Orde van dienst voor de viering van de eredienst in de Dorpskerk op 22 juli 2012

Transcriptie

1 Orde van dienst voor de viering van de eredienst in de Dorpskerk op 22 juli 2012 Welkom door de ouderling Stilte (gemeente gaat staan) Bemoediging en drempelgebed o. Onze hulp is in de Naam van de Heer, a. DIE HEMEL EN AARDE GEMAAKT HEEFT, o. die trouw blijft tot in eeuwigheid a. EN NIET LAAT VAREN HET WERK VAN ZIJN HANDEN. o. Barmhartige God, Gij ziet hoe wij hier zijn, hoe wij zoeken en verlangen naar een woord van buiten, een woord dat ons voor een moment boven onszelf uittilt. Spreek ons aan! Midden in de veelheid van geluiden om ons heen, en in ons: maak ons stil voor u, open ons, doe ons horen. Zeg ons uw toekomst aan! Door Jezus, de gekruisigde en opgestane Heer. a. AMEN. Lied: Tussentijds 6: Van ver, van oudsher aangereikt tekst Sytze de Vries / melodie Hannover 1646 Nun jauchzet dem Herren, alle Welt 1

2 2. Dit Woord komt tot ons op de wind. Het zoekt een huis, een wijs. Het vindt gehoor bij mensen, onderdak. Dit Woord, dat God van oudsher sprak. 4. Dit lied dat onze nacht verstoort, wordt keer op keer opnieuw gehoord. Het breekt zich baan in morgenlicht, een nieuwe dag, een vergezicht! 3. Dit Woord blijft leven in een lied. Waar mensen zingen, sterft het niet, als adem die de harten voedt, als lente die ons bloeien doet! 5. Van ver, van oudsher aangezegd, een Naam, opnieuw op ons gelegd, een Woord, dat onze monden vult, een lied, dat Gods gelaat onthult. 6. O Woord, zo lang ons toegedaan, zet ons opnieuw tot zingen aan: Gezegend, hier en overal die is, die was, die komen zal. Groet v. Genade zij u en vrede van God onze Vader en van Jezus Christus, de Heer. a. AMEN (gemeente gaat zitten) Gebed om ontferming Lofzang: Psalm 30: 1, 2 en 5 2

3 2. Heft tot zijn eer een lofzang aan, gij die den HEER zijt toegedaan. Zijn gramschap duurt een kleine tijd, een leven zijn goedgunstigheid. Die wenend 's nachts is neergezegen gaat met gejuich het zonlicht tegen. 5. Gij hebt mijn weeklacht en geschrei veranderd in een blijde rei! Mijn rouwkleed hebt Gij weggedaan, uw vreugdekleed deedt Gij mij aan, dat ik zou zingen tot uw ere in eeuwigheid, mijn God, mijn HERE! DIENST VAN DE SCHRIFT Moment met de kinderen Schriftlezing: Sefanja 3: Jubel, dochter Sion! Juich Israël! Verheug je en heb plezier met heel je hart, dochter Jeruzalem! 15 JHWH heeft de strafgerichten over jou laten verdwijnen; hij heeft je vijand opgeruimd. De koning van Israël, JHWH, hij is in jouw midden, je hoeft geen kwaad meer te vrezen. 16 Op die dag wordt er tegen Jeruzalem gezegd: Vrees niet. Sion, laat je handen niet verslappen. 17 JHWH, je God, is in jouw midden: een held die bevrijdt. Hij zal vrolijk over jou zijn met vreugde. Hij zal zwijgen in zijn liefde. Hij zal over je juichen met gejubel. 18 De bekommerden, ver van je feestbijeenkomst die verzamel ik. Ze horen toch bij je! De smaad over hen wordt opgeheven. 19 Zie, ik ontdoe mij, in die tijd, van wie jou vernederen. Ik bevrijd wat hinkt; wat verstrooid is, verzamel ik. Ik maak ze tot een lofprijzing, en tot een naam, op heel de aarde waar ze te schande waren. 20 In die tijd laat ik jullie thuiskomen, in die zelfde tijd dat ik jullie verzamel. Ja, ik stel jullie tot een naam en een lofprijzing onder de volken van de aarde, bij de terugkeer, als ik jullie voor hun ogen laat terugkeren, zegt JHWH. 3

4 Lied: Gezang 464: 1 1. Alle volken, looft de Here, aarde, zing een vrolijk lied! Juicht nu allen, geeft Hem ere: Hij vergeet de zijnen niet! In het beurtgezang der sferen, in des afgronds bange kreet ruist de lof, de lof des Heren, die de zijnen niet vergeet. Schriftlezing: Marcus 5: Toen Jezus met het schip overgestoken was, opnieuw naar de overzijde, kwam een grote menigte bij hem samen. Hij was bij de zee. 22 Er kwam één van de voorgangers van de synagoge, genaamd Jaïrus, en toen [deze] hem zag, viel hij voor zijn voeten neer 23 en smeekte hem dringend: Mijn dochtertje is aan haar einde! Kom, en leg haar de handen op, dat zij gered wordt en leeft! 24 Hij kwam vandaar met hem mee en de grote menigte volgde hem en drong tegen hem samen. 25 Een vrouw die twaalf jaar bloedvloeiingen had, 26 en die veel geleden had onder vele artsen en alles wat haar ter beschikking stond daaraan had uitgegeven terwijl niets gebaat had en zij er alleen maar slechter van geworden was, 27 kwam, omdat zij van Jezus gehoord had, in de menigte en raakte van achteren zijn kleed aan, 28 want, zei ze: Als ik zijn kleren ook maar aanraak, zal ik gered worden. 29 En direct viel de bron van haar bloed droog en merkte ze aan haar lichaam dat zij genezen was van haar martelgang. 30 Direct merkte Jezus bij zichzelf dat er kracht van hem was uitgegaan. Hij keerde zich om in de menigte en zei: 4

5 Wie heeft mijn kleren aangeraakt? 31 Zijn leerlingen zeiden tegen hem: Je ziet hoe de menigte zich tegen je samendringt, en dan zeg je: Wie heeft mij aangeraakt? 32 En hij keek rond om haar te zien die dat gedaan had. 33 De vrouw nu vreesde en sidderde, wetend wat met haar gebeurd was; ze kwam en viel voor hem neer en zei hem de volle waarheid. 34 Hij zei tegen haar: Dochter, je vertrouwen heeft je gered. Ga heen in vrede, wees gezond, weg van je martelgang. 35 Terwijl hij sprak, kwamen er (enkelen) van de synagogevoorganger zeggen: Je dochter is gestorven; wat val je de leermeester lastig? 36 Maar Jezus die het woord dat gesproken werd hoorde, zei tegen de synagogevoorganger: Vrees niet, vertrouw alleen! 37 En hij liet niemand toe om samen met hem te volgen dan Petrus en Jakobus en Johannes, de broer van Jakobus. 38 En zij kwamen bij het huis van de synagogevoorganger en hij aanschouwde het luide misbaar en de luid klagende en huilende mensen. 39 Toen hij binnenkwam, zei hij tegen hen: Waarom maken jullie zo'n luid misbaar, en klagen jullie? Het kind is niet gestorven, maar slaapt. 40 Zij lachten hem uit. Maar hij wierp allen uit, nam de vader van het kind en de moeder, en die met hem waren, en ging naar binnen waar het kind was. 41 Hij greep de hand van het kind, en zei tegen haar: Talitha koem! Dat is in vertaling: Meisje, jou zeg ik: Word wakker! 42 En direct stond het meisje op, en zij wandelde. Want zij was twaalf jaar. Direct waren zij buiten zichzelf, helemaal buiten zichzelf. 43 Hij gebood hen dringend dat niemand het te weten zou komen. En hij zei dat haar te eten moest worden gegeven. 5

6 Lied: Gezang Toen Jezus zei: `sta op, mijn kind', stond zij weer op haar voeten, omdat opnieuw het leven vindt, wie Jezus mag ontmoeten. Wie Jezus' hand heeft opgericht, mag lopen in het licht. Slapen is niet tot de dood, slapen is wachten op U, want als uw stem tot ons spreekt, zien wij en kennen wij U. 3. Heer, doe ons als dit dochtertje: wanneer de mensen rouwen, denkend dat wij gestorven zijn, doe ons op U vertrouwen. Doe ons nu opstaan uit de dood en eten van uw brood. Slapen is niet tot de dood, slapen is wachten op U, wachten dat Gij tot ons spreekt, wachten totdat wij U zien. 6

7 Verkondiging Lied: Gezang Hij heeft gezegd: Gij mens, kom uit, open uw dode oren; kom uit het graf dat u omsluit, kom uit en word geboren! Toen heeft zich in het vroegste licht de nieuwe Adam opgericht, ons allen lang tevoren. 3. Al wat ten dode was gedoemd mag nu de hoop herwinnen; bloemen en vogels, - alles roemt Hem als in den beginne. Keerde de Heer der schepping weer, dan is het tevergeefs niet meer te bloeien en te minnen. 4. Sta op! - Hij gaat al voor ons uit, de schoot van 't graf ontkomen. De morgen is vol nieuw geluid, - werp af uw boze dromen. Waar Hij, ons Hoofd, is voorgegaan, is voor het lichaam nu vrij baan naar een bestaan volkomen. 7

8 DIENST VAN DE DANKBAARHEID Dankgebed en voorbeden, stil gebed, Onze Vader Mededelingen door de ouderling Inzameling van de gaven (de kinderen komen terug) Slotlied (staande): Tussentijds 17: Alle eer en alle glorie tekst Sytze de Vries / melodie Willem Vogel 2. Alle eer en alle glorie geldt de Zoon, de erfgenaam! Als genade die ons toekomt is Hij onze nieuwe naam. Licht uit licht, / vergezicht, steek ons met uw stralen aan! 3. Alle eer en alle glorie geldt de Geest, die leven doet, die de eenheid in ons ademt, vlam die ons vertrouwen voedt! Levenszon, / liefdesbron, maak de tongen los voorgoed! Wegzending en zegen Gemeente zingt: Amen 8