctionarissen - LO docenten - Leerkrachten basisonderwijs Door middel van specifieke opleidingen binnen de Volleybalacademie, het uitbrengen van CMV readers, draaiboeken/handleidingen en het organiseren van opleidings/thema bijeenkomsten krijgt de intermediaire de benodigde kennis tot het begeleiden/trainen van de einddoelgroep. Probleembeschrijving 3 / 13

4 Probleem Volleybal is een technische moeilijke sport gebleken voor jonge kinderen en startende jeugd. Uit het ledenaantal blijkt dat de jongste jeugd 6 tot en met 12 jaar geen lid werden van een volleybal vereniging (totaal aantal jeugdleden 9568) wat 8,18 % van het totaal aantal leden was. Basisscholen (leerkrachten) hadden moeite om volleybal te integreren binnen de reguliere gymlessen. De KVLO (beroepsorganisatie van de vakleerkrachten lichamelijke opvoeding) gaf dit regelmatig aan en hadden behoefte aan een andere volleybalmethodiek. De Nevobo heeft deze problemen onderkent en is aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een volleybal methodiek gericht op de jeugd. Het Cool Moves Volley maakt gebruik van verschillende vaardigheidsniveaus waardoor het binnen verschillende settings (op de vereniging, binnen het onderwijs en in de wijk) toepasbaar is. Door de invoering van deze methodiek hebben er zich meer jeugdleden aangemeld bij de volleybalvereniging. Momenteel zijn er jeugdleden tot en met 12 jaar (dat is 16,66 % van het totaal aantal leden). Uit het ledenbestand blijkt wel dat er veel meer meisjes (75 %) CMV spelen dan jongens (25 %). De Nevobo heeft binnen het CMV een spelvariant (smashbal) ontwikkeld wat beter aansluit op de belevingswereld van jongens. Zo staat het smashen centraal en is het spel voornamelijk gericht op lange rally s, competitie en dynamiek. Het CMV is momenteel de officiële competitievorm voor de jeugd tot en met 12 jaar. Alle verenigingen met jeugdteams bieden deze vorm aan. Daarnaast maken LO docenten gebruik van deze methodiek binnen de gymlessen en worden er nationale kampioenschappen georganiseerd. Mocht er geen methodische verandering hebben plaatsgevonden dan zou de jeugd de weg richting het volleybalveld niet hebben gemaakt. Aanpak Strategie Het Cool Moves Volley is geschikt om het volleybal stapsgewijs aan te leren en uitdagend aan te bieden aan kinderen tussen 6 12 jaar. Het CMV kent zes vaardigheidsniveaus, waarbij kinderen spelenderwijs en stapsgewijs het volleybal aanleren. Elk niveau wordt steeds iets moeilijker, omdat er steeds meer volleybaltechnieken bijkomen. Niveau één begint met het gooien en vangen om uiteindelijk op het hoogste niveau zes alle technieken zoals smashen, boven hands opslaan en passen onder de knie te hebben. Elk niveau heeft betrekking op de leeftijd (niveau één = 5/6 jarigen, niveau twee = 6/7 jarigen, etc.). Het CMV wordt door alle volleybalverenigingen in Nederland, met een jeugdafdeling van 6-12 jaar, aangeboden en het is een officiële competitiesport in Nederland. Door als vereniging samen te werken met het basisonderwijs en/of gemeente en door gebruik te maken van implementatiestappen kan deze interventie door alle volleybalverenigingen worden geïmplementeerd. De Nevobo kan in alle regio s ondersteuning bieden, zowel op het gebied van opleidingen als andere dekundigheidsbevordering. Welke implementatiestappen kunnen er genomen worden: Stap 1: kennismakingslessen tijdens de gymles. Stap 2: aanbieden van een naschoolstraject. Stap 3: opzetten van een dependance in de wijk. Stap 4: volleyballen binnen de vereniging. Kennismakingslessen. Vanuit de vereniging is er contact (samenwerking) met de lokale basischool. Mocht deze samenwerking er niet zijn, dan kan er ondersteuning bij de Nevobo worden aangevraagd (in elke regio zijn er consulenten actief die de vereniging kunnen ondersteunen). 4 / 13

5 Basisscholen krijgen tijdens hun gymlessen per groep 3 kennismakingslessen CMV. Deze kennismakingslessen zijn geschikt voor groep 3 t/m groep 8. Het doel van deze lessen is de kennismaking en de beginselen van het Cool Moves Volley. Een clinicgever (trainer/lo docent/ combinatiefunctionaris) zal deze lessen verzorgen. De docent van de school is tijdens deze lessen aanwezig en krijgt na afloop naslagwerk over het CMV, zodat hij/zij ook zelfstandig attractieve Cool Moves Volley lessen kan gaan geven. Naschoolse activiteiten. Kinderen kunnen deelnemen aan een naschoolse activiteit, in samenwerking met de gemeente en/of de basisscholen wordt er een geschikte locatie bepaald. Deze locatie kan bv een gymzaal van een centraal liggende basisschool zijn. Deze naschoolse activiteit bestaat uit een 6 tot 10 tal lessen en heeft als doel de kinderen ook na schooltijd te laten sporten (aansluitend aan de schooltijden) en de individuele vaardigheden verder te ontwikkelen waardoor de doorstap naar een (volleybal)vereniging of dependance wordt vergroot. De lokale volleybal vereniging heeft hierbinnen een centrale rol. Zij leveren een trainer of werken samen met de combinatiefunctionaris. Dependances Om zowel de doorstroom richting structureel volleyballen als het sporten in de wijk te bevorderen, zetten verenigingen dependances op. Dit zijn trainingslocaties, georganiseerd door de volleybalvereniging en dicht bij de leefomgeving van de jeugd (sporten in de wijk) De jeugd kan op deze manier blijven volleyballen, zonder dat hij/zij ver moet reizen of volledig lid moet worden van een vereniging. Deze dependances worden door de verenigingen neergezet veelal in samenwerking met de gemeente of stadsdeel. Volleyballen binnen de vereniging. Verenigingen organiseren binnen hun trainingsaanbod open trainingen. Hier kunnen niet-leden aan deelnemen. Deze trainingen richt zich zowel op het CMV als op het SMASHBAL. De vereniging kan zelf kiezen op welke doelgroep zij zich gaat richten. De vereniging richt zich op de jeugd in de leeftijd van 6 t/m 12 jaar en/of specifiek op jongens in die leeftijdscategorie. Ook kan de vereniging cmv of smashbal toernooien organiseren om op die manier zoveel mogelijk jeugd te enthousiasmeren voor de volleybalsport.. Daarnaast worden er ook vanuit de Nevobo schoolvolleybalevents georganiseerd, waarbij verschillende scholen tegen elkaar kunnen volleyballen in toernooivorm. Hierbij strijden de scholen om een provinciaals of Nederlands kampioenschap. Coördinatie De lokale coördinatie ligt bij de volleybalvereniging. Om te zorgen dat de interventie gerealiseerd kan worden, zijn er binnen alle regio s consulenten actief, die de vereniging op verschillende gebieden kunnen ondersteunen. Zowel op bestuurlijk niveau als op technisch niveau kunnen de verenigingen bijgestaan worden. - Alle kennismakingslessen en naschoolse activiteiten worden tussen de uitvoerder en het onderwijs geëvalueerd. De Nevobo wordt hiervan op de hoogte gebracht. - Het CMV is ontwikkeld in samenwerking met experts vanuit het volleybal (trainers en coaches) en het onderwijs (KVLO, SLO) - Doordat er wordt samengewerkt tussen vereniging, onderwijs en gemeente, komt het kind (einddoelgroep) vanuit verschillende settings in aanraking met het volleybal. Zo kan hij het spelen op de verenigingen, tijdens de gymles, binnen een naschoolse activiteit en op een dependance of schoolsportvereniging. - de vereniging spreekt met de onderwijsinstelling in welke periode de interventie plaatsvindt. Wel gebeurt dit tijdens het schooljaar en niet in de vakanties. De verschillende fasen en acties binnen het implementeren van deze interventie (om te zorgen dat het zorgvuldig gedaan wordt). Verenigingen kunnen deze punten meenemen, bij het organiseren van deze interventie Oriëntatiefase: - Wie? Wie neemt de lokale projectcoördinatie op zich? 5 / 13

6 - Welke basisscholen willen binnen deze interventie participeren? - Past de interventie binnen het gemeentelijk sportbeleid? - Wat zijn de wensen van de basisschool en de vereniging qua uren en beschikbaarheid van accommodaties? - Heeft de vereniging een beschikbare en geschikte trainer? - Hoe ziet het activiteiten aanbod er uit? Zijn de afspraken duidelijk? Realisatiefase: - Er moet een samenwerkingsovereenkomst komen tussen de basisschool en vereniging waarin zaken staan met betrekking tot de samenwerking. - Volgen van een CMV specifieke opleiding of bijeenkomst door de LO docent of combinatiefunctionaris (kennis en kwaliteit van de clinicgever vergroten) Bij zowel de oriëntatiefase als bij de realisatiefase biedt de Nevobo ondersteuning aan de volleybalvereniging. Hierdoor kunnen alle verenigingen die met deze interventie aan de slag willen die ondersteuning krijgen die zij nodig hebben bij het implementeren van het CMV. Samenwerking Betrokken organisaties: - Volleybalverenigingen (uitvoer lokaal) - Basisscholen (openstellen bewegingslessen voor kennismakingslessen CMV) - (NASB) Gemeenten (samenwerking, opdrachtgever) - Buitenschoolse opvang (samenwerking) - Sport Matcht School (CMV is onderdeel van sportaanbod) - Combinatiefunctionarissen (functie van trainer) - Proeftuinen Nieuwe Sportmogelijkheden (schoolsportverenging Rotterdam, Winkel en Leerbedrijf Groningen/Eindhoven/Den Haag/Zwolle) (CMV is onderdeel van het nieuwe sportaanbod) - Proeftuinen/accommodatiebeleid (samenwerking in het zaalsportcluster) - Sportacademies (CMV is onderdeel van het lesaanbod) - Olympische Netwerken (eventueel lokale samenwerking) Duur en intensiteit De totale interventie bestaat uit verschillende stappen. Verenigingen die met deze interventie starten kunnen ze allemaal op elkaar volgend aanbieden. Verenigingen die al begonnen zijn met deze interventie kunnen bij een vervolg stap starten. De stappen zijn op elkaar volgend en versterken elkaar. Stap 1 Kennismakingslessen 3 lessen per groep 45 minuten per les Alle kinderen uit de groep krijgen drie keer het CMV aangeboden tijdens de gymles. Hierdoor leren zij de beginselen van het volleybal, waardoor de overstap na een vereniging makkelijker wordt. Stap 2 Naschoolstraject 6 tot 10 trainingen 1 training per week 1 uur per training Kinderen kunnen deelnemen aan het naschoolstraject. Hier krijgen zij een verdieping in het CMV. Ze kunnen trainen voor een toernooi en krijgen de mogelijkheid om binnen hun leeromgeving te sporten. Stap 3 Dependance 26 trainingen 1 training per week 1 uur tot 1,5 uur per training Kinderen kunnen binnen hun leef- of leer omgeving structureel deelnemen aan de CMV trainingen. De lokale vereniging levert de trainer. De kinderen kunnen eventueel deelnemen aan een competitie. 6 / 13

7 Via de dependance kunnen de kinderen lid worden van de volleybalvereniging. De dependance is laagdrempelig, in de buurt van het kind en heeft een lagere contributiestructuur dan bij de vereniging. Smashbal 1 training per week 1 uur tot 1,5 uur per training 1 toernooi per 2 maanden Elke week organiseert de vereniging een smashbal training voor kinderen uit de buurt. Dmv deze trainingen komen zij in aanraking met het Smashbal en krijgen zij de mogelijkheid om te trainen voor een toernooi. De sportbeleving van het kind wordt vergroot doordat zij aan het smashbal kan deelnemen terwijl zij niet lid is van de vereniging. Het binden en behouden van kinderen aan de georganiseerde sport (vereniging) wordt daardoor vergroot. Opzet van de interventie De totale interventie bestaat uit verschillende stappen. Verenigingen kunnen ze allemaal op elkaar volgend aanbieden, of zij kunnen een keuze maken uit de verschillende stappen. Stap 1 Kennismakingslessen 3 lessen per groep 45 minuten per les Alle kinderen uit de groep krijgen drie keer het CMV aangeboden tijdens de gymles. Hierdoor leren zij de beginselen van het volleybal, waardoor de overstap na een vereniging makkelijker wordt. Stap 2 Naschools traject 8 trainingen 1 training per week 1 uur per training Kinderen kunnen deelnemen aan het naschoolstraject. Hier krijgen zij een verdieping in het CMV. Ze kunnen trainen voor een toernooi en krijgen de mogelijkheid om binnen hun leeromgeving te sporten. Stap 3 Dependance 26 trainingen 1 training per week 1 uur tot 1,5 uur per training Kinderen kunnen binnen hun leef- of leeromgeving structureel deelnemen aan de CMV trainingen. De lokale vereniging levert de trainer. De kinderen kunnen eventueel deelnemen aan een competitie. Via de dependance kunnen de kinderen lid worden van de volleybalvereniging. De dependance is laagdrempelig, in de buurt van het kind en heeft een lagere contributiestructuur dan bij de vereniging. Smashbal 12 trainingen 1 training per maand 1 uur tot 1,5 uur per training. 1 toernooi per 2 maanden Elke maand organiseert de vereniging een smashbal training voor kinderen uit de buurt. Dmv deze trainingen komen zij in aanraking met het Smashbal en krijgen zij de mogelijkheid om te trainen voor een toernooi. De sportbeleving van het kind wordt vergroot doordat zij aan het smashbal kan deelnemen terwijl zij niet lid is van de vereniging. Het binden en behouden van kinderen aan de georganiseerde sport (vereniging) wordt daardoor vergroot. Locatie en uitvoerders Betrokken organisaties: 7 / 13

8 - Volleybalverenigingen (uitvoer lokaal) - Basisscholen (openstellen bewegingslessen voor kennismakingslessen CMV) - (NASB) Gemeenten (samenwerking, opdrachtgever) - Buitenschoolse opvang (samenwerking) - Combinatiefunctionarissen (functie van trainer) - Sportacademies (CMV is onderdeel van het lesaanbod) Locaties. Volleybalvereniging De volleybalvereniging biedt de jongste jeugd CMV trainingen aan op de vereniging. Een jeugdtrainer geeft training op vaste dagen en tijden. Deze jeugdleden kunnen deelnemen aan de CMV competitie en wedstrijden spelen tegen teams van naburige verenigingen. De volleybalvereniging is de spil binnen het aanbod en heeft een centrale rol in de samenwerking met het onderwijs en gemeentes. De vereniging geeft kennismakingslessen binnen het onderwijs, organiseert toernooien en houdt open trainingen waar de jeugd naar toe kan gaan. In samenwerking met een aantal scholen geeft de vereniging training binnen het naschoolse aanbod (volleybaltraining in de gymzaal van de school). Ook kan de vereniging een dependance opzetten in een omgeving waar er geen mogelijkheid tot volleyballen aanwezig is. De vereniging komt naar de kinderen toe, zodat zij in hun leer- en/of leefomgeving kunnen deelnemen aan een volleybalactiviteit. De vereniging organiseert Smashbal toernooien en trainingen waar jongens uit de omgeving aan kunnen deelnemen. Deze aanpak motiveert en enthousiasmeert jongens om deel te nemen een deze volleybalactiviteit. (binden en behouden van jongens aan de volleybalsport) Onderwijsinstelling Basisscholen en scholen binnen het voortgezet onderwijs hebben de mogelijkheid om binnen hun reguliere gymles gebruik te maken van een clinicgever (= volleybal trainer). De groep en/of klas krijgt drie keer een volleybal training, zodat de beginselen van het CMV zijn aangeleerd. Ook is er de mogelijkheid om deel te nemen aan een competitie in toernooivorm, zodat de kinderen en scholieren een concreet trainingsdoel hebben. De onderwijsinstelling werkt samen met de lokale volleybalvereniging en de Nevobo. In de wijk Binnen gemeentes zijn combinatiefunctionarissen en/of beweegmanagers actief die verantwoordelijk zijn voor het bewegingsaanbod. Vanuit de Nevobo krijgen deze personen de mogelijkheid om zich te scholen in het CMV en hebben de mogelijkheid tot het aanbieden van kennismakingslessen CMV binnen het onderwijs. Overdraagbaarheid Ondersteuning Op de website staat informatie over CMV, uiteenlopend van de spelregels tot draaiboeken en trainings- les voorbeelden. Daarnaast biedt de webshop van de Nevobo lectuur aan voor de trainers en verenigingen die CMV aanbieden. Hier valt onder andere de map Kennismaken met Volleybal onder. Hierin staan verschillende lessen in aangegeven voor de docent in het basisonderwijs om leuke en leerzame oefeningen te houden tijdens de gymlessen. Deze map zal te downloaden zijn via de website De Nevobo heeft als de nationale volleybalbond veel aandacht voor verenigingsondersteuning op lokaal niveau. Elke regio heeft haar eigen regiokantoor waar verenigingen terecht kunnen voor vragen en/of ondersteuning tav deze interventie en op gebied van andere onderdelen als organisatorische / management ondersteuning, technische ondersteuning, aanbieden van opleidingen en ondersteuning bij samenwerkingsverbanden. Lokale volleybalaanbieders (verenigingen) hebben veelvuldig contact met de Nevobo, zodat kennis en ervaring ( 8 / 13

9 de volleybalexpertise) overal terecht komt. Handleiding Er is een handleiding beschikbaar. Daarin staat alle informatie die een vereniging nodig heeft om deze interventie te implementeren. Deze handleiding gekoppeld aan alle andere beschikbare materialen gecombineerd met de fysieke ondersteuning vanuit de Nevobo, maakt dat elke vereniging in staat is om deze interventie te starten. Kwaliteitsbewaking De Nevobo bewaakt de kwaliteit van de interventies onder andere door het aanbieden van kader opleidingen. Binnen de Volleybalacademy kunnen trainers dmv een opleiding een CMV trainersdiploma behalen. Ook zijn er binnen de Nevobo zowel een beleidsadvies team jeugdvolleybal en een werkgroep CMV actief. Hierin zitten experts uit het land. Vanuit de Nevobo zijn er consulenten / account managers actief die op de hoogte zijn van de CMV interventies. De actieve verenigingen worden uitgenodigd voor themabijeenkomsten en met deze verenigingen vinden er gesprekken plaats. De Nevobo kan op die manier de kwaliteit van de uitvoerders bespreken en daar waar nodig adequate ondersteuning bieden. Materialen Voor het CMV is er een officieel reglement opgesteld die in heel Nederland geldig is en moet worden nageleefd tijdens de wedstrijden. Een map genaamd Kennismaken met volleybal is beschikbaar voor basisscholen. Hierin staan de methoden uitgelegd en enkele lessen die eenvoudig uit te voeren zijn voor de gymlessen van de basisschool. Deze bovenstaande materialen zijn verkrijgbaar bij de webshop van de bond: Het Cool Moves Volley heeft ook een eigen website, Hier wordt veel informatie aangeboden voor de jeugd, maar ook voor ouders en trainers. Hier staat informatie over spelregels, vaardigheden en over trainerscursussen. Deze trainerscursussen zijn apart terug te vinden op Er zijn aparte cursussen ontwikkeld voor het CMV. Hier krijgen de deelnemers les in het trainen en coachen, maar ook het begeleiden van jonge jeugd. Implementatie Randvoorwaarden Draagvlak Het CMV is stapsgewijs in Nederland ingevoerd. Dmv het opzetten van uniforme competities. Alle volleybalverenigingen met een jeugdafdeling bieden het CMV aan. De volleybalverenigingen en de Volleybalbond werken in veel CMV projecten samen met gemeentes en onderwijsinstellingen. Door het CMV als de volleybalmethodiek voor jeugd te integreren binnen zowel de gymlessen als de naschoolse activiteiten heeft het CMV draagkracht bij alle betrokken partijen. De nevobo heeft lesmateriaal ontwikkeld, organiseert themabijeenkomsten voor combinatiefunctionarissen en beweegmanagers. 9 / 13

10 Draagvlak wordt ook gecreëerd door het aanbieden van trainersopleidingen en themabijeenkomsten aan coaches, ouders en andere belangstellenden. Uniformiteit en transparantie rondom de begeleiding is hierdoor aanwezig. Deskundigheid Een clinicgever / trainer dient minimaal een opleiding te hebben gevolgd bij de Nevobo. Vanuit de Nevobo zijn er opleidingen tot volleybaltrainer en specifiek voor de CMV trainer. Deze zijn op verschillende niveaus te halen. Voor de LO docenten en combinatiefunctionarissen geldt dat zij zijn sportopleiding hebben afgerond (ALO of CIOS) Desgewenst kunnen zij vanuit de Nevobo een themabijeenkomst volgen met als doel deskundigheidsbevordering. Bereik Het is onmogelijk om precieze aantallen te noemen, aangezien dit product vele duizenden keren wordt aangeboden op verschillende locaties (verenigingen, BSO, wijken/stadsdelen, primair onderwijs en voortgezetonderwijs). > 100x gemeenten/stadsdelen > 250x wijken > 750x scholen(gemeenschap): PO, VO, brede school > 500x sportverenigingen Vanuit al bovenstaande locaties worden meerdere malen per week het Cool Moves Volley georganiseerd. Meer dan kinderen in de leeftijd tussen 5 en 12 jaar, hebben vanaf 2008 deelgenomen aan Cool Moves Volley." Locaties Het is onmogelijk om precieze aantallen te noemen, aangezien dit product vele duizenden keren wordt aangeboden op verschillende locaties (verenigingen, BSO, wijken/stadsdelen, primair onderwijs en voortgezetonderwijs). > 40x gemeenten/stadsdelen > 75x wijken > 200x scholen(gemeenschap): PO, VO, VMBO, MBO, HBO, brede school > 350x sportverenigingen Elk jaar spelen meer dan georganiseerd Cool Moves Volley. Zij zijn meerdere malen per week bezig met het CMV. Daarnaast zijn er nog vele duizenden die door de kennismakingslessen, naschoolsaanbod, en dependance actief participeren binnen het CMV. Aantal deelnemers - Aantal deelnemers: In de periode vanaf 1 januari 2008 tot en met 30 juni 2011 zijn 680 scholenprojecten CMV uitgevoerd. Het gaat in totaal om lesuren CMV waaraan ongeveer kinderen hebben deelgenomen (gemiddeld 25 kinderen per lesuur). Omdat elk kind drie kennismakingslessen krijgt, gaat het om ongeveer unieke kinderen. De einddoelstelling van deelnemers is gehaald en zelfs ruim over schreden. - Aantal scholenprojecten: In de periode vanaf 1 januari 2008 tot en met 30 juni 2011 zijn 680 scholenprojecten CMV uitgevoerd (dit betreft scholenprojecten die zijn georganiseerd vanuit de Nevobo (via de verenigingen) en vanuit gemeenten). Het gaat hierbij om in totaal lesuren CMV - Het organiseren van schoolvolleybalevents in vier regio's: Er zijn in alle vier regio's regionale schoolvolleybaltoernooien georganiseerd en er was zelfs een landelijke finale (eindtoernooi). In elke regio hebben tevens lokale scholentoernooien plaatsgevonden (in totaal ongeveer 80). 10 / 13

11 Ervaringen met de uitvoering Vanuit de ALO s en CIOS wordt het CMV geïntegreerd in hun opleidingsaanbod. Hierdoor krijgt het steeds vaker een plek binnen het beweegaanbod op scholen. De KVLO denkt en ontwikkeld regelmatig met de Nevobo mee om het product voortdurend te optimaliseren, documentatie op papier te zetten. Er komt elk jaar meer naslagwerk, handleidingen en readers voor het kader. Beweegmanagers en combinatiefunctionarissen van gemeentes en sportbureaus gebruiken het CMV bij hun volleybalaanbod. De belangrijkste bevorderende factoren (positieve ervaringen): - Het concept zelf: Het is laagdrempelig (er is bijvoorbeeld een differentiatie in zes ver schillende niveaus) en makkelijk uitvoerbaar (het vraagt weinig bijzonderheden qua accommodatie en het is bij iedere school en vereniging uit te voeren). - De contacten tussen de Nevobo en gemeenten: De Nevobo heeft in iedere regio een aantal consulenten die veelvuldig contact hebben gehad met gemeenten. Hierdoor is er een wisselwerking ontstaan tussen de Nevobo en gemeenten. - De grote spreiding van volleybalverenigingen in Nederland: In veel gemeenten/dorpen zijn volleybalverenigingen aanwezig wat de uitrol van het project makkelijker heeft gemaakt. Dit heeft tevens de doorstroom bevorderd van kinderen die aan scholen projecten hebben deelgenomen. - Dezelfde methodiek/regels in het hele land: Hierdoor was het mogelijk om toernooien te organiseren. Uniformiteit en transparantie. - Er zijn goede trainerscursussen ontwikkeld en uitgezet en in de loop van het project zijn steeds meer trainers opgeleid. Hierdoor waren er voldoende trainers die clinics konden geven. De belangrijkste belemmerende factoren: - Gebrek aan aantrekkingskracht bij jongens: CMV spreekt wat minder aan bij jongens. Hierdoor heeft CMV tot nu toe weinig jongens aangetrokken. Duidelijk zichtbaar in het ledenbestand. Door het ontwikkelen van Smashbal wordt het CMV ook aantrekkelijk voor gemaakt voor jongens. Referenten Referenten Naam en functie Paul Bollen verenigingsmanager gemeente Alkmaar adres pbollen@sportbureau-alkmaar.nl telefoonnummer Uitspraak van de persoon over kwaliteit van de interventie / het aanbod 11 / 13

12 Naam organisatie Sportloket Alkmaar Type organisatie sportbureau gemeente Alkmaar Website Referent 2 Naam en functie adres telefoonnummer Uirspraak van de persoon over kwaliteit van de interventie / het aanbod Naam organisatie Type organisatie Website Kosten en uren Kosten en uren De kosten van het project is afhankelijk van het aantal uren dat binnen de verschillende stappen worden gemaakt. Hieronder een overzicht. Stap 1: kennismakingslessen tijdens de gymles. personeel coordinerend: 65 per uur personeel uitvoerend: 45 per uur huur accomodatie: 15 per uur / per veld materiaal: - ballen a / 13

13 - ballenkar a speedladder a 30 drukwerk /PR: 250 Stap 2: aanbieden van een naschoolstraject. personeel coordinerend: 65 per uur personeel uitvoerend: 45 per uur huur accomodatie: 15 per uur / per veld materiaal: - ballen a a 30 - ballenkar a speedladder a 30 drukwerk /PR: 250 Stap 3: opzetten van een dependance in de wijk. personeel coordinerend: 65 per uur personeel uitvoerend: 45 per uur huur accomodatie: 15 per uur / per veld materiaal: - ballen a 30 - ballenkar speedladder 30 drukwerk /PR: 250 Stap 4: volleyballen binnen de vereniging. personeel coordinerend: 65 per uur personeel uitvoerend: 45 per uur huur accomodatie: 15 per uur / per veld materiaal: - ballen a 30 - ballenkar speedladder 30 drukwerk /PR: 250 Toelichting op kosten en uren Uren zijn uiteraard afhankelijk van grootte van het project. Per project worden het aantal uren concreet aangegeven. Coordinatiekosten, materiaal kosten en drukwerk/pr kosten worden per totale project (dus alle stappen samen) op de begroting meegenomen. De uitvoerende personeelskosten is inclusief deskundigheidbevordering. Bijlage / 13